JVC KD-BT11, KD-BT12 User Manual [dk]

CD RECEIVER
CD-RECEIVER CD-SPELARE MED MOTTAGARE RADIO MED CD CD-VASTAANOTIN
KD-BT12/KD-BT11
Zie bladzijde 4 voor het annuleren van de displaydemonstratie. Se sidan 4 för att avbryta demonstrationen i teckenfönstret. Se side 4 vedrørende annullering af displaydemonstrationen. Näyttöesityksen peruuttamisen ohjeet ovat sivulla 4.
NEDERLANDS
SVENSKADANSKSUOMI
INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
BRUKSANVISNING
INSTRUKTIONSBOG
KÄYTTÖOHJE
GET0508-004B
[EX]
Declaration of Conformity with regard to the R&TTE Directive 1999/5/EC
0984
English: Español:
Hereby, JVC, declares that this KD-BT12/KD-BT11 is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 1999/5/EC.
Deutsch: Ελληνική:
Hiermit erklärt JVC, dass sich das Gerät KD-BT12/KD-BT11 in Übereinstimmung mit den grundlegenden Anforderungen und den übrigen einschlägigen Bestimmungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet.
Hiermit erklärt JVC die Italiano: Übereinstimmung des Gerätes
KD-BT12/KD-BT11 mit den grundlegenden
Anforderungen und den anderen relevanten Festlegungen der Richtlinie 1999/5/EG befindet. (Wien)
Français: Malti:
Par la présente JVC déclare que l’appareil KD-BT12/KD-BT11 est conforme aux exigences essentielles et aux autres dispositions pertinentes de la directive 1999/5/CE.
Nederlands: Português:
.Hierbij verklaart JVC dat het toestel KD-BT12/KD-BT11 in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG.
Dansk: Suomi:
Undertegnede JVC erklærer herved, at følgende udstyr KD-BT12/KD-BT11 overholder de væsentlige krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/ EF
Por medio de la presente JVC declara que el KD-BT12/KD-BT11 cumple con los requisitos esenciales y cualesquiera otras disposiciones aplicables o exigibles de la Directiva 1999/5/CE
ΜΕ ΤΗΝ ΠΑΡΟΥΣΑ JVC ∆ΗΛΩΝΕΙ ΟΤΙ KD-BT12/KD-BT11 ΣΥΜΜΟΡΦΩΝΕΤΑΙ ΠΡΟΣ ΤΙΣ ΟΥΣΙΩ∆ΕΙΣ ΑΠΑΙΤΗΣΕΙΣ ΚΑΙ ΤΙΣ ΛΟΙΠΕΣ ΣΧΕΤΙΚΕΣ ∆ΙΑΤΑΞΕΙΣ ΤΗΣ Ο∆ΗΓΙΑΣ 1999/5/ΕΚ.
Con la presente JVC dichiara che questo KD-BT12/KD-BT11 è conforme ai requisiti essenziali ed alle altre disposizioni pertinenti stabilite dalla direttiva 1999/5/CE.
Hawnhekk, JVC, jiddikjara li dan KD-BT12/KD-BT11 jikkonforma mal­ħtiġijiet essenzjali u ma provvedimenti oħrajn relevanti li hemm fid-Dirrettiva 1999/5/EC.
JVC declara que este KD-BT12/KD-BT11 está conforme com os requisitos essenciais e outras disposições da Directiva 1999/5/CE.
JVC vakuuttaa täten että KD-BT12/ KD-BT11 tyyppinen laite on direktiivin 1999/5/EY oleellisten vaatimusten ja sitä koskevien direktiivin muiden ehtojen mukainen.
G-1
Svenska: Lietuviu:
Härmed intygar JVC att denna KD-BT12/KD-BT11 står I överensstämmelse med de väsentliga egenskapskrav och övriga relevanta bestämmelser som framgår av direktiv 1999/5/EG.
Íslenska: Magyar:
Hér með lýsir JVC yfir því að KD-BT12/ KD-BT11 er í samræmi við grunnkröfur og aðrar kröfur, sem gerðar eru í tilskipun 1999/5/EC.
Norsk: Polski:
JVC erklærer herved at utstyret KD-BT12/KD-BT11 er i samsvar med de grunnleggende krav og øvrige relevante krav i direktiv 1999/5/EF.
Cesky: Slovensko:
JVC tímto prohlašuje, že tento KD-BT12/KD-BT11 je ve shode se základními požadavky a dalšími príslušnými ustanoveními smernice 1999/5/ES.
Eesti: Slovensky:
Käesolevaga kinnitab JVC seadme KD-BT12/KD-BT11 vastavust direktiivi 1999/5/EÜ põhinõuetele ja nimetatud direktiivist tulenevatele teistele asjakohastele sätetele.
Latviski:
Ar šo JVC deklare, ka KD-BT12/KD-BT11 atbilst Direktivas 1999/5/EK butiskajam prasibam un citiem ar to saistitajiem noteikumiem.
Šiuo JVC deklaruoja, kad šis KD-BT12/ KD-BT11 atitinka esminius reikalavimus ir kitas 1999/5/EB Direktyvos nuostatas.
Alulírott, JVC nyilatkozom, hogy a KD-BT12/KD-BT11 megfelel a vonatkozó alapvetõ követelményeknek és az 1999/5/EC irányelv egyéb elõírásainak.
Niniejszym JVC oświadcza, że KD-BT12/ KD-BT11 jest zgodny z zasadniczymi wymogami oraz pozostałymi stosownymi postanowieniami Dyrektywy 1999/5/EC.
JVC izjavlja, da je ta KD-BT12/KD-BT11 v skladu z bistvenimi zahtevami in ostalimi relevantnimi dolocili direktive 1999/5/ES.
JVC týmto vyhlasuje, že KD-BT12/ KD-BT11 splna základné požiadavky a všetky príslušné ustanovenia Smernice 1999/5/ES.
G-2
Wij verzoeken u de gebruiksaanwijzing goed door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een
volledig inzicht in de functies van het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit JVC-product!
BELANGRIJK VOOR LASERPRODUKTEN
1. KLASSE 1 LASERPRODUKT
NEDERLANDS
2. VOORZICHTIG: Open de bovenste afdekking niet. Er zijn geen door de gebruiker te repareren onderdelen in het toestel; laat onderhoud en reparatie over aan erkend onderhoudspersoneel.
3. VOORZICHTIG: Zichtbare en/of onzichtbare klasse 1M laserstralen indien geopend. Bekijk niet direct met optische instrumenten.
4. REPRODUCTIE VAN LABEL: WAARSCHUWINGSLABEL OP BUITENKANT VAN TOESTEL AANGEBRACHT.
Verwijderen van het bedieningspaneel
Batterij
Producten
Informatie voor gebruikers over het weggooien van oude apparatuur en batterijen [Alleen de Europese Unie]
Deze symbolen geven aan dat het product en de batterij met dit symbool bij het einde van de gebruiksduur niet met het normale huishoudelijk afval mogen worden weggegooid. Wanneer u dit product en de batterij wilt weggooien, houdt u dan aan de geldende nationale wetgeving of andere regels in uw land en gemeente. Door dit product naar een inzamelingspunt te brengen, werkt u mee aan het behoud van natuurlijke bronnen en het voorkomen van potentiële negatieve effecten op het milieu en de volksgezondheid.
Opmerking:
De Pb-markering onder het symbool voor batterijen geeft aan dat de batterij lood bevat.
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het apparaat geleverd. Het identificatienummer is tevens op de behuizing van het apparaat gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is belangrijk voor identificaatie indien het apparaat is gestolen.
Bevestigen van het bedieningspaneel
Waarschuwing:
Voorkom ongelukken en kijk derhalve uitermate goed uit indien u het toestel tijdens het besturen van de auto wilt bedienen.
Denk aan de veiligheid...
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is gevaarlijk, omdat u de geluiden buiten de auto niet meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen met het apparaat gaat verrichten.
Temperatuur binnen de auto...
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer normaal waarden heet bereikt.
2
Het apparaat terugstellen
De door u gemaakte instellingen worden tevens gewist (uitgezonderd de geregistreerde Bluetooth apparatuur, zie bladzijden 10 en 11).
