Citroen GRAND C4 PICASSO 2011, C4 PICASSO 2011 Instructions Manual [nl]

UW INSTR
UC
P INTERNET!
TIEBOEKJE
Citroën biedt u de mogelijkheid om gratis en eenvoudig uw boorddocumentatie online te raadplegen. Daarbij hebt u ook toegang tot het archief en tot de meest recente informatie.
Surf naar http://service.citroen.com :
Selecteer uw taal.
Klik op de link in het veld "Toegang voor particulieren" om de Boorddocumentatie te raadplegen. Er wordt een nieuw venster geopend waarin u toegang hebt tot alle instructieboekjes.
Selecteer het model en de carrosserie-uitvoering van uw auto en vervolgens de uitgiftedatum van het boekje.
Klik ten slotte op de gewenste rubriek.
Wij maken u attent op het volgende:
Uw auto is, afhankelijk van het uitrustings­niveau, de uitvoering en de specifi eke ken- merken voor het land waarvoor uw auto be­stemd is, slechts van een deel van de in dit boekje vermelde uitrustingen voorzien.
Het monteren van elektrische uitrustingen of accessoires die niet onder een artikel­nummer in het assortiment van Citroën voorkomen, kan storingen in het elektro­nisch systeem van uw auto veroorzaken. Wij verzoeken u hier rekening mee te hou­den en contact op te nemen met een ver­tegenwoordiger van het merk Citroën om u te laten informeren over het assortiment uit­rustingen en accessoires voorzien van een artikelnummer.
Symbolen
veiligheidswaarschuwing
dit symbool verschijnt bij adviezen met be­trekking tot de bescherming van het milieu
verwijzing naar aangegeven pagina
Citroën beschikt wereldwijd over
een uitgebreid gamma modellen. Modellen die worden gekenmerkt door
een geraffi neerde mix van hoogwaardige techniek en constante innovatie, evenals een moderne en creatieve benadering
van het begrip mobiliteit.
Wij danken u voor uw keuze en wensen u veel plezier met uw auto.
Achter het stuur van uw nieuwe auto
geniet u optimaal
als u elke uitrusting,
elke schakelaar
en elke instelling kent.
Goede reis.
INH
OU
SO
G
E
4
S
V
5
g
5
A
g
6
V
6
Achterstoele
7
7
7
7
7
8
Ala
8
8
8
9
A
9
9
9
3
9
odes
9
9
g
9
9
9
0
ssers
10
0
0
V
4
Verschuifbare zonnescherme
0
0
10
1
11
1
6
3
3
dicatore
4
4
1
Veiligheid
2
V
5
2
D
P
AV
IN EEN OOGOPSLAG 4
co-rijden
30
I - CONTROLE TIJDENS
HET RIJDEN 31
nstrumentenpanelen
Verklikkerlampjes
n
n
4
II - MULTIFUNCTIONELE
ISPLAY
onochroom display A 4 onochroom display C
Kleurendisplay MyWay 5
eurendisplay NaviDrive 5
Boordcomputer 5
5
55
III - COMFORT 56
entilatie
andbediende airconditionin
utomatische airconditionin
Parfumeur
oorstoelen
n
pstelling van de stoelen piegels tuurwielverstelling
IV - TOEGANG
OT DE AUTO 78
leutel met afstandsbediening tarten van de auto
rm Ruitbediening Portieren Koffer
chterruit openen
lazen panoramadak
Brandstoftank
6
9
4
- ZICHT 94
Lichtschakelaar Lichtdi Dagrijverlichting Automatische verlichtin Koplampen verstellen
eedraaiende koplampen
uitenwisserschakelaar 1 Automatische ruitenwi Plafonniers 1
eerverlichting 1
-VOORZIENINGEN 105
omfortuitrusting interieur
Dashboardkastje 1
tten Indeling van de bagageruimte 1 Bagagenet
itneembare lamp 1
10
4
11
n 1
II - VEILIG VERVOEREN VAN
12
Kinderzitjes 1 ISOFIX-bevestigingen voor kinderzitjes
svoorzieningen voor
inderen 1
122
2
INH
OU
SO
G
E
