Akai QX4200 User Manual [nl]

Page 1
Page 2
INHOUD
BELANGRIJKE INSTRUCTIES VOOR DE VEILIGHEID
BELANGRIJKE INSTRUCTIES VOOR DE VEILIGHEID………………………………………………………………………………… 2-3
VOORBEREIDING VOOR HET GEBRUIK……………………………………………………………………………………………… 4
LOCATIE VAN DE BEDIENINGSTOETSEN EN INDICATOREN ……………………………………………………………………… 5-7
GEBRUIKSAANWIJZINGEN…………………………………………………………………………………………………………… 7-10
VERZORGING EN ONDERHOUD……………………………………………………………………………………………………… 11
GIDS VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN…………………………………………………………………………………… 12
VERMELDING VAN DE LABELS ………………………………………………………………………………………………………… 13
TECHNISCHE GEGEVENS……………………………………………………………………………………………………………… 14
-NL- 1 -
VOORZICHTIG
RISICO VOOR ELEKTRISCHE
SCHOKKEN NIET OPENMAKEN
De bliksemschicht met pijl in een driehoek is een waarschuwingsteken dat de gebruiker waarschuwt voor “gevaarlijk voltage” binnenin het toestel.
Het uitroepteken in een driehoek is een waarschuwingsteken dat de gebruiker attent maakt op de belangrijke gebruiksaanwijzingen die bij dit product zijn geleverd.
OPGELET: Onzichtbare laserstraling wanneer geopend en / of de sluitingen van de behuizing losgemaakt.
1. Lees en volg de instructies op — Alle veiligheid- en gebruiksaanwijzingen dienen te worden gelezen voordat men het
product begint te gebruiken.
2. Bewaar de gebruiksaanwijzingen—De veiligheid- en gebruiksaanwijzingen moeten worden bewaard als referentie voor later.
3. Neem alle waarschuwingen in acht — Alle waarschuwingen op het product en in de gebruiksaanwijzingen moeten in acht
worden genomen.
4. Volg de instructies op – Alle instructies voor het gebruik moeten worden opgevolgd.
alleen een vochtige doek voor het schoonmaken en gebruik nooit vloeibare schoonmaakproducten of sprays.
6. Aanhechtingen — Gebruik geen aanhechtingen die niet door de fabrikant van het product worden aanbevolen omdat hier risico’s aan vast zitten.
7. WATER EN VOCHT - Gebruik dit product niet vlakbij water, bijvoorbeeld naast een bad, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder, bij een zwembad enzovoort.
8. Toebehoren — Plaats dit product niet op een onstabiel oppervlak. Het product zou kunnen vallen met ernstige verwondingen bij een kind of volwassene en ernstige schade aan het product tot gevolg. Alle montage van het product dient te gebeuren volgens de aanwijzingen van de fabrikant en met behulp van hulpstukken die door de fabrikant zijn aanbevolen. Het vervoeren van het product op een steekkar moet met de nodige voorzichtigheid gebeuren. Door opeens te stoppen, te hard duwen en een oneffen ondergrond kan de kar met het product gaan omvallen.
9. VENTILATIE - De gleuven en openingen in de behuizing voorzien het apparaat van ventilatie om een betrouwbare werking van het product in stand te houden. Deze openingen mogen daarom niet worden geblokkeerd of afgedekt. Dit product mag niet worden ingebouwd in bijvoorbeeld een boekenkast of -rek, tenzij een degelijke ventilatie mogelijk is en de instructies van de fabrikant worden opgevolgd.
10.Stroombronnen —Dit product mag uitsluitend worden gebruikt met het type stroombron dat op het informatieplaatje is vermeld. Indien u twijfelt over het stroomtype van uw huishoudelijke netvoeding moet u uw plaatselijke verdeler of elektriciteitsmaatschappij raadplegen. Verwijs naar de gebruiksaanwijzingen wanneer u het product op batterijenstroom of andere stroombronnen wenst te gebruiken.
