Kenwood TH-D72A, TH-D72E User Manual [nl]

Page 1
TH-D72A/ TH-D72E
RICETRANSMETTITORE FM A DOPPIA BANDA 144/440 MHz/ RICETRANSMETTITORE FM A DOPPIA BANDA 144/430 MHz
MANUALE DI ISTRUZIONI
144/440 MHz-FM-DOPPELBAND-TRANSCEIVER/ 144/430 MHz-FM-DOPPELBAND-TRANSCEIVER
BEDIENUNGSANLEITUNG
144/440 MHz FM DUBBELBANDER/ 144/430 MHz FM DUBBELBANDER
GEBRUIKSAANWIJZING
Questo manuale d’istruzioni illustra esclusivamente le operazioni fondamentali dell’apparecchio. Per spiegazioni dettagliate sul funzioni fare riferimento al file PDF presente sul CD-ROM.
Nur die grundlegenden Bedienvorgänge werden in dieser Bedienungsanleitung beschrieben. Eine ausführliche Erläuterung der Bedienungvorgänge finden Sie in den PDF-Dateien auf der CD-ROM.
Deze gebruiksaanwijzing beschrijft alleen de basisbediening. Voor meer uitgebreide informatie over de bediening, raadpleeg het PDF-bestand dat is meegeleverd op de CD-ROM.
© B62-2236-10 (E) 09 08 07 06 05 04 03 02 01
Page 2
144/440 MHz FM DUBBELBANDER/ 144/430 MHz FM DUBBELBANDER
TM-D710A/ TM-D710E
GEBRUIKSAANWIJZING
NEDERLANDS
KENNISGEVING
Deze apparatuur voldoet aan de vereisten van Richtlijn 1999/5/EG. Het gebruik van het waarschuwings-symbool betekent dat dit apparaat in bepaalde landen aan gebruiksbe-perkingen onderhevig is. Voor deze apparatuur is een licentie nodig en is bedoeld voor gebruik in onderstaande landen.
AT BE DK FI FR DE GR IS
IE IT LI LU NL NO PT ES SE CH GB CY CZ EE HU LV LT MT PL SK SI BG RO
ISO3166
Page 3
Informatie over het weggooien van elektrische en elektronische apparatuur en batterijen (particulieren)
Dit symbool geeft aan dat gebruikte elektrische, elektronische producten en batterijen niet bij het normale huishoudelijke afval mogen. Lever deze producten in bij de aangewezen inzamelingspunten, waar ze gratis worden geaccepteerd en op de juiste manier worden verwerkt, teruggewonnen en hergebruikt. Voor inleveradressen zie www.nvmp.nl, www.ictmilieu.nl, www.stibat. nl. Wanneer u dit product op de juiste manier als afval inlevert, spaart u waardevolle hulpbronnen en voorkomt u potentiële negatieve gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu, die anders kunnen ontstaan door een onjuiste verwerking van afval.
Page 4
HARTELIJK DANK
Hartelijk dank voor uw beslissing deze FM-zendontvanger van Kenwood aan te schaffen. Kenwood levert producten voor amateurradiogebruik die de serieuze hobbyist altijd
verrassen en animeren. Deze zendontvanger is geen uitzondering. dat dit product voldoet aan uw behoeften aan zowel de communicatie van stem als van gegevens.
De hieronder vermelden modellen worden in deze handleiding beschreven.
Kenwood gelooft
TH-D72A: 144/440 MHz FM Dual Bander (Noord- en Zuid-Amerika) TH-D72E: 144/430 MHz FM Dual Bander (Europa)
EIGENSCHAPPEN
Deze zendontvanger heeft de volgende hoofdfuncties:
Een ingebouwde GPS-ontvangerunit.
Een ingebouwde 5.000 punts GPS-logger.
Een ingebouwde TNC die overeenkomt met het AX.25-protocol. U kunt met een draagbare computer eenvoudig pakketoperaties uitvoeren.
Bevat een programma voor werken met verschillende data-indelingen die worden ondersteund door Automatic Packet Reporting System (APRS
Bevat 1.000 geheugenkanalen voor het programmeren van frequenties en andere variabele gegevens. U kunt ieder geheugenkanaal benoemen met maximaal 8 alfanumerieke tekens.
Het Continuous Tone Coded Squelch System (CTCSS) of Digital Coded Squelch (DCS) weigert ongewenste oproepen van andere stations.
®
).
DE SCHRIJFCONVENTIES DIE IN DEZE HANDLEIDING WORDEN GEBRUIKT
De schrijfconventies die hieronder staan vermeld worden gevolgd om instructies te vereenvoudigen en onnodige herhalingen te voorkomen.
Instructie Actie
Druk op [KEY]. Druk even op TOETS.
Druk op [KEY] (1s).
Druk op [KEY1], [KEY2].
Druk op [F], [KEY].
Druk op [KEY] + Power ON.
Druk op TOETS en houd 1 seconde of langer ingedrukt.
Druk even op TOETS1, laat TOETS1 los en druk vervolgens op TOETS2.
Druk op de toets F om de Functiemodus te openen. Klik vervolgens op TOETS om de secundaire functie te openen.
Houd TOETS ingedrukt tijdens het aanzetten van de zendontvanger.
N-i
Page 5
VOORZORGSMAATREGELEN
Laad de zendontvanger en de batterij niet op als ze nat zijn.
Zorg ervoor dat er geen metaalachtige voorwerpen liggen tussen de zendontvanger en de batterij.
Gebruik geen opties die niet gespecificeerd zijn door
Als het gegoten chassis of een ander zendontvangerdeel is beschadigd, raak dan de beschadigde delen niet aan.
Reduceer het volume als een hoofdtelefoon is aangesloten is op de zendontvanger. Let op het volumeniveau bij het dichtdraaien van de squelch.
Hang de microfoondraad niet om uw nek als u in de buurt bent van apparaten waarin de draad kan verstrikken.
Plaats de zendontvanger niet op een instabiele ondergrond.
Zorg ervoor dat de antenne niet uw ogen raakt.
Als de ontvanger uren achter elkaar gebruikt wordt voor verzending worden de radiator en het chassis heet. Raak deze plekken niet aan bij het vervangen van de batterij.
Dompel de zendontvanger niet in water.
Schakel de zendontvanger eerst altijd uit voordat u optionele accessoires installeert.
De lader is een apparaat dat de unit ontkoppelt van de voedingskabel. U moet eenvoudig bij de voedingsstekker kunnen komen.
WAARSCHUWING
Schakel de zendontvanger uit op de volgende locaties:
In explosieve omgevingen (ontbrandbaar gas, stofdeeltjes, metaal- of graanstof, enz.).
Bij het tanken of wanneer geparkeerd bij een benzinepomp.
Dicht bij explosieven of detonatieplaatsen.
In vliegtuigen. (Ieder gebruik van de zendontvanger moet volgens de instructies en de regels van de vliegtuigbemanning worden uitgevoerd.)
Waar beperkingen of waarschuwingen zijn aangegeven met betrekking tot het gebruik van radioapparaten, met inbegrip van, hoewel niet beperkt tot, medische apparatuur.
In de buurt van personen die een pacemaker gebruiken.
Kenwood.
LET OP
Haal in geen geval de zendontvanger uit elkaar en breng geen wijzigingen aan.
Plaats in een rijdend voertuig de zendontvanger niet op of dichtbij airbags. Bij het opblazen van de airbag kan de ontvanger gelanceerd worden en de bestuurder of passagiers raken.
Ga niet zenden terwijl u het antenne-uiteinde aanraakt of als enige metalen delen door de antennebedekking zichtbaar zijn. Zenden op deze manier kan ernstige brandwonden veroorzaken.
Als er een abnormale lucht of rook komt van de zendontvanger, schakel dan onmiddellijk de zendontvanger uit, verwijder de batterij, en neem contact op met uw
Gebruik van de zendontvanger tijdens het rijden kan in strijd met de verkeersregels zijn. Controleer en volg de bestaande verkeersregels.
Stel de zendontvanger niet bloot aan extreem hete of koude omstandigheden.
Kenwood-dealer.
N-ii
Page 6
LET OP
Ondersteun de batterij (of batterijhouder) niet met metalen voorwerpen omdat deze de batterijpolen kunnen kortsluiten.
Wanneer u de zendontvanger in ruimtes gebruikt met droge lucht, wordt er gemakkelijk statische elektriciteit opgebouwd. Wanneer u de hoofdtelefoon in dergelijke omstandigheden gebruikt, kan de zendontvanger mogelijk een elektrische schok veroorzaken en deze door uw hoofdtelefoon en naar uw oor zenden. In deze omstandigheden bevelen wij aan om alleen een luidspreker/microfoon te gebruiken om elektrische schokken te voorkomen.
Laat de zendontvanger niet op en neer zwaaien aan de riem. Hierdoor kunnen andere personen letsel oplopen en de zendontvanger kan worden beschadigd.
Informatie over de batterij
De Li-ion-batterij bevat ontvlambare substanties zoals organische oplosmiddelen. Verkeerd gebruik van de batterij kan leiden tot breuk van de batterij, waardoor brandgevaar of hoge temperaturen, verslechtering van de prestatie of andere beschadigingen kunnen optreden. Houd u zich aan de volgende waarschuwingen.
GEVAAR
De batterij niet uit elkaar halen of anders samenstellen! De batterij bevat een veiligheidsfunctie en -circuit ter voorkoming van gevaar. Als deze ernstig
worden beschadigd, kan dit leiden tot hitte- of rookvorming, breuk of brand.
De batterij niet kortsluiten!
De + en –polen niet verbinden met behulp van metaal (zoals een paperclip of ijzerdraad). Houd of bewaar de batterij niet in houders die metalen voorwerpen bevatten (zoals ijzerdraad, kettingen of haarspelden). Als de batterij kortsluit, veroorzaakt dit een te hoge stroom wat kan leiden tot hitte- of rookvorming, breuk of brand. Hierdoor worden tevens metalen voorwerpen verhit.
De batterij niet verbranden of blootstellen aan hitte!
Als het isolatiemateriaal smelt, wordt de gasventilator of de veiligheidsfunctie beschadigd. Hierdoor kan ook de elektrolyt gaan branden en kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
De batterij niet plaatsen in de buurt van vuur, kachels of andere warmtebronnen (ruimtes met temperaturen van meer dan 80°C)!
Als de polymeerafscheiding smelt als gevolg van hoge temperaturen, kan er een interne kortsluiting ontstaan in de afzonderlijke cellen en kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
Ieder contact van de batterij met water of vocht vermijden!
Als de batterij nat wordt, droog deze af met een droge doek voor gebruik. Als het veiligheidscircuit van de batterij is beschadigd, laadt de batterij op met een extreem hoge stroom (of spanning) en kunnen er abnormale chemische reacties ontstaan. Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
De batterij niet opladen in de buurt van vuur of in direct zonlicht!
