Casio AP-45 Owner's Manual [nl]

Page 1
MODE D’EMPLOI GEBRUIKSAANWIJZING GUIDA DELL’UTILIZZATORE
FDI
AP45FDI1B
Page 2
430A-F-045A
Dit merkteken is alleen van toepassing in de landen binnen de EU.
CASIO Europe GmbH Bornbarch 10, 22848 Norderstedt, Germany
Dit merkteken is enkel van toepassing op model AP-45V. Houd alle informatie a.u.b. bij de hand voor latere naslag.
Page 3
Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid
Gefeliciteerd met uw keuze van CASIO’s Digitale Piano. Deze piano is een geavanceerd muziekinstrument dat het beste van het gevoel en de geluidskwaliteit van een traditionele piano combineert met het nieuwste op het gebied van moderne electronische technologie.
• Lees de aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u dit instrument gebruikt.
• Bewaar a.u.b. alle informatie voor eventueel latere naslag.
Symbolen
Verschillende symbolen worden in deze gebruiksaanwijzing en op het product zelf gebruikt om er voor te zorgen dat dit product op een juiste en veilige wijze wordt gebruikt en om letsel bij de gebruiker en andere personen en materiële schade te voorkomen. Deze symbolen worden hier samen met hun betekenis aangegeven.
WAARSCHUWING
Deze aanduiding geeft zaken aan die het risico op ernstig letsel en zelfs de dood met zich mee kunnen brengen als het product onjuist bediend en deze aanduiding in de wind geslagen wordt.
Voorbeelden van symbolen
Deze driehoek ( ) wijst erop dat de gebruiker voorzichtigheid dient te betrachten. (Het voorbeeld links duidt op een waarschuwing t.a.v. elektrische schokken.)
Deze cirkel met een streep erdoor ( wijst erop dat de aangegeven handeling niet uitgevoerd dient te worden. Deze handelingen zijn in het bijzonder verboden binnen deze aanduiding of in de buurt van het symbool. (Het voorbeeld links geeft aan dat demonteren verboden is.)
De zwarte stip ( aangegeven handeling uitgevoerd dient te worden. Aanduidingen binnen dit symbool zijn handelingen die uitgevoerd dienen te worden. (Het voorbeeld links geeft aan dat de netstekker uit het stopcontact getrokken dient te worden.)
) geeft aan dat de
)
VOORZICHTIG
Deze aanduiding geeft zaken aan die het risico op letsel met zich mee kunnen brengen alsmede zaken die waarschijnlijk materiële schade kunnen veroorzaken als het product onjuist bediend en deze aanduiding in de wind geslagen wordt.
D-2
430A-F-046A
Page 4
Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid
WAARSCHUWING
Netsnoer
Onjuist gebruik van het netsnoer kan brand en elektrische schok veroorzaken. Neem altijd de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
• Gebruik enkel het voor deze digitale
piano gespecificeerde netsnoer.
• Controleer dat de netbron die u
gebruikt overeenkomt met het instrument qua netspanning die op het instrument vermeld staat.
• Gebruik geen verlengsnoer om
meerdere toestellen aan te sluiten op hetzelfde stopcontact.
Onjuist gebruik van het netsnoer kan brand en elektrische schok veroorzaken en leiden tot persoonlijk letsel en materiële schade. Neem altijd de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
• Plaats geen zware voorwerpen op het
netsnoer en stel het bloot aan hitte.
• Knutsel nooit aan het netsnoer en buig
het niet te ver.
• Draai niet aan het snoer en trek er niet
aan.
• Mocht het netsnoer beschadigd raken,
neem dan contact op met de oorspronkelijke winkelier of een erkende CASIO werkplaats.
Raak de stekker niet met natte handen aan als deze in het stopcontact gestoken is. Dit kan elektrische schok veroorzaken.
Laat de digitale piano nooit nat worden. Water kan het risico op brand en elektrische schok met zich meebrengen.
Plaats nooit een vaas of een andere bak met een vloeistof op de digitale piano. Water kan het risico op brand en elektrische schok met zich meebrengen.
Plaats de digitale piano nooit op een instabiele ondergrond.
Plaats de digitale piano nooit op een ondergrond die oneffen is, scheef afloopt of op een andere wijze instabiel* is. Een instabiele ondergrond kan er de oorzaak van zijn dat de digitale piano omvalt hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt.
Controleer altijd dat de digitale piano stevig vast zit aan de standaard met de schroeven die meegeleverd zijn. Mocht de digitale piano niet stevig vast zitten dan kan hij van de standaard vallen dan kan dit het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengen.
Klim nooit bovenop de digitale piano of de standaard.
Klim nooit op de digitale piano en hang nooit aan de randen. Hierdoor kan de digitale piano omvallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt. Dit is natuurlijk met name van belang bij families met kleine kinderen.
Gooi de digitale piano nooit weg door door hem te verbranden.
Gooi de digitale piano nooit weg door door hem te verbranden. Hierdoor wordt het risico op brand en persoonlijk letsel door ontploffing gecreëerd.
Plaats geen bekers met water of een andere vloeistof op het instrument.
Plaats de volgende voorwerpen niet op het instrument. Word dit toch gedaan dan kan dit brand of elektrische schok veroorzaken wanneer de inhoud gemorst wordt en het instrument binnendringt.
• Bekers met water of andere vloeistoffen (inclusief vazen, gepotte planten, kopjes, cosmetica artikelen en medicijnen).
• Kleine metalen voorwerpen (inclusief haarpinnen, naalden en munten)
• Ontvlambare voorwerpen
• Open vlammen, zoals brandende kaarsen
Mocht een vreemd voorwerp toch het instrument binnendringen, neem dan de volgende maatregelen:
1. Schakel de spanning uit.
2. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
3. Raadpleeg de winkel waar u het instrument kocht of een erkende CASIO onderhoudsplaats.
Stel deze digitale piano niet bloot aan regen of vocht.
Stel om het gevaar op brand en elektrische schok te verkleinen deze digitale piano niet bloot aan regen of vocht.
* Vermijd plaatsen met meerdere
tapijtlagen en daar waar kabels onder de piano doorlopen.
430A-F-047A
D-3
Page 5
Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid
Niet de digitale piano demonteren of eraan knutselen.
Probeer nooit de digitale piano te demonteren of er op een andere wijze aan te knutselen. Dit brengt nl. het risico op elektrische schok, brandwonden en ander lichamelijk letsel met zich mee. Laat alle interne controles, bijstellingen en reparaties uitvoeren door de oorspronkelijke winkelier of een erkende CASIO werkplaats.
Voorzorgsmaatregelen omtrent rook, abnormale reuk en andere onregelmatigheden.
Wanneer u de digitale piano blijft gebruiken terwijl er rook uitkomt, hij een vreemde geur afgeeft of als andere onregelmatigheden zich voordoen, brengt dit het risico op brand en elektrische schok met zich mee. Voer onmiddellijk de volgende maatregelen uit mocht u iets abnormaals bespeuren.
1. Schakel de digitale piano uit.
2. Trek de stekker van de digitale piano uit het stopcontact.
3. Neem contact op met de oorspronkelijke winkelier of een erkende CASIO werkplaats.
Vermijd laten vallen van de digitale piano en andere harde stoten.
Wanneer u de digitale piano blijft gebruiken nadat het beschadigd is door vallen of andere harde stoten, brengt dit het risico op brand en elektrische schok met zich mee. Voer onmiddellijk de volgende maatregelen uit wanneer de digitale piano beschadigd is door een harde stoot.
1. Schakel de digitale piano uit.
2. Trek de stekker van de digitale piano uit het stopcontact.
3. Neem contact op met de oorspronkelijke winkelier of een erkende CASIO werkplaats.
Doe plastic zakken niet over uw hoofd of in uw mond.
Zorg ervoor dat de plastic zakken waarin de digitale piano en de apart verkrijgbare producten geleverd worden niet over iemands hoofd gehaald of ingeslikt worden. Dit brengt namelijk het risico op verstikking met zich mee. Dit is natuurlijk met name van belang bij families met kleine kinderen.
Open en sluiten van het deksel van het toetsenbord.
Let erop dat tijdens het gebruik het deksel volledig geopend is. Om het deksel te sluiten laat u het voorzichtig met uw hand zakken. Als uw vingers klem raken tussen de digitale piano en het deksel kunt u risico lopen op persoonlijk letsel.
VOORZICHTIG
Stopcontact
Gebruik om de digitale piano van stroom te voorzien een stopcontact waar u gemakkelijk bij kan om de stekker van het netsnoer in te steken en er uit te trekken.
Netsnoer
Onjuist gebruik van het netsnoer kan brand en elektrische schok veroorzaken. Neem altijd de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
• Houd het netsnoer uit de buurt van een kachel of een andere hittebron.
• Trek nooit aan het snoer wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt. (Neem altijd de stekker beet.)
• Schakel na gebruik de netschakelaar van het instrument uit en trek de stekker uit het stopcontact.
Netsnoer
Onjuist gebruik van het netsnoer kan brand en elektrische schok veroorzaken. Neem altijd de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
• Steek de stekker altijd volledig (zover mogelijk) in het stopcontact.
• Trek de stekker uit het stopcontact tijdens onweerstormen en wanneer u de digitale piano denkt voor langere tijd niet te gebruiken (zoals voor een lange reis).
• Trek de stekker minstens eens per jaar uit het stopcontact en neem stof af tussen de stekers van de stekker.
Verplaatsen van de digitale piano
Vergeet niet de volgende maatregelen te treffen voordat u de digitale piano verplaatst. Doet u dit niet dan kan het netsnoer beschadigd raken hetgeen het risico op brand en elektrische schok met zich meebrengt.
1. Trek de stekker van de digitale piano uit het stopcontact.
2. Verbreek de verbinding van het aansluitsnoer van het voetpedaal en alle andere snoeren van andere op de digitale piano aangesloten items.
Reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u de digitale piano gaat reinigen. Doet u dit niet dan kan het netsnoer beschadigd raken hetgeen het risico op brand en elektrische schok met zich meebrengt. Tevens kan de digitale piano omvallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt.
D-4
430A-F-048A
Page 6
Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid
Klim nooit bovenop de digitale piano of de standaard.
Hierdoor kan de digitale piano omvallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt. Dit is natuurlijk met name van belang bij families met kleine kinderen.
Aansluitingen
Sluit enkel de gespecificeerde toestellen aan op de aansluitingen van de digitale piano. Het aansluiten van niet-gespecificeerde items kan het risico op brand en elektrische schokken met zich meebrengen.
Plaatsing
Vermijd de digitale piano op de volgende plaatsen neer te zetten. Door de digitale piano aan de hieronder beschreven situaties bloot te stellen, wordt het gevaar op brand en elektrische schokken in de hand gewerkt.
• Plaatsen die blootstaan aan een hoge vochtigheidsgraad en grote hoeveelheden stof
• In de buurt van plaatsen waar voedsel wordt bereid of plaatsen die blootstaan aan vette rook
• Bij een kachel, een verwarmd tapijt, in het directe zonlicht, binnenin een auto die in de zon geparkeerd staat en op andere plaatsen die blootstaan aan bijzonder hoge temperaturen
Plaats de digitale piano nooit direct op meubilair of andere voorwerpen met een mooie afwerking. De rubberen voetjes aan de onderkant van de digitale piano kunnen reageren met de verf of andere afwerking hetgeen kan leiden tot vlekken en schade aan de afwerking. Vergeet niet altijd vilt of een ander beschermend materiaal te leggen op de ondergrond met afwerking voordat u de digitale piano er op plaatst.
Plaats geen zware voorwerpen op de digitale piano.
Plaats nooit zware voorwerpen bovenop de digitale piano. Hierdoor kan de digitale piano omvallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt.
Monteer de standaard op de juiste wijze.
Doet u dit niet dan kan de standaard omvallen en de digitale piano er af vallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt. Zorg ervoor dat u de standaard monteert overeenkomstig de aanwijzingen die mee worden geleverd en let erop dat alle aansluitingen stevig tot stand zijn gebracht. Let er tevens op dat u een goede plaats kiest voor de standaard.
• Wanneer u de digitale piano op de standaard plaats dient u er op te letten dat uw vingers niet tussen de digitale piano en de standaard klem komen te zitten.
• Wanneer de digitale piano op de standaard wordt geplaatst of wanneer hij wordt verplaatst dient dit te worden gedaan door minstens twee personen. Probeert u de digitale piano alleen te verplaatsen, dan zou digitale kunnen omvallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt.
• Trek niet aan de standaard en laat hem niet naar voren of achteren overhellen wanneer u de digitale piano op de standaard aan het plaatsen bent of wanneer u het aan het verplaatsen bent. Hierdoor zou de digitale piano kunnen omvallen hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt.
• Controleer van tijd tot tijd dat de schroeven die de digitale piano op zijn plaats houden op de standaard, niet los gaan zitten. Mocht een schroef los zitten, draai hem dan weer vast. Losse schroeven kunnen er de oorzaak van zijn dat de standaard dan zou het kunnen omvallen met de digitale piano erop hetgeen het risico op persoonlijk letsel met zich meebrengt.
Instellen van het volume
Speel niet voor een lange tijd met een hoog volume. Deze voorzorgsmaatregel is speciaal van belang wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt. Als uw oren worden blootgesteld aan een bijzonder hard geluid voor langere tijd, kan dit gehoorbeschadiging in de hand werken.
430A-F-049A
D-5
Page 7
Voornaamste attributen
16 veelzijdige tonen
16 instrumenttonen inclusief piano en pijporgel voorzien u in een zee van mogelijkheden om te spelen. Met eenvoudige instellingen kunt u de helderheid van elke toon regelen en dankzij het lagenattribuut kunt u twee tonen tegelijkertijd laten klinken. Andere attributen omvatten digitale effecten die elk de akoestische karakteristieken regelen alsmede de drie pedaaleffecten voor alle klankkleuren van een akoestische piano.
Metronoom
Een enkele bewerking laat u het tempo en de maatslag van de metroonoom zien voor aanpassing aan de melodie die u wilt spelen. Het is het perfecte oefengereedschap voor alle spelers van alle niveau’s.
16 demonstratiemelodieën
16 demonstratiemelodieën demonstreren hoe u elk van de ingebouwde tonen kunt gebruiken.
Melodiegeheugen
Twee onafhankelijke geheugengebieden laten u melodieën apart opnemen en weergeven. U kunt in één geheugen opnemen en later opnemen naar het andere geheugen terwijl u uw originele opname weergeeft en u kunt zelfs beide geheugens tegelijkertijd weergeven.
Muziekbibliotheek
Voer weergave uit van één van de 50 melodieën van de ingebouwde muziekbibliotheek. De delen van de rechterhand en de linkerhand zijn gescheiden zodat u de weergave van één van beide gedeelten kunt uitschakelen en dat gedeelte kunt oefenen door mee te spelen op het toetsenbord (onderdeel les).
Variabel temperament, baroktoonhoogte
Kies uit een verscheidenheid van temperamentinstellingen en baroktoonhoogten voor een realistische weergave van klassieke stukken.
Krachtige instelfuncties
Een selectie krachtige instelfunctie voor het toetsenbord helpen u erbij om precies de gewenste muzikale sfeer te creëren. Door te transponeren kunt u de sleutel van het toetsenbord in stappen van een halve toon bijstellen. Door de stemfunctie krijgt u een middel om af te stemmen op andere muziekinstrumenten. Met toetskeuze wordt de intensiteit van het afgegeven geluid aangepast aan de hoeveelheid druk die u uitoefent op de klaviertoetsen.
MIDI aansluiting
Door een ander MIDI instrument aan te sluiten kunt u twee instrumenten bespelen via het toetsenbord van deze digitale piano. U kunt ook een los verkrijgbare MIDI sequencer aansluiten om het aantal onderdelen te vergroten dat u kunt spelen.
D-6
430A-F-050A
Page 8
Inhoudsopgave
Voorzorgsmaatregelen ten
behoeve van de veiligheid.... D-2
Voornaamste attributen ........ D-6
Algemene gids....................... D-8
Aansluiten op een
stopcontact .......................... D-10
Aansluiten op een stopcontact ............... D-10
Aansluitingen ...................... D-11
Accesoires en opties .............................. D-11
Basisbediening.................... D-12
Gebruik van tonen .................................. D-12
Gebruiken van digitale effecten.............. D-17
Gebruiken van de pedalen ..................... D-18
Gebruiken van de metronoom ............... D-19
Gebruiken van het
melodiegeheugen................ D-21
Betreffende het melodiegeheugen ......... D-21
Opnemen ............................................... D-22
Weergave ............................................... D-23
Wissen van de inhoud van het
melodiegeheugen .................................. D-23
Toetsenbordinstellingen..... D-28
Gebruiken van toetsaanslag .................. D-28
Gebruiken van transponeren ................. D-28
Instellen van de toonschaal van
de digitale piano ..................................... D-29
Temperament ......................................... D-29
Gebruiken van de barok toonhoogte ...... D-31
MIDI....................................... D-32
Wat is MIDI?........................................... D-32
MIDI aansluitingen ................................. D-32
Gelijktijdig ontvangen via meerdere
kanalen (meervoudige klankkleuren) ..... D-32
Specificeren van het keyboardkanaal .... D-32
Zenden van weergavedata van het
melodiegeheugen .................................. D-33
In- en uitschakelen van de lokale
controle .................................................. D-33
MIDI data noten ..................................... D-33
Oplossen van
moeilijkheden ...................... D-35
Aanwijzingen voor de
montage ............................... D-36
Aanbrengen van de partituurstandaard ..