11. Aardleiding of polarisatie — Dit product kan uitgerust zijn met een gepolariseerde wisselstroom lijnstekker (waarvan één pin breder is dan de andere). Deze stekker past slechts op één manier in het stopcontact. Dit is een veiligheidskenmerk. Indien u de stekker niet volledig in het stopcontact kunt stoppen, moet u hem proberen om te draaien. Indien de stekker op deze manier nog niet past, moet u een elektricien contacteren om het verouderde stopcontact te laten vervangen. Probeer het veiligheidskenmerk van de gepolariseerde stekker in geen geval te omzeilen.
12. Bescherming van het netsnoer —Het netsnoer moet zo worden geleid dat niemand erover kan vallen en het niet door voorwerpen kan worden platgedrukt. Hierbij moet men bijzondere aandacht besteden aan het snoer bij de stekker en het punt waar het snoer het product verlaat.
13. WANNEER HET APPARAAT LANGE TIJD NIET WORDT GEBRUIKT -Het netsnoer van dit product moet uit het stopcontact worden verwijderd wanneer men het een lange periode niet gaat gebruiken.
14. Aardleiding van de buitenhuisantenne
— Indien een buitenhuisantenne of kabelsysteem op dit product wordt aangesloten moet men ervoor zorgen dat de antenne of het kabelsysteem van een aardleiding is voorzien om enige bescherming te bieden tegen voltageschommelingen en opgebouwde statische ladingen. Deel 810 van de Nationale Elektriciteitcode, ANSI/NIPA Nr. 70 biedt informatie over een goede aardleiding voor de mast en ondersteunende structuur, het voorzien van een goede aardleiding voor de antenne-aansluiting naar een ontladingseenheid, de afmeting van de aardegeleiders, de plaatsing van de ontladingseenheid voor de antenne, de aansluiting op aarde-elektr odes en de vereisten voor de aarde-elektrode. Zie Figuur 1.
AANDACHT: Om het risico voor elektrische schokken zoveel mogelijk te beperken mag de behuizing van dit toestel niet worden verwijderd. Er bevinden zich binnenin het toestel geen door de gebruiker herstelbare onderdelen. Ga voor alle herstellingen naar gekwalificeerde vakmensen.
-NL- 2 -
Page 3
15. Bliksem — Voor extra bescherming van dit product tegen bliksemstormen of wanneer het onbewaakt achtergelaten en lange tijd niet gebruikt wordt verwijderd men de stekker uit het stopcontact en ontkoppelt men de antenne of het kabelsysteem. Dit voorkomt schade aan het product door blikseminslag en stroomschommelingen.
16. STROOMKABELS - Een buitenhuis antennesysteem mag niet worden geplaatst in de nabijheid van hoog aangebrachte stroomkabels of andere elektrische licht- of stroomcircuits., of waar het op dergelijke stroomkabels of elektrische licht- of stroomcircuits, zou kunnen vallen. Bij het installeren van een buitenhuis antennesysteem moet men uiterst voorzichtig zijn dergelijke stroomlijnen of -circuits niet aan te raken, daar contact ermee fataal zou kunnen zijn.
17. Overbelasting— overbelast stopcontacten en verlengsystemen niet, daar dit tot gevaar voor brand of elektrische shocks kan leiden.
18. HET BINNENDRINGEN VAN VOORWERPEN EN VLOEISTOFFEN - Steek noot voorwerpen door de openingen van dit product, daar zij gevaarlijke voltagepunten zouden kunnen raken en kortsluiting veroorzaken, wat op zijn beurt kan leiden tot brand of elektrische shocks. Mors geen enkele soort van vloeistoffen op het product.
19. Herstelling — Probeer dit product niet zelf te herstellen, daar het verwijderen of openmaken van de behuizing u aan gevaarlijke voltages of andere risico’s kan blootstellen. Raadpleeg voor alle herstelwerken gekwalificeerd dienstpersoneel.
