Miele DA 226, DA 226 EXT, DA 227, DA 227 EXT, DA 229 User Manual [nl]

...
Page 1
Gebruiksaanwijzing
Wasemkap DA 226, DA 226 EXT, DA 227, DA 227 EXT, DA 229, DA 229 EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voordat u het toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat. M.-Nr. 05 038 730
*
Page 2
Inhoud
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Hoe werkt uw toestel? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Beschrijving van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Bediening
Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
De verlichting in- /uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Het vermogen instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
De wasemkap laten nawerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Teller werkingsduur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Teller werkingsduur opvragen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Teller werkingsduur veranderen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Vetfilter(s) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
De vetfilter(s) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Een halogeenlamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Naverkoopdienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Elektrische aansluiting en technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Afmetingen van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Aansluiting van de luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Page 3
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge­kozen, dat het milieu verdraagt en dus opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge­spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet gewoon met het vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde verzamel- en sorteerter­rein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waarde­vol materiaal. Geef uw oud toestel dus niet gewoon met het grof huisvuil mee. Vraag liever inlichtingen aan uw ge­meentebestuur of aan het dichtstbijzijn­de autowrak- of schrootverwerkend be­drijf omtrent de mogelijkheden om die stoffen opnieuw te gebruiken.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kinderveilig wordt bewaard. Hou dus rekening met de gelijknamige ru­briek in de ‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen’.
3
Page 4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Dit toestel voldoet aan de voorge­schreven veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees aandachtig uw gebruiksaanwij­zing voordat u uw toestel in gebruik neemt. U vindt er belangrijke wen­ken omtrent veiligheid, montage, ge­bruik en onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Deskundig gebruik
Dit toestel is enkel voor huishoude-
lijk gebruik bestemd. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschrif­ten gebruikt of verkeerd bediend werd.
Technisch veilig
Vergelijk eerst de aansluitgege-
vens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw huisin­stallatie. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er scha­de op aan uw toestel. Vraag in geval van twijfel inlichtingen aan uw installa­teur.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een aardingssysteem aansluit, dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman te laten nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardingsleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er zijn elektrische schokken mogelijk.
Door ondeskundige installatie- of
reparatiewerkzaamheden kunnen er niet te onderschatten risico’s opdui­ken voor wie het toestel gebruikt. Laat de installatie en de herstelling van uw elektrische toestellen dus enkel door een erkend vakman uitvoeren.
4
Page 5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Het toestel is pas stroomloos in­dien aan een van deze voorwaar-
den werd voldaan: – het snoer is van het elektrisch net los-
gekoppeld,
– de smeltstoppen van uw installatie
zijn uitgeschakeld.
Trek niet aan het snoer, maar wel aan de stekker om het toesel
stroomloos te maken.
Gebruik uit veiligheidsoverwegin-
gen geen verlengsnoeren om het toestel aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheids­garanties. Er bestaat onder meer ge­vaar voor oververhitting.
Gebruik
Maak onder de wasemkap nooit
iets klaar met open vlam. Flambeer of grilleer er nooit spijzen onder. De ingeschakelde wasemkap trekt de vlammen in de vetfilter. Door het opge­zogen kookvet bestaat er brandgevaar!
Gebruikt u de wasemkap boven
een gaskookvlak? Zet dan steeds een kookpan op de brander die in ge­bruik is. Door de te sterke hitte van de vlammen kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap telkens in
wanneer er een kookplaat of -zone in gebruik is. Is de wasemkap niet ingeschakeld, dan kan er zich condenswater vormen. Daardoor kan het toestel corrosie oplo­pen.
Indien u met olie of vet kookt, dient
u uw kookpan of frituurstel voortdu­rend in het oog te houden. Door oververhitting kunnen olie en vet in brand geraken en de wasemkap be­schadigen.
Gebruik de wasemkap nooit zon-
der vetfilter. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af­zet in het toestel. Daardoor komt de goede werking immers in het gedrang.
De filter(s) dient u regelmatig
schoon te maken of te vervangen. Door een erg vette filter bestaat er brand­gevaar!
