• This unit is equipped with the display demonstration. To cancel it, see page 8.
• Dieses Gerät ist mit einer Demonstrationsfunktion für das Display ausgestattet. Auf Seite 8 wird
beschrieben, wie Sie diese Demonstrationsfunktion deaktivieren können.
• Cet appareil est équipé d’une fonction de démonstration des affichages. Pour l’annuler, référezvous à la page 8.
• Dit toestel heeft een display-demonstratiefunctie. Zie bladzijde 8 voor het annuleren van deze
functie.
For installation and connections, refer to the separate manual.
Für den Einbau und die Anschlüsse siehe das eigenständige Handbuch.
Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé.
Bijzonderheden over de installatie en aansluiting van het apparaat vindt u in de desbetreffende
handleiding.
ENGLISH
DEUTSCH
FRANÇAIS
NEDERLANDS
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
GET0152-001A
[E/EX]
Plaats en afbeelding van labels
Onderpaneel van het hoofdapparaat
CAUTION: Invisible laser
radiation when open and
interlock failed or defeated .
AVOID DIRECT EXPOSURE
TO BEAM. ( e)
ADVARSEL: Usynlig laser stråling ved åbning, når
sikkerhedsafbrydere er ude
af funktion. Undgåudsættelse for stråling. (d)
BELANGRIJK VOOR LASERPRODUKTEN
Benaming/Spanningslabel
Let op:
Dit toestel heeft een laserkomponent
met een hogere klasse laserstraal dan
“Klasse 1”.
NEDERLANDS
Let op:
Indien de temperatuur in de auto onder 0°C is, wordt de beweging van de animatie en het rollen van de tekst
op het display gestopt om wazige aanduidingen te voorkomen. (LOW TEMP.) verschijnt op het display.
Het display zal weer normaal functioneren zodra de temperatuur hoger wordt.
Voorzorgen:
1.KLASSE 1 LASERPRODUKT
2.LET OP: Onzichtbare laserstralen wanneer open en
interlock uitgeschakeld of defekt. Voorkom direkte
blootstelling aan de straal.
3.LET OP: Open de bovenafdekking niet. Het toestel
bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen.
Laat onderhoud en reparatie over aan erkend
onderthoudspersoneel.
4.LET OP: Deze CD-speler gebruikt onzichtbare
laserstralen maar is echter voorzien van
veiligheidsschakelaars die uitstraling dienen te stoppen
bij het verwijderen van CD’s. Het is uitermate gevaarlijk
deze schakelaars uit te schakelen.
5.LET OP: Het gebruik van regelaars en het maken van
instellingen ander dan in deze gebruiksaanwijzing
aangegeven resulteert mogelijk in blootstelling aan
gevaarlijke straling.
VARNING: Osynlig laser-
strålning när denna del är
öppnad och spärren är
urkopplad. Betrakta ej
strålen. (s)
VARO: Avattaessa ja
suojalukitus ohitettaessa
olet alttiina näkymättömälle lasersäteilylle.
Älä katso säteeseen. (f)
LET OP bij het instellen van het volume:
Bij CD’s is in vergelijking tot andere geluidsdragers nauwelijks sprake van achtergrondruis. Wanneer het
volume van bijvoorbeeld de tuner wordt aangepast, kan het gebeuren dat de luidsprekers door de plotselinge
toename van het geluid beschadigd raken.
Draai het volume daarom voordat u een CD afspeelt eerst terug en pas het geluid daarna aan uw wensen aan.
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het apparaat geleverd. Het identificatienummer is
tevens op de behuizing van het apparaat gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is
belangrijk voor identificaatie indien het apparaat is gestolen.
Het apparaat terugstellen
Verwijder het bedieningspaneel en druk
vervolgens met een pen of dergelijk voorwerp
op de terugsteltoets op de paneelhouder.
De ingebouwde microcomputer wordt hierdoor
teruggesteld.
Opmerking:
De geheugeninstellingen—zoals de voorkeurzenders
en de geluidsinstellingen—zullen eveneens gewist
worden.
2
Hartelijk dank voor d e aanschaf van dit JVC-product! Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
INHOUDSOPGAVE
Het apparaat terugstellen ..........................2
Omgaan met discs .................................... 56
SPECIFICATIES ............................. 57
28
31
NEDERLANDS
49
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
*Denk aan de veiligheid....
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is
gevaarlijk, omdat u de geluiden buiten de auto niet
meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen
met het apparaat gaat verrichten.
*Temperatuur binnen de auto....
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de
warmte heeft gestaan, mag u het apparaat pas
gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer
normaal waarden heet bereikt.
3
PLAATSING VAN DE TOETSEN
Bedieningspaneel
34
71 25
8
pwe6r9q
t
u
1 De toets (standby/aan/attenuator)
2 De toets TP/PTY (traffic programme/
programme type)
3 De bedieningsschijf
4 Het display-venster
5 De toets FM/AM
NEDERLANDS
6 De toets 5 (omhoog)
7 De toets 0 (uitwerpen)
8 De toetsen 4 /¢
9
De toets
p De toets SEL (selecteren)
q De toets D (DISP: display)
w De cijfertoetsen
e De toets M (MODE)
r Afstandssensor
t De toets CD/CD-CH (CD-wisselaar)
y De toets ∞ (omlaag)
u Lijstverlichting
(het bedieningspaneel vrijgeven)
Verlichting-navigatie voor eenvoudige bediening
Door een druk op M (MODE) of SEL (selecteren), wordt de overeenkomende bedieningsfunctie
voor het display en bepaalde regelaars (bijvoorbeeld de cijfertoetsen, ¢ /4 , 5/∞ en
regelschijf) geactiveerd. Vervolgens beginnen de regelaars te knipperen en leiden u min of meer
naar de volgende bedieningsstappen. (Verlichting-navigatie)
• Het display toont hoe deze toetsen tijdens deze periode functioneren.
Bijv.: Bij een druk op cijfertoets 1 na een druk op M (MODE) om de FM-tuner te bedienen.
Indicator voor aftellen van tijd
y
Om deze toetsen weer voor de oorspronkelijke functies te gebruiken, moet u zonder deze
regelaars te bedienen wachten totdat de regelaars stoppen te knipperen.
• Door een druk op M (MODE) worden tevens de oorspronkelijke functies weer geactiveerd. Door
een druk op SEL (selecteren) wordt echter een andere functie voor het toestel geactiveerd.
4
Afstandsbediening
1 • Hiermee wordt de eenheid ingeschakeld als
deze is uitgeschakeld.
• Houd een paar seconden ingedrukt om het
toestel uit te schakelen.
• Hiermee wordt het volume in korte tijd
verminderd als u de toets heel even indrukt.
Als u nogmaals op de toets drukt, keert het
oude volumeniveau weer terug.
2 • Voor het opzoeken van een zender tijdens
het luisteren naar de radio.
• Selecteert services terwijl u naar de
DAB-tuner luistert, indien kort ingedrukt.
• Selecteert ensembles terwijl u naar de
DAB-tuner luistert, indien langer dan 1
seconde ingedrukt.
• Hiermee kunt u de fragment/bestand snel
vooruit en achteruit spoelen als u de toets
tijdens het beluisteren van een disk indrukt
en ingedrukt houdt.
• Hiermee gaat u naar het begin van de
volgende fragment of het volgende
fragment/bestand of terug naar het begin
van de huidige (of vorige) fragmenten/
bestanden als u de toets tijdens het
beluisteren van een disk indrukt en ingedrukt
houdt.
3 • Voor het selecteren van de voorkeurzender
bij het luisteren naar de radio (of de DABtuner).
Elke keer wanneer u op deze toets drukt,
wordt er een voorkeurzender (of service)
met een hoger nummer geselecteerd en
wordt op het geselecteerde station (of
service) afgestemd.
• Bij weergave van een MP3 disc met een
voor MP3 geschikte CD-wisselaar;
– Druk kort op de toets om naar de
voorgaande disc te verspringen.
– Houd even ingedrukt om naar de
voorgaande map te verspringen.
Opmerking:
4 Voor het selecteren van de geluidsmodus
(iEQ: intelligente equalizer).
Elke keer wanneer u op de toets drukt, wordt
er een andere geluidsmodus (iEQ)
geselecteerd.
5 • Voor het selecteren van de golfband bij het
luisteren naar de radio (of de DAB-tuner).
De golfband verandert door iedere druk op
deze toets.
• Bij weergave van een MP3 disc met een
voor MP3 geschikte CD-wisselaar;
– Druk kort op de toets om naar de
volgende disc te verspringen.
– Houd even ingedrukt om naar de
volgende map te verspringen.
Opmerking:
6 Voor het kiezen van de bron.
De bron verandert door iedere druk op de
toets.
7 Deze toets heeft dezelfde functie als de
bedieningsknop op de hoofdeenheid.
Opmerking:
Tijdens weergave van een CD met de
CD-wisselaar wordt met deze toets
altijd naar de voorgaande disc
gesprongen.
Tijdens weergave van een CD met de
CD-wisselaar wordt met deze toets
altijd naar de volgende disc
gesprongen.
Deze toetsen werkt niet voor het
aanpassen van algemene instellingen
wijzigen.
NEDERLANDS
5
De afstandsbediening
voorbereiden
Alvorens gebruik van de afstandbediening:
• Richt de afstandsbediening recht naar de
afstandssensor op het hoofdtoestel. Controleer
dat er geen obstakels in het pad liggen.
Afstandssensor
• Zorg dat er geen direct fel licht (zonlicht of van
een schelle lamp) op de sensor valt.
De batterij plaatsen
Wanneer u merkt dat het bereik van de
NEDERLANDS
afstandsbediening afneemt, moet u de batterij
vervangen.
1. Verwijder de batterijhouder.
1) Druk de batterijhouder met behulp van een
balpen of een soortgelijk voorwerp in de
richting van de pijl die in de afbeelding
staat aangegeven.
2) Verwijder de batterijhouder.
(achterkant)
3. Plaats de batterijhouder terug in positie.
Druk de batterijhouder terug tot u een ‘klik’
hoort.
(achterkant)
Gebruikke batterijen:
WAARSCHUWING:
• Bewaar batterij op een plek waar kinderen geen
toegang toe hebben.
Mocht een kind een knoopcelbatterij inslikken,
waarschuw dan onmiddellijk een arts.
• Laad de batterij niet opnieuw op, vermijd
kortsluiting, haal ze niet uit elkaar, verhit ze
niet en gooi geen batterij in het vuur.
Elk van deze handelingen kan leiden tot
oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Zorg ervoor dat de batterij niet in contact komt
met andere metalen.
Dit kan leiden tot oververhitting, een explosie of
een steekvlam.
• Bescherm gebruikte batterij door deze met
plakband af te plakken. Als u dit niet doet, kan
de batterij hitte vrijgeven, gaan lekken of brand
veroorzaken.
• Probeer de batterij nooit met bijvoorbeeld een
naald of mes open te maken.
Als u dit doet, kan de batterij hitte vrijgeven,
gaan lekken of brand veroorzaken.
2. Plaats de batterij in de houder.
Laat de batterij met de pluszijde (+) naar
boven in de houder zakken zodat deze vast
komt te liggen.
Lithium
knoopcelbatterij
(Productnummer:
CR2025)
6
LET OP:
Leg de afstandsbediening NIET op plaatsen waar
het directe zonlicht langdurig op valt (zoals
bijvoorbeeld op het dashboard). De
afstandsbediening wordt anders beschadigd.
De KD-LH1101 heeft een functie voor het
gebruik met een stuur-afstandsbediening.
Indien uw auto een stuur-afstandsbediening
heeft, kunt u deze toestellen met de
afstandsbediening bedienen.
• Zie de aanwijzingen voor Installatie/
Aansluiten (afzonderlijk boekje) voor de
vereiste verbinding voor het gebruik van
deze functie.
123
BASISBEDIENING
De stroomtoevoer inschakelen
1
Schakel de spanning in.
Opmerking over de “One-Touch”-bediening:
Bij het selecteren van de geluidsbron in stap
hieronder wordt het apparaat automatisch
ingeschakeld. U hoeft niet op deze toets te
drukken om het apparaat in te schakelen.
2
Start de weergave van de
geluidsbron.
Voor gebruik van de radio (FM of AM),
zie bladzijden 10 – 21.
Voor het afspelen van CD’s,
zie bladzijden 22 – 26.
Voor gebruik van de CD-wisselaar,
zie bladzijden 40 – 46.
Voor gebruik van het externe apparaat
(LINE IN), zie bladzijde 47.
Voor gebruik van de DAB-tuner,
zie bladzijden 48 – 52.
3
Regel het volume.
Het volume verhogen
Het volume verlagen
2
Het door u ingestelde volumeniveau verschijnt.
Huidige geluidsfunctie (iEQ) (zie bladzijde 28)
4
Stel het geluid in zoals u zelf wilt.
(Zie bladzijden 27 – 29).
Opmerking:
Tijdens weergave van een bron kunt u tevens de
niveaumeter op het display tonen. Zie “Activeren van
de niveaumeter” op bladzijde 30 voor details.
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige
geluidsbron kort op. Op het
afleesvenster begint de tekst “ATT ” te knipperen
en het volume zal in een oogwenk dalen.
Om het eerdere volume te herstellen, drukt u
nogmaals kort op dezelfde toets.
• U kunt het volume ook op het oude niveau
terugbrengen door de bedieningsschijf linksom
te draaien.
Spanning uitschakelen
Druk op en houd de cijfertoets langer
dan 1 seconde ingedrukt.
• Indien u de stroom uitschakelt tijdens het
beluisteren van een CD, zal de volgende keer
bij het weer inschakelen van de stroom de
weergave vanaf het hiervoor gestopte punt op
de disc worden voortgezet.
OPMERKING:
De afbeeldingen van het display in deze
gebruiksaanwijzing zijn voornamelijk gebaseerd
op de basisinstellingen voor het toestel die bij het
verlaten van de fabriek zijn ingesteld. Indien u
bijvoorbeeld de displaypatronen of bepaalde
PSM-onderdelen heeft veranderd, zal het display
er anders uit zien dan in de afbeeldingen die in
deze gebruiksaanwijzing worden gegeven.
NEDERLANDS
7
Annuleren van de
Off
Int Demo
All Demo
displaydemonstratie
Bij het verlaten van de fabriek is de
displaydemonstratie geactiveerd en start deze
automatisch indien u gedurende ongeveer 20
seconden geen bediening uitvoert.
• Het wordt aanbevolen om de demonstratie te
annuleren alvorens het toestel werkelijk in
gebruik te nemen.
NEDERLANDS
Voor het annuleren van de displaydemonstratie,
voert u de volgende handelingen uit:
3
Kies “Off”.
4
Voltooi de instelling.
1
2
8
Houd SEL (selecteren) langer dan 2
seconden ingedrukt zodat geen van
de PSM-onderdelen op het display
worden getoond. (PSM: zie
bladzijden 31 en 32).
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
Druk op cijfertoets 1 om “MOVIE”
—Filmcategorie van de PSMinstellingen – te kiezen.
Het “Graphics” instelscherm verschijnt op
het display.
Voor het weer activeren van de
displaydemonstratie, herhaalt u de hier
beschreven procedure maar kiest u “Int Demo” of
“All Demo” in stap 3.
• Zie “Instellen van de filmdemonstratie
—Graphics” op bladzijde 33 voor details.
Klok instellen
Het is ook mogelijk de klok in te stellen op een
24-uurs of een 12-uurs aanduiding.
1
Druk op SEL (selecteren) in en
houd deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (PSM: Zie bladzijden
31 en 32).
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
2
Druk op cijfertoets 2 om “CLOCK”
—Klokcategorie van de PSMinstellingen – te kiezen.
Het “Clock Hr” (uur) instelscherm verschijnt
op het display.
4
Stel de minuten in.
1 Selecteer de vermelding “Clock Min”
(minuten).
2 Pas de minuten aan.
12
5
Stel de uuraanduiding in.
1 Selecteer de vermelding “24H/12H”.
2 Selecteer de vermelding “24Hours” of
“12Hours”.
12
6
Voltooi de instelling.
NEDERLANDS
3
Stel het uur in.
Voor het controleren van de huidige tijd op de
klok terwijl het toestel is uitgeschakeld, drukt
u op D (DISP).
De stroom wordt ingeschakeld en de tijd wordt
ongeveer 5 seconden op de klok getoond
waarna de stroom weer wordt uitgeschakeld.
9
GEBRUIK VAN DE RADIO
Naar de radio luisteren
Om op een bepaalde zender af te stemmen kunt
u kiezen tussen automatisch zoeken en
handmatig zoeken.
Automatisch naar een station zoeken:
Auto search
1
Selecteer de omroepband
(FM1 – 3, AM).
NEDERLANDS
De geselecteerde
omroepband wordt weergegeven.
Licht op bij ontvangst van een stereo
FM-uitzending met een redelijk sterk signaal.
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1,
FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen
om naar FM-stations te luisteren.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
band als volgt:
FM1FM2FM3AM
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het
zoeken wilt stoppen voordat op een zender is
afgestemd.
Handmatig naar een station zoeken:
Manual search
1
Selecteer de omroepband
(FM1 – 3, AM).
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
band als volgt:
FM1FM2FM3AM
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1,
FM2, FM3). U kunt elk van deze banden kiezen
om naar FM-stations te luisteren.
2
Druk op ¢ of op 4 en
houd deze ingedrukt tot de
vermelding “Manual Search” op de
display begint te knipperen.
10
2
Zoek een station.
Afstemmen op een station met een lagere
frequentie
Wanneer een station wordt ontvangen, stopt
het zoeken.
Afstemmen op een
station met een
hogere frequentie
3
Stem af op het station van uw keuze.
U kunt dit doen zolang de
vermelding “Manual Search” op de
display knippert.
Als u wilt afstemmen
op een station dat op
een hogere frequentie
uitzendt
Als u wilt afstemmen op een station dat op
een lagere frequentie uitzendt
• Als u de toets loslaat, wordt de
handmatige modus na 5 seconden
automatisch uitgeschakeld.
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de
frequentie veranderen (bij FM steeds met
50 kHz en bij AM—MG/LG steeds met
9 kHz) totdat u de toets loslaat.
Indien een stereo FM-uitzending slecht
ontvangbaar is:
1 Druk op M (MODE) tijdens het luisteren naar
een stereo FM-uitzending.
2
Druk op cijfertoets 1 om “Mono On” te kiezen
terwijl “Mode” nog op het display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets wordt afwisselend
“Mono On” en “Mono Off” getoond.
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
Indien de geluidskwaliteit verslechtert en
het stereo-effect verloren gaat tijdens het
luisteren naar een FM-zender
In bepaalde gebieden kunnen zenders elkaar
storen indien ze bij elkaar in de buurt liggen.
Indien er sprake van een dergelijke
interferentie is, reduceert dit toestel
automatisch de hieruit voortkomende ruis (de
basisinstelling bij het verlaten van de fabriek).
In dat geval kan de geluidskwaliteit echter
verslechteren en het stereo-effect verloren
gaan. Zie “Veranderen van de gevoeligheid
van de FM-tuner—IF Filter”op bladzijde 34,
indien u geen verslechtering van de
geluidskwaliteit wenst en het stereo-effect
wilt behouden in plaats van de door
interferentie veroorzaakte ruis te reduceren.
Radiozenders in het geheugen
vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden
gebruiken om de radiozenders in het geheugen
vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders:
SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AMzenders
Automatisch vasteleggen van
FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke
FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
NEDERLANDS
Na ongeveer
5 seconden
Het display keert weer terug naar het scherm
met de bronaanduiding.
De MONO indicator licht op
1
Selecteer het nummer van de
FM-golfband (FM1 – 3) waarop u
FM-zenders wilt vasteleggen.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
band als volgt:
FM1FM2FM3AM
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
11
2
Start het automatische vastleggen.
1 Druk op M (MODE).
2
Houd cijfertoets 5 ingedrukt terwijl “Mode”
nog op het display wordt getoond.
“Mode” verschijnt op het
display.
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
2
Stem af op een zender (in dit
voorbeeld op 92,5 MHz).
Als u wilt afstemmen
op een station dat op
een hogere frequentie
uitzendt
Als u wilt afstemmen op een station dat op
een lagere frequentie uitzendt
3
Druk op de cijfertoets (in dit
voorbeeld cijfertoets 1) en houd
deze langer dan 2 seconden
ingedrukt.
NEDERLANDS
De tekst “–SSM–” verschijnt op het
afleesvenster en verdwijnt wanneer het
automatisch instellen van radiozenders is
beëindigd.
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen
worden opgezocht en automatisch voor de
gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de
cijfertoetsen vastgelegd—nummer 1 (laagste
frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie).
De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is
vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen
van de zenders opgeroepen.
Handmatig vasteleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor
iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM)
vastleggen.
Bijv.: Een FM-zender op 92,5 MHz vastleggen
onder nummer 1 van FM1-golfband.
1
Selecteer het nummer van de
golfband (FM1 – 3, AM) waarop u
zenders wilt vasteleggen (in dit
voorbeeld cijfertoets FM1).
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
band als volgt:
FM1FM2FM3AM
Het displaypatroon verandert automatisch
naar het kleine animatiedisplay (zie
bladzijde 14). Het voorkeurnummer knippert
ongeveer 5 seconden en vervolgens wordt
het hiervoor geactiveerde displaypatroon
weer getoond.
4
Herhaal bovenstaande procedure
om andere zenders onder andere
nummers op te slaan.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist
wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen
onder hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de
spannings toevoer naar het geheugen wordt
onderbroken (bijvoorbeeld bij het vervangen van de
accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw
worden ingesteld.
12
Afstemmen op een
voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een
vastgelegde voorkeuzezender.
Denk eraan dat u de zenders eerst moet
vastleggen! Zie ook de paragraaf “Radiozenders
in het geheugen vastleggen” op bladzijden 11 en
12, als u dat nog niet hebt gedaan.
Direct kiezen van een voorkeurzender
1
Selecteer de omroepband
(FM1 – 3, AM).
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
band als volgt:
FM1FM2FM3AM
2
Selecteer het nummer (1 – 6) van de
gewenste zender.