12
A
2
2
2
12
2
A
13
A
3
A
13
8
bediende handre
13
1
A
g
1
6
16
16
7
17
andstofta
7
17
eselmotore
7
eaus co
17
8
X
18
V
8
19
V
9
accu
0
0
g
21
1
ccessoires
21
X
1
1
eselmotore
1
eselmotore
1
g
2
Af
2
2
X
6
A
2
23
7
Autoradio
30
32
6
G
1
8
D
P
AV
-VEILIGHEID 126
ichtingaanwijzers larmknipperlichten 1 laxon 1 etectiesysteem te lage
bandenspanning 1
ulpsystemen bij het remmen tabiliteitscontrolesystemen 1 rgence-oproep of ssistance-oproep utogordels 1 irbags
13
IX - RIJDEN 139
lektrisch ill Start Assist 14 andgeschakelde
versnellingsbak
pschakelindicator 14
6-versnellingsbak 14 top & Start 15 utomatische versnellin tuur met toetsen op
de vaste naaf 1
nelheidsbegrenzer 16 nelheidsregelaar 16
ntelligente parkeerhulp
ane Departure
Warning System (LDWS) 16
arkeerhulp
Luchtvering 1
sbak
m
4
5
- ONDERHOUD 173
Br leeggereden (Diesel) 1 Benzinemotoren Di Niv
I - PRAKTISCHE
Bandenreparatieset
erwisselen van een wiel 1
Een lamp vervangen
ervangen van een zekering 1 12V­Eco-modus 2
Trekken van een aanhan Daklastdragers
A
182
otorkap
ontroles 1
INFORMATIE 183
lepen van de auto 20
neeuwscherm 2
nk
n 1
ntroleren
212
2
er 20
II - TECHNISCHE
EGEVENS 213
4
Benzinemotoren 2
wichten benzinemotoren 2
i
wichten di
ewichten benzinemotoren en
dieselmotoren uitvoerin
metingen 2
nticatie 2
n 2
n 2
en N1 2
22
AUDIO en
ATACOMMUNICATIE
rgence-oproep of ssistance-oproep 2
NaviDrive
Way 2
ack video
33
ZOEKEN OP AFBEELDIN
337
34
REFWOORDENREGISTER
342
34
3
U
J
Stop & Start -systeem Dit systeem zet de motor in een
standby-stand als de auto stilstaat in het verkeer (rood verkeerslicht, fi - les, enz.). Zodra u verder wilt rijden, wordt de motor automatisch weer gestart.
Dankzij het Stop & Start-systeem verbruikt de auto minder brandstof, worden er minder schadelijke stoffen uitgestoten en produceert de auto minder geluid tijdens het stilstaan.
 153
Parkeerhulp voor/achter In de bumpers bevinden zich senso-
ren die eventuele obstakels detecte­ren.
 169
B
ITENZI
DE
IN EEN OOGOPSLAG
4
Parkeerplaatsassistent Dit systeem meet de afmetingen van
een parkeerplaats tussen twee voer­tuigen of obstakels.
 166
Meedraaiende xenonkoplampen Deze functie zorgt ervoor dat de
lichtbundels automatisch met de bocht meedraaien.
 99
Glazen panoramadak
U
J
 91
B
ITENZI
DE
Te openen achterruit
 90
Luchtvering achter De luchtvering achter zorgt voor
meer rijcomfort en houdt de voer­tuighoogte constant, ongeacht de belading van de auto.
 171
Instapverlichting Deze lampen verlichten de omge-
ving van beide voorportieren.
 98
Buitenspiegels Elektrisch inklapbaar. Spiegelglas automatisch kantelbaar
bij het inschakelen van de achteruit­versnelling.
IN EEN OOGOPSLAG
 76
5
OPENEN EN
SLU
ITEN
Afstandsbediening Brandstoftank
A. Centrale vergrendeling B. Ontgrendeling C. Inschakelen van de verlichting D. In- en uitklappen van de sleutel
Voorkeursinstelling van de portierontgrendeling
Via het multifunctionele display kunt u uw voorkeursinstelling van de portier­ontgrendeling via de afstandsbediening instellen:
- óf alle opengaande delen tegelijker­tijd,
- óf bij een eerste keer drukken al-
IN EEN OOGOPSLAG
leen het bestuurdersportier, daarna bij een tweede keer drukken alle an­dere opengaande delen.