5
Page 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Naar gelang van het gebruikte af-
wasmiddel kan de metalen vetfilter vekleuren. Deze kleurverandering heeft echter geen invloed op de werking en het gebruiksgemak van uw toestel.
Gebruik om de wasemkap schoon
te maken in geen geval een toestel dat met stoom onder druk werkt. De stoom kan onderdelen van het toe­stel aanraken, die onder spanning staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
Montage
Tussen het kookvlak en de wasem-
kap dient u een minimumafstand te houden van: – 45 cm boven elektrische kookvlakken – 65 cm boven gaskookvlakken.
Boven gaskookvlakken mag u
deze wasemkap enkel op min­stens 65 cm afstand monteren als de volgende nominale warmtebelastingen niet worden overschreden:
Boven ovens of fornuizen die met vaste brandstof worden verwarmd,
mag u geen wasemkap monteren.
Gebruik voor de afvoerleiding en-
kel buizen of slangen van onbrand­baar materiaal. Die kunt u bij uw hande­laar of in de naverkoopdienst verkrijgen.
De afvoer van de wasemkap mag
u niet aansluiten op een schoor­steen die in gebruik is, noch op een schacht die stookplaatsen ontlucht.
Zo de afvoer in een niet meer ge-
bruikte afvoerschouw moet worden geleid, hou dan rekening met de plaat­selijk geldige voorschriften.
Gasfornuis Max. belasting
een brander 2,7 kW alle branders 7,5 kW oven 3,5 kW
Gaskookvlak Max. belasting
een brander 3,5 kW alle branders 10,3 kW
Keramisch kookvlak op gas
De gegevens omtrent de nominale warmtebelas­ting gelden niet voor keramische kookvlakken die op gas werken. Hou absoluut rekening met de gegevens van de fabrikant van dat kookvlak.
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Wees voorzichtig als u de wasem-
kap tegelijk gebruikt met andere verwarmingstoestellen die lucht uit het vertrek nodig hebben. Bv. verwarmings­toestellen met gas, stookolie of steen­kool, doorstroomverwarmers, boilers. De wasemkap zuigt uit het vertrek waar hij geïnstalleerd is, immers lucht weg, die voor de verbranding in het verwar­mingstoestel bestemd is. Bovendien kunnen door het zuigeffect van de wasemkap uitlaatgassen uit de schouw terugstromen. De werking van verwarmingsinstallaties met schouw­aansluiting komt in het gedrang.
U vermijdt risico’s als er bij gelijktijdig gebruik van de wasemkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit het vertrek is vereist, een onderdruk wordt bereikt van maximaal 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u namelijk dat er uitlaatgassen uit het verwar­mingstoestel worden teruggezogen. Dit kunt u tot stand brengen door via niet afsluitbare openingen - bv. in deu­ren en vensters, luchttoevoer- en afvoer­constructies en andere technische maatregelen als onderlinge vergrende­ling e.d. de lucht voor de verbranding te laten toevoeren.
Enkel bij toestellen met elders geplaatste ventilator
Bij toestellen met een elders ge-
plaatste ventilator (modellen met EXT) dient u beide elementen via de verbindingdleiding met stekkers te ver­binden. Let erop dat u de juiste toestellen com­bineert.
Berging van uw oud toestel
Bij oude, niet meer gebruikte toe-
stellen trekt u de stekker uit het stopcontact. Maak daarna snoer en stekker onbruikbaar. Zo vermijdt u dat uw toestel voor ver­keerde doeleinden wordt gebruikt.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Opmerking: bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globa­le ventilatietoestand van de woning. In geval van twijfel neemt u het best contact op met een beëdigd schoor­steenveger.
7
Page 8
Hoe werkt uw toestel?
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap werkt
. . . met afvoer naar buiten:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilter gereinigd en naar buiten afge­voerd.
Het toestel is uitgerust met een terug­slagklep. Als de wasemkap niet werkt, is deze klep gesloten. Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar bui­ten stromen. Zodra u het toestel inscha­kelt, gaat de klep open. Zo kan de keu­kendamp ongehinderd naar buiten.
. . . met een elders geplaatste ventilator:
Modellen uit de reeks ...EXT zijn voor­zien voor aansluiting op elders geplaat- ste ventilatoren.