Een voorkeurzender met gebruik van
de voorkeurzenderlijst kiezen
Indien u bent vergeten welke zenders onder
welke voorkeurnummers zijn vastgelegd, kunt u
de voorkeurzenderlijst even bekijken en dan de
gewenste zender kiezen.
1
Kies de golfband (FM 1 – 3, AM).
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
band als volgt:
FM1FM2FM3AM
2
Houd 5 (omhoog) of ∞ (omlaag)
ingedrukt totdat de
voorkeurzenderlijst voor de gekozen
golfband (FM1, FM2, FM3 of AM) op
het display wordt getoond.
NEDERLANDS
Opmerkingen:
• U kunt de voorkeurzenderlijst voor een andere FMgolfband (FM1, FM2 of FM3) tonen door een druk
op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag).
• Indien een voorkeurzender een FM RDS-zender is
die het PS-signaal levert, wordt de PS-naam in
plaats van de zenderfrequentie getoond.
3
Kies het nummer (1 – 6) voor de
gewenste voorkeurzender.
13
Veranderen van het displaypatroon
Door een druk op D (DISP) kunt u andere informatie op het display tonen.
• Tijdens ontvangst van een AM-zender of
niet-RDS FM-zender
Groot animatiedisplay
Verschijnt uitsluitend wanneer u
een voorkeurzender kiest.
Huidige
geluidsfunctie (iEQ)
(zie bladzijde 28)
Door iedere druk op de toets verandert het displaypatroon als volgt:
• Tijdens ontvangst van een FM RDS-zender
(zie de volgende bladzijden)
Groot animatiedisplay
Huidige
geluidsfunctie (iEQ)
(zie bladzijde 28)
NEDERLANDS
Klein
animatiedisplay
Klein
animatiedisplay 1
PS-naam
14
Kloktijd-display
Kloktijd
Kloktijd
Klein
animatiedisplay 2
De PTY-code
verschijnt
Kloktijd-display
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS
RDS (Radio Data System) is een voorziening
waarmee FM-zenders een extra signaal aan hun
regulier programmasignaal toevoegen. Zo kan een
FM-zender bijvoorbeeld de naam van het station
met het programma en informatie over de aard of
het genre van het programma meezenden,
bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over
sport gaat of een muziekprogramma is.
Een andere functie van de voorziening RDS is
“Enhanced Other Networks”. Met behulp van de
Enhanced Other Networks-gegevens die door
het station worden verstuurd, kunt u op een
andere zender van een ander netwerk
afstemmen dat uw favoriete programma of
verkeersinformatie uitzendt, terwijl u ondertussen
naar een ander programma of een andere
afspeelbron, zoals het CD, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze
eenheid:
• Eén en hetzelfde programma blijven volgen
(De Netwerkfunctie)
• Standby staan voor de ontvangst van
verkeersinformatie (TA—“Traffic
Announcement”) of uw favoriete programma
• Zoeken naar een bepaald programmagenre
(PTY—“Programme Type”)
• Programma zoeken
• En er zijn nog enkele andere functies waarover
u bij de ontvangst van RDS-signalen kunt
beschikken.
Om de netwerkfunctie in te schakelen
U kunt de verschillende functies van netwerkopsporing gebruiken om hetzelfde programma
met de beste ontvangst te blijven beluisteren.
Bij het verlaten van de fabriek is “AF” gekozen.
• AF:De ontvangst met netwerk-volgen
wordt geactiveerd zonder
regionalisatie.
Met deze instelling schakelt het
toestel naar een andere zender van
hetzelfde netwerk wanneer de
ontvangst van de signalen van de
ingestelde zender verslechtert. (In
deze modus kan het voorkomen dat
het nieuw te ontvangen programma
anders is dan het programma dat u
daarvoor ontving).
De AF indicator licht op.
• AF Reg: De ontvangst met netwerk-volgen
wordt geactiveerd met regionalisatie.
Met deze instelling schakelt het
toestel naar een andere zender van
hetzelfde netwerk die hetzelfde
programma uitzendt, wanneer de
ontvangst van de signalen van de
ingestelde zender verslechtert.
De REG indicator licht op.
• Off:De netwerkfunctie is uitgeschakeld.
De indicator AF en de indicator REG
lichten allebei niet op.
NEDERLANDS
Eén en hetzelfde programma blijven
volgen (De netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van
FM-signalen te wensen overlaat, zal de tuner die
in deze eenheid is ingebouwd automatisch
overschakelen naar een andere RDS-zender van
hetzelfde station dat hetzelfde programma
uitzendt, maar dan met een sterker
uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar
uw favoriete programma blijven luisteren en bent
u verzekerd van de best mogelijke ontvangst,
ongeacht waar in het ontvangstgebied u rijdt.
(Zie de afbeelding op bladzijde 21).
Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor
zorgen dat u uw favoriete programma tijdens uw
rit kunt blijven volgen: de PI (Programme
Identification) gegevens, en de AF (Alternatieve
Frequentie) gegevens.
Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen
van een RDS-station goed zijn, kunt u uw
favoriete programma blijven volgen. Als een of
beide signalen niet goed worden ontvangen,
werkt deze voorziening niet.
De AF of REG indicator licht op.
Opmerking:
Als er een DAB-tuner is aangesloten en alternatieve
ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is
automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld
(“AF”). De netwerkfunctie kan echter niet worden
uitgeschakeld zonder de alternatieve ontvangst uit te
schakelen. (Zie bladzijde 51).
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
15
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (PSM: Zie bladzijden
31 en 32).
2
Druk op cijfertoets 4 om “TUNER”
—Tunercategorie van de PSM-instellingen – te kiezen.
Het “PTY Stnby” (standby) instelscherm
verschijnt op het display.
NEDERLANDS
3
Kies “AF-Regn’l” (alternatieve
frequentie/regionalisatie ontvangst).
4
Selecteer de gewenste modus
—“AF”, “AF Reg” of “OFF”.
5
Voltooi de instelling.
16
Het gebruik van TA standby ontvangst
Met TA standby ontvangst kunt u tijdelijk
overschakelen naar verkeersinformatie (TA)
uitzendt, terwijl u naar de door u geselecteerde
afspeelbron luistert (zoals een FM-zender, CD of
een andere aangesloten afspeelbron).
• TA standby ontvangst is niet mogelijk wanneer u
naar een AM-zender luistert.
Druk op TP/PTY om TA standby
ontvangst te activeren.
Door iedere druk op deze toets
wordt deze functie afwisselend
geactiveerd en uitgeschakeld.
De TP indicator verschijnt.
(licht continu op of knippert)
7 Met FM als huidige bron ingesteld, zal de TP
indicator oplichten of knipperen.
• TA standby ontvangst is geactiveerd indien
de TP indicator is opgelicht.
“Traffic Flash” verschijnt op het display zodra
een zender verkeersinformatie start uit te
zenden. Het toestel stemt nu automatisch op
deze zender af. Het volume wordt op het
reeds vastgelegde TA volumeniveau
(zie bladzijde 20) gesteld en u hoort de
verkeersinformatie.
• TA standby ontvangst is nog niet geactiveerd
indien de TP indicator knippert. De zender
die wordt ontvangen levert namelijk geen
signalen die voor TA standby ontvangst zijn
vereist.
Om TA standby ontvangst nu te activeren
moet u op een andere zender afstemmen die
wel deze signalen uitstuurt. Druk op ¢
of 4 om een dergelijke zender op te
zoeken.
De TP indicator stopt te knipperen en licht
continu op zodra een zender met deze
signalen is gevonden. TA standby ontvangst
is nu geactiveerd.
7 Met een andere bron dan FM ingesteld, zal
de TP indicator oplichten.
“Traffic Flash” verschijnt op het display zodra
een zender verkeersinformatie start uit te
zenden. Het toestel verandert nu automatisch
van bron en stemt op deze zender af.
Het gebruik van PTY standby
ontvangst
Met PTY standby-ontvangst kunt u met het
toestel tijdelijk van iedere bron, uitgezonderd
AM-zenders, naar uw favoriete programma (PTY:
Programmatype) overschakelen.
4
Voltooi de instelling.
Instellen van PTY standby-ontvangst
Kiezen van uw favoriete PTY-code voor
PTY standby-ontvangst
Bij het verlaten van de fabriek is PTY standbyontvangst ingesteld voor het opzoeken van
nieuwsprogramma’s “News”.
U kunt uw favoriete programma voor PTY
standby ontvangst kiezen.
1
Druk op SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (PSM: Zie bladzijden
31 en 32).
2
Druk op cijfertoets 4 om “TUNER”
—Tunercategorie van de PSMinstellingen – te kiezen.
Het “PTY Stnby” (standby) instelscherm
wordt op het display getoond.
1 Druk op M (MODE) tijdens het luisteren naar
een stereo FM-uitzending.
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
2 Druk op cijfertoets 3 terwijl “Mode” nog op het
display wordt getoond om PTY standbyontvangst te activeren.
Door iedere druk op de toets wordt PTY
standby-ontvangst afwisselend geactiveerd en
uitgeschakeld.
NEDERLANDS
Bijv.: Indien de huidige gekozen PTY-code
voor PTY standby-ontvangst “News” is
Na ongeveer
5 seconden
Het display keert weer terug naar het scherm
met de bronaanduiding.
3
Selecteer een van de
negenentwintig PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 21).
De naam van de code
die u selecteert, wordt
op de display
weergegeven en
in het geheugen
opgeslagen.
De PTY indicator verschijnt.
(licht continu op of knippert)
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
17
De PTY indicator licht op of knippert.
• PTY standby ontvangst is geactiveerd indien
de PTY indicator is opgelicht.
Zodra een zender een programma van het
gekozen programmatype start uit te zenden,
stemt het toestel op deze zender.
• PTY standby ontvangst is nog niet geactiveerd
indien de PTY indicator knippert. De zender
die wordt ontvangen levert namelijk geen
signalen die voor PTY standby ontvangst zijn
vereist.
Om PTY standby ontvangst nu te activeren
moet u op een andere zender afstemmen die
wel deze signalen uitstuurt. Druk op ¢ of
4 om een dergelijke zender op te
zoeken.
De PTY indicator stopt te knipperen en licht
continu op zodra een zender met deze
signalen is gevonden. PTY standby ontvangst
is nu geactiveerd.
Uw favoriete programmagenre
opzoeken
U kunt een gewenste PTY-code opzoeken.
Daarbij kunt u uw 6 favoriete programmatypen
voor het later gemakkelijk opzoeken onder de
cijfertoetsen vastleggen.
Bij het verlaten van de fabriek, standaard liggen
de volgende zes programmagenres achter de
cijfertoetsen (1 tot 6) opgeslagen.
Voor het vastleggen van uw favoriete
programmatypes, zie hieronder en bladzijde 19.Zie bladzijde 19 voor een uitleg over het
zoeken van uw favoriete programma.
1
Pop M
45
Classics
2
Rock MEasy M
Affairs
3
6
Varied
Opmerkingen:
Na het activeren van PTY standby-ontvangst kunt u
van bron veranderen zonder PTY standby-ontvangst te
NEDERLANDS
annuleren. In dat geval stopt de PTY indicator te
knipperen indien deze knippert. Zodra een zender een
uitzending van de gekozen PTY begint, wordt
automatisch van bron verandert en op deze zender
afgestemd.
• Indien u echter een AM-zender als bron kiest, zal
PTY standby-ontvangst tijdelijk worden
geannuleerd.
• U kunt PTY standby-ontvangst uitsluitend
uitschakelen indien FM als bron is gekozen.
Uw favoriete programmagenres in het
geheugen opslaan
1
Druk op TP/PTY in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt terwijl
u naar een FM-zenders luistert.
De PTY-code die als laatste
werd geselecteerd, verschijnt
op de display.
Bijv.: Indien u hiervoor “Pop M” heeft gekozen
2
Selecteer een van de
negenentwintig PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 21).
De naam van de PTYcode die u selecteert,
wordt op de display
weergegeven.
18
3
Druk de gewenste cijfertoets in en
houd deze minste 2 seconden vast om
de geselecteerde PTY-code op te
slaan onder de cijfertoets van uw
keuze.
Het gekozen voorkeurnummer knippert
even.
4
Houd TP/PTY langer dan 2 seconden
ingedrukt om deze functie te
verlaten.
Een favoriet programmatype opzoeken
1
Druk op TP/PTY in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt terwijl
u naar een FM-zenders luistert.
De PTY-code die als laatste
werd geselecteerd, verschijnt
op de display.
Bijv: Met “Rock M” gekozen
Gebruik van de 5 (omhoog) of ∞ (omlaag) toets
Door herhaaldelijk op de 5 (omhoog) of ∞
(omlaag) toets te drukken, kunt u een lijst met
uw vastgelegde PTY-codes en alle
negenentwintig PTY-codes (zes PTY-codes
tegelijkertijd) tonen. De lijst met uw
vastgelegde PTY-codes verschijnt eerst en
daarna op volgorde de 29 PTY-codes (zes PTYcodes tegelijkertijd).
Druk op de overeenkomende cijfertoets om de
gewenste PTY-code te kiezen uit de lijst die op
het display wordt getoond.
3
Start het PTY-zoeken naar uw
favoriete programma.
NEDERLANDS
Bijv.: Indien u hiervoor “Pop M” heeft gekozen
2
Kiezen van een favoriet
programmatype
of
Kiezen van een van de
negenentwintig PTY-codes
of
• Als er een station is dat een programma
uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt
dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt
geselecteerd, stemt de eenheid automatisch
op dat station af.
• Als er geen station is dat een programma
uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt
dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt
geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op
het station dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY-codes
niet goed.
19
Andere nuttige RDS-functies
en het maken van
aanpassingen
Automatische selectie van een station
bij gebruik van de cijfertoetsen
Normaliter zal de eenheid wanneer u op een van
de cijfertoetsen drukt automatisch afstemmen op
de vooraf ingestelde voorkeurzender.
Als deze zender een RDS-zender is, gebeurt er
echter iets anders. Als het ontvangen signaal niet
sterk genoeg is, gaat de eenheid op basis van de
AF-gegevens namelijk automatisch op zoek naar
een andere, sterkere zender die hetzelfde
programma uitzendt als de voorkeurzender die u
hebt gekozen (dit wordt Programma zoeken
genoemd).
• Omdat het uitvoeren van de zoekopdracht
enige tijd in beslag neemt, duurt het even tot er
op een ander station wordt afgestemd.
Als u het zoeken naar een programma wilt
activeert, wordt hieronder uitgelegd.
• Zie tevens “De algemene instellingen wijzigen
NEDERLANDS
(PSM)” op bladzijden 31 en 32.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van
de PSM-vermeldingen op de display wordt
weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 4 om “TUNER”
—Tunercategorie van de PSM-instellingen
– te kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
“P(Programma)-Search” te selecteren.
4 Draai de bedieningsschijf met de wijzers van
de klok mee en selecteer “On”.
De voorziening Programma zoeken is nu
ingeschakeld.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Als u het zoeken naar een programma wilt
beëindigen, herhaalt u de bovenstaande
procedure, maar selecteert u in stap 4 de
vermelding “Off” door de draaiknop tegen de
wijzers van de klok in te draaien.
Het volumeniveau voor
verkeersinformatie instellen
Het is mogelijk om voor de TA standby ontvangst
van verkeersinformatie op te geven met welk
geluidsvolume u deze informatie wilt horen. In dat
geval zal het geluid zodra er verkeersinformatie
wordt ontvangen, worden aangepast aan het
volume dat u hebt ingesteld.
20
•
Zie tevens “De algemene instellingen wijzigen
(PSM)” op bladzijden 31 en 32.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van
de PSM-vermeldingen op de display wordt
weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 4 om “TUNER”
—Tunercategorie van de PSM-instellingen
– te kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
“TA Volume” te selecteren.
4 Draai aan de bedieningsschijf om het
gewenste volume te selecteren.
U kunt het volume instellen op een waarde van
“Volume 0” tot “Volume 50”.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Automatisch aanpassen van de klok
De tijd die de klok weergeeft die in deze eenheid
is ingebouwd wordt automatisch aangepast aan
de tijdgegevens (CT—Clock Time) die met het
RDS-signaal van een zender worden
meegezonden.
Als u wilt dat de klok niet automatisch wordt
aangepast, moet u de onderstaande procedure
volgen.
• Zie tevens “De algemene instellingen wijzigen
(PSM)” op bladzijden 31 en 32.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van
de PSM-vermeldingen op de display wordt
weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 2 om “CLOCK”
Klokcategorie van de PSM-instellingen – te
kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
“Auto Adj” (aanpassen) te selecteren.
4 Draai de bedieningsschijf tegen de wijzers van
de klok in om “Off” te selecteren.
U hebt het automatisch aanpassen van de klok
nu uitgeschakeld.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
Als u het aanpassen van de klok opnieuw wilt
activeren, moet u de procedure herhalen en in
stap 4“On” selecteren door de bedieningsschijf
met de wijzers van de klok mee te draaien.
Opmerking:
Nadat u voor “Auto Adj” de instelling “On” hebt
gekozen, dient u de eenheid tenminste 2 minuten op
hetzelfde station afgestemd te houden, anders wordt
de klok niet aangepast. (Dit is nodig omdat de
eenheid maximaal 2 minuten nodig heeft om de
tijdgegevens in het RDS-signaal te ontvangen en
verwerken).
PTY-codes
News:Nieuws
Affairs:Actualiteiten en achtergrond
informatie aangaande het nieuws
Info:Informatieve programma’s over
diverse verscillende onderwerpen
Sport:Sportverslagen
Educate: Educatieve programma’s
Drama:Radio-hoorspelen
Culture:Programma’s aangaande nationale
of regionale cultuur
Science:Wetenschappelijke en technische
programma’s
Varied:Overige programma’s, bijvoorbeeld
ceremonies en comedies
Pop M:Popmuziek
Rock M:Rockmuziek
Easy M:Easy-listening muziek
Light M:Lichte muziek
Classics: Klassieke muziek
Other M:Overige muziek
Weather: Weerberichten
Finance:Programma’s aangaande handel
en de beurs en beursberichten,
enz.
Children: Amusement voor kinderen
Social:Programma’s over sociale
activiteiten
Religion:Programma’s over aspecten van
geloof en religie, aangaande het
bestaan en ethiek
Phone In: Programma’s waarin mensen via
de telefoon of een publiek forum
hun meningen kunnen uiten
Travel:Programma’s over reizen en
bestemmingen, georganiseerde
reizen en ideeën en
mogelijkheden voor vacanties
Leisure:Programma’s over recreatieve
bezigheden, bijvoorbeeld
tuinieren, koken, vissen, enz.
Jazz:Jazz-muziek
Country:Country-muziek
Nation M: Huidige populaire muziek van een
bepaald land of gebied in de taal
van het land of gebied
Oldies:Gouwe-Ouwe
Folk M:Folk-muziek
Document: Programma’s over feitelijke
gebeurtenissen, vaak
gepresenteerd in een
onderzoekende stijl
NEDERLANDS
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde programma via verschillende frequenties kan worden
ontvangen.
Programma 1
op frequentie A
Programma 1
op frequentie B
Programma 1
op frequentie C
Programma 1
op frequentie E
Programma 1
op frequentie D
21
GEBRUIK VAN DE CD-SPELER
Een CD afspelen
1
Open het bedieningspaneel.
Opmerking over de “One-Touch”-bediening:
Wanneer er al een CD in de CD-lade zit, drukt u
NEDERLANDS
op CD/CD-CH om het apparaat aan te zetten en
het afspelen automatisch te laten beginnen.
2
Plaats een CD in de lade.
3
Sluit het bedieningspaneel met de
hand.
Het toestel wordt
ingeschakeld, de CD in
het mechanisme
getrokken en de
weergave automatisch
gestart.
He display verandert en toont het volgende:
Totaal aantal fragmenten en totale
weergavetijd van de geplaatste disc
Huidige fragment en verstreken weergavetijd
Opmerkingen:
• Indien een CD ondersteboven is geplaatst, zal de
CD automatisch worden uitgeworpen (wanneer het
bedieningspaneel geopend is).
Indien het bedieningspaneel is gesloten, wordt weer
naar de hiervoor gekozen bron geschakeld en
knippert “Please Eject” op het display.
• U kunt CD niet als bron kiezen indien er geen CD is
geplaatst. “No Disc” knippert in dat geval op het
display.
22
Alle fragmenten worden herhaald
afgespeeld totdat u de weergave stopt.
Stoppen met afspelen en de CD terug
laten springen
Druk op 0.
De CD-weergave stopt en het bedieningspaneel
schuift omlaag. De CD wordt vervolgens
automatisch uitgeworpen. De vorige afspeelbron
wordt geselecteerd.
• De CD-weergave stopt tevens wanneer u van
bron verandert (zonder de CD uit te werpen).
Indien u later weer “CD” als bron kiest of de
stroom inschakelt, zal de CD-weergave vanaf
het punt waar u hiervoor stopte worden
voortgezet.
Opmerkingen:
• Als de teruggesprongen CD niet binnen ongeveer
15 seconden uit de CD-lade wordt verwijderd,
wordt de CD automatisch opnieuw in de CD-lade
geplaatst, zodat hij niet stoffig wordt. (Deze keer
wordt niet automatisch met afspelen begonnen).
• U kunt de CD uit de CD-lade laten springen
wanneer het apparaat is uitgezet.
Een fragment of een bepaald
punt op de CD zoeken
Het fragment versneld vooruit afspelen of
achteruit afspelen
Druk tijdens het afspelen van een CD op 4
en houd deze toets ingedrukt om het fragment
achteruit af te spelen.
Naar het volgende of naar het vorige
fragment gaan
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op
4 om naar het begin van het huidige
fragment te gaan.
Telkens wanneer u meerdere malen op de toets
drukt, wordt het begin van het vorige fragment
gezocht en afgespeeld.
Druk tijdens het afspelen
van een CD op ¢ , en
houd deze toets ingedrukt
om het fragment versneld
vooruit af te spelen.
Druk tijdens het afspelen
van een CD kort op ¢
om naar het begin van het
volgende fragment te gaan.
Telkens wanneer u
meerdere malen op de toets
drukt, wordt het begin van
het eerstvolgende fragment
gezocht en afgespeeld.
