Keramische kookvlakken
KM 6220 / 6223 / 6224 / 6226
KM 6227 / 6229 / 6230
Lees absoluut de gebruiksen montageaanwijzing voor u het
toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en
u voorkomt schade aan het toestel.
nl-BE
M.-Nr. 09 138 430
Inhoud
Beschrijving van het toestel .........................................4
Dit kookvlak voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor
schriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter
letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees deze gebruiks- en montageaanwijzing daarom eerst aan
dachtig door voordat u het toestel in gebruik neemt.
U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent inbouw, veiligheid,
gebruik en onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
schade aan het toestel.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Bewaar de gebruiks- en montageaanwijzing en geef ze door aan
wie het toestel eventueel na u gebruikt.
14
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Juist gebruik
Dit kookvlak is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
~
gelijkaardige omgevingen.
Dit kookvlak is niet bestemd voor gebruik buiten.
~
Gebruik het kookvlak uitsluitend in huishoudelijke context voor het
~
bereiden en warmhouden van gerechten.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten.
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
~
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
dit kookvlak veilig te bedienen, moeten bij de bediening in het oog
worden gehouden.
Deze personen mogen het toestel zonder toezicht bedienen, maar
alleen wanneer hun de bediening van het toestel zo uitgelegd is dat
ze het veilig kunnen bedienen. Ze moeten de eventuele risico's van
een foutieve bediening kunnen beseffen en begrijpen.
-
15
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van het kook
~
vlak worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden gehou
den.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het kookvlak zonder toezicht be
~
dienen, maar alleen wanneer hun de bediening van het toestel zo
uitgelegd is dat ze het veilig kunnen bedienen. Ze moeten de even
tuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen en
begrijpen.
Kinderen mogen het kookvlak niet zonder toezicht reinigen.
~
Hou kinderen die in de buurt van het kookvlak komen in het oog.
~
Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Het kookvlak wordt heet wanneer het in gebruik is en dat blijft het
~
ook nog enige tijd na het uitschakelen. Hou kinderen van het toestel
weg totdat het is afgekoeld en er geen gevaar meer bestaat dat ze
er zich aan verbranden.
Gevaar voor verstikking!
~
Spelende kinderen kunnen zich wikkelen in verpakkingsmateriaal
(bijv. folies) of het over hun hoofd trekken en daardoor verstikken.
Hou kinderen uit de buurt van verpakkingsmateriaal.
-
-
-
-
Gevaar voor verbranding!
~
Bewaar geen voorwerpen die voor kinderen interessant zijn, boven
of achter het kookvlak. Anders worden kinderen ertoe verleid op het
toestel te klauteren.
Gevaar voor verbranding!
~
Draai de handvaten van de kookpotten en pannen over het werk
blad. Zo voorkomt u dat kinderen zich verbranden door kookpotten
en pannen van het kookvlak te trekken. In de handel vindt u een
speciaal beveiligingshekje waardoor dit risico wordt beperkt.
16
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Maak gebruik van de inschakelblokkering om te vermijden dat
~
kinderen het kookvlak per ongeluk inschakelen. Wanneer u het
kookvlak gebruikt, schakelt u de vergrendeling in om te vermijden
dat kinderen de (ingestelde) instellingen wijzigen.
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of
~
herstellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's
ontstaan. Installatie-, onderhouds- of herstellingswerken mogen al
leen door vakmensen worden uitgevoerd die door Miele erkend zijn.
Een beschadigd kookvlak kan uw veiligheid in gevaar brengen.
~
Controleer of het toestel zichtbaar beschadigd is. Een beschadigd
toestel mag u nooit in gebruik nemen.
De elektrische veiligheid van het kookvlak is alleen gewaarborgd
~
als het wordt aangesloten op een volgens de voorschriften geïnstalleerd aardsysteem. Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan.
Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektricien controleren.
-
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
~
van het kookvlak moeten absoluut overeenstemmen met deze van
het elektriciteitsnet. Zo voorkomt u schade aan uw toestel.
Vergelijk deze gegevens voordat u het toestel aansluit.
Vraag bij twijfel inlichtingen aan een elektricien.
Stopcontactenblokken of verlengkabels bieden niet voldoende
~
veiligheidsgaranties (gevaar voor brand). Gebruik deze niet om het
kookvlak aan te sluiten op het elektriciteitsnet.
Gebruik het kookvlak enkel in ingebouwde toestand. Enkel dan is
~
een veilige werking gewaarborgd.
Dit kookvlak mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een schip)
~
worden gebruikt.
17
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wanneer u aansluitingen onder spanning aanraakt of de elek
~
trische en mechanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar
opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van het kookvlak
leiden.
Open nooit de behuizing van het toestel.
Het recht op garantie vervalt wanneer het kookvlak door een klan
~
tendienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Enkel met originele Miele-wisselstukken bent u zeker dat ze ten
~
volle voldoen aan de eisen qua veiligheid. Defecte onderdelen mo
gen enkel worden vervangen door originele Miele-wisselstukken.
Het kookvlak is niet bestemd voor gebruik met een externe scha-
~
kelklok (timer) of een systeem voor besturing op afstand.
Het kookvlak moet op het elektriciteitsnet worden aangesloten
~
door een vakman of vakvrouw die op de hoogte is van
elektriciteitsaansluitingen. Om een beschadigde aansluitkabel te
vervangen, moet een speciale aansluitkabel worden geïnstalleerd
door een vakman of vakvrouw die op de hoogte is van
elektriciteitsaansluitingen. Zie rubriek "Elektrische aansluiting".
-
-
-
Tijdens installatie-, onderhouds- en herstellingswerken moet het
~
kookvlak van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn.
Ga daartoe als volgt te werk:
–
schakel de zekeringen in uw zekeringkast uit,
–
draai de schroefzekeringen in uw zekeringkast helemaal uit of
–
trek de stekker van het toestel (als de aansluitkabel uitgerust is
met een stekker) uit het stopcontact.
Trek daarbij niet aan de aansluitkabel, wel aan de stekker.
18
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als het kookvlak is uitgerust met een communicatiemodule, moe
~
ten zowel het kookvlak als de communicatiemodule van het elektrici
teitsnet losgekoppeld zijn tijdens installatie-, onderhouds- en
herstellingswerken.
Gevaar voor elektrische schokken!
~
Als het kookvlak defect is of als de glaskeramiekplaat barsten of
spleten vertoont, mag u het kookvlak niet in gebruik nemen en dient
u het toestel direct uit te schakelen. Ontkoppel het toestel in dat ge
val van het elektriciteitsnet.
Veilig gebruik
Olie en vet kunnen door oververhitting ontvlammen. Laat het
~
kookvlak nooit zonder toezicht achter als u olie of vet gebruikt.
Brand door olie of vet mag u nooit met water blussen. Schakel het
toestel uit en verstik de vlammen voorzichtig met een deksel of een
blusdeken.
Vlammen kunnen de vetfilters van een dampkap in brand doen
~
vliegen. Flambeer nooit gerechten onder een dampkap.
-
-
-
Wanneer spuitbussen, licht ontvlambare vloeistoffen of andere
~
brandbare voorwerpen worden verwarmd, kunnen deze in brand
vliegen. Bewaar daarom nooit licht ontvlambare voorwerpen in laden
vlak onder het kookvlak. Is die lade met een bestekinzet uitgerust,
dan dient die vervaardigd te zijn van materiaal dat tegen hitte be
stand is.
Verwarm kookgerei nooit zonder inhoud.
~
In afgesloten conservenblikken ontstaat bij het inmaken en ver
~
warmen overdruk, waardoor deze kunnen ontploffen.
Gebruik het kookvlak nooit voor het inmaken en verwarmen van con
servenblikken.
-
-
19
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wanneer het kookvlak wordt afgedekt, bestaat het risico dat het
~
materiaal van de afdekking in brand vliegt, springt of smelt als u het
toestel per ongeluk inschakelt of als het nog warm is van een berei
ding.
Dek het kookvlak nooit af, bijv. met een afdekplaat, doek of folie.