D-38
Gebruiken van
demonstratiemelodieën ...... D-24
In volgorde weergeven van de
demonstratiemelodieën .......................... D-24
Weergeven van een specifieke
demonstratiemelodie .............................. D-24
Stoppen van de weergave van de
demonstratiemelodieën .......................... D-24
Gebruiken van de
muziekbibliotheek ............... D-25
Weergeven van melodieën uit de
muziekbibliotheek .................................. D-25
Oefenen van afzonderlijke onderdelen
(onderdeel les) ....................................... D-26
430A-F-051A
Technische gegevens ......... D-39
Voorzorgsmaatregelen bij
de bediening ........................ D-40
Appendix ................................ A-1
Oorspronkelijke instellingen bij
inschakelen van de spanning ................... A-2
Muziekbibliotheek .................................... A-4
MIDI dataformaat ................. A-10
Kanaalboodschappen ............................ A-10
Systeemboodschappen ......................... A-14
MIDI Implementation Chart
D-7
Page 9
Algemene gids
1
Voorkant
234 7 85 6 9 0 A B C D E
F
I
Onderkant
* Bij de AP-45 zit het netsnoer vast aan het onderpaneel van het toestel.
D-8
G H
J*
K
430A-F-052A
Page 10
Algemene gids
LET OP
Let erop dat het deksel van de digitale piano geheel open staat wanneer u op het keyboard speelt. Als het deksel slechts gedeeltelijk open staat, kan het onverhoeds dichtvallen waardoor uw vingers bekneld kunnen raken.
1 Spanningstoets (POWER)
2 VOLUME schuifregelaar
3 Helderheidsschuifregelaar (BRILLIANCE)
4 Insteltoets (SETTING)
5 Nagalmtoets (REVERB)
6 Zwevingtoets (CHORUS)
7 Toontoetsen
8 Splitsingtoets (SPLIT)
9 Melodiegeheugentoets (SONG MEMORY)
0 Opnametoets (RECORD)
A Spoor A/onderdeel L toets (TRACK A/PART L)
B Spoor B/onderdeel R toets (TRACK B/PART R)
C PLAY/STOP toets
D Muziekbibliotheektoets (MUSIC LIBRARY)
E Metronoomtoets (METRONOME)
F Spanningsindicator
G Lijnuitgangsaansluitingen (LINE OUT) (R, L/MONO)
H MIDI IN ingangsaansluiting, MIDI OUT uitgangsaansluiting
I Hoofdtelefoonaansluiting
J Netspanningsaansluiting
K Pedaalaansluiting
OPMERKING
Namen van noten Een waarde naast een nootnaam geeft de relatieve positie aan
van de noot op het toetsenbord zoals hieronder is aangegeven.
430A-F-053A
CDEFGAB
(H)
C
C
1
C
2
C
3
C
4
C
5
C
6
C
7
C
8
D-9
Page 11
Aansluiten op een stopcontact
U kunt deze digitale piano van stroom voorzien door de stekker in een normaal stopcontact te steken. Draag er echter zorg voor de spanning uit te schakelen wanneer de digitale piano niet wordt gebruikt.
Aansluiten op een stopcontact
1
Controleer dat de POWER toets van de digitale piano in de OFF stand staat.
Mocht de toets in de ON stand staan, druk dan op de POWER toets om het in de OFF stand te zetten.
Spanningstoets (POWER)
ON
Spanningsindicator
is ingeschakeld.
OFF
Spanningsindicator
is uitgeschakeld.
Voorkant
BELANGRIJK!
De spanning dient ook uitgeschakeld te zijn voordat u de stekker van de digitale piano uit het stopcontact trekt.
De vormen van de netsnoerstekker en het stopcontact kunnen afwijken van het land of de streek. De afbeeldingen dienen slechts ter illustratie.
Bij model AP-45 zit het netsnoer vastsoldeerd aan de onderkant van het instrument.
Let er op dat de spanningsindicator uitgeschakeld is voordat u de netstekker uit het stopcontact trekt. Lees alle voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid m.b.t. de voeding en neem ze in ogenschouw.
Spanningsindicator
2
Bevestig het met de digitale piano meegeleverde netsnoer aan de onderkant van de digitale piano.*
3
Steek de stekker van de digitale piano in een normaal stopcontact.
* van toepassing op model AP-45V.
D-10
430A-F-054A
Page 12
Aansluitingen
Door op een geluidsversterker of muzikale instrumentenversterker aan te sluiten kunt u een nog helderder en krachtiger geluid verkrijgen via de externe luidsprekers.
AUX IN aansluiting of andere
Onderkant
Hoofdtelefoon
Gitaarversterker, toetsenbordversterker, enz.
aansluiting van geluidsversterker
LEFT (links) (wit)
RIGHT (rechts) (rood)
PIN stekkers
BELANGRIJK!
Voordat u externe apparatuur aansluit, dient u eerst de VOLUME schuifregelaar van de digitale piano en de volumeregelaar van de externe apparatuur op een relatief lage stand zetten. U kunt het volume later instellen op het gewenste niveau nadat de aansluitingen op de juiste wijze tot stand zijn gebracht.
Zorg ervoor te verwijzen aan de documentatie die meegeleverd wordt met de externe apparatuur voor de procedure voor het op de juiste wijze tot stand brengen van de aansluitingen.
Aansluiten van de hoofdtelefoon 1
Sluit de los verkrijgbare hoofdtelefoon aan op de hoofdtelefoonaansluiting van de digitale piano. Hierdoor wordt het uitgangssignaal van de ingebouwde luidsprekers afgesneden, hetgeen betekent dat u s avonds laat of midden in de nacht kunt oefenen zonder de buren te storen. Om uw gehoor te beschermen mag u het volumeniveau niet te hoog instellen wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt.
Aansluiten op geluidsapparatuur 2
Sluit de externe geluidsapparatuur m.b.v. los verkrijgbare kabels aan op de LINE OUT uitgangsaansluitingen van de digitale piano zoals aangegeven in Afbeelding 2. Het via de R aansluiting afgegeven signaal is het geluid van het rechter kanaal, terwijl het via de L/MONO aansluiting afgegeven signaal het geluid van het linker kanaal is. Het is uw eigen verantwoordelijkheid om aansluitsnoeren zoals de in de afbeelding getoonde aan te schaffen voor het aansluiten van de externe geluidsapparatuur. Gewoonlijk dient u in deze configuratie de ingangskeuzeschakelaar van de geluidsapparatuur in de stand zetten die de aansluiting (zoals als AUX IN) specificeert waarop de digitale piano aangesloten is. Stel het volumeniveau in d.m.v. de VOLUME schuifregelaar van de digitale piano.
INPUT 1
INPUT 2
Standaardaansluitingen
Standaardstekker
Aansluiten op een muziekinstrumentenversterker 3
Sluit de versterker m.b.v. los verkrijgbare kabels aan op de LINE OUT uitgangsaansluitingen van de digitale piano zoals aangegeven in Afbeelding 3. Het via de R aansluiting afgegeven signaal is het geluid van het rechter kanaal, terwijl het via de L/MONO aansluiting afgegeven signaal het geluid van het linker kanaal is. Door alleen aan te sluiten op de L/ MONO aansluitingen wordt een gemengd signaal van beide kanalen afgegeven. Het is uw eigen verantwoordelijkheid om aansluitsnoeren zoals de in de afbeelding getoonde aan te schaffen voor het aansluiten van de externe geluidsapparatuur. Stel het volumeniveau in d.m.v. de VOLUME schuifregelaar van de digitale piano.
Accesoires en opties
Gebruik enkel de accessoires en opties die gespecificeerd zijn voor deze digitale piano. Het gebruiken van niet-erkende items werkt het gevaar op brand, elektrische schok en persoonlijk letsel in de hand.
430A-F-055A
D-11
Page 13
Basisbediening
Gebruik van tonen
De volgende procedure beschrijft alles dat u dient te weten over het selecteren en gebruiken van tonen.
Selecteren van een toon
Deze digitale piano heeft een selectie van 16 ingebouwde tonen.
Toontoetsen
Variatietoets GRAND PIANO 1
BRIGHT
PIANO
GRAND
PIANO 2
HONKY-
TONK
ELEC
PIANO 1
ELEC
PIANO 2
VIBRAPHONE
PIPE
ORGAN 1
HARPSI-
CHORD
PIPE
ORGAN 2
Variatietonen
CHOIR
STRINGS 1
SYNTH-PAD
STRINGS 2
Variatietoets
Aan elke toontoets zijn twee tonen toegewezen: een normale toon (waarvan de naam aangegeven is boven de toontoets) en een variatietoon (waarvan de naam aangegeven is onder de toontoets). Welke toon selecteerd wordt bij het indrukken van een toontoets hangt af van de huidige status van de indicator boven de VARIATION toets, zoals hieronder aangegeven wordt.
(VARIATION)
ACOUSTIC
BASS
RIDE ACO
BASS
Selecteren van een toon
1
Druk op de POWER toets om de digitale piano in te schakelen.
2
Druk op één van de toontoetsen om de gewenste toon te selecteren.
3
Stel het volume bij m.b.v. de VOLUME schuifregelaar.
Het is een goed idee om het volume eerst op een relatief niveau in te stellen.
Door de schuifregelaar naar de MIN instelling te schuiven wordt het volume verlaagd terwijl het volume wordt verhoogd door de schuifregelaar naar de MAX instelling te schuiven.
4
Speel iets op het toetsenbord.
Stel het volume in op het geluidsniveau waarbij u wilt spelen.
5
Druk nadat u klaar bent spelen op de POWER toets om de spanning uit te schakelen.
OPMERKING
De GRAND PIANO 1 toon wordt automatisch geselecteerd telkens bij inschakelen van de spanning van de digitale piano.
Selecteren van een variatietoon
De zoals hieronder gemarkeerde toontoetsen zijn voor het selecteren van variatietonen.
Om dit type toon te selecteren:
Normale toon Uit
Variatietoon Aan
Druk op de VARIATION toets om de indicator in en uit te schakelen.
Door op de toontoets van de momenteel geselecteerde toon te drukken wordt heen en weer geschakeld tussen de normale toon en de variatietoon.
De VARIATION
toetsindicator moet zijn:
OPMERKING
De toontoetsen voorzien u in een selectie van 16 tonen die u kunt toewijzen aan en spelen op het toetsenbord.
De GRAND PIANO 1 toon werd opgenomen met stereo sampling.
Zie Selecteren van een variatietoon voor informatie aangaande de tonen waarvan de namen gemarkeerd zijn voor elke toontoets.
D-12
1
Druk op de toontoets voor de toon die u wilt selecteren.
2
Druk op de VARIATION toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets branden om aan te geven dat de varietietoon geselecteerd is.
3
Druk om terug te schakelen van de variatietoon naar de normale toon nogmaals op de VARIATION toets zodat de indicator uitgaat.
430A-F-056A
Page 14
Basisbediening
Gebruiken van lagen
Door het aanbrengen van een laag kunt u twee verschillende tonen (een hoofdtoon en een gelaagde toon) toewijzen aan het toetsenbord die dan beide klinken telkens wanneer u een klaviertoets aanslaat.
Hoofdtoon + gelaagde toon
Om een laag van twee tonen aan te brengen
OPMERKING
Om de variatietoon voor de hoofdtoon en/of voor de gelaagde toon te gebruiken, dient u de daarvoor benodigde bewerking uit te voeren om de variatietoon (variatietonen) in te schakelen voordat u de onderstaande procedure start.
1
Druk op de toontoets voor de gelaagde toon terwijl u de toontoets van de hoofdtoon ingedrukt houdt.
Hierdoor gaat de indicator van de hoofdtoontoets branden en de indicator van de gelaagde toontoets knipperen.
Of de normale toon of de variatietoon geselecteerd is voor de hoofdtoon en de gelaagde toon hangt af van de normale toon/variatietoon instelling van de toontoets die u indrukt. De indicator boven de VARIATION toets brandt wanneer de variatietoon geselecteerd wordt als de hoofdtoon.
Hoe digitale effecten worden toegepast wanneer lagen aangebracht zijn
Hieronder volgen de regels die bepalen welke typen digitale effecten worden uitgeoefend op de twee tonen die in lagen over elkaar worden aangebracht.
Veroorzaakt dat deze digitale
Deze condities:
Digitale effecten zijn ingeschakeld voor de hoofdtoon
Digitale effecten zijn in- of uitgeschakeld voor de gelaagde toon
Digitale effecten zijn uitgeschakeld voor de hoofdtoon
Digitale effecten die ingeschakeld zijn voor de gelaagde toon
Digitale effecten zijn uitgeschakeld voor de hoofdtoon
Digitale effecten zijn uitgeschakeld voor de gelaagde toon
effecten worden uitgeoefend op zowel de hoofdtoon als de gelaagde toon:
Digitale effecten van de
hoofdtoon
Digitale effecten van de
gelaagde toon
Geen
2
Probeer nu iets op het toetsenbord te spelen.
De noot zou nu klinken met de beide tonen die u geselecteerd heeft.
3
Druk op één van de klaviertoetsen om de gelaagde toon te annuleren.
OPMERKING
Als u een digitaal effect verandert of uitschakelt terwijl een laag aangebracht is, wordt de instelling die u maakt enkel opgeslagen bij de instellingen voor de hoofdtoon.
U kunt geen lagen aanbrangen van twee tonen die toegewezen zijn aan dezelfde toontoets (bijvoorbeeld: ELEC PIANO 1 + ELEC PIANO 2 of HARPSICHORD + VIBRAPHONE).
430A-F-057A
D-13
Page 15
Basisbediening
Instellen van het volume van de hoofdtoon
1
Houd de SETTING toets ingedrukt en houd de toets ingedrukt totdat u stap 4 van deze procedure bereikt.
2
Druk op de GRAND PIANO 1 toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
3
Gebruik één van de onderstaande procedures om het volume van de hoofdtoon in te stellen op een waarde in het bereik vallend tussen 40 en 127.
• Om door de instelwaarden voor het volume te scrollen: Houd de SETTING toets ingedrukt en scroll door de instelwaarden voor het volume m.b.v. de + (verhogen) en – (verlagen) toetsen. Door één van beide toetsen ingedrukt te houden vindt het scrollen versneld plaats. Door + en – tegelijkertijd in te drukken wordt een instelwaarde van 127 geselecteerd voor de waarde.
Om de instelwaarde voor het volume in te voeren: Houd de SETTING toets ingedrukt en voer een instelwaarde van twee of drie cijfers lopende van 40 tot en met 127 in voor het volume m.b.v. de cijferinvoertoetsen. De waarde die u invoert wordt uitgoefend op de instelwaarde van het volume wanneer u de SETTING toets loslaat. De instelling van het volume verandert niet wanneer u een waarde invoert van één cijfer of een waarde die buiten het toegestane bereik valt.
Instellen van het volume van de gelaagde toon
1
Houd de SETTING toets ingedrukt en houd de toets ingedrukt totdat u stap 4 van deze procedure bereikt.
2
Druk op de GRAND PIANO 2 toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
3
Gebruik één van de onderstaande procedures om het volume van de gelaagde toon in te stellen op een waarde in het bereik vallend tussen 40 en 127.
• Om door de instelwaarden voor het volume te scrollen: Houd de SETTING toets ingedrukt en scroll door de instelwaarden voor het volume m.b.v. de + (verhogen) en – (verlagen) toetsen. Door één van beide toetsen ingedrukt te houden vindt het scrollen versneld plaats. Door + en – tegelijkertijd in te drukken wordt een instelwaarde van 72 geselecteerd voor de waarde.
Om de instelwaarde voor het volume in te voeren: Houd de SETTING toets ingedrukt en voer een instelwaarde van twee of drie cijfers lopende van 40 tot en met 127 in voor het volume m.b.v. de cijferinvoertoetsen. De waarde die u invoert wordt uitgoefend op de instelwaarde van het volume wanneer u de SETTING toets loslaat. De instelling van het volume verandert niet wanneer u een waarde invoert van één cijfer of een waarde die buiten het toegestane bereik valt.
C3B
2
+
Cijferinvoertoetsen
/
toetsen
Er klinkt geen noot wanneer u op dat moment een klaviertoets aanslaat.
4
Laat de SETTING toets los om de procedure te voltooien.
