Behringer GMX212, GMX112, GMX1200H, GMX210, GMX110 User Manual [nl]

Page 1
Gebruiksaanwijzing
versie 1.2 april 2006
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
Page 2
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN
LET OP: Verwijder in geen geval de bovenste afdekking (van
het achterste gedeelte) anders bestaat er gevaar voor een elektrische schok. Het apparaat bevat geen te onderhouden onderdelen; reparaties dienen door bevoegde personen uitgevoerd te worden.
WAARSCHUWING:
Om het risico op brand of elektrische schokken te beperken, dient u te voorkomen dat dit apparaat wordt blootgesteld aan regen en vocht. Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan neerdruppelend of opspattend water en er mogen geen met water gevulde voorwerpen  zoals een vaas  op het apparaat worden gezet.
Dit symbool wijst u er altijd op dat er niet-geïsoleerde gevaarlijke spanning binnen de behuizing aanwezig is  deze spanning is voldoende om gevaar voor elektrische schok op te leveren.
Dit symbool wijst u altijd op belangrijke bedienings­en onderhoudsvoorschriften in de bijbehorende documenten. Wij vragen u dringend de handleiding te lezen.
DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN OP EEN RIJ:
1) Lees deze voorschriften.
2) Bewaar deze voorschriften.
3) Neem alle waarschuwingen in acht.
4) Volg alle voorschriften op.
5) Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6) Reinig het uitsluitend met een droge doek.
7) Let erop geen van de ventilatie-openingen te bedekken. Plaats en installeer het volgens de voor­schriften van de fabrikant.
8) Het apparaat mag niet worden geplaatst in de buurt van radiatoren, warmte-uitlaten, kachels of andere zaken (ook versterkers) die warmte afgeven.
9) Maak de veiligheid waarin door de polarisatie- of aardingsstekker wordt voorzien, niet ongedaan. Een polarisatiestekker heeft twee bladen, waarvan er een breder is dan het andere. Een aardingsstekker heeft twee bladen en een derde uitsteeksel voor de aarding. Het bredere blad of het derde uitsteeksel zijn er voor uw veiligheid. Mocht de geleverde stekker niet in uw stopcontact passen, laat het contact dan door een elektricien vervangen.
10) Zorg ervoor dat er niet over de hoofdstroomleiding gelopen kan worden en dat het niet wordt samen­geknepen, vooral bij stekkers, verlengkabels en het punt waar ze het apparaat verlaten.
11) Gebruik uitsluitend door de producent gespeci­ficeerd toebehoren c.q. onderdelen.
12) Gebruik het apparaat uitsluitend in combinatie met de wagen, het statief, de driepoot, de beugel of tafel die door de producent is aangegeven, of die in combinatie met het apparaat wordt verkocht. Bij gebruik van een wagen dient men voorzichtig te zijn bij het verrijden van de combinatie wagen/apparaat en letsel door vallen te voorkomen.
Technische veranderingen en veranderingen in het productuiterlijk onder voorbehoud. Alle gegevens komen overeen op het moment van de drukoplage. De hier afgebeelde of vermelde namen van andere bedrijven, instellingen of publicaties en de desbetreffende logos zijn geregistreerde handelsmerken van de desbetreffende houders. Het gebruik hiervan is op géén enkele wijze een aanspraak op het desbetreffende handelsmerk en vertegenwoordigt géén bestaande band tussen de houder van het handelsmerk en BEHRINGER®. Voor de juistheid en volledigheid van de gegeven beschrijvingen, afbeeldingen en aanwijzigen neemt BEHRINGER géén enkele vorm van aansprakelijkheid. De afgebeelde kleuren en specificaties kunnen onbeduidend van het product afwijken. Distributeurs en handelaren zijn geen gevolmachtigden van BEHRINGER® en hebben geen enkele bevoegdheid om BEHRINGER® op welke wijze dan ook juridisch te binden, zij het impliciet of expliciet. Dit boek is auteursrechtelijk beschermd. Ieder verveelvoudiging, bijv. nadrukken, ook uittrekselsgewijs, en iedere reproductie van de afbeeldingen, ook in veranderde toestand, is alleen met schriftelijke toestemming van de firma BEHRINGER Spezielle Studiotechnik GmbH toegestaan. BEHRINGER is een geregistreerd handelsmerk.
ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN.
© 2006 BEHRINGER Spezielle Studiotechnik GmbH.
BEHRINGER Spezielle Studiotechnik GmbH
Hanns-Martin-Schleyer-Str. 36-38
47877 Willich-Münchheide II, Duitsland
Tel. +49 2154 9206 0, Fax +49 2154 9206 4903
2
13) Bij onweer en als u het apparaat langere tijd niet gebruikt, haalt u de stekker uit het stopcontact.
14) Laat alle voorkomende reparaties door vakkundig en bevoegd personeel uitvoeren. Reparatiewerkzaamheden
®
zijn nodig als het toestel op enige wijze beschadigd is geraakt, bijvoorbeeld als de hoofdstroomkabel of ­stekker is beschadigd, als er vloeistof of voorwerpen in terecht zijn gekomen, als het aan regen of vochtigheid heeft blootgestaan, niet normaal functioneert of wanneer het is gevallen.
15) WAARSCHUWING  Deze onderhoudsinstructies zijn uitsluitend bedoeld voor gekwalificeerd onderhouds­personeel. Om het risico op elektrische schokken te beperken, mag u geen andere onderhoudshandelingen verrichten dan in de bedieningsinstructies vermeld staan, tenzij u daarvoor gekwalificeerd bent.
Page 3
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
1. INLEIDING
Hartelijk dank voor het vertrouwen dat je blijkens de aankoop van de V-TONE in ons stelt. Met de V-TONE schaf je een moderne gitaarversterker aan, waarmee nieuwe maatstaven op het terrein van het Analog Modeling worden gezet.
