Garmin GPSMAP 65s User manual [nl]

GPSMAP® 65/65S
Gebruikershandleiding
© 2020 Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen
Alle rechten voorbehouden. Volgens copyrightwetgeving mag deze handleiding niet in zijn geheel of gedeeltelijk worden gekopieerd zonder schriftelijke toestemming van Garmin. Garmin behoudt zich het recht voor om haar producten te wijzigen of verbeteren en om wijzigingen aan te brengen in de inhoud van deze handleiding zonder de verplichting te dragen personen of organisaties over dergelijke wijzigingen of verbeteringen te informeren. Ga naar www.garmin.com voor de nieuwste updates en aanvullende informatie over het gebruik van dit product.
Garmin®, het Garmin logo, ANT+®, AutoLocate®, City Navigator®, GPSMAP® en VIRB® zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen, geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. BaseCamp™, chirp™, Garmin Connect™, Garmin Explore™, Garmin Express™, HomePort™ en tempe™ zijn handelsmerken van Garmin Ltd. of haar dochtermaatschappijen. Deze handelsmerken mogen niet worden gebruikt zonder uitdrukkelijke toestemming van Garmin.
Het woordmerk en de logo's van BLUETOOTH® zijn eigendom van Bluetooth SIG, Inc. en voor het gebruik van deze merknaam door Garmin is een licentie verkregen. Apple® en Mac® zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten en andere landen. microSD® en het microSDHC logo zijn handelsmerken van SD-3C, LLC. NMEA®, NMEA 2000® en het NMEA 2000 logo zijn geregistreerde handelsmerken van de National Marine Electronics Association. Windows® is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. Overige handelsmerken en merknamen zijn het eigendom van hun respectieve eigenaars.
Dit product is ANT+® gecertificeerd. Ga naar www.thisisant.com/directory voor een lijst met compatibele producten en apps.

