LET OP:Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van
het achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar
voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen
te onderhouden onderdelen; reparaties dienen door
bevoegde personen uitgevoerd te worden.
WAARSCHUWING:
Om het risico op brand of elektrische schokken te
beperken, dient u te voorkomen dat dit apparaat
wordt blootgesteld aan regen en vocht. Het
apparaat mag niet worden blootgesteld aan
neerdruppelend of opspattend water en er mogen
geen met water gevulde voorwerpen – zoals een
vaas – op het apparaat worden gezet.
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde
gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig
is – deze spanning is voldoende om gevaar voor
elektrische schok op te leveren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedieningsen onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende
documenten. Wij vragen u dringend de handleiding
te lezen.
12) Wanneer de stekker van het hoofdnetwerk of een
apparaatstopcontact de functionele eenheid voor het
uitschakelen is, dient deze altijd toegankelijk te zijn.
13) Gebruik uitsluitend door de producent gespecificeerd toebehoren c.q. onderdelen.
14) Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met
de wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die
door de producent is aangegeven, of die in combinatie
met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een
wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van
de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te
voorkomen.
15) Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
16) Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig
en bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerkzaamheden zijn nodig als het toestel op enige wijze
beschadigd is geraakt, bijvoorbeeld als de
hoofdstroomkabel of -stekker is beschadigd, als er
vloeistof of voorwerpen in terecht zijn gekomen, als het
aan regen of vochtigheid heeft blootgestaan, niet normaal
functioneert of wanneer het is gevallen.
17) WAARSCHUWING – Deze onderhoudsinstructies zijn
uitsluitend bedoeld voor gekwalificeerd onderhoudspersoneel. Om het risico op elektrische schokken te
beperken, mag u geen andere onderhoudshandelingen
verrichten dan in de bedieningsinstructies vermeld staan,
tenzij u daarvoor gekwalificeerd bent.
1) Lees deze voorschriften.
2) Bewaar deze voorschriften.
3) Neem alle waarschuwingen in acht.
4) Volg alle voorschriften op.
5) Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6) Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7) Let erop geen van de ventilatie-openingen te
bedekken. Plaats en installeer het volgens de voorschriften van de fabrikant.
8) Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt
van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken
(ook versterkers) die warmte afgeven.
9) Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of
aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een
polarisatiestekker heeft twee bladen, waarvan er een
breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft
twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding.
Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor
uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw
stopcontact passen, laat het contact dan door een
elektricien vervangen.
10) Zorg ervoor dat er niet over de hoofdstroomleiding
gelopen kan worden en dat het niet wordt samengeknepen, vooral bij stekkers, verlengkabels en het punt
waar ze het apparaat verlaten.
11) Het toestel met altijd met een intacte aarddraad aan
het stroomnet aangesloten zijn.
Hartelijk gefeliciteerd! Met dit apparaat beschikt u over een
moderne Power Mixer, die nieuwe maatstaven zet. Van begin af
aan hebben wij ons tot doel gesteld, een revolutionair apparaat
te produceren, dat zich voor allerlei toepassingen leent. Het
resultaat: Een Power Mixer van de overtreffende trap met
overweldigende features zoals de omvangrijke aansluitings- en
uitbreidingsmogelijkheden.
Met de Power Mixer beschikt u over een revolutionair
COOLAUDIO-versterkertechnologie, die zowel in gewicht als in
afmetingen aanzienlijk verkleind is en over een extreem hoog
uitgangsvermogen beschikt. Tot de verdere voordelen tellen de
geïntegreerde Voice Canceller, waarmee zangpassages
probleemloos uit een Playback verwijderd wordt, de FBQ-functie
die feedback-frequenties opspoort en de Speaker Processingfunctie om luidsprekers aan te passen – en dit allemaal bij een
oplossing van 24 Bit en 40 kHz. Daarnaast bieden wij u onze
beproefde XENYX Mic Preamps voor een kristalheldere, ruis- en
vervormingvrije weergave bij microfoontoepassingen.
BEHRINGER is een onderneming uit de professionele
geluidsstudiotechniek branche. Al sinds vele jaren ontwikkelen
wij succesvol producten voor het studio- en live-gebeuren.
Daartoe behoren microfoons en allerlei soorten 19"-apparaten
(compressors, enhancers, noise gates, buiscompressors,
koptelefoonversterkers, digitale effectapparatuur, DI-boxen enz.),
monitor- en zaalluidsprekers evenals professioneel Live-en
Recordingmengpanelen. Uw Power Mixer omvat de som van
onze globale technische knowhow.
1.1 Voordat u begint
1.1.1 Levering
De Power Mixer is in de fabriek zorgvuldig verpakt om veilig
transport te waarborgen. Indien de verpakking toch beschadigingen vertoont, controleer het apparaat dan onmiddellijk
op externe schade.
Stuur het apparaat bij eventuele beschadigingen
NIET naar ons terug, maar neem onmiddellijk contact
op met de winkel en het transportbedrijf, omdat
anders uw aanspraak op schadevergoeding kan
vervallen.
Om een optimale bescherming van uw Power Mix
te garanderen raden wij u aan om tijdens gebruik
en voor vervoer een koffer te gebruiken.
Gebruik alstublieft altijd de originele doos om
schade bij opslag en verzending te vermijden.
Laat zonder toezicht geen kinderen met het
apparaat of verpakkingsmateriaal omgaan.
De verbinding met het lichtnet komt tot stand dmv de
meegeleverde voedingskabel met apparaataansluiting. De
aansluiting op het lichtnet voldoet aan de vereiste
veiligheidsvoorschriften.
Let er alstublieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in
geen geval de aarding van de apparaten, resp. de
voedingskabel, te verwijderen of onklaar te maken.
Om schade aan uw apparaat te vermijden mag u
- de luidsprekeruitgangen niet aarden,
- de luidsprekeruitgangen niet met elkaar
verbinden
- de luidsprekeruitgangen niet met die van andere
versterkers verbinden
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
In de buurt van sterke radiozenders en hoog-frequente bronnen
kan er een negatieve beïnvloeding van de geluidskwaliteit
ontstaan. Maak de afstand tussen zender en apparaat groter en
gebruik afgeschermde kabels voor alle aansluitingen.