Als het veiligheidscircuit van de batterij is beschadigd, laadt de batterij op met een extreem hoge stroom (of spanning) en kunnen er abnormale chemische reacties ontstaan. Er kan hitte­of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
Alleen de gespecificeerde lader gebruiken en neem de oplaadvereisten in acht!
Als de batterij in niet gespecificeerde omstandigheden wordt opgeladen (bij een temperatuur die hoger is dan de gereguleerde waarde, stroom of spanning die hoger is dan de gereguleerde waarde of met behulp van een aangepaste lader) kan de batterij overbelast worden of kunnen er abnormale chemische reacties ontstaan. Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
N-iii
Page 7
GEVAAR
De batterij met geen enkel voorwerp doorsteken, slaan of erop staan! Hierdoor kan de batterij breken of vervormen waardoor kortsluiting kan ontstaan. Er kan hitte-
of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
De batterij niet schokken en er niet mee gooien!
De batterij kan gaan lekken door een harde aanraking en er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan. Als het veiligheidscircuit van de batterij is beschadigd, laadt de batterij op met een extreem hoge stroom (of spanning) en kunnen er abnormale chemische reacties ontstaan.
De batterij niet gebruiken als deze is beschadigd!
Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
Niet direct op de batterij solderen!
Als het isolatiemateriaal smelt, wordt de gasventilator of de veiligheidsfunctie beschadigd. Hierdoor kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
De polariteit (en polen) van de batterij niet omkeren!
Laden van een omgekeerde batterij kan leiden tot abnormale chemische reacties. In sommige gevallen kan een onverwacht grote hoeveelheid stroom vrijkomen bij ontlading. Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
De batterij niet omgekeerd laden of aansluiten!
De batterij heeft positieve en negatieve polen. Als de batterij niet soepel kan worden aangesloten op een lader of bedieningsapparaat, forceer deze dan niet en controleer de polariteit van de batterij. Als de batterij omgekeerd op de lader is aangesloten, wordt deze omgekeerd geladen wat kan leiden tot abnormale chemische reacties. Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
Een gebroken en lekkende batterij niet aanraken!
Als de elektrolytvloeistof van de batterij in uw ogen terechtkomt, spoel uw ogen onmiddellijk uit met zoet water zonder in uw ogen te wrijven. Ga onmiddellijk naar het ziekenhuis. Als u geen actie onderneemt, kan dit leiden tot problemen met uw ogen.
WAARSCHUWING
De batterij niet langer opladen dan de gespecificeerde duur!
Als de batterij nog niet volledig is opgeladen, zelfs als de vastgestelde duur is verstreken, stopt u het opladen. Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
De batterij niet in een magnetron of hogedrukhouder plaatsen!
Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
Gebroken en lekkende batterijen uit de buurt van vuur houden!
Als de batterij lekt (of een onaangename geur afgeeft), verwijder deze dan onmiddellijk uit brandbare omgevingen. Elektrolyt dat uit de batterij lekt kan vlam vatten en kan leiden tot rookvorming, breuk of brand bij de batterij.
Geen afwijkende batterij gebruiken!
Als de batterij een onaangename geur afgeeft, een andere kleur heeft, vervormd is of anderszins afwijkend overkomt, verwijder deze dan uit de lader of het bedieningsapparaat en gebruik de batterij niet. Er kan hitte- of rookvorming, breuk of brand bij de batterij ontstaan.
N-iv
Page 8
INHOUDSOPGAVE
VOORBEREIDING ........................................................................................... 1
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES..............................................................
PLAATSEN VAN DE ANTENNE .................................................................
PLAATSEN VAN DE BATTERIJ..................................................................
ALKALINE BATTERIJEN PLAATSEN.........................................................
BEVESTIGEN VAN DE RIEMKLEM ...........................................................3
DE PB-45L BATTERIJ OPLADEN ..............................................................
LEVENSDUUR BATTERIJEN.....................................................................
AANSLUITEN OP EEN AANSTEKERAANSLUITING................................ 6
AANSLUITEN OP EEN GEREGULEERDE STROOMVOEDING...............7
AANSLUITEN OP EEN PC ........................................................................ 7
EERSTE KENNISMAKING............................................................................... 8
TOETS EN REGELKNOP-BEDIENINGEN.................................................
DISPLAY ...................................................................................................
BASISBEDIENING ......................................................................................... 14
AAN/ UITSCHAKELEN............................................................................. 14
VOLUME INSTELLEN ..............................................................................
DE SQUELCH AFSTELLEN..................................................................... 15
EEN FUNCTIEBAND SELECTEREN.......................................................
DUAL-BANDMODUS/ ENKELE-BANDMODUS SELECTEREN..............
EEN FREQUENTIEBAND SELECTEREN ...............................................
EEN BEDIENINGSMODUS SELECTEREN.............................................
DIRECTE FREQUENTIE-INVOER...........................................................
ZENDEN ...................................................................................................
ACHTERGRONDVERLICHTING ..............................................................
MONITOR................................................................................................. 21
INSTELLING............................................................................................. 22
MENUMODUS................................................................................................ 23
TOEGANG TOT MENU.............................................................................
MENUCONFIGURATIE
TEKENINVOER ........................................................................................
OPTIES ..........................................................................................................35
GEHEUGENBEDIENINGSPROGRAMMA MCP-4A.................................
ONDERHOUD................................................................................................ 36
ALGEMENE INFORMATIE .......................................................................36
SERVICE .................................................................................................. 36
SERVICEVERMELDING ..........................................................................36
REINIGEN ................................................................................................ 36
PROBLEMEN OPLOSSEN....................................................................... 37
TECHNISCHE GEGEVENS........................................................................... 41
............................................................................. 24
12
14
15 16 16 17 19 20 21
23
33
35
1 1 2 2
4 5
8
N-v
Page 9
Voor meer uitgebreide informatie over de bediening van de zendontvanger, raadpleeg het PDF-bestand dat is meegeleverd op de CD-ROM.
Bediening
Bestandsnaam (TH-D72_)
INHOUDSOPGAVE 00_CONTENS_N.pdf
BEDIENING VIA REPEATERS 01_REPEATER_N.pdf
GEHEUGENKANALEN
SCANNEN
CTCSS/ DCS/ KRUISTOON
DUAL-TOON MULTI-FREQUENTIE (DTMF)
EchoLink
®
ANDERE BEWERKINGEN
GPS
PAKKET
®
APRS
TERUGSTELLEN ZENDONTVANGER
SKY COMMAND SYSTEM II
Opmerking: Het bedieningsbestand is beschikbaar in PDF-vorm. Als u dit bestand wilt lezen, hebt u de Adobe®Reader® nodig.
02_MEMORY CHANNEL_N.pdf
03_SCAN_N.pdf
04_CTCSS_DCS_CROSS TONE_N.pdf
05_DTMF_N.pdf
06_EchoLink_N.pdf
07_OTHER OPERATIONS_N.pdf
08_GPS_N.pdf
09_PACKET_N.pdf
10_APRS_N.pdf
11_RESET_N.pdf
12_SKY COMMAND_N.pdf
N-vi
Page 10
VOORBEREIDING
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
Pak de zendontvanger voorzichtig uit en controleer of de onderstaande items zich in de verpakking bevinden. We raden u aan om de doos en het verpakkingsmateriaal voor eventuele verzending te bewaren.
Item Opmerkingen
Antenne 1 1
Li-ion-batterij PB-45L: 1800 mAh 1 1
Muuroplader 1 1
Netsnoer voor de muuroplader 2
Riemhaak 1 1
USB-kabel A - Mini B type 1 1
Garantiekaart 1 1
Engels/ Frans/ Spaans 1 1
Gebruiksaanwijzing
cd-rom
Italiaans/ Duits/ Nederlands
Voor meer uitgebreide informatie over de bediening van de zendontvanger
TH-D72A TH-D72E
Aantal
–1
11
PLAATSEN VAN DE ANTENNE
Houd de meegeleverde antenne aan de onderkant vast en schroef deze vervolgens op de aansluiting aan de bovenkant van de zendontvanger vast.
N-1
Page 11
PLAATSEN VAN DE BATTERIJ
Opmerking: De batterij wordt leeg geleverd zodat u deze eerst moet opladen voordat u hem gebruikt met de zendontvanger. Raadpleeg voor het opladen van de batterij “DE PB-45L BATTERIJ OPLADEN” {pagina 4}.
1 Open het veiligheidsklepje onderaan de batterij.
2 Plaats de ribbels van de batterij op de overeenkomende groeven bovenaan de
achterkant van de zendontvanger en klik de batterij op zijn plaats door stevig te drukken.
3 Vergrendel het veiligheidsklepje om te voorkomen dat u per ongeluk de ontgrendelknop
indrukt en de batterij verwijdert.
4 Als u de batterij wilt verwijderen, tilt u het veiligheidsklepje omhoog en drukt u
vervolgens op de ontgrendelknop om de batterij te ontgrendelen. Til de batterij uit de zendontvanger.
ALKALINE BATTERIJEN PLAATSEN
1 Als u de klep van de optionele BT-15 batterijhouder wilt openen, drukt u op de
ontgrendelknop boven op de batterijhouder en trekt u de klep omhoog.
2 Plaats (of verwijder) zes AAA (LR03) alkalinebatterijen.
Trek bij het verwijderen van de alkalinebatterijen uit de batterijhouder de batterijen aan de positieve (+) kant omhoog.
N-2
Page 12
Zorg dat de polen van de batterijen overeenkomen met de markeringen in de batterijhouder.
3 Plaats de twee lipjes onderin de batterijhouder op elkaar en sluit de klep totdat de
vergrendellipjes op de batterijhouder vastklikken.
4 Volg voor het plaatsen/verwijderen van de batterijhouder in/uit de verzendontvanger de
stappen 1 t/m 3 van “PLAATSEN VAN DE BATTERIJ”.
Zet bij gebruik van de BT-15 de “Battery Type” op “Alkaline” in menunummer 112 (pagina
24). Als de indicatie “Lithium” is, geeft de capaciteitsindicator van de batterij (pagina
22) geen juiste initiële waarde aan. Zet bij gebruik van de batterij de instelling terug op “Lithium”.
Opmerkingen:
U Als u de batterijhouder draagt terwijl de batterij in gebruik is, plaats dan de batterijhouder in de
BT-15 draagtas.
U Vervang alkalinebatterijen niet door mangaanbatterijen of oplaadbare batterijen. U Verwijder alle batterijen uit de batterijhouder als u denkt dat u deze enkele maanden niet gaat
gebruiken.
U Voor het optillen van het batterijveiligheidsklepje gebruikt u een stukje hard plastic of metaal,
zoals een schroevendraaier, niet meer dan 6 mm breed en 1 mm dik. Het is zeer belangrijk dat u het hulpstuk alleen onder het lipje van het veiligheidsklepje plaatst, zodat u de ontgrendelknop niet beschadigt.
BEVESTIGEN VAN DE RIEMKLEM
U kunt desgewenst de meegeleverde riemklem op de zendontvanger aanbrengen.
1 Draai de twee meegeleverde schroeven losjes in de gaten op de achterkant van de
zendontvanger.
