Voor gebruikers van een DCP-model: deze documentatie is bedoeld voor zowel MFC- als DCP-modellen. Als
in deze gebruikershandleiding wordt verwezen naar 'MFC', kunt u 'MFC' lezen als 'DCP'.
De namen van toetsen op het bedieningspaneel en berichten in het LCD-scherm voor België worden tussen
haakjes weergegeven.
Niet alle modellen zijn in alle landen verkrijgbaar.
Versie B
DUT
Modellen
Deze gebruikershandleiding is van toepassing op de volgende modellen:
DCP-J4110DW, MFC-J4310DW/J4410DW/J4510DW/J4610DW/J4710DW
Definities van opmerkingen
In deze handleiding gebruiken we de volgende aanduidingen:
BELANGRIJK geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, indien
BELANGRIJK
OPMERKING
genegeerd, schade aan eigendommen of verminderde functionaliteit van
het product tot gevolg kan hebben.
Opmerkingen vertellen u hoe u op een bepaalde situatie moet reageren of
geven tips over het effect van een handeling in combinatie met andere
functies.
Samenstelling en publicatie
Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder toezicht van Brother Industries, Ltd. De nieuwste
productgegevens en specificaties zijn in deze handleiding verwerkt.
De inhoud van deze handleiding en de specificaties van het product kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd.
Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder
voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Brother is niet verantwoordelijk voor enige schade, met inbegrip van
gevolgschade, voortvloeiend uit het gebruik van deze handleiding of de daarin beschreven producten,
inclusief maar niet beperkt tot zetfouten en andere fouten in deze publicatie.
Het juiste type papier kiezen .................................................................................................................... 3
Gelijktijdig afdrukken, scannen en faxen ................................................................................................. 3
Gegevens uit het geheugen wissen ......................................................................................................... 3
Status Monitor .......................................................................................................................................... 3
De status van de machine controleren .............................................................................................. 4
Pop up voor fout ................................................................................................................................ 4
Instellingen van de printerdriver ............................................................................................................... 6
De instellingen van de printerdriver weergeven ....................................................................................... 6
Het tabblad Normaal ................................................................................................................................ 6
Aantal .............................................................................................................................................. 10
ControlCenter4 in de Startmodus gebruiken ......................................................................................... 61
Functies van ControlCenter4 voor gebruikers van de Startmodus .................................................. 62
Het tabblad Foto .................................................................................................................................... 63
Afbeeldingen van een geheugenkaart of USB-flashgeheugenstation kopiëren .............................. 63
De mapstructuur van ControlCenter4 openen ................................................................................. 63
De mapstructuur openen ................................................................................................................. 64
Afbeeldingen toevoegen aan e-mail ................................................................................................ 65
Afbeeldingen met een toepassing openen ...................................................................................... 65
Het tabblad Scan ................................................................................................................................... 66
De instellingen van de scanknop configureren ................................................................................ 75
Het hulpprogramma BRAdmin openen ............................................................................................ 76
Het tabblad Ondersteuning .................................................................................................................... 78
ControlCenter Help openen ............................................................................................................. 78
Het Brother Solutions Center gebruiken .......................................................................................... 78
Het Brother CreativeCenter openen ................................................................................................ 78
ControlCenter4 in de Geavanceerde modus gebruiken ........................................................................ 79
Functies van ControlCenter4 voor gebruikers van de Geavanceerde modus ................................. 80
Het tabblad Scan ................................................................................................................................... 81
De gescande afbeelding in een toepassing openen ........................................................................ 82
De OCR-functie gebruiken .............................................................................................................. 82
Gescande gegevens toevoegen aan e-mail .................................................................................... 83
De gescande afbeelding opslaan .................................................................................................... 83
De standaardinstellingen van de afzonderlijke knoppen wijzigen ................................................... 83
Het tabblad PC-kopie ............................................................................................................................. 85
De gescande afbeelding afdrukken ................................................................................................. 85
Het tabblad Foto .................................................................................................................................... 85
• De schermen in dit gedeelte zijn afkomstig van Windows® 7. De schermen op uw computer kunnen hiervan
afwijken, afhankelijk van uw besturingssysteem.
