Miele M 6160 TC, M 6260 TC User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing Microgolfoven
Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voor u het toestel plaatst, instal­leert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
nl-BE M.-Nr. 10 229 590
Inhoud
Functiebeschrijving .............................................................................................20
Hoe werkt de microgolfoven? ............................................................................... 20
Mogelijkheden .....................................................................................................21
Wat kan de microgolfoven?................................................................................... 21
Welke verwarmingssoorten heeft de microgolfoven? ........................................... 21
Microgolf-Solomodus....................................................................................... 21
Automatische programma's............................................................................. 21
Serviesgoed voor de microgolfoven.................................................................. 22
Materiaal en vorm.................................................................................................. 22
Kookgerei testen ................................................................................................... 24
Het deksel ............................................................................................................. 25
Voor het eerste gebruik ...................................................................................... 26
Dagtijdweergave.................................................................................................. 27
Dagtijd instellen..................................................................................................... 27
Dagtijd corrigeren.................................................................................................. 27
Geen dagtijdweergave .......................................................................................... 27
Bediening .............................................................................................................28
Deur openen.......................................................................................................... 28
Serviesgoed in het apparaat zetten....................................................................... 28
Draaiplateau ..................................................................................................... 28
Deur sluiten ........................................................................................................... 28
Proces starten ....................................................................................................... 28
Displaymelding "door" .....................................................................................29
Bereidingsproces onderbreken / voortzetten........................................................ 30
Instellingen wijzigen............................................................................................... 30
Bereidingsproces wissen ...................................................................................... 30
Na afloop van een bereidingsproces .................................................................... 30
Warmhoudautomaat.............................................................................................. 31
Quick-Start (programmeerbaar) ............................................................................ 31
Inschakelblokkering............................................................................................... 31
2
Inhoud
Kookwekker gebruiken.......................................................................................... 33
Kookwekkertijd corrigeren................................................................................33
Kookwekker in combinatie met een bereiding ................................................. 33
Bediening - automatische programma's........................................................... 34
Ontdooiprogramma's ......................................................................................... 34
Kookprogramma's................................................................................................. 34
Popcorn .......................................................................................................... 36
Recepten - automatische programma's......................................................37
Eigen programma opslaan (memory) ................................................................ 40
Instellingen toestel wijzigen ............................................................................... 42
Verwarmen ........................................................................................................... 45
Garen .................................................................................................................... 46
Ontdooien............................................................................................................. 47
Inmaken................................................................................................................ 48
Praktijkvoorbeelden: ........................................................................................... 49
Gegevens voor testinstellingen.......................................................................... 50
Reiniging en onderhoud...................................................................................... 51
Nuttige tips.......................................................................................................... 54
Klantendienst....................................................................................................... 57
Contact bij storingen ............................................................................................. 57
Garantie................................................................................................................. 57
Elektrische aansluiting........................................................................................ 58
Inbouwen.............................................................................................................. 59
3

Beschrijving van het toestel

Ovenruimte, accessoire

a
Bedieningspaneel
b
Draaiplateau
4
c
Toesteldeur
d
Deksel
Beschrijving van het toestel

Bedieningspaneel

f
Aan/Uit-toets
g
Automatisch programma voor popcorn
h
Microgolfvermogen en automatische programma's (u kunt de schakelaar rechts- en linksom draaien en in de stand verzinken door erop te drukken)
i
Klok met display
j
Geheugenplaats voor een programma met 1 - 3 stappen (memory-functie) M
k
Toestelinstellingen
l
Dagtijd
m
Draaiknop voor invoer tijd en gewicht (u kunt de schakelaar rechts- en linksom draaien en verzinken door erop te drukken)
n
Kookwekker
o
Stoptoets
p
Toets "Start" / Plus een minuut / Quick-Start (programmeerbaar)
q
Toets "Terug" voor het wissen van de laatst ingevoerde waarde
r
OK-toets
5
Beschrijving van het toestel

Bijgeleverde accessoires

Deksel

Het deksel mag uitsluitend voor de mi­crogolfovenfunctie worden gebruikt. Het deksel voorkomt dat het gerecht uitdroogt, houdt de ovenruimte schoon en versnelt de bereiding.
Tip: U kunt deze en andere accessoires in de webshop van Miele verkrijgen. De producten zijn ook verkrijgbaar bij de Miele klantendienst (zie einde van deze gebruiksaanwijzing) en bij uw Miele handelaar.
6

Een bijdrage aan de bescherming van het milieu

Recycleerbare verpakking

De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd milieuvriende­lijk en recycleerbaar verpakkingsmateri­aal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateri­aal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking in het algemeen terug.

Uw toestel afdanken

Oude elektrische en elektronische toe­stellen bevatten meestal nog waarde­volle materialen. Ze bevatten echter ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude toestel bij het ge­wone afval doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de ge­zondheid en het milieu. Doe uw oude toestel daarom nooit bij het gewone huisafval.
7
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Lever het in bij een gemeentelijk inza­meldepot voor elektrische en elektro­nische apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verant­woordelijk voor het wissen van eventue­le persoonlijke gegevens op het af te danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken van uw oud toestel, neem dan contact op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
8

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Deze microgolfoven voldoet aan de geldende veiligheidsvoor­schriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiksaanwijzing aandachtig door, voordat u het toestel in gebruik neemt. Daarin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan het toestel. Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar!

Juist gebruik

De microgolfoven is bedoeld voor gebruik in huishoudens of der-
gelijke, zoals bijvoorbeeld
- in winkels, kantoren en soortgelijke werkomgevingen
- in boerderijen
- door klanten in hotels, motels, bed & breakfast en andere speci­fieke woonomgevingen.
Dit toestel mag niet buiten worden gebruikt.
De microgolfoven mag enkel op hoogtes tot 2000m gebruikt wor-
den.
Het toestel is uitsluitend bestemd voor het ontdooien, verwarmen,
koken en inmaken van voedingsmiddelen. Gebruik voor alle andere doeleinden is niet toegestaan.
Als u ontvlambare materialen in de microgolfoven droogt, dan ver-
dampt het vocht. Deze kunnen dan uitdrogen en ontbranden. Ge­bruik de microgolfoven nooit voor het bewaren of drogen van ont­vlambare materialen.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit toestel mag alleen worden gebruikt door personen die in staat
zijn de microgolfoven veilig te bedienen en die volledig op de hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing. Deze personen mogen het toestel alleen zonder toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het veilig moeten bedienen. Ze moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen inzien en begrijpen.
De microgolfoven heeft vanwege speciale eisen (ten aanzien van
onder meer de temperatuur, de vochtigheid, de chemische besten­digheid, de slijtvastheid en vibraties) een speciale lamp (afhankelijk van het model). Deze lamp mag alleen voor het voorziene doeleinde worden gebruikt. Ze is niet geschikt voor normale verlichtingsdoel­einden. De lamp mag uitsluitend worden vervangen door erkende Miele technici of door Miele.

Kinderen in het huishouden

Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu-
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de microgolfoven alleen zonder
toezicht gebruiken als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten be­dienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve be­diening kunnen inzien en begrijpen.
Kinderen mogen het toestel niet zonder toezicht reinigen of onder-
houden.
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de mi-
crogolfoven bevinden. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Verstikkingsgevaar! Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij kinderen vandaan.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Letselrisico! De deur mag met maximaal 8kg worden belast. Kin-
deren kunnen zich aan de geopende deur verwonden. Voorkom dat kinderen op de geopende deur gaan staan of zitten of eraan gaan hangen.

Technische veiligheid

Schade aan de microgolfoven kan uw veiligheid in gevaar
brengen. Controleer het apparaat op zichtbare schade. Gebruik nooit een beschadigd toestel.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
door Miele erkende expert worden vervangen om gevaar voor de ge­bruiker te voorkomen.
Als een defecte microgolfoven wordt ingeschakeld, kunnen er mi-
crogolven vrijkomen die gevaarlijk kunnen zijn voor de gebruiker. Ge­bruik het toestel niet wanneer
- de toesteldeur gebogen is. – de deurscharnieren los zitten. – er gaatjes of scheuren in de ommanteling, de deur of de binnen­wanden van de oven zitten.
Wanneer onderdelen worden aangeraakt die onder spanning
staan of wanneer elektrische of mechanische onderdelen worden veranderd, is dit gevaarlijk voor de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat de microgolfoven niet meer goed functioneert. Open nooit de ommanteling van het toestel.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
van de microgolfoven moeten beslist met de waarden van het elek­triciteitsnet overeenkomen, om beschadiging van de grill te voorko­men. Vergelijk deze gegevens voordat u het apparaat aansluit. Raad­pleeg bij twijfel een elektricien.
Stopcontactenblokken of verlengkabels bieden niet voldoende
veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Sluit de microgolfoven niet op die manier op het elektriciteitsnet aan.
11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De elektrische veiligheid van de microgolfoven is uitsluitend gega-
randeerd, als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Het is van uiterst belang dat aan deze principiële veiligheidsvoorwaarde voldaan wordt om schade uit te sluiten die wordt veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarddraad (bijvoorbeeld een elektrische schok). Laat de elektrische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.
Gebruik het toestel alleen als het is ingebouwd zodat de veiligheid
gewaarborgd is.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen groot gevaar ople-
veren voor de gebruiker. Reparatiewerkzaamheden mogen alleen door een door Miele geautoriseerde vakman/vakvrouw worden uitge­voerd.
De garantie vervalt als het toestel niet door een technicus wordt
gerepareerd die door Miele is geautoriseerd.
Bij reparaties of bij reiniging en onderhoud moet de microgolfoven
van het elektriciteitsnet verwijderd zijn. Er staat alleen dan geen elek­trische spanning op het toestel als aan één van de volgende voor­waarden is voldaan:
- De stekker van het toestel is uitgetrokken. Trek aan de stekker om het toestel van de netspanning los te kop­pelen, niet aan het snoer. – De hoofdschakelaar van de huisinstallatie is uitgeschakeld. – De schroefzekering van de huisinstallatie is losgeschroefd.
Enkel bij het gebruik van originele Miele onderdelen garandeert
Miele dat aan de veiligheidseisen voldaan wordt. Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele onderdelen worden vervangen.
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik toestellen die achter een meubeldeur zijn ingebouwd al-
leen als de meubeldeur geopend is. Sluit de deur niet als u het toe­stel gebruikt. Achter de gesloten meubeldeur hopen warmte en vocht zich op. Daardoor kunnen het toestel en de inbouwnis bescha­digd worden. Sluit de meubeldeur pas wanneer het toestel volledig is afgekoeld.
De microgolfoven mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals
een boot) worden gebruikt.
De automaat kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren als de-
ze op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Efficiënt gebruik

