KM 6350 / 6351 / 6352 / 6354
KM 6380 / 6382 / 6383
Lees absoluut de gebruiksaanwijzing
en montagehandleiding voor u het toestel opstelt,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en
u voorkomt schade aan het toestel.
nl-BE
M.-Nr. 07 806 160
Inhoud
Beschrijving van het toestel .........................................4
Dienst Herstellingen aan huis van Miele, typeplaatje, garantie............83
3
Beschrijving van het toestel
Modellen
KM 6350 / KM 6351 / KM 6352
ac Kookzones met Twinboosterfunctie
bd Kookzones met boosterfunctie
eBedieningsveld
4
KM 6354
Beschrijving van het toestel
ac Kookzones met Twinboosterfunctie
bKookzone met boosterfunctie
dBedieningsveld
5
Beschrijving van het toestel
KM 6380
aKookzone met Twinboosterfunctie
bc Kookzones met boosterfunctie
dBedieningsveld
6
KM 6382 / KM 6383
Beschrijving van het toestel
acKookzones met Twinboosterfunctie
bde Kookzones met boosterfunctie
fBedieningsveld
7
Beschrijving van het toestel
Bedieningsveld
8
Beschrijving van het toestel
Sensortoetsen
a Kookvlak in-/uitschakelen
b Vergrendeling
c Vermogensstand instellen
d Boosterfunctie / Twinboosterfunctie
e Warmhoudfunctie
f - Tijd instellen
- Vermogensstand instellen voor de kookzone midden achteraan, indien aanwe
zig
g Stop and Go
h - Timer selecteren
- Van timerfunctie veranderen
- Een uitschakeltijd selecteren (zie rubriek "Kookzone automatisch uitschakelen")
i Timer in stappen van een half uur instellen
Controlelampjes
j Vergrendeling
-
k Controlelampje van de kookzone, bijv. controlelampje rechtsboven = kookzone
rechts achteraan
l Controlelampje dat halve uren aangeeft wanneer u een kookwekkertijd van
meer dan 99 minuten instelt
m Weergave van de resterende warmte
n Twinboosterfunctie
¤ Stand 1
¥ Stand 2
o Timerdisplay
00 tot 99 = Tijd in minuten
0.^ tot 9^ = Tijd in uren
9
Beschrijving van het toestel
Kookzonegegevens
Kookzo
Kookzo-
-
ne
y18 - 28Normaal
w10 - 16Normaal
x14-20/
z14 - 20Normaal
ne
y16 - 23Normaal
w10 - 16Normaal
x14-20/
z14 - 20Normaal
Minimale tot maximale
C in cm*
20x30
KM 6351 / KM 6352
Minimale tot maximale
C in cm*
20x30
KM 6350
Vermogen in watt bij 230 V**
2600
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Normaal
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Normaal
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Totaal:7400
Vermogen in watt bij 230 V**
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Normaal
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Normaal
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Totaal:7400
3000
3700
1400
2200
1850
2500
3000
2300
3000
3700
1850
3000
2300
3000
3700
1400
2200
1850
2500
3000
2300
3000
3700
1850
3000
10
Beschrijving van het toestel
Kookzo
KookzoneKM 6380
-
ne
f18 - 28Normaal
b10 - 16Normaal
a14-20/
f18 - 28Normaal
b10 - 16Normaal
a14 - 20Normaal
Minimale tot maximale
C in cm*
20x30
Minimale tot maximale
C in cm*
KM 6354
Vermogen in watt bij 230 V**
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Normaal
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Normaal
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Totaal:7400
Vermogen in watt bij 230 V**
Twinboosterfunctie, stand
1
Twinboosterfunctie, stand
2
Boosterfunctie
Boosterfunctie
Totaal:7400
2600
3000
3700
1400
2200
1850
2500
3000
2300
3000
3700
2600
3000
3700
1400
2200
1850
3000
* Binnen het opgegeven bereik kunt u kookgerei met elke willekeurige bodemdia
meter gebruiken.
** Het opgegeven vermogen kan variëren en is afhankelijk van de grootte en het
materiaal van het gebruikte kookgerei.
-
11
Beschrijving van het toestel
Kookzo
* Binnen het opgegeven bereik kunt u kookgerei met elke willekeurige bodemdia-
meter gebruiken.
** Het opgegeven vermogen kan variëren en is afhankelijk van de grootte en het
materiaal van het gebruikte kookgerei.
-
ne
y16 - 23Normaal
w10 - 16Normaal
b18 - 28Normaal
x14 - 20Normaal
z14 - 20Normaal
Minimale tot maximale
C in cm*
KM 6382 / KM 6383
Vermogen in watt bij 230 V**
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Twinboosterfunctie, stand 1
Twinboosterfunctie, stand 2
Boosterfunctie
Boosterfunctie
Totaal:11.100
2300
3000
3700
1400
1800
2400
3000
3700
1850
2900
1850
2900
Speciale uitvoering
Kookvlakken met het symbool < in de linkerbovenhoek zijn zo ontworpen dat er
een communicatiemodule kan worden ingebouwd voor het Miele|home-systeem
(zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren").
12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Dit kookvlak voldoet aan de voorge
schreven veiligheidsvoorschriften.
Door ondeskundig gebruik kunnen
gebruikers echter letsel oplopen en
kan er schade optreden aan het toe
stel.
Lees de gebruiks- en montageaan
wijzing daarom aandachtig door
voordat u het kookvlak in gebruik
neemt.
U vindt er belangrijke opmerkingen
omtrent uw veiligheid, de installatie,
het gebruik en het onderhoud van
uw toestel. Dat is veiliger voor uzelf
en u voorkomt schade aan het toestel.
Bewaar de gebruiks- en montageaanwijzing en geef ze door aan wie
het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
-
-
-
Dit kookvlak is bedoeld voor gebruik
~
in het huishouden en gelijkaardige om
gevingen zoals
in winkels, kantoren en gelijkaardige
–
werkomgevingen,
op boerderijen,
–
door klanten in hotels, motels,
–
bed-and-breakfasts en andere
typische woonomgevingen.
Gebruik het kookvlak uitsluitend in
~
huishoudelijke context voor het berei
den en warmhouden van gerechten.
Gebruik voor andere doeleinden is niet
toegelaten. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt
door een ander gebruik dan wat hier
wordt vermeld of door foutieve bediening.
Dit kookvlak is niet bestemd voor
~
gebruik buiten.
-
-
Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden
of hun onervarenheid of gebrek aan
kennis niet in staat zijn om het kookvlak
veilig te bedienen, mogen het toestel
alleen onder het toezicht of de
begeleiding van een verantwoordelijk
iemand gebruiken.
13
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Maak gebruik van de vergrendeling
~
om te vermijden dat kinderen het kook
vlak per ongeluk inschakelen of instel
lingen wijzigen.
Hou kinderen die in de buurt van het
~
kookvlak komen in het oog. Laat kin
deren nooit met het toestel spelen.
Kinderen mogen het kookvlak alleen
~
maar gebruiken wanneer hun de bedie
ning ervan zo uitgelegd is dat ze het
veilig kunnen bedienen. Kinderen moe
ten de eventuele risico's van een foutie
ve bediening kunnen beseffen.
Het kookvlak wordt heet wanneer
~
het in gebruik is en dat blijft het ook
nog enige tijd na het uitschakelen. Hou
kinderen van het toestel weg totdat het
is afgekoeld en er geen gevaar meer
bestaat dat ze er zich aan verbranden.
Bewaar geen voorwerpen die voor
~
kinderen interessant zijn, boven of achter het kookvlak. Anders worden kinderen ertoe verleid op het toestel te
klauteren. Er is gevaar voor verbran
ding!
-
-
-
Delen van de verpakking, bijv. folie
~
of piepschuim, kunnen voor kinderen
gevaar inhouden. Kinderen kunnen
verstikken! Bewaar deze delen van de
verpakking buiten hun bereik en verwij
der de verpakking ook zo vlug mogelijk.
-
-
-
-
Zorg ervoor dat kinderen geen hete
~
kookpotten en pannen omlaag kunnen
trekken. Draai de handvaten van de
kookpotten en pannen over het werk
blad. Hierdoor voorkomt u dat iemand
zich verbrandt. In de handel vindt u een
speciaal beveiligingshekje waardoor dit
risico wordt beperkt.
14
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Controleer vóórdat het kookvlak
~
wordt geïnstalleerd of het toestel zicht
baar beschadigd is. Is dat het geval,
neem het toestel dan in geen geval in
gebruik. Een beschadigd toestel kan
uw veiligheid in gevaar brengen.
De elektrische veiligheid van het
~
kookvlak is alleen gewaarborgd als het
wordt aangesloten op een volgens de
voorschriften geïnstalleerd aardsys
teem. Het is belangrijk dat u dit con
troleert.
Laat de elektrische installatie in uw wo
ning bij twijfel door een elektricien controleren. Miele kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade die werd
veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er
bestaat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
Vergelijk zeker eerst de aansluitge-
~
gevens (spanning en frequentie) op het
typeplaatje met die van uw elektrische
installatie. Sluit daarna pas uw kookvlak
aan.
Deze gegevens dienen absoluut over
een te stemmen. Anders treedt er scha
de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel
inlichtingen aan een elektricien.
Gebruik uw kookvlak enkel in inge
~
bouwde toestand. Enkel dan is een vei
lige werking gewaarborgd.
-
-
-
-
Open in geen geval de behuizing
~
van het kookvlak.
Wanneer u aansluitingen onder span
ning aanraakt of de elektrische en me
chanische constructie wijzigt, kan dat
voor u gevaar opleveren. Het kan ook
tot storingen in de werking van het toe
stel leiden.
Installatie-, onderhouds- en
~
herstellingswerken mogen alleen wor
den uitgevoerd door vakmensen die
door Miele erkend zijn.
Door ondeskundig uitgevoerde
installatie-, onderhouds- of
herstellingswerken kunnen er voor de
gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan
waarvoor Miele niet aansprakelijk kan
worden gesteld.
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
herstellingswerken moet het kookvlak
van het elektriciteitsnet losgekoppeld
zijn. Het toestel is pas stroomloos als
aan een van deze voorwaarden is voldaan:
–
De zekeringen in uw zekeringenkast
zijn uitgeschakeld.
–
De schroefzekeringen in uw
zekeringenkast zijn helemaal uitge
draaid.
–
De stekker is uit het stopcontact ge
trokken.
Trek bij toestellen met stekker niet
aan de kabel maar aan de stekker
om het toestel los te koppelen van
het elektriciteitsnet.
-
-
-
-
-
-
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als het kookvlak is uitgerust met een
~
communicatiemodule, moeten zowel
het kookvlak als de communicatiemo
dule van het elektriciteitsnet losgekop
peld zijn tijdens installatie-,
onderhouds- en herstellingswerken.
Laat u het kookvlak tijdens de ga
~
rantieperiode herstellen, dan mag dat
enkel gebeuren door een technicus die
door Miele erkend is. Anders is er bij
schade achteraf geen aanspraak meer
op garantie.
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele
Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u
zeker dat ze ten volle voldoen aan de
eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Als de aansluitkabel beschadigd is,
~
moet een elektricien de kabel
vervangen door een speciale aansluitkabel van het type H 05 VV-F
(PVC-isolatie). Deze kabel is verkrijgbaar bij Miele of via de Service After
Sales van Miele.