20.SCHADE DIE HERSTELD MOET WORDEN — Verwijder in de volgende gevallen de stekker van dit product uit het stopcontact en raadpleeg een gekwalificeerde hersteldienst voor herstelling:
A. Wanneer het netsnoer of de stekker is beschadigd. B. Indien een vloeistof op het product werd gemorst of een voorwerp in de behuizing is gevallen. C. Indien het product werd blootgesteld aan regen of water. D. Indien het product abnormaal functioneert bij het opvolgen van de gebruiksaanwijzingen.
Maak uitsluitend instellingen zoals in de gebruiksaanwijzingen beschreven staat. Ongeoorloofde instellingen van andere bedieningsknoppen kan leiden tot schade en vergt achteraf vaak heel wat extra werk van een gekwalificeerde technicus om het product terug tot normale werking te herstellen.
E. Wanneer het product een opmerkelijke verandering in de werking vertoont - dit geeft de nood voor een onderhoudsbeurt aan.
21. Vervangingsonderdelen — -Wanneer onderdelen moeten worden vervangen, moet men de hersteldienst vragen
vervangingsonderdelen te gebruiken die dezelfde veiligheidskenmerken hebben als de oorspronkelijke onderdelen. Het gebruik van vervangingsonderdelen met de technische gegevens van de fabrikant kan brand, elektrische shocks en andere risico’s voorkomen.
22. Veiligheidstest — Na elke herstel- of onderhoudsbeurt van dit product moet men de hersteldienst vragen de door de fabrikant aanbevolen veiligheidstest uit te voeren, om te bepalen of het product in een veilige staat van werking is.
23. HITTE - Dit product moet uit de buurt van warmtebronnen als radiatoren, warmteregisters, fornuizen of andere apparatuur die warmte genereert (versterkers inbegrepen) worden geplaatst.
VOORBEREIDINGEN VOOR HET GEBRUIK
Het uitpakken en opstellen
* Verwijder voorzichtig het apparaat uit de displaydoos en verwijder alle verpakkingsmateriaal. * Verwijder alle labels van de voor- en bovenzijde van het apparaat. Verwijder geen informatielabels op de achter- of onderkant van het apparaat. * Open het cd-vak. Er zit een witte kaart in het cd-vak die de pick-uplens tijdens het transport van het product beschermt. Verwijder deze kaart uit het cd-vak voordat u het apparaat begint te gebruiken.
Stroombronnen
Dit klanksysteem werd ontworpen voor gebruik op 230 V 50 Hz huishoudelijke wisselstroom. Het aansluiten van dit apparaat op een ander stroomtype kan schade aan het apparaat veroorzaken die niet door de garantie is gedekt.
De aansluiting op wisselstroom
Maak het wisselstroomsnoer los en strek het volledig uit. Stop de wisselstroomstekker in een geschikt 230 V 50 Hz huishoudelijk wisselstroomstopcontact . * Houd de stekker vast bij het verwijderen uit het stopcontact en trek nooit aan het snoer. * Zolang de stekker van het apparaat op een stopcontact is aangesloten blijft het apparaat onder stroom, ook wanneer de stroom wordt uitgeschakeld. * Verwijder de stekker uit het stopcontact van zodra een voorwerp of vloeistof de behuizing van het apparaat is binnengedrongen. Het apparaat mag niet meer worden gebruikt tot het door een expert is nagekeken.