Zorg dat voedsel altijd voldoende wordt verwarmd.
De tijd die daarvoor nodig is, is afhankelijk van veel factoren, zoals de begintemperatuur, de hoeveelheid, het type en de kwaliteit van het voedsel, de receptwijzigingen. Eventuele bacteriën in het eten worden alleen gedood wanneer de temperatuur hoog genoeg is (> 70°C) en lang genoeg wordt aange­houden (>10min.). Als u twijfelt of het gerecht warm genoeg is, wacht dan nog even.
Het is belangrijk dat de temperatuur in het gerecht gelijkmatig
wordt verdeeld en hoog genoeg is. Roer het gerecht daarom regelmatig door of keer het. Let bij ont­dooien, verwarmen en koken op de aangegeven doorwarmtijden (de tijd waarin de warmte zich gelijkmatig verdeelt).
Denk eraan dat de tijden bij het koken, verwarmen en ontdooien
met de microgolfoven vaak aanzienlijk korter zijn dan op de kook­plaat of in de bakoven. Bij te lange inschakeltijden drogen de voedingsmiddelen uit en kun­nen ze zelfs ontbranden. Er bestaat brandgevaar. Er bestaat ook ver­brandingsgevaar bij het drogen van brood, bloem en kruiden. Droog dit niet in de microgolfoven.
Kussens met kersenpitten, gel en vergelijkbare producten mogen
niet in de magnetron worden verhit. Zulke producten kunnen in brand vliegen, ook nadat ze uit het toestel zijn gehaald. Brandgevaar!
Een microgolfoven is niet geschikt voor het reinigen en desinfec-
teren van gebruiksvoorwerpen. Bovendien kunnen hoge temperatu­ren ontstaan, waardoor u zich kunt branden als u de voorwerpen uit het toestel haalt. Brandgevaar!
De microgolfoven kan beschadigd raken als het leeg wordt inge-
schakeld of door een foute belading. Gebruik het apparaat daarom niet voor het verwarmen van serviesgoed, het drogen van kruiden of vergelijkbare dingen.
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Zet de microgolfoven pas aan als er een gerecht of bruinerings-
servies in staat en plaats altijd het draaiplateau.
Als u gesloten potten of flessen verhit, wordt in de verpakking
druk opgebouwd. Het voorwerp kan daardoor ontploffen. Verhit daarom nooit voedingsmiddelen of vloeistoffen in afgesloten potten of flessen. Verwijder bij zuigflessen eerst de dop en de speen.
Bij het verwarmen van gerechten ontstaat de warmte in het voed-
sel zelf, waardoor het serviesgoed minder heet wordt. Het servies­goed wordt alleen warm door de warmte die het voedingsmiddel af­geeft. Controleer bij het uitnemen van het gerecht of de gewenste temperatuur bereikt is. Vertrouw niet op de temperatuur van het ser­vies! Zorg er vooral bij het verwarmen van babyvoeding voor dat u een verdraagbare temperatuur hebt! Verwarmde babyvoeding goed doorroeren of schudden. Proef er zelf van zodat u zeker weet dat de baby zich niet brandt.
Bij het koken en vooral het naverwarmen van vloeistoffen met de
microgolffunctie kan het kookpunt worden bereikt zonder dat de be­kende luchtbelletjes opstijgen. De vloeistof kookt dan niet gelijkma­tig. Als u het glas of de beker uit de oven haalt, kan de vloeistof in­eens gaan borrelen en overkoken. Verbrandingsgevaar! Als de vloeistof nog in de oven staat en plotseling gaat koken, kan de deur openspringen. U kunt daarbij letsel oplopen en het toestel kan beschadigd raken! Roer de vloeistof voor het verwarmen/koken om. Wacht na het verhitten minstens 20seconden voordat u de kom uit de ovenruimte neemt. Zo kunt u bovendien tijdens het verwarmen een glazen staafje of iets dergelijks - als u dat bij de hand hebt - in de kom steken.
Laat de toesteldeur dicht als de voedingsmiddelen in de oven-
ruimte rook ontwikkelen. Eventuele vlammen worden zo gedoofd. Zet de microgolfoven uit met de Aan/Uit-toets en trek de stekker uit. Open de deur pas als de rook is weggetrokken.
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Olie en vet kunnen bij oververhitting vlam vatten. Houd de micro-
golfoven goed in de gaten als u met vetten en/of olie werkt. Gebruik het toestel niet om te fritturen. Blus olie- en vetbranden nooit met water. Schakel het toestel uit en doof de vlammen door de deur ge­sloten te houden.
Brandbare voorwerpen in de buurt van het ingeschakelde toestel
kunnen door de hoge temperaturen vlam vatten. Gebruik het toestel nooit om er een ruimte mee te verwarmen.
Als u bij de bereiding van voedingsmiddelen alcoholhoudende
dranken gebruikt, moet u er rekening mee houden dat alcohol bij ho­ge temperaturen verdampt en op hete oppervlakken kan ontsteken. Verwarm nooit onverdunde alcohol. Brandgevaar!
In gesloten conservenblikken ontstaat bij het inmaken en op-
warmen een overdruk, waardoor deze kunnen ontploffen. Gebruik de microgolfoven niet voor het inmaken en verwarmen van conserven­blikken.
Gerechten die in de ovenruimte worden warmgehouden of be-
waard, kunnen uitdrogen. Het vrijkomende vocht kan in de microgol­foven corrosie veroorzaken. Er kan ook schade ontstaan aan het be­dieningspaneel, het werkblad en de ombouwkast. Dek gerechten daarom af.
Verwijder voedingsmiddelen of vloeistoffen die keukenzout bevat-
ten meteen als deze in aanraking komen met de roestvrijstalen wanden van de binnenruimte. U voorkomt zo dat er corrosie ont­staat.
16
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De ovenruimte is na gebruik heet. U kunt er zich aan verbranden!
Reinig de ovenruimte en de accessoires wanneer deze zijn afge­koeld. Hoe langer u wacht, des te moeilijker het wordt om de oven schoon te krijgen. In extreme gevallen is het zelfs onmogelijk. Ern­stige verontreinigingen kunnen in extreme omstandigheden de mi­crogolfoven beschadigen en zelfs tot gevaarlijke situaties leiden. Brandgevaar! Neem daartoe de aanwijzingen in acht uit het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
Brandgevaar! Kunststof serviesgoed dat niet geschikt is voor de
microgolfoven kan beschadigd raken en daarbij ook de microgolf­oven beschadigen. Gebruik geen metalen pannen, geen aluminium­folie, geen bestek, geen serviesgoed met een metalen laagje, geen kristal dat lood bevat, geen schalen met een kartelrand, geen kunst­stof die niet hittebestendig is en geen houten serviesgoed. Gebruik ook geen metalen clips, geen kunststof en papieren clips waar ijzer­draad in zit en geen kunststof bekertjes waarvan het aluminium dek­seltje niet helemaal is verwijderd (zie "Serviesgoed voor de microgol­foven"). Door deze voorwerpen te gebruiken kan het servies beschadigd worden of kan er brandgevaar ontstaan.
Wegwerpbakjes van kunststof moeten voldoen aan de eisen in de
rubrieken "Serviesgoed voor de microgolfoven" / "Kunststof". Blijf bij de microgolfoven als u voedingsmiddelen bereidt in weg­werpbakjes van kunststof, papier of andere brandbare stoffen.
Warmtepakkingen bestaan o.a. uit een dunne laag aluminiumfolie.
Microgolven worden teruggekaatst door deze folie. De microgolven kunnen de papierlaag zo sterk verhitten dat hij gaat branden. Verwarm geen voedingsmiddelen in warmtepakkingen in de micro­golfoven, zoals zakjes gegrilde kip.
Als u eieren zonder schaal met de microgolfoven verhit, kan de
dooier er na het koken onder hoge druk uit spuiten. Prik daarom van tevoren altijd enkele gaatjes in de dooier.
17
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u eieren met schaal met de microgolfoven kookt, ontploffen de
eieren. Dat kan ook gebeuren nadat u ze al uit het toestel heeft ge­haald. Eieren met schaal kunt u alleen in speciaal daarvoor bestemd serviesgoed koken. Verwarm geen hardgekookte eieren in de microgolfoven.
Als u voedingsmiddelen waarvan de schil of het vel hard is (toma-
ten, worstjes, aubergines, etc.) verhit, kunnen deze ontploffen. Maak daarom eerst een paar gaatjes of inkepingen in de schil of het vel. Zo kan de vrijkomende damp ontsnappen.
Servies met holle greepelementen en dekselknoppen is niet ge-
schikt voor de microgolfoven! Hierin kan zich vocht ophopen, waar­door druk ontstaat en de delen ontploffen (tenzij de betreffende de­len goed ontlucht zijn). Gebruik dergelijk serviesgoed niet om eten te bereiden.
Kwik- en vloeistofthermometers zijn niet geschikt voor hoge tem-
peraturen en breken gemakkelijk. Onderbreek het bereidingsproces als u de temperatuur van het ge­recht wilt meten en gebruik uitsluitend speciale thermometers.
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen
die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken. Reinig het apparaat nooit met een stoomreiniger.

Voor roestvrijstalen oppervlakken geldt:

De coating van het roestvrije staal wordt door kleefmiddelen aan-
getast en kan dan zijn beschermende werking tegen verontrei­nigingen verliezen. Plak geen notitieblaadjes, plakband, afplaktape of andere kleefmiddelen op het roestvrije staal.
Het oppervlak is krasgevoelig. Zelfs magneten kunnen krassen
veroorzaken.
18
Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Accessoires

Gebruik enkel originele Miele onderdelen. Worden andere acces-
soires aan- of ingebouwd, dan kan Miele niet voor de gevolgen in­staan en kan geen beroep meer worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
19

Functiebeschrijving

Hoe werkt de microgolfoven?

