Behringer PMP1000, PMP5000, PMP3000 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
Versie 1.0 november 2006
PMP1000/PMP3000/PMP5000
EUROPOWER
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN
LET OP: Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van
het achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen te onderhouden onderdelen; reparaties dienen door bevoegde personen uitgevoerd te worden.
WAARSCHUWING:
Om het risico op brand of elektrische schokken te beperken, dient u te voorkomen dat dit apparaat wordt blootgesteld aan regen en vocht. Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan neerdruppelend of opspattend water en er mogen geen met water gevulde voorwerpen – zoals een vaas – op het apparaat worden gezet.
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig is – deze spanning is voldoende om gevaar voor elektrische schok op te leveren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedienings­en onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende documenten. Wij vragen u dringend de handleiding te lezen.
12) Wanneer de stekker van het hoofdnetwerk of een apparaatstopcontact de functionele eenheid voor het uitschakelen is, dient deze altijd toegankelijk te zijn.
13) Gebruik uitsluitend door de producent gespeci­ficeerd toebehoren c.q. onderdelen.
14) Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met de wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die door de producent is aangegeven, of die in combinatie met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te voorkomen.
15) Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
16) Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerk­zaamheden zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is geraakt, bijvoorbeeld als de hoofdstroomkabel of -stekker is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in terecht zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid heeft blootgestaan, niet normaal functioneert of wanneer het is gevallen.
17) WAARSCHUWING – Deze onderhoudsinstructies zijn uitsluitend bedoeld voor gekwalificeerd onderhouds­personeel. Om het risico op elektrische schokken te beperken, mag u geen andere onderhoudshandelingen verrichten dan in de bedieningsinstructies vermeld staan, tenzij u daarvoor gekwalificeerd bent.
1) Lees deze voorschriften.
2) Bewaar deze voorschriften.
3) Neem alle waarschuwingen in acht.
4) Volg alle voorschriften op.
5) Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6) Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7) Let erop geen van de ventilatie-openingen te bedekken. Plaats en installeer het volgens de voor­schriften van de fabrikant.
8) Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken (ook versterkers) die warmte afgeven.
9) Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een polarisatiestekker heeft twee bladen, waarvan er een breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding. Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw stopcontact passen, laat het contact dan door een elektricien vervangen.
10) Zorg ervoor dat er niet over de hoofdstroomleiding gelopen kan worden en dat het niet wordt samen­geknepen, vooral bij stekkers, verlengkabels en het punt waar ze het apparaat verlaten.
11) Het toestel met altijd met een intacte aarddraad aan het stroomnet aangesloten zijn.
Technische veranderingen en veranderingen in het productuiterlijk onder voorbehoud. Alle gegevens komen overeen op het moment van de drukoplage. De hier afgebeelde of vermelde namen van andere bedrijven, instellingen of publicaties en de desbetreffende logo’s zijn geregistreerde handelsmerken van de desbetreffende houders. Het gebruik hiervan is op géén enkele wijze een aanspraak op het desbetreffende handelsmerk en vertegenwoordigt géén bestaande band tussen de houder van het handelsmerk en BEHRINGER. Voor de juistheid en volledigheid van de gegeven beschrijvingen, afbeeldingen en aanwijzigen neemt BEHRINGER géén enkele vorm van aansprakelijkheid. De afgebeelde kleuren en specificaties kunnen onbeduidend van het product afwijken. Distributeurs en handelaren zijn geen gevolmachtigden van BEHRINGER en hebben geen enkele bevoegdheid om BEHRINGER op welke wijze dan ook juridisch te binden, zij het impliciet of expliciet. Dit boek is auteursrechtelijk beschermd. Ieder verveelvoudiging, bijv. nadrukken, ook uittrekselsgewijs, en iedere reproductie van de afbeeldingen, ook in veranderde toestand, is alleen met schriftelijke toestemming van de firma BEHRINGER International GmbH toegestaan. BEHRINGER is een geregistreerd handelsmerk. © 2006 BEHRINGER International GmbH.
ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN.
BEHRINGER International GmbH,
Hanns-Martin-Schleyer-Str. 36-38,
47877 Willich-Münchheide II, Duitsland
Tel. +49 2154 9206 0, Fax +49 2154 9206 4903
2
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
1 INLEIDING
Hartelijk gefeliciteerd! Met dit apparaat beschikt u over een moderne Power Mixer, die nieuwe maatstaven zet. Van begin af aan hebben wij ons tot doel gesteld, een revolutionair apparaat te produceren, dat zich voor allerlei toepassingen leent. Het resultaat: Een Power Mixer van de overtreffende trap met overweldigende features zoals de omvangrijke aansluitings- en uitbreidingsmogelijkheden.
Met de Power Mixer beschikt u over een revolutionair COOLAUDIO-versterkertechnologie, die zowel in gewicht als in afmetingen aanzienlijk verkleind is en over een extreem hoog uitgangsvermogen beschikt. Tot de verdere voordelen tellen de geïntegreerde Voice Canceller, waarmee zangpassages probleemloos uit een Playback verwijderd wordt, de FBQ-functie die feedback-frequenties opspoort en de Speaker Processing­functie om luidsprekers aan te passen – en dit allemaal bij een oplossing van 24 Bit en 40 kHz. Daarnaast bieden wij u onze beproefde XENYX Mic Preamps voor een kristalheldere, ruis- en vervormingvrije weergave bij microfoontoepassingen.
BEHRINGER is een onderneming uit de professionele geluidsstudiotechniek branche. Al sinds vele jaren ontwikkelen wij succesvol producten voor het studio- en live-gebeuren. Daartoe behoren microfoons en allerlei soorten 19"-apparaten (compressors, enhancers, noise gates, buiscompressors, koptelefoonversterkers, digitale effectapparatuur, DI-boxen enz.), monitor- en zaalluidsprekers evenals professioneel Live-en Recordingmengpanelen. Uw Power Mixer omvat de som van onze globale technische knowhow.
1.1 Voordat u begint
1.1.1 Levering
De Power Mixer is in de fabriek zorgvuldig verpakt om veilig transport te waarborgen. Indien de verpakking toch be­schadigingen vertoont, controleer het apparaat dan onmiddellijk op externe schade.
Stuur het apparaat bij eventuele beschadigingen
NIET naar ons terug, maar neem onmiddellijk contact op met de winkel en het transportbedrijf, omdat anders uw aanspraak op schadevergoeding kan vervallen.
Om een optimale bescherming van uw Power Mix
te garanderen raden wij u aan om tijdens gebruik en voor vervoer een koffer te gebruiken.
Gebruik alstublieft altijd de originele doos om
schade bij opslag en verzending te vermijden.
