Controleer, voordat u de camera in gebruik neemt, of de verpakking
de onderstaande onderdelen bevat.
Indien er iets ontbreekt, kunt u contact opnemen met uw leverancier.
=
Batterij
NB-13L*
Polsriem
2).
Camera
Batterijlader
CB-2LH/CB-2LHE
* Verwijder het stickerlabel niet van een batterij.
● De verpakking bevat ook gedrukt materiaal.
● Een geheugenkaart is niet bijgesloten (
Compatibele geheugenkaarten
De volgende geheugenkaarten (afzonderlijk verkrijgbaar) kunnen,
ongeacht de capaciteit, worden gebruikt.
● SD-geheugenkaarten*
● SDHC-geheugenkaarten*1*
● SDXC-geheugenkaarten*1*
*1 Kaarten die voldoen aan de SD-normen. Niet voor alle geheugenkaarten
is de werking in deze camera geverieerd.
*2 UHS-I-geheugenkaarten worden ook ondersteund.
1
2
2
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
2
Page 3
Opmerkingen vooraf en wettelijke
informatie
● Maak enkele proefopnamen en bekijk deze om te controleren of de
beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen
van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn
niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit
uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief
kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt
of niet kan worden gelezen door apparaten.
● Onder copyrightwetgeving in uw land is het mogelijk verboden
uw opgenomen beelden of muziek en beelden met muziek waarop
copyright rust op de geheugenkaart voor iets anders dan privégebruik
te gebruiken. Zie af van het onbevoegd maken van opnamen dat een
overtreding is van het auteursrecht, en denk eraan dat, ook al is de
opname gemaakt voor persoonlijk gebruik, het fotograferen in strijd
kan zijn met het auteursrecht of andere wettelijke rechten op bepaalde
voorstellingen of tentoonstellingen, of in bepaalde commerciële
omstandigheden.
● Meer informatie over de garantie voor uw camera of de Canon
Klantenservice vindt u in de garantie-informatie in het pakket
met het instructieboekje dat bij uw camera wordt geleverd.
● Hoewel het scherm (de monitor) onder productieomstandigheden voor
uitzonderlijk hoge precisie is vervaardigd en meer dan 99,99% van de
pixels voldoet aan de ontwerpspecicaties, kunnen pixels in zeldzame
gevallen gebreken vertonen, of als rode en zwarte punten zichtbaar
zijn. Dit is geen teken van beschadiging van de camera en heeft geen
invloed op de opgenomen beelden.
● De camera kan warm worden als deze gedurende langere tijd wordt
gebruikt. Dit is geen teken van beschadiging.
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt
● In deze handleiding worden pictogrammen gebruikt om de
bijbehorende cameraknoppen en controleknoppen, waarop de
pictogrammen zijn afgebeeld of die er op lijken, aan te duiden.
● De onderstaande cameraknoppen en bedieningselementen
worden met de volgende pictogrammen aangeduid: Getallen
tussen haakjes geven de nummers aan van de overeenkomstige
bedieningselementen in “Onderdeelnamen” (
[ ] Ring (10) aan de voorkant
● Opnamestanden en pictogrammen en tekst op het scherm worden
tussen haakjes weergegeven.
: Wat u beslist moet weten
●
: Opmerkingen en tips voor deskundig cameragebruik
●
: Geeft handelingen op het aanraakscherm aan
●
●= xx: Pagina’s met verwante informatie (in dit voorbeeld staat “xx”
voor een paginanummer)
● De instructies in deze handleiding gelden voor een camera die op
de standaardinstellingen is ingesteld.
● Voor het gemak verwijst “de geheugenkaart” naar alle ondersteunde
geheugenkaarten.
● De symbolen “
functie wordt gebruikt voor foto’s of lms.
Foto’s” en “ Films” onder titels geven aan of de
=
4).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
3
Page 4
)
(
(
(
(
(7)
(12) (3)(10)(6)(5)(9)
Onderdeelnamen
Vóór gebruik
Basishandleiding
(6)(2)(1)(3)(4) (5)
(8)
)
4
)
3
)
2
)
1
(1) Lens
(2) Lampje
(3) Riembevestigingspunt
(4) Zoomknop
Opnemen: [
Afspelen: [
(5) Programmakeuzewiel
(6) Ontspanknop
(7) ON/OFF-knop
(8) Luidspreker
(telelens)] /
(groothoek)]
[
(vergroten)] /
(index)]
[
(11)
(14)(13)
(15)
(9) [
(10) Ring
(11) Flitser
(12) Knop [
(13) Serienummer (bodynummer)
(14)
(15) Aansluiting statief
(16) Klepje van geheugenkaart/
(17) Klepje gelijkstroomkoppeling
(Afspeelknop)]
(Mobiele
apparaatverbinding)]
(N-teken)*
batterijhouder
Handleiding voor gevorderden
(17)
(16)
(7)
(8)
(9)
(
10
(1) Schakelaar [ (Flitser omhoog)]
(2) Scherm (monitor)*
(3) Microfoon
(4) DIGITAL-aansluiting
(5) HDMI™-aansluiting
1
*1 Gebruikt bij NFC-functies (
*2 Tikken op het scherm worden mogelijk minder goed gedetecteerd wanneer
u gebruik maakt van een schermbescherming. Verhoog in dit geval de
gevoeligheid van het aanraakscherm (
2
=
132).
(6) Filmknop
(7) Knop [
(8) Knop [
(9) Indicator/USB-oplaadlampje
(10) Knop [
=
165).
(menu Snelle inst./
Instellen)] button
]
(Informatie)]
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
4
Page 5
Inhoudsopgave
Vóór gebruik
Informatie om te beginnen ............................................... 2
Inhoud van de verpakking ........................................................ 2
● Door de camera bepaalde instellingen gebruiken (Auto-modus,
modus Hybride automatisch)
=
33, =
-
● Verschillende effecten bekijken die zijn toegepast op elke opname
met behulp van door de camera bepaalde instellingen (modus
Creatieve opname)
=
-
Goede opnamen van mensen maken
Specieke scènes afstemmen
35
55
Nachtscènes
(=
57)
Portretten
(=
57)
Sterrenhemel
(=
63)
Vuurwerk
(=
57)
Speciale effecten toepassen
Levendige kleuren
(=
58)
Fisheye-effect
(=
60)
Achtergrond
vervagen
(=
61)
Poster-effect
(=
58)
Miniatuureffect
(=
60)
Soft focus
(=
62)
● Scherpstellen op gezichten
=
-
33, =
57, =
84
● Zonder gebruik van de itser (Flitser Uit)
=
33
-
● Een foto maken met uzelf erbij (zelfontspanner)
=
40
-
● Filmclips en foto’s combineren (Filmsynopsis)
=
35
-
“Ouder gemaakte”
foto’s
(=
59)
Speels effect
(=
61)
Monochroom
(=
62)
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
12
Page 13
Weergeven
● Beelden bekijken (afspeelmodus)
=
103
-
● Automatisch afspelen (Diavoorstelling)
=
113
-
● Op een tv
=
170
-
● Op een computer
=
173
-
● Snel door beelden bladeren
=
107
-
● Beelden wissen
=
115
-
● Meteen een album maken
=
126
-
Films opnemen/bekijken
● Films opnemen
=
33, =
69, =
-
95
● Films bekijken (afspeelmodus)
=
103
-
Afdrukken
● Foto’s afdrukken
=
175
-
Opslaan
● Beelden opslaan op een computer
=
174
-
Wi-Fi-functies gebruiken
● Beelden naar een smartphone verzenden
=
132
-
● Beelden online delen
=
144
-
● Beelden naar een computer verzenden
=
152
-
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
13
Page 14
Veiligheidsmaatregelen
● Lees de volgende veiligheidsmaatregelen goed door, voordat u het
product gebruikt. Gebruik het product altijd op de juiste wijze.
● De veiligheidsmaatregelen die hier worden vermeld, zijn bedoeld om
letsel bij uzelf en bij andere personen of schade aan eigendommen
te voorkomen.
● Lees ook altijd de handleidingen van alle afzonderlijk aangeschafte
accessoires die u gebruikt.
Waarschuwing
● Gebruik de itser niet dicht bij de ogen van mensen.
Blootstelling aan het sterke licht van de itser kan het gezichtsvermogen
aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste een meter afstand
wanneer u de itser gebruikt.
● Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Een draagriem rond de nek van een kind wikkelen kan leiden tot
verstikking.
Als uw product een netsnoer gebruikt, bestaat er verstikkingsgevaar
wanneer het snoer per ongeluk om de nek van een kind gewikkeld wordt.
● Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor
stroomvoorziening.
● Demonteer, wijzig of verwarm het product niet.
● Verwijder het stickerlabel van de batterij niet, als de batterij een
stickerlabel heeft.
● Laat het product niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
● Raak om letsel te voorkomen de binnenkant van het product niet aan
als het kapot is, bijvoorbeeld wanneer het is gevallen.
● Stop onmiddellijk met het gebruik van het product als dit rook of een
vreemde geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
● Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine
of thinner om het product schoon te maken.
Hiermee wordt gewezen op het risico
van ernstig letsel of levensgevaar.
● Voorkom contact met vloeistoffen en laat geen vloeistoffen of vreemde
objecten in de camera binnendringen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand.
Als het product nat wordt of als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen
in de camera komen, verwijdert u meteen de batterij/batterijen of haalt
u onmiddellijk de stekker uit het stopcontact.
● Als uw model een zoeker of verwisselbare lens heeft, kijk dan niet
door de zoeker of lens naar een felle lichtbron (zoals de zon op een
heldere dag of een felle kunstmatige lichtbron).
Dit kan uw gezichtsvermogen aantasten.
● Als uw model een verwisselbare lens heeft, laat de lens (of de camera
waarop de lens is bevestigd) dan niet zonder lenskap in de zon liggen.
Dit kan brand veroorzaken.
● Raak het product niet aan tijdens onweer als de stekker in het
stopcontact zit.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand. Stop onmiddellijk met
het gebruik van het product en kom niet in de buurt van het product.
● Gebruik alleen de aanbevolen batterij/batterijen.
● Plaats de batterij/batterijen niet in de buurt van of in open vuur.
Dit kan ervoor zorgen dat de batterij/batterijen exploderen of lekken,
wat kan leiden tot een elektrische schok, brand of letsel. Als ogen, mond,
huid of kleding met lekkende batterijvloeistof in aanraking komen, moet
u deze onmiddellijk afspoelen met water.
● Als het product een batterijlader gebruikt, dient u de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht te nemen.
- Verwijder het netsnoer regelmatig en veeg het stof en vuil dat zich
heeft opgehoopt op de stekker, de buitenkant van het stopcontact
en het gebied eromheen weg met een droge doek.
- Steek of trek de stekker niet in of uit het stopcontact met natte
handen.
- Gebruik de apparatuur niet op een manier waarbij de nominale
capaciteit van het stopcontact of de kabelaccessoires wordt
overschreden. Gebruik de apparatuur niet als de stekker beschadigd
is of als deze niet volledig in het stopcontact is gestoken.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
14
Page 15
- Zorg ervoor dat stof of metalen objecten (zoals spelden of sleutels)
niet in contact komen met de contactpunten of stekker.
- Snijd, beschadig of wijzig het netsnoer niet als uw product een
netsnoer gebruikt. Plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand.
● Zet de camera uit op plaatsen waar het gebruik van een camera niet
is toegestaan.
De elektromagnetische golven uit de camera hinderen de werking van
elektronische instrumenten en andere apparatuur. Denk goed na voordat
u het product gebruikt op plaatsen waar het gebruik van elektronische
apparatuur verboden is, zoals in vliegtuigen en medische instellingen.
● Laat de camera niet langdurig in contact komen met de huid.
Zelfs als de camera niet warm aanvoelt kan dit leiden tot eerstegraads
verbrandingen, die te herkennen zijn aan een rode huid of blaren. Gebruik
een statief op warme plekken of als u een slechte bloedsomloop of
ongevoelige huid hebt.
Voorzichtig
Hiermee wordt gewezen op het risico
van letsel.
● Zorg dat het product niet tegen voorwerpen stoot, wordt blootgesteld
aan schokken en stoten of achter voorwerpen blijft haken wanneer
u het aan de polsriem draagt.
● Zorg dat u niet tegen de lens stoot of drukt.
Dit kan verwondingen veroorzaken of de camera beschadigen.
● Zorg dat het scherm niet aan schokken wordt blootgesteld.
Als het scherm barst, kunnen de splinters letsel veroorzaken.
● Zorg dat u de itser niet per ongeluk met uw vingers of een kledingstuk
bedekt wanneer u een foto maakt.
Dit kan brandwonden of schade aan de itser tot gevolg hebben.
● Gebruik, plaats of bewaar het product niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan direct zonlicht blootstaan;
- plaatsen die aan temperaturen boven 40 °C blootstaan;
- vochtige of stofge plaatsen.
Hierdoor kan lekkage of oververhitting ontstaan of kan/kunnen de batterij/
batterijen ontploffen, wat kan leiden tot elektrische schokken, brand,
brandwonden of ander letsel.
Oververhitting en schade kunnen leiden tot elektrische schokken, brand,
brandwonden of ander letsel.
● Door langdurig naar overgangen voor diavoorstelling te kijken,
kunt u zich onprettig gaan voelen.
● Wanneer u optionele lenzen, lenslters of lteradapters (indien van
toepassing) gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat deze accessoires
goed vastzitten.
Als het lensaccessoire losraakt en valt, kan het barsten waarna de
glassplinters snijwonden kunnen veroorzaken.
● Let er bij producten die automatisch de itser in- en opklappen op dat
uw vinger niet bekneld raakt door de itser als deze wordt ingeklapt.
Dit kan letsel veroorzaken.
Voorzichtig
Hiermee wordt gewezen op het risico van schade
aan eigendommen.
● Richt de camera niet op sterke lichtbronnen, zoals de zon op een
heldere dag of een sterke kunstmatige lichtbron.
Als u dit wel doet, kan dit leiden tot schade aan de beeldsensor of andere
interne onderdelen.
● Als u de camera gebruikt op een zandstrand of op een winderige
plek, dient u erop te letten dat er geen zand of stof in het apparaat
terechtkomt.
● Druk de itser niet omlaag en forceer deze niet open bij producten
die automatisch de itser in- en opklappen.
Dit kan de werking van het product negatief beïnvloeden.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
15
Page 16
● Veeg eventueel stof, vuil of ander materiaal dat niet op de itser
thuishoort weg met een wattenstaafje of doek.
De warmte die de itser produceert, kan ervoor zorgen dat stoffen die niet
op de itser thuishoren rook afgeven. Ook kan de werking van het product
verstoord raken.
● Verwijder de batterij/batterijen en berg deze op wanneer u het product
niet gebruikt.
Als de batterij lekt kan het product beschadigd worden.
● Breng, voordat u de batterij/batterijen weggooit, tape of ander
isolatiemateriaal aan over de polen van de batterij/batterijen.
Contact met andere metalen kan leiden tot brand of een explosie.
● Haal een batterijlader die u voor het product gebruikt, uit het
stopcontact wanneer deze niet gebruikt wordt. Bedek de lader niet
met een doek of andere voorwerpen wanneer deze gebruikt wordt.
Als u de lader gedurende een lange periode in het stopcontact laat,
kan deze oververhit en beschadigd raken, waardoor brand kan ontstaan.
● Laat batterijen voor het product niet in de buurt van huisdieren liggen.
Als huisdieren op de batterij kauwen kan dit leiden tot lekkage,
oververhitting of een explosie, met schade aan het product of brand
als gevolg.
● Als uw product meerdere batterijen gebruikt, dient u geen combinatie
van batterijen te gebruiken met verschillende spanningsniveaus.
Gebruik verder geen oude en nieuwe batterijen samen. Let er bij het
plaatsen van de batterijen op dat u de + en – polen niet verwisselt.
Dit kan de werking van het product negatief beïnvloeden.
● Let erop dat harde voorwerpen niet in contact komen met het scherm
als u de camera in uw tas stopt. Doe ook het scherm dicht (zodat het
naar de camerabody is gericht), als uw product een scherm heeft dat
ingeklapt kan worden.
● Bevestig geen harde voorwerpen aan het product.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
16
Page 17
Basishandleiding
Basishandelingen
Algemene informatie en instructies, van de eerste
voorbereidingen tot opnamen maken en afspelen
Bediening via het aanraakscherm
Via het aanraakscherm van de camera is intuïtieve bediening mogelijk
door het scherm aan te raken of door erop te tikken.
Tikken
Tik kort op het scherm met uw vinger.
z Deze techniek wordt gebruikt voor het
maken van een opname, het instellen
van camerfuncties en dergelijke.
Slepen
Raak het scherm aan en sleep met
uw vinger.
z Gebruik deze techniek in de
afspeelmodus, bijvoorbeeld om naar
het volgende beeld te gaan of om het
vergrote beeldgebied te wijzigen.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
17
Page 18
CB-2LHE
Voordat u begint
Tref de volgende voorbereidingen voordat u opnamen maakt.
De riem bevestigen
z Steek het uiteinde van de riem door
het riembevestigingspunt (1) en haal
(1)
(2)
De camera vasthouden
het andere uiteinde van de riem door
het oog aan het draadeinde (2).
z De riem kan ook aan de linkerkant
van de camera worden bevestigd.
z Doe de riem om uw pols.z Houd bij het maken van opnamen uw
armen tegen uw lichaam gedrukt en houd
de camera stevig vast om te voorkomen
dat deze beweegt. Laat uw vingers niet
op de uitgeklapte itser rusten.
De batterij opladen
Laad voor gebruik de batterij op met de meegeleverde oplader. Bij aankoop
van de camera is de batterij niet opgeladen. Zorg er daarom voor dat u de
batterij eerst oplaadt.
Plaats de batterij.
(1)
(2)
(2)
(1)
CB-2LH
(1)
(2)
1
z Zorg eerst dat de -markering op
de batterij overeenkomt met die op
de oplader en plaats dan de batterij
door deze naar binnen (1) en naar
beneden (2) te drukken.
Laad de batterij op.
2
z CB-2LH: kantel de stekker naar
buiten (1) en steek de oplader in een
stopcontact (2).
z CB-2LHE: sluit het netsnoer aan op de
oplader en steek het andere uiteinde in
een stopcontact.
z Het oplaadlampje gaat oranje branden
en het opladen begint.
z Wanneer het opladen is voltooid,
wordt het lampje groen.
Verwijder de batterij.
3
z Haal het netsnoer van de batterijlader uit
het stopcontact en verwijder de batterij
door deze naar binnen (1) en omhoog (2)
te drukken.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● Laad de batterij niet langer dan 24 uur achtereen op, om de
batterij te beschermen en in goede staat te houden.
● Bij batterijladers die gebruik maken van een netsnoer mag
u de lader of het snoer niet op andere voorwerpen aansluiten.
Dit kan defect of schade aan het product tot gevolg hebben.
18
Page 19
● Zie “Aantal opnamen/opnametijd, afspeeltijd” (=
meer informatie over de oplaadduur, het aantal opnamen
en de opnametijd met een volledig opgeladen batterij.
● Opgeladen batterijen verliezen geleidelijk hun lading, ook als ze
niet worden gebruikt. Laad de batterij op de dag dat u deze wilt
gebruiken op, of vlak daarvoor.
● Als visueel geheugensteuntje kunt u het batterijklepje zo plaatsen
zichtbaar is bij een opgeladen batterij en niet zichtbaar is
dat
bij een niet-opgeladen batterij.
● De lader kan worden gebruikt in gebieden met een
wisselspanning van 100–240 V (50/60 Hz). Als de stekker niet
in het stopcontact past, moet u een geschikte stekkeradapter
gebruiken. Gebruik geen elektrische transformator die is bedoeld
voor op reis, omdat deze de batterij kan beschadigen.
205) voor
De batterij en uw geheugenkaart plaatsen
Plaats de meegeleverde batterij en een geheugenkaart (afzonderlijk
verkrijgbaar).
Voordat u een nieuwe geheugenkaart gaat gebruiken of een geheugenkaart
die in een ander apparaat is geformatteerd, moet de geheugenkaart met
deze camera worden geformatteerd (=
1
(1)
(2)
160).
Open het klepje.
z Verschuif de schakelaar (1) en open het
klepje (2).
(1)
(3)
(2)
(2)
(1)
(2)
Plaats de batterij.
2
z Houd de batterij vast met de
aansluitpunten in de getoonde positie (1).
Duw de batterijvergrendeling richting (2)
en plaats de batterij richting (3) totdat de
vergrendeling vastklikt.
z Als u de batterij verkeerd om plaatst,
kan deze niet in de juiste positie worden
vergrendeld. Controleer altijd of de
batterij in de juiste richting is geplaatst
en wordt vergrendeld.
Controleer het schuifje voor
3
schrijfbeveiliging van de kaart
en plaats de geheugenkaart.
z Bij geheugenkaarten met een schuifje
voor schrijfbeveiliging kunt u geen
opnamen maken als het schuifje is
ingesteld op vergrendeld. Verschuif
het schuifje naar (1).
z Plaats de geheugenkaart met het
label (2) in de getoonde richting totdat
deze vastklikt.
z Controleer altijd of de geheugenkaart in
de juiste richting geplaatst wordt. Als u de
geheugenkaart in de verkeerde richting
probeert te plaatsen, kunt u de camera
beschadigen.
Sluit het klepje.
4
z Sluit het klepje (1) en duw het lichtjes
aan terwijl u de schakelaar verschuift,
totdat het klepje vastklikt (2).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
(1)
19
Page 20
● Zie “Aantal opnamen per geheugenkaart” (=
richtlijnen over hoeveel foto’s of uren aan opnamen op één
geheugenkaart passen.
205) voor
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Verwijder de batterij.
z Open het klepje en duw de
batterijvergrendeling in de richting
van de pijl.
z De batterij wipt nu omhoog.
Verwijder de geheugenkaart.
z Duw de geheugenkaart naar binnen
tot u een klik hoort en laat de kaart
langzaam los.
z De geheugenkaart wipt nu omhoog.
De datum en tijd instellen
Stel de datum en tijd als volgt in als het [Datum/Tijd] verschijnt wanneer
u de camera aanzet. Informatie die u op deze manier opgeeft, wordt
opgeslagen in de beeldeigenschappen wanneer u een foto maakt en
wordt gebruikt bij het beheer van uw foto’s of wanneer u foto’s afdrukt
met de datum erop.
Schakel de camera in.
1
z Druk op de ON/OFF-knop.z Het scherm [Datum/Tijd] verschijnt.
Stel de datum en tijd in.
2
z Tik op het item dat u wilt instellen en raak
vervolgens [ ][ ] aan om de datum en
tijd op te geven.
z Als u klaar bent, drukt u op de knop [
Geef uw thuistijdzone op.
3
z Tik op [ ][ ] om de tijdzone thuis te
selecteren.
Voltooi de instellingsprocedure.
4
z Als u klaar bent, drukt u op de knop [ ].
Nadat een bevestigingsbericht
is weergegeven, wordt het
instellingenscherm niet meer
weergegeven.
z Druk op de ON/OFF-knop om de
camera uit te schakelen.
● Het scherm [Datum/Tijd] verschijnt telkens wanneer u de camera
inschakelt, tenzij u de datum, tijd en tijdzone al hebt ingesteld.
Geef de juiste informatie op.
● Om de zomertijd in te stellen (normale tijd plus 1 uur),
tikt u op [
] en kiest u [ ] in stap 2.
Vóór gebruik
Basishandleiding
].
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
20
Page 21
De datum en tijd wijzigen
Wijzig de datum en tijd als volgt.
1
2
3
● Dankzij de ingebouwde datum/tijd-batterij (reservebatterij) kunnen
de datum- en tijdinstellingen ongeveer 3 weken behouden blijven
nadat de batterij is verwijderd.
● De datum/tijd-batterij wordt in ongeveer 4 uur opgeladen nadat
u een opgeladen batterij hebt geplaatst of de camera hebt
aangesloten op een voedingsadapterset (afzonderlijk verkrijgbaar,
=
168), zelfs als de camera is uitgeschakeld.
