LET OP:Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van
het achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar
voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen
te onderhouden onderdelen; reparaties dienen door
bevoegde personen uitgevoerd te worden.
WAARSCHUWING:
Om het risico op brand of elektrische schokken te
beperken, dient u te voorkomen dat dit apparaat
wordt blootgesteld aan regen en vocht. Het
apparaat mag niet worden blootgesteld aan
neerdruppelend of opspattend water en er mogen
geen met water gevulde voorwerpen – zoals een
vaas – op het apparaat worden gezet.
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde
gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig
is – deze spanning is voldoende om gevaar voor
elektrische schok op te leveren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedieningsen onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende
documenten. Wij vragen u dringend de handleiding
te lezen.
DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN OP EEN RIJ:
1) Lees deze voorschriften.
2) Bewaar deze voorschriften.
3) Neem alle waarschuwingen in acht.
4) Volg alle voorschriften op.
5) Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6) Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7) Let erop geen van de ventilatie-openingen te
bedekken. Plaats en installeer het volgens de voorschriften van de fabrikant.
8) Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt
van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken
(ook versterkers) die warmte afgeven.
9) Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of
aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een
polarisatiestekker heeft twee bladen, waarvan er een
breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft
twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding.
Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor
uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw
stopcontact passen, laat het contact dan door een
elektricien vervangen.
10) Zorg ervoor dat er niet over de hoofdstroomleiding
gelopen kan worden en dat het niet wordt samengeknepen, vooral bij stekkers, verlengkabels en het punt
waar ze het apparaat verlaten.
11) Gebruik uitsluitend door de producent gespecificeerd toebehoren c.q. onderdelen.
12) Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met
de wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die
door de producent is aangegeven, of die in combinatie
met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een
wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van
de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te
voorkomen.
Technische veranderingen en veranderingen in het productuiterlijk onder
voorbehoud. Alle gegevens komen overeen op het moment van de
drukoplage. De hier afgebeelde of vermelde namen van andere bedrijven,
instellingen of publicaties en de desbetreffende logo’s zijn geregistreerde
handelsmerken van de desbetreffende houders. Het gebruik hiervan is op
géén enkele wijze een aanspraak op het desbetreffende handelsmerk en
vertegenwoordigt géén bestaande band tussen de houder van het
handelsmerk en BEHRINGER
gegeven beschrijvingen, afbeeldingen en aanwijzigen neemt BEHRINGER
géén enkele vorm van aansprakelijkheid. De afgebeelde kleuren en
specificaties kunnen onbeduidend van het product afwijken. Distributeurs
en handelaren zijn geen gevolmachtigden van BEHRINGER
geen enkele bevoegdheid om BEHRINGER
juridisch te binden, zij het impliciet of expliciet. Dit boek is auteursrechtelijk
beschermd. Ieder verveelvoudiging, bijv. nadrukken, ook uittrekselsgewijs,
en iedere reproductie van de afbeeldingen, ook in veranderde toestand, is
alleen met schriftelijke toestemming van de firma BEHRINGER Spezielle
Studiotechnik GmbH toegestaan. BEHRINGER is een geregistreerd
handelsmerk.
13) Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
14) Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en
bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerkzaamheden
zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is
geraakt, bijvoorbeeld als de hoofdstroomkabel of stekker is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in
terecht zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid
heeft blootgestaan, niet normaal functioneert of wanneer
het is gevallen.
15) WAARSCHUWING – Deze onderhoudsinstructies zijn
uitsluitend bedoeld voor gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Om het risico op elektrische schokken te
beperken, mag u geen andere onderhoudshandelingen
verrichten dan in de bedieningsinstructies vermeld staan,
tenzij u daarvoor gekwalificeerd bent.
2
X V-AMP
1. INLEIDING
Hartelijk gefeliciteerd! Met de X V-AMP heb je voor de nieuwste
generatie vloer-effectapparatuur gekozen.
De X V-AMP geeft je omvangrijke mogelijkheden, om op het
podium de best mogelijke Performance te realiseren. De nieuwste
techniek, eenvoudige en intuïtieve bediening, gecombineerd met
een extreem robuuste constructie, zorgen voor optimale
prestaties en degelijke betrouwbaarheid. Onze X V-AMP verenigt
een selectie van de beste en meest populaire effecten en Ampsimulaties van onze V-AMP 2, die natuurlijk bewerkt en
opgeslagen kunnen worden. Extra Features, zoals bijv. een
compressor, Noise Gate en de meest actuele modulatie-effecten
geven je een maximale flexibiliteit en veel speelruimte voor je
creativiteit.
1.1 Voordat je begint
Teneinde een veilig transport te waarborgen werd de
X V-AMP in de fabriek zorgvuldig verpakt. Mocht de doos
desondanks beschadigingen vertonen, kijk dan direct of de
buitenkant van het apparaat beschadigd is geraakt.
Stuur het apparaat bij eventuele beschadigingen NIET
aan ons terug, maar neem dringend eerst contact
op met de dealer die je het apparaat verkocht heeft
en het transportbedrijf, aangezien elke aanspraak
op vergoeding anders teniet kan worden gedaan.
Let op voldoende toevoer van frisse lucht en genoeg afstand
tot andere apparaten die warmte afgeven, zodat een oververhitting
van de apparatuur wordt vermeden.
Het apparaat wordt d.m.v. de meegeleverde trafo op het net
aangesloten. De trafo voldoet aan de toepasselijke veiligheidsbepalingen. Zodra de X V-AMP via de trafo met het stroomnet
verbonden is, wordt het apparaat automatisch ingeschakeld.
BEHRINGER geeft één jaar* garantie, gerekend vanaf de
aankoopdatum, op materiaal- en productiefouten. Je kunt de
garantievoorwaarden in het Nederlands op onze website onder
http://www.behringer.com nalezen of telefonisch onder +49 2154
9206 4131 opvragen.
Mocht je BEHRINGER-product defect raken, willen wij het zo
snel mogelijk repareren.
Neem in dat geval direct contact op met de BEHRINGERleverancier waar je het apparaat hebt gekocht. Als je BEHRINGERleverancier niet bij jou in de buurt is gevestigd, kun je óók direct
contact opnemen met één van onze vestigingen. Op de originele
verpakking van het apparaat vind je een lijst met de adressen
van onze BEHRINGER-vestigingen (Global Contact Information/
European Contact Information). Als er voor jouw land geen
contactadres vermeld is, kun je contact opnemen met de
dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje Support op onze
website www.behringer.com kun je de contactadressen ook
vinden.
Als je apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons
geregistreerd is, wordt het afhandelen van je garantieaanspraken
aanmerkelijk eenvoudiger.
Bedankt voor je medewerking!
* Voor klanten binnen de Europese Unie kunnen er hiervoor andere bepalingen geldig zijn.
Verdere informatie is voor EU-klanten verkrijgbaar bij BEHRINGER Support Duitsland.