• Als uw computer wordt beschermd door een firewall en u niet via het netwerk kunt afdrukken of scannen,
of via de pc kunt faxen, moet u mogelijk de instellingen van de firewall aanpassen. Als u de Windows
Firewall gebruikt en MFL-Pro Suite vanaf de cd-rom hebt geïnstalleerd, zijn de benodigde
firewallinstellingen al ingevoerd. Als u MFL-Pro Suite niet vanaf de cd-rom hebt geïnstalleerd, raadpleegt
u Firewallinstellingen (voor netwerkgebruikers) uu pagina 118 om Windows
Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw persoonlijke firewallsoftware of neem contact op met de
softwarefabrikant als u een andere firewall gebruikt.
®
Firewall te configureren.
®
De Brother-printerdriver gebruiken
Een printerdriver ‘vertaalt’ de gegevens van uw toepassing en converteert deze met behulp van een
paginabeschrijvingstaal naar een indeling die kan worden gebruikt door de printer of het multifunctionele
apparaat.
U vindt de drivers die u nodig hebt op de cd-rom die bij het apparaat is geleverd. Installeer deze drivers door
de stappen in de Installatiehandleiding te volgen. U kunt ook de meest recente drivers downloaden van het
Brother Solutions Center op:
http://solutions.brother.com/
1
Functies
Dit apparaat beschikt over een groot aantal functies passend bij een inkjetprinter van hoge kwaliteit.
Schitterende uitvoer van hoge kwaliteit
Afdrukken tot 1.200 × 6.000 dpi op glanzend papier voor de best mogelijke resolutie. De printerdriver
ondersteunt N-op-1, afdrukken van watermerken, technologie voor kleurverbetering en nog veel meer
functies.
Lage kosten
Als een bepaalde inktkleur moet worden vervangen, hoeft u alleen de betreffende cartridge te vervangen.
USB
De USB-interface (Universal Serial Bus) maakt snelle communicatie met uw computer mogelijk.
Ethernet (voor bedrade netwerkmodellen)
Via de Ethernet-interface kan uw apparaat communiceren met meerdere computers die zijn aangesloten op
een netwerk. Deze functie is alleen beschikbaar voor bedrade netwerkmodellen.
Draadloos LAN (IEEE802.11b/g/n)
2
Afdrukken
De draadloze LAN-functionaliteit zorgt ervoor dat uw apparaat met andere draadloze apparaten kan
communiceren met de standaard IEEE802.11b/g/n in infrastructuur- en ad-hocmodus.
uu Netwerkhandleiding.
Het juiste type papier kiezen
Voor afdrukken van een hoge kwaliteit is het belangrijk dat u het juiste type papier kiest. Lees Papier laden
en Documenten laden in de Basis gebruikershandleiding voordat u papier koopt en om het afdrukgebied voor
de instellingen van de printerdriver te bepalen.
Gelijktijdig afdrukken, scannen en faxen
Uw machine kan gegevens van uw computer afdrukken terwijl een fax in het geheugen wordt verzonden of
ontvangen, of terwijl er gegevens naar de computer worden gescand. Tijdens het afdrukken via de computer
wordt het versturen van de fax niet onderbroken.
Als de machine echter kopieert of een fax op papier ontvangt, onderbreekt de machine het afdrukken via de
computer en gaat daar pas weer mee verder nadat het kopiëren is voltooid of de hele fax is ontvangen.
1
Gegevens uit het geheugen wissen
Als Nog gegevens in geheugen wordt weergegeven op het LCD-scherm, kunt u de gegevens uit het
geheugen wissen door op
op het bedieningspaneel te drukken.
Status Monitor
Het hulpprogramma Status Monitor is een softwaretool die u zelf kunt configureren en waarmee u de status
van een of meer apparaten kunt controleren. U kunt hiermee onmiddellijk op de hoogte worden gesteld van
foutmeldingen, bijvoorbeeld wanneer het papier op is, het papier is vastgelopen of de inkt moet worden
vervangen.
3
Afdrukken
U kunt de status van het apparaat op elk moment controleren door op het pictogram op de taakbalk te
dubbelklikken of door Status Monitor te kiezen via
/Alle programma’s/Brother/MFC-XXXX op uw
computer.
Er is ook een koppeling naar de website Originele Verbruiksartikelen van Brother. Klik op
Bezoek de website Originele Verbruiksartikelen voor meer informatie over originele verbruiksartikelen van
Brother.
Klik op de knop Problemen oplossen om naar de website voor het oplossen van problemen te gaan.
Foutmeldingen
De inkt is bijna op.
De inktcartridge is leeg.