Inhoudsopgave

Inleiding........................................................................... 1
Overzicht van het toestel............................................................ 1
Batterijgegevens......................................................................... 1
Levensduur van de batterijen maximaliseren........................ 1
De modus Batterijbesparing inschakelen.............................. 1
Langdurige opslag................................................................. 1
AA-batterijen plaatsen................................................................ 1
Een NiMH-batterijpak plaatsen................................................... 1
Het batterijpak opladen.......................................................... 1
Het toestel inschakelen...............................................................2
Knoppen..................................................................................... 2
Satellietsignalen ontvangen........................................................ 2
De hoofdpagina's gebruiken......................................... 2
Het hoofdmenu openen.............................................................. 2
Kaart........................................................................................... 2
De oriëntatie van de kaart wijzigen........................................ 2
De afstand meten op de kaart............................................... 2
Kaartinstellingen.................................................................... 2
Kompas.......................................................................................3
Het kompas kalibreren........................................................... 3
Het kompas gebruiken........................................................... 3
Koerswijzer............................................................................ 3
Navigeren met Peil en ga.......................................................3
Tripcomputer...............................................................................3
Tripcomputerinstellingen........................................................ 3
Hoogtegrafiek............................................................................. 4
Hoogeprofielinstellingen.........................................................4
De barometrische hoogtemeter kalibreren............................ 4
Standaardpagina-instellingen herstellen.................................... 4
Via-punten, routes en sporen........................................ 4
Via-punten.................................................................................. 4
Een via-punt maken............................................................... 4
Een via-punt projecteren........................................................ 4
Naar een waypoint navigeren................................................ 4
Een via-punt bewerken.......................................................... 4
Een via-punt verwijderen....................................................... 4
Routes........................................................................................ 4
Een route maken....................................................................4
De naam van een route wijzigen........................................... 4
Een route bewerken............................................................... 4
Een route weergeven op de kaart.......................................... 5
Een route verwijderen............................................................ 5
Een opgeslagen route navigeren........................................... 5
De actieve route weergeven.................................................. 5
Stoppen met navigeren.......................................................... 5
Een route omkeren................................................................ 5
Sporen........................................................................................ 5
Spoorinstellingen................................................................... 5
Het huidige spoor weergeven................................................ 5
Het huidige spoor opslaan..................................................... 5
Het huidige spoor wissen....................................................... 5
Een spoor verwijderen........................................................... 5
Navigeren met een opgeslagen spoor................................... 5
Extra kaarten kopen....................................................................5
Een adres zoeken.................................................................. 5
Functies en instellingen van het hoofdmenu.............. 5
Geocaches..................................................................................5
Geocaches downloaden via een computer............................ 5
Naar een geocache navigeren............................................... 6
chirp™....................................................................................6
Gegevens draadloos verzenden en ontvangen.......................... 6
Een nabijheidswaarschuwing instellen....................................... 6
Een profiel selecteren................................................................. 6
Oppervlakteberekening
De oppervlakte van een gebied berekenen........................... 6
Satellietpagina............................................................................ 6
GPS-satellietinstellingen........................................................ 6
Garmin Adventures..................................................................... 6
Bestanden verzenden naar BaseCamp................................. 6
Een avontuur maken.............................................................. 7
Een avontuur beginnen.......................................................... 7
De VIRB® afstandsbediening gebruiken.................................... 7
Via-punt middelen....................................................................... 7
Een smartphone met uw toestel koppelen................................. 7
Connected functies................................................................ 7
Telefoonmeldingen................................................................ 7
Garmin Explore...................................................................... 7
Aanvullende hulpmiddelen in het hoofdmenu............................. 7
...............................................................6
Het toestel aanpassen................................................... 8
De gegevensvelden aanpassen................................................. 8
Gegevensvelden.................................................................... 8
Systeeminstellingen.................................................................... 9
Satellietinstellingen................................................................ 9
Seriële interface-instellingen................................................ 10
Scherminstellingen................................................................... 10
Bluetooth instellingen............................................................... 10
De helderheid van de schermverlichting aanpassen................ 10
De toestelgeluiden instellen...................................................... 10
Maritieme instellingen wijzigen................................................. 10
Maritieme alarmsignalen instellen........................................10
Gegevens resetten................................................................... 10
De paginavolgorde wijzigen...................................................... 10
Een pagina toevoegen......................................................... 10
Een pagina verwijderen....................................................... 10
Het hoofdmenu aanpassen...................................................... 10
De maateenheden wijzigen...................................................... 11
Tijdinstellingen.......................................................................... 11
Instellingen voor positieweergave............................................ 11
Hoogtemeterinstellingen........................................................... 11
Route-instellingen..................................................................... 11
Profielen....................................................................................11
Een aangepast profiel maken.............................................. 11
De naam van een profiel wijzigen........................................ 11
Een profiel verwijderen........................................................ 11
Toestelinformatie......................................................... 11
Productupdates.........................................................................11
Garmin Express instellen..................................................... 11
Het toestel registreren..........................................................11
Informatie over regelgeving en compliance op e-labels
weergeven................................................................................ 12
De karabijnhaakclip bevestigen................................................ 12
De karabijnhaakclip verwijderen.......................................... 12
De polsband bevestigen........................................................... 12
Toestelonderhoud..................................................................... 12
Het toestel schoonmaken.................................................... 12
Gegevensbeheer...................................................................... 12
Bestandstypen..................................................................... 12
Een geheugenkaart installeren............................................ 12
Het toestel aansluiten op uw computer................................ 13
Bestanden overbrengen naar uw computer......................... 13
Bestanden verwijderen........................................................ 13
De USB-kabel loskoppelen.................................................. 13
Specificaties..............................................................................13
Appendix....................................................................... 13
Garmin Support Center.............................................................13
De schermverlichting inschakelen............................................ 13
Optionele accessoires.............................................................. 13
tempe™............................................................................... 13
Inhoudsopgave i
Uw ANT+ sensoren koppelen.............................................. 13
Problemen oplossen................................................................. 14
Het toestel opnieuw opstarten............................................. 14
Toestelgegevens weergeven............................................... 14
Alle standaardinstellingen herstellen................................... 14
Index.............................................................................. 15
ii Inhoudsopgave

Inleiding

WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke informatie.