Bij de ontwikkeling stelden we ons ten doel, de typische Sounds van analoge gitaarversterkers te simuleren en je tegelijk een instrument voor de klankbewerking in handen te geven, dat uiterst flexibel inzetbaar is. Verder wilden we tot een intuïtieve bediening komen.
+ De volgende handleiding maakt je op de eerste
plaats vertrouwd met de gebruikte specifieke begrippen, zodat je het apparaat met al zijn functies leert kennen. Bewaar de handleiding na lezing alsjeblieft zorgvuldig, zodat je deze altijd bij de hand hebt, wanneer je nog eens iets wilt overlezen.
1.1 Voordat je begint
1.1.1 Levering
Teneinde een veilig transport te waarborgen werd de V-TONE in de fabriek zorgvuldig verpakt. Mocht de doos desondanks beschadigingen vertonen, kijk dan direct of de buitenkant van het apparaat beschadigd is geraakt.
+ Stuur het apparaat bij eventuele beschadigingen
NIET aan ons terug, maar neem dringend eerst contact op met de dealer die je het apparaat verkocht heeft en het transportbedrijf, aangezien elke aanspraak op vergoeding anders teniet kan worden gedaan.
+ Gebruik alsjeblieft de originele doos om schade bij
opslag en verzending te vermijden.
+ Laat zonder toezicht geen kinderen met het apparaat
of verpakkingsmateriaal omgaan.
+ Neem alsjeblieft de milieuvoorschriften in acht bij
het weggooien van het verpakkingsmateriaal.
+ Let er alsjeblieft op, dat alle apparaten geaard
dienen te zijn. Voor je eigen veiligheid dien je in geen geval de aarding van de apparaten c.q. de netkabel te verwijderen of onklaar te maken. Het toestel met altijd met een intacte aarddraad aan het stroomnet aangesloten zijn.
1.1.3 Online-registratie
Registreer je BEHRINGER-apparaat na aankoop zo snel mogelijk op onze website www.behringer.com (respectievelijk www.behringer.nl ) en lees de garantievoorwaarden aandachtig door.
BEHRINGER geeft één jaar* garantie, gerekend vanaf de aankoopdatum, op materiaal- en productiefouten. Je kunt de garantievoorwaarden in het Nederlands op onze website onder http://www.behringer.com nalezen of telefonisch onder +49 2154 9206 4131 opvragen.
Mocht je BEHRINGER-product defect raken, willen wij het zo snel mogelijk repareren.
Neem in dat geval direct contact op met de BEHRINGER-leverancier waar je het apparaat hebt gekocht. Als je BEHRINGER-leverancier niet bij jou in de buurt is gevestigd, kun je óók direct contact opnemen met één van onze vestigingen. Op de originele verpakking van het apparaat vind je een lijst met de adressen van onze BEHRINGER-vestigingen (Global Contact Information/ European Contact Information). Als er voor jouw land geen contactadres vermeld is, kun je contact opnemen met de dichtstbijzijnde importeur. Onder het kopje Support op onze website www.behringer.com kun je de contactadressen ook vinden.
Als je apparaat, samen met de aankoopdatum, bij ons geregistreerd is, wordt het afhandelen van je garantieaanspraken aanmerkelijk eenvoudiger.
Bedankt voor je medewerking!
* Voor klanten binnen de Europese Unie kunnen er hiervoor andere bepalingen geldig zijn. Verdere informatie is voor EU­klanten verkrijgbaar bij BEHRINGER Support Duitsland.
1.1.2 Installatie
Let op voldoende toevoer van frisse lucht en genoeg afstand tot andere apparaten die warmte afgeven, zodat een oververhitting van de apparatuur wordt vermeden.
+ Voordat je het apparaat op het stroomnet aansluit,
dien je eerst zorgvuldig na te gaan of je apparaat op de juiste voedingsspanning is ingesteld:
De zekeringhouder aan de bus voor de netaansluiting heeft 3 driehoekige markeringen. Twee van deze driehoeken staan recht tegenover elkaar. Je apparaat is op de naast deze markeringen staande bedrijfsspanning ingesteld en kan worden omgeschakeld door de zekeringhouder 180° te draaien. LET OP: Dit geldt niet
voor exportmodellen, die bijv. alleen voor een netspanning van 120 V zijn ontworpen!
+ Wanneer het apparaat op een andere netspanning
wordt ingesteld, dient er een andere zekering te worden geplaatst. De specificaties vindt u in het hoofdstuk TECHNISCHE GEGEVENS.
+ Defecte zekeringen dienen absoluut door zekeringen
van de juiste waarde te worden vervangen! De specificaties vindt u in het hoofdstuk TECHNISCHE GEGEVENS.
Het apparaat wordt met behulp van het meegeleverde netkabel met apparaatbus op het net aangesloten. Deze voldoet aan de nodige veiligheidseisen.
1. INLEIDING
3
Page 4
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
In dit hoofdstuk geven we een beschrijving van de verschillende bedieningselementen van de V-TONE. Alle regelaars en aansluitingen worden uitgebreid beschreven en er worden handige tips over de toepassing ervan gegeven. Een afbeelding van de bedieningselementen met de overeenkomstige nummering vindt u op de aparte bijlage, die bij de handleiding wordt meegeleverd.
Omdat de modellen GMX112, GMX210, GMX212 en GMX1200H met twee gelijkwaardige MODELING-KANALEN zijn uitgerust, worden de bedieningselementen hoofdstuk slechts eenmaal beschreven.
2.1 Voorkant
De bus waar INPUT onder staat, is de 6,3 mm klinkeringang van de V-TONE, waar je je gitaar op aan kunt aansluiten. Gebruik een standaard 6,3 mm mono-klinkerkabel. Om tijdens repetities en uitvoeringen geen onaangename verrassingen te beleven, adviseren wij het gebruik van een contactgeluid­gedempte kabel.
De CLEAN-regeling regelt bij de GMX110 het volume van het CLEAN-kanaal in verhouding tot het MODELING-KANAAL.