 78
Openen en sluiten van de motorkap
Ontgrendelen: trek de hendel onder het dashboard naar u toe.
Motorkapsteun: trek de motorkap- steun uit de bevestiging, klap hem uit en zet hem vast in de steun.
Sluiten: plaats de steun terug in de oorspronkelijke stand, laat de motorkap zakken en laat hem op het laatste stuk los, zodat hij in het slot valt.
 174
Inhoud: ongeveer 60 liter.
Druk de toets A op het bedieningspa- neel links van de bestuurder in. De klep van de tankdop wordt automatisch vol­ledig geopend.
Steek het vulpistool in de vulopening en druk hierbij de metalen veiligheidsklep B in.
Druk de klep van de tankdop dicht.
Na afzetten van het contact is de toets A nog enkele minuten actief. U kunt deze toets door het contact aan te zetten opnieuw activeren.
 92
6
OPENEN EN
SLU
ITEN
Te openen achterruit
Hiermee is de bagageruimte altijd be­reikbaar, ook als uw auto dicht bij een muur of een andere auto geparkeerd staat.
Openen
) Druk tegen de bediening 2. De
handgreep 4 bevindt zich bij de as van de achterruitenwisser.
Sluiten
) Druk de achterruit neer.
 90
Openen van de achterklep
) Druk tegen de bediening 1 . De achterklep kan niet worden geopend
als de achterruit geopend is.
Sluiten van de achterklep
) Trek de achterklep via een van de
twee handgrepen 3 in de binnenbe- kleding van de klep omlaag.
) Laat de klep vanaf het zwaartepunt
los, zodat deze automatisch in het slot valt (zonder deze vast te hou­den of af te remmen).
Modubox (CITROËN C4 Picasso)
Maximale belasting: 22 kg. De modubox bestaat uit een verrijdbaar
onderstel en een verwijderbare tas, die afzonderlijk gebruikt kunnen worden.
 112
IN EEN OOGOPSLAG
7
CITROËN C4 Picasso
CITROËN Grand C4 Picasso
Tweedelig
bagageafdekscherm
Uitneembare
lamp
 116
Bandenreparatieset
IN EEN OOGOPSLAG
8
Afhankelijk van de uitrusting bevindt zich een bandenreparatieset onder de vloer van de bagageruimte of in de uitsparing onder het vloerluik bij de passagier op de tweede zitrij links (open het luik door de schroef een kwartslag te draaien).
Deze set, waarmee u een band provisorisch kunt repareren, bestaat uit een pomp en een afdichtmiddel.
Zie ook het hoofdstuk "Praktische wenken- § Verwisselen van een wiel".
 111
Toegang
tot het
reservewiel
Luchtvering achter
Hiermee kunt u de tildrempel
van de bagageruimte
aanpassen
 171
 187
Bagageafdekscherm
 112
Uitneembare
lamp
 183
 186
INTERIE
U
R
EGS 6-versnellingsbak
Hiermee kunt u kiezen uit een vol­ledig automatische stand, een hand­bediende stand en een sequentiële stand, die de voordelen van beide vo­rige standen verenigt, dankzij de fl ip- pers aan het stuurwiel.
Snelheidsbegrenzer/-regelaar
Hiermee kunt u de snelheid van uw auto bewaken afhankelijk van de vooraf door u ingestelde snelheid.
 162, 164
 149
Elektrisch bediende handrem
Hiermee wordt de handrem automa­tisch of handmatig bediend en vrijge­zet.
Parfumeur
Deze parfumeur is aangebracht in het ventilatiesysteem van de auto en ver­spreidt een door u gekozen parfum in het interieur.
Sfeerverlichting
Dit systeem verspreidt een gedempt licht waardoor u als het donker is be­ter kunt zien in het interieur van uw auto.
