Overzicht van de door de fabriek
ingestelde basisinstellingen met DSC.. 96
Technische gegevens.................. 96
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
79
PORTUGUÊS
Beknopte gebruiksaanwijzing
1 Aan Uit
Volume
Om het apparaat in te schakelen met
de knop, moet de KeyCard geplaatst
zijn. De weergave vindt plaats met het
vooraf ingestelde volume.
Uit-/inschakelen met de KeyCard:
Het apparaat moet ingeschakeld zijn
met de knop.
Let op:
Lees hiervoor beslist de informatie onder “Diefstalbeveiligingssysteem KeyCard”.
Uit-/inschakelen via het contactslot:
Wanneer het apparaat dienovereenkomstig is aangesloten, kan het via het
contactslot uit- en weer ingeschakeld
worden. Na uitschakelen van het contactslot wijst een dubbele pieptoon u
erop dat voor het verlaten van de auto
de KeyCard moet worden verwijderd.
Inschakelen met uitgeschakeld contact:
Wanneer het contact is uitgeschakeld
(KeyCard geplaatst) kan het apparaat
zo verder worden bediend:
Schakel het apparaat uit met de knop,
wacht ca. twee seconden en schakel
het weer in. Na een speeltijd van een
uur wordt het apparaat ter beveiliging
van de auto-accu automatisch uitgeschakeld.
2 SCA / SRC
Radioweergave
SCA - Preset Scan
Houd SCA/SRC ca. een seconde ingedrukt De onder de voorkeuzetoetsen geprogrammeerde zenders zijn kort te horen. De aanduidingen van het golfgebied, het geheugenniveau en de geheugenpositie knipperen.
Preset scan stoppen:
Houd SCA/SRC opnieuw ca. een seconde ingedrukt.
Weergave van cd-wisselaar
SCA (source = bron)
Druk kort op SCA/SRC –
U kunt wisselen tussen de weergavesoorten radio, cassette en cd-wisselaar
wanneer een cassette/cd is geplaatst.
CD-Scan
Houd SCA/SRC ca. een seconde ingedrukt –
“CDC SCAN” verschijnt op het display.
De cd-titels zijn kort te horen.
CD-Scan stoppen:
Houd SCA/SRC opnieuw ca. een seconde ingedrukt.
3 TS / FM
Wisselschakelaar voor de FM-geheugenniveaus I, II en T.
Wisselen:
Druk op TS / FM (evt. meermaals).
Travelstore
De vijf best te ontvangen zenders automatisch programmeren en oproepen
met Travelstore.
Programmeren: houd de toets ca. een
seconde ingedrukt totdat de pieptoon
80
te horen is, resp. “T-STORE” verschijnt
op het display.
Oproepen: kies geheugenniveau “T”
en druk kort op de overeenkomstige
voorkeuzetoets (1 t/m 5).
4 Verwijderen van de cassette (eject)
Druk op .
5 Cassette-opening
Schuif de cassette in de opening (kant
A of 1 boven, opening naar rechts).
6 Wisselen van kant/snelspoelen
Wisselen van kant
Druk de toetsen tegelijk in.
TR1 of TR2 op het display.
Snelspoelen
FR : snel terugspoelen, stop met FF
FF : snel vooruitspoelen, stop met FR
7 AF / TA
AF - Alternatieve Frequentie bij weer-
gave met RDS:
Wanneer “AF” op het display verschijnt, zoekt de radio met RDS automatisch een beter te ontvangen frequentie van dezelfde zender.
AF aan/uit: Houd de toets ca. een seconde ingedrukt.
TA (Traffic Announcement = voorrang
voor verkeersinformatie)
Wanneer “TA” op het display wordt
aangegeven, worden alleen zenders
met verkeersinformatie weergegeven.
Voorrang aan/uit: Druk kort op de
toets.
8 1, 2, 3, 4, 5 - voorkeuzetoetsen
Per geheugenniveau (I, II, en “T”) kunnen vijf zenders worden geprogrammeerd.
Zenders programmeren - druk bij radioweergave zo lang op een voorkeuzetoets, tot het programma weer te horen is (pieptoon).
Zenders oproepen - kies het geheugenniveau en druk kort op de overeenkomstige voorkeuzetoets.
9 Diefstalbeveiligingssysteem Key-
Card
Voor het bedienen van het apparaat
moet de KeyCard geplaatst zijn.
KeyCard
KeyCard plaatsen
Wanneer de KeyCard-tong naar buiten
geschoven is:
Schuif de KeyCard met het contactoppervlak naar boven in de sleuf. Druk
zonodig op de KeyCard-tong om deze
uit de vergrendeling los te maken.
Lees beslist de informatie onder “Diefstalbeveiligingssysteem KeyCard”.