1.1.3 On line-registratie
Registreer je BEHRINGER-apparaat na aankoop zo snel mogelijk
op onze website www.behringer.com (respectievelijk
www.behringer.nl) en lees de garantievoorwaarden aandachtig
door.
BEHRINGER geeft één jaar* garantie, gerekend vanaf de
aankoopdatum, op materiaal- en productiefouten. Je kunt de
garantievoorwaarden in het Nederlands op onze website onder
http://www.behringer.com nalezen of telefonisch onder +49 2154
9206 4131 opvragen.
Mocht je BEHRINGER-product defect raken, willen wij het zo
snel mogelijk repareren.
Neem in dat geval direct contact op met de BEHRINGERleverancier waar je het apparaat hebt gekocht. Als je BEHRINGERleverancier niet bij jou in de buurt is gevestigd, kun je óók direct
contact opnemen met één van onze vestigingen. Op de originele
verpakking van het apparaat vind je een lijst met de adressen van
onze BEHRINGER-vestigingen (Global Contact Information/
European Contact Information). Als er voor jouw land geen
contactadres vermeld is, kun je contact opnemen met de
dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje Support op onze website
www.behringer.com kun je de contactadressen ook vinden.
Als je apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons
geregistreerd is, wordt het afhandelen van je garantieaanspraken
aanmerkelijk eenvoudiger.
Bedankt voor je medewerking!
* Voor klanten binnen de Europese Unie kunnen er hiervoor andere bepalingen geldig zijn.
Verdere informatie is voor EU-klanten verkrijgbaar bij BEHRINGER Support Duitsland.
Neem alstublieft de milieuvoorschriften in acht bij
het weggooien van het verpakkingsmateriaal.
1.1.2 Installatie
Zorg voor voldoende luchttoevoer en zet uw EUROPOWER
niet in de buurt van een verwarming, om oververhitting van het
apparaat te voorkomen.
Doorgebrande zekeringen moeten onvoor-
waardelijk vervangen worden door zekeringen met
de correcte waarde! De correcte waarde vindt u in
hoofdstuk “TECHNISCHE GEGEVENS”.
1 INLEIDING
1.2 Het handboek
Dit handboek is zodanig gestructureerd dat u overzicht houdt
over de bedieningselementen en gelijktijdig uitgebreide informatie
over het desbetreffende gebruik krijgt. Opdat u de samenhang
snel doorziet, hebben we de bedieningselementen naar hun
desbetreffende functie in groepen samengevat. Met behulp van
de toegevoegde, genummerde afbeeldingen kunt u de
bedieningselementen gemakkelijk terug vinden. Indien u
gedetailleerde uitleg over een bepaald thema nodig heeft, bezoek
dan onze website op www.behringer.com.
LET OP!
We willen u er op wijzen dat hoge geluidsvolumes
uw gehoor en/of koptelefoon kunnen beschadigen.
Beweeg alle faders van de MAIN-sectie helemaal
naar beneden alvorens u het apparaat aan zet. Let
ten aller tijde op een aangemeten geluidssterkte.
3
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
2 BEDIENINGSELEMENTEN
In de volgende paragrafen worden alle functies van uw Power
Mixer gedetailleerd omschreven. Om een samenvattend overzicht
te krijgen neemt u het desbetreffende bijblad met de genummerde
afbeeldingen bij de hand.
2.1 Mono- en stereokanalen
Met de TRIM-regelaar stelt u het ingangsniveau in. Bij het
aansluiten of loskoppelen van een signaalbron op één van
de ingangen, dient deze regelaar altijd naar links omgedraaid
te zijn. De TRIM-regelaar dient zowel de microfooningang
als de LINE-ingang. De zwarte schaalverdeling geeft de
versterking voor de microfoons aan (+10 tot +60 dB bij
kanalen met XENYX MIC PREAMPS en 0 tot +40 dB bij de
gebruikelijke microfooningangen; alleen voor de PMP1000,
kanalen 5/6 en 7/8).
De “LINE”-schaal geeft de gevoeligheid van de Lineingang aan, die van +10 tot -40 dBu bedragen kan.
PMP1000: In de Mono-/Stereo-combinatiekanalen 5/6 en
7/8 bedraagt de gevoeligheid +20 tot -20 dBu.
De LEVEL SET-LED licht op zodra het optimale werkniveau
bereikt wordt.
Daarnaast beschikken de monokanalen van de Power Mixer
over een steile LOW CUT-filter, waarmee u ongewenst
lage frequentie-signaalaandelen, zoals bijv, stappengalmgeluid kan verwijderen.
PMP3000/PMP5000 (stereokanalen): Door het indrukken
A/B-keuzeschakelaar kiest u tussen de 6,3-mmaansluitingen of de Cinch-bussen. In de positie “A” zijn de
klinkeraansluitingen en in de positie “B” zijn de Cinch-bussen
actief.
De HIGH-regelaar van de EQ-sectie controleert het
bovenste frequentiebereik van het respectievelijke kanaal.
Met de MID-regelaar kunt u het middenbereik verhogen of
verlagen.
PMP5000: Voor het middenbereik van de monokanalen bied
de PMP5000 u een extra semi-parametrische klankregeling,
regelbaar van 100 Hz tot 8 kHz. Met de MID-regelaar stelt u
de mate van verhoging/verlaging in en met de FREQ-
regelaar bepaalt u de frequentie.
De equalizer van de stereokanalen is natuurlijk in stereo
uitgevoerd. De scheidingsfrequenties van de hoge, de
hoogmidden-, de lage midden- en de lage band liggen bij
12 kHz, 3 kHz, 400 Hz en 80 Hz.
De LOW-regelaar maakt het verhogen of verlagen van de
basfrequenties mogelijk.
Met de MON-regelaar kunt u het geluidsaandeel van het
kanaal in de monitormix bepalen.