 139
 65
IN EEN OOGOPSLAG
 104
9
BEST
UU
S
S
RDER
PLAAT
IN EEN OOGOPSLAG
10
BEST
UU
S
S
RDER
PLAAT
1. Bedieningsorganen:
- Verlichting
- Richtingaanwijzers
- Mistlampen voor en achter
2. Schakelfl ippers van de EGS 6-versnellingsbak of van de automatische versnellingsbak
3. Toetsen snelheidsregelaar en snelheidsbegrenzer (op stuurwiel)
4. Controlelampjes
5. Toetsen audio-/ datacommunicatiesysteem (op stuurwiel)
6. Selectiehendel van de EGS 6-versnellingsbak of van de automatische versnellingsbak
7. Bedieningsorganen:
- Ruitenwissers voor
- Ruitensproeiers
- Achterruitenwisser
- Boordcomputer
8. Bedieningsorganen:
- Op nul stellen dagteller
- Regeling dashboardverlichting
9. Controlelampjes
(met multifunctioneel display MyWay of NaviDrive)
10. Elektrisch bediende handrem
11. Instrumentenpaneel
12. Alarmknipperlichten
13. Bedieningspaneel:
- Oproep Urgence of Assistance
- Lane Departure Warning System
14. Toets uitschakeling ESP
15. Stuurslot/contact
16. Toetsen multifunctioneel display
(op stuurwiel)
17. Claxon
18. Toetsen optionele functies
(op stuurwiel)
19. Afdekklep zekeringkasten
20. Bedieningsorganen:
- Brandstoftankklep
- Parkeerhulp voor en achter
- Stop & Start-systeem
- Uitschakeling van de interieurbeveiliging
- Verstelling van de koplampen
21. Openen van de motorkap
22. Bedieningsorganen: spiegels
IN EEN OOGOPSLAG
11
BEST
UU
S
S
RDER
PLAAT
IN EEN OOGOPSLAG
12
BEST
UU
S
S
RDER
PLAAT
1. Bedieningsorganen:
- Ruitbediening
- Kinderbeveiliging
2. Uitstroomopening ontwaseming /
ontdooiing zijruit
Ventilatierooster zijkant
3. Bediening airconditioning
bestuurderszijde
4. Frontairbag aan bestuurderszijde
5. Dashboardkastje linksboven
6. Centrale ventilatieroosters
7. Dashboardkastje rechtsboven
8. Frontairbag aan passagierszijde
9. Luidspreker (tweeter) (rechts en
links)
10. Uitstroomopening ontwaseming /
ontdooiing voorste zijruit
11. Uitstroomopening ontwaseming /
ontdooiing voorruit
12. Zonnesensor
13. Bediening airconditioning
passagierszijde
14. Onderste dashboardkastje
- Houders voor parfumeur
- Diverse opbergvakken
15. Sleutelschakelaar
- In- en uitschakelen van frontairbag aan passagierszijde
16. Schakelaar centrale vergrendeling
17. Audio-/datacommunicatiesysteem
18. Parfumeur
19. Koelvak
20. USB-aansluiting (of afsluiter)
21. 12V-aansluiting of aansteker
22. Uitneembare asbak
23. Toets sfeerverlichting
24. Bediening stuurwielverstelling
IN EEN OOGOPSLAG
13
INSTELLIN
G
EN
Stuurverstelling
Het stuur is in hoogte en diepte verstel­baar.
Ontgrendel het stuur door de hendel A naar u toe te trekken.
Stel de gewenste stand van het stuur in en vergrendel vervolgens de stuur­kolom door de hendel geheel terug te drukken.
IN EEN OOGOPSLAG
Voer uit veiligheidsoverwegingen deze handelingen niet uit tijdens het rijden.
 77
Automatische elektrochrome binnenspiegel
Deze spiegel zorgt voor een automa­tische en geleidelijke overgang tussen de dag- en de nachtstand.
 77
Kinderspiegel
Met deze spiegel 1 hebt u zicht op de passagiers achterin. De spiegel is weg­klapbaar om verblinding te voorkomen.
Instellen van de buitenspiegels
U kunt de spiegels instellen bij aange­zet contact.
Selecteer vanaf de bestuurdersplaats de betreffende spiegel door de schake­laar 1 naar links of naar rechts te zetten en stel vervolgens de spiegel in door de schakelaar 2 in vier mogelijke rich- tingen te bedienen.
De ontwaseming/verwarming van de buitenspiegels is gekoppeld aan de achterruitverwarming.
Inklappen van de buitenspiegels
Bij stilstaande auto kunt u de buiten­spiegels met de hand of elektrisch in­klappen.