Er zit een magnetron in de microgolf­oven. Deze zet stroom om in elektro­magnetische golven (microgolven). De­ze golven worden gelijkmatig in de ovenruimte verdeeld en bovendien door de metalen wanden gereflecteerd. Zo komen de microgolven van alle kanten bij en in het voedsel. Door het bijge­schakelde draaiplateau worden de mi­crogolven optimaal verdeeld.
De golven kunnen het voedsel alleen bereiken, als het gebruikte serviesgoed microgolven doorlaat. Microgolven drin­gen bijvoorbeeld door porselein, glas, karton en kunststof heen, maar niet door metaal. Gebruik daarom geen pot­ten uit metaal en geen potten die dit metaal bevatten, bijv. een ommanteling uit metaal. Metaal kaatst de microgol­ven terug, waardoor vonken kunnen ontstaan. De microgolven kunnen door het metaal niet opgenomen worden.
Als u het juiste servies gebruikt, dringen de microgolven meteen door tot in het gerecht. Omdat het voedsel uit veel kleine moleculen bestaat, gaan de mo­leculen - vooral watermoleculen - door de microgolven sterk bewegen: ca. 2,5 miljard keer per seconde. Hierdoor ont­staat er warmte. Zij ontwikkelt zich eerst bij de randen en gaat dan naar het midden van het voedsel. Hoe meer wa­ter een gerecht bevat, des te sneller wordt het verwarmd of gaar gekookt.
De warmte ontstaat dus direct in het gerecht. Hieruit resulteren de volgende voordelen:
- Een gerecht kan over het algemeen met weinig of geen extra vocht of vet met de microgolffunctie worden bereid.
– Ontdooien, verwarmen en koken gaan sneller dan met een traditionele oven.
– Voedingsstoffen zoals vitaminen en mineralen blijven voor het grootste deel behouden.
– De natuurlijke kleur en smaak van de voedingsmiddelen veranderen nauwe­lijks.
De productie van microgolven stopt, zodra de bereiding onderbroken of de deur geopend wordt. Tijdens de berei­ding biedt de gesloten, intacte deur vol­doende bescherming tegen microgol­ven.
20

Mogelijkheden

Wat kan de microgolfoven?

In de microgolfoven kunt u gerechten in korte tijd ontdooien, verwarmen en ko­ken.
U kunt de microgolfoven als volgt ge­bruiken:
– U kunt voedingsmiddelen ontdooien, verwarmen en koken door een micro­golfvermogen en een tijd in te stellen.
– Diepvriesproducten kunt u ontdooien en meteen daarna bereiden.
– U kunt uw microgolfoven tevens als "kleine keukenhulp" gebruiken, bijvoor­beeld voor het laten rijzen van deeg, het smelten van chocolade of boter, het op­lossen van gelatine en het inmaken van kleine hoeveelheden fruit, groente of vlees.

Welke verwarmingssoorten heeft de microgolfoven?

Microgolf-Solomodus

Met alleen de microgolffunctie (micro­golf solo) kunt u ontdooien, verwarmen en koken.

Automatische programma's

U kunt uit de volgende automatische programma's kiezen:
– negen ontdooiprogramma's (: Ad 1 tot Ad 9),
– drie kookprogramma's voor diepvries­producten (: Ac 1 tot Ac 3),
– en vier kookprogramma's voor verse producten (: Ac 4 tot Ac 7).
Deze programma's zijn gewichtsafhan­kelijk. U moet daarom het gewicht van het gerecht invoeren. Het gewicht van het voedingsmiddel kunt u in grammen (g) of ponden (lb) la­ten weergeven (zie "Instellingen toestel wijzigen").
Het apparaat heeft tevens een automa­tisch programma voor popcorn .
21

Serviesgoed voor de microgolfoven

De microgolven
– worden door metaal teruggekaatst.
– dringen door glas, porselein, kunst-
stof en karton heen.
– worden door het gerecht opgeno-
men.
Brandgevaar!
Serviesgoed dat niet geschikt is voor de microgolfoven kan beschadigd ra­ken en daarbij ook de microgolfoven beschadigen.
Neem de serviesinstructies in acht.
22

Materiaal en vorm

De verwarmings- en kooktijden zijn af­hankelijk van het materiaal en de vorm van het gebruikte servies. Ronde en ovale vlakke potten zijn hier erg ge­schikt voor. De voedingsmiddelen wor­den dan gelijkmatiger verwarmd dan in rechthoekige schalen.
Servies met holle greepelemen-
ten en dekselknoppen, waarbij vocht in de openingen kan komen, is niet geschikt. Uitzondering: de openingen zijn voldoende verlucht.
Er kan dan druk ontstaan in het holle instrument, met gevaar voor explo­sies. Letselrisico!

Metaal

Metalen schalen, aluminiumfolie en bestek zijn niet geschikt voor gebruik in de microgolfoven, evenmin als serviesgoed met een metalen laagje (bijvoorbeeld een goudkleurig of ko­baltblauw decorrandje).
Metaal kaatst microgolven terug, waardoor het gerecht niet warm wordt.
Gebruik daarom geen kunststof be­kertjes, waarvan het aluminium dek­sel niet helemaal is verwijderd.
Uitzonderingen:
– Kant-en-klaarmaaltijden in aluminium
bakjes
kunt u in het toestel ontdooien en ver­warmen. Belangrijk: Verwijder het dek­sel van het bakje, het bakje moet min­stens 2cm van de binnenwand van het toestel verwijderd zijn. Het gerecht wordt alleen van boven verwarmd. Als u
Serviesgoed voor de microgolfoven
het gerecht uit de verpakking haalt en in een geschikte schaal voor de microgolf­oven doet, wordt de warmte over het al­gemeen gelijkmatiger verdeeld.
Denk eraan dat aluminium bakjes kunnen gaan kraken of vonken kun­nen afgeven.
– Stuk aluminiumfolie
Vlees met een onregelmatige vorm, zo­als gevogelte, wordt het beste ontdooid en bereid als u de platte delen de laatste paar minuten met stukjes alumi­niumfolie afdekt.
De folie moet minstens 2cm van de binnenwanden van het toestel verwij­derd blijven! Ze mag de wanden niet raken!
– Metalen spiesen en klemmen
Deze metalen delen kunt u alleen ge­bruiken als het vlees veel groter is dan het metaal.

Servies met een glazuurlaagje of verf

Sommige glazuur- en verfsoorten be­vatten metalen.
Daarom is dit serviesgoed niet ge­schikt voor de microgolfoven.

Glas

Vuurvast glas en keramisch glas zijn zeer geschikt.
Kristalglas dat vaak lood bevat, kan in de microgolfoven barsten.
Het is daarom niet geschikt voor de microgolfoven.

Porselein

Porseleinen serviesgoed is zeer ge­schikt.
Het mag echter geen metalen deco­ratie (zoals een goudrand) hebben en geen holle handgrepen.

Aardewerk

Beschilderd aardewerk is alleen ge­schikt als het motief zich onder een gla­zuurlaag bevindt.
Aardewerk kan heet worden. Verbrandingsgevaar! Trek ovenwanten aan.

Hout

Tijdens het koken verdampt het wa­ter in het hout, waardoor het uit­droogt en barst.
Houten schalen of bakjes zijn daar­om niet geschikt.

Kunststof

Kunststof serviesgoed moet hit-
tebestendig zijn (tot minimaal 110°C). Anders kan de kunststof vervormen of smelten en een reactie aangaan met het voedingsmiddel.
Kunststof serviesgoed mag alleen voor de verwarmingssoort "Microgolf solo" worden gebruikt.
Kunststof serviesgoed voor microgolf­ovens is verkrijgbaar in speciaalzaken. Kunststof serviesgoed van melamine is ongeschikt omdat het energie opneemt en daardoor te heet wordt. Informeer dus altijd eerst van welk materiaal het kunststof serviesgoed is.
23
Serviesgoed voor de microgolfoven
Serviesgoed van piepschuim (bijvoor­beeld polystyreen) kunt u gebruiken, als u gerechten maar eventjes wilt verwar­men.
Kunststof kookbuiltjes kunt u voor het verwarmen en koken van de in­houd gebruiken. Prik eerst gaatjes in het builtje zodat de stoom eruit kan. De stoom kan door de openingen ontsnappen. Daardoor voorkomt u dat de druk te hoog wordt en het builtje uiteenspat.
Bovendien zijn er speciale stoom-kook­zakjes, die niet ingestoken moeten wor­den. Neem de instructies op de verpak­kingen in acht.
Brandgevaar!
Gebruik geen metalen clips of clips van kunststof of papier waar ijzer­draad in zit.

Wegwerpbakjes

Wegwerpbakjes van kunststof moeten voldoen aan de eisen in de rubriek "Kunststof".
Blijf bij het apparaat als u voe-
dingsmiddelen bereidt in wegwerp­bakjes van kunststof, papier of ande­re brandbare stoffen.

Kookgerei testen

Als u niet zeker weet of u serviesgoed van glas, aardewerk of porselein in de microgolfoven kunt gebruiken, kunt u het servies als volgt testen:
Plaats het servies leeg in het midden
van de ovenruimte.
Sluit de deur.Zet de functieschakelaar op
900Watt.
Stel met de draaiknop een tijd in van
30seconden.
Druk op de toets "Start".
Hoort u vervolgens knetterende ge­luiden en ziet u vonkjes, schakel de microgolfoven dan meteen uit. Druk daartoe twee keer op de toets Aan/ Uit! Serviesgoed dat tot een derge­lijke reactie leidt, is niet geschikt voor de microgolfoven. Als u twijfelt, advi­seren wij u bij de fabrikant of win­kelier te informeren of het servies ge­schikt is voor de microgolfoven.
Met het bovenstaande kunt u niet controleren of eventuele holle hand­grepen voldoende ontlucht zijn.
U kunt uit milieu-overwegingen beter geen gebruik maken van wegwerpbak­jes.
24
Serviesgoed voor de microgolfoven

Het deksel

– voorkomt dat er te veel waterdamp
ontsnapt, vooral bij lange bereidings­tijden.
– zorgt ervoor dat het gerecht sneller
warm wordt.
– voorkomt dat het gerecht uitdroogt.
– houdt de ovenruimte schoon.
Dek gerechten daarom altijd met het
kunststof deksel af, als u met de ver­warmingssoort "Microgolfoven-so­lofunctie" werkt.
U kunt ook speciale microgolffolie ge­bruiken in plaats van het deksel. Pas op met gewone keukenfolie. Deze kan ver­vormen en een verbinding aangaan met het voedsel.
Als de schaal een kleine diame-
ter heeft, kan het voorkomen dat het deksel de schaal afdekt en dat de stoom niet door de openingen aan de zijkant van het deksel kan ont­snappen. Het deksel wordt dan te heet en kan smelten.
Het deksel wordt te heet en kan gaan smelten.
Zorg ervoor dat het deksel de schaal niet afdekt.
Gebruik geen deksel wanneer
– u gepaneerde gerechten verwarmt.
– het gerecht een korstje moet krijgen,
bijvoorbeeld toast.
Als u gesloten potten of flessen
verhit, wordt in de verpakking druk opgebouwd. Het voorwerp kan daar­door ontploffen.
Verhit daarom nooit voedingsmid­delen of vloeistoffen in afgesloten potten, zoals glazen met babyvoe­ding. Open eerst de pot. Verwijder bij zuigflessen eerst de dop en de speen.
Het materiaal van het deksel ver-
draagt temperaturen tot 110°C. Bij hogere temperaturen kan de
kunststof vervormen en een verbin­ding aangaan met het voedsel.
Daarom mag het deksel enkel in mi­crogolfovens en enkel voor micro­golfntoepassingen gebruikt worden.
25

Voor het eerste gebruik

Laat het uitgepakte toestel na het transport ca. 2 uur bij kamertempera­tuur staan voordat u het in gebruik neemt.
In deze tijd neemt het toestel de omge­vingstemperatuur aan. Dit is belangrijk voor het goed functioneren van de elek­tronica.
Verstikkingsgevaar!
Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in verpakkingsmateriaal wik­kelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal over hun hoofd trekken en stikken.
Houd verpakkingsmaterialen bij kin­deren vandaan.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen
als u het toestel uitpakt.
Gebruik de microgolfoven niet
wanneer
- de toesteldeur gebogen is. – de deurscharnieren los zitten. – er gaatjes of scheuren in de om­manteling, de deur of de binnen­wanden van de oven zitten. Als u de microgolfoven wel inscha­kelt, kunnen er microgolven vrijko­men die gevaarlijk kunnen zijn.
Reinig de ovenruimte en de accessoi-
res met een sponsdoekje en warm water.
Verwijder nooit de afdekking van de opening voor de microgolven.
Controleer het toestel op bescha-
digingen.
26
Plak de bijgevoegde verkorte ge-
bruiksaanwijzing op het apparaat (bij­voorbeeld op de aangegeven plaats), maar sluit geen ventilatieopeningen af.

