Kenwood TK-7160 User Manual [de]

VHF FM ZENDONTVANGER/ UHF FM ZENDONTVANGER
TK-7160/ TK-8160 TK-7162/ TK-8162
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
HARTELIJK DANK
Wij willen u hartelijk danken dat u KENWOOD gekozen hebt voor uw mobiele communicatie. Deze gebruiksvriendelijke zendontvanger biedt een betrouwbare werking zodat uw communicatie met optimale efficiëntie kan verlopen.
KENWOOD zendontvangers zijn voorzien van de meest recente technologie. Wij zijn ervan overtuigd dat de uitstekende kwaliteit en de nuttige eigenschappen van dit apparaat u zeer tevreden zullen stellen.
MODELLEN DIE IN DEZE GEBRUIKSAANWIJZING WORDEN BESCHREVEN
In deze gebruiksaanwijzing worden de onderstaande modellen beschreven:
TK-7160: VHF FM zendontvanger
TK-7162: VHF FM zendontvanger
TK-8160: UHF FM zendontvanger
TK-8162: UHF FM zendontvanger
INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER
De wet verbiedt het gebruik van transceivers zonder vergunning op overheidsterreinen.
Illegaal gebruik is strafbaar met een boete, gevangenisstraf of beide.
Raadpleeg onderhoud en reparatie uitsluitend uitvoeren door een vakbekwame technicus.
VEILIGHEID: Het is belangrijk dat de gebruiker zich bewust is en kennis heeft van de gevaren die verbonden zijn aan het gebruik van iedere transceiver.
EXPLOSIEVE STOFFEN (GASSEN, VLOEISTOFFEN, DAMPEN etc.)
Schakel de zendontvanger uit wanneer u benzine tankt of als uw wagen in een benzinestation geparkeerd staat. Let op dat er geen tanks met reservebenzine in de kofferruimte van de wagen zijn wanneer de zendontvanger in de buurt van de kofferruimte wordt ingebouwd.
LICHAMELIJK LETSEL VEROORZAAKT DOOR TRANSMISSIE VAN RADIOFREQUENTIES
Gebruik de zendontvanger niet als iemand de antenne aanraakt of dicht in de buurt van de antenne staat binnen 60 cm t/m 90 cm. Dit om lichamelijk letsel zoals hoogfrequentie ‘verbranding’ e.d. te voorkomen.
DYNAMIET-ONTSTEKINGSMECHANISMEN
Als u de zendontvanger in de buurt binnen 150 meter van dynamiet-ontstekingsmechanismen gebruikt, is het mogelijk dat de ontstekingsmechanismen geactiveerd worden. Schakel de zendontvanger daarom altijd uit wanneer u op een plaats bent waar dynamiet tot ontploffing wordt gebracht of waar borden staan met het opschrift “TWEEWEG-RADIO’S UITSCHAKELEN”. Indien uzelf dynamiet-ontstekingsmechanismen in uw wagen vervoert, dient u deze in een afgesloten metalen kist met isolatievoering aan de binnenkant mee te nemen. Let er op dat u niet met de zendontvanger zendt wanneer de ontstekingsmechanismen in de kist geplaatst worden of eruit worden gehaald.
N-i
VOORZORGSMAATREGELEN
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om brand, lichamelijk letsel of beschadiging van de zendontvanger te voorkomen.
•Voer geen afstellingen aan de zendontvanger uit terwijl u rijdt, aangezien u dan niet voldoende aandacht voor de weg meer heeft.
• Haal voor geen enkele reden de zendontvanger uit elkaar of breng wijzigingen aan.
• Stel de zendontvanger niet langdurig bloot aan direct zonlicht en leg het apparaat ook niet in de buurt van een warmtebron.
• Als er een abnormale lucht of rook komt van de zendontvanger, schakel dan onmiddellijk de zendontvanger uit, verwijder de batterij, en neem contact op met uw KENWOOD dealer.
• Gebruik van de zendontvanger tijdens het rijden kan in strijd met de verkeersregels zijn. Controleer en volg de verkeersregels in uw gebied.