Direct naar een bepaald fragment gaan
Druk op de cijfertoets die bij een bepaald
fragment hoort, om het afspelen van dat
fragment te laten beginnen.
• Om een fragment met nummer 1 – 6
te selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Om een fragment met nummer 7 – 12
te selecteren:
Druk op 1 (7) – 6 (12) en houd de cijfertoets
langer dan 1 seconde ingedrukt.
Snel naar een fragment verspringen
1 Druk tijdens weergave van een CD op M
(MODE).
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
2 Druk op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag).
Vooruit verspringen van 10
fragmenten* tot naar maximaal
het laatste fragment
Terug verspringen van 10
fragmenten* tot naar maximaal
het eerste fragment
* Bij de eerste druk op de 5 (omhoog) of ∞
(omlaag) toets wordt naar het dichtstbijzijnde
hogere of lagere fragment dat een tiental
heeft (bijvoorbeeld het 10de, 20
fragment) versprongen.
Door een volgende druk op de toets kunt u
tegelijkertijd 10 fragmenten verspringen (Zie
“Snel naar een gewenst fragment gaan” op
bladzijde 24).
• Na het laatste fragment wordt weer het
eerste fragment gekozen en viceversa.
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
ste
of 30
ste
NEDERLANDS
23
Snel naar een gewenst fragment gaan
• Bijv. 1: Kiezen van fragmentnummer 32
tijdens weergave van
fragmentnummer 6
(Drie keer)(Twee keer)
Fragment 6 \ 10 \ 20 \ 30\ 31 \ 32
• Bijv. 2: Kiezen van fragmentnummer 8
tijdens weergave van
fragmentnummer 36
(Drie keer)(Twee keer)
Fragment
36 \ 30 \ 20 \ 10 \ 9 \ 8
De (disc willekeurig) indicator licht op
wanneer u willekeurige weergave van een disc
activeert. Er wordt een willekeurig fragment voor
weergave gekozen.
Voor het annuleren van willekeurige
weergave van een disc, kiest u “Random Off”
door herhaaldelijk op cijfertoets 3 te drukken of
drukt u op cijfertoets 4 in stap 2.
Fragmenten meerdere keren afspelen
(Herhaalde weergave van een fragment)
U kunt het huidige fragment meerdere keren
afspelen.
1 Druk tijdens weergave van een CD op M
(MODE).
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
CD-afspeelmodi selecteren
Fragmenten in willekeurige volgorde
NEDERLANDS
afspelen (Willekeurige weergave van een
disc)
U kunt alle fragmenten van de CD in willekeurige
volgorde afspelen.
1 Druk tijdens weergave van een CD op M
(MODE).
2 Druk op cijfertoets 3 terwijl “Mode” nog op het
display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets wordt
afwisselend “Random Disc” en “Random Off”
getoond.
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
2 Druk op cijfertoets 2 terwijl “Mode” nog op het
display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets wordt
afwisselend “Repeat Track” en “Repeat Off”
getoond.
De (fragment herhalen) indicator licht
op wanneer u herhaalde weergave van een
fragment activeert. Het spelende fragment wordt
herhaald weergegeven.
Voor het annuleren van herhaalde weergave,
kiest u “Repeat Off” door herhaaldelijk op
cijfertoets 2 te drukken of drukt u op cijfertoets 4
in stap 2.
24
Weergave van uitsluitend de intro’s
(Aftasten van intro’s van fragmenten)
U kunt de eerste 15 seconden van alle
fragmenten achterelkaar afspelen.
1 Druk tijdens weergave van een CD op M
(MODE).
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
2 Druk op cijfertoets 1 terwijl “Mode” nog op het
display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets wordt
afwisselend “Intro Track” en “Intro Off”
getoond.
De (fragment intro) indicator licht op
wanneer u weergave van de intro’s van
fragmenten activeert. De eerste 15 seconden
van ieder fragment worden weergegeven.
Voor het annuleren van intro-weergave, kiest
u “Intro Off” door herhaaldelijk op cijfertoets 1 te
drukken of drukt u op cijfertoets 4 in stap 2.
Vergrendelen van een CD
U kunt voorkomen dat een CD per ongeluk wordt
uitgeworpen door de CD in de lade te
vergrendelen.
Druk op CD/CD-CH, en houd
tegelijkertijd
seconden ingedrukt.
“No Eject” knippert ongeveer 5 seconden op het
display en de CD is vergrendeld zodat deze niet
per ongeluk kan worden verwijderd.
Voor het annuleren van de vergrendeling en
verwijderen van de CD
Druk op CD/CD-CH, en houd tegelijkertijd
nogmaal langer dan 2 seconden
ingedrukt.
“Eject OK” knippert ongeveer 5 seconden op het
display en de CD is nu ontgrendeld.
langer dan 2
NEDERLANDS
25
Veranderen van het displaypatroon
Door een druk op D (DISP) kunt u andere informatie op het display tonen.
Huidige
geluidsfunctie
(iEQ) (zie
bladzijde 28)
Door iedere druk op de toets verandert het displaypatroon als volgt:
Klein animatiedisplay 1Groot animatiedisplay
Klein
animatiedisplay 2
Klein
animatiedisplay 3
NEDERLANDS
Klein
Kloktijd-display
animatiedisplay 4
Kloktijd
Opmerkingen:
• De (disc) indicator licht op wanneer de disctitel/zanger(es) wordt getoond. De (fragment) indicator
licht op wanneer de fragmenttitel wordt getoond.
• Indien de informatie niet in één keer kan worden getoond, zal de informatie rollend op het display verschijnen.
Bepaalde tekens of symbolen kunnen mogelijk niet worden getoond (en er verschijnt een blanco of ander teken
voor in de plaats) op het display.
•“NO NAME” wordt getoond indien er geen naam voor een normale CD is ingevoerd.
Zie bladzijde 38 voor het invoeren van een naam voor een normale CD.
•“NO NAME” wordt getoond indien er geen naam voor de disctitel/zanger(es) of geen fragmenttitel voor de
CD Tekst is opgenomen.
26
GELUID REGELEN
Geluid aanpassen
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens
instellen.
• De “Vol Adj” instelling is voor iedere bron,
uitgezonderd FM, vereist. Alvorens een
instelling voor “Vol Adj” te maken, moet u de
bron kiezen waarvoor u het volume met “Vol
Adj” wilt instellen.
1
Selecteer de functie die u wilt
aanpassen.
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
Door iedere druk op SEL
(selecteren) veranderen de
instelbare onderdelen als volgt:
iEQ
Fad/Bal
Geannuleerd
• Zie bladzijden 28 en 29 voor iEQ
(geluidsfunctie) instellingen.
• Zie bladzijde 30 voor METER
(niveaumeter) instellingen.
IndicatieDoel:Bereik
Fad*Evenwicht tussen R06 (Allen
BalEvenwicht tussen L06 (Allen
Vol AdjVoor het instellen
voor- en | achterin)
achterspeakersF06 (Allen
aanpassen.voorin)
linker- en | links)
rechterspeakerR06 (Allen
aanpassen.rechts)
en vastleggen van
het ingangsniveau
voor iedere bron.
Vol Adj
METER
–12 (min.)
|
+12 (max.)
2
Maak de instellingen.
• Instellen van de fader en balans—Fad,
Bal:
U kunt deze twee instellingen tegelijkertijd
maken aan de hand van de aanduiding op
het display.
• Druk op 5 (omhoog) of
∞ (omlaag) om de fader
in te stellen.
• Druk op ¢ of
4 om de balans in
te stellen.
• Instellen van het ingangsniveau voor
iedere bron—Vol Adj:
U moet deze instelling voor iedere bron,
uitgezonderd FM, maken. Kies voordat u
de instelling maakt eerst de gewenste
bron.
Nadat u de instelling eenmaal heeft
gemaakt, wordt deze in het geheugen
vastgelegd en hoeft u het volumeniveau
niet meer iedere keer bij het veranderen
van bron opnieuw in te stellen.
Stel in overeenstemming met het FMgeluidsniveau in.
• U kunt geen instelling maken indien FM
als bron is gekozen. “FIX” verschijnt in
dat geval.
Verhogen van het niveau
Verlagen van het niveau
NEDERLANDS
* Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet u
FAD op “00” zetten.
27
Kiezen van vooringestelde
geluidsfuncties (iEQ:
intelligente equalizer)
U kunt een vooringestelde geluidsfunctie (iEQ:
intelligente equalizer) kiezen die voor het genre
muziek geschikt is.
• De volgende stappen moeten binnen een
bepaalde tijd worden uitgevoerd. Start opnieuw
vanaf stap 1 indien de instelling wordt
geannuleerd voordat u klaar bent.
Beschikbare geluidsfuncties:
• FLAT• Country
(neutraal)
• H.ROCK• REGGAE
(Hard Rock)
• R & B• CLASSIC
(Rythm en Blues)
• POP• USER 1(Popmuziek)• USER 2
• JAZZ• USER 3
(Jazz-muziek)
• DANCE
NEDERLANDS
(Dansmuziek)
1
Druk éénmaal op SEL (selecteren).
De laatst gekozen
geluidsfunctie wordt
opgeroepen.
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
Bijv.: Indien u hiervoor “Flat” heeft gekozen
• Door iedere druk op de toets veranderen
de instelbare onderdelen als volgt:
(Country-muziek)
(Reggae-muziek)
(Klassieke muziek)
2
Druk op de cijfertoets die
overeenkomt met de gewenste
geluidsfunctie.
• Dit toestel heeft twee schermen voor het
kiezen van geluidsfuncties. Druk op 5
(omhoog) of ∞ (omlaag) om naar het
andere scherm te gaan.
Druk op 5 (omhoog)
of ∞ (omlaag).
Bijv.: Indien u op cijfertoets 1 drukt om
“Country” te kiezen
Voor het annuleren van de vooringestelde
geluidsfunctie, kiest u “FLAT” in stap 2.
Opmerking:
Zie bladzijde 53 voor details aangaande de waarden
voor de reeds gemaakte instellingen voor iedere
geluidsfunctie.
Voor het verlaten van de vooringestelde
geluidsfunctie, drukt u herhaaldelijk op SEL
(selecteren) of wacht u ongeveer 5 seconden.
28
iEQ
Fad/Bal
Geannuleerd
• Zie bladzijde 27 voor SEL (Fad/Bal, Vol
Adj) instellingen.
• Zie bladzijde 30 voor METER
(niveaumeter) instellingen.
Vol Adj
METER
Vastleggen van uw eigen
geluidsinstellingen
U kunt de geluidsfuncties naar wens instellen en
vervolgens uw eigen instellingen in het geheugen
vastleggen (User 1, User 2 en User 3).
• De volgende stappen moeten binnen een
bepaalde tijd worden uitgevoerd. Start opnieuw
vanaf stap 1 indien de instelling wordt
geannuleerd voordat u klaar bent.
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
Bijv.: Indien u hiervoor “Country” heeft
gekozen
2
Kies de in te stellen geluidsfunctie.
• Dit toestel heeft twee schermen voor het
kiezen van geluidsfuncties. Druk op 5
(omhoog) of ∞ (omlaag) om naar het
andere scherm te gaan.
3
Activeer de functie voor het instellen
van het geluid.
Het volgende scherm
voor het instellen van
de geluidsfunctie
verschijnt op het
display.
2) Druk op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag)
om het niveau van de gekozen band
binnen een bereik van –05 t/m +05 in
te stellen.
3) Herhaal stappen 1) en 2) voor het
instellen van de andere
frequentiebanden.
5
Leg de gemaakte instelling vast.
Indien u de instelling wilt annuleren,
drukt u op SEL (selecteren).
• De door u gemaakte instelling blijft
effectief totdat u een andere
geluidsfunctie kiest.
6
Kies een van de gebruikergeluidsfuncties (User 1, User 2 of
User 3) waaronder u de instelling
wilt vastleggen.
Een mededeling voor het
bevestigen verschijnt—of u de
instelling werkelijk wilt
vastleggen.
NEDERLANDS
Bijv.: Met “User 1” gekozen
29
Activeren van de niveaumeter
U kunt de niveaumeters op het display tonen
tijdens weergave van een bron.
Dit toestel heeft drie verschillende patronen voor
de niveaumeters.
Bij het verlaten van de fabriek is de niveaumeter
op “Off” gesteld.
• De volgende stappen moeten binnen een
bepaalde tijd worden uitgevoerd. Start opnieuw
vanaf stap 1 indien de instelling wordt
geannuleerd voordat u klaar bent.
1
Druk herhaaldelijk op SEL
(selecteren).
De laatst gekozen
niveaumeter verschijnt op het
display.
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
• Door iedere druk op de toets veranderen
NEDERLANDS
de instelbare onderdelen als volgt:
iEQ
Geannuleerd
Fad/Bal
Vol Adj
METER
Meter 1:
De audioniveaumeter fluctueert in verticale
richting.
Meter 2:
De luidspreker op het display vibreert wanneer
het audio-ingangsniveau verandert.
Meter 3:
De audioniveaumeters verschijnen aan de linkeren rechterkant.
• Er kan slechts één audioniveaumeter worden
getoond indien u het kleine animatiedisplay
heeft gekozen.
30
• Zie bladzijde 27 voor SEL (Fad/Bal, Vol
Adj) instellingen.
• Zie bladzijden 28 en 29 voor iEQ
(geluidsfunctie) instellingen.
2
Kies het gewenste patroon voor de
niveaumeter.
De niveaumeters
veranderen in de
volgende volgorde door
de regelaar te draaien.
Off (uitgeschakeld)
3
1
2
ANDERE HOOFDFUNCTIES
De algemene instellingen
wijzigen (PSM)
U kunt de onderdelen van de volgende tabel en
de op bladzijde 32 getoonde onderdelen
veranderen met gebruik van de PSM (Modus
met voorkeursinstellingen) regelaar.
• De PSM-onderdelen zijn in zes categorieën
gegroepeerd—MOVIE, CLOCK, DISP
(display), TUNER, AUDIO en COLOR.
Basisprocedure
1
Druk op SEL (selecteren) in en
houd deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven. (Zie bladzijden 31 en
32).
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
2
Druk op de cijfertoetsen om een van
de PSM-categorieën te kiezen.
Het eerste onderdeel van de gekozen
categorie verschijnt.
3
Selecteer het PSM-item waarvan u
de instelling wilt wijzigen. (Zie
bladzijden 31 en 32).
• U kunt tevens naar andere categorieën
gaan door herhaaldelijk op ¢ of4 te drukken.
4
Wijzig het PSM-item dat u hebt
geselecteerd.
5
Herhaal stap 2 tot 4 als u de andere
PSM-items wilt aanpassen.
6
Voltooi de instelling.
NEDERLANDS
Modus met voorkeursinstellingen (PSM)-onderdelen
De PSM- onderdelen zijn in zes categorieën gegroepeerd—MOVIE, CLOCK, DISP (display), TUNER,
AUDIO en COLOR. Voor het kiezen van een onderdeel moet u eerst de categorie kiezen waarin het
gewenste onderdeel is.
IndicatiesKiesbare waarden/onderdelen
GraphicsFilmdemonstratie
KeyIn CFMBevestiging toetsdruk
MOVIE
Clock HrInstellen van het uur
Clock MinInstellen van de minuut
CLOCK
24H/12H12-uur of 24-uur
Auto AdjAutomatisch instellen
van klok
All Demo
Long
0 – 23 (1 – 12)
12Hours
OffOn20
Int Demo
Off
Short
Off
00 – 59
24Hours
On
Fabrieksin-Zie
stellingenblz.
Int Demo8, 33
Long33
0 (0:00)9
00 (0:00)9
24Hours9
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
31
ScrollFunctie voor rollen
DimmerDimmerfunctie
From– To*1Instelling dimmertijd
ContrastContrast
LCD TypeDisplaytype
DISP (display)
Font TypeLettertype
TagLabeldisplay
PTY StnbyPTY standby
AF-Regn’lAlternatieve frequentie/
TA VolumeVerkeersinformatie
P-SearchProgramma-zoeken
TUNER
NEDERLANDS
IF FilterIntermediaire
DAB AF*
IndicatiesKiesbare waarden/onderdelen
Once
Auto
Off
AutoOff
Time Set
On
Gewenste tijd – Gewenste tijd18 – 735
1 – 10
Positive
Negative
Auto
1
Off
2
On
29 programmatypen
(zie bladzijde 21)
Regionalisatie ontvangst
volume
AF
Volume 0 – Volume 50Volume 2020
Off*
AF Reg
2
OnOffOff20
frequentiefilter
3
Alternatieve frequentie
zoeken
Wide
Off
Auto
On
Fabrieksin-Zie
stellingenblz.
Once33
Auto35
533
Auto33
133
On
33, 34
News17
AF16
Auto34
On51
BeepPieptoon bij toetsdruk
Ext Input*4Extern component
AUDIO
TelephoneTelefoon demping
ChangerLine InChanger34
Off
OnOffOn34
Muting1
Muting2
All SRCGekozen bron
UserDoor gebruiker gekozen
kleur
RRood
GGroen
COLOR
BBlauw
TrimIllumTrimIllum Lijstverlichting
Zie bladzijde 36 voor detailsEvery36
DayNight
00 – 11
00 – 11
00 – 11
On
Audio
Off
*1Wordt uitsluitend getoond indien “Dimmer” op “Time Set” is gesteld.
*2Wordt uitsluitend getoond indien “DAB AF” op “Off” is gesteld.
*3Wordt uitsluitend getoond indien DAB-tuner is aangesloten.
*4Wordt uitsluitend getoond indien een van de volgende bronnen is gekozen—FM, AM en CD.
32
Off34
Day
Day: 07/Night: 05
Day: 07/Night: 05
Day: 07/Night: 05
On
37
37
37
37
34
Instellen van de filmdemonstratie
—Graphics
Bij het verlaten van de fabriek is de film
geactiveerd.
• All Demo: De filmdemonstratie start
automatisch indien er gedurende
ongeveer 20 seconden geen
bediening wordt uitgevoerd.
• Int Demo: De filmdemonstratie en aanduiding
van de weergavebron worden
afwisselend op het display getoond
indien er gedurende ongeveer 20
seconden geen bediening wordt
uitgevoerd.
• Off:De filmdemonstratie is geannuleerd.
Kiezen van de bronanimatie voor het
display—KeyIn CFM
Bij het veranderen van bron toont het display de
bronanimatie. U kunt de gewenste bronanimatie
voor het display kiezen.
• Long:Een lange bronanimatie wordt
getoond.
• Short:Een korte bronanimatie wordt
getoond.
• Off:De bronanimatie is geannuleerd.
Kiezen van de functie voor het rollen van
discinformatie en DAB-tekst—Scroll
U kunt de functie voor het rollen van
discinformatie en DAB-radiotekst (DLS: Dynamic
Label Segment) kiezen.
• Once:Tijdens het tonen van de
discinformatie; wordt deze informatie
slechts éénmaal rollend getoond.
Tijdens het tonen van de DAB-tekst;
wordt de gedetailleerde DAB-tekst
slechts éénmaal rollend getoond.
• Auto:Tijdens het tonen van de
discinformatie; wordt het rollen
herhaald (met intervallen van 5seconden).
Tijdens het tonen van de DAB-tekst;
wordt de gedetailleerde DAB-tekst
rollend getoond.
• Off:Tijdens het tonen van de
discinformatie; de functie voor het
rollen is geannuleerd.
Tijdens het tonen van de DAB-tekst;
worden uitsluitend de koppen van de
tekst, indien aanwezig, getoond.
Opmerking:
Ook met de functie voor het rollen op “Off” gesteld,
kunt u de informatie rollend op het display tonen door
D (DISP) langer dan een seconde ingedrukt te houden.
Instellen van het contrastniveau voor het
display—Contrast
U kunt het contrast voor het display vanaf 1 tot
10 instellen.
Stel het contrast zodanig in dat de aanduidingen
goed op het display te zien zijn.
Kiezen van het verlichtingspatroon voor
het display—LCD Type
U kunt het gewenste verlichtingspatroon voor het
display kiezen.
• Auto:Een positief patroon wordt overdag
gebruikt (afhankelijk van de
“Dimmer” instelling); ’s nachts wordt
een negatief patroon gebruikt
(tevens afhankelijk van de
“Dimmer” instelling).
• Positive: Positief (normaal) patroon van het
display.
• Negative: Negatief (tegengesteld) patroon van
het display.
Kiezen van het lettertype voor het display
—Font Type
U kunt het lettertype voor de aanduidingen op
het display kiezen. Kies als gewenst “1” of “2”.
Activeren of uitschakelen van het
labeldisplay—Tag
Deze functie werkt uitsluitend indien een
JVC MP3-compatibele CD-wisselaar is
aangesloten.
Een MP3 bestand kan bestandinformatie
bevattten die we “ID3 Tag” noemen. Hierin is
onder andere de naam van het album,
zanger(es), fragmenttitels, etc. in opgenomen.
Er zijn twee versies – ID3v1 (ID3 Tag versie 1)
en ID3v2 (ID3 Tag versie 2). Uitsluitend ID3v1
kan worden getoond.
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
NEDERLANDS
33
• On:Weergave van informatie in ID3-
• Off:Weergave van informatie in ID3-
tags is ingeschakeld tijdens het
afspelen van MP3-bestanden.
• Als een MP3-bestand geen ID3tag heeft, worden de mapnaam en
bestandsnaam weergegeven.
Opmerking:
Als u tijdens het afspelen van een MP3bestand de instelling wijzigt van “Off”
naar “On”, wordt het weergeven van
informatie die in tags ligt opgeslagen
vanaf het volgende bestand geactiveerd.
tags is uitgeschakeld tijdens het
afspelen van MP3-bestanden.
(Alleen de mapnaam en de
bestandsnaam worden
weergegeven).
Veranderen van de gevoeligheid van de
FM-tuner—IF Filter
In bepaalde gebieden kunnen dicht bij elkaar
NEDERLANDS
liggende zenders elkaar storen, wat we
interferentie noemen. In dat geval worden
uitzendingen mogelijk door ruis gestoord.