Knipperende KeyCard-tong
Wanneer de radio is uitgeschakeld en
de KeyCard is verwijderd, knippert de
KeyCard-tong als optische diefstalbeveiliging, mits de juiste instelling is uitgevoerd. Nadere informatie: “Programmeren met DSC”.
Het knipperen kan met de KeyCardtong worden uitgeschakeld, wanneer
deze door drukken wordt vergrendeld.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
81
PORTUGUÊS
Het apparaat geeft kort “WRONG KC”
aan en schakelt zichzelf automatisch
uit.
: Display
a
j
f
e
d
b
c
a) NDR1 NDS - stationsnaam
b) TR 1- Track (kant) 1 van de cas-
c) 1 : 52- Time (verstreken speeltijd)
d) FM- golfgebied
e) I, II, T- geheugenniveau I, II of
en nummer (cd-nummer
en -titel) bij weergave van
cd-wisselaar
Travelstore
RDS
h) TP- zender met verkeersinfor-
matie (wordt ontvangen)
i) TA- voorrang voor zenders
met verkeersinformatie
j) LD- loudness ingeschakeld
; Tuimeltoets
Radioweergave
/ zoekafstemming
opwaarts
neerwaarts
<</>> trapsgewijs op-/neerwaarts
(op FM alleen wanneer AF uit)
alleen op FM:
<</>> bladeren in de zenderketens indien
AF in
bv. NDR 1, 2, 3, 4, N-JOY, FFN,
ANTENNE...
Weergave van cd-wisselaar
Cd kiezen
opwaarts
neerwaarts
Titels kiezen
opwaarts: kort indrukken
CUE - snel vooruit (hoorbaar):
ingedrukt houden.
neerwaarts: tweemaal of meer-
maals achtereen kort indrukken
Opnieuw starten van de titel: kort
indrukken
REVIEW - snel terug (hoorbaar):
ingedrukt houden.
Extra functies van de tuimeltoets:
Overige instelmogelijkheden met:
AUD<
DSC-Mode=
Voorwaarde is dat de betreffende
functie geactiveerd is.
82
< AUD
Voor het instellen van treble (hoge tonen), bass, balans en fader.
Wanneer het display “TRE” of “BAS”
aangeeft, kan de lage- of hoge-toneninstelling worden veranderd met de tuimeltoets.
Wanneer het display “BAL” of “FAD”
aangeeft, kan de balans (links/rechts)
of de fader (voor/achter) worden veranderd. Druk zo vaak als nodig is op
AUD en voer de instelling uit met de
tuimeltoets.
treble + / fader voor
treble – / fader achter
bass – / balans links
bass + / balans rechts
De laatste instelling wordt automatisch
opgeslagen.
AUD uitschakelen: druk opnieuw op de
toets.
Wanneer de instelling binnen acht seconden niet wordt gewijzigd, schakelt
het display terug naar de vorige toestand.
Extra functie AUD
Loudness - versterking van de lage tonen bij gering volume, aangepast aan
het gehoor.
Loudness aan/uit: houd AUD ca. een
seconde ingedrukt. Wanneer loudness
is ingeschakeld, is “LD” verlicht op het
display. U kunt de loudness-versterking instellen onder “Programmering
met DSC”.
= DSC (Direct Software Control)
Met DSC kunnen programmeerbare
basisinstellingen worden aangepast.
Nadere informatie: “Programmering
met DSC”.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
83
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Belangrijke aanwijzingen
Wat u beslist moet lezen
Lees, voordat u uw autoradio in gebruik
neemt, de volgende aanwijzingen a.u.b.
zorgvuldig door.
Verkeersveiligheid
De verkeersveiligheid gaat vóór alles. Gebruik daarom uw autoradio altijd zo, dat u
steeds alert op de heersende verkeerssituatie kunt reageren.
Bedenk dat u al bij een snelheid van 50 km/
u elke seconde 14 meter aflegt. Het is raadzaam uw autoradio niet te bedienen in
moeilijke verkeerssituaties.
De waarschuwingssignalen van bv. politie
en brandweer moeten in de auto op tijd en
duidelijk te horen zijn. Beluister tijdens het
rijden uw programma daarom alleen met
een aangepast geluidsvolume.
Inbouw
Wanneer u de installatie zelf wilt inbouwen
of verwijderen, lees dan beslist vooraf de
meegeleverde aanwijzingen voor inbouw en
aansluiting.
Voor een probleemloos gebruik moet de
pluspool via het contact en via een continue plus-aansluiting zijn aangesloten.
Verbind de luidsprekeruitgangen nooit met
de massa!
Accessoires
Gebruik alleen door Blaupunkt toegelaten
accessoires en reserve-onderdelen.
Cd-wisselaar
San Diego DJ I:
De cd-wisselaar is inbegrepen bij het geleverde pakket.
