Miele H 6090 B assembly instructions

Gebruiks- en montagehandleiding Bakoven
Lees beslist de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat.
M.-Nr. 09 610 070nl-NL
Inhoud
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................4
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu.......................15
Overzicht oven ...................................................16
Functieschakelaar .................................................17
Controlelampje temperatuur 6 .....................................17
Uitvoering .......................................................18
Type-aanduiding ..................................................18
Typeplaatje ......................................................18
Bijgeleverd.......................................................18
Bijgeleverde en bij te bestellen accessoires .............................18
Geleiderails....................................................19
Universele bakplaat en rooster met uittrekbeveiliging ...................19
FlexiClip-geleiders ..............................................20
FlexiClip-geleiders plaatsen en verwijderen...........................20
Uitvoering .......................................................23
Ovenelektronica...................................................23
Beveiligingen .....................................................23
Koelventilator ..................................................23
Luchtgekoelde deur .............................................23
Katalytisch geëmailleerde oppervlakken................................23
Bediening .......................................................26
Benutting restwarmte ............................................26
Eenvoudig gebruik.................................................26
Koelventilator .....................................................26
Voorverwarmen ...................................................27
Bakken .........................................................28
Tabel bakken ....................................................30
Hetelucht plus U .................................................30
2
Inhoud
Boven-Onderwarmte V ............................................31
Braden..........................................................32
Tabel braden.....................................................34
Lage temperatuur (koken op lage temperatuur) ........................35
Grilleren ........................................................37
Tabel grilleren ...................................................40
Ontdooien .......................................................41
Inmaken ........................................................42
Drogen .........................................................43
Diepvriesproducten/kant-en-klaargerechten...........................44
Aanwijzingen voor keuringsinstituten ................................45
Tips ............................................................48
Dichting reinigen................................................48
Hardnekkige verontreinigingen (behalve bij de FlexiClip-geleiders) ..........49
Hardnekkige verontreinigingen op de FlexiClip-geleiders ..................50
Verontreinigingen op de katalytisch geëmailleerde achterwand .............50
Verontreinigingen verwijderen van kruiden, suiker en dergelijke...........50
Olie- en vetspatten verwijderen ....................................51
Deur verwijderen ..................................................52
Deur uit elkaar halen.............................................53
Deur terugplaatsen ................................................56
Geleiderails met FlexiClip-geleiders demonteren .........................57
Bovenwarmte-/grillelement omlaagklappen .............................58
Nuttige tips ......................................................59
Service en garantie ...............................................62
Inbouw oven .....................................................68
Adressen........................................................71
3
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadigingen tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt. In de handleiding vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud.
Als de "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
4
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Verantwoord gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor particulier huishoudelijk
~
gebruik (of daarmee vergelijkbaar).
Het apparaat mag niet buiten worden gebruikt.
~
Het apparaat is uitsluitend bestemd voor het ontdooien, koken,
~
grilleren, bakken, braden, inmaken en drogen van voedingsmid delen. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan en kan gevaarlijk zijn.
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt door personen die in
~
staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing! De personen die het apparaat bedienen, moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
-
5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Kinderen
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu
~
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het apparaat alleen zonder toe
~
zicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten be dienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen of on
~
derhouden
Houd kinderen in de gaten, wanneer zij zich in de buurt van het
~
apparaat bevinden. Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.
Verstikkingsgevaar! Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
~
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij kinderen vandaan.
-
-
-
-
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Verbrandingsgevaar!
~
De huid van kinderen is gevoeliger voor hoge temperaturen dan de huid van volwassenen. Het apparaat wordt heet bij het deurglas, het bedieningspaneel en bij de openingen waar de ovenlucht vrijkomt. Zorg dat kinderen uit de buurt van het apparaat blijven als het in ge bruik is.
Verwondingsgevaar!
~
De deur mag met maximaal 15 kg worden belast. Kinderen kunnen zich aan de geopende deur verwonden. Voorkom dat kinderen op de geopende deur gaan staan of zitten of eraan gaan hangen.
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repa
~
ratiewerkzaamheden kunnen grote risico’s voor de gebruiker ont staan. Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door Miele zijn geautoriseerd.
Een beschadigd apparaat kan uw veiligheid in gevaar brengen.
~
Controleer het voor de inbouw op zichtbare schade. Neem een be schadigd apparaat nooit in gebruik.
De elektrische veiligheid van het apparaat is uitsluitend gegaran-
~
deerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat vol­gens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze funda­mentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elek­trische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
~
moeten beslist met de waarden van het elektriciteitsnet overeen­komen, om beschadiging van het apparaat te voorkomen. Vergelijk deze gegevens voor de aansluiting. Raadpleeg bij twijfel een elektri­cien.
-
-
-
Met een stekkerdoos of verlengsnoer kan een veilig gebruik van
~
het apparaat niet worden gewaarborgd (brandgevaar). Sluit het ap paraat hiermee niet op het elektriciteitsnet aan.
Gebruik het apparaat alleen als het is ingebouwd, zodat de veilig
~
heid is gewaarborgd.
Dit apparaat mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een
~
boot) worden gebruikt.
8
-
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Wanneer onderdelen worden aangeraakt die onder spanning
~
staan of wanneer elektrische of mechanische onderdelen worden veranderd, is dit gevaarlijk voor de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat het apparaat niet meer goed functioneert. Open nooit de ommanteling van het apparaat.
De garantie vervalt als het apparaat niet wordt gerepareerd door
~
een technicus die door Miele is geautoriseerd.
Alleen van originele onderdelen garandeert Miele dat deze aan
~
de veiligheidseisen voldoen. Defecte onderdelen mogen alleen door originele onderdelen worden vervangen.
Als het apparaat zonder aansluitkabel wordt uitgeleverd of als
~
een beschadigde kabel moet worden vervangen, moet voor de aan­sluiting een speciale kabel worden gebruikt. Alleen een vakman die door Miele is geautoriseerd, mag de kabel aansluiten (zie "Elek­trische aansluiting").
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient het
~
apparaat spanningsvrij te worden gemaakt, bijvoorbeeld als de ver­lichting defect is (zie ook het hoofdstuk "Nuttige tips"). Ga hiervoor als volgt te werk:
schakel de zekeringen van de huisinstallatie uit of
draai de zekeringen van de huisinstallatie er geheel uit of
trek de stekker (indien aanwezig) uit de contactdoos. Trek daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Voor een correcte werking van het apparaat moet voldoende
~
koellucht worden aangevoerd. De aanvoer van koellucht mag niet worden belemmerd (bijvoorbeeld door inbouw van warmtewerende lijsten in de keukenkast). Andere warmtebronnen (zoals een open haard) mogen de benodigde koellucht niet te veel verwarmen.
Als het apparaat achter een meubeldeur is ingebouwd, mag de
~
deur niet worden gesloten als u het apparaat gebruikt. Achter een gesloten deur worden warmte en vocht opgehoopt. Hierdoor kunnen het apparaat, de kast en de vloer beschadigd raken. Sluit de deur pas als het apparaat volledig is afgekoeld.
10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
Verbrandingsgevaar!
,
Het apparaat wordt bij gebruik heet. U kunt zich branden aan de verwarmingselementen, de oven wanden, het voedingsmiddel en de accessoires. Draag altijd ovenwanten als u hete gerechten in het apparaat zet of eruit haalt of als u in het apparaat bezig bent.
Voorwerpen in de buurt van het ingeschakelde apparaat kunnen
~
door de hoge temperaturen vlam vatten. Gebruik het apparaat nooit om er een ruimte mee te verwarmen.
Olie en vet kunnen bij oververhitting vlam vatten. Houd het appa-
~
raat goed in de gaten als u met olie en/of vetten werkt. Blus een brand met olie of vet nooit met water. U dooft vlammen in het apparaat door de deur gesloten te houden.
Bij te lange bereidingstijden drogen de voedingsmiddelen uit en
~
kunnen zelfs ontbranden. Houdt u zich aan de aanbevolen bereidingstijden.
-
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Sommige voedingsmiddelen drogen snel uit en kunnen door
~
hoge grilleertemperaturen vlam vatten. Gebruik ovenfuncties met grill daarom niet voor het afbakken van broodjes of brood en voor het drogen van bloemen of kruiden. Gebruik hiervoor de ovenfunctie "Hetelucht plus U" of "Boven-Onderwarmte V".
Als u bij de bereiding van voedingsmiddelen alcoholhoudende
~
dranken gebruikt, moet u er rekening mee houden dat alcohol bij hoge temperaturen verdampt en op hete oppervlakken kan ontste ken.
-
Als u de restwarmte voor het warmhouden van gerechten wilt ge
~
bruiken, kan door hoge luchtvochtigheid en condenswater corrosie in het apparaat ontstaan. Ook het bedieningspaneel, het werkblad en de keukenkast kunnen beschadigd raken. Schakel het apparaat in geen geval uit, maar stel de laagste tempe­ratuur van de gekozen ovenfunctie in. De ventilator blijft dan inge­schakeld.
Gerechten die in de ovenruimte worden warmgehouden of be-
~
waard, kunnen uitdrogen. Het vrijkomende vocht kan in het apparaat corrosie veroorzaken. Dek gerechten daarom af.
Door warmteophoping kan email barsten of loslaten.
~
Leg dan ook nooit aluminiumfolie of een andere beschermfolie op de bodem van het apparaat. Zet ook geen pannen, schalen of bak platen op de bodem.
Het email van de bodem kan door het verschuiven van voor
~
werpen beschadigd raken. Als u pannen in de ovenruimte bewaart, schuif deze dan niet over de bodem heen en weer.
-
-
-
12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Wanneer een koude vloeistof op een heet oppervlak wordt gego
~
ten, ontstaat damp die verbrandingen kan veroorzaken. Daarnaast kunnen hete geëmailleerde oppervlakken door het plotselinge tem peratuurverschil beschadigd raken. Giet nooit koude vloeistoffen rechtstreeks op de hete geëmailleerde oppervlakken.
Het is belangrijk dat de temperatuur in het gerecht gelijkmatig
~
wordt verdeeld en hoog genoeg is. Roer het gerecht daarom regel matig door of keer het.
Kunststof serviesgoed dat niet ovenbestendig is, smelt bij hoge
~
temperaturen, kan het apparaat beschadigen en vlam vatten. Gebruik alleen kunststof serviesgoed dat ovenbestendig is. Neem de aanwijzingen van de betreffende fabrikant in acht.
In afgesloten blikken en dergelijke ontstaat tijdens het inmaken of
~
verwarmen overdruk. Hierdoor kunnen deze voorwerpen openbarsten. Gebruik het apparaat niet om voedingsmiddelen in afgesloten blik­ken en dergelijke in te maken of te verwarmen.
-
-
-
U kunt zich aan de open ovendeur verwonden of erover
~
struikelen. Laat de deur daarom niet onnodig open staan.