Geforceerd verwijderen van een
disc
INHOUD
INTRODUCTIE
Voorbereiding .............................................. 4
BEDIENING
Basisbediening ............................................. 5
• Gebruik van het bedieningspaneel ............. 5
Luisteren naar de radio ................................ 6
Bediening voor discs .................................... 9
Gebruik van Bluetooth
• Gebruik van de Bluetooth mobiele
telefoon .................................................. 12
• Gebruik van de Bluetooth audiospeler ........ 15
® apparatuur ............. 10
NEDERLANDS
Wees voorzichtig en zorg dat de disc niet valt bij het
verwijderen.
Stel de receiver terug indien dit niet werkt.
Gebruik van de M MODE toets
Door een druk op M MODE schakelt de receiver in de functiemodus en krijgen de cijfertoetsen en 5/ toetsen een andere functie.
Bijv.: Indien cijfertoets 2 als MO (mono) toets werkt.
Om de toetsen weer voor hun oorspronkelijke functies te gebruiken, drukt u nogmaals op M
MODE.
• De functiemodus wordt automatisch geannuleerd indien u gedurende ongeveer 5 seconden op geen enkele toets drukt.
Let op met het instellen van het volume:
Discs produceren in vergelijking met andere bronnen weinig ruis. Verlaag het volume alvorens een disc af te spelen, zodat beschadiging van de luidsprekers door een plotselinge verhoging van het uitgangsniveau wordt voorkomen.
De afbeeldingen van het bedieningspaneel in deze gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op de KD-BT11.
EXTERNE APPARATUUR
Luisteren naar de CD-wisselaar .................... 16
Luisteren naar de iPod ................................. 17
Luisteren naar de DAB-tuner ........................ 18
Luisteren naar andere externe
apparatuur ............................................... 20
Gebruik van de afstandsbediening —
RM-RK50 ............................................... 21
INSTELLINGEN
Kiezen van een vastgelegde geluidsfunctie
..... 22
Algemene instellingen—PSM ..................... 24
Bluetooth instellingen ................................. 27
REFERENTIES
Meer over deze receiver ............................... 28
Oplossen van problemen ............................. 31
Onderhoud ................................................... 34
Technische gegevens ................................... 35
De receiver heeft een functie voor bediening met de stuurafstandsbediening.
• Zie de Handleiding voor installatie/aansluiting (afzonderlijk boekje) voor het verbinden.
3
Voorbereiding
Annuleren van de displaydemonstratie en instellen van de klok
• Zie tevens bladzijden 24 en 25.
NEDERLANDS
1
Inschakelen van de stroom.
2
3
Voer de PSM-instellingen in.
Annuleer de displaydemonstratie
Kies “DEMO” en vervolgens “DEMO OFF”.
Stel de klok in
Kies “CLOCK HOUR” en stel het uur in. Kies “CLOCK MIN” (minuut), en stel vervolgens de minuten
in.
Kies “24H/12H” en vervolgens “24 HOUR” of “12 HOUR”.
4
Met de stroom uitgeschakeld: Controleren van de huidige tijd op de klok Met de stroom ingeschakeld: Veranderen van de display-informatie van de huidige bron
FM/AM Frequentie
FM Radio Data System
CD/CD-CH Audio CD/CD Text: Huidige fragmentnummer met de verstreken weergavetijd
BLUETOOTH Huidige fragmentnummer met de verstreken weergavetijd
IPOD Mapnaam
DAB Servicenaam
1
*
“NO NAME” verschijnt indien de geplaatste disc een audio-CD is.
*2 Indien een MP3/WMA-bestand geen tag-informatie heeft of “TAG DISPLAY” op “TAG OFF” is gesteld (zie bladzijde
26), verschijnen de mapnaam en bestandsnaam.
Zendernaam (PS) begin)
fragmentnummer met de kloktijd = Disctitel/zanger(es) *1 = Fragmenttitel *1 = (terug naar het begin) MP3/WMA: Huidige fragmentnummer met de verstreken weergavetijd = Huidige fragmentnummer met de kloktijd = Albumnaam/zanger(es) (mapnaam) *2 = Fragmenttitel (bestandsnaam) *2 = (terug naar het begin)
kloktijd = Albumnaam/zanger(es) = Fragmenttitel = (terug naar het begin)
Huidige fragmentnummer met de kloktijd = (terug naar het begin)
begin)
= Klok = (terug naar het begin)
= Zender-frequentie = Programmatype (PTY)= Klok = (terug naar het
= Bestandsnaam = Huidige fragmentnummer met de verstreken weergavetijd =
= Ensemblenaam = Kanaalnummer = Frequentie = Klok= (terug naar het
Voltooi de procedure.
= Huidige
= Huidige fragmentnummer met de
4 INTRODUCTIE
Basisbediening
Gebruik van het bedieningspaneel
NEDERLANDS
1DAB: Kiezen van DAB-service.
CD/CD-CH: Kiezen van een map.
IPOD: Oproepen van het hoofdmenu/pauze weergave/bevestigen keuze.
2 Veranderen van displayinformatie. 3 • Inschakelen van de stroom.
• Uitschakelen van de stroom [Houd ingedrukt].
• Dempen van het geluid (indien de stroom is ingeschakeld).
4 Volumeregelaar [Draai]. 5FM/AM: Kiezen van de golfband.
BLUETOOTH (AUDIO): Starten van de weergave
6 Lade 7 Displayvenster 8 • Activeren/annuleren van TA-standbyontvangst.
• Activeren van de zoekfunctie voor programmatype [Houd ingedrukt].
9 Veranderen van displayinformatie. p Verwijderen van het paneel. q • Roep het Bluetooth menu op
• Tonen van het laatst gebelde nummer [Houd ingedrukt].
wFM/AM: Opzoeken van een zender.
DAB: Opzoeken van een DAB-ensemble.
CD/CD-CH/IPOD: Kiezen van een fragment.
BLUETOOTH (AUDIO): Achterwaarts verspringen/voorwaarts verspringen.
e Voor het kiezen van de bron.
FM/AM = DAB = CD *1 = CD-CH *1/IPOD *
1
(of EXT INPUT) = BLUETOOTH = AUX IN = (terug naar het begin)
r • Instellen van de geluidsfunctie.
• Voer de PSM-instellingen in [Houd ingedrukt].
t • Oproepen van de functiemodus.
Druk op M MODE en vervolgens op een van de
volgende toetsen (binnen 5 seconden)... EQ : Kiezen van de geluidsfunctie. MO : Activeren/annuleren van mono-
ontvangst.
SSM : Automatisch vastleggen van zenders
[Houd ingedrukt]. RPT : Kiezen van herhaalde weergave. RND : Kiezen van willekeurige weergave.
5/ : Verspringen van 10 fragmenten.
• Activeren van stemcommanda voor bellen [Houd
ingedrukt].
yFM/AM: Kiezen van een voorkeurzender.
DAB: Kiezen van een vastgelegde DAB-service.
CD/CD-CH: Kiezen van map/fragment/disc (voor
CD-wisselaar).
BLUETOOTH (PHONE): Bellen van vastgelegd
telefoonnummer *
u AUX (auxiliary) ingangsaansluiting
1
*
U kunt deze bronnen niet kiezen indien ze niet gereed
staan of niet zijn aangesloten.
2
Zie bladzijde 14 voor het vastleggen van
*
2
.
telefoonnummers.
Vervolg op de volgende bladzijde
5BEDIENING
Displayvenster
NEDERLANDS
1 Status van Bluetooth apparaat
(Apparaatnummer, [1 – 5]; signaalsterkte, [0 – 3]*; batterijpeil, [0 – 3]*)
* De sterkte van het signaal en de batterij wordt
sterker naarmate het nummer hoger wordt.
2 Tr (fragment) indicator 3 Brondisplay / Fragmentnummer / Mapnummer /
Indicator voor tijd aftellen
4 Bluetooth indicator 5 Radio Data System indicators—AF, REG, TP, PTY 6 Weergavefunctie- / onderdeelindicators—
RND (willekeurig), (disc), (map), RPT (herhalen)
Luisteren naar de radio
1
2
3
Kies “FM/AM”.
Kiezen van de golfband.
Opzoeken van een gewenste zender—Automatisch zoeken.
Handmatig zoeken: Houd een van de toetsen ingedrukt totdat “M” op het display knippert en druk vervolgens herhaaldelijk op de toets.