• Auto:In geval van dergelijke interferentie
verhoogt het toestel automatisch de
gevoeligheid van de tuner zodat de
door interferentie veroorzaakte ruis
wordt verminderd. (Het stereo-effect
• Wide:Interferentie van in de buurt
gaat hierdoor tevens verloren).
liggende zenders wordt niet
geminimaliseerd maar de
geluidskwaliteit wordt niet slechter
en het stereo-effect blijft behouden.
Het externe apparaat selecteren
—Ext Input
Het externe apparaat kan met behulp van de
KS-U57 Line Input Adapter (niet meegeleverd)
op de ingang van de CD-wisselaar worden
aangesloten.
Als u het externe apparaat via deze eenheid als
afspeelbron wilt gebruiken, moet u bepalen welk
onderdeel—de CD-wisselaar of het externe
apparaat—u wilt gebruiken.
• Changer: De CD-wisselaar gebruiken.
• Line In:Voor een ander apparaat dan de
CD-wisselaar.
Opmerking:
Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de KS-U57
Line Input Adapter op het externe apparaat treft u aan
in de Handleiding voor installatie/aansluiting (aparte
publicatie).
Audiodemping voor cellulaire
telefoongesprekken selecteren
—Telephone
Deze modus wordt gebruikt wanneer er een
cellulair telefoonsysteem is aangesloten.
Selecteer afhankelijk van het telefoonsysteem
dat u gebruikt “Muting 1” of “Muting 2”.
• Muting1: Kies als u met deze instelling het
geluid kan dempen bij gebruik van
een mobiel telefoonsysteem.
• Muting2: Kies als u met deze instelling het
geluid kan dempen bij gebruik van
een mobiel telefoonsysteem.
• Off:Hiermee wordt de audiodemping
voor cellulaire telefoonsystemen
uitgeschakeld.
Geluid bij het aanraken van de toetsen
in- en uitschakelen—Beep
Het is mogelijk om het geluid dat u hoort bij het
aanraken van de toetsen uit te schakelen als u
deze geluiden storend vindt.
• On:Hiermee schakelt u het geluid bij
het aanraken van de toetsen in.
• Off:Hiermee schakelt u het geluid bij
het aanraken van de toetsen uit.
34
Activeren of uitschakelen van de
lijstverlichting—TrimIllum
U kunt de sierplaat naar wens wel of niet
verlichten.
• On:Kies voor het verlichten van de
sierplaat.
• Audio:De verlichting verandert al naar
gelang de verandering van het
geluidsniveau.
• Off:De sierplaat wordt niet verlicht.
Kiezen van de dimmerfunctie
U kunt het display ’s nacht of bij gebruik van de
timer automatisch dimmen.
Opmerking:
De automatische dimmerfunctie van dit toestel werkt
mogelijk niet in bepaalde auto’s, vooral niet in auto’s
die een speciale regelaar voor het dimmen hebben.
Kies in dat geval een andere stand dan “Auto.”
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2
seconden ingedrukt zodat een van
de PSM-onderdelen op het display
verschijnt. (Zie bladzijden 31 en 32).
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
2
Druk op cijfertoets 3 om “DISP”
—Displaycategorie van de PSM-instellingen – te kiezen.
4
Stel de dimmerfunctie als gewenst in.
• Auto:
• Off:
• On:
• Time Set:
Opmerking:
Door “Auto” of “Time Set” te kiezen, wordt het
displaypatroon mogelijk naar “Negative” of
“Positive” veranderd indien“LCD Type” op
“Auto” is gesteld.
• Ga nar de volgende stappen voor het
instellen van de timer indien u “Time Set”
heeft gekozen.
• Ga naar stap 7 om de instelling te
voltooien indien u een andere instelling
dan “Time Set” heeft gekozen.
Voor het activeren van de
automatische dimmer.
Het display wordt automatisch
gedimd wanneer u de
koplampen van de auto aanzet.
De automatische dimmer wordt
geannuleerd.
Het display wordt altijd gedimd.
Gebruik voor het instellen van
de timer voor de dimmerfunctie.
NEDERLANDS
3
Druk op ¢ of 4 om“Dimmer” te kiezen.
5
Kies “From– To” om de timer voor de
dimmerfunctie in te stellen.
6
Stel de timer in.
1 Verdraai de regelschijf om de starttijd in
te stellen.
2 Druk éénmaal op ¢.
3 Verdraai de regelschijf om de stoptijd in
te stellen.
7
Voltooi de instelling.
35
Veranderen van de displaykleur
U kunt de displaykleur met de PSM-regelaar
instellen. U kunt tevens uw favoriete kleur voor
iedere bron afzonderlijk (of voor alle bronnen)
kiezen.
Het is ook mogelijk om uw eigen kleuren te
maken en deze voor de displaykleur in te stellen.
3
Kies de gewenste bron—ALL SRC,
CD, Changer (Line), FM of AM
—waarvoor u de displaykleur wilt
instellen.
Instellen van de gewenste kleur voor
iedere bron
Nadat u eenmaal de kleur voor iedere bron
afzonderlijk (of voor alle bronnen) heeft
ingesteld, wordt het display in de door u gekozen
kleur verlicht wanneer u de bron kiest.
1
Houd SEL (selecteren) langer dan 2
seconden ingedrukt zodat een van
de PSM-onderdelen op het display
verschijnt. (Zie bladzijden 31 en 32.)
NEDERLANDS
2
Druk op cijfertoets 6 om “COLOR”
—Kleurcategorie van de PSM-instellingen – te kiezen.
Het “All SRC” instelscherm verschijnt op het
display.
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
*1
All SRCCD
AM
*1Indien u “All SRC” kiest, wordt dezelfde kleur
voor alle bronnen gebruikt.
*2Voor het kiezen van het component dat met
“Ext Input” is gekozen.
4
Kies de displaykleur.
Every*
(Lucht) O
O
Grass
(Roos) O
(Honing) O
(Katoen) O
(Gebruiker) O (terug naar het begin)
*1 Met “Every” gekozen, verandert de kleur iedere
2 seconden (alle hierboven genoemde kleuren
worden gebruikt, uitgzonderd “User”).
*2 Met “User” gekozen, worden de door de
gebruiker gemaakte kleuren—“Day” en “Night”
voor het display gebruikt. (Zie bladzijde 37).
1
(Iedere) O
Sea
(Zee)O
(Gras)O
Amber
Violet
Snow
FM
Changer
(Line)
De kleur verandert als
volgt door de regelschijf
te verdraaien:
Aqua
(Water)O
Leaves
(Bladeren)
Red
(Rood)O
(Amber)O
(Paars)O
(Sneeuw)O
Honey
Cotton
User*
*2
Sky
Rose
2
36
5
Herhaal stappen 3 en 4 voor het
kiezen van de kleur voor iedere bron
(uitgezonderd indien u “All SRC” in
3
heeft gekozen.)
stap
6
Voltooi de instelling.
Zelf uw kleuren maken—User
U kunt uw eigen kleuren maken—“Day” en
“Night” en deze voor iedere gewenste bron als
displaykleur gebruiken.
• Day:Kan worden gebruikt als uw
• Night: Kan worden gebruikt als uw
1
2
gebruikerskleur overdag (wanneer de
koplampen uit zijn geschakeld), of als
ingesteld met de timer (“From– To”).
gebruikerskleur ’s nachts (wanneer de
koplampen zijn aangezet), of als
ingesteld met de timer (“From– To”).
Houd SEL (selecteren) langer dan 2
seconden ingedrukt zodat een van
de PSM-onderdelen op het display
verschijnt. (Zie bladzijden 31 en 32).
De toetsen voor de volgende
stap beginnen te knipperen.
Druk op cijfertoets 6 om “COLOR”
—Kleurcategorie van de PSM-instellingen – te kiezen.
Het “All SRC” instelscherm verschijnt op het
display.
4
Kies het scherm voor het instellen
van de kleur.
Een van de schermen
voor het instellen van
gebruikerskleuren
verschijnt.
“User Day” of “User
Night” wordt links op
het display getoond.
5
Kies “Day” of “Night” al naar gelang
de instelling die u wilt maken.
6
Stel de gekozen gebruikerskleur in.
1) Druk op ¢
een van de drie primaire kleuren
te kiezen—“R” (rood), “G” (groen)
of “B” (blauw).
of 4 to om
NEDERLANDS
3
Kies “User” als kleur.
De kleur wordt voor de
huidige ingestelde bron
gebruikt (de bron die
boven op het display
wordt getoond, in dit
voorbeeld “All SRC”).
Indien u een afzonderlijke bron voor de
kleur wilt, moet u voordat u “User” in deze
stap kiest, eerst de betreffende bron kiezen
door een druk op 5 (omhoog) of ∞
(omlaag).
2) Druk op 5 (omhoog) of ∞
(omlaag) om de gekozen primaire
kleur in te stellen.
U kunt de kleur vanaf 00 tot 11 veranderen.
3) Herhaal stappen 1) en 2) om de
andere primaire kleuren in te
stellen.
7
Herhaal stappen 5 tot 6 voor het
instellen van de andere
gebruikerskleuren—“Day” of
“Night”.
8
Voltooi de instelling.
37
Invoeren van namen voor
bronnen
U kunt namen invoeren voor CD’s (zowel in dit
toestel als in de CD-wisselaar) en voor het
externe component.
De naam die u toekent, wordt vervolgens op de
display weergegeven wanneer u het
desbetreffende apparaat selecteert.
Maximaal aantal tekensBron
CDs*Maximaal 32 tekens (voor
Extern componentMaximaal 8 tekens
* U kunt geen naam voor een CD Tekst (en MP3 disc
in de CD-wisselaar) invoeren.
1
Selecteer een bron waaraan u een
naam wilt toekennen.
NEDERLANDS
De stroom wordt automatisch ingeschakeld
zodra u een bron kiest.
2
Houd D (DISP) ingedrukt en druk
tegelijkertijd langer dan 2 seconden
op SEL (selecteren).
De toetsen voor de volgende stap beginnen
te knipperen.
maximaal 40 discs)
CD
CD-CH
(of LINE-IN)
3
Kies het in te stellen teken wanneer
de eerste positie voor het invoeren
van een teken knippert.
(A – Z: hoofdletters)
(kleine letters met
accent)
(hoofdletters met
accent)
4
Selecteer het gewenste teken.
5
Verplaats de cursor naar de positie
voor het volgende of het vorige
teken.
6
Herhaal stappen 3 tot 5 totdat de
hele naam is ingevoerd.
Door iedere druk op de toets
verandert het stel tekens als
volgt:
(a – z: kleine letters)
(0 – 9: cijfers
en symbolen)
• Zie bladzijde 53 voor
beschikbare tekens.
38
Bijv.: Indien u een CD als bron selecteert
7
Voltooi de procedure terwijl het
laatst gekozen teken knippert.
Wissen van ingevoerde tekens
Voeg spaties op dezelfde, hierboven beschreven
wijze, in.
Opmerkingen:
• De functie voor het invoeren van tekst wordt niet
geactiveerd indien u probeert een naam voor de
41st disc in te voeren. U moet in dat geval eerst
ongewenste namen wissen.
•
Wanneer er een CD-wisselaar is aangesloten, kunt u
ook namen toekennen aan CD’s in de CD-wisselaar.
De namen kunnen ook op de display worden
weergegeven als u de CD’s in deze toestel plaatst.
Bedieningspaneel verwijderen
U kunt het bedieningspaneel verwijderen,
wanneer u uit de auto stapt.
U moet het bedieningspaneel voorzichtig
verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen,
zodat de connectors op de achterkant van het
bedieningspaneel en de houder van het
bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het bedieningspaneel
verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijdert, moet
u er zeker van zijn dat de spanning is
uitgeschakeld.
1
Ontgrendel het bedieningspaneel.
2
Druk het bedieningspaneel miets
omhoog en trek tegelijkertijd naar u
toe van het apparaat.
Hoe moet u het bedieningspaneel
weer op zijn plaats bevestigen?
1
Steek de rechterkant van het
bedieningspaneel in de groef van de
paneelhouder.
2
Druk op de linkerkant van het
bedieningspaneel om het paneel in
de paneelhouder te vergrendelen.
Opmerking over het reinigen van de connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert, zullen
de connectors op een gegeven moment minder
goed gaan functioneren.
Om deze mogelijkheid tot het minimum te
beperken, moet u de connectors van tijd tot tijd
met een met alcohol bevochtigde katoenen doek
schoonmaken. Zorg ervoor dat u de connectors
daarbij niet beschadigt.
NEDERLANDS
3
Stop het losgemaakte
bedieningspaneel in het daarvoor
bestemde doosje.
Connectors
39
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR
Gebruik bij voorkeur de JVC, MP3 compatibele
CD-wisselaar met dit toestel.
Met gebruik van deze CD-wisselaar kunt u uw
originele CD-R’s (Opneembaar) en CD-RW’s
(Herschrijfbaar) afspelen die met het audio CDformaat of het MP3-formaat zijn opgenomen.
• U kunt tevens bepaalde andere CD-wisselaars
uit de CH-X serie aansluiten (uitgezonderd de
CH-X99 en CH-X100). Deze andere wisselaars
zijn echter niet voor MP3 geschikt en u kunt
dan dus geen MP3 discs afspelen.
• U kunt CD-wisselaars uit de KD-MK serie niet
NEDERLANDS
met dit toestel gebruiken.
Alvorens uw CD-wisselaar te gebruiken:
• Lees de instructies door die bij uw
CD-wisselaar zijn geleverd.
• Als er geen CD’s in de houder van de
CD-wisselaar aanwezig zijn of wanneer de
CD’s ondersteboven in de houder zitten,
verschijnt op het afleesvenster de tekst
“No Disc”. Als dit gebeurt, moet u de houder
verwijderen en de CD’s op de juiste wijze in
de houder plaatsen.
•“No Magazine” knippert op het display indien
er geen magazijn in de CD-wisselaar is
geplaatst. U moet in dat geval een magazijn
in de CD-wisselaar plaatsen.
• Indien “Reset 01” – “Reset 08” op het display
knippert, is de verbinding tussen dit toestel
en de CD-wisselaar waarschijnlijk verkeerd.
Als dit gebeurt, moet u de verbinding
controleren, de verbindingskabel(s) stevig vastmaken. En dan op de
resetknop van de CD-wisselaar drukken.
CD’s afspelen
Selecteer de CD-wisselaar (CD-CH).
CD
* U kunt de CD-wisselaar niet kiezen indien u “Ext
Input” op “Line In” heeft gesteld (zie bladzijde 47).
• Indien u een MP3 disc heeft geplaatst:
De weergave start vanaf de eerste map van de
huidige disc nadat de bestanden zijn
gecontroleerd.
Gekozen discnummer
Huidige map/fragment en
verstreken weergavetijd
CD-CH*
De indicator MP3
40
• Indien u een normale CD heeft geplaatst:
De weergave start vanaf het eerste fragment
van de huidige disc.
Gekozen discnummer
Huidige fragment en verstreken weergavetijd
Opmerkingen:
• Wanneer u op CD/CD-CH drukt, wordt automatisch
de spanning ingeschakeld. U hoeft niet op
te drukken om de spanning in te
schakelen.
• De CD-wisselaar weergave stopt wanneer u van
bron verandert. Wanneer u later weer de CDwisselaar als bron kiest, wordt de weergave
voortgezet vanaf het hiervoor gestopte punt.
Direct naar een bepaalde CD gaan
Druk op de nummertoets die correspondeert met
het nummer van de CD om het afspelen te laten
beginnen (tijdens weergave van de CDwisselaar).
Het fragment/bestand versneld vooruit of
achteruit afspelen
Houd tijdens weergave
¢, ingedrukt om het
fragment/bestand versneld
in voorwaartse richting af
te spelen.
Houd tijdens weergave 4 ingedrukt om het
fragment/bestand versneld in achterwaartse
richting af te spelen.
Opmerking:
Tijdens deze bediening met een MP3 disc kunt u
uitsluitend het geluid met onderbrekingen horen. (De
verstreken weergavetijd verandert tevens met
onderbrekingen op het display).
Naar het volgende of vorige fragmenten/
bestanden en gaan
Druk tijdens weergave kort
op ¢ om naar het
begin van het volgende
fragment/bestand te
verspringen.
Telkens wanneer u
meerdere malen op de
toets drukt, wordt het begin
van volgende fragmenten/
bestanden opgezocht en de
weergave vanaf daar
gestart.
Druk tijdens weergave kort op 4 om naar
het begin van het huidige fragment/bestand te
verspringen.
Telkens wanneer u meerdere malen op de toets
drukt, wordt het begin van vorige fragmenten/
bestanden opgezocht en de weergave vanaf
daar gestart.
NEDERLANDS
• Nummer van de CD 1 – 6 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Nummer van de CD 7 – 12 selecteren:
Druk op 1 (7) – 6 (12) en houd de cijfertoets
langer dan 1 seconde ingedrukt.
41
Deze bediening is uitsluitend mogelijk met
gebruik van een JVC MP3-compatibele
CD-wisselaar (CH-X1500).
Snel naar een fragment/bestand
verspringen
1 Druk tijdens weergave van een CD op M
(MODE).
2 Druk op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag).
NEDERLANDS
* Bij de eerste druk op de 5 (omhoog) of ∞
(omlaag) toets wordt naar het dichtstbijzijnde
hogere of lagere fragment/bestand dat een
tiental heeft (bijvoorbeeld het 10de, 20
30
Door een volgende druk op de toets kunt u
tegelijkertijd 10 fragmenten/bestanden
verspringen (Zie “Snel naar een gewenst
bestand/fragment gaan” hier rechts).
• Na het laatste fragment/bestand wordt weer
het eerste fragment/bestand gekozen en
viceversa.
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
Vooruit verspringen van 10
fragmenten/bestanden* tot naar
maximaal het laatste fragment/
bestand
Terug verspringen van 10
fragmenten/bestanden* tot naar
maximaal het eerste fragment/
bestand
ste
fragment/bestand) versprongen.
Snel naar een gewenst bestand/fragment
gaan
• Bijv. 1: Kiezen van fragment-/
• Bijv. 2: Kiezen van fragment-/
bestand 36\ 30 \ 20 \ 10 \ 9 \ 8
bestandnummer 32 tijdens weergave
van fragment-/bestandnummer 6
(Drie keer)(Twee keer)
Fragment/
bestand 6\ 10 \ 20 \ 30 \ 31 \ 32
bestandnummer 8 tijdens weergave
van fragment-/bestandnummer 36
(Drie keer)(Twee keer)
Fragment/
Verspringen naar de volgende of
voorgaande map (alleen voor MP3 discs)
Druk tijdens weergave van een
MP3 disc op 5 (omhoog) om naar
de volgende map te gaan.
ste
of
Druk tijdens weergave van een MP3 disc op ∞
(omlaag) om naar de voorgaande map te gaan.
Telkens wanneer u meerdere malen op de toets
drukt, wordt de voorgaande map opgezocht en
start de weergave van het eerste bestand in die
map.
Telkens wanneer u meerdere
malen op de toets drukt, wordt de
volgende map opgezocht en start
de weergave van het eerste
bestand in die map.
Opmerking:
Indien de huidige disc die wordt afgespeeld een MP3
disc is, wordt naar andere bestanden in dezelfde map
versprongen.
42
Kiezen van een disc/map/
Disc lijstMaplijst
Bestand (fragment) lijst
fragment met gebruik van de
naamlijsten
Kiezen van een disc met gebruik van de
disclijst
Indien u bent vergeten welke discs in de CDwisselaar zijn geplaatst, kunt u de disctitellijst
oproepen en dan de gewenste disc uit de op het
display getoonde lijst kiezen.
• Het display kan tegelijkertijd slechts zes
disctitels tonen.
1
Houd tijdens weergave van een disc
de 5 (omhoog) of ∞ (omlaag) toets
ingedrukt totdat een disctitellijst op
het display verschijnt.
Bij weergave van een MP3 disc, kunt u tevens
de maplijst(en) en bestandlijst(en) op het display
tonen en daaruit de gewenste map of het
bestand kiezen.
1 Houd tijdens weergave van een MP3 disc de
5 (omhoog) of ∞ (omlaag) toets ingedrukt
totdat een disctitellijst op het display
verschijnt.
2 Druk op ¢ of 4 om de maplijst
van de huidige disc of de bestandlijst van de
huidige map te tonen.
Door iedere druk op de toets verandert de op
het display getoonde lijst als volgt:
Huidige mapnummer
NEDERLANDS
Bijv.: Met maplijst gekozen
Huidige fragmentnummer
Gekozen discnummer
Opmerking:
Indien een disc een disctitel heeft (CD Tekst) of u
een naam heeft ingevoerd, wordt de titel/naam
op het display getoond.
Het discnummer verschijnt echter indien de CD
nog nooit met het toestel is afgespeeld.
2
Druk op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag)
om indien nodig de andere
disctitellijst te tonen.
3
Kies het nummer (1 – 6) van de disc
die u wilt beluisteren.
Bijv.: Met bestandlijst gekozen
Opmerking:
Het display kan tegelijkertijd slechts zes disctitels
tonen. Druk op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag) om andere
onderdelen van de volgende of voorgaande lijsten te
tonen.
3 Druk op de cijfertoets voor de af te spelen
disc, de map of het bestand.
43
Kiezen van de weergavefuncties
Afspelen van fragmenten/bestanden in
een willekeurige volgorde (Willekeurige
weergave)
1 Druk tijdens weergave op M (MODE).
2 Druk herhaaldelijk op cijfertoets 3 terwijl
“Mode” nog op het display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets verandert de
willekeurige weergavefunctie in de volgende
volgorde:
Voor MP3 discs:
Voor CD’s:
NEDERLANDS
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
Random DiscRandom Folder
Random Off
Random All
Random AllRandom Disc
Random Off
Functie
RandomAlle bestanden van
Folder*indicatorde huidige map en
RandomAlle fragmenten/
Discindicatorbestanden van de
RandomAlle fragmenten/
Allindicatorbestanden van alle
* “Random Folder” kan uitsluitend voor een MP3
disc worden gebruikt.
Voor het annuleren van willekeurige
weergave, kiest u “Random Off” door
herhaaldelijk op cijfertoets 3 te drukken of drukt u
op cijfertoets 4 in stap 2.