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN
AANSLUITINGEN
In dit hoofdstuk geven we een beschrijving van de
verschillende bedieningselementen van je X V-AMP. Alle
regelaars en aansluitingen worden uitgebreid beschreven en er
worden handige tips over de toepassing ervan gegeven.
1.1.1 Online-registratie
Registreer je BEHRINGER-apparaat na aankoop zo snel mogelijk
op onze website www.behringer.com (respectievelijk
www.behringer.nl) en lees de garantievoorwaarden aandachtig door.
Afb. 2.1: Vooraanzicht van de bedieningselementen van de X V-AMP
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
3
X V-AMP
2.1 Belangrijkste aanwijzingen
voor het gebruik
Hier geven we in het kort een overzicht van de meest
elementaire en belangrijkste bedieningselementen van de
X V-AMP.
Toets
toetsen kun je direct effecten instellen en bedrijfsmodi selecteren.
FX/AMPS-regeling
versterker-simulaties in de Preset. De desbetreffende LED licht
op. Aan de linker kant worden de effecten geselecteerd. Bij het
selecteren van effectblokken via de toetsen
licht de LED van het betreffende effect op.
TAP LED
ritmeweergave van een Delay- of modulatie-effect (zie ook
Hoofdstuk 6 “EFFECTPROCESSOR”).
Door het indrukken en vasthouden van TAP wordt 2
geactiveerd. Zodoende worden het tweede niveau van de
FX/AMPS-regeling
Voetpedalen UP
DISPLAY-LED’s: PEDAL ASSIGN laat zien aan wat voor
Na een korte druk op de STORE-toets (STORE-toets
Een fabrieks-Preset kan door het indrukken en
, , , en : Door middel van deze
: Aan de rechter kant selecteer je de
, en
: Het knipperen van de LED is de tempo- of
nd
FUNCTION
(grijs) en ADJUST toegankelijk.
selecteren van de Preset die in het DISPLAY
weergegeven en voor het activeren van de BYPASS/
TUNER-functie (zie ook Hoofdstuk 7 “TUNER”).
soort functie het pedaal is toegewezen. CONFIGURATION
geeft permanent de geselecteerde bedrijfsmodus weer.
ADJUST. Met de ADJUST-regeling worden de meest
uiteenlopende instellingen verzorgd. Meer hierover vind je
in de beschrijvingen van de verschillende bedieningselementen en in Hoofdstuk 6 “EFFECTPROCESSOR”.
GAIN. Met deze regeling bepaal je de uitsturing van de
versterkersimulatie, dus de mate van vervorming, in al die
gevallen, dat geen van de toetsen
knippert.
VOLUME. Als je de TAP-toets
met de ADJUST-regeling het volume van de Preset instellen.
STORE. Met de STORE-toets worden de Presets van de
X V-AMP opgeslagen. Wanneer de STORE-toets oplicht, is
het Preset veranderd, maar nog niet opgeslagen. Door
op de toets te drukken (>2 sec.) wordt de Preset
opgeslagen. Als de STORE-LED uitgaat, is de in het display
weergegeven, opgeslagen Preset actief.
knippert), kan er met de UP/DOWN-toetsen een
andere geheugenplaats worden gekozen. Door nog
eens kort op STORE te drukken wordt de opslagprocedure onderbroken. Sluit de opslagprocedure
af door
ingedrukt houden van TAP + STORE (>2 sec.) worden
hersteld. Alle fabrieks-Presets worden teruggeplaatst, wanneer je TAP + STORE (>2 sec.)
ingedrukt houdt terwijl je het apparaat aanzet.
NOISE G. De NOISE GATE is actief en kan bewerkt worden,
als de toets-LED oplicht. De inschakeldrempel (Threshold)
kan dan via ADJUST worden geregeld. Als je de ADJUSTdraaiknop helemaal naar links draait, dan gaat de NOISE
GATE uit en dooft de LED.
De teruglooptijd (Release) wordt door het indrukken en
ingedrukt houden van de TAP-toets en gelijktijdig afregelen
met ADJUST ingesteld.
De werking van de NOISE GATE wordt in paragraaf 6.1.3
nader toegelicht.
CONFIGURE. Door gelijktijdig de toetsen NOISE G. en
COMPR.
menu. Met de toetsen COMPR.
lang (>sec.) op STORE te drukken.
en DOWN : Deze dienen voor het
wordt
, , , of
ingedrukt houdt, kun je
lang
in te drukken kom je in het Configuration-
of NOISE G. schakel je tussen
de twee bedrijfsmodi om en kun je een globale instelling
van de X V-AMP maken, die makkelijk aan verschillende
studio- en live-situaties kan worden aangepast. Een tabel
met alle bedrijfsmodi en nadere uitleg vind je in Hoofdstuk
3 “BEDRIJFSMODI (CONFIGURATIONS)”.
Door nog eens tegelijk op COMPR. en NOISE G. te
drukken verlaat je de CONFIG.-modus.
COMPRESSOR. Als je op deze toets drukt, kom je in het
compressor-menu. Met de ADJUST-regeling wordt de
compressiegraad (Ratio) ingesteld, TAP + ADJUST regelt
de aanspreektijd (Attack). Als je de ADJUST-draaiknop
helemaal naar links draait, dan gaat de compressor uit en
dooft de LED.
De werking van de compressor wordt in paragraaf 6.1.3
nader toegelicht.
BASS EQ. Door gelijktijdig COMPR. en MODUL. in
te drukken (beide LED’s knipperen) kun je het aandeel lage
tonen in de Preset regelen. Met ADJUST vergroot of verklein
je het aandeel lage tonen. Door op de TAP-toets te drukken
tijdens het afregelen met ADJUST, bepaal je of alleen de
laagste (knop helemaal naar links), of ook hogere
basgedeelten bewerkt worden.
MODULATION. Na een druk op deze toets (LED knippert)
kan met de FX/AMPS-regeling
effecten worden geselecteerd. Chorus, Flanger, Phaser,
Pitch Bend, Tremolo, Rotary, Auto Wah en P-Funk’n. De
effecten van het tweede niveau (grijs) krijg je door tijdens
het draaien op de TAP-toets te drukken; de 2
LED licht op. ADJUST regelt het effectaandeel in de Preset.
De snelheidsparameter wordt met TAP ingesteld. Door
opnieuw op MODUL.
van een andere parameter verlaat je deze instelling weer.
Een uitgebreide beschrijving van de modulatie-effecten vind
je in Hoofdstuk 6 “EFFECTPROCESSOR”.
te drukken of door het selecteren
één van acht modulatie-
nd
FUNCTION-
De modulatie-effecten Auto Wah, Pitch Bend en
P-Funk’n kunnen niet tegelijk met de Wah Wah
worden gebruikt. Wanneer een van deze twee
effecten wordt geselecteerd terwijl het pedaal aan
het Wah-effect was toegewezen, dan wordt dit
laatste gedeactiveerd (WAH LED in het display dooft).