De deur mag met maximaal 15 kg worden belast.
~
Ga nooit op de geopende deur staan of zitten. Plaats er ook geen zware voorwerpen op. Er mag ook niets tussen de deur en de oven ruimte vastgeklemd raken. De oven kan anders beschadigd raken.
-
13
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Reiniging en onderhoud
De stoom van een stoomreiniger kan in aanraking komen met de
~
len die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor de reiniging nooit een stoomreiniger.
Door krassen kunnen de glasplaten van de deur beschadigd ra
~
ken. Gebruik voor de reiniging van de glasplaten dan ook geen schuur middelen, geen harde sponzen of borstels en geen metalen schrapers.
De geleiderails kunnen voor reinigingsdoeleinden worden verwij-
~
derd (zie "Reiniging en onderhoud"). Plaats de geleiderails na afloop correct terug en gebruik het appa­raat nooit zonder ingebouwde geleiderails.
De katalytisch geëmailleerde achterwand kan voor reinigings-
~
doeleinden worden verwijderd (zie "Reiniging en onderhoud"). Plaats de achterwand na afloop correct terug en gebruik het appa­raat nooit zonder ingebouwde wand.
-
-
-
Accessoires
Gebruik uitsluitend originele Miele-onderdelen. Als andere onder
~
delen worden aan- of ingebouwd, kan geen beroep worden gedaan op bepalingen met betrekking tot de garantie en de productaan sprakelijkheid.
14
-
-
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpak kingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling. Hergebruik van het verpakkingsmateri aal remt de afvalproductie en het ge bruik van grondstoffen. Vaak neemt de leverancier de verpak king terug. Als u de verpakking zelf wegdoet, informeer dan bij de reini gingsdienst van uw gemeente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
-
Het afdanken van een apparaat
Oude elektrische en elektronische ap paraten bevatten meestal nog waarde volle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en vei lig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone afval
­doet of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Verwijder uw oude apparaat dan ook nooit samen met het gewone afval, maar lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek­tronische apparatuur. Vraag uw hande laar indien nodig om inlichtingen.
-
-
-
-
Het afgedankte apparaat moet buiten het bereik van kinderen worden opge slagen.
-
15
Overzicht oven
a Bedieningselementen oven
b Verwarmingselement voor "Bovenwarmte"/"Grilleren"
c Katalytisch gecoate achterwand met aanzuigopeningen voor de ventilatoren
d Geleiderails met 3 niveaus
e Frontgedeelte met typeplaatje
f Deur
16
a Functieschakelaar b Temperatuurschakelaar c Controlelampje temperatuur
Bedieningselementen
Functieschakelaar
Met de functieschakelaar kiest u de ovenfuncties en schakelt u de ovenver­lichting apart in.
U kunt de schakelaar links- en rechts­om draaien. In de stand 0 kunt u de schakelaar verzinken door erop te drukken.
T Verlichting V Boven-Onderwarmte X Onderwarmte Y Grill
S Snelopwarmen
U Hetelucht plus \ Circulatiegrill P Ontdooien
Temperatuurschakelaar
Met de rechter schakelaar stelt u de temperatuur in. U kunt de schakelaar rechtsom tot de aanslag draaien en weer terug. In de nulstand is de knop verzinkbaar.
Het temperatuurbereik is bij de tempera­tuurschakelaar weergegeven. De instelling is goed afleesbaar, ook als de oven in een onderkast is ingebouwd.
Controlelampje temperatuur 6
Het controlelampje 6 brandt als de ovenverwarming ingeschakeld is. Zodra de gekozen temperatuur is be reikt, –
wordt de ovenverwarming uitgescha keld.
dooft het controlelampje voor de
temperatuur. De temperatuurregeling van het appa raat zorgt ervoor dat de ovenverwar ming en het controlelampje weer wor den ingeschakeld, zodra de tempera tuur onder de ingestelde waarde daalt.
-
-
-
-
-
-
17
Uitvoering
Type-aanduiding
Een overzicht van de ovens die in deze handleiding worden beschreven, vindt u op de achterkant van het boekje.
Typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich achter de deur, op het frontgedeelte.
Hier vindt u de type-aanduiding van uw oven, het fabricagenummer en de aan sluitgegevens (spanning/frequentie/ maximale aansluitwaarde).
Zorg dat u deze informatie bij de hand heeft, als u vragen of problemen heeft. Miele kan u dan gericht verder helpen.
Bijgeleverd
Het volgende wordt bijgeleverd:
– De gebruiks- en montagehandleiding
van de oven.
– Schroeven voor de bevestiging van
de oven in de keukenkast.
Bijgeleverde en bij te bestellen accessoires
De uitvoering is afhankelijk van het model! Een oven beschikt altijd over geleide rails, een universele bakplaat en een rooster. Afhankelijk van het model kan de oven ook van de hierna genoemde accessoires zijn voorzien.
-
Alle genoemde accessoires, reinigings­en onderhoudsmiddelen zijn op het Miele-apparaat afgestemd.
U kunt deze producten via internet (www. miele-shop.com), bij Miele of bij uw Miele-vakhandelaar bestellen.
Vermeld bij uw bestelling altijd de type­aanduiding van uw apparaat en de aanduiding van de gewenste accessoi­res.
-
Diverse accessoires.
18
Uitvoering
Geleiderails
In de ovenruimte bevinden zich rechts en links de geleiderails met de niveaus ³ voor het inschuiven van de acces soires.
De aanduiding van de niveaus vindt u op het frontgedeelte van de ovenruim te.
Elk niveau bestaat (rechts en links) uit twee spijlen:
De accessoires (zoals het rooster)
schuift u tussen de spijlen in de ovenruimte.
– De FlexiClip-geleiders (indien aan-
wezig) plaatst u op de onderste spij­len.
U kunt de geleiderails voor reinigings­doeleinden verwijderen (zie "Reiniging en onderhoud").
Universele bakplaat en rooster met uittrekbeveiliging
Aan de korte kanten van deze onderde len bevindt zich in het midden de uit trekbeveiliging. Deze beveiliging voorkomt dat u de
­accessoires helemaal uit de geleide
rails trekt, terwijl u ze slechts gedeelte lijk wilde uittrekken.
-
-
-
-
-
Universele bakplaat:
Rooster:
Schuif deze onderdelen altijd tussen de spijlen van een niveau in de oven.
Schuif het rooster altijd met het opzetgedeelte naar beneden in de oven.
Bij het inschuiven moet de uittrekbe veiliging zich aan de achterkant be vinden.
Als u het rooster op de universele bak plaat legt, schuift u de bakplaat tussen de spijlen van een niveau. Het rooster komt er dan automatisch boven.
-
-
-
19
Uitvoering
FlexiClip-geleiders
U kunt de FlexiClip-geleiders op elk ni veau aanbrengen.
Schuif de FlexiClip-geleiders eerst helemaal in de ovenruimte, voordat u er accessoires op zet. De acces soires worden dan automatisch tus sen de opstaande lipjes aan de voor- en achterkant geplaatst. De onderdelen kunnen nu niet meer val­len.
-
FlexiClip-geleiders plaatsen en verwijderen
Verbrandingsgevaar!
,
De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld.
De geleiders moeten tussen de spijlen
­van een niveau worden geplaatst.
Bevestig de geleider met de merknaam "Miele" aan de rechter kant.
-
Trek de geleiders niet uit tijdens het plaatsen of verwijderen.
De geleiders mogen met maximaal 15 kg worden belast.
20
^ Haak de FlexiClip-geleider aan de
voorkant van de onderste spijl van een niveau in (1.) en schuif de gelei der langs de spijl in de ovenruimte (2.).
-
Grill- en braadplaat
Uitvoering
Klik de geleider op de onderste spijl
^
van het niveau vast (3.).
Als de geleiders na de plaatsing blokkeren, moet u ze een keer krachtig uittrekken.
Om de FlexiClip-geleiders te verwijde­ren, gaat u als volgt te werk:
^ Schuif de FlexiClip-geleider helemaal
naar binnen.
^
Til de geleider aan de voorkant op (1.) en trek deze langs de spijlen van het niveau naar buiten (2.).
Deze plaat wordt in de universele bak plaat gelegd. Tijdens grilleren en braden beschermt de plaat het vleessap in de bakplaat te gen verbranden. U kunt het vleessap dan nog voor andere doeleinden ge bruiken.
Het geëmailleerde oppervlak is PerfectClean-veredeld.
Ronde bakvorm HBF 27-1
Deze ronde vorm is ideaal voor pizza's, plat gebak van gist- of roerdeeg, zoete en hartige taarten, gegratineerde des­serts, plat brood en dergelijke, alsmede voor het afbakken van diepvriesgebak en -pizza's.
Het geëmailleerde oppervlak is PerfectClean-veredeld.
-
-
-
21
Uitvoering
Gourmetsteen HBS 60
Diepte: 22 cm Diepte: 35 cm
HUB61-22 HUB62-22*
HUB 61-35**
Met de gourmetsteen bereikt u een op timaal bakresultaat bij gerechten die een krokante bodem moeten hebben, zoals pizza, quiche, brood, broodjes en hartig gebak. De gourmetsteen is van vuurvaste kera miek en heeft een glazuurlaag. De steen wordt op het rooster gelegd. Bij de gourmetsteen hoort een spatel van onbehandeld hout, waarmee u de gerechten op de steen legt en na af­loop weer verwijdert.
Braadpan HUB en deksel HBD
U plaatst de Miele-braadpannen op het rooster. Het oppervlak van de braadpannen heeft een anti-aanbaklaag.
De pannen zijn verkrijgbaar in de dieptematen 22 cm en 35 cm. De breedte en de hoogte zijn gelijk.
Voor de braadpannen zijn deksels ver krijgbaar.
Vermeld bij aanschaf de type-aan duiding.
-
-
HBD60-22 HBD60-35
-
* Geschikt voor inductiekookplaten
** U kunt de braadpan HUB 61-35 niet
samen met het deksel in de oven­ruimte plaatsen. De totale hoogte overschrijdt dan de hoogte van de ovenruimte.
Katalytisch geëmailleerde accessoi­res
Achterwand Bestel dit onderdeel als het katalytische email door onjuist gebruik of ernstige verontreiniging niet meer goed werkt.
­Vermeld bij uw bestelling altijd de type-
aanduiding van uw apparaat.
Miele-microvezeldoek
22
Met een microvezeldoekje kunt u lichte verontreinigingen en vingerafdrukken eenvoudig verwijderen.
Miele-ovenreiniger
Met de ovenreiniger kunt u ook hard nekkige verontreinigingen verwijderen. De ovenruimte hoeft hiervoor niet te worden verwarmd.