Dagtijdweergave

U mag de microgolfoven alleen
gebruiken als deze is ingebouwd.
Druk op de draaiknop en de func-
tieschakelaar, zodat deze naar buiten komen (als de schakelaars nog ver­zonken zijn).

Dagtijd instellen

Sluit het toestel op de netspanning
aan.
Op het display verschijnt 12:00 en knip­pert het symbool totdat de juiste dagtijd wordt ingesteld.
Stel met de draaiknop de dagtijd in.Druk ter bevestiging op de toets OK
of .
De ingestelde tijd wordt overgenomen.
U kunt wisselen van het 24-uurs-for­maat naar het 12-uurs-formaat (zie "Instellingen toestel wijzigen").

Dagtijd corrigeren

Druk dan op de toets . Op het display knippert het symbool
enkele seconden. Corrigeer de dagtijd met de draai-
knop. U kunt dit doen zolang het symbool knippert.
Druk ter bevestiging op de toets OK
of , anders springt de dagtijd weer terug naar de oorspronkelijke waarde.

Geen dagtijdweergave

De dagtijdweergave verdwijnt en loopt op de achtergrond af als het toestel ca. 10 minuten niet gebruikt is. Het display wordt donker. Het toestel is uitgescha­keld en moet met de AAN-/UIT-toets ingeschakeld worden, voordat het op­nieuw bedrijfsklaar is.
U kunt deze instelling deactiveren als u de dagtijd continu wilt laten weergeven (zie "Instellingen toestel wijzigen").
27

Bediening

Deur openen

Als de microgolfoven ingeschakeld is, wordt de bereiding onderbroken als u de deur opent.
Letselrisico! De deur mag met
maximaal 8kg worden belast. Kinderen kunnen zich aan de geo-
pende deur verwonden. Voorkom dat kinderen op de geo-
pende deur gaan staan of zitten of eraan gaan hangen.

Serviesgoed in het apparaat zetten

Plaats het serviesgoed bij voorkeur in het midden van de ovenruimte.

Draaiplateau

Met het draaiplateau wordt het gerecht gelijkmatig ontdooid en bereid.
Gebruik het toestel alleen als het draaiplateau geplaatst is.
Het draaiplateau wordt bij elke berei­ding automatisch ingeschakeld.
Ontdooi en bereid gerechten niet op het draaiplateau zelf. Het gebruikte servies­goed mag niet groter zijn dan het pla­teau.
Roer het gerecht regelmatig om of draai de pan of schaal, zodat het gerecht ge­lijkmatig verwarmd wordt.

Proces starten

Stel met de betreffende schakelaars een microgolfvermogen en een tijd in.
Draai de functieschakelaar op de ge-
wenste vermogensstand.
Op het display verschijnt en het mi­crogolfvermogen. 00:00 knippert om de minuten weer te geven.
U kunt tussen 7 vermogensstanden kie­zen. Hoe groter het vermogen, des te meer microgolven bereiken het gerecht.
Kies een laag vermogen bij gerechten die u tijdens de bereiding niet kunt doorroeren of omkeren of waarvan de samenstelling heel divers is.
Alleen zo wordt de warmte gelijkmatig verdeeld. Verleng de bereidingstijd evenredig om het gewenste resultaat te bereiken.

Deur sluiten

Als u tijdens een bereiding de deur heeft geopend, kunt u de bereiding voortzetten door op de toets "Start" te drukken.
28
Bediening
Stel met de draaiknop voor de tijd de
bereidingstijd in.
De gekozen tijd is zichtbaar op het dis­play.
U kunt een duur tussen 10 seconden en 90 minuten kiezen. Uitzondering: is het maximale vermogen gekozen, dan kunt u een tijd instellen tot maximaal 15 mi­nuten. Als u het hoogste vermogen meermaals achter elkaar langdurig ge­bruikt, kan het vermogen automatisch tot 600Watt worden verlaagd. Dit wordt op het display aangegeven (oververhit­tingsbeveiliging).
De benodigde tijd hangt af van:
– Begintemperatuur van het voedsel.
Voor gerechten uit de koelkast geldt een langere tijd om te verwarmen, te garen, etc. te dan voor gerechten op kamertemperatuur.
– De kwaliteit van het voedsel en het
soort voedsel. Verse groente bijvoor­beeld bevat meer water dan minder verse groente en hoeft daardoor min­der lang te worden verwarmd.
Start de bereiding door op de toets
Start te drukken.
De verlichting van de ovenruimte dooft.
U kunt een bereiding alleen starten als de deur van het toestel gesloten is.

Displaymelding "door"

De melding "door" op het display herin­nert eraan dat het toestel niet zonder voedingsmiddelen gestart mag worden.
Het toestel kan beschadigd raken als het leeg wordt ingeschakeld.
Als u op de starttoets drukt, zonder dat u eerst de deur geopend heeft, ver­schijnt de melding door. De elektronica gaat er dan van uit dat er zich geen ge­recht in het toestel bevindt omdat de deur gedurende enige tijd (ca. 20 minu­ten) niet geopend is. De start wordt ge­blokkeerd totdat u de deur opent.
– De frequentie van het roeren en om-
keren. Als u het gerecht frequent doorroert en omkeert, wordt de warmte gelijk­matiger verdeeld en neemt de berei­dingstijd af.
– De hoeveelheid voedsel.
Dubbele hoeveelheid = bijna de dub­bele tijd.
Kleinere hoeveelheid = een evenredig kortere tijd.
– De vorm en het materiaal van het ser-
viesgoed.
29
Bediening
Bereidingsproces onderbre­ken / voortzetten
U kunt op elk moment een berei­ding . . . . . . onderbreken:
Druk op de toets of open de deur
van het toestel.
De tijd wordt stopgezet.

. . . voortzetten:

Sluit de ovendeur en druk op de toets
"Start".
De bereiding wordt voortgezet.

Instellingen wijzigen

Mocht u, nadat de bereiding is gestart, constateren dat . . .
. . . de vermogensstand van de micro­golfoven te hoog of te laag is:
Kies dan een nieuwe vermogens-
stand.
. . . de ingestelde tijd te kort of te lang is:
Onderbreek dan de bereiding (druk
op de toets ), stel met de draaiknop voor de tijd een nieuwe tijd in en zet de bereiding voort (druk op de toets "Start"),
Wijzig de tijd met de draaiknop voor
de tijd en zet de bereiding voort (druk op de toets "Start"),
of alternatief: Als u op de toets "Start" drukt terwijl
het apparaat in gebruik is, wordt de bereidingstijd verlengd. Met elke druk op de toets wordt de bereidingstijd met een minuut verlengd. Bij het maximale microgolfovenvermogen met telkens 30 seconden.

Bereidingsproces wissen

Druk op de toets of open de deur
van het toestel. De tijd wordt stopgezet.
Druk dan op de toets .
Na afloop van een bereidings­proces
Na afloop van de bereiding klinkt er een akoestisch signaal. De verlichting dooft.
Het signaal wordt enkele keren her­haald. Daarna weerklinkt gedurende de eerste minuten het einde van het pro­gramma in regelmatige intervallen een kort herinneringssignaal. U kunt deze functie uitzetten (zie "Instellingen toestel wijzigen").
Druk op de toets als u het akoes-
tische signaal eerder wilt uitzetten.
of alternatief:
30
Bediening

Warmhoudautomaat

De warmhoudautomaat schakelt in als na afloop van een kookproces met min­stens 450 Watt de deur gesloten blijft en er geen toets ingedrukt wordt. Daarna wordt de warmhoudautomaat na ca. 2 minuten voor maximaal 15 mi­nuten met 80Watt ingeschakeld.
Op het display verschijnen , 80W en H:H.
De functie wordt beëindigd als u bij een geactiveerde warmhoudautomaat de deur opent, op een toets drukt of een schakelaar bedient.
Deze automatische warmhoudfunctie kan niet apart gekozen worden.
U kunt deze functie uitzetten (zie "In­stellingen toestel wijzigen").
Quick-Start (programmeer­baar)
Als u alleen op de toets Start/ drukt, wordt het toestel op maximaal vermo­gen ingeschakeld. U kunt uit drie geprogrammeerde tijden kiezen:
30s: 1xop de toets Start/ druk-
ken
Als u op de starttoets drukt terwijl het apparaat in gebruik is, wordt de berei­dingstijd met telkens 30seconden ver­lengd.

Tijden programmeren

U kunt de geprogrammeerde tijden wij­zigen.
Kies met de toets Start / de be-
treffende geheugenplaats (1x, 2x of 3x drukken) en houd de toets Start / ingedrukt.
Wijzig tegelijkertijd de tijd met een
draaiknop (max. 15 minuten).
Als u de toets Start / loslaat, loopt het gewijzigde programma af.
De door u geprogrammeerde tijden worden bij een stroomstoring gewist en moeten dan opnieuw worden in­gevoerd.

Inschakelblokkering

De vergrendeling voorkomt dat het toe­stel kan worden bediend.
Ingebruiknamebeveiliging inscha­kelen
1min: 2xop de toets Start/ druk-
ken
2min: 3xop de toets Start/ druk-
ken
Als u vier keer achter elkaar op de toets Start / drukt, bent u weer bij de eerste instelling.
Druk dan op de toets . Op het display lichten en op, het
symbool knippert.
31
Bediening
Draai aan de draaiknop totdat  op
het display verschijnt.
Op het display lichten  en op, knippert.
Bevestig met OK. Op het display licht  op, knippert. Draai aan de draaiknop totdat  op
het display verschijnt.
Op het display licht  op, knippert. Bevestig met OK. Op het display lichten en  op,
knippert.
Na enkele seconden schakelt het dis­play over naar de dagtijd en verschijnt het symbool . Nu zijn bijna alle toestelfuncties opge­slagen. Alleen de kookwekker kunt u ook bij ingeschakelde vergrendeling ge­bruiken (zie "Kookwekker").
De vergrendeling moet na een stroomuitval opnieuw worden inge­schakeld.