• “ST” licht op het display op indien u een stereo FM-uitzending ontvangt waarvan de signalen sterk genoeg zijn.
7 Tunerontvangstindicators—ST (stereo),
MO (mono)
8 LOUD (toonversterking) indicator 9 EQ (equalizer) indicator p Discinformatie-indicators—TAG (Tag informatie),
(map), (fragment/bestand)
q Weergavebron-indicators—CH (CD-wisselaar),
DISC
w Geluidsfunctie (iEQ: Intelligente Equalizer)
indicators—CLASSIC, HIP HOP, JAZZ, ROCK, POPS, USER
e Hoofddisplay
6
Indien een stereo FM-uitzending
slecht ontvangbaar is
Luisteren naar een voorkeurzender
De ontvangst is beter, maar het stereo-effect gaat verloren.
• “MO” licht op het display op.
Voor het weer herstellen van het stereo-effect, herhaalt u dezelfde procedure. “MONO OFF” verschijnt en “MO” dooft.
Automatisch vastleggen van FM-
zenders —SSM (achtereenvolgend vastleggen van sterke zenders)
U kunt maximaal zes zenders voor iedere golfband vastleggen.
1 Tijdens het luisteren naar een FM-zender...
2
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de gekozen FM­golfband vastgelegd.
Handmatig vastleggen
Bijv.: Vastleggen van FM-zender op 92,50MHz onder
voorkeurnummer 4 van de FM1-golfband.
1
De volgende functies kunnen alleen voor FM Radio Data System-zenders worden gebruikt.
Opzoeken van een FM Radio Data
System-programma—PTY-zoeken
U kunt met gebruik van PTY-codes gemakkelijk op een zender afstemmen die uw favoriete programma uitzendt.
• Zie bladzijde 8 voor het vastleggen van uw favoriete programmatypes.
1 De laatst gekozen PTY-code
verschijnt.
2 Kies uw favoriete programmatypes.
of
Kies een van de PTY-codes (zie bladzijde 9).
3 Het zoeken van uw favoriete programma
start.
NEDERLANDS
2
3
Indien er een zender is die een programma van
dezelfde PTY-code uitzendt, wordt op deze zender afgestemd.
Het voorkeurnummer knippert even.
7BEDIENING
Vastleggen van uw favoriete
programmatypes
U kunt uw zes favoriete programmatypes vastleggen.
Vastleggen van programmatypes onder de
NEDERLANDS
cijfertoetsen (1 – 6):
1 Kies een PTY-code (zie bladzijde 7).
2 Kies het gewenste voorkeurnummer (1 – 6)
waaronder u het wilt vastleggen.
Activeren van TA-standbyontvangst
De TP (verkeersinformatie) indicator licht op of knippert.
• Indien de TP indicator is opgelicht, is TA­standbyontvangst geactiveerd.
• Indien de TP indicator knippert, is TA­standbyontvangst nog niet geactiveerd. (Dit is het geval indien u naar een FM-zender luistert die de voor TA-standbyontvangst vereiste Radio Data System-signalen niet levert.)
Voor het activeren van TA-standbyontvangst, moet u
op een andere zender afstemmen die deze signalen wel levert. De TP indicator stopt te knipperen en blijft opgelicht.
Annuleren van TA-standbyontvangst
De TP indicator dooft.
Bijv.: Met “ROCK M” gekozen
3 Herhaal stappen 1 en 2 voor het vastleggen
van andere PTY-codes onder andere voorkeurnummers.
4 Voltooi de procedure.
Gebruik van standbyontvangst
TA-standbyontvangst
Met TA-standbyontvangst schakelt de receiver van een andere bron dan AM tijdelijk over naar verkeersinformatie (TA). Het volume verandert naar het hiervoor ingestelde TA­volumeniveau indien het huidige volumeniveau lager dan het hiervoor ingestelde niveau is (zie bladzijde 25).
8
PTY-standbyontvangst
Met PTY-standbyontvangst schakelt de receiver van een andere bron dan AM tijdelijk over naar uw favoriete PTY-programma.
Voor het activeren en kiezen van uw favoriete PTY-code voor PTY-standbyontvangst, zie bladzijde
25.
De PTY indicator licht op of knippert.
• Indien de PTY indicator is opgelicht, is PTY­standbyontvangst geactiveerd.
• Indien de PTY indicator knippert, is PTY­standbyontvangst nog niet geactiveerd.
Voor het activeren van PTY-standbyontvangst, moet
u op een andere zender afstemmen die deze signalen wel levert. De PTY indicator stopt te knipperen en blijft opgelicht.
Voor het annuleren van PTY-standbyontvangst, kiest u “OFF” voor de PTY-code (zie bladzijde 25). De PTY indicator dooft.
Volgen van hetzelfde
programma—Ontvangst van netwerk-volgen
Indien u in een gebied rijdt waar de FM-ontvangst niet sterk genoeg is, zal de receiver automatisch op een andere FM Radio Data System-zender van hetzelfde netwerk afstemmen, die mogelijk hetzelfde programma maar met sterkere signalen uitzendt (zie de afbeelding hieronder). Ontvangst van netwerk-volgen is bij het verlaten van de fabriek geactiveerd.
Voor het veranderen van ontvangst van netwerk­volgen, zie “AF-REG” op bladzijde 25.
Programma A wordt op verschillende frequenties uitgezonden (01 – 05)
Bediening voor discs
Automatisch kiezen van
zenders—Programmazoeken
Normaliter wordt door een druk op een van de cijfertoetsen op de overeenkomende voorkeurzender afgestemd. Indien de signalen van een vastgelegde FM Radio Data System-zenders echter niet sterk genoegd zijn, gebruikt dit toestel de AF-data voor het afstemmen op een andere frequentie waarop hetzelfde programma als van de oorspronkelijke voorkeurzender wordt uitgezonden.
• Het duurt even eer met gebruik van programmazoeken op een andere zender is afgestemd.
• Zie tevens bladzijde 25.
PTY-codes
NEWS (nieuws), AFFAIRS (actualiteiten), INFO (informatie), SPORT (sport), EDUCATE (educatief), DRAMA, CULTURE (cultuur), SCIENCE (wetenschap), VARIED (gevarieerd), POP M (popmuziek), ROCK M (rockmuziek), EASY M (easy listening muziek), LIGHT M (lichte muziek), CLASSICS (klassiek), OTHER M (overige muziek), WEATHER (weer), FINANCE (financieën), CHILDREN (kinderen), SOCIAL (sociaal), RELIGION (religie), PHONE IN (binnenkomende telefoongesprekken), TRAVEL (reizen), LEISURE (recreatie), JAZZ (jazzmuziek), COUNTRY (country-muziek), NATION M (nationale muziek), OLDIES (gouwe ouwe), FOLK M (folkmuziek), DOCUMENT
NEDERLANDS
Alle fragmenten worden herhaald afgespeeld totdat u van bron verandert of de disc uitwerpt.
Stoppen van de weergave en uitwerpen van de disc
• Druk op SRC om een andere weergavebron te
beluisteren.
Vergrendelen van een disc
Herhaal dezelfde procedure voor het annuleren van
de vergrendeling.
Vervolg op de volgende bladzijde
9BEDIENING
Door een druk (of ingedrukt houden) van de volgende toetsen kunt u...
[Druk op] Kiezen van een
fragment
[Houd ingedrukt]
NEDERLANDS
(Cijfertoetse) *
1
Druk om nummer 1 t/m 6 te kiezen, houd even
*
ingedrukt voor het kiezen van nummer 7 t/m 12.
2
*
De mappen moeten bij het begin van de mapnamen
een 2-cijferig nummer hebben—01, 02, 03, etc.
1
Achterwaarts/snel­voorwaarts van fragment
MP3: Kiezen van map
Direct een bepaalde map*2 (voor MP3/WMA-disc) opzoeken
Druk eerst op M MODE en vervolgens op de volgende toetsen om...
• Kies “RPT OFF” of “RND OFF” om de herhaalde weergave of willekeurige weergave uit te schakelen.
Gebruik van Bluetooth® apparatuur
Kenmerken
U kunt Bluetooth apparatuur als volgt via het toestel gebruiken:
Bluetooth is een short-range draadloze communicatietechnologie voor mobiele apparatuur, bijvoorbeeld mobiele telefoons, draagbare PC’s en andere dergelijke toestellen. Bluetooth apparatuur kan zonder gebruik van kabels worden verbonden en onderling communiceren.