-
Uitvoering
Ovenelektronica
Door de elektronica van het apparaat is het mogelijk de verschillende ovenfunc ties te gebruiken, voor bakken, braden en grilleren.
Beveiligingen
Koelventilator
De ventilator wordt bij elke bereiding automatisch ingeschakeld. De ventila tor mengt de hete ovenlucht met de lucht uit de keuken. Zo wordt de oven lucht afgekoeld, voordat deze tussen de deur en het bedieningspaneel vrij­komt.
De ventilator blijft na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld, om te voor­komen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de in­bouwkast neerslaat.
De ventilator wordt automatisch uitge­schakeld als de ovenruimte onder een bepaalde temperatuur komt.
-
PerfectClean-veredelde oppervlakken
-
PerfectClean-veredelde oppervlakken hebben zeer goede anti-aanbakeigen schappen en zijn heel eenvoudig te rei nigen.
Na het bakken of braden laat het ge recht gemakkelijk los en verontreini gingen kunt u eenvoudig verwijderen.
Op PerfectClean kunt u uw gerechten in stukken snijden en verdelen.
­Gebruik geen keramische messen
op PerfectClean-veredelde opper­vlakken, omdat deze krassen kun­nen veroorzaken.
PerfectClean-veredelde oppervlakken zijn, wat de reiniging betreft, vergelijk­baar met glas.
Volg de aanwijzingen in het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud", zodat de voordelen van de anti-aanbaklaag en de eenvoudige reiniging behouden blijven.
-
-
-
-
Luchtgekoelde deur
De deur is uit glasplaten opgebouwd die deels voorzien zijn van een warmte reflecterende coating.
Als de oven in gebruik is, wordt extra lucht door de deur geleid, zodat de bui tenste glasplaat koel blijft.
U kunt de deur voor reinigingsdoelein den verwijderen en verder uit elkaar ha len (zie "Reiniging en onderhoud").
PerfectClean-veredeld zijn: –
de ovenruimte,
de universele bakplaat,
de grill- en braadplaat,
­–
de ronde bakvorm.
Katalytisch geëmailleerde
-
oppervlakken
De achterwand van de ovenruimte is
­voorzien van katalytisch email. Dankzij
­dit speciale email worden olie- en vet
spatten bij hoge temperaturen vanzelf verwijderd. Neem de aanwijzingen in acht uit het hoofdstuk "Reiniging en onderhoud".
-
23
Eerste ingebruikneming
Vóór het eerste gebruik
U mag het apparaat alleen ge
,
bruiken als het is ingebouwd.
Druk op de functie- en de tempera
^
tuurschakelaar, zodat deze naar bui ten komen (als de schakelaars nog verzonken zijn).
-
-
Oven voor het eerst opwarmen
Als u de oven voor het eerst opwarmt, kunnen er onaangename geurtjes ont staan. Als u de lege oven gedurende minimaal één uur verhit, verdwijnen deze geurtjes snel.
Zorg daarbij voor een goede ventila­tie van de keuken. U voorkomt zo dat de geurtjes in andere vertrekken te ruiken zijn.
^ Verwijder eventueel aanwezige stic-
kers en beschermfolie uit de oven en van de accessoires.
-
Verhit de ovenruimte gedurende mi
^
nimaal een uur.
Zet na het opwarmen de functiescha
^
kelaar op 0 en de temperatuurscha kelaar op ß.
­Verbrandingsgevaar!
,
Laat de ovenruimte voor de hand matige reiniging eerst afkoelen.
Reinig de ovenruimte met warm wa
^
ter, afwasmiddel en een schoon sponsdoekje of met een schoon, vochtig microvezeldoekje.
^ Wrijf alles daarna met een zachte
doek droog.
Sluit de deur pas als de ovenruimte droog is.
-
-
-
-
-
^
Haal de accessoires uit het apparaat en reinig deze grondig (zie "Reiniging en onderhoud").
^
Reinig de ovenruimte voor het opwar men met een vochtige doek. U ver wijdert zo stof en eventuele verpakkingsresten.
^
Kies de ovenfunctie "Hetelucht plus U".
De ovenverwarming, de verlichting en de ventilator worden ingeschakeld.
^
Stel de maximale temperatuur in (250 °C).
24
-
-
Overzicht ovenfuncties
Voor de bereiding van gerechten kunt u uit diverse functies kiezen.
Afhankelijk van de ovenfunctie worden de verwarmingselementen en de venti lator op een bepaalde manier gecombi neerd (zie de gegevens tussen haak jes).
Boven-Onderwarmte V
(verwarmingselement "Bovenwarmte"/ "Grilleren" + "Onderwarmte")
Voor het bakken en braden van traditio nele recepten, voor het bereiden van soufflés en voor koken op lage tempe­raturen.
Kies voor het bereiden van recepten uit oude kookboeken een temperatuur die 10 °C lager is dan in het recept staat aangegeven. De bereidingstijd veran­dert niet.
Onderwarmte X
(verwarmingselement "Onderwarmte")
Kies deze functie tegen het einde van de bereidingstijd, als het voedingsmid del aan de onderkant bruiner moet wor den.
Grill Y
(verwarmingselement "Bovenwarmte"/ "Grilleren")
-
Snelopwarmen S
(verwarmingselement "Bovenwarmte"/ "Grilleren" + ringvormig verwarmings element + ventilator)
-
­Voor het snel opwarmen van de oven
ruimte. Wissel vervolgens naar de ovenfunctie die u voor de bereiding wilt gebruiken.
Hetelucht plus U
(ringvormig verwarmingselement + ven tilator)
-
Voor bakken en braden. U kunt meer dere niveaus tegelijk gebruiken. U kunt met lagere temperaturen werken dan bij "Boven-Onderwarmte V", om­dat de ventilator de warmte meteen over het voedingsmiddel verdeelt.
Circulatiegrill \
(verwarmingselement "Bovenwarmte"/ "Grilleren" + ventilator)
Voor het grilleren van gerechten met een grote diameter, zoals een rollade of een kip. U kunt met lagere temperatu
-
ren werken dan bij "Grill Y", omdat de
­ventilator de warmte meteen over het voedingsmiddel verdeelt.
Ontdooien P
(ventilator)
-
-
-
-
-
Voor het grilleren van plat vlees (bij voorbeeld steaks) en voor bruineren.
-
Voor het behoedzaam ontdooien van diepvriesproducten.
25
Bediening
Tips om energie te besparen
Haal alle accessoires uit de oven die
^
niet voor een bereiding nodig zijn.
Verwarm de oven alleen voor als dat
^
in het recept of de bereidingstabel staat.
Open de deur niet onnodig tijdens
^
een bereiding.
Kies in het algemeen de laagste tem
^
peratuur uit het recept of de bereidingstabel en controleer het product na de kortste tijd.
^ Gebruik de ovenfunctie "Hetelucht
plus U". U werkt dan met 10–30 °C lagere temperaturen dan bij andere ovenfuncties.
^ Voor veel grillgerechten kunt u de
ovenfunctie "Circulatiegrill \"ge­bruiken. U grilleert dan met lagere temperaturen dan bij andere grilleerfuncties op maximale tempe­ratuur.
Benutting restwarmte
Bij bereidingen met temperaturen bo ven 140 °C en bereidingstijden van meer dan 30 minuten kunt u de tempe ratuurschakelaar ca. 5 minuten voor af loop van de bereiding op ß zetten. De ovenverwarming wordt nu uitgescha keld, maar de restwarmte is nog vol doende om de bereiding af te ronden.
-
-
Eenvoudig gebruik
Plaats het voedingsmiddel in de
^
oven.
Kies met de functieschakelaar de ge
^
wenste ovenfunctie.
De ovenverlichting en de ventilator wor den ingeschakeld.
Stel met de temperatuurschakelaar
^
de temperatuur in.
-
De ovenverwarming wordt ingescha keld.
Na het bereiding:
^ Zet de functieschakelaar op 0 en de
temperatuurschakelaar op ß.
^ Haal het voedingsmiddel uit de oven.
Koelventilator
Om te voorkomen dat er vocht in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de keukenkast neerslaat, blijft de ventilator na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld.
De ventilator wordt automatisch uitge
­schakeld als de ovenruimte onder een
bepaalde temperatuur komt.
-
-
-
-
-
-
26
Bediening
Voorverwarmen
U hoeft de ovenruimte slechts bij weinig bereidingen voor te verwarmen.
De meeste gerechten kunt u in de kou de oven zetten. Zo benut u ook de warmte van de opwarmfase.
Bij de volgende bereidingen en oven functies moet u de oven wel voorver warmen:
Hetelucht plus U
Donker brooddeeg.
Rosbief en filet.
Boven-Onderwarmte V
– Gebak met een korte baktijd (tot ca.
30 minuten).
– Fijne deegsoorten, bijvoorbeeld bis-
cuit.
– Donker brooddeeg.
– Rosbief en filet.
-
-
Snelopwarmen
Gebruik voor pizza en gevoelige deegsoorten (zoals biscuit en koek
-
jes) niet de ovenfunctie "Snelopwarmen S" om de oven voor te verwarmen, anders wordt de bovenkant van deze producten te snel bruin.
Kies de ovenfunctie
^
"Snelopwarmen S".
Stel de temperatuur in.
^
Wissel naar de gewenste ovenfunc
^
tie, zodra het controlelampje voor de temperatuur 6 de eerste keer dooft.
^ Plaats het voedingsmiddel in de
oven.
-
-
27
Bakken
Voor een gezonde voeding dienen de voedingsmiddelen behoedzaam te worden bereid. Bak taarten, pizza's, patat en derge lijke dan ook goudgeel en niet don kerbruin.
Ovenfuncties
Afhankelijk van de bereiding kunt u de ovenfuncties "Hetelucht plus U"en "Boven-Onderwarmte V" gebruiken.
Bakvormen
Welke bakvorm u moet gebruiken, is af­hankelijk van de ovenfunctie en de be­reiding.
– Hetelucht plus U:
Gebruik een bakplaat, de universele bakplaat en bakvormen van elk ma­teriaal dat geschikt is voor ovengebruik.
– Boven-Onderwarmte V:
Gebruik matte en donkere bak vormen van donker blik, met donker email, van mat aluminium, hittebe stendig glas of vormen met een anti­aanbaklaag. Gebruik geen lichte vormen van blank materiaal. Bij dergelijke materi alen wordt het product in de vorm ongelijkmatig of nauwelijks bruin. On der ongunstige omstandigheden wordt het ook niet gaar.
-
-
-
-
Zet bakvormen altijd op het rooster.
Plaats langwerpige vormen bij voor keur dwars op het rooster. Op die manier is de warmteverdeling in de vorm optimaal en bereikt u een ge lijkmatig bakresultaat.
Bak vruchtentaart en hoge plaatkoek
op de universele bakplaat.
