A.u.b. de volgende gegevens invullen voor toekomstige
referentie:
Modelnummer: DCP-7030, DCP-7040 en DCP-7045N
(omcirkel het modelnummer)
Serienummer:
1
Aankoopdatum:
Aankoopplaats:
1
Het serienummer staat op de achterkant van het
toestel. Bewaar deze gebruikershandleiding samen
met uw kassabon als bewijs van uw aankoop, in
geval van diefstal, brand of service in geval van
garantie.
Registreer uw product online op
http://www.brother.com/registration/
Door uw product bij Brother te registreren, wordt u geregistreerd als de
originele eigenaar van het product. Uw registratie bij Brother:
kan eventueel als bevestiging van de aankoopdatum van uw product
dienen, mocht u uw kassabon verliezen; en
kan eventueel een verzekeringsclaim van u ondersteunen, ingeval
het product verloren gaat en dit gedekt is door de verzekering.
Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder supervisie van Brother Industries, Ltd.
De nieuwste productgegevens en -specificaties zijn in deze handleiding verwerkt.
De inhoud van deze handleiding en de specificaties van dit product kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd.
Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder
voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Brother is niet verantwoordelijk voor enige schade (met
inbegrip van gevolgschade) voortvloeiend uit het gebruik van deze handleiding of de daarin
beschreven producten, inclusief maar niet beperkt tot zetfouten en andere fouten in deze
publicatie.
i
EG Conformiteitsverklaring
ii
EG Conformiteitsverklaring
Producent
Brother Industries Ltd.,
15-1, Naeshiro-cho, Mizuho-ku, Nagoya 467-8561, Japan
Fabriek
Brother Industries (Vietnam) Ltd.,
Phuc Dien Industrial Zone Cam Phuc Commune, Cam giang Dist Hai Duong Province, Vietnam
Verklaren hierbij dat:
Productomschrijving : Laserprinter
Modelnummer : DCP-7030, DCP-7040, DCP-7045N
voldoen aan de voorschriften van de toegepaste richtlijnen: Laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG
en de Richtlijn voor elektromagnetische verdraagzaamheid 2004/108/EG.
Algemene informatie2
Papier en documenten laden6
Algemene instelling17
Algemene informatie1
1
Gebruik van de
documentatie1
Dank u voor de aanschaf van een Brothermachine! Het lezen van de documentatie helpt
u bij het optimaal benutten van uw machine.
Symbolen en conventies die
in de documentatie gebruikt
worden.1
De volgende symbolen en conventies worden
in de documentatie gebruikt.
VetVetgedrukte tekst identificeert
toetsen op het bedieningspaneel
van de machine of op het
computerscherm.
CursiefCursief gedrukte tekst legt de
nadruk op een belangrijk punt
of verwijst naar een verwant
onderwerp.
Courier
New
Het lettertype Courier New
identificeert de meldingen die
worden weergegeven op het
LCD-scherm van de machine.
Het pictogram Onjuiste configuratie
waarschuwt u voor apparaten en
bewerkingen die niet compatibel zijn
met de machine.
Pictogrammen met opmerkingen
geven bruikbare tips.
Opmerking
Illustraties in deze gebruikershandleiding
zijn gebaseerd op de DCP-7045N.
Waarschuwingen informeren u over
de maatregelen die u moet treffen
om persoonlijk letsel te voorkomen.
"Voorzichtig" wijst u op procedures
die u moet volgen om te vermijden
dat de machine of andere
voorwerpen schade oplopen.
De pictogrammen Elektrisch Gevaar
waarschuwen u voor een mogelijke
elektrische schok.
Pictogrammen met waarschuwingen
vestigen uw aandacht op maatregelen
die u moet treffen om mogelijk
persoonlijk letsel te voorkomen.
2
De gebruikershandleiding
voor de software en de
gebruikershandleiding
voor het netwerk
Algemene informatie
c
Als het scherm met de modelnaam
verschijnt, klikt u op uw modelnaam. Het
hoofdmenu van de cd
-
rom wordt geopend.