OPMERKING
De instelling die u maakt voor het volume van de hoofdtoon blijft van kracht zelfs als u overschakelt naar een andere toon.
D-14
C3B
2
+
Cijferinvoertoetsen
/
toetsen
Een noot klinkt niet wanneer u op dat moment een klaviertoets aanslaat.
4
Laat de SETTING toets los om de procedure te voltooien.
OPMERKING
De instelling die u maakt voor het volume van de gelaagde toon blijft van kracht zelfs als u overschakelt naar een andere toon.
430A-F-058A
Page 16
Basisbediening
Gebruiken van splitsingen
Door een aanbrengen van een splitsing kunt u twee verschillende tonen (een hoofdtoon en een splitstoon) toewijzen aan beide helften van het toetsenbord, zodat u één toon kunt spelen met de linkerhand en een geheel andere met de rechterhand.
Splitspunt (B3)
Splitstoon Hoofdtoon
Splitsen van het toetsenbord
1
Selecteer de hoofdtoon.
2
Druk op de SPLIT toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets branden.
3
Druk terwijl u de SPLIT toets ingedrukt houdt op de toontoets van de toon die u wilt gebruiken als de splitstoon.
Terwijl u de SPLIT toets ingedrukt houdt kunt u ook op de VARIATION toets drukken om over te schakelen naar de variatie van de splitstoon.
De toontoets van de splitstoon die u specificeert gaat knipperen. De indicator boven de VARIATION toets gaat ook knipperen wanneer de variatietoon geselecteerd wordt als de splitstoon.
4
Probeer nu iets op het toetsenbord te spelen.
Het lagere gedeelte (linker kant) van het toetsenbord wordt toegewezen aan de splitstoon terwijl het hogere gedeelte (rechter kant) toegewezen wordt aan de hoofdtoon.
De plaats op het toetsenbord waar de verandering tussen deze twee tonen plaatsvindt, wordt het splitspunt genoemd. Zie Veranderen van de plaats van het splitspunt op deze pagina voor details aangaande het veranderen van de plaats van het splitspunt.
5
Druk nogmaals op de SPLIT toets om de splitsing in het toetsenbord ongedaan te maken zodat dit weer voor normale werking vatbaar is.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
OPMERKING
Als u een digitaal effect verandert of uitschakelt terwijl het splitsen ingeschakeld is, wordt de instelling die u maakt enkel opgeslagen bij de instellingen voor de hoofdtoon.
Hoe digitale effecten worden toegepast wanneer een splitsing in het toetsenbord aangebracht is
Hieronder volgen de regels die bepalen welke typen digitale effecten worden uitgeoefend op de tonen die toegewezen worden aan een gesplitst toetsenbord.
Veroorzaakt dat deze digitale
Deze condities:
Digitale effecten zijn ingeschakeld voor de hoofdtoon
Digitale effecten zijn in- of uitgeschakeld voor de gelaagde toon
Digitale effecten zijn uitgeschakeld voor de hoofdtoon
Lagen zijn aangebracht (pagina D-13)
Digitale effecten zijn ingeschakeld voor de gelaagde toon
Digitale effecten die uitgeschakeld zijn voor de hoofdtoon
Lagen zijn aangebracht (pagina D-13) maar digitale effecten zijn uitgeschakeld voor de gelaagde toon
Gelaagde werking van tonen is uitgeschakeld
Digitale effecten zijn uitgeschakeld voor het splitspunt
Veranderen van de plaats van het splitspunt
Het splitspunt is het punt op het toetsenbord dat de splitsing aangeeft tussen het lage bereik (splitstoon) en het hoge bereik (hoofdtoon).
1
Druk terwijl u de SPLIT toets ingedrukt houdt op
effecten worden uitgeoefend op zowel de hoofdtoon als de gelaagde toon:
Digitale effecten van de
hoofdtoon
Digitale effecten van de
gelaagde toon
Digitale effecten van de
splitstoon
de klaviertoets waar u de hoogste toon (de meest rechtse noot) wilt hebben van het lage bereik (linker kant).
Er wordt geen geluid geproduceerd als klaviertoetsen worden ingedrukt.
430A-F-059A
D-15
Page 17
Basisbediening
Instellen van het volume van de splitstoon
1
Houd de SETTING toets ingedrukt en houd de toets ingedrukt totdat u stap 4 van deze procedure bereikt.
2
Druk op de ELEC PIANO 1 toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
3
Gebruik één van de onderstaande procedures om het volume van de splitstoon in te stellen op een waarde in het bereik vallend tussen 40 en 127.
• Om door de instelwaarden voor het volume te scrollen: Houd de SETTING toets ingedrukt en scroll door de instelwaarden voor het volume m.b.v. de + (verhogen) en – (verlagen) toetsen. Door één van beide toetsen ingedrukt te houden vindt het scrollen versneld plaats. Door + en – tegelijkertijd in te drukken wordt een instelwaarde van 127 geselecteerd voor de waarde.
Om de instelwaarde voor het volume in te voeren: Houd de SETTING toets ingedrukt en voer een instelwaarde van twee of drie cijfers lopende van 40 tot en met 127 in voor het volume m.b.v. de cijferinvoertoetsen. De waarde die u invoert wordt uitgeoefend op de instelwaarde van het volume wanneer u de SETTING toets loslaat. De instelling van het volume verandert niet wanneer u een waarde invoert van één cijfer of een waarde die buiten het toegestane bereik valt.
Meer aangaande tonen
Polyfonie
Deze digitale piano kan maximaal 64 noten tegelijkertijd spelen. Merk echter op dat de hier onder gegeven tonen in staat zijn om slechts 32-noten polyfonie te geven. GRAND PIANO 1, BRIGHT PIANO, HONKY-TONK, ELEC PIANO 1, HARPSICHORD, STRINGS 1, CHOIR, SYNTH-PAD, RIDE ACO BASS
Aanslagvolume
De aanslagvolumefunctie verandert het volume en het geluid van de toon in overeenstemminbg met hoeveel druk u uitoefent op de klaviertoetsen, net zoals bij een normale akoestische piano. Deze aanslagvolumefunctie heeft nauwelijks invloed op de HARPSICHORD (clavecimbel) toon omdat het originele muziekinstrument gewoonlijk hetzelfde geluid produceert, ongeacht hoeveel druk er op de klaviertoetsen wordt uitgeoefend.
Digitale sampling tonen
De tonen van de digitale piano worden geproduceerd d.m.v. digitaal opgenomen monsters van werkelijke muziekinstrumenten. Maar niet alle instrumenten kunnen tonen produceren over het gehele geluidsspectrum van deze digitale piano (A0 tot en met C8). In dit geval worden digitale opnamen gebruikt voor het bereik dat inderdaad geproduceerd kan worden door het originele muziekinstrument, terwijl synthetische tonen gebruikt worden voor noten die niet op een natuurlijke wijze kunnen worden verkregen. Daarom is het mogelijk dat u tussen natuurlijke en synthetische noten minimale verschillen kunt bespeuren in de geluidskwaliteit en in de resultaten die worden verkregen bij het gebruik van effecten. Deze verschillen zijn normaal en duiden verder niet op een defect.
C3B
2
+
Cijferinvoertoetsen
/
toetsen
Een noot klinkt niet wanneer u op dat moment een klaviertoets aanslaat.
4
Laat de SETTING toets los om de procedure te voltooien.
OPMERKING
De instelling die u maakt voor het volume van de splitstoon blijft van kracht zelfs als u overschakelt naar een andere toon.
D-16
Bijstellen van de helderheid van een toon
U kunt m.b.v. de BRLLIANCE schuifregelaar de helderheid en de scherpte van een toon aanpassen aan uw muzikale en persoonlijke voorkeur.
1
Schuif de BRLLIANCE schuifregelaar naar links en rechts om de helderheid van een toon in te stellen op het gewenste niveau.
Door de schuifregelaar in de richting van de MELLOW stand te schuiven wordt een zoetvloeiendere klank verkregen, terwijl u een helderder geluid verkrijgt door de schuifregelaar in de richting van de BRIGHT stand te schuiven.
430A-F-060A
Page 18
Basisbediening
Gebruiken van digitale effecten
Deze digitale piano voorziet in een grote selectie van digitale effecten die u kunt uitoefenen op tonen. Hieronder volgen algemene omschrijvingen van elk effect, maar de beste manier om er achter te komen hoe die effecten de toon beïnvloeden is door zelf te experimenteren.
Digitale effecttypen
REVERB (nagalm)
Het REVERB effect geeft u een keus van acht variaties die hieronder worden gegeven. Elk van deze variaties bootst de akoestiek na van verschillende omgevingen.
De volgende tabel toont de naam van elk effect en de klaviertoetsen die u dient in te drukken om het effect te selecteren.
Type Klaviertoetsnummer*
Room 1 (kamer 1) 1 Room 2 (kamer 2) 2 Room 3 (kamer 3) 3 Stage (podium) 4 Hall 1 (zaal 1) 5 Hall 2 (zaal 2) 6 Delay (vertraging) 7 Pan Delay (panvertraging) 8
Klaviertoetsen die gebruikt worden voor het configureren van digitale effectinstellingen
Digitale effecttoetsen
Room 1
Chorus 1
Room 2
Chorus 2
Room 3
Chorus 3
(kamer 1) (zweving 1)
(kamer 2)
(zweving 2)
(kamer 3)
(zweving 3)
Stage
Chorus 4
(podium)
(zweving 4)
Pan Delay ShortDelayFB
(korte vertraging voor-achter)
Delay
(vertraging)
ShortDelay
Hall 2
(zaal 2)
Flanger
Hall 1
(zaal 1)
F-back Chorus
(voor-achter zweving)
(panvertraging)
(korte vertraging)
In- en uitschakelen van digitale effecten
Om dit digitale effect in of uit te schakelen:
Nagalm REVERB
Zweving CHORUS
Druk op deze toets:
* Nummer aangegeven boven de klaviertoets.
CHORUS (zweving)
Het CHORUS effect voegt diepte en vibrato toe aan de noten.
De volgende tabel toont de acht zwevingseffecten van deze digitale piano en de klaviertoetsen die u dient in te drukken om het effect te selecteren.
Type Klaviertoetsnummer*
Chorus 1 (zweving 1) 1 Chorus 2 (zweving 2) 2 Chorus 3 (zweving 3) 3 Chorus 4 (zweving 4) 4 F-back Chorus
(voor-achter zweving)
5
Flanger 6 ShortDelay (korte vertraging) 7 ShortDelayFB
(
korte vertraging voor-achter
)
8
* Nummer aangegeven boven de klaviertoets.
De indicator boven de corresponderende toets gaat branden wanneer het digitale effect ingeschakeld wordt en gaat uit bij uitschakelen van het effect.
Selecteren van een digitaal effect
Selecteren van een nagalmeffect
1
Druk terwijl u de REVERB toets ingedrukt houdt op de klaviertoets die overeenkomt met het nummer van het nagalmeffect dat u wilt selecteren.
Er klinkt geen noot wanneer u op dat moment een klaviertoets aanslaat.
Selecteren van een zwevingeffect
1
Druk terwijl u de CHORUS toets ingedrukt houdt op de klaviertoets die overeenkomt met het nummer van het zwevingeffect dat u wilt selecteren.
Er klinkt geen noot wanneer u op dat moment een klaviertoets aanslaat.
430A-F-061A
D-17
Page 19
Basisbediening
Default effectinstellingen bij inschakelen van de spanning
De onderstaande tabel toont de effectinstellingen die toegewezen zijn aan elke toon telkens wanneer u de spanning inschakelt bij de digitale piano.
Digitale effectinstelling
Toonnaam
GRAND PIANO 1
BRIGHT PIANO
GRAND PIANO 2
HONKY-TONK
ELEC PIANO 1
ELEC PIANO 2
HARPSICHORD
VIBRAPHONE
PIPE ORGAN 1
PIPE ORGAN 2
STRINGS 1
STRINGS 2
CHOIR
SYNTH-PAD
ACOUSTIC BASS
RIDE ACO BASS
* ( ) : de oorspronkelijke insteling van het zwevingtype
wanneer het zwevingeffect (chorus) ingeschakeld wordt.
U kunt de bovenstaande digitale effectinstellingen veranderen nadat u de spanning ingeschakeld heeft.
REVERB (nagalm)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
Hall 1 (zaal 1)
CHORUS (zweving)
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Chorus 3
(zweving 3)
Chorus 3
(zweving 3)
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Chorus 3
(zweving 3)
Chorus 3
(zweving 3)
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Chorus 3
(zweving 3)
Chorus 3
(zweving 3)
Chorus 3
(zweving 3)
Chorus 3
(zweving 3)
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
Uit (Chorus 3 =
zweving 3)*
OPMERKING
Het selecteren van een toon betekent dat het digitale effect dat er aan toegewezen is ook automatisch geselecteerd wordt.
Eventuele veranderingen die u aanbrengt bij de digitale effectinstellingen worden enkel toegewezen aan de op dat moment geselecteerde toon.
Eventuele veranderingen die u aanbrengt bij de digitale effectinstellingen blijven van kracht totdat u de spanning van de digitale piano uitschakelt.
De demonstratiemelodieën zijn voorzien van hun eigen digitale effectinstellingen die automatisch worden geselecteerd telkens wanneer u een demonstratiemelodie selecteert.
Gebruiken van de pedalen
Deze digitale piano wordt geleverd met drie pedalen zoals aangegeven in de onderstaande afbeelding.
Zacht pedaal
Sostenuto pedaal
Pedaalfuncties
Demppedaal Door dit pedaal in te trappen krijgen de noten nagalm en worden langer aangehouden. In het geval van de PIPE ORGAN en STRINGS tonen worden de noten aangehouden van het moment dat u het pedaal intrapt totdat u het weer laat opkomen.
Zacht pedaal Door dit pedaal in te trappen worden de noten gedempd en wordt hun geluidsvolume ietwat verlaagd. Het intrappen van het pedaal heeft alleen invloed op de noten die daarna worden gespeeld terwijl noten die voor intrappen van het pedaal worden gespeeld bij hun normale geluidsvolume worden weergegeven.
Sostenuto pedaal Net zoals bij het demppedaal krijgen de noten nagalm en worden langer aangehouden. Het verschil tussen deze twee pedalen is de timing waarin ze worden ingetrapt. Bij het sostenutopedaal trapt u het pedaal pas in nadat u de noten aangeslagen heeft die moeten worden aangehouden. Alleen de noten waarvan de klaviertoetsen aangeslagen worden bij intrappen van het sostenutopedaal ondervinden hier de invloed van.
Demppedaal
D-18
430A-F-062A
Page 20
Basisbediening
OPMERKING
De onderstaande tabel toont hoe de pedaaleffecten worden uitgeoefend tijdens verschillende typen van bewerkingen.
Terwijl u dit type bewerking aan het uitvoeren bent:
Pedaaleffecten worden uitgoefend op:
Opname van het melodiegeheugen
Weergave van het melodiegeheugen
Weergave van
Alleen noten die op het toetsenbord worden gespeeld
demonstratiemelodieën Weergave van de
muziekbibliotheek
Volgens de lijst van default effectinstellingen bij inschakelen van de spanning worden pedaaleffecten niet uitgeoefend op een splitstoon (pagina D-15). Voer de onderstaande procedure uit om de pedaaleffecten uit te oefenen op een splitstoon.
Uitoefenen van pedaaleffecten op een splitstoon
1
Schakel terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt de pedaaleffecten in en uit door op één van de in de onderstaande afbeelding getoonde klaviertoetsen te drukken.
Gebruiken van de metronoom
De metronoom vooerziet in een maatslag waaraan u kunt refereren tijdens optredens of oefensessies. U kunt de maatslag en het tempo van de metronoom aanpassen.
De onderstaande afbeelding toont de klaviertoetsen die u gebruikt voor het configureren van de metronoominstellingen. De namen van de instellingen zijn ook aangegeven boven de klaviertoetsen waaraan ze zijn toegewezen.
1
METRONOME
BEAT toetsen
(metronoommaatslag)
OPMERKING
Er klinkt geen noot wanneer u één van de bovenstaande klaviertoetsen aanslaat terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt.
2
METRONOME VOL toetsen (metronoomvolume)
3
TEMPO toetsen
4
Cijferinvoertoetsen
+
5
/
toetsen
B
0 : ON
A0 : OFF
A0 : Pedaaleffecten uit
B
0 : Pedaaleffecten aan
C4
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl de SETTING toets ingedrukt gehouden wordt.
430A-F-063A
D-19
Page 21
Basisbediening
Gebruiken van de metronoom
VOORBEREIDINGEN
Controleer dat de indicator boven de opnametoets (RECORD) uit is. Mocht de indicator aan zijn, druk dan op de opnametoets (RECORD) om de indicator uit te schakelen.
Zie het hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing dat gaat over het melodiegeheugen voor details aangaande de
metronoom in combinatie met de functie.