De PMP3000 en de PMP5000 beschikken bovendien over
een tweede MON-regelaar (MON 2), waarmee het
geluidsaandeel van de tweede monitorroute geregeld kan
worden.
De FX-regelaar bepaalt het signaalniveau, dat van het
desbetreffende kanaal naar de geïntegreerde
effectprocessor wordt geleid en dat aan de FX SEND-bus
gevoed wordt (zie ).
De PMP5000 beschikt hiervoor over twee regelaars (FX 1
en FX 2), zodat u op deze wijze gelijktijdig twee effecten
kunt toepassen. Hiermee overeenstemmend beschikt het
apparaat over twee effect weergaveroutes, die over een
gecombineerde uitgangsbus uit gevoerd worden (zie
en ).
Let er op dat de effectprocessor niet te horen is,
zolang de FX TO MON/MAIN-regelaar , ,
linksom gedraaid is.
Met de PAN(ORAMA)-regelaar wordt de positie van het
kanaalsignaal in de Stereo-Main Mix bepaald.
De BAL(ANCE)-regelaar in de stereokanalen van het
apparaat is in zijn functie gelijk aan die van de PAN-regelaar
in de monokanalen. Deze regelaar bepaald het relatieve
aandeel tussen het linker en rechter ingangssignaal,
voordat beiden naar de Stereo-Main-uitgang word
doorgeleid.
PMP3000/PMP5000: Door het indrukken van de PFL-
schakelaar (Pre Fader Listening) wordt het ingangsniveau
voor de fader op de linker LED-weergave aangegeven.
Stel nu het optimale ingangsniveau (0 dB) met de TRIMregelaar in. Bij de activering van de PFL-functie licht
het resp. LED op.
Als de LEVEL SET LED langere tijd oplicht dan werkt u
op het optimale werkniveau,. Als echter de CLIP LED oplicht
dan is het ingangsniveau te hoog en dient u het met de
TRIM-regelaar iets te verlagen. De CLIP-LED mag niet
constant oplichten, maar dient uitsluitend bij niveaupieken
op te lichten.
Met de MUTE-schakelaar wordt het kanaal voor de Main
Mix naar stilte geschakeld. De Pre Fader-signalen
(monitorroute) blijven operationeel. Als de MUTE-schakelaar
wordt ingedrukt dan licht het desbetreffende controle LED.
De Kanaal-Fader bepaalt het uitgangssignaal in de Main
Mix.
2.1.1 Ingangssectie
Elk mono-ingangskanaal biedt u een symmetrische
microfooningang aan via de XLR-bus, waaraan met een
druk op de knop ook een +48 V fantoomvoeding voor het
gebruik van condensatormicrofoons geactiveerd kan
worden.
PMP1000: Daarnaast beschikken de kanalen 5/6 en 7/8 ook
nog over een symmetrische XLR-ingang voor microfoons
waarop indien noodzakelijk ook de +48 V fantoomvoeding
kan worden aangesloten.
Schakel het weergavesysteem naar stilte alvorens u de
fantoomvoeding inschakelt. Anders wordt er op uw
luisterbox een inschakelgeluid hoorbaar.
Elke Mono-ingang beschikt over een LINE IN-aansluiting
die als 6,3-mm-klinkerbus is uitgevoerd en waarop men
zowel symmetrisch als asymmetrisch stekkers kan
aansluiten.
Denk er altijd aan dat u alleen òf de microfoon- of de
Line-ingang van een kanaal gebruikt en nooit beiden
gelijktijdig mag gebruiken!
Bij het aansluiten van een Mono-Line-signaal op
een stereokanaal dient u altijd de linker ingang te
gebruiken. Zo wordt het monosignaal op beide
zijden weergegeven.
Dit geldt niet voor de Mono-/Stereo-combinatie-
kanalen 5/6 en 7/8 van de PMP1000.
4
2 BEDIENINGSELEMENTEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
INSERT I/O. Invoerpunten (Inserts) worden gebruikt, om
het signaal met behulp van dynamische processors of
equalizers te bewerken. Deze invoerpunten bevinden zich
voor de fader, de EQ en de MON/FX SENDs. In tegenstelling
tot een galmapparaat en andere effectapparaten, die
normaliter het droge signaal toevoegen, bewerken de
dynamische processors het somsignaal. In deze gevallen
is een Aux Send-route dus niet de juiste oplossing. In plaats
hiervan onderbreekt men de signaalroute en voegt men
een dynamische processor of een equalizer toe.
Vervolgens wordt het signaal op dezelfde plaats van het
mengpaneel teruggevoerd. Het signaal wordt alleen
onderbroken, wanneer er een bijbehorende stekker in de
bijbehorende bus is aangesloten (stereostekker; kop =
signaaluitgang, ring = ingang). Alle mono-ingangskanalen
zijn met inserts uitgerust.
De stereokanalen zijn uitgerust met een TRIM-regelaar
waarmee binnen een bereik van +20 tot -20 dB de
ingangsgevoeligheid kan worden ingesteld.
PMP1000: Daarnaast beschikken de stereokanalen 5/6 en
7/8 ieder ook nog over een XLR-aansluiting voor
microfoons. Hier is de voorversterking binnen een bereik
van 0 tot +40 dB voor microfoons regelbaar.
Ieder stereokanaal beschikt over twee Line niveau-ingangen
voor de aansluitingen van het linker en het rechter kanaal.
Als u uitsluitend de met “L” aangegeven bus gebruikt, werkt
het kanaal in mono. Het signaal verschijnt op beide zijden
als mono-signaal.
Dit geldt niet voor de Mono-/Stereo-combinatie-
kanalen 5/6 en 7/8 van de PMP1000.
De kanalen 13/14 alsook 15/16 gaan zonder verdere
geluids- of volumeregeling direct op de Main Mix.
Via de kanalen 13/14 en 15/16 zou men b.v. een
submixer kunnen aansluiten en de eindtrap van de
PMP1000 gebruiken.
PMP3000: De stereokanalen 9/10 en 11/12 zijn met extra
Cinch-bussen uitgerust.