Ingebruiknamebeveilliging opheffen

Als u de vergrendeling wilt uitzetten,
houdt u de toets OK enkele seconden ingedrukt, totdat u een signaal hoort.
Het symbool verdwijnt.
32
Bediening

Kookwekker gebruiken

De kookwekker kunt u gebruiken voor bereidingsprocessen buiten het appa­raat, bijvoorbeeld voor het koken van eieren. De ingestelde tijd loopt in se­conden af.
Druk dan op de toets .
Op het display knippert 00:00, en het symbool licht op.
Stel met de draaiknop voor de tijd de
gewenste kookwekkertijd in.
Druk op Start om de bereiding te
starten.
Als u niet op "Start" drukt, begint de tijd na enkele seconden automatisch te lo­pen.
Na afloop van de tijd klinkt er een
akoestisch signaal, de waarde 0:00 verschijnt en het symbool knippert.
Druk een keer op de toets. Het
symbool dooft en de dagtijd ver­schijnt.
Als u niet reageert, wordt het signaal nog enkele keren herhaald. Daarna loopt de tijd in seconden op. U kunt zo zien hoe lang de ingestelde kookwek­kertijd al verstreken is.
Corrigeer de tijd met de draaiknop.Druk op Start / om de kookwekker
weer te activeren.

Kookwekker in combinatie met een bereiding

U kunt de kookwekker ook gebruiken als u al een bereiding heeft ingesteld. De kookwekker loopt dan op de achter­grond af.
Druk tijdens het bereidingsproces op
de toets .
Op het display knippert 00:00, en het symbool licht op.
Stel met de draaiknop voor de tijd de
gewenste kookwekkertijd in.
Wacht enkele seconden en de inge-
stelde kookwekkertijd loopt af.
Na een paar seconden schakelt het dis­play weer over naar het aflopende be­reidingsproces. Het symbool gaat branden om de op de achtergrond aflo­pende kookwekkertijd weer te geven.
Druk in dit geval niet op de starttoets om de kookwekkertijd te starten want daarmee zou u de duur van het berei­dingsproces met een minuut verlengen.

Kookwekkertijd opvragen

Druk dan op de toets .
De actuele kookwekkertijd verschijnt.

Kookwekkertijd corrigeren

Druk dan op de toets .
De lopende kookwekkertijd is gestopt.
33

Bediening - automatische programma's

Alle automatische programma's zijn ge­wichtsafhankelijk.
Het gewicht van het voedingsmiddel kunt u in grammen (g) of ponden (lb) la­ten weergeven (zie "Instellingen toestel wijzigen").
Nadat u een programma heeft gekozen, hoeft u alleen nog maar het gewicht in te voeren. Het toestel kiest vervolgens automatisch de tijd die bij dat gewicht hoort.
Houd rekening met de aangegeven doorwarmtijd (het aantal minuten bij ka­mertemperatuur). De warmte wordt dan gelijkmatig over het gerecht verdeeld.

Ontdooiprogramma's

U kunt kiezen uit negen ontdooipro­gramma's voor verschillende soorten voedingsmiddelen. De doorwarmtijd bedraagt bij Ad 5 tot 30 minuten (afhan­kelijk van het gewicht) en bij de andere programma's ca. 10 minuten.
Ad 1  Steak, kotelet 200 – 1500 g
Ad 2  Braden 200 – 2000 g
Ad 3  Gehakt 200 – 1500 g
Ad 4  Kippenbout 200 – 1500 g
Ad 5  Haantje/Kip 800 – 4000 g
Ad 6  Visfilet 150 – 1500 g
Ad 8  Taart/Cake 100 – 1400 g
Ad 9  Brood 100 – 1500 g Dit programma is vooral geschikt voor het ontdooien van gesneden brood. Leg de sneetjes los in het toestel of haal ze na de helft van de tijd (als het signaal klinkt) los.

Kookprogramma's

Er zijn drie programma's voor diepvries­producten en vier programma's voor verse producten.
De doorwarmtijd is voor deze program­ma's altijd ca. 2 minuten.
Diepvriesproducten bereiden Ac 1  Groenten
50 – 2000 g Ac 2  Kant- en klaargerecht, roerbaar
300 – 1000 g Ac 3  Ovenschotel, gratin
200 – 1200 g

Verse producten bereiden  Ac 4  Groenten

50 – 2000 g Ac 5  Aardappelen
100 – 1500 g Ac 6  Rijst
50 – 500 g Ac 7  Visfilet in saus
400 – 2000 g
Ad 7  Hele vis 150 – 1500 g
34
Bediening - automatische programma's
bij hoort. Bovendien brandt het minimumgewicht van het gewenste programma nog.
Stel met de draaiknop het gewicht in.Druk op OK.
De tijd die bij het gewicht hoort, ver­schijnt op het display. Het startsymbool knippert.
Zet de functieschakelaar op .
Op het display verschijnen de symbolen voor het eerste automatische program­ma dat u kunt kiezen. Het symbool voor het microgolfvermogen en de aan­duiding  lichten op. Het ont­dooisymbool knippert.
Draai aan de draaiknop totdat het ge-
wenste automatische programma op het display verschijnt, bijvoorbeeld het programma  voor het ont­dooien van kip .
Druk op OK.
Druk op de toets "Start".
De tijd loopt af en de symbolen en en/of branden.
Na de helft van de bereidingstijd hoort u een akoestisch signaal.
Onderbreek het programma om het
gerecht (indien mogelijk) te keren of door te roeren. Zet het programma daarna voort.
U kunt eventueel de geprogram­meerde tijden tijdens de bereiding met enkele minuten verlengen. Druk daar­toe zo vaak op de starttoets totdat de gewenste tijd op het display ver­schijnt. U kunt alle programma's met slechts enkele minuten verlengen.
Na afloop van het bereidingsproces hoort u een akoestisch signaal. De verlichting dooft.
In het display knippert "g" of "lb". Hier­mee wordt u verzocht een gewicht in te voeren. Op het display branden de symbolen en voor microgolfoven en/of , afhankelijk van de groep waar het gekozen automatische programma
35
Bediening - automatische programma's

Popcorn

Met dit automatische programma kunt u microgolf-popcorn bereiden.
Microgolf-popcorn wordt in verschil­lende soorten verpakkingen verkocht. Dit programma is op een verpakking van ca. 100g afgestemd. Bij afwijkende verpakkingseenheden kan de tijd in een bepaald interval gewijzigd worden (zie "Toestelinstellingen wijzigen"). De tijd van het lopende programma kan in ieder geval niet gewijzigd worden.
Het programma is niet geschikt voor het bereiden van popcornmaïs of maïskorrels.
Bereid alleen popcorn die als micro­golf-popcorn wordt verkocht.
Leg het zakje volgens de aanwij-
zingen op de verpakking op het draaiplateau.
Als het zakje de binnenwand raakt of blijft steken, kan er ongewenste warmteophoping plaatsvinden.
Zorg ervoor dat het zakje ongehin­derd kan opblazen.
Stop het programma voor het einde
als de plofgeluiden minder worden. Houd u aan de aanwijzingen op de verpakking.
Het zakje is erg heet.
Wees voorzichtig als u het uit het ap­paraat haalt.
Druk op .
Na korte tijd start het programma. Als u op de toets Start drukt, start het onmid­dellijk. U zult gauw de eerste maïskorrels horen openspatten.
36

Recepten - automatische programma's

Hier volgen enkele recepten voor de au­tomatische programma's voor het be­reiden van verse producten°. U kunt deze recepten aanvullen en ermee va­riëren.
Het is belangrijk dat u bij de pro­gramma's de aangegeven maximum­gewichten niet overschrijdt, anders worden de gerechten niet gaar.
Houd u aan de gewichtswaarden.

Ac 4 Groenten

Bereiding

Doe de schoongemaakte, voorbereide groenten in een schotel. Voeg afhanke­lijk van de versheid en de vochtigheids­graad 3 – 4 water en een beetje zout of andere kruiden toe. Voer het gewicht in­clusief water in en gaar het geheel in de afgedekte schotel. Na ongeveer de helft van de bereidingstijd weerklinkt een signaal om aan te geven dat het gerecht moet worden omgekeerd of omgeroerd.
Voer bij het bereiden van groenten in saus het gewicht inclusief de saus in. Overschrijd het maximumgewicht niet.

Wortels in kervelroom (2 porties)

Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
-

Ingrediënten

350g wortels, schoongemaakt 5g boter 50ml groentebouillon (instant) 75g crème fraîche 1 eetlepels witte wijn Zout, peper 1 snufje suiker
1
/2 theelepel mosterd 1-2 eetlepel kervel, vers, gehakt of 1 eetlepel kervel, gedroogd en fijnge­wreven Ca. 1 eetlepel bindmiddel voor witte saus

Bereiding

Snijd de wortelen in reepjes (dikte ca. 3 – 4mm) of in schijven (3 – 4mm). Boter, bouillon, crème-fraîche en alle andere ingrediënten mengen en met de wortels in een kom gieten. Afgedekt bereiden, als een signaaltoon weerklinkt, alles goed omroeren.
-
Instelling: vers product Ac 4 Gewicht: 525g Stand: draaiplateau
37
Recepten - automatische programma's

Ac 5 Aardappelen

Met dit programma kunt u geschilde aardappelen, aardappelen in schil en bouillonaardappelen bereiden.
-

Bereiding

Het gewicht voor aardappelen en het vocht invoeren.
Doe geschilde aardappelen druipnat in een schaal. Doe er zout bij en bereid de aardappelen afgedekt.
Bij aardappelen gekookt in de schil aan elke aardappel ongeveer 1 eetlepel wa­ter toevoegen. Prik de schil van de aardappelen met een vork in en bereid ze afgedekt.