De metronoom gebruiken
1
Druk op METRONOME om de metronoom te starten.
2
Stel de maatslag van de metronoom in.
Druk terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt op de METRONOME BEAT toets 1 om een maatslaginstelling te selecteren.
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt.
De eerste waarde van de maatslag kan ingesteld worden op een waarde van 2 tot en met 6. De bel die gewoonlijk de eerste maatslag aangeeft van een maat klinkt niet wanneer een waarde van 0 gespecificeerd is. Alle maatslagen worden aangegeven door een klikgeluid. Met deze instelling kunt u oefenen met een constante maatslag zonder u zorgen te hoeven maken over hoeveel maatslagen er in een maat zitten.
3
Stel het tempo m.b.v. de onderstaande procedures in op een waarde in het bereik lopend van 30 tot en met 255 maatslagen per minuut.
• Om door de instelwaarden voor het tempo te scrollen: Houd de SETTING toets ingedrukt en scroll door de instelwaarden voor het tempo m.b.v. de TEMPO + (verhogen) en – (verlagen) toetsen 5. Door één van beide toetsen ingedrukt te houden vindt het scrollen versneld plaats. Door + en – tegelijkertijd in te drukken wordt een instelwaarde van 120 geselecteerd voor het tempo.
Om de instelwaarde voor het tempo in te voeren: Houd de SETTING toets ingedrukt en voer een instelwaarde van twee of drie cijfers lopende van 30 tot en met 255 in voor het tempo m.b.v. de cijferinvoertoetsen 4. U kunt eeen waarde invoeren van twee of van drie cijfers. De waarde die u invoert wordt uitgeoefend op de instelwaarde van het tempo wanneer u de SETTING toets loslaat. De instelling van het tempo verandert niet wanneer u een waarde invoert van één cijfer of een waarde die buiten het toegestane bereik valt.
4
Druk nogmaals op METRONOME om de metronoom te stoppen.
Door nogmaals op METRONOME om de metronoom te herstarten met de huidige instellingen voor het tempo en de maatslag.
Voer de bovenstaande procedure uit als u zowel het tempo als de maatslag wilt veranderen voordat u de metronoom herstart.
OPMERKING
U kunt de instellingen voor het tempo en de maatslag op elk moment veranderen zelfs terwijl de metronoom klinkt.
U kunt de metronoom gebruiken in combinatie met de weergave van het melodiegeheugen. Zie voor details het hoofdstuk van deze gebruiksaanwijzing die deze functie bespreekt.
Bijstellen van het metronoomvolume
Gebruik de volgende procedure om het volume van de maatslag van de metronoom te verhogen en te verlagen.
Het metronoomvolume bijstellen
1
Gebruik terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt de METRONOME VOL toetsen 2 om 1, 2 of 3 in te voeren.
OPMERKING
Het metronoomvolume wordt automatisch ingesteld op 2 telkens wanneer u de digitale piano inschakelt.
D-20
430A-F-064A
Page 22
Gebruiken van het melodiegeheugen
Dit hoofdstuk geeft een beschrijving van hoe u uw spel op het toetsenbord kunt opnemen in het geheugen en de data van het melodiegeheugen kunt weergeven.
Betreffende het melodiegeheugen
Melodiegeheugencapaciteit
Er zijn twee melodiegheugensporen die Spoor A en Spoor B heten. De twee sporen kunnen in het totaal ongeveer 8000 noten opslaan.
Het opnemen stopt automatisch en de indicator boven de RECORD toets gaat uit wanneer het geheugen vol is.
Opgenomen data
Het volgende is een lijst van de data die opgenomen kunnen worden in het melodiegeheugen nadat het opnemen eenmaal gestart is.
Alles wat u op het toetsenbord speelt (ontvangst van MIDI data wordt niet opgenomen)
Tooninstellingen (inclusief gelaagde tonen, volume van gelaagde tonen, splitstonen, volume van splitstonen, splitspunt) en eventuele veranderingen in de tooninstelling
Instellingen voor het tempo en de maatslag die gebruikt worden tijdens het opnemen
Pedaalbewerkingen
Nagalminstellingen
Zwevinginstellingen
Opslag van opgenomen data
Deze digitale piano heeft een lithium batterij om in spanning te voorzien voor het behouden van de inhoud van het geheugen zelfs als de spanning uitgeschakeld is.* De levensduur van de lithium batterij bedraagt vijf jaar na de datum dat de digitale piano geproduceerd werd. Let erop dat u contact opneemt met een CASIO onderhoudswerkplaats om de lithium batterij eens per vijf jaar te laten vervangen.
* Schakel de spanning van de piano nooit uit terwijl een
opnamebewerking plaats aan het vinden is.
BELANGRIJK!
Als de data die op één enkele spoor opgenomen zijn alle capaciteit opgebruiken van het melodiegeheugen, kunt u niets meer opnemen op het andere spoor.
Door nieuwe data op te nemen op een spoor wordt eventuele eerdere op dat spoor opgenomen data automatisch gewist. Als de indicator van een spoor brandt, duidt dit er op dat dat spoor reeds data bevat.
Door de spanning uit te schakelen tijdens het opnemen wordt alles uitgewist dat tot op dat moment opgenomen was.
CASIO kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor verliezen door u of door derden door het verlies van data die veroorzaakt werd door verkeerd functioneren of door het repararen van deze digitale piano of door het vervangen van de batterij.
430A-F-065A
D-21
Page 23
Gebruiken van het melodiegeheugen
Opnemen
Naast het opnemen van noten die op het toetsenbord gespeeld worden kunt u ook naar één spoor opnemen terwijl u het andere spoor weer aan het geven. De volgende proecdures bestrijken elk van deze bewerkingen.
SONG
MEMORY TRACK A PLAY/STOP
Noten van het toetsenbord opnemen
VOORBEREIDINGEN
Selecteer de toon en de digitale effecten waarmee u wilt starten.
Controleer dat de indicator boven de MUSIC LIBRARY toets niet brandt. Mocht dit toch het geval zijn druk dan op MUSIC LIBRARY om de indicator uit te schakelen.
Gebruik de procedure onder Gebruiken van de metronoom op pagina D-19 om de instellingen te configureren die u voor het tempo en de maatslag wilt
gebruiken.
1
Druk op de SONG MEMORY toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets branden.
Als een spoor reeds opgenomen is, gaat de indicator
boven de spoortoets op dat moment branden.
Als u tijdens het opnemen de metronoom wilt gebruiken, druk dan op de METRONOME toets om de metronoom te starten.
2
Druk op RECORD om de opnamestandbyfunctie in te schakelen bij de digitale piano.
De indicator boven RECORD gaat knipperen.
Als beide sporen leeg (niet opgenomen) zijn, wordt
Spoor A eerst geselecteerd om te worden opgenomen, hetgeen wordt aangegeven door de indicator die boven de toets knippert. Als slechts één van de sporen leeg is wordt dat spoor eerst geselecteerd om te worden opgenomen.
Als beide sporen reeds geselecteerd zijn, wordt het laatst opgenomen spoor eerst geselecteerd. Als beide sporen reeds opgenomen zijn en u heeft de spanning uitgeschakeld na het maken van de opnamen, wordt Spoor A als eerste geselecteerd.
U kunt de instelling voor de maatslag van de metronoom ook op dat moment veranderen.
RECORD TRACK B
PART L PART R
3
Druk op één van beide TRACK toetsen om Spoor A of Spoor B te selecteren.
De indicator boven de toets die u indrukt gaat knipperen om aan te geven dat het spoor geselecteerd is om te worden opgenomen.
Als de data die op één enkele spoor opgenomen zijn alle capaciteit opgebruiken van het melodiegeheugen, kunt u niets meer opnemen op het andere spoor.
4
Speel iets op het toetsenbord om de opname te starten.
Wat u speelt wordt via de luidsprekers weergegeven en opgenomen in het geheugen.
U kunt de opname ook starten door op PLAY/STOP te drukken. In dit geval wordt een blanco ruimte, d.w.z. stilte, opgenomen in het geheugen van het moment dat u PLAY/STOP indrukt tot het moment dat u op het toetsenbord begint te spelen.
De indicator boven de RECORD toets verandert van de knipperende naar de oplichtende status wanneer het opnemen start.
5
Druk nadat u klaar bent met het opnemen op de PLAY/STOP om het opnemen te stoppen.
Op dat moment gaat de indicator boven de RECORD toets uit terwijl de indicator boven het opgenomen spoor blijft branden.
U kunt nu op PLAY/STOP drukken en de data weergeven die u zojuist opgenomen heeft.
Druk om de melodiegeheugenfunctie te verlaten op SONG MEMORY zodat de indicator uitgaat.
Naar het ene spoor opnemen tijdens weergave van het andere spoor
Deze procedure is is principe hetzelfde als onder Noten van het toetsenbord opnemen op deze pagina. De verschillen zijn zoals hieronder wordt beschreven.
Voorbeeld:
Druk voordat u met stap 2 van de procedure op deze pagina
Wanneer de opnamestandbyfunctie wordt ingeschakeld,
Door stap 4 van de procedure uit te voeren worden
Nadat de opnamestandbyfunctie eenmaal ingeschakeld is,
Weergeven van Spoor A tijdens opname op Spoor B
begint op de TRACK A toets zodat de indicator erboven gaat branden.
blijft de indicator boven de TRACK A toetsen branden, terwijl de indicator boven de TRACK B toetsen gaat knipperen. Als de indicator boven de TRACK A op dat moment aan het knipperen is druk dan op de TRACK B toets zodat de indicator erboven gaat knipperen.
weergave van Spoor A en opname van Spoor B tegelijkertijd gestart. Speel op het toetsenbord mee met de weergave van Spoor A.
kunt u ook de instellingen van het tempo en de maatslag veranderen. Het moet echter worden opgemerkt dat de weergave uitgevoerd wordt op basis van de laatst gemaakt instellingen van het tempo en de maatslag die gebruikt werden voor het opnemen van één van beide sporen.
D-22
430A-F-066A
Page 24
Gebruiken van het melodiegeheugen
Weergave
Speel het melodiegeheugen af d.m.v. de volgende procedure.
Van het melodiegeheugen weergeven
1
Druk op de SONG MEMORY toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets branden.
2
Druk op de TRACK toets van het spoor dat u wilt weergeven (A of B).
Hierdoor gaat de indicator boven de toets van het door u geselecteerde spoor branden.
3
Druk op PLAY/STOP om de weergave te starten.
U kunt de weergave van de metronoom beurtelings in- en uitschakelen door op de METRONOME toets te drukken.
Druk op de METRONOME toets om de metronoom te stoppen.
De weergave stopt automatisch bij het bereiken van het einde van de melodie.
Druk op PLAY/STOP om halverwege te stoppen.
OPMERKING
Als u nu de zojuist opgenomen inhoud van het melodiegeheugen wilt weergeven, kunt u gewoonweg op PLAY/STOP drukken.
U kunt de toon niet veranderen bij weergave van het melodiegeheugen.
U kunt het weergavetempo veranderen tijdens weergave van het melodiegeheugen.
Wissen van de inhoud van het melodiegeheugen
BELANGRIJK!
De wisbewerking kan niet ongedaan worden gemaakt. Zorg ervoor altijd de inhoud van het melodiegeheugen weer te geven om te controleren dat u deze data inderdaad niet meer nodig heeft voordat u de volgende procedure uitvoert.
De inhoud van het melodiegeheugen wissen
1
Druk op de SONG MEMORY toets.
Hierdoor gaat de indicator boven de toets van het door u geselecteerde spoor branden.
2
Druk terwijl u de SONG MEMORY toets ingedrukt houdt op de toets van het spoor (A of B) dat u wilt wissen.
Hierdoor wordt de inhoud van het spoor gewist.
Druk om de melodiegeheugenfunctie te verlaten op
de SONG MEMORY toets.
430A-F-067A
D-23
Page 25
Gebruiken van demonstratiemelodieën
Deze digitale piano heeft 16 ingebouwde demonstratiemelodieën die elk één van de ingebouwde tonen gebruikt.
In volgorde weergeven van de demonstratiemelodieën
De demonstratiemelodieën in volgorde weergeven
1
Houd de MUSIC LIBRARY toets ingedrukt en druk op de PLAY/STOP toets.
Alle demonstratiemelodieën worden in volgorde weergegeven, te beginnen met melodie 1.
Weergeven van een specifieke demonstratiemelodie
Een specifieke demonstratiemelodie weergeven
1
Nadat de weergave gestart is, druk op de toontoets die correspondeert aan de melodie die u wilt weergeven.
Melodieën worden weergegeven in volgorde, in een eindeloze lus, beginnend met de op dat moment geselecteerde melodie.
Door op de VARIATION toets of de toontoets van de huidige toon te drukken tijdens de weergave van de demonstratiemelodieën wordt heen en weer geschakeld tussen de normale toonmelodie en de variatietoonmelodie van de betreffende demonstratiemelodie.
Stoppen van de weergave van de demonstratiemelodieën
De weergave van de demonstratiemelodieën stoppen
1
Druk op de START/STOP toets om de weergave van de demonstratiemelodieën stoppen.
OPMERKING
U kunt het tempo of de toon niet veranderen en de metronoom niet inschakelen terwijl een demonstratiemelodie weergegeven wordt.
Als tijdens de weergave van de demonstratiemelodieën op het toetsenbord wordt gespeeld, worden de noten gespeeld volgens de toon van de demonstratiemelodieën.
U kunt het volume bijstellen terwijl de weergave van de demonstratiemelodieën bezig is.
De instellingen hieronder worden automatisch veranderd wanneer een demonstratiemelodie weergegeven wordt. Deze veranderingen zijn tijdelijk en blijven enkel van kracht terwijl een demonstratiemelodie weergegeven wordt.
To on
Digitaal effect
Transponeren
Stemmen
Temperament : gelijk temperament
Barok toonhoogte : uit
Het intrappen van de pedalen tijdens het weergeven van
demonstratiemelodieën heeft enkel invloed op de noten die op het toetsenbord worden gespeeld. De effecten ervan worden niet uitgeoefend op de weergave van de demonstratiemelodieën.
De noten van demonstratiemelodieën kunnen niet als MIDI data worden verzonden.
Lijst van demonstratiemelodieën
Nr. Titel Componist Toon Tijd
1 Etude Op.10 No.12 Revolutionary F.F.Chopin GRAND PIANO 1 2´35˝ 2 Jesus Bleibet Meine Freude J.S.Bach PIPE ORGAN 2 1´18˝ 3 Original ELEC PIANO 1 1´33˝ 4 Original STRINGS 2 1´11˝ 5 Original ACOUSTIC BASS 48˝ 6 Hungarian Dances No.5 (Duets) J.Brahms GRAND PIANO 2 2´24˝ 7 Original VIBRAPHONE 1´10˝ 8 Mein junges Leben hat ein End J.P.Sweelinck CHOIR 1´18˝
9 Original BRIGHT PIANO 1´10˝ 10 Original SYNTH-PAD 1´18˝ 11 HARMONIUS BLACKSMITH G.F.HÄNDEL HARPSICHORD 2´12˝ 12 Original STRINGS 1 2´00˝ 13 Original ELEC PIANO 2 1´55˝ 14 Original RIDE ACO BASS 54˝ 15 Fantasia (Praeludium) und Fuga in G-Moll BWV542 J.S.Bach PIPE ORGAN 1 1´48˝ 16 Scott Joplins New Rag S.Joplin HONKY-TONK 1´04˝
D-24
430A-F-068B
Page 26
Gebruiken van de muziekbibliotheek
Nadat u eenmaal één van de 50 ingebouwde demonstratiemelodieën geselecteerd heeft kunt u ofwel het gedeelte voor de linker hand of dat voor de rechter hand (primo en secondo gedeelte voor melodieën met duetten) uitschakelen en meespelen op het toetsenbord. U kunt het tempo aanpassen om mee te spelen in het tempo dat comfortabel voor u is en u kunt de metronoom gebruiken om u te helpen bij het aanhouden van de timing. Zie Muziekbibliotheekmelodieën” op pagina A-4 voor een volledige lijst van tot de beschikking staande muziekbibliotheekmelodieën. Duetmelodieën zijn melodieën die aangegeven zijn als Duets”.
MUSIC
LIBRARY
PART L
TRACK BTRACK A PLAY/STOP
PART R
Weergeven van melodieën uit de muziekbibliotheek
Gebruik de volgende procedure wanneer u een melodie uit de muziekbibliotheek alleen maar wilt weergeven zonder mee te spelen.
Melodieën uit de muziekbibliotheek weergeven
1
Druk op de MUSIC LIBRARY toetsen zodat de indicator erboven brandt.
3
Selecteer het nummer van de melodie die u wilt weergeven.
Zie Muziekbibliotheekmelodieën op pagina A-4 voor een volledige lijst van tot de beschikking staande muziekbibliotheekmelodieën.