Windsor RCM 127:
CDC A 06 of A 072 (direct)
CDC A 05, CDC F 05 of A 071 (alleen met
adapterkabel 7607 889 093).
Tweede Keycard
U kunt het apparaat ook met een andere
KeyCard bedienen.
Nadere informatie vindt u onder “Diefstalbeveiligingssysteem KeyCard”.
Een KeyCard is bv. te verkrijgen bij uw vakhandelaar.
84
Diefstalbeveiligingssysteem KeyCard
Bij de radio wordt een KeyCard meegeleverd.
De autoradio kan echter ook met een tweede
KeyCard worden bediend.
Wanneer een KeyCard verloren of beschadigd raakt, kan uw dealer u aan een tweede
of vervangende KeyCard helpen. Wanneer
u een tweede KeyCard gebruikt, worden de
instellingen van de eerste KeyCard overgenomen. U heeft echter de mogelijkheid om
de volgende functies individueel te programmeren:
Instelling van bass, treble (hoge tonen),
balans en fader, loudness, TA (volume verkeersmeldingen), volume van de pieptoon,
lo of dx.
Bovendien blijft de laatst ingestelde toestand
zoals die van zenderafstemming, TA-voorrang, AF, AM ON/OFF, RM ON/OFF, bewaard. Zo treft u na het plaatsen van uw
KeyCard de door u gekozen instellingen
opnieuw aan.
Apparaat in gebruik nemen
•Zet het apparaat aan.
Schuif, wanneer de KeyCard-tong naar
buiten geschoven is, de KeyCard met
het contactoppervlak naar boven in de
sleuf.
De autoradio is klaar voor gebruik.
Wanneer een voor het apparaat vreemde
KeyCard wordt geplaatst, verschijnt “CARD
ERR” en vervolgens “WAIT” op het display.
Bedien het apparaat nu a.u.b. niet.
Na ca. tien seconden schakelt het apparaat
zichzelf uit. Wanneer u een vreemde kaartsoort plaatst (bv. telefoonkaart of creditcard),
verschijnt ca. twee secondenlang “WRONG
KC”.
Het apparaat wordt automatisch uitgeschakeld. Verwijder de vreemde kaart en plaats
een kaart die bekend is bij het apparaat.
•Draai de knop om in te schakelen.
KeyCard verwijderen
Trek de KeyCard nooit uit het apparaat!
•Druk eerst op de KeyCard.
De KeyCard komt in de uitneempositie.
•Verwijder de KeyCard.
Tweede KeyCard programmeren
/ KeyCard vervangen
Een KeyCard kan als extra KeyCard worden geprogrammeerd wanneer het apparaat
in werking is met de eerste KeyCard.
Wanneer u een tweede KeyCard wilt programmeren:
•Plaats de eerste KeyCard en zet het
apparaat aan.
•Druk op DSC en kies “LEARN KC” met
/ .
•Druk op << of >>.
Op het display verschijnt “CHANGE”.
•Druk op de KeyCard. Deze komt in de
uitneempositie.
•Verwijder de eerste KeyCard en schuif
de nieuwe KeyCard erin.
Na “READY” of “LEARN KC”:
•Druk op DSC.
Het apparaat kan nu ook met de nieuwe
KeyCard worden bediend.
Het apparaat werkt met maximaal twee KeyCards.
Wanneer een derde KeyCard geprogrammeerd wordt, wordt automatisch de autorisatie gewist van de KeyCard die niet gebruikt werd bij het programmeren.
Radiopas-gegevens tonen
Met de geleverde KeyCard kunt u de gevens van de radiopas, zoals naam van het
apparaat, typenummer (7 6...) en apparaatnummer op het display laten weergeven. De
bediening hiervoor vindt u onder “Programmering met DSC - READ KC”.
85
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Weergavesoort kiezen
Short Additional Memory
(S.A.M.)
= korte informatie
De tweede, bij uw dealer verkrijgbare, Key-
Card biedt de mogelijkheid om onder de
DSC-menu-optie “READ KC” via bewegende tekst korte informatie te tonen, bv. het
telefoonnummer van de autowerkplaats,
alarmnummer van de autoclub.
Een hiervoor toegeruste dealer kan een vrij
te kiezen tekst met maximaal 162 karakters
invoeren.
Turn On Message (T.O.M.)
= informatie bij inschakelen
De tweede, bij uw dealer verkrijgbare Key-
Card biedt de mogelijkheid bij iedere keer
dat het apparaat wordt ingeschakeld een
“Turn On Message” naar keuze te laten zien.
Een hiervoor toegeruste dealer kan een vrij
te kiezen tekst met maximaal 48 karakters
invoeren.
Telkens wanneer u het apparaat met de
tweede KeyCard inschakelt, verschijnt deze
tekst.