Goudgele aardappelen (3 porties)

Bereidingstijd: 25 – 35 minuten
-

Ingrediënten

500g geschilde aardappelen 1 ui, in kleine blokjes 10g boter 1 – 2 eetlepels currypoeder 250ml groentebouillon (instant) 50ml room 125g erwten (diepvries) Zout, peper

Bereiding

De aardappelen in grote blokjes snijden (ca. 3x3cm) of kleine aardappelen ge­bruiken. Alle ingrediënten in een vol­doende grote schotel doen en mengen. Afgedekt bereiden, als een signaaltoon weerklinkt, alles goed omroeren en ver­der garen.
-
Instelling: vers product Ac 5 Gewicht: 800g Stand: draaiplateau
38
Recepten - automatische programma's

Ac 6 Rijst

Met dit programma kunt u rijst in de mi­crogolfoven bereiden.
-

Bereiding

Voer het gewicht voor droge rijst in.
Giet kokend water over de droge rijst. 1 deel rijst op 2 delen water.
Bereid de rijst onafgedekt.

Ac 7 Visfilet in saus: viscurry (4 porties)

Bereidingstijd: 35 – 45 minuten
-

Ingrediënten

300g stukjes ananas 1 rode paprika 1 kleine banaan 500g goud- of roodbaarsfilet 3 eetlepels citroensap 30g boter 100ml witte wijn 100ml ananassap zout, suiker, chilipoeder 2 eetlepels bindmiddel voor witte saus

Bereiding

Snijd de visfilet in blokjes. Doe de blok­jes in een schaal en besprenkel de vis met citroensap. Snij de paprika in vier stukken. Verwijder de ribben en pitten en snijd de paprika in smalle reepjes. Pel de banaan en snijd de bananen in plakjes. Voeg de paprika en stukjes ananas bij de vis en meng het geheel. Voeg de boter toe. Meng de wijn, het zout, de kruiden en de sausbinder en voeg alles bij de vis in de schotel. Meng alles goed samen en bereid het geheel.
-
Instelling: vers product Ac 7 Gewicht: ca. 1200g Stand: draaiplateau
39

Eigen programma opslaan (memory)

U kunt een eigen programma opslaan. U kunt deze geheugenplaats gebruiken voor een gerecht dat u vaak bereidt. Het programmaproces kan uit 1 tot 3 stappen bestaan (bijv.: twee minuten 600Watt, daarna 10 minuten 450Watt en ten slotte 3 minuten 300Watt).

Programmeren

(bijvoorbeeld een programma met 3 stappen)
Druk op OK.Stel nu de tweede ovenfunctie en de
duur in.
Bevestig met OK.Stel nu de derde ovenfunctie en de
duur in. Druk op OK.
Om de programmering te beëindigen
zet u de functieschakelaar op de 12­uur-stand.
Zet eerst de functieschakelaar op de
12-uur-stand.
Druk op M.
Op het display knippert het symbool 1. Kies de ovenfunctie en de duur van
de eerste stap.
40
Vervolgens kunt u met de draaiknop door de ingevoerde waarden bladeren en deze controleren.
Start het programma om de inge-
voerde waarden op te slaan. Laat en­kel het volledige programma afwer­ken als het gerecht zich in de oven­ruimte bevindt.
Schakel het toestel meteen na
de start weer uit als er zich geen ge­recht in de ovenruimte bevindt. Druk daartoe op de toets . Het toestel kan anders beschadigd raken.
Bij programma's die uit 1 of 2 stappen bestaan, gaat u te werk zoals hiervoor is beschreven. U sluit de programme­ring af door de functieschakelaar op de 12-uur-stand te zetten en het program­ma vervolgens te starten.
Eigen programma opslaan (memory)

Eigen programma oproepen

Zet de functieschakelaar op de 12-
uur-stand.
Druk op M.Draai de draaiknop om te aparte pro-
grammastappen te bekijken.
Druk op de toets "Start".
Het programma is na een stroomsto­ring gewist en moet opnieuw worden ingevoerd.

Waarden corrigeren

Overschrijf het opgeslagen programma door een nieuw programma in te voe­ren.
Zet de functieschakelaar op de 12-
uur-stand.
Druk op M.
Op het display verschijnt de eerste pro­grammastap.
Druk op OK om de eerste stap te wij-
zigen.
Op het display knippert het symbool 1. Voer het nieuwe programmaverloop
in, zoals hiervoor is beschreven.
41

Instellingen toestel wijzigen

U kunt voor bepaalde instellingen van het toestel een alternatief kiezen.
De instellingen die u kunt wijzigen, vindt u in de volgende tabel. De standaard instellingen worden in de tabel met een sterretje* aangegeven.
Als u een standaardinstelling wilt wijzi­gen, gaat u als volgt te werk:
Druk op . Op het display knippert , en
lichten op.
Draai aan de draaiknop voor de tijd
als u de status wilt wijzigen (zie ta­bel). Bevestig uw keuze met een druk op de OK-toets. (Houd de OK-toets bij  en  ca. 4 seconden inge­drukt).
De gewijzigde instelling wordt in het ge­heugen opgeslagen. Op het display ver­schijnt weer en het cijfer van de in­stelling.
Op dezelfde manier kunt u eventueel nog meer instellingen wijzigen.
Als u een instelling niet wijzigt en naar een andere instelling wilt wisselen, drukt u op .
Als u geen instellingen meer wilt wijzi-
gen, drukt u op .
Deze gewijzigde instellingen blijven ook na een stroomstoring behouden.
Als u te lang wacht tot de volgende in­voer, dan verschijnt de dagtijd opnieuw op het display. Herhaal de invoer in dat geval.
Druk op OK.  verschijnt op het display.Kies met de draaiknop voor de tijd de
te wijzigen instelling ( tot  en ). Draai zo lang totdat de betref-
fende instelling op het display ver­schijnt.
Druk daarna op OK om de instelling
op te roepen.
Op het display verschijnt de op dat mo­ment actieve status, bijv.  etc.
42
Instellingen toestel wijzigen
Instelling Instelmogelijkheden (* standaardinstelling)
 Dagtijdweergave   * De dagtijdweergave verdwijnt en loopt op de
achtergrond af als het toestel enige tijd niet gebruikt wordt. Het toestel is uitgeschakeld en moet voordat het gebruikt wordt, inge­schakeld worden.
  De dagtijdweergave is ingeschakeld en blijft
zichtbaar. Het toestel is klaar voor gebruik.
 Volume
geluidssignalen
 Toetssignaal   De toetssignalen zijn uitgeschakeld.
 Kloktijd 24h * De 24-uurs-tijdsweergave is ingeschakeld.
 Herinneringssignaal   Het herinneringssignaal is uitgeschakeld.
 Gewichtseenheid   * Het gewicht van de voedingsmiddelen wordt
 Lichtsterkte display  
  De geluidssignalen zijn uitgeschakeld.
 
 ,   *
  * De toetssignalen zijn ingeschakeld.
12h De 12-uurs-tijdsweergave is ingeschakeld.
  * Om de 5 minuten hoort u een herinnerings-
  Het gewicht van de voedingsmiddelen wordt
 ,   *
De geluidssignalen zijn ingeschakeld. U kunt het volume wijzigen. Als u een status kiest, hoort u meteen het signaal dat daarbij past.
signaal (gedurende de eerste minuten na af­loop van het programma).
in gram (g) aangegeven.
in ponden (g) weergegeven.
Er kunnen verschillende lichtsterktes worden ingesteld. Als u een status kiest, ziet u met­een de bijbehorende lichtsterkte.
 Demo-functie (om
het toestel te tonen de vakhandel of in showrooms)
  * De demo-functie is niet actief.
  De demo-functie is actief. Als u op een toets
drukt of een schakelaar bedient, dan ver­schijnt kortstondig  op het display. Het toestel is niet bedrijfsklaar.
43
Instellingen toestel wijzigen
Instelling Instelmogelijkheden (* standaardinstelling)
 Warmhoudautomaat   De warmhoudautomaat is uitgeschakeld.
  * De warmhoudautomaat is ingeschakeld.
 Displaymelding
"door"
 Popcorn 02:30
 Fabrieksinstellingen   De fabrieksinstellingen zijn gewijzigd.
  De melding "door" verschijnt niet.
  * De melding "door" (deur) verschijnt als de
deur gedurende ca. 20 minuten niet geopend is. De startfunctie is dan geblokkeerd.
U kunt de maximale tijd voor dit programma 02:40 02:50
03:20*
03:50
  * De fabrieksinstellingen worden weer hersteld
binnen de aangegeven grenzen wijzigen.
of zijn niet gewijzigd.
44

Verwarmen

Kies om voedingsmiddelen te verwar­men het volgende vermogen:
Dranken 900Watt
Gerechten 600Watt
Baby-, kindervoeding 450Watt
Voeding voor baby's en kinderen
mag niet te heet worden. Verwarm deze producten daarom
slechts 1/2 tot 1 minuut op 450 Watt.

Tips voor het verwarmen

Verwarm gerechten afgedekt. Alleen ge­paneerde gerechten moet u niet afdek­ken.
Maak dichte potjes altijd open.
Verwijder het deksel bij glazen met kindervoeding.
Verwijder de zuigflessen zonder de dop en de speen.
Voor gerechten uit de koelkast geldt een langere tijd om te verwarmen dan voor gerechten op kamertemperatuur. De benodigde tijd voor het verwarmen hangt af van de kwaliteit, de hoeveel­heid en de begintemperatuur van het voedsel.
Zorg dat voedsel altijd voldoende wordt verwarmd.
Als u twijfelt of het gerecht warm of gaar genoeg is, stel dan opnieuw een tijd in.
De gerechten moet u tijdens het ver­warmen af en toe omscheppen of ke­ren. Omdat de buitenkant het eerst warm wordt, is het raadzaam de buiten­ste lagen naar het midden toe te roeren.

Na het verwarmen

Wees voorzichtig als u het gerecht uit het apparaat haalt! Het servies­goed kan heet zijn.
Voorkom dat het vocht gaat koken door voorafgaand aan het verwar­men die vloeistof om te roeren. Wacht na het verhitten minstens 20seconden voordat u de kom uit de ovenruimte neemt. Zo kunt u bo­vendien tijdens het verwarmen een glazen staafje of iets dergelijks - als u dat bij de hand hebt - in de kom steken.
Verhit geen hardgekookte eieren (ook niet zonder schaal) met de ovenfunc­tie "Microgolf". Ze kunnen ontplof­fen.
Het serviesgoed wordt niet door de mi­crogolven warm (met uitzondering van vuurvast aardewerk), maar door de warmte die het gerecht afgeeft.
Laat het gerecht een paar minuten op kamertemperatuur staan, zodat de warmte zich gelijkmatig over het ge­recht kan verdelen. De temperaturen worden gelijk.
Vergeet niet gerechten om te
scheppen of te schudden, nadat u ze heeft verwarmd, vooral baby- en kin­dervoeding. Controleer of deze niet te heet zijn!
45

Garen

Doe het gerecht in een schaal die ge­schikt is voor de microgolfoven en kook het afgedekt.
Stel voor het aankoken een vermogen in van 900 Watt en voor het doorkoken een vermogen van 450 Watt.
Stel voor het koken van gerechten zoals rijstebrij en griesmeel eerst 900 Watt in en vervolgens 150 Watt.