ActieveWillekeurige
indicatorweergave van
licht op.vervolgens de
bestanden van de
volgende map, etc.
licht op.huidige (of
gespecificeerde) disc.
licht op.in het magazijn
geplaatste discs.
Herhaald afspelen van fragmenten/
bestanden (Herhaalde weergave)
1 Druk tijdens weergave op M (MODE).
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
Bijv.: Met “Random Disc” gekozen
Opmerking:
De MP3 indicator licht tevens op indien een MP3 disc
wordt afgespeeld.
44
2 Druk herhaaldelijk op cijfertoets 2 terwijl
“Mode” nog op het display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets verandert de
herhaalde weergavefunctie in de volgende
volgorde:
Voor MP3 discs:
Repeat FolderRepeat Track
Repeat Off
Voor CD’s:
Repeat Disc
Repeat DiscRepeat Track
Repeat Off
Bijv.: Met “Repeat Track” gekozen
Opmerking:
De MP3 indicator licht tevens op indien een MP3 disc
wordt afgespeeld.
Functie
RepeatHet huidige (of
Trackindicatorgespecificeede)
RepeatAlle bestanden van
Folder*indicatorde huidige (of
RepeatAlle fragmenten/
Discindicatorbestanden van de
* “Repeat Folder” kan uitsluitend voor een MP3 disc
worden gebruikt.
Voor het annuleren van herhaalde weergave,
kiest u “Repeat Off” door herhaaldelijk op
cijfertoets 2 te drukken of drukt u op cijfertoets 4
in stap 2.
ActieveHerhaalde
indicatorweergave van
licht op.fragment/bestand.
licht op.gespecificeerde)
map van de huidige
disc.
licht op.huidige (of
gespecificeerde)
disc.
Afspelen van intro’s (Intro-aftastweergave)
1 Druk tijdens weergave op M (MODE).
“Mode” verschijnt op het display.
De toetsen voor de volgende stap
beginnen te knipperen.
2 Druk herhaaldelijk op cijfertoets 1 terwijl
“Mode” nog op het display wordt getoond.
Door iedere druk op de toets verandert de
intro-aftastweergavefunctie in de volgende
volgorde:
Voor MP3 discs:
Intro FolderIntro Track
Intro Off
Voor CD’s:
Intro Disc
Intro DiscIntro Track
Intro Off
Bijv.: Met “Intro Track” gekozen.
Opmerking:
De MP3 indicator licht tevens op indien een MP3 disc
wordt afgespeeld.
Functie
IntroAlle fragmenten/
Trackindicatorbestanden van de
IntroHet eerste bestand
Folder*indicatorvan iedere map van
IntroDe eerste fragmenten/
Discindicatorbestanden van de
* “Intro Folder” kan uitsluitend voor een MP3 disc
worden gebruikt.
Actieve
indicator
licht op.huidige disc.
licht op.de huidige disc.
licht op.geplaatste discs.
Intro-weergave
(de eerste 15
seconden van)
NEDERLANDS
Voor het annuleren van intro-aftastweergave,
kiest u “Intro Off” door herhaaldelijk op cijfertoets
1 te drukken of drukt u op cijfertoets 4 in stap 2.
45
Veranderen van display-informatie
Tijdens weergave van een MP3 bestand, kunt u andere MP3 discinformatie op het display tonen.
Opmerking:
Tijdens weergave van een CD of een CD Tekst, kunt u tevens andere discinformatie op het display tonen. Zie
bladzijde 26 voor details.
Door iedere druk op de toets verandert het display als volgt:
Klein animatiedisplay 1Groot animatiedisplay
Huidige
geluidsfunctie
(iEQ) (zie
bladzijde 28)
Klein
animatiedisplay 2
Kloktijd
NEDERLANDS
Klein
animatiedisplay 3
Klein
Kloktijd-display
De afbeelding hierboven toont voorbeelden van het display met “Tag ” op “Off” gesteld.
Opmerkingen:
• De (map) indicator licht op wanneer de mapnaam wordt getoond. De (bestand) indicator licht op
wanneer de bestandnaam wordt getoond.
• De informatie zal rollend op het display verschijnen indien deze niet in één keer kan worden getoond.
Bepaalde tekens of symbolen worden niet getoond (en er verschijnt een blanco of ander teken voor in de plaat)
op het display.
• Met “Tag ” op “On” gesteld (zie bladzijden 33 en 34) zal de ID3 tag informatie op het display verschijnen
indien de disc een ID3 tag heeft. De albumnaam/zanger(es) en (disc) verschijnt in plaats van de
mapnaam; en de fragmenttitel en (fragment) verschijnt in plaats van de bestandnaam.
46
animatiedisplay 4
Huidige
bestandnummer
Bestandnaam
BEDIENING VAN HET EXTERNE
APPARAATEN
Externe apparatuur afspelen
U kunt een extern component met de CDwisselaaraansluiting op het achterpaneel
aansluiten middels de KS-U57
(niet bijgeleverd).
Voorbereiding:
Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de
KS-U57 Line Input Adapter op het externe apparaat
treft u aan in de Handleiding voor installatie/
aansluiting (aparte publicatie).
Alvorens het externe component te bedienen,
moet u de juiste externe ingang kiezen. Volg
de hieronder beschreven stappen.
• Zie tevens “De algemene instellingen wijzigen
(PSM)” op bladzijden 31 en 32.
1 Houd SEL (selecteren) langer dan 2
seconden ingedrukt zodat een van de PSMonderdelen op het display verschijnt.
2 Druk op cijfertoets 5 om “AUDIO”
—Audiocategorie van de PSM-instellingen
– te kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om “Ext Input”* te
kiezen.
4 Draai de regelschijf naar rechts om
“Line In” te kiezen.
5 Druk op SEL (selecteren) om de instelling te
voltooien.
Line Input Adapter
Kies het externe component op de juiste
manier, zoals hieronder wordt beschreven.
1
Selecteer het externe apparaat
(Line In).
• Zie bladzijde 34 en kies de externe ingang
(“Line In”) voor de “Ext Input” instelling indien
“Line In”* niet op het display verschijnt.
*
Wordt uitsluitend getoond indien een van de
volgende bronnen is gekozen—FM, AM en CD.
Opmerking over de “One-Touch”-bediening:
Wanneer u op CD/CD-CH drukt, wordt automatisch
de spanning ingeschakeld. U hoeft niet op
te drukken om de spanning in te schakelen.
2
Schakel het aangesloten apparaat
aan en start het afspelen van de
afspeelbron.
3
Stel het volume.
CD
Line In*
NEDERLANDS
• Zie “Het externe apparaat selecteren—Ext
Input” op bladzijde 34 voor details.
* Wordt uitsluitend getoond indien een van de
volgende bronnen is gekozen—FM, AM en CD.
4
Stel het geluid in zoals u zelf wilt.
(Zie bladzijden 27 – 29).
Opmerking:
U kunt tevens het displaypatroon veranderen door
herhaaldelijk op D (DISP) te drukken.
47
BEDIENING VAN DE DAB-TUNER
DAB1DAB2DAB3
We raden u aan om in combinatie met deze
eenheid DAB-tuner KT-DB1500 of KT-DB1000 te
gebruiken.
Neem contact op met de JVC-dealer in autoaccessoires als u een andere DAB-tuner hebt.
• Zie ook de instructies die bij de DAB-tuner
werden geleverd.
Wat is het DAB-system?
DAB is een van de digitale
radiozendsystemen die momenteel in gebruik
NEDERLANDS
zijn. Met deze technologie is het mogelijk
CD’s af te spelen met hoge geluidskwaliteit
zonder storingen en signaalvervorming.
U kunt er zelfs tekst, afbeeldingen en
gegevens mee versturen.
In tegenstelling tot FM-uitzendingen, waarbij
elk programma op een aparte frequentie
wordt uitgezonden, worden bij DAB
verschillende programma’s (die “services”
worden genoemd) met elkaar gecombineerd
tot een “ensemble”.
Iedere “service”—“primaire service”—kan
daarbij tevens in componenten worden
verdeeld (“secundaire service” genoemd).
Alleen wanneer u een DAB-tuner op deze
eenheid aansluit, kunt u van deze DABservices gebruik maken.
Afstemmen op een ensemble
en op een van de services
Een ensemble bestaat doorgaans uit 6 of meer
programma’s (services) die tegelijkertijd worden
uitgezonden. Nadat u op een ensemble hebt
afgestemd, kunt u kiezen naar welke service u
wilt luisteren.
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM/AM als het CD, de CDwisselaar of een extern apparaat de huidige
afspeelbron is.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt en houdt, wordt de
DAB-tuner of de FM/AM-tuner
geselecteerd.
FM/AMDAB
2
Selecteer de DAB-band (DAB1,
DAB2 of DAB3).
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
DAB-band als volgt:
48
Opmerking:
Deze ontvanger is uitgerust met drie DABbanden (DAB1, DAB2, DAB3). U kunt met elke
DAB-band op een ensemble afstemmen.
3
FM/AMDAB
DAB1DAB2DAB3
Zoek een ensemble op.
Zoeken naar
ensembles met
hogere frequenties.
Zoeken naar ensembles met lagere
frequenties.
Wanneer een ensemble wordt ontvangen,
stopt het zoeken.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u
het zoeken wilt stoppen voordat op een
ensemble is afgestemd.
4
Kies een service (ofwel primaire of
secundaire) die u wilt beluisteren.
Kiezen van de volgende
service. (Indien een primaire
service ook secundaire
services heeft, worden deze
gekozen voordat de volgende
primaire service wordt
gekozen).
Kiezen van de voorgaande service (ofwel
een primaire of secundaire).
DAB-frequenties in het
geheugen opslaan
Er kunnen maximaal 6 DAB-services voor elke
DAB-band (DAB1, DAB2 en DAB3) handmatig in
het geheugen worden opgeslagen.
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM/AM als het CD, de CDwisselaar of een extern apparaat de huidige
afspeelbron is.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt en houdt, wordt de
DAB-tuner of de FM/AM-tuner
geselecteerd.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1,
DAB2 of DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
DAB-band als volgt:
NEDERLANDS
Zonder zoeken afstemmen op een bepaald
ensemble
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM/AM als het CD, de CDwisselaar of een extern apparaat de huidige
afspeelbron is.
1 Druk op FM/AM en houd om de DAB-tuner
als afspeelbron te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op FM/AM om de
gewenste DAB-band te selecteren (DAB1,
DAB2 of DAB3).
3 Druk op ¢ of 4 en houd deze
gedurende minimaal 1 seconde ingedrukt.
4 Druk herhaaldelijk op ¢ of 4 tot u
het ensemble van uw keuze bereikt.
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de
frequentie veranderen tot u de toets weer
loslaat.
5 Druk op 5 (omhoog) of ∞ (omlaag) om een
service (ofwel primaire of secundaire) te
kiezen die u wilt beluisteren.
Terugkeren naar de FM/AM-tuner
Druk nogmaals op FM/AM en houd deze.
3
Stem af op het ensemble van uw
keuze.
4
Selecteer de service van het
ensemble.
Kiezen van de volgende
service.
Kiezen van de voorgaande
service.
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
49
5
DAB1DAB2DAB3
DAB1DAB2DAB3
Druk op de cijfertoets (in dit
voorbeeld cijfertoets 1) waaronder u
de geselecteerde service wilt opslaan
en houd deze toets gedurende
minimaal 2 seconden ingedrukt.
Het displaypatroon verandert automatisch
naar het niet-animatie display en het
voorkeurnummer knippert (daarna wordt
weer het voorgaande displaypatroon
getoond).
6
Herhaal de bovenstaande procedure
als u nog andere DAB-services achter
voorkeuzetoetsen wilt opslaan.
NEDERLANDS
Opmerkingen:
• U kunt uitsluitend primaire DAB-services
vastleggen. Indien u een secundaire service
vastlegt, wordt hiervoor in de plaats zijn primaire
service vastgelegd.
• Een reeds opgeslagen DAB-service verdwijnt uit het
geheugen wanneer u aan de desbetreffende
voorkeuzetoets een nieuwe DAB-service toekent.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1,
DAB2 of DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
DAB-band als volgt:
3
Selecteer de voorkeuzetoets (1 – 6)
voor de DAB-service (primaire) die u
wilt beluisteren.
Opmerking:
Indien de gekozen primaire service een of meerdere
secundaire services heeft, zal door het herhaaldelijk
drukken op dezelfde cijfertoets op de secundaire
services worden afgestemd.
Een voorkeurservice met gebruik van
de voorkeurservicelijst kiezen
Indien u bent vergeten welke services onder
welke voorkeurnummers zijn vastgelegd, kunt u
de voorkeurservicelijst even bekijken en dan de
gewenste service daaruit kiezen.
Afstemmen op een
opgeslagen DAB-service
U kunt eenvoudig op een vooraf ingestelde DABservice afstemmen. Zoals al eerder uitgelegd,
dient u eerst services in het geheugen vast te
leggen. Zie op bladzijden 49 en 50 “DAB-
frequenties in het geheugen opslaan” als u nog
geen services hebt opgeslagen.
Alvorens u begint....
Druk korte tijd op FM/AM als het CD, de CDwisselaar of een extern apparaat de huidige
afspeelbron is.
1
Selecteer de DAB-tuner.
50
Elke keer wanneer u op de
toets drukt en houdt, wordt de
DAB-tuner of de FM/AM-tuner
geselecteerd.
FM/AMDAB
1
Kies de DAB-tuner.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt en houdt, wordt de
DAB-tuner of de FM/AM-tuner
geselecteerd.
FM/AMDAB
2
Kies de gewenste DAB-golfband
(DAB1, DAB2 of DAB3).
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, verandert u de
DAB-band als volgt:
3
Houd 5 (omhoog) of ∞ (omlaag)
ingedrukt totdat de
voorkeurensemblelijst (primaire
service) voor de gekozen golfband
(DAB 1, DAB 2 of DAB 3) op het
display wordt getoond.
Opmerking:
U kunt de voorkeurensemblelijst (primaire
service) voor een andere DAB-golfband (DAB1,
DAB2 of DAB3) tonen door een druk op 5
(omhoog) of ∞ (omlaag).
4
Kies het nummer (1 – 6) voor de
gewenste service.
Wat kunt u nog meer met DAB
doen?
Met de DAB-tuner aangesloten kunt u hetzelfde
programma (service) tijdens het rijden opsporen
wanneer hetzelfde DAB-ensemble niet wordt
ontvangen.
Hetzelfde programma automatisch
volgen (alternatieve ontvangst)
Het is mogelijk om naar een programma te
blijven luisteren.
• Terwijl u een DAB-service ontvangt:
Als u in een streek rijdt waar u een service niet
kunt ontvangen, zal deze eenheid automatisch
afstemmen op een ander ensemble of een FM
RDS-zender die hetzelfde programma uitzendt.
• Terwijl u een FM RDS-zender ontvangt:
Als u in een gebied rijdt waar een DAB-service
hetzelfde programma uitzendt als een FM
RDS-zender, stemt deze eenheid automatisch
op de DAB-service af.
Werken met alternatieve ontvangst
Bij het verlaten van de fabriek zijn standaard alle
alternatieve-ontvangstmogelijkheden ingeschakeld.
• Zie tevens “De algemene instellingen wijzigen
(PSM)” op bladzijden 31 en 32.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten
minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van
de PSM-vermeldingen op de display wordt
weergegeven.
2 Druk op cijfertoets 4 om “TUNER”
—Tunercategorie van de PSM-instellingen
– te kiezen.
3 Druk op ¢ of 4 om de vermelding
“DAB AF” (alternatieve frequentie) te
selecteren.
4 Draai de bedieningsschijf de gewenste modus
te selecteren.
• On: Het programma wordt gevolgd
tussen het aanbod van DAB-services
en FM RDS-zenders—alternatieve
ontvangst. De indicator AF op de
display licht op (zie bladzijde 15).
• Off: Alternatieve ontvangst is
uitgeschakeld.
5 Druk op SEL (selecteren) om het instellen te
voltooien.
NEDERLANDS
Opmerking:
Als alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is
ingeschakeld, is automatisch ook de netwerkfunctie
ingeschakeld (zie bladzijde 15 voor RDS-zenders). De
netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld
zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen.
51
Veranderen van display-informatie
Door een druk op D (DISP) kunt u andere informatie op het display tonen.
Door iedere druk op de toets verandert het displaypatroon als volgt:
Groot animatiedisplay
1
Ensemblelabel (naam) display
Ensemble-label en
frequentieKloktijd
Servicelabel
(naam) display
NEDERLANDS
3
*
Service-label
Dynamisch label
segment (DLS)
Kloktijd-display
display*
4
Kloktijd
PTY-code*
KanaalnummerTekstindicator*
2
*1TEXT indicator: toont dat de huidige ontvangen service DLS (Dynamic Label Segment—DAB-radio
tekstinformatie) levert.
*2Iedere service kan meerdere PTY-codes hebben. Indien een service meerdere PTY-codes heeft, worden deze
achtereenvolgend getoond.
*3Ensemblelabel (primaire service) indicator: Een andere indicator () wordt getoond indien de secundaire
service is gekozen.
*4Dynamic Label Segment (DLS) wordt getoond. Zie “Kiezen van de functie voor het rollen van discinformatie
De volgende lijst toont de waarden van de vooringestelde frequentieniveaus voor iedere
geluidsfunctie.
• U kunt de vooringestelde geluidsfuncties tijdelijk veranderen. De door u gemaakte instellingen
worden echter naar de fabrieksinstellingen teruggesteld wanneer u vervolgens een andere
geluidsfunctie kiest.
Geluidsfunctie
Flat
(neutraal)
Hard Rock+03+03+010000+02+01
R & B+03+02+0200+01+01+03
Pop00+020000+01+01+02
Jazz+03+02+01+01+01+03+02
Dance Music+04+0200–02–01+01+01
Country+02+01000000+01+02
Reggae+030000+01+02+02+03
Classic+02+03+010000+0200
User 100000000000000
User 200000000000000
User 300000000000000
60 Hz150 Hz 400 Hz 1 kHz2,4 kHz6 kHz12 kHz
00000000000000
Vooringestelde equalizer-waardes
Beschikbare tekens
Behalve de letters van het alfabet (A – Z, a – z) kunt u tevens de volgende tekens voor namen voor
CD’s en een extern component invoeren. (Zie bladzijde 38).
• Deze tekens kunnen tevens worden gebruikt voor het tonen van andere informatie, bijvoorbeeld
disctitels/namen van zangers, RDS en DAB, op het display.
Letters met accenten
Kleine lettersHoofdletters
Cijfers en symbolen
NEDERLANDS
spatie
spatie
spatie
53
PROBLEMEN OPLOSSEN
Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende
instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
Symptomen
• Er komt geen geluid uit
de speakers.
• Het apparaat werkt
helemaal niet.
Algemeen
•“Panel Connect Error”
verschijnt op het display.
•“Movie” categorie-
instellingen van PSM
hebben geen effect.
•
NEDERLANDS
Automatisch instellen van
zenders—SSM (Strongstation Sequential
Memory) functioneert niet.
FM/AM
• U hoort ruis terwijl u
naar de radio luister.
•
De CD wordt automatisch
uitgeworpen.
• CD-R/CD-RW kan niet
worden afgespeeld.
•
Overslaan van
fragmenten van de CD-R/
CD-RW is niet mogelijk.
• CD kan niet worden
uitgeworpen.
• CD kan niet worden
herkend. (“No Disc”,“Loading Error” of “Eject
Error” knippert).
CD-weergave
• Geluid van de CD wordt
soms onderbroken.
•“No Disc” knippert op het
display.
54
Oorzaken
Het volume is ingesteld op het
minimale niveau.
Verkeerde verbindingen.
De ingebouwde microprocessor
functioneert mogelijk niet juist
vanwege interferentie, enz.
Het bedieningspaneel is niet
goed bevestigd.
De temperatuur in de auto is
zeer laag—de (LOW
TEMP.) indicator wordt getoond.
De signalen zijn te zwak.
De antenne zit niet goed vast.
CD zit ondersteboven in het
apparaat.
De CD-R/CD-RW is niet
afgerond (“finalized”).
De CD is vergrendeld.
De CD-speler functioneert
mogelijk niet juist.
U rijdt op een hobbelige weg.
Er zitten krassen op de CD.
Verkeerde verbindingen.
Er is geen CD geplaatst.
De CD is verkeerd geplaatst.
Oplossingen
Pas het geluid aan totdat het
optimale niveau is bereikt.
Controleer de bedrading en de
verbindingen.
Druk op de terugsteltoets van de
paneelhouder nadat u het
bedieningspaneel heeft verwijderd.
(De instelling voor de klok en de
voorkeurzenders worden uit het
geheugen gewist). (Zie bladzijde 2).
Verwijder het bedieningspaneel,
veeg de aansluitpunten schoon
en bevestig opnieuw. (Zie
bladzijde 39).
Wacht totdat de temperatuur weer
op peil is—totdat de (
TEMP.
) indicator is gedoofd.
Leg de zenders handmatig vast.
Zorg dat de antenne stevig vast
zit.
Plaats de CD op de juiste
manier in CD-lade.
• Plaats een afgeronde
CD-R/CD-RW.
• Rond de CD-R/CD-RW met
de voor opname gebruikte
apparatuur af.
Ontgrendel de CD.
(Zie bladzijde 25).
Houd CD/CD-CH ingedrukt en
houd tegelijkertijd SEL (selecteren)
langer dan 2 seconden ingedrukt
om de CD uit te werpen.
Stop met afspelen op hobbelige
wegen.
Gebruik een andere CD.
Controleer de bedrading en de
verbindingen.
Plaats een CD in de lade.
Plaats de CD juist.
LOW
Symptomen
•“No Disc” knippert op het
display.
Oorzaken
Er bevindt zich geen CD in
de CD-ladden.
Oplossingen
Plaats discs in het magazijn.
•“No Magazine” knippert op
het display.
•“No File” knippert op het
display.
• De MP3 disc wordt
overgeslagen of kan niet
worden afgespeeld.
• Ruis bij weergave van een
MP3 disc.