Laat zonder toezicht geen kinderen met het
apparaat of verpakkingsmateriaal omgaan.
De verbinding met het lichtnet komt tot stand dmv de meegeleverde voedingskabel met apparaataansluiting. De aansluiting op het lichtnet voldoet aan de vereiste veiligheidsvoorschriften.
Let er alstublieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in geen geval de aarding van de apparaten, resp. de voedingskabel, te verwijderen of onklaar te maken.
Om schade aan uw apparaat te vermijden mag u
- de luidsprekeruitgangen niet aarden,
- de luidsprekeruitgangen niet met elkaar verbinden
- de luidsprekeruitgangen niet met die van andere versterkers verbinden
BELANGRIJKE AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
In de buurt van sterke radiozenders en hoog-frequente bronnen kan er een negatieve beïnvloeding van de geluidskwaliteit ontstaan. Maak de afstand tussen zender en apparaat groter en gebruik afgeschermde kabels voor alle aansluitingen.
1.1.3 On line-registratie
Registreer je BEHRINGER-apparaat na aankoop zo snel mogelijk op onze website www.behringer.com (respectievelijk www.behringer.nl) en lees de garantievoorwaarden aandachtig door.
BEHRINGER geeft één jaar* garantie, gerekend vanaf de aankoopdatum, op materiaal- en productiefouten. Je kunt de garantievoorwaarden in het Nederlands op onze website onder http://www.behringer.com nalezen of telefonisch onder +49 2154 9206 4131 opvragen.
Mocht je BEHRINGER-product defect raken, willen wij het zo snel mogelijk repareren.
Neem in dat geval direct contact op met de BEHRINGER­leverancier waar je het apparaat hebt gekocht. Als je BEHRINGER­leverancier niet bij jou in de buurt is gevestigd, kun je óók direct contact opnemen met één van onze vestigingen. Op de originele verpakking van het apparaat vind je een lijst met de adressen van onze BEHRINGER-vestigingen (Global Contact Information/ European Contact Information). Als er voor jouw land geen contactadres vermeld is, kun je contact opnemen met de dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje Support op onze website www.behringer.com kun je de contactadressen ook vinden.
Als je apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons geregistreerd is, wordt het afhandelen van je garantieaanspraken aanmerkelijk eenvoudiger.
Bedankt voor je medewerking!
* Voor klanten binnen de Europese Unie kunnen er hiervoor andere bepalingen geldig zijn. Verdere informatie is voor EU-klanten verkrijgbaar bij BEHRINGER Support Duitsland.
Neem alstublieft de milieuvoorschriften in acht bij
het weggooien van het verpakkingsmateriaal.
1.1.2 Installatie
Zorg voor voldoende luchttoevoer en zet uw EUROPOWER niet in de buurt van een verwarming, om oververhitting van het apparaat te voorkomen.
Doorgebrande zekeringen moeten onvoor-
waardelijk vervangen worden door zekeringen met de correcte waarde! De correcte waarde vindt u in hoofdstuk “TECHNISCHE GEGEVENS”.
1 INLEIDING
1.2 Het handboek
Dit handboek is zodanig gestructureerd dat u overzicht houdt over de bedieningselementen en gelijktijdig uitgebreide informatie over het desbetreffende gebruik krijgt. Opdat u de samenhang snel doorziet, hebben we de bedieningselementen naar hun desbetreffende functie in groepen samengevat. Met behulp van de toegevoegde, genummerde afbeeldingen kunt u de bedieningselementen gemakkelijk terug vinden. Indien u gedetailleerde uitleg over een bepaald thema nodig heeft, bezoek dan onze website op www.behringer.com.
LET OP!
We willen u er op wijzen dat hoge geluidsvolumes
uw gehoor en/of koptelefoon kunnen beschadigen. Beweeg alle faders van de MAIN-sectie helemaal naar beneden alvorens u het apparaat aan zet. Let ten aller tijde op een aangemeten geluidssterkte.
3
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
2 BEDIENINGSELEMENTEN
In de volgende paragrafen worden alle functies van uw Power Mixer gedetailleerd omschreven. Om een samenvattend overzicht te krijgen neemt u het desbetreffende bijblad met de genummerde afbeeldingen bij de hand.
2.1 Mono- en stereokanalen
Met de TRIM-regelaar stelt u het ingangsniveau in. Bij het aansluiten of loskoppelen van een signaalbron op één van de ingangen, dient deze regelaar altijd naar links omgedraaid te zijn. De TRIM-regelaar dient zowel de microfooningang als de LINE-ingang. De zwarte schaalverdeling geeft de versterking voor de microfoons aan (+10 tot +60 dB bij kanalen met XENYX MIC PREAMPS en 0 tot +40 dB bij de gebruikelijke microfooningangen; alleen voor de PMP1000, kanalen 5/6 en 7/8).
De “LINE”-schaal geeft de gevoeligheid van de Line­ingang aan, die van +10 tot -40 dBu bedragen kan.
PMP1000: In de Mono-/Stereo-combinatiekanalen 5/6 en 7/8 bedraagt de gevoeligheid +20 tot -20 dBu.
De LEVEL SET-LED licht op zodra het optimale werkniveau bereikt wordt.
Daarnaast beschikken de monokanalen van de Power Mixer over een steile LOW CUT-filter, waarmee u ongewenst lage frequentie-signaalaandelen, zoals bijv, stappen­galmgeluid kan verwijderen.
PMP3000/PMP5000 (stereokanalen): Door het indrukken A/B-keuzeschakelaar kiest u tussen de 6,3-mm­aansluitingen of de Cinch-bussen. In de positie “A” zijn de klinkeraansluitingen en in de positie “B” zijn de Cinch-bussen actief.
De HIGH-regelaar van de EQ-sectie controleert het bovenste frequentiebereik van het respectievelijke kanaal.
Met de MID-regelaar kunt u het middenbereik verhogen of verlagen.
PMP5000: Voor het middenbereik van de monokanalen bied de PMP5000 u een extra semi-parametrische klankregeling, regelbaar van 100 Hz tot 8 kHz. Met de MID-regelaar stelt u de mate van verhoging/verlaging in en met de FREQ- regelaar bepaalt u de frequentie.
De equalizer van de stereokanalen is natuurlijk in stereo uitgevoerd. De scheidingsfrequenties van de hoge, de hoogmidden-, de lage midden- en de lage band liggen bij 12 kHz, 3 kHz, 400 Hz en 80 Hz.
De LOW-regelaar maakt het verhogen of verlagen van de basfrequenties mogelijk.
Met de MON-regelaar kunt u het geluidsaandeel van het kanaal in de monitormix bepalen.