Door op de CHANNEL-toets te drukken, schakel je tussen de twee MODELING-KANALEN (behalve GMX110) om. De Channel-LED van het actieve kanaal licht op. Bij de GMX110 schakelt de CHANNEL-toets tussen het CLEAN­en het MODELING-KANAL om. Het CLEAN-KANAAL is actief, als de Channel-LED uit is. Bij alle modellen kan de kanaalomschakeling ook met behulp van het meegeleverde voetpedaal worden gerealiseerd. Een lange druk (circa 2 sec.) op de CHANNEL-toets activeert de gitaar-Tuner.
De DRIVE-regeling bepaalt de mate van vervorming in het desbetreffende MODELING-KANAAL. Daarmee kun je de voortrap van de V-TONE en het uitgangsniveau van je gitaarelement ideaal op elkaar aanpassen, zodat je (al naar gelang de geselecteerde Amp-, Mode- en Speaker-com­binatie) de gewenste vervormingsgraad kunt realiseren.
De CHANNEL-LED geeft aan welk kanaal momenteel geselecteerd is.
Met de AMP-schakelaar kun je het basisgeluid van drie verschillende gitaarversterker-ontwerpen selecteren, die zich naar klassieke voorbeelden oriënteren en die je beslist al van talloze opnames kent. Een glashelder, transparant geluid met dynamische bassen heeft de TWEED-instelling je te bieden, middentonig-agressief, met veel druk en een goed hoorbaar doordringend vermogen gaat de BRITISH-instelling te werk. Met het rondere en harmonischere karakter, maar met steeds een gedifferentieerde klank, is de CALIF.(ORNIAN)­instelling bijzonder geschikt voor zingende Lead-Sounds.
Met de MODE-schakelaar kies je voor één van drie mogelijke Gain-voorinstellingen (CLEAN, HI GAIN en HOT) van het met de AMP-schakelaar geselecteerde basisgeluid.
Onder de SPEAKER-schakelaar vind je simulaties van twee klassieke gitaarboxen: 4x12"-luidsprekers in gesloten behuizing (U.K.) en 2x12"-luidsprekers, open (U.S.). Als extra hebben we nog een, speciaal aan de behuizing van de V-TONE aangepaste, frequentiekarakteristiek-correctie (FLAT) ingebouwd.
Met behulp van de LOW-regelknop van het EQ-gedeelte kunnen de basfrequenties hoger of lager worden ingesteld.
De MID-regelknop stelt de middelste frequenties hoger of lager in.
De HIGH-regelaar controleert het bovenste frequentiebereik.
- in het volgend
Wanneer de Tuner ingeschakeld is, geven de LEDs in combinatie met het FX-display de stemming van de aangesloten gitaar weer. De Tuner wordt geactiveerd door langere tijd op de CHANNEL-toets te drukken (ca. 2 sec.).
Het FX-DISPLAY toont òf het programmanummer van de geselecteerde Preset, òf de waarde van de met de FX­regeling geselecteerde parameter.
Met de PRESET-regeling heb je de mogelijkheid een effect- Preset tussen 01 en 99 te selecteren. De geselecteerde Preset wordt geladen nadat je ca. een seconde lang niets hebt veranderd.
Met de IN/OUT-toets activeer c.q. deactiveer je het geselecteerde effect. De LED boven de schakelaar licht op als het effect actief is. Met een lange druk op deze toets kun je je eigen effectinstellingen opslaan. Het effect kan ook met het meegeleverde voetpedaal aan en uit worden gezet.
+ Als de MIDI-functie uitgeschakeld is (zie Hfdst. 4),
dan is wil zeggen dat voor elk van de twee kanalen van de V-TONE een eigen effect kan worden opgeroepen. FXT wordt in Hfdst. 3 precies uitgelegd.
De FX-regeling bepaalt de mengverhouding tussen het originele en het effectsignaal.
De LEVEL-regelaar bepaalt het volume van het betreffende kanaal. Stel de LEVEL-regelaar zo in, dat je de gewenste volumebalans tussen beide kanalen krijgt.
(Effects Tracking) actief, hetgeen
+ De GMX110 heeft deze regelaar niet. Je kunt echter
met het volume van het CLEAN-KANAAL in verhouding tot het MODELING-KANAAL instellen en met MASTER het totaalvolume regelen.
+ Bij de modellen GMX112 en GMX210 is de LEVEL-
regelaar alleen in MODELING-KANAAL 1 aanwezig. Hiermee regel je de geluidssterkte van het kanaal in verhouding tot het tweede kanaal.
De PRESENCE-regeling zorgt voor een extra verhoging c.q. verlaging van de hoge tonen (alleen GMX212 en GMX1200H).
De MASTER-regeling bepaalt het totale en het kop­telefoonvolume.
+ Wij willen je erop wijzen, dat hoge geluidsvolumes
je gehoor en/of je koptelefoon kunnen beschadigen. Draai alsjeblieft de MASTER-regeling in het master­gedeelte naar links voordat je het apparaat aanzet. Let altijd op een passend geluidsvolume.
Met de POWER-schakelaar zet je de gitaarversterker aan. Deze dient in de positie uit te staan, wanneer je het apparaat op het stroomnet aansluit.
+ Let alsjeblieft op het volgende: De POWER-schake-
laar schakelt de stroomvoorziening bij het uitzetten niet volledig uit. Trek daarom de kabel uit het stopcontact wanneer je het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt.
+ Bij de GMX110 zit de POWER-schakelaar aan de
achterkant.
4
2. BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITINGEN
Page 5
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
2.2 Achterkant
Op deze FOOTSWITCH-bus sluit je de stereo-klinker­stekker van het meegeleverde voetpedaal aan. Het voetpedaal heeft meerdere functies: het schakelt heen en weer tussen twee kanalen en het zet het effect aan en uit. Het stemapparaat (Tuner) kan ook door middel van de voetschakelaar geactiveerd worden, door de CHANNEL­toets twee seconden lang ingedrukt te houden.