Wanneer u een elektrisch toestel (bijv. een handmixer) gebruikt in
~
de buurt van het kookvlak, zorgt u ervoor dat de aansluitkabel niet
met het hete kookvlak in contact komt. De isolatie van de aansluitka
bel kan beschadigd raken.
-
-
Kookgerei van kunststof of aluminiumfolie smelt bij hoge tempera
~
turen. Gebruik geen kookgerei van kunststof of aluminiumfolie.
Als het kookvlak is ingebouwd achter een meubeldeur, mag het
~
alleen worden gebruikt wanneer de meubeldeur geopend is.
Sluit de meubeldeur pas wanneer de aanduidingen van resterende
warmte niet meer worden weergegeven.
Het kookvlak wordt heet wanneer het in gebruik is en dat blijft het
~
ook nog enige tijd na het uitschakelen. Pas zodra de aanduidingen
van resterende warmte niet meer worden weergegeven, is het gevaar om u te verbranden geweken.
U kunt zich verbranden aan het hete kookvlak. Bescherm uw han
~
den telkens als u met het hete toestel omgaat door gebruik te maken
van ovenwanten of pannenlappen. Gebruik alleen droge ovenwan
ten of pannenlappen. Met nat of vochtig textiel wordt de warmte
sterker overgedragen. Dat kan brandwonden door stoom veroorza
ken.
-
-
-
-
20
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als het kookvlak ingeschakeld is, als u het toestel per ongeluk in
~
schakelt of als het nog warm is van een kookproces, bestaat het risi
co dat metalen voorwerpen die op het kookvlak liggen verhitten.
Andere materialen kunnen smelten of ontvlammen.
Natte deksels van kookgerei kunnen zich vastzuigen.
Gebruik het kookvlak niet om er voorwerpen op neer te leggen.
Vergeet niet de kookzones na gebruik uit te schakelen!
Als er suiker, eten met suiker, kunststof of aluminiumfolie op het
~
hete kookvlak terechtkomt, beschadigen deze de glaskeramiekplaat
wanneer ze afkoelen. Schakel het toestel direct uit en krab deze
stoffen direct weg met een glaskrabber. Trek eerst ovenwanten aan.
Reinig de kookzones met een reinigingsmiddel voor glaskeramiek
zodra ze afgekoeld zijn.
Door het verwarmen van leeg kookgerei kan de
~
glaskeramiekplaat beschadigd raken. Laat het kookvlak niet zonder
toezicht achter terwijl het in werking is!
-
-
21
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Als u kookpotten en pannen met een ruwe bodem gebruikt, kun
~
nen er krassen op de glaskeramiekplaat optreden. Gebruik alleen
kookpotten en pannen met een effen bodem.
Zout, suiker of zandkorreltjes, bijv. van tijdens het schoonmaken
~
van groenten, kunnen krassen veroorzaken wanneer ze onder de
bodem van kookgerei terechtkomen. Zorg ervoor dat de
glaskeramiekplaat en de bodem van kookgerei schoon zijn voordat
u kookgerei op het kookvlak plaatst.
Vallende onderwerpen (zelfs lichte voorwerpen zoals zoutvaatjes)
~
kunnen in een minder gunstig geval barsten of spleten veroorzaken.
Vermijd dat er voorwerpen op de glaskeramiekplaat vallen.
Hete voorwerpen op de sensortoetsen en aanduidingen (dis-
~
plays) kunnen de elektronische besturing eronder beschadigen.
Plaats nooit hete kookpotten of pannen op de sensortoetsen en aanduidingen (displays).
Voorwerpen in de omgeving van het ingeschakelde kookvlak kun-
~
nen in brand vliegen door de hoge temperaturen. Gebruik het kookvlak nooit om het vertrek te verwarmen.
-
Het bedieningsveld en de rand van het kookvlak (facetrand bij
~
kookvlakken met facetrand) kunnen heet worden. Dat hangt af van
de volgende factoren: de gebruiksduur, het gebruik van een of meer
hoge vermogensstanden, het gebruik van groot kookgerei en het
aantal kookzones dat in gebruik is.
Als u kookgerei van aluminium of met een aluminium bodem ge
~
bruikt, kunnen er metaalachtige, glinsterende vlekken optreden op
het kookvlak. Deze vlekken kunnen worden verwijderd met het
Miele-reinigingsmiddel voor keramische kookplaten en roestvrij staal
(zie rubriek "Reiniging en onderhoud").
22
-
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Om te vermijden dat resten gaan inbranden, verwijdert u het vuil
~
zo vlug mogelijk. Als u een kookpot of pan opzet, let er dan op dat
de bodem zuiver is, droog en vrij van vet.
Reiniging en onderhoud
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderde
~
len die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van het kookvlak nooit een stoomreiniger.
-
23
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het kookvlak
voor transportschade. Er werd voor mi
lieuvriendelijk en recycleerbaar verpak
kingsmateriaal gekozen.
Het recycleren van het verpakkingsma
teriaal vermindert de afvalproductie en
het gebruik van grondstoffen. Uw han
delaar neemt de verpakking terug.
Wat met een afgedankt toe
stel?
-
-
-
-
Oude elektrische en elektronische toe
stellen bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
neren en de veiligheid van het toestel
nodig waren. Als deze stoffen bij het
restafval terechtkomen of verkeerd worden behandeld, kunnen ze schade berokkenen aan de menselijke gezondheid en het milieu. Geef uw oude toestel dus niet mee met het gewone huisvuil.
Breng het toestel liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk containerpark.
Vraag meer informatie aan uw
Miele-handelaar.
-
-
-
24
Zorg er ook voor dat het toestel
kindveilig wordt bewaard voor u het
wegbrengt.
Kleef het typeplaatje dat bij de documentatie bijgevoegd is
op de daarvoor bestemde plaats in de rubriek "Typeplaatje".
Eerste reiniging
Verwijder eventuele beschermfolies en stickers.
^
Voor het eerste gebruik gaat u met een vochtige doek over
^
het toestel. Vervolgens wrijft u het droog.
Toestel in gebruik nemen
Enkel bij kookvlakken met facetrand (geslepen glazen
rand):
De eerste dagen na de inbouw kan er een kleine spleet
zichtbaar zijn tussen het kookvlak en het werkblad. Door
het gebruik wordt die wel kleiner. Ondanks deze spleet
blijft de elektrische veiligheid steeds gewaarborgd.
De metalen delen van het toestel zijn voorzien van een speciaal beschermlaagje. Daarom komt er een geur vrij als het toestel voor het eerst wordt gebruikt.
Vóór het eerste gebruik
Die geur en eventueel ook damp trekken gauw weg. Deze
verschijnselen wijzen niet op een verkeerde aansluiting noch
op een defect aan het toestel. Ze zijn niet schadelijk voor de
gezondheid.
25
Werking van de kookzones
Gewone kookzones met 1 diameter zijn met 1
verwarmingskring uitgerust, kookzones met 2 diameters en
braadzones met 2 verwarmingskringen. Afhankelijk van het
model zijn de verwarmingskringen mogelijk door een lijn van
elkaar gescheiden.
Elke kookzone is voorzien van een beveiliging tegen overver
hitting. Deze voorkomt dat de glaskeramiek oververhit raakt
(zie rubriek "Beveiliging tegen oververhitting").
Als een vermogensstand wordt ingesteld, wordt de verwar
ming ingeschakeld en is de verwarmingskring door de glas
keramiek heen zichtbaar.
Het verwarmingsvermogen van de kookzones is afhankelijk
van de ingestelde vermogensstand en wordt elektronisch ge
regeld. Hiertoe schakelt de verwarming van een kookzone
automatisch in en uit.
Kookzone met 1 diameter
a Beveiliging tegen oververhitting
b Verwarmingskring
Kookzone met 2 diameters
a Techniekgebonden, geen defect
-
-
-
-
26
b Beveiliging tegen oververhitting
c Buitenste verwarmingskring
d Isoleerkring
e Binnenste verwarmingskring
Bedieningsprincipe
Het bedieningsveld van uw keramische kookvlak is voorzien
van elektronische sensortoetsen. Die reageren op het contact
met uw vingers.