Wanneer het Expression-pedaal aan het Wah Wah-
effect wordt toegewezen, dan gaan Auto Wah c.q.
Pitch Bend automatisch uit, zodat er geen modulatieeffect meer actief is (alle modulatie-effect- en
ADJUST-LED’s gaan uit).
PRESENCE. Door gelijktijdig op MODUL. en DELAY
te drukken (beide LED’s knipperen) activeer je de
PRESENCE-instelling. Uitgaande van de middelste stand van
de ADJUST-regeling (neutraal) kan het PRESENCE-gehalte
(hoge frequentie-aandelen) in de Preset vermeerderd of
verminderd worden. Door het indrukken van de TAP-toets
tijdens het afregelen met ADJUST wordt de spilfrequentie
van het filter ingesteld.
DELAY. Door op de toets te drukken kan de DELAY worden
ingesteld. Met een Delay bereik je een echo-achtige
vertraging van het ingangssignaal. Door middel van ADJUST
regel je het effectgehalte (Echo) en door het indrukken van
TAP bij het regelen met ADJUST wordt de nagalm
(Feedback) ingesteld. Het ritme waarin je op de TAP-toets
drukt, bepaalt de afstanden tussen de echo’s.
PEDAL ASSIGN. Door tegelijk op DELAY en REVERB
te drukken kun je een bepaalde functie aan het
EXPRESSION-PEDAAL toewijzen (het display toont de
letters “PA”). Tegelijk knippert een van de rechter LED’s in
het display (Speed, Effect, Volume, Wah). Nu kun je een
van de volgende functies aan het pedaal toewijzen:
Speed: Om de Speed-parameter van een effect te
selecteren, druk je op de toets van de betreffende
4
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
effectmodule ( of ) en activeer je even de TAPtoets: de SPEED-LED, TAP en effecttoets knipperen.
Effect: Om de effectparameters “Mix”, “Depth”, “Feedback”
en “Decay” met het pedaal te veranderen, druk je op de
toets van de effectmodule, vervolgens verander je met
ADJUST of ADJUST + TAP de gewenste parameter: De
EFFECT-LED knippert in het display, evt. ook 2
en de effecttoets.
Volume: Wil je de geluidssterkte (VOLUME) met het pedaal
regelen, dan moet je TAP ingedrukt houden en ADJUST even
bewegen. De 2
Gain: Om met het EXPRESSION-PEDAAL de GAIN in de
Preset te regelen, hoef je alleen even de GAIN-instelling
met ADJUST te veranderen (VOLUME-LED knippert), om
dan met het pedaal de GAIN te kunnen veranderen.
Wah Wah: Aantippen van het Expression-pedaal activeert
de Wah-functie. De Wah-LED knippert.
nd
FUNCTION- en VOLUME-LED’s knipperen.
nd
FUNCTION
Primair wordt aan het pedaal een parameter
toegewezen, door deze bij geactiveerde “PEDAL
ASSIGN” te veranderen.
De Auto Wah c.q. Pitch Bend gaat uit, zolang het
Expression-pedaal de Wah Wah-effect regelt.
Om de invoer te bevestigen en PEDAL ASSIGN te
verlaten, druk je weer tegelijk op DELAY
REVERB
REVERB. Door op deze toets te drukken stel je de REVERB
in. Met een REVERB-effect kun je een galm- of ruimtesimulatie aan je totale geluid toevoegen. Je kunt kiezen
tussen 4 verschillende types Reverb: Ambience, Cathedral,
Spring en Reverb. De FX/AMPS-regeling selecteert tussen
Reverb en Cathedral, en door ook op TAP te drukken
selecteer je tussen Spring en Ambience (tweede niveau).
De regelbare parameters van de Reverb zijn de wegsterftijd
(Decay) en de hoeveelheid galm (Mix).
ADJUST regelt de hoeveelheid galm, en ADJUST + TAP de
wegsterftijd.
De verschillende types Reverb worden in paragraaf 6.2
beschreven.
De TAP-toets heeft meerdere functies:
GAIN/VOLUME: Met ADJUST stel je de mate van vervorming
(GAIN) in. Druk je tegelijk op TAP, dan wordt in plaats van
de vervormingsgraad, het volume van de Preset (VOLUME)
ingesteld.
Bij het bewerken van de effectblokken ga je met ADJUST
naar het tweede functieniveau voor parameterinstellingen.
FX/AMPS-regeling en 2
te drukken selecteer je het tweede niveau (grijs) van de
effecten en AMP-simulaties.
Speed: Typ in het tempo van het muziekstuk op de TAP-
toets en het geselecteerde effect (Delay- of modulatieeffect) richt zich automatisch naar het aangegeven tempo.
2nd FUNCTION. Deze LED licht op, zodra er een functie
van het tweede niveau van de FX/AMPS-regeling
geselecteerd is.
FX/AMPS. Op de FX/AMPS-regeling geeft een LED aan
welk versterkermodel (AMP) er momenteel gebruikt wordt.
Licht de 2
model van het tweede niveau (grijs), anders is het een
versterker van het eerste niveau (wit). Door te draaien en
evt. tegelijk indrukken van TAP wordt er een ander AMPmodel geselecteerd.
Wanneer het effectblok wordt geselecteerd
(MODULATIONknippert), dan kan op de FX/AMPS-regeling het betreffende
.
nd
FUNCTION: Door op de TAP-toets
nd
FUNCTION-LED op, dan gaat het om een AMP-
, DELAY- of REVERB-LED
en
X V-AMP
effecttype worden afgelezen en gekozen. Door te draaien
en evt. tegelijk indrukken van TAP wordt er een ander
effect geselecteerd.
Licht een van de AMPS-LED’s op (rechterkant), dan
kun je met ADJUST of GAIN of VOLUME regelen.
Licht een van de EFFECT-LED’s op (linkerkant), dan
stel je met ADJUST de betreffende effectparameter
in.
Het DISPLAY geeft aan welke Preset er geselecteerd is en
geeft informatie over de door bewerking gemaakte
veranderingen. Is de tuner ingeschakeld, dan toont het
DISPLAY de op het aangesloten instrument gespeelde toon.
Afb. 2.2: Het display van de X V-AMP
DOWN. Om de Presets te selecteren (99 - 00, neerwaarts)
tip je kort op het voetpedaal. Houd je het voetpedaal langere
tijd ingedrukt, dan worden de programmanummers snel
neerwaarts doorlopen.
UP. Om de Presets te selecteren (00 - 99, opwaarts) tip je
kort op het voetpedaal. Houd je het voetpedaal langere tijd
ingedrukt, dan worden de programmanummers snel
opwaarts doorlopen.
Door beide voetpedalen gelijktijdig in te drukken,
wordt de TUNER/BYPASS-modus van de X V-AMP
geactiveerd. Om deze te deactiveren, voldoet een
druk op een van de voetpedalen. Meer informatie
over de TUNER vind je in Hoofdstuk 7 “TUNER”.