2 Schuif de riemhaak op zijn plaats onder de schroeven.
3 Draai de schroeven vervolgens stevig vast.
Opmerking: Als de riemhaak niet is bevestigd aan de zendontvanger, verwijdert u de schroeven
van de zendontvanger om bekrassen van andere materialen te voorkomen.
N-3
Page 13
DE PB-45L BATTERIJ OPLADEN
U kunt de batterij opladen nadat u deze op de zendontvanger hebt aangebracht. (De batterij wordt vanwege veiligheidsoverwegingen leeg geleverd.)
1 Controleer of de zendontvanger is uitgeschakeld.
Laat tijdens het opladen van de batterij de zendontvanger uitgeschakeld.
2 Steek de oplaadstekker in de DC IN-aansluiting van de zendontvanger.
Oplader
Naar stopcontact
DC-IN-aansluiting
TH-D72A
TH-D72E
3 Steek de oplader in een wandcontactdoos.
Het opladen begint en de twee TX-RX LED’s op het bovenpaneel lichten oranje op.
4 Het duurt ongeveer 8 uur om lege PB-45L Li-ion batterijen op te laden. Verwijder na 8
uur de oplaadstekker uit de DC-IN-aansluiting van de zendontvanger.
Na het opladen gaan de LED’s uit.
5 Haal de stekker van de oplader uit de wandcontactdoos.
Opmerkingen:
U Stel de batterij nooit bloot aan direct zonlicht. U De zendontvanger wordt warm tijdens het opladen van de batterij. U Tijdens het opladen moet de omgevingstemperatuur tussen de 0 °C ~ 40 °C liggen. Het
opladen kan anders niet beginnen. Als de zendontvanger bemerkt dat de temperatuur tijdens het opladen hoger is dan 60 °C, stopt de zendontvanger met opladen.
U Gebruik voor het opnieuw opladen de batterij totdat de zendontvanger stopt met ontvangen. U De oplader gedurende 24 uur niet in de DC IN-aansluiting steken. U Ontkoppel de oplader zo snel mogelijk na het opladen. U Verwijder/steek de oplader na het opladen niet opnieuw uit/in het stopcontact. Als u de oplader
verwijdert wordt de oplaadtimer teruggesteld en wordt de batterij opnieuw opgeladen. Hierdoor kan overbelasting ontstaan.
U Als u de batterij herhaaldelijk oplaadt voordat deze volledig zijn opgebruikt, kan het
geheugeneffect optreden (de batterij laat de oplader alleen tot een bepaalde spanningsniveau opladen). Zet in dat geval de zendontvanger aan totdat het apparaat stopt met ontvangen om de batterij te ontladen. Laadt de batterij vervolgens op de normale wijze op.
U Als de batterij in de zendontvanger is geïnstalleerd en u gebruikt een optionele, snelle
batterijlader, laad dan de batterij niet op via de DC-IN-aansluiting. Opladen van de batterij via de DC-IN-aansluiting kan leiden tot overbelasting van de batterij wat de levensduur van de batterij kan verkorten.
U Als u de batterij lange tijd niet gebruikt, neemt de capaciteit van de batterij tijdelijk af. Laad in
dat geval de batterij op en gebruik deze totdat de zendontvanger stopt met ontvangen. Herhaal dit een aantal keren. De batterij moet zijn capaciteit terug krijgen.
U Als u de oplader in de DC IN-aansluiting steekt voordat u de batterij hebt aangesloten, zet u de
zendontvanger aan en dan opnieuw uit om het opladen te beginnen.
N-4
Page 14
U Overschrijden van de opgegeven oplaadtijd verkort de levensduur van de PB-45L batterij. U De meegeleverde oplader is alleen bedoeld voor opladen van de PB-45L batterij. Als u andere
soorten batterijen oplaadt, kunnen de oplader en de batterij beschadigd worden.
U Niet zenden tijdens het opladen. U Bewaar de batterij op een koele en droge plaats wanneer u deze niet gebruikt. U Controleer voor het opladen van de batterij of het veiligheidsklepje goed is gesloten. U Let op de milieuaspecten bij het wegdoen van batterijen. U Opladen van de PB-45L met de optionele KSC-32 duurt ongeveer 3 uur.
Opladerfout
Als er tijdens het opladen een probleem wordt gedetecteerd in de batterij, licht de LED op of klinkt er een pieptoon om het probleem aan te geven.
Als er een oplaadfout optreedt bij het inschakelen van het apparaat, wordt het opladen geannuleerd, klinkt er een pieptoon en “Charge Error” verschijnt op het display.
Als er een oplaadfout optreedt bij het uitschakelen van het apparaat, wordt het opladen geannuleerd en knippert de TX-RX-LED oranje.
De volgende omstandigheden veroorzaken oplaadfouten:
Een gedetecteerde kortsluiting in de batterij.
Gedetecteerde overbelasting in de batterij.
De oplaadtimer is overschreden (de batterijstatus is slecht).
Tijdens een oplaadfout werkt alleen de toets
[
].
LEVENSDUUR BATTERIJEN
Voordat u de zendontvanger buiten gaat gebruiken met de batterij is het belangrijk om te weten hoelang de batterij meegaat. De bedieningstijden in de onderstaande tabel zijn gemeten onder de volgende cyclische voorwaarden:
TX: 6 seconden, RX: 6 seconden, Stand-by: 48 seconden
We raden u aan extra batterijen bij u te dragen voor het geval de batterij leeg raakt.
Batterijtype
Uitgangsvermogen
Bedrijfstijd/-uren (ca.)
H6
PB-45L
(7,4 V)
L12
EL 15
H 1,5
BT-15
(9 V)
L6
EL 8
Opmerking: Afhankelijk van de batterij, verschillen de interne weerstandsniveaus. Als u alkaline batterijen gebruikt kan de werkelijke bedieningstijd korter zijn dan normaal.
N-5
Page 15
AANSLUITEN OP EEN AANSTEKERAANSLUITING
Als u de zendontvanger wilt aansluiten op de aanstekeraansluiting van uw voertuig, gebruikt u een optionele PG-3J-aanstekerkabel.
Wanneer de PG-3J is aangesloten op het aanstekercontact begint de zendontvanger automatisch met het opladen van de PB-45L-batterij. Terwijl u de zendontvanger gebruikt, laadt het apparaat de PB-45L-batterij op de achtergrond op.
LET OP
Als u een externe stroombron van 24 V wilt aansluiten op een gelijkstroomomzetter, gebruikt u alleen de optionele PG-3J-aansteker.
Gebruik van de PG-2W-gelijkstroomsnoer kan in deze situatie brand veroorzaken.
Gelijkstroomomzetter
24V
12V
Contact
PG-3J
24V
12V
PG-3J
Gelijkstroomomzetter
24V
Opmerkingen:
U Gebruik de PG-2W niet voor directe aansluiting op de accu (12 V) van uw voertuig. Hoge
spanning kan uw zendontvanger beschadigen.
U Als de ingangsspanning hoger is dan ca. 17,5 V schakelt de zendontvanger automatisch uit.
12V
PG-2W
N-6
Page 16
AANSLUITEN OP EEN GEREGULEERDE STROOMVOEDING
Als u de zendontvanger wilt aansluiten op een geschikte gereguleerde gelijkstroomvoeding, gebruikt u een optionele PG-2W-gelijkstroomsnoer.
1 Controleer of de stroom van zowel de zendontvanger als de gelijkstroomvoeding is
uitgeschakeld.
2 Sluit de optionele PG-2W-gelijkstroomkabel aan op de gelijkstroomvoeding; de rode
draad op de positieve (+) klem en de zwarte op de negatieve (-).
Zekeringen (3 A)
3 Sluit de busstekker aan op de gelijkstroomkabel op de DC IN-aansluiting van de
zendontvanger.
Als een gelijkstroombron is aangesloten op de DC IN-aansluiting, begint de
zendontvanger automatisch met het laden van de PB-45L-batterij.
Opmerkingen:
U Als de spanning van de gelijkstroomvoeding lager is dan 12,0 V DC, kunt u mogelijk de PB-
45L-batterij niet opladen.
U De voedingsspanning moet tussen de 12,0 V en 16,0 V zijn om schade aan de zendontvanger
te voorkomen. Als de ingangsspanning hoger is dan ca. 17,5 V schakelt de zendontvanger automatisch uit.
AANSLUITEN OP EEN PC
Met de USB-stekker kunt u direct een computer aansluiten via een USB-kabel.
Download het virtuele COM-poortstuurprogramma van onderstaande URL.
http://www.kenwood.com/i/products/info/amateur/software_download.html
PC
PCaansluiting (USB)
<Baud rate: 9600 bps>
Meegeleverde USB-kabel
Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden van het USB-apparaat, kan opgeslagen inhoud verloren gaan. Kenwood wijst alle verantwoordelijkheid voor schade en verloren inhoud af.
N-7
Page 17
EERSTE KENNISMAKING
TOETS EN REGELKNOP-BEDIENINGEN
[ ]
Druk op [
Afstemknop
Draai de Afstemknop om onder andere een bedieningsfrequentie, geheugenkanaal, menunummer, instellingswaarde te selecteren en de scanrichting te wijzigen.
VOL-regeling
Draai de VOL-regeling om het volume van de luidspreker in te stellen.
[PTT]
Druk op [PTT], houd deze ingedrukt en spreek in de microfoon om te zenden.
[LAMP]
Druk op [LAMP] om het display en de toetsen te verlichten.
Druk op [F], [LAMP] om het licht blijvend aan te houden.
[MONI]
Druk op [MONI] en houd deze toets ingedrukt om het geluid van de luidspreker in te schakelen om signalen te controleren. Laat [MONI] los om terug te keren naar de normale bediening.
Druk op [F], [MONI] om de aanpassingsmodus voor het squelch-niveau te openen.
] om de zendontvanger aan of uit te zetten.
N-8
Page 18
[ ], [ ]
Druk op [ menunummer, instellingswaarde te selecteren en de scanrichting te wijzigen.
De toetsen [ deze toetsen kunt u de frequenties, geheugenkanalen of andere selecties wijzigen, afhankelijk van de gebruikte zendontvangermodus.
OK]
[
Druk op [ in verschillende selectiemodi, zoals Functie selecteren of Menumodus.
[ESC ]
Druk op [ESC ] om terug te gaan naar de vorige stap of om de instelling te verlaten in verschillende selectiemodi, zoals Functie selecteren of Menumodus.
[A/B]
Druk op [A/B] om de functieband A of B te selecteren.
Druk op [F], [A/B] om een frequentieband te selecteren.
[MENU]
Druk op [MENU] om de Menumodus te openen.
Druk op [F], [MENU] om het zendvermogen te schakelen tussen: Hoog –> Laag –> Laag eco.
[F]
Druk op [F] om de Functiemodus te openen.
Druk op [F] (1s) om de toetsvergrendeling van de zendontvanger aan of uit te zetten.
[VFO]
Druk op [VFO] om de VFO-modus te activeren. Druk vervolgens op [ de Afstemknop om een bedieningsfrequentie te selecteren.