Bediening
Als het kookvlak is uitgeschakeld, zijn alleen de op het kook
vlak gedrukte symbolen voor de aan-uitsensortoets van het
kookvlak en de vergrendeling zichtbaar.
Als het kookvlak wordt ingeschakeld, lichten alle andere sen
sortoetsen op. In de cijferreeksen brandt "0" met lichtsterkte 2
en branden de cijfers 1 tot 9 met lichtsterkte 1.
Als een vermogensstand wordt ingesteld, branden de cijfers
0 tot en met het cijfer van de ingestelde vermogensstand met
lichtsterkte 2.
Door met een vinger de gewenste sensortoetsen aan te raken, bedient u het kookvlak. Bij elke reactie van de sensortoetsen hoort u een geluidssignaal.
Hou het bedieningsveld altijd schoon. Leg er geen voorwerpen op. Anders reageren de sensortoetsen niet of activeert u onbedoeld functies. Ook is het mogelijk dat het
kookvlak dan automatisch wordt uitgeschakeld (zie rubriek
"Veiligheidsuitschakeling").
Zet in geen geval heet kookgerei op de sensortoetsen.
Hierdoor kan de elektronische besturing eronder bescha
digd raken.
-
-
-
27
Bediening
Inschakelen
Schakel eerst het kookvlak in en schakel daarna de gewenste
kookzone in.
Laat het toestel niet zonder toezicht achter terwijl het in
werking is!
Kookvlak inschakelen
Raak de sensortoets s aan.
^
Alle sensortoetsen lichten op. Stelt u niets in, dan wordt het
kookvlak om veiligheidsredenen na enkele seconden weer
uitgeschakeld.
Kookzone activeren
Een kookzone is niet actief als alleen de "0" van de cijferreeks
brandt. Raak de "0" aan om de kookzone te activeren. Alle
vermogensstanden lichten op.
Vermogensstand instellen
In de fabriek geprogrammeerde vermogensstanden
^ Raak het desbetreffende cijfer aan in de cijferreeks van de
gewenste kookzone.
Tussenstanden als u het aantal vermogensstanden hebt
uitgebreid
(zie rubriek "Tabel met vermogensstanden")
^
Raak de ruimte tussen de cijfers aan.
Als u bijv. vermogensstand 7+ instelt, branden de cijfers 7 en
8 helderder dan de overige cijfers.
Kookzone met ExtraSpeed-functie
(vermogensstand 9)
De kookzone werkt op deze vermogensstand met een extra
hoog vermogen.
^
Raak de sensortoets § of het cijfer 9 in de cijferreeks aan.
Vermogensstand wijzigen
^
Raak het desbetreffende cijfer aan in de cijferreeks van de
gewenste kookzone.
28
Bediening
Tabel met vermogensstanden
In de fabriek zijn 9 vermogensstanden geprogrammeerd. Als u fijner afgestemde
vermogensstanden wenst, kunt u het aantal standen uitbreiden (zie rubriek "Pro
grammering").
Saus aanmaken met enkel eigeel en boter
Kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen
Gerechten die gemakkelijk aanbranden warmhouden
Rijst koken
Vloeibare of halfvaste gerechten opwarmen
Gebonden saus of roomsaus maken, bijv. witte-wijnsaus
of sauce hollandaise
Rijstpap of havermoutpap maken
Omelet of spiegelei zonder korst bakken
Fruit blancheren
Diepvriesproducten ontdooien
Groente of vis stoven
Deegwaren of peulvruchten gaar koken
Graan gaar koken
Gerechten in grotere hoeveelheden aan de kook brengen en
verder laten koken
Vis, schnitzel, worst, spiegeleieren e.d. behoedzaam laten
braden of bakken zonder dat het vet oververhit wordt
Pannenkoeken, flensjes e.d. bakken7 tot 87 tot 8+
Grote hoeveelheden water aan de kook brengen
Aankoken
1 tot 21 tot 2+
1 tot 31 tot 3+
2 tot 42 tot 4+
3 tot 53 tot 5+
55+
6 tot 76 tot 7+
8 tot 98+ tot 9
Aantal uitgebreid
(17 vermogens-
standen)
-
* Deze gegevens zijn richtwaarden. Ze zijn van toepassing op normale porties voor 4 personen. Als
u extra hoog kookgerei gebruikt, zonder deksel kookt of grotere hoeveelheden bereidt, moet een
hogere vermogensstand worden ingesteld. Bereidt u kleinere hoeveelheden, stel dan een lagere
vermogensstand in.
29
Bediening
Kookstartautomaat
Activeren
Deactiveren
Als de kookstartautomaat geactiveerd is, wordt de desbetref
fende kookzone automatisch een bepaalde tijd op het hoog
ste vermogen verwarmd. Daarna wordt teruggeschakeld naar
de vermogensstand die u hebt ingesteld. Dit noemen we de
voortkookstand. De kookstarttijd hangt af van de ingestelde
voortkookstand (zie tabel).
Bij hoge voortkookstanden zijn slechts relatief korte
kookstarttijden vereist, omdat met deze instellingen meestal
leeg kookgerei wordt opgewarmd om te braden.
Stel een voortkookstand in door het gewenste cijfer aan te
^
raken totdat een geluidssignaal weerklinkt en de ingestelde
voortkookstand begint te knipperen.
Gedurende de kookstarttijd (zie tabel) knippert de ingestelde
voortkookstand.
Wordt tijdens de kookstarttijd de voortkookstand gewijzigd,
dan wordt de kookstartautomaat gedeactiveerd.
Hebt u het aantal vermogensstanden uitgebreid (zie rubriek "Programmering") en een tussenstand ingesteld, dan
knipperen de vermogensstanden voor en na de tussenstand.
-
-
30
U kunt de kookstartautomaat gedurende de kookstarttijd uit
schakelen.
^
Raak de ingestelde voortkookstand aan totdat het cijfer
constant brandt, of stel een andere vermogensstand in.
-
Bediening
Voortkookstand*Kookstarttijd (duur)
in minuten en seconden (ca.)
11:20
1+2:00
22:45
2+3:25
34:05
3+4:45
45:30
4+6:10
56:50
5+7:10
61:20
6+2:00
72:45
7+2:45
82:45
8+2:45
9-
* De voortkookstanden 1+ enz. zijn alleen beschikbaar als u
het aantal vermogensstanden hebt uitgebreid (zie rubriek
"Programmering").
31
Bediening
Kookzone-uitbreiding
Als u een kookzone met 2 diameters, 3 diameters of
ExtraSpeed-functie inschakelt, wordt automatisch de tweede
verwarmingskring ingeschakeld.
De tweede verwarmingskring van een braadzone of
braadplus-zone en de derde verwarmingskring van een kook
zone met 3 diameters moeten handmatig worden ingescha
keld.
-
-
Dit is in de fabriek zo ingesteld, maar u kunt het indien ge
wenst wijzigen (zie rubriek "Programmering").
Afhankelijk van uw model, kunnen twee boven elkaar lig
gende kookzones met elkaar worden gecombineerd tot een
braadplus-zone. Dit gebeurt via een verwarmingselement dat
de kookzones overbrugt. Deze braadplus-zone kan alleen via
de cijferreeks van de kookzone vooraan rechts worden bediend.
Handmatig inschakelen
^ Raak "0" aan in de cijferreeks van de desbetreffende kook-
zone.
^ Stel de gewenste vermogensstand in door het desbetref-
fende cijfer aan te raken.
^
Raak de sensortoets voor kookzone-uitbreiding aan.
Braadplus-zone
^
Raak "0" aan in de cijferreeks van de kookzone vooraan
rechts.
^
Stel de gewenste vermogensstand in door het desbetref
fende cijfer aan te raken.
-
-
-
^
Raak de sensortoets voor kookzone-uitbreiding aan.
De ingestelde vermogensstand wordt in de cijferreeks van de
kookzone vooraan rechts weergegeven. De cijferreeks van
de kookzone achteraan rechts gaat uit.
Kookzone-uitbreiding uitschakelen
^
Raak de sensortoets voor kookzone-uitbreiding zo vaak
aan tot het controlelampje uitgaat.