-
-
Veilig gebruik
Alleen voor personen met een pace
~
maker:
Hou ermee rekening dat er in de
onmiddellijke omgeving van het inge
schakelde kookvlak een elektromagne
tisch veld ontstaat. Het is echter
onwaarschijnlijk dat de werking van uw
pacemaker hierdoor wordt beïnvloed.
Bij twijfel vraagt u de fabrikant van uw
pacemaker of uw arts om raad.
Hou magnetiseerbare voorwerpen,
~
zoals kredietkaarten, diskettes,
zakrekenmachines, uit de onmiddellijke
omgeving van het ingeschakelde kookvlak. De werking ervan zou kunnen worden beïnvloed.
Het kookvlak wordt heet wanneer
~
het in gebruik is en dat blijft het ook
nog enige tijd na het uitschakelen. Pas
zodra de streepjes voor resterende
warmte zijn uitgegaan, is er geen gevaar meer dat u zich eraan kunt verbranden.
-
-
-
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen stopcontactenblokken of
verlengkabels om het kookvlak aan te
sluiten. Die bieden niet voldoende vei
ligheidsgaranties. Er bestaat onder an
dere gevaar voor oververhitting.
Als het kookvlak defect is of als de
~
keramische plaat barsten of spleten
vertoont, mag u het kookvlak niet in ge
bruik nemen en dient u het toestel di
rect uit te schakelen. Ontkoppel het
toestel in dat geval van het elektrici
teitsnet. Anders bestaat het risico dat u
elektrische schokken oploopt.
16
-
-
Laat het kookvlak niet zonder toe
~
zicht achter terwijl het in werking is!
Miele is niet verantwoordelijk voor de
-
schade die door het verwarmen van
-
leeg kookgerei kan optreden aan de
glaskeramiek.
Door oververhitting kunnen olie en vet
in brand vliegen en kan vervolgens het
toestel in brand vliegen.
Als heet vet of hete olie in brand
~
vliegt, probeer het vuur dan niet met
water te blussen! Doe het vuur stikken,
bijv. met een deken, een vochtige vaat
doek of iets in die aard.
-
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bescherm uw handen telkens als u
~
met het hete kookvlak omgaat. Maak
gebruik van ovenwanten, pannenlap
pen of iets dergelijks. Zorg ervoor dat
dit textiel niet nat of vochtig is. Anders
wordt de warmte sterker overgedragen
en kunt u zich verbranden.
Flambeer nooit gerechten onder een
~
dampkap. De ventilator zuigt de vlam
men aan zodat de dampkap in brand
kan vliegen.
Gebruik het kookvlak niet om er
~
voorwerpen op neer te leggen.
Leg vooral nooit messen, vorken, lepels
enz. of andere metalen voorwerpen op
het toestel. Als het toestel ingeschakeld
is, als u het toestel per ongeluk inschakelt of als het nog warm is van een bereiding, bestaat het risico dat metalen
voorwerpen verhitten. U kunt zich eraan
verbranden.
Afhankelijk van het materiaal, kunnen
voorwerpen die u op het toestel plaatst
ook smelten of in brand vliegen.
Natte deksels van kookgerei kunnen
zich vastzuigen.
Vergeet de kookzones na gebruik niet
uit te schakelen!
Dek het kookvlak nooit af met een
~
doek of folie. Wanneer u het toestel dan
per ongeluk inschakelt of wanneer het
kookvlak nog warm is, bestaat er
brandgevaar.
Gebruik geen kookgerei van kunst
~
stof of aluminiumfolie. Dat smelt bij ho
gere temperaturen. Er is dan ook
brandgevaar!
-
-
-
-
Verwarm geen gesloten recipiënten,
~
bijv. conservenblikjes, met dit toestel.
Door de resulterende overdruk kunnen
de recipiënten of blikjes uiteenspatten.
Er is dan risico op verbrandingen en
ander lichamelijk letsel!
Gebruik alleen kookpotten en pan
~
nen met een effen bodem. Als u potten
en pannen met een ruwe bodem ge
bruikt, kunnen er krassen op de kera
mische plaat optreden.
Verwarm nooit leeg kookgerei tenzij
~
de fabrikant van het kookgerei deze
toepassing uitdrukkelijk toelaat. Door
dat het kookvlak via de inductie heel
snel heet wordt, kan de temperatuur ter
hoogte van de bodem van het kookgerei in een mum van tijd de
zelfontbrandingstemperatuur van oliën
of vetten bereiken.
Hou het kookvlak schoon. Zout, sui-
~
ker of zandkorreltjes, bijv. van tijdens
het schoonmaken van groenten, kunnen krassen veroorzaken.
Zet in geen geval hete kookpotten of
~
pannen op het bedieningsveld. De
elektronische besturing die eronder zit,
kan schade oplopen.
Vermijd dat er voorwerpen of kook
~
gerei op de keramische plaat vallen.
Zelfs lichte voorwerpen zoals
zoutvaatjes kunnen barsten of spleten
in de keramische plaat veroorzaken.
-
-
-
-
-
17
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als er suiker, eten met suiker, kunst
~
stof of aluminiumfolie op een warm
kookvlak terechtkomt, moet u het toe
stel uitschakelen. Verwijder deze stof
fen onmiddellijk grondig met een glas
krabber, terwijl de kookzone nog heet
is. Als u zou wachten tot het toestel is
afgekoeld, zou u het oppervlak bescha
digen.
Let op dat u zich niet verbrandt!
Maak de kookzone verder schoon zo
dra ze afgekoeld is.
Wanneer u een elektrisch toestel,
~
bijv. een handmixer, gebruikt in de
buurt van het kookvlak, zorgt u ervoor
dat de aansluitkabel niet met het hete
kookvlak in contact komt. De isolatie
van de kabel kan beschadigd raken. Er
bestaat gevaar voor elektrische schokken!
Uw kookvlak is uitgerust met een
~
koelventilator. Als er zich een lade bevindt onder het ingebouwde toestel,
moet u ervoor zorgen dat er voldoende
afstand is tussen de inhoud van de
lade en de onderkant van het toestel
om zo een optimale ventilatie te
verzekeren. U mag geen scherpe of
kleine voorwerpen zoals papier in deze
lade bewaren. Die kunnen via de venti
latiespleten in de behuizing terecht
komen of erin worden gezogen. Op die
manier kan de ventilator of de koeling
beschadigd raken.
-
-
-
-
vervaardigd te zijn van materiaal dat te
-
gen hitte bestand is.
Metalen voorwerpen die in een lade
~
onder het kookvlak worden bewaard,
kunnen heet worden wanneer het toe
stel lang en intensief wordt gebruikt.
Zorg ervoor dat gerechten altijd vol
-
~
doende worden verwarmd. Kiemen die
eventueel in de gerechten aanwezig
zijn, worden alleen gedood als de tem
peratuur waaraan ze worden blootge
steld hoog genoeg is en die lang ge
noeg wordt aangehouden.
Gebruik in geen geval twee pannen
~
of kookpotten tegelijk op één kook- of
braadzone.
Als het kookvlak is ingebouwd ach-
~
ter een meubeldeur, mag het alleen
worden gebruikt wanneer de meubeldeur is geopend.
De meubeldeur mag pas worden gesloten wanneer het toestel uitgeschakeld
is en de streepjes voor resterende
warmte verdwenen zijn.
Als het kookvlak boven een oven of
~
fornuis met pyrolysereiniging inge
bouwd is, mag het tijdens de pyrolyse
reiniging niet worden gebruikt. De be
veiliging tegen oververhitting van het
kookvlak zou in werking kunnen treden
(zie gelijknamige rubriek).
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Als er onder het kookvlak een lade
~
is aangebracht, mag u daarin geen
licht ontvlambare vloeistoffen noch
brandbare voorwerpen zoals bijv.
spraybussen bewaren. Is die lade met
een bestekinzet uitgerust, dan dient die
18
Miele is niet aansprakelijk voor scha
de die ontstaan is doordat deze vei
ligheidsrichtlijnen niet in acht wer
den genomen.
-
-
-
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd voor milieu
vriendelijk en recycleerbaar verpak
kingsmateriaal gekozen.
Het recycleren van het verpakkingsma
teriaal vermindert de afvalproductie en
het gebruik van grondstoffen. Uw han
delaar neemt de verpakking terug.
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functioneren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde behandeling kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte apparaat dan ook nooit met het gewone afval.
-
Als u vragen heeft omtrent het af
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
–
of
de firma Recupel,
–
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel
–
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
-
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
19
Vóór het eerste gebruik
Kleef het typeplaatje dat bij de documentatie bijgevoegd is
op de daarvoor bestemde plaats in de rubriek "Technische
Dienst van Miele, typeplaatje" of "Typeplaatje".
Eerste reiniging
Verwijder eventuele beschermfolies en stickers.
^
Voor het eerste gebruik gaat u met een vochtige doek over
^
het toestel. Vervolgens wrijft u het droog.
Toestel in gebruik nemen
Enkel bij kookvlakken met facetrand (geslepen glazen
rand):
De eerste dagen na de inbouw kan er een kleine spleet
zichtbaar zijn tussen het kookvlak en het werkblad. Door
het gebruik wordt die wel kleiner. Ondanks deze spleet
blijft de elektrische veiligheid steeds gewaarborgd.
Wanneer het toestel voor het eerst wordt gebruikt, komt er
een geur vrij en ontstaat er eventueel damp. Bij het volgende
gebruik is de geur al wat minder merkbaar. Uiteindelijk verdwijnt ze helemaal.
20
De geur en damp die eventueel ontstaan wijzen niet op een
verkeerde aansluiting noch op een defect aan het toestel. Ze
zijn niet schadelijk voor de gezondheid.
Hou er rekening met dat de opwarmtijd bij inductiekook
vlakken erg veel korter is dan bij traditionele kookvlakken.
-
Hoe werkt het?
Inductie
Onder elke kookzone bevindt zich een inductiespoel. Als u
een kookzone inschakelt, genereert deze spoel een magneet
veld waardoor de bodem van het kookgerei heet wordt. De
kookzone zelf wordt alleen indirect verwarmd door de stra
lingswarmte van het kookgerei.
Een inductiekookzone reageert alleen op kookgerei met een
magnetiseerbare bodem (zie rubriek "Kookgerei"). Andere
kookpotten/pannen worden niet heet.
Bij inductie wordt automatisch rekening gehouden met de
grootte van het gebruikte kookgerei. Het inductiesysteem
werkt alleen op het gedeelte dat door de bodem van het
kookgerei wordt bedekt.
De kookzone functioneert niet,
– als u ze probeert in te schakelen terwijl er geen kookgerei
of ongeschikt kookgerei (kookgerei met een niet-magnetiseerbare bodem) op de kookzone staat.
– als de bodemdiameter van het gebruikte kookgerei te klein
is.
-
-
– als u het kookgerei van een ingeschakelde kookzone
wegneemt.
In dat geval knipperen de cijfers 1 tot 9 in de desbetreffende
cijferreeks.
Als u binnen de 3 minuten geschikt kookgerei op de kookzo
ne zet, gaan de cijfers continu branden en kunt u gewoon
doorgaan.
Wordt er geen kookgerei of ongeschikt kookgerei op de kook
zone gezet, dan wordt de kookzone of het kookvlak na
3 minuten automatisch uitgeschakeld.