-NL- 3 -
-NL- 4 -
Page 4
IDENTIFICATIE VAN DE BEDIENINGSKNOPPEN
10. MULTIFUNCTIONELE LCD-DISPLAY
20. LED-INDICATOR VAN EXTRA-BAS
30. DE TOETS CD PLAY/PAUSE (WEERGAVE / PAUZE)
40. CD-S TOPTOETS
50. DE TOETS PRESET STATION / (GEPROGRAMMEERDE ZENDER)
60. AUX-TOETS
70. MIX-TOETS
80. DE TOETS REPEAT (HERHAAL)
98. DE TOETS PROG./SET/MEMO (PROG. / INSTELLEN / GEHEUGENTOETS)
10. DE TOETS TUNING / SKIP/FAST SEARCH (AFSTEMMEN / OVERSLAAN / SNEL ZOEKEN)
11. EQ-TOETS
12. DE TOETS X-BASS (EXTRA BAS)
13. HOOFDTELEFOONCONTACT
14. DE TOETS CLOCK (KLOK)
15. DE TOETS TIMER ON/OFF (AAN / UIT)
16. DE TOETS TUNER/BAND (TUNER / GOLFBAND)
17. VOLUMETOETS /
18. STAND-BYTOETS
19. CD-TOETS
20. AFSTANDSSENSOR
21. OPENTOETS VOOR CD-DEURTJE
22. CD-VAK
23. DEKSEL VOOR DE BEDIENINGSTOETSEN
24. AUX-CONTACT INPUT
25. LUIDSPREKERCONTACT
26. FM-DRAADANTENNE
27. WISSELSTROOMKABEL
28. LUIDSPREKERKABEL
29. DSPREKERBOX
-NL- 6 --NL- 5 -
Page 5
DE AFSTANDSBEDIENING
1. STANDBY : om het toestel aan / uit te schakelen (de modus STAND-BY). 2 . SKIP/SEARCH : om een cd-nummer over te slaan of binnen een nummer naar een passage te zoeken. 3 . X-BASS : om de extrabass aan / uit te schakelen. 4 . EQ : selecteer uit de geluidseffecten VLAK, POP, ROCK of JAZZ. 5 . VOLUME + / - : om het volume hoger / lager te zetten. 6 . : weergave of pauze tijdens de cd-weergave. 7 . AUX : om de auxmodus aan te zetten. 8 . PRESET STATIONS / : om een geprogrammeerde radiozender te selecteren. 9 . MUTE : om het geluid uit te zetten.
10. CD : om de cd-modus aan te schakelen.
11. TUNER : om de tunermodus aan te schakelen en een golfband te selecteren.
12. : om de cd-weergave te stoppen.
13. REPEAT : om een enkele track, een volledige disk of alle disks te herhalen.
14. TUNING + / - : om de radiofrequenties op / neer af te tasten.
15. MIX : om de cd-tracks in een willekeurige volgorde te beluisteren.
16. PROG. : Om een cd-programma in het geheugen op te slaan of een radiozender te programmeren.
AANSLUITING VAN EEN HOOFDTELEFOON
1. Dit apparaat is geschikt voor de aansluiting van een hoofdtelefoon (niet inbegrepen) met een stekker van 3,5 mm en een impedantie
1
2
3
4
5
6
7
16
15 14 13
12
11
10
9
van 32 ohm of hoger.
2. Sluit uw hoofdtelefoon aan op het hoofdtelefooncontact (13) van het apparaat. De klank uit de luidsprekers wordt dan automatisch afgesneden.
STROOMVOEDING EN HET INSTELLEN VAN DE TIJD
Dit apparaat werkt op 230V - 50Hz wisselstroom.
1. Stop de stekker van de wisselstroomkabel (27) in een nabijgelegen wisselstroomstopcontact. “ “knippert op het display (1).
2. Druk op de toets STANDBY (18) om het toestel aan te schakelen. Het LCD geeft nu “ “ aan.
3. Open het deksel van de bedieningstoetsen (23).
4. Druk eenmaal op de toets CLOCK (14). Het display geeft nu “ “ aan. Druk op de toets SKIP/FAST SEARCH / TUNING (10) om de uurcijfers te laten knipperen, en druk nogmaals op de toets SKIP/FAST SEARCH / TUNING (10) (10) om het uur in te stellen. Druk opnieuw op de insteltoets voor het programmageheugen (9) om de instelling van het uur in het geheugen te bewaren. De minutencijfers gaan nu knipperen. Druk op de toets SKIP/FAST SEARCH / TUNING
8
(10) om de minuten in te stellen.