Druk op [F], [VFO] om het huidige geheugenkanaal of oproepkanaal te kopiëren naar de VFO (geheugenverplaatsing).
[MR]
Druk op [MR] om de modus Geheugenkanaal te activeren. Druk vervolgens op
]/[ ] of draai de Afstemknop om een geheugenkanaal te selecteren.
[
Selecteer een geheugenkanaal en druk vervolgens op [F], [MR] om de huidige bedieningsfrequentie op te slaan in het geheugenkanaal.
[CALL]
Druk op [CALL] om het oproepkanaal te selecteren.
Druk op [F], [CALL] om de huidige bedieningsfrequentie van het oproepkanaal op te slaan.
] of [ ] om onder andere een bedieningsfrequentie, geheugenkanaal,
]/[ ] werken op precies dezelfde manier als de Afstemknop. Met
OK] om door te gaan naar de volgende stap of om de instelling te voltooien
]/[ ] of draai
N-9
Page 19
12 Toetsenblok
[MARK] (1)
Druk op [MARK] om de Mark Way-puntlijst weer te geven.
Druk op [MARK] (1s) om de Mark Way-puntregistratiemodus te openen.
Druk op [F], [MARK] om de interne GPS-functie aan of uit te zetten.
[TNC] (2)
Druk op [TNC] om de ingebouwde TNC en de APRS (of NAVITRA)-functie aan te zetten.
Bij iedere druk op [TNC] schakelt de modus tussen APRS (of NAVITRA)-modus ON
PAKKET-modus ON TNC OFF.
Wanneer de ingebouwde TNC wordt ingeschakeld, verschijnt er “OPENING TNC” op het
display.
Zolang er “OPENING TNC” op het display zichtbaar is, kan de functie niet worden
omgeschakeld.
Druk op [F], [TNC] om de interne Volgfunctie aan of uit te zetten.
[POS] (3)
Druk op [POS] om uw “My position” weer te geven (met behulp van de interne GPS) of om de Positieregistratiemodus te openen (niet met de interne GPS) <APRS>.
Druk op [F], [POS] om de modus Mijn weer <APRS> te openen.
[MSG] (4)
Druk op [MSG] om de Berichtenlijst weer te geven.
Druk op [F], [MSG] om de modus Nieuwe berichtinvoer <APRS> te openen.
N-10
Page 20
[LIST] (5)
Druk op [LIST] om de Stationslijst weer te geven.
Druk op [F], [LIST] om de DX-clusterlijst <APRS> weer te geven.
[BCON] (6)
Druk op [BCON] om de Beacon-verzendmodus te openen (met de TX-Beaconmethode op Manual) of zet de Beacon-functie aan of uit (als de TX-Beaconmethode niet Manual is) <APRS>.
Druk op [F], [BCON] om de modus Quick Beacon <APRS> te openen.
[REV] (7)
Druk op [REV] om de Omkeerfunctie aan of uit te zetten.
Druk op [REV] (1s) om de Automatische simplex-controle aan te zetten.
Druk op [F], [REV] om de modus Stemwaarschuwing <APRS> te openen.
[TONE] (8)
Druk op [TONE] om de Toonfunctie aan te zetten.
Met iedere druk op [TONE] doorloopt de functie het volgende: Toon ON CTCSS ON
DCS ON Kruistoon ON OFF.
Als APRS is ingeschakeld en Stemwaarschuwing is geconfigureerd, wordt ook
Stemwaarschuwing ON toegevoegd aan bovenstaande cyclus.
Druk op [F], [TONE] om de instellingenmodus Toonfrequentie, CTCSS-frequentie, DCS-code of Kruistoon te openen.
Druk op [F], [TONE] (1s) om de Toonfrequentie-ID, CTCSS-frequentie-ID of DCS-code­ID te scannen.
[PF] (9)
Druk op [PF] om de programmeerbare functie te activeren. De standaardfunctie is “Weather Channel” (TH-D72A)/ “Memory Name < > Frequency” (TH-D72E).
[MHz] (
)
Druk op [MHz] om de MHz-modus te openen.
Druk op [MHz] (1s) om de MHz-scan te beginnen.
Druk op [F], [MHz] om de instellingenmodus Offset-richting te openen.
Bij iedere druk op [F], [MHz], doorloopt de offset-richting het volgende: plus (+) richting
min (–) richting –7,6 MHz (alleen TH-D72E) OFF.
[DUAL] (0)
Druk op [DUAL] om te schakelen tussen de Enkele-bandmodus en Dual-bandmodus.
Druk op [F], [DUAL] om de Volledige duplex-functie aan of uit te zetten.
[ENT] (#)
Druk op [ENT] om de Frequentie- of Kanaalnummerinvoermodus te openen.
Druk op [F], [ENT] om de Frequentiestapmodus te openen.
N-11
Page 21
DISPLAY
<Band A>
<Band B>
Indicator Beschrijving
Verschijnt bij laag eco-energiegebruik.
Verschijnt bij laag energiegebruik.
Verschijnt bij hoog energiegebruik.
Verschijnt wanneer het beacon-type op “APRS” staat.
Verschijnt wanneer het beacon-type op “NAVITRA” staat.
Verschijnt tijdens gebruik van de Pakketmodus.
Verschijnt wanneer de pakketoverdrachtsnelheid op 1200 bps staat.
Verschijnt wanneer de pakketoverdrachtsnelheid op 9600 bps staat.
Verschijnt wanneer u een bericht hebt ontvangen.
N-12
Verschijnt in stand-by (Pakketmodus)
Verschijnt wanneer verbonden (Pakketmodus)
Verschijnt wanneer de Beacon-functie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de externe GPS is geactiveerd. Knippert tijdens positionering.
Verschijnt wanneer de interne GPS is geactiveerd. Knippert tijdens positionering.
Verschijnt wanneer de energiebesparingsstand van de interne GPS is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de Volgfunctie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de Weerinstrument is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de interne GPS en het weerinstrument zijn geactiveerd.
Werkt als een S-meter bij het ontvangen van een signaal en toont het geselecteerde energieniveau tijdens het uitzenden.
Page 22
Indicator Beschrijving
Verschijnt wanneer de Toonfunctie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de CTCSS-functie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de DCS-functie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de Kruistooninstelling “TONE/CTCSS” is.
Verschijnt wanneer de Kruistooninstelling “DCS/CTCSS” is.
Verschijnt wanneer de Kruistooninstelling “TONE/DCS” is.
Verschijnt wanneer de Kruistooninstelling “DCS/Off” is.
Verschijnt wanneer Stemwaarschuwing op “On” staat.
Verschijnt wanneer Stemwaarschuwing op“RX Only” staat.
Verschijnt wanneer de Verschuiffunctie op plus staat.
Verschijnt wanneer de Verschuiffunctie op min staat.
Verschijnt wanneer de Verschuiffunctie op –7,6 MHz staat.
Verschijnt wanneer de Omkeerfunctie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de ASC-functie is geactiveerd. Knippert wanneer de ASC-functie een OK-controle uitvoert.
Verschijnt in de Volledige-duplexmodus.
Verschijnt in de AM-modus.
Verschijnt in de “Narrow FM”-modus.
Verschijnt wanneer de VOX-functie is geactiveerd.
Verschijnt wanneer de Toetsvergrendelingsfunctie is geactiveerd.
Toont de bedieningsfrequentie.
Verschijnt bij gebruik van de interne databand. Verschijnt wanneer het geselecteerde kanaal niet in de
Geheugeninvoermodus is geregistreerd. Verschijnt wanneer het geselecteerde kanaal wordt
geregistreerd in de Geheugeninvoermodus. Toont het nummer van het geheugenkanaal. Verschijnt wanneer de blokkeringsfunctie van het
geheugenkanaal is geactiveerd. Verschijnt wanneer Weermeldingen is geactiveerd.
Knippert wanneer u een signaal ontvangt. (alleen TH-D72A)
N-13
Page 23
BASISBEDIENING
AAN/ UITSCHAKELEN
Druk op [ ] (1s) om de zendontvanger aan te zetten.
De inschakelmelding verschijnt kort op het display.
Als u de wachtwoordbescherming hebt geactiveerd voor het inschakelen van de zendontvanger {Menu 100}, moet u eerst uw wachtwoord invoeren voordat u de zendontvanger kunt bedienen.
Druk nogmaals op [ ] (1s) om de zendontvanger uit te zetten.
Opmerking: Als u APRS gebruikt, open menunummer 110 en zet de batterijbespaarder op “Off” of “0.03” om een verkeerde pakketdecodering te voorkomen.
VOLUME INSTELLEN
Draai de VOL-knop om het volume te vergroten en linksom om het te verlagen.
Opmerkingen:
U Sommige functies van deze zendontvanger, zoals de pieptoon, hebben hun eigen volume-
instellingen. Stel deze volumes in naar wens.
U Open menunummer 121 om de volumebalans in te stellen tussen Band A en B.
N-14
Page 24
DE SQUELCH AFSTELLEN
Squelch wordt gebruikt om de luidspreker te onderdrukken als er geen signalen zijn. Als u het squelch-niveau juist instelt, hoort u alleen geluid wanneer u een signaal ontvangt. Hoe hoger u het squelch-niveau instelt, des te sterker de signalen moeten zijn om te kunnen worden gehoord. U kunt het squelch-niveau afzonderlijk instellen voor Band A en B.
1 Druk op [F], [MONI].
Het squelch-niveau verschijnt op het display.
2 Druk op [ ]/[ ] of draai de Afstemknop van de door u geselecteerde band wanneer
er geen signalen zijn en selecteer het squelch-niveau waarop achtergrondruis net wordt onderdrukt.
EEN FUNCTIEBAND SELECTEREN
Druk op [A/B] om de functieband A of B te selecteren.
N-15
Page 25
DUAL-BANDMODUS/ ENKELE-BANDMODUS SELECTEREN
U kunt de zendontvanger schakelen tussen werken met dual-band en enkele band.
1 Selecteer uw band (A of B).
2 Druk op [DUAL].
Met elke druk op [DUAL] schakelt de zendontvanger tussen de Enkele-bandmodus en
Dual-bandmodus.
Dual-bandmodus:
Enkele-bandmodus (alleen band A): Enkele-bandmodus (alleen band B):
EEN FREQUENTIEBAND SELECTEREN
U kunt de frequentiebanden wijzigen voor band A en band B.
1 Selecteer uw band (A of B).
2 Druk op [F], [A/B].
Met iedere druk op [F], [A/B], gaat u door naar de volgende frequentieband.
• Band A: 144
• Band B: 118
Opmerking: de TH-D72E gebruikt de 430 MHz band en de TH-D72A de 440 MHz band.
Wanneer u een band maskeert, kunt u alleen de selecteerbare band gebruiken.
Wanneer u 2 signalen ontvangt op dezelfde band, de beeldinterferentie, gevoeligheid
etc., vermindert de prestatie.
430/440 (MHz). 144 300 430/440 (MHz).