Er is een probleem met de inktcartridge.
OPMERKING
Voor meer informatie over het gebruik van de Status Monitor-software klikt u met de rechtermuisknop op
het pictogram Brother Status Monitor en kiest u Help.
De status van de machine controleren
1
Het pictogram Brother Status Monitor wordt automatisch op de taakbalk weergegeven zodra de computer
wordt gestart.
Het groene pictogram geeft aan dat de machine gebruiksklaar is.
Het gele pictogram duidt op een waarschuwing.
Het rode pictogram geeft aan dat er een fout is opgetreden.
Het grijze pictogram geeft aan dat de machine offline is.
De Status Monitor kan worden weergegeven in de taakbalk of op het bureaublad van uw computer.
Pop up voor fout
Pop up voor fout laat u weten of er een probleem is met een apparaat dat door uw computer wordt
gecontroleerd. De standaardinstelling is Aan.
Als u Pop up voor fout wilt uitschakelen, gaat u te werkt als volgt:
a Klik met de rechtermuisknop op het pictogram of op het venster Brother Status Monitor en klik
vervolgens op Pop up voor fout om het vinkje te verwijderen.
4
Afdrukken
b Klik opnieuw met de rechtermuisknop en klik vervolgens op Exit.
OPMERKING
Zelfs als Pop up voor fout is uitgeschakeld kunt u de status op elk gewenst moment controleren door de
Status Monitor weer te geven.
1
5
Afdrukken
Instellingen van de printerdriver
Als u via uw computer afdrukt, kunt u de volgende printerinstellingen wijzigen:
Mediatype
Afdrukkwaliteit
Papierformaat
Afdrukstand
Tweezijdig/boekje
Kleur / Grijstinten
Inktbespaarstand
Scaling
De instellingen van de printerdriver weergeven
a In een toepassing, bijvoorbeeld Microsoft
toepassing.
b Kies Brother MFC-XXXX Printer (waarbij XXXX de naam is van uw model printer) en klik op
Voorkeursinstellingen.
Het venster van de printerdriver wordt weergegeven.
®
Notepad, klikt u op Bestand en dan op Afdrukken in die
19 Overzicht huidige instellingen
20 Selectievakje Voorbeeldweergave
a Kies uw instellingen voor Mediatype, Langzaam drogend papier en Afdrukkwaliteit.
OPMERKING
Schakel Langzaam drogend papier in wanneer u afdrukt op normaal papier waarop de inkt langzaam
droogt. Tekst kan enigszins vervagen met deze instelling.
b Kies Papierformaat, Zonder marges, Kleurmodus, Afdrukstand, Aantal en de paginavolgorde,
(Voor MFC-J4610DW/J4710DW)
Kies indien nodig Papierbron.
c Klik op OK om de door u geselecteerde instellingen toe te passen.
Om terug te gaan naar de standaardinstellingen klikt u op Standaard en vervolgens op OK.
OPMERKING
Als u een voorbeeld van uw document wilt weergeven vóór het afdrukken, schakel dan het selectievakje
Voorbeeldweergave in.
7
Afdrukken
Mediatype
Voor de beste afdrukresultaten moet u het soort papier waarop wordt afgedrukt selecteren in de driver. De
manier van afdrukken wordt door de machine aangepast op basis van het geselecteerde soort papier.
Normaal papier
Inkjetpapier
Brother BP71-fotopapier
Brother BP60 mat papier
Ander fotopapier
Transparanten
Afdrukkwaliteit
Via de selectie Afdrukkwaliteit kunt u de afdrukresolutie kiezen. De afdrukkwaliteit is van invloed op de
afdruksnelheid. Hoe hoger de kwaliteit, hoe langer het duurt om het document af te drukken. Welke
kwaliteitsopties beschikbaar zijn, hangt af van het soort papier dat u hebt gekozen.
Hoogst
Gebruik deze modus voor het afdrukken van gedetailleerde afbeeldingen zoals foto's. Dit is de hoogste
resolutie en de laagste snelheid.
Foto
Gebruik deze modus voor het afdrukken van foto's. Omdat er meer afdrukgegevens zijn dan bij een
normaal document, zijn de verwerkingstijd, de gegevensoverdrachttijd en de afdruktijd langer.
1
Normaal
Goede afdrukkwaliteit met een normale afdruksnelheid.