● Zodra de datum/tijd-batterij leeg is, verschijnt het scherm
[Datum/Tijd] als u de camera inschakelt. Stel de juiste datum en
tijd in zoals beschreven bij “De datum en tijd instellen” (
Open het menuscherm.
z Druk op de knop [].
Kies [Datum/Tijd].
z Tik op [ ] en tik daarna op [2].z Tik op [Datum/Tijd] en druk op
de knop [
].
Wijzig de datum en tijd.
z Volg stap 2 bij “Datum en tijd instellen”
(=
20) om de instellingen aan te
passen.
z Druk op de knop [
] om het
menuscherm te sluiten.
=
20).
Weergavetaal
U kunt de weergavetaal desgewenst wijzigen.
Open de afspeelmodus.
1
z Druk op de knop [].
Open het instellingenscherm.
2
z Houd de knop [ ] ingedrukt en druk
direct op de knop [].
Stel de taal van het LCD-scherm in.
3
z Tik op de gewenste weergavetaal en druk
vervolgens op de knop [ ].
z Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het instellingenscherm
niet langer weergegeven.
● De huidige tijd wordt weergegeven als u bij stap 2, nadat u op
de knop [
[
verwijderen en herhaal stap 2.
● U kunt de weergavetaal ook wijzigen door op de knop [
te drukken en [Taal
] hebt gedrukt, te lang wacht voordat u op de knop
] drukt. Druk in dat geval op [ ] om de tijdweergave
] te selecteren op het tabblad [ 3].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
]
Index
● U kunt de taal van het LCD-scherm ook instellen door in stap 3 op
een taal op het scherm te tikken en vervolgens nogmaals hierop
te tikken.
21
Page 22
De camera testen
Foto’s
Volg deze instructies om de camera in te schakelen, foto- of lmopnamen
te maken en deze daarna te bekijken.
Opnamen maken (Smart Auto)
Laat de camera het onderwerp en de opnameomstandigheden bepalen
voor volledig automatische selectie van de optimale instellingen voor
specieke composities.
Schakel de camera in.
1
z Druk op de ON/OFF-knop.z Het opstartscherm wordt weergegeven.
Open de modus [].
2
z Stel het programmakeuzewiel in
op [].
z Richt de camera op het onderwerp.
Terwijl de camera de compositie bepaalt,
maakt deze een licht klikkend geluid.
z De pictogrammen die de modus voor
composities en de beeldstabilisatiemodus
aanduiden worden linksboven in het
scherm weergegeven.
z Kaders rond gedetecteerde onderwerpen
geven aan dat de camera daarop is
scherpgesteld.
Kies de compositie.
3
z Om in te zoomen en het onderwerp te
vergroten, duwt u de zoomknop naar []
(telelens) en om uit te zoomen duwt u de
knop naar [ ] (groothoek).
Films
Maak de opname.
4
Foto’s maken
1) Stel scherp.
z Druk de ontspanknop half in. Nadat is
scherpgesteld, hoort u tweemaal een
pieptoon en worden kaders weergegeven
om aan te geven op welke beeldgebieden
is scherpgesteld.
z Als [Flitser Opklappen] wordt
weergegeven, verschuift u de
schakelaar [
klappen. De itser itst wanneer
u een opname maakt. Als u liever
geen itser gebruikt, drukt u de itser
met uw vinger omlaag.
] om de itser uit te
2) Maak de opname.
z Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden.
z Wanneer de camera de opname maakt,
hoort u het sluitergeluid en wanneer er
weinig licht is, gaat de itser, als u deze
hebt uitgeklapt, automatisch af.
z Houd de camera stil tot het sluitergeluid
stopt.
z Nadat de opname is weergegeven,
schakelt de camera weer over naar
het opnamescherm.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
22
Page 23
(1)
Films opnemen
1) Start de opname.
z Druk op de lmknop. Zodra de camera
met opnemen begint, hoort u één
pieptoon en verschijnen [ REC] en
de verstreken tijd op het scherm (1).
z Er verschijnen zwarte balken aan de
boven- en onderkant van het scherm
en het onderwerp wordt iets vergroot.
De zwarte balken geven beeldgebieden
aan die niet worden vastgelegd.
z Kaders rond gedetecteerde gezichten
geven aan dat de camera daarop is
scherpgesteld.
z Zodra de opname is begonnen, haalt
u uw vinger van de lmknop.
2) Beëindig de opname.
z Druk nogmaals op de lmknop om de
lmopname te stoppen. De camera
piept tweemaal als de opname stopt.
Bekijken
Na het maken van foto’s of het opnemen van lms kunt u deze, zoals
hieronder is beschreven, op het scherm bekijken.
Open de afspeelmodus.
1
z Druk op de knop [].z Uw laatste opname wordt weergegeven.
Selecteer de beelden.
2
z Om het volgende beeld te bekijken,
sleept u van rechts naar links over
het scherm, en om het vorige beeld te
bekijken, sleept u van links naar rechts
over het scherm.
z Als u dit scherm wilt openen (modus
Beeld scrollen), veegt u herhaaldelijk
met uw vinger snel naar links of rechts.
Sleep in deze modus over het scherm
om door beelden te bladeren.
z Druk op de knop [
naar de enkelvoudige weergave.
z Films zijn herkenbaar aan het pictogram
[
]. Ga naar stap 3 als u lms wilt
afspelen.
] om terug te keren
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
23
Page 24
Films afspelen
3
z Druk op de knop [ ], kies [ ] en druk
vervolgens op de knop [ ].
z Het afspelen begint en na de lm
verschijnt [
].
z Als u het volume wilt aanpassen, sleept
u snel tijdens het afspelen omhoog of
omlaag over het scherm.
● Om vanuit de afspeelmodus naar de opnamemodus te gaan,
drukt u de ontspanknop half in.
● U kunt de afspeelmodus ook starten door op [ ] te tikken.
Beelden wissen
U kunt beelden die u niet meer nodig hebt één voor één selecteren en
wissen. Wees voorzichtig bij het wissen van beelden, want ze kunnen
niet worden hersteld.
Selecteer het beeld dat u wilt wissen.
1
z Sleep naar links of rechts over het
scherm om een beeld te selecteren.
Wis het beeld.
2
z Druk op de knop [ ], kies [ ] en druk
vervolgens op de knop [ ].
z Als [Wissen ?] verschijnt, tikt u op
[Wissen].
z Het huidige beeld wordt nu gewist.z Tik op [Annuleer] als u het wissen wilt
annuleren.
● U kunt beelden ook wissen door Touch-acties te gebruiken
=
119).
(
● U kunt meerdere beelden selecteren om in één keer te wissen
=
116).
(
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Index
Bijlage
24
Page 25
Handleiding
voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Overige basishandelingen en meer manieren om
van de camera te genieten, inclusief opties voor
opnemen en afspelen
Aan/Uit
Opnamemodus
z Druk op de ON/OFF-knop om de camera
in te schakelen en gereed te maken om
op te nemen.
z Druk opnieuw op de ON/OFF-knop om
de camera uit te schakelen.
Afspeelmodus
z Druk op de knop [] om de camera in
te schakelen en uw foto’s te bekijken.
z Om de camera uit te schakelen drukt
u opnieuw op de knop [
● Om van de afspeelmodus naar de opnamemodus te gaan,
drukt u op de knop [
● Om vanuit de afspeelmodus naar de opnamemodus te gaan,
drukt u de ontspanknop half in (
● Als de camera in de afspeelmodus is, wordt ongeveer na één
minuut de lens ingetrokken. U kunt de camera uitschakelen
terwijl de lens is ingetrokken door op de knop [
].
=
26).
].
] te drukken.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
25
Page 26
Spaarstandfuncties (Automatisch uit)
Om de batterij te sparen worden het scherm (Display uit) en de camera
automatisch uitgeschakeld na een bepaalde inactieve periode.
Spaarstand in de opnamemodus
Het scherm wordt automatisch uitgeschakeld nadat het ongeveer één
minuut inactief is geweest. Ongeveer na nog 2 minuten wordt de lens
ingetrokken en de camera uitgeschakeld. Als het scherm is uitgeschakeld
maar de lens nog niet is ingetrokken, kunt u het scherm weer inschakelen
en gereedmaken voor het maken van opnamen door de ontspanknop half
in te drukken (=
Spaarstand in de afspeelmodus
De camera wordt na ongeveer 5 minuten inactiviteit automatisch
uitgeschakeld.
26).
● U kunt desgewenst Automatisch Uit uitschakelen en de timing
van Display uit aanpassen (
● De spaarstand is niet actief wanneer de camera via Wi-Fi
op andere apparaten is aangesloten (
aangesloten op een computer (
=
162).
=
174).
=
131) of als deze is
Ontspanknop
Om de scherpte van uw foto’s te waarborgen, houdt u de ontspanknop
altijd eerst half ingedrukt. Zodra het onderwerp is scherpgesteld, drukt
u de knop helemaal in om de foto te maken.
In deze handleiding wordt de bediening van de ontspanknop omschreven
als de knop half of helemaal indrukken.
Druk half in. (Licht indrukken
1
om scherp te stellen.)
z Druk de ontspanknop half in. De camera
piept twee keer en er worden kaders
weergegeven rond de beeldgebieden
waarop is scherpgesteld.
Druk helemaal in. (Druk, vanaf
2
de positie halverwege, helemaal
in om de opname te maken.)
z De camera maakt de opname en er klinkt
een sluitergeluid.
z Houd de camera stil tot het sluitergeluid
stopt.
● De beelden worden mogelijk onscherp als u de opname maakt
zonder eerst de ontspanknop half in te drukken.
● Het geluid van de sluiter kan korter of langer duren, afhankelijk
van de tijd die nodig is om de opname te maken. Bij sommige
opnamecomposities kan het langer duren en de beelden worden
vaag als u de camera beweegt (of als het onderwerp beweegt)
voordat het geluid van de sluiter stopt.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
26
Page 27
(
(
3
4
)
(5)
Opnamestanden
Gebruik het programmakeuzewiel om de gewenste opnamemodus te
openen.
)
1
)
2
(
)
(1) Auto-modus/modus Hybride
automatisch
Volledig automatische
opnamen met door de
camera bepaalde instellingen
=
22, =
33, =
=
=
57).
35).
55).
(
(2) Modus Creatieve opname
Zie hoe automatisch allerlei
effecten worden toegepast
op elke foto (
(3) Modus voor speciale composities
Opnamen maken met instellingen
die zijn ontwikkeld voor specieke
scènes of verschillende effecten
toevoegen (
(4) Filmmodus
(5) P-, Tv-, Av-, M- en C-modus
(
Voor het maken van lms
=
69, =
=
73, =
95).
92).
(
Als u op de lmknop drukt, kunt
u ook een lm maken zonder het
programmakeuzewiel in te stellen
op de lmmodus.
Verschillende soorten opnamen
maken met behulp van uw
voorkeursinstellingen
(
Opties opnameweergave
Druk op de knop [] om de rasterlijnen en de digitale horizon weer
te geven of te verbergen.
Als u de weergave op het scherm gedetailleerder wilt congureren,
gaat u naar tabblad [ 1] ► [Opname-infoscherm] (=
● Als u in een omgeving met weinig licht opnamen maakt, wordt
met de nachtschermfunctie de helderheid van het scherm
automatisch verhoogd. Zo kunt u de compositie van uw opnamen
gemakkelijker controleren. Mogelijk komen de beeldhelderheid
op het scherm en de helderheid van uw foto’s niet overeen.
Vervorming van het beeld op het scherm of schokkerige
bewegingen van het onderwerp hebben geen invloed op
vastgelegde beelden.
● Zie “Van weergavemodus wisselen” (
weergaveopties.
=
105) voor
98).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
27
Page 28
(1)(2)
Het menu Snelle instellingen gebruiken
Congureer veelgebruikte functies als volgt via het menu (Snelle inst.).
Menu-items en -opties zijn afhankelijk van de opnamemodus (=
Open het Menu .
1
z Druk op de knop [ ].
Selecteer een menu-item.
2
z Tik op een menu-item (1) om het te
selecteren.
z De beschikbare opties (2) worden
onder aan het scherm weergegeven.
Selecteer een optie.
3
z Sleep een optie naar links of rechts om
deze te selecteren.
z Items met het pictogram [
worden gecongureerd door op de knop
[] te drukken.
z Items met het pictogram [
worden gecongureerd door op de knop
[] te drukken.
Bevestig uw keuze en sluit het
4
scherm af.
z Druk op de knop [ ].z Het scherm voordat u in stap 1 op
de knop [
weergegeven en toont de optie die
u hebt gecongureerd.
] drukte, wordt opnieuw
192).
] kunnen
] kunnen
● Als u per ongeluk een instelling hebt gewijzigd, kunt u dat
ongedaan maken door de standaardinstellingen van de camera
te herstellen (
● U kunt het scherm ook afsluiten door in het menu op [
=
166).
] te tikken.
Bediening via het aanraakscherm gebruiken
om instellingen te congureren
z Tik op [ ] rechtsboven in het scherm
om het menu Snelle inst. te openen.
z Tik op een menu-item en vervolgens op
een optie om de instelling uit te voeren.
z Ga terug naar het vorige scherm door
op het menu-item [
nogmaals op de geselecteerde optie te
tikken.
z U kunt het scherm voor items die worden
aangeduid met het pictogram [
openen door op [] te tikken.
z U kunt het scherm voor items die worden
aangeduid met het pictogram [
openen door op [] te tikken.
] te tikken, of door
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
]
]
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
28
Page 29
Het menuscherm gebruiken
Congureer verschillende camerafuncties als volgt via het menuscherm.
Open het menuscherm.
1
z Druk op de knop [].
Selecteer een tabblad.
2
z Tik op een tabblad om dit te kiezen.z Tabbladen vertegenwoordigen functie (1),
zoals opnemen ([
of instellingen ([ ]), of pagina’s binnen
elke functie (2). In deze handleiding
worden tabbladen aangegeven met een
combinatie van de functie en de pagina,
bijvoorbeeld [ 1].
z Paginatabs kunnen ook worden
geselecteerd door de zoomknop
te verplaatsen of door naar links of
rechts over het scherm te slepen.
Selecteer een menu-item.
3
z Tik op een item en druk vervolgens op
de knop [ ].
z U kunt ook menu-items selecteren door
de ring [
z Bij menu-items met opties die niet
worden weergegeven, drukt u eerst op
de knop [
Daarna tikt u op een item om het te
selecteren.
z Druk op de knop [
keren naar het vorige scherm.
] te draaien.
]), afspelen ([ ])
] om van scherm te wisselen.
] om terug te
Selecteer een optie.
4
z Tik op een optie om deze te selecteren.
Bevestig uw keuze en sluit het
5
scherm af.
z Druk op de knop [ ] om uw keuze te
bevestigen en terug te keren naar het
scherm waarin u het menu-item hebt
geselecteerd.
=
195 – =
] om terug
202).
z Druk op de knop [
te gaan naar het scherm dat werd
weergegeven voordat u bij stap 1
op de knop [] drukte.
● Als u per ongeluk een instelling hebt gewijzigd, kunt u dat
ongedaan maken door de standaardinstellingen van de camera
te herstellen (
● De beschikbare menu-items verschillen afhankelijk van de
geselecteerde opname- of afspeelstand (
=
166).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
29
Page 30
(1)
Bediening via het aanraakscherm
● U selecteert tabbladen door op de knop [] te drukken om het
menuscherm te openen en vervolgens op het gewenste functietabblad
en het gewenste paginatabblad te tikken.
● Sleep de menu-items omhoog of omlaag om erdoor te bladeren of tik
op een menu-item als u dit wilt selecteren.
● Tik op een optie om de instelling uit te voeren en terug te keren naar
het scherm waarin u het menu-item hebt geselecteerd.
● Bij menu-items met een balk ter aanduiding van het niveau tikt u op
de gewenste positie op de balk.
● Als u menu-items wilt congureren waarvoor geen opties worden
weergegeven, tikt u eerst op het menu-item om het instellingenscherm
te openen. Op het instellingenscherm sleept of tikt u om het item te
selecteren. Tik vervolgens om de optie te selecteren. Tik op [
om terug te keren naar het vorige scherm.
● U kunt ook op invoerelementen (zoals selectievakjes of tekstvelden)
tikken om deze te selecteren en u kunt tekst opgeven door op het
schermtoetsenbord te tikken.
● Wanneer [
tikken in plaats van op de knop [ ] te drukken.
● Wanneer [
tikken in plaats van op de knop [] te drukken.
● Wanneer [
tikken in plaats van op de knop [] te drukken.
● Druk nogmaals op de knop [
] wordt weergegeven, kunt u desgewenst op []
] wordt weergegeven, kunt u desgewenst op []
] wordt weergegeven, kunt u desgewenst op []
] om het menu te sluiten.
Toetsenbord op het scherm
Gebruik het toetsenbord op het scherm om informatie in te voeren voor
Gezichts-ID (=
en het soort informatie dat u in kunt voeren hangt af van de functie die
u gebruikt.
]
44), Wi-Fi-verbindingen (=
Tekens invoeren
z Tik op tekens om ze in te voeren.z De hoeveelheid informatie die u in kunt
voeren (1) hangt af van de functie die
u gebruikt.
Cursor verplaatsen
z Tik op [ ][ ].
Regeleindes invoeren
131), enzovoort. De lengte
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
z Tik op [ ].
Wi-Fi-functies
Van invoerstand wisselen
z Als u wilt overschakelen naar cijfers of
Menu Instellingen
symbolen, tikt u op [ ].
z Tik op [
] om hoofdletters in te voeren.
Accessoires
z De beschikbare invoermethodes zijn
afhankelijk van de functie die u gebruikt.
Tekens verwijderen
Bijlage
Index
z Tik op [] om het vorige teken te
verwijderen.
z Als u [
] ingedrukt houdt, worden
er vijf tekens tegelijk verwijderd.
30
Page 31
Invoer bevestigen en terugkeren naar
het vorige scherm
z Druk op de knop [].
● Voor sommige functies kan [ ] niet worden weergegeven
en gebruikt.
Indicatorweergave
De indicator op de achterkant van de camera (=
afhankelijk van de status van de camera.
KleurIndicatorstatusCamerastatus
Bezig met opstarten, het opnemen/lezen/
verzenden van beelden, het maken van
opnamen met lange sluitertijd (
=
GroenKnippert
OranjeAanOpladen via USB
● Als het lampje groen knippert, mag u de camera niet uitschakelen,
het klepje van de geheugenkaart/batterijhouder niet openen en de
camera niet schudden of aanstoten, omdat hierdoor de beelden,
camera of geheugenkaart beschadigd kunnen raken.
93), aangesloten op een computer
(=
174), het verbinden/verzenden via
Wi-Fi, of display uit (=
=
162)
4) brandt of knippert
=
92,
26, =
162,
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
31
Page 32
Klok
U kunt kijken hoe laat het is.
● Als de camera is uitgeschakeld, houdt u de knop [ ] ingedrukt
en drukt u op de ON/OFF-knop om de klok weer te geven.
z Houd de knop [
] ingedrukt.
z De huidige tijd verschijnt.z Als u de camera verticaal houdt wanneer
u de klokfunctie gebruik, schakelt het
scherm over naar verticale weergave.
z Draai de ring [
] om de displaykleur te
wijzigen.
z Druk nogmaals op de knop [
] om de
klokweergave te annuleren.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
32
Page 33
Auto-modus/
Modus Hybride automatisch
Handige modus voor eenvoudige opnamen met
een betere controle bij het maken van opnamen
Opnamen maken met door de camera
bepaalde instellingen
Laat de camera het onderwerp en de opnameomstandigheden bepalen
voor volledig automatische selectie van de optimale instellingen voor
specieke composities.
Opnamen maken (Smart Auto)
Foto’s
Schakel de camera in.
1
z Druk op de ON/OFF-knop.z Het opstartscherm wordt weergegeven.
Open de modus [].
2
z Stel het programmakeuzewiel in
op [].
z Richt de camera op het onderwerp.
Terwijl de camera de compositie bepaalt,
maakt deze een licht klikkend geluid.
z De pictogrammen die de modus voor
composities en de beeldstabilisatiemodus
aanduiden, worden linksboven in het
scherm weergegeven (
z Kaders rond gedetecteerde onderwerpen
geven aan dat de camera daarop is
scherpgesteld.
=
37, =
39).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
33
Page 34
(1)
(1)
(2)
Kies de compositie.
3
z Om in te zoomen en het onderwerp te
vergroten, duwt u de zoomknop naar
[] (telelens) en om uit te zoomen duwt
u de knop naar [ ] (groothoek). (Op het
scherm verschijnt een zoombalk (1) die
de zoompositie aangeeft, samen met het
scherpstelbereik (2).)
Maak de opname.
4
Foto’s maken
1) Stel scherp.
z Druk de ontspanknop half in. Nadat is
scherpgesteld, hoort u tweemaal een
pieptoon en worden kaders weergegeven
om aan te geven op welke beeldgebieden
is scherpgesteld.
z Wanneer op meer dan één gebied
is scherpgesteld, worden meerdere
kaders weergegeven.
z Als [Flitser Opklappen] wordt
weergegeven, verschuift u de schakelaar
] om de itser uit te klappen. De itser
[
itst wanneer u een opname maakt. Als
u liever geen itser gebruikt, drukt u de
itser met uw vinger omlaag.
2) Maak de opname.
z Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden.
z Wanneer de camera de opname maakt,
hoort u het sluitergeluid en wanneer er
weinig licht is, gaat de itser, als u deze
hebt uitgeklapt, automatisch af.
z Houd de camera stil tot het sluitergeluid
stopt.
z Nadat de opname is weergegeven,
schakelt de camera weer over naar
het opnamescherm.
Films opnemen
1) Start de opname.
z Druk op de lmknop. Zodra de camera
met opnemen begint, hoort u één
pieptoon en verschijnen [ REC] en
de verstreken tijd op het scherm (1).
z Er verschijnen zwarte balken aan de
boven- en onderkant van het scherm
en het onderwerp wordt iets vergroot.
De zwarte balken geven beeldgebieden
aan die niet worden vastgelegd.
z Kaders rond gedetecteerde gezichten
geven aan dat de camera daarop is
scherpgesteld.
z Zodra de opname is begonnen, haalt
u uw vinger van de lmknop.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
34
Page 35
2) Pas de grootte van het onderwerp
aan en wijzig zo nodig de
compositie van de opname.
z Om de grootte van het onderwerp te
wijzigen, herhaalt u de bewerkingen
van stap 3.
Denk er echter wel aan dat het geluid
van de camerabewerkingen ook wordt
opgenomen. Houd er rekening mee
dat lms die worden opgenomen
met zoomfactoren die blauw worden
weergegeven, er korrelig uit zullen zien.
z Als u tijdens de opname de compositie
wijzigt, worden de focus, helderheid en
kleurtoon automatisch aangepast.
3) Beëindig de opname.
z Druk nogmaals op de lmknop om de
lmopname te stoppen. De camera
piept tweemaal als de opname stopt.
z De camera stopt automatisch met
opnemen zodra de geheugenkaart
vol raakt.
● Wanneer de itser tijdens de opname afgaat, geeft dat aan dat
de camera automatisch heeft geprobeerd te zorgen voor optimale
kleuren in het hoofdonderwerp en de achtergrond (Witbalans voor
meerdere gebieden).
Opnamen maken in de modus Hybride
automatisch
Foto’s
U kunt eenvoudig een korte lm van de dag maken door foto’s te maken.
De camera neemt voor elke opname clips van 2–4 seconden op van
scènes, die later worden gecombineerd in een digest-lm.
Films
Open de modus [].
1
z Volg stap 2 bij “Opnamen maken
(Smart Auto)” (=
Kies de compositie.
2
33) en kies []
z Volg stap 3–4 bij “Opnamen maken
(Smart Auto)” (=
33) om de compositie
te kiezen en scherp te stellen.
z Voor indrukwekkendere digest-lms richt
u de camera ongeveer vier seconden op
onderwerpen voordat u foto’s maakt.