5. Druk onmiddellijk daarna op de toets SET / MEMO (9) om de ingestelde tijd in het geheugen op te slaan. Het LCD-display (1) keert terug naar “ “.
6. Druk op de toets STANDBY (18) om het toestel in de stand-bymodus te schakelen. Het LCD-achtergrondlicht is uit en de tijd wordt op het display aangegeven.
OM NAAR DE RADIO TE LUISTEREN
HET GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
1. Open het batterijenvak.
2. Zet twee AAA-batterijen (niet geleverd), erop lettende dat de polen “+” en “-” worden ingezet volgens de aanduidingen in het batterijenvak.
3. Sluit het batterijenvak.
4. Om de afstandsbediening naar de afstandssensor te richten dient u zich binnen het bereik van 5 meter en 60º voor de afstandssensor te bevinden. Let erop dat zich tussenbeide geen obstakels bevinden.
Batterijen niet weggooien,maar inleveren als KCA.
Opmerkingen:
1. De batterijen blijven over het algemeen ongeveer 6 maanden goed. Vervang de batterijen wanneer de afstandsbediening het niet meer doet.
2. Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening wanneer u hem een langere periode niet gaat gebruiken, om het lekken van de batterijen te voorkomen.
3. De batterijen mogen niet worden opgeladen, verwarmd, geopend of kortgesloten. Werp batterijen nooit in vuur.
4. Gebruik uitsluitend het aanbevolen type en formaat batterijen.
5. Gebruik nooit batterijen van verschillende types (d.w.z. alkaline en koolstofzink) of oude en nieuwe batterijen samen.
6. Zwakke batterijen kunnen gaan lekken en het apparaat ernstig beschadigen.
7. Verwijder de batterijen onmiddellijk wanneer ze zwak geworden zijn.
8. Voor de beste performance is het aanbevolen de batterijen van de afstandsbediening jaarlijks te vervangen, of telkens wanneer de afstandsbediening niet correct functioneert.
AANSLUITING VAN DE LUIDSPREKERS
1. Sluit de linkse en rechtse luidsprekerkabels (28) aan op de luidsprekercontacten (25), De ZWART-WITTE kabel sluit u aan op het RODE contact, De ZWARTE kabel sluit u aan op het ZWARTE contact.
2. Laat een bepaalde afstand tussen de twee luidsprekers (29) voor een optimaal stereo­ effect.
Opmerking : Houd de luidsprekerkabels uit de buurt van antennes om geluidsstoringen te voorkomen.
Black &
White
Black
-NL- 7 - -NL- 8 -
1. Druk op de toets STANDBY (18) of druk rechtstreeks op de toets TUNER/BAND (16) om het toestel aan te schakelen. Het LCD­ display (1) geeft “ “ aan (het toestel is door de fabriek voorgeprogrammeerd op de FM-golfband). Selecteer indien nodig een andere golfband door te drukken op de toets TUNER/BAND (16).
2. Stem af op uw radiozender door te drukken op de toets TUNING (10). Druk eenmaal om de frequentie één stap te veranderen.
3. Wanneer u de toets TUNING (10) een seconde ingedrukt houdt, begint de frequentie te veranderen en gaat de tuner de geselecteerde golfband op of neer beginnen aftasten en automatisch stoppen wanneer hij een zender ontvangt. Wanneer het scannen stopt wordt de frequentie van de ontvangen zender op het display aangegeven.
4. Stel het volume naar wens in door te drukken op de toets VOLUME / (17).
5. Selecteer uw favoriete muziekmodus uit VLAK-KLASSIEK-ROCK-POP door op de toets EQ (11) te drukken.
6. Selecteer BASVERSTERKER “AAN” of “UIT” door op de toets X-BASS (12) te drukken. De basversterkerstatus wordt gedurende enkele seconden aangegeven door het X-BAS-LED en op het LCD-display.