• Zie de lijst (in de doos bijgeleverd) met landen waar u de Bluetooth® mag gebruiken.
Bluetooth profiel
Dit toestel is geschikt voor de volgende Bluetooth profielen; HFP (Hands-Free Profile) 1.5 OPP (Object Push Profile) 1.1 A2DP (Advanced Audio Distribution Profile) 1.2 AVRCP (Audio/Video Remote Control Profile) 1.3
• Ontvangst van een telefoontje
• Opbellen—met gebruik van het telefoonboek, de gesprek-geschiedenislijst (gebelde nummers/ ontvangen gesprekken), door het nummer in te toetsen, met voorkeurnummers en met stemcommando
• Toont dat u een tekstboodschap heeft ontvangen
• Weergave van een Bluetooth audiospeler
Zie tevens de bij de Bluetooth apparatuur geleverde aanwijzingen.
Verspringen van 10 fragmenten MP3/WMA: binnen dezelfde map
TRACK RPT: Herhalen van het huidige fragment FOLDER RPT: MP3: Herhalen van de huidige map
FOLDER RND: MP3: Willekeurige weergave van
alle fragmenten in de huidige map, en vervolgens de fragmenten van de
volgende mappen ALL RND: Willekeurige weergave van alle
fragmenten
10
Voor het eerst verbinden van een
Bluetooth apparaat
Koppelen en PIN-code
Nadat u voor het eerst een Bluetooth apparaat op dit toestel heeft aangesloten, moet u het apparaat aan dit toestel koppelen. Door te koppelen, kan Bluetooth apparatuur met elkaar communiceren. Voor het koppelen, moet u mogelijk de PIN-code (persoonlijk identificatienummer) van de te verbinden Bluetooth apparatuur invoeren.
• Nadat eenmaal een verbinding is gemaakt, blijft deze in het toestel geregistreerd, ook wanneer u het toestel terugstelt. U kunt in totaal maximaal vijf apparaten registreren.
• Tegelijkertijd kan er slechts één apparaat voor “Bluetooth Phone” en één apparaat voor “Bluetooth Audio” worden verbonden.
• Voor het gebruik van de Bluetooth functie, moet u de Bluetooth functie van het apparaat activeren.
Voorbereiding: Bedien het apparaat om de Bluetooth functie te activeren.
1 Tijdens het luisteren naar een bron...
2 Kies “DEVICE”.
3 Kies “NEW PAIRING”.
4 Voer een PIN-code (persoonlijk
identificatienummer) voor het toestel in.
• U kunt ieder gewenst nummer invoeren (1­cijferig t/m 16-cijferig). [Basisinstelling: 0000]
* Bepaalde apparaten hebben hun eigen PIN-code.
Voer de gespecificeerde PIN-code voor het toestel in.
1 Verplaatsen naar de volgende (of voorgaande)
nummerpositie.
2 Kies een nummer.
3 Herhaal stappen 1 en 2 totdat de gehele
PIN-code is ingevoerd.
4 Bevestig de invoer.
5 Bedien het gewenste Bluetooth apparaat
(terwijl “WAIT PAIR” op het display knippert).
Nadat het apparaat eenmaal is verbonden, voert
u dezelfde PIN-code als zojuist voor het toestel ingevoerd in.
“PAIRING” knippert en vervolgens verschijnt
“PAIRING OK” op het display zodra de verbinding is gemaakt. U kunt nu het apparaat via dit toestel gebruiken.
NEDERLANDS
Het apparaat blijft geregistreerd, ook nadat u het apparaat heeft ontkoppeld. Gebruik “CNNCT PHONE” of “CNNCT AUDIO” (of activeer “AUTO CNNCT”) om hetzelfde apparaat de volgende keer te verbinden. (Zie bladzijden 12 en
27).
Vervolg op de volgende bladzijde
11BEDIENING
Wissen van een geregistreerd apparaat
Voer stappen 1 en 2 van bladzijde 11 uit en vervolgens...
1 Kies “DELETE PAIR”.
NEDERLANDS
2 Kies het te wissen apparaat en kies
vervolgens “YES”.
Verbinden van een geregistreerd apparaat (PHONE/AUDIO)
Voer stappen 1 en 2 van bladzijde 11 uit en vervolgens...
1 Kies “CNNCT PHONE” of “CNNCT AUDIO”.
2 Kies het gewenste apparaat.
“CONNECTING” knippert en vervolgens verschijnt
“CONNECTED” op het display zodra de verbinding met het apparaat is gemaakt.
U kunt bepalen of een Bluetooth apparaat automatisch moet worden verbonden wanneer het toestel wordt ingeschakeld. (Zie “AUTO CNNCT” op bladzijde 27.)
Ontkoppelen van een apparaat (PHONE/ AUDIO)
Voer stappen 1 en 2 van bladzijde 11 uit en vervolgens...
Kies “DISCN PHONE” of “DISCN AUDIO”.
“DISCONNECT” verschijnt op het display.
Gebruik van de Bluetooth mobiele telefoon
12
1
2
3
Maak de verbinding met een apparaat.
(zie bladzijde 11).
Roep het Bluetooth menu op.
Kies “CALL” en telefoneer of maak instellingen met gebruik van het “SETTINGS” menu.
(Zie het volgende gedeelte en bladzijde 27.)
Indien een gesprek binnekomt...
De bron verandert automatisch naar “BLUETOOTH” en vervolgens verschijnen afwisselend “RCV CALL” (ontvang gesprek) en het telefoonnummer.
Indien “AUTO ANSWER” is geactiveerd...
Het toestel beantwoordt het binnenkomende gesprek automatisch, zie bladzijde 27.
• Indien “AUTO ANSWER” is uitgeschakeld, moet u op een willekeurige toets (uitgezonderd en 0 ) drukken om het binnenkomende gesprek te beantwoorden.
• U kunt het volume van de microfoon instellen (zie bladzijde 27).
Beëindigen van het gesprek
Houd een willekeurige toets (uitgezonderd en
0) even ingedrukt.
Beantwoorden van een gesprek in de wacht
Indien uw mobiele telefoon een functie voor het in de wacht zetten heeft, kunt u het huidige gesprek in de wacht zetten en een ander binnenkomend gesprek beantwoorden. Druk op een willekeurige toets (uitgezonderd en 0).
• Voor het herstellen van het gesprek in de wacht, druk u weer op een willekeurige toets (uitgezonderd
en 0).
• Na het stoppen van het ene gesprek,kunt u het andere gesprek starten.
Indien een tekstboodschap binnekomt...
Indien de mobiele telefoon voor tekstboodschappen­informatie via Bluetooth geschikt is en “MSG NOTICE” (boodschap-informatie) op “ON” gesteld is (zie bladzijde 27), geeft het toestel een beltoon en verschijnt “RCV MESSAGE” (boodschap ontvangen) op het display zodat u weet dat u een boodschap heeft.
• U kunt geen tekstboodschappen lezen, samenstellen of versturen via het toestel.
Bellen
1 Tijdens het luisteren naar een bron...
2 Kies “CALL”.
3 Kies de methode voor het bellen.
DIALED *: Toont de gebelde telefoonnummers
= ga naar de volgende stap.
RECEIVED *: Toont de ontvangen gesprekken = ga naar de volgende stap.
PHONEBOOK : Toont 1ste naam/ telefoonnummer in het telefoonboek van het toestel = ga naar de volgende stap. Zie bladzijde 27 voor het versturen van het telefoonboekgeheugen.
PRESET: Toont de lijst met voorkeurnummers.
= ga naar de volgende stap.
DIAL NUMBER: Toont het telefoonnummer- invoerscherm = “Invoeren van het telefoonnummer” (zie bladzijde 14).
VOICE DIAL (Alleen indien de verbonden mobiele telefoon het stemherkenningssysteem heeft): Zeg de naam van de persoon (geregistreerde woorden) die u wilt opbellen.
* Alleen het via het toestel gebelde of ontvangen
nummer wordt getoond.
4 Kies de naam/het telefoonnummer van de
persoon die u wilt opbellen.