PMP5000: De stereokanalen 13/14 en 15/16 zijn met extra
Cinch-bussen uitgerust.
PMP3000/PMP5000: Let erop dat u met de A/B-
keuzeschakelaar de aansluitoptie (klinker of
Cinch) moet bepalen, zodat u tot het gebruik van de
ingang kunt overgaan.
PMP3000/PMP5000: Beide stereokanalen beschikken ieder
over twee monitorregelaars (MON 1/2) en één LEVEL-
regelaar . Zoals dit ook het geval is bij de andere
kanalen, beschikken ook zij over een PFL-schakelaar.
In plaats van een fader beschikt de kanaalknop over een
LEVEL-draairegelaar.
Met de PHANTOM-schakelaar activeert u de fantoomvoeding voor de XLR-bussen van de ingangskanalen, die
voor het gebruik van condensatormicrofoons noodzakelijk
is. De +48 V-LED licht op wanneer de fantoomvoeding is
ingeschakeld. Het gebruik van dynamische microfoons blijft
in de regel mogelijk, voor zover zij over een symmetrische
aansluiting beschikken. Raadpleeg de fabrikant van de
microfoon bij twijfelgevallen!
Bij een ingeschakelde fantoomvoeding mogen
géén microfoons aan het mengpaneel (of de
Stagebox/Wallbox) worden aangesloten. Bovendien
dient u de Monitor-/PA-luidspreker op stilte
geschakeld te hebben alvorens u de fantoomvoeding in bedrijf neemt. Wacht na het inschakelen
ca. één minuut, alvorens de ingangsversterking in
te stellen, zodat het systeem tijd heeft om zich te
stabiliseren.
Opgelet! Gebruik in ieder geval géén asymmetrisch
bekabelde XLR-verbindingen (PIN 1 en 3 verbonden)
op de MIC-ingangsbussen, wanneer u de
fantoomvoeding wilt gebruiken.
Met de AMP MODE-schakelaar bepaalt u de bedrijfsmodus
waarin u de voorversterker van uw PMP wilt laten
functioneren:
PMP1000:
MAIN: In de “MAIN”-modus functioneert de mixer als
voorversterker.
MON: In deze modus is aan OUTPUT A het
monitorsignaal aangesloten en aan OUTPUT B
Main-signaal (beide mono) aangesloten.
BRIDGE (Mono-bridged-modus): In de BRIDGE AMP
MODE wordt het uitgangsvermogen van OUTPUT A en B
samengevoegd en alleen via de OUTPUT B weergegeven.
Dit resulteert in een dubbel vermogen.
PMP3000/PMP5000:
MAIN L/MAIN R. In de MAIN MIX functioneert de mixer als
een voorversterker.
MON 1/MONO. In deze modus is op OUTPUT A het monitor
1-signaal aangesloten en op OUTPUT B het Main-signaal
(beide mono) aangesloten.
BRIDGE (Mono-bridged-modus): In de BRIDGE AMP
MODE wordt het uitgangsvermogen van OUTPUT A en B
samengevoegd en alleen via de OUTPUT B weergegeven.
Dit resulteert in een dubbel vermogen.
Sluit in de BRIDGE-modus alleen een luidspreker
met een impedantie van minstens 8
OUTPUT B-bus aan! Let er op dat u bij het toepassen
van de BRIDGE-modus NOOIT de OUTPUT A mag
gebruiken!
Bij alle andere bedrijfsmodi mag de impedantie van
de aangesloten luidspreker niet minder dan 4
bedragen.
Houd er rekening mee dat het aan de luidspreker
afgegeven vermogen, dat zijn signaal in de BRIDGE
AMP MODE van de OUTPUT B-aansluiting krijgt,
aanzienlijk hoger is dan bij het gebruik van parallelle
luidsprekeruitgangen. Neem hiervoor de gegevens
aan de achterzijde van uw Power Mixers in acht.
Raadpleeg voor het correct aansluiten van de
luidsprekerkabels de aanwijzingen over de pinindeling op de achterzijde van het apparaat (zie
ook en).
PMP5000: Met de BEHRINGER SPEAKER PROCESSINGschakelaar activeert u de filterfunctie waarmee u de mixer
aan de technische karakteristiek van u luidspreker kunt
aanpassen. Mocht het gebeuren dat het lage
frequentiebereik in haar werking beperkt wordt, dan kunt u
met deze functie het desbetreffende frequentiebereik van
de uitgangssignalen van de mixer begrenzen. Zo wordt
het signaal optimaal aan de frequentiekarakteristiek van
uw boxen aangepast.
PMP1000/PMP5000: Als de STANDBY-schakelaar
ingedrukt is, zijn alle ingangskanalen naar stilte
overgeschakeld. Hiermee verhindert u dat tijdens
speelpauzes of ombouwpauzes storingsruis via de
microfoon op de PA-installatie terechtkomt, die in uiterste
gevallen zelfs de luidsprekermembranen beschadigen kan.
Het mooie hiervan is dat alle faders geopend blijven, zodat
u tegelijkertijd CD-muziek via de CD/TAPE IN-ingangen (zie
) kunt invoeren. De faders voor de in stilte geschakelde
kanalen kunnen tevens hun instelling behouden.
het
ΩΩ
Ω op de
ΩΩ
ΩΩ
Ω
ΩΩ
2 BEDIENINGSELEMENTEN
5
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
2.2 Equalizer en FBQ
Uw Power Mixer beschikt over één grafische 7-Band
Equalizer. Met behulp van de equalizer kunt u het geluid
aan de ruimtelijke omstandigheden aanpassen. In de stand
“0” wordt de frequentiekarakteristiek niet bewerkt. Om een
frequentiebereik te verhogen schuift u de fader naar boven
en om het bereik te verlagen schuift u de fader naar
beneden.
Houd er rekening mee dat het gedrag van de
equalizer van de stand van de AMP MODEschakelaar afhangt (zie ).