7. Om de radio uit te zetten drukt u op de toets STANDBY Button (18). Het toestel gaat dan in de stand-bymodus en geeft de tijd op het display aan.
HET PROGRAMMEREN VAN ZENDERS
Met dit toestel kan u 20 MW / FM radiozenders in toegekende posities van het geheugen opslaan.
1. Verwijs naar stap 1) tot 3) van “OM NAAR DE RADIO TE LUISTEREN” om op een radiozender af te stemmen.
2. Druk op de toets SET / MEMO (9). De indicatoren van het GEHEUGEN en het positienummer van de geprogrammeerde zender “ “ gaan knipperen.
3. Druk nogmaals op de toets SET / MEMO (9) om de gevonden zender in de geselecteerde geheugenpositie op te slaan. Het LCD­ display (1) geeft “ “ aan in de FM-golfband, en “ “ in de MW-golfband.
4. Herhaal stap 1 tot 3 om andere radiozenders te programmeren.
OM NAAR GEPROGRAMMEERDE ZENDERS TE LUISTEREN
1. Druk herhaaldelijk op de toets PRESET STATION / (5) om het gewenste positienummer te selecteren. De golfband en het positienummer worden op het LCD-display (1) aangegeven en na één seconde wordt op de plaats van het zendernummer de radiofrequentie aangegeven.
VOOR EEN OPTIMALE ONTVANGST: FM : Trek de FM-draadantenne (25) uit en zoek de beste stand. Wanneer een uitzending in stereo wordt ontvangen, wordt de STEREO-indicator op het LCD-display (1) aangegeven. Wanneer het uitgezonden signaal zwak is kan u naar de modus MONO overschakelen door te drukken op de toets TUNER/ BAND (16). MW : Dit toestel is uitgerust met een ingebouwde, gerichte ferrietantenne. U dient dus het toestel te verplaatsen of draaien om de beste ontvangst te zoeken.
Page 6
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DISKS
HET HANTEREN VAN DISKS
* Om uw disks schoon te houden mag u de weergavekant van de disk niet aanraken. * Plak geen papier of tape op disks. * Stel uw disks niet bloot aan rechtstreeks zonlicht of warmtebronnen. * Stop uw disks na gebruik altijd terug in hun doosje.
HET SCHOONMAKEN VAN DISKS
- Voordat u een disk in de lade zet, veegt u de disk met een zachte doek van het midden naar de buitenrand schoon.
- Gebruik geen enkel soort van oplosmiddelen zoals verfverdunner of benzeen voor het schoonmaken van disks.
DE PLAATSING
- Plaats het apparaat waar een goede ventilatie mogelijk is om oververhitting te voorkomen.
- Plaats het toestel nooit waar het wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht of warmtebronnen.
- Plaats het apparaat horizontaal en zet er nooit zware voorwerpen bovenop.
- Om de pick-uplens te beschermen mag het apparaat niet worden geplaatst in een stoffige ruimte. Stof op de pick-uplens moet met een reinigingsdisk worden verwijderd.
- Verwijs naar de gebruiksaanwijzingen van de aangekochte reinigingsdisk.
OM EEN CD TE BELUISTEREN
1. Druk op de CD-toets (19). “ “ wordt op het display (1) aangegeven.
2. Zet een disk (met de labelzijde naar boven gericht) in het cd-vak (21 & 22). Het totaal aantal tracks en de totale weergaveduur worden op het display (1) aangegeven.