32
Uitschakelen / weergave van de resterende warmte
Kookzone uitschakelen
Raak het cijfer "0" aan in de cijferreeks van de desbetref
^
fende kookzone.
Bediening
-
De cijfers 1 tot 9 van de cijferreeks doven na enkele secon
den. Is de kookzone nog heet, dan wordt via streepjes de
resterende warmte weergegeven.
Kookvlak uitschakelen
^
Nu zijn alle kookzones uitgeschakeld. De cijfers 1 tot 9 van
de cijferreeks doven na enkele seconden. Voor de kookzones
die nog heet zijn, wordt de resterende warmte via streepjes
weergegeven.
De streepjes die de resterende warmte weergeven, verdwijnen één voor één naarmate de kookzones afkoelen. Samen met het laatste streepje dooft telkens ook de "0" in de
cijferreeks.
-
Raak de sensortoets s aan.
Raak de kookzones niet aan zolang de streepjes voor de
resterende warmte branden. Leg op de kookzones ook
geen voorwerpen die geen hitte kunnen verdragen.
Gevaar voor brandwonden en brand!
Na een stroomonderbreking knipperen de streepjes voor
de resterende warmte.
33
Kookgerei
Het best geschikt zijn kookpotten en pannen met een dik
–
ke bodem, die zich in koude toestand lichtjes naar binnen
welven. Als de bodem heet wordt, ligt die dan mooi effen
op de kookzone. Zo wordt de warmte optimaal geleid.
KoudWarm
Kookgerei uit glas, keramiek of aardewerk is minder ge
–
schikt. Deze materialen geleiden de warmte niet goed ver
der.
– Kookgerei van kunststof of aluminiumfolie is niet geschikt.
Dat smelt bij hogere temperaturen.
– Als u kookgerei uit aluminium of met een aluminium bodem
gebruikt, kunnen er metaalachtige, glinsterende vlekken
optreden op het kookvlak. Deze vlekken kunnen worden
verwijderd met het reinigingsmiddel voor glaskeramiek en
roestvrij staal (zie rubriek "Reiniging en onderhoud").
-
-
-
34
– Gebruik alleen kookpotten en pannen met een effen bo-
dem. Als u kookpotten en pannen met een ruwe bodem
gebruikt, kunnen er krassen op de glaskeramiekplaat optreden.
–
Hef het kookgerei op wanneer u het verplaatst. Zo voor
komt u strepen en krassen.
–
Merk op dat in winkels bij kookpotten en pannen vaak de
maximale of bovenste diameter wordt opgegeven. Wat telt,
is echter de meestal kleinere diameter van de bodem.
-
Tips om energie te besparen
Let erop dat de kookpot- of panbodem met het formaat
–
van de kookzone overeenstemt of iets groter is. Zo wordt
er geen warmte verspild.
Te kleinGepast
Kook bij voorkeur met een deksel op de kookpot of pan. Zo
–
vermijdt u dat er nodeloos warmte ontsnapt.
Zonder dekselMet deksel
– Gebruik voor kleine hoeveelheden een kleine kookpot. Een
kleine kookpot op een kleine kookzone gebruikt minder
energie dan een grote, slechts gedeeltelijk gevulde
kookpot op een grote kookzone.
–
Gebruik weinig water bij het bereiden.
–
Stel na de kookstart of het aanbraden een lagere vermo
gensstand in.
–
Schakel de kookzone bij lange kooktijden reeds 5 à
10 minuten voor het einde van de kooktijd uit. Zo benut u
de resterende warmte.
–
U kunt de bereidingstijd aanzienlijk verkorten door een
snelkookpan/snelkookpot te gebruiken.
-
35
Timer
h
Als u de timer wilt gebruiken, moet het kookvlak ingeschakeld
zijn.
U kunt de timer op twee manieren gebruiken:
als kookwekker
–
voor het automatisch uitschakelen van een kookzone.
–
U kunt een tijd instellen tussen 1 minuut (01) en 9 uren (9^).
Een tijd tot 99 minuten wordt in minuten ingesteld en weerge
geven.
Voorbeeld
Bij een tijd van meer dan 99 minuten moet eerst de sensortoets h worden aangeraakt. De tijd wordt in stappen van een
halfuur ingesteld. De halve uren worden via een punt naast
het cijfer weergegeven.
Voorbeeld (2 uur en 30 minuten):
Na afloop van de ingestelde tijd verschijnt 00 op het
timerdisplay. Tegelijkertijd weerklinkt er enkele seconden
lang een geluidssignaal.
-
36
Kookwekker
h
h
h
Instellen
Timer
Minuten
Voorbeeld: U wilt 15 minuten instellen.
Schakel het kookvlak in (als dat nog niet gebeurd is).
^
Raak de sensortoets m aan.
^
De sensortoets m knippert. Op het timerdisplay verschijnt 00.
De 0 rechts knippert.
Eerst wordt het linkercijfer van de tijd ingesteld, vervolgens
het rechtercijfer.
^ Raak in de cijferreeks het cijfer aan dat u wilt instellen als
linkercijfer (in dit voorbeeld 1).
Op het timerdisplay knippert nu rechts een 1.
^
Raak in de cijferreeks het cijfer aan dat u wilt instellen als
rechtercijfer (in dit voorbeeld 5).
De 1 verschuift naar links en rechts verschijnt 5.
Na enkele seconden stopt de sensortoets m met knipperen
en begint het aftellen van de kookwekkertijd.
37
Timer
hhh
Uren
U kunt volle uren instellen door in de cijferreeks het desbe
treffende cijfer aan te raken.
U kunt halve uren instellen door in de cijferreeks de ruimte
tussen 2 cijfers aan te raken.
Voorbeeld: U wilt 2 uren en 30 minuten instellen.
Schakel het kookvlak in (als dat nog niet gebeurd is).
^
Raak de sensortoets m aan.
^
De sensortoets m knippert. Op het timerdisplay verschijnt 00.
De 0 rechts knippert.
^ Raak de sensortoets h aan om de tijd in stappen van een
half uur in te stellen.
^
Raak in de cijferreeks de ruimte tussen de cijfers 2 en 3
aan.
-
Na enkele seconden stoppen de sensortoets m en het
timerdisplay met knipperen. Het aftellen van de kookwekker
tijd begint.
38
-
Wijzigen
Wissen
Raak de sensortoets m aan.
^
Stel de gewenste tijd in zoals hierboven beschreven.
^
Raak de sensortoets m aan.
^
Raak in de cijferreeks het cijfer 0 aan.
^
Timer
39
Timer
Kookzone automatisch uitschakelen
U kunt een tijd instellen waarna een kookzone automatisch
moet worden uitgeschakeld.
De functie voor het automatisch uitschakelen kan voor alle
kookzones individueel worden geprogrammeerd.
Als de geprogrammeerde tijd langer is dan de maximaal
toegelaten gebruiksduur, wordt de kookzone na afloop van
de tijd van de veiligheidsuitschakeling (zie gelijknamige ru
briek) uitgeschakeld.
Stel voor de desbetreffende kookzone een vermogens
^
stand in.
Raak de sensortoets m zo vaak aan totdat op het
^
timerdisplay het controlelampje van de desbetreffende
kookzone knippert.
Als meerdere kookzones ingeschakeld zijn, knipperen de
controlelampjes in wijzerzin, te beginnen vanaf vooraan links.
^ Stel de gewenste tijd in.
De ingestelde tijd wordt in stappen van een minuut afgeteld.
Op het timerdisplay ziet u de resterende tijd. U kunt deze op
elk moment wijzigen.
-
-
40
Als u ook een andere kookzone automatisch wilt laten uit
schakelen, gaat u te werk zoals reeds beschreven.
Als meerdere uitschakeltijden geprogrammeerd zijn, wordt
de kortste resterende tijd weergegeven. Op het timerdisplay
knippert het controlelampje van de desbetreffende kookzone.
De andere controlelampjes branden continu. Wilt u de reste
rende tijden weergeven die op de achtergrond aflopen, raak
dan de sensortoets m zo vaak aan totdat het gewenste con
trolelampje knippert.