Leg geen messen, vorken, lepels enz. of andere metalen
voorwerpen op het toestel. Als het toestel ingeschakeld is,
als u het toestel per ongeluk inschakelt of als het nog
warm is van een bereiding, bestaat het risico dat derge
lijke voorwerpen verhitten. U kunt zich eraan verbranden.
Vergeet de kookzones na gebruik niet uit te schakelen.
-
-
-
21
Inductie
Geluiden
Bij gebruik van inductiekookzones kunnen in het kookgerei,
afhankelijk van het materiaal en de uitvoering van de bodem,
volgende geluiden ontstaan:
Op een hoge vermogensstand kan het toestel een brom
–
geluid veroorzaken. Dit geluid neemt af of verdwijnt wan
neer een lagere vermogensstand wordt ingesteld.
Bij gebruik van kookgerei met een bodem die uit verschil
–
lende materialen bestaat (bijv. een sandwichbodem) kan
een knetterend geluid optreden.
Er kan een fluitend geluid ontstaan als de met elkaar ver
–
bonden kookzones (zie rubriek "Boosterfunctie") tegelijker
tijd worden gebruikt en op de kookzones kookgerei staat
met een bodem die uit verschillende materialen bestaat
(bijv. een sandwichbodem).
– Vooral bij lage vermogensstanden kunnen bij elektronische
schakelingen klikgeluiden optreden.
Om de levensduur van de elektronische besturing te vergroten, is het toestel voorzien van een ventilator. Als u het toestel
intensief gebruikt, wordt de ventilator ingeschakeld en hoort u
een zoemend geluid. Ook nadat u het toestel hebt uitgeschakeld, kan de ventilator nog doorlopen.
-
-
-
-
-
22
Kookgerei
Inductie
Kookgerei uit de volgende materialen is geschikt:
Roestvrij staal met magnetiseerbare bodem
–
Geëmailleerd staal
–
Gietijzer
–
Kookgerei uit de volgende materialen is niet geschikt:
Roestvrij staal met niet-magnetiseerbare bodem
–
Aluminium, koper
–
Glas-/keramiek, aardewerk
–
Als u niet zeker bent of een kookpot of pan geschikt is voor
inductie, kunt u dit controleren door een magneet tegen de
bodem te houden. Als de magneet zich vasthecht, is het
kookgerei geschikt.
Hou ermee rekening dat de eigenschappen van de bodem
van het kookgerei het bereidingsresultaat kunnen beïnvloeden.
Om optimaal gebruik te maken van een kookzone moet u de
grootte van het kookgerei zo kiezen dat het kookgerei tussen
de binnenste en de buitenste markering van de kookzone
past. Als het kookgerei kleiner is dan de binnenste markering,
kan de inductie eventueel niet werken. De kookzone reageert
dan alsof er geen kookgerei geplaatst is.
Hou ermee rekening dat bij kookpotten en pannen vaak de
maximale of bovenste diameter wordt opgegeven. Wat telt, is
echter de meestal kleinere diameter van de bodem.
Plaats het kookgerei centraal op de kook- of braadzone.
Als het niet centraal op de kook- of braadzone staat, kan
de greep erg heet worden.
23
Bediening
Bedieningsprincipe
Het bedieningsveld van uw keramische kookvlak is voorzien
van elektronische sensortoetsen. Die reageren op het contact
met uw vingers.
Als het kookvlak is uitgeschakeld, zijn alleen de op het kook
vlak gedrukte symbolen voor de aan-uitsensortoets van het
kookvlak en de vergrendeling zichtbaar.
Als het kookvlak wordt ingeschakeld, lichten alle andere sen
sortoetsen op. In de cijferreeksen brandt "0" met lichtsterkte 2
en branden de cijfers 1 tot 9 met lichtsterkte 1.
Als een vermogensstand wordt ingesteld, branden de cijfers
0 tot en met het cijfer van de ingestelde vermogensstand met
lichtsterkte 2.
Als de booster- of warmhoudfunctie is ingesteld, brandt de
desbetreffende sensortoets met lichtsterkte 2.
Door met een vinger de gewenste sensortoetsen aan te raken, bedient u het kookvlak. Bij elke reactie van de sensortoetsen hoort u een geluidssignaal.
Hou het bedieningsveld altijd schoon. Leg er geen voorwerpen op. Anders reageren de sensortoetsen niet of activeert u onbedoeld functies. Ook is het mogelijk dat het
kookvlak dan automatisch wordt uitgeschakeld (zie rubriek
"Veiligheidsuitschakeling").
Zet in geen geval heet kookgerei op de sensortoetsen.
Hierdoor kan de elektronische besturing onder het display
beschadigd raken.
-
-
24
Inschakelen
Schakel eerst het kookvlak in en schakel daarna de gewenste
kookzone in.
Laat het toestel niet zonder toezicht achter terwijl het in
werking is!
Kookvlak inschakelen
Raak de sensortoets s aan.
^
Alle sensortoetsen lichten op. Stelt u niets in, dan wordt het
kookvlak om veiligheidsredenen na enkele seconden weer
uitgeschakeld.
Kookzone activeren
Een kookzone is niet actief als alleen de "0" van de cijferreeks
brandt. Raak de "0" aan om de kookzone te activeren. Alle
vermogensstanden lichten op.
Vermogensstand instellen
In de fabriek geprogrammeerde vermogensstanden
Bediening
^ Raak het desbetreffende cijfer aan in de cijferreeks van de
gewenste kookzone.
Tussenstanden als u het aantal vermogensstanden hebt
uitgebreid
(zie rubriek "Tabel met vermogensstanden")
^
Raak de ruimte tussen de cijfers aan.
Als u bijv. vermogensstand 7+ instelt, branden de cijfers 7 en
8 helderder dan de overige cijfers.
Vermogensstand wijzigen
^
Raak het desbetreffende cijfer aan in de cijferreeks van de
gewenste kookzone.
25
Bediening
Tabel met vermogensstanden
In de fabriek zijn 9 vermogensstanden geprogrammeerd. Als u fijner afgestemde
vermogensstanden wenst, kunt u het aantal standen uitbreiden (zie rubriek "Pro
grammering").
Stand
Fabrieksinstel
ling
(9 vermogens
standen)
Boter smelten
Gelatine oplossen
Rijstpap of havermoutpap maken22 tot 2+
Kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen
Rijst koken
Groenten in blokken ontdooien32+ tot 3
Graan gaar koken32+ tot 3+
Vloeibare of halfvaste gerechten opwarmen
Omelet of spiegelei zonder korst bakken
Fruit blancheren
Deegwaren gaar koken44 tot 5+
Groente of vis stoven55
Diepvriesproducten ontdooien en opwarmen55 tot 5+
Grote hoeveelheden eten aan de kook brengen, bijv. een
pansgerechten
Gebonden saus of roomsaus maken, bijv. witte-wijnsaus
of sauce hollandaise
Spiegeleieren behoedzaam bakken (zonder dat het vet over
verhit wordt)
Vis, schnitzel en worst behoedzaam braden (zonder dat het
vet oververhit wordt)
Pannenkoeken, flensjes bakken76+ tot 7
Stoofgerechten aanbraden/even laten braden88 tot 8+
Grote hoeveelheden water aan de kook brengen
Aankoken
-
-
1 tot 21 tot 2+
33 tot 3+
44 tot 4+
65+ tot 6
65+ tot 6+
76+ tot 7+
99
Aantal uitgebreid
(17 vermogens-
-
standen)
-
De gegevens zijn richtwaarden.
Het vermogen van de inductiespoel varieert afhankelijk van de grootte en het materiaal van de bodem
van het kookgerei. Daarom is het mogelijk dat u met uw kookgerei lichtjes andere vermogensstanden
moet gebruiken. Probeer zelf uit wat de optimale instellingen zijn voor uw kookgerei.
26
Kookstartautomaat
Bediening
Activeren
Deactiveren
Als de kookstartautomaat geactiveerd is, wordt de desbetref
fende kookzone automatisch een bepaalde tijd op het hoog
ste vermogen verwarmd. Daarna wordt teruggeschakeld naar
de vermogensstand die u hebt ingesteld. Dit noemen we de
voortkookstand. De kookstarttijd hangt af van de ingestelde
voortkookstand (zie tabel).
Stel een voortkookstand in door het gewenste cijfer aan te
^
raken totdat een geluidssignaal weerklinkt en de ingestelde
voortkookstand begint te knipperen.
Gedurende de kookstart (zie tabel) knippert de ingestelde
voortkookstand.
Wordt tijdens de kookstart de voortkookstand gewijzigd, dan
wordt de kookstartautomaat gedeactiveerd.
Hebt u het aantal vermogensstanden uitgebreid (zie rubriek "Programmering") en een tussenstand ingesteld, dan
knipperen de vermogensstanden voor en na de tussenstand.
U kunt de kookstartautomaat gedurende de kookstarttijd uitschakelen.
^
Raak de ingestelde voortkookstand aan totdat het cijfer
constant brandt, of stel een andere vermogensstand in.
-
-
27
Bediening
Voortkookstand*Kookstarttijd (duur)
in minuten en seconden (ca.)
10:15
1+0:15
20:15
2+0:15
30:25
3+0:25
40:50
4+0:50
52:00
5+5:50
65:50
6+2:50
72:50
28
7+2:50
82:50
8+2:50
9-
* De voortkookstanden 1+ enz. zijn alleen beschikbaar als u
het aantal vermogensstanden hebt uitgebreid (zie rubriek
"Programmering").
Boosterfunctie
Bediening
De kookzones hebben een boosterfunctie of een
Twinboosterfunctie (zie rubriek "Beschrijving van het toestel").
Met de boosterfunctie kan een hoger vermogen worden gele
verd om snel grote hoeveelheden te kunnen verwarmen (bijv.
grote hoeveelheden water voor het koken van pasta). Als
deze functie ingeschakeld is, werken de kookzones geduren
de 15 minuten met een extra hoog vermogen.
Er kunnen maximaal twee boosterfuncties tegelijk worden ge
bruikt: u kunt tegelijkertijd die voor een kookzone links en die
voor een kookzone rechts gebruiken.
Als de boosterfunctie wordt ingeschakeld wanneer
– er geen vermogensstand is ingesteld, wordt na afloop van
de boostertijd of bij voortijdig uitschakelen automatisch
naar vermogensstand 9 teruggeschakeld.
– er wel een vermogensstand is ingesteld, wordt na afloop
van de boostertijd of bij voortijdig uitschakelen automatisch naar de eerder ingestelde vermogensstand teruggeschakeld.
Neemt u tijdens de boostertijd het kookgerei weg, dan wordt
de boosterfunctie onderbroken. De functie wordt weer geactiveerd als u het kookgerei binnen de 3 minuten terugzet op de
kookzone.
Om het vermogen voor de boosterfuncties te kunnen leveren,
moet het systeem gedurende de boostertijd aan een andere
kookzone een deel van het vermogen onttrekken. Daarom zijn
telkens twee kookzones zoals aangegeven met elkaar ver
bonden (gekoppeld).
Voorbeeld:
-
-
-
-
29
Bediening
Als u de boosterfunctie of stand 1 van de Twinboosterfunctie
inschakelt, gebeurt het volgende met de kookzone die ver
bonden is met de desbetreffende kookzone:
als de kookstartautomaat is geactiveerd, wordt deze gede
–
activeerd.
als voor de kookzone die verbonden is met de desbetref
–
fende kookzone vermogensstand 9 is ingesteld, wordt de
vermogensstand verlaagd.