Snel
De snelste afdrukmodus en het laagste inktverbruik. Gebruik deze modus voor het afdrukken van grote
documenten of voor proefversies van documenten.
MediatypeKleur/GrijstintenInstelling van afdrukkwaliteit
Normaal papier
Inkjetpapier of Brother BP60 mat
papier
Brother BP71-fotopapier of
Ander fotopapier
TransparantenKleur / GrijstintenNormaal
1
Als u A3 kiest bij Papierformaat en het selectievakje Zonder marges inschakelt, kunt u alleen Hoogst kiezen.
De standaardinstellingen worden vetgedrukt weergegeven.
8
Afdrukken
Papierformaat
De keuzelijst Papierformaat bevat een groot aantal standaardpapierformaten. U kunt desgewenst een
aangepast papierformaat opgeven variërend van 88,9 × 127,0 mm tot 287 × 431,8 mm. Selecteer in de
keuzelijst het Papierformaat dat u gebruikt.
OPMERKING
• U kunt alleen afdrukken op papier van het formaat A3, Legal en Ledger via de sleuf voor handmatige
invoer.
• Wanneer u A3-, Legal- of Ledger-papier invoert in de sleuf voor handmatige invoer, houdt de machine het
papier na het afdrukken vast zodat het niet valt. Trek de pagina na het afdrukken naar buiten en druk op
OK.
• (Voor MFC-J4710DW)
U kunt ook afdrukken op A3-, Legal- en Ledger-papier uit Lade2.
Als u een aangepast formaat wilt maken, kiest u Door gebruiker gedefinieerd. Geef de gewenste waarden
op voor Breedte en Hoogte en voer de naam in die u wilt gebruiken voor dit formaat. Kies de juiste papierdikte
om de kwaliteit van de uitvoer te verbeteren.
1
OPMERKING
• Afhankelijk van het door de gebruiker gedefinieerde formaat kunt u mogelijk alleen afdrukken via de sleuf
voor handmatige invoer.
• De papierrichting (staand of liggend) hangt af van het papierformaat. uu Basis gebruikershandleiding.
Afdrukken zonder marges
Schakel het selectievakje Zonder marges in.
9
Afdrukken
Kleurmodus
De kleur wordt aangepast om zo goed mogelijk overeen te komen met de kleur op het scherm van uw
computer.
Natuurlijk: Gebruik deze optie voor foto's. De kleur wordt aangepast om meer natuurlijke kleuren af te
drukken.
Levendig: Gebruik deze optie voor zakelijke afbeeldingen, zoals diagrammen, grafische afbeeldingen en
tekst. De kleur wordt aangepast om levendigere kleuren af te drukken.
Afdrukstand
Bij Afdrukstand geeft u de positie op waarin het document moet worden afgedrukt (Staand of Liggend).
Staand (verticaal)Liggend (horizontaal)
OPMERKING
Als uw toepassing een vergelijkbare functie bevat, raden we u aan de functie in de toepassing te gebruiken.
1
Aantal
Met Aantal stelt u het aantal exemplaren in dat moet worden afgedrukt (1 tot en met 999).
Sorteren
Als het selectievakje Sorteren is geselecteerd, wordt eerst een volledig exemplaar van het document
afgedrukt en dit wordt vervolgens herhaald voor het gekozen aantal exemplaren. Als Sorteren is
uitgeschakeld, wordt telkens het gekozen aantal exemplaren van dezelfde pagina afgedrukt voordat de
volgende pagina van het document wordt afgedrukt.
10
Afdrukken
Omgekeerde volgorde
Met Omgekeerde volgorde worden de pagina's van het document in omgekeerde volgorde afgedrukt. De
laatste pagina van het document wordt als eerste afgedrukt.
Meerdere pag. afdrukken
Met de optie Meerdere pag. afdrukken kunt u de opties N-op-1 of 1-op-N kiezen. Met de optie N-op-1 worden
2, 4, 9 of 16 pagina's van een document afgedrukt op 1 vel papier. Met de optie 1-op-N wordt het afdrukformaat
vergroot en wordt het document afgedrukt in de afdrukmodus voor posters.
Paginavolgorde
Als u N-op-1 selecteert, kunt u in de keuzelijst Paginavolgorde de gewenste paginavolgorde selecteren.
Randen
Als u N-op-1 selecteert, kunt u kiezen of u een rand, een stippellijn of geen rand op elke pagina van het vel
wilt afdrukken.