-
-
-
Combinatiegebruik
Timer
U kunt de functies "kookwekker" en "automatisch uitscha
kelen" tegelijk gebruiken.
Ga als volgt te werk als u een of meer uitschakeltijden hebt
geprogrammeerd en ook de kookwekker wilt instellen:
Raak de sensortoets m zo vaak aan totdat de controlelamp
jes van de geprogrammeerde kookzones continu branden en
op het timerdisplay 00 verschijnt.
Ga als volgt te werk als u de kookwekker hebt ingesteld en
ook een of meer uitschakeltijden wilt programmeren:
Raak de sensortoets m zo vaak aan totdat op het
timerdisplay het controlelampje van de desbetreffende kook
zone knippert.
Kort na het invoeren van de laatste waarde schakelt het
timerdisplay over naar de weergave van de kortste resterende tijd.
Wilt u de resterende tijden weergeven die op de achtergrond
aflopen, raak dan de sensortoets m zo vaak aan totdat
- op het timerdisplay het controlelampje van de desbetreffende kookzone knippert
(automatisch uitschakelen).
- het timerdisplay knippert (kookwekkertijd).
U kunt in wijzerzin de tijden voor alle ingeschakelde kookzones en de kookwekkertijd weergeven, te beginnen vanaf de
kortste resterende tijd.
-
-
-
41
Veiligheidsvoorzieningen
Vergrendeling / inschakelblokkering
Om te vermijden dat iemand het kookvlak en de kookzones
per vergissing inschakelt of instellingen wijzigt, is uw toestel
uitgerust met een vergrendeling (inschakelblokkering).
De vergrendeling kan worden geactiveerd als het kookvlak
is ingeschakeld. Als de vergrendeling geactiveerd is, kan het
kookvlak alleen nog beperkt worden bediend:
De vermogensstanden van de kookzones en de instel
–
lingen van de timer kunnen niet worden gewijzigd.
De kookzones, het kookvlak en de timer kunnen wel wor
–
den uitgeschakeld, maar daarna niet weer worden inge
schakeld.
De inschakelblokkering kan worden geactiveerd als het
kookvlak is uitgeschakeld. Als de inschakelblokkering geactiveerd is, kan het toestel niet worden ingeschakeld en kan de
timer niet worden bediend.
Het toestel is zo geprogrammeerd dat de inschakelblokkering
handmatig moet worden geactiveerd.
In de programmeermodus kunt u instellen dat de inschakelblokkering 5 minuten na het uitschakelen van het kookvlak
automatisch wordt geactiveerd als het toestel niet handmatig
wordt vergrendeld (zie rubriek "Programmering").
-
-
-
42
Als u een niet-toegelaten sensortoets aanraakt terwijl de ver
grendeling of inschakelblokkering is geactiveerd, gaat het
desbetreffende controlelampje aan en wordt op het
timerdisplay enkele seconden LC weergegeven.
Hou ermee rekening dat de vergrendeling en de inscha
kelblokkering worden gedeactiveerd bij een stroomonder
breking.
-
-
-
Activeren
Veiligheidsvoorzieningen
Raak de sensortoets $ zo lang aan tot het bijhorende con
^
trolelampje aangaat.
Kort daarna gaat het controlelampje uit.
-
Deactiveren
U kunt de instelling voor de vergrendeling wijzigen van acti
vering met één vinger in activering met drie vingers (zie ru
briek "Programmering"). Kinderen kunnen dan minder gemak
kelijk functies activeren.
Raak de sensortoets $ zo lang aan tot het controlelampje
^
uitgaat.
-
-
-
43
Veiligheidsvoorzieningen
Stop and Go
Activeren
Deactiveren
Uw toestel is uitgerust met een functie die bij het activeren er
van de vermogensstand van al de ingeschakelde kookzones
beperkt tot vermogensstand 1. De vermogensstanden van de
kookzones en de instelling van de timer kunnen niet worden
gewijzigd. U kunt alleen het kookvlak uitschakelen.
Bij het deactiveren van "Stop and Go" werken de kookzones
verder op de vermogensstand die u het laatst had ingesteld.
Als de functie niet wordt gedeactiveerd, wordt het kookvlak
na 1 uur uitgeschakeld.
Bij activering van "Stop and Go"
- wordt het aftellen van een ingestelde tijd voor
automatische uitschakeling onderbroken. Zodra u deze
functie deactiveert, loopt de tijd verder.
- loopt de kookwekkertijd zonder onderbreking verder.
^ Raak de sensortoets aan.
Het vermogen van de ingeschakelde kookzones wordt verminderd tot vermogensstand 1.
-
44
^
Raak de sensortoets aan.
De kookzones werken nu verder op de vermogensstand die u
het laatst had ingesteld.
Veiligheidsuitschakeling
Als de sensortoetsen bedekt zijn
Het kookvlak wordt automatisch uitgeschakeld als een of
meer sensortoetsen langer dan ca. 10 seconden bedekt zijn,
bijvoorbeeld als u uw hand erop legt, een gerecht overkookt
of als er voorwerpen op liggen.
Op het timerdisplay knippert een F.
Reinig het bedieningsveld of verwijder de voorwerpen.
^
F gaat uit en u kunt het kookvlak weer gebruiken.
Als een kookzone te lang aanstaat
Veiligheidsvoorzieningen
Blijft een kookzone ongewoon lang op dezelfde vermogens
stand in werking, dan wordt die kookzone automatisch uitge
schakeld. De streepjes voor de resterende warmte worden
weergegeven.
Wenst u de kookzone opnieuw te gebruiken, schakel ze dan
op de gebruikelijke manier weer in.
In de fabriek is veiligheidsstand 0 geprogrammeerd. Indien
gewenst kunt u een hogere veiligheidsstand met een kortere
maximale gebruiksduur instellen (zie tabel).
-
-
45
Veiligheidsvoorzieningen
Vermogens
stand**
1+10:007:004:00
2 / 2+5:004:003:00
3 / 3+5:003:302:00
4 / 4+4:002:001:30
5 / 5+3:001:301:00
6 / 6+2:001:000:30
7 / 7+2:000:420:24
8+2:000:300:18
* Fabrieksinstelling
** De vermogensstanden met + zijn alleen beschikbaar als u het aantal vermo
gensstanden hebt uitgebreid (zie rubriek "Tabel met vermogensstanden").
-
Veiligheidsstand
uur : min.
110:008:005:00
82:000:300:20
91:000:240:10
Maximale gebruiksduur in uren
Veiligheidsstand 1
0*
uur : min.
Veiligheidsstand
2
uur : min.
-
46
Veiligheidsvoorzieningen
Beveiliging tegen oververhitting / panbeveiliging
Elke kookzone is voorzien van een beveiliging tegen overver
hitting. Dat is een onderdeel dat de interne temperatuur be
perkt.
De kookzone met ExtraSpeed-functie is ook uitgerust met een
panbeveiliging. Als u deze functie wenst te gebruiken, dient u
de fabrieksinstelling te wijzigen (zie rubriek "Programmering").
De beveiliging tegen oververhitting reageert door de ver
warming in en uit te schakelen, zelfs als de hoogste vermo
gensstand is ingesteld.
De panbeveiliging reageert door de verwarming van de
kookzone uit te schakelen. "§" knippert en in de cijferreeks
van de kookzone met ExtraSpeed-functie knipperen afwisse
lend 9 en 0.
U kunt de kookzone uitschakelen of u kunt de kookzone opnieuw gebruiken door een vermogensstand in te stellen of
"§" aan te raken.
De beveiliging tegen oververhitting of panbeveiliging reageert wanneer
– een kookzone is ingeschakeld zonder kookgerei erop,
– er leeg kookgerei wordt verwarmd,
–
de bodem van het kookgerei niet effen op de kookzone
ligt,
-
-
-
-
-
–
het kookgerei de warmte slecht geleidt.
47
Reiniging en onderhoud
Gebruik nooit een stoomreiniger om het toestel schoon
,
te maken. De stoom kan in aanraking komen met onderde
len van het toestel die onder spanning staan en zo een
kortsluiting veroorzaken.
Reinig het hele toestel na elk gebruik. Laat het toestel eerst
afkoelen.