Als u stand 2 van de Twinboosterfunctie inschakelt, wordt de
kookzone die verbonden is met de desbetreffende kookzone
uitgeschakeld.
-
-
-
30
Bediening
Zolang de boosterfunctie in werking is, branden de sensor
toets B en alle cijfers in de desbetreffende cijferreeks met
lichtsterkte 2.
Boosterfunctie inschakelen
Raak "0" aan in de cijferreeks van de desbetreffende kook
^
zone.
Stel eventueel een vermogensstand in.
^
Raak de sensortoets B aan.
^
Twinboosterfunctie inschakelen
Stand 1
Raak "0" aan in de cijferreeks van de desbetreffende kook
^
zone.
^ Stel eventueel een vermogensstand in.
^ Raak de sensortoets B aan.
Het controlelampje voor stand 1 ¤ van de Twinboosterfunctie
gaat aan.
Stand 2
^ Raak "0" aan in de cijferreeks van de desbetreffende kook-
zone.
-
-
-
^
Stel eventueel een vermogensstand in.
^
Raak de sensortoets B 2 keer aan.
Het controlelampje voor stand 2 ¥ van de Twinboosterfunctie
gaat aan.
Boosterfunctie / Twinboosterfunctie uitschakelen
^
Raak de sensortoets B als volgt aan:
- 1 keer (boosterfunctie)
- zo vaak totdat de controlelampjes uitgaan
(Twinboosterfunctie).
of
^
Stel een andere vermogensstand in.
31
Bediening
Warmhoudfunctie
Alle kookzones zijn voorzien van een warmhoudfunctie.
Als de warmhoudfunctie is ingesteld, wordt de kookzone na
maximaal 2 uur werking uitgeschakeld.
De warmhoudfunctie dient om gerechten direct na de be
reiding warm te houden, wanneer ze dus nog warm zijn.
Deze is niet geschikt om koude gerechten op te warmen!
Warmhoudfunctie in-/uitschakelen
Raak de sensortoets 2 van de desbetreffende kookzone
^
aan.
Tips
Hou gerechten uitsluitend in het kookgerei (kookpot/pan)
warm. Dek het kookgerei af met een deksel.
Tijdens het warmhouden moeten de gerechten niet worden
omgeroerd.
Hou ermee rekening dat er voedingsstoffen verloren gaan
tijdens het bereiden van voedingsmiddelen en dat dit proces
wordt voortgezet tijdens het warmhouden. Hoe langer de
voedingsmiddelen worden warmgehouden, hoe meer voedingsstoffen er verloren gaan. Hou de warmhoudtijd zo kort
mogelijk.
-
32
Uitschakelen / weergave van de resterende warmte
Kookzone uitschakelen
Raak het cijfer "0" aan in de cijferreeks van de desbetref
^
fende kookzone.
Bediening
-
De cijfers 1 tot 9 van de cijferreeks doven na enkele secon
den. Is de kookzone nog heet, dan wordt via streepjes de
resterende warmte weergegeven.
Kookvlak uitschakelen
^
Nu zijn alle kookzones uitgeschakeld. Alle sensortoetsen
gaan uit.
Als er nog kookzones warm zijn, doven de cijfers 1 tot 9 van
de desbetreffende cijferreeksen na enkele seconden. Voor
de kookzones die nog heet zijn, wordt de resterende warmte
via streepjes weergegeven.
De streepjes die de resterende warmte weergeven, verdwijnen één voor één naarmate de kookzones afkoelen. Samen met het laatste streepje dooft ook de "0".
-
Raak de sensortoets s aan.
Raak de kookzones niet aan zolang de streepjes voor de
resterende warmte branden. Leg op de kookzones ook
geen voorwerpen die geen hitte kunnen verdragen.
Gevaar voor brandwonden en brand!
33
Tips om energie te besparen
Kook bij voorkeur met een deksel op de kookpot of pan. Zo
–
vermijdt u dat er nodeloos warmte ontsnapt.
Zonder dekselMet deksel
Gebruik voor kleine hoeveelheden een kleine kookpot.
–
Voor het verwarmen van een kleine kookpot is minder
energie nodig dan voor het verwarmen van een grotere,
nauwelijks gevulde kookpot.
– Gebruik weinig water bij het bereiden.
– Stel na de kookstart of het aanbraden een lagere vermo-
gensstand in.
– U kunt de bereidingstijd aanzienlijk verkorten door een
snelkookpan/snelkookpot te gebruiken.
34
Timer
h
Als u de timer wilt gebruiken moet het kookvlak ingeschakeld
zijn.
U kunt de timer op twee manieren gebruiken:
als kookwekker
–
voor het automatisch uitschakelen van een kookzone.
–
U kunt een tijd instellen tussen 1 minuut (01) en 9 uren (9^).
Een tijd tot 99 minuten wordt in minuten ingesteld en weerge
geven.
Voorbeeld
Bij een tijd van meer dan 99 minuten, moet eerst de sensortoets h worden aangeraakt. De tijd wordt in stappen van een
half uur ingesteld. De halve uren worden via een punt naast
het cijfer weergegeven.
Voorbeeld (2 uur en 30 minuten):
Na afloop van de ingestelde tijd verschijnt 00 op het
timerdisplay. Tegelijkertijd weerklinkt er enkele seconden
lang een geluidssignaal.
-
35
Timer
h
h
h
Kookwekker
Kookwekkertijd instellen
Minuten
Voorbeeld: U wilt 15 minuten instellen.
Schakel het kookvlak in (als dat nog niet gebeurd is).
^
Raak de sensortoets m aan.
^
De sensortoets m knippert. Op het timerdisplay verschijnt 00.
De 0 rechts knippert.
Eerst wordt het linkercijfer van de tijd ingesteld, vervolgens
het rechtercijfer.
^ Raak in de cijferreeks het cijfer aan dat u wilt instellen als
linkercijfer (in dit voorbeeld 1).
Op het timerdisplay knippert nu rechts een 1.
^
Raak in de cijferreeks het cijfer aan dat u wilt instellen als
rechtercijfer (in dit voorbeeld 5).
De 1 verschuift naar links en rechts verschijnt 5.
Na enkele seconden stopt de sensortoets m met knipperen
en begint het aftellen van de kookwekkertijd.
36
Uren
hhh
Timer
U kunt volle uren instellen door in de cijferreeks het desbe
treffende cijfer aan te raken.
U kunt halve uren instellen door in de cijferreeks de ruimte
tussen 2 cijfers aan te raken.
Voorbeeld: U wilt 2 uren en 30 minuten instellen.
Schakel het kookvlak in (als dat nog niet gebeurd is).
^
Raak de sensortoets m aan.
^
De sensortoets m knippert. Op het timerdisplay verschijnt 00.
De 0 rechts knippert.
^ Raak de sensortoets h aan om de tijd in stappen van een
half uur in te stellen.
^
Raak in de cijferreeks de ruimte tussen de cijfers 2 en 3
aan.
-
Na enkele seconden stoppen de sensortoets m en het
timerdisplay met knipperen. Het aftellen van de kookwekker
tijd begint.
-
37
Timer
Kookwekkertijd wijzigen
Raak de sensortoets m aan.
^
Stel de gewenste tijd in zoals hierboven beschreven.
^
Kookwekkertijd wissen
Raak de sensortoets m aan.
^
Raak in de cijferreeks het cijfer 0 aan.
^
38
Kookzone automatisch uitschakelen
U kunt een tijd instellen waarna een kookzone automatisch
moet worden uitgeschakeld.
De functie voor het automatisch uitschakelen kan voor alle
kookzones tegelijk worden geprogrammeerd.
Als de geprogrammeerde tijd langer is dan de maximaal
toegelaten gebruiksduur, wordt de kookzone na afloop van
de tijd van de veiligheidsuitschakeling (zie gelijknamige ru
briek) uitgeschakeld.
Stel voor de desbetreffende kookzone een vermogens
^
stand in.
Raak de sensortoets m zo vaak aan tot op het timerdisplay
^
het controlelampje van de desbetreffende kookzone knippert.
Als meerdere kookzones ingeschakeld zijn, knipperen de
controlelampjes in wijzerzin, te beginnen vanaf vooraan links.
^ Stel de gewenste tijd in.
De ingestelde tijd wordt in stappen van een minuut afgeteld.
Op het timerdisplay ziet u de resterende tijd. U kunt deze op
elk moment wijzigen.
Timer
-
-
Als u ook een andere kookzone automatisch wilt laten uit
schakelen, gaat u te werk zoals reeds beschreven.
Als meerdere uitschakeltijden geprogrammeerd zijn, wordt
de kortste resterende tijd weergegeven. Op het timerdisplay
knippert het controlelampje van de desbetreffende kookzone.
De andere controlelampjes branden continu. Wilt u de reste
rende tijden weergeven die op de achtergrond aflopen, raak
dan de sensortoets m zo vaak aan totdat op het timerdisplay
het gewenste controlelampje knippert.
-
-
39
Timer
Combinatiegebruik
U kunt de functies "kookwekker" en "automatisch uitscha
kelen" tegelijk gebruiken.
Ga als volgt te werk als u een of meer uitschakeltijden hebt
geprogrammeerd en ook de kookwekker wilt instellen:
Raak de sensortoets m zo vaak aan tot de controlelampjes
van de geprogrammeerde kookzones continu branden en op
het timerdisplay 00 verschijnt.
Ga als volgt te werk als u de kookwekker hebt ingesteld en
ook een of meer uitschakeltijden wilt programmeren:
Raak de sensortoets m zo vaak aan tot op het timerdisplay
het controlelampje van de desbetreffende kookzone knippert.
Kort na het invoeren van de laatste waarde schakelt het
timerdisplay over naar de weergave van de kortste resterende tijd.
Wilt u de resterende tijden weergeven die op de achtergrond
aflopen, raak dan de sensortoets m zo vaak aan totdat op
het timerdisplay het gewenste controlelampje knippert
(automatisch uitschakelen).
- het timerdisplay knippert (kookwekkertijd).
U kunt in wijzerzin de tijden voor alle ingeschakelde kookzones en de kookwekkertijd weergeven, te beginnen vanaf de
kortste resterende tijd.
-
40
Vergrendeling / inschakelblokkering
Om te vermijden dat iemand het kookvlak en de kookzones
per vergissing inschakelt of instellingen wijzigt, is uw toestel
uitgerust met een vergrendeling (inschakelblokkering).
De vergrendeling kan worden geactiveerd als het kookvlak
is ingeschakeld. Als de vergrendeling geactiveerd is, kan het
kookvlak alleen nog beperkt worden bediend:
De vermogensstanden van de kookzones en de instel
–
lingen van de timer kunnen niet worden gewijzigd.
De kookzones, het kookvlak en de timer kunnen wel wor
–
den uitgeschakeld, maar daarna niet weer worden inge
schakeld.
De inschakelblokkering kan worden geactiveerd als het
kookvlak is uitgeschakeld. Als de inschakelblokkering geactiveerd is, kan het toestel niet worden ingeschakeld en kan de
timer niet worden bediend.
Het toestel is zo geprogrammeerd dat de inschakelblokkering
handmatig moet worden geactiveerd.