Zo’n buiten-de-keuken-ventilator wordt door een besturingsleiding met de wa­semkap verbonden. U kunt hem via het bedieningspaneel van de wasemkap bedienen.
8
Page 9
Beschrijving van de toestellen
Beschrijving van de toestellen
b Toets voor de vetfilter(s) c Toets om toestel te laten nawerken
d Toets om het vermogen in te stellen e Toets aan/uit f Toets voor de verlichting
g Aanpasstuk h Schouw
i Luifel j Hoofdschakelaar
9
Page 10
Bediening
Bediening
U kunt een functie kiezen door met een vinger zachtjes op de toetsen te drukken.
Inschakelen
Zet de hoofdschakelaar op ‘I’. Druk op de toets aan/uit.
Het controlelampje gaat branden.
De verlichting in- /uitschakelen
U kunt de verlichting inschakelen ook als de wasemkap niet werkt.
Druk op de toets voor de verlichting.
Is het licht ingeschakeld, dan brandt ook het controlelampje bij die toets.
Het vermogen instellen
Naar gelang van de intensiteit van de kookdampen kunt u tussen 4 vermo­gens kiezen. Voor een normaal kookproces volstaat een laag tot matig vermogen. Bij het begin van een braadproces of bij een kookproces met sterke reukont­wikkeling is de hoogste stand aan te bevelen.
Bij het inschakelen via de toets aan/uit is een gemiddeld vermogen ingesteld.
Schakelt u de wasemkap in via de hoofdschakelaar of na een stroomon­derbreking, dan start het toestel op de laatst gekozen stand.
Kies met de toets _ het gewen­ste vermogenniveau.
Toets $ = laag vermogen Toets > = hoog vermogen
10
De controlelampjes duiden het geko­zen vermogen aan.
Page 11
Bediening
De wasemkap laten nawerken
Hangt er na het kookproces nog damp in de keuken? Laat uw wasemkap dan even nawerken.
Het toestel schakelt zichzelf uit na 5 of 15 minuten.
Druk op de toets om het toestel te laten nawerken.
1 x drukken = 5 minuten 2 x drukken = 15 minuten
Het controlelampje boven het getal be­vestigt uw keus.
Bediening
Uitschakelen
Schakel de ventilator uit met de toets aan/uit.
Hoeft het apparaat lange tijd niet te werken, bv. ’s nachts of tijdens uw va­kantie? Schakel het dan met de hoofd­schakelaar uit.
Automatisch uitschakelen met het oog op de veiligheid
Bedient u de ingeschakelde wasemkap 10 uur lang niet, dan schakelt de venti­lator zichzelf uit. Het licht blijft wel aan.
Druk nog eens op deze toets om deze functie uit te schakelen.
Om de ventilator weer aan te zetten drukt u op de toets aan/uit.
11
Page 12
Bediening
Bediening
Teller werkingsduur
De teller van de werkingsduur van de vetfilter(s) werd in de fabriek op een be­paald aantal uren ingesteld. Deze tijd kunt u evenwel wijzigen.
Na afloop van de ingestelde duur gaat het controlelampje bij de toetsen voor de vetfilter aan. Dan moet u de vetfil­ter(s) schoonmaken.
Zet de teller daarna op de laatst inge­stelde tijd terug.
Hou de toets voor de vetfilter of die voor de actieve-koolfilter ongeveer 4 seconden ingedrukt.
Het controlelampje bij de toets gaat uit.
Teller werkingsduur opvragen
Voordat de ingestelde tijd verstreken is, kunt u aflezen hoeveel procent van de werkingsduur reeds afgelopen is.
Schakel de ventilator in met de toets aan/uit.
Druk op de toets voor de vetfilter.
Bij de toetsen _ knipperen een of meer controlelampjes.
Het aantal knipperende controlelamp­jes stemt overeen met het percentage verstreken bedrijfsuren:
1 controlelampje = minder dan 25 % 2 controlelampjes = minder dan 50 % 3 controlelampjes = minder dan 75 % 4 controlelampjes = minder dan 100 %
Bij het uitschakelen van de wasemkap of na een stroomonderbreking blijven de afgelopen bedrijfsuren in het geheu­gen.