Maak de opname.
3
z Volg stap 4 bij “Opnamen maken (Smart
Auto)” (=
33) om een foto te maken.
z De camera maakt zowel een foto als
een lmclip. De clip, die wordt beëindigd
met de foto en een sluitergeluid, is één
hoofdstuk in de digest-lm.
● De batterij gaat in deze modus minder lang mee dan in de
modus [
worden opgenomen.
● Een digest-lm wordt mogelijk niet opgenomen als u een foto
maakt direct nadat u de camera hebt ingeschakeld, de modus
[
● Geluid en trillingen veroorzaakt door de bediening van de camera
worden opgenomen in digest-lms.
], omdat er voor iedere opname digest-lms
] hebt geselecteerd of de camera op andere wijze bedient.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
35
Page 36
● De beeldkwaliteit van digest-lms wordt automatisch ingesteld op
● Er worden geen geluiden afgespeeld wanneer u de ontspanknop
● In de volgende gevallen worden digest-lms opgeslagen als
● Opgenomen sluitergeluiden kunnen niet worden aangepast of
● Als u liever digest-lms opneemt zonder foto’s, kunt u de
● De verschillende hoofdstukken kunnen worden bewerkt (
] voor NTSC of [] voor PAL en kan niet worden
[
gewijzigd (
half indrukt of de zelfontspanner instelt (
aparte lmbestanden, zelfs als ze op dezelfde dag zijn gemaakt
met de modus [
gewist.
instelling van tevoren aanpassen. Kies MENU (
tabblad [
=
161).
=
164).
- Het digest-lmbestand is ongeveer 4 GB groot of er is in totaal
ongeveer 16 minuten en 40 seconden lang opgenomen.
- De digest-lm is beveiligd (
- De instellingen voor zomertijd (
worden gewijzigd.
- Er wordt een nieuwe map gemaakt (
].
=
113).
=
20) of tijdzone (=
=
159).
7] ► [Digest-type] ► [Geen foto’s].
=
29) ►
162)
=
Digest-lm afspelen
Geef een foto weer in de modus [] om de digest-lm af te spelen die
op dezelfde dag is vastgelegd, of geef de datum op van de digest-lm
die u wilt afspelen (=
107).
Foto’s/lms
● Als de camera geen bedieningsgeluiden maakt, is het geluid
mogelijk uitgeschakeld terwijl u de knop [
Om de geluiden te activeren, drukt u op de knop [
kiest u [Mute] op het tabblad [
3] en kiest u [Uit].
] ingedrukt hield.
],
126).
Foto’s
● Een knipperend [ ]-pictogram is een waarschuwing dat de
beelden mogelijk onscherp worden door camerabewegingen.
Bevestig in dat geval de camera op een statief of neem andere
maatregelen om de camera stil te houden.
● Zijn uw opnamen te donker, ondanks dat er is geitst, ga dan
dichter naar het onderwerp toe. Zie “Camera” (
meer informatie over het itsbereik.
● Het onderwerp is mogelijk te dichtbij als de camera maar één
keer piept wanneer u de ontspanknop half ingedrukt houdt.
Zie “Opnamebereik” (
scherpstelbereik (opnamebereik).
● Om rode ogen te corrigeren en om het scherpstellen te
vergemakkelijken, kan de lamp worden ingeschakeld bij
opnamen in omgevingen met weinig licht.
● Als een knipperend [
opname probeert te maken, geeft dat aan dat u pas een opname
kunt maken als de itser klaar is met opladen. U kunt weer
opnemen zodra de itser gereed is. U kunt nu de ontspanknop
helemaal indrukken en wachten, of u laat de knop los en drukt
de ontspanknop opnieuw in.
● Het geluid van de sluiter is niet te horen wanneer de
pictogrammen voor “Slapen” en “Slapende baby’s” (
worden weergegeven.
● Hoewel u nog een opname kunt maken voordat het
opnamescherm wordt weergegeven, worden de gebruikte focus,
helderheid en kleuren mogelijk bepaald door uw vorige opname.
● U kunt wijzigen hoe lang beelden worden weergegeven na
opnamen (
=
=
205) voor meer informatie over het
]-pictogram wordt weergegeven als u een
54).
=
204) voor
=
37)
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
36
Page 37
(1)
Films
● Klap met uw vinger de itser in voordat u een lm opneemt.
Kom tijdens het opnemen van lms niet met uw vingers aan de
microfoon (1). Wanneer u de itser opgeklapt laat of de microfoon
blokkeert, wordt audio mogelijk niet opgenomen of klinkt het
opgenomen geluid gedempt.
● Vermijd tijdens het opnemen van een lm om andere
camerabediening dan de Movie-knop aan te raken, omdat
de geluiden van de camera ook worden opgenomen.
● Zodra de lmopname begint, wijzigt het beeldgebied dat wordt
weergegeven en worden onderwerpen uitvergroot. Op deze
manier worden vervormingen gecorrigeerd die bijvoorbeeld
ontstaan door een sterk bewegende camera. Als u onderwerpen
wilt lmen met hetzelfde formaat als waarop ze vóór het lmen
werden weergegeven, stelt u Dynamic IS in op [Laag] (
● Het geluid wordt in stereo opgenomen.
● De vervorming van het geluid door opnemen bij harde wind
kan worden beperkt. Als er geen wind is, kan het opgenomen
geluid bij gebruik van deze optie echter onnatuurlijk gaan
klinken. Als er geen harde wind staat, kiest u MENU (
tabblad [
● Tijdens lmopname kunnen er ook lensgeluiden van het
automatisch scherpstellen worden opgenomen.
7] ► [Wind Filter] ► [Uit] (=
70).
=
=
53).
29) ►
Compositiepictogrammen
Foto’s
In de standen [] en [] wordt de door de camera vastgestelde
compositie aangeduid met een pictogram op het scherm. De bijbehorende
instellingen voor optimale scherpstelling, helderheid en kleur van
het onderwerp worden automatisch geselecteerd. Afhankelijk van de
compositie worden er mogelijk continu beelden vastgelegd (=
Achtergrond
Onderwerp
Mensen
Bewegende mensen
Schaduwen op gezicht
Glimlach
Slapen
Baby’s
Lachende baby’s
Slapende baby’s
Bewegende kinderen
Overige onderwerpen
Overige bewegende
onderwerpen
Overige onderwerpen
van dichtbij
*1 Met statief.
*2 De achtergrondkleur van pictogrammen is lichtblauw wanneer de achtergrond
een blauwe lucht is, donkerblauw wanneer de achtergrond donker is en grijs
bij alle overige achtergronden.
*3 De achtergrondkleur van pictogrammen is lichtblauw wanneer de achtergrond
een blauwe lucht is en grijs bij alle overige achtergronden.
Nor-
maal
Tegen-
Donker*
licht
2
3
*
*
3
3
*
*
2
*
––––
3
3
*
*
2
3
*
*
3
3
*
*
3
3
*
*
2
3
*
*
3
3
*
*
2
3
*
*
3
3
*
*
2
3
*
*
Zonsonder-
1
gangen
–––
–––
–––
–––
–––
–––
–––
–––
––
–
Films
38).
Spotlights
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
37
Page 38
● De achtergrondkleur van [ ], [ ], [ ], [ ], en [ ] is donkerblauw
en de achtergrondkleur van [ ] is oranje.
● Bij lms worden alleen de pictogrammen Mensen, Overige
onderwerpen en Overige onderwerpen van dichtbij weergegeven.
● In de modus [
] worden alleen de pictogrammen Mensen,
Schaduwen op gezicht, Overige onderwerpen en Overige
onderwerpen van dichtbij weergegeven.
● Bij opnamen met de zelfontspanner worden voor de volgende
onderwerpen geen pictogrammen weergegeven: bewegende,
glimlachende of slapende personen, lachende of slapende baby’s,
bewegende kinderen en overige bewegende onderwerpen.
] (=
38, =
● Wanneer de transportmodus niet is ingesteld op [
42)
en wanneer [Hg lampcorr.] is ingesteld op [Aan] en composities
automatisch worden gecorrigeerd (=
49), worden geen
pictogrammen weergegeven voor glimlachende of slapende
onderwerpen en bewegende kinderen.
● Als de itser is ingesteld op [
], worden de tegenlichtpictogrammen
voor bewegende kinderen en glimlachende mensen niet weergegeven.
● Pictogrammen voor baby’s (waaronder lachende en slapende baby’s)
en bewegende kinderen worden weergegeven wanneer [Gezichts-ID]
is ingesteld op [Aan] en gezichten van geregistreerde baby’s
(jonger dan twee jaar) of kinderen (van twee tot twaalf jaar) worden
=
gedetecteerd (
zijn ingesteld (=
44). Controleer vooraf of de datum en tijd correct
20).
● Probeer om op te nemen in de modus [ ] (=
compositiepictogram niet bij de huidige opnameomstandigheden
past of als het niet mogelijk is om een opname te maken met de
effecten, kleuren of helderheid die u verwacht.
73) als het
Scènes voor continue opname
Als u een foto neemt wanneer het pictogram voor een van de volgende
scènes wordt weergeven (in de linkerkolom van de tabel), neemt de
camera continu opnamen. Als u de ontspanknop half indrukt wanneer
het pictogram voor een van de volgende scènes (in de linkerkolom van
de tabel) wordt weergegeven, wordt een van de volgende pictogrammen
[ ], [ ] of [ ] weergegeven om u te laten weten dat de camera continu
opnamen neemt:
Glimlach
(inclusief baby’s)
Slapen
(inclusief baby’s)
Kinderen
Opeenvolgende beelden worden vastgelegd, en de
camera analyseert details, zoals gezichtsexpressie,
om de beste foto op te kunnen slaan.
Mooie opnamen van slapende gezichten doordat
opeenvolgende foto’s worden gecombineerd om
camerabeweging en beeldruis te verminderen.
Het AF-hulplicht en de itser gaan niet af en het
sluitergeluid klinkt niet.
De camera legt voor elke opname drie
opeenvolgende beelden vast, zodat u geen fraaie
foto van bewegende kinderen hoeft te missen.
● In sommige scènes worden de verwachte beelden mogelijk niet
opgeslagen en kunnen beelden er anders uitzien dan verwacht.
● Focus, beeldhelderheid en kleur worden bij de eerste opname
vastgesteld.
● Als u alleen losse foto’s wilt maken, tikt u op [ ] en selecteert
] in het menu. Kies vervolgens [ ].
u [
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
38
Page 39
Pictogrammen voor beeldstabilisatie
Foto’s
Optimale beeldstabilisatie voor de opnameomstandigheden (Intelligent
IS) wordt automatisch toegepast en de volgende pictogrammen worden
weergegeven.
Beeldstabilisatie voor foto’s (Normaal)
Beeldstabilisatie voor foto’s tijdens pannen (Pan)*
Beeldstabilisatie voor angulaire camerabeweging en shift-shake
in macro-opnamen (Hybrid IS).
Voor lms wordt [] weergegeven en wordt ook []
beeldstabilisatie toegepast.
Beeldstabilisatie voor lms, met vermindering van sterke
camerabeweging, zoals wanneer u lopend opneemt (Dynamisch)
Beeldstabilisatie voor subtiele camerabeweging, zoals bij het
opnemen van lms met de telelens (Powered)
Geen beeldstabilisatie, omdat de camera op een statief is
bevestigd of op een andere manier stil wordt gehouden.
Tijdens lmopname wordt [] echter weergegeven en wordt
beeldstabilisatie gebruikt om trillingen door wind of andere
oorzaken tegen te gaan (Statief IS)
* Wordt weergegeven tijdens panning, terwijl u met de camera bewegende
onderwerpen volgt. Wanneer u een onderwerp volgt dat zich horizontaal verplaatst,
heft beeldstabilisatie alleen het effect van verticale camerabeweging op en stopt de
horizontale beeldstabilisatie. Op dezelfde wijze wordt, wanneer u een onderwerp
volgt dat zich verticaal verplaatst, alleen het effect van horizontale camerabeweging
door beeldstabilisatie opgeheven en stopt de verticale beeldstabilisatie.
● Om de beeldstabilisatie te annuleren stelt u [IS modus] in op [Uit]
=
52). In dat geval wordt het IS-pictogram niet weergegeven.
(
● In de modus [
] wordt geen pictogram [] weergegeven.
Films
Kaders op het scherm
Foto’s
Zodra de camera in de modus [] onderwerpen waarneemt waarop
u de camera richt, worden verschillende kaders weergegeven.
● Rond het onderwerp (of het gezicht) dat door de camera als
hoofdonderwerp wordt vastgesteld, wordt een wit kader weergegeven
en om andere gezichten die zijn herkend worden grijze kaders
weergegeven. De kaders volgen bewegende onderwerpen binnen een
bepaald bereik om de camera er steeds op scherpgesteld te houden.
Als de camera echter waarneemt dat het onderwerp beweegt, blijft
alleen het witte kader op het scherm staan.
● Als de camera beweging van het onderwerp detecteert terwijl u de
ontspanknop half indrukt, dan wordt een blauw kader weergegeven
en worden de focus en helderheid voortdurend aangepast (Servo AF).
● Probeer in de [ ]-modus (=
kaders worden weergegeven, als er geen kaders om de
gewenste onderwerpen worden weergegeven, of als kaders
worden weergegeven op de achtergrond of dergelijke gebieden.
● Om onderwerpen te selecteren waarop u wilt scherpstellen,
tikt u op het gewenste onderwerp op het scherm. [
weergegeven en de modus Touch AF wordt geactiveerd op de
=
camera (
er een blauw kader en blijft de camera scherpstellen op het
onderwerp en de helderheid aanpassen (Servo AF).
86). Als u de ontspanknop half indrukt, verschijnt
73) op te nemen als er geen
] wordt
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
39
Page 40
(1)
Algemene, handige functies
Nader inzoomen op het onderwerp (Digitale Zoom)
Foto’s
Als onderwerpen te ver weg zijn om met behulp van de optische zoom
te vergroten, dan gebruikt u de digitale zoom om tot 12x te vergroten.
Duw de zoomknop naar [].
1
z Houd de zoomknop vast totdat het
zoomen stopt.
z Het inzoomen stopt wanneer de grootst
mogelijke zoomfactor voordat het beeld
merkbaar korrelig wordt, is bereikt.
Dit wordt vervolgens weergegeven
op het scherm.
Duw de zoomknop nogmaals
2
naar [].
z De camera zoomt nog verder in op het
onderwerp.
z (1) is de huidige zoomfactor.
● Als u de zoomknop tijdens de opname beweegt, wordt de zoombalk
weergegeven (die de zoompositie aangeeft). De zoombalk heeft
een kleurcodering waarmee het zoombereik wordt aangegeven.
- Witbereik: optisch zoombereik waarbij het beeld niet korrelig oogt.
- Geelbereik: digitaal zoombereik waarbij het beeld niet merkbaar
korrelig wordt (ZoomPlus).
- Blauwbereik: digitaal zoombereik waarbij het beeld korrelig oogt.
● Omdat het blauwe bereik bij bepaalde opnamepixelinstellingen
=
90) niet beschikbaar is, kunt u de maximale zoomfactor
(
bereiken door stap 1 te volgen.
Films
● Als u de digitale zoomfunctie wilt uitschakelen, kiest u MENU
=
29) ► tabblad [ 2] ► [Digitale Zoom] ► [Uit].
(
Opnemen met vooraf ingestelde
brandpuntsafstanden (Trapsgewijs zoomen)
Foto’s
Neem op met gebruikelijke brandpuntsafstanden binnen een bereik
van 28–84 mm (equivalent aan 35-mm-lm).
z Om de brandpuntsafstand van 28 in
35 mm te wijzigen, draait u de ring [
tegen de klok in totdat u een klik hoort.
Draai de ring [ ] tegen de klok in om in
te zoomen, of met de klok mee om uit
te zoomen.
● Tijdens het opnemen van lms is trapsgewijs zoomen niet
beschikbaar, zelfs niet als u aan de ring [
● Bij het gebruik van de digitale zoom (=
niet wijzigen door de ring [
ring echter met de klok mee draait, kunt u de brandpuntsafstand
instellen op 84 mm.
] tegen de klok in te draaien. Als u de
] draait.
40) kunt u de zoomfactor
De zelfontspanner gebruiken
Foto’s
Met de zelfontspanner kunt u een groepsfoto maken waar u zelf ook
op staat. De camera maakt de foto ongeveer 10 seconden nadat u de
ontspanknop indrukt.
Films
]
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
40
Page 41
Congureer de instelling.
1
z Druk op de knop [ ], kies [ ] in het
menu en selecteer vervolgens [ ]
(=
28).
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
Maak de opname.
2
z Voor foto’s: druk de ontspanknop half in
om scherp te stellen op het onderwerp
en druk de knop daarna helemaal naar
beneden.
z Voor lms: druk op de lmknop.z Zodra u de zelfontspanner start, gaat het
lampje knipperen en speelt de camera
het geluid van de zelfontspanner af.
z Twee seconden voor de opname
versnellen het knipperen en het geluid.
(In het geval dat de itser afgaat, blijft
de lamp branden.)
z Om het maken van opnamen met de
zelfontspanner te annuleren nadat
u deze hebt ingesteld, drukt u op de
knop [
z Als u wilt terugkeren naar
de oorspronkelijke instelling,
selecteert u [
● U kunt de opname ook annuleren nadat de zelfontspanner is
gestart door op het scherm te tikken.
].
] bij stap 1.
Camerabeweging vermijden met de zelfontspanner
Foto’s
Met deze optie reageert de sluiter nadat u de ontspanknop indrukt met een
]
vertraging van ongeveer twee seconden. Zou de camera dan bewegen
terwijl u de ontspanknop indrukt, dan heeft dat geen invloed op uw opname.
z Voer stap 1 bij “De zelfontspanner
gebruiken” uit (
z Zodra de instelling is voltooid,
wordt [
z Voer stap 2 uit in “De zelfontspanner
gebruiken” (
maken.
=
40) en kies [ ].
] weergegeven.
=
40) om de opname te
Films
De zelfontspanner aanpassen
Foto’s
U kunt de vertraging (0–30 seconden) en het aantal opnamen
(1–10 opnamen) aangeven.
Selecteer [ ].
1
z Voer stap 1 uit bij “De zelfontspanner
gebruiken” (=
daarna op de knop [].
Congureer de instelling.
2
z Tik op de vertragingstijd of het aantal
opnamen om een van deze items te
selecteren.
z Tik op [
en druk daarna twee keer op de knop [ ].
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
z Voer stap 2 uit in “De zelfontspanner
gebruiken” (
maken.
40), kies [ ] en druk
][ ] om een waarde te selecteren
=
40) om de opname te
Films
]
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
41
Page 42
● Voor lms die worden opgenomen met behulp van de
zelfontspanner, begint het opnemen na de door u opgegeven
vertragingstijd, maar het instellen van het aantal opnamen
heeft geen effect.
● Wanneer u meerdere opnamen opgeeft, worden de
beeldhelderheid en witbalans bij de eerste opname vastgesteld.
Tussen de opnamen in is meer tijd nodig als de itser afgaat of
als u hebt opgegeven dat u veel opnamen wilt maken. De camera
stopt automatisch met opnemen zodra de geheugenkaart vol raakt.
● Als u een vertraging van meer dan twee seconden instelt,
versnellen het geluid en het lampje van de zelfontspanner twee
seconden voor de opname. (In het geval dat de itser afgaat,
blijft de lamp branden.)
Opnamen maken door het scherm aan te raken
(Touch Shutter)
Foto’s
Met deze optie kunt u gewoon het scherm aanraken en uw vinger
wegnemen om de opname te maken, in plaats van de ontspanknop
in te drukken. De camera stelt automatisch scherp op onderwerpen
en past automatisch de beeldhelderheid aan.
Schakel de Touch Shutter-functie in.
1
z Tik op [ ] en wijzig dit in [ ].
Maak de opname.
2
z Tik op het onderwerp op het scherm om
de opname te maken.
z De camera maakt de opname en er klinkt
een sluitergeluid.
] in stap 1 om de Touch Shutter
z Kies [
te annuleren.
Films
● Zelfs wanneer de opname nog wordt weergegeven, kunt
u voorbereidingen treffen voor de volgende opname door
] te tikken.
op [
● U kunt de Touch Shutter-instellingen ook congureren door
=
MENU (
Als u het pictogram Touch Shutter wilt verbergen, stelt
u [Pict. sluiter aanraken] in op [Uit].
29) ► tabblad [ 2] ► [Touch Shutter] te kiezen.
Continue opname
Foto’s
Houd in de stand [] de ontspanknop volledig ingedrukt om continue
opnamen te maken.
Zie “Camera” (=
204) voor meer informatie over de snelheid van
continue opnamen.
Congureer de instelling.
1
z Druk op de knop [ ], kies [ ] in het
menu en selecteer vervolgens [ ]
(=
28).
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
Maak de opname.
2
z Houd de ontspanknop volledig ingedrukt
om continue opnamen te maken.
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
]
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
42
Page 43
● Tijdens continue opnamen zijn de scherpstelling, belichting
en kleuren vergrendeld op de positie/het niveau die/dat wordt
vastgesteld wanneer u de ontspanknop half indrukt.
● Kan niet worden gebruikt met de zelfontspanner (
● De opname kan tijdelijk onderbroken worden of een
continue opname kan langzamer worden, afhankelijk van de
opnameomstandigheden, camera-instellingen en zoompositie.
● Opnamen maken kan langzamer worden wanneer meer opnamen
worden gemaakt.
● Als u itst, kan de opnamesnelheid afnemen.
● Witbalans voor meerdere gebieden (
Houd er ook rekening mee dat deze functies niet beschikbaar zijn.
- [Hg lampcorr.] (
- [Knipperdetectie] (
● Bij gebruik van Touch Shutter (
opnamen zolang u het scherm aanraakt. Tijdens continue opnamen
blijven de focus en belichting constant nadat ze voor de eerste
opname zijn bepaald.
=
49)
=
51)
=
=
42) maakt de camera continu
=
40).
33) is niet beschikbaar.
Beelden weergeven tijdens het afspelen
Elke set met doorlopende beelden wordt behandeld als één groep, en
alleen het eerste beeld dat is opgenomen in de groep wordt weergegeven.
Om aan te geven dat het beeld onderdeel is van een groep, wordt []
weergegeven linksboven in het scherm.
● Als u een gegroepeerd beeld wist (=
beelden in de groep ook gewist. Pas op bij het wissen van beelden.
115), worden alle andere
● Gegroepeerde beelden kunnen afzonderlijk (=
niet-gegroepeerd (
● Als u een gegroepeerd beeld beveiligt (
alle beelden in de groep beveiligd.
● Als u gegroepeerde beelden afspeelt met Beeld zoeken
=
107), kunnen beelden afzonderlijk worden bekeken.
(
In dit geval worden beelden tijdelijk niet gegroepeerd.
● De volgende acties zijn niet beschikbaar voor gegroepeerde
beelden: gezichts-ID-gegevens bewerken (
=
112), als favoriet markeren (=
(
afdrukken (
=
180) of aan een fotoboek toevoegen (=
(
gegroepeerde beelden afzonderlijk af (
de groepering (
=
110) worden afgespeeld.
=
175), afzonderlijk beelden afdrukken instellen
=
110) om deze bewerkingen uit te voeren.
118), bewerken (=
110) en
=
113), worden
=
111), vergroten
181). Speel de
=
110) of annuleer
120),
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
43
Page 44
Gezichts-ID gebruiken
Als u van tevoren een persoon had geregistreerd, zal de camera bij
het maken van foto’s het gezicht van die persoon detecteren en de
scherpstelling, helderheid en kleur voor die persoon instellen. In modus
[] kan de camera baby’s en kinderen waarnemen op basis van
geregistreerde verjaardagen. Zo kunt u met de optimale instellingen
opnamen van hen maken.