1
(uitsluitend DCP-7045N)
Deze gebruikershandleiding bevat niet alle
informatie over de machine zoals hoe u de
geavanceerde eigenschappen van fax,
printer, scanner en netwerk gebruikt
(uitsluitend DCP-7045N). Wanneer u
gedetailleerde informatie over deze
bewerkingen wilt leren, leest u de
softwarehandleiding
netwerkhandleiding
Documentatie bekijken1
Documentatie bekijken (Windows®)1
Om de documentatie te bekijken vanuit het
menu Start, selecteert u Brother, DCP-XXXX
(XXXX is de modelnaam) in de
programmagroep, en klikt dan op
Gebruikershandleidingen in HTML-indeling.
Als u de software niet hebt geïnstalleerd, kunt
u de documentatie vinden door onderstaande
instructies op te volgen:
a Zet uw PC aan.
Plaats de Brother CD-ROM met naam
Windows
®
b Als het scherm voor de taalkeuze
verschijnt, klikt u op de gewenste taal.
en
(uitsluitend DCP-7045N)
in het CD-ROM-station.
1
Als dit venster niet wordt geopend, kunt u
®
Windows
programma Start.exe uit te voeren vanuit
.
de hoofdmap van de cd-rom van Brother.
Explorer gebruiken om het
d Klik op Documentatie.
e Klik op de documentatie die u wilt lezen:
(3 handleidings)
HTML-documenten (3
gebruikershandleiding voor standalone bewerkingen,
Softwarehandleiding en
netwerkhandleiding (uitsluitend
DCP-7045N) in HTML-indeling.
Deze indeling wordt aanbevolen
voor het weergeven van de
handleidingen op uw computer.
PDF-documenten (4 handleidingen):
gebruikershandleiding voor standalone bewerkingen,
softwarehandleiding,
netwerkhandleiding (uitsluitend
DCP-7045N) en beknopte
handleiding.
Deze indeling wordt aanbevolen
voor het afdrukken van
handleidingen. Klik hierop om naar
het Brother Solutions Center te gaan,
waar u de PDF-documenten kunt
bekijken of downloaden. (Hiervoor
zijn internettoegang en PDF Readersoftware vereist.)
handleidings
):
3
Hoofdstuk 1
Instructies voor het scannen opzoeken 1
Er zijn verscheidene manieren waarop u
documenten kunt scannen. U kunt de
instructies als volgt vinden:
Softwarehandleiding:1
Een document scannen met de
TWAIN-driver in hoofdstuk 2
Een document scannen met de WIA-
driver (alleen voor Windows
®
XP/Windows Vista
ControlCenter3 gebruiken in hoofdstuk 3
Netwerkscannen in hoofdstuk 4
(uitsluitend DCP-7045N)
) in hoofdstuk 2
®
ScanSoft™ PaperPort™ 11SE met
OCR Hoe-te-handleidingen
De complete ScanSoft™ PaperPort™
11SE met OCR Hoe-te-handleidingen kunt
u bekijken in het Help-gedeelte in de
ScanSoft™ PaperPort™ 11SE toepassing.
Documentatie bekijken (Macintosh)1
a Zet uw Macintosh aan.
Plaats de Brother CD-ROM met de naam
Macintosh in het CD-ROM station.
b
Het volgende venster wordt weergegeven.
e Dubbelklik op het hoofdbestand om de
handleiding, softwarehandleiding en
netwerkhandleiding (uitsluitend DCP-
7045N) in HTML-indeling te bekijken.
f Klik op de documentatie die u wilt lezen.
Gebruikershandleiding
Softwarehandleiding
Netwerkhandleiding
(uitsluitend DCP-7045N)
Opmerking
De documenten zijn ook leverbaar in PDFindeling (4 handleidingen):
gebruikershandleiding voor stand-alone
bewerkingen, softwarehandleiding,
netwerkhandleiding (uitsluitend DCP7045N) en beknopte handleiding.
1
De PDF-indeling wordt aanbevolen voor
het afdrukken van handleidingen.
Dubbelklik op het pictogram van het
Brother Solutions Center om naar het
Brother Solutions Center te gaan waar u de
PDF-documenten kunt bekijken en
downloaden. (Hiervoor zijn internettoegang
en PDF Reader-software vereist.)
Instructies voor het scannen opzoeken 1
Er zijn verscheidene manieren waarop u
documenten kunt scannen. U kunt de
instructies als volgt vinden:
c Dubbelklik op het pictogram
Documentation.
d
Als het scherm voor de taalkeuze verschijnt,
dubbelklikt u op de gewenste taal.