1
2-zijdig/Folder
Met deze functie kunt u een folder afdrukken of 2-zijdig afdrukken.
Geen
2-zijdig afdrukken uitschakelen.
Tweezijdig
Hiermee wordt automatisch op beide zijden van het papier afgedrukt.
Wanneer u Tweezijdig kiest, kunt u ook de knop Instellingen voor tweezijdig gebruiken. In het
dialoogvenster Instellingen voor tweezijdig kunt u de volgende instellingen opgeven.
• Type tweezijdig
Voor elke richting zijn er vier typen 2-zijdige inbindrichtingen beschikbaar.
• Inbindmarge
Als u Inbindmarge selecteert, kunt u ook de inbindwaarde in inches of millimeters opgeven.
OPMERKING
U kunt niet 2-zijdig afdrukken op papier van het formaat A3, Legal of Ledger.
11
Afdrukken
Folder
Gebruik deze optie om een document in een folderopmaak af te drukken met 2-zijdig afdrukken. Het
document wordt in de juiste paginanummering geordend en u kunt de afgedrukte pagina's in het midden
vouwen zonder de volgorde van de paginanummering te wijzigen.
Folder
Hiermee wordt automatisch op beide zijden van het papier afgedrukt.
Wanneer u Folder kiest, kunt u ook de knop Instellingen voor tweezijdig gebruiken. In het dialoogvenster
Instellingen voor tweezijdig kunt u de volgende instellingen opgeven.
• Type tweezijdig
Voor elke richting zijn er twee typen 2-zijdige inbindrichtingen beschikbaar.
• Folder afdrukken
Wanneer u Onderverdelen in sets hebt geselecteerd:
Met deze optie kunt u de hele folder in kleinere afzonderlijke folders afdrukken waarbij u nog steeds de
kleinere afzonderlijke folders in het midden kunt vouwen zonder de volgorde van de paginanummering
te wijzigen. U kunt het aantal vellen papier in elk kleinere foldertje opgeven, van 1 t/m 15. Deze optie
is handig wanneer een afgedrukte folder veel pagina's bevat en moet worden gevouwen.
• Inbindmarge
Als u Inbindmarge selecteert, kunt u ook de inbindwaarde in inches of millimeters opgeven.
OPMERKING
De functie Zonder marges is niet beschikbaar voor folders of 2-zijdig afdrukken.
1
Papierbron (Voor MFC-J4610DW/J4710DW)
U kunt Automatisch, Lade1 of Lade2 kiezen bij Papierbron. Als u één vel papier in de sleuf voor handmatige
invoer steekt, wordt automatisch het papier uit de sleuf gekozen. Plaats geen papier in de sleuf wanneer u
afdrukt op papier uit Lade1 of Lade2.
OPMERKING
• U kunt alleen afdrukken op papier van het formaat A3, Legal en Ledger via de sleuf voor handmatige
invoer.
• Wanneer u A3-, Legal- of Ledger-papier invoert in de sleuf voor handmatige invoer, houdt de machine het
papier na het afdrukken vast zodat het niet valt. Trek de pagina na het afdrukken naar buiten en druk op
OK.
• (Voor MFC-J4710DW)
U kunt ook afdrukken op A3-, Legal- en Ledger-papier uit Lade2.
12
Afdrukken
Afdrukvoorbeeld
U kunt een voorbeeld van uw document bekijken voordat het wordt afgedrukt. Als u het selectievakje
Voorbeeldweergave inschakelt, wordt het venster met de voorbeeldweergave geopend voordat met
afdrukken wordt begonnen.
1
2
1 Lijst met pagina's
De lijst met pagina's bevat het paginanummer van de pagina's die zullen worden afgedrukt. Als u in deze
lijst een pagina kiest, wordt voor die pagina een afdrukvoorbeeld weergegeven.
Schakel het selectievakje uit als u een bepaalde pagina niet wilt afdrukken.
2 Voorbeeld
Hier wordt een voorbeeld weergegeven van de pagina die u in de lijst met pagina's hebt geselecteerd.
1
OPMERKING
• Als de instelling Folder is gekozen in de instellingen van de printerdriver, kunt u geen afdrukvoorbeeld
opvragen.
• Als de instelling Tweezijdig is gekozen in de instellingen van de printerdriver, kunt u geen pagina's
verwijderen in de lijst met pagina's.
a Kies de gewenste instelling voor Kleur / Grijstinten.
b Kies Inktbespaarstand voor een zuiniger inktverbruik.
c Kies de gewenste instelling voor Scaling.