Teller werkingsduur veranderen
Het maximum aantal bedrijfsuren van de vetfilter kunt u aan uw kookgewoon­tes aanpassen. Kies een korte tijd indien u dikwijls braadt of vaak een friteuse gebruikt.
Vetfilter(s)
De teller van de werkingsduur werd voor de vetfilter op 30 uur ingesteld. U kunt die duur verlengen of verkorten. U heeft de keus uit 20, 30, 40 of 50 uur.
Schakel de ventilator uit met de toets aan/uit.
Druk tegelijk de toets om het toestel te laten nawerken en die van de vet­filter in.
De controlelampjes bij de vetfiltertoets en die bij de toetsen _ knipperen.
Kies met de toetsen _ de gewen­ste tijd.
De controlelampjes bij de toetsen _ duiden de ingestelde duur aan:
1ste lampje van links = 20 uur 2de lampje van links = 30 uur 3de lampje van links = 40 uur 4de lampje van links = 50 uur
Bevestig uw keus met de vetfilter­toets.
Bevestigt u niet binnen de 4 minu­ten na het programmeren, dan neemt het toestel de ‘oude’ gege­vens over.
12
Page 13
Reiniging en onderhoud
Schakel voor elke onderhoudsbeurt de ventilator uit! Daartoe – de smeltstoppen van uw huis­installatie uitschakelen of – de stekker uit het stopcontact ver­wijderen.
Ommanteling
Maak de ommanteling met een heet, niet agressief sopje schoon. Vervolgens met een doek droogwrijven.
Gebruik nooit reinigingsmiddel dat zand, soda, zuur of chloriden bevat. Daardoor wordt het oppervlak aan­getast.
Om de ommanteling te onderhouden, is een niet-agressief, niet-schurend rei­nigingsmiddel voor roestvrij staal ge­schikt. Bv. Neoblank, verkrijgbaar in de Miele-naverkoopdienst.
Reiniging en onderhoud
De vetfilter(s)
De vetfilter(s) in het toestel neemt / nemen de vaste bestanddelen van de kookdampen op (vet, stof e.d.). Vetfil­ters verhinderen dat het toestel vuil wordt. Er zijn / is een opnieuw te gebrui­ken metalen vetfilter(s) ingebouwd.
Maak de vetfilter(s) in elk geval schoon zodra het controlelampje bij de vetfilter­toets aangaat.
Door erg verzadigde vetfilters ver­groot het brandrisico!
Naar gelang van het gebruikte af­wasmiddel kan de metalen vetfilter verkleuren. Deze kleurverandering heeft echter geen invloed op de werking en het gebruiksgemak van uw toestel.
Duw de vetfiltervergrendeling naar het midden toe.
Neem de vetfilter(s) uit en maak ze / hem schoon:
met de hand: met een afwasborstel
in warm water met afwasmiddel voor manuele afwas erin.
in de afwasautomaat: zet de filter(s)
verticaal in de onderste korf.
13
Page 14
Reiniging en onderhoud
Leg de filter(s) na het schoonmaken nog op een vochtopnemend voor­werp te drogen.
Wanneer de filter(s) uitgenomen is / zijn, kunt u de bereikbare onderde­len van de behuizing van vet ont­doen. Daardoor vermijdt u brandge­vaar.
Let er bij het monteren van de fil­ter(s) op dat de vergrendeling naar het kookvlak toe wijst. Als een / de filter verkeerd zit, ont­grendel die dan langs de uitsparin­gen met behulp van een kleine schroevedraaier.
14
Page 15
Reiniging en onderhoud
Een halogeenlamp vervangen
Maak de wasemkap stroomloos. Daartoe – de smeltstoppen van uw huisinstal­latie uitschakelen.
Halogeenlampjes worden tijdens de werking erg heet. Ook geruime tijd na het uitschakelen bestaat er nog gevaar dat u er zich aan verbrandt.
Halogeenlampen mag u niet direct bij het glas vastnemen. Anders kunt u die beschadigen. Hou rekening met de wenken van de fabrikant.