4
Softwarehandleiding:1
Scannen in hoofdstuk 9
ControlCenter2 gebruiken in hoofdstuk 10
Netwerkscannen in hoofdstuk 11
(uitsluitend DCP-7045N)
Presto! PageManager
Gebruikershandleiding:
U kunt de complete Presto! PageManagergebruikershandleiding bekijken via de Help in
de toepassing Presto! PageManager.
1
Algemene informatie
Overzicht bedieningspaneel1
DCP-7030, DCP-7040 en DCP-7045N hebben dezelfde toetsen.
1Print toets
Opdracht Annuleren
Hiermee annuleert u een geprogrammeerde
afdruktaak en wist u deze uit geheugen van de
machine.
Wanneer u meer afdruktaken wilt anuleren,
houdt u deze toets ingedrukt totdat het LCD
Alles annuleren toont.
2 Scan toets
Hiermee wordt de scanmodus van de machine
geactiveerd. (Voor meer informatie over
scannen raadpleegt u de softwarehandleiding op de cd-rom.)
3 Kopie toetsen:
Opties
u kunt snel en gemakkelijk tijdelijke instellingen
voor het kopiëren selecteren.
Vergroot/Verklein
Verkleint of vergroot kopieën.
Contrast
U kunt het contrast van de afdrukken verhogen
of verkleinen.
Aantal/kopieën
Gebruik deze toets om meer kopieën te
maken.
4LCD
Hierop worden meldingen weergegeven die u
helpen bij de configuratie en het gebruik van
uw machine.
5 Menutoetsen:
Wis/terug
Hiermee verwijdert u ingevoerde gegevens of
annuleert u de huidige instelling.
a + of b Druk hierop om door de menu's en opties te
bladeren.
OK
Hiermee kunt u de instellingen op de machine
opslaan.
Menu
Hiermee kunt u het menu openen om de
instellingen van de machine te programmeren.
6Start
Hiermee kunt u kopieën maken, of scannen.
7 Stop/Eindigen
Met een druk op deze toets wordt een
bewerking gestopt of een menu verlaten.
1
5
2
Papier en documenten laden2
Papier en afdrukmedia
laden2
De machine kan papier laden vanuit de
standaardpapierlade of handmatige
invoergleuf.
Houd rekening met het volgende als u papier
in de papierlade plaatst:
Als het afdrukmenu van uw toepassing
een optie biedt voor het opgeven van het
papierformaat, kunt u dit via de toepassing
doen. Als deze optie niet door de
toepassing geboden wordt, kunt u het
papierformaat opgeven in de printerdriver
of via het bedieningspaneel.
Voordat u papier gebruikt met gaten, zoals
multomappapier, moet u de stapel
doorwaaieren om papierstoringen te
voorkomen.
Papier in de papierlade plaatsen
Afdrukken op normaal papier,
kringlooppapier of transparanten
vanuit de papierlade
a Trek de papierlade volledig uit de
machine.
b Druk op de groene ontgrendeling van de
papiergeleiders en verschuif de
papiergeleiders voor het correcte
papierformaat. Zorg dat de geleiders
goed vastzitten.
2
2
6
Papier en documenten laden
c Plaats papier in de lade, en controleer of
het papier onder het merkteken voor
maximaal papier (1) blijft. De zijde
waarop u wilt afdrukken, moet naar
beneden zijn gericht.
1
Controleer of de papiergeleiders de
zijkanten van het papier raken, om
machineschade tengevolge van
scheeflopend papier te vermijden.
VOORZICHTIG
Papier laden in de handmatige
invoergleuf2
U kunt enveloppen en speciale afdrukmedia
één voor één invoeren via de handmatige
invoergleuf. Gebruik de handmatige
invoergleuf om etiketten, enveloppen of
dikker papier af te drukken of te kopiëren.
Afdrukken op normaal papier,
kringlooppapier of transparanten via
de handmatige invoergleuf
Opmerking
De machine stelt vervolgens automatisch
de handmatige invoermodus in wanneer u
papier in de handmatige invoergleuf plaatst.
a Vouw de steunflap (1) open om te
vermijden dat het papier van de
neerwaarts gerichte uitvoerlade glijdt, of
verwijder iedere pagina zodra deze uit
de machine komt.