Bakpapier, invetten
Alle Miele-accessoires, zoals de bak plaat, de universele bakplaat, de geperforeerde gourmetplaat en de ron de bakvorm, zijn PerfectClean­veredeld.
In de meeste gevallen hoeft u PerfectClean-veredelde oppervlakken niet in te vetten of met bakpapier te be­dekken.
Gebruik alleen bakpapier voor
– gebak waarbij tijdens de deegberei-
ding natronloog is toegepast (harde krakelingen en dergelijke). Natron­loog kan het PerfectClean-veredelde oppervlak aantasten.
deegsoorten die vanwege hun hoge eiwitgehalte gemakkelijk vastkleven, zoals deeg voor biscuit, schuimgebak of makronen.
­–
de bereiding van diepvriesproducten
-
op het rooster.
-
-
-
-
28
Bakken
Opmerkingen bij de "Tabel bakken"
Temperatuur 6
Houd in principe de laagste tempera tuur aan.
Een hoge temperatuur verkort welis waar de baktijd, maar het gebak wordt vaak niet gelijkmatig bruin en onder on gunstige omstandigheden ook niet gaar.
Baktijd +
Controleer na afloop van de kortste be­reidingstijd of het gebak gaar is. Prik daartoe met een houten stokje (bij­voorbeeld een satéstokje) in het deeg. Als niets aan het stokje blijft kleven, is het gebak gaar.
-
-
Niveau ³
Welk niveau u moet gebruiken, is af hankelijk van de ovenfunctie en het aantal bakplaten.
Bij "Hetelucht plus U"
1 bakplaat: niveau 2 2 bakplaten: niveaus 1+3
Plaats de universele bakplaat onder
-
de gewone bakplaten als u tijdens het bakken zowel de universele bak plaat als gewone bakplaten op meer dere niveaus gebruikt.
Gebruik maximaal twee niveaus te gelijk als u vochtig gebak of taart bakt.
– Bij "Boven-Onderwarmte V"
1 bakplaat: niveau 1 of 2
-
-
-
-
29
Tabel bakken
Hetelucht plus U
Temperatuur
in °C
Roerdeeg
Zandtaart, chocolade-/amandelcake Tulband Muffins Marmercake (vorm) Vruchtentaart met schuim of couverture (plaat) Vruchtentaart (plaat) Vruchtentaart (vorm) Taartbodem
3)
Koeken/koekjes
3)
3)
Biscuitdeeg
3)
Taart Taartbodem (2 eieren) Biscuitrol
3)
3)
Kneeddeeg
Taartbodem Kruimeltaart (plaat) Koeken/koekjes
3)
3)
Kwarktaart Appeltaart (afgedekt) Abrikozentaart met couverture Hartige taart
2), 3)
Gistdeeg / kwark-oliedeeg
Kruimelkoek (plaat) Vruchtentaart (plaat) Guglhupf Stol Witbrood Volkorenbrood Pizza (plaat) Uienbrood (plaat) Appelflappen
Soezendeeg, roomsoezen Bladerdeeg Eiwitgebak, makronen
2), 3)
3)
3)
3)
3)
3)
3)
De gegevens voor de aanbevolen ovenfunctie zijn vet gedrukt.
140–160 150–170
150–170
150–170 150–170 150–170 150–170 150–170 150–170
160–180 160–180 160–180
150–170 150–170 150–170
140–160 150–170 150–170 180–200
150–170 150–170 140–160 150–170 160–180 170–190 170–190 150–170 150–170
170–190 1, 3 30–50 170–190 1 25–35 120–140 1, 3 25–50
Hetelucht plus
Aanbevolen ni
veau
1 1
1, 3
1 1 1 1 1
1, 3
1 1 1
1 1
1, 3
1 1 1 1
1 1 1 1 1 1 1
1
1, 3
Tijd
­in min.
1)
65–75 65–80
25–50
55–70 45–50 35–45 45–65 25–30 20–35
30–40 22–26 20–30
20–25 45–55 18–28
80–95 60–70 50–60 25–40
50–60 55–65 45–65 55–65 45–55 50–60 35–45 35–45 25–30
Deze tijden gelden, tenzij anders aangegeven, voor een oven die niet is voorverwarmd. Bij een voor verwarmde oven zijn de tijden ca. 10 minuten korter.
1) Afhankelijk van het recept.
2) Verwarm het apparaat voor bij "Hetelucht plus", gebruik daarbij niet
de ovenfunctie "Snelopwarmen S".
3) Verwarm het apparaat voor bij "Boven-Onderwarmte", gebruik daarbij niet
de ovenfunctie "Snelopwarmen S".
30
-
Tabel bakken
Boven-Onderwarmte V
Boven-Onderwarmte
Temperatuur
in °C
Roerdeeg
Zandtaart, chocolade-/amandelcake Tulband
3)
Muffins Marmercake (vorm) Vruchtentaart met schuim of couverture (plaat) Vruchtentaart (plaat) Vruchtentaart (vorm) Taartbodem Koeken/koekjes
3)
3)
3)
150–170 160–180
160–180
150–170 160–180 170–190 160–180 170–190 160–180
Biscuitdeeg
3)
Taart Taartbodem (2 eieren) Biscuitrol
3)
3)
160–180 160–180 160–180
Kneeddeeg
Taartbodem Kruimeltaart (plaat) Koeken/koekjes Kwarktaart Appeltaart (afgedekt) Abrikozentaart met couverture Hartige taart
3)
3)
3)
2), 3)
170–190 160–180 160–180 160–180 160–180 160–180 190–210
Gistdeeg / kwark-oliedeeg
Kruimelkoek (plaat) Vruchtentaart (plaat) Guglhupf Stol Witbrood Volkorenbrood Pizza (plaat) Uienbrood (plaat) Appelflappen
2), 3)
3)
3)
3)
160–180 170–190 140–160 150–170 160–180 180–200 190–210 180–200 160–180
Soezendeeg, roomsoezen 180–200 2 35–45 Bladerdeeg
3)
Eiwitgebak, makronen
3)
190–210 2 15–25
120–140 2 25–50
Aanbevolen ni
veau
1 1
2
1 2 2 1 1 2
1 1 2
1 2 2 1 1 1 1
2 2 1 2 1 1 2 2 2
-
Tijd
in min.
60–70 65–80
20–40
65–80 40–50 30–45 45–65 20–25 15–30
30–40 20–25 15–20
15–20 45–55 15–25 80–95 60–80 50–70 25–40
50–60 55–65 45–65 55–65 50–60 50–60 30–40 25–40 25–30
1)
Houdt u zich aan de aangegeven temperaturen, niveaus en tijden. Daarbij is rekening gehouden met diverse bakvormen, deeghoeveelheden en bakgewoonten.
Kies in het algemeen de laagste temperatuur en controleer het product na de kortste tijd.
31
Braden
Ovenfuncties
Afhankelijk van de bereiding kunt u de ovenfuncties "Hetelucht plus U"en "Boven-Onderwarmte V" gebruiken.
Kookgerei
U kunt elk kookgerei gebruiken dat ge schikt is voor ovens:
Braadpannen, hittebestendige glazen schalen, braadfolie/braadzakken, een Römertopf, een universele bakplaat, het rooster en/of de grill- en braadplaat (indien aanwezig) op de universele bakplaat.
Wij adviseren het gebruik van een braadpan. Daarin blijft genoeg fond over voor het bereiden van een saus. Bovendien blijft de oven schoner dan bij braden op het rooster.
Opmerkingen bij de "Tabel braden"
Temperatuur 6
Kies in het algemeen de laagste tempe ratuur. Bij hogere temperaturen wordt het
­vlees weliswaar bruin, maar niet altijd
gaar.
Stel bij "Hetelucht plus U" een ca. 20 °C lagere temperatuur in dan bij "Boven-Onderwarmte V".
Hoe groter het stuk vlees, hoe lager de temperatuur. Stel de temperatuur vanaf 3 kg ca. 10 °C lager in dan in de tabel is aangegeven. Het braden duurt dan iets langer, maar het vlees wordt gelijkmatig gaar en de korst wordt niet te dik.
Stel bij braden op het rooster een tem­peratuur in die ca. 10 °C lager is dan bij braden in een braadpan.
-
32
Voorverwarmen
Voorverwarmen is meestal niet nodig, alleen bij rosbief en filet.
Braden
Bereidingstijd +
U kunt de bereidingstijd bepalen door de dikte van de betreffende vleessoort [cm] te vermenigvuldigen met de tijd per cm [min/cm]:
Rund/wild: ........15–18 minuten/cm
Varken/kalf/lam: ....12–15 minuten/cm
Rosbief/filet: ........8–10 minuten/cm
Bij diepgevroren vlees neemt de berei dingstijd met ca. 20 minuten per kilo toe. Diepgevroren vlees met een ge wicht tot ca. 1,5 kg kunt u braden zon der het eerst te ontdooien.
Controleer na afloop van de kortste be­reidingstijd of het voedingsmiddel gaar is.
Niveau ³
Gebruik afhankelijk van de dikte van het vlees niveau 1 of 2.
-
-
-
Tips
Bruinering
Het vlees wordt pas aan het einde van de bereidingstijd bruin. Het wordt extra bruin als u halverwege de tijd het dek sel van de pan haalt.
Rusten
Haal het vlees na de bereiding uit de oven, wikkel het in aluminiumfolie en laat het ca. 10 minuten staan ("rusten"). Het vlees verliest dan minder vocht als u het snijdt.
Gevogelte braden
Het vel wordt extra knapperig als u het gevogelte 10 minuten voor het einde van de bereiding met licht gezouten water bestrijkt.
-
33
Tabel braden
Gebruik niveau 1.
^
Hetelucht plus U Boven-Onderwarmte V
Gerecht
Rundvlees (ca. 1 kg) 170–190 100–120 190–210 100–120
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg)
Wild, bout (ca. 1 kg) 180–200 90–120 190–210 90–120
Wild, rug (ca. 1 kg) 180–200 60–90 190–210 60–90
Varkensvlees (fricandeau, nekstuk; ca. 1 kg)
Varkensvlees met zwoerd (ca. 1 kg)
Casselerrib (ca. 1 kg) 170–190 60–70 200–220 60–70
Gehakt3)(ca. 1 kg) 160–180 80–90 170–190 80–90
Kalfsvlees (ca. 1 kg) 170–190 100–120 190–210 100–120
Lamsbout (ca. 2 kg) 170–190 90–120 200–220 90–120
Lamsrug3)(ca. 2 kg) 170–190 50–60 190–210 50–60
Gevogelte (ca. 1 kg) 190–210 65–75 210–230 65–75
Gevogelte (ca. 2 kg) 190–210 100–120 210–230 90–110
Gevogelte (ca. 4 kg) 170–190 150–180 190–210 150–180
Moot vis (ca. 1,5 kg) 160–180 35–55 190–210 35–55
De gegevens voor de aanbevolen ovenfunctie zijn vet gedrukt.