In de programmeermodus kunt u instellen dat de inschakelblokkering 5 minuten na het uitschakelen van het kookvlak
automatisch wordt geactiveerd als het toestel niet handmatig
wordt vergrendeld (zie rubriek "Programmering").
Veiligheidsvoorzieningen
-
-
-
Als u een niet-toegelaten sensortoets aanraakt terwijl de ver
grendeling of inschakelblokkering is geactiveerd, gaat het
desbetreffende controlelampje aan en wordt op het
timerdisplay enkele seconden LC weergegeven.
In de fabriek is bediening met drie vingers ingesteld. U kunt
deze instelling wijzigen in bediening met één vinger (zie ru
briek "Programmering").
Hou ermee rekening dat de vergrendeling en de inscha
kelblokkering worden gedeactiveerd bij een stroomonder
breking.
-
-
-
-
41
Veiligheidsvoorzieningen
Activeren
Bediening met drie vingers (fabrieksinstelling)
Raak tegelijkertijd de sensortoets $ en de stand "0" van de
^
twee kookzones rechts zo lang aan totdat het controle
lampje van de vergrendeling aangaat en op het
timerdisplay LC wordt weergegeven.
Kort daarna gaat het controlelampje uit en verdwijnt LC.
Bediening met één vinger
Raak de sensortoets $ zo lang aan totdat het controle
^
lampje van de vergrendeling aangaat en op het
timerdisplay LC wordt weergegeven.
Kort daarna gaat het controlelampje uit en verdwijnt LC.
Deactiveren
Bediening met drie vingers (fabrieksinstelling)
^ Raak tegelijkertijd de sensortoets $ en de stand "0" van de
twee kookzones rechts zo lang aan totdat het controlelampje van de vergrendeling uitgaat en op het timerdisplay
LC verdwijnt.
-
-
42
Bediening met één vinger
^
Raak de sensortoets $ zo lang aan totdat het controle
lampje van de vergrendeling uitgaat en op het timerdisplay
LC verdwijnt.
-
Stop and Go
Veiligheidsvoorzieningen
Activeren
Deactiveren
Uw toestel is uitgerust met een functie die bij het activeren er
van de vermogensstand van al de ingeschakelde kookzones
beperkt tot stand 1. De vermogensstanden van de kookzones
en de instelling van de timer kunnen niet worden gewijzigd. U
kunt alleen het kookvlak uitschakelen.
Bij het deactiveren van "Stop and Go" werken de kookzones
verder op de vermogensstand die u het laatst hebt ingesteld.
Als de functie niet wordt gedeactiveerd, wordt het kookvlak
na 1 uur uitgeschakeld.
Bij activering van "Stop and Go"
- wordt het aftellen van een ingestelde tijd voor
automatische uitschakeling onderbroken. Zodra u deze
functie deactiveert,
loopt de tijd verder.
- loopt de kookwekkertijd zonder onderbreking verder.
^ Raak de sensortoets aan.
Het vermogen van de ingeschakelde kookzones wordt verminderd tot vermogensstand 1.
^
Raak de sensortoets aan.
-
De kookzones werken nu op de vermogensstand die u het
laatst hebt ingesteld.
43
Veiligheidsvoorzieningen
Veiligheidsuitschakeling
Als een kookzone te lang aanstaat
Blijft een kookzone ongewoon lang (zie tabel) op dezelfde
vermogensstand in werking, dan wordt die kookzone automa
tisch uitgeschakeld. De streepjes voor de resterende warmte
worden weergegeven.
Wenst u de kookzone opnieuw te gebruiken, schakel ze dan
op de gebruikelijke manier weer in.
Vermogensstand*Maximale gebruiksduur in uren
1/1+10
2/2+5
3/3+5
4/4+4
5/5+3
6/6+2
7/7+2
-
8/8+2
91
* De vermogensstanden 1+ enz. zijn alleen beschikbaar als
u het aantal vermogensstanden hebt uitgebreid (zie ru
briek "Programmering").
Als de sensortoetsen bedekt zijn
Het kookvlak wordt automatisch uitgeschakeld als een of
meer sensortoetsen langer dan ca. 10 seconden bedekt zijn,
bijvoorbeeld als u uw hand erop legt, een gerecht overkookt
of als er voorwerpen op liggen.
Op het timerdisplay knippert F.
^
Reinig het bedieningsveld of verwijder de voorwerpen.
F verdwijnt. U kunt het kookvlak weer gebruiken.
44
-
Beveiliging tegen oververhitting
Alle inductiespoelen en koellichamen van de elektronische
besturing zijn voorzien van een beveiliging tegen oververhit
ting. Voordat de inductiespoelen of de koellichamen overver
hit raken, zorgt de beveiliging tegen oververhitting voor een
van de volgende reacties:
Inductiespoelen
Een ingeschakelde boosterfunctie wordt geannuleerd.
–
De ingestelde vermogensstand wordt verlaagd.
–
De kookzone wordt automatisch uitgeschakeld.
–
Op het timerdisplay knipperen afwisselend FE en "44".
Zodra de foutmelding is verdwenen, kunt u de kookzone weer
gewoon gebruiken.
Koellichamen
– Een ingeschakelde boosterfunctie wordt geannuleerd.
– De ingestelde vermogensstand wordt verlaagd.
Veiligheidsvoorzieningen
-
-
– De kookzones worden automatisch uitgeschakeld.
Zodra het koellichaam voldoende afgekoeld is, kunt u de
desbetreffende kookzones weer gewoon gebruiken.
De beveiliging tegen oververhitting reageert wanneer
–
er leeg kookgerei wordt verwarmd.
–
er vet of olie op een hoge vermogensstand wordt ver
warmd.
–
de onderzijde van het toestel onvoldoende wordt geventi
leerd.
–
een hete kookzone na een stroomonderbreking weer wordt
ingeschakeld.
Als na het verhelpen van de oorzaken de beveiliging tegen
oververhitting opnieuw reageert, dient u contact op te nemen
met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
45
Reiniging en onderhoud
Gebruik nooit een stoomreiniger om het toestel schoon
,
te maken. De stoom kan in aanraking komen met onderde
len van het toestel die onder spanning staan en zo een
kortsluiting veroorzaken.
Reinig het hele toestel na elk gebruik. Laat het toestel eerst
afkoelen.
Wrijf het toestel na elke vochtige reiniging droog. Zo voor
komt u kalkafzetting.
Om schade aan de oppervlakken te voorkomen, mogen
de volgende middelen niet worden gebruikt om de opper
vlakken te reinigen:
– handafwasmiddel,
– reinigingsmiddelen die soda, alkali, ammoniak, zuur of
chloor bevatten,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– vlek- en roestverwijderaars,
– schurende reinigingsproducten, zoals schuurpoeder,
schuurmelk, poetsstenen,
-
-
-
46
– reinigingsmiddelen met oplosmiddel,
–
afwasmiddelen voor de afwasautomaat,
–
grill- of ovensprays,
–
glasreinigers,
–
schurende harde borstels en sponsjes (bijv. schuurspons
jes), of gebruikte sponsjes die nog resten van een schuur
middel bevatten,
–
speciale "wondersponsen",
–
scherpe voorwerpen
(om te vermijden dat de dichtingen tussen de glaskera
miek en de randlijst of tussen de randlijst en het werkblad
beschadigd raken).
-
-
-
Reiniging en onderhoud
Gebruik geen handafwasmiddel bij het reinigen. Als u rei
nigt met een handafwasmiddel, kunt u niet al het vuil en
alle resten verwijderen. Bovendien vormt er zich dan een
onzichtbare film, die ervoor zorgt dat er verkleuringen ont
staan op de glaskeramiek. U kunt deze verkleuringen niet
meer verwijderen.
Reinig het kookvlak regelmatig met een speciaal reini
gingsmiddel voor glaskeramiek.
Verwijder al het grove vuil met een vochtige doek. Aange
koekt vuil schraapt u weg met een glaskrabber.
Maak het kookvlak daarna grondig schoon met het speciale
reinigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal van
Miele (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren") of
een reinigingsmiddel voor keramische kookplaten dat in de
handel verkrijgbaar is. Gebruik daartoe wat keukenrolpapier
of een schone doek. Breng het reinigingsmiddel niet op een
warm kookvlak aan. Hierdoor kunnen er vlekken ontstaan.
Hou rekening met de aanwijzingen van de fabrikant van het
reinigingsmiddel.
Vervolgens gaat u met een vochtige doek over het kookvlak.
Tot slot wrijft u het kookvlak droog. Zorg ervoor dat u alle reinigingsmiddelresten verwijdert. Bij volgende bereidingen
zouden eventuele resten zich inbranden en de glaskeramiek
beschadigen.
-
-
-
-
Vlekken door kalkresten, water en aluminiumresten
(metaalachtige, glinsterende vlekken) kunt u met het reini
gingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal verwijderen.
Is er suiker, kunststof of aluminiumfolie op het hete kook
vlak terechtgekomen? Schakel het toestel uit. Verwijder de
resten onmiddellijk grondig met een glaskrabber, terwijl de
kookzone nog heet is. Let op dat u zich niet verbrandt!
Maak de kookzone verder schoon zodra ze afgekoeld is, zo
als eerder beschreven.
-
-
-
47
Programmering
U kunt de programmering van uw toestel wijzigen (zie tabel).
U kunt verscheidene instellingen na elkaar wijzigen.
Nadat u het toestel in de programmeermodus hebt gezet, ziet
u op het timerdisplay P (programma) en S (status). Bij kook
vlakken met 3 kookzones verschijnt links achteraan een extra
indicator.
In de cijferreeksen links vooraan en links achteraan wordt het
programma weergegeven. Voorbeeld:
Programma 3 = links vooraan 3, links achteraan 0
Programma 14 = links vooraan 4, links achteraan 1
In de cijferreeks rechts vooraan wordt de status weergege
ven.
Wanneer de programmeermodus wordt verlaten, wordt het
toestel automatisch opnieuw ingesteld. Dit proces is voltooid
wanneer boven de sensortoets s kort een controlelampje
aangaat.
Schakel het kookvlak weer in. U mag het pas weer inschakelen nadat het automatisch opnieuw instellen van het toestel is voltooid.
Toestel in de programmeermodus zetten
^ Zorg ervoor dat het kookvlak is uitgeschakeld. Raak tege-
lijkertijd de sensortoetsen s en $ aan en hou uw vingers
erop totdat het controlelampje van de vergrendeling knippert.
-
-
Programma instellen
^
Om het rechtercijfer in te stellen, raakt u het desbetreffen
de cijfer aan in de cijferreeks links vooraan.
^
Om het linkercijfer in te stellen, raakt u het desbetreffende
cijfer aan in de cijferreeks links achteraan.
Status instellen
^
Raak het desbetreffende cijfer aan in de cijferreeks rechts
vooraan.
Instellingen opslaan
^
Raak de sensortoets s aan totdat de displays worden uit
geschakeld.
Instellingen niet opslaan
^
Raak de sensortoets $ aan totdat de displays worden uit
geschakeld.