• Gebruik geen opties die niet gespecificeerd zijn door KENWOOD.
LET OP
De zendontvanger werkt uitsluitend op 12 V negatief-geaarde auto-accu’s. Controleer altijd de polariteit en het voltage van de accu voordat u de zendontvanger aansluit.
Gebruik alleen de bijgeleverde gelijkstroomkabel of een optionele KENWOOD.
Niet de zekeringhouder van de gelijkstroomkabel afsnijden of verwijderen.
Voor veiligheid van de passagier, monteer de zendontvanger stevig met de bijgeleverde montagebeugel en schroevenset, zodat de zendontvanger niet losraakt bij een ongeluk.
N-ii
INHOUDSOPGAVE
APPARAAT UITPAKKEN EN CONTROLEREN ............................................ 1
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES ...........................................................................1
VOORBEREIDING .......................................................................................... 2
VEREIST GEREEDSCHAP .................................................................................. 2
AANSLUITEN VAN DE STROOMKABEL .................................................................. 2
I
NSTALLATIE VAN DE ZENDONTVANGER ............................................................... 3
AANSLUITEN VAN EEN MICROFOON .................................................................... 4
EERSTE KENNISMAKING ............................................................................. 5
VOORPANEEL ................................................................................................. 5
DISPLAY (TK-7160/ TK-8160) ...................................................................... 6
DISPLAY (TK-7162/ TK-8162) ...................................................................... 7
A
CHTERPANEEL ..............................................................................................8
PROGRAMMEERBARE FUNCTIES .............................................................. 9
BASISBEDIENING ........................................................................................ 10
AAN/UITSCHAKELEN ..................................................................................... 10
VOLUME INSTELLEN ...................................................................................... 10
Z
ONE EN KANAAL SELECTEREN ...................................................................... 11
ZENDEN ...................................................................................................... 11
ONTVANGEN ................................................................................................ 11
SCANNEN ..................................................................................................... 12
PRIORITEITSKANAAL SCANNEN ....................................................................... 12
AAN SCANNEN TOEVOEGEN/VERWIJDEREN UIT SCANNEN .................................. 13
R
ETOURKANAAL ........................................................................................... 13
DTMF OPROEPEN ....................................................................................... 14
OPSLAAN & VERZENDEN (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) .................................14
HANDMATIG DRAAIEN .................................................................................... 14
OPSLAAN DTMF-NUMMERS .......................................................................... 14
OPGESLAGEN DTMF-NUMMERS DRAAIEN ....................................................... 15
O
PGESLAGEN DTMF-NUMMERS WISSEN ........................................................ 15
OPNIEUW DRAAIEN ....................................................................................... 15
STUNNEN .................................................................................................... 15
N-iii
QUIET TALK (QT)/DIGITAL QUIET TALK (DQT) ........................................ 16
O
PERATOR SELECTEERBARE TOON (OST) (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) ........ 16
CODE SQUELCH (ID CODE) ....................................................................... 17
ONTVANGEN ................................................................................................ 17
ZENDEN ...................................................................................................... 17
SELECTIEVE OPROEP (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) .............................. 18
ONTVANGEN ................................................................................................ 18
Z
ENDEN ...................................................................................................... 18
FleetSync:
ALFANUMERIEKE 2-WEGS OPROEPFUNCTIE ........................................ 19
ELCALL (SELECTIEVE OPROEP) .................................................................... 19
S
STATUSBERICHT (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) ............................................. 20
GPS-REPORT (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) ............................................... 21
5-TOON-SIGNALERING ............................................................................... 22
M
Y ID ........................................................................................................ 22
EEN SELCALL (SELECTIEVE OPROEP) MAKEN (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) .... 22
ONTVANGEN VAN EEN SELCALL ...................................................................... 23
NOODMODE ................................................................................................. 24
ALLEENWERKERMODE ................................................................................... 24
GEAVANCEERDE BEDIENINGEN............................................................... 25
T
ALK-AROUND ............................................................................................. 25
TOETSVERGRENDELING .................................................................................. 25
HULPPOORT .................................................................................................25
CLAXON-ATTENTIETOON ................................................................................ 25
DISPLAYHELDERHEID (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) .......................................26
D
IRECT KANAAL ........................................................................................... 26
MONITOREN/SQUELCH UIT ............................................................................. 26
SPRAAKSCRAMBLER ......................................................................................27
BEDIENINGEN IN DE ACHTERGROND ..................................................... 28
TIME-OUT-TIMER (TOT)................................................................................ 28
KANAAL BEZET BLOKKERING (BCL) .............................................................. 28
S
IGNAAL VOOR BEGIN/EINDE VAN HET ZENDEN.................................................28
DTMF NUMMER DISPLAY (ALLEEN TK-7160/ TK-8160) ............................... 28
N-iv
APPARAAT UITPAKKEN EN CONTROLEREN
Opmerking: De volgende aanwijzingen zijn bedoeld voor uw KENWOOD dealer, het officiële KENWOOD service­centrum of de fabriek.