 76
14
 105
INSTELLIN
G
EN
Voorstoelen
Hoofdsteun
Armleuning
Kantelen van de rug- leuning
Hoogteverstelling stoel
Lendensteun
Verstellen in lengte- richting
 67
Elektrische verstelling Handmatig verstellen
1. Instellen van de hoogte, kantelen
van de stoel en verstellen in de lengterichting
2. Verstellen van de hoek van de rug-
leuning en verstellen van de len­densteun
3. Bestuurder: programmeren rijposi-
tie-instellingen
De bediening van de elektrische stoel­verstelling blijft een bepaalde tijd wer­ken:
- na het openen van een van de voor­portieren,
- na het uitzetten van het contact.
Bediening stoelverwar- ming (aan de binnenzijde van de voorstoelen)
 68
IN EEN OOGOPSLAG
15
INSTELLIN
G
EN
Hoogteverstelling van de autogordel
Druk de knop in en schuif het verstel­mechanisme in de gewenste richting, tot de autogordel correct is ingesteld.
 131
IN EEN OOGOPSLAG
Elektrisch bediende ruiten Verschuifbare zonneschermen
Met de schakelaars in het portier kunt u vanaf de bestuurdersplaats de portier­ruiten van de auto elektrisch bedienen.
 86
) Schuif het zonnescherm in de ge-
wenste stand via A .
De zonneschermen zijn aan de voor-
kant voorzien van zonnekleppen.
) Klap de zonneklep omlaag om ver-
blinding te voorkomen.
Elektrisch zonnescherm van het glazen panoramadak
Openen (stand 1 t/m 9 ) Sluiten (stand 0 ) Dit zonnescherm is uitgerust met een
antiklemvoorziening.
 105
 91
16
KLIMAATRE
G
G
Gebruiksadviezen
- Verwarming/handbediende airconditioning:
ELIN
Bediening
voor
Koeling of
Verwarming of
Ontwaseming
Ontdooiing
- Automatische airconditioning : bij een automatische airconditioning raden wij u aan de stand AUTO te kiezen.
Eerst
maximaal
koud en dan
naar wens
instellen
Eerst
maximaal
warm en dan
naar wens
instellen
Maximaal
warm
Eerst
maximaal
en dan
naar wens
instellen
Eerst
maximaal
en dan
naar wens
instellen
OFF
ON
Bij het
wegrijden ON
en daarna
OFF
Bij het
wegrijden ON
en daarna
OFF
IN EEN OOGOPSLAG
17
BELAN
G
SIG
G
RIJKE
NALERIN
EN
Instrumentenpaneel
met multifunctioneel display A of C
 31
met multifunctioneel display MyWay of NaviDrive
 32
1. Instrumentenpaneel.
2. Multifunctioneel display.
3. Bedieningstoetsen.
4. Weergave van de controlelampjes.
IN EEN OOGOPSLAG
18
Waarschuwingslampje autogordel
Dit lampje brandt in geval van het niet-omgespen van de auto­gordel aan bestuurders- of pas­sagierszijde voorin (afhankelijk van de uitvoering) en in geval
van de voorpassagier (afhankelijk van uitvoering) en bij niet-omgespen van de gordels van de achterpassagiers van de tweede zitrij. De verlichte punten ge­ven de inzittenden zonder gordel weer.
van het losmaken van de gordel
 41
Bandenspanningscontrole
Deze functie waarschuwt u wanneer de spanning van een of meer banden te laag is of wanneer u een lekke band hebt.
Controleer ondanks dit systeem regel­matig de bandenspanning.
Waarschuwing te lage bandenspanning
Het lampje SERVICE gaat branden en het silhouet van de auto en een melding verschijnen op het display. Tevens hoort u een geluidssignaal.
Lekke band
Het STOP- lampje gaat bran- den en het silhouet van de auto en een melding verschijnen op het display. Tevens hoort u een geluidssignaal.
 127
Handmatige centrale vergrendeling
Met een druk op de knop A kunt u de auto centraal ver- of ontgrendelen.
Als een van de portieren geopend of niet helemaal dicht is, werkt de centrale vergrendeling niet.