EXPRESSION-PEDAL. Het Expression-pedaal regelt o.a.
de Wah Wah. De toets onder het pedaal zet de Wah Wah in
dit geval aan en uit.
De functie PEDAL ASSIGN geeft de mogelijkheid, een
willekeurige functie aan het pedaal toe te wijzen (bijv.
volume, effectgehalte enz.). Zie ook onder
LINE OUT/PHONES. Bij de stereo LINE OUT/PHONESklinkeruitgang kun je het audiosignaal van de X V-AMP
aftakken. Je kunt hier een koptelefoon op aansluiten
X V-AMP met een mengpaneel verbinden.
MONO AMP OUT. Hier sluit je de ingang van je
gitaarversterker op aan. Het signaal wordt hier, anders
dan bij het LINE OUT/PHONES-signaal, met 20 dB minder
uitgegeven.
INSTRUMENT INPUT. Dit is de 6,3 mm-klinkeringang van
de X V-AMP, waar je je instrument op aansluit. Gebruik hier
een hoogwaardig 6,3 mm-monoklinkerkabel voor.
AC IN. Op de AC IN-aansluiting sluit je de meegeleverde
netvoeding aan. Wanneer de netvoeding op het net wordt
aangesloten, is je X V-AMP automatisch ingeschakeld.
Gedetailleerdere informatie over de stroomvoorziening vind
je in Hoofdstuk 9 “TECHNISCHE GEGEVENS”.
SERIENUMMER.
.
of je
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
5
X V-AMP
X V-AMP-
X V-AMP-
3. BEDRIJFSMODI (CONFIGURATIONS)
Een heel bijzondere eigenschap van de V-AMP-serie is de
mogelijkheid, zelf te kunnen bepalen, welke signaalgedeelten
voor de eigen behoeften naar de uitgangen dienen te worden
De Input Gain (ingangsgevoeligheid) kan met behulp van
ADJUST + TAP worden aangepast, om het apparaat globaal aan
instrumenten met verschillende uitgangsniveau’s aan te passen.
Daarbij geldt een hogere instelling voor zachte en een lage instelling
voor harde instrumenten.
gestuurd. Om je apparaat optimaal aan verschillende studio- en
live-situaties aan te passen, kun je uit 9 bedrijfsmodi
(CONFIGURATIONS) kiezen. Deze bedrijfsmodi bepalen
onafhankelijk van de in de Presets opgeslagen instellingen, waar
het desbetreffende signaal voor de Line- en koptelefoonuitgangen vandaan komt.
3.1 Een bedrijfsmodus selecteren in
de CONFIGURATION-modus
Als je tegelijk op NOISE GATE en COMPRESSOR
drukt, activeer, c.q. deactiveer je de CONFIGURATION-modus.
De toets-LED’s knipperen, tot het CONFIGURATION-menu weer
wordt verlaten.
Het selecteren van de verschillende modi in de CONFIGURATION-modus geschiedt door middel van de toetsen NOISE G.
en COMPR. . Een tabel met de verschillende modi vind je
CONFIGURATIE
PHONES
(met alle luid-
sprekeren Amp-
simulaties)
AMP + FX
(zonder luid-
spreker-
simulaties)
nur FX
(zonder luid-
spreker-
en Amp-
simulaties)
FLAT:
P1
LOUDNESS:
P2
PRESENCE:
P3
verlaging van de bassen
FLAT:
A1
LOUDNESS:
A2
PRESENCE:
A3
verlaging van de bassen
FLAT:
F1
LOUDNESS:
F2
PRESENCE:
F3
verlaging van de bassen
CONFIGURATION
Neutrale EQ
Versterking van bassen en hoge to nen
Naar voren halen van hoge middentonen,
Neutrale EQ
Versterking van bassen en hoge to nen
Naar voren halen van hoge middentonen,
Neutrale EQ
Versterking van bassen en hoge to nen
Naar voren halen van hoge middentonen,
Tab. 3.1: Bedrijfsmodi (CONFIGURATIONS)
hieronder.
De geluidssterkte (VOLUME) is globaal met behulp van de
ADJUST-regeling in te stellen.
3.2 Voorbeelden van toepassingen
Ons voorbeeld toont twee typische mogelijke toepassingen van de X V-AMP: Het aansluiten op een gitaarversterker (BEHRINGER
V-TONE GMX212), met de bedrijfsmodi A1-F3 (zonder luidsprekersimulatie). De V-TONE GMX212 beschikt over een stereo Auxingang, veel andere Amps hebben echter alleen een mono instrument-ingang. Voor sessies binnen je eigen vier muren sluit je het
best een goede koptelefoon aan op de LINE OUT/PHONES-bus.
Afb. 3.1: Voorbeeld van een toepassing
6
3. BEDRIJFSMODI (CONFIGURATIONS)
X V-AMP
4. PRESETS
Je X V-AMP beschikt over 100 overschrijfbare Presets
(00 - 99). Elke preset bestaat uit maximaal 7 “ingrediënten”:
de simulatie van een versterker,
de luidsprekersimulatie,
de Pre Amp-effecten (Noise Gate, Compressor, Wah Wah),
de afstembare Presence- en Bass-equalizers,
een modulatie-effect (bijv. Phaser, Chorus enz.),
een Delay-effect en
een galmeffect (Reverb).
Als de STORE-toets oplicht, wordt aangegeven, dat er een
Preset is veranderd, maar nog niet is opgeslagen. Als de STORELED uitgaat, is de in het display weergegeven, opgeslagen Preset
actief. Als de STORE-toets knippert (korte druk op STORE) kan
er met de UP/DOWN-voettoetsen (
programma-plaats worden geselecteerd, om de actuele
instellingen daar op te slaan. Opslaan doe je steeds door middel
van een lange druk (>2 sec.) op de STORE-toets.
Een fabrieks-Preset kan door het indrukken en ingedrukt
houden van TAP + STORE (>2 sec.) worden hersteld. De
fabrieks-instelling van alle Presets kan door het ingedrukt houden
van TAP + STORE (>2 sec.)
Als er een Preset wordt opgeroepen of de bewerking van een
Preset is afgesloten, geven de toets-LED’s de actieve blokken
weer.
bij het inschakelen worden hersteld.
& ) een andere
4.1 Het oproepen van presets
Na het inschakelen van het apparaat, wordt automatisch de
laatst gebruikte preset geladen.
4.2 Het bewerken van presets
Het bewerken van Presets gaat met de X V-AMP eenvoudig
en snel. Eén mogelijkheid zou bijvoorbeeld kunnen zijn, een preset
naar wens op te roepen, om deze naar eigen smaak te
veranderen. Selecteer een willekeurig Amp-model door aan de
FX/AMPS-regelknop te draaien.
De STORE-LED licht constant op en geeft aan, dat je de Preset
hebt veranderd. Wil je nu een modulatie-effect erbij doen, druk
dan op de MODUL.-toets en je kunt met de FX/AMPS-regeling
uit het FX-bereik selecteren. Druk om op te slaan circa 2 seconden
lang op de STORE-toets.