48
-
-
-
Programma*Status** Instelling
Programmering
P0Demo-modus en fabrieks
instellingen
P2Aantal vermogensstanden S0 9 vermogensstanden
P3Geluidssignaal als er geen
kookgerei is geplaatst of
kookgerei dat niet geschikt is voor inductie
P4Geluidssignaal bij het aan-
raken van de sensortoetsen
P5Geluidssignaal van de ti-
mer
S0Demo-modus aan
-
S1 Demo-modus uit
S9Herstellen van de
fabrieksinstellingen
(1, 2, 3 ... tot 9)
S117 vermogensstanden
(1, 1+, 2, 2+, 3 ... tot 9)
S0 Uit
S1Zacht
S2Halfluid
S3Luid
S0Uit
S1Zacht
S2 Halfluid
S3Luid
S0Uit
S1Zacht, 10 seconden
S2 Halfluid, 10 seconden
S3Luid, 10 seconden
P6VergrendelingS0Vergrendeling met één vinger
door $ aan te raken
S1 Vergrendeling met drie vingers
door tegelijkertijd $ en vermo
gensstand "0" van de beide
rechterkookzones aan te raken
*Programma's/statussen die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet instellen.
** De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt.
-
49
Programmering
Programma*Status** Instelling
P7 InschakelblokkeringS0 Alleen handmatige activering van
de inschakelblokkering
S1Handmatige en automatische ac
tivering van de inschakelblokke
ring
P8 KookstartautomaatS0Uit
S1 Aan
P10Miele|home
(alleen bij toestellen met
communicatiemogelijkhe
den die zijn uitgerust met
een communicatiemodule)
P15Geluidssignaal als er iets
op de sensortoetsen ligt
P16Reactiesnelheid van de
sensortoetsen
* Programma's die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet instellen.
** De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt.
S0 Niet van toepassing
S1Afgemeld
S2Aangemeld
S0 Uit
S1Aan
S0Langzaam
S1 Normaal
S2Snel
-
-
50
Storingen verhelpen
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik kunnen voordoen, kunt u
zelf oplossen. Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op de dienst Herstellin
gen aan huis van Miele, bespaart u tijd en kosten!
Het onderstaande overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te
vinden en problemen te verhelpen. Vergeet echter niet:
Herstellingen aan elektrische toestellen mogen alleen door vakmensen
,
worden uitgevoerd. Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet
te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan.
ProbleemOorzaakOplossing
-
Het kookvlak of de
kookzones kunnen
niet worden inge
schakeld.
-
De zekering is gesprongen. Schakel de zekering in
(min. zekering: zie type
plaatje).
Er kan sprake zijn van een
technische storing.
Ontkoppel het toestel
ca. 1 minuut van het elektriciteitsnet. Ga hiertoe als
volgt te werk:
– schakel de desbetreffen-
de zekering uit of draai
de desbetreffende
smeltzekering volledig
uit, of
–
schakel de aardlekscha
kelaar (verliesstroom
schakelaar) uit.
Schakel daarna alles weer
in. Kunt u het toestel nog
niet gebruiken, neem dan
contact op met een elektri
cien of met de dienst Her
stellingen aan huis van
Miele.
-
-
-
-
-
51
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
De eerste keren dat u
het kookvlak gebruikt,
komen er geur en
damp vrij.
De vermogensstanden
1 tot 9 knipperen.
Wanneer het kookvlak
wordt ingeschakeld,
wordt enkele secon
den "LC" weergegeven
op het timerdisplay.
Wanneer het kookvlak
wordt ingeschakeld,
wordt enkele seconden "dE" weergegeven
op het timerdisplay.
De kookzones worden
niet warm.
Een van de kookzones
of het hele toestel
wordt automatisch uit
geschakeld.
-
Er bevindt zich geen kook
gerei op de kookzone of
het kookgerei op de kook
zone is niet geschikt.
De inschakelblokkering is
geactiveerd.
Het toestel bevindt zich in
de demo-modus.
Een van de kookzones is
ongewoon lang in werking.
-
De beveiliging tegen over
verhitting heeft gerea
geerd.
Bij het volgende gebruik is
de geur al wat minder
merkbaar. Uiteindelijk ver
dwijnt ze helemaal.
Gebruik geschikt kookge
rei (zie rubriek "Kookge
rei").
-
Deactiveer de inschakel
blokkering (zie rubriek
"Vergrendeling / inschakel
blokkering").
Deactiveer de
demo-modus (zie rubriek
"Programmering").
U kunt de kookzone weer
inschakelen (zie rubriek
"Veiligheidsuitschakeling").
-
Zie rubriek "Beveiliging te
-
gen oververhitting".
-
-
-
-
-
-
De boosterfunctie
wordt vanzelf te vroeg
uitgeschakeld.
De kookzone werkt
niet zoals u gewend
bent op de ingestelde
vermogensstand.
52
De beveiliging tegen over
verhitting heeft gerea
geerd.
-
-
Zie rubriek "Beveiliging te
gen oververhitting".
-
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
De vermogensstand 9
wordt automatisch ver
laagd wanneer u voor
de kook- of braadzone
die verbonden is met
de desbetreffende
kookzone, ook de ver
mogensstand 9 instelt.
Het toestel wordt
tijdens het gebruik uit
geschakeld, op het
timerdisplay knippert
een F en er weerklinkt
een geluidssignaal.
De kookstartautomaat
is ingeschakeld maar
de inhoud van het
kookgerei begint niet te
koken.
De koelventilator blijft
nog even doordraaien
nadat het toestel uitge
schakeld is.
-
-
Wanneer vermogens
stand 9 gelijktijdig
-
wordt gebruikt voor
kookzones die met el
kaar zijn verbonden,
wordt het totale be
schikbare vermogen
overschreden.
Een of meerdere sen
sortoetsen zijn bedekt,
bijv. doordat uw hand
erop ligt, een gerecht
overkookt of er voorwerpen op liggen.
Er worden grote hoeveelheden levensmiddelen verwarmd.
Het kookgerei geleidt
de warmte slecht.
De ventilator blijft
draaien tot het toestel
-
afgekoeld is, en scha
kelt dan automatisch
uit.
-
-
-
Reinig het bedieningsveld of
verwijder de voorwerpen (zie
rubriek "Veiligheidsuitschake
ling").
Kook met de hoogste
vermogensstand en stel
daarna handmatig een lagere vermogensstand in.
-
-
53
Storingen verhelpen
ProbleemOorzaakOplossing
De sensortoetsen rea
geren te gevoelig of re
ageren niet.
Op het timerdisplay
knipperen afwisselend
FE en cijfers.
FE 44De beveiliging te-
FE 47De ventilator is ge-
FE 48
Andere foutmeldingen
FE..
De gevoeligheid
-
van de sensortoet
-
sen is gewijzigd.
gen oververhitting
heeft gereageerd.
blokkeerd of defect.
Er heeft zich een
storing voorgedaan
in de elektronische
besturing.
Zorg er eerst voor dat er geen di
rect licht (zonlicht of kunstlicht) op
het kookvlak valt en dat de omge
ving van het kookvlak niet te don
ker is.
Zorg ervoor dat het kookvlak en
de sensortoetsen niet bedekt zijn.
Neem kookgerei weg en verwijder
eventuele restjes van het kookvlak.
Ontkoppel het toestel ca. 1 minuut
van het elektriciteitsnet. Als het
probleem zich daarna nog steeds
voordoet, neemt u contact op met
de dienst Herstellingen aan huis
van Miele.
Zie rubriek "Beveiliging tegen
oververhitting".
Controleer of de ventilator geblokkeerd is door een voorwerp, bijv.
een vork. Zo ja, verwijder het voor
werp.
Als de foutmelding opnieuw wordt
weergegeven, neem dan contact
op met de dienst Herstellingen
aan huis van Miele.
Ontkoppel het toestel ca. 1 minuut
van het elektriciteitsnet. Als het
probleem nog niet verholpen is
nadat u het toestel weer op het
elektriciteitsnet hebt aangesloten,
neemt u contact op met de dienst
Herstellingen aan huis van Miele.
-
-
-
-
54
Kook-/braadgerei
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Miele biedt een uitgebreid gamma van Miele-toebehoren dat
geschikt is voor uw toestellen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
reinigings- en onderhoudsproducten.
U kunt deze producten zeer gemakkelijk bestellen in de Miele
Online Shop:
U kunt deze producten ook verkrijgen via de Service After
Sales van Miele (zie omslag) of bij uw Miele-handelaar.
Miele biedt een uitgebreid gamma van kook- en braadgerei.
Dit is perfect afgestemd op de Miele-toestellen qua eigenschappen en afmetingen.
Gedetailleerde informatie over de afzonderlijke producten
vindt u op de website van Miele.
Kookpotten in verschillende formaten
Sauteerpan met deksel
Pan met een antiaanbaklaag
Wokpan
Braadpannen
Onderhoudsproducten
Reinigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal
250 ml
Hiermee verwijdert u hardnekkig vuil, kalkvlekken en
aluminiumresten (metaalachtige, glinsterende vlekken).
Microvezeldoek
Hiermee verwijdert u vingerafdrukken en normaal vuil.
55
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Miele|home-systeem
In het Miele{home-systeem sturen de huishoudtoestellen
met communicatiemogelijkheden via het elektriciteitsnet
(Powerline-technologie) informatie over hun status naar een
displaytoestel.
Op het display van de SuperVision-huishoudtoestellen kan de
informatie over de status van de andere huishoudtoestellen
worden weergegeven. Voor uw kookvlak wordt de
hoofdstatus weergegeven: "aan", "uit", "fout".
Vanop een pc, laptop of een iPod*/iPhone* (mobiele
randapparaten) kan via een Miele|home-gateway binnen het
thuisnetwerk informatie over de status van de
huishoudtoestellen worden bekeken en kunnen bepaalde
bedieningsinstructies worden gegeven.
Voor uw kookvlak wordt bijv. de volgende informatie weergegeven: kookstand op elke kookzone, kookwekkertijd, uitschakeltijd voor elke kookzone. Wat bedieningsinstructies betreft,
kan alleen de instructie "kookvlak uit" worden gegeven.
* iPod en iPhone zijn gedeponeerde handelsmerken
van Apple Inc.
56
Con{ctivity is een systeem voor communicatie tussen het
kookvlak en de dampkap. Dit zorgt ervoor dat de verlichting
van de dampkap automatisch wordt ingeschakeld wanneer u
het kookvlak inschakelt. De dampkap wordt automatisch in
geschakeld op een stand die afhankelijk is van het aantal ge
bruikte kookzones, de ingestelde vermogensstanden en de
kooktijd. Na de bereiding volgt een automatische nalooptijd,
wordt de dampkap uitgeschakeld en wordt ook de verlichting
uitgeschakeld.
Het kookvlak brengt de informatie over de ingeschakelde
kookzones en de ingestelde vermogensstanden via het elek
triciteitsnet over naar de dampkap.
Om deze mogelijkheden te kunnen gebruiken, moet uw kook
vlak worden uitgerust met een communicatiemodule.
Meer informatie over het Miele|home-systeem vindt u in
onze prospectus voor inbouwtoestellen, die u kunt
downloaden op onze website: www.miele.be.
-
-
-
-
XKM 2100 KM
XGW 2000
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Communicatiemodule (incl. toebehoren voor het inbouwen)
- voor Miele-kookvlakken -
Miele|home-gateway
De gateway is de brug tussen de Powerline-communicatie
van de huishoudtoestellen en uw thuisnetwerk.