Cijferinvoertoetsen
Gebruik terwijl u de MUSIC LIBRARY toets ingedrukt houdt de klaviertoetsen C (cijferinvoertoetsen) om het nummer in te voeren van de melodie die u wilt weergeven. Er klinkt geen noot wanneer u op dat moment een klaviertoets aanslaat. Voer een nummer van één cijfer of twee cijfers in. Het nummer dat u invoert wordt geregistreerd wanneer u de MUSIC LIBRARY toets loslaat.
Bij het selecteren van een melodie uit de muziekbibliotheek gaan de indicators boven beide onderdeeltoetsen (L en R) branden.
Om de weergave van alle melodieën uit de muziekbibliotheek te specificeren dient u 99 te specificeren voor het melodienummer. De indicator boven de MUSIC LIBRARY toets gaat knipperen tijdens het weergeven van alle melodieën uit de muziekbibliotheek.
3 tot en met B3
2
Schakel de metronoom in of uit.
Om de metronoom uit te schakelen:
Druk op de METRONOME toets zodat de indicator erboven niet brandt. In deze stand klinkt het aftellen vooraf niet en klinkt de metronoom ook niet. De indicator boven de METRONOME toets knippert echter wel in het tempo van de melodie die wordt weergegeven.
Om de metronoom in te schakelen:
Druk op de METRONOME toets zodat de indicator erboven brandt. In deze stand klinkt het aftellen vooraf voordat de weergave van de muziekbibliotheekmelodie start en klinkt de metronoom tijdens de weergave. De indicator boven de METRONOME toets knippert in het tempo van de melodie die wordt weergegeven. U kunt de metronoom ook configureren zodat het aftellen vooraf klinkt voordat de weergave start zonder dat de metronoom klinkt tijdens de weergave. Zie In- of uitschakelen van de metronoom tijdens de weergave voor nadere informatie.
430A-F-069A
4
Druk op PLAY/STOP om de weergave te starten.
Als u de metronoom inschakelt voordat u deze procedure start, klinkt het aftellen voordat de weergave in feite begint.
Het tempo verandert automatisch naar het vooringestelde tempo van de melodie die weergegeven wordt.
De noten die gespeeld worden op het toetsenbord tijdens het weergeven van melodieën uit de muziekbibliotheek klinken volgende de tooninstelling van de geselecteerde melodie.
5
Druk nogmaals op PLAY/STOP als u de weergave wilt stoppen.
Als u één enkele melodie geselecteerd heeft stopt de weergave automatisch wanneer het einde van de melodie bereikt wordt.
Als u melodienummer 99 geselecteerd heeft, blijft de weergave van de melodieën doorgaan totdat u op de PLAY/STOP toets drukt.
Druk om de muziekbibliotheekfunctie ui te schakelen op MUSIC LIBRARY zodat de indicator uitgaat.
D-25
Page 27
Gebruiken van de muziekbibliotheek
OPMERKING
Wanneer u op de MUSIC LIBRARY toets drukt verschijnt eerst het nummer van de melodie dat geselecteerd was de laatste maal dat u de muziekbibliotheek gebruikte.
U kunt het tempo van de weergave veranderen nadat u een melodie geselecteerd heeft. U kunt het tempo van een melodie terugstellen op het vooringestelde niveau door dezelfde melodie nogmaals te selecteren (stap 2 van de bovenstaande procedure).
De volgende bewerkingen en instellingen kunnen worden uitgevoerd terwijl de weergave van de melodieën uit de muziekbibliotheek plaats aan het vinden is:
Volume
Helderheid
Tempo
Toetsaanslag
Toon
In en uitschakelen van het onderdeel van de linker
hand/rechter hand
Metronoom
Toetsenbordweergave
Pedaalbewerkingen
De ontvangst van MIDI IN is mogelijk terwijl de weergave
van melodielessen plaats aan het vinden is.
Door de PLAY/STOP toets in te drukken tijdens een andere functie dan de muziekbibliotheekfunctie of de melodiegeheugenfunctie wordt de muziekbibliotheekfunctie ingeschakeld en de weergave gestart.
In- of uitschakelen van de metronoom tijdens de weergave
1
Schakel terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt de metronoom in of uit door één van de klaviertoetsen zoals aangegeven in de onderstaande afbeelding te drukken.
C1 : Aan
0 : Uit
B
B0 : Uit (Aftellen vooraf klinkt alleen voordat de
weergave start, geen metronoom tijdens de weergave)
C1 : Aan (Aftellen vooraf klinkt voordat de weergave
start en de metronoom klinkt tijdens de weergave)
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl de SETTING toets ingedrukt wordt.
OPMERKING
De default voor de bovenstaande instelling is met de metronoom ingeschakeld, hetgeen inhoudt dat er aftellen vooraf plaatsvindt voordat de weergave begint en dat de metronoom klinkt tijdens het weergeven.
C4
D-26
Oefenen van afzonderlijke onderdelen (onderdeel les)
Het linker hand gedeelte (of secondo gedeelte) en het rechter hand gedeelte (of primo gedeelte) zijn bij de melodieën van de muziekbibliotheek afzonderlijk opgenomen. Dat is de reden waarom u één van beide onderdelen kunt uitschakelen en met het andere gedeelte kunt meespelen op het toetsenbord. De termen primo en secondo refereren aan de onderdelen van melodieën met duetten.
VOORBEREIDINGEN
Voer stappen 1 en 2 uit van de procedure Melodieën uit de muziekbibliotheek weergeven op pagina D-25 om de melodie van de muziekbibliotheek te selecteren waarmee u wilt oefenen.
Stel het tempo in dat u wilt gebruiken tijdens de onderdeel les. Gebruik dezelfde procedure die u gebruikt om het tempo van de metronoom in te stellen (pagina D-19).
430A-F-070A
Page 28
Gebruiken van onderdeel lessen
1
Druk op de PART L of PART R toets om het onderdeel te selecteren dat u op het toetsenbord wilt spelen.
Door één van beide toetsen in te drukken gaat de indicator boven de andere toets uit.
Druk op de PART R toets om het rechter hand (of primo) gedeelte te oefenen.
PART R toets indicator : Uit PART L toets indicator : Aan
Druk op de PART L toets om het linker hand (of secondo) gedeelte te oefenen.
PART R toets indicator : Aan PART L toets indicator : Uit
2
Schakel de metronoom naar wens in of uit.
Druk op de METRONOME toets zodat de indicator erboven brandt.
Laat de indicator boven de METRONOME toets uit als u de metronoom niet wilt gebruiken tijdens uw oefensessie.
Gebruiken van de muziekbibliotheek
3
Druk op de PLAY/STOP toets om de weergave van de melodie van de muziekbibliotheek te starten en mee te spelen op het toetsenbord.
Als u de metronoom ingeschakeld heeft, klinkt het aftellen gedurende één maat voordat de feitelijke weergave begint.
4
Druk nogmaals op de PLAY/STOP toets om de weergave te stoppen.
De weergave stopt automatisch bij het bereiken van het einde van de melodie.
OPMERKING
De maatslag van elke melodie van de muziekbibliotheek staat vast en kan niet worden veranderd.
Het opnemen naar het melodiegeheugen (pagina D-21) kan niet worden gestart terwijl de weergave van een melodie van de muziekbibliotheek aan de gang is.
Bewerkingen van de pedalen heeft enkel invloed op uw spel op het toetsenbord.
Zie de opmerkingen onder Weergeven van melodieën uit de muziekbibliotheek op pagina D-25 voor details betreffende andere bewerkingen.
430A-F-071A
D-27
Page 29
Toetsenbordinstellingen
Gebruiken van toetsaanslag
Met deze instelling kunt u de aanslag van het toetsenbord bijstellen voor aanpassing aan uw eigen speelstijl. Dit betekent dat u een sterkere aanslag kunt selecteren als u sterkere handen heeft en een lichtere aanslag voor beginners of voor iemand met minder kracht. Gebruik de onderstaande klaviertoetsen om de instelling van de toetsaanslag te veranderen.
Insteltoetsen
OFF
LIGHT
Instellingen voor de toetsaanslag
OFF .................. Uit
LIGHT ............. Licht
Deze instelling produceert een hard geluid zelfs als u slechts weinig druk uitoefent op het toetsenbord.
NORMAL ....... Normaal
Dit is de standaard instelling.
HEAVY ............ Zwaar
Bij deze instelling dient u een relatief sterke druk uit te oefenen op de klaviertoetsen om een normaal geluid te produceren.
Veranderen van de instelling van de toetsaanslag
HEAVY
NORMAL
Gebruiken van transponeren
Door te transponeren kunt u de toonhoogte van deze digitale piano in stappen van een halve stap instellen. Dit betekent dat u de sleutel van de digitale piano kunt veranderen voor aanpassing aan de stem van de zanger/ zangeres of aan de sleutel van een ander muziekinstrument zonder een stuk te hoeven leren in een andere sleutel.
Verander de transpositie instelling d.m.v. de onderstaande klaviertoetsen.
Insteltoets
Lager
C:
standaard sleutel
Veranderen van de transponeerinstelling
1
Selecteer terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt eem sleutel door op één van de klaviertoetsen te drukken die hierboven te zien zijn.
De digitale piano kan gertransponeerd worden binnen een bereik van F tot en met C tot en met F.
Edr klinkt geen noot wanneer u op een klaviertoets drukt terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt.
OPMERKING
De transponeerwaarde wordt automatisch ingesteld op 0 (C) telkens wanneer u de spanning van de digitale piano inschakelt.
Hoger
1
Selecteer terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt de toetsaanslag door één van de klaviertoetsen aan te slaan.
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl de SETTING toets ingedrukt gehouden wordt.
OPMERKING
Toetsselectie wordt automatisch ingesteld op NORMAL (normaal) telkens wanneer u de spanning van de digitale piano inschakelt.
D-28
430A-F-072A
Page 30
Toetsenbordinstellingen
Instellen van de toonschaal van de digitale piano
U kunt de algehele toonschaal van de digitale piano instellen als u meespeelt met andere instrumenten. U kunt de toonschaal instellen binnen een bereik van ± 50 cent* van A4=440,0Hz.
Gebruik de onderstaande klaviertoetsen om de toonschaal van de digitale piano bij te stellen.
Insteltoetsen
: verlaagt de toonhoogte
De toonschaal van de digital piano bijstellen
1
Druk terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt op klaviertoets E of op F
4 (+) om de toonschaal te verhogen. Telkens
4 (–) om de toonschaal te verlagen
bij indrukken van een toets verandert de toonschaal met ongeveer 0,8 cent* (1/128ste halve toon).
Door één van beide toetsen ingedrukt te houden verandert de instelling met hoge snelheid.
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl de SETTING toets ingedrukt gehouden wordt.
OPMERKING
Door de SETTING toets ingedrukt te houden en tegelijkertijd op de klaviertoetsen E4 (–) en F4 (+) te drukken wordt de standaard A4 = 440,0Hz toonschaal opnieuw verkregen.
* 100 cent komt overeen met een halve toon.
+ : verhoogt de toonhoogte
Temperament
Moderne pianos hebben een toonschaalsysteem dat Gelijk temperament wordt genoemd, hetgeen ook gebruikt wordt bij uw digitale piano. Gelijk temperament is echter een relatief nieuw toonschaalsysteem en tijdens de periode van Bach, Beethoven en Chopin werden andere temperamenten gehanteerd. Uw digitale piano heeft de zeven onderstaande temperamentinstellingen, die de toonschaal van het keyboard bijstellen voor aanpassing aan een verscheidenheid aan klassieke stukken.
Gebruik de onderstaande klaviertoetsen om de temperamentinstelling bij te stellen.
Grondtooninstelbereik
(zwarte klaviertoets) B
B
5 ..... Gelijk temperament
B5 ...... Kirnberger III
C6 ..... Werckmeister
C
6 .... Gemiddeld toonsysteem
D6 ..... Pythagoriaans systeem
E
6 ..... Juiste majeur intonatie
E6 ...... Juiste mineur intonatie
4
OPMERKING
Het gelijke temperamentsysteem met een grontoon van C worden toegewezen als de defaults telkens wanneer u de spanning van de digitale piano inschakelt.
Zie Betreffende temperamenten op pagina D-30 voor nadere details.
Veranderen van het temperament
1
Houd de SETTING toets ingedrukt. Merk op dat u de SETTING toets ingedrukt dient te houden tot stap 4 hierna.
Temperamentinstelbereik
F5(zwarte klaviertoets) F
E6
5
2
Selecteer terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt het temperament door op één van de hieronder aangegeven klaviertoetsen te drukken.
B
5
Er wordt geen geluid geproduceerd wanneer deze klaviertoetsen ingedrukt worden.
430A-F-073A
E
6
D-29
Page 31
Toetsenbordinstellingen
3
Selecteer een grondtoon door op één van de klaviertoetsen te drukken binnen het bereik dat aangegeven wordt in de onderstaande afbeelding. Denk erom nog steeds de SETTING toets ingedrukt te houden.
De noot van de klaviertoets die u indrukte wordt als de grondtoon gebruikt. Als u dus klaviertoets F indrukt, wordt de grondtoon F.
Betreffende temperamenten
Gelijk temperament
Tegenwoordig is dit het meest gebruikte toonschaalsysteem ter wereld voor muziekinstrumenten. De octaaf is verdeeld in 12 halve tonen die gelijk zijn in de frequentieverhouding. Met dit systeem kunt u alle majeur
5
en mineur sleutels uitvoeren zonder enige aanpassing. Hoewel we dit systeem tegenwoordig als normaal aannemen was het in revolutionaire ontwikkeling in de geschiedenis van de muziek. De gelijke temperament toonschaal is sinds het midden van de 18ste eeuw het meest gebruikte systeem ter wereld.
F
4
Er wordt geen geluid geproduceerd wanneer deze klaviertoetsen ingedrukt worden.
Wanneer de barok toonhoogte (pagina D-31) ingeschakeld (ON) is, zal de grondtoon een halve toon hoger zijn dan de klaviertoets die u aansloeg. Dit betekent dat u B4 moet indrukken om de grondtoon C te verkrijgen.
4
Laat de SETTING toets los om de
F
5
temperamentinstelling te verlaten.
OPMERKING
Als u het temperament alleen selecteert zonder de grondtoon te specificeren in de bovenstaande procedure, wordt de grondtoon automatisch C.
De instellingen voor de temperamentgrondtoon worden niet beïnvloed wanneer u de transponeerinstelling verandert.
De klaviertoetsen die u dient in te drukken om de grondtoon in te stellen in stap 3 van de bovenstaande procedure liggen vast. Die worden niet beïnvloed door transponeerinstellingen, enz.
Kirnberger III
Dit is ook één van de voorlopers van de gelijke temperament toonschaal. Het behelst een evolutie van juiste intonatie en het gemiddelde toonsysteem en alle klaviertoetsen (van C-majeur tot en met F-majeur) kunnen worden gebruikt om op het toetsenbord te worden gespeeld.
Werckmeister
Werckmeister is een beroemd theoreticus die ook onderzoek deed naar de gelijke temperament toonschaal. Dit specifieke systeem wordt aangeduid als de voorloper van de gelijke temperament toonschaal en alle klaviertoetsen (van C-majeur tot en met F-majeur) kunnen worden gebruikt om op het toetsenbord te worden gespeeld.
Gemiddeld toonsysteem
Dit systeem was het eerste systeem dat in feite gebruikt werd voor het stemmen van muziekinstrumenten als toetsenborden. Dit systeem werd wijds gebruikt beginnend van de Renaissance tot de tweede helft van de 18de Eeuw. Tijdens de dagen van Handel en Bach werd dit systeem gebruikt voor cimbalen, orgels en pianos.
Pythagoriaans systeem
Dit systeem werd ontwikkeld door de filosoof Pythagoras ergens omstreeks de 5de eeuw voor Christus. De meeste van de kwints in dit syteem wijken niet af van de pure (akoestisch correcte) intervallen. Het Pythagoriaanse systeem is perfect voor een beperkt bereik van tonen en bij de eenvoudige sleutels maar is ontoereikend bij andere. Ondanks deze tekortkomingen werd dit systeem tijdens de Middeleeuwen gebruikt voor kerkmuziek die uitgevoerd (gezongen) werd in eenvoudige sleutels.
D-30
Juiste intonatie
Dit systeem is één van de pure systemen waarbij veel van de kwints en tertsen akoestisch correct zijn. Probeer de grondtoon eens in te stellen op C en C, E en G te spelen.
430A-F-074A
Page 32
Gebruiken van de barok toonhoogte
Tijdens het Barok tijdperk was de standaard toonhoogte (A4) lager dan de moderne standaard. De instelling van de Barok toonhoogte bij uw digitale piano stelt u in staat om muziek uit het Barok tijdperk te spelen in de toonhoogte waarvoor deze was geschreven.