Bij bijna alle Delay- en modulatie-effecten is er een
tempo- of tijdparameter. Laten we aannemen, dat
je het betreffende effect aan het tempo van je Playback wilt aanpassen: Typ hiervoor twee keer in de
maat op de TAP-toets en het tempo van het effect
past zich vanzelf aan het tempo van je muziek aan.
4.3 Het opslaan van Presets
Als de STORE-toets knippert (korte druk op STORE) kan er met
de UP/DOWN-voettoetsen (
plaats worden geselecteerd, om de actuele instellingen daar op
te slaan. Opslaan doe je steeds door middel van een lange druk
(>2 sec.) op de STORE-toets.
4.4 Ongedaan maken van een bewerking/
herstellen van één enkele fabrieks-preset
Als je bij het bewerken zonder op te slaan een nieuwe Preset
oproept, gaan de veranderingen verloren.
Een fabrieks-Preset kan door het indrukken en ingedrukt
houden van TAP + STORE (>2 sec.) worden hersteld.
& ) een andere programma-
4.5 Herstellen van alle fabrieks-Presets
De fabrieks-instelling van alle Presets kan door het ingedrukt
houden van TAP + STORE (>2 sec.)
hersteld.
bij het inschakelen worden
5. AMP-/SPEAKER-SIMULATIE
Het hart van de V-AMP-sound bestaat uit de vele eerste klas
Amp-/Speaker-simulaties. De X V-AMP stelt u in staat, heel
eenvoudig wereldbekende gitaarversterkertypes te kiezen. Het
maakt niet uit of je voor Brit Pop, Blues, Heavy Metal of iets
anders kiest. Bovendien heb je de mogelijkheid, het geluid van
het betreffende versterkertype geheel naar eigen wens vorm te
geven. Ten slotte zou je ook nog een digitaal effect en een
galmtype voor je virtuele Amp kunnen selecteren (zie ook
Hoofdstuk 6 “EFFECTPROCESSOR”).
Als je de X V-AMP inschakelt, wordt automatisch de laatst
opgeroepen Preset geladen. De LED-krans van de FX/AMPSregelknop geeft weer, welk versterkertype is gekozen: De
desbetreffende LED licht op. Door aan de knop te draaien
selecteert u een andere Amp.
Om een beter overzicht over de uitgebreide Amp-simulaties
van je apparaat te krijgen, vind je er hier de beschrijvingen van.
CLASSIC CLEAN: In de jaren tachtig was de Roland JC-120
de favoriet van Buzzy Feiten (gitarist van de Dave Weckl Band).
Opvallend kenmerk van dit transistorversterker-geluid is de
helderheid, die in elke Mix doorklinkt. Hij is ook bijzonder geschikt
voor de weer actuele New Wave-sound van de jaren tachtig.
Bovendien was hij erg populair bij Fender Rhodes-pianisten.
V-AMP CRUNCH: Deze versterker is uitstekend geschikt voor
moderne Blues of Jazz: Het geluid is niet braaf, maar ook niet te
opdringerig, crunchy dus.
BRITISH PLEXI: De naar het voorbeeld van een 59-er Marshall
Plexi van 100 Watt ontwikkelde versterker is o.a. prima geschikt
voor cleane Sounds. De Amp werd bespeeld door Jimi Hendrix,
Eric Clapton en Jeff Beck.
BRIT CLASS A: Ontwikkeld naar het voorbeeld van de Vox
AC 30. De oorsprong van deze versterker ligt in de zestiger
jaren. Toendertijd vroegen de gitaristen om meer helderheid in
hun versterkers, hetgeen de fabrikant van de Vox Amps door de
“revolutionaire” toevoeging van Bass- en Treble-regelingen
realiseerde. Brian May en de gitarist van U2 “The Edge” zijn de
bekendste gebruikers van dit geluid.
BRIT HI GAIN: Dit model is te vergelijken met een Marshall JCM
800. Hoewel het origineel vooral met vervormd geluid berucht is
geworden, klinkt deze versterker ook bij lage Gain-instellingen
erg aardig: Je krijgt er hele goede Steve Ray Vaughn- en Michael
Landau-sounds mee. Vervormt is hij geschikt voor oude Gary
Moore-sounds, maar ook voor Heavy Metal.
SAVAGE BEAST: Het merk Engl staat bekend om zijn
versterkers met een sterk doordringend vermogen. Vooral de
Savage 120 heeft al erg veel gitaristen weten te charmeren: Al
enige tijd is Ritchie Blackmore Top-Endorser van dit Duitse merk,
en Randy Handson, de beste Hendrix sinds Jimi, zweert ook op
deze versterker. De Savage overtuigd door zijn extreme kracht
en valt vooral bij de Heavy Metal scene in de smaak. Silent Force/
Sinner-gitarist Alex Beyrodt is sinds jaren een bekende Engl
gebruiker. Met dit versterkertype wordt je zeker gehoord!
NUMETAL GAIN: Voorbeeld voor dit Amp-model was een
Mesa Boogie Dual Rectifier Trem-O-Verb van 1994. Hij is te
herkennen aan een modern, High Gain georiënteerd geluid, dat
binnen een band goed te horen is.
MODERN GAIN: Ook hier werkt de klankregeling na de
vervorming en geeft het extreem overstuurde geluidkarakter zo
meer doordringend vermogen. Het geluid van de MODERN GAIN
is ideaal voor Grunge-gitaristen, maar wordt ook door gitaristen
als Steve Vai en Joe Satriani gebruikt. De Soldano-sound is
bekend geworden door Steve Lukather, Nuno Bettencourt, Steve
5. AMP-/SPEAKER-SIMULATIE
7
X V-AMP
Vai e. a. Bij het gebruik van een Gibson Les Paul klinkt de MODERN
GAIN het beste als je de volume-regeling op de gitaar iets lager
zet.
BLACK TWIN: Een Fender Blackface Twin uit het jaar 1965
was het voorbeeld voor deze simulatie. In de zestiger jaren
werd deze versterker in de Jazz, bij Country-muziek en zelfs
door Rock-gitaristen gebruikt. Het speciale eraan was, dat hij
harder was dan gebruikelijk en daarom vooral live werd toegepast.
De clou: De Blackface Twin kon weliswaar ongelofelijk hard
gaan, de vervorming bij het harder zetten van het volume was
daarbij echter relatief gering.
ULTIMATE GAIN: Van clean tot brute Hi-Gain-Sound – deze
“oude knar” dekt het hele bereik. De ULTIMATE GAIN is in feite
een opgevoerde Rectifier-Amp.
TWEED COMBO: Het “lievelingsgeluid” van Jeff Beck ten tijde
van de LP’s Blow by Blow en Wired. Een versterker, die eigenlijk
helemaal niet voor vervormde klanken bedoeld was, zich
vanwege zijn geringe prestaties echter voor meedogenloos
oversturen leent.