NEDERLANDS
Vervolg op de volgende bladzijde
13BEDIENING
Invoeren van het telefoonnummer
1 Kiezen van een nummer.
NEDERLANDS
2 Verplaatsen van de invoerpositie.
3 Herhaal stappen 1 en 2 totdat het gehele
nummer is ingevoerd.
4 Bevestig de invoer.
Wissen van telefoonnummers
• Controleer dat de Bluetooth telefoon is verbonden.
1 Toon het te wissen telefoonnummer met
gebruik van een van de “CALL” onderdelen.
2 Kies het telefoonnummer (of de naam).
Directe bediening voor opnieuw bellen / Bellen met stem
U kunt de volgende functies, ongeacht de gekozen bron, gebruiken.
Opnieuw bellen
Activeren van stemcommando voor bellen
U kunt een stemcommando geven voor het opbellen.
Spreek de naam van de persoon (geregistreerde woorden) die u wilt opbellen langzaam en duidelijk uit.
Vastleggen van het telefoonnummer
U kunt maximaal zes telefoonnummers vastleggen.
1 Toon het vast te leggen telefoonnummer
met gebruik van een van de “CALL” onderdelen.
2 Kies een telefoonnummer.
3 Kies een voorkeurnummer voor het
vastleggen.
3 Kies “DELETE” of “DELETE ALL”.
DELETE: Wissen van het gekozen
telefoonnummer.
DELETE ALL: Wissen van de telefoonnummers van
de in stap 1 gekozen lijst.
• Druk op 5 om te annuleren.
14
Bellen van een voorkeurnummer
Met de Bluetooth bron geactiveerd...
• U kunt tevens een voorkeurnummer opbellen met gebruik van de “PRESET” of “CALL” onderdelen (zie bladzijde 13).
Veranderen van conversatiemedia (het toestel/mobiele telefoon)
Tijdens een telefoongesprek... Vervolg het gesprek vervolgens
met gebruik van de andere media.
Gebruik van de Bluetooth audiospeler
• De bediening en display-aanduidingen verschillen afhankelijk van de verbonden audiospeler.
1
2
Kies “BLUETOOTH”.
• Door een druk op kan het Bluetooth menu direct worden opgeroepen.
Maak de verbinding met een Bluetooth audiospeler.
Indien de weergave niet automatisch wordt gestart, moet u de weergave starten door de Bluetooth audiospeler te bedienen.
NEDERLANDS
[Druk op] Achterwaarts
verspringen/ voorwaarts verspringen
[Houd ingedrukt] Snel achterwaarts/
voorwaarts zoeken
Kiezen van groep/map
Starten/pauzeren van de weergave
• Zie tevens bladzijde 12 voor het registrerenverbinden/ontkoppelen/wissen van geregistreerde apparatuur.
Druk eerst op M MODE en vervolgens op de volgende toetsen voor het...
Kiezen van herhaalde weergave
Kiezen van willekeurige weergave
Bluetooth informatie:
Indien u meer informatie over Bluetooth wilt, ga dan naar de volgende JVC website: <http://www. jvc-victor.co.jp/english/car/>
15BEDIENING
Luisteren naar de CD-wisselaar
Gebruik bij voorkeur een JVC MP3-compatibele CD-wisselaar (los verkrijgbaar) met dit toestel. U kunt een CD­wisselaar met de CD-wisselaaraansluiting op het achterpaneel van het toestel verbinden.
• U kunt een normale CD’s (inclusief een CD-tekst) en MP3-disc afspelen.
NEDERLANDS
Voorbereiding: Zie bladzijde 26 en controleer dat “CHANGER” als externe ingangsinstelling is gekozen.
1
Kies “CD-CH”.
2
[Druk op] Kiezen van een fragment [Houd ingedrukt] Achterwaarts/snel­ voorwaarts van fragment
MP3: Kiezen van mappen
Kies de af te spelen disc.
[Druk op] Voor het kiezen van discnummer 1 – 6. [Houd ingedrukt] Voor het kiezen van discnummer 7 – 12.
Druk eerst op M MODE en vervolgens op de volgende toetsen om...
Verspringen van 10 fragmenten MP3: binnen dezelfde map
TRACK RPT: Herhalen van het huidige fragment FOLDER RPT: MP3: Herhalen van alle fragmenten
in de huidige map DISC RPT: Herhalen van alle fragmenten van
de huidige disc FOLDER RND:
MP3: Willekeurige weergave van
alle fragmenten in de huidige map,
en vervolgens de fragmenten van de
volgende map DISC RND: Willekeurige weergave van alle
fragmenten van de huidige disc ALL RND: Willekeurige weergave van alle
fragmenten van de discs in het
magazijn
• Kies “RPT OFF” of “RND OFF” om de herhaalde weergave of willekeurige weergave uit te schakelen.
16
Luisteren naar de iPod
Alvorens gebruik, moet u de Interface-adapter voor iPod—KS-PD100 (los verkrijgbaar) met de CD­wisselaaraansluiting op het achterpaneel van dit toestel verbinden.
Voorbereiding: Zie bladzijde 26 en controleer dat “CHANGER” Eals externe ingangsinstelling is gekozen.
1
2
Kiezen van een fragment van het
menu
Kies “IPOD”.
Kies het af te spelen liedje of fragment.
Pauzeren/stoppen van de weergave
• Druk nogmaals op de toets om de weergave voort te zetten.
1 Roep het hoofdmenu op.
Deze functie wordt geannuleerd indien u
gedurende ongeveer 5 seconden geen bediening uitvoert.
2 Kies het gewenste menu.
PLAYLISTS
SONGS Ô GENRES Ô COMPOSERS Ô (terug
naar het begin)
Ô ARTISTS Ô ALBUMS Ô
3 Bevestig de keuze.
• Druk op 5 om terug te keren naar het voorgaande menu.
• De weergave start automatisch indien u een fragment heeft gekozen.
• Door 4 /¢ ingedrukt te houden, kunt u tegelijkertijd 10 onderdelen verspringen.
[Druk op] Kiezen van
[Houd ingedrukt] Achterwaarts/snel-
Druk eerst op M MODE en vervolgens op de volgende toetsen om...
ONE RPT: Functioneert hetzelfde als “Herhaal
Eén” van de iPod. ALL RPT: Functioneert hetzelfde als “Herhaal
Alle” van de iPod.
ALBUM RND *: Functioneert hetzelfde als “Shuffle
Albums” van de iPod. SONG RND : Functioneert hetzelfde als “Shuffle
Nummers” van de iPod.
• Kies “RPT OFF” of “RND OFF” om de herhaalde weergave of willekeurige weergave uit te schakelen.
* Functioneert alleen indien u “ALL ALBUMS” in
“ALBUMS” van het hoofd “MENU” heeft gekozen.
fragmenten
voorwaarts van fragment
NEDERLANDS
EXTERNE APPARATUUR
17
Luisteren naar de DAB-tuner
Alvorens gebruik, moet u de JVC DAB-tuner—KT-DB1000 (los verkrijgbaar) met de CD-wisselaaraansluiting op het achterpaneel van dit toestel verbinden.
NEDERLANDS
Voorbereiding: Zie bladzijde 26 en controleer dat “CHANGER” als externe ingangsinstelling is gekozen.
1
Kies “DAB”.
2
3
4
Kiezen van de golfband.
Opzoeken van een ensemble.
Handmatig zoeken: Houd een van de toetsen ingedrukt totdat “MANUAL” op het display knippert en druk vervolgens herhaaldelijk op de toets.
Kies een service (primaire of secundaire) die u wilt beluisteren.
Wat is het DAB-systeem?
Met DAB (“Digital Audio Broadcasting”) krijgt u een digitale geluidskwaliteit zonder storing en signaalvervorming. Bij het uitzenden, combineert DAB verschillende programma’s (die we “services” noemen) om een groep, oftewel “ensemble”, te vormen. Iedere “service”—“primaire service” genoemd, kan daarbij weer worden onderverdeeld (en deze onderverdeelde services noemen we “secundaire services”). Een standaard-ensemble zendt tegelijkertijd zes of meer programmas (services) uit. Door een DAB-tuner aan te sluiten, heeft u de volgende extra mogelijkheid met deze receiver:
Gebruik bij voorkeur de DAB tuner KT-DB1000 met deze receiver. Raadpleeg uw JVC auto­audiohandelaar indien u een andere DAB-tuner heeft.