Met deze functie kunt u ook opnamen zoeken die u hebt gemaakt en
waarop geregistreerde personen staan (=
Persoonlijke gegevens
● Gegevens zoals beelden van een gezicht (gezichtsinfo) die middels
de gezichts-ID zijn geregistreerd en persoonlijke gegevens (naam,
verjaardag) worden op de camera opgeslagen. Wanneer er
geregistreerde personen worden gedetecteerd, worden hun namen
bovendien in de foto’s vastgelegd. Wees bij het gebruik van de functie
Gezichts-ID voorzichtig als u de camera of beelden met anderen deelt
en als u beelden online plaatst waar vele anderen ze kunnen bekijken.
● Wanneer u de camera afdankt of aan een andere persoon overdraagt
nadat u Gezichts-ID hebt gebruikt, zorg dan dat u alle gegevens
(geregistreerde gezichten, namen en verjaardagen) van de camera
=
47).
wist (
Gezichts-ID-gegevens registreren
U kunt voor maximaal twaalf personen gegevens (gezichtsinfo, namen en
verjaardagen) registreren voor gebruik met Gezichts-ID.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], kies
[Inst. gezichts-ID] op het tabblad [ 2]
en druk vervolgens op de knop [ ]
(=
108).
29).
z Selecteer [Toev. regst.] door erop te tikken
en druk vervolgens op de knop [ ].
z Selecteer [Nieuw gezicht toev.] en druk
op de knop [
Registreer gezichtsgegevens.
2
z Richt de camera zodanig dat het gezicht
van de persoon die u wilt registreren zich
binnen het grijze kader midden op het
scherm bevindt.
z Een wit kader over het gezicht van
de persoon geeft aan dat het gezicht
is herkend. Zorg dat er een wit kader
rond het gezicht van de persoon wordt
weergegeven en maak een foto.
z Als het gezicht niet wordt herkend, kunt
u geen gezichtsgegevens registreren.
z Als [Registreren?] verschijnt, tikt u op [OK].z Het scherm [Proel bew.] wordt
weergegeven.
].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
44
Page 45
Registreer de naam en verjaardag
3
van de persoon.
z Tik op het tekstvak bedoeld voor de naam
om het toetsenbord te openen en voer
vervolgens de naam in (=
30).
z U registreert een verjaardag door in
het scherm [Proel bew.] te tikken in
het veld voor de verjaardag.
z Tik op een optie om deze te selecteren.z Tik op [
][ ] om de datum op te geven.
z Als u klaar bent, drukt u op de knop [
Sla de instellingen op.
4
z Tik op [Opslaan].z Nadat het bericht is weergegeven,
tikt u op [Ja].
Ga verder met gezichtsgegevens
5
registreren.
z Voor het registreren van maximaal vier
extra punten met gezichtsinformatie
(uitdrukkingen of hoeken) herhaalt
u stap 2.
z Geregistreerde gezichten worden sneller
herkend als u diverse gezichtsgegevens
toevoegt. Voeg naast een rechte
invalshoek bijvoorbeeld een enigszins
schuine hoek, een opname van een
glimlach en binnen- en buitenopnames toe.
● U kunt geregistreerde gezichtsinformatie overschrijven of deze
later toevoegen als u nog niet alle 5 velden met gezichtsinfo hebt
=
ingevuld (
44).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Opnamen maken
Basishandelingen
Als u een persoon van tevoren registreert, zal de camera bij het maken
van foto’s het gezicht van die persoon detecteren en de scherpstelling,
helderheid en kleur voor die persoon instellen.
z Als u de camera op mensen richt,
].
worden de namen van maximaal drie
geregistreerde personen weergegeven
wanneer zij worden gedetecteerd.
z Maak de opname.z De weergegeven namen worden in
de foto’s vastgelegd. De namen van
detecteerde personen (maximaal 5 in
totaal) worden vastgelegd, zelfs als hun
namen niet worden weergegeven.
● Het is mogelijk dat andere dan de geregistreerde personen
als de geregistreerde persoon worden gedetecteerd indien
zij vergelijkbare gezichtskenmerken hebben.
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● De itser gaat niet af wanneer u stap 2 volgt.
● Als u bij stap 3 geen verjaardag registreert, worden de
pictogrammen Baby’s of Kinderen (
in de modus [
].
=
37) niet weergegeven
45
Page 46
● Geregistreerde personen worden mogelijk niet correct
gedetecteerd als het vastgelegde beeld of de compositie
aanzienlijk afwijkt van de geregistreerde gezichtsgegevens.
● Als een geregistreerd gezicht niet wordt gedetecteerd, of niet
snel wordt gedetecteerd, overschrijft u de geregistreerde
gegevens met de nieuwe gezichtsgegevens. Door voorafgaand
aan het maken van foto’s de gezichtsinfo te registreren, worden
geregistreerde gezichten sneller gedetecteerd.
● Als een persoon onterecht als een andere persoon wordt
gedetecteerd en u gaat door met het maken van foto’s, kunt u de
in het beeld vastgelegde naam tijdens het afspelen van het beeld
wijzigen of wissen (
● Omdat gezichten van baby’s of kinderen snel veranderen
naarmate ze opgroeien, moet u hun gezichtsgegevens
regelmatig bijwerken (
● Namen worden altijd in beelden opgeslagen, zelfs als u het
selectievakje [Opname Info] uitschakelt in “De weergegeven
informatie aanpassen” (
● Als u geen namen in foto’s wilt vastleggen, selecteert
u [Inst. gezichts-ID] op het tabblad [
u [Gezichts-ID] en vervolgens [Uit].
● U kunt de in de beelden vastgelegde namen controleren bij
het afspelen (korte informatieweergave) (
● In de modus [
opnamescherm, maar wel op de foto’s vastgelegd.
● Namen die werden opgenomen tijdens continue opnamen
=
42) worden verder op dezelfde positie opgenomen als
(
bij de eerste opname, zelfs als de onderwerpen bewegen.
=
111) .
=
44).
=
99) om de namen niet weer te geven.
2], selecteert
=
] worden namen niet weergegeven op het
105).
Geregistreerde gegevens controleren
en bewerken
Open het scherm [Info cntr./bew.].
1
z Voer stap 1 in “Gezichts-ID-gegevens
registreren” (=
[Info cntr./bew.].
44) uit en selecteer
Selecteer een persoon van wie
2
u gegevens wilt controleren of
bewerken.
z Tik op het beeld van de persoon van wie
u gegevens wilt controleren of bewerken.
Controleer of bewerk desgewenst
3
de geregistreerde gegevens.
z Als u een naam of verjaardag wilt
controleren, tikt u op [Proel bew.]. In het
weergegeven scherm kunt u de naam
of verjaardag bewerken zoals wordt
beschreven bij stap 3 van “Gezichts-IDgegevens registreren” (=
44).
z Als u gezichtsgegevens wilt controleren,
tikt u op [Gezicht info lijst]. Om
gezichtsinfo te wissen, tikt u op [Wissen]
in het weergegeven scherm en vervolgens
op de gezichtsgegevens die u wilt wissen.
Als [Wissen ?] verschijnt, tikt u op [OK].
● Zelfs als u namen in [Proel bew.] wijzigt blijven de namen die in
eerdere opnamen werden vastgelegd, ongewijzigd.
Gezichtsgegevens overschrijven en toevoegen
U kunt bestaande gezichtsgegevens met nieuwe overschrijven. Omdat
gezichten van met name baby’s of kinderen snel veranderen naarmate
ze opgroeien, moet u gezichtsgegevens regelmatig bijwerken.
U kunt ook gezichtsgegevens toevoegen wanneer nog niet alle vijf
gezichtsinfovelden zijn ingevuld.
Open het scherm [Gezichtsinfo
1
toevoegen].
z Voer stap 1 in “Gezichts-ID-gegevens
registreren” (=
[Gezichtsinfo toevoegen].
44) uit en selecteer
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
46
Page 47
Selecteer een persoon van
2
wie u gezichtsinformatie wilt
overschrijven.
z Tik op de naam van de persoon wiens
gezichtsinfo u wilt overschrijven.
z Wanneer u al gezichtsgegevens voor vijf
personen hebt geregistreerd, wordt er
een bericht weergegeven. Tik op [OK].
z Als er minder dan vijf items met
gezichtsinfo zijn geregistreerd, voert
u stap 4 uit om gezichtsinformatie toe
te voegen.
Selecteer de te overschrijven
3
gezichtsinfo.
z Tik op de gezichtsinfo die u wilt
overschrijven.
Registreer gezichtsgegevens.
4
z Volg stap 2 in “Gezichts-ID-gegevens
registreren” (=
44) om foto’s te
maken en registreer daarna de nieuwe
gezichtsgegevens.
z Geregistreerde gezichten worden sneller
herkend als u diverse gezichtsgegevens
toevoegt. Voeg naast een rechte
invalshoek bijvoorbeeld een enigszins
schuine hoek, een opname van een
glimlach en binnen- en buitenopnames toe.
● U kunt geen gezichtsgegevens toevoegen als alle vijf
gezichtsinfovelden zijn ingevuld. Volg de bovenstaande
stappen om de gezichtsgegevens te overschrijven.
● U kunt de bovenstaande stappen volgen om nieuwe
gezichtsgegevens te registreren wanneer er ten minste één veld
ongebruikt is, maar u kunt geen gezichtsgegevens overschrijven.
In plaats van gezichtsinformatie te overschrijven, wist u eerst de
ongewenste bestaande informatie (
u nieuwe gezichtsinformatie registreren (
=
46). Vervolgens kunt
=
44).
Geregistreerde gegevens wissen
U kunt gegevens (gezichtsinfo, namen en verjaardagen) wissen die in
Gezichts-ID zijn geregistreerd. Namen die in eerder genomen beelden
zijn vastgelegd, worden echter niet gewist.
Open het scherm [Info wissen].
1
z Voer stap 1 uit in “Gezichts-ID-gegevens
registreren” (=
Selecteer een persoon van wie
2
u gegevens wilt wissen.
z Tik op de naam van de persoon die u wilt
wissen.
z Als [Wissen ?] verschijnt, tikt u op [OK].
● Als u de gegevens van geregistreerde personen wist, is het niet
mogelijk om hun naam weer te geven (
te overschrijven (
zoeken (
=
=
111) of naar beelden van die personen te
108).
44) en kies [Info wissen].
=
107), hun gegevens
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● U kunt ook alleen namen in beeldgegevens wissen (=
111) .
47
Page 48
Functies voor de beeldaanpassing
De verhouding wijzigen
Foto’s
Wijzig de verhouding (breedte-hoogteverhouding) als volgt:
z Druk op de knop [
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
28).
z Zodra de instelling is voltooid, wordt de
verhouding van het scherm gewijzigd.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt
u deze procedure, maar selecteert
].
u [
Wordt gebruikt voor de weergave op breedbeeld hdtv’s of
vergelijkbare weergaveapparatuur.
Normale verhouding van het camerascherm. Dezelfde verhouding
als 35 mm-lm, die wordt gebruikt voor het afdrukken van beelden
op 130 x 180 mm of briefkaartformaat.
Wordt gebruikt voor de weergave op SD-tv’s of vergelijkbare
weergaveapparatuur. Wordt ook gebruikt voor het afdrukken
van afbeeldingen op 90 x 130 mm of diverse A-papierformaten.
Vierkante verhouding.
● Niet beschikbaar in de modus [].
● U kunt deze instelling ook congureren door MENU (
tabblad [
1] ► [Hoogte/breedte foto] te kiezen.
] en kies [] in het
=
29) ►
Films
Beeldkwaliteit wijzigen
Foto’s
Kies uit 4 niveaus voor beeldkwaliteit. Zie “Aantal opnamen per
geheugenkaart” (=
van elk type beeld op een geheugenkaart passen.
Richtlijnen voor het kiezen van de beeldkwaliteit op basis van het
papierformaat (voor 3:2-beelden)
A2 (420 x 594 mm)
A3–A5 (297 x 420–148 x 210 mm)
90 x 130 mm, 130 x 180 mm, briefkaartformaat
Voor e-mail en vergelijkbare doeleinden
205) voor richtlijnen over hoeveel opnamen
z Druk op de knop [
] en kies [ ] in het
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
28).
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt
u deze procedure, maar selecteert u [
● Niet beschikbaar in de modus [].
● U kunt de beeldkwaliteit ook wijzigen door MENU (
tabblad [
1] ► [Beeldkwalit.] (=
90) te kiezen.
=
29) ►
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
].
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
48
Page 49
Groenige beeldgebieden door kwiklampen
corrigeren
Foto’s
In de modus [] kunnen de onderwerpen of de achtergrond bij
opnamen van avondscènes die door kwiklampen worden verlicht een
groenige zweem vertonen. Deze groenige zweem kan automatisch
worden gecorrigeerd door opnamen te maken met behulp van Witbalans
voor meerdere gebieden.
z Druk op de knop [
], kies
[Hg lampcorr.] op het tabblad [ 6]
en kies vervolgens [Aan] (=
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt
u deze procedure, maar selecteert
u [Uit].
● Nadat u het opnemen onder kwiklampen hebt voltooid, moet
u [Hg lampcorr.] weer op [Uit] zetten. Anders worden groene
tinten die niet door kwiklampen zijn veroorzaakt, per vergissing
gecorrigeerd.
● Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om er zeker
van te zijn dat u het gewenste resultaat verkrijgt.
● Bij continue opnamen (
[Uit]. Deze instelling kan niet worden gewijzigd.
=
42) is deze instelling ingesteld op
29).
Films
Beeldkwaliteit van lms wijzigen
Foto’s
Beeldkwaliteit van lms aanpassen (beeldformaat en framerate).
De framerate geeft aan hoeveel beelden er per seconde worden
opgenomen. Dit wordt automatisch bepaald op basis van de NTSCof PAL-instelling (=
(=
206) voor richtlijnen voor de totale opnametijd voor lms die
161). Zie “Opnametijd per geheugenkaart”
bij elk beeldkwaliteitsniveau op een geheugenkaart past.
z Druk op de knop [
], kies het menu-item
voor lmkwaliteit en kies de gewenste
optie (=
]
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
28).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Voor NTSC-video
Beeldkwaliteit
*
Aantal
opnamepixels
1920 x 108059,94 fps
1920 x 108029,97 fps
1920 x 108023,98 fps
1280 x 72029,97 fpsVoor opnamen in HD.
640 x 48029,97 fps
* Beschikbaar in de modus [ ] of [ ].
FramesnelheidDetails
Voor opnamen in
Full-HD-kwaliteit.
] maakt lms
[
met vloeiendere
beweging mogelijk.
Voor opnamen in
SD-kwaliteit.
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
49
Page 50
Voor PAL-video
Beeldkwaliteit
*
* Beschikbaar in de modus [ ] of [ ].
Aantal
opnamepixels
1920 x 108050,00 fps
1920 x 108025,00 fps
1280 x 72025,00 fpsVoor opnamen in HD.
640 x 48025,00 fps
● Na herhaaldelijke opnames in de modus [] of []
is het mogelijk dat het opnemen van lms met dat kwaliteitsniveau
tijdelijk niet mogelijk is (zelfs als u op de Movie-knop drukt) totdat
de camera is afgekoeld. Als u in plaats daarvan wilt doorgaan met
opnemen in de modus [
de melding wordt weergegeven. Anders schakelt u de camera uit
en wacht u even totdat de camera is afgekoeld en u het opnemen
kunt hervatten.
● Zwarte balken (aan de linker- en rechterkant in de modus
● U kunt deze instelling ook congureren door MENU (
] en [] en aan de boven- en onderkant in de
[
modus [
] en []) geven aan welke beeldgebieden niet
[
worden vastgelegd.
tabblad [
8] ► [Filmkwaliteit] te kiezen.
FramesnelheidDetails
Voor opnamen in
Full-HD-kwaliteit.
Voor opnamen in
SD-kwaliteit.
] of [], tikt u op [Ja] als
], [], [], [], [],
=
29) ►
Handige opnamefuncties
De digitale horizon gebruiken
Foto’s
U kunt de digitale horizon, die tijdens het opnemen op het scherm verschijnt,
als richtlijn gebruiken om te bepalen of de camera waterpas staat.
Geef de digitale horizon weer.
1
z Druk op de knop [] om de digitale
horizon weer te geven.
Zet indien nodig de camera waterpas.
2
z Zet de camera waterpas zodat het
midden van de digitale horizon groen is.
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
50
Page 51
● Als de digitale horizon niet in stap 1 verschijnt, drukt u op de knop
● Als u de camera te ver naar voren of naar achteren houdt, kunt
● De digitale horizon wordt niet getoond tijdens het opnemen van
● Wanneer u de camera verticaal houdt, wordt de stand van de
● Kalibreer de digitale horizon als het lijkt alsof deze niet helpt om
● Niet beschikbaar in de modus [
] en controleert u de instelling in het tabblad [ 1] ►
[
[Opname-infoscherm].
u de digitale horizon niet gebruiken. Deze wordt dan grijs.
een lm.
digitale horizon automatisch in overeenstemming gebracht met
de stand van de camera.
=
waterpas opnamen te maken (
161).
].
Het gebied waarop wordt scherpgesteld
vergroten
Foto’s
U kunt de scherpstelling controleren door de ontspanknop half in te
drukken, waardoor het gedeelte van het beeld waarop is scherpgesteld
in het AF-kader wordt vergroot.
Congureer de instelling.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[AF-Punt Zoom] op het tabblad [ 3]
en selecteer vervolgens [Aan] (=
Films
29).
Controleer de scherpstelling.
2
z Druk de ontspanknop half in. Het gezicht
dat als hoofdonderwerp gedetecteerd is,
wordt nu uitvergroot.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, selecteert
u [Uit] in stap 1.
● Het gebied dat is scherpgesteld wordt in de volgende gevallen
niet vergroot wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt.
- Als er geen gezicht is gedetecteerd, als de persoon zich te dicht
op de camera bevindt en zijn of haar gezicht te groot is voor het
scherm, of als de camera waarneemt dat het onderwerp beweegt
- Als digitale zoom gebruikt wordt (
● Niet beschikbaar in de modus [
=
40)
].
Controleren op gesloten ogen
Foto’s
[ ] wordt weergegeven als de camera detecteert dat personen misschien
hun ogen dicht hebben.
Congureer de instelling.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Knipperdetectie] op het tabblad [ 7]
en selecteer daarna [Aan] (=
29).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
51
Page 52
Maak de opname.
2
z [ ] knippert wanneer de camera iemand
waarneemt die zijn/haar ogen dicht heeft.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, selecteert
u [Uit] in stap 1.
● Wanneer u meerdere opnamen hebt ingesteld in de modus [ ],
dan is deze functie alleen beschikbaar voor de laatste opname.
● Als u [2 sec.], [4 sec.], [8 sec.] of [Vastzetten] hebt geselecteerd
bij [Weergavetijd] (
zijn gesloten in een kader weergegeven.
● Deze functie is niet beschikbaar tijdens continue opname in de
modus [
● Deze functie is niet beschikbaar tijdens de modus voor continue
opnamen (
] (=
=
=
54) worden personen van wie de ogen
38).
42).
Instellingen van de IS-modus wijzigen
Beeldstabilisatie uitschakelen
Foto’s
Als de camera stil wordt gehouden (bijvoorbeeld bij gebruik op een statief),
moet u beeldstabilisatie instellen op [Uit] om de functie uit te schakelen.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[IS-instellingen] op het tabblad [ 4] en
druk daarna op de knop [ ] (=
Congureer de instelling.
2
z Tik op [IS modus] en kies vervolgens een
optie (=
29).
29).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Automatisch corrigeren uitschakelen
Foto’s
Normaal gesproken zorgt automatisch corrigeren ervoor dat lms recht
blijven. U kunt deze functie annuleren door [Uitsch.] te selecteren.
z Druk op de knop [
], selecteer
[ Auto.corrig.] op het tabblad [4] en
druk daarna op de knop [ ] (=
=
53).
29).
z Selecteer [Uitsch.] (
● Als de opname start, wordt het weergavegebied versmald en
worden de onderwerpen vergroot (
=
29).
Films
Continu
Optimale beeldstabilisatie voor de opnameomstandigheden
wordt automatisch toegepast (Intelligent IS) (=
UitSchakelt de beeldstabilisatie uit.
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
39).
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
52
Page 53
Filmen met onderwerpen op hetzelfde
formaat als waarop ze voor het lmen
werden weergegeven
Foto’s
Zodra de lmopname begint, wijzigt normaal gesproken het beeldgebied dat
wordt weergegeven en worden onderwerpen uitvergroot. Op deze manier
wordt het beeld recht gemaakt en worden vervormingen gecorrigeerd die
bijvoorbeeld ontstaan door een sterk bewegende camera.
Als u lms wilt opnemen met onderwerpen op hetzelfde formaat als
waarop ze voor het lmen werden weergegeven, kunt u beeldstabilisatie
en Auto. corrig. verminderen.
z Stel [
Auto. corrig.] in op [Uitsch.]
zoals wordt beschreven in “Automatisch
corrigeren uitschakelen” (=
z Volg stap 1 in “Beeldstabilisatie
=
uitschakelen” (
52) om het scherm
[IS-instellingen] te openen.
z Kies [Dynamic IS] en kies [Laag] (
● U kunt ook [IS modus] op [Uit] zetten, zodat onderwerpen op
hetzelfde formaat worden opgenomen als waarop ze voor het
lmen worden weergegeven.
● [Dynamic IS] is niet beschikbaar als [IS modus] is ingesteld
=
op [Uit] (
● Als de lmkwaliteit [
is alleen [Standaard] beschikbaar.
52).
] (NTSC) of [] (PAL) is,
52).
=
Films
29).
De camerabewerkingen aanpassen
Pas de opnamefuncties als volgt aan op het tabblad [ ] van het
menuscherm.
Zie “Het menuscherm gebruiken” (=
menufuncties.
Voorkomen dat het AF-hulplicht afgaat
U kunt de lamp, die normaal als u de ontspanknop half indrukt gaat
branden als hulp bij het scherpstellen, uitschakelen in omstandigheden
met weinig licht.
Voorkomen dat de lamp voor rodeogenreductie aangaat
U kunt het lampje voor rode-ogenreductie uitschakelen, dat gaat branden
om het effect van rode ogen te verminderen dat optreedt wanneer
u opnamen maakt met de itser in een omgeving met weinig licht.
1
29) voor instructies over
z Druk op de knop [
Foto’s
], kies
Films
[AF-hulplicht] op het tabblad [ 3]
en kies vervolgens [Uit].
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Aan].
Foto’s
Films
Open het scherm [Flits Instellingen].
z Druk op de knop [], selecteer
[Flits Instellingen] op het tabblad [ 5]
en druk daarna op de knop [ ].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
53
Page 54
Congureer de instelling.
2
z Kies [Lamp Aan] en kies vervolgens [Uit].z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Aan].
De weergavestijl van het beeld na opnamen
wijzigen
Foto’s
U kunt instellen hoe lang na de opname beelden worden weergegeven
en welke informatie wordt weergegeven.
De weergaveduur van het beeld na opnamen wijzigen
Open het scherm [Afbeelding direct
1
bekijken].
z Druk op de knop [], kies
[Afbeelding direct bekijken] op het tabblad
[ 1] en druk daarna op de knop [ ].
Congureer de instelling.
2
z Kies [Weergavetijd] en kies vervolgens
de gewenste optie.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Snel].
Films
SnelGeeft beelden alleen weer totdat u weer kunt fotograferen.
2 sec.,
4 sec.,
8 sec.
Vastzetten
UitNa de opname worden geen beelden weergegeven.
Beelden worden gedurende de opgegeven tijd
weergegeven. Zelfs wanneer de foto nog op het scherm
staat, kunt u de ontspanknop al half indrukken om een
volgende foto te maken.
Beelden worden weergegeven totdat u de ontspanknop
half indrukt.
Het weergegeven scherm na de opname wijzigen
Wijzig als volgt de manier waarop beelden na de opname worden
weergegeven.
Stel [Weergavetijd] in op [2 sec.],
1
[4 sec.], [8 sec.] of [Vastzetten]
(= 54).
Congureer de instelling.
2
z Kies [Scherminfo] en kies vervolgens
de gewenste optie.
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt u deze
procedure, maar selecteert u [Uit].