2
2
d Plaats de papierlade stevig terug in de
machine. Zorg ervoor dat hij geheel in
de machine zit.
e Vouw de steunflap (1) open om te
vermijden dat het papier van de
neerwaarts gerichte uitvoerlade glijdt.
1
1
b Open het deksel van de handmatige
invoergleuf.
7
Hoofdstuk 2
c Schuif de papiergleiders van de
handmatige invoergleuf met beide
handen op de breedte van het papier dat
u wilt gebruiken.
d Plaats met beide handen één vel papier
of één transparant in de handmatige
invoergleuf tot de voorrand van het
papier de papieraanvoerrol raakt.
Wanneer u voelt dat machine het papier
naar binnen trekt, laat het dan gaan.
Afdrukken op dik papier, bankpostpapier,
etiketten en enveloppen
Wanneer de achterste uitvoerlade naar
beneden is getrokken, heeft de machine een
recht papiertrajct van de handmatige
invoergleuf tot aan de achterkant van de
machine. Gebruik deze invoer- en
uitvoermethode wanneer u wilt afdrukken op
dik papier, etiketten of enveloppen.
Opmerking
• Verwijder ieder afgedrukt vel of enveloppe
onmiddellijk, om een opstopping te
vermijden.
• De machine stelt vervolgens automatisch
de handmatige invoermodus in wanneer u
papier in de handmatige invoergleuf plaatst.
a Open het achterdeksel (achterste
uitvoerlade).
2
b Open het deksel van de handmatige
invoergleuf.
8
Papier en documenten laden
c Schuif de papiergleiders van de
handmatige invoergleuf met beide
handen op de breedte van het papier dat
u wilt gebruiken.
d Plaats met beide handen één vel papier of
één enveloppe in de handmatige
invoergleuf tot de voorrand van het papier
of enveloppe de papieraanvoerrol raakt.
Wanneer u voelt dat machine het papier
naar binnen trekt, laat het dan gaan.
Opmerking
• Plaats het papier in de handmatige
invoergleuf met de te bedrukken zijde
naar boven.
• Zorg ervoor dat de printmedia (Zie
Acceptabel papier en andere printmedia
op pagina 11.) recht zijn en zich in de
juiste positie op de handmatige
invoergleuf bevinden. Anders is de
aanvoer van het transparant niet goed,
resulterend in een scheve afdruk of een
papieropstopping.
• Plaats nooit meer dan één vel papier tegelijk
in de handmatige invoergleuf. Dat kan
namelijk een papierstoring veroorzaken.
• Wanneer u printmedia in de handmatige
invoergleuf doet voordat de machine in de
toestand Gereed staat, werpt de machine
de media onbedrukt uit.
• Wanneer u een kleine afdruk gemakkelijk
uit de uitvoerlade wilt verwijderen, tilt u het
scannerdeksel met twee handen op, zoals
de illustratie weergeeft.
2
• U kunt de machine blijven gebruiken
terwijl het scannerdeksel omhoog staat. U
sluit het scannerdeksel door het met beide
handen omlaag te duwen.
9
Hoofdstuk 2
Niet-afdrukbaar gebied2
Niet-afdrukbaar gebied voor kopieën 2
Het afdrukgebied van de machine begint bij
circa 3 mm vanaf onder- en bovenkant, en
2 mm vanaf beide zijden van het papier.
2
1
2
13 mm
22 mm
Opmerking
Het niet-afdrukbare gebied dat hierboven
is afgebeeld, geldt voor een enkele kopie
of een 1 op 1-kopie met A4-papier. Het
niet-afdrukbare gebied verandert
naargelang het papierformaat.
1
Niet-afdrukbaar gebied bij afdrukken vanaf een computer2
Bij gebruik van het printer-stuurprogramma is het afdrukgebied kleiner dan het papierformaat,
zoals hieronder afgebeeld.
StaandLiggend
2
1
2
2
1
2
1
1
Windows® printerstuurprogramma en
Macintosh printerstuurprogramma
BRScript stuurprogramma voor
®
Windows
en Macintosh
(uitsluitend DCP-7045N)
Staand14,23 mm4,23 mm
26,01 mm4,23 mm
Liggend14,23 mm4,23 mm
25 mm4,23 mm
Opmerking
Het niet-afdrukbare gebied dat hierboven is afgebeeld, geldt voor papier van A4-formaat. Het
niet-afdrukbare gebied verandert naargelang het papierformaat.