• Zie tevens de bij de DAB-tuner geleverde Gebruiksaanwijzing.
• Zie tevens “DAB AF” op bladzijde 25.
Handmatig afstemmen op een ensemble
Start het zoeken naar een ensemble als in stap 3 hierboven beschreven.
1
2
Kies de gewenste ensemblefrequentie.
18
Vastleggen van DAB-services in
het geheugen
U kunt 6 DAB-services (primaire) voor iedere golfband vastleggen.
1 Kies de gewenste service (zie stappen 1 t/m
4 op bladzijde 18).
2 Kies het gewenste voorkeurnummer (1 – 6)
waaronder u het wilt vastleggen.
Het voorkeurnummer knippert even.
Afstemmen op een vastgelegde
DAB-voorkeurservice
1
2 Kies het voorkeurnummer van de
vastgelegde DAB-service (1 – 6).
Volgen van hetzelfde
programma—Ontvangst van alternatieve frequentie
U kunt hetzelfde programma blijven beluisteren door de ontvangst van alternatieve frequentie te activeren.
Tijdens ontvangst van een DAB-service: Wanneer u in een gebied rijdt waar een service niet
meer kan worden ontvangen, stemt deze receiver automatisch op een ander ensemble of FM Radio Data System-zender af die hetzelfde programma uitzendt.
Tijdens ontvangst van een FM Radio Data
System-zender:
Wanneer u in een gebied rijdt waar een DAB-service
hetzelfde programma als de FM Radio Data System­zender uitzendt, stemt de receiver automatisch op die DAB-service af.
Bij het verlaten van de fabriek is de ontvangst van alternatieve frequentie geactiveerd. Voor het annuleren van alternatieve ontvangst, zie bladzijde 25.
NEDERLANDS
Indien de gekozen primaire service extra
secundaire services heeft, kunt u door een druk op dezelfde toets op de secundaire services afstemmen.
EXTERNE APPARATUUR
19
Luisteren naar andere externe apparatuur
U kunt een extern component verbinden met:
• De CD-wisselaaraansluiting op het achterpaneel van dit toestel is geschikt voor gebruik met de volgende adapters (los verkrijgbaar):
NEDERLANDS
Lijningangsadapter, KS-U57AUX ingangsadapter, KS-U58 Voorbereiding: Zie bladzijde 26 en controleer dat “EXT INPUT” als externe ingangsinstelling is gekozen.
• De AUX (auxiliary) ingangsaansluiting op het bedieningspaneel.
1
Kies “EXT INPUT” of “AUX IN”.
2
3
4
Verbinden van een extern component met de AUX ingangsaansluiting
Schakel het aangesloten component in en start de weergave van de bron.
Instellen van het volume.
Stel het geluid naar wens in (zie bladzijden 22 – 24).
3,5 mm stereo-ministekker (niet bijgeleverd)
Draagbare audiospeler, enz.
20
Gebruik van de afstandsbediening — RM-RK50
U kunt deze receiver zoals hier afgebeeld met een afstandsbediening (los verkrijgbaar) bedienen. Gebruik bij voorkeur de RM-RK50 afstandsbediening met deze receiver.
Plaatsen van de lithium-knoopbatterij (CR2025)
Gebruikke batterijen:
Let op:
• De batterij kan ontploffen indien deze verkeerd is geplaatst. Vervang uitsluitend door een batterij van hetzelfde of gelijkwaardige type.
• Stel batterijen niet aan extreme hitte van zonlicht, vuur of dergelijk onderhevig.
Vervang de batterij indien het bereik voor het gebruik van de afstandsbediening aanzienlijk kleiner wordt.
Gebruik van de afstandsbediening:
• Richt de afstandsbediening direct naar de afstandsbedieningssensor op het toestel.
• Stel de afstandbedieningssensor NIET aan schel licht bloot (direct zonlicht of lamplicht).
Afstandsbedieningssensor
Waarschuwingen (ter voorkoming van ongelukken en beschadiging):
• Plaats geen andere batterij dan een CR2025 of gelijkwaardige batterij.
• Laat de afstandsbediening niet langdurig op plaatsen liggen die aan het directe zonlicht onderhevig zijn (bijvoorbeeld op het dashboard).
Bewaar de batterij buiten het bereik van kleine kinderen.
• Laad niet op, sluit niet kort, demonteer niet en verwarm de batterij niet en gooi niet in een vuur.
Bewaar de batterij niet met andere metalen materialen.
• Steek niet met een tangetje of dergelijk gereedschap in de batterij.
• Wikkel de batterij met band om en isoleer goed alvorens weg te gooien of langdurig op te slaan.
1 • Druk kort voor het inschakelen van de stroom of
het dempen van het geluid wanneer de stroom reeds is ingeschakeld.
• Houd ingedrukt voor het uitschakelen van de
stroom.
2 • Gebruik 5 U voor het veranderen van FM/AM/
DAB-golfbanden.
• Gebruik D voor het veranderen van
voorkeurzenders (of DAB-services).
• Veranderen van map van MP3/WMA-disc.
• Tijdens weergave van een MP3-disc met een
voor MP3 geschikte CD-wisselaar: – Druk kort voor het veranderen van disc. – Houd ingedrukt voor het veranderen van map.
• Tijdens het luisteren naar een Apple iPod: – Pauzeren of hervatten van de weergave met D – Roep het hoofdmenu met (5 U/D ∞/2 R/F 3 werken nu als
* 5 U : D ∞ : Bevestigen van de keuze.
∞.
5 U op.
menukeuzetoetsen.)*
Terugkeren naar het voorgaande menu.
Vervolg op de volgende bladzijde
EXTERNE APPARATUUR
21
NEDERLANDS
3 Voor het instellen van het volume. 4 Voor het kiezen van geluidsfuncties (iEQ:
Intelligente Equalizer).
5 Voor het kiezen van de bron. 6 Voor Bluetooth mobiele telefoon:
– Beantwoorden van gesprekken door kort te
drukken.
NEDERLANDS
– Negeren van gesprekken door even ingedrukt te
houden.
7 • Druk kort voor het opzoeken van zenders (of
DAB-services).
• Houd even ingedrukt voor het opzoeken van DAB-ensembles.
• Houd ingedrukt voor versneld voorwaarts of achterwaarts van een fragment.
• Druk kort voor het veranderen van fragment.
• Tijdens het luisteren naar een iPod (met de menu-keuzefunctie):
– Druk kort voor het kiezen van een onderdeel.
(Druk vervolgens op D bevestigen.)
– Houd ingedrukt om tegelijkertijd 10
onderdelen te verspringen.
• Achterwaarts verspringen/voorwaarts verspringen voor Bluetooth audio.
om de keuze te
Kiezen van een vastgelegde geluidsfunctie
U kunt een voor het muziekgenre passende vastgelegde geluidsfunctie kiezen (iEQ: Intelligente Equalizer).
1
Oproepen van de functiemodus.
2
Kies een vastgelegde geluidsfunctie.
Vastleggen van uw eigen
geluidsfunctie
U kunt de geluidsfuncties veranderen en de door u gemaakte instellingen in het geheugen vastleggen.
• De door u gemaakte instelling wordt voor de huidige gekozen geluidsfunctie (iEQ) met inbegrip van “USER” vastgelegd.
1 Kies een geluidsfunctie.
2 Roep de instelfunctie op.
Deze functie wordt geannuleerd indien u
gedurende ongeveer 5 seconden geen bediening uitvoert.
3 Kies een toon.
22
EXTERNE APPARATUUR & INSTELLINGEN
4 Stel de geluidselementen van de gekozen
toon in.
1 Stel de frequentie in.
2 Stel het niveau in.
3 Stel de kwaliteitshelling (Q) in.
Geluids-
elementen
Frequentie
Niveau (LVL)
Q
BASS: Lage tonen MID: Midden-bereik TRE: Hoge
tonen
Bereik/kiesbare onderdelen
BASS MID TRE
60 Hz 80 Hz 100 Hz 200 Hz
–06 t/m +06
Q1.0 Q1.25 Q1.5 Q2.0
500 Hz
1.0 kHz
1.5 kHz
2.5 kHz
–06 t/m +06
Q0.5 Q0.75 Q1.0 Q1.25
10.0 kHz
12.5 kHz
15.0 kHz
17.5 kHz
–06 t/m +06
Fix (Vastgesteld)
5 Herhaal stappen 3 en 4 voor het instellen van
de andere geluidstonen.