Tips voor het garen

De bereidingstijden bij groenten zijn af­hankelijk van de kwaliteit. De berei­dingstijd van groenten is afhankelijk van de versheid. Verse groente bevat meer water en is daardoor sneller gaar. Is de groente niet meer helemaal vers, voeg dan vóór de bereiding een beetje water toe.
Voor gerechten uit de koelkast geldt een langere tijd om te garen dan voor gerechten op kamertemperatuur.
Roer of keer gerechten om tijdens het garen. Roer het gerecht tijdens de be­reiding door of keer het om. De warmte­verdeling is dan gelijkmatiger.
Zorg dat zeer bederfelijke voe-
dingsmiddelen (zoals vis) correct worden bereid. Houdt u zich bij dergelijk voedsel al­tijd aan de aangegeven bereidings­tijden.
verwarmt. Zo kan de vrijkomende wa­terdamp ontsnappen en voorkomt u dat de voedingsmiddelen ontploffen.
Eieren met schaal kunnen ont-
ploffen tijdens het garen. Dat kan ook gebeuren nadat u ze al uit het toestel heeft gehaald.
Eieren met schaal kunt u alleen in speciaal daarvoor bestemd servies­goed met de microgolfoven koken.
Als u eieren zonder schaal met
de microgolffunctie verhit, kan de dooier er na het koken onder hoge druk uit spuiten.
Eieren zonder schaal mag u in de mi­crogolfoven bereiden als u eerst een paar gaatjes in de dooier prikt.

Na het koken

Wees voorzichtig als u het gerecht uit het apparaat haalt! Het servies­goed kan heet zijn.
Het serviesgoed wordt niet door de mi­crogolven warm (met uitzondering van vuurvast aardewerk), maar door de warmte die het gerecht afgeeft.
Laat het gerecht een paar minuten op kamertemperatuur staan (doorwarmtijd), zodat de warmte zich gelijkmatig over het gerecht kan verdelen. De tempera­turen worden gelijk.
Bij voedingsmiddelen waarvan de schil of het vel hard is (tomaten, au­bergines, worstjes, etc.), moet u eerst een paar gaatjes of inkepingen in de schil of het vel maken, voordat u de voedingsmiddelen in de microgolfoven
46

Ontdooien

Vries ontdooide voedingsmid-
delen niet weer in. Verbruik ze zo snel mogelijk aange-
zien de voedingswaarde afneemt en ze bederven.
Als ze gekookt of gebraden zijn, dan kunnen ze opnieuw worden ingevro­ren.
Kies om voedingsmiddelen te ontdooi­en het volgende microgolfvermogen:
– 80Watt
voor het ontdooien van zeer kwets­bare levensmiddelen, zoals room, bo­ter, slagroom- en crèmetaarten.
– 150Watt
voor het ontdooien van andere voe­dingsmiddelen.
Haal het ingevroren product uit de ver­pakking, leg het in een schaal die ge­schikt is voor de microgolfoven en laat het onafgedekt ontdooien. Na de helft van de ontdooitijd moet het gerecht worden gekeerd, in stukken gesneden of doorgeroerd.
Het is voldoende als de buitenlaag zo zacht is geworden dat de kruiden goed worden opgenomen.

Ontdooien en bereiding

Diepgevroren voedingsmiddelen kunt u ontdooien en aansluitend meteen berei­den.
Stel eerst een vermogen in van 900 Watt en daarna van 450 Watt.
Haal het gerecht uit de verpakking en doe het in een microgolfbestendige schaal. Laat het gerecht afgedekt ont­dooien. Bereid het ook afgedekt (met uitzondering van gehakt).
Roer voedingsmiddelen met veel vocht, zoals soep en groenten, tussendoor meermaals om. Keer vleesschijven hal­verwege voorzichtig om. Keer vis hal­verwege ook om.
Laat het gerecht na het ontdooien en verwarmen resp. koken een paar minu­ten op kamertemperatuur staan zodat de temperatuur zich gelijkmatig over het gerecht kan verdelen.
Laat diepgevroren vlees op een omge­keerd bord in een glazen of porseleinen schaal ontdooien. Op deze manier kan het vocht weglopen. Keer het vlees hal­verwege de tijd om.
Let bij het ontdooien van gevo-
gelte extra op de hygiëne. Gebruik het ontdooivocht niet. Gevaar voor salmonella!
Vlees, gevogelte en vis hoeven niet vol­ledig ontdooid te zijn voor verdere be­reiding.
47

Inmaken

Met de microgolfoven kunt u kleine hoeveelheden fruit, groenten en vlees in potten inmaken. Bereid deze voor zoals u dat normaal ook doet. Vul de potten tot maximaal 2cm onder de bovenrand.
Sluit de glazen enkel met door-
zichtige plakband of met een klem geschikt voor de microgolfoven.
Gebruik nooit metalen klemmen of potten met een schroefdeksel!
Blikken zijn niet geschikt voor het in­maken. Er ontstaat dan overdruk. De blikken kunnen ontploffen. U kunt daarbij let­sel oplopen en het toestel kan be­schadigd raken!
U kunt maximaal vier potten van 1/2 liter tegelijk inmaken.
– het aantal potten.
de tijdsduur totdat de inhoud van de potten gaat borrelen (gelijkmatig opstij­gen van luchtbelletjes) is bij
1 glas ca.3 minuten
2 glazen ca.6 minuten
3 glazen ca.9 minuten
4 glazen ca.12 minuten
Bij fruit en komkommers zijn deze tijden voldoende voor het inmaken.
Verlaag bij groenten het vermogen tot 450 Watt als de inhoud is gaan borrelen en kook
– wortels ca. 15 minuten en
– erwten ca. 25 minuten.

Na het inmaken

Haal de potten na het inmaken uit het apparaat, leg er een doek overheen en laat ze ca. 24 uur op een tochtvrije plaats afkoelen.
Zet de glazen op het draaiplateau.Breng de inhoud met een vermogen
van 900W aan het borrelen.
De benodigde tijd hangt af van:
– de begintemperatuur van de inhoud
van de potten.
48
Verwijder de klemmen of het plakband en controleer of alle potten goed dicht zitten.

Praktijkvoorbeelden:

Voedingsmid­delen
Boter/margari­ne smelten
chocolade smelten
Gelatine oplossen
Glazuur bereiden
Gistdeeg voordeeg van
Negerzoen vergroten
slasauzen aro­matiseren
Citrusvruchten op tempera­tuur brengen
Ontbijt­spek braden
IJs schepklaar maken
Tomaten pellen
Aardbeiencon­fituur bereiden
Aantal Micro-
100g 450 1:00 – 1:10 onafgedekt smelten
100g 450 3:00 – 3:30 onafgedekt smelten, tussen-
1 pakje +
5 eetl. water
1 pakje +
250ml vocht
100g meel
20g 600 0:10 – 0:20 onafgedekt op een bord
125ml 150 1 – 2 onafgedekt, heel licht ver-
150g 150 1 – 2 onafgedekt op een bord leg-
100g
500g 150 1 – 3 onafgedekt in het toestel
3 stuks 450 6 – 7 Bij het kroontje van de to-
300g aardbeien,
300g geleersuiker
Tijd (min) Aanwijzingen golfver­mogen (Watt)
door omroeren
450 0:10 – 0:30 onafgedekt oplossen, tus-
sendoor omroeren
450 4 – 5 onafgedekt verhitten, tus-
sendoor omroeren
80 3 – 5 afgedekt laten rijzen
warmen
gen
900
900
2 – 2:30 onafgedekt op keukenpapier
leggen
zetten
maat kruisvormige inke­pingen maken, afgedekt in weinig water verhitten, schil verwijderen. De tomaten kunnen zeer heet worden!
7 – 9 Vruchten en suiker mengen,
afgedekt in hoge schaal be­reiden
Alle getallen in de tabel zijn slechts algemene richtlijnen.
49

Gegevens voor testinstellingen

Testgerechten vol­gens EN60705
Eiercrème, 1000 g
Zandtaart, 475g
Gehaktmassa, 900g
Ontdooien van vlees (gehakt) 500g
Microgolf-
vermogen
(Watt)
300 38 – 40 120 Voor het serviesgoed
600 7 – 7:30 5 Voor het serviesgoed
600 450
300 150
Duur (min)
4
17
3
6:30
Door-
warm-
tijd*
(min)
10 Voor het serviesgoed
Opmerking
zie de norm, afme­tingen aan bovenkant (25 x 25 cm)
zie de norm, buitendia­meter bovenkant 220mm, onafgedekt bereiden
5 Voor het serviesgoed
zie de norm, afme­tingen bovenkant 250mmx124mm, open bereiden
zie de norm, onafge­dekt bereiden, na helft van de tijd gebruiken
Frambozen, 250g
* Laat het voedingsmiddel tijdens de doorwarmtijd bij kamertemperatuur staan. Gedurende die tijd wordt de temperatuur in het product gelijkmatig verdeeld.
50
150 7 3 Voor het serviesgoed
zie de norm, onafge­dekt bereiden
Reinig het toestel alleen als de span­ning van het apparaat is gehaald (trek bijvoorbeeld de stekker uit de contactdoos).
Gebruik nooit een stoomreiniger om de microgolfoven te reinigen. De stoom kan terechtkomen op on­derdelen die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.

Ovenruimte, binnenkant deur

De ovenruimte is na gebruik
heet. U kunt er zich aan verbranden! Hoe langer u wacht, des te moeilijker het wordt om de oven schoon te krij­gen. In extreme gevallen is het zelfs onmogelijk.
Ernstige verontreinigingen kunnen in extreme omstandigheden het toestel beschadigen en zelfs tot gevaarlijke situaties leiden. Brandgevaar!
Reinig de ovenruimte wanneer deze is afgekoeld.
Neem de ovenruimte en de binnenkant van de deur af met een mild reinigings­middel of met een beetje afwasmiddel in water. Wrijf alles daarna met een zachte doek droog.
Bij verontreinigingen verhit u een glas water 2 of 3 minuten lang im in de ovenruimte, totdat het kookt. De stoom komt naar beneden in de ovenruimte en doet het vuil afweken. Nu kunt u het vuil eventueel met wat spoelmiddel afspoe­len.