De PMP3000 en de PMP5000 beschikken bovendien over een tweede MON-regelaar (MON 2), waarmee het geluidsaandeel van de tweede monitorroute geregeld kan worden.
De FX-regelaar bepaalt het signaalniveau, dat van het desbetreffende kanaal naar de geïntegreerde effectprocessor wordt geleid en dat aan de FX SEND-bus gevoed wordt (zie ).
De PMP5000 beschikt hiervoor over twee regelaars (FX 1 en FX 2), zodat u op deze wijze gelijktijdig twee effecten kunt toepassen. Hiermee overeenstemmend beschikt het apparaat over twee effect weergaveroutes, die over een gecombineerde uitgangsbus uit gevoerd worden (zie en ).
Let er op dat de effectprocessor niet te horen is,
zolang de FX TO MON/MAIN-regelaar , , linksom gedraaid is.
Met de PAN(ORAMA)-regelaar wordt de positie van het kanaalsignaal in de Stereo-Main Mix bepaald.
De BAL(ANCE)-regelaar in de stereokanalen van het apparaat is in zijn functie gelijk aan die van de PAN-regelaar in de monokanalen. Deze regelaar bepaald het relatieve aandeel tussen het linker en rechter ingangssignaal, voordat beiden naar de Stereo-Main-uitgang word doorgeleid.
PMP3000/PMP5000: Door het indrukken van de PFL- schakelaar (Pre Fader Listening) wordt het ingangsniveau voor de fader op de linker LED-weergave aangegeven. Stel nu het optimale ingangsniveau (0 dB) met de TRIM­regelaar in. Bij de activering van de PFL-functie licht het resp. LED op.
Als de LEVEL SET LED langere tijd oplicht dan werkt u op het optimale werkniveau,. Als echter de CLIP LED oplicht dan is het ingangsniveau te hoog en dient u het met de TRIM-regelaar iets te verlagen. De CLIP-LED mag niet constant oplichten, maar dient uitsluitend bij niveaupieken op te lichten.
Met de MUTE-schakelaar wordt het kanaal voor de Main Mix naar stilte geschakeld. De Pre Fader-signalen (monitorroute) blijven operationeel. Als de MUTE-schakelaar wordt ingedrukt dan licht het desbetreffende controle LED.
De Kanaal-Fader bepaalt het uitgangssignaal in de Main Mix.
2.1.1 Ingangssectie
Elk mono-ingangskanaal biedt u een symmetrische microfooningang aan via de XLR-bus, waaraan met een druk op de knop ook een +48 V fantoomvoeding voor het gebruik van condensatormicrofoons geactiveerd kan worden.
PMP1000: Daarnaast beschikken de kanalen 5/6 en 7/8 ook nog over een symmetrische XLR-ingang voor microfoons waarop indien noodzakelijk ook de +48 V fantoomvoeding kan worden aangesloten.
Schakel het weergavesysteem naar stilte alvorens u de fantoomvoeding inschakelt. Anders wordt er op uw luisterbox een inschakelgeluid hoorbaar.
Elke Mono-ingang beschikt over een LINE IN-aansluiting die als 6,3-mm-klinkerbus is uitgevoerd en waarop men zowel symmetrisch als asymmetrisch stekkers kan aansluiten.
Denk er altijd aan dat u alleen òf de microfoon- of de
Line-ingang van een kanaal gebruikt en nooit beiden gelijktijdig mag gebruiken!
Bij het aansluiten van een Mono-Line-signaal op
een stereokanaal dient u altijd de linker ingang te gebruiken. Zo wordt het monosignaal op beide zijden weergegeven.
Dit geldt niet voor de Mono-/Stereo-combinatie-
kanalen 5/6 en 7/8 van de PMP1000.
4
2 BEDIENINGSELEMENTEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
INSERT I/O. Invoerpunten (Inserts) worden gebruikt, om het signaal met behulp van dynamische processors of equalizers te bewerken. Deze invoerpunten bevinden zich voor de fader, de EQ en de MON/FX SENDs. In tegenstelling tot een galmapparaat en andere effectapparaten, die normaliter het droge signaal toevoegen, bewerken de dynamische processors het somsignaal. In deze gevallen is een Aux Send-route dus niet de juiste oplossing. In plaats hiervan onderbreekt men de signaalroute en voegt men een dynamische processor of een equalizer toe. Vervolgens wordt het signaal op dezelfde plaats van het mengpaneel teruggevoerd. Het signaal wordt alleen onderbroken, wanneer er een bijbehorende stekker in de bijbehorende bus is aangesloten (stereostekker; kop = signaaluitgang, ring = ingang). Alle mono-ingangskanalen zijn met inserts uitgerust.
De stereokanalen zijn uitgerust met een TRIM-regelaar waarmee binnen een bereik van +20 tot -20 dB de ingangsgevoeligheid kan worden ingesteld.
PMP1000: Daarnaast beschikken de stereokanalen 5/6 en 7/8 ieder ook nog over een XLR-aansluiting voor microfoons. Hier is de voorversterking binnen een bereik van 0 tot +40 dB voor microfoons regelbaar.
Ieder stereokanaal beschikt over twee Line niveau-ingangen voor de aansluitingen van het linker en het rechter kanaal. Als u uitsluitend de met “L” aangegeven bus gebruikt, werkt het kanaal in mono. Het signaal verschijnt op beide zijden als mono-signaal.
Dit geldt niet voor de Mono-/Stereo-combinatie-
kanalen 5/6 en 7/8 van de PMP1000.
De kanalen 13/14 alsook 15/16 gaan zonder verdere
geluids- of volumeregeling direct op de Main Mix. Via de kanalen 13/14 en 15/16 zou men b.v. een submixer kunnen aansluiten en de eindtrap van de PMP1000 gebruiken.
PMP3000: De stereokanalen 9/10 en 11/12 zijn met extra Cinch-bussen uitgerust.
PMP5000: De stereokanalen 13/14 en 15/16 zijn met extra Cinch-bussen uitgerust.
PMP3000/PMP5000: Let erop dat u met de A/B-
keuzeschakelaar de aansluitoptie (klinker of Cinch) moet bepalen, zodat u tot het gebruik van de ingang kunt overgaan.
PMP3000/PMP5000: Beide stereokanalen beschikken ieder over twee monitorregelaars (MON 1/2) en één LEVEL- regelaar . Zoals dit ook het geval is bij de andere kanalen, beschikken ook zij over een PFL-schakelaar.
In plaats van een fader beschikt de kanaalknop over een LEVEL-draairegelaar.