• Afleestijd voor MP3 disc is
langer. (“File Check” blijft op
het display knipperen).
• MP3 bestanden kunnen niet
op de door u gewenste
wijze worden afgespeeld.
• De verstreken weergavetijd
wordt niet juist voor een
MP3 disc getoond.
•“Reset 08” knippert op het
display.
•“Reset 01” – “Reset 07”
knippert op het display.
• De CD-wisselaar werkt niet.
Discs zijn omgekeerd geplaatst.
Discs zijn niet voor weergave
geschikt.
Er is geen CD-houder in de
CD-wisselaar geladen.
De geplaatste disc bevat geen
MP3 bestanden.
De MP3-bestanden hebben niet
de mp3 extensie in de
bestandsnaam.
De MP3-bestanden zijn niet
opgenomen in een indeling die
voldoet aan de ISO 9660 Niveau
1-, Niveau 2- of Joliet-norm.
Het bestand dat wordt
afgespeeld is geen MP3bestand (ook al heeft het
bestand de extensie mp3).
De duur van de leestijd hangt af
van de complexiteit van de
hiërarchie van de mappen en
bestanden.
De afspeelvolgorde wordt
bepaald bij het maken van de
opname.
Dit kan gebeuren en is
afhankelijk van het aantal
bestanden dat op de CD staat.
Het apparaat is niet op de juiste
manier met de CD-wisselaar
verbonden.
De ingebouwde microprocessor
functioneert mogelijk niet juist
vanwege interferentie, enz.
Plaats de discs juist.
Plaats voor weergave
geschikte discs.
Plaats het CD-houder.
Plaats een disc met MP3
bestanden.
Voeg de extensie mp3 aan de
bestandsnamen toe.
Plaats een andere CD.
(Neem de MP3-bestanden op
met een toepassing die aan
deze normen voldoet).
Sla het bestand over of
plaats een andere CD. (Voeg
nooit de extensie mp3 toe
aan bestanden die geen
MP3-bestanden zijn).
Maak de hiërarchie niet te
ingewikkeld en gebruik niet
teveel mappen. Plaats ook
geen bestanden op de MP3-CD
die geen MP3-bestanden zijn.
Verbind het apparaat en de CDwisselaar op de juiste manier
met elkaar en druk op de
resetknop van de CD-wisselaar.
Druk op de resetknop van de
CD-wisselaar.
Druk op de terugsteltoets van
de paneelhouder nadat u het
bedieningspaneel heeft
verwijderd. (De instelling voor
de klok en de voorkeurzenders
worden uit het geheugen
gewist). (Zie bladzijde 2).
NEDERLANDS
CD wisselaar
55
ONDERHOUD
Omgaan met discs
Dit toestel is ontworpen voor weergave van CD’s,
CD-R’s (Opneembaar), CD-RW’s (Herschrijfbaar)
en CD Text.
•
Dit toestel is niet geschikt voor gebruik met
MP3 discs, maar kan echter wel met een voor
MP3 discs geschikte JVC CD-wisselaar worden
gebruikt.
De manier waarop u met discs moet omgaan
Wanneer u een disc uit
het opbergdoosje haalt,
moet u het rondje in het midden
van de doos naar beneden duwen
en de disc uit het doosje halen
terwijl u de disc aan de rand
vasthoudt.
• Houd de disc altijd aan de randen vast. Raak
de opnamekant niet aan.
Wanneer u de disc wilt opbergen, leg deze
dan voorzichtig om het rondje in het midden (met
de bedrukte kant boven).
•
Berg de discs na gebruik altijd op in het doosje.
Discs schoonhouden
NEDERLANDS
Het geluid wordt niet goed
weergegeven indien de disc vuil is.
Als een disc vuil is, moet u deze
reinigen met een zachte doek.
Veeg in een rechte lijn van het
midden naar de rand de disc schoon.
Nieuwe discs afspelen
Sommige nieuwe discs hebben
oneffenheden langs de binnenof buitenrand. Dergelijke discs
worden mogelijk door het apparaat
geweigerd.
U kunt deze oneffenheden verwijderen door de
randen glad te wrijven met een potlood, ballpoint
enz.
Condensvorming
In onderstaande gevallen kan zich condens
vormen op de lens in de discspeler:
• Nadat de verwarming in de auto is aangezet.
• Wanneer het erg vochtig wordt in de auto.
Soms zal de discspeler hierdoor niet meer juist
werken. In dat geval moet u de disc uit de
disclade halen en moet u het apparaat een paar
uur aan laten staan totdat het vocht is verdampt.
Rondje in het midden
Voor het afspelen van een CD-R of CD-RW
Alvorens een CD-R of CD-RW af te spelen, moet
u de bij de disc geleverde aanwijzingen goed
doorlezen.
• Gebruik uitsluitend “afgeronde” CD-R’s of
CD-RW’s.
• Bepaalde CD-R’s of CD-RW’s kunnen
vanwege de disckarakteristieken en de
volgende redenen mogelijk niet worden
afgespeeld:
– Indien de disc vuil is of krassen heeft.
– Indien er condens op de lens in het toestel is
gevormd.
– Indien de aftastlens in het toestel vuil is.
• CD-RW’s hebben mogelijk een langere
afleestijd omdat de reflectie van CD-RW’s
lager dan van normale CD’s is.
• CD-R’s of CD-RW’s worden mogelijk
beschadigd door hoge temperaturen of een
hoge vochtigheidsgraad. Laat ze derhalve niet
in de auto liggen.
• Gebruik niet de volgende CD-R’s of CD-RW’s:
– Discs met stickers, labels of beschermvellen
die op de disc zijn geplakt.
– Discs waarop labels direct met een ink jet
printer kunnen worden gedrukt.
Het gebruik van dergelijke discs bij hoge
temperaturen of een hoge vochtigheidsgraad
kan een onjuiste werking veroorzaken of zelfs
de discs beschadigen. Bijvoorbeeld:
– Stickers of labels kunnen krimpen waardoor
de disc krom trekt.
– Stickers of labels kunnen half los raken
waardoor de disc niet meer kan worden
uitgeworpen.
– De afdruk op disc kan plakkering worden.
Lees de aanwijzingen en waarschuwingen
over labels en te bedrukken discs beslist goed.
LET OP!
• Plaats geen 8-cm discs (single CD’s) in de disclade.
(Deze discs kunnen niet worden uitgeworpen).
• Plaats geen discs met afwijkende vorm
(bijvoorbeeld hartvormig) in de disclade; dergelijke
discs veroorzaken problemen.
• Stel discs niet bloot aan direct zonlicht of een
andere warmtebron en leg ze niet neer op plaatsen
waar het zeer warm of vochtig is. Laat ze derhalve
niet in de auto liggen.
• Gebruik geen oplosmiddelen (zoals
reinigingsmiddelen voor gewone platen, spray,
verdunningsmiddelen, wasbenzine, enz.) om
discs te reinigen.
Kromgetrokken
disc
56
Sticker
Resterend
plakmiddel
Disc
Opplakbaar
label
SPECIFICATIES
GELUIDSVERSTERKER
Maximum uitgangsvermogen:
Voorin: 50 W per kanaal
Achterin: 50 W per kanaal
Ononderbroken uitgangsvermogen (RMS):
Voorin: 19 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz tot
20 000 Hz met niet meer dan
0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid.
Achterin: 19 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz tot
20 000 Hz met niet meer dan
0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid.
Belastingsimpedantie: 4 Ω (speling 4 Ω tot 8 Ω)
Bereik equalizer:
Frequenties: 60 Hz, 150 Hz, 400 Hz,
1 kHz, 2,4 kHz, 6 kHz, 12 kHz
Niveau:±10 dB
Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 20 000 Hz
Signaal/ruisverhouding: 70 dB
Uitgangsvermogen/Impedantie:
(halfgeleider-laser)
Aantal kanalen:2 kanalen (stereo)
Weergavekarakteristiek: 5 Hz tot 20 000 Hz
Dynamisch vermogen: 96 dB
Signaal/ruisverhouding: 98 dB
Zweving:Minder dan de
meetbare limiet
ALGEMEEN
Voeding:
Werkspanning: Gelijkstroom 14,4 V
(speling 11 V tot 16 V)
Aardingssysteem: Negatieve aarding
Bedrijfstemperatuur: 0°C tot +40°C
Afmetingen (breedte × hoogte × diepte):
Afmetingen apparaat
(ten behoeve van installatie)
(bij benadering):
182 mm × 52 mm × 150 mm
Afmetingen paneel (bij benadering):
188 mm × 58 mm × 12 mm
Gewicht (bij benadering):
1,4 kg (excl. accessoires)
Ontwerp en specificaties kunnen zonder kennisgeving
worden gewijzigd.
NEDERLANDS
[FM-zenders]
Gevoeligheid bij normaal bedrijf:
11,3 dBf (1,0 µV/75 Ω)
Gevoeligheid bij 50 dB geluidsdemping:
16,3 dBf (1,8 µV/75 Ω)
Selectiviteit alternatief kanaal (400 kHz):
65 dB
Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 15 000 Hz
Stereo-scheiding: 30 dB
Vangbereik: 1,5 dB
[MG-zenders]
Gevoeligheid: 20 µV
Selectiviteit: 35 dB
[LG-zenders]
Selectiviteit: 50 µV
Haperingen:
De disc kan haperen wanneer u op hobbelige
wegen rijdt. Het apparaat en de disc worden
hierdoor niet beschadigd, maar het is wel storend.
Wij adviseren u om het afspelen te beëindigen
wanneer u op dergelijke wegen rijdt.
57
Having TROUBLE with operation?
Please reset your unit
Refer to page of How to reset your unit
Haben Sie PROBLEME mit dem Betrieb?
Bitte setzen Sie Ihr Gerät zurück
Siehe Seite Zurücksetzen des Geräts
Vous avez des PROBLÈMES de fonctionnement?
Réinitialisez votre appareil
Référez-vous à la page intitulée Comment réinitialiser votre appareil
Hebt u PROBLEMEN met de bediening?
Stel het apparaat terug
Zie de pagina met de paragraaf Het apparaat terugstellen
Installation/Connection Manual
Einbau/Anschlußanleitung
Manuel d’installation/raccordement
Handleiding voor installatie/aansluiting
GET0151-004A
[E/EX]
0303KKSMDTJEIN
JVC
EN, GE, FR, NL
ENGLISH
• This unit is designed to operate on 12 V DC,
NEGATIVE ground electrical systems.
INSTALLATION
(IN-DASH MOUNTING)
• The following illustration sho ws a typical installation.
However, you should make adjustments
corresponding to your specific car. If you have any
questions or require information regarding
installation kits, consult your JVC IN-CAR
ENTERTAINMENT dealer or a company supplying
kits.
1
Before mounting: Press (control panel
release button) to detach the control panel if
already attached.
* When shipped from the factory, the control
panel is packed in the hard case.
2
Remove the trim plate.
3
Remove the sleeve after disengaging the sleeve
locks.
1 Stand the unit.
Note: When you stand the unit, be careful
not to damage the fuse on the rear.
2 Insert the 2 handles between the unit and
the sleeve, as illustrated, to disengage the
sleeve locks .
3 Remove the sleeve.
Note: Be sure to keep the handles for future
use after installing the unit.
4
Install the sleeve into the dashboard.
* After the sleeve is correctly installed into the
dashboard, bend the appropriate tabs to hold
the sleeve firmly in place, as illustrated.
5
Fix the mounting bolt to the rear of the unit’s
body and place the rubber cushion over the end
of the bolt.
6
Do the required electrical connections.
7
Slide the unit into the sleeve until it is locked.
8
Attach the trim plate.
9
Attach the control panel.
DEUTSCH
• Dieses Gerät ist für einen Betrieb in elektrischen
Anlagen mit 12 V Gleichstrom und (–) Erdung
ausgelegt.
EINBAU
(IM ARMATURENBRETT)
• Die folgende Abbildung zeigt einen typischen
Einbau. Dennoch müssen Sie entsprechend Ihrem
jeweiligen Auto Anpassungen vornehmen. Bei
irgendwelchen Fragen oder wenn Sie Informationen
hinsichtlich des Einbausatzes brauchen, wenden
Sie sich an ihren JVC Autoradiohändler oder ein
Unternehmen das diese Einbausätze vertreibt.
1
Vor dem Einbau: Drücken Sie (Freigabe der
Schalttafel), um die Arretierung der Schalttafel zu
lösen, sofern diese bereits angebracht ist.
* Bei der Auslieferung ab Werk ist die Schalttafel
im Etui verpackt.
2
Den Frontrahmen herausnehmen.
3
Die Halterung nach dem Entriegeln der
Halterungensperren abnehmen.
1 Das Gerät aufstellen.
Hinweis: Beim Aufstellen des Geräts darauf
achten, daß die Sicherung auf der Rückseite
nicht beschädigt wird.
2 Die 2 Griffe zwischen dem Gerät und der
Halterung wie abgebildet einstecken und die
Halterungensperren entriegeln.
3 Die Halterung entfernen.
Hinweis: Sicherstellen, daß die Griffe für
künftigen Gebrauch nach dem Einbau des
Geräts aufbewahrt werden.
4
Die Halterung im Armaturenbrett einbauen.
* Nach dem korrekten Einbau der Halterung im
Armaturenbrett, die entsprechenden Riegel
umknicken, um die Halterung an ihrem Platz zu
sichern, siehe Abbildung.
5
Die Befestigungsschraube an der Rückseite des
Gerätekörpers befestigen und das Ende der
Schraube mit einem Gummipuffer abdecken.
6
Nehmen Sie die erforderlichen elektrischen
Anschlüsse vor.
7
Das Gerät in die Halterung schieben, bis es einrastet.
8
Befestigen Sie den Frontrahmen.
9
Die Schalttafel anbringen.
FRANÇAIS
• Cet appareil est conçu pour fonctionner sur des
sources de courant continu de 12 V à masse
NEGATIVE.
INSTALLATION (MONTAGE
DANS LE TABLEAU DE BORD)
• L’illustration suivante est un exemple d’installation
typique. Cependant, vous devez faire les
ajustements correspondant à votre voiture
particulière. Si vous avez des questions ou avez
besoin d’information sur des kits d’installation,
consulter votre revendeur d’autoradios JVC ou une
compagnie d’approvisionnement.
1
Avant le montage:
du panneau de commande) pour éventeullement
détacher le panneau de commande.
* Lorsque ce panneau de commande sort d’usine,
il est rangé dans un étui de transport.
2
Retirer la plaque d’assemblage.
3
Libérer les verrous du manchon et retirer le manchon.
1
Poser l’appareil à la verticale.
Remarque:
verticale, faire attention de ne pas
endommager le fusible situé sur l’arrière.
2
Insérer les 2 poignées entre l’appareil et le
manchon comme indiqué pour désengagé les
verrous de manchon.
3
Retirer le manchon.
Remarque:
pour une utilisation ultérieur, après l’installation
de l’appareil.
4
Installer le manchon dans le tableau de bord.
* Après installation correcte du manchon dans le
tableau de bord, plier les bonnes pattes pour
maintenir fermement le manchon en place,
comme montré.
5
Monter le boulon de montage sur l’arrière du corps
de l’appareil puis passer l’amortisseur en
caoutchouc sur l’extrémité du boulon.
6
Réalisez les connexions électriques.
7
Faire glisser l’appareil dans le manchon jusqu’à ce
qu’il soit verrouillé.
8
Attachez la plaque d’assemblage.
9
Remonter le panneau de commande.
Appuyer sur (déblocage
Lorsque vous mettez l’appareil à la
S’assurer de garder les poignées
NEDERLANDS
• Dit apparaat mag worden gebruikt bij elektrische
systemen die werken op 12 V gelijkstroom met negatieve
aarding.
INSTALLATIE (INBOUW IN
HET DASHBOARD)
• Op de volgende afbeelding kunt u zien hoe de installatie,
normaal gesproken, in zijn werk gaat. U moet echter bij
de installatie rekening houden met de bijzonderheden
van uw eigen auto. Neem bij vragen of voor meer
bijzonderheden over inbouwpakketten contact op met uw
JVC car audio dealer of een dealer of een bedrijf dat
inbouwpakketten levert.
1
Voordat u aan de montage van het apparaat
begint: Druk op
vrijgeven) als u het bedieningspaneel wilt
loskoppelen indien dit aan de eenheid is
vastgekoppeld.
* Standaard wordt het bedieningspaneel bij het
verlaten van de fabriek los verpackt meegeleverd.
2
Verwijder de sierplaat.
3
Verwijder het huis nadat u de klemmen hebt
losgemaakt.
1 Zet het apparaat rechtop.
Opmerking: Wanneer u het apparaat rechtop
zet, moet u erop letten dat u de zekering aan de
achterkant niet beschadigt.
2 Plaats de 2 hendels, zoals afgebeeld, tussen het
apparaat en het huis, om de klemmen los te
maken.
3 Verwijder het huis.
Opmerking: Bewaar de hendels nadat u het
apparaat hebt geïnstalleerd, zodat u ze ook in de
toekomst kunt gebruiken.
4
Installeer het huis in het dashboard.
* Nadat het huis op de juiste wijze in het dashboard
is geplaatst, moet u de palletjes, zoals afgebeeld,
stevig op hun plaats duwen.
5
Maak de bevestigingsbout aan de achterkant van het
apparaat vast en plaats de rubberdop over het uiteinde
van de bout.
6
Breng de vereiste elektrische verbindingen tot stand.
7
Schuif het apparaat in het huis totdat het vergrendeld is.
8
Bevestig een sierplaat.
9
Bevestig het bedieningspaneel.
(het bedieningspaneel
Control panel
1
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
3
Handle
Griff
Poignée
Hendel
Slot
Schlitz
Fente
Sleuf
Fuse
Sicherung
Fusible
Zekering
Lock Plate
Arretierplättchen
Plaque de verrouillage
Vergrendelingsplaat
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Trim plate
2
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
9
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
8
Rubber cushion
Gummipuffer
Amortisseur en
caoutchouc
Rubberdop
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
7
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
4
4
Dashboard
Armaturenbrett
Tableau de bord
Dashboard
1
8
4
m
m
5
3
m
m
5
Mounting bolt
Befestigungsschraube
Boulon de montage
Bevestigingsbout
*
6
See “ELECTRICAL CONNECTIONS.”
Siehe „ELEKTRISCHE ANSCHLÜSSE“.
Référez-vous “RACCORDEMENTS
ELECTRIQUES” .
Zie “ELEKTRISCHE VERBINDINGEN”.
TROUBLESHOOTING
• The fuse blows.
* Are the red and black leads connected correctly?
• Power cannot be turned on.
* Is the yellow lead connected?
• No sound from the speakers.
* Is the speaker output lead short-circuited?
• Sound is distorted.
* Is the speaker output lead grounded?
* Are the “–” terminals of L and R speakers grounded
in common?
• Unit becomes hot.
* Is the speaker output lead grounded?
* Are the “–” terminals of L and R speakers grounded
in common?
FEHLERSUCHE
• Die Sicherung brennt durch.
* Sind die roten und schwarzen Leitungen richtig
angeschlossen?
• Stromversorgung kann nicht eingeschaltet
werden.
* Ist die gelbe Leitung angeschlossen?
• Kein Ton aus den Lautsprechern.
*
Ist die Lautsprecherausgangsleitung kurzgeschlossen?
• Ton verzerrt.
* Ist die Lautsprecherausgangsleitung geerdet?
* Sind die (–) Anschlußklemmen der linken und
rechten Lautsprecher zusammen geerdet?
• Gerät wird heiß.
* Ist die Lautsprecherausgangsleitung geerdet?
* Sind die (–) Anschlußklemmen der linken und
rechten Lautsprecher zusammen geerdet?
EN CAS DE DIFFICULTES
• Le fusible saute.
* Les fils rouge et noir sont-ils racordés
correctement?
• L’appareil ne peut pas être mise sous tension.
*
Le fil jaune est-elle raccordée?
• Pas de son des enceintes.
* Le fil de sortie d’enceinte est-il court-circuité?
• Le son est déformé.
* Le fil de sortie d’enceinte est-il à la masse?
* Les bornes “–” des enceintes gauche et droit sont-
elles mises ensemble à la masse?
• L’appareil devient chaud.
* Le fil de sortie d’enceinte est-il à la masse?
* Les bornes “–” des enceintes gauche et droit sont-
elles mises ensemble à la masse?
1
PROBLEMEN OPLOSSEN
• De zekering slaat door.* Zijn de rode en de zwarte draden op de juiste manier
aangesloten?
• De stroom kan niet worden ingeschakeld.* Is de gele draad aangesloten?
• Er komt geen geluid uit de speakers.* Is de uitgaande speakerdraad kortgesloten?
• Het geluid wordt vervormd.
* Is de uitgaande speakerdraad geaard?
* Zijn de “–” polen van de linker- en de rechterspeakers
gemeenschappelijk geaard?
• Het apparaat raakt verhit.
* Is de uitgaande speakerdraad geaard?
* Zijn de “–” polen van de linker- en de rechterspeakers
gemeenschappelijk geaard?
• When using the optional stay
• Beim Verwenden der Anker-Option
• Lors de l’utilisation du hauban en option
• Wanneer u de steun gebruikt (facultatief)
Washer
Unterlegscheibe
Rondelle
Sluitring
Dashboard
Armaturenbrett
Tableau de bord
Dashboard
Less than 30˚
Weniger als 30˚
Moins de 30˚
Kleiner dan 30˚
Fire wall
Feuerwand
Cloison
Brandscherm
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Lock nut
Sicherungsmutter
Ecrou d’arrêt
Contra-moer
Screw (option)
Schraube (Option)
Vis (en option)
Schroef (facultatief)
Mounting bolt
Befestigungsschraube
Boulon de montage
Bevestigingsbout
Install the unit at an angle of less than 30˚.
Stellen Sie das Gerät mit einem Winkel von
weniger als 30˚ auf.
Installez l’appareil avec un angle de moins de
30˚.
Installeer het toestel met een hoek kleiner dan 30˚.
Stay (option)
Anker (Option)
Hauban (en option)
Steun (facultatief)
• When installing the unit without using the sleeve
• Beim Einbau des Geräts ohne Halterung
• Lors de l’installation de l’appareil scans utiliser de manchon
• Wanneer u het apparaat zonder huis installeert
In a Toyota for example, first remove the car radio and install the unit in its place.