Reiniging en onderhoud

Verwijder nooit de afdekking van de opening voor de microgolven.
Er mogen geen vloeistoffen of voor­werpen in het apparaat terecht­komen.
Veeg de binnenruimte niet met een te natte doek af, anders kan er water in de openingen komen.
Gebruik geen schuurmiddelen, want daardoor kunnen krassen ontstaan.
Geurtjes kunt u neutraliseren door een kopje water met citroensap een paar minuten in de microgolfoven te laten koken.
Houd de deur altijd schoon en contro­leer deze regelmatig op eventuele be­schadigingen.
Een apparaat met een bescha-
digde deur mag niet worden ge­bruikt, totdat de deur door een door Miele geschoolde technicus is gere­pareerd.
51
Reiniging en onderhoud

Voor het reinigen van de ovenruimte gaat u als volgt te werk:

Verwijder het draaiplateau en reinig
het in de vaatwasser of met een drupje afwasmiddel in water.
Controleer of de raakvlakken tussen
het draaiplateau en de ring schoon zijn.
Draai het kruis niet met de hand, an­ders kan de aandrijfmotor bescha­digd raken.

Voorkant apparaat

Er mogen geen vloeistoffen of voor­werpen in de ventilatie-openingen te­rechtkomen.
Als verontreinigingen te lang inwer­ken, kunt u ze soms niet meer verwij­deren en kunnen de oppervlakken verkleuren of aangetast worden.
Verwijder verontreinigingen aan de voorkant van het toestel het best meteen.
Reinig de voorkant met een schoon sponsdoekje, afwasmiddel en warm water. Droog het onderdeel vervolgens met een zachte doek af. U kunt voor het reinigen ook een schoon, vochtig microvezeldoekje zon­der reinigingsmiddel gebruiken.
Houd de ring onder het draaiplateau
en de bodem van de ovenruimte er­onder schoon. Het plateau draait an­ders ongelijkmatig.
52
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig. Bij glazen oppervlakken kunnen
krassen glasbreuk tot gevolg heb­ben. Gebruik uitsluitend geschikte reini­gingsmiddelen om krassen en ver­kleuringen op de oppervlakken te voorkomen.
Neem de reinigingstips in acht.
Om beschadigingen aan de opper­vlakken te voorkomen, mogen de vol­gende middelen niet worden gebruikt om te reinigen:
– zuur-, soda-, ammoniak- of chloride-
houdende reinigingsmiddelen,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder, schuurmiddelen, schuursponsjes,
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen,
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
– reinigingsmiddelen voor vaatwassers,
– ovensprays,
– glasreinigers,
– schurende harde sponsjes en bor-
stels, zoals bijv. schuursponsjes,
– vlekkensponsjes,
– scherpe metalen schrapers!
Reiniging en onderhoud

Bijgeleverde accessoires

Deksel
Spoel het deksel na elk gebruik af. Het kan in de vaatwasser worden gerei­nigd. Wanneer het deksel in aanraking komt met natuurlijke kleurstoffen, zoals in wortels, tomaten en ketchup, kan het verkleuren. Een dergelijke verkleuring heeft geen ef­fect op de gebruiksmogelijkheden.
53

Nuttige tips

De meeste storingen en defecten, die bij het dagelijks gebruik kunnen optreden, kunt u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten, omdat u Miele niet hoeft in te schakelen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en te verhelpen.
Wat moet u doen als... . .
Probleem Oorzaak en oplossing
. . . een bereiding niet kan worden gestart
. . . er na de bereiding een geluid te horen is?
. . . het display donker is?
. . . het draaiplateau on­regelmatig draait?
Controleer
of de deur gesloten is.of de vergrendeling van het apparaat geactiveerd
is (zie "Vergrendeling apparaat").
of de melding "door" op het display staat. De deur
is dan gedurende enige tijd (ca. 20 minuten) niet geopend (zie: Displaymelding "door").
of de stekker goed in de contactdoos zit.of de zekering van de huisinstallatie doorgeslagen
is, omdat het toestel (een ander toestel of de huis­installatie) defect is. Trek in dat geval de stekker uit de contactdoos en waarschuw een elektricien of Miele.
Dat is geen storing! Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de in­bouwkast neerslaat, blijft de ventilator na een berei­ding nog een tijdje lopen. Hij wordt automatisch op­nieuw uitgeschakeld.
De dagtijdweergave is uitgeschakeld. Schakel het toestel in met de AAN-UIT-toets .
Het bereik van het draaiplateau is mogelijk verontrei­nigd.
Controleer of er vuil zit tussen het draaiplateau en
de bodem van de ovenruimte.
Controleer of de raakvlakken tussen het draaipla-
teau en het onderdeel eronder schoon zijn.
Reinig het bereik van het draaiplateau.
54
Probleem Oorzaak en oplossing
. . . het gerecht na af­loop van de bereiding niet voldoende ont­dooid, warm of gaar is?
. . het apparaat wel werkt, maar de verlich­ting niet?
. . . er tijdens de berei­ding in de microgolf­oven vreemde geluiden te horen zijn?
. . . de dagtijd op het display niet juist is?
. . . het gerecht te snel afkoelt?
De duur of de vermogensstanden zijn niet correct ge­kozen.
Controleer of u een tijd heeft ingesteld die past bij
het ingestelde vermogen. Hoe lager het vermogen, des te langer is de berei­dingstijd.
Controleer of de bereiding is onderbroken en daar-
na is voortgezet.
De lamp is defect. U kunt het toestel gewoon gebruiken, maar de lamp is defect.
Neem contact op met Miele als het lampje moet
worden vervangen.
Het voedsel is met aluminiumfolie afgedekt. Verwijder de aluminiumfolie.
Er ontstaan vonken door het gebruik van metalen ser­viesgoed.
Neem de serviesinstructies in het gelijknamige
hoofdstuk in acht.
Na een stroomstoring moet de dagtijd opnieuw wor­den ingesteld.
Corrigeer de dagtijd.
Door de microgolfeigenschappen ontstaat de warmte altijd eerst aan de buitenkant van het gerecht en ver­plaatst zich vervolgens naar het midden. Als het voedsel met een hoger vermogen verwarmd wordt, dan kan dat al warm zijn aan de buitenkant, maar nog niet aan de binnenkant. Door de aansluiten­de temperatuurinstelling wordt het voedsel binnenin warmer en aan de buitenkant kouder.
Verwarm daarom vooral gerechten met een ver-
schillende samenstelling, zoals bij een menu, met een lager vermogen, en daardoor langer op.
Nuttige tips
55
Nuttige tips
Probleem Oorzaak en oplossing
. . . de microgolfoven tijdens een bereidings­proces automatisch wordt uitgeschakeld?
De luchtcirculatie kan onvoldoende zijn. Controleer of de luchttoe- of -afvoer afgesloten is.
Verwijder alle voorwerpen.
Als het toestel oververhit raakt, wordt het om veilig­heidsredenen automatisch uitgeschakeld.
De bereiding kan worden voortgezet zodra het ap-
paraat weer is afgekoeld.
Het toestel schakelt herhaaldelijk uit. Neem contact op met de klantendienst.
56

Contact bij storingen

Voor storingen die u niet zelf kunt ver­helpen, waarschuwt u uw Miele vakhan­delaar of Miele.
De telefoonnummers van de Miele klantendienst vindt u achter in deze gebruiksaanwijzing.
De Miele klantendienst moet weten welk type toestel u hebt en welk fabri­cagenummer het heeft.
Beide nummers vindt u op het typepla­tje dat zich vooraan in het toestel be­vindt.

Garantie

De garantietermijn voor dit apparaat be­draagt 2 jaar.
Voor meer informatie, zie de bijge­voegde garantievoorwaarden.

Klantendienst

57

Elektrische aansluiting

Controleer voordat het toestel
wordt aangesloten of het onbescha­digd is.
Neem nooit een beschadigd toestel in gebruik!
Het toestel wordt standaard geleverd met een aansluitkabel en een stekker met randaarde, geschikt voor wissel­stroom 50Hz, 220-240Hz.
Sluit het apparaat aan op een geaarde contactdoos en een geschikte zekering (10A-L-automaat of een trage zekering van 10A).
De oven moet worden aangesloten op een geaarde contactdoos die volgens de voorschriften is geïnstalleerd. De elektrische installatie moet volgens VDE 0100 uitgevoerd zijn.
Plaats het toestel zo, dat de stekker be­reikbaar is.
Als de gebruiker niet meer bij de con­tactdoos kan komen of als er sprake is van een vaste aansluiting, moet het toe­stel via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden los­gekoppeld.
De contactopening in uitgeschakelde toestand moet minimaal 3mm bedra­gen. Geschikte schakelaars zijn zelf-uit­schakelaars, zekeringen en relais (EN60335).
Als de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door Miele worden vervan­gen of door een door de fabrikant geau­toriseerde vakman.
Dit product voldoet aan de vereisten van de Europese norm EN55011. Het product is ingedeeld in groep2, klas­seB. Groep 2 betekent dat het toestel hoogfrequente energie in de vorm van elektromagnetische stralen genereert, waarmee voedingsmiddelen worden verwarmd. Klasse B betekent dat het toestel geschikt is voor huishoudelijk gebruik.
Het toestel mag niet op wisselrichters worden aangesloten die bij autonome stroomvoorzieningen worden toegepast (zoals bij zonne-energie). Als het koel­toestel ingeschakeld wordt, kan het door spanningspieken voor de veilig­heid opnieuw uitgeschakeld worden. De elektronica kan daarbij beschadigd ra­ken! Het toestel mag ook niet in combinatie met een zogenaamde energievoor- keurstekker worden gebruikt. Derge­lijke stekkers verminderen de energie­toevoer, waardoor het toestel te warm wordt.
U dient de noodzakelijke aansluitgege- vens af te lezen van het typeplaatje. Dit bevindt zich aan de binnenkant van de voorkant of aan de achterkant van het toestel. Deze gegevens moeten beslist overeenkomen.
58
Zorg bij het inbouwen van de micro­golfoven voor een onbelemmerde luchtaf- en -toevoer aan de voorkant van het toestel.
Plaats daarom geen voorwerpen voor de ventilatieopeningen!
De deur kan beschadigd raken als u de deurgreep gebruikt om de micro­golfoven te transporteren.
Gebruik voor het dragen de grepen aan de zijkant van het apparaat.

Inbouwmaten

Inbouwen

59
Inbouwen

Inbouw uitvoeren

U mag de microgolfoven alleen ge­bruiken als deze is ingebouwd.
Schuif de microgolfoven in de nis.
Geleid de kabel met de stekker door de kastombouw.
Stel het toestel.Open de deur en bevestig het toestel
met de bijgeleverde schroeven aan de zijwanden van de kast.
60
Herstellingen aan huis en andere inlichtingen: 02/451.16.16
nv Miele België
Z.5 Mollem 480 1730 Mollem (Asse)
E-mail: info@miele.be Internet: www.miele.be
Duitsland Miele & Cie. KG
Carl-Miele-Straße 29 33332 Gütersloh
M 6160 TC, M 6260 TC
M.-Nr. 10 229 590 / 01nl-BE
Loading...