MIDI IN. Deze aansluiting zorgt ervoor dat de V-TONE met een MIDI-afstandsbediening kan worden gebruikt. Met de afstandsbediening kunnen effect-omschakelingen, kanaalwisselingen, effect-Bypasses via Program Changes, parameterveranderingen en het bewerken van Presets via Controllers worden gerealiseerd (zie ook Hfdst. 5.3 en par. 6.1).
Aan de LOUDSPEAKER-aansluitingen van de GMX212 en GMX1200H kun je twee externe luidsprekerboxen (L/R) aansluiten. De uitgangen leveren per kanaal 60 Watt bij 8 W. Gebruik alleen luidsprekerboxen met een impedantie van 8 W, om optimale prestaties te bereiken (zie ook hoofdstuk 5.2). Bij gebruik van deze stekkerbus worden de interne luidsprekers uitgeschakeld.
+ De GMX112 en de GMX210 bezitten geen externe
luidsprekeraansluitingen. De luidsprekeraansluiting van de GMX110 wordt hieronder
Via de PHONES-stekkerbus heb je de mogelijkheid om het audiosignaal van de V-TONE te beluisteren via een koptelefoon. Daarvoor is bijv. de BEHRINGER HPS3000 geschikt. Zodra de PHONES-aansluiting wordt gebruikt, worden de interne luidsprekers en de luidsprekeruitgangen uitgeschakeld.
Signalen die bij de SLAVE IN-bussen binnenkomen, worden direct naar de eindtrap van de V-TONE gestuurd. Zo kun je een externe gitaarversterker of Modeling Amp (bijv. V-AMP 2 of V-AMP PRO) aansluiten en de interne voorversterker omzeilen.
beschreven.
+ De GMX110 en de GMX112 bezitten geen SLAVE IN-
bussen.
Bij de TAPE-uitgangen (cinch) kun je het stereosignaal van de V-TONE aftakken, bijv. om het op te nemen.
Bij de TAPE-ingangen (cinch) kan er een extra stereosignaal in de V-TONE worden ingevoerd. Op deze manier kun je bijvoorbeeld met een drum computer of een playback (CD­of MC-speler) meespelen.
Bij de LINE-uitgangen kun je het stereosignaal van de V-TONE aftakken om het op te nemen of naar een P.A. door te sturen. Deze uitgang is onafhankelijk van de MASTER-regeling en geeft niet het AUX-signaal weer. Bovendien is de frequentiekarakteristiek ervan gecorrigeerd (Speaker Simulation).
+ De GMX110 en de GMX112 bezitten geen LINE-
uitgangen.
Met de AUX IN-regeling bepaal je het volume van het via de AUX IN-bussen ingevoerde signaal (bijv. Drum Computer,
Playback).
+ Bij de modellen GMX110 en GMX112 heet deze
regelaar TAPE INPUT. Hij regelt de geluidssterkte van het in de TAPE IN ingevoerde signaal.
Via de AUX IN-ingang kan er een extra stereosignaal worden ingevoerd (behalve GMX110). Zo kun je bijvoorbeeld met een Backing Track meespelen die je op het podium ondersteunt, maar niet op de LINE-uitgangen van de P.A. te horen mag zijn. Verder heb je de mogelijkheid, de AUX IN in combinatie met de INSERT SEND als parallelle effectinsert te gebruiken. Daarvoor verbind je de INSERT
SEND met de ingang en de AUX IN (resp. TAPE IN bij GMX110 en GMX112) met de uitgang van de effectunit (de INSERT RETURN-bus mag hierbij niet in gebruik zijn!). Op deze wijze wordt de signaalstroom in de versterker niet onderbroken en heb je de mogelijkheid met behulp van de AUX IN­regelaar zoveel effectaandeel van het externe apparaat aan het originele signaal toe te voegen, als je dat wenselijk acht. Let er hierbij op, dat het effectapparaat op 100% effectsignaal (100% wet) is ingesteld.
De V-TONE beschikt over een seriële insert, waarmee je de externe effecten (bijv. een Wah-pedaal) kunt invoeren. Hiervoor verbind je de SEND-bus met de ingang van je effectapparaat. De SEND-aansluiting wordt direct voor de digitale signaalprocessor (DSP) van de V-TONE afgetakt. Verbind de RETURN-bus met de uitgang van het externe effectapparaat.
+ De INSERT SEND kan ook als parallelle uitgang zonder
effecten worden gebruikt, om bijv. een droog gitaarsignaal op te nemen. Zolang de RETURN-bus niet in gebruik is, wordt het signaal intern niet onderbroken.
Via de SPEAKER OUT-aansluiting kun je een extra luidspreker op je GMX110/GMX112 aansluiten. De externe luidspreker dient een impedantie van 4 W te hebben. Wordt deze bus gebruikt, dan wordt de interne luidspreker stilgezet. Meer uitleg over het aansluiten van een externe luidspreker vind je in par. 5.2.
ZEKERINGHOUDER/ VOLTAGE. Voordat je het apparaat met het stroomnet verbindt, dien je eerst te controleren of het aangegeven voltage overeenkomt met de netspanning ter plaatse. Als er een zekering vervangen wordt, moet je absoluut hetzelfde type gebruiken. Bij sommige apparaten kan de zekeringhouder in twee verschillende posities worden ingezet, om zo tussen 230 V en 120 V om te schakelen. Let alsjeblieft op het volgende: Bij gebruik van het apparaat bij 120 V buiten Europa, dienen er zekeringen met hogere waarden geplaatst te worden.
Het apparaat wordt via de IEC-APPARAATBUS op het stroomnet aangesloten. Een geschikt netkabel zit bij de levering inbegrepen.