Gebruik de hieronder getoonde klaviertoetsen om over te schakelen naar instelling voor de Barok toonhoogte.
Instelbereik
G5A
5
(zwarte klaviertoets)
A
5 .... Aan: Barok toonhoogte (A4 = 415,3 Hz)
G5 ..... Uit: Moderne standaard (A4 = 440,0 Hz)
In- en uitschakelen van de Barok toonhoogte
Toetsenbordinstellingen
1
Houd de SETTING toets ingedrukt. Merk op dat u de SETTING toets ingedrukt dient te houden tot stap 3 hieronder.
2
Schakel terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt de Barok toonhoogte in en uit door op één van de hieronder aangegeven klaviertoetsen te drukken.
5
(zwarte klaviertoets): Aan
A
G5 : Uit
Er wordt geen geluid geproduceerd wanneer deze klaviertoetsen ingedrukt worden.
3
Laat de SETTING toets los.
OPMERKING
De instelling die u maakt voor de Barok toonhoogte blijft van kracht totdat u de instelling verandert of totdat u de spanning uitschakelt. De default instelling is uit (A4 = 440,0 Hz) telkens wanneer u de spanning inschakelt.
430A-F-075A
D-31
Page 33
MIDI
Wat is MIDI?
MIDI is een standaard voor digitale signalen en aansluitingen die het mogelijk maakt voor muziekinstrumenten, computers en andere toestellen om informatie uit te wisselen ongeacht het merk of de makelij.
MIDI aansluitingen
Door uw computer of externe MIDI toestel aan te sluiten op de MIDI IN/OUT aansluitingen van de digitale piano kunnen ze MIDI boodschappen uitwisselen en noten van het toetsenbord opnemen en weergeven via het aangesloten toestel.
[Onderkant]
MIDI kabel: MK-5
MIDI OUT MIDI IN
Specificeren van het keyboardkanaal
Het keyboardkaneel is het kanaal dat gebruikt wordt voor het verzenden van MIDI boodschappen naar een ander MIDI toestel. U kunt elk kanaal van 1 tot en met 16 specificeren als het keyboardkanaal.
Het keyboardkanaal specificeren
1
Specificeer terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt het keyboardkanaal door op één van de klaviertoetsen die drukken die in de onderstaande afbeelding te zien zijn.
Voorbeeld: Kanaal 8
C4
A
6 (zwarte klaviertoets)
B7
Gelijktijdig ontvangen via meerdere kanalen (meervoudige klankkleuren)
Met de meervoudige klankkleurfunctie is het mogelijk om de ingebouwde tonen van de digitale piano toe te wijzen aan de MIDI kanalen 1 tot en met 16. Dan kunt u tegelijkertijd meerdere kanalen laten klinken voor weergave via een los verkrijgbare multi-sporen sequencer.
OPMERKING
Zie Toewijzen van tonen aan afzonderlijke kanalen op deze pagina voor nadere details aangaande het toewijzen van tonen aan elk kanaal.
Maximaal 16 kanalen kunnen tegelijkertijd worden ontvangen (kanalen 1 tot en met 16).
Het aantal kanalen dat tegelijkertijd kan worden ontvangen is niet vooraf ingesteld. Als het nodig is om een kanaal uit te schakelen dient dit te geschieden aan de zendzijde.
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt.
OPMERKING
Het keyboardkanaal wordt automatisch ingesteld op 1 telkens wanneer u de spanning van de digitale piano instelt.
Toewijzen van tonen aan afzonderlijke kanalen
U kunt tonen toewijzen aan kanalen d.m.v. een programmaveranderboodschap die verzonden wordt van een aangesloten MIDI toestel. U kunt de toon niet veranderen die toegewezen is aan elk kanaal van de digitale piano.
OPMERKING
De GRAND PIANO 1 toon wordt automatisch aan alle kanalen toegewezen telkens wanneer u de spanning van de digitale piano instelt.
D-32
430A-F-076A
Page 34
MIDI
Zenden van weergavedata van het melodiegeheugen
U kunt weergavedata van het melodiegeheugen zenden als MIDI data. Het gebruikte zendkanaal hangt af van de instelling van het keyboardkanaal zoals aangegeven inde onderstaande tabel.
Toetsenbord weergave
Hoofdtoondata van het toetsenbord
Gelaagde toondata van het toetsenbord
Splitstoondata van het toetsenbord
Hoofdtoondata binnenin de weergavedata van Spoor A
Gelaagde toondata binnenin de weergavedata van Spoor A
Splitstoondata binnenin de weergavedata van Spoor A
Hoofdtoondata binnenin de weergavedata van Spoor B
Gelaagde toondata binnenin de weergavedata van Spoor B
Splitstoondata binnenin de weergavedata van Spoor B
* Telkens wanneer bij toevoegen van het
keyboardkanaalnummer aan een waarde tussen 1 en 8 een wordt resultaat verkregen dat groter is dan 16, wordt het zendkanaal gebruikt waarvan het nummer gelijk is aan het resultaat van de optelling min 16.
OPMERKING
Eventuele pedaaleffectdata die opgeslagen is in het geheugen wordt uitgeoefend op de weergave van het melodiegeheugen en heeft geen invloed op uw spel op het toetsenbord. Op dezelfde manier worden de pedaalbewerkingen bij de digitale piano enkel uitgeoefend op het toetsenbord zelf en niet op de weergave van het melodiegeheugen.
Keyboardkanaal
Keyboardkanaal
Keyboardkanaal + 1*
Keyboardkanaal + 2*
Keyboardkanaal + 3*
Keyboardkanaal + 4*
Keyboardkanaal + 5*
Keyboardkanaal + 6*
Keyboardkanaal + 7*
Keyboardkanaal + 8*
In- en uitschakelen van de lokale controle
Deze instelling bepaalt in de praktijk of het toetsenbord en de pedalen van de digitale piano aangesloten zijn op de geluidsbron van de digitale piano.
De lokale controle in- en uitschakelen
1
Schakel terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt de lokale controle in en uit door op één van de klaviertoetsen die drukken die in de onderstaande afbeelding te zien zijn.
F
6
(zwarte klaviertoets): Uit
C
4
Er klinkt geen noot wanneer u een klaviertoets aanslaat terwijl u de SETTING toets ingedrukt houdt.
G6: Aan
OPMERKING
Merk op dat er geen geluid geproduceerd wordt via de luidsprekers van de digitale piano als u klaviertoetsen aanslaat op het toetsenbord terwijl de lokale controle uitgeschakeld is.
De lokale controle wordt automatisch ingeschakeld telkens wanneer u de spanning van de digitale piano inschakelt.
MIDI data noten
Dit hoofdstuk geeft de details van de MIDI data die deze digitale piano verzendt en ontvangt. U kunt nadere technische informatie ook vinden in de MIDI data formaat schemas op pagina A-10 en de MIDI Implementation Chart (MIDI implementatiekaart)* aan het einde van de gebruiksaanwijzing.
* De MIDI implementatiekaart is een overzicht in
standaardformaat van hoe data wordt overgezonden tussen de digitale piano en een aangesloten MIDI toestel.
430A-F-077A
Keyboarddata (noot aan, noot uit, nootnummer, snelheid)
De volgende vier typen keyboarddata kunnen worden verzonden en ontvangen.
Data Betekenis
Noot aan Klaviertoets wordt aangeslagen
Noot uit Klaviertoets wordt losgelaten
Nootnummer
Snelheid Uitgeoefende druk
Welke klaviertoets wordt aangeslagen
D-33
Page 35
MIDI
Toonveranderdata (programmaverandering)
Een programmanummer is data die gebruikt wordt voor toonselectie. Programmanummers kunnen handig zijn wanneer u de tonen van deze digitale piano gebruikt om MIDI data weer te gevene die ontvangen was van een externe sequencer of een ander MIDI toestel. Wanneer het programmanummer dat ontvangen wordt van andere toestellen niet in overeenstemming is met één van de ingebouwde tonen van deze digitale piano wordt de toonverandering echter genegeerd en wordt de weergave voortgezet zonder een toonverandering. De volgende tabel toont de programmanummers die ondersteund worden door deze digitale piano.
Zenden Ontvangen
Toonnaam
GRAND PIANO 1 200200
BRIGHT PIANO 20120 1
GRAND PIANO 2 000000
HONKY-TONK 00300 3
ELEC PIANO 1 16 0 4 16 0 4
ELEC PIANO 2 00400 4
HARPSICHORD 00600 6
VIBRAPHONE 0 0 11 0 0 11
PIPE ORGAN 1 0 0 19 0 0 19
PIPE ORGAN 2 24 0 19 24 0 19
STRINGS 1 2 0 49 2 0 49
STRINGS 2 0 0 48 0 0 48
CHOIR 0 0 52 0 0 52
SYNTH-PAD 0 0 88 0 0 88
ACOUSTIC BASS 0 0 32 0 0 32
RIDE ACO BASS 32 0 32 32 0 32
Bankkeuze
MSB LSB
Programma-
nummers
Bankkeuze
MSB LSB
Programma-
nummers
Pedaal- en effectbewerkingsdata (Controleverandering en universeel systeem exclusieve boodschap)
Controleverandering wordt gebruikt om data te zenden en ontvangen m.b.t. het intrappen en loslaten van de demp- en sostenutopedalen en het zachte pedaal, alsmede data m.b.t. de digitale effecten.
D-34
430A-F-078A
Page 36
Oplossen van moeilijkheden
Symptoom
Er wordt geen geluid geproduceerd bij het aanslaan van klaviertoetsen.
Het keyboard is fout gestemd (vals).
Het pedaaleffect blijft uitgeoefend worden terwijl pedalen niet worden ingetrapt.
Er wordt geen geluid geproduceerd bij het weergeven van demonstratiemelodieën
De inhoud van het melodiegeheugen is gewist.
Het melodiegeheugenspoor kan niet worden geselecteerd.
De akkoorden en toonschalen klinken vreemd.
Er wordt geen geluid geproduceerd door de externe MIDI geluidsbron bij aanslaan van de klaviertoetsen van de digitale piano.
Mogelijke oorzaak
1. VOLUME schuifregelaar staat op de MIN stand ingesteld.
2. De hoofdtelefoon is aangesloten op de digitale piano.
3. De lokale controle is uitgeschakeld.
1. Het transponeren is op een andere waarde dan 0 ingesteld.
2. Incorrecte instelling van de toonschaal.
3. De Barok toonhoogte is ingeschakeld.
Er is een probleem met de aansluiting tussen de pedalen en de digitale piano.
1. VOLUME schuifregelaar staat op de MIN stand ingesteld.
2. De hoofdtelefoon is aangesloten op de digitale piano.
De lithium batterij is leeg.
Bij het andere spoor opgenomen data gebruiken alle beschikbare capaciteit van het melodiegeheugen op.
Verkeerd temperament
1. Het basiskanaal van de digitale piano komt niet overeen met het basiskanaal van de MIDI geluidsbron.
2. De instelling van het volume en de expressie van de externe geluidsbron is op 0 ingesteld.
Maatregel
1. Schuif de VOLUME schuiferegelaar in de richting van de MAX stand.
2. Verbreek de aansluiting tussen de hoofdtelefoon en de digitale piano.
3. Schakel de lokale controle in.
1.
Schakel de transponeerinstelling op 0 in of schakel de spanning van de digitale piano eerst uit en vervolgens weer in.
2.
Corrigeer de toonschaalinstelling of schakel de spanning van de digitale piano eerst uit en vervolgens weer in.
3. Schakel de Barok toonhoogte uit of schakel de spanning van de digitale piano eerst uit en vervolgens weer in.
Schakel de spanning van de digitale piano om te controleren dat de pedaalstekker stevig in de pedaalaansluiting van de digitale piano gestoken is.
1. Schuif de VOLUME schuiferegelaar in de richting van de MAX stand.
2. Verbreek de aansluiting tussen de hoofdtelefoon en de digitale piano.
Neem contact op met de CASIO onderhoudswerkplaats voor het vervangen van de lithium batterij.
Wis de data die in het andere spoor opgenomen is.
Zet de temperament instelling terug op gelijk temperament of schakel de spanning eerst uit en vervolgens weer in.
1. Verander de instellingen van het basiskanaal zodat ze overeenkomen.
2. Verander de instelling van het volume en de expressie van de externe geluidsbron naar een geschikte waarde.
Referentie
Pagina D-12
Pagina D-11
Pagina D-33
Pagina D-28
Pagina D-29
Pagina D-31
Pagina D-38
Pagina D-12
Pagina D-11
Pagina D-40
Pagina D-23
Pagina D-29
Pagina D-32
Zie de documentatie die met de externe geluidsbron meegeleverd wordt.
430A-F-079A
D-35
Page 37
Aanwijzingen voor de montage
E
VOORZICHTIG
Om verwondingen te voorkomen dient u in het bijzonder voorzichtig te zijn tijdens het installeren van de poten en de pedalen en wanneer u het keyboard op de standaard monteert.
Bij het monteren van het standaard moet u er op letten dat het schuivende toetsenborddeksel van de digitale piano geheel dicht is. Blijft het deksel namelijk iets open staan dan kunnen uw vingers tussen de digitale piano en het deksel klem raken.
Belangrijk!
Deze standaard dient op een vlakke ondergrond te worden gemonteerd.
Deze standaard wordt niet met de gereedschappen geleverd die nodig zijn om hem in elkaar te zetten. U dient een grote (Phillips) kruiskopschroevedraaier (+) bij te hand hebben voor het monteren.
Afbeelding 1
C
A
B
D
Controleer dat alle onderdelen aangegeven in Afbeelding 1 (A tot en met I) aanwezig zijn.
Alle schroeven bevinden zich in een plastic tas in de kartonnen doos.
×4
×6
F
×1
G
×2
H
×2
I
1
Monteren van de standaard
Zie de Afbeeldingen 3, 4 en 5 terwijl u de standaard in elkaar zet volgens de volgende procedure.
Afbeelding 3
E I
C
I
A
Opstaande zijkant
3
2
1.Maak de opstaande zijkanten A en B vast aan kruisbalk D m.b.v. de vier schroeven E (Afbeelding 3).
Bij het samenvoegen van de twee stukken aangeduid als
2 dienen de metalen stukken 3 aan de binnenkanten van de opstaande zijkanten A en B in de gleuven aan het einde van de kruisbalk te passen D. Let er op dat de metalen stukken zover als mogelijk in de gleuven zitten. Is dit niet het geval dan zullen de metalen stukken 3 en de schroeven E niet goed passen waardoor de schroeven van hun schroefdraad ontdaan kunnen worden.
E
I
D
E
B
Kruisbalk
Afbeelding 2
1
Voordat u begint met het in elkaar zetten van de standaard dient u eerst het klemmetje los te maken op locatie 1 (Afbeelding 2) waar de pedaalkabel uit de achterkant van de kruisbalk D komt.
D-36
430A-F-080A
Page 38
Aanwijzingen voor de montage
7
AB
Afbeelding 4
F
G
I
5
G
4
I
2.Bevestig achterpaneel C aan de beugels 4 en kruisbalk D. Merk op dat het achterpaneel C geïnstalleerd dient te
worden zodat dit zich iaan de voorkant bevindt van de beugels 4 (Afbeelding 4). Bevestig vervolgens het achterpaneel (Afbeeldingen 3 en 4) op zijn plaats d.m.v. de twee schroeven I en de zes schroeven F. Merk op dat u op dit moment ook de klem G moet installeren zoals aangegeven in de afbeelding.
Installeer eerst de bovenste schroeven I aan de linker
en rechter kanten van het achterpaneel C. Merk op dat u de klem G op schroef F op punt 5 dient vast te zetten voordat u de schroef F inschroeft.
Het achterpaneel C dient te rusten op de voeten van de
opstaande zijkanten A en B zoals aangegeven door 6 in de afbeelding. Druk het achterpaneel C tegen kruisbalk D terwijl u de schroeven D terwijl u de schroeven I installeert.
(Achterkant)
C
F
I
6
Belangrijk!
Zorg ervoor de hoogte-instelschroef 7 aan te draaien
en de hierboven procedure voor het afstellen uit te voeren voordat u op de pedalen trapt. Doet u dat namelijk niet dan kan dat tot gevolg hebben dat u schade toebrengt aan de kruisbalk D.
2
Monteren van het keyboard op
de standaard
VOORZICHTIG
Let erop dat uw vingers niet beklemd raken tussen het keyboard en de standaard!
Afbeelding 6
8
Let erop dat u het keyboard stevig op de standaard verankerd d.m.v. de vleugelmoeren H (Afbeelding 6).
Schuif de schroeven aan de onderkant van het keyboard in de gleuven in de twee hoekbeugels 8. Maak vervolgens het keyboard stevig vast op de standaard d.m.v. de twee vleugelmoeren H (Afbeelding 7).
8
H
H
Afbeelding 5
3.Draai hoogte-instelschroef 7 rond totdat deze kruisbalk D ondersteunt waardoor de kruisbalk niet gaat buigen wanneer u op de pedalen trapt (Afbeelding 5).