UitGeeft alleen het beeld weer.
Details
Geeft details van de opname weer (
● Wanneer [Weergavetijd] (=
is [Scherminfo] ingesteld op [Uit]. Dit kan niet worden gewijzigd.
● U kunt de scherminformatie wijzigen door op de knop [
te drukken terwijl na de opname een beeld wordt weergegeven.
De instellingen van [Scherminfo] worden niet gewijzigd.
54) is ingesteld op [Uit] of [Snel],
=
189).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
]
54
Page 55
Andere opnamestanden
Maak effectiever opnamen in verschillende
composities en maak betere opnamen met unieke
beeldeffecten of vastgelegd met speciale functies
Automatisch effecten toepassen
(Creatieve opname)
Foto’s
Genieten van diverse beelden van elke opname
De camera bepaalt het onderwerp en de opnameomstandigheden.
Daarbij worden automatisch speciale effecten toegepast en de compositie
van de opname aangepast om het onderwerp te benadrukken. Voor elke
opnamen worden zes foto’s opgeslagen. U kunt meerdere foto’s met
effecten vastleggen met door de camera bepaalde instellingen.
Open de modus [].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [].
Maak de opname.
2
z Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden. Terwijl u de opname maakt,
hoort u driemaal het sluitergeluid.
z Nadat de zes beelden achter elkaar zijn
weergegeven, worden ze gedurende circa
twee seconden tegelijkertijd weergegeven.
z Om de beelden weergegeven te houden
totdat u de ontspanknop half indrukt of
op de knop [
de knop [ ] terwijl de beelden worden
weergegeven. U kunt een beeld voor
weergave in volledig scherm kiezen door
op het beeld te tikken en vervolgens op
de knop [ ] te drukken.
z Druk op de knop [
keren naar de oorspronkelijke weergave.
] drukt, drukt u op
] om terug te
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
55
Page 56
● Opnamen maken kan even duren als de itser wordt geactiveerd,
maar houd de camera stil totdat het sluitergeluid drie keer wordt
afgespeeld.
● De zes beelden worden samen als een groep beheerd (
● Gelijktijdige weergave van de zes beelden, zoals getoond bij
stap 2, is alleen direct na de opname beschikbaar.
=
110).
Effecten kiezen
U kunt effecten kiezen voor beelden die zijn vastgelegd in de stand [].
z Nadat u de modus [
] hebt
geselecteerd, draait u de ring [ ]
om het effect te selecteren.
Automatisch
Retro
Monochroom
Speciaal
Natuurlijk
Alle effecten
Beelden die lijken op oude foto’s
Beelden die in één kleur zijn gegenereerd
Stoere beelden met een bijzondere uitstraling
Ingetogen beelden met een natuurlijke uitstraling
Films opnemen met diverse effecten
Laat de camera de onderwerpen en opnameomstandigheden bepalen
als u lms opneemt. Er worden dan automatisch lters en effecten, zoals
vertraagd of versneld afspelen, toegevoegd. Als u een paar lms hebt
opgenomen, worden er automatisch maximaal vier gecombineerd tot een
Creatieve opname-lm van 15–25 seconden. In deze modus wordt geen
geluid opgenomen.
Open de modus [].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [].
Neem de eerste lm op.
2
z Druk op de lmknop. De opname begint
en op het scherm verschijnt een balk
waarmee de verstreken tijd wordt
aangegeven.
z De opname stopt automatisch
na 3–6 seconden.
Neem de tweede tot vierde lm op.
3
z Herhaal stap 2 drie keer om vier lms
op te nemen.
● Zelfs als u die dag niet vier lms opneemt, wordt er zodra de
datum verandert een Creatieve opname-lm opgeslagen als
afzonderlijk bestand.
● In het algemeen worden op lm 1–4 dezelfde effecten toegepast,
maar u kunt ook voor elke lm een ander effect kiezen (
● De verschillende hoofdstukken kunnen worden bewerkt (
=
=
56).
Creatieve opname-lm afspelen
U kunt Creatieve opname-lms die u hebt opgenomen in de modus []
(=
106) selecteren en afspelen.
126).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
56
Page 57
Specieke scènes
Kies een modus die past bij de opnamelocatie en de camera maakt
automatisch de instellingen voor optimale foto’s.
Open de modus [].
1
z Stel het programmakeuzewiel in
op [].
Selecteer een opnamemodus.
2
z Tik op [ ] en tik vervolgens op [ ][ ] of
sleep omhoog of omlaag op het scherm
om een opnamemodus te kiezen.
z Tik op [OK] om uw keuze te bevestigen.
Maak de opname.
3
Portretopnamen maken (Portret)
Foto’s
z Mensen fotograferen met een
verzachtend effect.
Films
Avondcomposities maken zonder
statief (Nachtscène handmatig)
Foto’s
Films
z Fraaie opnamen van composities of
portretten in avondlicht, zonder dat
u de camera heel stil hoeft te houden
(zoals met een statief).
z Eén beeld wordt gemaakt door
opeenvolgende foto’s te combineren,
waardoor camerabeweging en beeldruis
worden verminderd.
Vuurwerk fotograferen (Vuurwerk)
Foto’s
Films
z Levendige foto’s van vuurwerk.
● Onderwerpen lijken in de modus [ ] groter dan in andere standen.
● In de modus [
de ISO-waarde (
opnameomstandigheden te passen.
● Stabiliseer de camera aangezien deze in de modus [
opnamen maakt.
● In de modus [
beweging of bepaalde opnameomstandigheden ervoor
zorgen dat u mogelijk niet het verwachte resultaat verkrijgt.
● Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om
de camera stil te houden en camerabeweging te voorkomen in de
modus [
] kunnen de beelden korrelig lijken omdat
=
75) wordt verhoogd om bij de
] continue
] kunnen overmatige onscherpte door
]. In dit geval moet u [IS modus] instellen op [Uit] (=
52).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
57
Page 58
● Wanneer u een statief gebruikt voor avondscènes, krijgt u betere
resultaten als u opnamen maakt in de modus [
van de modus [
● U kunt de opnamemodus ook selecteren via MENU (
tabblad [
● In de modus [
bepaald, ook al worden er geen kaders weergegeven wanneer
u de ontspanknop half indrukt.
] (=
33).
1] ► [Opname Mode].
] wordt de optimale scherpstelling nog steeds
] in plaats
=
29) ►
Speciale effecten toepassen
Diverse effecten toevoegen aan uw opnamen.
Opnamen maken in levendige
kleuren (Extra levendig)
z Opnamen met rijke, levendige kleuren.
Foto’s met postereffect (Poster-effect)
z Foto’s die lijken op oude posters of
illustraties.
● In de modus [ ] en [ ] moet u eerst een aantal testopnamen
maken om zeker te zijn dat u het gewenste resultaat zult verkrijgen.
● U kunt de opnamemodus ook selecteren via MENU (=
tabblad [
1] ► [Opname Mode].
Foto’s
Foto’s
29) ►
Films
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
58
Page 59
Opnamen met hoog contrast maken
(High Dynamic Range)
Foto’s
Steeds als u een opname maakt, worden drie opeenvolgende beelden
met verschillende helderheidsniveaus gemaakt, en de camera combineert
vervolgens de beeldgebieden met optimale helderheid tot één beeld.
Deze modus vermindert de vervaagde highlights en het verlies van details
in schaduwgebieden die vaak voorkomen bij opnamen met veel contrast.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
Maak de opname.
2
z Houd de camera stil terwijl u een opname
maakt. De camera neemt drie opnamen
en combineert deze wanneer u de
ontspanknop volledig indrukt.
● Overmatige onscherpte door beweging of bepaalde
opnameomstandigheden kunnen ervoor zorgen dat
u mogelijk niet het verwachte resultaat verkrijgt.
● Wanneer overmatige camerabewegingen voorkomen dat u opnamen
kunt maken, plaatst u de camera op een statief of neemt u andere
maatregelen om de camera stil te houden. Stel daarnaast [IS modus]
in op [Uit] als u opnamen maakt met een statief of een ander middel
gebruikt om de camera stil te houden (
● Elke beweging van het onderwerp veroorzaakt wazige foto’s.
● Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname kunt
maken, omdat de camera de foto’s verwerkt en combineert.
] wordt weergegeven wanneer u de ontspanknop half
● Als [
indrukt in opnameomstandigheden met zeer veel licht dan geeft
dat aan dat de camera de opnamehelderheid automatisch aanpast.
57) uit en kies [ ].
=
52).
Films
Artistieke effecten toevoegen
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
z Draai aan de ring [
selecteren.
z U ziet een voorbeeld van uw foto waarop
het effect is toegepast.
NatuurlijkAfbeeldingen zijn natuurlijk en organisch.
Kunst
Kunst helderAfbeeldingen lijken op heldere illustraties.
Kunst oliev.
Kunst emb.
Afbeeldingen lijken op schilderijen, met verminderd
contrast.
Afbeeldingen lijken op olieverfschilderijen,
met duidelijke randen.
Afbeeldingen lijken op oude foto’s, met duidelijke
randen en een donkere sfeer.
57) uit en kies [ ].
] om een effect te
Opnamen maken met verbleekte kleuren
(Nostalgisch)
Foto’s
Met dit effect lijkt uw opname op een verweerde, oude foto met verbleekte
kleuren. Kies uit vijf effectniveaus.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
Kies een effectniveau.
2
z Draai aan de ring [ ] om een
effectniveau te selecteren.
z U ziet een voorbeeld van uw foto
waarop het effect is toegepast.
Maak de opname.
3
57) uit en kies [ ].
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
59
Page 60
● Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om zeker te zijn
dat u het gewenste resultaat verkrijgt.
● Het opnamescherm laat wel de verbleekte kleuren zien, maar niet
het verouderingseffect. Controleer het beeld in de afspeelmodus
om het effect te bekijken (
● Het beeldverouderingseffect wordt niet weergegeven in lms.
=
103).
Opnamen maken met het effect van een
visooglens (Fisheye-effect)
Foto’s
Opnamen maken met het vervormende effect van een visooglens.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
Kies een effectniveau.
2
z Draai aan de ring [ ] om een
effectniveau te selecteren.
z U ziet een voorbeeld van uw foto
waarop het effect is toegepast.
Maak de opname.
3
● Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om zeker te zijn
dat u het gewenste resultaat verkrijgt.
57) uit en kies [ ].
Films
Foto’s die lijken op een miniatuurmodel
(Miniatuureffect)
Foto’s
Geeft het effect van een miniatuurmodel door beeldgebieden boven
en onder uw geselecteerde gebied te vervagen.
U kunt ook lms maken die lijken op scènes in miniatuurmodellen
door de afspeelsnelheid te kiezen voordat de lm wordt opgenomen.
Mensen en onderwerpen in de scène zullen tijdens het afspelen snel
bewegen. Het geluid wordt niet opgenomen.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
z Op het scherm verschijnt een wit
kader dat het beeldgebied aangeeft
dat scherp blijft.
Kies het gebied waarop u wilt
2
scherpstellen.
z Druk op de knop [].z Beweeg de zoomknop om het kader
groter of kleiner te maken en tik op het
scherm of sleep het witte kader omhoog
of omlaag om het te verplaatsen.
Selecteer voor lms de
3
afspeelsnelheid van de lm.
z Draai op het scherm in stap 2 aan
de ring [ ] om de snelheid te kiezen.
57) uit en kies [ ].
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
Ga terug naar het opnamescherm
4
en maak de opname.
z Druk op de knop [] om terug te
keren naar het opnamescherm en maak
de opname.
60
Page 61
Afspeelsnelheid en geschatte afspeeltijd
(voor clips van een minuut)
SnelheidAfspeeltijd
Circa 12 sec.
Circa 6 sec.
Circa 3 sec.
Films worden op 30 fps afgespeeld.
● De zoomfunctie is niet beschikbaar voor het opnemen van lms.
Stel de zoomfunctie in voordat u de opname start.
● Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om zeker te
zijn dat u het gewenste resultaat verkrijgt.
● Als u bij stap 2 op de knop [ ] drukt, wordt de richting van het
kader verticaal. Tik op het scherm als u het kader wilt verplaatsen.
Om de richting van het kader weer horizontaal te zetten, drukt
u nogmaals op de knop [
● Houd de camera verticaal om de richting van het kader te wijzigen.
● De beeldkwaliteit van lms is [
] en [ ] bij een verhouding van [] (=
[
Deze kwaliteitsinstellingen kunnen niet worden gewijzigd.
].
] bij een verhouding van
48).
Opnamen maken met een speelgoedcameraeffect (Speels effect)
Foto’s
Met dit effect lijkt het alsof het beeld is gemaakt met een speelgoedcamera
doordat vignetvorming optreedt (donkerder, vage hoeken) en de algehele
kleur wordt aangepast.
Selecteer [].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
57) uit en kies [].
Films
Selecteer een kleurtoon.
2
z Draai aan de ring [ ] om een kleurtoon
te selecteren.
z U ziet een voorbeeld van uw foto waarop
het effect is toegepast.
Maak de opname.
3
Standaard
WarmBeelden hebben een warmere tint dan met [Standaard].
KoelBeelden hebben een koelere tint dan met [Standaard].
Foto’s die lijken op opnamen die zijn gemaakt met een
speelgoedcamera.
● Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om zeker te zijn
U kunt onderwerpen zo vastleggen dat ze afsteken tegen de achtergrond.
Twee opeenvolgende beelden worden vastgelegd met instellingen die
zijn geoptimaliseerd voor vervaging van de achtergrond. De achtergrond
wordt vervaagd via lenseffecten en een op het onderwerp en de scène
gebaseerde beeldverwerking.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
Maak de opname.
2
z Houd de camera stil terwijl u een opname
maakt. Er worden twee beelden achter
elkaar vastgelegd als u de ontspanknop
volledig indrukt.
57) uit en kies [ ].
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
61
Page 62
z Een knipperend [ ]-pictogram geeft aan
dat de afbeeldingen niet kunnen worden
verwerkt.
● Overmatige onscherpte door beweging of bepaalde
opnameomstandigheden kunnen ervoor zorgen dat
u mogelijk niet het verwachte resultaat verkrijgt.
● Voor de beste resultaten met achtergrondvervaging probeert
u een opname te maken dicht in de buurt van het onderwerp.
Zorg ervoor dat er voldoende afstand is tussen het onderwerp
en de achtergrond.
● Na het maken van de opnamen kan een vertraging optreden
voordat u opnieuw opnamen kunt maken.
● Draai de ring [
] om het effectniveau aan te passen.
Opnamen met een soft-focuseffect
Foto’s
Met deze functie kunt u opnamen maken alsof er een soft-focuslter op
de camera is gemonteerd. U kunt het effectniveau naar wens instellen.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
Kies een effectniveau.
2
z Draai aan de ring [ ] om een
effectniveau te selecteren.
z U ziet een voorbeeld van uw foto
waarop het effect is toegepast.
57) uit en kies [ ].
Films
● Probeer eerst een aantal testopnamen te maken om zeker te zijn
dat u het gewenste resultaat verkrijgt.
Opnamen maken in monochroom
Opnamen maken in zwart-wit, sepia of blauw en wit.
Selecteer [ ].
1
z Voer de stappen 1–2 in “Specieke
scènes” (=
Selecteer een kleurtoon.
2
z Draai aan de ring [ ] om een kleurtoon
te selecteren.
z U ziet een voorbeeld van uw foto waarop
het effect is toegepast.
Maak de opname.
3
Zwart/witZwart-witfoto’s.
SepiaSepiakleurige foto’s.
BlauwFoto’s in blauw en wit.
57) uit en kies [ ].
Foto’s
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
Maak de opname.
3
62
Page 63
Speciale standen voor andere doeleinden
Sterren fotograferen (Ster)
Opnamen maken van mensen met een sterrenhemel als
achtergrond (Sterrenportret)
Foto’s
Maak prachtige opnamen van mensen met een sterrenhemel als
achtergrond. Nadat eerst de itser heeft geitst om de persoon op
te nemen, maakt de camera nog eens twee opnamen zonder itser.
De drie beelden worden vervolgens gecombineerd tot één beeld en
verwerkt om de sterren duidelijker te maken.
Zie “Camera” (=
204) voor meer informatie over het itsbereik.
Selecteer [ ].
1
z Voer stap 1–2 uit bij “Specieke scènes”
(=
57) en kies [ ]. Druk daarna op de
knop [].
z Tik op [
knop [ ].
z De zoommodus wordt ingesteld op
de maximale groothoek en kan niet
worden aangepast.
Klap de itser uit.
2
z Verschuif de schakelaar [ ].
Zet de camera vast.
3
z Plaats de camera op een statief of neem
andere maatregelen om de camera stil te
houden.
] en druk vervolgens op de
Films
Maak de opname.
4
z Druk de ontspanknop in. De itser itst
wanneer de camera de eerste opname
maakt.
z Nu worden de tweede en derde opname
gemaakt zonder de itser.
Zorg dat de persoon stil blijft staan
5
totdat het lampje knippert.
z De persoon waarvan u een opname aan
het maken bent, moet stilstaan totdat het
lampje drie keer heeft geknipperd na de
derde opname. Dit kan ongeveer twee
seconden duren.
z Alle opnamen worden gecombineerd
om één beeld te maken.
● In bepaalde opnameomstandigheden kunnen beelden er anders
uitzien dan verwacht.
● Voor betere opnamen laat u de persoon uit de buurt staan
van lichtbronnen zoals straatverlichting en zorgt u ervoor dat
de itser is uitgeklapt.
● Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname
kunt maken, omdat de camera de foto’s verwerkt.
● Om wazige foto’s te voorkomen, zorgt u ervoor dat de persoon
van wie u bij stap 4–5 opnamen maakt, stilstaat.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
63
Page 64
● Als u gemakkelijker wilt kijken, selecteert u MENU ►
tabblad [
u de opname maakt.
● Als u de helderheid van het onderwerp wilt aanpassen,
probeert u de itsbelichtingscompensatie te wijzigen (
● Als u de helderheid van de achtergrond wilt aanpassen, probeert
u de belichtingscompensatie te wijzigen (
opnameomstandigheden zien beelden er echter mogelijk anders
uit dan verwacht. Daarnaast dient de persoon bij stap 4–5 stil
te blijven staan, wat 15 seconden kan duren.
● Om meer sterren en helderder sterrenlicht vast te leggen,
kiest u MENU (
Sterrenportret] ► [Sterrenweerg.] ► [Prominent]. In bepaalde
opnameomstandigheden zien beelden er echter mogelijk anders
uit dan verwacht. Daarnaast dient de persoon bij stap 4–5 stil
te blijven staan, wat 8 seconden kan duren.
● Om sterren helderder te maken, kiest u MENU (
tabblad [
sterren in een sterrenhemel te benadrukken, stelt u [Ster
helderder] in op [Zacht]. Deze instelling levert opvallende
opnamen op door heldere sterren te vergroten en doffere
sterren minder te benadrukken. Om de beeldverwerking
voor sterrenlicht uit te schakelen, selecteert u [Uit].
● U kunt de opnamemodus ook selecteren door [ ] te kiezen
in de stappen 1–2 in “Specieke scènes” (
te tikken om het instellingenscherm te openen, op [
en vervolgens op dezelfde optie of [
2] ► [Nachtdisplay] ► [Aan] (=
=
29) ► tabblad [ 6] ► [Instellingen
6] ► [Ster helderder] ► [Scherp]. Om de heldere
161) voordat
=
74). In bepaalde
=
29) ►
=
57), op []
] te tikken.
=
] te tikken
89).
Opnamen maken van nachtscènes onder de sterrenhemel
(Sterrenhemel)
Foto’s
U kunt indrukwekkende opnamen maken van de sterrenhemel boven
nachtelijke scènes. Het licht van de sterren wordt automatisch versterkt,
waardoor de sterrenhemel er prachtig uitziet.
Selecteer [ ].
1
z Voer stap 1–2 uit bij “Specieke scènes”
(=
57) en kies [ ]. Druk daarna op de
knop [].
z Tik op [
] en druk vervolgens op de
knop [ ].
z De zoommodus wordt ingesteld op de
maximale groothoek en kan niet worden
aangepast.
Zet de camera vast.
2
z Plaats de camera op een statief of neem
andere maatregelen om de camera stil
te houden en camerabeweging te
voorkomen.
Maak de opname.
3
● Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname kunt
maken, omdat de camera de foto’s verwerkt.
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
64
Page 65
● Als u gemakkelijker wilt kijken, selecteert u MENU ►
tabblad [
u de opname maakt.
● Om sterren helderder te maken, kiest u MENU (
tabblad [
sterren in een sterrenhemel te benadrukken, stelt u [Ster
helderder] in op [Zacht]. Deze instelling levert opvallende
opnamen op door heldere sterren te vergroten en doffere
sterren minder te benadrukken. Om de beeldverwerking
voor sterrenlicht uit te schakelen, selecteert u [Uit].
● Probeer over te schakelen op de handmatige scherpstelmodus
(
voordat u een opname maakt.
● U kunt de opnamemodus ook selecteren door [ ] te kiezen
in de stappen 1–2 in “Specieke scènes” (
te tikken om het instellingenscherm te openen, op [
en vervolgens op dezelfde optie of [
2] ► [Nachtdisplay] ► [Aan] (=
5] ► [Ster helderder] ► [Scherp]. Om de heldere
=
81) om de scherpstelpositie nauwkeuriger op te geven
161) voordat
=
=
57), op []
] te tikken.
29) ►
Sterrenbanen opnemen (Sterrenbanen)
Foto’s
Strepen gemaakt door de beweging van sterren in de lucht worden
opgenomen als één afbeelding. Nadat de sluitertijd en het aantal
opnamen zijn vastgelegd, maakt de camera continu opnamen.
Een opnamesessie kan maximaal circa twee uur duren. Controleer
van tevoren het batterijniveau.
Selecteer [ ].
1
z Voer stap 1–2 uit bij “Specieke scènes”
(=
57) en kies [ ]. Druk daarna op de
knop [].
z Tik op [
knop [ ].
z De zoommodus wordt ingesteld op de
maximale groothoek en kan niet worden
aangepast.
] en druk vervolgens op de
] te tikken
Films
Stel de duur van de opnamesessie in.
2
z Draai de ring [ ] om de opnameduur in
te stellen.
Zet de camera vast.
3
z Plaats de camera op een statief of neem
andere maatregelen om de camera stil te
houden.
Maak de opname.
4
z Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden. [Bezig] wordt kort weergegeven,
waarna de opname begint.
z Bedien de camera niet terwijl de
opnamen worden gemaakt.
z Druk de ontspanknop nogmaals
helemaal in om de opname te
annuleren. Houd er rekening mee dat
het annuleren 30 seconden kan duren.
● Als de batterij van de camera leeg is, wordt de opname gestopt
en wordt een samengestelde afbeelding opgeslagen van de
beelden die tot dat moment zijn gemaakt.
● Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname
kunt maken, omdat de camera de foto’s verwerkt.
● Als u gemakkelijker wilt kijken, selecteert u MENU ►
tabblad [
u de opname maakt.
● Probeer over te schakelen op de handmatige scherpstelmodus
(
voordat u een opname maakt.
2] ► [Nachtdisplay] ► [Aan] (=
=
81) om de scherpstelpositie nauwkeuriger op te geven
161) voordat
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
65
Page 66
● U kunt de opnamemodus ook selecteren door [ ] te kiezen
in de stappen 1–2 in “Specieke scènes” (
te tikken om het instellingenscherm te openen, op [
en vervolgens op dezelfde optie of [
=
57), op []
] te tikken.
] te tikken
Films maken van sterrenbeweging (Time-lapselm sterren)
Foto’s
Door een time-lapselm op te nemen die beelden combineert die met
een opgegeven interval zijn vastgelegd, kunt u lms maken met snel
bewegende sterren. U kunt het opname-interval en de lengte van de
opname naar behoefte aanpassen.
Houd er rekening mee dat elke sessie lang kan duren en dat er veel
opnamen nodig zijn. Controleer de batterijlading en de ruimte op de
geheugenkaart voordat u begint.
Selecteer [ ].