86
Optische aanduiding als diefstalbeveiliging
KeyCard-tong knippert
Wanneer de auto geparkeerd is en de KeyCard is verwijderd, kan de KeyCard-tong
knipperen als diefstalbeveiliging.
Aan de volgende voorwaarden moet zijn
voldaan:
De pluspool en de continue pluspool moeten juist zijn aangesloten, zoals in de handleiding beschreven. In de DSC-mode moet
“LED ON” ingesteld zijn.
Lees hiervoor zonodig “Programmering met
DSC - LED”.
Knipperen uitschakelen
Het knipperen kan worden uitgeschakeld
door de KeyCard-tong te vergrendelen door
erop te drukken.
Wanneer u het knipperen geheel wilt uitschakelen, stelt u in het DSC-menu “LED
OFF” in.
Onderhoud van de KeyCard
Probleemloos functioneren van de KeyCard
is gewaarborgd wanneer de contacten vrij
zijn van vreemde deeltjes. Vermijd direct
aanraken van de contacten met de handen.
Reinig de contacten van de KeyCard indien
gewenst met een in alcohol gedrenkt wattenstaafje.
Met SRC (Source = bron) kiezen tussen de
weergavesoorten Radio, Cassette en cdwisselaar.
Weergave van cassette of cd-wisselaar kan
alleen worden gekozen indien een cassette/cd geplaatst is.
•Druk kort op SCA/SRC.
Radioweergave met RDS (Radio Data System)
Het Radio Data System biedt u meer comfort bij het luisteren naar de radio op FM.
Steeds meer radiozenders zenden bij hun
programma’s ook RDS-informatie uit.
Zodra zenders kunnen worden herkend, verschijnt ook de afkorting van de zender op
het display, evt. met regionale identificatie,
bv. “NDR1 NDS” (Neder-Saksen).
Met RDS worden de voorkeuzetoetsen gebruikt als programmatoetsen. Zo weet u precies op welk programma u bent afgestemd
en kunt u ook gericht het gewenste programma kiezen.
RDS biedt u nog meer voordelen:
AF - Alternatieve frequentie
De AF-functie (Alternatieve frequentie) zorgt
ervoor dat automatisch op de best te ontvangen frequentie van het gekozen programma wordt afgestemd. Deze functie is
ingeschakeld wanneer “AF” op het display
verschijnt.
AF in-/uitschakelen:
•Houd AF/TA ca. een seconde ingedrukt.
Tijdens het zoeken naar de sterkste frequentie kan de radioweergave even onderbroken worden.
Wanneer bij het aanzetten van het apparaat
of bij het kiezen van een geprogrammeerde
frequentie “SEARCH” op het display verschijnt, zoekt het apparaat automatisch naar
een alternatieve frequentie.
“SEARCH” verdwijnt wanneer een alternatieve frequentie gevonden is of na het doorlopen van de frequentieband.
Wanneer dit programma niet meer naar
wens te ontvangen is:
•Kies een ander programma.
REG - Regionaal
Bepaalde programma’s van radiozenders
worden op bepaalde tijden in regionale uitzendingen verdeeld. Zo verzorgt bv. het
eerste net van de NDR gebieden in de noordelijke Duitse deelstaten Sleeswijk-Holstein,
Hamburg en Neder-Saksen en zendt af en
toe programma’s uit met verschillende inhoud.
Indien u een regionaal programma ontvangt,
kunt u kiezen tussen REG ON en REG OFF:
REG ON - een bepaald regionaal programma wordt ook weergegeven wanneer het
signaal wat slechter wordt.
REG OFF - er wordt steeds afgestemd op
de best te ontvangen zender (ook evt. een
ander regionaal programma).
In het DSC-menu kunt u wisselen tussen
REG ON en REG OFF. Lees hiervoor “Programmering met DSC - REG ON/OFF”.
Zenderafstemming
Zoekafstemming /
•Druk op / , de autoradio zoekt automatisch de volgende zender.
Wanneer / naar boven of naar beneden
ingedrukt gehouden wordt, loopt de zoekafstemming snel opwaarts of neerwaarts verder.
Zoekafstemming
opwaarts
neerwaarts
<< / >> trapsgewijs omlaag/omlaag
(op FM alleen indien AF uit)
Handmatig afstemmen met << >>
U kunt ook handmatig op zenders afstemmen.
Voorwaarde:
AF is uitgeschakeld (het symbool is niet
verlicht op het display).
Indien gewenst schakelt u AF zo uit:
•Houd AF/TA ca. een seconde ingedrukt.
87
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Handmatige afstemming uitvoeren:
•Druk op << >>. De frequentie wordt
trapsgewijs omlaag/omhoog gewijzigd.