10
Papier en documenten laden
Acceptabel papier en
andere printmedia2
De afdrukkwaliteit kan variëren naargelang
het type papier dat u gebruikt.
U kunt de volgende printmedia gebruiken:
normaal papier, bankpostpapier, kringlooppapier,
transparanten, etiketten of enveloppen.
Voor de beste resultaten volgt u
onderstaande instructies:
Gebruik papier dat geschikt is voor
kopiëren op normaal papier.
Gebruik papier van 75 tot 90 g/m
Gebruik etiketten en transparanten die
geschikt zijn voor laserprinters.
Plaats NOOIT verschillende typen papier
tegelijk in de papierlade. Hierdoor kunnen
papierstoringen optreden.
Voor een correct afdrukresultaat moet u in
uw softwaretoepassing het papierformaat
instellen van het papier dat zich in de lade
bevindt.
Raak de bedrukte zijde van het papier niet
aan vlak na het afdrukken.
Wanneer u transparanten gebruikt,
verwijder ieder bedrukt vel dan
onmiddellijk om verontreiniging of
papieropstoppingen te vermijden.
Gebruik langlopend papier met een
neutrale pH-waarde en een
vochtigheidspercentage van circa 5%.
2
.
Aanbevolen papier en
printmedia2
Om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen, raden
wij u aan het volgende papier te gebruiken:
PapiersoortItem
Normaal papier
KringlooppapierXerox Recycled Supreme
Transparant3M CG3300
EtikettenAvery laseretiket L7163
EnveloppeAntalis River series (DL)
Xerox Premier TCF 80 g/m
Xerox Business 80 g/m
2
80g/m
2
2
Type en afmetingen van het
papier2
De machine kan papier laden vanuit de
standaardpapierlade of handmatige invoergleuf.
Standaardpapierlade2
Aangezien de standaardlade een universeel
type is, kunt u elk van de in de tabel op
Papiercapaciteit van de lades op pagina 12
vermelde papierformaten gebruiken (één
papiertype en -formaat per keer). De
standaardpapierlade kan maximaal 250 vellen
papier van Letter/A4formaat laden (80 g/m
De stapel papier mag niet hoger zijn dan de
aanduiding voor de maximale papierhoogte op
de papiergeleider voor de breedte.
2
).
2
Sleuf voor handmatige invoer2
De handmatige invoergleuf kan een vel
doorlaten met afmetingen 76,2 tot 220 mm
breed en 116 tot 406,4 mm lang. U kunt de
handmatige invoergleuf gebruiken voor
speciaal papier, enveloppen of etiketten.
11
Hoofdstuk 2
Papiercapaciteit van de lades2
PapierformaatPapiersoortenAantal vellen
PapierladeA4, letter, executive, A5,
A6, B5, B6.
Handmatige invoergleufBreedte: 76,2 tot
220 mm
Length: 116 tot
406,4 mm
Normaal papier en
kringlooppapier
Transparantmaximaal 10
Normaal papier,
kringlooppapier,
bankpostpapier,
enveloppen, etiketten en
transparanten
maximaal 250
[80 g/m2]
1
Aanbevolen papierspecificaties2
De volgende papierspecificaties zijn geschikt voor deze machine.
9
-10e
9
-10e
(Neutraal)
3
2
)
3
/100)
11
(ohm)
12
(ohm-cm)
Basisgewicht
Dikte80-110 (µm)
RuwheidHoger dan 20 (sec.)
Stijfheid
VezelrichtingLanglopend
Soortelijke volumeweerstand
Soortelijke weerstand aan
oppervlakte
VulmiddelCaCO
AsgehalteMinder dan 23 (wt%)
HelderheidHoger dan 80 (%)
OndoorzichtigheidHoger dan 85 (%)
75-90 (g/m
90-150 (cm
10e
10e
Speciaal papier gebruiken2
De machine functioneert goed met de meeste
typen xerografisch en bankpostpapier.
Sommige typen papier kunnen echter van
invloed zijn op de afdrukkwaliteit of
bewerkingsbetrouwbaarheid. Maak altijd
eerst een proefafdruk voordat u papier
aanschaft om zeker te zijn van het gewenste
resultaat. Bewaar papier in de originele
verpakking en zorg dat deze gesloten blijft.
Bewaar het papier plat en verwijderd van
vocht, direct zonlicht en warmte.