1
z Voer stap 1–2 uit bij “Specieke scènes”
(=
57) en kies [ ]. Druk daarna op de
knop [].
z Tik op [
knop [ ].
z De zoommodus wordt ingesteld op de
maximale groothoek en kan niet worden
aangepast.
Congureer de lminstellingen.
2
z Tik op [ ].z Tik op een item en selecteer vervolgens
de gewenste optie.
] en druk vervolgens op de
Films
Zet de camera vast.
3
z Plaats de camera op een statief of neem
andere maatregelen om de camera stil te
houden.
Controleer de helderheid.
4
z Druk de ontspanknop volledig in om
één foto te maken.
z Schakel over naar de afspeelmodus
=
103) en controleer de helderheid
(
van de afbeelding.
z Om de helderheid aan te passen, draait
u aan de ring [
en past u het belichtingsniveau aan.
Controleer de helderheid opnieuw
door nog een opname te maken.
Maak de opname.
5
z Druk op de lmknop. [Bezig] wordt kort
weergegeven, waarna de opname begint.
z Bedien de camera niet terwijl de
opnamen worden gemaakt.
z Als u het opnemen wilt annuleren,
drukt u nogmaals op de lmknop.
Houd er rekening mee dat het
annuleren 30 seconden kan duren.
z De camera gebruikt de Eco-modus
=
162) tijdens het opnemen.
(
] op het opnamescherm
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
66
Page 67
ItemOptiesDetails
Effect
Opname-interval
Framesnelheid
Opnametijd
15 sec., 30 sec.,
1 min.
, (NTSC)
, (PAL)
60 min., 90 min.,
120 min.,
Onbeperkt
Kies lmeffecten, zoals
bijvoorbeeld sterrenbanen.
Kies het interval tussen
elke opname.
Selecteer de beeldsnelheid
voor de lm.
Kies de lengte van de
opnamesessie. Om op te
nemen totdat de batterij
leeg is, kiest u [Onbeperkt].
Geschatte afspeeltijd op basis van het opname-interval en de
beeldsnelheid (voor een sessie van een uur)
Interval tussen
opnamen
15 sec.
15 sec.
30 sec.
30 sec.
1 min.
1 min.
● Er treedt een vertraging op voordat u opnieuw een opname kunt
maken, omdat de camera de foto’s verwerkt.
● Als de batterij van de camera leeg is of de geheugenkaart vol is,
wordt de opname gestopt en wordt een lm opgeslagen van de
beelden die tot op dat moment zijn gemaakt.
● Een opname-interval van [1 min] is niet beschikbaar voor de
volgende effecten: [
Framesnelheid
NTSCPAL
], [ ], [ ] of [ ].
Afspeeltijd
16 sec.
8 sec.
8 sec.
4 sec.
4 sec.
2 sec.
● Geluid wordt niet opgenomen.
● Als u gemakkelijker wilt kijken, selecteert u MENU ►
tabblad [
u de opname maakt.
● U kunt het scherm bij stap 2 ook openen door MENU (
tabblad [
● Als u elke opname wilt opslaan die wordt gemaakt voordat de
lm wordt gemaakt, kiest u MENU (
[
beheerd als één groep en tijdens het afspelen wordt alleen
de eerste afbeelding weergegeven. Om aan te geven dat het
beeld onderdeel is van een groep, wordt [
linksboven in het scherm. Als u een gegroepeerd beeld wist
(
Pas op bij het wissen van beelden.
● Probeer over te schakelen op de handmatige scherpstelmodus
(
voordat u een opname maakt.
● Zelfs als u [Onbeperkt] instelt voor [Opnametijd] en een
voedingsadapterset gebruikt (afzonderlijk verkrijgbaar,
stopt de opname na maximaal circa 8 uur.
● U kunt de opnamemodus ook selecteren door [ ] te kiezen
in de stappen 1–2 in “Specieke scènes” (
te tikken om het instellingenscherm te openen, op [
en vervolgens op dezelfde optie of [
2] ► [Nachtdisplay] ► [Aan] (=
5] ► [Inst. time-lapselm sterren] te kiezen.
foto opsl] ► [Aan]. Deze individuele beelden worden
=
115), worden alle andere beelden in de groep ook gewist.
=
81) om de scherpstelpositie nauwkeuriger op te geven
161) voordat
=
29) ► tabblad [ 5] ►
] weergegeven
=
57), op []
] te tikken.
Kleuren aanpassen
Foto’s
Kleuren kunnen handmatig worden aangepast in de modus [ ].
Selecteer een opnamemodus.
1
z Selecteer [ ] (=
[ ] (=
65) of [ ] (=
63), [ ] (=
66).
=
29) ►
=
168),
] te tikken
64),
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
67
Page 68
Selecteer kleuraanpassing.
2
z Druk op de knop [ ] en selecteer [ ]
in het menu (=
Wijzig de instelling.
3
z Draai aan de ring [ ] om het
correctieniveau voor B en A aan te passen
en druk vervolgens op de knop [ ].
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
● B staat voor blauw en A voor geel.
● Huidtinten blijven hetzelfde wanneer u de kleuren aanpast in de
modus [
● U opent de geavanceerde instellingen door op de knop [
te drukken wanneer het scherm bij stap 2 wordt weergegeven
(
● U kunt het correctieniveau ook selecteren door bij stap 2 op de
balk te tikken of door deze te slepen.
=
78).
].
28).
De scherpstelling aanpassen
Foto’s
De scherpstelling automatisch aanpassen voor een sterrenhemel.
Selecteer een opnamemodus.
1
z Selecteer [ ] (=
[ ] (=
66).
Zet de camera vast.
2
z Plaats de camera op een statief of neem
andere maatregelen om de camera stil te
houden.
64), [ ] (=
65) of
]
Films
Zorg dat u de sterren die u wilt
3
vastleggen in het kader ziet.
z Tik achtereenvolgens op [ ] en op
[Verf. schrp. ster].
z Kantel de camera zodanig dat de
sterren die u wilt vastleggen binnen
het weergegeven kader vallen.
Pas de scherpstelling aan.
]
● Onder de volgende omstandigheden wordt de scherpstelpositie
mogelijk niet aangepast. Probeer het in dat geval nogmaals
vanaf stap 3.
- Er is een felle lichtbron
- Er trekken vliegtuigen of andere lichtbronnen of wolken door
de lucht
● Als het aanpassen niet lukt, wordt de oorspronkelijke
scherpstelpositie hersteld.
4
z Druk op de knop [ ]. [Scherpstelling
sterren] wordt weergegeven en de
scherpstelling begint.
z Houd er rekening mee dat het
scherpstellen 30 seconden kan
duren. Beweeg de camera niet
totdat [Aanpassing voltooid] wordt
weergegeven.
z Druk op de knop [
Maak de opname
5
(= 64, = 65, = 66).
].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
68
Page 69
Verschillende lms opnemen
Films opnemen in de modus [ ]
Open de modus [ ].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [ ].z Tik op [z Tik op [OK] om uw keuze te bevestigen.z Er verschijnen zwarte balken aan de
boven- en onderkant van het scherm
en het onderwerp wordt iets vergroot.
De zwarte balken geven beeldgebieden
aan die niet worden vastgelegd.
Congureer de instellingen zo dat
2
ze passen bij de lm (= 190).
Maak de opname.
3
z Druk op de lmknop.z Druk nogmaals op de lmknop om
de lmopname te stoppen.
] en selecteer daarna [ ].
Foto’s
Films
● Scherpstelling kan tijdens opname worden aangepast door
] te tikken (om naar [ ] te schakelen) en vervolgens
op [
][ ] te tikken.
op [
Helderheid vergrendelen of wijzigen voordat u een
opname maakt
Foto’s
Voor of tijdens een opname kunt u de belichting vergrendelen of wijzigen
met stappen van 1/3 stop in een bereik van –3 tot +3 stops.
Vergrendel de belichting.
1
z Tik op [ ] om de belichting te
vergrendelen.
z Om de belichting te ontgrendelen,
tikt u nogmaals op [
Pas de belichting aan.
2
z Kijk naar het scherm en draai aan de
ring [ ] om de belichting aan te passen.
Maak de opname (= 69).
3
].
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● U kunt de opnamemodus ook selecteren via MENU (=
tabblad [
1] ► [Opname Mode].
29) ►
69
Page 70
Automatische langzame sluiter uitschakelen
Foto’s
Auto. langzame sluiter kan worden uitgeschakeld als er ruwe bewegingen
zijn tijdens het lmen. Bij weinig licht kunnen de lms echter donker worden.
z Druk op de knop [
], selecteer
[ Autom. langzame sluiter] op het
tabblad [ 7] en selecteer daarna
[A-SLOW OFF] (=
29).
z Als u wilt terugkeren naar de
oorspronkelijke instelling, herhaalt
u deze procedure, maar selecteert
u [A-SLOW ON].
● Auto. langzame sluiter wordt alleen toegepast op []-
(met NTSC) en [
]-lms (met PAL).
Films
Hevige camerabewegingen corrigeren
Foto’s
Compenseer hevige camerabewegingen, bijvoorbeeld wanneer u opnames
maakt terwijl u beweegt. Het gedeelte van beelden dat wordt weergegeven
verandert meer dan bij [Standaard] en onderwerpen worden meer vergroot.
z Volg de stappen in “Filmen met
onderwerpen op hetzelfde formaat
als waarop ze voor het lmen werden
weergegeven” (
● [Dynamic IS] is niet beschikbaar als [IS modus] is ingesteld
op [Uit].
● Als de lmkwaliteit [
is alleen [Standaard] beschikbaar.
=
53) en kies [Hoog].
] (NTSC) of [] (PAL) is,
Geluidsinstellingen
Foto’s
Het windlter uitschakelen
Ruis die wordt veroorzaakt door harde wind, kan worden beperkt. Als er
geen wind is, kan het opgenomen geluid bij gebruik van deze optie echter
onnatuurlijk gaan klinken. In dit geval kunt u het windlter uitschakelen.
z Druk op de knop [
[Wind Filter] op het tabblad [ 7] en
druk daarna op de knop [ ] (=
z Selecteer [Uit] (
=
29).
], selecteer
29).
Films
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
70
Page 71
De demper gebruiken
De demper kan audiovervorming beperken in luidruchtige omgevingen.
In stille omgevingen wordt echter het niveau van de geluidsopname beperkt.
z Druk op de knop [
], selecteer
[Demper] op het tabblad [ 7] en druk
daarna op de knop [ ] (=
z Selecteer de gewenste optie (
29).
=
29).
Korte clips opnemen
Foto’s
Pas afspeeleffecten toe op korte clips van een paar seconden, zoals
versneld afspelen, vertraagd afspelen of herhalen. Clips die in deze
modus worden opgenomen, kunnen worden opgenomen in Story
Highlights-albums (=
126).
Open de modus [ ].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [ ].z Tik op [
] en selecteer daarna [ ].
z Tik op [OK] om uw keuze te bevestigen.z Zwarte balken aan de boven- en
onderkant van het scherm geven aan
welke gebieden niet worden opgenomen.
Geef de opnametijd en het
2
afspeeleffect op.
z Druk op de knop [].z Draai de ring [
] om de opnametijd
in te stellen (4–6 sec.).
z Druk op de knop [
afspeeleffect in op (=
] en stel het
71) door de
ring [ ] te draaien.
Films
Afspeeleffecten
2x
Versneld afspelen
1x
Afspelen met normale snelheid
1/2x
Vertraagd afspelen
Normaal afspelen waarbij de laatste twee seconden worden
teruggespoeld en vertraagd nogmaals worden afgespeeld
● In deze clips wordt geen geluid opgenomen.
● De lmkwaliteit is [
=
(
● Tijdens [
twee seconden weergegeven op de balk waarmee de verstreken
tijd wordt aangegeven.
Maak de opname (= 69).
3
z Een balk met de verstreken tijd wordt
weergegeven.
49, =
50) en kan niet worden gewijzigd.
]-opnames wordt een aanduiding voor de laatste
] (voor NTSC) of [] (voor PAL)
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
71
Page 72
iFrame-lms opnemen
Foto’s
Maak lmopnamen die kunnen worden bewerkt met software of apparaten
die compatibel zijn met iFrame.
Selecteer [ ].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [ ].z Tik op [
] en selecteer daarna [ ].
z Tik op [OK] om uw keuze te bevestigen.z Zwarte balken aan de boven- en
onderkant van het scherm geven aan
welke gebieden niet worden opgenomen.
Maak de opname (= 69).
2
● iFrame is een videoformaat dat ontwikkeld is door Apple Inc.
● De lmkwaliteit is [
=
49, =
(
50) en kan niet worden gewijzigd.
] (voor NTSC) of [] (voor PAL)
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
72
Page 73
P-modus
Meer veeleisende foto’s in de opnamestijl van
uw voorkeur
● In dit hoofdstuk wordt verondersteld dat het
programmakeuzewiel is ingesteld op de modus [
]: Programma AE; AE: Automatische belichting
● [
● Voordat u een in dit hoofdstuk beschreven functie gebruikt in een
andere modus dan [
modus beschikbaar is (
], dient u te controleren of de functie in die
=
190).
].
Opnamen maken met programma AE
([P]-modus)
Foto’s
U kunt tal van functie-instellingen aanpassen aan uw favoriete
opnamestijl.
Open de modus [ ].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [ ].
Pas de instellingen naar wens
2
aan (= 74 – = 91) en maak een
opname.
● Als er geen optimale belichting kan worden verkregen wanneer
u de ontspanknop half indrukt, worden de sluitertijd en de
diafragmawaarde in het oranje weergegeven. Probeer in dit geval
de ISO-waarde aan te passen (
(bij donkere onderwerpen,
te verkrijgen.
● U kunt ook lms opnemen in de modus [
te drukken. Sommige
=
29) kunnen echter automatisch worden aangepast voor
(
lmopnamen.
=
75) of de itser te activeren
=
88) om zo de optimale belichting
-menu- (=
] door op de lmknop
28) en MENU-instellingen
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
73
Page 74
Helderheid van het beeld (Belichting)
De helderheid van het beeld aanpassen
(Belichtingscompensatie)
Foto’s
U kunt de standaardbelichting die door de camera wordt ingesteld,
aanpassen in stappen van 1/3 stop in een bereik van -3 tot +3.
z Kijk naar het scherm en draai aan de
ring [
] om de helderheid aan te passen.
● U kunt deze instelling ook congureren door op het pictogram
voor belichtingscompensatie onderaan in het opnamescherm te
tikken en vervolgens de weergegeven balk te slepen of erop te
tikken, of op [–][+] te tikken.
Belichting en helderheid van beeld
vergrendelen (AE lock)
Foto’s
Voordat u een opname maakt, kunt u de belichting vergrendelen, of u kunt
de focus en belichting afzonderlijk instellen.
Vergrendel de belichting.
1
z Richt de camera met vergrendelde
belichting op het onderwerp waarvan
u een opname wilt maken en tik op [ ].
] wordt weergegeven en de belichting
z [
wordt vergrendeld.
Films
Films
z Om AE te ontgrendelen, tikt u nogmaals
op [ ]. [ ] wordt niet meer
weergegeven.
Kies de compositie en maak een
2
opname.
● AE: Automatische belichting
● Nadat u de belichting hebt vergrendeld, kunt u de combinatie
van sluitertijd en diafragmawaarde wijzigen door aan de ring [
te draaien (Program Shift).
De meetmethode wijzigen
Foto’s
U kunt op de volgende manier de meetmethode (functie voor meten van
helderheid) aanpassen aan de opnameomstandigheden.
Deelmeting
Gem.
centrum
meeting
Spot
z Druk op de knop [
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
28).
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
Voor standaardomstandigheden, inclusief
onderwerpen die van achteren worden belicht.
De belichting wordt automatisch aangepast aan
de opnameomstandigheden.
Bepaalt de gemiddelde helderheid van het gehele
beeldgebied. Dit wordt berekend door de helderheid
in het centrumgebied als het belangrijkste te
behandelen.
Meting wordt beperkt tot het
[
] (spotmetingpuntkader). U kunt het
spotmetingpuntkader ook koppelen aan het
AF-kader (=
75).
] en kies [] in het
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
]
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
74
Page 75
Het spotmetingpuntkader aan het AF-kader koppelen
Foto’s
Stel de meetmethode in op [].
1
z Voer de stappen in “De meetmethode
wijzigen” (=
74) uit om [] te
selecteren.
Congureer de instelling.
2
z Druk op de knop [] en kies
[Spotmetingpunt] op het tabblad [ 6].
Kies vervolgens [AF-Punt] (=
29).
z Het spotmetingpuntkader wordt nu
gekoppeld aan de verplaatsing van
=
het AF-kader (
● Niet beschikbaar wanneer [AF-methode] is ingesteld op
+Tracking] (=
[
84).
84).
De ISO-waarde wijzigen
Foto’s
Stel de ISO-waarde in op [AUTO] voor automatische aanpassing aan
de opnamemodus en –omstandigheden. Anders stelt u een hogere
ISO-waarde in voor hogere gevoeligheid, of een lagere waarde voor
lagere gevoeligheid.
z Tik op [
ISO-waarde (tik op [ ][ ] of draai aan
de ring [ ]).
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
] en selecteer vervolgens de
Films
Films
● Druk de ontspanknop half in als u de automatisch bepaalde
ISO-waarde wilt bekijken wanneer de ISO-waarde is ingesteld
op [AUTO].
● Kiezen voor een lagere ISO-waarde levert wel scherpere beelden,
maar onder bepaalde opnameomstandigheden neemt de kans op
een onscherp onderwerp en bewogen beelden toe.
● De snellere sluitertijd die bij hogere ISO-waarden wordt gebruikt,
vermindert bewegingen van het onderwerp en de camera en
vergroot het itsbereik. Foto’s kunnen er echter wel korrelig uitzien.
● U kunt de ISO-waarde ook instellen door MENU (
tabblad [
5] ► [ISO-snelheid] ► [ISO-waarde] te kiezen.
=
29) ►
Aanpassen van automatische instellingen voor ISO
Foto’s
Wanneer de camera is ingesteld op [AUTO] kan de maximale ISO-waarde
worden opgegeven in een bereik van [400]–[12800] en kan de
gevoeligheid worden opgegeven in een bereik van drie niveaus.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[ISO-snelheid] op het tabblad [ 5] en
druk daarna op de knop [ ] (=
z Selecteer [ISO autom. inst.] en druk
op de knop [
Congureer de instelling.
2
].
z Kies het menu-item dat u wilt congureren
en kies de gewenste optie (=
29).
29).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
75
Page 76
Het niveau van ruisreductie wijzigen
(Hoog ISO nr.)
U kunt uit 3 niveaus van ruisreductie kiezen: [Standaard], [Hoog], [Laag].
Deze functie is met name effectief bij het maken van opnamen met hoge
ISO-waarden.
z Druk op de knop [
[Hoog ISO nr.] op het tabblad [ 6]
en kies de gewenste optie (=
], kies
29).
Congureer de instelling.
2
z Druk op de knop [] en geef dan
een waarde op door op de balk op het
instellingenscherm te tikken of de balk
te slepen.
● AEB-opname is alleen beschikbaar in de modus [ ] (=
● Continue opname (
=
42) is niet mogelijk in deze modus.
88).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
● Niet beschikbaar als beelden worden vastgelegd in de
RAW-indeling (
=
90).
Auto Exposure-bracketing (AEB-opname)
Foto’s
Steeds als u een opname maakt, worden drie opeenvolgende beelden
opgeslagen met verschillende belichtingsniveaus (standaardbelichting,
onderbelichting en overbelichting). U kunt de mate van onder- of
overbelichting aanpassen in stappen van 1/3 in een bereik van –2 tot +2
(ten opzichte van standaardbelichting).
Selecteer [ ].
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Bracketing] op het tabblad [ 4] en
selecteer vervolgens [ ] (=
29).
Films
● Wanneer belichtingscompensatie al in gebruik is (=
wordt de opgegeven waarde voor deze functie behandeld
als het standaard belichtingsniveau voor deze functie.
● U kunt het instellingenscherm van stap 2 ook openen
door op de knop [
belichtingscompensatiescherm (
● Er worden drie opnamen gemaakt, ongeacht het aantal dat is
opgegeven in [
● In de modus [Knipperdetectie] (
beschikbaar voor de laatste opname.
] te drukken wanneer het
=
] (=
41).
=
74) wordt weergegeven.
51) is deze functie alleen
74),
Dynamic Range-correctie (DR-correctie)
Foto’s
Verzacht heldere gebieden, die er anders vervaagd uit zouden kunnen
zien, als volgt.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[DR-correctie] op het tabblad [ 5] en
druk daarna op de knop [ ] (=
29).
Films
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
76
Page 77
Congureer de instelling.
2
z Selecteer de gewenste optie (=
z De door u ingestelde optie wordt
weergegeven.
OptiesDetails
–
Automatische aanpassing om
vervaagde highlights te voorkomen
[AUTO], [125]–[12800]
Zwak highlights af met ongeveer
200% ten opzichte van de helderheid
[AUTO], [250]–[6400]
van [ ].
● De ISO-waarde (=
het ondersteunde bereik als u een waarde hebt opgegeven die
buiten het hier weergegeven ondersteunde bereik valt.
75) wordt aangepast aan een waarde binnen
Schaduwcorrectie
Behoud als volgt automatisch beelddetails in schaduwen.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Schaduwcorr.] op het tabblad [ 5]
en druk vervolgens op de knop [ ]
(=
29).
29).
Beschikbare
ISO-waarde (=
Foto’s
75)
Films
Congureer de instelling.
2
z Kies de optie [ ] (=
29).
z Zodra de instelling is voltooid,
wordt [
] weergegeven.
Aanpassen van automatische instellingen voor
ND lter
Voor optimale helderheid in uw opnamecomposities vermindert de
automatische ND-lter de lichtintensiteit tot 1/8 van het daadwerkelijke
niveau, met een hoeveelheid die gelijk is aan drie stops. Als u [ ]
selecteert, kunt u de sluitertijd en de diafragmawaarde verlagen.
z Druk op de knop [
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
28).
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
● Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om
de camera stil te houden en camerabeweging te voorkomen als
] selecteert. In dit geval moet u [IS modus] instellen op [Uit]
u [
=
52).
(
● ND: Neutral Density, oftewel grijslter
] en kies [ ] in het
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
77
Page 78
Beeldkleuren
Natuurlijke kleuren vastleggen (Witbalans)
Foto’s
Door de witbalans aan te passen kunt u beeldkleuren natuurlijker laten
lijken voor de compositie waarvan u een opname maakt.
z Druk op de knop [
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
28).
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
Auto
Hiermee wordt de optimale witbalans automatisch
ingesteld voor de opnameomstandigheden.
Dag Licht Voor opnamen buitenshuis bij mooi weer.
SchaduwVoor opnamen in de schaduw.
BewolktVoor opnamen bij bewolkt weer of in de schemering.
Lamplicht Voor opnamen bij normale gloeilampen.
TL lichtVoor opnamen bij tl-licht.
TL licht H Voor opnamen bij daglichtlampen.
FlitserVoor het maken van opnamen met de itser.
Custom
Voor handmatig instellen van een aangepaste
witbalans (=
78).
] en kies [ ] in het
Films
Aangepaste witbalans
Foto’s
Pas de witbalans aan de lichtbron aan terwijl u opnamen maakt voor
beeldkleuren die natuurlijk lijken in het licht van uw opname. Stel de
witbalans in onder dezelfde lichtbron die uw opname zal verlichten.
z Voer de stappen bij “Natuurlijke kleuren
vastleggen (Witbalans)” (
=
78) uit om
[ ] of [ ] te selecteren.
z Richt de camera op een effen wit
onderwerp, zodat het hele scherm
wit is. Druk op de knop [
].
z De schermtint verandert nadat de
witbalansgegevens zijn vastgelegd.
● Kleuren kunnen onnatuurlijk lijken wanneer u de camera-
instellingen wijzigt nadat de witbalansgegevens zijn vastgelegd.
● U kunt de witbalansgegevens op het bovenstaande scherm ook
vastleggen door op [
] te tikken.