Wanneer de tuimeltoets << >> rechts of links
ingedrukt gehouden wordt, vindt de frequentiedoorloop snel plaats.
Bladeren in de zenderketens
Met << >> kunt u zenders uit het ontvangstgebied oproepen.
Wanneer meer zenders van zenderketens
te ontvangen zijn, kunt u met >> (vooruit) of
<< (achteruit) bladeren in de zenderketens,
bv. NDR 1, 2, 3, 4, N-JOY, FFN, ANTEN-
NE ... .
Voorwaarden hiervoor zijn dat deze zenders
minstens eenmaal ontvangen zijn en dat
“AF” geactiveerd is (verlicht op het display).
Start hiervoor een frequentiedoorloop, bv.
met Travelstore:
•Houd TS/FM een seconde ingedrukt;
er volgt een frequentiedoorloop. Het
display geeft “T-STORE” aan.
Wanneer “AF” niet op het display staat:
•Houd AF/TA ca. een seconde ingedrukt.
Aan de voorwaarden voor de zenderkeuze
met << >> is voldaan.
Wisselen van geheugenniveau
(FM)
U kunt de geheugenniveaus I, II en T afwisselen om zenders te programmeren en om
geprogrammeerde zenders op te roepen.
Het gekozen geheugenniveau verschijnt op
het display.
•Druk zo vaak op TS/FM, tot het gewenste geheugenniveau op het display
verschijnt.
Zenders programmeren
Op de FM-band kunt u voor elk geheugenniveau (I, II, T) vijf zenders programmeren
met de voorkeuzetoetsen 1, 2, 3, 4, 5.
•Kies het geheugenniveau.
•Stem af op een zender met de tuimeltoets (automatisch of handmatig).
•Houd de gewenste voorkeuzetoets ingedrukt totdat het programma na de
geluidsonderdrukking weer te horen is
(ca. een seconde), resp. tot de pieptoon te horen is.
De zender is nu geprogrammeerd.
Het display geeft aan welke toets ingedrukt
is.
Let op:
Indien u afstemt op een reeds geprogrammeerde zender, knippert op het display de
betreffende geheugenpositie.
Sterkste zenders automatisch
programmeren met Travelstore
U kunt de vijf sterkste FM-zenders op volgorde van veldsterkte, elk uit hun eigen ontvangstgebied, automatisch programmeren.
Deze functie is vooral handig op reis.
•Houd TS/FM ca. een seconde ingedrukt.
Op het display verschijnt “T-STORE”.
De vijf sterkste FM-zenders worden automatisch opgeslagen op geheugenniveau “T”
(Travelstore). Na voltooiing wordt afgestemd
op de sterkste zender, op positie 1.
Indien gewenst kunnen op het Travelstoreniveau ook handmatig zenders worden ingesteld (zie “Zenders programmeren”).
Geprogrammeerde zenders
oproepen
Indien gewenst kunt u geprogrammeerde
zenders oproepen met een druk op de toets.
•Kies het geheugenniveau met TS/FM.
•Druk kort op de betreffende voorkeuzetoets.
88
Geprogrammeerde zenders kort
laten horen met Preset Scan
U kunt geprogrammeerde zenders kort laten horen.
Preset Scan starten:
•Houd SCA/SRC ca. een seconde ingedrukt, totdat het display “SCAN” aangeeft.
Het apparaat laat alle geprogrammeerde
zenders van het golfgebied achtereenvolgens kort horen. Op het display geven de
knipperende posities het golfgebied, het
geheugenniveau en de geheugenpositie van
de te horen zender aan.
Gehoorde zender verder beluisteren/
Preset Scan beëndigen:
•Houd SCA/SRC ca. een seconde ingedrukt.
Let op:
Wanneer “TA” op het display wordt aangegeven, worden alleen de gerpogrammeerde zenders met verkeersinformatie afgespeeld.
Gevoeligheid van de zoekafstemming wijzigen
U kunt de gevoeligheid van de automatische
zoekafstemming wijzigen.
Wanneer “lo” wordt aangegeven, worden
alleen goed te ontvangen zenders gezocht.
Wanneer “lo” niet wordt aangegeven, worden ook minder goed te ontvangen zenders
opgezocht.
U kunt de gevoeligheid van de zoekafstemming wijzigen. Lees hiervoor “Programmering met DSC - LO/DX”.
Stereo-mono wisselen
Voorwaarde voor stereo-ontvangst is dat
een radiozender wordt ontvangen met
voldoende stereokwaliteit.
Bij slechte stereo-ontvangst schakelt het
apparaat geleidelijk over op monoweergave. U kunt het apparaat in het DSC-menu
instellen op stereo- of monoweergave.
Lees hiervoor desgewenst “Programmering
met DSC - STEREO/MONO”. Telkens nadat het apparaat is ingeschakeld, wordt automatisch stereoweergave ingesteld.