Zum Beispiel in einem Toyota zuerst das Autoradio ausbauen und dann das Gerät an seinem Platz einbauen.
Par exemple dans une Toyota, retirer d’abord l’autoradio et installer l’appareil à la place.
Voorbeeld: Bij een Toyota moet u eerst de autoradio verwijderen en daarna het apparaat installeren.
Flat type screws (M5 x 6 mm)*
Senkkopfschrauben (M5 x 6 mm)*
Vis à tête plate (M5 x 6 mm)*
Platkopschroeven (M5 x 6 mm)*
Pocket
Taschen
Poche
Zak
Note: When installing the unit on the mounting bracket, make sure to use the 6 mm-long screws. If longer screws are
Hinweis: Beim Anbringen des Gerät an der Konsole sicherstellen, daß 6 mm lange Schrauben verwendet werden.
Remarque :
Opmerking : Wanneer u het apparaat aan de bevestigingsklem vastmaakt, moet u de 6 mm lange schroeven gebruiken. Als u langere
used, they could damage the unit.
Werden längere Schrauben verwendet, können sie das Gerät beschädigen.
Lors de l’installation de l’appareil sur le support de montage, s’assurer d’utiliser des vis d’une longueur de 6 mm.
Si des vis plus longues sont utilisées, elles peuvent endommager l’appareil.
schroeven gebruikt, kan het apparaat worden beschadigd.
Bracket*
Konsole*
Support*
Console*
Bracket*
Konsole*
Support*
Console*
* Not included with this unit.
* Nicht Teil dieses Geräts.
*
Non fourni avec cet appareil.
* Niet meegeleverd.
Flat type screws (M5 x 6 mm)*
Senkkopfschrauben (M5 x 6 mm)*
Vis à tête plate (M5 x 6 mm)*
Platkopschroeven (M5 x 6 mm)*
Removing the unit
• Before removing the unit, release the rear section.
1
Remove the control panel.
2
Remove the trim plate.
3
Insert the 2 handles into the slots, as shown.
Then, while gently pulling the handles away from
each other, slide out the unit. (Be sure to keep
the handles after installing it.)
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
Parts list for installation and
connection
The following parts are provided with this unit.
After checking them, please set them correctly.
Hard case/Control panel
Etui/Schalttafel
Etui de transport/Panneau de
commande
Behuizing/Bedieningspaneel
Ausbau des Geräts
• Vor dem Ausbau des Geräts den hinteren Teil
freigeben.
1
Den Schalttafel abnehmen.
2
Den Frontrahmen herausnehmen.
3
Die 2 Griffe in die Schlitze wie gezeigt stecken.
Dann die Griffe behutsam auseinander ziehen
und das Gerät herausziehen. (Die Griffe nach
dem Einbau auf jeden Fall aufbewahren.)
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
Teileliste für den Einbau und
Anschluß
Die folgenden Teile werden zusammen mit diesem
Gerät geliefert.
Nach ihrer Überprüfung, die Teile richtig einsetzen.
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
Retrait de l’appareil
•
Avant de retirer l’appareil, libérer la section arrière.
1
Retirer le panneau de commande.
2
Retirer la plaque d’assemblage.
3
Introduire les 2 poignées dans les fentes, comme
montré. Puis, tout en tirant doucement les
poignées écartées, faire glisser l’appareil pour le
sortir.
(S’assurer de conserver les poignées
après l’installation de l’appareil.)
Liste des pièces pour l’installation et
raccordement
Les pièces suivantes sont fournies avec cet appareil.
Après vérification, veuillez les placer correctement.
Pow er cord
Stromkable
Cordon d’alimentation
Stroomkabel
Verwijderen van het apparaat
• Voordat u het apparaat verwijdert, moet u het
achtergedeelte losmaken.
1
Verwijder het bedieningspaneel.
2
Verwijder de sierplaat.
3
Plaats de 2 hendels, zoals afgebeeld, in de sleuven.
Daarna duwt u de hendels zachtjes uit elkaar en kunt u
het apparaat naar buiten schuiven. (Bewaar de
hendels nadat u het apparaat hebt
geïnstalleerd!)
321
Handle
Griff
Poignée
Hendel
Lijst van onderdelen die u bij
installatie en aansluiting nodig hebt
De volgende onderdelen worden bij het apparaat geleverd.
Installeer ze op de juiste wijze, nadat u ze hebt
gecontroleerd.
Handles
Griffe
Poignées
Hendels
Only for KD-LH3101 /
Nur für KD-LH3101 /
Seulement pour le KD-LH3101 /
Uitsluitend voor de KD-LH3101
CD-ROM (Image Converter)
CD-ROM (Image Converter)
CD-ROM (Image Converter)
CD-ROM (Image Converter)
ELECTRICAL CONNECTIONS
To prevent short circuits, we recommend that you
disconnect the battery’s negative terminal and make all
electrical connections before installing the unit. If you
are not sure how to install this unit correctly, have it
installed by a qualified technician.
Note:
This unit is designed to operate on 12 V DC,
NEGATIVE ground electrical systems. If your vehicle
does not have this system, a voltage inverter is
required, which can be purchased at JVC IN-CAR
ENTERTAINMENT dealers.
• Replace the fuse with one of the specified rating. If
the fuse blows frequently, consult your JVC IN-CAR
ENTERTAINMENT dealer.
• If noise is a problem...
This unit incorporates a noise filter in the power
circuit. However, with some vehicles, clicking or other
unwanted noise may occur. If this happens, connect
the unit’s rear ground terminal (see connection
diagram) to the car’s chassis using shorter and
thicker cords, such as copper braiding or gauge wire.
If noise still persists, consult your JVC IN-CAR
ENTERTAINMENT dealer.
• Maximum input of the speakers should be more than
50 W at the rear and 50 W at the front, with an
impedance of 4 Ω to 8 Ω.
• Be sure to ground this unit to the car’s chassis.
• The heat sink becomes very hot after use. Be careful
not to touch it when removing this unit.
Heat sink
Abstrahlblech
Dissipateur de chaleur
Warmte-opnemer
Washer (ø5)
Unterlegscheibe(ø5)
Rondelle (ø5)
Sluitring (ø5)
Mounting bolt (M5 x 20 mm)
Befestigungsschraube (M5 x 20 mm)
Boulon de montage (M5 x 20 mm)
Bevestigingsbout (M5 x 20 mm)
ELEKTRISCHE ANSCHLÜSSE
Zur Vermeidung von Kurzschlüssen empfehlen wir,
daß Sie den negativen Batterieanschluß abtrennen
und alle elektrischen Anschlüsse herstellen, bevor
das Gerät eingebaut wird. Sind Sie sich über den
richtigen Einbau des Geräts nicht sicher, lassen Sie
es von einem qualifizierten Techniker einbauen.
Hinweis:
Dieses Gerät ist für einen Betrieb in elektrischen
Anlagen mit 12 V Gleichstrom und (–) Erdung
ausgelegt. Verfügt Ihr Fahrzeug nicht über diese
Anlage, ist ein Spannungsinverter erforderlich, der
bei JVC Autoradiohändler erworben werden kann.
• Die Sicherung mit einer der entsprechenden
Nennleistung ersetzen. Brennt die Sicherung
häufig durch, wenden Sie sich an ihren JVC
Autoradiohändler.
• Sind Störgeräusche ein Problem...
Dieses Gerät enthält ein Störfilter im Stromkreis. Bei
manchen Fahrzeugen kann jedoch ein Klicken
oder andere unerwünschte Störgeräusche
auftreten. Sollte das der Fall sein, die hintereErdungscanschlußklemme (siehe Schaltplan) des
Geräts am Fahrwerk des Fahrzeugs anschließen,
dabei kürzere und dickere Kabel wie
beispielsweise Kupfergeflechtdraht oder Stahldraht
verwenden. Bleibt Störgeräusch bestehen, wenden
Sie sich an Ihren JVC Autoradiohändler.
• Die maximale Eingangsleistung der Lautsprecher
sollte mehr als 50 W hinten und 50 W vorn bei einer
Impedanz von 4 Ω bis 8 Ω betragen.
• Sicherstellen, daß das Gerät am Fahrwerk
geerdet wird.
• Das Abstrahlblech wird nach dem Gebrauch sehr
heiß. Beim Ausbau des Geräts darauf achten, das
Abstrahlblech nicht zu berühren.
Lock nut (M5)
Sicherungsmutter (M5)
Ecrou d’arrêt (M5)
Contra-moer (M5)
Battery
Batterie
Pile
Batterij
RACCORDEMENTS ELECTRIQUES
Pour éviter tout court-circuit, nous vous
recommandons de débrancher la borne négative de
la batterie et d’effectuer tous les raccordements
électriques avant d’installer l’appareil. Si l’on n’est pas
sûr de pouvoir installer correctement cet appareil, le
faire installer par un technicien qualifié.
Remarque:
Cet appareil est conçu pour fonctionner sur des
sources de courant continu de
NEGATIVE
d’alimentation, il vous faut un convertisseur de
tension, que vous pouvez acheter chez un revendeur
d’autoradios JVC.
•
Remplacer le fusible par un de la valeur précisée. Si
le fusible saute souvent, consulter votre revendeur
d’autoradios JVC.
•
Si le bruit est un problème...
Cet appareil incorpore un filtre de bruit dans le
circuit d’alimentation. Cependant, avec certains
véhicules, quelques claquements ou autres bruits
non désirés risquent de se produire. Si cela arrive,
raccorder la
au châssis de la voiture (voir le diagramme de
raccordement) en utiliscant des cordons les plus
gros et les plus courts possibles telle qu’une barre
de cuivre ou une tresse. Si le bruit persiste,
consulter votre rev endeur d’autoradios JVC.
•
La puisscance admissible des enceintes devrait
supérieure à 50 W à l’arrière et à 50 W l’avant, avec
une impédance de
• S’assurer de raccorder la mise à la masse de
cet appareil au châssis de la voiture.
•
Le dissipateur de chaleur devient très chaud après
usage. Faire attention de ne pas le toucher en
retirant cet appareil.
2
. Si votre véhicule n’offre pas ce type
borne arrière de masse
4 Ω à 8 Ω
12 V à masse
de l’appareil
.
Rubber cushion
Gummipuffer
Amortisseur en caoutchouc
Rubberdop
Remote controller
Fernbedienung
CR2025
Télécommande
Afstandsbediening
ELEKTRISCHE VERBINDINGEN
Om kortsluiting te voorkomen adviseren wij u om de
minpool van de accu los te maken en alle elektrische
verbindingen tot stand te brengen voordat u het apparaat in
de auto installeert. Als u niet zeker weet hoe u dit apparaat
moet installeren, kunt u dit beter door een daartoe
gekwalificeerde technicus laten doen.
Opmerking:
Dit apparaat mag worden gebruikt bij elektrische systemen
die werken op 12 V gelijkstroom met negatieveaarding. Als uw auto niet is uitgerust met een dergelijk
systeem, is een spanningsomzetter vereist. Dit instrument
kan worden aangeschaft bij JVC car audio dealers.
• Vervang de zekering door een exemplaar met het
aangegeven vermogen. Als de zekering vaak doorslaat,
moet u uw JVC car audio dealer raadplegen.
• Als u geluidsproblemen hebt…
De krachtschakeling van dit apparaat heeft een ingebouwd
geluidsfilter. In sommige voertuigen zijn tikgeluiden of
andere ongewenste geluiden te horen. Als dit gebeurt,
moet u de massaklem aan de achterkant (zie
aansluitingsschema) aan het chassis van de auto
vastmaken met behulp van een kortere en dikkere kabel,
zoals kopermanteldraad of tellerkabel. Als het geluid niet
verdwijnt, moet u contact opnemen met uw JVC car audio
dealer.
• Het maximum ingangsvermogen van de speakers moet
achterin meer dan 50 W zijn en voorin 50 W, met een
impedantie van 4 Ω tot 8 Ω.
• Zorg ervoor dat dit apparaat door middel van een
aardkabel is verbonden met het chassis van de
auto.
• De warmte-opnemer kan na gebruik erg heet worden.
Raak de warmte-opnemer niet aan wanneer u dit apparaat
van zijn plaats haalt.
Before connecting: Check the wiring in the vehicle
carefully. Incorrect connection may cause serious
damage to this unit.
The leads of the power cord and those of the
connector from the car body may be different in
color.
1
Connect the colored leads of the power cord to
the car battery, speakers and power aerial (if any)
in the following sequence.
1 Black: ground
2 Yellow: to car battery (constant 12 V)
3 Red: to an accessory terminal
4 Blue with white stripe: to remote lead of other
equipment or power aerial if any (200 mA max.)
5 Orange with white stripe: to car light control
switch
6 Brown: to cellular phone system (For details,
refer to the instructions of the cellular phone.)
7 Others: to speakers
2
Connect the aerial cord.
3
Finally connect the wiring harness to the unit.
Note: If your vehicle does not have any accessory
terminal, move the fuse from the fuse position 1
(initial position) to fuse position 2, and connect the
red lead (A7) to the positive (+) battery terminal.
• The yellow lead (A4) is not used in this case.
JVC CD changer/DAB tuner
or another external
component
CD-Wechsler von JVC/DABTuner oder eine andere
To steering wheel remote controller
(see diagram )
An Lenkradfernbedienung
(siehe Schaltplan )
Pour la télécommande de volant
externe Komponente
Changeur CD JVC/Tuner
DAB ou autre appareil
extérieur
JVC CD-wisselaar/DAB-tuner
of een ander extern apparaat
(voir le diagramme )
Naar stuurwiel-afstandsbediening
(zie schema )
Vor dem Anschließen: Die Verdrahtung im Fahrzeug
sorgfältig überprüfen. Falsche Anschlüsse können
ernsthafte Schäden am Gerät hervorrufen.
Die Leiter des Stromkabels und die Leiter des Anschlusses
im Fahrzeug können sich farblich unterscheiden.
1
Die farbigen Leitungen des Spannunsgversorgungskabels
an der Autobatterie, ontstekingsschakelaarden
Lautsprechern und dem Motorantenne (sofern vorhanden)
in folgender Reihenfolge anschließen.
1 Schwarz: Erdung
2 Gelb: an Autobatterie (konstant 12 V)
3 Rot: zur einer Zubehöranschlußklemme
4 Blau mit weißem Streifen: zum Zusatzkabel des
anderen Geräts oder der Motorantenne, sofern
vorhanden (max. 200 mA)
5 Orange mit weißem Streifen: zum Autolichtschalter
6 Braun: an Mobiltelefon (Weitere informationen
entnehmen Sie bitte der Bedienungscanleitung
des Mobiltelefons.)
7 Andere: zur Lautsprecher
2
Das Antennenkabel anschließen.
3
Die Kabelbäume am Gerät anschließen.
Hinweis: Verfügt Ihr Fahrzeug nicht über eine
Zubehöranschlußklemme, die Sicherung von der 1.
Sicherungsposition (Erstposition) in die 2.
Sicherungsposition versetzen, die rote Leitung (A7) an
der (+) Batterieanschlußklemme anschließen.
•
Die gelbe Leitung (A4) wird in diesem Fall nicht verwendet.
We recommend you to connect the
JVC MP3-compatible CD changer.
You can also connect other CH-X
series CD changers (except
CH-X99 and CH-X100).
• You cannot use the KD-MK
series CD changers with this
unit.
You can also use an external
component such as a portable MD
player by connecting the Line Input
Adapter KS-U57 (not supplied).
(See diagram .)
Avant de commencer la connexion:
attentivement le câblage du véhicule. Une connexion
incorrecte peut endommager sérieusement l’appareil.
Le fil du cordon d’alimentation et ceux des connecteurs
du châssis de la voiture peuvent être différents en
couleur.
1
Connectez les fils de couleur du cordon d’alimentation
à la batterie de la voiture, aux enceintes et à l’antenneautomatique (s’il y en a une) dans l’ordre suivant.
1
Noir: à la masse
2
Jaune: à la batterie de la voiture (12 V constant)
3
Rouge: à une borne accessoire
4
Bleu avec bande blanche: au fil de télécommande
de l’autre appareil ou à l’antenne automatique s’il
y en a une (200 mA max.)
5
Orange avec bande blanche: à l’interrupteur
d’éclairage de la voiture
6
Marron: à un système de téléphone cellulaire
(Pour les détails, se référer aux instructions du
téléphone cellulaire.)
7
Autres: aux enceintes
2
Connectez le cordon d’antenne.
3
Finalement, connectez le faisceau de fils à l’appareil.
Remarque:
Si votre véhicule ne possède pas de borne
accessoire, déplacez le fusible de la position de fusible
1 (position originale) à la position de fusible 2 et connectez
le fil rouge (A7) à la borne positive (+) de la batterie.
• Le fil jaune (A4) n’est pas utilisé dans ce cas.
Wir empfehlen Ihnen, den MP3kompatiblen CD-Wechsler von
JVC anzuschließen. Sie können
auch andere CD-Wechsler der
Serie CH-X anschließen (außer
CH-X99 und CH-X100).
• CD-Wechsler der Serie KD-MK
können mit diesem Gerät nicht
verwendet werden.
Sie können auch eine externe
Komponente, z.B. einen tragbaren
MD-Spieler, verwenden, wenn Sie den
(nicht zum Lieferumfang gehörenden)
Line-Eingangsadapter KS-U57
anschließen (siehe Schaltplan ).
NEDERLANDSENGLISH
Vérifiez
Nous vous recommandons de
connecter le changeur de CD
compatible MP3 JVC. Vous pouvez
aussi connecter d’autres
changeurs de CD de la série CH-X
(sauf le CH-X99 et le CH-X100).
• Vous ne pouvez pas utiliser les
changeurs de CD de la série
KD-MK avec cet appareil.
Vous pouvez aussi utiliser un
appareil extérieur tel qu’un lecteur
de MD en connectant l’adaptateur
d’entrée de ligne KS-U57 (non
fourni). (Voir le diagramme ).
Alvorens te verbinden: Controleer de bedrading in de
auto zorgvuldig. Het apparaat kan door verkeerde
verbinding ernstige schade oplopen. De draden van het
stroomsnoer verschillen mogelijk van kleur met de
aansluitingen op het chassis van de auto.
1
Sluit de gekleurde snoerdraden van de stroomkable in
de hierna genoemde volgorde aan op de accu van de
auto, de luidsprekers en de antenne (indien aanwezig).
1 Zwart: aarde
2 Geel: naar de accu van de auto (constant 12 V)
3 Rood: naar de aansluitklem van de accessoire
4 Blauw met witte streep: naar
afstandsbedieningsdraad van andere apparatuur of
antenne met circuit indien aanwezig (200 mA max.)
5 Oranje met witte streep: naar de schakelaar voor de
autoverlichting
6 Bruin: naar het mobiele-telefoonsysteem (Lees voor
meer informatie de instructies die bij de mobiele
telefoon worden geleverd.)
7 Andere: naar de speakers
2
Sluit de antenne aan.
3
Verbind de draadbundel daarna met het apparaat.
Opmerking: Als uw voertuig niet beschikt over een
aansluitklem, moet u de zekering verplaatsen van stand 1
(beginstand) naar stand 2 en moet u de rode draad (A7) met
de pluspool (+) van de accu verbinden.
• In dit geval wordt de gele draad (A4) niet gebruikt.
Sluit bij voorkeur de JVC, MP3
compatibele CD-wisselaar aan. U kunt
tevens bepaalde andere CD-wisselaars uit
de CH-X serie aansluiten (uitgezonderd
de CH-X99 en CH-X100).
• U kunt CD-wisselaars uit de KD-MK
serie niet met dit toestel gebruiken.
Het is ook mogelijk een extern
apparaat zoals een draagbare MDspeler aan te sluiten met behulp van de
Line Input Adapter KS-U57 (niet
meegeleverd). (Zie schema .)
SUBWOOFER
—only for KD-LH3101
(see diagram )
SUBWOOFER—nur für
KD-LH3101 (siehe
Schaltplan )
Sortie de caisson de
grave—seulement pour
le KD-LH3101 (voir le
diagramme )
SUBWOOFER—
uitsluitend voor de
Aerial terminal
Antennenanschlußklemme
Borne de l’antenne
Aansluitpunt antenne
KD-LH3101 (zie
schema )
Rear ground terminal
Hintere
Erdungscanschlußklemme
Borne arrière de masse
Massaklem aan de
achterkant
Line out (see diagram )
2
To aerial
Zur Antenne
A l’antenne
Naar de antenne
3
Schutz kappen Signalausgang
(siehe Schaltplan )
Sortie de ligne (voir le diagramme )
Uitgang (zie schema )
*1 : Before checking the operation of this unit prior to
installation, this lead must be connected, otherwise
power cannot be turned on.
*1 : Vor der Überprüfung der Funktionsfähigkeit des Geräts
vor dem Einbau, muß diese Leitung angeschlossen
werden, da sonst die Stromversorgung nicht
eingeschaltet werden kann.
*1 : Pour vérifier le fonctionnement de cet appareil avant
installation, ce fil doit être raccordé, sinon l’appareil ne
peut pas être mis sous tension.
*1 : Voordat u controleert of het apparaat werkt (alvorens het te
installeren), moet deze draad aangesloten zijn. Als dit niet het
geval is, kan de stroom niet worden ingeschakeld.
7
B1 B3 B5 B7
B2 B4 B6 B8
A5 A7
A2 A4
A6
15
A8
15 A fuse / 15 A Sicherung /
Fusible 15 A /
Black
Schwarz
Noir
Zwart
1
Yellow*
1
Gelb*
1
Jaune*
1
Geel *
Red
Rot
Rouge
Rood
Blue with white stripe
Blau mit weißem Streifen
Bleu avec bande blanche
Blauw met witte streep
Orange with white stripe
Orange mit weißem Streifen
Orange avec bande blanche
Oranje met witte streep
Brown / Braun /
Zekering 15 A
A8
1
A4
2
Marron
B1 B3 B5 B7
B2 B4 B6 B8
A5 A7
A2 A4
A6
Fuse position 1 / 1. Sicherungsposition /
A8
Position de fusible 1 /
Zekering, stand 1
Not included with this unit.