Als u de FBQ IN-schakelaar indrukt, wordt het FBQ
Feedback-erkenningsysteem geactiveerd
(FBQ is alleen actief als de equalizer
eerder is ingeschakeld). Frequenties, die
feedback oproepen, worden met behulp van
de fel oplichtende Fader-LED’s aangegeven.
Alle andere LED’s gaan uit. Verlaag nu simpelweg het
desbetreffende frequentiebereik, totdat de feedback niet
meer optreedt en de LED langzaam uit gaat. Uw Power
Mixer beschikt over deze functie voor de main- of de
monitor-mix.
PMP1000: De FBQ FEEDBACK DETECTION toets heeft
dezelfde functie als die bij de PMP3000 en PMP5000.
Met de MAIN/MON 1-schakelaar selecteert u of de
equalizer op de Main- of Monitor-Mix moet werken. De
stereo-equalizer bewerkt de Main-Mix, als de schakelaar
in de bovenste positie staat. De equalizer heeft dan géén
werking op de monitor-mix. Als de schakelaar ingedrukt
staat bewerkt de equalizer de monitor-mix, hierbij wordt de
Main-mix niet beïnvloed.
PMP1000: De MAIN MIX/MONITOR-schakelaar heeft
dezelfde functie als bij de PMP3000 en PMP5000.
Door het indrukken van de EQ IN-schakelaar activeert u
de equalizer. Is de equalizer ingeschakeld, dan lichten de
fader-LED’s op.
Met behulp van deze LED-weergave controleert u het
uitgangsniveau van het Main-signaal. De bovenste LIM-
LED licht op als de interne beschermingsschakelaar van
de versterker op een te hoog uitgangsniveau stuit.
PMP1000: Boven de LIM-LED’s bevinden zich de PHANTOMen de POWER-LED. De POWER LED licht op zodra het
apparaat wordt ingeschakeld.
De LIM-LED’s en de LED-weergave lichten NIET op
als een extern signaal over de PWR AMP INSERTbussen ingevoerd wordt.
Hier vind u een overzicht van alle presets van de multieffectprocessor.
De LED-niveauweergave van de effectmodule dient altijd
een voldoende hoog niveau aan te geven. Let u erop, dat
de Clip-LED alleen bij niveaupieken gaat branden. Wanneer
deze constant brandt dan bent u de effectprocessor aan
het oversturen enkunnen er onaangename vervormingen
optreden. De FX SEND-Fader (PMP1000) resp. FX/FX1/2-Fader (PMP3000/PMP5000) regelt hierbij het niveau dat
bij zowel de effectmodule als bij de FX SENDuitgangsbussen terechtkomt.
Het effect-display geeft altijd de geselecteerde preset aan.
PMP3000/PMP5000: FX1/2 IN. Door het indrukken van de
toets wordt de desbetreffende effectprocessor
ingeschakeld.
PMP1000/PMP3000: PROGRAM. Kies een effectalgoritme
uit door de regelaar te draaien (de presetnummer knippert).
Om het gekozen effect te selecteren drukt u kort op de
regelaar (PMP5000: FX 1/2 (PUSH)).
PMP1000: De effectprocessor kan niet in- en
uitgeschakeld worden en is zodoende altijd actief.
Om het effectaandeel voor MAIN- of MON-signaal te
regelen gebruikt u de desbetreffende regelaar (
en ).
PMP5000: De PMP5000 beschikt over twee aparte
effectprocessors. Beide effectprocessors kunnen
onafhankelijk van elkaar worden ingesteld. Met de FX1/2
IN-schakelaar activeert u één of beide processors .
PMP3000/PMP5000: Met de FX 1/2 TO MON 1-regelaar
bepaalt u het effectaandeel voor de multi-effectprocessor
aan de Monitor-Mix. Draait men de regelaar naar de
linkerkant dan wordt aan de Monitor-Mix géén
effectaandeel toegemengd.
PMP1000: De FX TO MON-regelaar heeft dezelfde functie
als die bij de PMP3000 en PMP5000.
Met de FX 1/2 TO MON 2-regelaar bepaalt u het
effectaandeel van de multi-effectprocessor voor de Monitor
2-Mix. Draait met de regelaar naar de linkerkant dan wordt
aan de Monitor 2-Mix géén effectaandeel toegemengd.
Met de FX 1/2 TO MAIN-regelaar bepaalt u het
effectaandeel van de multi-effectprocessor voor de MainMix. Draait men de regelaar naar de rechterkant dan wordt
aan de Main-Mix géén effectaandeel toegemengd.
PMP1000: De FX TO MAIN-regelaar heeft dezelfde functie
als die bij de PMP3000 en PMP5000.
2.3 Effectsectie
6
2 BEDIENINGSELEMENTEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
2.4 Main- en monitorsectie
Met de Surround-regelaar bepaalt u de intensiteit van het
effect. Hierbij gaat het om een ingebouwd
effect die een verbreding van de stereobasis
bewerkstelligt. Daardoor wordt de klank
aanzienlijk levendiger en transparanter.
Door het indrukken van de XPQ TO MAIN-toets wordt het
effect geactiveerd.
Door het indrukken van de AFL-schakelaar (After Fader
Listening) activeert u de solo-functie. Is voor een
desbetreffend kanaal in de Main-sectie de AFL-functie
geactiveerd dan hoort u alleen het signaal van dit kanaal.
De geluidssterkte kan met de fader worden veranderd. Het
activeren van de AFL-functie is van géén invloed op de
Main- of Monitor-Mix, voor zover u de faderpositie niet
verandert. Op deze wijze kunt u één of meerdere gekozen
signalen via de PHONS/CTRL-bus beluisteren. Is de
AFL geactiveerd, dan licht het bijbehorende controle LED
op.
De PMP1000 beschikt niet over de AFL-functie.
PMP1000: FX SEND-Fader.
PMP3000: FX- Fader.
PMP5000: FX 1/2-Fader.
Hierbij gaat het om de Master Send-Fader voor het
effectsignaal, dat enerzijds naar de effectprocessor en
anderzijds naar de FX SEND-uitgang wordt doorgeleid
(zie ook en ).
PMP1000: MON SEND-Fader.