Kies Uit om het document af te drukken zoals het op uw scherm wordt weergegeven.
Kies Aanpassen aan papierformaat om het document te vergroten of te verkleinen zodat het op het
papier past.
Kies Vrij om het formaat te wijzigen.
14
Afdrukken
d U kunt de omkeeropties voor afdrukken kiezen.
Selecteer In spiegelbeeld afdrukken om de data van links naar rechts te verplaatsen.
Selecteer Ondersteboven afdrukken om de data van boven naar beneden te verplaatsen.
OPMERKING
In spiegelbeeld afdrukken is niet beschikbaar als u Transparanten als Mediatype kiest.
e U kunt een logo of tekst als een watermerk afdrukken op uw document. U kunt een van de
voorgeprogrammeerde watermerken selecteren of een zelfgemaakt bitmapbestand of tekstbestand
gebruiken.
f U kunt met Kop/Voetregel printen de datum en tijd van de systeemklok van uw computer, de
gebruikersnaam voor het aanmelden op uw computer of de door u ingevoerde tekst in uw document
afdrukken.
OPMERKING
Kop/Voetregel printen is niet beschikbaar als u Zonder marges selecteert.
g Klik op Andere afdrukopties om meer functies van de printer in te stellen.
h Klik op OK om de door u geselecteerde instellingen toe te passen.
Om terug te gaan naar de standaardinstellingen klikt u op Standaard en vervolgens op OK.
1
Kleur/Grijstinten
Deze functie kunt u gebruiken om documenten in kleur of in zwart-wit af te drukken met grijstinten.
15
Afdrukken
Kleurinstellingen
Klik op Kleurinstellingen op het tabblad Geavanceerd om de opties voor de geavanceerde
afdrukinstellingen te bekijken.
Kleurverbetering
1
Met deze functie wordt de afbeelding geanalyseerd om de scherpte, de witbalans en de kleurinstelling te
verbeteren. Dit proces kan enkele minuten duren, afhankelijk van de grootte van de afbeelding en de
specificaties van uw computer.
Kleurinstelling
Hiermee kunt u de totale hoeveelheid kleur in de afbeelding aanpassen. U kunt de hoeveelheid kleur in
een afbeelding verhogen of verlagen om een vage of zwakke afbeelding te verbeteren.
Witbalans
Hiermee kunt u de tint van de witte gebieden van een afbeelding aanpassen. De belichting, camerainstellingen en andere factoren zijn van invloed op de weergave van wit. De witte gebieden van een foto
kunnen enigszins roze of gelig zijn, of een andere kleur hebben. U kunt deze witte gebieden aanpassen
door de witbalans aan te passen.
Helderheid
Hiermee kunt u de helderheid van de hele afbeelding aanpassen. Sleep de schuifbalk naar rechts of links
om het beeld lichter of donkerder te maken.
Contrast
Hiermee kunt u het contrast van een afbeelding aanpassen. Donkere gedeelten worden dan donkerder
en lichtere gedeelten worden lichter. Verhoog het contrast wanneer u een afbeelding helderder wilt maken.
Verlaag het contrast wanneer u een afbeelding wilt verzachten.
Rood
Hiermee verhoogt u de intensiteit van Rood in de afbeelding om de afbeelding roder te maken.
16
Afdrukken
Groen
Hiermee verhoogt u de intensiteit van Groen in de afbeelding om de afbeelding groener te maken.
Blauw
Hiermee verhoogt u de intensiteit van Blauw in de afbeelding om de afbeelding blauwer te maken.
Bi-directioneel afdrukken
Wanneer Bi-directioneel afdrukken is ingeschakeld, drukt de printkop in twee richtingen af, waardoor de
afdruksnelheid wordt verhoogd. Als deze optie niet is ingeschakeld, drukt de printkop slechts in één richting
af, waardoor de afdrukkwaliteit wordt verhoogd, maar de snelheid wordt verlaagd.
Patronen verbeteren
Selecteer de optie Patronen verbeteren als de afgedrukte opvullingen en patronen afwijken van hetgeen u
op het scherm van uw computer ziet.