Automatische centrale vergrendeling
Als deze functie geactiveerd is, worden, wanneer u wegrijdt, vanaf 10 km/h au­tomatisch alle portieren en de achter­klep vergrendeld.
Deze functie kan worden uitgeschakeld door de schakelaar A meer dan twee seconden ingedrukt te houden.
 89
VEILI
G
HEID VAN DE INZITTENDEN
Frontairbags
Uitschakelen van de frontairbag aan passagierszijde
1. Steek de sleutel in het slot A .
2. Draai de sleutel in de stand "OFF".
3. Verwijder de sleutel.
 135
Kinderbeveiliging
Handbediening
De kindersloten van de achterportieren worden ingeschakeld door de pal te be­dienen met behulp van de sleutel (inke­ping in het portier).
Elektrische bediening
Druk op de toets om de bediening van de ruiten en het openen van de portie­ren vanuit het achtercompartiment te blokkeren.
 125
ISOFIX-bevestigingspunten
De drie zitplaatsen van de tweede zit­rij zijn voorzien van voorgeschreven ISOFIX-bevestigingspunten met drie be­vestigingsringen A, B en C per zitplaats.
Dit bevestigingssysteem is geschikt voor zitjes voor kinderen tot 18 kg.
 122
IN EEN OOGOPSLAG
19
G
Autogordels
VEILI
HEID VAN DE INZITTENDEN
Middelste autogordel van de tweede zitrij
) Steek de gesp C in de rechterslui-
ting en steek vervolgens de gesp D in de linkersluiting.
 132
IN EEN OOGOPSLAG
Voorschriften autogordels voor passagiers op derde zitrij (CITROËN Grand C4 Picasso)
Zet de autogordels voor de passagiers op de derde zitrij vast aan de hiervoor bestemde bevestigingspunten.
Maak de autogordels niet vast aan
de bevestigingspunten die zijn ge­merkt met een rood kruis (zie boven­staande afbeelding).
Opbergvoorziening voor de gordel­gespen van de derde zitrij
 133
20
STOELEN OP DE TWEEDE ZITRIJ
U
INTERIE
R
Comfortstand
De drie afzonderlijke stoelen op de tweede zitrij zijn onafhankelijk en ieder even breed. Ze zijn voorzien van een comfortstand.
Stoelen in de comfortstand zetten
) Trek aan de riem B. De rugleuning en de zitting kantelen
iets naar achteren.
Stoelen in de oorspronkelijke stand zetten
) Trek aan de riem B en duw de stoel
naar voren.
 70
Verstellen in de lengterichting
Licht de hendel A aan de voorzijde van de zitting op en zet de stoel in de ge­wenste stand.
IN EEN OOGOPSLAG
21
STOELEN OP DE TWEEDE ZITRIJ Neerklappen van de stoelen
INTERIEUR
Terugplaatsen van de stoelen
Klap de afdekpanelen van de stoelen van de tweede zitrij op en vergrendel ze (CITROËN Grand C4 Picasso).
Til de rugleuning op en druk deze naar achteren vast.
Afdekpaneel (CITROËN Grand C4 Picasso)
Van buitenaf
) Trek de lus C naar boven, zoals
aangegeven door de rode pijl, om de stoel te ontgrendelen; houd de lus strak tot de stoel volledig is neergeklapt.
Vanuit de bagageruimte, bijvoorbeeld tijdens het in- en uitladen van bagage (CITROËN Grand C4 Picasso)
Klap eerst de stoelen van de derde zitrij neer.
) Trek aan de riem D om de stoel in
IN EEN OOGOPSLAG
22
kwestie te ontgrendelen.
De rugleuningen van de stoelen van de tweede zitrij zijn aan de achterkant voorzien van een afdekpaneel.
Vergrendelen/ontgrendelen van het afdekpaneel
) Schuif de nok A van het afdekpa-
neel naar beneden om het te ont­grendelen.
) Klap het afdekpaneel op en schuif
nok A naar boven om het te ver- grendelen.
Controleer voordat u de afdekpanelen uitklapt of de stoelen van de tweede zitrij zo ver mogelijk naar achteren zijn geplaatst.
 72
INTERIEUR
STOELEN OP DE DERDE ZITRIJ CITROËN GRAND C4 PICASSO Stoelen overeind zetten
Stoelen opbergen Toegang tot de stoelen op de
derde zitrij
Vouw het harmonicapaneel ( 1 2 3 ) dat de stoelen van de derde zitrij bedekt samen.