PMP3000/PMP5000: MON1/2 -Fader.
Met de Faders kan de geluidssterkte van de Monitoruitgang
worden ingesteld (zie ook en ).
PMP1000: Bij de Main-Mix kan de totale geluidssterkte, die
aan de Main-uitgang wordt opgevangen, dmv de beide
faders worden geregeld.
PMP3000/PMP5000: De MAIN 1-Fader stuurt de totale
geluidssterkte van de EUROPOWER. Het Main-signaal kan
aan de MAIN 1-uitgang worden opgevangen (zie ook ).
PMP3000/PMP5000: Met de MONO-Fader wordt de monosom geregeld (zie hiervoor ook ).
PMP5000: Met de SUB FILTER, die op de mono-som
inwerkt, worden frequenties boven een bepaalde
gewenste instelling uitgefilterd. Zo kan aan de MONO OUTuitgang (zie ) bijvoorbeeld een actieve subwoofer
optimaal worden aangesloten. Om het filter te activeren
plaatst u de schakelaar in de “On” stand.
PMP5000: De SUB FREQ-regelaar bepaalt de
grensfrequentie waaronder de subwoofer werkt. De
instelling kan traploos binnen een bereik van 30 en 200 Hz
worden veranderd.
De PHONS/CTRL R-regelaar bepaalt de geluidssterkte
voor de koptelefoon of de regiekamer (zie ook ).
PMP3000/PMP5000: De MAIN 2-regelaar bepaalt de
geluidssterkte op de MAIN 2-uitgang (zie ook ). Hierbij
gaat het om hetzelfde Main-signaal als op de MAIN 1, maar
dan met eigen uitgangsbussen en een aparte regeling voor
de geluidssterkte.
PMP3000/PMP5000: Met de CD/TAPE IN-regelaar stelt u
de geluidssterkte van het op de CD/TAPE INPUT
ingevoerde Line-signaal in. Met de PFL-toets kunt u het
signaal voordat deze de regelaar bereikt beluisteren.
PMP1000: Met de CD/TAPE RET-Fader regelt u het op de
CD/TAPE INPUT ingevoerde Line-signaal. Met de
CD/TAPE MUTE-toets schakelt u het kanaal stil.
2.4.1 Aansluitsectie
De CD/TAPE INPUT-bussen (Cinch) maken het invoeren
van een extern stereosignaal mogelijk. Zo kunt u bijv. een
CD-speler, een Tape Deck of een andere Line-bronnen
aansluiten.
Door de VOICE CANCELLERS te activeren worden
zangspecifieke frequenties uit de CD/TAPE
INPUT-signaal gehaald. Deze functie is
bijvoorbeeld geschikt voor karaoketoepassingen, om zang uit een Song te filteren
en zelfs om mee te zingen.
Op de CD/TAPE OUTPUT wordt het Stereo-Main-signaal
van de Power Mixers ingevoerd, om bijv. het signaal met
een datarecorder op te nemen.
Als het CD/TAPE OUT-signaal met een opname-
apparaat verbonden is en het uitgangssignaal van
het opnameapparaat terug gevoerd wordt op de
CD/TAPE IN-ingang, kan bij het starten van de Recfunctie van het opnameapparaat feedback ontstaan.
Koppel daarom voor het opnemen de verbinding
met de CD/TAPE IN-ingang van uw Power Mixer los
of verlaag volledig het CD/TAPE-ingangssignaal!
Over de MAIN OUT-uitgangsbussen kunt u het Main-signaal
naar een externe versterker doorsturen. Dit is aan te
bevelen wanneer u bijv. alleen het mengpaneel- en
effectsectie van het apparaat wilt gebruiken. Het signaal
wordt voor de voorversterker van de Mixer opgevangen.
De beide grotere modellen beschikken over twee aparte
regelbare MAIN-uitgangen (MAIN 1/2).
Op de MON 1/2 SEND sluit u uw monitor-voorversterker
of actieve monitor-geluidssprekers aan, om met de MONregelaar de in de kanalen voortgebrachte signaalmix te
beluisteren, bijv om de signaalmix voor de musici op het
podium hoorbaar te maken.
De PMP serie bezit een POWER AMP INSERT-aansluiting,
die bedoeld is voor verschillende toepassingen. Ten eerste
kunt u hierdoor de versterkereindtrap van het apparaat
gebruiken, om het uitgangssignaal van een andere
voorversterker te versterken. Mogelijke toepassingen
zouden bijv. het aansluiten van een groter mengpaneel of
van de voorversterkeruitgang (line-niveau) van een
instrumentenversterker kunnen zijn. Voor deze toepassing
is een niet-symmetrische 6,3 mm jack-kabel (mono)
voldoende.
Bovendien kunt u de POWER AMP INSERT als traditionele
invoer gebruiken, om bijvoorbeeld een compressor of een
grafische equalizer in de signaalweg te integreren. . Hierbij
is een symmetrische 6,3 mm jackkabel noodzakelijk (stereo)
en voor de indeling van punt en ring moet u de erbij horende
afbeelding 4.5 bekijken (zie hoofdstuk 4.2 “audioverbindingen”). Het ringcontact is in dit geval de zogenaamde
zend, die met de input van het hulpapparaat wordt
verbonden en het puntcontact is de zogenaamde return,
die met de uitgang van het hulpapparaat wordt verbonden.
Als laatste kan van POWER AMP INSERT het uitgangssignaal van de mengpaneelsectie worden gehaald, om een
extra externe eindtrap te gebruiken. Daarvoor is een
symmetrische 6,3 mm jackkabel (stereo) noodzakelijk,
waarbij het ringcontact (niet de punt) met de ingang van de
externe eindtrap wordt verbonden. Wanneer u de externe
eindtrap samen met de externe wilt gebruiken, verbindt u
gewoon de stekkercontacten van ring en punt.
Op de FOOTSWITCH-bus kunt u een handelsgebruikelijk
voetpedaal aansluiten. Zo kunt u een “Effect Bypass”
activeren, waarmee de effectprocessor wordt stilgezet.