Loudness
Aanpassing van de zachte lage tonen aan
het menselijk gehoor.
Loudness in-/uitschakelen:
•Houd AUD ca. een seconde ingedrukt.
Wanneer loudness is ingeschakeld, is “LD”
verlicht op het display.
Verdere informatie zie “Programmeren met
DSC”.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
89
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Ontvangst van verkeersinformatie met RDS-EON
Onder EON verstaat men het uitwisselen
van programma-informatie binnen een zenderketen. Veel FM-zenders zenden regelmatig actuele verkeersinformatie uit voor
hun regio.
Zenders met verkeersinformatie zenden ter
identificatie een signaal uit, waaraan uw
autoradio ze herkent. Wanneer een dergelijk signaal herkend wordt, verschijnt op het
display “TP” (Traffic Program - Uitzending
met verkeersinformatie).
Daarnaast zijn er zenders die zelf geen verkeersinformatie uitzenden, maar met RDSEON de mogelijkheid bieden de verkeersinformatie van een andere zender van dezelfde omroep te ontvangen. Wanneer bij
ontvangst van een dergelijke zender (bv.
NDR3) de voorrang voor verkeersinformatie geactiveerd moet zijn, dan moet “TA” op
het display verlicht zijn.
Bij verkeersinformatie wordt automatisch
overgeschakeld op de zender met de verkeersinformatie (in dit geval NDR2). Dan
volgt de verkeersinformatie, waarna automatisch naar het ervoor beluisterde programma (NDR3) wordt teruggeschakeld.
Voorrang voor verkeersinformatie in-/uitschakelen
Op het display is “TA” verlicht wanneer de
voorrang voor verkeersinformatie ingeschakeld is.
Voorrang in-/uitschakelen:
•Druk op AF/TA.
Wanneer u tijdens een verkeersmededeling
op AF/TA drukt, wordt de voorrang alleen
voor deze mededeling onderbroken. Het
apparaat schakelt terug naar de oorspronkelijke toestand. Voor volgende meldingen
blijft de voorrang behouden.
Diverse toetsen hebben geen functie tijdens
de verkeersinformatie.
Attentiesignaal
Wanneer u het ontvangstgebied van de ingestelde verkeersinformatie-zender verlaat,
hoort u na ca. 30 seconden een attentiesignaal. Wanneer u op een voorkeuzetoets
drukt waaronder een zender zonder TP-signaal is geprogrammeerd, hoort u eveneens
een attentiesignaal.
Attentiesignaal uitschakelen
a) Stem af op een andere zender met
verkeersinformatie.
•Druk hiervoor op de tuimeltoets of
•druk op een voorkeuzetoets waaronder een zender met verkeersinformatie geprogrammeerd is.
of
b) Zet de voorrang voor verkeersinforma-
tie uit.
•Druk op AF/TA.
De aanduiding “TA” op het display
verdwijnt.
Automatische start zoekafstemming
(Weergave van cassette en cd-wis-
selaar)
Wanneer u een cassette of cd beluistert en
het ontvangstgebied van de ingestelde verkeersinformatie-zender verlaat, zoekt de autoradio automatisch een andere zender met
verkeersinformatie.
Wanneer ca. 30 seconden na het begin van
de zoekafstemming geen programma met
verkeersinformatie gevonden wordt, hoort u
elke dertig seconden het attentiesignaal
(pieptoon). Zet het attentiesignaal af op de
reeds beschreven manier.
90
Cassetteweergave
Volume van verkeersinformatie
en attentiesignaal instellen
Dit volume is door de fabriek ingesteld. U
kunt echter een verandering aanbrengen
met DSC (zie “Programmering met DSC TA VOL”).
Volume en attentiesignaal voor het actuele
verkeersbericht ...
... zachter zetten:
•Druk kort op AF/TA.
Het volume wordt niet meer versterkt en kan
nu naar wens worden ingesteld. De voorrang is alleen onderbroken voor dit verkeersbericht.
... harder zetten:
•Draai knop 1
.
De installatie moet ingeschakeld zijn.
Zodra een cassette wordt geplaatst, wordt
vanuit elke weergavesoort overgeschakeld
op cassetteweergave.
Cassette plaatsen
•Zet het apparaat aan.
•Schuif de cassette in de opening.
Kant A of 1 wordt weergegeven.
Bij cassetteweergave verschijnt “TR 1” of
“TR 2” op het display (track = kant).
Schuif de cassette in de opening met kant A of
1 naar boven en de opening naar rechts.
Cassette verwijderen
•Druk op .
De cassette wordt uit de opening geschoven.
Snelspoelen
Snel vooruitspoelen
•Druk op FF (Fast Forward).