N-16
Page 26
Frequentiebereiken:
118 MHz: Band B 118 ~ 135,995 MHz
144 MHz: 136 ~ 173,995 MHz
300 MHz: Band B 320 ~ 399,995 MHz
430/440 MHz: Band A 410 ~ 470 MHz, Band B 400 ~ 523,995 MHz
EEN BEDIENINGSMODUS SELECTEREN
U kunt kiezen uit 3 bedieningsmodi: VFO, Geheugenkanaal en Oproepkanaal.
VFO-modus
Met de VFO-modus kunt u handmatig de bedieningsfrequentie wijzigen.
1 Druk op [VFO] om de VFO-modus te openen.
2 Draai aan de Afstemknop om uw bedieningsfrequentie te selecteren.
U kunt ook een frequentie kiezen door middel van de toetsen [ ]/[ ].
De standaardstapfrequentie voor de
functieband:
Afstemknop varieert met het model en de
Model 144 MHz 430/440 MHz
TH-D72A 5 KHz 25 KHz
TH-D72E 12,5 kHz 25 KHz
Als u de frequentie hoger wilt afstemmen, drukt u op [MHz] om de MHz-modus te
openen en draait u vervolgens de Afstemknop om de frequentie in stappen van 1 MHz af te stemmen. Druk nogmaals op [MHz] om de MHz-modus te verlaten en stem de frequentie af met de normale stapfrequentie.
N-17
Page 27
Geheugenkanaalmodus
In de Geheugenkanaalmodus kunt u snel een vaak gebruikte frequentie en gerelateerde gegevens selecteren die u hebt opgeslagen in het geheugenkanaal.
1 Druk op [MR] om de Geheugenkanaalmodus te openen.
Het nummer van het geheugenkanaal verschijnt op het display.
2 Draai aan de Afstemknop om uw geheugenkanaal te selecteren.
U kunt ook een geheugenkanaal selecteren door middel van de toetsen [ ]/[ ].
Oproepkanaalmodus
In de Oproepkanaalmodus kunt u snel een voorkeurkanaal selecteren voor het maken van directe oproepen op die frequentie. Het oproepkanaal kan nuttig zijn als noodkanaal binnen uw groep.
1 Druk op [CALL] om de Oproepkanaalmodus te openen.
“C” verschijnt op het display.
Als de frequentie van de actieve band lager is dan 300 MHz, wordt het VHF CALL-
(oproep)kanaal gebruikt voor opnieuw oproepen. Als de frequentie hoger is dan 300 MHz, wordt het UHF CALL-kanaal gebruikt voor opnieuw oproepen.
2 Druk nogmaals op [CALL] om de zendontvanger te laten terugkeren naar de vorige
status (VFO-modus of Geheugenkanaalmodus) voordat u de Oproepmodus opent.
N-18
Page 28
DIRECTE FREQUENTIE-INVOER
Als uw bedieningsfrequentie zich op grote afstand bevindt van de huidige frequentie, is de snelste manier om de frequentie te wijzigen via het toetsenblok.
1 Druk op [A/B] om band A of B te selecteren en druk vervolgens op [VFO] of [CALL].
2 Druk op [ENT].
Het display voor directe frequentie-invoer verschijnt.
3 Druk op de nummertoetsen ([0] ~ [9]) om uw frequentie in te voeren.
4 Stel de ingevoerde frequentie in door op [ENT] of [VFO] te drukken.
Als u op [ENT] drukt voordat u alle cijfers hebt ingevoerd, worden de resterende cijfers
op 0 ingesteld.
Als u op
hun vorige waarden staan.
Invoeren van alle cijfers voor een frequentie zorgt ervoor dat de frequentie automatisch
wordt ingesteld zonder op [ENT] of [VFO] te drukken.
In stap 3, na invoer van de cijfers 1 ~ 3, worden als u op
MHz-waarde ingesteld. Wanneer bijvoorbeeld de weergegeven huidige frequentie 432,250 is:
1 Druk op [ENT]  – – – – – – 2 Druk op [4] 4 – – – – – 3 Druk op [MHz] 4 3 4. – – –
[VFO] drukt voordat u alle cijfers hebt ingevoerd, blijven de resterende cijfers op
[MHz] drukt de cijfers boven de
N-19
Page 29
ZENDEN
1 Selecteer de gewenste band en frequentie/kanaal.
2 Druk de microfoonschakelaar [PTT] in en houd deze ingedrukt. Spreek vervolgens in
de microfoon om uit te zenden.
De TX-RX LED licht rood op voor de geselecteerde uitzendband en de RF-stroommeter
verschijnt op het display. De RF-stroommeter toont het geselecteerde relatieve zendvermogen.
“H”, “L” of “EL” verschijnt op het display afhankelijk van het geselecteerde zendvermogen.
Spreek in de microfoon met uw normale stemgeluid waarbij u de microfoon ongeveer 5
cm van uw mond houdt. Houdt u uw mond te dicht bij de microfoon of spreekt u te luid, dan kan dit leiden tot stemvervorming en kan dit de verstaanbaarheid verminderen van uw signaal op het ontvangende station.
Het zendsignaal van uw station kan worden ontvangen wanneer de ontvangstfrequentie
driemaal zo hoog is als de zendfrequentie. Bijvoorbeeld: de zendfrequentie is 146,000 MHz en de ontvangstfrequentie is 438,000 MHz.
3 Wanneer u klaar bent met spreken, laat u de schakelaar [PTT] los.
Opmerking: als de zendontvanger oververhit raakt door hoge omgevingstemperaturen of door
voortdurend gebruik, kan het beschermingscircuit in bedrijf treden om het zendvermogen te verlagen.
Een uitgangsvermogen selecteren
Als u een laag zendvermogen selecteert, vermindert u het batterijverbruik, als de communicatie nog steeds betrouwbaar is. U kunt afzonderlijk zendvermogeninstellingen programmeren voor de banden A en B.
Druk op [F], [MENU] om een hoog- (standaard), laag- of laag eco-vermogen (laagst) te selecteren.
“H”, “L” of “EL” verschijnt om de huidige selectie te tonen.
Wanneer de RF-stroommeter H is, worden alle 9 punten weergegeven. Wanneer deze L is, worden 5 punten weergegeven en wanneer EL, 2 punten.
N-20
Page 30
ACHTERGRONDVERLICHTING
Druk op [LAMP] om het display en de toetsen te verlichten.
Als u geen toets indrukt, schakelt het licht binnen ongeveer 5 seconden nadat u [LAMP] hebt losgelaten uit.
Druk op iedere andere willekeurige toets (inclusief de toetsen verlicht zijn om de 5-seconden-timer opnieuw te starten.
Druk op schakelen.
[LAMP] terwijl het display en de toetsen verlicht zijn om het licht direct uit te
[PTT]) dan [LAMP] terwijl het display en
Druk op [F], [LAMP] om het licht blijvend aan te houden.
Het licht blijft aan totdat u nogmaals op [F], [LAMP] drukt.
Opmerkingen:
U U kunt de duur voor het displaylicht instellen in menunummer 101. U Druk op iedere andere willekeurige toets dan [LAMP] om de instelling van de verlichting te
wijzigen (menunummer 102).
MONITOR
Als u ontvangt terwijl de squelch-functie is ingeschakeld, kunnen zwakke signalen onderbroken worden.
Als de CTCSS- of DCS-functie is ingeschakeld, kunt u de squelch-functie tijdelijk uitschakelen om de activiteiten van het huidige kanaal te volgen.
1 Druk op [MONI] en houd deze toets ingedrukt.
Het volume van de luidspreker wordt weer ingeschakeld en u kunt de signalen volgen.
2 Laat [MONI] los om terug te keren naar de normale bediening.
N-21
Page 31
INSTELLING
Modus Functie selecteren
Druk op [F] om de modus Functie selecteren te openen. In deze modus kunt u bladeren van F–0 tot F–# door te drukken op [ het openen van de gewenste functie op [ aan de Afstemknop om de gewenste parameter te selecteren.
Drukken op [F], [0] ~ [9] of [ ], [#] is een veel eenvoudigere methode. Als u bijvoorbeeld drukt op [F], [ uitleg over het toetsenblok op de pagina’s 10 ~ 11.)
Opmerking: U kunt in de modus Functie selecteren de batterijlading controleren.
], schakelt de Verschuiffunctie tussen in- of uitschakelen. (Raadpleeg de
]/[ ] of te draaien aan de Afstemknop. Druk na
OK] en druk vervolgens op [ ]/[ ] of draai
Vol Medium Laag
Heel laag
(opnieuw opladen)
Menumodus
Druk op [MENU] om de Menumodus te openen. In deze modus kunt u het gewenste menu­item openen door te drukken op [ door cijfers direct in te voeren met het toetsenblok (0 ~9, A, B, C, D, E ( Raadpleeg voor verdere informatie “MENUMODUS” {pagina 23}.
N-22
]/[ ] of te draaien aan de Afstemknop en [ OK] of
) en F alleen (#)).
Page 32
MENUMODUS
Veel van de functies op deze zendontvanger worden geselecteerd of geconfigureerd via het menu in plaats van met de bedieningselementen. Wanneer u meer vertrouwd bent met het menusysteem, zult u baat hebben bij de veelzijdigheid van het menu.
TOEGANG TOT MENU
1 Druk op [MENU] om het menu te openen.
De naam van de instellingencategorie verschijnt op het display.
2 Druk op [ ]/[ ] of draai de Afstemknop om de gewenste categorie te selecteren.
3 Druk op [
Het nummer en de naam van het menu verschijnen op het display.
4 Druk op [ ]/[ ] of draai de Afstemknop om het gewenste menu te selecteren.
5 Druk op [
OK] om de categorie in te stellen.
OK] om het menu in te stellen.
6 Druk op [ ]/[ ] of draai de Afstemknop om de gewenste waarde voor het menu te
selecteren.