Wird nicht mit Gerät mitgeliefert.
1
To metallic body or chassis of the car
*
Non fourni avec cet appareil.
Niet bij het apparaat inbegrepen.
Zur metallenen Karosserie oder zum Fahrwerk des Autos
Vers corps métallique ou châssis de la voiture
Naar metalen ondergrond of chassis van de auto
To a live terminal in the fuse block connecting to the car battery
(bypassing the ignition switch)
Zur einer stromführenden Anschlußklemme im Sicherungsblock zum
Anschließen an die Autobatterie (Umgehen des Zündschalters)
A une borne sous tension du porte-fusible connectée à la batterie de
la voiture (en dérivant l’interrupteur d’allumage)
Naar een onder spanning staande aansluitklem in het zekeringblok die is
aangesloten op de accu van de auto (u passeert de ontstekingsschakelaar)
To an accessory terminal in the fuse block
A7
Zur einer Zubehöranschlußklemme im Sicherungsblock
Vers borne accessoire du porte-fusible
3
Naar een aansluitklem in het zekeringblok
To remote lead of other equipment or power aerial if any
A5
Zum Zusatzkabel des anderen Geräts oder der Motorantenne, sofern vorhanden
Au fil de télécommande de l’autre appareil ou à l’antenne automatique s’il y en a une
4
Naar afstandsbedieningsdraad van andere apparatuur of antenne met circuit indien aanwezig
To car light control switch
(ILLUMINATION)
A6
Zum Autolichtschalter
A l’interrupteur d’éclairage de la voiture
Naar de schakelaar voor de autoverlichting
5
/ Bruin
Fuse position 2 / 2. Sicherungsposition /
Position de fusible 2
/ Zekering, stand 2
Ignition switch
Zündschalter
*
*
Interrupteur d’allumage
Contactschakelaar
Fuse block
Sicherungsblock
Porte-fusible
Zekeringblok
To cellular phone system
A2
Zur Moblitelephon
A un système de téléphone cellulaire
6
Naar het mobiele-telefoonsysteem
White with black stripe
Weiß mit schwarzem
Streifen
Blanc avec bande noire
White
B5B6
Weiß
Blanc
Wit
Wit met zwarte streep
Left speaker (front)
Linker Lautsprecher (vorne)
Enceinte gauche (avant)
Linkerspeaker (voorin)
PRECAUTIONS on power supply and
speaker connections:
• DO NOT connect the speaker leads of the power
cord to the car battery; otherwise, the unit will
be seriously damaged.
• Connect the black lead (ground), yellow lead (to car
battery, constant 12 V), and red lead (to an
accessory terminal) correctly.
• BEFORE connecting the speaker leads of the
power cord to the speakers, check the speaker
wiring in your car.
– If the speaker wiring in your car is as
illustrated in Fig. 1 and Fig. 2 below, DO NOT
connect the unit using that original speaker wiring.
If you do, the unit will be seriously damaged.
Redo the speaker wiring so that you can connect
the unit to the speakers as illustrated in Fig. 3.
– If the speaker wiring in your car is as
illustrated in Fig. 3, you can connect the unit
using the original speaker wiring in your car.
– If you are not sure of the speaker wiring of your
car, consult your car dealer.
+
+
L
-
+
R
-
Fig. 1
+
-
+
-
+
L
-
-
+
+
R
-
-
Fig. 2
+
L
-
+
R
-
Fig. 3
+
-
+
-
Gray with black stripe
Grau mit schwarzem
Streifen
Gris avec bande noire
B4
Gray
B3B8B7B2B1
Grau
Gris
Grijs
Grijs met zwarte streep
Right speaker (front)
Rechter Lautsprecher (vorne)
Enceinte droit (avant)
Rechterspeaker (voorin)
VORSICHTSMASSREGELN beim
Anschließen der Stromversorgung und
Lautsprecher:
• Die Lautsprecherleitungen des Netzkabels
NICHT an der Autobatterie anschließen, da
sonst das Gerät schwer beschädigt wird.
• Die schwarze Leitung (Erdung), die gelbe Leitung
(zur Autobatterie, konstant 12 V) und die rote Leitung
(zur Zubehöranschlußklemme) richtig anschließen.
• VOR dem Anschließen der Lautsprecherleitungen
des Spannunsgversorgungskabels an die
Lautsprecher, die Lautsprecherverdrahtung in
Ihrem Auto überprüfen.
– Ist die Lautsprecherverdrahtung wie unten in
„Fig. 1“ und „Fig. 2“ abgebildet, das Gerät
NICHT mit der Originalverdrahtung der
Lautsprecher anschließen, da sonst das Gerät
schwer beschädigt wird.
Die Lautsprecherverdrahtung erneuern, so daß
Sie das Gerät an den Lautsprechern wie in
„Fig. 3“ abgebildet anschließen können.
– Ist die Lautsprecherverdrahtung in Ihrem Auto
wie in „Fig. 3“ abgebildet, können Sie das Gerät
mit der Originalverdrahtung der Lautsprecher in
Ihrem Auto anschließen.
– Sind Sie sich über die Lautsprecherverdrahtung
in Ihrem Auto nicht sicher, wenden Sie sich an
Ihren Autohändler.
Green with black stripe
Grün mit schwarzem
Streifen
Vert avec bande noire
Groen met zwarte streep
PRECAUTIONS sur l’alimentation et la
connexion des enceintes:
• NE CONNECTEZ PAS les fils d’enceintes du
cordon d’alimentation à la batterie; sinon,
l’appareil serait sérieusement endommagé.
•
Connectez correctement le fil noir (a la masse), le fil
jaune (a la batterie de la voiture,12 V constant) et le
fil rouge (à la prise accessoire).
•
AVANT de connecter les fils d’enceintes du cordon
d’alimentation aux enceintes, vérifiez le câblage
des enceintes de votre voiture.
–
Si le câblage des enceintes de votre voiture
est comme montré sur la Fig. 1 ou Fig. 2
ci-dessous,
utiliscant ce câblage original des enceintes. Si
vous le faites, l’appareil sera sérieusement
endommagé.
Recommencez le câblage des enceintes de façon
que vous puissiez connecter l’appareil aux
enceintes comme montré sur la Fig. 3.
–
Si le câblage des enceintes de votre voiture
est comme montré sur la Fig. 3,
connecter l’appareil en utiliscant ce câblage
original d’enceintes pour votre voiture.
– Si vous n’êtes pas sûrs du câblage d’enceintes de
votre voiture, consulter le concessionnaire de
votre voiture.
3
Green
Grün
Vert
Groen
Purple with black stripe
Lila mit schwarzem
Streifen
Violet avec bande noire
Paars met zwarte streep
Left speaker (rear)
Linker Lautsprecher (hinten)
Enceinte gauche (arrière)
Linkerspeaker (achterin)
NE CONNECTEZ PAS l’appareil en
vous pouvez
Purple
Lila
Violet
Paars
Right speaker (rear)
Rechter Lautsprecher (hinten)
Enceinte droit (arrière)
Rechterspeaker (achterin)
VOORZORGSMAATREGELEN bij het
verbinden van de stroomkabeldraad
met de speakers:
• Verbind de speakerdraden van de stroomkabel
NIET met de accu van de auto; als u dit wel doet,
zal het apparaat ernstige schade oplopen.
• Sluit de zwarte draad (aarde), de gele draad (naar de accu
van de auto, constant 12 V) en de rode draad (naar de
aansluitklem van de accessoire) op de juiste wijze aan.
• VOORDAT u de speakerdraden van de stroomkabel met
de speakers verbindt, moet u de bedrading van de
speakers in uw auto controleren.
– Als de bedrading van de speakers eruitziet
zoals hieronder staat afgebeeld in Fig. 1 en
Fig. 2, mag het apparaat NIET worden aangesloten
met behulp van deze oorspronkelijke
speakerbedrading. Als u dat wel doet, zal het apparaat
ernstige schade oplopen.
Pas de bedrading van de speakers aan, zodat u het
apparaat met de speakers kunt verbinden, zoals staat
afgebeeld in Fig. 3.
– Als de bedrading van de speakers eruitziet
zoals staat afgebeeld in Fig. 3, kunt u het
apparaat aansluiten met behulp van de oorspronkelijke
speakerbedrading in uw auto.
– Als u twijfels hebt over de speakerbedrading in uw
auto, moet u contact opnemen met uw autodealer.
Connecting the leads / Anschließen der Leitungen / Raccordement des fils / Aansluiting van de gekleurde draden
Twist the core wires when connecting.
Die Kerndrähte beim Anschließen verdrehen.
Torsader les âmes des fils en les raccordant.
Draai de kerndraden om elkaar heen
wanneer u ze wilt aansluiten.
Solder the core wires to connect them securely.
Die Kerndrähte anlöten, um sie fest anzuschließen.
Souder les âmes des fils pour les raccorder entre
eux de façon sûre.
Soldeer de kerndraden zodat ze stevig vast zitten.
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP!:
• To prevent short-circuit, cover the terminals of the UNUSED leads with insulating tape.
• Zur Vermeidung eines Kurzschlusses die Anschlußklemmen der NICHT VERWENDETEN
Leitungen mit Isolierklebeband umwickeln.
• Pour éviter les court-circuits, couvrir les bornes des fils
qui ne sont PAS UTILISÉS avec de la bande isolante.
• Om kortsluiting te voorkomen, moet u de
aansluitklemmen van ONGEBRUIKTE gekleurde
draden met isolatieband bedekken.
Connections Adding Other Equipment / Anschlüsse zum Hinzufügen von anderer Ausrüstung / Raccordement pour ajouter d’autres appareils /
Aansluitingen voor het toevoegen van andere apparatuur
You can connect an amplifier and other equipment to
upgrade your car stereo system.
• Connect the remote lead (blue with white stripe) to
the remote lead of the other equipment so that it
can be controlled through this unit.
• For amplifier only:
– Connect this unit’s line-out terminals to the
amplifier’s line-in terminals.
– Disconnect the speakers from this unit,
connect them to the amplifier. Leave the
speaker leads of this unit unused. (Cover the
terminals of these unused leads with
insulating tape, as illustrated above.)
Sie können einen Verstärker oder ein anderes Gerät
anschließen, um Ihre Autostereoanlage zu erweitern.
• Schließen Sie das Fernbedienungskabel (blau mit
weißem Streifen) an das Fernbedienungskabel des
anderen Geräts an, so daß es über dieses Gerät
gesteuert werden kann.
• Nur für den Verstärker:
– Die Anschlußklemmen am Ausgang dieses Gerät
an den Anschlußklemmen des Eingangs des
Verstärkers anschließen.
– Die Lautsprecher von diesem Gerät abtrennen
und am Verstärker anschließen. Die
Lautsprecherleitungen dieses Geräts unbenutzt
lassen. (Die Anschlußklemmen dieser nicht
verwendeten Leitungen mit Isolierklebeband
umwickeln, siehe Abbidung oben.)
Vous pouvez connecter un amplificateur ou autre
appareil pour améliorer votre système autoradio.
• Connectez le fil de commande à distance (bleu
avec bande blanche) au fil de commande à
distance de l’autre appareil de façon qu’il puisse
être commandé via cet appareil.
• Pour l’amplificateur seulement:
– Raccorder les bornes de sortie ligne de cet appareil
aux bornes d’entrée ligne de l’amplificateur.
–
Déconnectez les enceintes de cet appareil et
connectez-les à l’amplificateur. Laissez les fils
d’enceintes de cet appareil inutilisés.
(Recouvrir les extrémités de ces fils inutilisés
avec de la bande isolante comme montré cidessus.)
Het is mogelijk om uw autostereosysteem uit te breiden
met een versterker of andere apparatuur.
• Verbind de afstandsbedieningsdraad (blauw met witte
streep) met de afstandsbedieningsdraad van andere
apparatuur zodat deze op afstand via dit apparaat kan
worden bediend.
• Alleen voor een versterker:
– Verbind de uitgang van het apparaat met de ingang
van de versterker.
– Koppel de speakers van dit apparaat los en
verbind ze aan de versterker. Gebruik de
speakerdraden van dit apparaat niet. (Plak
de aansluitklemmen van deze
speakerdraden met isolatieband af zoals
hierboven is afgebeeld.)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
LINE
LRL
R
L
R
REAR
FRONT
Front speakers
Vordere Lautsprecher
Enceintes avant
Voorspeakers
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Versterker
OUT
L
R
2
*
KD-LH3101/
KD-LH1101
Remote lead
Fernbedienungsleitung
Fil d’alimentation à distance
Afstandsbedieningsdraad
Y-connector (not supplied with this unit)
Y-Anschluß (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Connecteur Y (non fourni avec cet appareil)
Y-connector (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
To power aerial if any
Blue with white stripe
Blau mit weißem Streifen
Bleu avec bande blanche
Blauw met witte streep
Zur Motorantenne, sofern
vorhanden
Vers l’antenne automatique, s’il y
en a une
Naar de antenne (indien aanwezig)
INPUT
L
R
L
R
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Amplificateur
JVC Versterker
Front speakers
Vordere Lautsprecher
Enceintes avant
Voorspeakers
You can connect another power amplifier for front speakers.
Sie können einen anderen Leistungsverstärker für die vorderen Lautsprecher
anschließen.
Vous pouvez connecter un autre amplificateur de puissance pour les enceintes avant.
U kunt nog een eindversterker voor de voorspeakers aansluiten.
*2 : Firmly attach the ground wire to the metallic
body or to the chassis of the car—to the place
not coated with paint (if coated with paint,
remove the paint before attaching the wire).
Failure to do so may cause damage to the unit.
*2 : Verbinden Sie den Erdungsleiter mit der
Karosserie oder dem Rahmen des
Fahrzeugs. Die Kntaktstelle darf nicht lackiert
sein (sollte die Kontaktstelle lackiert sein,
entfernen Sie den Lack der Kontaktstelle,
bevor Sie den Leiter befestigen). Wenn der
Erdungsleiter nicht ordnungsgemäß
angeschlossen wird, kann dieses Gerät
beschädigt werden.
*2 : Attachez solidement le fil de mise à la masse
au châssis métallique de la voiture—à un
endroit qui n’est pas recouvert de peinture
(s’il est recouvert de peinture, enlevez
2
*
d’abord la peinture avant d’attacher le fil).
L’appareil peut être endommagé si cela n’est
pas fait correctement.
*2 : Bevestig de aardedraad goed met een metalen
onderdeel of het chassis van de auto—bevestig op
een niet-gelakt gedeelte (indien gelakt, schuur dan
af alvorens de draad te bevestigen). Het toestel kan
worden beschadigd indien de aardedraad niet goed
is aangesloten.
CD changer and DAB tuner / CD-Wechsler und DAB-Tuner / Changeur CD et tuner DAB / CD-wisselaar en DAB-tuner
You can connect a JVC CD changer and/or a JVC
DAB (Digital Audio Broadcasting) tuner.
• For their connections, refer to the instructions
supplied with them.
Connecting cord supplied with your DAB tuner
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des DABTuners gehört
Cordon de connexion fourni avec votre tuner DAB
Verbindingskabel die met de DAB-tuner wordt meegeleverd
JVC DAB tuner
DAB-Tuner von JVC
Tuner DAB JVC
KD-LH3101/
JVC DAB-tuner
KD-LH1101
• You can connect both components in series as illustrated above.
• Es ist möglich, beide Komponenten in einer Serienschaltung entsprechend der obigen Darstellung
anzuschließen.
• Vous pouvez connecter les deux appareils en série comme montré ci-dessus.
• Beide apparaten zijn volgens bovenstaande illustratie in serie aan te sluiten.
Sie können einen CD-Wechsler und/oder einen
DAB-Tuner (Tuner für digitalen Rundfunk) von JVC
anschließen.
• Weitere Informationen über den Anschluß können
Sie der Bedienungscanleitung entnehmen, die dem
jeweiligen Gerät beiliegt.
Connecting cord supplied with your CD changer
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des
CD-Wechsler gehört
Cordon de connexion fourni avec votre changeur CD
Verbindingskabel die met de CD-wisselaar wordt meegeleverd
JVC CD changer
CD-Wechsler von JVC
Changeur CD JVC
JVC CD-wisselaar
Vous pouvez connecter un changeur CD JVC et/ou
un tuner DAB (Digital Audio Broadcasting) JVC.
• Pour leurs connexions, référez-vous aux modes
d’emploi qui les accompagnent.
Het is mogelijk een JVC CD-wisselaar en/of JVC
DAB-tuner (Digital Audio Broadcasting) aan te sluiten.
• Zie de instructies van deze apparaten voor meer informatie
over het tot stand brengen van deze aansluiting.
Connecting cord supplied with your DAB tuner or CD changer
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des DAB-Tuners oder CD-Wechslers gehört
Cordon de connexion fourni avec votre tuner DAB ou changeur CD
Verbindingskabel die met de DAB-tuner of CD-wisselaar wordt meegeleverd
JVC DAB tuner
DAB-Tuner von JVC
Tuner DAB JVC
JVC DAB-tuner
or
oder
ou
of
JVC CD changer
CD-Wechsler von JVC
Changeur CD JVC
JVC CD-wisselaar
KD-LH3101/
KD-LH1101
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP!:
• Before connecting the CD changer and/or the DAB tuner, make sure that the unit is turned off.
• Bevor Sie den CD-Wechsler und/oder den DAB-Tuner anschließen, vergewissern Sie sich, daß das
Gerät ausgeschaltet ist.
• Avant de connecter le changeur CD et/ou le tuner DAB, s’assurer que l’unité est éteinte.
• Zorg ervoor dat de apparaat is uitgeschakeld alvorens u de en/of DAB-tuner CD-wisselaar aansluit.
Subwoofer / Subwoofer / Caisson de grave / Subwoofer
Only for KD-LH3101 / Nur für KD-LH3101 / Sortie de caisson de grave KD-LH3101 / Uitsluitend voor de KD-LH3101
You can connect an subwoofer through an amplifier
to reinforce the bass.
• For their connections, refer to the instructions
supplied with your subwoofer.
Sie können einen Subwoofer über einen Verstärker
anschließen, um den Bass zu verstärken.
• Sehen Sie die mit Ihrem Subwoofer mitgelieferten
Anweisungen bzgl. der Anschlüsse.
KD-LH3101
L
RLR
SUBWOOFER OUT
SUBWOOFER OUT
Caisson de grave (Sortie de
caisson de grave)
SUBWOOFER OUT
Signal cord (not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
Vous pouvez connecter un caisson de grave par un
amplificateur pour renforcer les graves.
• Pour la connexion, référez-vous aux instructions
fournies avec le caisson de grave.
L
R
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Amplificateur
JVC Versterker
Subwoofer
Subwoofer
Caisson de grave
Subwoofer
U kunt een subwoofer via een versterker aansluiten om de
weergave van de lage tonen te versterken.
• Zie de bij de subwoofer geleverde aanwijzingen voor
het verbinden.
Line Input Adapter KS-U57 (not supplied
with this unit)
Line-Eingangsadapter KS-U57 (nicht
mit diesem Gerät mitgeliefert)
Adaptateur d’entrée de ligne KS-U57
(non fourni avec cet appareil)
Line Input Adapter KS-U57 (wordt niet bij
dit apparaat geleverd)
KD-LH3101/
KD-LH1101
CD changer jack
Buchse für CD-Wechsler
Prise du changeur CD
Aansluiting voor CD-wisselaar
L
L
R
R
L
R
Signal cord (not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
L
Externe Komponente
R
Appareil extérieur
Extern apparaat
Connecting to the steering wheel remote controller / Anschluß an die Lenkradfernbedienung / Connexion de la télécommande de volant /
Verbinden met de stuurwiel-afstandsbediening
If your car is equipped with the steering wheel remote controller, you can operate this receiver using the controller.
To do it, a JVC’s OE remote adapter (not supplied) which matches with your car is required. Consult your JVC IN-CAR
ENTERTAINMENT dealer for details.
Wenn Ihr Fahrzeug mit einer Lenkradferndienung ausgestattet ist, können Sie damit diesen Receiver steuern. Hierfür
ist ein für Ihr Fahrzeug passender Radio-Lenkrad-Fernbedienungsadaption von JVC (nicht im Lieferumfang enthalten)
erforderlich. Für weitere Einzelheiten wenden Sie sich an Ihren JVC Autoradiohändler.
Si votre voiture est munie d’une télécommande de volant, vous pouvez commander cet autoradio en utilisant la
télécommande. Pour le faire, un adaptateur pour télécommande au volant (non fourni) correspondant à votre voiture est
nécessaire. Consultez votre revendeur d’autoradio JVC pour les détails.
Indien uw auto een stuurwiel-afstandsbediening (niet bijgeleverd) heeft, kunt u deze receiver met die afstandsbediening bedienen.
Hiervoor heeft u echter een JVC adapter nodig die geschikt is voor de stuurwiel-afstandsbediening in uw auto. Raadpleeg uw JVC
car audio dealer voor details.
4
Steering wheel remote input
Eingang für Lenkradfernbedienung
Entrée de la télécommande de volant
Ingang stuurwiel-afstandsbediening
KD-LH3101/
KD-LH1101
See the INSTRUCTIONS (separate volume) for how to use
the external component with this unit.
Informationen zur Verwendung der externen Komponente
mit diesem Gerät finden Sie in den
BEDIENUNGSANLEITUNG (separates Dokument).
Référez-vous aux “MANUEL D’INSTRUCTIONS” (manuel
séparé) pour savoir comment utiliser l’appareil extérieur
avec cet appareil.
Zie de GEBRUIKSAANWIJZING (apart boekje) voor details
aangaande het gebruik van het externe component met dit toestel.
OE remote adapter (not supplied)
Radio-Lenkrad-Fernbedienungsadaption (nicht im
Lieferumfang enthalten)
Adaptateur pour télécommande au volant (non fourni)
Adapter voor stuurwiel-afstandsbediening (niet bijgeleverd)
Steering wheel remote controller (equipped in the car)
Lenkradfernbedienung (im Fahrzeug installiert)
Télécommande de volant (installée dans la voiture)
Stuurwiel-afstandsbediening (in de auto)
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.