De witbalans handmatig corrigeren
Foto’s
U kunt de witbalans corrigeren. Deze aanpassing kan overeenkomen
met effect dat u zou krijgen bij gebruik van een in de winkel verkrijgbaar
kleurtemperatuurconversielter of kleurcompensatielter.
Congureer de instelling.
1
z Voer de stappen in “Natuurlijke kleuren
vastleggen (Witbalans)” (=
[ ] te selecteren.
z Draai de ring [
] om het correctieniveau
voor B en A aan te passen.
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
78) uit om
Films
Films
]
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
78
Page 79
Congureer geavanceerde
2
instellingen.
z Als u geavanceerde instellingen wilt
congureren, drukt u op de knop
[]. Pas het correctieniveau aan
(draai aan de ring [ ] of tik op het kader
of versleep het).
z Druk op de knop [
] om het
correctieniveau te herstellen.
z Druk op de knop [
] om de instelling
te voltooien.
● De camera blijft de witbalanscorrectieniveaus behouden, zelfs
wanneer u overschakelt naar een andere witbalansoptie (door de
stappen bij “Natuurlijke kleuren vastleggen (Witbalans)” (
te doorlopen), maar de correctieniveaus worden gereset wanneer
u aangepaste witbalansgegevens vastlegt.
=
78)
De kleurtoon van een beeld wijzigen
(My Colors)
Foto’s
U kunt naar wens de kleurtonen van het beeld wijzigen, zoals beelden
converteren naar sepia of zwart-wit.
z Druk op de knop [
menu. Kies vervolgens de gewenste optie
(=
28).
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
] en kies [ ] in het
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
● B: blauw; A: geel; M: magenta; G: groen
● Eén niveau van de blauw/amber-correctie staat gelijk aan
ongeveer zeven mireds van een kleurtemperatuurconversielter.
(Mired: eenheid voor kleurtemperatuur die de dichtheid van een
kleurtemperatuurconversielter weergeeft.)
● U kunt deze instelling ook congureren door MENU (
tabblad [
● U kunt het correctieniveau ook selecteren door op de balk in stap 1
of het kader in stap 2 te tikken of de balk of het kader te slepen.
● U kunt het scherm in stap 2 ook openen door in stap 1 op [
te tikken.
● Op het scherm in stap 2 kunt u op [
oorspronkelijke niveau te herstellen en op [
om terug te keren naar het opnamescherm.
6] ► [WB-correctie] te kiezen.
] tikken om het
=
] tikken
29) ►
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
]
Index
79
Page 80
My Colors Uit
Levendig
Neutraal
De nadruk komt te liggen op contrast en
kleurverzadiging, voor scherpere beelden.
Hiermee worden het contrast en de
kleurverzadiging afgevlakt, voor zachte beelden.
–
SepiaHiermee maakt u sepiakleurige beelden.
Zwart/witHiermee maakt u zwart-witfoto’s.
Hiermee worden de effecten van Levendig
Positief Film
Blauw, Levendig Groen en Levendig Rood
gecombineerd om intense maar natuurlijke
kleuren te krijgen, zoals de kleuren van dia’s.
Lichtere huidtintHiermee maakt u huidtinten lichter.
Donkerder
huidtint
Hiermee maakt u huidtinten donkerder.
Legt de nadruk op blauwe tinten in beelden.
Levendig Blauw
Hierdoor worden blauwe onderwerpen, zoals
de lucht of de zee, levendiger.
Legt de nadruk op groene tinten in beelden.
Levendig Groen
Hierdoor worden groene onderwerpen, zoals
bergen en ora, levendiger.
Levendig Rood
Legt de nadruk op rode tinten in beelden.
Hierdoor worden rode onderwerpen levendiger.
U kunt het contrast, de scherpte,
Custom Kleur
● U kunt de witbalans (=
● Met de modus [
huidtinten worden gewijzigd. Deze instellingen geven mogelijk
niet het verwachte resultaat met sommige huidtinten.
kleurverzadiging, enzovoort aanpassen
aan uw voorkeur (=
78) niet instellen in de modus [ ] of [ ].
] of [ ] kunnen mogelijk andere kleuren dan
80).
Custom Kleur
Foto’s
Kies het gewenste niveau voor beeldcontrast, scherpte, kleurverzadiging
en rode, groene, blauwe en huidkleurige tinten uit een bereik van 1–5.
Open het instellingenscherm.
1
z Voer de stappen bij “De kleurtoon van
een beeld wijzigen (My Colors)” (=
uit om [ ] te selecteren. Druk vervolgens
op de knop [].
Congureer de instelling.
2
z Tik op [ ][ ] om een item te selecteren
en draai daarna aan de ring [ ] om een
waarde op te geven.
z Pas de waarde naar rechts aan
voor sterkere/intensere effecten
(of donkerdere huidtinten), en pas de
waarde naar links aan voor zwakkere/
lichtere effecten (of lichtere huidtinten).
z Druk op de knop [
te voltooien.
] om de instelling
Films
79)
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
80
Page 81
Opnamebereik en scherpstellen
Close-ups maken (Macro)
Foto’s
Stel de camera in op [ ] om de scherpte te beperken tot onderwerpen die
zich dichtbij bevinden. Zie “Opnamebereik” (=
over het scherpstelbereik.
z Druk op de knop [
en selecteer vervolgens [ ] (=
z Zodra de instelling is voltooid, wordt [
weergegeven.
● Als u itst, kan vignetvorming optreden.
● Om camerabeweging te voorkomen, plaatst u de camera
op een statief en maakt u opnamen met de camera ingesteld
] (=
op [
41).
205) voor meer informatie
], kies [ ] in het menu
28).
Films
]
Opnamen maken in de modus Handmatig
scherpstellen
Foto’s
Gebruik handmatig scherpstellen wanneer automatisch scherpstellen
in AF-stand niet mogelijk is. U kunt de algemene focuspositie opgeven
en dan de ontspanknop half indrukken om de camera de optimale
scherpstelpositie te laten vastleggen die het dichtst bij de door
u opgegeven positie ligt. Zie “Opnamebereik” (=
informatie over het scherpstelbereik.
Selecteer [ ].
1
z Tik op [ ].
] en de MF-indicator worden
z [
weergegeven.
Geef de algemene focuspositie op.
2
z Tik op [ ][ ] om de algemene
scherpstelpositie op te geven, waarbij
u let op de MF-indicatorbalk op het scherm
(1, die de afstand en de scherpstelpositie
aangeeft) en het vergrote beeldgebied.
(1)
Druk vervolgens op de knop [ ].
z Druk op de knop [
vergroting aan te passen.
z Tijdens vergrote weergave kunt u het
scherpstelkader verplaatsen door over
het scherm te slepen.
Pas de focus verder aan.
3
z Druk de ontspanknop half in of tik op [ ]
om de camera de scherpstellingspositie
verder te laten afstellen (Veiligheids MF).
z Raak [
scherpstelling te annuleren.
205) voor meer
] om de
] aan om handmatige
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
81
Page 82
● Wanneer u handmatig scherpstelt, is de AF-methode (=
ingesteld op [Één punt AF] en de afmetingen van het AF-kader
=
84) op [Normaal]. Deze instellingen kunnen niet worden
(
gewijzigd.
● Scherpstellen is mogelijk bij gebruik van digitale zoom (
of de digitale telelens (
beeldscherm (
verschijnen.
● U kunt de camera op een statief plaatsen om deze te stabiliseren
en nauwkeuriger scherp te stellen.
● U kunt het vergrote weergavegebied vergroten of verbergen
door instellingen aan te passen via MENU (
tabblad [
● Om de verdere afstelling van automatisch scherpstellen uit te
schakelen wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, kiest
u MENU (
4] ► [MF-Punt Zoom].
=
=
=
29) ► tabblad [ 4] ► [Veiligheids MF] ► [Uit].
83), of bij gebruik van een tv als
170), maar de vergrote weergave zal niet
=
29) ►
=
83)
40)
Het scherpstelgebied eenvoudig bepalen (MF-peaking)
Foto’s
Randen van onderwerpen waarop is scherpgesteld worden in kleur
weergegeven om handmatig scherpstellen te vereenvoudigen. U kunt
de kleuren en de gevoeligheid (niveau) van de randdetectie aanpassen.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[MF-peaking-instellingen] op het tabblad
[ 4], selecteer [Peaking] en selecteer
vervolgens [Aan] (=
29).
Films
● Kleuren die worden weergegeven voor MF-peaking worden niet
opgeslagen in uw afbeeldingen.
Focusbracketing (modus BKT-Focus)
Foto’s
Steeds als u een opname maakt, worden drie opeenvolgende
beelden opgeslagen, waarbij het eerste beeld wordt genomen met de
brandpuntsafstand die u handmatig hebt ingesteld en de andere met
brandpuntsafstanden die verder weg en dichter bij liggen, die vooraf zijn
ingesteld. De afstand van de opgegeven focus kan worden ingesteld in
drie niveaus.
Selecteer [ ].
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Bracketing] op het tabblad [ 4] en
selecteer vervolgens [ ] (=
Congureer de instelling.
2
z Druk op de knop [] en geef dan
een waarde op door op de balk op het
instellingenscherm te tikken of de balk
te slepen.
● Focusbracketing is alleen beschikbaar in de modus [ ]
=
88).
(
● Continue opname (
=
42) is niet mogelijk in deze modus.
29).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
Congureer de instelling.
2
z Kies het menu-item dat u wilt congureren
en kies de gewenste optie (=
29).
82
Page 83
● U kunt het instellingenscherm in stap 2 ook openen door op de
knop [
de modus Handmatig scherpstellen” (
● Er worden drie opnamen gemaakt, ongeacht het aantal dat is
opgegeven in [
● In de modus [Knipperdetectie] (
beschikbaar voor de laatste opname.
● U kunt deze instelling ook congureren door op de balk in het
scherm in stap 2 te tikken of deze te slepen om een waarde
op te geven en vervolgens op [
] te drukken bij stap 2 van “Opnamen maken in
] (=
41).
=
81).
=
51) is deze functie alleen
] te tikken.
Digitale telelens
Foto’s
De brandpuntsafstand van de lens kan worden vergroot met ongeveer
1,6x of 2,0x. Dit kan camerabeweging verminderen doordat de sluitertijd
hoger is dan wanneer u zou zoomen (inclusief het gebruik van digitale
zoom) in dezelfde zoomfactor.
z Druk op de knop [
], kies
[Digitale Zoom] op het tabblad [ 2]
en kies de gewenste optie (=
z Het beeld wordt vergroot en de
zoomfactor verschijnt op het scherm.
● De sluitertijd kan equivalent zijn wanneer u de zoomknop
helemaal naar [
en wanneer u inzoomt om het onderwerp te vergroten tot
hetzelfde formaat door stap 2 van “Nader inzoomen op het
onderwerp (Digitale Zoom)” uit te voeren (
] beweegt voor een maximale telelensinstelling
=
40).
29).
Films
De AF-methode selecteren
Foto’s
Pas de AF-modus (automatisch scherpstellen) aan de
opnameomstandigheden aan.
z Druk op de knop [
het menu. Kies vervolgens de gewenste
optie (=
● U kunt deze instelling ook congureren door MENU (=
tabblad [
3] ► [AF-methode] te openen.
28).
Één punt AF
De camera wordt scherpgesteld met één AF-kader. Effectief voor
betrouwbaar scherpstellen. U kunt het kader ook verplaatsen door
op het scherm te tikken (=
● Een geel AF-kader wordt weergegeven met [ ] als de camera
niet kan scherpstellen wanneer u de ontspanknop half indrukt.
● Om composities te maken met de onderwerpen aan de rand of
in een hoek, richt u de camera eerst zo dat u het onderwerp in
het AF kader ziet en vervolgens houdt u de ontspanknop half
ingedrukt. Terwijl u de ontspanknop half ingedrukt blijft houden,
creëert u de gewenste compositie en vervolgens drukt u de
ontspanknop helemaal in (Focusvergrendeling).
● De positie van het AF-kader wordt vergroot wanneer u de
ontspanknop half indrukt als [AF-Punt Zoom] (
ingesteld op [Aan].
86).
] en kies [ ] in
Foto’s
=
51) is
29) ►
Films
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
83
Page 84
Positie en afmeting van AF-kaders wijzigen (Één punt AF)
Foto’s
Wanneer u de positie of afmeting van het AF-kader wilt wijzigen, stelt u de
AF-methode in op [Één punt AF].
Verplaats het AF-kader.
1
z Tik op het scherm. Er wordt een oranje
AF-kader weergegeven op de plaats waar
u op het scherm hebt getikt (Touch AF).
z Als u op de knop [
] drukt,
keert het AF-kader terug naar de
oorspronkelijke positie in het midden.
Wijzig de afmeting van het AF-kader.
2
z Draai aan de ring [ ] om de afmetingen
van het AF-kader te verkleinen. Draai
opnieuw aan de ring om terug te keren
naar de oorspronkelijke afmeting.
Voltooi de instellingsprocedure.
3
z Druk op de knop [].
● AF-kaders worden weergegeven in de normale afmeting
wanneer u de digitale zoom (
gebruikt, en in de modus voor handmatig scherpstellen (
● U kunt het spotmetingpuntkader ook koppelen aan het AF-kader
=
75).
(
● U kunt de afmetingen van het AF-kader ook instellen door op de
knop [
tabblad [
] te drukken en [AF kader afm.] te kiezen op het
3] (=
29).
=
40) of digitale telelens (=
83)
=
81).
Films
● Op het scherm in stap 2 kunt u het AF-kader ook verplaatsen
door op het scherm te tikken, het AF-kader terugzetten op de
oorspronkelijke positie door op [
afsluiten door op [
] te tikken.
] te tikken of de instelling
+Tracking
Foto’s
● Hiermee kan de camera gezichten detecteren en erop scherpstellen,
en de belichting (alleen deelmeting) en witbalans (alleen [ ]) instellen.
● Nadat u de camera op het onderwerp hebt gericht, wordt een wit
kader weergegeven rondom het gezicht, dat door de camera als
hoofdonderwerp wordt vastgesteld. Maximaal twee grijze kaders
worden weergegeven rond andere gedetecteerde gezichten.
● Wanneer de camera beweging detecteert, volgen de kaders de
bewegende onderwerpen binnen een bepaald bereik.
● Als u de ontspanknop half indrukt, worden er maximaal negen groene
kaders weergegeven rond de gezichten waarop de camera scherpstelt.
● Wanneer er geen gezichten zijn gedetecteerd of wanneer er
alleen grijze kaders (zonder wit kader) worden weergegeven,
worden er groene kaders in de scherpgestelde gebieden
weergegeven wanneer u de ontspanknop half indrukt. Houd
er rekening mee dat het maximumaantal kaders afhankelijk
is van de beeldverhoudingsinstelling (
● Wanneer geen gezichten worden gedetecteerd in de modus
Servo AF (
het scherm als u de ontspanknop half indrukt.
● Voorbeelden van gezichten die niet kunnen worden gedetecteerd:
● De camera kan niet-menselijke onderwerpen identiceren als
gezichten.
● Als de camera niet kan scherpstellen wanneer u de ontspanknop
half indrukt, worden er geen AF-kaders weergegeven.
=
85), verschijnt het AF-kader in het midden van
- Onderwerpen die ver weg zijn of extreem dichtbij
- Onderwerpen die donker of licht zijn
- Gezichten en prol, vanuit een hoek of gedeeltelijk verborgen
=
48).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
84
Page 85
Opnamen maken met Servo AF
Foto’s
Deze modus helpt u om te voorkomen dat u foto’s mist van bewegende
onderwerpen, omdat de camera blijft scherpstellen op het onderwerp
en de belichting aanpast zolang u de ontspanknop half ingedrukt houdt.
Congureer de instelling.
1
z Druk op de knop [ ], kies [ONE SHOT]
in het menu en selecteer vervolgens
[SERVO].
Stel scherp.
2
z De focus en belichting blijven behouden
als het blauwe AF-kader wordt
weergegeven wanneer u de ontspanknop
half indrukt.
● In sommige opnameomstandigheden kan de camera mogelijk
niet scherpstellen.
● In omstandigheden met weinig licht wordt Servo AF mogelijk
niet geactiveerd (en worden de AF-kaders mogelijk niet blauw)
wanneer u de ontspanknop half indrukt. In dat geval worden
de scherpstelling en belichting ingesteld overeenkomstig de
opgegeven AF-methode.
● Continue opname (
● Als er geen optimale belichting kan worden verkregen, worden
de sluitertijd en de diafragmawaarde in het oranje weergegeven.
Laat de ontspanknop los en druk deze opnieuw half in.
● Opnamen maken met AF lock is niet beschikbaar.
● [AF-Punt Zoom] op het tabblad [
● Niet beschikbaar als u de zelfontspanner gebruikt (
● Het gebruik van de zelfontspanner (
AF-modus tot [ONE SHOT].
=
42) is trager in de modus Servo AF.
3] (=
29) is niet beschikbaar.
=
40) beperkt de
=
40).
Films
● Als u wilt dat de camera de scherpstelling blijft aanpassen
tijdens continue opname (
[AF-methode] ingesteld op [Één punt AF].
● U kunt deze instelling ook congureren door MENU (
tabblad [
3] ► [AF-bediening] te openen.
=
42), geeft u Servo AF op met
=
29) ►
De focusinstelling veranderen
Foto’s
U kunt de standaardwaarden van de camera zo instellen dat deze
constant scherpstelt op de onderwerpen waarop deze wordt gericht,
zelfs wanneer de ontspanknop niet wordt ingedrukt. U kunt in plaats
hiervan de camera beperken tot scherpstellen op het moment waarop
u de ontspanknop half indrukt.
Aan
Uit
z Druk op de knop [
op het tabblad [ 3] en kies vervolgens
[Uit] (=
29).
Helpt te voorkomen dat u onverwachte fotokansen mist,
doordat de camera continu scherpstelt op onderwerpen
totdat u de ontspanknop half indrukt.
De camera stelt niet continu scherp, zodat de batterij minder
snel leeg is.
], kies [Continu]
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
85
Page 86
Een persoon selecteren op wie u wilt
scherpstellen (Gezichtsselectie)
Foto’s
U kunt een opname maken nadat u een bepaald gezicht hebt geselecteerd
waarop moet worden scherpgesteld.
Stel de AF-methode in op
1
[ +Tracking] (= 83).
Wijs [] toe aan de lmknop
2
(= 99).
Open de modus Gezichtsselectie.
3
z Richt de camera op het gezicht en druk
op de lmknop.
z Nadat [Gezichtsselectie: Aan]
wordt weergegeven, verschijnt een
gezichtskader [
wordt gedetecteerd als hoofdonderwerp.
z Zelfs als het onderwerp beweegt, volgt
het gezichtskader [
binnen een bepaald bereik.
z Als er geen gezicht wordt gedetecteerd,
verschijnt [
Selecteer het gezicht waarop u wilt
4
] rond het gezicht dat
] het onderwerp
] niet.
scherpstellen.
z Druk op de lmknop als u het
gezichtskader [ ] wilt verplaatsen
naar een ander gedetecteerd gezicht.
z Als u aan het einde van de gedetecteerde
gezichten bent gekomen, wordt
[Gezichtsselectie: Uit] weergegeven,
gevolgd door het scherm van de
geselecteerde AF-methode.
Films
Maak de opname.
5
z Druk de ontspanknop half in. Nadat de
camera heeft scherpgesteld, verandert
[ ] in [ ].
z Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden om de opname te maken.
● Wanneer [Gezichts-ID] is ingesteld op [Aan], wordt alleen
de naam weergegeven van de geregistreerde persoon die
is gekozen als het hoofdonderwerp, zelfs als er andere
geregistreerde mensen zijn gedetecteerd. Hun namen worden
echter nog steeds vastgelegd in de foto’s (
=
44).
Onderwerpen kiezen om op scherp te stellen
(Touch AF)
Foto’s
U kunt een opname maken nadat u een gezicht of ander onderwerp hebt
geselecteerd waarop moet worden scherpgesteld.
Stel de AF-methode in op
1
[ +Tracking] (= 83).
Selecteer een gezicht of ander
2
onderwerp waarop moet worden
scherpgesteld.
z Tik op het onderwerp of de persoon op
het scherm.
z De camera piept en [
het onderwerp is gedetecteerd. De focus
blijft behouden, zelfs als het onderwerp
beweegt.
z Tik op [
] om Touch AF te annuleren.
] verschijnt zodra
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
86
Page 87
Maak de opname.
3
z Druk de ontspanknop half in. Nadat de
camera heeft scherpgesteld, verandert
[ ] in een groen [ ].
z Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden om de opname te maken.
● Als de camera opnames maakt als u het scherm aanraakt, tikt
] en kiest u [ ] (=
u op [
tabblad [
● Mogelijk kan de camera het onderwerp niet volgen als dit te klein
is, te snel beweegt of als het contrast tussen het onderwerp en de
achtergrond te klein is.
● Zelfs als u opnamen maakt in de modus [
camera terug naar de modus [
aan te geven waarop u wilt scherpstellen.
● Als [Gezichts-ID] is ingesteld op [Aan], worden namen niet
weergegeven wanneer er geregistreerde personen worden
gedetecteerd, maar de namen worden wel in de foto’s vastgelegd
=
(
hetzelfde is als een persoon die is gedetecteerd met Gezichts-ID,
wordt er een naam weergegeven.
2] ► [Touch Shutter] ► [Uitsch.].
44). Als het onderwerp waarop wordt scherpgesteld echter
42), of kiest u MENU (=
] (=
] als u op het scherm tikt om
81), keert de
29) ►
Opnamen maken met AF lock
Foto’s
U kunt de focus vergrendelen. Als de focus is vergrendeld, wordt de
focuspositie niet gewijzigd, zelfs niet als u de ontspanknop loslaat.
Vergrendel de focus.
1
z Houd de ontspanknop half ingedrukt en
druk op de knop [].
z De scherpstelling is nu vergrendeld en
] en de MF-indicator verschijnen op
[
het scherm.
z Om de scherpstelling te ontgrendelen laat
u de ontspanknop los en tikt u op [
Kies de compositie en maak een
2
opname.
● Kan niet worden gebruikt met Touch Shutter (=
42).
Films
].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Index
Bijlage
87
Page 88
Flitser
Flitsermodus wijzigen
Foto’s
U kunt de itsermodus wijzigen en aanpassen aan de opnamecompositie.
Zie “Camera” (=
Automatisch
Als er weinig licht is, wordt er automatisch geitst.
Aan
Er wordt bij elke opname geitst.
204) voor meer informatie over het itsbereik.
Klap de itser uit.
1
z Verschuif de schakelaar [ ].
Congureer de instelling.
2
z Druk op de knop [ ] en kies [ ] in het
menu. Kies vervolgens de gewenste optie.
z De optie die u hebt ingesteld, wordt nu
weergegeven.
● [ ] wordt niet weergegeven in het menu als de itser wordt
ingeklapt, ook niet als u op de knop [
schakelaar [
instelling.
● Als u itst, kan vignetvorming optreden.
] om de itser uit te klappen en congureer de
] drukt. Verschuif de
Films
Slow sync
Er wordt geitst om de helderheid van het hoofdonderwerp (zoals mensen)
te verbeteren terwijl er opnamen gemaakt worden met een langere
sluitertijd, zodat de achtergrond buiten het itsbereik verlicht wordt.
● Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen om
de camera stil te houden en camerabeweging te voorkomen in de
modus [
maakt met een statief of een ander middel gebruikt om de camera
stil te houden (
● In de modus [
geluid van de ontspanknop stopt, zelfs nadat de itser geitst heeft.
]. Stel daarnaast [IS modus] in op [Uit] als u opnamen
=
52).
] mag het hoofdonderwerp niet bewegen totdat het
Uit
Voor het maken van opnamen zonder itser.
● Als bij omstandigheden die ervoor zorgen dat de camera
bewogen wordt of bij situaties met weinig licht een knipperend
pictogram [
half indrukt, plaatst u de camera op een statief of neemt u andere
maatregelen om de camera stil te houden.