7 Druk op [ OK] om de geselecteerde waarde in te stellen.
8 Herhaal de stappen 2 t/m 7 om extra menu’s in te stellen.
9 Druk op [MENU] om de Menumodus te verlaten.
N-23
Page 33
MENUCONFIGURATIE
RADIO - Display
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
100
Power-on Msg
101
102
103
Lamp timer
Lamp Control
Contrast
RADIO - Battery
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
110
111
112
Batt. Saver
APO
Battery Type
RADIO - Audio
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
120
121
Balance
Key Beep
RADIO - TX/RX
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
130
131
132
133
134
135
136
137
138
139
13A
13B
Prog. VFO
Modulation
VOX Delay
VOX on Busy
1
1
Auto WX Scan
VHF AIP
UHF AIP
VOX
VOX Gain
Beat Shift
TX Inhibit
WX Alert
Inschakelmelding bewerken Max 8 tekens
Duur display-verlichting 2 ~ 5 ~ 10 sec
Regeling display-verlichting Manual/ Auto
Displaycontrast Level 1 ~ 8 ~ 16
Batterijbesparingstijd
Automatische uitschakeltijd Off/ 15/ 30/ 60 min
Selectie batterijtype Lithium/ Alkaline
Volumebalans band A/B 5 stap
Pieptoon toetsen
Programmeerbare VFO-instelling
Modulatie/demodulatiemodus
VHF-band AIP Off/ On
UHF-band AIP Off/ On
VOX aan/uit Off/ On
VOX-versterkingsniveau Gain 0 ~ 4 ~ 9
VOX-vertragingstijd
VOX op bezet Off/ On
Slagwijziging Type 1 ~ 8
TX blokkeren Off/ On
Weermeldingen Off/ On
Automatische tijd weerkanaal scannen
Off/ 0.03/ 0.2/ 0.4/ 0.6/ 0.8/
1.0/ 2.0/ 3.0/ 4.0/ 5.0 sec
RADIO & GPS/ RADIO Only/
GPS Only/ Off
Varieert met de geselecteerde frequentieband
AM/ FM/ NFM
250/ 500/ 750/ 1000/ 1500/ 2000/ 3000 ms
Off/ 15/ 30/ 60 min
N-24
Page 34
RADIO - Memory
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
140
141
142
143
144
145
146
Name
Name <> Freq
Lockout
Recall Method
Group Name
Group Link
EchoLink Mem
Naaminvoer geheugenkanaal Max 8 tekens
Selectie naamweergave Name/ Freq
Blokkering geheugenkanaal Off/ On
Oproepmethode geheugenkanaal All Bands/ Current Band
Naaminvoer geheugengroep Max 8 tekens
Registratie geheugengroepkoppeling
Instelling EchoLink-geheugen
Max 10 cijfers (0 ~ 9)
Max 8 tekens voor EchoLink­geheugennaam Max 8 cijfers voor de DTMF-Code
RADIO - Scan
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
150
151
152
Scan Resume
Time Restart
Car. Restart
Hervattingsmethode scannen Time/ Carrier/ Seek
Time-operate tijd opnieuw starten 1 ~ 5 ~ 10 (sec)
Carrier-operate tijd opnieuw starten 1 ~ 2 ~ 10 (sec)
RADIO - Repeater
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
160
161
162
163
Offset Freq
Auto Offset
CALL Key
1750Hz Hold
Offset-frequentie 0.00 ~ 0.60 ~ 29.95 (MHz)
Automatisch offset repeater Off/ On
Functie CALL (Oproep)-toets Call/ 1750Hz
1750Hz Hold Off/ On
RADIO - DTMF
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
Max 8 tekens voor
170
171
172
173
Memory
Speed
Pause
Hold
DTMF-geheugen
Uitzendsnelheid DTMF-geheugen 50/ 100/ 150 ms
DTMF-pauzecodetijd
Wachtfunctie Off/ On
DTMFgeheugennaam Max 16 tekens voor de DTMF-code
100/ 250/ 500/ 750/ 1000/ 1500/ 2000 ms
RADIO - Lock
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
180
181
182
Keys & Freq.
DTMF Keys
Mic PF Keys
Type toetsvergrendeling
DTMF-toetsvergrendeling Off/ On
Mic PF-toets Off/ On
Key Lock/ F.Lock/ Key &
F.Lock
N-25
Page 35
RADIO - Auxiliary
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
190
191
192
193
194
195
196
197
198
199
19A
PF Key
PF1 (Mic)
PF2 (Mic)
PF3 (Mic)
Date
Time
Time Zone
Packet Band
Cursor Shift
Reset
Power-on PWD
Programmeerbare functiewaarde PF-toets
Programmeerbare functiewaarde PF1-toets microfoon
Programmeerbare functiewaarde PF2-toets microfoon
Programmeerbare functiewaarde PF3-toets microfoon
Date
Kloktijd
Tijdzone + 14:00 ~ UTC ~ í 14:00
Interne TNC-databandtype (PAKKET)
Cursorverplaatsing Off/ 1/ 1.5/ 2 sec
Reset
Wachtwoord voor inschakelen Off/ On
Zie uitleg
Zie uitleg
A-BAND/ B-BAND/ A:TX B:RX/ A:RX B:TX
VFO Reset/ Partial Reset/ Full Reset
GPS - Int. GPS
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
200
201
202
Operating Mode
Batt. Saver
PC Output
Bedieningsmodus interne GPS Normal/ GPS Only
Batterijbesparingstijd Off/ 1/ 2/ 4/ 8/ Auto
GPS-datauitvoer naar PC Off/ On
GPS - Setup
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
210
211
212
Datum
Sentence
SBAS
Datum WGS-84/ TOKYO
Zin
Vergrotingssysteem op satellietbasis
$GPGGA/ $GPGLL/ $GPRMC/ $GPVTG/ $GPZDA/ $GPGSA/ $GPGSV
Off/ On
GPS - Track Log
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
220
221
Clear All Data
Wrap When Full
Alle data wissen Yes/ No
Overlopen bij vol geheugen Off/ On
N-26
Page 36
GPS - Log Setup
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
230
231
232
Record Method
Interval
Distance
Opnamemethode Time/ Distance/ Beacon
Intervaltijd 2 ~ 10 ~ 1800 sec
Afstand 0.01 ~ 9.99 (mi/ km/ nm)
GPS - Target Pt.
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
240
241
242
243
1
Name
N (S)
E (W)
Nummer selecteren 1 ~ 5
Naaminvoer Max 9 tekens
Invoer geografische breedte
Invoer geografische lengte
í
í
APRS - Basic Set
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
300
301
302
My Callsign
Beacon Type
APRS Lock
Oproepteken invoer Max 9 tekens
Beacon-type APRS/ NAVITRA
APRS-vergrendeling
Off/ On/ On & PTT/ On & TNC/ On & PTT & TNC
APRS - Int. TNC
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
310
311
Data Band
Data Speed
Interne databandtype
Snelheid datacommunicatie 1200/ 9600 bps
A-Band/ B-Band/ A:TX B:RX/ A:RX B:TX
APRS - Int. TNC2
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
320
321
DCD Sense
TX Delay
DCD-zoektype
TX-vertragingstijd
D or RxD Band/ Both Bands/ Ignore DCD
100/ 150/ 200/ 300/ 400/ 500/ 750/ 1000 ms
APRS - COM Port
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
330
331
332
Baud Rate
Input
Output
Baudsnelheid COM-poort 2400/ 4800/ 9600 bps
Invoertype COM-poort
COM-poortuitvoer Off/ Waypoint
Off/ GPS/ Weather (PeetBros) / Weather (Davis)
N-27
Page 37
APRS - Waypoint
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
340
341
342
Format
Length
Output
Wegpuntindeling
Lengte wegpuntnaam 6-Char ~ 9-Char
Wegpuntuitvoertype All/ Local/ Filtered
NMEA/ MAGELLAN/ KENWOOD
APRS - PC Port
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
350
Output
COM-poortuitvoer Off/ On
APRS - MyPosition
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
360
361
362
363
1
Name
N (S)
E (W)
Nummer selecteren 1 ~ 5
Naaminvoer Max 8 tekens
Invoer geografische breedte
Invoer geografische lengte
í
í
APRS - BeaconInfo
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
370
371
372
Speed
Altitude
Pos. Ambiguity
Snelheidinformatie Off/ On
Hoogte-informatie Off/ On
Positieambiguïteitmodus Off/ 1-Digit ~ 4-Digit
APRS - Comment
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
Off Duty/ Enroute/ In Service/
380
Position Comment
Positieopmerking
Returning/ Committed/ Special/ PRIORITY/ CUSTOM 0 ~ CUSTOM 6/ EMERGENCY!
APRS - StatusText
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
Nummer selecteren 1 ~ 5
Statustekst TX-frequentie Off/ 1/1 ~ 1/8
Tekst Max 48 tekens
390
1
TX Rate
Text
N-28
Page 38
APRS - QSY(FREQ)
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3A0
3A1
3A2
QSY in Status
Tone/Narrow
Shift/Offset
QSY in status Off/ On
Toon/ small Off/ On
Verschuiving/Offset Off/ On
APRS - Pkt.Filter
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3B0
3B1
Position Limit
Filter Type
Positiegrens Off/ 10 ~ 2500 (mile/ km)
Filtertype Zie uitleg
APRS - Icon
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3C0
3C2
KENWOOD
Symbol
Table
Pictogram
Symbool
Tabel
Zie uitleg3C1
APRS - TX Beacon
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3D0
3D1
Method
Initial Interval
Methode
Initiële intervaltijd
Manual/ PTT/ Auto/ SmartBeaconing
0.2/ 0.5/ 1/ 2/ 3/ 5/ 10/ 20/ 30 min
APRS - Algorithm
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3E0
3E1
Decay Algorithm
Prop.Pathing
Verval-algoritme Off/ On
Proportionele route Off/ On
APRS - SmartBcon1
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3F0
3F1
3F2
Low/High Speed
Slow Rate
Fast Rate
Instelling lage snelheid/ hoge snelheid
Zendintervaltijd lage snelheid 1 ~ 30 ~ 100 min
Zendintervaltijd hoge snelheid 10 ~ 120 ~ 180 sec
Lage snelheid: 2 ~ 05 ~ 30 Hoge snelheid: 2 ~ 70 ~90
N-29
Page 39
APRS - SmartBcon2
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3G0
3G1
3G2
Turn Angle
Turn Slope
Turn Time
Verandering in rijrichting, minimale instelwaarde
Verandering in rijrichting, aanvullende instelwaarde
Minimale vertraging tussen verzending van iedere beacon
5 ~ 28 ~ 90 deg
1 ~ 26 ~ 255 (10deg/speed)
5 ~ 30 ~ 180 sec
APRS - PacketPath
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3H0
3H1
3H2
Type
Wide1-1 /
Relay / ABBR /
Others
Total Hops
Pakketpadtype
Breed1-1 / Relay / ABBR / Overige
Totale hops 0 ~ 2 ~7
New-N/ Relay/ Region/ Others
Off/ On (Breed1-1,Relay) , Maximaal 5 tekens(ABBR), Maximaal 79 tekens(Overige)
APRS - Network
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3I0
3I1
APRS [APK003]
Altnet [ ]
APRS (APK003) controleren
Altnet Max 6 tekens
APRS - WX Station
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3J0
3J1
TX
TX Interval
Weer TX Off/ On
Intervaltijd weer TX 5/ 10/ 30/ 60 min
APRS - Digipeat
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3K0
Digipeat(MyCall)
Digipeat-functie Off/ On
APRS - UIcheck
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3L0
Time
UI-controletijd 0 ~ 28 ~ 250 sec
APRS - UIdigipeat
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3M0
3M1
UIdigi
Aliases
UIdigi Off/ On
Aliassen Maximaal 9 tekens x 4
N-30
Page 40
APRS - UIflood
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3N0
3N1
3N2
UIflood
Alias
Substitution
UIflood Off/ On
Alias Maximaal 5 tekens
Vervanging ID/ NOID/ FIRST
APRS - UItrace
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3O0
3O1
UItrace
Alias
Uitrace Off/ On
Alias TEMP/ Maximaal 5 tekens
APRS - Phrases
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3P0
User Phrase
Gebruikerszinnen
Maximaal 32 tekens x 8 zinnen
APRS - Auto-Reply
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3Q0
3Q1
Reply
Reply To
Automatisch antwoordbericht Off/ On
Antwoorden aan
/ Maximaal 9 tekens
APRS - Reply MSG
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3R0
Text
Tekst automatisch antwoordbericht Maximaal 50 tekens
APRS - Group Fltr
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3S0
3S1
Message
Bulletin (BLN)
Berichtgroep
Bulletin (BLN)-groep
ALL,QST,CQ,KWD/ Maximaal 9 tekens x 6 codes
Maximaal 4 tekens x 6 groepen
APRS - Sound
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3T0
3T1
3T2
RX Beep
TX Beep
(Beacon)
Special Call
RX-pieptoon
TX-pieptoon (Beacon) Off/ On
Speciale oproep Max 9 tekens
All/ All New/ Mine/ Message Only/ Off
N-31
Page 41
APRS - Display
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3U0
3U1
3U2
Display Area
Interrupt Time
Cursor Control
Weergavegebied
Onderbrekingstijd 3/ 5/ 10 sec/ Infinite
Cursorregeling Followed/ Fixed
Entire Disp/ Entire Always/ One Line
APRS - Units 1
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3V0
3V1
3V2
Speed, Distance
Altitude, Rain
Temperature
Snelheid/afstand
Hoogte/regen feet, inch/ m, mm
Temperatuur °F/ °C
mi/h, mile/ km/h, km/ knots, nm
APRS - Units 2
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3W0
3W1
Position
Grid format
Positie-indeling dd° mm. mm’/ dd° mm’ ss. s”
Rasterindeling
Maidenhead Grid/ SAR Grid (CONV)/ SAR Grid (CELL)
APRS - NAVITRA GP
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3X0
3X1
Group Mode
Group Code
Groepsmodus Off/ On
Groepscode 000/ 3 tekens
APRS - NAVITRA MS
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
3Y0
Message
Berichttekst
Maximaal 20 tekens x 5 berichten
SKY - SkyCommand
Nr. Display Beschrijving Waardeinstellingen
500
501
502
503
1
Alleen beschikbaar voor de TH-D72A.