TWEED BASS: Deze virtuele versterker oriënteert zich naar
de Fender Bassman 4 x 10 Combo. Deze was weliswaar
oorspronkelijk als basversterker bedoeld, maar werd door zijn
kenmerkende vervorming al snel door Blues-gitaristen als Steve
Ray Vaughan of Billy Gibbons ontdekt. Zoals te verwachten
valt, beschikt hij over voldoende druk in het basbereik, maar
heeft toch nog genoeg ruimte over in het middelste en bovenste
gebied.
SCREAMER: De Ibanez Tube Screamer TS808 is sinds het
begin van de jaren tachtig op de markt en heeft tegenwoordig
een behoorlijke cultstatus. Hij heeft de naam van klassiek
Overdrive-/Treblebooster-voetpedaal en maakt romige
Leadsounds, ook al geeft het apparaat zelf maar een heel
bescheiden vervorming. Het geheim zit hem in het feit dat het,
beter dan andere voetpedalen, geschikt is het laatste restje uit
de erop aangesloten versterkingsapparatuur te halen. Gebruik
je de X V-AMP voor een goede buisversterker (bijv. de
BEHRINGER AC112), dan kun je met deze simulatie het effect
van de Tube Screamer authentiek reproduceren – en zonder er
veel geld voor uit te hoeven geven.
EL RATON: “The Rat” van ProCo was weliswaar ook een
vervormpedaal, net als de Tube Screamer, en komt ook uit
dezelfde tijd, maar het basisgeluid en de toepassing zijn heel erg
verschillend. Terwijl bij de Tube Screamer de vervormingen met
behulp van de versterkers werden geproduceerd, kwam bij “The
Rat” alles uit het pedaal zelf. Met de “The Rat”-simulatie van de
X V-AMP heb je de vroege 80-er jaren Metal-sounds als het
ware voor het oprapen.
AMP BYPASS: Bij deze instelling wordt er geen Amp-simulatie
geselecteerd. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk over een externe
gitaar-voorversterker te spelen en alleen de effecten te gebruiken.
ACOUSTIC: Hier wordt een met een dynamische microfoon
opgenomen gitaar met stalen snaren gesimuleerd. Terwijl piëzoelementen de neiging hebben, vooral de aanslag zeer hard te
laten klinken, klinkt de opname per microfoon veel evenwichtiger.
Natuurlijk vervalt hier het voor de opname van akoestische
instrumenten per microfoon typische gevaar voor terugkoppelingen.
Engl™, Fender™, Gibson™, Ibanez™, Marshall™, Mesa Boogie™, Roland™, Soldano™, Vox™,
ProCo™, Tube Screamer™, The Rat™ en de namen van muzikanten en muziekgroepen zijn
geregistreerde merknamen van de desbetreffende eigenaars en hebben geen enkele connectie
met BEHRINGER. Het noemen van deze merknamen dient hier uitsluitend ter omschrijving van de
in de X V-AMP geproduceerde klanken en effecten.
6. EFFECTPROCESSOR
Een bijzonder kenmerk van de X V-AMP is de geïntegreerde
multi-effectprocessor. Deze effectmodule geeft je de beschikking
over 16 verschillende eerste klas effecten, zoals bijv. Chorus,
Flanger, Delay en Auto Wah, die je bovendien onderling willekeurig
kunt combineren. Uit elk van de effectblokken Modulation, Delay
en Reverb kun je een effect naar smaak kiezen.
De multi-effectprocessor werkt standaard in stereo.
Zo ben je in staat, de stereo-effecten voor opnamedoeleinden via de LINE OUT van de X V-AMP te
gebruiken of met een tweede versterker in stereo
te spelen.
Om door snelheid bepaalde effecten aan het tempo
van de muziek aan te passen, typ je in de maat van
de muziek ten minste twee keer op de TAP-toets.
6.1 Beschrijving van de effecten
Hier vind je korte omschrijvingen van de beschikbare effecten.
6.1.1 Galm- en delay-algorithmes
De Delay-effecten kunnen volgens drie parameters worden
veranderd:
- Door aan de ADJUST-regelknop te draaien (effectaandeel/mix)
- door bij ingedrukt gehouden TAP-toets te draaien (nagalm/
feedback), en
- door in de maat van de muziek op TAP te drukken (afstand van
de Echo/Delay Time).
STEREO DELAY: Een vertraging van het ingangssignaal.
Verschillende tempo’s zorgen voor een rijke schakering
vertragingseffecten. Experimenteer van korte tot extreem lange
vertragingen.
LONG ECHO: Het speciale aan dit Delay-effect is, dat het
herhalingsinterval van de echo’s de helft langer is dan de tussen
twee TAP-toetsaanslagen gemeten tijd. Hiermee kun je een
veelgebruikt echo-effect heel eenvoudig reproduceren: typ en
speel je bijvoorbeeld in kwartnoten, dan hoor je de echo’s 3
achtste tellen later. Hoe zo iets kan klinken, laat met name de
gitarist van U2 “The Edge” op indrukwekkende wijze zien.
SLAP ECHO: Een Delay met bijzonder kort herhalingsinterval.
De X V-AMP stelt de helft van de tijd die tussen twee TAPtoetsaanslagen wordt gemeten, in als echo-afstand. De echo
wordt twee keer zo snel.
PING PONG: Een Delay-effect met wisselende stereo-plaatsing.
6.1.2 Modulatie-effecten
Als de modulatie-effecten ter bewerking zijn geselecteerd (de
toets-LED knippert), dan kun je deze met ten hoogste vier
parameters veranderen:
- Door aan de ADJUST-regelknop te draaien (intensiteit van het
effect),
- door bij ingedrukt gehouden TAP-toets te draaien (tweede
parameter, zie de desbetreffende effectbeschrijving),
- door bij ingedrukte TAP
parameter) kan er een ander effectmodel worden geselecteerd
(1 - 4), en
- door in de maat van de muziek op de TAP-toets te tippen (snelheid
van de modulatie/Speed).
PHASER: De Phaser werkt volgens het principe, waarbij
faseverschoven kopiën aan de klank worden toegevoegd en de
fasestand wordt gemoduleerd. Het materiaal lijkt zo compacter
en vooral levendiger. Dit effect is al sinds tientallen jaren populair,
omdat het voor decente maar ook dramatische effecten kan
zorgen en het zich voor praktisch alle instrumenten leent. Twee
door ons gesimuleerde klassiekers voor dit effect zijn de viertraps
MXR Phase 90 (1) en de 12-traps Boss PH2 (4). Bovendien heeft
de X V-AMP nog twee zeldzamere varianten van een 8-traps (2)
en een 10-traps (3) Phaser te bieden.
De tweede parameter regelt de resonantie, de derde parameter
selecteert het Phaser-model (1 - 4).
en MODUL.-toetsen te draaien (derde
8
6. EFFECTPROCESSOR
X V-AMP
PITCH BEND: Het Digitech Whammy-pedaal en de PS5 Super
Shifter van Boss zijn twee extreem populaire effecten, die een
ten opzichte van het ingangssignaal verstemd effectsignaal
produceren. In de modellen (1 - 4) hebben we hier de beste van
gesimuleerd.