57
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Miele|home
a Huishoudtoestellen met communicatiemogelijkheden
(voorbeelden)
58
b Communicatiemodule
c SuperVision-huishoudtoestel
d Elektriciteitsnet (Powerline)
e Miele|home-gateway
f (WiFi-)router
Mogelijke aansluitingen
g Pc, laptop
h iPod* of iPhone*
i Koppeling met het display van een domoticasysteem
j Mogelijke internetverbinding
* iPod en iPhone zijn gedeponeerde handelsmerken
van Apple Inc.
Con|ctivity
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
a Communicatiemodule XKM 2000 DA
b Communicatiemodule XKM 2100 KM
c Elektriciteitsnet (Powerline)
59
Kookvlak aanmelden
Als u het kookvlak
bij Miele{home wilt aanmelden, bereidt u eerst het
–
aanmeldingsproces op het displaytoestel voor (zie
montage- en installatieaanwijzing "Miele|home").
bij Con|ctivity wilt aanmelden, moet u eerst de dampkap
–
aanmelden (zie montage- en installatieaanwijzing
"Con|ctivity").
Zorg ervoor dat het kookvlak is uitgeschakeld. Raak tege
^
lijkertijd de sensortoetsen s en $ aan totdat het controle
lampje van de vergrendeling knippert.
U hebt het toestel nu in de programmeermodus gezet. Op het
timerdisplay ziet u P (programma) en S (status).
In de cijferreeksen wordt links het programmanummer en
rechts de ingestelde status weergegeven.
^ Raak in de cijferreeks achteraan links het cijfer 1 aan
(hiermee stelt u programma 10 in).
^ Raak in de cijferreeks vooraan rechts het cijfer 2 aan (hier-
mee stelt u status 2 in = "aanmelden").
Con|ctivity en Miele|home
-
-
Het aanmeldingsproces start en het cijfer 2 knippert in de
cijferreeks vooraan rechts. Het aanmeldingsproces duurt enkele minuten. Zodra het proces is voltooid, stopt het cijfer 2
met knipperen.
^
Raak de sensortoets s aan totdat de displays worden uit
geschakeld. Hiermee wordt de instelling opgeslagen.
^
Ga te werk zoals beschreven in de montage- en installatie
aanwijzing "Miele|home" of "Con|ctivity".
-
-
60
Kookvlak afmelden
Als u het toestel bij Miele{home wilt afmelden, bereidt u
eerst het afmeldingsproces op het displaytoestel voor (zie
montage- en installatieaanwijzing "Miele|home").
^
U hebt het toestel nu in de programmeermodus gezet. Op het
timerdisplay ziet u P (programma) en S (status).
In de cijferreeksen wordt links het programmanummer en
rechts de ingestelde status weergegeven.
^
^ Raak in de cijferreeks vooraan rechts het cijfer 1 aan (hier-
Het afmeldingsproces start en het cijfer 1 knippert in de
cijferreeks vooraan rechts. Het afmeldingsproces duurt enkele minuten. Zodra het proces is voltooid, stopt het cijfer 1
met knipperen.
Con|ctivity en Miele|home
Zorg ervoor dat het kookvlak is uitgeschakeld. Raak tege
lijkertijd de sensortoetsen s en $ aan totdat het controle
lampje van de vergrendeling knippert.
Raak in de cijferreeks achteraan links het cijfer 1 aan
(hiermee stelt u programma 10 in).
mee stelt u status 1 in = "afmelden").
-
-
^ Raak de sensortoets s aan totdat de displays worden uit-
geschakeld. Hiermee wordt de instelling opgeslagen.
^
Ga te werk zoals beschreven in de montage- en installatie
aanwijzing "Miele|home" of "Con|ctivity".
-
61
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Zorg ervoor dat de aansluitkabel
Dit toestel mag u alleen door een
erkend(e)
- vakman/vakvrouw laten inbouwen
- installateur die op de hoogte is van
elektriciteitsaansluitingen laten
aansluiten.
~
van het kookvlak na de inbouw niet in
aanraking komt met de bodemplaat en
ook niet mechanisch belast wordt.
Neem de veiligheidsafstanden op
~
de volgende pagina's strikt in acht.
Om schade aan het toestel te ver
mijden, mag u het pas inbouwen na
dat de wandkasten en de dampkap
gemonteerd zijn.
De lijsten en randen van het werk
~
blad moeten met een hittebestendige
lijm (100 °C) zijn bevestigd, zodat ze
niet loskomen of vervormen.
Ook de wandafdichtstrips moeten hittebestendig zijn.
Dit kookvlak mag niet op niet-vaste
~
plaatsen (bijv. op een schip) worden
gebruikt.
Het kookvlak mag niet worden inge-
~
bouwd boven koeltoestellen, afwasautomaten, wasautomaten en droogauto
maten.
Dit kookvlak mag niet boven een
~
oven of fornuis zonder ventilator wor
den ingebouwd die voor de koeling van
het betreffende toestel dient.
-
-
-
-
Alle afmetingen zijn opgegeven in mm.
-
62
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Veiligheidsafstand boven het toestel
Hou tussen het toestel en een wasem
kap erboven de veiligheidsafstand aan
die door de fabrikant van de wasemkap
wordt opgegeven.
Is er door de fabrikant van de wasemkap geen afstand vermeld of zijn er
licht ontvlambare materialen (bijv. een
rekje) boven het toestel geïnstalleerd,
dan dient de veiligheidsafstand minstens 760 mm te bedragen.
Bij inbouw van verschillende toestellen
(bijv. een wokbrander en een elektrisch
kookvlak) naast elkaar onder een wa
semkap, neemt u de grootste afstand
die vermeld is in de gebruiksaanwijzing
en montagehandleiding.
-
-
63
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Veiligheidsafstand naast en achter
het toestel
Het toestel mag slechts aan één zijkant
(rechts of links) en aan de achterkant
grenzen aan meubels of wanden die
hoger zijn dan het toestel zelf (zie de
afbeeldingen).
a Achter het toestel: minstens 50 mm
tussen de uitsparing in het werkblad
en de achterkant van het werkblad.
b Rechts van het toestel: minstens
50 mm tussen de uitsparing in het
werkblad en een ernaast geplaatst
meubel (bijv. een hoge kast) of een
muur.
c Links van het toestel: minstens
50 mm tussen de uitsparing in het
werkblad en een ernaast geplaatst
meubel (bijv. een hoge kast) of een
muur.
Niet toegestaan!
Aan te bevelen!
Toegestaan maar niet aan te bevelen!
64
Toegestaan maar niet aan te bevelen!
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Veiligheidsafstand onder het toestel
Om een optimale ventilatie van het toe
stel te verzekeren dient tussen de on
derkant van het toestel en een oven,
een tussenbodem of een lade een mini
male veiligheidsafstand in acht te wor
den genomen.
De minimale veiligheidsafstand tussen
de onderkant van het kookvlak en
de bovenkant van een oven moet
–
15 mm bedragen.
de bovenkant van een tussenbodem
–
moet 15 mm bedragen.
– de bodem van een lade moet 75 mm
bedragen.
-
-
Tussenbodem
Er hoeft geen tussenbodem onder het
kookvlak te worden ingebouwd, maar
dit mag.
Voor het installeren van de aansluitka
bel is achteraan een spleet van 10 mm
vereist.
Voor optimale ventilatie bevelen wij een
spleet van 20 mm aan.
-
65
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Veiligheidsafstand bij een beklede nis
Als de nis bekleed is, moet een minimumafstand in acht worden genomen tussen
de uitsparing in het werkblad en de bekleding. Hoge temperaturen kunnen im
mers het bekledingsmateriaal vervormen of beschadigen.
-
Als de bekleding vervaardigd is uit brandbaar materiaal (bijv. hout) moet de af
stand e tussen de uitsparing in het werkblad en de nisbekleding ten minste
50 mm bedragen.
Als de bekleding vervaardigd is uit niet-brandbaar materiaal (bijv. metaal, na
tuursteen of keramische tegels) moet de afstand e tussen de uitsparing in het
werkblad en de nisbekleding ten minste 50 mm min de dikte van de bekleding be
dragen.
Voorbeeld: de dikte van de nisbekleding bedraagt 15 mm
50 mm - 15 mm = minimumafstand van 35 mm
Kookvlakken zonder randlijstKookvlakken met randlijst/facetrand
-
-
-
a Wand
b Nisbekleding
Afstand x = dikte van de nisbekleding
c Werkblad
d Uitsparing in het werkblad
e Minimumafstand
bij brandbaar materiaal: 50 mm
bij niet-brandbaar materiaal: 50 mm - afstand x
66
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen
Kookvlakken met rand
-
lijst/facetrand
Dichting tussen het kookvlak en het
werkblad
De dichtingsstrook onder de rand van
het bovenste deel van het toestel zorgt
reeds voor voldoende afdichting met
het werkblad.
Het kookvlak mag in geen geval met
voegdichtingsmiddel (bijv. silicone)
worden afgedicht.
Het kookvlak en het werkblad kun
nen beschadigd raken wanneer het
kookvlak moeten worden verwijderd.
-
Betegeld werkblad
De voegen a en het gearceerde deel
onder de ondersteuning van het kookvlak moeten glad en effen zijn, zodat
het kookvlak er gelijkmatig op ligt en de
dichtingsstrook onder de rand van het
bovenste deel van het toestel een voldoende goede afdichting tot het werkblad garandeert.
67
Kookvlakken met randlijst/facetrand
Inbouwafmetingen
KM 6350
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Aansluiting Miele|home
d Aansluitkastje voor aansluiting op het elektriciteitsnet
De aansluitkabel (L=1440 mm) voor aansluiting op het elektriciteitsnet is los bijge
leverd.
68
-
KM 6354
Kookvlakken met randlijst/facetrand
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Aansluiting Miele|home
d Aansluitkastje voor aansluiting op het elektriciteitsnet
De aansluitkabel (L=1440 mm) voor aansluiting op het elektriciteitsnet is los bijge
leverd.
-
69
Kookvlakken met randlijst/facetrand
KM 6380
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Aansluiting Miele|home
d Aansluitkastje voor aansluiting op het elektriciteitsnet
De aansluitkabel (L=1440 mm) voor aansluiting op het elektriciteitsnet is los bijge
leverd.
70
-
KM 6382
Kookvlakken met randlijst/facetrand
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Inbouwhoogte aansluitkabel voor aansluiting op het elektriciteitsnet
d Aansluitkabel voor aansluiting op het elektriciteitsnet, L = 1440 mm
e Aansluiting Miele|home
Inbouwhoogte met aansluitkabel Miele|home=54mm
71
Kookvlakken met randlijst/facetrand
Inbouw
Het werkblad voorbereiden
Maak een uitsparing in het werkblad
^
zoals op de maatschets. Neem de
veiligheidsafstanden (zie rubriek
"Veiligheidsinstructies voor het in
bouwen") in acht.
Bescherm het zaagpatroon bij houten
^
werkbladen met speciale lak,
siliconenrubber of giethars om op
zwellen door vocht te verhinderen.
Zorg ervoor dat deze materialen niet
in contact komen met het oppervlak
van het werkblad.
Voor de inbouw van het toestel zijn
geen klemveren vereist. De speciale
afdichttape zorgt ervoor dat het kookvlak stevig in de uitsparing ligt en niet
verschuift.
De spleet tussen de rand en het
werkblad zal na verloop van tijd
kleiner worden.
Het kookvlak inbouwen
Leid de aansluitkabel door de uitspa
^
ring in het werkblad naar beneden.