Met de PHANTOM-schakelaar activeert u de fantoom­voeding voor de XLR-bussen van de ingangskanalen, die voor het gebruik van condensatormicrofoons noodzakelijk is. De +48 V-LED licht op wanneer de fantoomvoeding is ingeschakeld. Het gebruik van dynamische microfoons blijft in de regel mogelijk, voor zover zij over een symmetrische aansluiting beschikken. Raadpleeg de fabrikant van de microfoon bij twijfelgevallen!
Bij een ingeschakelde fantoomvoeding mogen
géén microfoons aan het mengpaneel (of de Stagebox/Wallbox) worden aangesloten. Bovendien dient u de Monitor-/PA-luidspreker op stilte geschakeld te hebben alvorens u de fantoom­voeding in bedrijf neemt. Wacht na het inschakelen ca. één minuut, alvorens de ingangsversterking in te stellen, zodat het systeem tijd heeft om zich te stabiliseren.
Opgelet! Gebruik in ieder geval géén asymmetrisch
bekabelde XLR-verbindingen (PIN 1 en 3 verbonden) op de MIC-ingangsbussen, wanneer u de fantoomvoeding wilt gebruiken.
Met de AMP MODE-schakelaar bepaalt u de bedrijfsmodus waarin u de voorversterker van uw PMP wilt laten functioneren:
PMP1000:
MAIN: In de “MAIN”-modus functioneert de mixer als voorversterker.
MON: In deze modus is aan OUTPUT A het monitorsignaal aangesloten en aan OUTPUT B Main-signaal (beide mono) aangesloten.
BRIDGE (Mono-bridged-modus): In de BRIDGE AMP MODE wordt het uitgangsvermogen van OUTPUT A en B
samengevoegd en alleen via de OUTPUT B weergegeven. Dit resulteert in een dubbel vermogen.
PMP3000/PMP5000:
MAIN L/MAIN R. In de MAIN MIX functioneert de mixer als een voorversterker.
MON 1/MONO. In deze modus is op OUTPUT A het monitor 1-signaal aangesloten en op OUTPUT B het Main-signaal (beide mono) aangesloten.
BRIDGE (Mono-bridged-modus): In de BRIDGE AMP MODE wordt het uitgangsvermogen van OUTPUT A en B
samengevoegd en alleen via de OUTPUT B weergegeven. Dit resulteert in een dubbel vermogen.
Sluit in de BRIDGE-modus alleen een luidspreker
met een impedantie van minstens 8 OUTPUT B-bus aan! Let er op dat u bij het toepassen van de BRIDGE-modus NOOIT de OUTPUT A mag gebruiken!
Bij alle andere bedrijfsmodi mag de impedantie van
de aangesloten luidspreker niet minder dan 4 bedragen.
Houd er rekening mee dat het aan de luidspreker
afgegeven vermogen, dat zijn signaal in de BRIDGE AMP MODE van de OUTPUT B-aansluiting krijgt, aanzienlijk hoger is dan bij het gebruik van parallelle luidsprekeruitgangen. Neem hiervoor de gegevens aan de achterzijde van uw Power Mixers in acht.
Raadpleeg voor het correct aansluiten van de
luidsprekerkabels de aanwijzingen over de pin­indeling op de achterzijde van het apparaat (zie ook en).
PMP5000: Met de BEHRINGER SPEAKER PROCESSING­schakelaar activeert u de filterfunctie waarmee u de mixer aan de technische karakteristiek van u luidspreker kunt aanpassen. Mocht het gebeuren dat het lage frequentiebereik in haar werking beperkt wordt, dan kunt u met deze functie het desbetreffende frequentiebereik van de uitgangssignalen van de mixer begrenzen. Zo wordt het signaal optimaal aan de frequentiekarakteristiek van uw boxen aangepast.
PMP1000/PMP5000: Als de STANDBY-schakelaar ingedrukt is, zijn alle ingangskanalen naar stilte overgeschakeld. Hiermee verhindert u dat tijdens speelpauzes of ombouwpauzes storingsruis via de microfoon op de PA-installatie terechtkomt, die in uiterste gevallen zelfs de luidsprekermembranen beschadigen kan. Het mooie hiervan is dat alle faders geopend blijven, zodat u tegelijkertijd CD-muziek via de CD/TAPE IN-ingangen (zie
) kunt invoeren. De faders voor de in stilte geschakelde
kanalen kunnen tevens hun instelling behouden.
het
ΩΩ
op de
ΩΩ
ΩΩ
ΩΩ
2 BEDIENINGSELEMENTEN
5
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
2.2 Equalizer en FBQ
Uw Power Mixer beschikt over één grafische 7-Band
Equalizer. Met behulp van de equalizer kunt u het geluid aan de ruimtelijke omstandigheden aanpassen. In de stand “0” wordt de frequentiekarakteristiek niet bewerkt. Om een frequentiebereik te verhogen schuift u de fader naar boven en om het bereik te verlagen schuift u de fader naar beneden.
Houd er rekening mee dat het gedrag van de
equalizer van de stand van de AMP MODE­schakelaar afhangt (zie ).
Als u de FBQ IN-schakelaar indrukt, wordt het FBQ
Feedback-erkenningsysteem geactiveerd (FBQ is alleen actief als de equalizer eerder is ingeschakeld). Frequenties, die feedback oproepen, worden met behulp van
de fel oplichtende Fader-LED’s aangegeven. Alle andere LED’s gaan uit. Verlaag nu simpelweg het desbetreffende frequentiebereik, totdat de feedback niet meer optreedt en de LED langzaam uit gaat. Uw Power Mixer beschikt over deze functie voor de main- of de monitor-mix.
PMP1000: De FBQ FEEDBACK DETECTION toets heeft dezelfde functie als die bij de PMP3000 en PMP5000.
Met de MAIN/MON 1-schakelaar selecteert u of de equalizer op de Main- of Monitor-Mix moet werken. De stereo-equalizer bewerkt de Main-Mix, als de schakelaar in de bovenste positie staat. De equalizer heeft dan géén werking op de monitor-mix. Als de schakelaar ingedrukt staat bewerkt de equalizer de monitor-mix, hierbij wordt de Main-mix niet beïnvloed.
PMP1000: De MAIN MIX/MONITOR-schakelaar heeft dezelfde functie als bij de PMP3000 en PMP5000.
Door het indrukken van de EQ IN-schakelaar activeert u de equalizer. Is de equalizer ingeschakeld, dan lichten de fader-LED’s op.
Met behulp van deze LED-weergave controleert u het uitgangsniveau van het Main-signaal. De bovenste LIM- LED licht op als de interne beschermingsschakelaar van de versterker op een te hoog uitgangsniveau stuit.
PMP1000: Boven de LIM-LED’s bevinden zich de PHANTOM­en de POWER-LED. De POWER LED licht op zodra het apparaat wordt ingeschakeld.