SERIENUMMER. Neem alsjeblieft even de tijd om de garantiekaart volledig in te vullen en binnen 14 dagen na de aankoopdatum aan ons toe te sturen. Of maak gebruik van de eenvoudige online registratie bij www.behringer.com.
3. FXT  EFFECTS TRACKING
FXT is een uiterst nuttige functie die ervoor zorgt, dat er onderling verschillende effecten aan de kanalen van de V-TONE kunnen worden toegewezen, die dan in combinatie met de kanaalomschakeling weer worden opgeroepen.
Zodoende ben je in staat, aan bijv. MODELING-KANAAL 1 een DELAY-effect toe te wijzen en voor MODELING-KANAAL 2 een REVERB/CHORUS-combinatie-effect te kiezen. Met één enkele druk op de CHANNEL-toets of het voetpedaal schakel je tussen de kanalen om en laadt de V-TONE automatisch het juiste effect.
Als de MIDI-functie actief is, vindt deze toewijzing niet meer plaats. De kanalen en effecten kunnen dan apart van elkaar worden omgeschakeld.
Een gedetailleerde omschrijving van de verschillende effecten vind je in de Duitse en de Engelse versie van dit handboek.
3. FXT  EFFECTS TRACKING
5
Page 6
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
y
y
y
4. MIDI-BESTURING
Dankzij de geïntegreerde MIDI-interface is het mogelijk, de V-TONE in een MIDI-setup op te nemen. De V-TONE kan niet alleen Program Changes, maar ook MIDI-Controllers ontvangen. Daarom kunnen er bijv. niet alleen programmawisselingen via MIDI met een MIDI Foot Controller of een MIDI-Sequencer­programma vanuit een computer worden uitgevoerd, maar is het ook mogelijk aparte effectparameters te sturen en eigen effecten te bewerken. Onze MIDI FOOT CONTROLLER FCB1010 geeft je onder andere exact deze mogelijkheden en kan uitstekend in combinatie met BEHRINGER-gitaarversterkers worden gebruikt.
Zo activeer je de MIDI-functies:
s Verbind de MIDI IN-bus van je V-TONE met de MIDI OUT-bus
van een MIDI-Foot Controller.
s Houdt twee seconden lang de CHANNEL- en de IN/OUT-
toets ingedrukt.
s Selecteer met de PRESET-regeling een MIDI-kanaal (1 tot 16,
On voor Omni, OF voor inactief). Als het display ophoudt te knipperen, is het geselecteerde MIDI-kanaal geactiveerd. Omni betekent, dat de V-TONE op alle MIDI-kanalen relevante MIDI-data ontvangt en verwerkt. Natuurlijk moet hetzelfde kanaal op de MIDI Foot Controller zijn gekozen (zie de hand­leiding van je MIDI Foot Controller). Als optische control­emogelijkheid knippert de linker decimale punt in het display wanneer er MIDI-data bij de V-TONE binnenkomen.
+ Als je de MIDI-functie activeert, is FX Tracking niet
meer actief, d.w.z. er vindt geen toewijzing meer tussen effectnummer en kanaal plaats. Dat betekent dat er bij het omschakelen, niet meer automatisch het vantevoren ingestelde effect geladen wordt. Aangezien deze toewijzing in het geval dat de V-TONE via MIDI op afstand wordt bestuurd, slechts voor verwarring zou zorgen, is ze alleen zinvol bij een directe bediening van de V-TONE zelf of door middel van het meegeleverde voetpedaal. Mocht je de V-TONE zonder MIDI-afstandsbesturing willen bedienen, dan deactiveer de MIDI-functies alsjeblieft (display op OF).
Via MIDI kunnen er verschillende functies van de V-TONE worden bestuurd. Hiervoor krijgt hij MIDI-bevelen (zog. messages). De te versturen MIDI-Messages dienen op de MIDI Foot Controller of in de MIDI Sequencer te worden ingesteld. Het gaat in wezen om
Program Change- en Controller-Messages:
Program Changes: Je hebt de mogelijkheid Presets via MIDI-
Program Changes op te roepen. Gezien het feit dat de Program Changes bij 0 beginnen en tot 127 gaan, komt Program Change 0 overeen met preset 0, Program Change 1 met preset 1, enz. (vgl. tabel 6.1 in de bijlage). Na de omschakelprocedure is de Preset direct actief, d.w.z. onafhankelijk van een eventueel van te voren ingestelde Bypass.
Effectparameters: Drie parameters van de effectprocessor kunnen in real time worden veranderd. Daarmee is het mogelijk, eigen effecten te creëren of aan de eigen omstandigheden aan te passen (bijv. de Delay-tijd aan het tempo van een eigen nummer aanpassen) of via een MIDI Foot Controller van afstand te besturen.
Kies op je MIDI Foot Controller een Controller-nummer voor het voetpedaal uit. Gebruik hiervoor de Controller-nummers 12, 13 of 14. Nu kun je met het voetpedaal op je MIDI Foot Controller de waardes voor de drie verstelbare parameters in real time bewerken of de waarde direct invoeren. Welke drie parameters voor welk effect bewerkt kunnen worden, wordt in de volgende tabel getoond:
R
1
W F H
I
I (
REVERB 0 - 16 -
DELAY/
REVERB
DELAY 21 - 29 Delay Ti me* Feedback Mix
PHASER 30 - 33 LFO Speed* Feedback Depth
CHORUS 34 - 37 LFO Speed* Depth Mix
CHORUS/
REVERB
CHORUS/
DELAY
FLANGER 48 - 51 LFO Speed* Resonance Depth
FLANGER/
REVERB
FLANGER/
DELAY
TREMOLO/
REVERB
TREMOLO/
DELAY
ROTARY
SPEAKER
ROTARY
DRIVE
AUTO WAH
REVERB
AUTO WAH
DELAY
PITCH
SHIFTER
PITCH
SHIFTER/
REVERB
PITCH
SHIFTER/
DELAY
COM-
PRESSOR
EXPANDER 92, 93
GUITAR COMBO
*) Tap tempo: MIDI Control No. 64 ²) depends on Variation
Tab. 4.1: Per MIDI-bestuurbare effect-parameters
Wisselen van kanaal: Het schakelen tussen de MODELING­KANALEN kan via Controller nr. 10 gerealiseerd worden. Als je via deze controller de waarde 0 stuurt, dan is kanaal 1 actief. Waarde 1 zorgt voor het omschakelen naar kanaal 2. Je kunt echter ook met behulp van Program Changes van kanaal wisselen. Program Change 123 activeert kanaal 1 en Program Change 124 kanaal 2 van je V-TONE.