430A-F-081A
Afbeelding 7
Achterkant
8
Voorkant
De vleugelmoeren voorkomen dat het keyboard van de standaard valt. Let er op dat u het keyboard altijd goed vastmaakt met de vleugelmoeren.
H
D-37
Page 39
Aanwijzingen voor de montage
3
Aansluiten van het pedaal
Afbeelding 8
Klem
Pedaalplug
Plaats de pedaalplug zoals aangegeven in Afbeelding 8 en steek hem in de pedaalaansluiting aan de onderkant van de digitale piano. Bevestig de pedaalkabel aan de standaard m.b.v. de klemmen (Afbeelding 8).
4
Aansluiten van de voeding
Afbeelding 9
VOORZICHTIG
De schroeven die u gebruikt om de standaard in elkaar te zetten kunnen na verloop van tijd los raken door veranderingen in de temperatuur en vochtigheid of door trillingen veroorzaakt tijdens normaal gebruik, enz. Controleer van tijd tot tijd dat de schroeven die gebruikt worden voor het in elkaar zetten van de standaard en de vleugelmoeren die gebruikt worden om de standaard en de digitale piano vast te maken, nog steeds vastzitten en draai ze zonodig aan.
Stopcontact
Gebruik om de digitale piano van stroom te voorzien een stopcontact waar u gemakkelijk bij kan om de stekker van het netsnoer in te steken en er uit te trekken.
Aanbrengen van de partituurstandaard
Installeer de muziekbladstandaard door de pennen in de gaten aan de bovenkant van de piano te steken.
Netsnoer
Stopcontact
1.Controleer dat de POWER toets van de digitale piano zich in de OFF (uit) stand bevindt. Mocht hij in de ON (aan) stand staan, zet hem dan in de OFF stand.
2. Bevestig het netsnoer dat met de digitale piano meegeleverd is aan de onderkant van de digitale piano.*
3.Steek de netsnoer stekker van de digitale piano in een stopcontact (Afbeelding 9).
* Is van toepassing op model AP-45V.
Belangrijk!
De vormen van het netsnoer van de digitale piano en het stopcontact kunnen afwijken afhankelijk van het land of het gebied. De afbeeldingen dienen enkel als voorbeeld.
Bij model AP-45 zit het netsnoer vast aan de onderkant van het instrument.
D-38
430A-F-082A
Page 40
Technische gegevens
Alle items in deze technische gegevens zijn van toepassin op modellen AP-45 en AP-45V tenzij specifiek anders vermeld.
Modellen: AP-45/AP-45V
Toetsenbord: 88 klaviertoetsen (met aanslagvolume)
Polyfonie: 64 noten, maximaal
Tonen: 16
Digitale effecten: Nagalm (8 typen), zweving (8 typen), helderheid
Demonstratiemelodieën: Aantal melodieën: 16
Melodiegeheugen: Bewerkingen: realtime opname en weergave
Muziekbibliotheek: Aantal melodieën: 50
Pedalen: Dempen, zacht en sostenuto
Overige functies: Metronoom: maatslag (6 typen), tempo ( = 30 – 255)
MIDI: Ontvangst van 16 meervoudige klankkleuren
Ingang/uitgang: Hoofdtelefoon: stereo standaard aansluiting × 2
Luidsprekers: 16cm × 2, 5cm × 2 (uitgangsvermogen 20 W + 20 W)
Stroomvoorziening: AP-45: 120V
Stroomverbruik: AP-45: 60W
Afmetingen:
Gewicht: Digitale piano (zonder standaard): ca. 34,0 kg
Lagen: instelbaar volume
Splitsing: splitspunt, instelbaar volume
Weergave: herhaling (alle melodieën, één melodie)
Aantal sporen: 2 (Spoor A, Spoor B)
Capaciteit: Ca. 8000 noten (2 sporen in het totaal)
Geheugenondersteuning: ingebouwde lithium batterij (levensduur: ca. 5 jaar)
Weergave: herhalen van alle melodieën of één specifieke melodie
Onderdeel uit: L, R
Toetsaanslag: 3 typen, uit
Transponeren: 1 octaaf (F tot en met C tot en met F)
Toonschaal: A4 = 440,0 Hz ±50 cent (instelbaar)
Temperament: 7 typen
Barok toonhoogte
Lijnuitgang (LINE OUT R, L/MONO) : Standaardaansluitingen × 2
MIDI uitgang (OUT)/ ingang (IN)
AP-45V: 220-240V
AP-45V: 60W
Digitale piano (zonder standaard):
Digitale piano: 137,9 × 44,8 × 83,8 cm
Digitale piano: ca. 46,0 kg
Uitgangsimpedantie: 1,1 K Uitgangsspanning: 1,3 V (RMS) MAX
136,9 × 43,9 × 23,0 cm
• Ontwerp en technische gegevens onder voorbehoud.
• Model AP-45 heeft een hardgesoldeerd netsnoer.
• Model AP-45V heeft een afneembaar netsnoer.
430A-F-083A
D-39
Page 41
Voorzorgsmaatregelen bij de bediening
Plaatsing van het toestel
Vermijd de volgende plaatsen.
Plaatsen die bloostaan aan het directe zonlicht en een hoge vochtigheid.
Plaatsen die blootstaan aan bijzonder lage temperaturen.
Bij een radio, televisietoestel, videodeck of tuner (het toestel
kan storing veroorzaken bij audio- en videosignalen.
Onderhoud van het toestel
Gebruik nooit benzeen, alcohol, verdunner of andere soortgelijke chemicaliën om de buitenkant van het toestel te reinigen.
Om het keyboard te reinigen, gebruik een zachte doek bevochtigd met een neutraal schoonmiddel verdund met water. Wring het te veel aan vocht uit het doek voordat u het toestel afveegt.
Lithium batterij
Dit toestel is uitgevoerd met een lithium batterij om in stroom te voorzien die nodig is om de inhoud van het geheugen te behouden terwijl de spanning van het toestel uitgeschakeld is. Mocht de lithium batterij leeg raken dan gaat de gehele inhoud van het geheugen verloren wanneer u de spanning van het toestel uitschakelt. De normale levensduur van de lithium batterij is ongeveer vijf jaar vanaf het moment dat de batterij geïnstalleerd werd. Vergeet niet van tijd tot tijd contact op te nemen met de winkel of met een erkend onderhoudswerkplaats om de lithium batterij te laten vervangen. Merk op dat u kosten in rekening worden gebracht voor het vervangen van de lithium batterij.
U kunt lijnen ontdekken aan de buitenkant van dit product. Deze lijnen zijn het resultaat van het gietproces dat gebruikt wordt voor het vormen van de plastic buitenkant. Deze lijnen zijn geen breuken in het plastic en zijn geen reden voor ongerustheid.
OPMERKING
Het is verboden om deze gebruiksaanwijzing in zijn geheel of gedeeltelijk te reproduceren zonder toestemming. Alle rechten voorbehouden.
CASIO COMPUTER CO., LTD. kan niet verantwoordelijk gehouden worden voor schade of verliezen door derden door het gebruik van dit product of deze gebruiksaanwijzing.
De inhoud van deze gebruiksaanwijzing is onder voorbehoud en kan zonder berichtgeving worden gewijzigd.
Merk op dat CASIO COMPUTER CO., LTD. niet verantwoordelijk gehouden kan worden voor verliezen door u of door derden door het vernietigen of het verlies van data veroorzaakt door verkeerd functioneren of door het repararen van deze digitale piano of door het vervangen van de batterij.
D-40
430A-F-084A
Page 42
Appendice/Appendix/Appendice
Réglages initiaux à la mise sous tension
Ce tableau montre les réglages initiaux du piano numérique à sa mise sous tension.
Paramètre Réglage
Sonorité GRAND PIANO 1
Effet numérique Réverb Hall 1 (GRAND PIANO 1)
Chorus Hors service (GRAND PIANO 1)
Superposition de sonorités Hors service (Volume de la sonorité superposée : 72)
Partage du clavier Hors service (Volume de la sonorité secondaire : 127)
Point de partage : B3
Métronome Volume 2
Tempo 120
Temps 4
Piste de lecture Piste enregistrée
Sensibilité au toucher Normale
Transposition Do
Accordage A4 = 440,0 Hz
Tempérament Tempérament égal, Fondamentale Do
Registre baroque Hors service
Bibliothèque musicale Hors service
Numéro de morceau 1
Partie G En service
Partie D En service
MIDI Canal du clavier Canal 1
Contrôle local En service
Sonorité associée à chaque canal GRAND PIANO 1
430A-F-127A
A-1
Page 43
Appendice/Appendix/Appendice
Oorspronkelijke instellingen bij inschakelen van de spanning
De onderstaande tabel toont de oorspronkelijke instellingen van de digitale piano telkens wanneer de spanning ingeschakeld wordt.
Item Instelling
Toon GRAND PIANO 1
Digitaal effect Nagalm Hall 1 (zaal 1, GRAND PIANO 1)
Zweving Uit (GRAND PIANO 1)
Laag Uit (laagvolume: 72)
Splitsing Uit (splitsingvolume: 127),
Splitspunt: B3
Metronoom Volume 2
Tempo 120
Maatslag 4
Weergavespoor Opgenomen spoor
Toetsaanslag Normaal
Transponeren C
Toonschaal (stemmen) A4 = 440,0Hz
Temperament Gelijk temperament, grondtoon C
Barok toonhoogte Uit
Muziekbibliotheek Uit
Melodienummer 1
Onderdeel L Aan
Onderdeel R Aan
MIDI Keyboardkanaal Kanaal 1
Lokale controle Aan
Aan elk kanaal toegewezen toon GRAND PIANO 1
A-2
430A-F-128A
Page 44
Appendice/Appendix/Appendice
Morceaux de la bibliothèque musicale/Muziekbibliotheekmelodieën/ Brani della Biblioteca musicale
Numéro de
morceau/
Melodienummer/
Numero di brano
1
2 3 4
5
6 7 8 9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22 23
Nom de morceau/
Melodienaam/
Titolo del brano
Klavierbüchlein für Anna Magdalena Bach Menuet Invention No.1 Invention No.8 Invention No.13 Wohltemperierte Klavier I Praeludium 1 Goldberg-Variationen Aria Goldberg-Variationen Var.30 Sonata K.545 1st Mov. Sonata K.331 1st Mov. Theme Sonata K.331 3rd Mov. Turkish March Variations on Ah, Vous DiRai-je, Maman K.265 Sonatina Op.36 No.1 1st Mov. Sonata Op.13 Pathétique 1st Mov. Sonata Op.13 Pathétique 2nd Mov. Sonata Op.13 Pathétique 3rd Mov. Sonata Op.27 No.2 Moonlight 1st Mov. Sonata Op.31 No.2 “Tempest 3rd Mov. Für Elise Moments Musicaux Op.94 No.3 Impromptu Op.142 No.3 Thema Marche Militaire No.1 (Duets) Nocturne Op.9 No.2 Fantaisie-Impromptu Op.66
Compositeur/
Componist/
Compositore
J.S.Bach
J.S.Bach J.S.Bach J.S.Bach
J.S.Bach
J.S.Bach
J.S.Bach W.A.Mozart W.A.Mozart
W.A.Mozart
W.A.Mozart
M.Clementi
L.v.Beethoven
L.v.Beethoven
L.v.Beethoven
L.v.Beethoven
L.v.Beethoven
L.v.Beethoven
F.P.Schubert
F.P.Schubert
F.P.Schubert
F.F.Chopin F.F.Chopin
Numéro de
morceau/
Melodienummer/
Numero di brano
24
25
26
27
28
29 30
31
32 33 34 35 36 37
38
39 40
41
42 43 44 45 46 47 48 49 50
Nom de morceau/
Melodienaam/
Titolo del brano
Etude Op.10 No.3 Chanson de ladieu Etude Op.10 No.5 Black Keys Etude Op.10 No.12 Revolutionary Prelude Op.28 No.7 Valse Op.64 No.1 Petit Chien Valse Op.64 No.2 Fröhlicher Landmann Von fremden Ländern und Menschen Träumerei Arabesque La Chevaleresque La Prière dune Vierge Liebesträume No.3 Blumenlied Hungarian Dances No.5 (Duets) Rhapsodie No.2 Waltz Op.39 No.15 (Duets) Promenade From Tableaux dune Exposition Berceuse (Duets) Passepied La Fille aux Cheveux de Lin Arabesque No.1 The Entertainer Maple Leaf Rag Gymnopédies No.1 Gnossiennes No.1 Je Te Veux
Compositeur/
Componist/
Compositore
F.F.Chopin
F.F.Chopin
F.F.Chopin
F.F.Chopin
F.F.Chopin
F.F.Chopin
R.Schumann
R.Schumann
R.Schumann F.Burgmüller F.Burgmüller
T.Badarzewska
F.Liszt
G.Lange
J.Brahms
J.Brahms J.Brahms
M.Mussorgsky
G.Fauré C.A.Debussy C.A.Debussy C.A.Debussy
S.Joplin
S.Joplin
E.Satie E.Satie E.Satie
A-4
430A-F-130A
Page 45
MIDI dataformaat
BnH 07H vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Kanaalvolume
Formaat
Controleverandering
Bankkeuze
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
vv ........ Volume= 00H tot en met 7FH
Pan
Formaat
BnH 00H mmH (bankkeuze MSB)
en met kanaal 16)
BnH 20H llH (bankkeuze LSB)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
mm ..... Banknummer MSB = 00H
BnH 0AH vvH
en met kanaal 16)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
7FH (rechts)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Pan = 00H (links) tot en met 40H (midden) tot en met
Expressiecontroller
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
BnH 0BH vvH
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
BnH 01H vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
ll .......... Banknummer LSB = 00H
Er wordt een bankkeuzeboodschap verzonden op hetzelfde
moment dat u een toon selecteert op het instrument.
Zenden
Modulatieregelaar
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Modulatiediepte = 00H tot en met 7FH
BnH 40H vvH
en met kanaal 16)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
vv ........ Expressie = 00H tot en met 7FH
Hold 1 (aanhouden 1) (demppedaal 1)
Formaat
Herkenning
Uit, 40H tot en met 7FH: Aan)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Aanhouden 1 = 00H tot en met 7FH (00H tot en met 3FH:
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Zenden
BnH 05H vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Portamentotijd
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Portamentotijd = 00H tot en met 7FH
Data invoer
BnH 06H mmH (data invoer MSB)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
BnH 41H vvH
en met kanaal 16)
en met kanaal 16)
vv ........ Aanhouden 1 = 00H, 7FH (00H: Uit, 7FH: Aan)
BnH 26H llH (data invoer LSB)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Portamento
Formaat
en met kanaal 16)
mm ..... Data invoer MSB waarde voor de parameter die
Herkenning
geselecteerd wordt door RPN en NRPN
geselecteerd wordt door RPN en NRPN
ll .......... Data invoer LSB waarde voor de parameter die
Uit, 7FH: Aan)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Aanhouden 1 = 00H tot en met 7FH (00H tot en met 7FH:
8nH kkH vvH
9nH kkH 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Nootboodschappen
Met aangeduide items zijn enkel voor ontvangst.
Kanaalboodschappen
A-10
Noot uit
Herkenning
Formaat
8nH kkH vvH
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
kk ........ Nootnummer = 00H tot en met 7FH
vv ........ Noot-uit snelheid = 00H tot en met 7FH
De waarde van de noot-uit snelheid wordt genegeerd.
Opmerkingen
Zenden
Formaat
en met kanaal 16)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
kk ........ Nootnummer = 15H tot en met 6CH
vv ........ Noot-uit snelheid = 40H
Noot aan
Herkenning
Formaat
9nH kkH vvH
en met kanaal 16)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
kk ........ Nootnummer = 00H tot en met 7FH
vv ........ Noot-aan snelheid = 00H tot en met 7FH
Zenden
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
9nH kkH vvH
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
kk ........ Nootnummer = 15H tot en met 6CH
430A-F-136A
vv ........ Noot-aan snelheid = 01 tot en met 7FH
Page 46
BnH 63H pmH (MSB)
BnH 62H plH (LSB)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
NRPN (niet-geregistreerde parameternummers)
Formaat
en met kanaal 16)
gedefinieerd zijn kunnen ook ontvangen worden, maar
navolgende data invoerwaarden na de ongedefinieerde NRPN
boodschappen worden genegeerd.
en de van toepassing zijnde instellingen voor de
controleparameters gemaakt zijn wordt de waarde ingesteld
door ontvangst van de MSB boodschap van de navolgende
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
pm ...... MSB van NRPN
pl ......... LSB van NRPN
NRPN boodschappen die niet door het instrument
Herkenning
Nadat de NRPN MSB en LSB boodschappen zijn ontvangen
data invoer. De data invoer LSB wordt genegeerd.