Trek aan de zwarte lus F op de rugleu- ning van de stoel.
 74
Voordat u de stoelen op de derde zitrij overeind zet of opbergt, moet u eerst de panelen aan de onderkant van de rugleuning van de stoelen op de tweede zitrij vergrendelen.
Houd het samengevouwen harmonica­paneel ( 1 2 3 ) rechtop en trek aan de rode lus G .
Zorg er eerst voor dat de afdekpanelen op de rugleuningen van de stoelen van de tweede zitrij opgeklapt en vergren­deld zijn.
Let er bij het neerklappen op dat zich geen voorwerpen op of onder de stoelen van de tweede zitrij be­vinden.
Trek aan de hendel E aan de boven- zijde van de rugleuning van de stoelen op de tweede zitrij.
 73
IN EEN OOGOPSLAG
23
RIJDEN
Lichtschakelaar
Ring A
1. Lichten gedoofd
2. Automatisch inschakelen van de
verlichting
3. Parkeerlicht
4. Dimlicht of grootlicht
Ring B
Mistlampen voor Mistachterlicht
Onder bepaalde weersomstandighe-
IN EEN OOGOPSLAG
den (lage temperatuur, hoge vochtig­heid) is de aanwezigheid van condens op de binnenzijde van de koplampen en de achterlichten normaal. De con­dens verdwijnt als de lampen enkele minuten hebben gebrand.
24
 94
 95
Ruitenwisserschakelaar
Schakelaar C: ruitenwisser voor
Inschakelen "automatisch wissen"
) Beweeg de schakelaar naar beneden
en laat deze vervolgens weer los.
Uitschakelen "automatisch wissen"
) Beweeg de schakelaar omhoog en
breng deze terug naar de stand "0" .
Elke keer na het starten van de motor moet de automatische stand weer wor­den ingeschakeld.
Ring D: ruitenwisser achter
Uit.
Intervalwissen achterruit.
Sproeien in combinatie met een aantal keren wissen.
 100
Stuurwiel met vast middengedeelte met bedieningstoetsen
1.
Bedieningsorganen voor optionele functies
2. Bedieningsorganen van snelheids- regelaar/-begrenzer en de parkeer­plaatsassistent
3. Bedieningsorganen van het audio- systeem
4. Bedieningsorganen van het multi- functionele display
 160
5. Claxon
 126
6. Controlelampjes richtingaanwijzers en verlichting
 33
RIJDEN
Elektrische handrem
De elektrisch bediende handrem com­bineert:
- automatische functies: automatisch aan­trekken bij het afzetten van de motor en au­tomatisch vrijzetten bij het wegrijden (auto­matische functies standaard geactiveerd);
- handmatige bediening: handmatige bediening voor het aantrekken en vrijzetten is mogelijk door de hendel A te gebruiken.
Ook wanneer de automatische functies zijn geactiveerd, kan de elektrisch bediende handrem op elk gewenst moment hand­matig worden aangetrokken of vrijgezet:
) Aantrekken: trek aan hendel A . ) Vrijzetten: trek aan hendel A en laat
deze vervolgens weer los.
Ga niet rijden als het controlelampje van de handrem en het controle­lampje P op de hendel A branden.
 139
Controleer, voordat u de auto ver­laat, of het controlelampje P (rood) van de handrem permanent brandt.
Als u bij draaiende motor de auto verlaat, dient u met de hand de handrem aan te trekken.
Laat kinderen nooit alleen in de auto wanneer het contact is aangezet: ze zouden de handrem kunnen vrijzetten.
Hill Start Assist
Om het wegrijden op een helling te ver­gemakkelijken, is deze auto uitgerust met een systeem dat de auto ongeveer twee seconden op zijn plaats houdt, zo­dat de bestuurder de tijd heeft het rem­pedaal los te laten en het gaspedaal in te trappen.
 146
Parkeerplaatsassistent
< 20 km/h
U kunt deze functie activeren door de schakelaar A in te drukken.