De LIM-LED’s en de LED-weergave lichten NIET op
als een extern signaal over de PWR AMP INSERT­bussen ingevoerd wordt.
Hier vind u een overzicht van alle presets van de multi­effectprocessor.
De LED-niveauweergave van de effectmodule dient altijd een voldoende hoog niveau aan te geven. Let u erop, dat de Clip-LED alleen bij niveaupieken gaat branden. Wanneer deze constant brandt dan bent u de effectprocessor aan het oversturen enkunnen er onaangename vervormingen optreden. De FX SEND-Fader (PMP1000) resp. FX/FX 1/2-Fader (PMP3000/PMP5000) regelt hierbij het niveau dat bij zowel de effectmodule als bij de FX SEND­uitgangsbussen terechtkomt.
Het effect-display geeft altijd de geselecteerde preset aan. PMP3000/PMP5000: FX1/2 IN. Door het indrukken van de
toets wordt de desbetreffende effectprocessor ingeschakeld.
PMP1000/PMP3000: PROGRAM. Kies een effectalgoritme uit door de regelaar te draaien (de presetnummer knippert). Om het gekozen effect te selecteren drukt u kort op de regelaar (PMP5000: FX 1/2 (PUSH)).
PMP1000: De effectprocessor kan niet in- en uitgeschakeld worden en is zodoende altijd actief. Om het effectaandeel voor MAIN- of MON-signaal te regelen gebruikt u de desbetreffende regelaar ( en ).
PMP5000: De PMP5000 beschikt over twee aparte effectprocessors. Beide effectprocessors kunnen onafhankelijk van elkaar worden ingesteld. Met de FX1/2 IN-schakelaar activeert u één of beide processors .
PMP3000/PMP5000: Met de FX 1/2 TO MON 1-regelaar bepaalt u het effectaandeel voor de multi-effectprocessor aan de Monitor-Mix. Draait men de regelaar naar de linkerkant dan wordt aan de Monitor-Mix géén effectaandeel toegemengd.
PMP1000: De FX TO MON-regelaar heeft dezelfde functie als die bij de PMP3000 en PMP5000.
Met de FX 1/2 TO MON 2-regelaar bepaalt u het effectaandeel van de multi-effectprocessor voor de Monitor 2-Mix. Draait met de regelaar naar de linkerkant dan wordt aan de Monitor 2-Mix géén effectaandeel toegemengd.
Met de FX 1/2 TO MAIN-regelaar bepaalt u het effectaandeel van de multi-effectprocessor voor de Main­Mix. Draait men de regelaar naar de rechterkant dan wordt aan de Main-Mix géén effectaandeel toegemengd.
PMP1000: De FX TO MAIN-regelaar heeft dezelfde functie als die bij de PMP3000 en PMP5000.
2.3 Effectsectie
6
2 BEDIENINGSELEMENTEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
2.4 Main- en monitorsectie
Met de Surround-regelaar bepaalt u de intensiteit van het
effect. Hierbij gaat het om een ingebouwd effect die een verbreding van de stereobasis bewerkstelligt. Daardoor wordt de klank aanzienlijk levendiger en transparanter.
Door het indrukken van de XPQ TO MAIN-toets wordt het effect geactiveerd.
Door het indrukken van de AFL-schakelaar (After Fader Listening) activeert u de solo-functie. Is voor een desbetreffend kanaal in de Main-sectie de AFL-functie geactiveerd dan hoort u alleen het signaal van dit kanaal. De geluidssterkte kan met de fader worden veranderd. Het activeren van de AFL-functie is van géén invloed op de Main- of Monitor-Mix, voor zover u de faderpositie niet verandert. Op deze wijze kunt u één of meerdere gekozen signalen via de PHONS/CTRL-bus beluisteren. Is de AFL geactiveerd, dan licht het bijbehorende controle LED op.
De PMP1000 beschikt niet over de AFL-functie.
PMP1000: FX SEND-Fader. PMP3000: FX- Fader. PMP5000: FX 1/2-Fader. Hierbij gaat het om de Master Send-Fader voor het
effectsignaal, dat enerzijds naar de effectprocessor en anderzijds naar de FX SEND-uitgang wordt doorgeleid (zie ook en ).
PMP1000: MON SEND-Fader. PMP3000/PMP5000: MON1/2 -Fader. Met de Faders kan de geluidssterkte van de Monitoruitgang
worden ingesteld (zie ook en ). PMP1000: Bij de Main-Mix kan de totale geluidssterkte, die
aan de Main-uitgang wordt opgevangen, dmv de beide faders worden geregeld.
PMP3000/PMP5000: De MAIN 1-Fader stuurt de totale geluidssterkte van de EUROPOWER. Het Main-signaal kan aan de MAIN 1-uitgang worden opgevangen (zie ook ).
PMP3000/PMP5000: Met de MONO-Fader wordt de mono­som geregeld (zie hiervoor ook ).
PMP5000: Met de SUB FILTER, die op de mono-som inwerkt, worden frequenties boven een bepaalde gewenste instelling uitgefilterd. Zo kan aan de MONO OUT­uitgang (zie ) bijvoorbeeld een actieve subwoofer optimaal worden aangesloten. Om het filter te activeren plaatst u de schakelaar in de “On” stand.
PMP5000: De SUB FREQ-regelaar bepaalt de grensfrequentie waaronder de subwoofer werkt. De instelling kan traploos binnen een bereik van 30 en 200 Hz worden veranderd.
De PHONS/CTRL R-regelaar bepaalt de geluidssterkte voor de koptelefoon of de regiekamer (zie ook ).
PMP3000/PMP5000: De MAIN 2-regelaar bepaalt de geluidssterkte op de MAIN 2-uitgang (zie ook ). Hierbij gaat het om hetzelfde Main-signaal als op de MAIN 1, maar dan met eigen uitgangsbussen en een aparte regeling voor de geluidssterkte.
PMP3000/PMP5000: Met de CD/TAPE IN-regelaar stelt u de geluidssterkte van het op de CD/TAPE INPUT ingevoerde Line-signaal in. Met de PFL-toets kunt u het signaal voordat deze de regelaar bereikt beluisteren.
PMP1000: Met de CD/TAPE RET-Fader regelt u het op de CD/TAPE INPUT ingevoerde Line-signaal. Met de CD/TAPE MUTE-toets schakelt u het kanaal stil.
2.4.1 Aansluitsectie
De CD/TAPE INPUT-bussen (Cinch) maken het invoeren van een extern stereosignaal mogelijk. Zo kunt u bijv. een CD-speler, een Tape Deck of een andere Line-bronnen aansluiten.