Wrijf het toestel na elke vochtige reiniging droog. Zo voor
komt u kalkafzetting.
Om schade aan de oppervlakken te voorkomen, mogen
de volgende middelen niet worden gebruikt om de opper
vlakken te reinigen:
– handafwasmiddel,
– reinigingsmiddelen die soda, alkali, ammoniak, zuur of
chloor bevatten,
– kalkoplossende reinigingsmiddelen,
– vlek- en roestverwijderaars,
– schurende reinigingsproducten, zoals schuurpoeder,
schuurmelk, poetsstenen,
-
-
-
48
– reinigingsmiddelen met oplosmiddel,
–
afwasmiddelen voor de afwasautomaat,
–
grill- of ovensprays,
–
glasreinigers,
–
schurende harde borstels en sponsjes (bijv. schuurspons
jes), of gebruikte sponsjes die nog resten van een schuur
middel bevatten,
–
speciale "wondersponsen",
–
scherpe voorwerpen
(om te vermijden dat de dichtingen tussen de glaskera
miek en de randlijst of tussen de randlijst en het werkblad
beschadigd raken).
-
-
-
Reiniging en onderhoud
Gebruik geen handafwasmiddel bij het reinigen. Als u rei
nigt met een handafwasmiddel, kunt u niet al het vuil en
alle resten verwijderen. Bovendien vormt er zich dan een
onzichtbare film, die ervoor zorgt dat er verkleuringen ont
staan op de glaskeramiek. U kunt deze verkleuringen niet
meer verwijderen.
Reinig het kookvlak regelmatig met een speciaal reini
gingsmiddel voor glaskeramiek.
Verwijder al het grove vuil met een vochtige doek. Aange
koekt vuil schraapt u weg met een glaskrabber.
Maak het kookvlak daarna grondig schoon met het speciale
reinigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal van
Miele (zie rubriek "Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren") of
een reinigingsmiddel voor keramische kookplaten dat in de
handel verkrijgbaar is. Gebruik daartoe wat keukenrolpapier
of een schone doek. Breng het reinigingsmiddel niet op een
warm kookvlak aan. Hierdoor kunnen er vlekken ontstaan.
Hou rekening met de aanwijzingen van de fabrikant van het
reinigingsmiddel.
Vervolgens gaat u met een vochtige doek over het kookvlak.
Tot slot wrijft u het kookvlak droog. Zorg ervoor dat u alle reinigingsmiddelresten verwijdert. Bij volgende bereidingen
zouden eventuele resten zich inbranden en de glaskeramiek
beschadigen.
-
-
-
-
Vlekken door kalkresten, water en aluminiumresten
(metaalachtige, glinsterende vlekken) kunt u met het reini
gingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal verwijderen.
Is er suiker, kunststof of aluminiumfolie op het hete kook
vlak terechtgekomen? Schakel het toestel uit. Verwijder de
resten onmiddellijk grondig met een glaskrabber, terwijl de
kookzone nog heet is. Let op dat u zich niet verbrandt!
Maak de kookzone verder schoon zodra ze afgekoeld is, zo
als eerder beschreven.
-
-
-
49
Programmering
U kunt de programmering van uw toestel wijzigen (zie tabel).
U kunt verscheidene instellingen na elkaar wijzigen.
Nadat u het toestel in de programmeermodus hebt gezet, ziet
u op het timerdisplay P (programma) en S (status). Bij kook
vlakken met 3 kookzones verschijnt achteraan links een extra
indicator.
In de cijferreeksen vooraan links en achteraan links wordt het
programma weergegeven. Voorbeeld:
Programma 03 = vooraan links 3, achteraan links 0
Programma 14 = vooraan links 4, achteraan links 1
-
In de cijferreeks vooraan rechts wordt de status weergege
ven.
Toestel in de programmeermodus zetten
^ Zorg ervoor dat het kookvlak is uitgeschakeld. Raak tege-
lijkertijd de sensortoetsen s en $ aan totdat het controle-
lampje van de vergrendeling knippert.
Programma instellen
^ Om het rechtercijfer in te stellen, raakt u het desbetreffen-
de cijfer aan in de cijferreeks vooraan links.
^ Om het linkercijfer in te stellen, raakt u het desbetreffende
cijfer aan in de cijferreeks achteraan links.
Status instellen
^
Raak het desbetreffende cijfer aan in de cijferreeks voor
aan rechts.
Instellingen opslaan
^
Raak de sensortoets s aan totdat de displays worden uit
geschakeld.
Instellingen niet opslaan
^
Raak de sensortoets $ aan totdat de displays worden uit
geschakeld.
-
-
-
-
50
Programma*Status** Instelling
Programmering
P00Demo-modus en fabrieks
instellingen
P01Stop and GoS0Uit
P02Aantal vermogensstanden S0 9 vermogensstanden
P03PanbeveiligingS0 Uit
P04Geluidssignaal bij het aan-
raken van de sensortoetsen
S0Demo-modus aan
-
S1 Demo-modus uit
S9Herstellen van de
fabrieksinstellingen
S1 Aan
(1, 2, 3 ... tot 9)
S117 vermogensstanden
(1, 1+, 2, 2+, 3 ... tot 9)
S1Niet gevoelig
S2Normaal
S3Zeer gevoelig
S0Uit, met uitzondering van een
geluidssignaal bij het aanraken
van de aan-uittoets s
S1Zacht
S2 Halfluid
S3Luid
P05Geluidssignaal van de ti
mer
*Programma’s die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet instellen.
** De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt.
-
S0Uit
S1Zacht, 10 seconden
S2 Halfluid, 10 seconden
S3Luid, 10 seconden
51
Programmering
Programma*Status** Instelling
P06VergrendelingS0 Vergrendeling met één vinger door $
aan te raken
S1Vergrendeling met drie vingers door te
gelijkertijd $ en vermogensstand "0"
van de twee kookzones rechts aan te
raken
P07InschakelblokkeringS0 Alleen handmatige activering van de in
schakelblokkering
S1Automatische en handmatige activering
van de inschakelblokkering
P08Maximale gebruiksduur S0 Veiligheidsstand 0
S1Veiligheidsstand 1
S2Veiligheidsstand 2
P10Miele|home
(alleen als een communicatiemodule is geïnstalleerd)
P11Tweede
verwarmingskring van
de kookzone (vooraan/achteraan) links
P12Tweede
verwarmingskring van
de kookzone vooraan
rechts
Kookzone met 2
diameters
Braadplus-zoneS0 Wordt niet automatisch ingeschakeld
P13Tweede
verwarmingskring van
de kookzone (achter
aan) rechts
* Programma's die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet instellen.
S0 Niet van toepassing
S1Afgemeld
S2Aangemeld
S0Wordt niet automatisch ingeschakeld
S1 Wordt altijd automatisch ingeschakeld
S0Wordt niet automatisch ingeschakeld
S1 Wordt altijd automatisch ingeschakeld
S1Wordt altijd automatisch ingeschakeld
S0 Wordt niet automatisch ingeschakeld
S1Wordt altijd automatisch ingeschakeld
-
-
-
** De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt.
52
Programma*Status** Instelling
Programmering
P14Tweede
verwarmingskring van de
kookzone achteraan in
het midden
P15Geluidssignaal als er iets
op de sensortoetsen ligt
P16Reactiesnelheid van de
sensortoetsen
* Programma's die niet in de tabel zijn vermeld, kunt u niet instellen.
** De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt.
S0Wordt niet automatisch ingescha
keld
S1 Wordt altijd automatisch inge
schakeld
S0 Uit
S1Aan
S0Langzaam
S1 Normaal
S2Snel
-
-
53
Wat gedaan als ...?
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik kunnen voordoen, kunt u
zelf oplossen. Doordat u dan geen beroep hoeft te doen op de dienst Herstellin
gen aan huis van Miele, bespaart u tijd en kosten.
Het onderstaande overzicht kan u helpen om de oorzaken van een probleem te
vinden en problemen te verhelpen. Vergeet echter niet:
Herstellingen aan elektrische toestellen mogen alleen door vakmensen
,
worden uitgevoerd. Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet
te onderschatten risico's voor de gebruiker ontstaan.