Overzicht van het toestel

GNSS-antenne
Knoppen
Aan-uitknop

De modus Batterijbesparing inschakelen

U kunt de modus Batterijbesparing gebruiken om de levensduur van de batterij te verlengen.
Selecteer in het app-overzicht Stel in > Scherm >
Batterijbesparing > OK. In de modus Batterijbesparing wordt het scherm uitgeschakeld
zodra de time-out van de schermverlichting is verstreken. U kunt
selecteren om de scherm in te schakelen.

Langdurige opslag

Verwijder de batterijen als u van plan bent het toestel enige maanden niet te gebruiken. Opgeslagen gegevens gaan niet verloren wanneer u de batterijen verwijdert.

AA-batterijen plaatsen

In plaats van het optionele NiMH-batterijpak (Een NiMH-
batterijpak plaatsen, pagina 1) kunt u twee alkaline-, NiMH- of
lithiumbatterijen gebruiken. Dat is handig wanneer u onderweg bent en niet in staat bent het NiMH-batterijpak op te laden. Gebruik NiMH- of lithiumbatterijen voor het beste resultaat.
Draai de D-ring tegen de klok in en trek deze omhoog om de
1
klep te verwijderen.
Plaats twee AA-batterijen met de contacten in de juiste
2
richting.
Mini-USB-poort (onder beschermkap)
microSD® kaartuitsparing (onder de batterijen)
Batterijvak
Bevestigingsclip
D-ring van de batterijklep

Batterijgegevens

WAARSCHUWING
De temperatuurgrenzen van het toestel kunnen hoger/lager liggen dan de temperatuurgrenzen van sommige batterijen. Sommige alkalinebatterijen kunnen bij hoge temperaturen barsten.
LET OP
Alkalinebatterijen verliezen een groot gedeelte van hun capaciteit wanneer de temperatuur afneemt. Gebruik lithiumbatterijen wanneer u het toestel bij temperaturen onder nul gebruikt.

Levensduur van de batterijen maximaliseren

U kunt verschillende acties ondernemen om de levensduur van de batterij te verlengen.
• Beperk de helderheid van de schermverlichting (De
helderheid van de schermverlichting aanpassen, pagina 10).
• Beperk de time-out van de schermverlichting (Scherminstellingen, pagina 10).
• Gebruik de batterijbesparingsmodus (De modus
Batterijbesparing inschakelen, pagina 1).
• Laat de kaarten minder snel tekenen (Geavanceerde
kaartinstellingen, pagina 3).
• Schakel Bluetooth® technologie uit (Bluetooth instellingen,
pagina 10).
• Schakel extra satellieten uit (Satellietinstellingen,
pagina 9).
Plaats de batterijklep terug en draai de D-ring met de klok
3
mee. Houd ingedrukt.
4
Selecteer Stel in > Systeem > AA-batterijsoort.
5
Selecteer Alkaline, Lithium, NIMH of Vooraf geladen
6
NiMH.

Een NiMH-batterijpak plaatsen

Het toestel werkt met een optioneel NiMH-batterijpak of met twee AA-batterijen (AA-batterijen plaatsen, pagina 1).
Draai de D-ring tegen de klok in en trek deze omhoog om de
1
klep te verwijderen. Bepaal de positie van het batterijpak .
2
Plaats het batterijpak met de polen in de juiste richting.
3
Druk het batterijpak voorzichtig op zijn plaats.
4
Plaats de batterijklep terug en draai de D-ring met de klok
5
mee.

Het batterijpak opladen

LET OP
U voorkomt corrosie door de USB-poort, de beschermkap en de omringende delen grondig af te drogen voordat u het toestel oplaadt of aansluit op een computer.
Gebruik het toestel niet om een batterij op te laden die niet is geleverd door Garmin®. Pogingen om een batterij op te laden die
Inleiding 1
niet is geleverd door Garmin, kan schade toebrengen aan het toestel en de garantie doen vervallen.
Voordat u de rechte connector van de USB-kabel op uw toestel kunt aansluiten, moet u mogelijk optionele bevestingingsaccessoires verwijderen.
OPMERKING: Opladen is alleen mogelijk binnen het goedgekeurde temperatuurbereik (Specificaties, pagina 13).
U kunt de batterij opladen via een standaard stopcontact of een USB-poort op uw computer.
Trek de beschermkap van de mini-USB-poort omhoog.
1
Sluit de kleine connector van de USB-kabel aan op de mini-
2
USB-poort. Steek de USB-connector van de kabel in een netadapter of in
3
de USB-poort van een computer. Steek de netadapter zo nodig in een standaard stopcontact.
4
Als u het toestel op een voedingsbron aansluit, wordt het toestel ingeschakeld.
Laad de batterij volledig op.
5

Het toestel inschakelen

Houd ingedrukt.