Behalve wisselen van kanaal kun je ook het effect deactiveren. Daartoe zend je via de Controller nr. 11 de waarde 0. Bij waarde 1 wordt het effect weer geactiveerd.
De Tuner kan worden ingeschakeld door het zenden van Program Change nummer 127. Zodra er een ander Program Change nummer wordt gezonden, gaat de Tuner weer uit.
Het ingangsvolume van de effectmodule bepaal je met behulp van de MIDI-Controller 7. Zodoende kun je het geluidsvolume van
W H V H
U 3
17 - 20 Delay Time* Delay Mix
38 - 42 Reverb Time
43 - 47 Delay Time* Delay Mix
52 - 56 Reverb Time
57 - 61 Delay Time* Delay Mix Depth
62, 63 LFO Speed*
64 - 66 LFO S peed* Delay Mix
67, 68 LFO Speed*
69, 70 LFO Speed* Delay Mix Depth
71, 72 Reverb Mix Depth Sensitivit
73, 74 Delay Mix Depth Sensitivit
75 - 81 - - Pitch Mix
82 - 85 Reverb Time
86 - 89 Delay Time* Delay Mix Pitch Mix
90, 91
94 - 99
U
H
W
H
P
D
U
D
CC 12
3
Delay Time/
Rev Time² Rev Time/
Delay Time²
Delay Time*/
Rev Time²
U H
W H
P D
U D 3
CC 13
Reverb
Time
Reverb
Mix
Reverb
Mix
Reverb
Mix
Reverb
Mix
Reverb
Mix
Delay Mix/
Rev Mix² Rev Mix/
Delay Mix² Delay Mix/
Rev Mix²
U H
W H
P D
U D 3
CC14
Mix
Reverb
Mix
Chorus
Mix
Chorus
Mix
Depth
Tremolo
Mix
Tremolo
Mix
Depth
Pitch Mix
Sensitivit
Threshold
Drive
6
4. MIDI-BESTURING
Page 7
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
de V-TONE aan je eigen behoefte aanpassen. Aangezien deze controller niet rechtstreeks de Master Volume-regelaar controleert, is het verstandig eerst de maximaal benodigde geluidssterkte via de Master Volume-regelaar in te stellen en aansluitend de MIDI-Controller 7 te gebruiken om het volume lager te zetten. Deze functie noemt men ook wel Volume Controller.
Het toepassingsgebied van het wah-effect bepaal je met MIDI­Controller 27.
Bovendien bestaat de mogelijkheid, bij LFO-gestuurde modulatie­effecten de LFO te deactiveren en de modulatie via MIDI-Controller nr. 27 door te voeren. Om deze MIDI-controller te activeren, dien je de snelheid van de LFO van tevoren op 0 stellen, dit kan direct aan de V-TONE zelf of via de betreffende MIDI-controller.
Natuurlijk kan ook de gehele MIDI-afstandsbediening via een MIDI­sequencer- of MIDI-editeerprogramma op een computer worden uitgevoerd. Dit is vooral aantrekkelijk wanneer u thuis opnames wilt maken.
5. INSTALLATIE
5.1 Audioverbindingen
De audio in- en uitgangen van de BEHRINGER V-TONE zijn uitgevoerd als monoklinkerbussen, behalve de koptelefoonuitgang en de AUX-ingang (stereoklinker). De TAPE in- en uitgangen zijn als cinch-bussen uitgevoerd.
+ Let er alsjeblieft goed op, dat het apparaat uitsluitend
door ter zake kundige personen aangesloten en bediend wordt. Tijdens en na het aansluiten dient men altijd op voldoende aarding van de persoon / personen die met het apparaat bezig is / zijn te letten, elektrostatische ontladingen e.d. kunnen de bedrijfseigenschappen anders nadelig beïnvloeden.
5.2 Luidsprekeraansluiting
De modellen GMX110 en GMX112 beschikken over een SPEAKER­aansluiting, waarop je een extra luidsprekerbox kunt aansluiten. De modellen GMX110 en GMX112 beschikken over een SPEAKER­aansluiting, waarop je een extra luidsprekerbox kunt aansluiten. De belastbaarheid van de aangesloten luidsprekers mag niet onder de 4 W komen bij de GMX110 met 30 Watt en bij de GMX112 met 60 Watt.
De modellen GMX212 en GMX1200H beschikken over twee LOUDSPEAKER-uitgangen (EXT LEFT en EXT RIGHT) voor de aansluiting van twee luidsprekerboxen of van één stereo luidsprekerbox. Het uitgangsvermogen bedraagt 60 W per kanaal. Om het vermogen van de versterker optimaal te kunnen benutten, moeten 8 W-luidsprekers met een belastbaarheid van minstens 60 Watt worden gebruikt.
Voor beide modellen geldt het volgende: Je kunt weliswaar ook luidsprekers met hogere impedanties gebruiken, alleen wordt de vermogensafgifte steeds lager, naarmate de weerstand hoger wordt. Een verdubbeling van de impedantie leidt tot een halvering van het vermogen (dubbele hoeveelheid Ohm = half vermogen).
+ Omdat er via de SPEAKER- en LOUDSPEAKER-uitgangen
krachtige, versterkte signalen worden afgegeven, mag je daarop geen apparaten met Line-niveau ingangen  zoals bijv. mengpaneelingangen  aansluiten.