3. Druk op de toets ( ) CD PLAY/PAUSE (3) om de weergave te starten en stel het volume (17) naar wens in.
4. Selecteer uw favoriete muziekmodus - VLAK-KLASSIEK-ROCK-POP - door op de EQ-toets (11) te drukken.
5. Selecteer BASVERSTERKER “AAN” of “UIT” door op de toets X-BASS (12) te drukken. De status van de BASVERSTERKER wordt gedurende enkele seconden aangegeven door het X-BASS-LED en het LCD-display. OPMERKING : Gebruik ook de toets ( ) CD PLAY/PAUSE (3) om de weergave van de gespeelde track tijdelijk te onderbreken. Het huidige tracknummer en de verstreken tijd knipperen op het display (1). U drukt ( ) nogmaals om de weergave te hervatten.
6. Om de cd-weergave te stoppen drukt u op de toets ( ) CD STOP (4) en daarna op de toets ( )STANDBY (18). Het toestel keert dan terug naar de stand-bymodus en de tijd wordt op het display aangegeven.
ANDERE FUNCTIES VAN DE CD-SPELER :
De toets SKIP/FAST SEARCH (10) : druk eenmaal op de toets om voorwaarts te verspringen naar het volgende nummer of druk herhaaldelijk om verschillende nummers over te slaan. Druk eenmaal op deze toets om terug te keren naar het begin van een nummer, of druk in de cd-weergavemodus herhaaldelijk om achteruit nummers over te slaan. Druk en houdt of knoop aan snel onderzoek binnen een spoor.
De toets REPEAT (8) : Een enkel nummer of de volledige CD kan zoveel keer als u wenst worden herhaald. a) Druk eenmaal om het geselecteerde nummer te herhalen – het display (1) geeft REPEAT aan. b) Druk tweemaal om de volledige disk telkens weer te herhalen – REPEAT knippert op het display. c) Druk opnieuw om deze functie uit te schakelen.
De toets MIX (7) : Indrukken om alle nummers van de disk in een willekeurige volgorde te beluisteren. MIX en de gekozen muzieknummers worden op het display (1) aangegeven. Druk opnieuw om deze functie uit te zetten.
De toets PROGRAM (9) : Om uw eigen muzikale programma samen te stellen. a) Zet een disk in (21 & 22). Het totaal aantal tracknummers en de totale weergaveduur worden op het display (1) aangegeven. b) Druk op de toets PROG. (9). Het display geeft “ ’’ aan en “PROGRAM” knippert op het display. c) Selecteer het gewenste nummer aan de hand van de toets SKIP/FAST SEARCH (10) en druk dan op de toets PROG. (9) om die track in programmageheugen op te slaan. d) Herhaal deze werkwijze zoveel keer als u wenst: u kan tot 20 nummers in het geheugen programmeren. e) Druk op de toets CD PLAY/PAUSE (3) om de weergave te starten. De PROGRAM-indicator gaat branden. f) Om deze functie te annuleren drukt u op de toets CD STOP (4) om de disk te stoppen. Druk een tweede keer op stop om de programmafunctie te annuleren.
OPMERKING : Tijdens de weergave van een CD wordt gewoonlijk de verstreken tijd van de CD op het LCD-display (1) aangegeven. In de plaats daarvan kan u de resterende speelduur van de CD nakijken door tijdens de gewone weergave te drukken op de CD-toets (19).
-NL- 9 - -NL- 10 -
AUX-INPUT
Dit product kan de audiosignalen van andere toestellen ontvangen, onder meer televisie, videorecorder, dvd-speler en tuner. Om naar dergelijke output te luisteren:
1. Sluit u de stekker aan het ene uiteinde van een RCA-signaalkabel (niet inbegrepen) aan op het contact AUX IN (24).
2. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op het andere toestel.
3. Druk op de toets AUX (6). ‘AUX’ en de tijd verschijnen op het display (1).
4. Laat het andere toestel spelen.
5. Stel het volumeniveau in door de toets VOLUME / (17) ingedrukt te houden.
6. Selecteer uw favoriete muziekmodus uit - VLAK-KLASSIEK-ROCK-POP - door op de toets EQ (11) te drukken.
7. Selecteer BASVERSTERKER “AAN” of “UIT” door te drukken op de toets X-BASS (12). De status van de BASVERSTERKER wordt enkele secondenlang aangegeven door het X-BASS-LED en het LCD-display.