Reiniging en onderhoud
Trek de ring b af om de halogeen­lamp te vervangen.
Maak de sluitring c los. Zorg ervoor dat het lampdeksel intussen niet valt.
d
Trek de halogeenlamp e uit de fit­ting en steek er een nieuwe in.
Leg het lampdeksel d weer op zijn plaats en duw de sluitring zichtig in zijn houder.
Gebruik de verlichting nooit zonder lampdeksel. Dit deksel bevat name­lijk een filter die u beschermt tegen schadelijke straling.
Zet de ring b nu weer op zijn plaats.
c voor-
15
Page 16
Naverkoopdienst
Naverkoopdienst
Neem bij storingen die u niet zelf kunt oplossen, contact op
– met uw Miele-handelaar of – met de Miele-naverkoopdienst. Het adres en telefoonnummer van onze
naverkoopdienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u daar een beroep op doet, geef dan a.u.b. altijd het machinetype en -nummer op.
Beide gegevens vindt u op het type­plaatje. Dat wordt zichtbaar nadat u de vetfilter(s) hebt weggenomen.
16
Page 17
Elektrische aansluiting en technische gegevens
Elektrische aansluiting en technische gegevens
Elektrische aansluiting
Deze wasemkap mag enkel worden aangesloten op een naar behoren geïn­stalleerd stopcontact met aarding van 220-230V ~ 50 Hz.
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha­kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen.
De aansluiting van uw apparaat op het stroomnet kunt u het best aan een be­voegd elektricien toevertrouwen. Die dient de plaatselijke reglementering te kennen en nauwgezet te volgen.
Technische gegevens
Aansluitwaarde
– DA 226, 227 . . . . . . . . . . . . . . . 225 W
– DA 226 EXT, 227 EXT . . . max. 370 W
– DA 229 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 245 W
– DA229 EXT . . . . . . . . . . . max. 390 W
Verlichting – DA 226, 227
DA 226 EXT, 227 EXT . . . . . . 2 x 20 W
– DA 229, 229 EXT . . . . . . . . . 3 x 20 W
Spanning. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 230 V
Frequentie . . . . . . . . . . . . . . . . ~ 50 Hz
Smeltstoppen . . . . . . . . . . . . . . . . 10 A
Het verdient aanbeveling de aanslui­ting via een stopcontact uit te voeren. Dit vergemakkelijkt immers eventuele tussenkomsten van de naverkoop­dienst. Let erop dat het stopcontact nog toegankelijk is wanneer het toestel ingebouwd is.
Is het stopcontact voor de gebruiker na het inbouwen niet meer toegankelijk of is er een vaste aansluiting voorzien, dan moet die voor elke fase met een stroomonderbreker uitgerust zijn. Als stroomonderbrekers kunnen er schake­laars worden gebruikt met een contact­opening van meer dan 3 mm. Bijvoor­beeld automatische schakelaars, smeltstoppen en contactsluiters.
De vereiste gegevens over de aanslui­ting vindt u op het typeplaatje. Dat kunt u zien wanneer u de vetfilter uitneemt.
Ga na of deze gegevens overeenstem­men met de spanning en de frequentie van het net.
Ventilatievermogen
– Luchtafvoersysteem ø 125 mm:
luchtafvoervermogen volgens DIN 44971: 585 m
– elders geplaatste ventilator:
luchtafvoervermogen ongehinderd, naar gelang van de soort ventilator die aangesloten is.
3
/h.
17
Page 18
Afmetingen van de toestellen
Afmetingen van de toestellen
DA 226, DA 226 EXT
DA 227, DA 227 EXT
DA 229, DA 229 EXT
18
Page 19
Montage
Boven ovens of fornuizen die met vaste brandstof worden verwarmd, mag u geen wasemkap monteren.
Tussen het kookvlak en de wasem­kap dient u ter wille van de veilig­heid een minimumafstand (s) te hou­den van: – 45 cm boven elektrische kookvlak­ken – 65 cm boven gaskookvlakken.
Om vrij en vlot onder de wasemkap te werken, verdient een afstand van 65 cm aanbeveling bij elektrische kook­vlakken.