Knoppen

FIND Selecteer om het zoekmenu te openen.
Houd vast om uw huidige locatie te markeren als man-over­boord-waypoint (MOB) en de navigatie te activeren.
MARK Selecteer om uw huidige locatie als waypoint op te slaan.
QUIT Selecteer om te annuleren of om terug te gaan naar het
ENTER Selecteer om opties te selecteren en berichten te beves-
vorige menu of de vorige pagina. Selecteer om door de hoofdpagina's te bladeren.
tigen. Selecteer om de registratie van de huidige activiteit te
controleren (vanaf de pagina's Kaart, Kompas, Hoogtemeter en Tripcomputer).
MENU Selecteer om het optiemenu voor de momenteel geopende
PAGE Selecteer om door de hoofdpagina's te bladeren.
Selecteer , , of om menuopties te selecteren en de
IN Selecteer om in te zoomen op de kaart.
OUT Selecteer om uit te zoomen op de kaart.
pagina weer te geven. Selecteer tweemaal om het hoofdmenu te openen (vanuit
elke pagina).
kaartcursor te verplaatsen.

Satellietsignalen ontvangen

Het kan 30 tot 60 seconden duren voordat u satellietsignalen ontvangt.
Ga naar buiten naar een open gebied.
1
Schakel het toestel in als dat nog niet is gebeurd.
2
Wacht terwijl het toestel satellieten zoekt.
3
Er knippert een vraagteken terwijl uw locatie wordt bepaald. Selecteer om de statuspagina te openen.
4
geven de signaalsterkte van de satelliet aan.
Wanneer de balken gevuld zijn, heeft het toestel satellietsignalen ontvangen.

De hoofdpagina's gebruiken

De informatie die u nodig hebt om dit toestel te bedienen, vindt u op de pagina's met het hoofdmenu, de kaart, het kompas, de reiscomputer en het hoogteprofiel.
Selecteer PAGE om de actieve hoofdpagina te kiezen.

Het hoofdmenu openen

Het hoofdmenu geeft u toegang tot functies en instellingsschermen voor waypoints, activiteiten, routes en meer (Aanvullende hulpmiddelen in het hoofdmenu, pagina 7).
Selecteer tweemaal MENU op een willekeurige pagina.

Kaart

geeft uw positie op de kaart aan. Terwijl u zich verplaatst, beweegt om uw route aan te geven. Afhankelijk van uw zoomniveau kunnen waypointnamen en -symbolen op de kaart worden weergegeven. U kunt inzoomen op de kaart voor meer details. Als u naar een bestemming navigeert, wordt de route met een gekleurde lijn op de kaart gemarkeerd.

De oriëntatie van de kaart wijzigen

Selecteer op de kaart MENU.
1
Selecteer Stel kaart in > Oriëntatie.
2
Selecteer een optie:
3
• Selecteer Noord boven om het noorden boven aan de
pagina weer te geven.
• Selecteer Koers boven om uw huidige reisrichting boven
aan de pagina weer te geven.
• Selecteer Automodus voor een automotive perspectief
met de reisrichting bovenaan.

De afstand meten op de kaart

U kunt de afstand tussen twee locaties meten.
Selecteer een locatie op de kaart.
1
Selecteer MENU > Afstand meten.
2
Verplaats de pin naar een andere locatie op de kaart.
3

Kaartinstellingen

Selecteer Stel in > Kaart. Oriëntatie: Hiermee stelt u in hoe de kaart wordt weergegeven
op de pagina. Noord boven geeft het noorden boven aan de
2 De hoofdpagina's gebruiken
Loading...
+ 14 hidden pages