5.3 Kabelaansluitingen van de GMX1200H
Het bovenste gedeelte van de GMX1200H heeft twee LOUDSPEAKER-uitgangen (EXT LEFT en EXT RIGHT), waarop één of twee externe luidsprekerboxen kunnen worden aan­gesloten. Om het vermogen van de GMX1200H optimaal te kunnen benutten, moeten beide uitgangen worden gebruikt en op luidsprekerboxen met een impedantie van minstens 8 W worden aangesloten. De luidsprekeruitgangen worden uitgeschakeld, zodra de tuner wordt geactiveerd of een koptelefoon wordt aangesloten. Voor een optimaal en veilig gebruik van de versterker verwijzen wij tevens naar hoofdstuk 5.2.
Wanneer de GMX1200H wordt gebruikt in combinatie met een BEHRINGER ULTRASTACK BG412V, dan moet de schakelaar aan de achterzijde van de BG412V in de stereostand staan. De beide uitgangen moeten worden bekabeld zoals weergegeven in afbeelding 5.3.
Wanneer je twee luidsprekerboxen wilt gebruiken om een klassieke Full-Stack op te bouwen, dien je te controleren of de impedantie van elke box tussen 8 en 16 W ligt (zie afb. 5.4).
Afb. 5.1: 6,3-mm-monoklinkerstekker
Afb. 5.2: 6,3 mm-stereoklinkerstekkers
voor AUX en PHONES
Afb. 5.3: GMX1200H met een ULTRASTACK BG412V
5. INSTALLATIE
7
Page 8
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
Basic
Channel
Default
Changed
X
X
OFF, 1 - 16
OFF, 1 - 16
Default
Altered
X
X
1, 2
X
Note
Number
XXX
X
Note ON
Note OFF
XXXXAfter
Touch
Keys
Channels
XXX
X
O
127
1 2
Song Pos.
Tune
X
X
X
X
System
Real Time
Clock
Commands
XXX
X
.) .)
.)
6. BIJLAGE
6.1 MIDI-Implementatie
0,',,PSOHPHQWDWLRQ&KDUW
)XQFWLRQ
7UDQV PLWWHG
5HFRJQL]HG 5HPDUNV
memorized
Afb. 5.4: GMX1200H met twee luidsprekerboxen
5.4 MIDI-Aansluiting
De MIDI-aansluiting aan de achterkant van het apparaat is van de internationaal genormeerde 5-polige DIN-bus voorzien. Om de V-TONE met andere MIDI-apparatuur te kunnen verbinden heb je een MIDI-kabel nodig. Normaliter worden de in de handel gebruikelijke, door de fabriek geproduceerde kabels gebruikt. MIDI-kabels dienen niet langer dan 15 meter te zijn.
De MIDI IN dient voor de ontvangst van MIDI-besturingsdata. Het ontvangstkanaal wordt via de toetsencombinatie CHANNEL en IN/OUT ingesteld. On = Omni betekent, dat op alle kanalen MIDI­data worden ontvangen en verwerkt (vgl. par. 4).
Mode
Velocity
Pitch Bender X X Control X O see add. table
Progr. Change
System Exclusiv e System
Common
Aux Messages
Notes O = YES, X = NO Mode 1: OMNI ON Mode 2: OMNI OFF
Messages
True Voice
True # X
Song Sel.
Local ON/OFF All notes OFF Active Sense Reset
X
X
0 - 99 123 124
XX
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
123 = Channel 124 = Channel 127 = Tuner
Tab. 6.1: MIDI-Implementatie
3DUDPHWHU1DPH 'LVSOD\5DQJH
Volume Controller - 7 0 .. 127
Channel Select
Effect Bypass
Parameter 3 depends on effect * 12 0 .. 127 (max Parameter 2 depends on effect * 13 0 .. 127 (max Parameter 1
(MIX)
Wah / Modulation
Controller
Mod FX send on/off - 21 0/127
Reverb send on/off - 22 0/127
Delay send on/off - 23 0/127
Tap Tempo - 64 value > 63
Tuner Bypass
Volume
* for details see Tab. 4.1
Channel 1 = 0 Channel 2 = 1
OFF = 0
ON = 1
depends on effect * 14 0 .. 127 (max
-27
- 82 0 .. 127
0LGL
&RQWURO
1XPEHU
10 0, 1
11 0, 1
&RQWURO
9DOXH
5DQJH
0 = off
1 .. 127
Tab. 6.2: MIDI-controller van de V-TONE
8
6. BIJLAGE
Page 9
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
6.2 Presettabel
Tab. 6.3: Presettabel
6. BIJLAGE
9
Page 10
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
7. TECHNISCHE GEGEVENS
*0; *0; *0;
$8',2,1*$1*(1
GITAARINGANG
Ingangsimpedantie
INSERT RETURN
Ingangsimpedantie
SLAVE-INGANG 6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
Ingangsimpedantie
AUX-INGANG 6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
Ingangsimpedantie
TAPE-INGANG
Ingangsimpedantie
6257,(6$8',2
INSERT SEND
Uitgangsimpedantie
LINE-UITGANG 6,3 mm mono-jack-ansluitingen
Uitgangsimpedantie Max. uitgangsniveau +8 dBu niet-symmetrisch
TAPE-UITGANG
Uitgangsimpedantie Max. uitgangsniveau
KOPTELEFON-UITGANGEN
Max. uitgangsniveau
SLAVE-UITGANG 6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
Uitgangsimpedantie Max. uitgangsniveau +21 dBu niet-symmetrisch