3)
Temperatuur
1)
in °C
190–210 45–55 210–230 45–55
170–190 100–120 200–220 100–120
150–170 160–180 180–200 120–150
Tijd
in min.
2)
Temperatuur
in °C
1)
Tijd
in min.
2)
1) Temperatuur bij braden in een gesloten braadpan. Als het vlees op het rooster wordt bereid: temperatuur 20 °C lager instellen.
2) De tijden gelden, tenzij anders aangegeven, voor een niet voorverwarmde ovenruimte.
3) Oven voorverwarmen.
Kies in het algemeen de gemiddelde temperatuur en controleer het product na de kortste tijd.
34
Lage temperatuur (koken op lage temperatuur)
Koken op lage temperaturen is ideaal voor vleessoorten van rund, varken, kalf en lam die zeer behoedzaam moeten worden bereid.
Braad het vlees eerst in korte tijd op hoge temperatuur rondom en gelijkma tig aan (op de kookplaat).
In de voorverwarmde oven wordt het vlees vervolgens op een lage tempera tuur en met een lange bereidingstijd rustig bereid.
Hierbij ontspant zich het vlees. Het sap begint te circuleren en wordt gelijkma tig verdeeld tot in de buitenste lagen. Het vlees blijft zo heel mals en sappig.
-
Tips
– Gebruik goed bestorven, mager
vlees zonder pezen en vetrandjes. Verwijder vooraf eventuele botten.
– Gebruik voor het aanbraden zeer hit-
tebestendig vet, bijvoorbeeld boterolie of spijsolie.
Dek het vlees tijdens de bereiding niet af.
De bereidingstijd bedraagt ca. 2–4 uur en is afhankelijk van het gewicht en de grootte van het vlees, alsmede van de gewenste gaarheid en bruinering.
Handelingen
Gebruik de universele bakplaat met het rooster erop.
Gebruik voor het voorverwarmen niet
-
de ovenfunctie "Snelopwarmen S".
Schuif de universele bakplaat met het
^
-
rooster op niveau 2 in de oven.
Kies de ovenfunctie "Boven-
^
Onderwarmte V" en een tempera tuur van 130 °C.
Verwarm de oven, de universele bak
^
plaat en het rooster ca. 15 minuten voor.
^ Braad alle kanten van het vlees op
een hoge stand op de kookplaat aan (tijdens het voorverwarmen van de oven).
,
Verbrandingsgevaar! Draag altijd ovenwanten als u voe­dingsmiddelen in de oven zet of er­uit haalt, of als u in de oven bezig bent.
^
Leg het aangebraden vlees op het rooster.
^
Verlaag de temperatuur tot 100 °C.
^
Laat het vlees gaar worden.
-
-
35
Lage temperatuur (koken op lage temperatuur)
Na de bereiding
Omdat de bereidings- en kerntemperaturen zeer laag zijn,
kunt u het vlees meteen aansnijden.
U hoeft voor het vlees geen rusttijd aan te houden.
kunt u het vlees zonder moeite warm
houden. U laat het na de bereidings tijd gewoon in de oven, totdat het wordt opgediend. Het bereidingsresultaat wordt hierdoor niet beïnvloed.
heeft het vlees de juiste
eettemperatuur. Dien het vlees op voorverwarmde borden op en serveer het met zeer hete saus, zo­dat het vlees niet zo snel afkoelt.
Bereidingstijden/ kerntemperaturen
Vlees Berei
Rosbief
­Rood 60–90 48
­Medium 120–150 57
Doorbakken 180–240 69
– Varkensfilet 120–150 63 Casselerrib* 150–210 68 Kalfsrug* 180–210 63 Lamsrug* 90–120 60
* Zonder bot.
** Om de stijging van de kerntempera-
tuur te kunnen volgen, kunt u een kerntemperatuurvoeler gebruiken.
-
dingstijd
[min]
Kern
­tempe ratuur**
[°C]
-
36
Verbrandingsgevaar!
,
Als u de deur niet sluit, wordt de uitstromende hete lucht niet langs de koelventilator geleid en dus niet afgekoeld. De bedieningselementen worden dan heet. Sluit de ovendeur tijdens het grille­ren.
Ovenfuncties
Grill Y
Voor het grilleren van platte stukken vlees en voor bruineren.
Het gehele verwarmingselement (voor de bovenwarmte/grill) wordt roodgloei­end en levert de warmtestraling die voor het grilleren nodig is.
Circulatiegrill \
Grilleren
Kookgerei
Gebruik de universele bakplaat met het rooster of de grill- en braadplaat erop (indien aanwezig). De grill- en braadplaat vangt het vlees­sap in de bakplaat op en voorkomt dat het verbrandt. Zo kan het voor verdere bereiding worden gebruikt.
Voor het grilleren van gerechten met een grote diameter, zoals een kip.
Het verwarmingselement voor de bo­venwarmte/grill en de ventilator worden afwisselend ingeschakeld.
37
Grilleren
Opmerkingen bij de "Tabel grilleren"
Temperatuur 6
Kies in het algemeen de laagste tempe ratuur. Bij hogere temperaturen wordt het vlees (voedingsmiddel) weliswaar bruin, maar niet altijd gaar.
Voor platte stukken vlees adviseren wij de instelling Y. Kies voor dik vlees (grote diameter) een temperatuur van maximaal 200–220 °C.
Voorverwarmen
Voor grilleren moet u de oven voorver­warmen. Verwarm het bovenwarmte-/grillelement ca. 5 minuten voor. Houd de ovendeur gesloten.
Niveau ³
Houd bij het niveau rekening met de dikte van het voedingsmiddel.
Platte voedingsmiddelen: niveau 2/3.
Dikke voedingsmiddelen: niveau 1.
Is het vlees gaar?
Als u wilt controleren of het vlees vol doende gaar is, drukt u met een lepel op het vlees.
­Rood: Als het vlees heel veer
krachtig aanvoelt, is het van binnen nog rood ("rare").
Medium: Als het vlees een beetje
meegeeft, is het van bin nen roze.
Doorbak ken:
Controleer na afloop van de kortste be­reidingstijd of het voedingsmiddel gaar is.
Als het vlees nauwelijks
­nog meegeeft, is het door bakken ("well done").
Tip
Als een groot stuk vlees van buiten al behoorlijk bruin wordt, terwijl het van binnen nog niet gaar is, kunt u het vlees op een lager niveau in de oven plaat sen of op een lagere temperatuur ver der grilleren.
-
-
-
-
-
-
Bereidingstijd +
Grilleer platte stukken vlees/vis per kant ca. 6-8 minuten. Voor dikkere stukken is iets meer tijd nodig. Zorg dat de stukken ongeveer even dik zijn, zodat de bereidingstijden niet teveel verschillen.
Keer het product halverwege de tijd om, indien dat mogelijk is.
38
Grilleren
Vlees voorbereiden
Spoel het vlees snel onder koud, stro mend water af. Droog het goed af. Zout het vlees niet vóór het grilleren, omdat het anders te veel vocht verliest.
Bestrijk mager vlees alleen met olie. Gebruik geen andere vetsoorten. Deze worden snel te donker of leiden tot rookontwikkeling.
Maak platte vissen en stukken vis zoals gewoonlijk schoon. Daarna zouten en met citroensap besprenkelen.
-
Grilleren
Leg het rooster of de grill- en
^
braadplaat (indien aanwezig) op de universele bakplaat.
Leg het te bereiden product erop.
^
Kies de ovenfunctie en de tempera
^
tuur.
Verwarm het bovenwarmte-/grill
^
element ca. 5 minuten voor. Houd de ovendeur gesloten.
Verbrandingsgevaar!
,
Draag altijd ovenwanten als u voe dingsmiddelen in de oven zet of er­uit haalt, of als u in de oven bezig bent.
^ Schuif het voedingsmiddel op het
juiste niveau in de oven (zie "Tabel grilleren").
^ Sluit de deur.
^ Keer het product halverwege de tijd
om, indien dat mogelijk is.
-
-
-
39
Tabel grilleren
Voor de ovenfunctie "Grill Y" geldt: Verwarm het grillelement ca. 15 minuten voor. Laat de deur daarbij dicht.
Gerechten Grill Y Circulatiegrill \
Aanbevolen niveau Tempera
Platte gerechten
Runderbiefstuk 2 Y 8–15 220 20–25
Schaschlik 2 of 3 240 20–25 220 16–20
Spies met gevogel te
Nekstuk 2 of 3
Lever 2 of 3
Gehaktballen 2 of 3 Braadworst 3 Y 8–12 220 9–13
Visfilet 2 of 3 Forel 2 Y 12–16 220 20–25
Toast 2 of 3
Toast Hawaii 2 of 3 Tomaten 2 of 3 Y 6–8 220 8–10 Perziken 2 of 3 Y 6–8 220 15–20
Dikke gerechten
Kip (ca. 1 kg)
Rollade C 7 cm (ca. 1 kg)
Varkensschenkel (ca. 1 kg)
Rosbief, runderfi let, ca. 1 kg
1) Draai het gerecht halverwege de bereidingstijd om.
2) Houd bij het niveau rekening met de dikte van het gerecht.
-
-
2 of 3 240 15–20 200 23–27
2)
2)
2)
2)
2)
2)
1 240 50–60 220 60–65
1 240 75–85 210 100–110
1 240 100–120 200 95–100
1 200–220 30–40
tuur
in °C
Y 15–20 220 23–27 Y 6–10 220 12–15 Y 20–25 220 18–22
Y 10–14 220 13–18
Y 2–4 220 3–6 Y 7–9 220 5–8
-
Totale
bereidings-
tijd in min.
1)
Tempera
tuur
in °C
Totale
­bereidings-
tijd in min.
1)
40
Ontdooien
Gebruik voor het behoedzaam ontdooi en van diepvriesproducten de oven functie "Ontdooien P".
Bij deze ovenfunctie wordt alleen de ventilator ingeschakeld. De ventilator laat de lucht in de oven bij kamertem peratuur circuleren.
Let bij het ontdooien van gevo
,
gelte extra op de hygiëne. Gebruik het vocht niet dat bij het ontdooien vrijkomt. De kans op bacteriën is groot (bijvoorbeeld salmonella).
Tips
– Haal het diepvriesproduct uit de ver-
pakking en leg het op de universele bakplaat of in een schaal.
– Gebruik voor het ontdooien van ge-
vogelte de universele bakplaat met het rooster erop. Zo komt het gevo­gelte niet in het vocht te liggen.
– Vlees, gevogelte en vis hoeven voor
de bereiding niet volledig ontdooid te zijn. Het is voldoende als de buitenlaag zo zacht is dat de kruiden goed wor den opgenomen.