Plaats het kookvlak centraal in de uit
^
sparing. Let erop dat de dichting van
-
-
het kookvlak op het werkblad rust.
Enkel dan bent u zeker dat de in
bouw langs alle zijden goed dicht is.
Het kookvlak mag in geen geval met
voegdichtingsmiddel (bijv. silicone)
worden afgedicht!
Wordt bij het inbouwen geconsta
teerd dat de randafdichting bij de
hoeken niet goed op het werkblad
aansluit, dan kan de hoekradius (ß
R4) voorzichtig met een decoupeerzaag worden nabewerkt.
^ Sluit het kookvlak elektrisch aan.
^ Ga na of het kookvlak correct werkt.
-
-
-
-
Aansluitkabel aansluiten op het toe
stel
De aansluitkabel mag enkel door
een vakman of vakvrouw worden
aangesloten op het toestel.
^
Sluit de aansluitkabel aan zoals op
het aansluitschema (zie rubriek "Elek
trische aansluiting / Aansluitsche
ma").
72
-
-
-
Kookvlakken zonder rand voor vlakke inbouw
Inbouwafmetingen
KM 6351
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Aansluiting Miele|home
d Getrapte frezing voor werkbladen
van natuursteen
e Aansluitkastje voor aansluiting op het
elektriciteitsnet
De aansluitkabel (L=1440 mm) voor
aansluiting op het elektriciteitsnet is los
bijgeleverd.
Bij inbouw in een werkblad van na
tuursteen moet u voor de afmetingen
van de uitsparing in het werkblad in
elk geval de detailtekeningen in acht
nemen.
-
73
Kookvlakken zonder rand voor vlakke inbouw
KM 6352
(geschikt voor inbouw in glazen werkbladen)
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Aansluiting Miele|home
d Getrapte frezing voor werkbladen
van natuursteen
e Aansluitkastje voor aansluiting op het
elektriciteitsnet
74
De aansluitkabel (L=1440 mm) voor
aansluiting op het elektriciteitsnet is los
bijgeleverd.
Bij inbouw in een werkblad van na
tuursteen moet u voor de afmetingen
van de uitsparing in het werkblad in
elk geval de detailtekeningen in acht
nemen.
-
KM 6383
Kookvlakken zonder rand voor vlakke inbouw
a Voorkant
b Inbouwhoogte
c Inbouwhoogte aansluitkabel voor
aansluiting op het elektriciteitsnet
d Getrapte frezing voor werkbladen
van natuursteen
e Aansluitkabel voor aansluiting op het
elektriciteitsnet, L = 1440 mm
f Aansluiting Miele|home
Inbouwhoogte met aansluitkabel
Miele|home=61mm
Bij inbouw in een werkblad van na
tuursteen moet u voor de afmetingen
van de uitsparing in het werkblad in
elk geval de detailtekeningen in acht
nemen.
-
75
Kookvlakken zonder rand voor vlakke inbouw
Inbouw
Een kookvlak zonder rand voor vlak
ke inbouw is enkel geschikt voor in
bouw in natuursteen (graniet, mar
mer), massief hout en betegelde
werkbladen.
Sommige kookvlakken zijn ook ge
schikt voor inbouw in glazen werk
bladen. Als dat het geval, staat dit
vermeld bij het kookvlak in de ru
briek "Inbouwafmetingen".
Bij werkbladen van andere materia
len vraagt u de fabrikant of het werk
blad geschikt is voor vlakke inbouw
van een kookvlak zonder rand.
De breedtedagmaat van de onderkast moet minstens zo breed zijn als
de binnenste werkbladuitsparing
(zie rubriek "Inbouwafmetingen"), zodat het kookvalk na de inbouw vrij
toegankelijk is langs onderen en de
onderkast kan worden weggenomen
voor onderhoudsdoeleinden.
Als het kookvlak niet vrij toegankelijk
is langs onderen, moet het voeg
dichtingsmiddel worden verwijderd
om het kookvlak te kunnen verwij
deren voor onderhoudsdoeleinden.
Het kookvlak wordt
rechtstreeks in een correct
–
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
uitgefreesd werkblad uit natuursteen
geplaatst.
in de uitsparing in massief houten,
–
betegelde en glazen werkbladen met
houten lijsten bevestigd. Deze lijsten
worden niet bij het toestel meegele
verd.
-
76
Kookvlakken zonder rand voor vlakke inbouw
Werkblad uit natuursteen
De uitsparing in het werkblad aan
brengen
KM 6383
Maak een uitsparing in het werkblad
^
zoals op de maatschets. Neem de
-
veiligheidsafstanden (zie rubriek
"Veiligheidsinstructies voor het in
bouwen") in acht.
Aansluitkabel aansluiten op het toe
stel
De aansluitkabel mag enkel door
een vakman of vakvrouw worden
aangesloten op het toestel.
Sluit de aansluitkabel aan zoals op
^
het aansluitschema (zie rubriek "Elek
trische aansluiting / Aansluitschema").
Het kookvlak inbouwen
^ Leid de aansluitkabel door de uitspa-
ring naar beneden.
^ Plaats het kookvlak b in de uitspa-
ring en centreer het.
-
-
-
a Werkblad
b Kookvlak
c Voeg
Omdat voor de keramische plaat en
de uitsparing in het werkblad een ze
kere tolerantie geldt, kan de voeg
breedte c variëren (minimaal 1 mm).
^ Sluit het kookvlak elektrisch aan.
^
Ga na of het kookvlak correct werkt.
^
Vul de voeg c met een geschikte,
temperatuurbestendige (minimaal
160 °C) siliconenkit.
Gebruik uitsluitend een siliconenkit
voor het dichten van voegen die ge
schikt is voor natuursteen en volg de
instructies van de fabrikant van de
kit.
-
-
-
77
Kookvlakken zonder rand voor vlakke inbouw
Werkblad uit massief hout / be
tegeld werkblad / glazen werk
blad
De uitsparing in het werkblad aan
brengen
KM 6383
-
-
Omdat voor de keramische plaat en
-
de uitsparing in het werkblad een ze
kere tolerantie geldt, kan de voeg
breedte c variëren (minimaal 1 mm).
Maak een uitsparing in het werkblad
^
zoals op de maatschets. Neem de
veiligheidsafstanden (zie rubriek
"Veiligheidsinstructies voor het in
bouwen") in acht.
Bevestig de houten lijsten d 7mm
^
onder de bovenkant van het werk
blad (zie afbeelding).
Aansluitkabel aansluiten op het toestel
De aansluitkabel mag enkel door
een vakman of vakvrouw worden
aangesloten op het toestel.
^ Sluit de aansluitkabel aan zoals op
het aansluitschema (zie rubriek "Elektrische aansluiting / Aansluitschema").
Hou rekening met de opmerkingen
van de fabrikant van de siliconenkit
voor het dichten van voegen.
Gebruik bij tegels uit natuursteen
uitsluitend een siliconenkit voor het
dichten van voegen die geschikt is
voor natuursteen.
-
-
79
Elektrische aansluiting
Het toestel mag uitsluitend door een
vakman of vakvrouw worden aange
sloten. Hij of zij kent de voorschriften
die van toepassing zijn en houdt
zich daar strikt aan.
Miele kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor directe of indirecte
schade als gevolg van een ondes
kundig uitgevoerde installatie of on
deskundig uitgevoerde onderhouds
werken of herstellingen.
Aansluitwaarde
Zie typeplaatje.
-
Aansluiting en zekering
De vereiste aansluitgegevens vindt u
op het typeplaatje.
Deze gegevens moeten overeenstem
-
men met de gegevens van het elektrici
teitsnet.
-
Elektrische aansluiting: AC 230V/50
Hz
-
-
Miele kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die werd ver
oorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Er bestaat in dat geval onder andere
gevaar voor elektrische schokken.
Na inbouw moet worden gewaarborgd dat onder spanning staande
delen niet kunnen worden aangeraakt.
-
Zie het aansluitschema voor de aan
sluitmogelijkheden.
Verliesstroomschakelaar
Om extra veiligheid te kunnen garanderen, wordt in de EU-voorschriften en
richtlijnen voor België geadviseerd de
elektrische installatie van een verliesstroomschakelaar (30 mA) te voorzien.
-
80
Elektrische aansluiting
Scheidingssysteem
Het toestel moet via een schakelaar
met alle polen van de netspanning
kunnen worden losgekoppeld.Decontactopening in uitgeschakelde toe
stand moet ten minste 3mmbedragen!
Geschikte schakelaars zijn
overbelastings- en verliesstroomscha
kelaars.
Van het elektriciteitsnet loskoppelen
Als het stroomcircuit van het toestel van
het elektriciteitsnet dient te worden los
gekoppeld, gaat u afhankelijk van de
installatie als volgt te werk:
– Smeltzekeringen:
Neem de inzetstukken helemaal
uit de schroefkappen.
– Automaat met schroefzekeringen
Druk op de testknop (rood) tot de
middelste knop (zwart) uitspringt.of:
–
Inbouwzekeringsautomaat
(stroomonderbreker, min.
type B of C):
Zet de tuimelschakelaar van 1 (aan)
op 0 (uit).of:
–
Aardlekschakelaar
(verliesstroomschakelaar)
Zet de hoofdschakelaar van 1 (aan)
op 0 (uit) of druk op de
testtoets.
-
-
of:
Aansluitkabel
Het toestel moet overeenkomstig het
aansluitschema worden aangesloten
door middel van een aansluitkabel van
-
het type H 05 VV-F (PVC-isolatie) die
een geschikte diameter heeft.
Zie het aansluitschema voor de aan
sluitmogelijkheden.
De toegestane aansluitspanning en bij
behorende waarden voor uw toestel
vindt u op het typeplaatje.
-
Aansluitkabel vervangen
Als de aansluitkabel beschadigd is,
moet deze worden vervangen door een
speciale aansluitkabel van het type
H 05 VV-F (PVC-isolatie). Deze kabel is
verkrijgbaar bij Miele of via de Service
After Sales.
De aansluitkabel mag uitsluitend door
een vakman of vakvrouw worden
vervangen. Hij of zij is op de hoogte
van de nationale voorschriften en de
voorschriften van de plaatselijke elektri
citeitsmaatschappij, en hij of zij neemt
ze zorgvuldig in acht.
De vereiste aansluitgegevens vindt u
op het typeplaatje.
De aarddraad moet bevestigd wor
den aan de aansluiting met het sym
bool -.
-
-
-
-
-
Zorg dat de netspanning niet per
ongeluk weer kan worden ingescha
keld.
-
81
Elektrische aansluiting
Aansluitschema
82
Dienst Herstellingen aan huis van Miele, typeplaatje,
Neem bij storingen of problemen die u niet zelf kunt verhelpen contact op met:
uw Miele-handelaar of
–
de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
–
Het telefoonnummer van de dienst Herstellingen aan huis van Miele vindt u op
de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele, geef dan al
tijd het toesteltype en -nummer op. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje.
Kleef hier het bijgeleverde typeplaatje. Let erop dat de typebenaming overeen
stemt met de gegevens op de voorpagina van deze gebruiksaanwijzing.
Duur en voorwaarden van de garantie
De duur van de garantie bedraagt 2 jaar. Meer informatie vindt u in de bijgele
verde garantievoorwaarden.
-
-
-
83
Wijzigingen voorbehouden / 4911
M.-Nr. 07 806 160 / 06
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.