Aan het einde van de band schakelt
het apparaat over op de andere kant
en begint de weergave.
Snel vooruitspelen beëindigen
•Druk op FR.
Snel terugspoelen
•Druk op FR (Fast Rewind)
Aan het begin van de band schakelt
het apparaat over op weergave.
Snel terugspoelen beëindigen
•Druk op FF.
Wisselen van kant
Druk de toetsen tegelijk in.
TR1 of TR2 op het display.
Snelspoelen
FR : snel terugspoelen, stop met FF
FF : snel vooruitspoelen, stop met FR
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
91
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Wisselen van kant (Autoreverse)
Afspeelrichting wijzigen tijdens de weergave:
•Druk tegelijk op FR en FF.
Aan het einde van de band schakelt het
apparaat automatisch over op de andere
kant. Op het display verschijnt “TR1” voor
kant 1 of A, resp. “TR2” voor kant 2 of B.
Let op:
Bij zwaar lopende cassettes kan het voorkomen dat voortijdig op de andere kant
wordt overgeschakeld. Controleer in dit geval de spoel van de band. Vaak helpt heen
en weer spoelen van de cassette.
Radio luisteren tijdens snelspoelen met RM (Radio Monitor)
Tijdens het snelspoelen kunt u, i.p.v. de gebruikelijke geluidsonderdrukking, naar de
radio luisteren.
Lees desgewenst “Programmering met DSC
- RM ON resp. RM OFF”.
Tips voor het onderhoud
Gebruik in de auto alleen C60/C90-cassettes. Bescherm uw cassettes tegen vuil, stof
en temperaturen boven 50° Celsius. Laat
koude cassettes voor het afspelen opwarmen om onregelmatigheden in de bandloop
te vermijden. Na ca. 100 gebruiksuren kunnen door afzetting van stof op de aandrukrol en de weergavekop storingen optreden
in de bandloop en de weergavekwaliteit.
Bij normale verontreiniging kunt u uw cassettespeler reinigen met een reinigingscassette, bij sterkere verontreiniging met een
in spiritus gedrenkt wattenstaafje. Gebruik
nooit hard gereedschap.
92
Weergave van cd-wisselaar
San Diego DJ I:
De cd-wisselaar is inbegrepen bij het geleverde pakket.
Windsor RCM 127:
CDC A 06 of A 072 (direct)
CDC A 05, CDC F 05 of A 071 (alleen met
adapterkabel 7607 889 093).
Deze cd-wisselaars worden niet meegeleverd en verkrijgbaar bij de vakhandel.
Let op:
Gebruik bij cd- of wisselaarweergave (optie) alleen ronde cd’s!
Cd’s die een andere vorm hebben, bv. van
een vlinder of een bierpul, zijn niet geschikt
voor weergave.
Er bestaat acuut gevaar voor beschadiging
van de cd en het loopwerk.
Voor beschadiging door ongeschikte cd’s
kunnen wij geen aansprakelijkheid aanvaarden.
Weergave van cd-wisselaar inschakelen
Er moet een magazijn met minimaal één cd
geplaatst zijn.
Met SRC wisselt u van geluidsbron:
•Druk zo vaak op SCA/SRC totdat de
cd-functies getoond worden op het display.
Cd en titels kiezen
Cd kiezen
opwaarts
neerwaarts
Titels kiezen
opwaarts: kort indrukken
CUE - snel vooruit (hoorbaar): inge-
drukt houden
neerwaarts: tweemaal of meermaals
achtereen kort indrukken
opnieuw starten van de titel: kort indrukken
REVIEW - snel achteruit (hoorbaar):
ingedrukt houden
MIX
De cd-titels kunnen in willekeurige volgorde worden weergegeven.
Desgewenst kunt u de MIX-functies wisselen in het DSC-menu.
MIX CDC – Mix is ingeschakeld:
cd‘s worden gekozen in willekeurige volgorde. De titels
van de gekozen cd worden in
willekeurige volgorde weergegeven. Vervolgens wordt
de volgende cd willekeurig
gekozen.
kiest u de titels van de
Met
cd in willekeurige volgorde.
MIX OFF – MIX is uitgeschakeld.
De cd’s en de titels worden
op volgorde van nummer
weergegeven.
MIX wisselen:
•Druk op DSC.
Kies MIX met de tuimeltoets
/ en
wissel met << >>.
Wanneer MIX is ingeschakeld, verschijnt
steeds wanneer op cd-weergave wordt overgeschakeld even “CDC MIX”.
Soort aanduiding kiezen
Bij cd-weergave kunt u het soort aanduiding
kiezen.
“CDC NUMBER” – Disc-nummer, bv.
“CD 8 T2” wordt aangegeven.
93
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Programmering met DSC
“TIME”– De verstreken speel-
tijd van de titel, bv.