Montage
Steunplaten
Met behulp van de steunplaten beves­tigt u de wasemkap tegen de wand. Zie overzichtstekening hiernaast. Monteer eerst plaat A, daarna B en ten­slotte C. Plaat C hoeft u enkel te monte­ren zo de hoogte van het vertrek dat vereist.
Trek eerst een middellijn tegen de wand voordat u de steunplaten mon­teert.
19
Page 20
Montage
Montage
Steunplaat A
Boor een gaatje b ø 8 mm boven het werkblad ter hoogte van s + 400 mm.
Boor nog een gaatje c ø 8 mm op 325 mm onder gat
Duw S8-plugs in die gaatjes. Bevestig steunplaat A met de
schroeven 5 x 40 mm en hang de plaat gelijk.
b.
Steunplaten B en C
Hou de steunplaat B keurig dicht te­gen het plafond. Markeer de 4 te bo­ren gaatjes
Boor de 4 gaatjes ø 6 mm in de wand. Steek er S6-plugs in.
Bevestig steunplaat B met 4 schroe­ven 4 x 30 mm en moerplaatjes 4,3.
e op de wand.
Boor nog 4 gaatjes d ø 8 mm door de opgehangen steunplaat. Duw S8­plugs in de gaatjes.
Schroef 4 schroeven 5 x 40 mm in die plugs.
Boor 2 gaatjes h ø 8 mm om daar achteraf de luifel aan te bevestigen. Duw de S8-plugs in de gaatjes.
20
Steunplaat C monteert u enkel indien de maat van de bovenkant van steun­plaat A tot aan het plafond (y) groter is dan maat 365 mm.
Hou steunplaat C zo tegen de wand dat de afstand tussen het plafond en de onderkant van de plaat 365 mm bedraagt. Markeer 2 te boren gaat­jes
f.
Page 21
Montage
Boor de 2 gaatjes met een boor ø 6 mm in de wand. Steek er S6­plugs in.
Bevestig steunplaat C met 2 schroe­ven 4 x 30 mm en moerplaatjes 4,3.
Motor / Besturing
Op de volgende afbeeldingen vindt u een motor / besturing afgebeeld. Hou er reke­ning mee dat wasemkappen met een EXT­aanduiding geen motor, maar wel een be­sturing hebben. EXT-modellen sluit u aan op een elders geplaatste ventilator.
Montage
Hang de motor / de besturing in de haakjes opzij van steunplaat A.
Bevestig de motor / de besturing met een moer, een getande ring en een moerplaatje.
Sluit de luchtafvoer aan. Zie rubriek ‘Aansluiting van de lucht­afvoer’.
Motor
Besturing
21
Page 22
Montage
Montage
Luifel
Hang de luifel op in de hoekplaatjes
g van steunplaat A.
Bevestig de luifel. Draai daartoe de schroeven 5 x 40 mm in de 2 onder­ste gaatjes
h.
Zo de luifel niet waterpas hangt:
Draai de stelschroeven i ietwat los (sleutel 7). Nu kunt u de rugwand­plaat
j en de dwarsplaat k ten op-
zichte van elkaar verschuiven. Hang de luifel keurig waterpas. Schroef de stelschroeven i en de
bevestigingsschroeven weer vast.
Elektrische aansluiting
Steek eerst de stekkers in de over­eenkomstige koppelingen (15- of 6-polig).
22
Steek vervolgens de stekker in het stopcontact.
Page 23
Montage
Aanpasstuk
Met het aanpasstuk s kunt u de maat tussen wasemkap en plafond variëren.
Montage
Buig de monteerstrips l ca. 45° naar binnen toe. Dit vergemakkelijkt de montage.
A = 729 mm = totale minimum hoogte van de wasemkamp
B = 981 mm = totale maximum hoogte an de wasemkamp
23
Page 24
Montage
Montage
Vouw het bovenste deel p van de montagebeveiliging.
Trek de beschermfolie rond de kleef­punten
q weg.
Hang het aanpasstuk s in steun­plaat B. Bevestig het met 2 schroe-
t 3,9 x 7,5.
ven
Let op de uitsparing m:
– bij luchtafvoer zitten de uitsparingen
onderaan. Kleef de montagebeveiliging o opzij
en onderaan keurig gelijk tegen het aanpasstuk
24
s.