Door de VOICE CANCELLERS te activeren worden
zangspecifieke frequenties uit de CD/TAPE INPUT-signaal gehaald. Deze functie is bijvoorbeeld geschikt voor karaoke­toepassingen, om zang uit een Song te filteren
en zelfs om mee te zingen. Op de CD/TAPE OUTPUT wordt het Stereo-Main-signaal
van de Power Mixers ingevoerd, om bijv. het signaal met een datarecorder op te nemen.
Als het CD/TAPE OUT-signaal met een opname-
apparaat verbonden is en het uitgangssignaal van het opnameapparaat terug gevoerd wordt op de CD/TAPE IN-ingang, kan bij het starten van de Rec­functie van het opnameapparaat feedback ontstaan. Koppel daarom voor het opnemen de verbinding met de CD/TAPE IN-ingang van uw Power Mixer los of verlaag volledig het CD/TAPE-ingangssignaal!
Over de MAIN OUT-uitgangsbussen kunt u het Main-signaal naar een externe versterker doorsturen. Dit is aan te bevelen wanneer u bijv. alleen het mengpaneel- en effectsectie van het apparaat wilt gebruiken. Het signaal wordt voor de voorversterker van de Mixer opgevangen. De beide grotere modellen beschikken over twee aparte regelbare MAIN-uitgangen (MAIN 1/2).
Op de MON 1/2 SEND sluit u uw monitor-voorversterker of actieve monitor-geluidssprekers aan, om met de MON­regelaar de in de kanalen voortgebrachte signaalmix te beluisteren, bijv om de signaalmix voor de musici op het podium hoorbaar te maken.
De PMP serie bezit een POWER AMP INSERT-aansluiting, die bedoeld is voor verschillende toepassingen. Ten eerste kunt u hierdoor de versterkereindtrap van het apparaat gebruiken, om het uitgangssignaal van een andere voorversterker te versterken. Mogelijke toepassingen zouden bijv. het aansluiten van een groter mengpaneel of van de voorversterkeruitgang (line-niveau) van een instrumentenversterker kunnen zijn. Voor deze toepassing is een niet-symmetrische 6,3 mm jack-kabel (mono) voldoende.
Bovendien kunt u de POWER AMP INSERT als traditionele invoer gebruiken, om bijvoorbeeld een compressor of een grafische equalizer in de signaalweg te integreren. . Hierbij is een symmetrische 6,3 mm jackkabel noodzakelijk (stereo) en voor de indeling van punt en ring moet u de erbij horende afbeelding 4.5 bekijken (zie hoofdstuk 4.2 “audiover­bindingen”). Het ringcontact is in dit geval de zogenaamde zend, die met de input van het hulpapparaat wordt verbonden en het puntcontact is de zogenaamde return, die met de uitgang van het hulpapparaat wordt verbonden.
Als laatste kan van POWER AMP INSERT het uitgangs­signaal van de mengpaneelsectie worden gehaald, om een extra externe eindtrap te gebruiken. Daarvoor is een symmetrische 6,3 mm jackkabel (stereo) noodzakelijk, waarbij het ringcontact (niet de punt) met de ingang van de externe eindtrap wordt verbonden. Wanneer u de externe eindtrap samen met de externe wilt gebruiken, verbindt u gewoon de stekkercontacten van ring en punt.
Op de FOOTSWITCH-bus kunt u een handelsgebruikelijk voetpedaal aansluiten. Zo kunt u een “Effect Bypass” activeren, waarmee de effectprocessor wordt stilgezet. Gebruik voor de PMP5000 een dubbel-voetpedaal, zodat u op gescheiden wijze de FX1 en FX2 kunt activeren resp. deactiveren. In deze gevallen vindt de aansturing over de punt van de klinkerstekker FX 1 en over de ring van FX 2 plaats.
2 BEDIENINGSELEMENTEN
7
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
PMP3000/PMP5000: De MONO OUT-uitgang is uitermate geschikt om een subwoofer aan te sluiten. Wordt een subwoofer aangesloten dan heeft u bij de PMP5000 de extra mogelijkheid om het bereik van de lagere frequenties voor de werking van de subwoofer te bepalen. Dit wordt met de SUB FILTER-regelaar ingesteld.
Over de FX SEND-aansluiting wordt het FX SEND-signaal van de ingangskanalen uitgevoerd, om bijv. op een ingang van een extern effectapparaat te kunnen aansluiten. Daar de PMP5000 over twee FX-regelaars per ingangssignaal beschikt (zie ), bestaan er tevens ook twee FX SEND’s (FX SEND 1+2) op één bus.
Let op: dat het SEND-signaal parallel aan de FX SEND-
bussen en naar de effectprocessor stroomt; beiden zijn dus tegelijk met één gezamenlijke regeling te gebruiken.
PMP5000: Gebruik bij het opvangen van het signaal
altijd een stereoklinkerstekker. De effectsignalen liggen op de volgende wijze op de stekker: (FX1 = tip/punt; FX2 = ring).
Op de PHONS/CTRL-aansluiting kunt u een stereo­koptelefoon of (actieve) monitor-luidspreker aansluiten.
2.5 Achterzijde
De lichtnetverbinding vindt plaats via de IEC­APPARAATBUS. Een geschikte voedingskabel zit bij de
levering inbegrepen. Bij de ZEKERINGHOUDER van het apparaat kunt u de
zekering vervangen. Bij het vervangen van de zekering dient u onvoorwaardelijk hetzelfde type zekering te gebruiken. Raadpleeg hiervoor het hoofdstuk “TECHNISCHE GEGEVENS”.
Met de POWER-schakelaar zet u uw PMP-model aan. De POWER-schakelaar dient in de positie “Uit” te staan, op het moment dat u het apparaat op het lichtnet aansluit.
Let op: De POWER-schakelaar schakelt de stroom-
voorziening bij het uitzetten niet volledig uit. Trek dus de stekker uit het stopcontact als u het apparaat voor langere tijd niet gebruikt.
SERIENUMMER. Hier bevindt zich de ventilator van het apparaat. De PMP5000 beschikt over twee ventilators. Aan de OUTPUT A (LEFT) wordt, onafhankelijk van de
gekozen bedrijfsmodus (zie ), òf het linker stereo­somsignaal òf het monitorsignaal in mono uitgevoerd. Gebruik deze uitgang NOOIT in de Mono Bridge-modus.
Op de OUTPUT B (RIGHT/BRIDGE) ligt, afhankelijk van de gekozen bedrijfsmodus òf het rechter stereo-somsignaal, de Main-som òf het Bridged Main-signaal (allemaal mono).
Sluit in de BRIDGE-modus alleen een luidspreker
met een impedantie van minstens 8 OUTPUT B-bus aan! Let er op dat u bij het toepassen van de BRIDGE-modus NOOIT de OUTPUT A mag gebruiken!