Pak de zendontvanger voorzichtig uit. Controleer, voordat u het verpakkingsmateriaal weggooit, of alle onderdelen aanwezig zijn aan de hand van de tabel op deze bladzijde. Indien er onderdelen ontbreken of als tijdens het vervoer beschadigingen zijn ontstaan, dient u onmiddellijk een klacht in te dienen bij het expeditiebedrijf.
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
metI remmunleedrednO latnaA
3E,EneellA()negnirekeztem(lebakmoortskjileG
)sepyt
gnirekezA01•XX-3200-25F2
)epyt2XneellA()negnirekeztem(lebakmoortskjileGXX-9333-03E1
gnirekezA01•XX-6100-15F2
leguebegatnoMXX-2660-92J1
:tesneveorhcS
)skuts4(feorhcstaaP
)skuts4(gnirtiulstemfeorhcstnakseZ
)skuts4(gnirreeV
)skuts4(gnirettalP
gnizjiwnaaskiurbeGXX-3681-26B1
XX-3257-03E1
XX-5930-99N1
Gelijkstroomkabel (met zekeringen)
(Alleen E, E3 types)
Montagebeugel Schroevenset
Gelijkstroomkabel (met zekeringen)
(Alleen X2 type)
N-1
VOORBEREIDING
Sommige elektronische systemen in uw voertuig kunnen foutief werken als gevolg van een gebrek aan beveiliging tegen de radiofrequentie-energie die aanwezig is wanneer de zendontvanger aan het zenden is. Dit zijn bijvoorbeeld het elektronische brandstofinspuitsysteem, het antiblokkeersysteem en de cruise-control regeling. Mochten dergelijke systemen in uw voertuig aanwezig zijn, neem dan contact op met de auto-dealer en raadpleeg hem omtrent de werking van deze systemen bij gebruik van de zendontvanger.
Opmerking: De volgende aanwijzingen zijn bedoeld voor uw KENWOOD dealer, het officiële KENWOOD service­centrum of de fabriek.
VEREIST GEREEDSCHAP
Opmerking: Controleer altijd hoever de schroeven onder het inbouwvlak uitsteken voordat u de zendontvanger inbouwt. Wees bij het boren van de gaten voorzichtig dat u de bedrading of andere onderdelen van het voertuig niet beschadigt.
Het volgende gereedschap is vereist voor het inbouwen van de zendontvanger:
• Elektrische boor, 6 mm of groter
• Een 4,2 mm boor voor de 5 x 16 mm plaatschroeven
• Cirkelsnijders
AANSLUITEN VAN DE STROOMKABEL
LET OP
De zendontvanger werkt uitsluitend op 12 V negatief-geaarde auto-accu’s. Controleer altijd de polariteit en het voltage van de accu voordat u de zendontvanger aansluit.
1 Controleer of er reeds een gat in de motorruimte-afschermplaat is waardoor u de
stroomkabel kunt steken.
• Als er geen gat is, gebruik dan een cirkelsnijder om een gat in de motorruimte-afschermplaat te boren en breng een doorsteekrubber aan.