Opmerking: standaardinstellingen kunnen worden gewijzigd.
CMD Callsign
TRP Callsign
Tone Freq.
Sky Command
Oproepteken commander Max 9 tekens
Oproepteken transporter Max 9 tekens
Toonfrequentie Frequency
SKY-opdracht Off/ Commander/ Transporter
N-32
Page 42
TEKENINVOER
Voor bepaalde menu’s moet u tekens invoeren, zoals de inschakelmelding en geheugennamen. Als u tekens moet invoeren, verschijnt er een cursor op het display.
1 Druk op [
De cursor knippert.
2 Druk op [ ]/[ ] of draai de Afstemknop om het gewenste teken te selecteren.
3 Druk op [
De cursor verspringt naar het volgende cijfer.
U kunt de cursor naar links of naar rechts laten verspringen door op [ESC ] of [ OK]
te drukken.
U kunt het geselecteerde teken verwijderen door te drukken op
Druk op
Afstemknop om het gewenste lettertype te selecteren.
4 Herhaal de stappen 2 en 3 om de resterende tekens in te voeren.
Druk op [MENU] om de ingevoerde tekens te registreren.
OK].
OK] om het geselecteerde teken in te stellen.
[A/B (CLR)].
[LAMP] en houd de toets ingedrukt. Druk vervolgens op [
]/[ ] of draai de
Automatische cursorverplaatsing
Met automatische cursorverplaatsing gaat de cursor nadat u een teken hebt ingevoerd naar het volgende teken. Met deze functie kunt u een vertragingstijd instellen na invoering van een teken voor de automatische cursorverplaatsing. Als deze functie is uitgeschakeld, moet u de cursor handmatig verplaatsen door te drukken op [
1 Voer de Menumodus in en open menunummer 198.
2 Zet de gewenste verplaatsingstijd op Off (handmatige verplaatsing), 1, 1,5 of 2 sec.
OK].
N-33
Page 43
Tekeninvoer via toetsenblok
U kunt ook het toetsenblok gebruiken om tekens in te voeren. Zie de onderstaande tabel voor de tekens die u kunt invoeren met behulp van het toetsenblok.
Bij gebruik van een tekenselectiemethode (zoals het toetsenblok of de encoder) zien de tekens er anders uit, afhankelijk van het type tekeninvoer (bijvoorbeeld oproeptekeninvoer en invoer van geheugennaam, etc).
Toets Tekenweergave (met iedere druk op de toets)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
#
@/ . –_ : 1 , +
abc2ABC
de f 3DEF
gh i 4GHI
jkl5JKL
mn o 6MNO
pqr s7PQRS
tuv8TUV
wyz z 9WXYZ
Spatie 0
Niet gebruikt
?! ’ . ,–/&#
%( ) <> ; : ”@
N-34
Page 44
OPTIES
De volgende opties kunt u met deze zendontvanger gebruiken:
PB-45L Li-ion-batterij
BT-15 Batterijhouder
KSC-32 Snellader
SMC-32 Luidspreker/microfoon
SMC-33 Luidspreker/microfoon
EMC-3 Klemmicrofoon met hoofdtelefoon
Opmerking: optionele toebehoren voor gebruik met deze zendontvanger kunnen na de productie worden gewijzigd. (Er kunnen nieuwe opties worden aangeboden en/of de levering van bestaande opties worden gestopt.) Raadpleeg hiervoor de optiecatalogus van de betreffende zendontvanger.
GEHEUGENBEDIENINGSPROGRAMMA MCP-4A
De volgende functies kunnen alleen worden ingesteld met behulp van de MCP-4A­software:
Waarde voor wachtwoord inschakelen
Bitmapinstelling van het diagram Power ON
Met behulp van de MCP-4A-software kunt u:
Geheugenkanaalgroepen weergeven
Instellingen opslaan/laden
Geëxporteerde TravelPlus for Repeaters (Er bestaan meerdere versiebeperkingen. Raadpleeg hiervoor de helptekst van de MCP-4A.)
Exporteren van geheugen en verschillende instellingen in html
(TravelPlus for Repeaters is een handelsmerk van ARRL.)
Voor het downloaden van de MCP-4A-software, ga naar: http://www.kenwood.com/i/products/info/amateur/software_download.html
HMC-3(G) Hoofdtelefoon
KHS-21 Hoofdtelefoon
KHS-29F Hoofdtelefoon
EMC-7 Klemmicrofoon
PG-3J Aanstekerkabel
PG-2W DC-kabel
PS-60 DC-stroomvoorziening
TM
-bestanden lezen uitgegeven door ARRL
TM
Opmerking: deze URL kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
De MCP-4A-software gebruiken
1 Volg de instructies van het installatieprogramma op voor de software-installatie.
2 Stel de PC COM-poort in.
3 De gegevens van de zendontvanger worden vanaf de MCP-4A-software gelezen.
4 Selecteer uw instellingen en schrijf de gegevens naar de zendontvanger.
N-35
Page 45
ONDERHOUD
ALGEMENE INFORMATIE
Dit product is voor verzending in de fabriek afgesteld en getest. Pogingen om het apparaat af te stellen of te onderhouden zonder fabriekstoestemming kan uw garantie ongeldig maken.
SERVICE
Als u het product terugbrengt naar uw dealer of servicecentrum voor reparatie, verpak het in de originele doos en verpakkingsmaterialen. Voeg een volledige beschrijving bij van het probleem. Stuur ook uw telefoonnummer, naam en adres mee voor het geval de onderhoudstechnicus contact met u wil opnemen. Indien beschikbaar, graag ook uw faxnummer en e-mailadres meesturen. Stuur geen accessoires terug tenzij u denkt dat deze rechtstreeks te maken hebben met het serviceprobleem.
U kunt dit product terugsturen voor onderhoud naar de bevoegde Kenwood-dealer van wie u het product hebt gekocht of naar een bevoegd Kenwood-servicecentrum. Geen losse onderdelen of printplaten sturen; graag het hele apparaat verzenden. U ontvangt een kopie van het servicerapport retour met het product.
SERVICEVERMELDING
Als u ons wilt schrijven over een technisch of functioneel probleem, schrijft u dan leesbaar en beknopt. Help ons u te helpen door ons het volgende te sturen:
Model en serienummer van de apparatuur
Vragen of problemen die u hebt
Andere apparatuur in uw station in verband met het probleem
LET OP
Verpak voor verzending de apparatuur niet in verkreukeld krantenpapier! Het product kan hierdoor flinke schade oplopen bij ruwe behandeling of verzending.
Opmerkingen:
U Noteer de aankoopdatum, het serienummer en de dealer van wie u dit product hebt gekocht. U Noteer voor uw eigen informatie het onderhoud dat wordt uitgevoerd aan dit product. U Voeg bij een garantieclaim een kopie bij van de factuur of een ander
aankoopdocument waaruit de aankoopdatum blijkt.
REINIGEN
Gebruik voor het reinigen van de kast van het product een neutraal schoonmaakmiddel (geen sterke chemicaliën) en een vochtige doek.
N-36
Page 46
PROBLEMEN OPLOSSEN
De problemen in deze tabel zijn algemene storingen die voorkomen in de bediening en worden doorgaans niet veroorzaakt door een storing in het circuit.
Probleem Waarschijnlijke oorzaak Oplossing
Er verschijnt niets op het display wanneer de zendontvanger wordt ingeschakeld of het display knippert ON en OFF.
De meeste toetsen en de Afstemknop werken niet.
U kunt niet de exact gewenste frequentie selecteren met de Afstemknop.
Ik kan de geheugenkanalen niet selecteren door te draaien aan de Afstemknop of door te drukken op
[
]/[ ]
.
Het geluidsvolume van ontvangende signalen is zwak zelfs als het signaal sterk is.
U hoort geen geluid door aan de VOL-knop te draaien.
1 De batterij is leeg.
2 De DC-kabel of
aansluiting is niet goed.
3 De stroomzekering is
open (gesprongen).
1 Eén van de
vergrendelfuncties staat op ON.
2
De zendontvanger staat in de Kanaalweergavemodus.
Het frequentiebereik van de programmeerbare VFO is te smal.
De geheugenkanalen bevatten geen opgeslagen gegevens.
Het ontvangende station werkt mogelijk met een smalle band FM­bandbreedte.
De selectieve oproepfunctie (CTCSS of DCS) is ingeschakeld.
1 Laad de batterij op of
vervang deze.
2 Vervang de kabel.
3 Zoek naar de oorzaak voor
de gesprongen zekering en vervang deze.
1 Ontgrendel alle
vergrendelfuncties.
2 Zet de zendontvanger
op OFF, druk op [PTT] + [A/B] + Power ON om de Kanaalweergavemodus te verlaten.
Vergroot het frequentiebereik in menunummer 130 (Prog.VFO).
Sla gegevens op in één of meerdere geheugenkanalen.