NRPN MSB = 01H
NRPN LSB = 08H
Data invoer MSB = mmH
Vibratosnelheid
MIDI dataformaat
(–64 tot en met 0 tot en met +63)
mm .... Vibratosnelheid = 00H tot en met 40H tot en met 7FH
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de vibratosnelheid veranderd naar de
waarde van de vibratosnelheid die correspondeert aan de data
invoer MSB van de ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering
Herkenning
plaats als de waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
NRPN MSB = 01H
Vibratodiepte
(–64 tot en met 0 tot en met +63)
NRPN LSB = 09H
Data invoer MSB = mmH
mm .... Vibratodiepte = 00H tot en met 40H tot en met 7FH
Herkenning
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de vibratodiepte veranderd naar de
waarde die correspondeert aan de data invoer MSB van de
ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering plaats als de
waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
Aanslagtijd
Sostenuto
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
BnH 49H vvH
BnH 42H vvH
en met 16)
n .......... Stemkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanalen 1 tot
vv ........ AMP aanslagtijd = 00H tot en met 7FH
Helderheid
en met kanaal 16)
Uit, 40H tot en met 7FH: Aan)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Sostenuto = 00H tot en met 7FH (00H tot en met 3FH:
Herkenning
Zenden
BnH 4AH vvH
en met kanaal 16)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Filter afkapfrequentie = 00H tot en met 7FH
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Sostenuto = 00H, 7FH (00H: Uit, 7FH: Aan)
Zacht pedaal
Portamentocontrole
Formaat
BnH 43H vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Formaat
Herkenning
BnH 54H kkH
en met kanaal 16)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
kk ........ Bronnootnummer = 00H tot en met 7FH
Effect 1 diepte (nagalm zendniveau)
en met kanaal 16)
40H tot en met 7FH: Aan)
en met kanaal 16)
vv ........ Zacht = 00H tot en met 7FH (00H tot en met 3FH: Uit,
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Zacht= 00H, 7FH (00H: Uit, 7FH: Aan)
Zenden
BnH 5BH vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Resonantie
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Nagalm zendniveau = 00H tot en met 7FH
BnH 47H vvH
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
BnH 5DH vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Effect 3 diepte (zweving zendniveau)
Formaat
vv ........ Filterresonantie = 00H tot en met 7FH
Loslaattijd
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Zweving zendniveau = 00H tot en met 7FH
BnH 48H vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ AMP aanslagtijd = 00H tot en met 7FH
430A-F-137A
A-11
Page 47
MIDI dataformaat
–100 tot en met 0 tot en met +99,99 cent)
(0 tot en met 24 halve tonen)
RPN MSB = 00H
RPN LSB = 00H
Data invoer MSB = mmH
mm .... Toonhoogtebuiging gevoeligheid = 00H tot en met 18H
Toonhoogtebuiging gevoeligheid
NRPN MSB = 01H
NRPN LSB = 64H
Data invoer MSB = mmH
mm .... Filter/versterkerkromme afzwaktijd = 00H tot en met 40H
Filter/versterkerkromme afzwaktijd
De data invoer LSB wordt altijd genegeerd.
Herkenning
Hoofd fijnstemmen
–64 tot en met 0 tot en met +63)
tot en met 7FH (
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de filter/versterkerkromme afzwaktijd
veranderd naar de waarde die correspondeert aan de data invoer
Herkenning
met 7FH 7FH (
RPN MSB = 00H
RPN LSB = 01H
Data invoer MSB = mmH
Data invoer LSB = llH
mm ll .... Hoofd fijnstemmen = 00 00H tot en met 40H 00H tot en
MSB van de ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering
plaats als de waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
NRPN MSB = 01H
NRPN LSB = 66H
Data invoer MSB = mmH
Filter/versterkerkromme loslaattijd
RPN MSB = 00H
RPN LSB = 02H
Hoofd ruwweg stemmen
–64 tot en met 0 tot en met +63)
tot en met 7FH (
mm .... Filter/versterkerkromme loslaattijd = 00H tot en met 40H
Herkenning
58H (–24 tot en met 0 tot en met +24 cent)
Data invoer MSB = mmH
mm .... Hoofd ruwweg stemmen = 28 tot en met 40H tot en met
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de filter/versterkerkromme loslaattijd
veranderd naar de waarde die correspondeert aan de data invoer
De data invoer LSB wordt altijd genegeerd.
Herkenning
RPN nul
MSB van de ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering
plaats als de waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
RPN (geregistreerde parameternummers)
Formaat
RPN MSB = 7FH
RPN LSB = 7FH
Herkenning
BnH 65H qmH (MSB)
BnH 64H qlH (LSB)
Byte 1 Byte 2 Byte 3
CnH ppH
Byte 1 Byte 2
pp .......Programmanummer = 00H tot en met 7FH
Programmaveranderboodschappen worden verzonden wanneer
Nadat een RPN null eenmaal verzonden is, worden alle data invoer
MSBs en LSBs genegeerd totdat een andere RPN boodschap
ontvangen anders dan een RPN nul of een NRPN boodschap.
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
qm ....... MSB van RPN
ql ......... LSB van RPN
Programmaverandering
Formaat
zijn kunnen ook ontvangen worden, maar navolgende data
invoerwaarden na de ongedefinieerde RPN boodschappen
worden genegeerd.
en de van toepassing zijnde instellingen voor de
controleparameters gemaakt zijn wordt de waarde ingesteld
door ontvangst van de MSB boodschap van de navolgende
RPN boodschappen die niet door het instrument gedefinieerd
Herkenning
Nadat de MSB en LSB van RPN boodschappen zijn ontvangen
data invoer. De data invoer LSB wordt genegeerd.
u een toon selecteert op het instrument.
Zenden
Een RPN wordt verzonden telkens wanneer een bewerking
uitgevoerd wordt die de parameters die aan de RPN is
Zenden
toegewezen verandert.
NRPN MSB = 01H
NRPN LSB = 0AH
Data invoer MSB = mmH
Vibratovertraging
A-12
(–64 tot en met 0 tot en met +63)
mm .... Vibratovertraging = 00H tot en met 40H tot en met 7FH
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de vibratovertraging veranderd naar
de waarde die correspondeert aan de data invoer MSB van de
ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering plaats als de
waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
NRPN MSB = 01H
Herkenning
Filter afkapfrequentie
7FH (–64 tot en met 0 tot en met +63)
NRPN LSB = 20H
Data invoer MSB = mmH
mm .... Filter afkapfrequentie = 00H tot en met 40H tot en met
Herkenning
(–64 tot en met 0 tot en met +63)
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de filter afkapfrequentie veranderd
naar de waarde die correspondeert aan de data invoer MSB van
de ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering plaats als
de waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
NRPN MSB = 01H
NRPN LSB = 21H
Data invoer MSB = mmH
mm .... Filterresonantie = 00H tot en met 40H tot en met 7FH
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de filterresonantie veranderd naar
de waarde die correspondeert aan de data invoer MSB van de
Filterresonantie
Herkenning
–64 tot en met 0 tot en met +63)
40H tot en met 7FH (
ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering plaats als de
waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
NRPN MSB = 01H
NRPN LSB = 63H
Data invoer MSB = mmH
mm .... Filter/versterkerkromme aanslagtijd = 00H tot en met
Wanneer het instrument deze boodschap ontvangt wordt de
vooringestelde waarde van de filter/versterkerkromme aanslagtijd
veranderd naar de waarde die correspondeert aan de data invoer
MSB van de ontvangen boodschap. Er vindt geen verandering
plaats als de waarde van de data invoer MSB 40H(0) is.
Filter/versterkerkromme aanslagtijd
Herkenning
430A-F-138A
Page 48
MIDI dataformaat
BnH 7DH 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Omni functie aan
Formaat
Bij ontvangst van de Alle controllers terugstellen boodschap
worden de volgende controllers teruggesteld (reset).
Herkenning
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Naam van controller Terugstelwaarde (reset)
Modulatieregelaar vvH = 00H
Expressiecontroller vvH = 7FH
Aanhouden 1 (Hold 1) vvH = 00H
BnH 7EH vvH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Bij ontvangst van een Omni functie aan boodschap wordt de
instrument Omni functie ingeschakeld. Bij ontvangst van een
Omni functie aan boodschap wordt deze behandeld als een alle
noten uit boodschap.
Herkenning
Portomento vvH = 00H
Sostenuto vvH = 00H
Zacht (soft) vvH = 00H
Mono functie aan
Formaat
llH mmH = 00H 40H
NRPN msb = 7FH, lsb = 7FH
RPN msb = 7FH, lsb = 7FH
Toonhoogtebuiging verandering
Alle noten uit
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
vv ........ Nummer van monofunctiekanalen = 00H tot en met 10H
Herkenning
BnH 7BH 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Herkenning
BnH 7FH 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Bij ontvangst van een mono functie aan boodschap wordt de
instrument mono functie niet ingeschakeld. Bij ontvangst van
een mono functie aan boodschap wordt deze behandeld als een
alle noten uit boodschap.
Polyfunctie aan
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Bij ontvangst van een polyfunctie aan boodschap door dit
instrument worden kanaal n tot en met functie 3 ingesteld en
wordt verwerkt alsof een alle noten uit boodschap ontvangen
Ontvangst
BnH 7CH 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Bij ontvangst van de alle noten uit boodschap worden alle tonen
gedempt die via de MIDI kanalen worden weergegeven.
Als aanhouden 1 (hold 1) of Sostenuto is ingeschakeld bij
ontvangst van de alle noten uit boodschap worden noten
aangehouden in overeenkomst met de corresponderende
bewerking van het pedaal.
Deze boodschap wordt verzonden wanneer de CONTROL toets
ingedrukt wordt en wanneer de weergave van het
melodiegeheugen gestopt wordt.
Zenden
Omni functie uit
Formaat
was.
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
Bij ontvangst van een Omni functie uit boodschap wordt de
instrument Omni functie niet ingeschakeld. Bij ontvangst van
een Omni functie aan boodschap wordt deze behandeld als een
alle noten uit boodschap.
Herkenning
EnH llH mmH
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Toonhoogtebuiging verandering
Formaat
430A-F-139A
en met kanaal 16)
Toonhoogtebuiging verandering LSB = 00H tot en met 7FH
Toonhoogtebuiging verandering MSB = 00H tot en met 7FH
00H 40H bij de midden toonhoogte en 7FH 7FH bij de hoogste
toonhoogte.
n ......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
ll .........
De waarde llH mmH is 00H 00H bij de laagste toonhoogte,
mm ....
Herkenning
te vormen om een toonhoogtebuiging verandering boodschap
U moet de LSB en MSB samen instellen om een 14-bit waarde
BnH 78H 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
te maken die door het instrument herkend kan worden.
Kanaalfunctie boodschap
Alle geluid uit
Formaat
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
en met kanaal 16)
Bij ontvangst van deze boodschap worden onmiddellijk alle
tonen gedempt die via de MIDI kanalen worden weergegeven.
Herkenning
BnH 79H 00H
Byte 1 Byte 2 Byte 3
Alle controllers terugstellen
Formaat
en met kanaal 16)
n .......... Spraakkanaalnummer = 0H tot en met FH (kanaal 1 tot
A-13
Page 49
MIDI dataformaat
= 1: Chorus2 (zweving 2)
= 2: Chorus3 (zweving 3)
= 3: Chorus4 (zweving 4)
= 4: F-backChorus (achtergrondzweving)
= 5: Flanger
= 6: Short Delay (korte vertraging)
F0 7F 7F 04 05 01 01 01 01 02 pp vv F7
Zwevingtype
Formaat
Zwevingtype
pp = 0;
vv = 0: Chorus1 (zweving 1)
= 7: Short DelayFB (korte vertraging FB)
F0H 7EH 7FH 09H 01H F7H
Universeel systeem exclusieve
Systeemboodschappen
boodschap
GM systeem aan
Formaat
Deze boodschap kan niet worden verzonden.
Zenden
A-14
Deze boodschap wordt verzonden wanneer een
zwevingschakelbewerking of een ander zwevingtype
instelbewerking wordt uitgevoerd.
Bij ontvangst van deze boodschap wordt het zwevingtype
ingesteld.
Zenden
Nagalmtype
F0 7F 7F 04 05 01 01 01 01 01 pp vv F7
Formaat
Ontvangst
pp = 0;
Nagalmtype
= 1: Room2 (kamer 2)
= 2: Room3 (kamer 3)
= 3: Hall1 (zaal 1)
= 4: Hall2 (zaal 2)
vv = 0: Room1 (kamer 1)
= 6: Delay (vertraging)
= 7: Pan Delay (panvertraging)
= 8: Stage (podium)
Deze boodschap wordt verzonden wanneer een
Zenden
nagalmschakelbewerking of een ander nagalmtype
instelbewerking wordt uitgevoerd.
Bij ontvangst van deze boodschap wordt het nagalmtype
ingesteld.
Ontvangst
430A-F-140A
Page 50
Version: 1.0
Remarks
** = sans relation
** = geen relatie
** = nessuna relazione
Bank select
Modulation
Portamento Time
Data entry
Volume
Pan
Expression
Damper
Portamento
Sostenuto
Soft
Resonance
1-16
1-16
Recognized
1
1-16
Transmitted
Function ...
X
Mode 3
X
Mode 3
Default
0-127
0-127
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
21-108
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
Altered
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
9nH V = 1-127 O
9nH V = 0,8nH V=** X
8nH V = 64
9nH V = 1-127
X
O
Note OFF
AP-45 MIDI Implementation Chart
X
X
O
X
X
X
O
O
X
O
1
0,32
O
X
5
*1 O
O
*1
X
O
7
6.38
O
X
10
O
X
11
O
O
64
O
X
65
O
O
66
O
O
67
O
X
71
Model
Basic Default
Channel Changed
Mode Messages
Note
Number True voice
Velocity Note ON
After Key’s
Touch Ch’s
Pitch Bender
Control
Change
430A-F-146A
Page 51
Release Time
Attack Time
Portamento Control
Brightness
Reverb send
Chorus send
NRPN LSB, MSB
O
O
O
O
O
O
O
RPN LSB, MSB
All sound off
Reset all controller
O
O
O
O
*2
: Yes
à del vibrato,
i decadimento
ter/AMP kromme-
attaque de lenveloppe du
à alterazione altezza, velocit
é du pitch bend, du niveau de vibrato, de la
ésonance du filtre, du temps d
âchement de lenveloppe du filtre/AMP.
X
X
X
X
X
O
X
X
O
O
éception du RPN Nul, de la sensibilit
: No X
O
X
72
X
73
X
74
X
84
O
91
O
93
X
X
O
120
98,99
100,101
X
121
X
O
O
X
❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊❊
Program
Change :True #
System Exclusive
System : Song Pos
Common : Song Sel
X
: Tune
X
X
System : Clock
Real Time : Commands
équence de coupure du filtre, de la r
accord grossier, et r
X
X
X
O
profondeur de vibrato, du retard de vibrato, de la fr
Envoi et la réception de laccord fin et de l
*1:
: All notes OFF
: Reset
Aux : Local ON/OFF
Messages : Active Sense
Remarks
enveloppe du filtre/AMP et du temps de rel
’évanouissement de l
filtre/AMP, du temps d
*1 : Fijnstemmen en grofweg stemmen ontvangen en zenden van toon, en ontvangst van RPN nul, toonhoogte demonstratie gevoeligheid,
à la page F-34.
éros de programmes
vibratosnelheid, vibratodiepte, vibratovertraging, filter afkapfrequentie, filterresonantie, filter/AMP kromme-aanslagtijd, fil
afzwaktijd en filter/AMP kromme-loslaattijd.
profondità del vibrato, ritardo del vibrato, frequenza di taglio filtro, risonanza filtro, tempo di attacco inviluppo filtro/AMP, tempo d
inviluppo filtro/AMP e tempo di rilascio inviluppo filtro/AMP.
*2 : Zie de programmanummertabel op pagina D-34.
*1 : Invio/ricevimento intonazione precisa e intonazione approssimativa, e ricevimenti nullo RPN, sensibilit
*2 : Consultare la tabella dei numeri di programma a pagina I-34.
*2 : Voir le tableau de num
Mode 1 : OMNI ON, POLY Mode 2 : OMNI ON, MONO
Mode 3 : OMNI OFF, POLY Mode 4 : OMNI OFF, MONO
430A-F-147A
Page 52
Ce sigle signifie que l’emballage est conforme à la législation allemande en matière de protection de l’environnement.
Dit kringloopteken geeft aan dat de verpakking voldoet aan de wetgeving betreffende milieubescherming in Duitsland.
Questo marchio di riciclaggio indica che la confezione è conforme alla legislazione tedesca sulla protezione dell'ambiente.
CASIO COMPUTER CO.,LTD.
6-2, Hon-machi 1-chome
Shibuya-ku, Tokyo 151-8543, Japan
MA0703-B AP45FDI1B
Loading...