Met de Adjust regeling bepaal je de hoeveelheid effect.
De PS-5 Shifter (1) zorgt voor een vast interval van meerdere
halve tonen ten opzichte van het ingangssignaal. Bij de T-Arm
Simulation (2) wordt dit interval alleen dan actief, als pedaaltoets
wordt ingedrukt. De snelheid waarmee het interval wordt
bereikt, wordt door middel van de TAP-toets bepaald.
Bij het Wahmmy-effect (3) is de verstemming afhankelijk van
de positie van het pedaal (pedaal boven = originele toonhoogte,
pedaal beneden = met parameter 2 ingesteld interval).
Het Detune-effect (4) zorgt anders dan de Pitch Shifter voor
een licht verstemmingsinterval van een fractie van een halve
toon en klinkt ongeveer zoals een “staande” Chorus.
De tweede parameter regelt de verstemming:
- voor de modellen 1 tot 3 (-12/-7/-5/-3/+3/+4/+5/+7/+12 halve
tonen),
- voor model 4 (-20 tot +20 % van een halve toon).
De derde parameter selecteert tussen de verschillende
effectmodellen: Pitch Shift (1), T-Arm (2), de Whammy (3) en de
Detune (4).
Aangezien de Pitch Bend-effecten 2 en 3 met het
Expressionpedaal worden bediend, is dit tijdelijk
niet voor andere functies beschikbaar, zoals bijv.
Wah Wah. In dit geval licht de Pedal Assign EffectLED.
TREMOLO: De simulatie van de klassieke Fender DeLuxe-
tremolo, van een Vox AC 15-tremolo en een Gate-tremolo. Sinds
de Trip Hop is dit effect van volume-modulatie weer helemaal in.
De tweede parameter regelt in hoeverre de modulatiesnelheid
volume afhankelijk is: Hard ingangssignaal = snellere modulatie,
zacht ingangssignaal = langzamere modulatie.
De derde parameter geeft de mogelijkheid tussen de
verschillende types tremolo, Fender (1), Vox (2), Gate (3) en
Panning (4), om te schakelen.
ROTARY: Dé simulatie van het klassieke orgeleffect, dat
normaal met een ontzettend zware kast met langzaam of snel
ronddraaiende luidsprekers wordt gecreëerd. Men benut hierbij
een natuurkundige superpositie van het dopplereffect (frequentiemodulatie) in combinatie met een amplitudemodulatie van het
signaal.
De tweede en derde parameters regelen de klank van de
modulatie.
FLANGER: De Engelse uitdrukking “Flange” betekent
“geluidsbandspoel”. Oorspronkelijk werd het Flanger-effect met
twee geluidsbandmachines gemaakt die synchroon liepen. Op
beide machines werden dezelfde signalen opgenomen (bijv. een
gitaarsolo). Als er dan een vinger op de linker spoel van één van
de machines wordt gelegd, zorgt dit voor het afremmen van de
spoel en zodoende van de afspeelsnelheid. Uitstekende
vertegenwoordigers van dit soort effect zijn bijv. de Ultra Flanger
van de BF-3 van Boss (1), de klassieke BF-2 (2) en de Flangers
van MXR (3) en A/DA (4).
De tweede parameter regelt de resonantie, dus de
terugkoppeling van het effect naar de ingang, de derde parameter
selecteert het model Flanger (1 - 4).
CHORUS: Dit effect voegt een lichte verstemming aan het
originele signaal toe. Zo ontstaat in combinatie met een
toonhoogtevariatie een aangenaam zwevend effect. Eén van
de meest uitgebreide studio-choruseffecten was de Tri Stereo
Chorus, met 12 (!) stemmen die ten opzichte van elkaar worden
gemoduleerd en die de X V-AMP in twee variaties (1, 2) op
voorraad heeft. Twee andere klassiekers zijn de Boss Chorus
Ensemble CE-1 (3) en de Roland Dimension D (4).
De tweede parameter regelt de modulatiediepte (Depth), de
derde parameter selecteert het Chorus-model (1 - 4). Het
modulatietempo (Speed) kan via de TAP-toets worden bewerkt.
Hoge Depthverstemming (zeurende klank) van het signaal.
AUTO WAH: Vooral de amerikaanse jaren zeventig funk wist
goed van alle toepassingsmogelijkheden van de Wah Wah gebruik
te maken. In plaats van met de voet wordt de filterfrequentie van
de Auto Wah bij ons effect afhankelijk van de signaalsterkte
automatisch gestuurd en lijkt zodoende op de EHX MuTron III in
de Up-stand.
De tweede parameter bepaalt hoe snel het filter wordt
verschoven; de derde selecteert het effectbereik (1 - 4).
P-FUNK’N: Dit omgekeerde Auto Wah-effect simuleert de
legendarische MuTron III. Degene die het meest bekend is
geworden met dit effect is denkelijk Bootsy Collins. De MuTron III
beschikte over een up/down-schakelaar. Hier lijkt het effect op
de MuTron in de down-stand.
De tweede parameter bepaalt hoe snel het filter wordt
verschoven, de derde selecteert het effectbereik (1 - 4).
en Speed-waardes geven een duidelijke
6.1.3 Speciale effecten
WAH WAH: De legendarische Wah Wah is vooral door Jimi
Hendrix beroemd geworden. Dit effect uit te leggen is beslist
ingewikkelder, dan eenvoudig Hendrix’ Voodoo Chile eens te
beluisteren.
De Wah Wah is niet beschikbaar als Auto Wah, P-
Funk’n of Pitch Bend worden gebruikt.
COMPRESSOR: Onze simulatie is gebaseerd op de bekende
MXR Dyna Comp. Een compressor begrenst de dynamiekomvang
van de muziek doordat er een verlaging van het niveau plaatsvindt
zodra er een bepaalde drempelwaarde (Threshold) wordt
overschreden. Met de compressor kunnen ook sterke en
creatieve klankeffecten worden bereikt. De activiteit van de
compressor wordt door middel van de ADJUST-regeling bepaald
en maakt een schijnbare verlenging van de wegstervende toon
mogelijk (Sustain). Als de ADJUST-knop helemaal naar links
gedraaid is, staat de compressor uit.
De tweede parameter (Attack) bepaalt, hoe lang de compressor
nodig heeft tot hij op het overschrijden van de drempelwaarde
reageert. Een kort ingestelde Attack-tijd betekent, dat de
compressor bijzonder vroeg reageert en al de aanslag van de
toon comprimeert.
NOISE GATE: De Noise Gate wordt gebruikt om ruis of andere
stoorgeluiden te verwijderen c.q. te reduceren. Vooral het
gitaarsignaal is bijzonder gevoelig voor storende geluiden. Ten
eerste wordt er vaak met hoge Gain-instellingen gewerkt en ten
tweede kunnen de elementen van de gitaar ongewenste
bijgeluiden versterken.