● U kunt deze instelling ook congureren door op [ ] te tikken,
op een optie te tikken en vervolgens nogmaals hierop te tikken.
] wordt weergegeven wanneer u de ontspanknop
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
88
Page 89
De itsbelichtingscompensatie aanpassen
Foto’s
Net als bij de normale belichtingscompensatie (=
74) kunt u de
itsbelichting aanpassen met stappen van 1/3 in een bereik van –2 tot +2.
z Klap de itser op, druk op de knop [
en selecteer [ ] in het menu. Draai aan
de ring [ ] om het compensatieniveau
te selecteren. Druk vervolgens op de
knop [ ].
● Wanneer de kans op overbelichting bestaat, past de camera
voor opnamen met de itser automatisch de sluitertijd of
diafragmawaarde aan om vervaagde highlights te verminderen
en opnamen te maken met een optimale belichting. U kunt
automatische aanpassing van de sluitertijd of diafragmawaarde
echter uitschakelen door MENU (
● U kunt de itsbelichtingscompensatie ook instellen door MENU
=
29) te openen en tabblad [ 5] ► [Flits Instellingen] ►
(
[Flitsbel. comp.] te kiezen.
● U kunt het scherm [Func.inst. interne itser] (
volgt openen.
- Druk op de knop [
in het menu en druk vervolgens op de knop [
=
29) te openen en tabblad
=
29) ook als
] terwijl de itser is uitgeklapt, kies [ ]
].
Films
]
Opnamen maken met FE-lock
Net als met AE lock (=
74) kunt u de belichting vergrendelen voor het
maken van opnamen met de itser.
Foto’s
Films
Vergrendel de itsbelichting.
2
z Richt de camera met vergrendelde
belichting op het onderwerp waarvan
u een opname wilt maken en tik op [ ].
z De itser gaat af en wanneer [
weergegeven, blijf het itsuitvoerniveau
behouden.
z Om FE te ontgrendelen, tikt u nogmaals
]. [ ] wordt niet meer weergegeven.
op [
Kies de compositie en maak een
3
opname.
z Na één opname wordt FE ontgrendeld
en wordt [ ] niet meer weergegeven.
● FE: itsbelichting
De itstiming wijzigen
Wijzig de timing van de itser en de sluiter als volgt.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Flits Instellingen] op het tabblad [ 5]
en druk daarna op de knop [ ] (=
Congureer de instelling.
2
z Kies [Sluiter sync.] en kies vervolgens
de gewenste optie (=
29).
Foto’s
] wordt
Films
29).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
Klap de itser uit en stel deze in
1
op [ ] (= 88).
1e gordijnDe itser itst direct nadat de sluiter opengaat.
2e gordijnDe itser itst direct voordat de sluiter dichtgaat.
89
Page 90
Overige instellingen
Beeldkwaliteit wijzigen
Foto’s
Kies uit 8 combinaties van formaat (aantal pixels) en compressie
(beeldkwaliteit). Geef ook op of beelden moeten worden vastgelegd
in de RAW-indeling (=
(=
205) voor richtlijnen over hoeveel opnamen van elk type beeld op
een geheugenkaart passen.
● [ ] en [ ] geven verschillende niveaus van beeldkwaliteit aan,
90). Zie “Aantal opnamen per geheugenkaart”
z Volg de stappen in “Beeldkwaliteit
wijzigen” (
=
48) om de instellingen
te wijzigen.
afhankelijk van de mate van compressie. Bij hetzelfde formaat
(aantal pixels), biedt [
hebben een iets lagere beeldkwaliteit, maar er passen er meer op
een geheugenkaart.
] een hogere beeldkwaliteit. [ ]-beelden
Films
Vastleggen in de RAW-indeling
De camera kan beelden vastleggen in de JPEG- en de RAW-indeling.
Verwerkt in de camera voor optimale beeldkwaliteit
en gecomprimeerd om de bestandsgrootte
JPEG-beelden
RAW-beelden
te verkleinen. Dit compressieproces is echter
onomkeerbaar en beelden kunnen niet kunnen
worden teruggebracht naar de oorspronkelijke,
onbewerkte staat. Beeldbewerking kan ook een
klein verlies aan beeldkwaliteit veroorzaken.
“Raw” (onbewerkte) gegevens die zijn opgenomen
met zo goed als geen verlies aan beeldkwaliteit
door beeldverwerking van de camera. De gegevens
kunnen in deze indeling niet worden bekeken
via een computer of worden afgedrukt. Gebruik
eerst de software (Digital Photo Professional,
=
173) om beelden te converteren naar normale
JPEG- of TIFF-bestanden. Beelden kunnen
worden aangepast met een minimaal verlies
aan beeldkwaliteit.
z Druk op de knop [
in het menu (=
] en selecteer [ ]
28).
z Als u alleen wilt vastleggen in de
RAW-indeling, selecteert u de optie [
z Als u beelden tegelijkertijd zowel in
de JPEG- als in de RAW-indeling wilt
vastleggen, selecteert u de beeldkwaliteit
JPEG en drukt u vervolgens op de
knop [
]. Naast [RAW] wordt het
teken [ ] weergegeven. Als u deze
instelling wilt annuleren, volgt u dezelfde
stappen en verwijdert u het teken [ ]
naast [RAW].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
].
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
90
Page 91
Via het menu
● Gebruik altijd de daarvoor bedoelde software (=
de overdracht van RAW-beelden (of RAW- en JPEG-beelden
samen) naar een computer.
● Digitale zoom (
in de RAW-indeling. Bovendien kunnen het ruisreductieniveau
=
76), de DR-correctie (=
(
en My Colors (
● Zie “Aantal opnamen per geheugenkaart” (=
informatie over de relatie tussen het aantal opnamepixels
en het aantal opnamen dat op een kaart past.
● De bestandsextensie voor JPEG-beelden is .JPG en de
extensie voor RAW-beelden is .CR2.
=
40) is niet beschikbaar als u beelden vastlegt
=
79) niet worden gecongureerd.
76), de schaduwcorrectie (=
173) voor
205) voor
z Druk op de knop [], selecteer
[Beeldkwalit.] op het tabblad [ 1] en
druk daarna op de knop [ ] (=
z Als u tegelijkertijd wilt vastleggen in de
RAW-indeling, selecteert u [
] onder
[RAW]. Als [–] is geselecteerd, worden
alleen JPEG-beelden vastgelegd.
z Selecteer in [JPEG] het aantal pixels
en de compressieverhouding. Als [–]
is geselecteerd, worden alleen
RAW-beelden vastgelegd.
z Als u klaar bent, drukt u op de knop [
om terug te keren naar het menuscherm.
77)
29).
Instellingen van de IS-modus wijzigen
Foto’s
U kunt beeldstabilisatie uit laten tot het moment dat u opnames gaat maken.
z Voer de stappen bij “Beeldstabilisatie
uitschakelen” (
=
52) uit om [Opname]
te selecteren.
]
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● [RAW] en [JPEG] kunnen niet beide worden ingesteld op [−].
91
Page 92
Tv-, Av-, M- en C-modus
Maak slimmer gerafneerde opnamen en pas
de camera aan uw favoriete opnamestijl aan
● In dit hoofdstuk wordt verondersteld dat de camera is ingesteld
op de betreffende modus.
Specieke sluitertijden (Modus [Tv])
Foto’s
Stel de gewenste sluitertijd in voordat u met het opnemen begint.
Op de camera wordt de diafragmawaarde automatisch aangepast
aan de ingestelde sluitertijd.
Zie “Camera” (=
204) voor informatie over de beschikbare sluitertijden.
Open de modus [].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [].
Stel de sluitertijd in.
2
z Draai aan de ring [ ] om de sluitertijd
in te stellen.
=
52).
=
Beschikbare ISO-waarde (
● Bij opnameomstandigheden met langere sluitertijden treedt mogelijk
een vertraging op voordat u opnieuw een foto kunt maken. Dit komt
doordat de camera de beelden verwerkt om ruis te voorkomen.
● Stel [IS modus] in op [Uit] wanneer u een langere sluitertijd
gebruikt en opnamen maakt met een statief (
● Als de diafragmawaarde in het oranje wordt weergegeven als
u de ontspanknop half indrukt, betekent dat dat de optimale
belichting niet is bereikt. Pas de sluitertijd aan totdat de
diafragmawaarde wit wordt weergegeven. U kunt ook Safety
Shift gebruiken (
=
93).
75)
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● []: tijdwaarde
92
Page 93
(1)
6
Specieke diafragmawaarden (Modus [Av])
Foto’s
Stel de gewenste diafragmawaarde in voordat u begint met opnemen.
Op de camera wordt de sluitertijd automatisch aangepast aan de
ingestelde diafragmawaarde.
Zie “Camera” (=
diafragmawaarden.
204) voor informatie over de beschikbare
Open de modus [].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [].
Stel de diafragmawaarde in.
2
z Draai aan de ring [ ] om de
diafragmawaarde in te stellen.
● Als de sluitertijd in het oranje wordt weergegeven als u de
ontspanknop half indrukt, betekent dat dat de optimale belichting
niet is bereikt. Pas de diafragmawaarde aan totdat de sluitertijd
wit wordt weergegeven. U kunt ook Safety Shift gebruiken
(zie hieronder).
● []: Diafragmawaarde (de grootte van de irisopening in de lens)
● Druk in de modi [
[Safety Shift] op het tabblad [
dat de camera automatisch de sluitertijd en diafragmawaarde
instelt bij belichtingsproblemen, zodat u bij een optimale
belichting opnamen kunt maken.
Safety Shift is echter uitgeschakeld wanneer de itser itst.
] en [] op de knop [] en stel
6] in op [Aan] (=
29) als u wilt
Films
Specieke sluitertijden en
diafragmawaarden (Modus [M])
Foto’s
Voer voordat u opnamen maakt de volgende stappen uit voor het instellen
van de gewenste sluitertijd en diafragmawaarde, zodat u de gewenste
belichting krijgt.
Zie “Camera” (=
diafragmawaarden.
(2) (3)
(5)
(
)
204) voor informatie over beschikbare sluitertijden en
Open de modus [ ].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [ ].
Congureer de instelling.
2
z Tik op [ ] (1), selecteer de sluitertijd (2),
diafragmawaarde (3) of [] (4),
en draai vervolgens aan de ring [ ] om
een waarde op te geven.
z Als de ISO-waarde vast is, wordt een
belichtingsniveauteken (6), gebaseerd
(4)
op de door u opgegeven waarden,
weergegeven op de indicator van het
belichtingsniveau ter vergelijking met
het standaard belichtingsniveau (5).
Als het verschil ten opzichte van het
standaard belichtingsniveau groter is dan
3 stops, wordt het belichtingsniveauteken
weergegeven als [
z De ISO-waarde wordt bepaald en de
helderheid van het scherm verandert
als u de ontspanknop half indrukt nadat
u de ISO-waarde op [AUTO] hebt
ingesteld. Als er geen standaardbelichting
kan worden verkregen met de
door u opgegeven sluitertijd en
diafragmawaarde, wordt de ISO-waarde
in het oranje weergegeven.
● Na het instellen van de sluiterijd en de diafragmawaarde kan het
belichtingsniveau wijzigen als u de zoom aanpast of een nieuwe
compositie voor de opname maakt.
● Afhankelijk van de ingestelde sluitertijd en diafragmawaarde,
wordt de helderheid van het scherm mogelijk aangepast.
De helderheid van het scherm wijzigt echter niet als de itser
is uitgeklapt en de modus [
● [ ]: Handmatig
● De optimale belichting wordt berekend op basis van de opgegeven
meetmethode (
● De volgende bewerkingen zijn beschikbaar als ISO-waarde is
ingesteld op [AUTO].
- Pas de belichting aan door een paar keer op [
de belichtingscompensatiebalk te selecteren en vervolgens
aan de ring [
- Tik op [
De schermhelderheid wordt aangepast.
=
74).
] te draaien.
] om de ISO-waarde te vergrendelen.
] is ingesteld.
=
75)
] te tikken om
Opnamen met lange sluitertijd maken
(Bulb)
Bij opnamen met bulbbelichting worden opnames belicht zolang u de
ontspanknop ingedrukt houdt.
Geef bulbbelichting op.
1
z Stel de sluitertijd in op [BULB] door
stap 1–3 in “Specieke sluitertijden
en diafragmawaarden (Modus [ ])”
te volgen (=
Maak de opname.
2
z Opnamen worden belicht zolang u de
ontspanknop helemaal ingedrukt houdt.
Tijdens de belichting wordt de verstreken
sluitertijd weergegeven.
● De maximale continue opnametijd met deze functie is 4 min.
en 16 sec.
● Plaats de camera op een statief of neem andere maatregelen
om de camera stil te houden en camerabeweging te voorkomen.
Schakel in dit geval ook beeldstabilisatie uit (
● Als [Touch Shutter] is ingesteld op [Aan], start u het opnemen
door één keer op het scherm te tikken, en stopt u het door
nogmaals op het scherm te tikken. Zorg dat u de camera niet
beweegt als u op het scherm tikt.
93).
=
52).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
94
Page 95
(1)
De itsoutput aanpassen
Foto’s
Maak een keuze uit de drie itsniveaus in [][][ ]-modi.
Stel de itsmodus in.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Flits Instellingen] op het tabblad [ 5]
en stel [Flits-modus] vervolgens in op
[Handmatig].
Congureer de instelling.
2
z Klap de itser op, druk op de knop [ ]
en selecteer [ ] in het menu. Draai aan
de ring [ ] om het itssterkteniveau
te selecteren. Druk vervolgens op de
knop [ ].
z Als de instelling is voltooid, wordt het
itsuitvoerniveau weergegeven.
]: Minimum, []: Medium,
[
[]: Maximum
● U kunt het itsniveau ook instellen door MENU (=
openen en tabblad [
te selecteren.
● U kunt het scherm [Flits Instellingen] (
- Druk op de knop [
in het menu en druk vervolgens op de knop [
5] ► [Flits Instellingen] ► [Flits output]
=
] terwijl de itser is uitgekapt, kies [ ]
29) ook als volgt openen.
29) te
].
Films
Films opnemen met specieke
sluitertijden en diafragmawaarden
Foto’s
Stel de door u gewenste sluitertijd, diafragmawaarde, belichting en
ISO-waarde in.
Voor meer informatie over beschikbare sluitertijden en diafragmawaarden
raadpleegt u “Camera” (=
raadpleegt u “De ISO-waarde wijzigen” (=
(2)
● Sommige sluitertijden kunnen ikkeringen op het scherm
veroorzaken bij opnamen onder tl-licht of ledverlichting.
Deze ikkeringen worden mogelijk opgenomen.
204), en voor beschikbare ISO-waarden
Open de modus [ ].
1
z Stel het programmakeuzewiel in op [ ].z Tik op [z Tik op [OK] om uw keuze te bevestigen.
Congureer de instellingen.
2
z Tik op [ ] (1), selecteer het item dat
u wilt congureren (2) en draai aan de
ring [ ] om een waarde op te geven.
Maak de opname.
3
z druk op de lmknop.z Tijdens opnamen kunt u een andere
instelling kiezen om te congureren door
herhaaldelijk op [
de waarde aan door aan de ring [ ] te
draaien.
75).
] en selecteer daarna [ ].
] te tikken. Pas dan
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
95
Page 96
● U kunt ook de belichting aanpassen als de ISO-waarde is
ingesteld op [AUTO] door een paar keer op [
waardoor de belichtingscompensatiebalk wordt geselecteerd
en vervolgens aan de ring [
● Als de ISO-waarde vast is, wordt een belichtingsniveauteken,
gebaseerd op de door u opgegeven waarde, weergegeven op
de indicator van het belichtingsniveau ter vergelijking met het
standaard belichtingsniveau. Als het verschil ten opzichte van
het standaard belichtingsniveau groter is dan 3 stops, wordt
het belichtingsniveauteken weergegeven als [
● In de modus [AUTO] kunt u de ISO-waarde controleren door de
ontspanknop half in te drukken. Als er geen standaardbelichting
kan worden verkregen met de door u opgegeven sluitertijd
en diafragmawaarde, wordt de ISO-waarde in het oranje
weergegeven.
● Scherpstelling kan tijdens opname worden aangepast door
] te tikken (om naar [ ] te schakelen) en vervolgens
op [
] of [ ] te tikken.
op [
] te draaien.
] te tikken
] of [ ].
Bediening en display wijzigen
Instellingen aanpassen terwijl u van
ringfunctie wisselt
Foto’s
U kunt op het scherm tikken om de functie (ISO-waarde,
belichtingscompensatie, sluitertijd en diafragmawaarde) te wisselen
die wordt gecongureerd met de ring. Vervolgens kunt u snel de
instelling aanpassen door aan de ring te draaien.
z Tik op [
gaan en draai vervolgens aan de ring [ ]
om een waarde in te stellen.
Beschikbare instellingen variëren per opnamemodus.
Tv
Av
+/–
ISO
Av
+/–
ISO
] om naar een ander item te
Tv
+/–
ISO
+/–
ISO
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● +/–: belichtingscompensatie (
Tv: sluitertijd (=
92), Av: diafragmawaarde (=
=
74), ISO: ISO-waarde (=
93).
75),
96
Page 97
Instellingen wijzigen met de ring
Foto’s
U kunt de functies van de ring als volgt opnieuw toewijzen. Met de ring
kunt u de camera net zo handig besturen als een volledig handmatige
camera.
Kies een functie om aan de ring [ ]
1
toe te wijzen.
z Druk op de knop [] en selecteer
[Ringinstellingen] op het tabblad [ 2].
Stel [Schakel. met ] in op [Uitsch.].
z Selecteer [Functie instellen].
Congureer de toegewezen functie.
2
z Tik op een optie en druk op de knop [ ].
Films
Functies die aan de ring kunnen worden toegewezen
De functies die u kunt toewijzen aan de ring variëren afhankelijk van de
opnamemodus.
Item
Av–––
Tv–––
–AvTv+/–
–
–
–
–
–
–
–
–
● +/–: belichtingscompensatie (
Av: diafragmawaarde (=
● Met de ring [ ] kunt u trapsgewijs zoomen (=
modus [
Opnamemodus
De ISO-waarde aanpassen (
=
=
74).
78)
De belichting corrigeren (
De witbalans corrigeren (
Trapsgewijs zoomen uitvoeren (
DR (dynamic range) instellen (
Schaduwcorrectie in- of uitschakelen
(=
77)
Beeldverhouding wijzigen (
=
Functies naar eigen wens toewijzen
(=
98).
=
74); Tv: sluitertijd (=
92);
93).
] of [].
40) in de
=
=
48)
75).
=
76)
40).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
97
Page 98
Functies toewijzen aan de ring
Foto’s
U wijst functies toe aan de ring op basis van de betreffende opnamemodus.
Selecteer [ ].
1
z Voer stap 1 in “Instellingen wijzigen met
(1)
de ring” (=
daarna op de knop [].
Congureer de instelling.
2
z Selecteer een opnamemodus door
erop te tikken.
z Draai aan de ring [
toe te wijzen aan de ring (1).
z Druk op de knop [
te keren naar het opnamescherm.
97) uit, kies [ ] en druk
] om een functie
] om terug
Films
Weergegeven informatie wijzigen
Pas aan welk scherm wordt weergegeven als u op de knop [] op
het opnamescherm drukt. U kunt ook aanpassen welke informatie wordt
weergegeven.
Open het instellingenscherm.
1
z Selecteer op het tabblad [ 1] de
optie [Scherminfo/ schakel instellingen]
in [Opname-infoscherm], en druk
vervolgens op de knop [ ] (=
Congureer de instelling.
2
z Tik op elk scherm dat u niet wilt laten
weergeven zodat het teken [ ] verdwijnt.
Als u nogmaals op een scherm tikt, wordt
het teken [ ] toegevoegd, om aan te
geven dat het scherm wordt opgenomen
in de display.
z Druk op de knop [
gaan naar het menuscherm.
● Een voorbeeld van de display met de in stap 2 geselecteerde
opties wordt links weergegeven ter referentie.
● Er moet ten minste één optie worden geselecteerd.
29).
] om terug te
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
98
Page 99
De weergegeven informatie aanpassen
z Voer stap 1–2 in “Weergegeven
informatie wijzigen” (=
98) uit om
[Aangepast scherm 1] of [Aangepast
scherm 2] te selecteren, en druk
vervolgens op de knop [].
z Tik op informatie die u wilt weergeven
om het teken [
] toe te voegen.
z Voor een voorbeeld van de weergave
drukt u op de knop [
] om terug
te keren naar het scherm [Scherminfo/
schakel instellingen].
● Voor een smaller rasterpatroon gaat u naar tabblad [ 1] ►
[Opname-infoscherm] ► [Rasterweergave].
Functies toewijzen aan de Movie-knop
Foto’s
U kunt snel en eenvoudig functies activeren die u toewijst aan de lmknop.
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Instellen knop] op het tabblad [ 2]
en druk vervolgens op de knop [ ]
(=
29).
Congureer de instelling.
2
z Tik op de optie die u wilt toewijzen
en druk vervolgens op de knop [ ].
Films
● Als u de standaardinstelling van de Movie-knop wilt herstellen,
selecteert u [
● Als er pictogrammen worden weergegeven met [
functie niet beschikbaar in de huidige opnamemodus of onder
de huidige functieomstandigheden.
● Met [
wijzigen door op de Movie-knop te drukken in de modus
[Één punt AF] (
● Als u [
knop witbalansgegevens opgenomen (
instelling voor de witbalans gewijzigd in [
● Als de functie [
Movie-knop drukt de scherpstelling aangepast en vergrendeld en
wordt [
● Als u op de lmknop drukt terwijl de functie [
wordt de weergave van het scherm uitgeschakeld. Probeer een
van de volgende oplossingen om de weergave te herstellen:
- Druk op een willekeurige knop (behalve de ON/OFF-knop).
- Houd de camera in een andere stand.
- Klap de itser omhoog of omlaag.
● U kunt nog steeds lms opnemen in de modus [
of [
● U kunt de instellingen ook congureren door op een gewenste
optie te tikken en vervolgens nogmaals hierop te tikken of op
[
].
] kunt u de positie en afmetingen van het AF-kader
=
83, =
] of [ ] gebruikt, worden bij elke druk op de Movie-
] weergegeven op het scherm.
], zelfs als u een functie toewijst aan de lmknop.
] te tikken.
84).
=
] in gebruik is, wordt telkens wanneer u op de
] is deze
78) en wordt de
] of [ ].
] in gebruik is,
], [ ], [ ]
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
99
Page 100
Het menu Snelle instellingen aanpassen
Foto’s
De weergave van de items in het menu Snelle inst. kan worden
aangepast.
Items selecteren om een plaats te geven
in het menu
Open het instellingenscherm.
1
z Druk op de knop [], selecteer
[Ind. menu Snelle inst.] op het tabblad
[ 2] en druk vervolgens op de knop [ ]
(=
29).
Kies pictogrammen die u een plaats
2
wilt geven in het menu.
z Tik op pictogrammen die u een plaats
wilt geven in het menu Snelle inst.
Geselecteerde pictogrammen worden
gemarkeerd met een [ ].
z De geselecteerde items (voorzien
]) worden opgenomen in de
van [
weergave.
z Functies zonder de markering [
worden gecongureerd op het tabblad [ ]
van het menuscherm.
Voltooi de instelling.
3
z Druk op de knop [] en tik
vervolgens op [OK].
] kunnen
Films
● Er kunnen maximaal 11 items worden weergegeven in het menu.
● Het scherm in stap 2 kan ook worden geopend door de knop
] ingedrukt te houden als het menu Snelle inst. wordt
[
weergegeven.
Menu-items verplaatsen
Open het instellingenscherm.
1
z Druk in het scherm bij stap 2 van “Items
selecteren om een plaats te geven in het
menu” (=
z Sleep de pictogrammen naar de
gewenste positie.
Voltooi de instelling.
2
z Druk op de knop [] en tik
vervolgens op [OK].
100) op de knop [].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Tv-, Av-, M- en C-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.