-
-
-
Tijden voor het ontdooien
-
De tijden zijn afhankelijk van het ge wicht en het soort voedsel dat u ont dooit.
Product Gewicht
[g] Haantje / kip 800 90–120 Vlees 500 60–90
1 000 90–120 Braadworst 500 30–50 Vis 1 000 60–90 Aardbeien 300 30–40 Boterkoek 500 20–30 Brood 500 30–50
-
-
-
Tijd
[min]
41
Inmaken
Geschikte potten/glazen
Verwondingsgevaar!
,
In afgesloten blikken en dergelijke ontstaat bij verwarming overdruk. Hierdoor kunnen deze voorwerpen openbarsten. Gebruik het apparaat niet om voe dingsmiddelen in afgesloten blikken en dergelijke in te maken of te ver warmen.
Gebruik alleen speciale glazen/potten die in de vakhandel verkrijgbaar zijn:
– Weckpotten.
– Inmaakglazen met schroefdeksel.
Fruit en groente inmaken
Hiervoor adviseren wij de ovenfunctie "Hetelucht plus U".
De gegevens gelden voor 6–8 glazen met een inhoud van 1 l.
^ Schuif de universele bakplaat op ni-
veau 2 in de oven en zet de glazen daarop.
^
Kies de ovenfunctie "Hetelucht plus U" en een temperatuur van 150–170 °C.
^
Wacht tot het water in de glazen gaat borrelen (het gelijkmatig opstijgen van luchtbelletjes).
-
-
Fruit/komkommer
Zet de functieschakelaar op "Verlich
^
ting T", zodra het borrelen in de glazen te zien is. Laat de glazen daarna nog 25–30 minuten in de hete oven staan.
Groente
Verlaag de temperatuur tot 100 °C,
^
zodra het borrelen in de glazen te zien is.
Inmaaktijd
[min]
Asperges, wortels 60–90 Erwten, bonen 90–120
^ Zet na de inmaaktijd de functiescha-
kelaar op "Verlichting T" en laat de glazen daarna nog 25–30 minuten in de hete oven staan.
Na het inmaken
,
Verbrandingsgevaar! Gebruik ovenhandschoenen als u de glazen uit de oven haalt.
^
Haal de glazen uit de oven.
^
Dek de glazen met een doek af en laat ze nog ca. 24 uur op een tocht vrije plek staan.
-
-
Verlaag de temperatuur tijdig om overkoken te voorkomen.
42
^
Controleer aansluitend of alle glazen goed dicht zijn.
Drogen is een traditionele wijze om vruchten, sommige groentesoorten en kruiden te conserveren.
Het fruit en de groente moeten vers en rijp zijn en mogen geen lelijke plekken hebben.
Bereid het te drogen product voor.
^
Appels kunt u eventueel schillen.
Verwijder het klokhuis en snijd de ap pel in ca. 0,5 cm dikke schijfjes.
Pruimen kunt u eventueel ontpitten.
Schil peren, verwijder de pitten en
snijd de peren in schijfjes.
Product Droogtijd
Fruit 2–8 uur Groente 3–8 uur Kruiden* 50–60 minuten
* Kies voor kruiden de ovenfunctie
"Boven-Onderwarmte V".
Verlaag de temperatuur als zich in de
^
ovenruimte waterdruppels vormen.
-
Verbrandingsgevaar!
,
Gebruik ovenhandschoenen als u het gedroogde product uit de oven haalt.
Drogen
– Pel bananen en snijd de bananen in
plakjes.
– Maak paddenstoelen schoon, hal-
veer ze en snijd de paddestoelen in schijfjes.
– Verwijder bij peterselie en dille de
dikke stengels.
^ Verdeel het product gelijkmatig over
de universele bakplaat.
^
Kies de ovenfunctie "Hetelucht plus U" of "Boven­Onderwarmte V".
^
Kies een temperatuur tussen 80–100 °C.
^
Schuif de universele bakplaat op ni veau 2 in de oven. Bij "Hetelucht plus U" kunt u tegelijk op de niveaus 1+3 drogen.
^ Laat het gedroogde fruit (de ge-
droogde groente) afkoelen.
Gedroogd fruit moet helemaal droog zijn, maar wel zacht en elastisch. Als u een schijfje doormidden snijdt of breekt, mag geen sap meer vrijko­men.
^
Bewaar het product in een afgesloten pot of blik.
-
43
Diepvriesproducten/kant-en-klaargerechten
Tips
Diepvriestaarten, -pizza's, ­stokbroden
Bak dergelijke diepvriesproducten
op het rooster, waarop u bakpapier heeft gelegd. Bij bereiding op de bakplaat of de universele bakplaat kunnen deze platen zodanig vervormen dat u deze niet meer uit de oven kunt halen als ze heet zijn. Bij elk volgend gebruik worden de platen weer vervormd.
Kies de laagste temperatuur die op
de verpakking vermeld staat.
Patat, kroketten en dergelijke
– Dergelijke diepvriesproducten kunt u
wel op de bakplaat of de universele bakplaat bereiden. Leg onder het diepvriesproduct bak­papier.
– Kies de laagste temperatuur die op
de verpakking vermeld staat.
Bereiding
Voor een gezonde voeding dienen de voedingsmiddelen behoedzaam te worden bereid.
Bak taarten, pizza's, patat en derge lijke dan ook goudgeel en niet don kerbruin.
Kies de ovenfunctie en de tempera
^
tuur die op de verpakking vermeld staat.
Verwarm de ovenruimte voor.
^
^ Plaats het voedingsmiddel in de
voorverwarmde oven op het niveau dat op de verpakking staat aangege­ven.
^ Controleer het voedingsmiddel na de
kortste bereidingstijd.
-
-
-
Keer de producten regelmatig om.
44
Aanwijzingen voor keuringsinstituten
Gerechten getest volgens EN 60350
-
Voorver warmen
nuten
Ja, 10 mi­nuten
Gerecht Universele bakplaat,
Spritsen 1 universele bakplaat Hetelucht plus 2 140
Small cakes (32 stuks per plaat)
Biscuittaart Springvorm, donker,
Afgedekte appeltaart
Toast bruineren
Biefstuk (21 stuks)
1) Haal een bakplaat uit de oven, zodra het gebak voldoende bruin is, ook als de bereidingstijd nog niet verstreken is.
2) Gebruik tijdens de opwarmfase niet de ovenfunctie "Snelopwarmen S".
vorm
2 universele bakplaten1)Hetelucht plus 1, 3 140
1 universele bakplaat Boven-Onder-
1 universele bakplaat Hetelucht plus 2 150
2 universele bakplaten Hetelucht plus 1, 3 150
1 universele bakplaat Boven-Onder-
C 26 cm
Springvorm, donker, C 26 cm
Springvorm, donker, C 20 cm
Springvorm, donker, C 20 cm
Rooster Grill 2 275 5–7 Ja, 5 mi-
Rooster op universele bakplaat
Ovenfunctie Niveau
van on deren
warmte
warmte
Hetelucht plus 1 170
Boven-Onder­warmte
Hetelucht plus 1 160
Boven-Onder­warmte
Grill 2 275 Kant 1:
Tempe­ratuur
­in °C
2 160
2 160
1 170
1 170
Berei dingstijd in min.
2)
40–47 Nee
2)
42–49 Nee
2)
22–28 Ja
2)
30–35 Nee
2)
30–35 Nee
2)
22–26 Ja
2)
28–34 Nee
2)
28–32 Ja
2)
80–90 Nee
2)
85–95 Nee
16-20 Kant 2: 11-13
-
45
Aanwijzingen voor keuringsinstituten
Andere geteste gerechten
1)
1)
1)
1)
Berei
­dingstijd in min.
50–60
35–45
55–65
55–65
-
Gerecht Ovenfunctie /
Plaatkoek (gist) met kruimels
Cake Hetelucht plus Bakvorm 1 160
1) Gebruik tijdens de opwarmfase niet de ovenfunctie "Snelopwarmen S".
programma
Hetelucht plus 1 universele
Boven-Onderwarmte 1 universele
Boven-Onderwarmte Bakvorm 1 160
Universele bak plaat, vorm
bakplaat
bakplaat
Niveau van
­onderen
2 160
2 190
Tempera
in °C
tuur
Energie-efficiëntieklasse volgens EN 50304
De energie-efficiëntieklasse B van deze apparaten is vastgesteld volgens EN 50304 en heeft betrekking op de meetwaarden bij de ovenfunctie "Hetelucht plus U", zonder ingebouwde FlexiClip-geleiders.
46
Reiniging en onderhoud
Verbrandingsgevaar! De verwar
,
mingselementen moeten zijn uitge schakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld.
Verwondingsgevaar! De stoom
,
van een stoomreiniger kan in aanra king komen met delen die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor de reini ging nooit een stoomreiniger.
Alle oppervlakken kunnen verkleu­ren of aangetast worden als ze met ongeschikte reinigingsmiddelen in aanraking komen. Met name het front van de oven kan door ovenreinigers en ontkalkings­middelen beschadigd raken. Verwijder resten van reinigingsmid­delen dan ook meteen.
-
Ongeschikte reinigingsmidde
-
len
Om beschadigingen aan de oppervlak ken te voorkomen, mogen de volgende middelen niet worden gebruikt:
soda-, ammoniak-, zuur- en chloride
houdende reinigingsmiddelen.
-
-
kalkoplossende reinigingsmiddelen
op het front.
schurende reinigingsmiddelen, zoals
schuurpoeder, vloeibaar schuurmid del en reinigingssteen.
– oplosmiddelhoudende reinigingsmid-
delen.
– reinigingsmiddelen voor roestvrij staal.
– reinigingsmiddelen voor afwasauto-
maten.
– glasreinigers.
– reinigingsmiddelen voor keramische
kookplaten.
-
-
-
-
Alle oppervlakken zijn krasgevoelig. Bij glazen oppervlakken kunnen krassen onder bepaalde omstandig heden glasbreuk tot gevolg hebben.
schurende harde borstels en spons jes (zoals pannensponsjes en ge
-
bruikte sponsjes die nog resten schuurmiddel bevatten).
vlekkensponsjes.
scherpe metalen schrapers.
staalwol.
puntreiniging met mechanische reini gingsmiddelen.
ovenreinigers*.
speciale spiraalsponsjes*.
* bij hardnekkige verontreinigingen
toegestaan op PerfectClean­veredeld email
-
-
-
47
Reiniging en onderhoud
Als verontreinigingen lang inwerken, kunt u ze soms niet meer verwijde ren. Bij herhaaldelijk gebruik zonder tus sentijdse reiniging wordt het moei lijker om verontreinigingen te verwij deren. Verwijder verontreinigingen bij voor keur meteen.
De accessoires zijn niet geschikt voor reiniging in de afwasautomaat.