“2:32” wordt aangegeven in minuten.
Wisselen van soort aanduiding:
•Druk op DSC.
Kies met de tuimeltoets
DISP”.
•Kies met << >> “NUMBER” of “TIME”.
/ “CDC
SCAN
Om de titels van alle cd’s kort te laten horen.
SCAN starten:
•Houd SCA/SRC ca. een seconde ingedrukt.
De titels zijn op volgorde achtereenvolgens
kort te horen.
SCAN beëindigen:
•Houd SCA/SRC ca. een seconde ingedrukt.
De laatst te horen titel wordt verder afgespeeld.
SCAN wordt ook beëindigd wanneer:
•op AUD, GEO, DSC, SCA/SRC, << >>
/ wordt gedrukt.
of
Uw autoradio biedt u de mogelijkheid om
met DSC (Direct Software Control) enkele
instellingen en functies aan uw wensen aan
te passen en deze aanpassingen te programmeren.
Het apparaat is door de fabriek ingesteld.
Een overzicht van de door de fabriek ingestelde basisinstellingen vindt u hieronder,
zodat u deze altijd kunt raadplegen.
Wanneer u een geprogrammeerde waarde
wilt veranderen:
•Kies met SCA/SRC de gewenste
weergavesoort radio, cassette of cdwisselaar (er moet een cassette/cd geplaatst zijn).
•Druk op DSC.
Met de tuimeltoets kunt u een keuze maken
uit de de hierna beschreven functies en deze
instellen. Op het display wordt de ingestelde waarde aangegeven.
/functie kiezen
<< >>waarde instellen/oproepen
MIXalleen bij weergave van cd-
wisselaar
MIX CDC -
Cd-keuze willekeurig. Keuze
van alle titels van deze cd
willekeurig. Volgende cd kiezen in willekeurige volgorde.
MIX OFF MIX is uitgeschakeld.
ON/OFF REG ON - regionaalfunctie
REG
ingeschakeld.
REG OFF - regionaalfunctie
uitgeschakeld.
Lees hiervoor het gedeelte
“Raduioweergave met
RDS - REG-Regionaal”.
ON/OFF (Radio Monitor)
RM
Maakt radio luisteren mogelijk tijdens snelspoelen bij
gebruik van de cassette.
RM ON - radioweergave tijdens snelspoelen van de
cassette.
RM OFF - functie uitgeschakeld.
94
READ KCDe gegevens van een Key-
Card kunnen worden getoond.
Bij de meegeleverde KeyCard worden de apparaatgegevens zoals naam, typenummer (76...) en apparaatnummer aangegeven.
Bij de tweede KeyCard kunnen de door de vakhandelaar ingevoerde gegevens
worden aangegeven (zie
“Short Additional Memory
S.A.M.”).
LEARN KC U kunt een tweede KeyCard
programmeren.
Lees hiervoor de aanwijzingen onder “Diefstalbeveiligingssysteem KeyCard” “Tweede KeyCard programmeren”.
ON/OFF U kunt kiezen tussen LED
LED
ON of LED OFF. Bij LED
ON knippert de KeyCardtong als extra beveiliging
wanneer het apparaat uitgeschakeld is en de KeyCard
is verwijderd.
BEEPBevestigingssignaal (piep-
toon) voor functies waarvoor
een toets langer dan een
seconde ingedrukt moet blijven. Het volume is instelbaar van 0-9 (0 = uit).
TA VOLVolume van de verkeersin-
formatie en attentiesignaal
instelbaar tussen 0 en 63.
U hoort de verkeersinformatie op dit volume wanneer
het standaardvolume geringer is.
Wanneer het standaardvolume groter is dan TA VOL,
wordt de verkeersinformatie
iets sterker doorgegeven
dan het standaardvolume.
LOUDNESS Loudness-aanpassing van
zachte, lage tonen aan het
menselijk gehoor.
LOUD 1 - geringe versterking
LOUD 6 - maximale versterking
STEREO/MONO
U kunt kiezen tussen
STEREO en MONO.
LO/DXGevoeligheid van de zoekaf-
stemming kiezen voor lokale
of inter lokale ontvangst.
LO - lokale ontvangst
LO 1 - zeer gevoelig
LO 3 - normaal gevoelig
niet wanneer een cd-wisselaar is aangesloten.
Van fabriekswege ingesteld
op AUX OFF.
Wanneer via AUX een extern apparaat is aangesloten, moet op AUX ON worden overgeschakeld.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
95
PORTUGUÊS
Technische gegevens
DSC-programmering beëindigen/instelling bewaren:
•Druk op DSC.
De DSC-programmering wordt acht secon-
den na de laatste instelling automatisch
beëindigd
Overzicht van de door de fabriek
ingestelde basisinstellingen met
DSC