Enkele belangrijke richtlijnen bij het kiezen
van papier:
Gebruik geen inkjetpapier, het kan leiden
tot papieropstoppingen of schade aan de
machine.
Voorgedrukt papier moet inkt gebruiken dat
tegen de temperatuur van het fuseerproces
van de machine kan (200 °C).
Als u normaal papier, papier met een ruw
oppervlak of papier dat is gekreukeld of
gevouwen gebruikt, kan het
afdrukresultaat tegenvallen.
12
Papier en documenten laden
Te vermijden typen papier2
Sommige typen papier bieden niet het
gewenste resultaat of kunnen schade
veroorzaken aan de machine.
Gebruik GEEN papier:
Als u een van de bovenstaande typen
papier gebruikt, kan de machine
beschadigd raken. Deze schade wordt niet
gedekt door enige garantie- of serviceovereenkomst met Brother.
VOORZICHTIG
• met een grove textuur
• dat extreem glad of glanzend is
• dat gekruld of scheef is
1
1
12 mm
• dat gecoat is of een chemische
vernislaag heeft
• dat beschadigd, gekreukeld of
gevouwen is
• dat het in deze handleiding aanbevolen
gewicht overschrijdt
• met tabs en nietjes
• met een briefhoofd dat thermografisch
gedrukt is of met inkt die niet tegen hoge
temperaturen bestand is
• dat uit meerdere delen bestaat of zonder
carbon
• dat is bedoeld voor inkjetprinters
Enveloppen2
De meeste enveloppen zijn geschikt voor
deze machine. Sommige vormen enveloppen
kunnen echter mogelijk problemen met de
toevoer en de afdrukkwaliteit veroorzaken.
Een geschikte envelop heeft randen met
rechte, scherpe vouwen en de rand mag niet
dikker zijn dan twee vellen papier. De
envelop moet vlak liggen en mag niet
zakachtig of flodderig zijn. Koop enveloppen
van hoge kwaliteit bij een leverancier die
weet dat u de enveloppen gaat gebruiken in
een lasermachine.
U kunt enveloppen één voor één invoeren via
de handmatige invoergleuf. Advies: voordat u
een groot aantal enveloppen afdrukt, maakt u
een proefafdruk om zeker te zijn van het
afdrukresultaat.
Controleer het volgende.
De flap van de envelop dient zich aan de
lengtezijde te bevinden.
De flappen dienen scherp en correct te
zijn gevouwen (onregelmatig gesneden of
gevouwen enveloppen kunnen
papierstoringen veroorzaken).
Enveloppen dienenuit twee lagen te bestaan
in de hieronder omcirkelde gedeelten.
1
1 Invoerrichting
We raden u aan niet binnen een marge
van 15 mm van de randen van de envelop
af te drukken.
Door de fabrikant geplakte voegen dienen
stevig te zijn.
1
2
13
Hoofdstuk 2
Te vermijden typen enveloppen2
Gebruik GEEN enveloppen:
VOORZICHTIG
• die beschadigd, gekruld of verkreukeld
zijn of een ongebruikelijke vorm hebben.
• die extreem glanzend zijn of een grove
structuur hebben
• met klemmetjes, nietjes of dichtbinders
• met zelfklevende plakrand
• die zakachtig zijn
• die niet scherp gevouwen zijn
• die van reliëf zijn voorzien
• die eerder zijn bedrukt door een
lasermachine
• die aan de binnenkant zijn voorbedrukt
• die niet netjes op elkaar kunnen worden
gestapeld
• die gemaakt zijn van papier dat
zwaarder is dan het gespecificeerde
papiergewicht voor de machine
• met randen die niet recht of regelmatig
zijn
• met vensters, gaten, uitsparingen of
perforaties
• met lijm op het oppervlak zoals
hieronder getoond
• met dubbele flappen zoals hieronder
getoond
• met flappen die niet zijn gevouwen bij
aankoop
• met flappen zoals hieronder getoond
• met beide zijden gevouwen zoals
hieronder getoond
Als u een van de bovenstaande typen
enveloppen gebruikt, kan de machine
beschadigd raken. Deze schade wordt niet
gedekt door enige garantie- of serviceovereenkomst met Brother.
De dikte, het formaat en de flapvorm van de
enveloppen die u gebruikt, kunnen tot
invoerproblemen leiden.