De gemaakte instelling wordt automatisch
vastgelegd.
Instellen van het geluid
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
1
2
2
FADER * Instellen van het balans tussen de voor- en achterluidsprekers.
BALANCE * Instellen van het balans tussen de linker- en rechterluidsprekers.
LOUD*
Versterkt de lage en hoge frequenties voor een goed­gebalanceerd geluid bij een laag volumeniveau.
SUB.W * Instellen van het subwooferuitgangsniveau.
VOL ADJ (volume) Stel het volumeniveau van iedere bron (uitgezonderd FM) in verhouding tot het FM-volumeniveau in. Het volumeniveau wordt automatisch verhoogd of verlaagd wanneer u van bron verandert.
• Kies alvorens de instelling
VOLUME
Instellen van het volume.
*1 Wordt alleen getoond wanneer “L/O MODE” op
*2 Stel het faderniveau op “00” indien u slechts twee
*3 De instelling heeft geen effect op de
*4 De loudness-instelling wordt voor alle geluidsfuncties
*5 Afhankelijk van de ingestelde versterking voor de
3
4
(toonversterking)
1
(subwoofer)
te maken eerst de gewenste bron.
“SUB.W” is gesteld (zie bladzijde 26).
luidsprekers gebruikt.
subwooferuitgang.
gebruikt.
versterker. (Zie bladzijde 26 voor details).
R06 t/m F06
L06 t/m R06
LOUD ON of LOUD OFF
00 t/m 08, basisinstelling: 04
–05 t/m +05, basisinstelling: 00
00 t/m 50 of 00
5
t/m 30 *
NEDERLANDS
Vervolg op de volgende bladzijde
INSTELLINGEN
23
Vastgelegde waardes voor iedere geluidsfunctie
Vastgelegde waarde
Geluidsfunctie
USER 60 Hz 00 Q1.25 1.0 kHz 00 Q1.25 10.0 kHz 00
NEDERLANDS
ROCK 100 Hz +03 Q1.0 1.0 kHz 00 Q1.25 10.0 kHz +02 CLASSIC 80 Hz +01 Q1.25 1.0 kHz 00 Q1.25 10.0 kHz +03 POPS 100 Hz +02 Q1.25 1.0 kHz +01 Q1.25 10.0 kHz +02 HIP HOP 60 Hz +04 Q1.0 1.0 kHz –02 Q1.0 10.0 kHz +01 JAZZ 80 Hz +03 Q1.25 1.0 kHz 00 Q1.25 10.0 kHz +03
Freq.: Frequentie Q: Kwaliteitshelling
BASS (lage tonen) MID (midden-bereik) TRE (hoge tonen) LOUD
Freq. Niveau Q Freq. Niveau Q Freq. Niveau Q
Algemene instellingen — PSM
Fix (Vastgesteld)
(toonversterking)
OFF
U kunt de PSM (Preferred Setting Mode) onderdelen van de lijst hieronder en op bladzijden 25 en 26 instellen.
1 Voer de PSM-instellingen in.
2 Kies een PSM-onderdeel.
Aanduidingen Onderdeel
( : Basisinstelling)
DEMO
Displaydemonstratie
CLOCK DISP *
Klokdisplay
CLOCK HOUR
Uurinstelling
CLOCK MIN
Minuutinstelling
DEMO ON
DEMO OFF
1
CLOCK ON
CLOCK OFF
0 – 23 (1 – 12)
00 – 59 [Basisinstelling: 00 (0:00)], [4].
Instelling, [referentiebladzijde]
: De displaydemonstratie wordt automatisch geactiveerd indien u
: Geannuleerd. : De kloktijd wordt altijd op het display getoond wanneer de
: Annuleren; door op DISP te drukken wordt de tijd ongeveer
[Basisinstelling: 0 (0:00)], [4].
3 Stel het gekozen PSM-onderdeel in.
4 Herhaal stappen 2 en 3 voor het instellen van
andere PSM-onderdelen indien nodig.
5 Voltooi de procedure.
gedurende ongeveer 20 seconden geen bediening uitvoert, [4].
stroom is uitgeschakeld.
5 seconden op het display getoond wanneer de stroom is uitgeschakeld, [4].
24
Aanduidingen Onderdeel
( : Basisinstelling)
Instelling, [referentiebladzijde]
24H/12H
Tijddisplayfunctie
CLOCK ADJ *
Instellen van de klok
2
AF-REG *
Alternatieve frequentie/ regionalisatie ontvangst
2
12 HOUR
24 HOUR
AUTO
OFF
AF
AF-REG
: Zie tevens bladzijde 4 voor het instellen.
: De ingebouwde klok wordt automatisch op basis van klokdata
van een satellietradiozender gelijk gesteld.
: Geannuleerd.
: Het toestel schakelt naar een andere zender over (en het
programma zal mogelijk verschillen van het huidige ontvangen programma) indien de signalen van de huidige zender zwak worden, [9].
• De AF indicator licht op. : Indien de huidige ontvangen signalen zwak worden, schakelt
het toestel naar een andere zender die hetzelfde programma uitzendt over.
• De AF en REG indicators lichten op.
AF OFF
: Geannuleerd (niet kiesbaar indien “DAB AF” op “AF ON” is
gesteld).
PTY-STANDBY *
2
OFF, PTY-codes Activeert PTY-standbyontvangst met een van de PTY-codes, [8].
PTY-standby
TA VOLUME *
Volume voor verkeersinformatie
P-SEARCH *
Programmazoeken
DAB AF *
Ontvangst van alternatieve
2
VOLUME 00
[Basisinstelling: VOLUME 15]
– VOLUME 50 (of VOLUME 00 – VOLUME 30)*
2
ON
OFF
4
AF ON
3
: Programmazoeken wordt geactiveerd, [9] : Geannuleerd.
: Zoekt naar DAB-services en FM Radio Data System-zenders om het
programma te blijven volgen, [19].
AF OFF
: Geannuleerd.
frequenties
DIMMER
Dimmer
1
Indien de stroomtoevoer niet wordt gestopt door de contactsleutel van de auto in de uit-stand te draaien, dient u bij
*
AUTO
ON
OFF
: Het display en de verlichting van de toetsen worden gedimd
wanneer u de koplampen aanzet. : Activeert de dimmer. : Geannuleerd.
voorkeur “CLOCK OFF” te kiezen om de auto-accu niet onnodig te belasten.
*2 Alleen voor FM Radio Data System-zenders. *3 Afhankelijk van de ingestelde versterking voor de versterker. *4 Wordt uitsluitend getoond indien een DAB-tuner is aangesloten.
NEDERLANDS
Vervolg op de volgende bladzijde
25INSTELLINGEN
Aanduidingen Onderdeel
Instelling, [referentiebladzijde]
( : Basisinstelling)
5
SCROLL *
Rollen van informatie
NEDERLANDS
ONCE
AUTO
OFF
: De informatie wordt eenmaal rollend getoond.
: Het rollen van tekst wordt herhaald (met intervallen van 5
seconden).
: Geannuleerd.
• Druk de DISP toets langer dan een seconde in om de informatie, ongeacht de instelling, rollend over het display te tonen.
L/O MODE
Lijnuitgangsfunctie
REAR
: Kies indien de REAR LINE OUT aansluitingen worden gebruikt
voor het verbinden van achterluidsprekers (via een externe versterker).
SUB.W
: Kies indien de REAR LINE OUT aansluitingen worden gebruikt
voor het verbinden van een subwoofer (via een externe versterker).
SUB.W FREQ *
Drempelfrequentie voor subwoofer
LOW
MID
HIGH
: Frequenties lager dan 90 Hz worden naar de subwoofer gestuurd. : Frequenties lager dan 135 Hz worden naar de subwoofer
gestuurd.
: Frequenties lager dan 180 Hz worden naar de subwoofer
6
gestuurd.
7
6
180 DEG
0 DEG
CHANGER
EXT INPUT
: Kies al naar gelang waarbij het geluid beter klinkt “0 DEG” of
“180 DEG”.
: Voor het verbinden van een JVC CD-wisselaar, [16], of een Apple
iPod, [17].
: Voor het verbinden van een draagbare audiospeler met de CD-
SUB.W PHASE *
Subwoofer-fase
EXT INPUT *
Externe ingang
wisselaaraansluiting, [20].