Tips
– Verontreinigingen door vruchtensap
of deeg, dat bijvoorbeeld uit een slecht sluitende bakvorm is gelopen, kunt u gemakkelijker verwijderen als de ovenruimte nog enigszins warm is.
-
-
Normale verontreinigingen
Informatie over het reinigen van de achterwand vindt u onder "Verontrei
-
-
-
nigingen op de katalytisch geëmail leerde achterwand".
Verwijder normale verontreinigingen
^
bij voorkeur meteen met warm water, gewoon afwasmiddel en een schoon sponsdoekje of met een schoon, vochtig microvezeldoekje.
Verwijder alle resten van reinigings
^
middelen met schoon water. Dit is vooral belangrijk bij PerfectClean­veredelde delen. Resten reinigings­middel hebben een ongunstig effect op de anti-aanbakwerking.
^ Wrijf alles daarna met een zachte
doek droog.
Dichting reinigen
-
-
-
– Om de ovenruimte nog gemakkelijker
te kunnen reinigen, kunt u de deur verwijderen en eventueel verder de monteren. Daarnaast kunt u de gelei derails en de FlexiClip-geleiders (indien aanwezig) verwijderen. Het zelfde geldt voor de katalytisch ge ëmailleerde achterwand. Het bovenwarmte-/grillelement kunt u omlaagklappen.
48
-
-
-
Rondom de ovenruimte bevindt zich een afdichting die op de binnenkant van de deur aansluit.
­De dichting kan door vetresten broos worden en breken.
^
Reinig de dichting bij voorkeur na elke bereiding.
Reiniging en onderhoud
Hardnekkige verontreinigingen (behalve bij de FlexiClip­geleiders)
Door overgelopen vruchtensap of braadresten kunnen geëmailleerde oppervlakken blijvend verkleuren en doffe plekken krijgen. Dit heeft ech ter geen effect op de eigenschap pen van deze oppervlakken. Pro beer dergelijke vlekken niet met ge weld te verwijderen. Gebruik alleen de beschreven hulpmiddelen.
^ Verwijder vastzittende verontreini-
gingen met een glasschraper of een spiraalsponsje (bijvoorbeeld Spontex Spirinett).
Het katalytische email wordt door ovenreinigers aangetast. Haal de katalytisch geëmailleerde delen uit de oven, voordat u de ovenreiniger gebruikt.
-
-
-
-
Gebruik voor zeer hardnekkige ver
^
ontreinigingen op PerfectClean­veredeld email de Miele­ovenreiniger. De oppervlakken moe ten koud zijn. Laat de reiniger inwer ken, zoals op de verpakking is aan gegeven.
Ovenreinigers van andere fabri kanten mogen alleen worden aange bracht als de betreffende oppervlak ken koud zijn. De middelen mogen maximaal 10 minuten inwerken.
Indien nodig kunt u na de inwerktijd
^
ook nog de harde kant van een keu­kensponsje gebruiken.
^ Verwijder de resten van de
ovenreiniger met schoon water en wrijf de delen weer droog.
-
-
-
-
-
-
-
49
Reiniging en onderhoud
Hardnekkige verontreinigingen op de FlexiClip-geleiders
De FlexiClip-geleiders zijn voorzien van speciaal vet. Bij reiniging in de afwasautomaat wordt dit vet verwij derd. De geleiders zullen dan min der goed glijden. Reinig de gelei ders daarom nooit in de afwasauto maat.
Bij hardnekkige verontreinigingen aan de oppervlakken of als de kogellagers vastkleven (bijvoorbeeld door overgelo pen vruchtensap), gaat u als volgt te werk:
^ Week de FlexiClip-geleiders kort (ca.
10 minuten) in een heet sopje van af­wasmiddel in. Indien nodig kunt u ook de harde kant van een keu­kensponsje gebruiken. De kogellagers kunt u met een zachte borstel reinigen.
Na de reiniging kunnen kleurveranderingen en lichte vlekken ontstaan. Het functioneren van de geleiders wordt hierdoor niet beïn vloed.
-
-
-
-
-
Verontreinigingen op de katalytisch geëmailleerde achterwand
Bij katalytisch email worden olie- en vetspatten bij hoge temperaturen van zelf verwijderd.
Hoe hoger de temperatuur, des te beter werkt het reinigingsproces.
Het katalytische email verliest zijn zelfreinigende eigenschappen bij gebruik van schuurmiddelen, harde
-
borstels, schuursponsjes en ovenreinigers. Haal de katalytisch geëmailleerde delen uit de oven als u ovenreiniger wilt gebruiken.
Verontreinigingen verwijderen van kruiden, suiker en dergelijke
^ Verwijder de achterwand (zie "Reini-
ging en onderhoud – Achterwand verwijderen").
^
Reinig het oppervlak handmatig met warm water, gewoon afwasmiddel en een zachte borstel.
^
Spoel de achterwand goed af. Laat het onderdeel drogen, voordat u het weer terugplaatst.
-
50
Olie- en vetspatten verwijderen
Haal alle accessoires (inclusief de
^
geleiderails) uit de oven.
Verwijder alle grove verontreini
^
gingen van de binnenkant van de deur en van de PerfectClean­veredelde delen, voordat u het kata lytische reinigingsproces start. De verontreinigingen kunnen dan niet in branden.
Kies de ovenfunctie "Hetelucht plus
^
U" en een temperatuur van 250 °C.
Verhit de lege ovenruimte gedurende
^
minimaal 1 uur.
De benodigde tijd hangt af van de mate van vervuiling.
Als het katalytische email ernstig met olie of vet verontreinigd was, kan tij­dens het reinigingsproces een laagje verbrandingsresten in de oven wor­den afgezet.
-
-
Reiniging en onderhoud
Verbrandingsgevaar! Laat de
,
ovenruimte voor het handmatige rei nigen eerst afkoelen.
Reinig daarna de binnenkant van de
^
deur en de ovenruimte met warm wa ter, afwasmiddel en een schoon sponsdoekje of met een schoon,
-
vochtig microvezeldoekje.
Telkens als u de oven met hoge tem peraturen gebruikt, worden eventueel achtergebleven verontreinigingen verder verwijderd.
-
-
-
51
Reiniging en onderhoud
Deur verwijderen
De deur is via speciale houders met de deurscharnieren verbonden.
Trek de deur nooit in horizontale stand van de houders. De houders klappen dan tegen het apparaat.
Voordat u de deur van deze houders kunt trekken, moet u eerst de vergren­delingsbeugels van de beide scharnie­ren ontgrendelen.
^ Open de deur helemaal.
Trek de deur nooit aan de hand greep van de houders. De greep zou kunnen afbreken.
Sluit de deur voorzichtig tot aan de
^
aanslag.
-
^
Ontgrendel de beugels door deze tot aan de aanslag te draaien.
52
^
Pak de deur bij de zijkanten vast en trek de deur naar boven toe van de houders. Pas op dat de deur bij het verwijderen niet kantelt.
Deur uit elkaar halen
De deur bestaat uit een open systeem met drie glasplaten die deels een warmtereflecterende coating hebben.
Reiniging en onderhoud
Verwondingsgevaar!
,
Verwijder de deur altijd, voordat u deze uit elkaar haalt.
Als de oven in gebruik is, wordt extra lucht door de deur geleid, zodat de bui tenste glasplaat koel blijft.
Als in de ruimte tussen de glasplaten verontreinigingen neerslaan, kunt u de deur uit elkaar halen om de binnen kanten van de platen te reinigen.
Door krassen kunnen de glasplaten beschadigd raken. Gebruik voor de reiniging van de glasplaten dan ook geen schuur­middelen, geen harde sponzen of borstels en geen metalen schrapers. Houdt u zich bij het reinigen van de glasplaten ook aan de aanwijzingen die voor het ovenfront gelden.
Het oppervlak van de aluminium profielen raakt door ovenreiniger be­schadigd. Reinig de delen alleen met warm water, afwasmiddel en een schoon sponsdoekje of met een schoon, vochtig microvezeldoekje.
-
Leg de deur met de buitenste glas
^
-
plaat op een tafel met een zachte on dergrond (bijvoorbeeld een thee doek). U voorkomt zo krassen. Leg de deur zo dat de greep over de rand van de tafel ligt. De glasplaat ligt dan plat op de ondergrond en zal tijdens het reinigen niet breken.
^
Draai de vergrendelingen voor de glasplaten naar buiten (zie afbeel ding).
-
-
-
-
Bewaar de gedemonteerde glaspla ten op een geschikte plek, zodat ze niet kunnen breken.
-
53
Reiniging en onderhoud
Verwijder de binnenste glasplaat:
Til de binnenste glasplaat iets op en
^
trek de glasplaat uit de kunststof lijst.
Reinig de glasplaten en de andere
^
delen met warm water, afwasmiddel en een schoon sponsdoekje of met een schoon, vochtig microvezeldoekje.
Wrijf alles daarna met een zachte
^
doek droog.
Zet de deur vervolgens weer in elkaar:
^ Breng de dichtingsprofielen weer op
de middelste glasplaat aan.
^
Haal de middelste glasplaat iets om hoog en verwijder deze samen met de dichtingsprofielen.
^
Trek de dichtingsprofielen van de glasplaat.
54
-
Reiniging en onderhoud
Plaats de middelste glasplaat met de
^
dichtingsprofielen weer terug.
^
Schuif de binnenste glasplaat, met de matte kant naar beneden wijzend, in de kunststof lijst en leg de plaat tussen de vergrendelingen.
Draai de beide vergrendelingen voor
^
de glasplaten naar binnen (zie af beelding).
De deur is weer compleet.
-
55
Reiniging en onderhoud
Deur terugplaatsen
^ Pak de deur bij de zijkanten vast en
plaats de deur op de houders van de scharnieren. Pas op dat de deur daarbij niet kan­telt.
Open de deur helemaal.
^
De beugels moeten beslist weer worden vergrendeld. De deur kan anders losgaan en beschadigd ra ken.
^ Vergrendel de beugels door deze
weer terug te draaien, tot aan de aanslag. Ze staan dan horizontaal.
-
56
Geleiderails met FlexiClip­geleiders demonteren
Verwondingsgevaar!
,
Gebruik de oven nooit zonder gelei derails.
U kunt de geleiderails samen met de FlexiClip-geleiders (indien aanwezig) verwijderen.
Als u de FlexiClip-geleiders eerst apart wilt verwijderen, volg dan de aanwij zingen onder "Uitvoering – FlexiClip­geleiders plaatsen en verwijderen".
Verbrandingsgevaar!
,
De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld.
-
-
Reiniging en onderhoud
Trek de geleiderails aan de voorkant
^
uit de bevestiging (1.) en verwijder de rails (2.).
Plaats alles in omgekeerde volgorde te­rug.
^ Plaats de onderdelen zorgvuldig te-
rug.