Open menunummer 131 (Modulatie) om “NFM” te selecteren.
Zet de selectieve oproepfunctie uit.
N-37
Page 47
Probleem Waarschijnlijke oorzaak Oplossing
U kunt niet zenden door te drukken op de PTT­schakelaar.
Kan de repeater niet openen.
Kan geen DTMF-toon zenden.
Repeater accepteert uw DTMF-tonen niet.
U kunt niet zenden door te drukken op [PTT].
1 U hebt een frequentie
geselecteerd die buiten het toegestane bereik valt.
2 U hebt een
verzendoffset geselecteerd die de zendfrequentie buiten het bereik plaatst.
3 TX blokkeren is
ingeschakeld.
4 De spanning van de
batterij is te laag om te zenden.
1 Verkeerde
toonfrequentie geselecteerd.
2 Verkeerde
offset-frequentie geselecteerd.
3 Verkeerde
verplaatsingsrichting geselecteerd.
DTMF-vergrendeling is ingeschakeld.
Verzending DTMF-toon is te kort.
1 U hebt een frequentie
geselecteerd die buiten het toegestane bereik valt.
2 U hebt een
verzendoffset geselecteerd die de zendfrequentie buiten het bereik plaatst.
3 TX blokkeren is
ingeschakeld.
4 De spanning van de
batterij is te laag om te zenden.
1 Selecteer een frequentie
die binnen het toegestane zendfrequentiebereik valt.
2 Selecteer een juiste offset-
richting of offset-frequentie.
3 Open menunummer 139
(TX blokkeren) en selecteer “Off”.
4 Laad de batterij op of
vervang deze.
1 Selecteer een correcte
openingstoon voor de repeater.
2 Open menunummer 160
(Offset Freq) en selecteer een geschikte offset­frequentie.
3 Probeer andere
verplaatsingsrichtingen.
Open menunummer 181 (DTMF-toetsen) en selecteer “Off”.
Open menunummer 171 (Snelheid) en selecteer “150 ms”.
1 Selecteer een frequentie
die binnen het toegestane zendfrequentiebereik valt.
2 Selecteer een juiste offset-
richting of offset-frequentie.
3 Open menunummer 139
(TX blokkeren) en selecteer “Off”.
4 Laad de batterij op of
vervang deze.
N-38
Page 48
Probleem Waarschijnlijke oorzaak Oplossing
De zendontvanger zendt zonder [PTT] in te drukken.
De zendontvanger schakelt zonder reden uit.
De scanfunctie hervat niet het scannen nadat de zendontvanger een signaal detecteert.
Pakketoperatie leidt niet tot verbindingen met andere stations.
Bij zenden in Volledige­duplexmodus wordt tegelijkertijd een ander signaal ontvangen.
U kunt geen APRS-data verzenden.
VOX-functie is ingeschakeld.
De automatische uitschakelfunctie (APO) is ingeschakeld.
U hebt “Seek” geselecteerd in het menunummer 150 (Scan hervatten).
1 De squelch is open.
2 U hebt niet dezelfde
zendsnelheid geselecteerd als het doelstation.
U ontvangt het verzonden signaal op uw station.
1 Beacon is OFF.
2 De squelch is open.
3 De databand is niet
actief.
4 De ingebouwde TNC
is OFF.
5 U hebt de
Pakketmodus geselecteerd.
Open menunummer 134 (VOX) en selecteer “Off”.
Open menunummer 111 (APO) en selecteer de gewenste tijdlengte of “Off”.
Selecteer “Time” (Time­operated) of “Carrier” (Carrier­operated) voor menunummer 150 (Scan hervatten).
1 Selecteer het juiste squelch-
niveau zodat de squelch alleen open is wanneer signalen worden ontvangen.
2 Gebruik de HBAUD-
opdracht om de juiste zendsnelheid te selecteren.
Wijzig uw instellingen naar een zendfrequentie die niet het signaal ontvangt of verander de ontvangstfrequentie.
Voorbeeld van frequentie­instelling:
Zendfrequentie van 146,000 MHz en ontvangstfrequentie van 439,600 MHz
1 Druk op [BCON] om
Beacon in te schakelen.
2 Selecteer het juiste squelch-
niveau zodat de squelch alleen open is wanneer signalen worden ontvangen.
3 Als u een afgedekte
databand hebt, drukt u op [A/B] of [DUAL] om deze te activeren.
4 Druk op [TNC] om de TNC
in te schakelen.
5 Druk tweemaal op [TNC]
zodat alleen “ verschijnt.
N-39
Page 49
Probleem Waarschijnlijke oorzaak Oplossing
Bij gebruik van een GPS-ontvanger kunt u positiedata niet juist verzenden.
U kunt geen APRS-data ontvangen.
“MCP ERR” verschijnt op het display. (MCP-4A­communicatiefout)
De GPS-ontvanger heeft de juiste meting nog niet gestart.
U hebt een groepscode niet juist geprogrammeerd.
1 Losse
kabelaansluiting.
2 Uw PC probeert
mogelijk teveel data tegelijkertijd te verwerken.
3 Er zijn andere redenen
waarom communicatie niet mogelijk was.
Voordat de juiste meting wordt gestart, genereert de GPS­ontvanger om de 10 seconden een lage toon. Wanneer de juiste meting wordt gestart, hoort u een hoge toon. (Als u de interne GPS-ontvanger niet gebruikt, drukt u op [F], [MARK] en selecteert u “OFF”).
Open menu 3S0 en programmeer “APK003”.
1 Controleer de aansluiting
tussen de TH-D72 en de PC.
2 Sluit eventuele andere
actieve software.
3 Schakel de stroombron van
de TH-D72 één keer uit en in.
U kunt voor de ontvangen frequentieweergave een ongemoduleerd signaal ontvangen. Dit is in overeenstemming met de ingestelde intrinsieke frequentievorm.
<Band A> <Band B>
VxU­ontvangst
UxV­ontvangst
(144 MHz + 49,95 MHz) x 2
(144 MHz + 49,95 MHz) x 4–(430 MHz - 45,05 MHz) x 2=45,05 MHz/ 49,95 MHz
(430 MHz - 49,95 MHz)
(430 MHz - 49,95 MHz) x 2–(144 MHz + 45,05 MHz) x 4=45,05 MHz/ 49,95 MHz
– (430 MHz - 45,05 MHz) =
(144 MHz + 45,05 MHz) x 2=45,05 MHz/ 49,95 MHz
45,05 MHz/ 49,95 MHz
GPS-instelling: 16,369 MHz x n (n = meerdere)
N-40
Page 50
TECHNISCHE GEGEVENS
Algemeen
Band
TH-D72A
A & B
TH-D72E Frequentie­bereik
Band A
Band B
TX<VHF
TX<UHF
TX<VHF
TX<UHF
RX<VHF
RX<UHF
RX<VHF
RX<UHF
Modus F1D/ F2D/ F3E
Impedantie antenne 50 :
Bedieningstemperatuurbereik
Nominale netspanning
Externe voeding (DC IN) DC 12,0 ~ 16,0 V (13,8 V nominaal)
Batterijaansluitingen DC 5,5 ~ 9,0 V (7,4 V nominaal)
Met PB-45L –10°C ~ +50°C
Aardemethode Negatief
Frequentiestabiliteit Binnen ±5 ppm (–10°C ~ +50°C)
Ontvangen zonder
Enkele band Ca. 100 mA
signalen
Batterijbesparing ON (Enkele band) Ca. 30 mA
TNC ON zonder signalen (
Stroom­sterkte
Enkele band)
Zenden met H, 13,8 V (DC IN) Ca. 1,6 A
Zenden met H, 7,4 V (PB-45L) Ca. 2,0 A
Zenden met L, 7,4 V (PB-45L) Ca. 800 mA
Zenden met EL, 7,4 V (PB-45L) Ca. 500 mA
Modus alleen GPS Ca. 60 mA
Afmetingen (B x H x D)
Gewicht
1
Met Batterij (PB-45L)
2
Antenne, Batterij en Remhaak inbegrepen.
1
2
Zonder uitsteeksels 58 x 121,3 x 33,2 mm
Met uitsteeksels 58 x 140 x 39,8 mm
>
>
>
>
>
>
>
>
Dual band
144 ~ 148 MHz
430 ~ 450 MHz
144 ~ 146 MHz
430 ~ 440 MHz
136 ~ 174 MHz
410 ~ 470 MHz
118 ~ 174 MHz
320 ~ 524 MHz
–20°C ~ +60°C
Ca. 150 mA
Ca. 135 mA
Ca. 370 g
Opmerkingen
U Alle technische gegevens (Algemeen, Zender en Ontvanger) zijn gegarandeerd binnen de
frequentieband voor radioamateurs.
U Technische gegevens kunnen door technologische ontwikkelingen zonder nadere kennisgeving
worden gewijzigd.
N-41
Page 51
Verzender
H 5 W/ Ca. 2 W (with BT-15)
RF-vermogenuitvoer
Modulatie Reactantie
Maximale frequentieafwijking FM: ±5 kHz, N-FM: ±2,5 kHz
Schijnstraling (bij hoog zendvermogen) Minder dan –60 dB
Modulatie vervorming (300 Hz ~ 3 kHz) Minder dan 3 %
Impedantie microfoon 2 k:
L Ca. 0,5 W
EL Ca. 0,05 W
Ontvanger
Circuits
Middenfrequentie (IF)
Gevoeligheid (12 dB SINAD)
Squelch-gevoeligheid Minder dan 0,13 μV
Selectiviteit
Geluiduitvoer (8 :10% vervorming) Meer dan 300 mW (7,4 V)
1ste IF (Band A/ Band B) 49,95 MHz/ 45,05 MHz
2de IF (Band A/ Band B) 450 kHz/ 455 kHz
Band A/ Band B Less than 0,18 μV/ 0,22 μV
–6 dB Meer dan 11 kHz
–50 dB Minder dan 30 kHz
Dubbele super-heterodyne
Gevoeligheid (ca.) <exclusief 144, 430/440 MHz band>
Frequentiebereik
118 ~ 135,995 MHz 0,28 μV 0,4 μV
136 ~ 143,995 MHz 0,28 μV 0,28 μV
TH-D72A: 148 ~ 173,995 MHz TH-D72E: 146 ~ 173,995 MHz
320 ~ 339,995 MHz 1,26 μV 2,24 μV
340 ~ 379,995 MHz 0,56 μV 1,0 μV
380 ~ 399,995 MHz 0,4 μV 0,4 μV
400 ~ 409,995 MHz 0,22 μV
410 ~ 429,995 MHz 0,22 μV 0,22 μV
TH-D72A: 450 ~ 469,995 MHz
TH-D72E: 440 ~ 469,995 MHz
Band A Band B
FM: 12 dB SINAD FM: 12 dB SINAD AM: 10 dB S/N
0,22 μV 0,22 μV
0,22 μV 0,22 μV
470 ~ 499,995 MHz 0,4 μV
500 ~ 523,995 MHz 1,0 μV
N-42
Loading...