2 Leid de stroomkabel vanuit het interieur via de motorruimte-afschermplaat naar de
motorruimte.
3 Sluit de rode draad aan op de plus (+) accupool en de zwarte draad op de min (–)
accupool.
• Breng de zekering zo dicht mogelijk bij de accu aan.
4 Rol de overtollige kabel op en maak deze vast.
• Laat wel een redelijk grote lus in de kabel zodat de zendontvanger eventueel voor reparatie kan worden verwijderd zonder dat de stroomtoevoer wordt verbroken.
N-2
INSTALLATIE VAN DE ZENDONTVANGER
Voor veiligheid van de passagier, monteer de zendontvanger stevig met de bijgeleverde montagebeugel en schroevenset, zodat de zendontvanger niet losraakt bij een ongeluk.
1 Gebruik de montagebeugel als een mal om de plaats van de vereiste gaten in het
dashboard te bepalen. Boor de gaten en bevestig vervolgens de montagebeugel met de bijgeleverde 5 x 16 mm plaatschroeven.
• Bouw de zendontvanger zodanig in dat de bedieningsorganen op het voorpaneel gemakkelijk bereikbaar zijn. Houd tevens voldoende ruimte aan de achterkant van de zendontvanger vrij voor het aansluiten van de kabels.
2 Sluit de antenne en de bijgeleverde stroomkabel op de zendontvanger aan. 3 Schuif de zendontvanger in de montagebeugel en maak hem vast met de
bijgeleverde zeskantschroeven.
4 Bevestig de microfoon-ophanghaak op een gemakkelijk bereikbare plaats.
• Let erop dat de optionele microfoon en de microfoonkabel zodanig aangebracht zijn dat deze niet hinderen bij de besturing van het voertuig.
LET OP
Als u de zekering in de gelijkstroomkabel vervangt, moet u een gelijke zekering gebruiken. Gebruik nooit zekeringen met een hogere waarde.
Platte ring
Zeskantschroef
Antenne­aansluiting
Stroomingangsaan­sluiting
Zwarte (–) kabel
Gelijkstroomkabel
Veerring
5 x 16 mm plaatschroef
Rode (+) kabel
Optionele microfoon
Montagebeugel
12 V accu van het
voertuig
Zekering
N-3
AANSLUITEN VAN EEN MICROFOON
1 Steek de microfoonstekker in de opening aan de
voorkant van de zendontvanger.
• Zorg dat het lipje op de microfoonstekker naar links gericht is.
2 Bevestig de microfoon aan de microfoon hanger,
zodat hij binnen handbereik van de gebruiker is.
3 Om de microfoonstekker te verwijderen, drukt u
op het lipje op de aansluiting, terwijl u de stekker uit de zendontvangeropening trekt.
N-4
EERSTE KENNISMAKING
VOORPANEEL
qq
q
Aan/uit-schakelaar
qq
Druk hierop om de zendontvanger AAN of UIT te zetten.
ww
/ Toesten
w
ww
Druk deze toetsen om de programmeerbare functies te activeren {pagina 9}.
ee
e Display
ee
Zie pagina’s 6 en 7.
rr
r
/ Toesten
rr
Druk deze toetsen om de programmeerbare functies te activeren {pagina 9}.
tt
t Luidspreker
tt
Interne speaker.
yy
y Microfoonaansluiting
yy
Doe de microfoonstekker in deze aansluiting.
uu
u Zenden/Ontvangen Indicator
uu
Wordt rood bij zenden. Wordt groen bij het ontvangen van een signaal.
ii
i S, A, <B, en C> Toesten
ii
Druk deze toetsen om de programmeerbare functies te activeren {pagina 9}.
oo
Toets
o
oo
Druk deze toets om de programmeerbare functie te activeren {pagina 9}.
!0!0
!0 PTT-schakelaar
!0!0
Druk op deze schakelaar, en spreek in de microfoon om een station op te roepen.
N-5
Loading...
+ 23 hidden pages