ΩΩ
op de
ΩΩ
Bij alle andere bedrijfsmodi mag de impedantie van
de aangesloten luidspreker niet minder dan 4 bedragen.
ΩΩ
ΩΩ
3. DIGITALE EFFECTPROCESSOR
24-BIT MULTI-FX PROCESSOR
Deze ingebouwde effectmodule biedt u hoogwaardige standaardeffecten zoal bijv. hall, chorus, flanger, echo en diverse gecombineerde effecten. Door de FX knop te gebruiken kunt u signalen invoeren in de effectenprocessor. De geïntegreerde effectenmodule heeft het voordeel dat er geen bedrading nodig is. Op deze manier wordt het gevaar voor het creëren van aardcircuits of ongelijke signaalniveaus al dadelijk bij het begin geëlimineerd en wordt het beheer erg vereenvoudigd. Deze effect-presets zijn de klassieke “bijmengeffecten”.
Als u niks wenst te bewerken dan draait u de
FX-regelaars van de kanalen voor alle signalen dicht.
8
3 DIGITALE EFFECTPROCESSOR
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
4 INSTALLATIE
4.1 Lichtnetverbinding
De verbinding met het lichtnet komt tot stand dmv de meegeleverde voedingskabel met apparaatstekker. De aansluiting op het lichtnet voldoet aan de vereiste veiligheidsvoorschriften.
Bij het vervangen van de zekering dient u onvoorwaardelijk hetzelfde type zekering te gebruiken.
Let er alstublieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor uw eigen veiligheid dient u in geen geval de aarding van de apparaten, resp. de voedingskabel, te verwijderen of onklaar te maken.
4.2 Audioverbindingen
Die Klinker in- en uitgangen van de BEHRINGER EUROPOWER­PMP zijn, met uitzondering van de symmetrische Mono-Line­ingangen, als asymmetrische monoklinkerbussen uitgevoerd. Maar u kunt op het apparaat naast de symmetrische natuurlijk ook asymmetrische klinkerstekkers gebruiken. Bij de Tape-In en uitgangen hebben we voor stereo Cinch-aansluitingen gekozen.
Let er strikt op, dat de installatie en bediening van
het apparaat alleen door vakbekwaamde personen wordt uitgevoerd. Tijdens en na de installatie dient de daarvoor aangewezen persoon (of personen) op de toereikende aarding van de apparatuur te letten, anders kunnen er door elektrostatische ontladingen e.d. beperkingen in de performance­eigenschappen ontstaan.
Afb. 4.4: Monoklinkerstekker voor voetpedaal
Afb. 4.3: XLR-verbindingen
Afb. 4.1: 6,3-mm-monoklinkerstekker
Afb. 4.2: 6,3-mm-stereoklinkerstekker
Uw EUROPOWER-Mixer beschikt over kwalitatief hoogwaardige luidsprekeraansluitingen (compatibel met Neutrik Speakon®), die het probleemloos gebruik garanderen. De Speakon®-stekker is speciaal voor luidsprekers met hoog vermogen ontwikkeld. Wanneer de stekker in de bijbehorende bus wordt gestoken, zorgt een vergrendelmechanisme ervoor dat de verbinding niet per ongeluk verbroken kan worden. Het mechanisme bied bescherming tegen elektrische schok en waarborgt het een juiste verbinding van polen. Elke luidsprekeraansluitingen voert uitsluitend het toegewezen individuele signaal (raadpleeg ook de achterzijde van uw Power Mixers).
4 INSTALLATIE
Afb. 4.5: 6,3-mm-stereoklinkerstekker (POWER AMP
INSERT-aansluiting)
4.3 Luidsprekeraansluitingen
®
9
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
5 AANSLUITVOORBEELDEN
Afb. 4.6: Professionele luidsprekeraansluiting met poling
Gebruik uitsluitend de in de handelsgebruikelijke Speakon®­kabel (Typ NL4FC), om uw luidspreker op de Power-Mixer aan te sluiten. Controleer of de pin-indeling van uw luidsprekerboxen en kabel overeenkomt met die van de door u gebruikte luidsprekeruitgang van het apparaat.
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
OUTPUT A 1+ 1- 2+ 2-
MAIN L xx
MONITOR xx
MONO xx OUTPUT B xx OUTPUT B 1+ 1- 2+ 2-
MAIN R xx
MONO xx
MONO
BRIDGE
Tab. 4.1: Pin-indeling van de luidsprekeraansluitingen
xx xx
Afb. 5.1: De EUROPOWER-Mixer als stereoversterker
(voorbeeld)
Afb. 4.7: Speakon®-stekker met pin-indeling
Bij bovenstaande toepassing moet de POWER AMP-schakelaar van uw Power Mixer in de bovensten stand (MAIN resp. MAIN L/ MAIN R) staan. Over de uitgangen A en B wordt het Stereo­Main-signaal aan de PA-luidspreker uitgevoerd. Aan de Pre Amp­Monitoruitgang worden twee parallel bekabelde actieve luidsprekers aangesloten. Zij dienen als monitorluidsprekers op het podium. Met behulp van een dubbele voetpedaal kunnen de effectprocessors worden aan- en uitgezet.
10
5 AANSLUITVOORBEELDEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
Bij deze toepassing (mono-dubbelversterker) moet de AMP MODE-schakelaar in de middelste stand staan (PMP3000/ PMP5000: MON 1/MONO resp. PMP1000: MON) ! Over de beide uitgangen wordt, gescheiden van elkaar, eenmaal het Main­signaal en eenmaal het Monitor-signaal uitgevoerd en aan de desbetreffende twee parallel bekabelde luidsprekers doorgegeven.
Afb. 5.2: Mono-bridged-werking
Deze afbeelding toont de Power Mixer met een Subwoofer­luidspreker op OUTPUT B. Voor deze toepassing (mono-bridged­werking OUTPUT B) moet de AMP MODE-keuzeschakelaar op de onderste stand “BRIDGE” staan. Op de Pre Amp Main-uitgangen is een aparte stereo voorversterker (BEHRINGER EUROPOWER EP1500) aangesloten, die voor de versterking van het Stereo­Main PA-signaal dient. Op de Pre Amp-Monitoruitgang zijn actieve monitorluidsprekers voor het podium aangesloten.
Afb. 5.4: Standaardsetup (voorbeeld)
Deze afbeelding toont u een mogelijke bekabeling van uw Power Mixer. Het omvat de aansluiting van mono- en stereobronnen met het gebruik van een extra Tape In/Out-aansluiting, om uw mix mee te snijden of een playback-signaal in te voeren.