14
Papier en documenten laden
Etiketten2
De machine kan afdrukken op de meeste typen
etiketten die bedoeld zijn voor een
lasermachine. Etiketten dienen een plaklaag op
basis van acryl te hebben omdat dit materiaal
beter bestand is tegen de hoge temperaturen in
de fuser unit. De plaklaag dient niet in contact te
komen met enig deel van de machine, omdat
de etiketten dan aan de drumeenheid of rollen
blijven kleven waardoor papierstoringen en
problemen met de afdrukkwaliteit kunnen
optreden. Er mag geen plaklaag open liggen
tussen de etiketten. Etiketten moeten zo
gerangschikt worden dat de volledige lengte en
breedte van het vel bedekt zijn. Het gebruik van
ruimten tussen de etiketten kan leiden tot het
loslaten van etiketten waardoor ernstige
papierstoringen of afdrukproblemen kunnen
ontstaan.
Etiketten moeten bestand zijn tegen een
temperatuur van 200 graden Celsius,
gedurende 0,1 seconden.
Etikettenvellen mogen niet zwaarder zijn dan
het gewicht dat in deze gebruikershandleiding
is gespecificeerd. Etiketten die deze
specificatie overschrijden worden mogelijk niet
goed ingevoerd of afgedrukt en kunnen schade
veroorzaken aan de machine.
Etiketten kunt u uitsluitend invoeren via de
handmatige invoergleuf.
Te vermijden typen etiketten2
Gebruik geen etiketten die beschadigd,
gekruld of verkreukeld zijn of een
ongebruikelijke vorm hebben.
Voer GEEN gedeeltelijk gebruikte
etiketvellen toe. Het onbedekte draagvel
kan schade toebrengen aan de machine.
VOORZICHTIG
Documenten laden2
Met behulp van de
automatische documentinvoer
(ADF) (DCP-7040 en DCP7045N)
De ADF kan maximaal 35 pagina's bevatten
en voert elk vel afzonderlijk in. Gebruik
2
standaardpapier 80 g/m
pagina's altijd door voordat u ze invoert in de
ADF.
Aanbevolen omgeving2
Temperatuur: 20 tot 30 °C
Vochtigheid: 50% - 70%
Papier: Xerox Premier TCF 80 g/m
Business 80 g/m
VOORZICHTIG
Laat dikke documenten NIET op de
glasplaat liggen. Hierdoor kan een
papierstoring in de ADF optreden.
Gebruik GEEN papier dat gekruld,
gekreukeld, gevouwen, gescheurd of geplakt
is, of nietjes, paperclips of plakband bevat.
Gebruik GEEN karton, krantenpapier of stof.
Om te voorkomen dat u uw machine
beschadigt terwijl u de ADF gebruikt, mag u
NIET aan het document trekken terwijl het
wordt ingevoerd.
Zie met behulp van de glasplaat
op pagina 16 om documenten te scannen
die geen standaardformaat hebben.
Controleer of de inkt volledig droog is als
het document beschreven is.
2
en waaier de
2
of Xerox
2
2
15
Hoofdstuk 2
Documenten die u wilt faxen, moeten 148
tot 215,9 mm breed en 148 tot 355,6 mm
lang zijn, met een standaard gewicht van
80 g/m
2
.
a Vouw ADF-documentsteunklep (1) en
ADF-steun (2) uit.
2
1
b Blader de stapel goed door.
c Leg uw documenten met de bedrukte
kant naar boven en de bovenrand eerst
in de ADF tot u voelt dat ze de invoerrol
raken.
d Stel de papiergeleiders (1) in op de
breedte van uw document.
Opmerking
(DCP-7040 en DCP-7045N) Als u de
glasplaat wilt gebruiken, moet de ADF leeg
zijn.
a Til het documentdeksel op.
b Gebruik de documentgeleiders links om
het document in het midden van de
glasplaat te leggen, met de bedrukte
zijde naar beneden.
1
met behulp van de glasplaat 2
U kunt de glasplaat gebruiken om de pagina’s
uit een boek of afzonderlijke vellen papier te
faxen, te scannen of te kopiëren.
Documenten kunnen maximaal 215,9 mm
breed en 297 mm lang zijn.
16
c Sluit het documentdeksel.
Als u een boek of een lijvig document wilt
scannen, laat het deksel dan niet
dichtvallen en druk er niet op.