Page 25
Montage
Schouw
Montage
Hou de schouw r voorzichtig ge­spreid vast. Schuif ze over het aan­passtuk
Hou een spleet van minstens 2 cm vrij tussen schouw en plafond. Als u de schouw achteraf moet demonteren, neemt u ze dan makkelijker weg.
Hang de schouw keurig op haar plaats.
Verwijder de montagebeveiliging o. Bevestig de schouw met 2 schroe-
ven Dek de schroefkoppen met de mee-
geleverde dopjes af.
s.
u 3,9 x 7,5.
25
Page 26
Aansluiting van de luchtafvoer
Aansluiting van de luchtafvoer
Risico op vergiftiging! Hou rekening met de rubriek ‘Opmerkingen omtrent uw veilig­heid, waarschuwingen’
Afvoerleiding
– De afvoerleiding dient zo kort en
recht mogelijk te zijn.
– De diameter van de afvoerleiding
mag niet kleiner zijn dan 150 mm. Anders is het afzuigvermogen van het toestel niet zoals het hoort.
Zo u een vlak kanaal voor de luchtaf­voer gebruikt, verzwakt het afzuigver­mogen eveneens.
Gebruikt u afvoerleidingen met een diameter kleiner dan 150 mm of vlak­ke afvoerkanalen, dan veroorzaakt de wasemkap meer lawaai.
– Pas wijde bochten toe. Door kleine
bochten vermindert het luchtafvoer­vermogen van het toestel.
– Gebruik voor de aansluiting van de
luchtafvoerleiding gladde buizen of soepele slangen van onbrandbaar materiaal.
– Zo u de afvoerleiding horizontaal
monteert, dient u een minimumverval van 1 cm per meter te voorzien.
Zo kan er geen condenswater in het toestel lopen.
– Wordt de lucht naar buiten afge-
voerd, dan is een telescopische muurbuis van Miele aan te bevelen.
– Leidt u de afvoer in een schouw,
richt de afvoertuit dan in de richting waarin de lucht wordt afgevoerd.
26
Page 27
Aansluiting van de luchtafvoer
Aansluiting
Verklein de diameter van de afvoer­leiding enkel in het uiterste geval. Bv. indien die leiding reeds bestond. Hoe kleiner de diameter van de afvoerleiding, hoe – zwakker het afzuigvermogen, – meer lawaai het toestel maakt.
Vertrouw de aansluiting van de luchtafvoer enkel toe aan vaklui.
Sluit de luchtafvoerleiding aan. Be­vestig de leidingen met slangklem­men.
Belangrijk!
Monteert u de afvoerleiding door koele vertrekken, zolders e.d.? Dan kan er op bepaalde punten een groot tempera­tuurverschil ontstaan. Er kan dus con­denswater worden gevormd.
In zo’n geval dient u de afvoerleiding voldoende te isoleren.
Het verdient aanbeveling een condens­waterstop te installeren. Daarin wordt het condenswater, dat ondanks de iso­latie van de afvoerleiding toch ontstaat, opgevangen en verdampt.
Zo’n condenswaterstop is bij de Miele­naverkoopdienst verkrijgbaar.
Installeer de condenswaterstop ver­ticaal en rechtstreeks boven de af­voertuit van het toestel zo dat enigs­zins mogelijk is.
Werk de aansluiting van de luchtaf­voer verder af.
27
Page 28
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator
Wasemkappen uit de reeks ...EXT dient u aan te sluiten op een elders geplaat- ste ventilator. De afzuigturbine wordt dus gemonteerd buiten het lokaal waar de wasemkap hangt. U kiest zelf de plaats voor de ventilator.
De elektrische aansluiting verloopt via een koppelleiding met stekker en kop­peling.
Bij de elders te plaatsen ventilator vindt u ook een montagehandleiding.
282930
Page 29
Page 30
Page 31
31
Page 32
Wijzigingen voorbehouden / 44 / 002 B - 1998
Dit papier spaart het milieu doordat het uit 100 % chloorvrij gebleekte celstof bestaat.
Loading...