57
Reiniging en onderhoud
Achterwand verwijderen
Verwondingsgevaar!
,
Gebruik de oven nooit zonder ach terwand.
U kunt de achterwand voor reinigings doeleinden verwijderen.
Verbrandingsgevaar!
,
De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld.
Maak het apparaat spanningsvrij.
^
Trek hiervoor de stekker uit de con­tactdoos of schakel de zekering van de elektrische installatie uit.
^ Verwijder de geleiderails.
^ Draai de vier schroeven op de hoe-
ken van de achterwand los en verwij­der de achterwand.
^ Reinig de achterwand (zie "Verontrei-
nigingen op de katalytisch geëmail­leerde achterwand").
Plaats alles in omgekeerde volgorde te rug.
Plaats de achterwand zorgvuldig te rug (zie "Overzicht oven").
-
-
-
Bovenwarmte-/grillelement omlaagklappen
Verbrandingsgevaar!
,
De verwarmingselementen moeten zijn uitgeschakeld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld.
Verwijder de geleiderails.
^
^ Draai de vleugelmoer los.
Druk het element nooit met geweld omlaag.
^ Klap het element voorzichtig omlaag.
U kunt nu de bovenwand van de oven ruimte reinigen.
-
^
Klap het verwarmingselement weer omhoog en draai de vleugelmoer weer vast.
^
Plaats de geleiderails terug.
-
^
Sluit het apparaat weer op de net spanning aan.
58
-
Nuttige tips
De meeste problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voorkomen, kunt u zelf verhelpen. Het volgende overzicht helpt u daarbij. Neem contact op met Miele (zie omslag) als u de oorzaak van een probleem niet kunt vinden of als u het probleem niet kunt verhelpen.
Verwondingsgevaar!
,
Ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamhe den leveren grote risico's op voor de gebruiker. Miele kan hiervoor niet aan sprakelijk worden gesteld. Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door Miele zijn geautoriseerd. Open nooit de ommanteling van het apparaat.
Probleem Oorzaak en oplossing
De oven wordt niet heet.
U heeft alleen een ovenfunctie of alleen een temperatuur in­gesteld.
^ Kies een ovenfunctie en een temperatuur.
De stroomvoorziening is niet in orde.
^ Controleer of de zekering van de elektrische installatie
doorgeslagen is. Waarschuw zo nodig een elektricien of Miele.
-
-
Na de bereiding is een geluid te horen.
Op het katalytische email bevinden zich roestkleurige vlek ken.
-
De ventilator is ingeschakeld. De ventilator wordt automatisch uitgeschakeld als de oven
ruimte onder een bepaalde temperatuur komt.
Verontreinigingen van kruiden, suiker en dergelijke worden niet tijdens de katalytische reiniging verwijderd.
^
Verwijder de katalytisch geëmailleerde delen en verwijder de verontreinigingen met warm water, afwasmiddel en een zachte borstel (zie "Verontreinigingen op de kataly tisch geëmailleerde achterwand").
-
-
59
Nuttige tips
Probleem Oorzaak en oplossing
Het gebak is na de in de tabel aangegeven bereidingstijd nog niet gaar.
De ingestelde temperatuur wijkt af van de temperatuur uit het recept.
Kies de temperatuur die in het recept staat.
^
De gebruikte hoeveelheden wijken af van de hoeveel heden uit het recept.
Controleer of u het recept heeft veranderd. Als u bij
^
voorbeeld vocht of eieren toevoegt, wordt het deeg vochtiger, waardoor de bereidingstijd toeneemt.
-
-
Het gebak is niet overal even bruin.
U kunt de FlexiClip­geleiders slechts met moeite in- of uitschuiven.
De gekozen temperatuur of het niveau was niet goed.
Een zeker kleurverschil is normaal. Controleer bij zeer
^
grote verschillen of u de juiste temperatuur en het juiste niveau heeft gekozen.
Het materiaal of de kleur van de bakvorm is niet ge­schikt voor de gekozen ovenfunctie.
^ Voor "Boven-Onderwarmte V" zijn lichte of blanke
bakvormen minder geschikt. Gebruik matte, donkere vormen.
Er bevindt zich niet voldoende vet in de kogellagers van de geleiders.
^ Vet de kogellagers met speciaal vet van Miele in.
Gebruik alleen dit speciale vet, omdat dat geschikt is voor hoge oventemperaturen. Andere vetsoorten kun nen door de hitte verharsen en de geleiders vastkleven. Het speciale vet is verkrijgbaar bij de Miele-vakhan del en bij Miele.
-
-
60
Probleem Oorzaak en oplossing
De ovenverlichting wordt niet ingescha keld.
De halogeenlamp is defect.
­Verbrandingsgevaar! De verwarmingselementen moeten zijn uitgescha keld. De ovenruimte moet zijn afgekoeld.
Maak het apparaat spanningsvrij. Trek hiervoor de
^
stekker uit de contactdoos of schakel de zekering van de elektrische installatie uit.
^ Draai de lampafdekking los (kwartslag naar links
draaien). Trek de afdekking met de afdichtring naar beneden toe uit de behuizing.
^ Vervang de halogeenlamp
(Osram 66725 AM/A, 230 V, 25 W, G9).
Nuttige tips
-
^ Plaats de lampafdekking met de afdichtring terug en
draai de afdekking weer vast (naar rechts draaien).
^
Sluit het apparaat weer op de netspanning aan.
61
Service en garantie
Miele Service
Voor storingen die u niet zelf kunt ver helpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar
of:
Miele.
De gegevens van Miele vindt u op de achterkant van deze gebruiks- en montagehandleiding.
Voor een goede en vlotte afhandeling moet de afdeling Klantcontacten weten welk type apparaat u heeft en welk fabricagenummer het heeft.
Deze informatie vindt u op het type­plaatje dat zich achter de deur, op het frontgedeelte bevindt.
Miele-Serviceverzekering-Certificaat
Voor informatie over het Miele­Serviceverzekering-Certificaat kunt u zich wenden tot uw Miele-vakhandelaar of de bijgaande folder raadplegen.
-
Garantie en garantievoorwaar den
De garantietermijn voor dit apparaat bedraagt 2 jaar.
Voor meer informatie zie de bijge voegde garantievoorwaarden.
-
-
62
Verwondingsgevaar!
,
Dit apparaat mag alleen door een erkend elektricien op het elektrici teitsnet worden aangesloten. Hierbij moeten de landelijke voorschriften en de voorschriften van het energie bedrijf in acht worden genomen.
-
Elektrische aansluiting
Aansluitgegevens
De benodigde aansluitgegevens vindt u op het typeplaatje dat zich achter de deur, op het frontgedeelte bevindt.
De waarden op het typeplaatje en de waarden van het elektriciteitsnet moe
­ten overeenkomen.
-
Ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaam heden leveren gevaar op voor de ge bruiker. Miele kan daarvoor niet aan sprakelijk worden gesteld.
De elektrische installatie moet volgens de daarvoor geldende normen (zoals NEN 1010) zijn geïnstalleerd.
Aansluiting op een contactdoos is aan te bevelen, aangezien dit eventuele werkzaamheden van een technicus ver­gemakkelijkt.
Als de gebruiker niet meer bij de con­tactdoos kan komen of als er sprake is van een vaste aansluiting, moet het apparaat via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen wor den losgekoppeld.
De contactopening in uitgeschakelde toestand moet minimaal 3 mm bedra gen. Geschikte schakelaars zijn zelf­uitschakelaars, zekeringen en relais (EN 60335).
-
-
-
-
Vermeld altijd de volgende gegevens als u contact opneemt met Miele:
Type-aanduiding.
Fabricagenummer.
Aansluitgegevens (netspanning/fre
quentie/maximale aansluitwaarde).
Als de aansluiting wordt veranderd of als de kabel wordt vervangen, moet dit volgens het aansluitschema gebeuren. Gebruik een aansluitka­bel van het type H 05 VV-F. Let op de juiste draaddoorsnede.
-
-
63
Elektrische aansluiting
Oven
De oven is voorzien van een ca. 1,7 m lange 3-aderige aansluitkabel en moet volgens het aansluitschema worden aangesloten.
Maximale aansluitwaarde: zie type plaatje.
-
Aansluiting 1N AC 220-240 V
PE = groen/geel (green/yellow)
L1 = bruin (brown)
N = blauw (blue)
Aansluitschema
64
Maatschetsen voor de inbouw
Afmetingen apparaat en kast
De afmetingen zijn in "mm" aangegeven.
Inbouw in een onderkast
De opvullijst HAL (90 cm) is alleen nodig bij inbouw in een onderkast en is als bij te bestellen accessoire verkrijgbaar.
Bevestig de opvullijst HAL (90 cm) in de uitsparing in de kast onder het werk
^
blad (zie het onderste gedeelte van de afbeelding).
-
* Apparaat met glazen front ** Apparaat met metalen front
65
Maatschetsen voor de inbouw
Inbouw in een hoge kast
* Apparaat met glazen front ** Apparaat met metalen front
66
Maatschetsen voor de inbouw
Gedetailleerde afmetingen front
De afmetingen zijn in "mm" aangegeven.
A H6090B: 42 mm
B Apparaat met glazen front: 2,2 mm
Apparaat met metalen front: 1,2 mm
67
Inbouw oven
U mag het apparaat alleen ge
,
bruiken als het is ingebouwd.
Voor een correcte werking van het apparaat moet voldoende koellucht worden aangevoerd. Let er bij het inbouwen op dat – in de ombouwkast geen
achterwand wordt geplaatst.
– de tussenbodem waarop
het apparaat wordt geplaatst niet op de wand aansluit.
– er geen warmtewerende lijsten
langs de zijwanden van de nis
worden gemonteerd. Andere warmtebronnen (zoals een open haard) mogen de benodigde koellucht niet te veel verwarmen.
Voor het inbouwen
Voordat u het apparaat inbouwt, is het
-
verstandig eerst de deur te verwijderen (zie "Reiniging en onderhoud – Deur verwijderen") en de accessoires. Het apparaat is dan lichter en u kunt niet per ongeluk de handgreep van de deur gebruiken om het apparaat te tillen.
Verwijder de draagbeugels aan de zijkant!
Schuif het apparaat in de inbouwkast
^
en stel het.
Open de deur als u deze niet heeft
^
verwijderd.
^ Zorg dat de contactdoos spannings-
vrij is.
Oven inbouwen
^
Sluit het apparaat op het net aan.
De deur kan beschadigd raken als u de deurgreep gebruikt om het appa raat te dragen.
686970
^
Bevestig het apparaat met de bijge
-
leverde schroeven aan de zijwanden van de kast.
^
Plaats zo nodig de deur weer terug (zie "Reiniging en onderhoud – Deur terugplaatsen").
-
71
H6090B
M.-Nr. 09 610 070 / 0nl-NL
1
Loading...