/8,'635(.(58,7*$1*(1
Aansluiting -
Min. Belastingsim pedant i e -
6<67((0*(*(9(16
Eindtrapvermogen
0,',,17(5)$&(
Type
',*,7$/(%(:(5.,1*
Omzetter Aftastfrequentie
',63/$<
Type
63($.(56
Type 1 x 10" 1 x 12" 2 x 10" Model Impedantie Belastbaarheid 60 W 50 W 60 W
92(',1*
Netspanning
Vermogensopname max. 70 W max. 150 W max. 150 W Zekering 100 - 120 V~ Zekering 200 - 240 V~ Netaansluiting
$)0(7,1*(1*(:,&+7
Afmetingen (H * B * T) 400 x 423 x 213/253 mm 473 x 605 x 255 mm 473 x 605 x 255 mm Gewicht 11 kg
1 x 30 W / 4
7$+ 7$+
6,3 mm mono-jack -ansluitingen; HF-ontstoorde ingang
ongeveer 1 M
6,3 mm mono-jack -ansluitingen
env. 10 k
-
-
-
-
ongeveer 10 k
6,3 mm mono-jack-aansluitingen; laagohmige Line-piek ui t gang
:
ong. 1 k
6,3 mm mono-jack
:
:
4
250 V 250 V
4
24-bit Sigma-Delta, 64/128-voudige oversampling
Algemeen exportmodel 120/230 V~, 50 - 60 Hz
˜ niet- symmet ri sch
-
-
-
ongeveer 3 k
+9 dBu niet-symmetrisch
6,3 mm stereo-jack -ansluitingen
+15 dBu / 100
-
-
-
:
1 x 60 W / 4
5-polige DIN-aansluiting, MIDI IN
2-cijferige, numerieke LE D-ui t lezing
BUGERA™
USA/Canada 120 V~, 60 Hz
Europa/U.K./Australi ë 230 V ~ , 50 Hz
Japan 100 V~, 50 - 60 Hz
China/Korea 220 V~, 50 Hz
7$+
7$+
standaard apparaatstekker
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
Cinch-aansluitingen
:
niet-symmet ri sch
Cinch-aansluitingen
:
niet-symmet ri sch
:
(+23 dBm)
:
46,875 kHz
Vintage Guitar Series
4
:
250 V
250 V
17,2 kg
ongeveer 30 k
ongeveer 10 k
ongeveer 100
:
> 1 k
approx. 2 k
2 x 30 W / 2 x 4
7$+
7$+
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
niet-symmetrisch
:
niet-symmet ri sch
:
2 x 4
:
250 V
250 V
18,2 kg
10
7. TECHNISCHE GEGEVENS
Page 11
V-TONE GMX110/GMX112/GMX210/GMX212/GMX1200H
*0; *0;+
$8',2,1*$1*(1
GITAARINGANG
Ingangsimpedantie
INSERT RETURN
Ingangsimpedantie
SLAVE-INGANG
Ingangsimpedantie
AUX-INGANG
Ingangsimpedantie
TAPE-INGANG
Ingangsimpedantie
6257,(6$8',2
INSERT SEND
Uitgangsimpedantie
LINE-UITGANG
Uitgangsimpedantie Max. uitgangsniveau
TAPE-UITGANG
Uitgangsimpedantie Max. uitgangsniveau
KOPTELEFON-UITGANGEN
Max. uitgangsniveau
SLAVE-UITGANG
Uitgangsimpedantie Max. uitgangsniveau
/8,'635(.(58,7*$1*(1
Aansluiting Min. Belastingsimpedanti e
6<67((0*(*(9(16
Eindtrapvermogen
0,',,17(5)$&(
Type
',*,7$/(%(:(5.,1*
Omzetter Aftastfrequentie
',63/$<
Type
63($.(56
Type 2 x 12" ­Model Impedantie Belastbaarheid 70 W -
92(',1*
Netspanning
Vermogensopname max. 200 W max. 200 W Zekering 100 - 120 V~ Zekering 200 - 240 V~ Netaansluiting
$)0(7,1*(1*(:,&+7
Afmetingen (H * B * T) 493 x 712 x 255 mm 280 x 712 x 240 mm Gewicht 24 kg 15,5 kg
6,3 mm mono-jack -ansluitingen; HF-ontstoorde ingang
:
ongeveer 1 M
6,3 mm mono-jack-ansluitingen
env. 10 k
6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
ongeveer 30 k
6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
ongeveer 10 k
Cinch-aansluitingen
ongeveer 10 k
6,3 mm mono-jack -aansluitingen; laagohmige Line-piekuitgang
ongeveer 100
6,3 mm mono-jack-ansluitingen
> 1 k
+8 dBu niet-symmetrisch
Cinch-aansluitingen
ongeveer 3 k
+9 dBu niet-symmetrisch
6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
+15 dBu / 100
6,3 mm stereo-jack-ansluitingen
approx. 2 k
+21 dBu niet-symmetrisch
2 x 6,3 mm mono-jack
5-polige DIN-aansluiting, MIDI IN
24-bit Sigma-Delta, 64/128-voudige oversampling
2-cijferige, numerieke LE D-ui tlezing
BUGERA™ Vintage Guitar Series
:
8
USA/Canada 120 V~, 60 Hz
Europa/U.K./Australi ë 230 V ~ , 50 Hz
Japan 100 V~, 50 - 60 Hz
China/Korea 220 V~, 50 Hz
Algemeen exportmodel 120/230 V~, 50 - 60 Hz
7$+
250 V
7$+
250 V
standaard apparaatstekker
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmet ri sch
:
niet-symmetrisch
:
niet-symmet ri sch
:
(+23 dBm)
:
niet-symmet ri sch
8
:
2 x 60 W / 2 x 8
46,875 kHz
:
7$+
7$+
-
-
250 V
250 V
De Fa. BEHRINGER streeft altijd naar de hoogste kwaliteit en voert eventuele verbeteringen zonder voorafgaande aankondiging door. Technische data en uiterlijke kenmerken kunnen daarom van de genoemde specificaties of van de afbeeldingen van het product afwijken.
7. TECHNISCHE GEGEVENS
11
Loading...