Gebruik voor de PMP5000 een dubbel-voetpedaal, zodat u
op gescheiden wijze de FX1 en FX2 kunt activeren resp.
deactiveren. In deze gevallen vindt de aansturing over de
punt van de klinkerstekker FX 1 en over de ring van FX 2
plaats.
2 BEDIENINGSELEMENTEN
7
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
PMP3000/PMP5000: De MONO OUT-uitgang is uitermate
geschikt om een subwoofer aan te sluiten. Wordt een
subwoofer aangesloten dan heeft u bij de PMP5000 de
extra mogelijkheid om het bereik van de lagere frequenties
voor de werking van de subwoofer te bepalen. Dit wordt
met de SUB FILTER-regelaar ingesteld.
Over de FX SEND-aansluiting wordt het FX SEND-signaal
van de ingangskanalen uitgevoerd, om bijv. op een ingang
van een extern effectapparaat te kunnen aansluiten. Daar
de PMP5000 over twee FX-regelaars per ingangssignaal
beschikt (zie ), bestaan er tevens ook twee FX SEND’s
(FX SEND 1+2) op één bus.
Let op: dat het SEND-signaal parallel aan de FX SEND-
bussen en naar de effectprocessor stroomt; beiden
zijn dus tegelijk met één gezamenlijke regeling te
gebruiken.
PMP5000: Gebruik bij het opvangen van het signaal
altijd een stereoklinkerstekker. De effectsignalen
liggen op de volgende wijze op de stekker: (FX1 =
tip/punt; FX2 = ring).
Op de PHONS/CTRL-aansluiting kunt u een stereokoptelefoon of (actieve) monitor-luidspreker aansluiten.
2.5 Achterzijde
De lichtnetverbinding vindt plaats via de IECAPPARAATBUS. Een geschikte voedingskabel zit bij de
levering inbegrepen.
Bij de ZEKERINGHOUDER van het apparaat kunt u de
zekering vervangen. Bij het vervangen van de zekering
dient u onvoorwaardelijk hetzelfde type zekering te
gebruiken. Raadpleeg hiervoor het hoofdstuk “TECHNISCHE
GEGEVENS”.
Met de POWER-schakelaar zet u uw PMP-model aan. De
POWER-schakelaar dient in de positie “Uit” te staan, op het
moment dat u het apparaat op het lichtnet aansluit.
Let op: De POWER-schakelaar schakelt de stroom-
voorziening bij het uitzetten niet volledig uit. Trek
dus de stekker uit het stopcontact als u het apparaat
voor langere tijd niet gebruikt.
SERIENUMMER.
Hier bevindt zich de ventilator van het apparaat.
De PMP5000 beschikt over twee ventilators.
Aan de OUTPUT A (LEFT) wordt, onafhankelijk van de
gekozen bedrijfsmodus (zie ), òf het linker stereosomsignaal òf het monitorsignaal in mono uitgevoerd.
Gebruik deze uitgang NOOIT in de Mono Bridge-modus.
Op de OUTPUT B (RIGHT/BRIDGE) ligt, afhankelijk van
de gekozen bedrijfsmodus òf het rechter stereo-somsignaal,
de Main-som òf het Bridged Main-signaal (allemaal mono).
Sluit in de BRIDGE-modus alleen een luidspreker
met een impedantie van minstens 8
OUTPUT B-bus aan! Let er op dat u bij het toepassen
van de BRIDGE-modus NOOIT de OUTPUT A mag
gebruiken!
ΩΩ
Ω op de
ΩΩ
Bij alle andere bedrijfsmodi mag de impedantie van
de aangesloten luidspreker niet minder dan 4
bedragen.
ΩΩ
Ω
ΩΩ
3. DIGITALE EFFECTPROCESSOR
24-BIT MULTI-FX PROCESSOR
Deze ingebouwde effectmodule biedt u hoogwaardige
standaardeffecten zoal bijv. hall, chorus, flanger, echo en diverse
gecombineerde effecten. Door de FX knop te gebruiken kunt u
signalen invoeren in de effectenprocessor. De geïntegreerde
effectenmodule heeft het voordeel dat er geen bedrading nodig
is. Op deze manier wordt het gevaar voor het creëren van
aardcircuits of ongelijke signaalniveaus al dadelijk bij het begin
geëlimineerd en wordt het beheer erg vereenvoudigd. Deze
effect-presets zijn de klassieke “bijmengeffecten”.
Als u niks wenst te bewerken dan draait u de
FX-regelaars van de kanalen voor alle signalen dicht.
8
3 DIGITALE EFFECTPROCESSOR
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
4 INSTALLATIE
4.1 Lichtnetverbinding
De verbinding met het lichtnet komt tot stand dmv de
meegeleverde voedingskabel met apparaatstekker. De aansluiting
op het lichtnet voldoet aan de vereiste veiligheidsvoorschriften.
Bij het vervangen van de zekering dient u onvoorwaardelijk
hetzelfde type zekering te gebruiken.
Let er alstublieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in
geen geval de aarding van de apparaten, resp. de
voedingskabel, te verwijderen of onklaar te maken.
4.2 Audioverbindingen
Die Klinker in- en uitgangen van de BEHRINGER EUROPOWERPMP zijn, met uitzondering van de symmetrische Mono-Lineingangen, als asymmetrische monoklinkerbussen uitgevoerd.
Maar u kunt op het apparaat naast de symmetrische natuurlijk
ook asymmetrische klinkerstekkers gebruiken. Bij de Tape-In en
uitgangen hebben we voor stereo Cinch-aansluitingen gekozen.
Let er strikt op, dat de installatie en bediening van
het apparaat alleen door vakbekwaamde personen
wordt uitgevoerd. Tijdens en na de installatie dient
de daarvoor aangewezen persoon (of personen)
op de toereikende aarding van de apparatuur te
letten, anders kunnen er door elektrostatische
ontladingen e.d. beperkingen in de performanceeigenschappen ontstaan.