Vooral bij pauzes in het spel wordt duidelijk, wat er zoal voor
onaangename geluiden kunnen optreden. Hoe werkt een Noise
Gate? Bij pauzes in het spel wordt het signaal eenvoudig
stilgezet. Daarmee verdwijnt natuurlijk ook gelijk de ruis.
Het punt waarop het Noise Gate actief wordt, bepaal je met de
ADJUST-regeling. Zodoende kun je voor een meer of minder
sterke onderdrukking van bijgeluiden kiezen. Als de ADJUSTknop helemaal naar links gedraaid is, staat het Noise Gate uit.
De tweede parameter (Release) bepaalt de tijd die het Noise
Gate open blijft staan, nadat de waarde onder de drempel
gekomen is. Een korte release tijd betekent dat het Noise Gate
het signaal eventueel nog tijdens het wegsterven afkapt.
6. EFFECTPROCESSOR
9
X V-AMP
6.2 Reverb
De Reverb hoort bij de galmeffecten. Galm is nog altijd het
belangrijkste effect in een eindmix of bij een live-evenement.
BEHRINGER heeft je vier verschillende galmprogramma’s te
bieden, zodat je in elke situatie over de passende Reverb kunt
beschikken:
Ambience: korte ruimte-simulatie zonder nagalm.
Cathedral: een lange, rijke galm zoals in een kathedraal.
Spring: de typische klank van een klassiek galmveersysteem.
Reverb: universele, warme galm van een concertzaal.
ADJUST regelt de hoeveelheid galm, de tweede parameter
bepaalt de wegsterftijd (Decay) van de galm.
A/DA™, Boss™, DyTronics™, Electro Harmonix™ (EHX), MXR™, Digitech™, Vox™ en de
namen van muzikanten en muziekgroepen zijn geregistreerde merknamen van de desbetreffende
eigenaars en hebben geen enkele connectie met BEHRINGER. Het noemen van deze merk- en
productnamen dient hier uitsluitend ter omschrijving van de in de X V-AMP geproduceerde klanken
en effecten.
7. TUNER
Het geïntegreerde stemapparaat wordt door gelijktijdig indrukken
van de beide voettoetsen aan- en uitgezet. De X V-AMP wordt
hierdoor in de Bypass-mdus gezet. Met de ADJUST-regeling kan
het Bypass-volume (VOLUME) worden ingesteld.
de TAP-toets los te laten. Je aanpassing wordt automatisch
opgeslagen. De ideale tonen voor de overige snaren van je gitaar
richten zich automatisch naar de nieuw ingestelde referentietoon.
8. INSTALLATIE
8.1 Audioverbindingen
De ingang van de BEHRINGER X V-AMP bestaat uit 6,3 mmklinkerbussen. De Line Out/koptelefoonuitgang is een stereoklinkerbus. De Line out kan naar wens met symmetrische of
asymmetrische klinkerstekkers worden verbonden.
7.1 Stemmen van de gitaar
De auto-chromatische Tuner is in staat de frequentie van de
gespeelde tonen te herkennen. Voor de A-snaar is dit een
frequentie van 110 Hz. Als je gitaar met de X V-AMP verbonden
is en je slaat een lege snaar aan, probeert de Tuner deze toon te
herkennen en geeft deze in het display weer. Omdat de Tuner
auto-chromatisch werkt, kunnen er ook halve tonen worden
herkend. Deze worden met een “b” in het display weergegeven.
Nu kan het gebeuren, dat een gespeelde toon die in het display
bijv. met “a” wordt weergegeven, toch iets van de ideale toon
afwijkt. Dit wordt weergegeven door het oplichten van minimaal
één van de vier pijl-LED’s aan de onderste rand van het display.
In speciale gevallen kunnen er ook twee LED’s oplichten, en wel
altijd dan, wanneer de gespeelde toon tussen de door de aparte
LED’s weergegeven afwijking ligt. Wanneer de ronde middelste
Tuner-LED oplicht, komt de gespeelde toon overeen met de in het
display aangegeven toon.
7.2 Instellen van de referentietoon “a”
Om je alle vrijheid bij het stemmen van je gitaar te geven, heb je
de mogelijkheid, de voorinstelling van de referentietoon “a” te
veranderen. Om dit uit te leggen, het volgende verhaal:
De zogenaamde “kamertoon a” is sinds de eerste meting tot
heden steeds hoger geworden. De stemvorken van Bach, Händel
of Mozart zaten op 415, 420 of 421 Hz (trillingen per seconde).
Tegenwoordig stemmen de orkesten “a” met 444 Hz, en de
Berliner Philharmoniker bijvoorbeeld willen voorop lopen: hun
“kamertoon a” zit op 447 Hz.
De referentietoon “a” van de X V-AMP is vanuit de fabriek op
440 Hz ingesteld. Laten we aannemen, je wilt met een groot
orkest samenspelen waar de “kamertoon a” op 444 Hz wordt
gestemd. Dan moet je een functie bij de hand hebben, waarmee
je de referentietoon “a” kunt veranderen. Deze functie activeert
je op de volgende wijze: Zet de Tuner door het tegelijk indrukken
van beide voettoetsen aan en ga dan door het ingedrukt houden
van de TAP-toets naar de kalibrering: In het display verschijnt
“40”, hetgeen voor 440 Hz staat. Met de ADJUST-regelknop kan
de referentietoon “a” nu met tot 15 Hz naar onder of naar boven
worden bijgesteld. In het display worden steeds de laatste twee
cijfers van de basistoon weergegeven, aangezien het eerste
cijfer altijd 4 is (“44” = 444 Hz enz.). Verlaat de kalibrering door
64/128-voudig Oversampling
Dynamiek A/Dca. 100 dB @ Preamp Bypass
Dynamiek D/Aca. 95 dB
Aftastsnelheid31,250 kHz
D SP100 Mips
Delay Timemax. 1960 ms stereo
Signaallooptijd
(Line In >> Line Out)ca. 5 ms
X V-AMP
DISPLAY
Typetweedelige 7-segments-LED-weergave
STROOMVOORZIENING
NetspanningUSA/Canada120 V~, 60 Hz
Netbelastingmax. 7 W
NetaansluitingStandaard-apparaataansluiting
AFMETINGEN/GEWICHT
Afmetingen (H x B x D) ca. 70 mm (2 3/4") x 235 mm (9 1/4")
Gewichtca. 0,75 kg
Transportgewichtca. 1,75 kg
U.K./Australië 240 V~, 50 Hz
China/Korea220 V~, 50 Hz
Europa230 V~, 50 Hz
Japan100 V~, 50 - 60 Hz
x 175 mm (6 7/8")
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteit en voert eventuele verbeteringen
zonder voorafgaande aankondiging door. Technische data en uiterlijke kenmerken kunnen
daarom van de genoemde specificaties of van de afbeeldingen van het product afwijken.
9. TECHNISCHE GEGEVENS
11
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.