Zodra de parkeerplek is gemeten, wordt op het display een van de volgende meldingen weergegeven:
Parkeren mogelijk
Parkeren moeilijk
IN EEN OOGOPSLAG
Parkeren afgeraden
 166
25
EGS 6-versnellingsbak
RIJDEN
Automatische versnellingsbak
R Achteruitrijstand N Vrijstand A Automatische stand M Stand voor handmatig schakelen Met behulp van de schakelfl ippers
1 "+" en 2 " -" :
- schakelen in de handmatige stand,
- tijdelijk handmatig schakelen in de automatische stand.
Wegrijden
) Zorg dat de selectiehendel 3 in de
stand N staat.
) Houd het rempedaal goed ingetrapt
en start de motor.
IN EEN OOGOPSLAG
26
 149
P Parkeerstand R Achteruitrijstand N Neutraalstand D Automatische stand M Stand voor handmatig schakelen Met behulp van de schakelfl ippers
1 "+" en 2 "-" :
- schakelen in de handmatige stand,
- tijdelijk handmatig schakelen in de automatische stand.
Wegrijden
) Zorg ervoor dat de selectiehendel
3 in de stand P of N staat, voordat u de motor start.
Houd voor het verlaten van de stand P het rempedaal ingetrapt alvorens de selectiehendel te bedienen.
 156
Stop & Start-systeem
Overgang van de motor naar de STOP-stand
Het controlelampje "ECO" op het instrumentenpaneel gaat branden en de motor gaat over op de standby-stand:
- bij een EGS 6-versnellingsbak ;
als de snelheid lager is dan 6 km/h, trap dan het rempedaal in of zet de selectiehendel in stand N .
In sommige gevallen is het mogelijk dat de STOP-stand niet beschikbaar is; het controlelampje "ECO" knippert gedu- rende enkele seconden en dooft.
 153
RIJDEN
Overgang van de motor naar de START-stand
Het controlelampje "ECO" dooft en de motor wordt op­nieuw gestart:
- de selectiehendel staat in stand A of M: laat het rempedaal los,
- of de selectiehendel staat in stand N en het rempedaal is niet ingetrapt: schakel de stand A of M in,
- of schakel de achteruitversnelling in.
In sommige gevallen wordt de START­stand automatisch ingeschakeld; het controlelampje "ECO" knippert gedu- rende enkele seconden en dooft.
 154
Uitschakelen / opnieuw inschakelen
U kunt het systeem op ieder moment uitschakelen door op de toets "ECO OFF" te drukken; het controlelampje in de toets gaat branden.
Het systeem wordt automatisch weer ingeschakeld als de motor opnieuw wordt gestart met de contactsleutel.
Zet het contact altijd uit met de sleutel voordat brandstof wordt getankt of voordat er werkzaamheden in de motor­ruimte worden uitgevoerd.
IN EEN OOGOPSLAG
 154
27
RIJDEN
Contactslot
S: Stuurslot Beweeg, voor het ontgrendelen van
de stuurinrichting, het stuurwiel iets en draai tegelijkertijd de sleutel om, zonder kracht te zetten.
M: Contactstand
D: Starten Laat de sleutel los zodra de motor
aanslaat. Bedien de startmotor niet bij draaiende motor.
 81
IN EEN OOGOPSLAG
Snelheidsbegrenzer
1. Selecteren / uitschakelen van de snelheidsbegrenzer.
2. Verlagen van de ingestelde snelheid.
3. Inschakelen / uitschakelen van de snelheidsbegrenzer.
4. Verhogen van de ingestelde snelheid.
 162
Snelheidsregelaar
1. Selecteren / uitschakelen van de
snelheidsregelaar.
2. Snelheid instellen / verlagen van de
ingestelde snelheid.
3. Uitschakelen / opnieuw activeren
van de snelheidsregelaar.
4. Snelheid instellen / verhogen van
de ingestelde snelheid.
Voor het instellen van een snelheid of het activeren van de functie dient de auto te rijden met een snelheid van minimaal 40 km/h. Daarnaast moet bij een handbe­diende versnellingsbak minimaal de vier­de versnelling zijn ingeschakeld (bij een EGS 6-versnellingsbak of een automati­sche versnellingsbak moet minimaal de tweede versnelling zijn ingeschakeld).
 164
28
Loading...
+ 322 hidden pages