Afb. 4.4: Monoklinkerstekker voor voetpedaal
Afb. 4.3: XLR-verbindingen
Afb. 4.1: 6,3-mm-monoklinkerstekker
Afb. 4.2: 6,3-mm-stereoklinkerstekker
Uw EUROPOWER-Mixer beschikt over kwalitatief
hoogwaardige luidsprekeraansluitingen (compatibel met Neutrik
Speakon®), die het probleemloos gebruik garanderen. De
Speakon®-stekker is speciaal voor luidsprekers met hoog
vermogen ontwikkeld. Wanneer de stekker in de bijbehorende
bus wordt gestoken, zorgt een vergrendelmechanisme ervoor
dat de verbinding niet per ongeluk verbroken kan worden. Het
mechanisme bied bescherming tegen elektrische schok en
waarborgt het een juiste verbinding van polen. Elke
luidsprekeraansluitingen voert uitsluitend het toegewezen
individuele signaal (raadpleeg ook de achterzijde van uw Power
Mixers).
4 INSTALLATIE
Afb. 4.5: 6,3-mm-stereoklinkerstekker (POWER AMP
INSERT-aansluiting)
4.3 Luidsprekeraansluitingen
®
9
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
5 AANSLUITVOORBEELDEN
Afb. 4.6: Professionele luidsprekeraansluiting met poling
Gebruik uitsluitend de in de handelsgebruikelijke Speakon®kabel (Typ NL4FC), om uw luidspreker op de Power-Mixer aan te
sluiten. Controleer of de pin-indeling van uw luidsprekerboxen
en kabel overeenkomt met die van de door u gebruikte
luidsprekeruitgang van het apparaat.
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
OUTPUT A1+1-2+2-
MAIN Lxx
MONITORxx
MONOxx
OUTPUT Bxx
OUTPUT B1+1-2+2-
MAIN Rxx
MONOxx
MONO
BRIDGE
Tab. 4.1: Pin-indeling van de luidsprekeraansluitingen
xx
xx
Afb. 5.1: De EUROPOWER-Mixer als stereoversterker
(voorbeeld)
Afb. 4.7: Speakon®-stekker met pin-indeling
Bij bovenstaande toepassing moet de POWER AMP-schakelaar
van uw Power Mixer in de bovensten stand (MAIN resp. MAIN L/
MAIN R) staan. Over de uitgangen A en B wordt het StereoMain-signaal aan de PA-luidspreker uitgevoerd. Aan de Pre AmpMonitoruitgang worden twee parallel bekabelde actieve
luidsprekers aangesloten. Zij dienen als monitorluidsprekers op
het podium. Met behulp van een dubbele voetpedaal kunnen de
effectprocessors worden aan- en uitgezet.
10
5 AANSLUITVOORBEELDEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
Bij deze toepassing (mono-dubbelversterker) moet de AMP
MODE-schakelaar in de middelste stand staan (PMP3000/
PMP5000: MON 1/MONO resp. PMP1000: MON) ! Over de beide
uitgangen wordt, gescheiden van elkaar, eenmaal het Mainsignaal en eenmaal het Monitor-signaal uitgevoerd en aan de
desbetreffende twee parallel bekabelde luidsprekers
doorgegeven.
Afb. 5.2: Mono-bridged-werking
Deze afbeelding toont de Power Mixer met een Subwooferluidspreker op OUTPUT B. Voor deze toepassing (mono-bridgedwerking OUTPUT B) moet de AMP MODE-keuzeschakelaar op de
onderste stand “BRIDGE” staan. Op de Pre Amp Main-uitgangen
is een aparte stereo voorversterker (BEHRINGER EUROPOWER
EP1500) aangesloten, die voor de versterking van het StereoMain PA-signaal dient. Op de Pre Amp-Monitoruitgang zijn actieve
monitorluidsprekers voor het podium aangesloten.
Afb. 5.4: Standaardsetup (voorbeeld)
Deze afbeelding toont u een mogelijke bekabeling van uw Power
Mixer. Het omvat de aansluiting van mono- en stereobronnen
met het gebruik van een extra Tape In/Out-aansluiting, om uw
mix mee te snijden of een playback-signaal in te voeren.
Afb. 5.3: De EUROPOWER Mixer als Mono-dubbelversterker
(voorbeeld)
5 AANSLUITVOORBEELDEN
11
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
Afb. 5,5: Uitgebreide Setup
Deze toepassing is een uitbreiding op de standaard setup van afbeelding 5.4. Hier worden nog meer aansluitmogelijkheden
aangegeven. Ook dit is slechts een voorbeeld en kan met verdere varianten worden uitgebreid.
Netspanning100 - 240 V~, 50 / 60 Hz
Vermogensopname500 W
ZekeringT 5 A H 250 V
Netaansluiting
AFMETINGEN/GEWICHT
Afmetingen (H x B x D)122 x 390 x 425 mm122 x 476 x 460 mm122 x 596 x 496 mm
Gewicht8 kg10,8 kg13,3 kg
(Line In à Line Out)
twee standen 7-Segment-LED-weergave
T 5 A H
250 V
T 5 A H
250 V
T 5 A H
250 V
24-Bit Delta-Sigma, 64/128-voudig oversampling
90 dB
46,875 kHz
max. 5 s
ca. 1,5 ms
215 W
450 W
900 W
300 W
600 W
1200 W
230 V~, 50 Hz
1000 W
T 6,3 A H
Standaard apparaataansluiting
120 V~, 60 Hz
1000 W
T 10 A H
Standaard apparaataansluiting
100 V~, 50 / 60 Hz
1000 W
T 10 A H 250 V
Standaard apparaataansluiting
220 V~, 50 Hz
1000 W
T 6,3 A H
Standaard apparaataansluiting
2 twee standen 7-Segment-LED-weergave
250 V
250 V
250 V
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteitsstandaard. Noodzakelijke productveranderingen worden zonder voorafgaande aankondiging doorgevoerd.Hierdoor kunnen de
technische gegevens en de uiterlijke kenmerken van het apparaat van de aangegeven informatie of afbeeldingen afwijken.
14
6 TECHNISCHE GEGEVENS
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.