VOORZICHTIG
3
Algemene instelling3
Papierinstellingen3
Papiersoort3
Stel de machine in op het papier dat u gebruikt.
Hierdoor verkrijgt u de beste afdrukkwaliteit.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om te selecteren.
1.Standaardinst..
Druk op OK.
c Druk op a of b om 1.Papiersoort te
kiezen.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Dun, Normaal, Dik,
Extra dik, Transparanten of
Gerecycl.papier te kiezen.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen.
Papierformaat3
e Druk op Stop/Eindigen.
Opmerking
Wanneer u Transparanten selecteert
als het papiertype, kunt u uitsluitend
papierformaat Letter of A4 selecteren
in stap d.
Volume-instellingen3
Volume van waarschuwingstoon
Wanneer de waarschuwingstoon aanstaat,
geeft de machine een geluidssignaal,
wanneer u een toets indrukt of een vergissing
maakt. U kunt kiezen uit een aantal
volumeniveaus, van Hoog tot Uit.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om te selecteren.
1.Standaardinst..
Druk op OK.
3
3
U kunt zeven papierformaten gebruiken voor
het maken van afdrukken: A4, Letter,
Executive, A5, A6, B5 en B6.
Als u een ander papierformaat in de lade
plaatst, dient u ook de instelling van het
papierformaat te wijzigen zodat de machine het
document passend op de pagina kan plaatsen.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om te selecteren.
1.Standaardinst..
Druk op OK.
c Druk op a of b om 2.Papierformaat
te kiezen.
Druk op OK.
d Druk op a of b om A4, Letter,
Executive, A5, A6, B5 of B6 te kiezen.
Druk op OK.
c Druk op a of b om 3.Waarsch.toon te
kiezen.
Druk op OK.
d Druk op a of b om Uit, Laag, Half of
Hoog te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen.
17
Hoofdstuk 3
Ecologische functies3
Toner sparen3
Met deze functie kunt u toner besparen.
Wanneer u de tonerbespaarstand op Aan zet,
worden de afdrukken lichter. De
standaardinstelling is Uit.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om te selecteren.
1.Standaardinst..
Druk op OK.
c Druk op a of b om 4.Bespaarstand te
kiezen.
Druk op OK.
d Druk op a of b om 1.Toner sparen te
kiezen.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan of Uit te
selecteren.
Druk op OK.
Slaapstand3
Als u de slaapstand instelt, verbruikt u minder
energie, omdat de fuser wordt uitgezet terwijl
de machine inactief is.
U kunt kiezen hoelang de machine inactief
moet zijn (van 00 tot 99 minuten) voor deze
naar de slaapstand overgaat. De timer wordt
automatisch op nul gezet wanneer de machine
computergegevens ontvangt of een kopie
maakt. De standaardinstelling is 05 minuten.
Wanneer de machine zich in slaapstand
bevindt, wordt Slaapstand op het LCDscherm weergegeven. Bij afdrukken of
kopiëren in de slaapstand, moet u even
wachten tot de fuser is opgewarmd.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om te selecteren.
1.Standaardinst..
Druk op OK.
c Druk op a of b om 4.Bespaarstand te
kiezen.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen.
Opmerking
We raden u af de tonerbespaarstand te
gebruiken voor het afdrukken van foto's of
afbeeldingen in grijswaarden.
18
d Druk op a of b om 2.Slaapstand te
kiezen.
Druk op OK.
e Voer in hoe lang de machine inactief
moet zijn alvorens in slaapstand over te
gaan (00 tot 99). Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen.
Opmerking
Wanneer u de slaapstand uit wilt
schakelen. drukt u Start en Opties tegelijk
in e. Druk op a of b om Uit te selecteren.
Druk op OK.
Algemene instelling
LCD-contrast3
U kunt het contrast instellen zodat het
LCD-scherm lichter of donkerder wordt.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om te selecteren.
1.Standaardinst..
Druk op OK.
c Druk op a of b om te selecteren.
5.LCD Contrast.
Druk op OK.
d Druk op a om het LCD-scherm
donkerder te maken. Of druk op b om
het LCD-scherm lichter te maken.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Eindigen.
Lijst
Gebruikersinstellingen 3
U kunt een lijst afdrukken met behulp van
instellingen die u hebt geprogrammeerd.