Afb. 5.3: De EUROPOWER Mixer als Mono-dubbelversterker
(voorbeeld)
5 AANSLUITVOORBEELDEN
11
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
Afb. 5,5: Uitgebreide Setup
Deze toepassing is een uitbreiding op de standaard setup van afbeelding 5.4. Hier worden nog meer aansluitmogelijkheden
aangegeven. Ook dit is slechts een voorbeeld en kan met verdere varianten worden uitgebreid.
12
5 AANSLUITVOORBEELDEN
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
6 TECHNISCHE GEGEVENS
PMP1000 PMP3000 PMP5000
MICROFOONINGANGEN
Type
Mic E.I.N. (20 Hz - 20 kHz)
@ 0 bronweerstand @ 50 bronweerstand @ 150 bronweerstand
Frequentiekarakteristiek
Versterkingsbereik Max. ingangsniveau Impedantie Ruisafstand Vervormingen (THD + N)
MONO LINE -I NG ANGEN
Type Impedantie Max. ingangsniveau
STEREO LINE-INGANGEN
Type Impedantie Max. ingangsniveau
EQUALIZER
Low Mid 100 Hz - 8 kHz / ±15 dB High
CD/TAPE-INGANG
Type Impedantie Max. ingangsniveau
PRE AMP-UITGANGEN
MAIN
Type Impedantie Max. uitgan gsniveau
MONITOR
Type Impedantie Max. uitgan gsniveau
STEREO-UITGANGEN
Type ­Impedantie ­Max. uitgan gsniveau ­Type Cinch (RCA) Impedantie ca. 1 k Max. uitgan gsniveau +21 dBu
MAIN MIX systeem ge g ev en s
Ruis
MAIN MIX @ -oo Kanaal-fader -oo MAIN MIX @ 0 dB Kanaal-fader -oo MAIN MIX @ 0 dB Kanaal-fader @ 0 dB
LUIDSPREKER-UITGANGEN
Type
Impedantie
MAIN L/R MONITOR/MAI N MONO MAIN MONO/MAIN MONO BRIDGE
2,5 kHz / ±15 dB
XLR, elekt. gesymmetreerde, discrete ingangsschakeling
-134 dB / 136 dB A-gewogen
-131,5 dB / 134 dB A-gewogen
-129 dB / 131 dB A-gewogen < 10 Hz - 155 kHz (-1 dB)
< 10 Hz - > 200 kHz (-3 dB)
+10 dB, +60 dB met pad +12 dBu @ +10 dB Gain
ca. 2,6 k symmetrisch / 1,3 k asymmetrisch
109 dB / 112 dB A-gewogen (0 dBu IN @ +10 dB Gain)
0,002% / 0,0018% A-gewogen
6,3-mm-monoklinkerbussen, symmetrisch
ca. 20 k, symmetrisch
+21 dBu
6,3-mm-stereoklinkerbussen, asymmetrisch
ca. 3,6 k
+22 dBu
80 Hz / ±15 dB
12 kHz / ±15 dB
Cinch (RCA)
ca. 3,6 k
+21 dBu
6,3-mm-stereoklinkerbussen, asymmetrisch
ca. 150 , asymmetrisch
+21 dBu
6,3-mm-stereoklinkerbussen, asymmetrisch
ca. 150 , asymmetrisch
+21 dBu
6,3-mm-stereoklinkerbuchsen, asymmetrisch
ca. 150 , asymmetrisch
-102 dB / -106 dB A-gewogen
-88 dB / -91 dB A-gewogen
-84 dB / -86 dB A-gewogen
4 - 8 4 - 8 4 - 8
8 - 16
®
SPEAKON
compatibel met NEUTRIK
+21 dBu
Cinch (RCA)
ca. 1 k +21 dBu
-96 dB / -100 dB A-gewogen
-86 dB / -89 dB A-gewogen
-83 dB / -85 dB A-gewogen
®
6 TECHNISCHE GEGEVENS
13
EUROPOWER PMP1000/PMP3000/PMP5000
PMP1000 PMP3000 PMP5000
DSP
Adapter Dynamiek D/A Aftastsnelheid Delay Time Signaal looptijd
DISPLAY
Type
VERSTERKER
VERMOGEN AAN DE UITGANG
RMS @ 1 % THD (sinusgolfsignaal), beide kanalen in gebruik:
8 per kanaal 90 W 4 per kanaal 130 W
RMS @ 1 % THD (sinusgolfsignaal), gebruik als mono-brug:
8 200 W
Piekvermogen, beide kanalen in gebruik:
8 per kanaal 135 W 4 per kanaal 250 W
Piekvermogen, gebruik als m o no -b r ug :
8 500 W
STROOMVOORZIENING (EU/A)
Netspanning 100 - 240 V~, 50 / 60 Hz Vermogensopname 500 W Zekering Netaansluiting
STROOMVOORZIENING (UL)
Netspanning 100 - 240 V~, 50 / 60 Hz Vermogensopname 500 W Zekering Netaansluiting
STROOMVOORZIENING (J)
Netspanning 100 - 240 V~, 50 / 60 Hz Vermogensopname 500 W Zekering Netaansluiting
STROOMVOORZIENING (CN)
Netspanning 100 - 240 V~, 50 / 60 Hz Vermogensopname 500 W Zekering T 5 A H 250 V Netaansluiting
AFMETINGEN/GEWICHT
Afmetingen (H x B x D) 122 x 390 x 425 mm 122 x 476 x 460 mm 122 x 596 x 496 mm Gewicht 8 kg 10,8 kg 13,3 kg
(Line In à Line Out)
twee standen 7-Segment-LED-weergave
T 5 A H
250 V
T 5 A H
250 V
T 5 A H
250 V
24-Bit Delta-Sigma, 64/128-voudig oversampling
90 dB
46,875 kHz
max. 5 s
ca. 1,5 ms
215 W 450 W
900 W
300 W 600 W
1200 W
230 V~, 50 Hz
1000 W
T 6,3 A H
Standaard apparaataansluiting
120 V~, 60 Hz
1000 W
T 10 A H
Standaard apparaataansluiting
100 V~, 50 / 60 Hz
1000 W
T 10 A H 250 V
Standaard apparaataansluiting
220 V~, 50 Hz
1000 W
T 6,3 A H
Standaard apparaataansluiting
2 twee standen 7-Segment-LED-weergave
250 V
250 V
250 V
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteitsstandaard. Noodzakelijke productveranderingen worden zonder voorafgaande aankondiging doorgevoerd.Hierdoor kunnen de
technische gegevens en de uiterlijke kenmerken van het apparaat van de aangegeven informatie of afbeeldingen afwijken.
14
6 TECHNISCHE GEGEVENS
Loading...