TAG DISPLAY
Tagdisplay
AMP GAIN
Versterking voor versterker
IF BAND
Intermediare frequentieband
TAG ON
TAG OFF
LOW POWER
HIGH POWER
AUTO
WIDE
: Toont de tag-informatie tijdens weergave van MP3/WMA-
fragmenten.
: Geannuleerd.
: VOLUME 00 – VOLUME 30 (Kies indien het maximale vermogen
van de luidspreker minder dan 50 W is, zodat de luidspreker niet wordt beschadigd.)
: VOLUME 00 – VOLUME 50
: Verhoogt de gevoeligheid van de tuner voor minder, door in de
buurt liggende zenders veroorzaakte storing. (Het stereo-effect gaat mogelijk verloren.)
: Onderhevig aan ruis van in de buurt liggende zenders maar de
geluidskwaliteit wordt niet verslechterd en het stereo-effect blijf behouden.
5
*
Bepaalde tekens en symbolen worden niet juist op het display getoond (of er verschijnt een blanco voor in de plaats).
*6 Wordt alleen getoond wanneer “L/O MODE” op “SUB.W” is gesteld. *7 Wordt alleen getoond indien een van de volgende bronnen is gekozen—FM, AM, DAB, CD, BLUETOOTH, AUX IN.
26
Bluetooth instellingen
U kunt de hier rechts getoonde instellingen naar wens maken.
1 Roep het Bluetooth menu op.
2 Kies “SETTINGS”.
3 Kies een in te stellen onderdeel.
AUTO CNNCT = AUTO ANSWER =
MSG NOTICE *1 = MIC SETTING = PHONEBOOK = INITIALIZE = INFORMATION
= (terug naar het begin)
4 Verander de instelling als gewenst.
• Indien u “PHONEBOOK” in stap 3 heeft gekozen, moet u de PIN-code voor zowel dit toestel als de Bluetooth telefoon invoeren (zie bladzijde 11: stappen 4 en 5), en druk vervolgens op 5 om te verlaten.
Instelmenu ( : Basisinstelling)
AUTO CNNCT (verbinden) Indien het toestel is ingeschakeld, wordt automatisch een verbinding gemaakt met...
OFF: Geen Bluetooth apparaat. LAST: Het laatst verbonden Bluetooth apparaat.
AUTO ANSWER
ON: Het toestel beantwoordt het
binnenkomende gesprek automatisch.
OFF: Het toestel beantwoordt het
binnenkomende gesprek niet automatisch. Beantwoordt het binnenkomend gesprek handmatig.
REJECT: Het toestel negeert alle binnenkomende
gesprekken.
MSG NOTICE (boodschap-informatie)
ON *1: Het toestel geeft met een beltoon en de
“RCV MESSAGE” (boodschap ontvangen) aanduiding aan dat een boodschap is binnengekomen.
OFF: Het toestel informeert u niet dat een
boodschap is ontvangen.
MIC SETTING (microphone setting) Voor het instellen van het volume van de ingebouwde microfoon, [LEVEL 01/02/03].
PHONEBOOK Versturen van het telefoonboek van de Bluetooth telefoon naar het toestel. (U kunt maximaal 50 telefoonnummers opslaan.)
• Zorg alvorens gebruik van deze functie dat de
Bluetooth telefoon is verbonden.
INITIALIZE YES: Terugstellen van alle door u gemaakte
instellingen met het Bluetooth menu.
NO: Terugkeren naar het voorgaande scherm.
INFORMATION NAME: Naam van het toestel (als met
Bluetooth apparatuur getoond).
ADDRESS: Adres van het toestel. VERSION: Versies van de hardware en software
van de Bluetooth apparatuur.
PHONE NAME*2: Naam van de verbonden Bluetooth
telefoon.
AUDIO NAME*2: Naam van de verbonden Bluetooth
audiospeler.
*1 Indien de verbonden Bluetooth telefoon niet voor
tekstboodschap-informatie (via Bluetooth) geschikt is, zal het toestel geen informatie over het ontvangen van een tekstboodschap krijgen.
*2 Verschijnt uitsluitend wanneer een Bluetooth
telefoon/audiospeler is verbonden.
27INSTELLINGEN
NEDERLANDS
Meer over deze receiver
Basisbediening
Inschakelen van de stroom
NEDERLANDS
• U kunt de stroom ook inschakelen door op SRC op de receiver te drukken. De weergave start tevens indien de bron gereed staat.
Uitschakelen van de stroom
• Indien u tijdens weergave van een fragment de stroom uitschakelt, zal later bij het weer inschakelen van de stroom de weergave vanaf het hiervoor gestopte punt worden voortgezet.
FM/AM/Radio Data System
Vastleggen van zenders in het geheugen
• Tijdens SSM-zoeken...
– Alle hiervoor vastgelegde zenders worden gewist
en de nieuwe zenders worden vastgelegd.
– De ontvangen zenders worden op volgorde vanaf
nummer 1 (laagste frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie) vastgelegd.
– Nadat SSM is uitgevoerd, wordt automatisch op de
onder nummer 1 vastgelegde zender afgestemd.
• Bij het handmatig vastleggen van een zender, wordt een hiervoor vastgelegde zender gewist indien u onder hetzelfde nummer de nieuwe zender vastlegt.
Bediening voor FM Radio Data System
Voor ontvangst van netwerk-volgen zijn voor een juiste werking twee soorten Radio Data System­signalen vereist—PI (Programma-Identificatie) en AF (Alternatieve Frequentie). Ontvangst van netwerk­volgen werkt niet correct indien deze data niet juist worden ontvangen.
Indien tijdens TA-standbyontvangst verkeersinformatie wordt ontvangen, verandert het volumeniveau automatisch naar het hiervoor ingestelde niveau (TA VOLUME) indien het huidige volumeniveau lager is dan het hiervoor ingestelde niveau.
• Wanneer u ontvangst van alternatieve frequentie activeert (met AF gekozen), wordt tevens ontvangst van netwerk-volgen automatisch geactiveerd. Ontvangst van netwerk-volgen kan daarentegen niet worden uitgeschakeld zonder ontvangst van alternatieve frequentie uit te schakelen. (Zie bladzijde 25.)
28
Bediening voor discs
Waarschuwing voor weergave van een DualDisc
• De niet-DVD kant van een “DualDisc” komt niet overeen met de “Compact Disc Digital Audio” standaard. Het gebruik van de niet-DVD kant met dit toestel wordt derhalve afgeraden.
Algemeen
• Deze receiver is ontworpen voor weergave van een CD/CD-tekst en CD-R (Opneembaar)/CD-RW (Herschrijfbaar) met het audio-CD (CD-DA), MP3­formaat en WMA-formaat.
• “PLEASE” en “EJECT” worden afwisselend op het display getoond indien een disc omgekeerd is geplaatst. Druk op
• In deze gebruiksaanwijzing worden de woorden “fragment” en “bestand” afwisselend gebruikt.
• Tijdens versneld voor-of achterwaarts met een MP3­fragment of WMA-fragment hoort u slechts af en toe wat geluid.
• De weergave stopt indien u tijdens het luisteren naar een disc van bron verandert.
Wanneer u de volgende keer “CD” als weergavebron
kiest, start de weergave vanaf het punt waar hiervoor werd gestopt.
• “NO DISC” verschijnt na het uitwerpen van de disc en u kunt bepaalde toetsen niet gebruiken. Plaats een andere disc of druk op SRC om een ander bron te kiezen.
• Indien de uitgeworpen disc niet binnen 15 seconden wordt verwijderd, wordt deze disc automatisch ter bescherming weer in het toestel getrokken. De weergave start automatisch.
Afspelen van een CD-R of CD-RW
• Gebruik uitsluitend “afgeronde” CD-R’s of CD-RW’s.
• Dit toestel is uitsluitend geschikt voor weergave van bestanden van hetzelfde type dat als eerste werd herkend indien er zowel audio-CD (CD-DA) bestanden als MP3/WMA-bestanden op de disc zijn opgenomen.
• Deze receiver kan multi-sessie discs afspelen; de niet-gesloten sessies worden echter tijdens weergave overgeslagen.
0 om de disc uit te werpen.
Loading...
+ 111 hidden pages