ProbleemOorzaakOplossing
-
Het kookvlak of de
kookzones kunnen
niet worden ingeschakeld.
De zekering is gesprongen. Schakel de zekering in
(min. zekering: zie typeplaatje).
Er kan sprake zijn van een
technische storing.
Ontkoppel het toestel
ca. 1 minuut van het elektriciteitsnet. Ga hiertoe als
volgt te werk:
– schakel de desbetreffen-
de zekering uit of draai
de desbetreffende
smeltzekering volledig
uit, of
–
schakel de aardlekscha
kelaar (verliesstroom
schakelaar) uit.
Schakel daarna alles weer
in. Kunt u het toestel nog
niet gebruiken, neem dan
contact op met een elektri
cien of met de dienst Her
stellingen aan huis van
Miele.
-
-
-
-
54
Wat gedaan als ...?
ProbleemOorzaakOplossing
Wanneer het kookvlak
wordt ingeschakeld,
wordt enkele secon
den "LC" weergegeven
op het timerdisplay.
Wanneer het kookvlak
wordt ingeschakeld,
wordt enkele secon
den "dE" weergegeven
op het timerdisplay.
De kookzones worden
niet warm.
Het toestel wordt
tijdens het gebruik uitgeschakeld.
De verwarming van
een kookzone wordt
automatisch in- en uitgeschakeld.
-
-
De inschakelblokkering is
geactiveerd.
Het toestel bevindt zich in
de demo-modus.
Waarschijnlijk was een
kookzone te lang aan één
stuk door ingeschakeld.
Vermogensstanden 1 tot 8:
dit is normaal!
Deactiveer de inschakel
blokkering (zie rubriek
"Vergrendeling / inschakel
blokkering").
Deactiveer de
demo-modus (zie rubriek
"Programmering").
U kunt de kookzones weer
inschakelen (zie rubriek
"Veiligheidsuitschakeling").
Dit automatisch in- en uitschakelen van de verwarming is normaal. Dit is een
gevolg van de elektronische besturing van het
verwarmingsvermogen
(zie rubriek "Werking van
de kookzones").
-
-
Vermogensstand 9:
De beveiliging tegen over
verhitting heeft gerea
geerd.
-
Om oververhitting van de
-
glaskeramiekplaat te ver
mijden, zorgt de beveili
ging tegen oververhitting
ervoor dat de verwarming
van de kookzone automa
tisch wordt uitgeschakeld.
Zodra de
glaskeramiekplaat afge
koeld is, wordt de verwar
ming weer automatisch in
geschakeld (zie rubriek
"Beveiliging tegen overver
hitting").
-
-
-
-
-
-
-
55
Wat gedaan als ...?
ProbleemOorzaakOplossing
Het symbool "§"
knippert en in de
cijferreeks van de
kookzone met
ExtraSpeed-functie
knipperen afwisse
lend "0"en"9".
Het toestel wordt
tijdens het gebruik
uitgeschakeld, op
het timerdisplay
knippert een F en er
weerklinkt een
geluidssignaal.
De kookstartautomaat is ingeschakeld maar de inhoud
van het kookgerei
begint niet te koken.
Op een of meerdere
displays knipperen
een of meerdere
streepjes voor res
terende warmte.
U hebt de indruk dat
het te lang duurt
voordat de inhoud
van het kookgerei
begint te koken.
De panbeveiliging heeft
gereageerd.
-
Een of meerdere sensor
toetsen zijn bedekt, bijv.
doordat uw hand erop ligt,
een gerecht overkookt of er
voorwerpen op liggen.
Er worden grote hoeveelheden levensmiddelen verwarmd.
Het kookgerei geleidt de
warmte slecht.
Er is een stroomonderbreking opgetreden tijdens het
gebruik. Het kookvlak werd
-
uitgeschakeld.
Een of meerdere streepjes
voor resterende warmte
werden weergegeven toen
u het toestel in de
programmeermodus zette.
Zie rubriek "Beveiliging tegen
oververhitting /
panbeveiliging".
Reinig het bedieningsveld of
verwijder de voorwerpen (zie
rubriek "Veiligheidsuitschake
ling").
Kook met de hoogste vermogensstand en stel daarna
handmatig een lagere vermogensstand in.
U kunt het kookvlak weer gebruiken.
Voor u de kookzones weer inschakelt, gaat u het best na of
het gerecht nog niet gaar ge
noeg is en of de kwaliteit van
de voedingsmiddelen niet in
het gedrang is gekomen door
de stroomonderbreking.
De streepjes voor resterende
warmte blijven knipperen tot
dat de resterende warmte ver
dwenen is of totdat het kook
vlak wordt ingeschakeld.
Test het kookvermogen van
een kookzone (zie rubriek
"Kookvermogen testen").
-
-
-
-
-
56
Wat gedaan als ...?
ProbleemOorzaakOplossing
De sensortoetsen rea
geren te gevoelig of re
ageren niet.
Op het timerdisplay
knipperen afwisselend
FE en cijfers.
De gevoeligheid van
-
de sensortoetsen is ge
-
wijzigd.
Er heeft zich een storing voorgedaan in de
elektronische besturing.
Zorg er eerst voor dat er
geen direct licht (zonlicht of
kunstlicht) op het kookvlak
valt en dat de omgeving van
het kookvlak niet te donker is.
Zorg ervoor dat het kookvlak
en de sensortoetsen niet be
dekt zijn. Neem kookgerei
weg en verwijder eventuele
restjes van het kookvlak.
Ontkoppel het toestel
ca. 1 minuut van het elektrici
teitsnet.
Als het probleem zich daarna
nog steeds voordoet, neemt
u contact op met de dienst
Herstellingen aan huis van
Miele.
Ontkoppel het toestel
ca. 1 minuut van het elektriciteitsnet.
Als het probleem nog niet
verholpen is nadat u het toe
stel weer op het elektriciteits
net hebt aangesloten, neemt
u contact op met de dienst
Herstellingen aan huis van
Miele.
-
-
-
-
57
Kookvermogen testen
U kunt het kookvermogen van een kookzone testen. Voor
deze test wordt in een kookpot een bepaalde hoeveelheid
water aan de kook gebracht en wordt gemeten hoe lang dit
duurt.
De gebruikte kookpot (met deksel) moet van roestvrij staal of
geëmailleerd materiaal zijn. De bodemdiameter moet over
eenstemmen met de diameter van de kookzone. De gebruikte
kookpot moet een platte bodem hebben of een bodem die
lichtjes gewelfd is naar binnen toe.
Controleer de diameter en het vermogen van de kookzone
^
die u wilt testen (zie rubriek "Kookzonegegevens").
Vul de kookpot met de hoeveelheid water die vermeld staat
^
in de tabel. Het water moet een temperatuur van ca. 20 °C
hebben.
^ Plaats het deksel en plaats de kookpot op de kookzone.
^ Stel de hoogste vermogensstand in.
^ Meet hoe lang het duurt voordat het water begint te koken.
De kookzone werkt correct wanneer het water begint te koken
binnen de tijd die in de tabel vermeld staat.
-
58
De tijd kan aanzienlijk afwijken wanneer
- de spanning te laag of hoog is.
- er zeer koud water wordt gebruikt.
- er geen geschikte kookpot wordt gebruikt.
- er zonder deksel wordt gemeten.
Kookvermogen testen
C kookzone
in cm
10,06000,511,0
12,0700 / 7501,013,0
12,01200**1,011,0
14,51000 / 11001,09,0
14,512001,08,5
14,51500**1,07,0
17,015001,59,5
18,01700 / 18001,59,0
21,020002,010,5
21,02200 / 23002,09,5
21,02900**2,08,0
23,025002,09,0
23,03200**2,07,5
27,027003,013,0
27,032003,012,0
Vermogen bij 230 V
in watt
Waterhoeveelheid
in liter
Tijd*
in minuten
27,03400**3,011,5
* Maximale tijd onder ongunstige omstandigheden.