Inktbespaarstand
Als u Inktbespaarstand kiest, worden de randen van afbeeldingen geaccentueerd terwijl de kleuren lichter
worden afgedrukt. De hoeveelheid inkt die wordt bespaard, is afhankelijk van het type document dat u afdrukt.
In de Inktbespaarstand kunnen uw afdrukken er anders uitzien dan op uw scherm.
1
Inktspaarmodus: UitInktspaarmodus: Aan
(De bovenstaande schermen worden gebruikt in
ISO/IEC 24712.)
Watermerk gebruiken
U kunt een logo of tekst als een watermerk afdrukken op uw document. U kunt een van de
voorgeprogrammeerde watermerken selecteren of een zelfgemaakt bitmapbestand of tekstbestand
gebruiken.
Selecteer Watermerk gebruiken en klik dan op Instellingen op het tabblad Geavanceerd.
17
Afdrukken
Watermerkinstellingen
Kies bij Watermerk selecteren een watermerk dat u wilt gebruiken of bewerken.
Transparant
Selecteer Transparant als u de watermerkafbeelding op de achtergrond van het document wilt afdrukken.
Als deze functie niet is ingeschakeld, wordt het watermerk op de voorzijde van uw document afgedrukt.
1
In contourtekst
Selecteer In contourtekst als u alleen een contour van het watermerk wilt afdrukken. Deze functie is
beschikbaar als u een tekstwatermerk kiest.
Aangepaste instellingen
U kunt kiezen of het watermerk op de eerste pagina of op de andere pagina's wordt afgedrukt.
18
Afdrukken
U kunt de watermerkinstellingen wijzigen en een nieuw watermerk toevoegen. Klik op Instellingen om de
instellingen te wijzigen of op Toevoegen om een nieuw watermerk toe te voegen.
1
Met deze functie kunt u de watermerkinstellingen wijzigen. Als u een nieuw watermerk wilt toevoegen, voert
u de Titel in en kiest u Tekst gebruiken of Bitmapbestand gebruiken bij Stijl van watermerk.
Titel
Voeg een geschikte titel in het veld in wanneer u een nieuw watermerk wilt toevoegen. Deze titel overschrijft
het door u gekozen watermerk.
Tekst
Voer in het vak Tekst de tekst van uw watermerk in en kies dan Lettertype, Stijl, Grootte en
Kleur kiezen.
Bitmap
Voer een bestandsnaam en de locatie van uw bitmapafbeelding in bij Bestand of klik op Bladeren om het
bestand op te zoeken. U kunt ook het formaat en de transparantie van de afbeelding configureren.
Positie
Gebruik deze instelling als u de positie van het watermerk op de pagina wilt aanpassen.
19
Afdrukken
Kop- en voetregels afdrukken
U kunt de datum en tijd van de systeemklok van uw computer, de gebruikersnaam om aan te melden op uw
computer of uw ingevoerde tekst in uw document afdrukken. Klik op Instellingen op het tabblad
Geavanceerd om de instellingen aan te passen.
ID printen
U kunt op de volgende manieren uw gebruikersnaam om u aan te melden op de computer of uw ingevoerde
tekst laten afdrukken als kop- of voetregel:
1
Kies Login Gebruikers Naam om uw gebruikersnaam voor het aanmelden op de computer af te drukken.
Kies Aangepast om de tekst af te drukken die u in het tekstvenster Aangepast hebt ingevoerd.
20
Afdrukken
Andere afdrukopties
Klik op Andere afdrukopties op het tabblad Geavanceerd om meer printerfuncties in te stellen.
OPMERKING
De vensters die in dit gedeelte worden weergegeven, zijn afhankelijk van uw machine.
Overdrachtsmodus wijzigen
Bij Overdrachtsmodus wijzigen kunt u opgeven op welke wijze afdrukgegevens naar de printer worden
overgedragen om de afdrukkwaliteit of afdruksnelheid te verbeteren.
Aanbevolen instelling
Kies Aanbevolen instelling voor algemeen gebruik.
Betere afdrukkwaliteit
Kies Betere afdrukkwaliteit voor een hogere afdrukkwaliteit. De afdruksnelheid kan hierdoor enigszins
afnemen, afhankelijk van de afdrukgegevens.
Betere afdruksnelheid
Kies Betere afdruksnelheid voor een hogere afdruksnelheid. De afdrukkwaliteit kan hierdoor enigszins
afnemen, afhankelijk van de afdrukgegevens.
1
21
Loading...
+ 216 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.