** Kookzone met ExtraSpeed-functie
59
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Miele biedt een uitgebreid gamma van Miele-toebehoren dat
geschikt is voor uw toestellen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
reinigings- en onderhoudsproducten.
U kunt deze producten zeer gemakkelijk bestellen in de Miele
Online Shop:
U kunt deze producten ook verkrijgen via de Service After
Sales van Miele (zie omslag) of bij uw Miele-handelaar.
Onderhoudsproducten
Reinigingsmiddel voor glaskeramiek en roestvrij staal
250 ml
Hiermee verwijdert u hardnekkig vuil, kalkvlekken en
aluminiumresten (metaalachtige, glinsterende vlekken).
Microvezeldoek
60
Hiermee verwijdert u vingerafdrukken en normaal vuil.
Miele|home-systeem
In het Miele{home-systeem sturen de huishoudtoestellen
met communicatiemogelijkheden via het elektriciteitsnet
(Powerline-technologie) informatie over hun status naar een
displaytoestel.
Op het display van de SuperVision-huishoudtoestellen kan de
informatie over de status van de andere huishoudtoestellen
worden weergegeven. Voor uw kookvlak wordt de
hoofdstatus weergegeven: "aan", "uit", "fout".
Vanop een pc, laptop of een iPod*/iPhone* (mobiele
randapparaten) kan via een Miele|home-gateway binnen het
thuisnetwerk informatie over de status van de
huishoudtoestellen worden bekeken en kunnen bepaalde
bedieningsinstructies worden gegeven.
Voor uw kookvlak wordt bijv. de volgende informatie weergegeven: kookstand op elke kookzone, kookwekkertijd, uitschakeltijd voor elke kookzone. Wat bedieningsinstructies betreft,
kan alleen de instructie "kookvlak uit" worden gegeven.
* iPod en iPhone zijn gedeponeerde handelsmerken
van Apple Inc.
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Con{ctivity is een systeem voor communicatie tussen het
kookvlak en de dampkap. Dit zorgt ervoor dat de verlichting
van de dampkap automatisch wordt ingeschakeld wanneer u
het kookvlak inschakelt. De dampkap wordt automatisch in
geschakeld op een stand die afhankelijk is van het aantal ge
bruikte kookzones, de ingestelde vermogensstanden en de
kooktijd. Na de bereiding volgt een automatische nalooptijd,
wordt de dampkap uitgeschakeld en wordt ook de verlichting
uitgeschakeld.
Het kookvlak brengt de informatie over de ingeschakelde
kookzones en de ingestelde vermogensstanden via het elek
triciteitsnet over naar de dampkap.
Om deze mogelijkheden te kunnen gebruiken, moet uw kook
vlak worden uitgerust met een communicatiemodule.
Meer informatie over het Miele|home-systeem vindt u in
onze prospectus voor inbouwtoestellen, die u kunt
downloaden op onze website: www.miele.be.
-
61
-
-
-
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
XKM 2100 KM
Communicatiemodule (incl. toebehoren voor het inbouwen)
- voor Miele-kookvlakken -
XGW 2000
Miele|home-gateway
De gateway is de brug tussen de Powerline-communicatie
van de huishoudtoestellen en uw thuisnetwerk.
62
Miele|home
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
a Huishoudtoestellen met communicatiemogelijkheden
(voorbeelden)
b Communicatiemodule
c SuperVision-huishoudtoestel
d Elektriciteitsnet (Powerline)
e Miele|home-gateway
f (WiFi-)router
Mogelijke aansluitingen
g Pc, laptop
h iPod* of iPhone*
i Koppeling met het display van een domoticasysteem
j Mogelijke internetverbinding
* iPod en iPhone zijn gedeponeerde handelsmerken
van Apple Inc.
63
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Con|ctivity
a Communicatiemodule XKM 2000 DA
b Communicatiemodule XKM 2100 KM
c Elektriciteitsnet (Powerline)
64
Kookvlak aanmelden
Als u het kookvlak
bij Miele{home wilt aanmelden, bereidt u eerst het
–
aanmeldingsproces op het displaytoestel voor (zie
montage- en installatieaanwijzing "Miele|home").
bij Con|ctivity wilt aanmelden, moet u eerst de dampkap
–
aanmelden (zie montage- en installatieaanwijzing
"Con|ctivity").
Zorg ervoor dat het kookvlak is uitgeschakeld. Raak tege
^
lijkertijd de sensortoetsen s en $ zo lang aan totdat het
controlelampje van de vergrendeling knippert.
Nadat u het toestel in de programmeermodus hebt gezet, ziet
u op het timerdisplay P (programma) en S (status).
In de cijferreeksen wordt links het programmanummer en
rechts de ingestelde status weergegeven.
^ Raak in de cijferreeks achteraan links het cijfer 1 aan.
(Hiermee stelt u programma 10 in.)
^ Raak in de cijferreeks vooraan rechts het cijfer 2 aan.
(Hiermee stelt u status 2 in = "aanmelden".)
Con|ctivity en Miele|home
-
Het aanmeldingsproces start en het cijfer 2 knippert in de
cijferreeks vooraan rechts. Het aanmeldingsproces duurt enkele minuten. Zodra het proces is voltooid, stopt het cijfer 2
met knipperen.
^
Raak de sensortoets s zo lang aan totdat de aandui
dingen (displays) uitgaan. Hiermee wordt de instelling op
geslagen.
^
Ga te werk zoals beschreven in de montage- en installatie
aanwijzing "Miele|home" of "Con|ctivity".
-
-
-
65
Con|ctivity en Miele|home
Kookvlak afmelden
Als u het toestel bij Miele{home wilt afmelden, bereidt u
eerst het afmeldingsproces op het displaytoestel voor (zie
montage- en installatieaanwijzing "Miele|home").
Zorg ervoor dat het kookvlak is uitgeschakeld. Raak tege
^
lijkertijd de sensortoetsen s en $ zo lang aan totdat het
controlelampje van de vergrendeling knippert.
Nadat u het toestel in de programmeermodus hebt gezet, ziet
u op het timerdisplay P (programma) en S (status).
In de cijferreeksen wordt links het programmanummer en
rechts de ingestelde status weergegeven.
Raak in de cijferreeks achteraan links het cijfer 1 aan.
^
(Hiermee stelt u programma 10 in.)
^ Raak in de cijferreeks vooraan rechts het cijfer 1 aan.
(Hiermee stelt u status 1 in = "afmelden".)
Het afmeldingsproces start en het cijfer 1 knippert in de
cijferreeks vooraan rechts. Het afmeldingsproces duurt enkele minuten. Zodra het proces is voltooid, stopt het cijfer 1
met knipperen.
-
66
^ Raak de sensortoets s zo lang aan totdat de aandui-
dingen (displays) uitgaan. Hiermee wordt de instelling opgeslagen.
^
Ga te werk zoals beschreven in de montage- en installatie
aanwijzing "Miele|home" of "Con|ctivity".
-
Opmerking omtrent de elektrische aansluiting
Het toestel mag enkel worden
,
aangesloten door een installateur
die op de hoogte is van
elektriciteitsaansluitingen.
Raadpleeg de montageaanwijzing!
Aansluitgegevens
Vaste aansluiting op een elektriciteits
net van 230 V wisselstroom / 50 Hz
-
67
Dienst Herstellingen aan huis van Miele, typeplaatje,
Neem bij storingen of problemen die u niet zelf kunt verhelpen, contact op met:
uw Miele-handelaar of
–
de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
–
Het telefoonnummer van de dienst Herstellingen aan huis van Miele vindt u op
de achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Neemt u contact op met de dienst Herstellingen aan huis van Miele, geef dan al
tijd het toesteltype en -nummer op. Beide gegevens vindt u op het typeplaatje.
Kleef hier het meegeleverde typeplaatje. Let erop dat de typebenaming overeen
stemt met de gegevens op de voorpagina van deze gebruiksaanwijzing.
Duur en voorwaarden van de garantie
De duur van de garantie bedraagt 2 jaar. Meer informatie vindt u in de meegele
verde garantievoorwaarden.
-
-
-
686970
71
Wijzigingen voorbehouden / 0512
M.-Nr. 09 138 430 / 03
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.