8. Om het luisteren naar een auxiliaire input te stoppen drukt u op de toets STANDBY (18) om het toestel in de stand-bymodus te schakelen. De tijd wordt dan op het display aangegeven.
DE TIMERFUNCTIE EN HET INSTELLEN ERVAN
1. Druk op de toets STANDBY (18) om het toestel aan te zetten.
2. Druk tweemaal op de toets CLOCK (14). Wanneer het display “ “ aangeeft en TIMER erop knippert, drukt u op de toets SET / MEMO (9). De uurcijfers gaan nu knipperen.
3. Druk op de toets SET / MEMO (9) om de gewenste tijd in te stellen waarop u het toestel wil laten aanschakelen. Het display (1) keert nu terug naar de laatst gespeelde modus.
4. Druk driemaal op de toets CLOCK (14). Wanneer het display “ “ aangeeft drukt u op de toets TUNING / SKIP/FAST SEARCH (10) om de tijd in te stellen waarop u het toestel wil laten uitschakelen. Druk op de toets SET / MEMO (9) om de gewenste tijd in het geheugen op te slaan.
5. Druk op de toets TIMER ON/OFF (15). De indicator van de TIMER verschijnt op het display.
6. Druk op de toets STANDBY (18) om terug te keren naar de stand-bymodus.
7. Wanneer het ingestelde uur van de timer-aan is bereikt, schakelt het toestel aan in de laatst gespeelde modus, behalve wanneer dat de aux-modus was. In dat geval keert het toestel automatisch terug naar de tunermodus.
8. Bij het bereiken van het ingestelde uur van de timer-uit schakelt het toestel automatisch uit.
9. Om deze functie te annuleren drukt u nogmaals op de toets TIMER ON/OFF (15) zodat de timerindicator van het display verdwijnt. OPMERKING Bij een onderbreking van de stroomtoevoer worden de geprogrammeerde radiozenders, de tijd en timer van de tuner uit het geheugen gewist en gaat de tijd op het LCD-display knipperen. U dient in dat geval de gegevens opnieuw in te voeren.
DE INSLAAPFUNCTIE
1. Druk op de toets STANDBY (18) om het toestel aan te schakelen.
2. Selecteer de gewenste functiemodus (6, 16 of 19), het volumeniveau (17) en de muziekmodus (11).
3. Druk viermaal op de toets CLOCK (14). Wanneer het display “ “ aangeeft drukt u op de toets TUNING / SKIP/FAST SEARCH (10) om de afteltijd voor de inslaapperiode in te stellen. Telkens wanneer u drukt vermeerdert u de inslaapperiode met 10 minuten (90 minuten is het maximum). Druk op de toets SET / MEMO (9) om deze inslaapperiode in het geheugen op te slaan. “ “ en de gewenste inslaapperiode verschijnen op het display en het aftellen begint.
4. Het toestel schakelt uit wanneer de afteltijd op is.
5. Om deze functie vroegtijdig te onderbreken drukt u op de toets CLOCK (14). Het toestel schakelt dan in de modus “ “ en u drukt op de toets TUNING / SKIP/FAST SEARCH (10) om de inslaapduur in te stellen op “ “. Druk vervolgens op de toets SET / MEMO (9) om het toestel weer gewoon aan te zetten.
Page 7
VERZORGING EN ONDERHOUD
GIDS VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Verzorging van compact disks
* Behandel uw disks met zorg. Neem ze uitsluitend bij de randen vast en laat nooit uw vingers in contact komen met de glanzende, onbedrukte zijde van de disk. * Plak geen plakband, stickers e.d. op het disklabel. * Maak uw disks regelmatig schoon met een zachte, pluisvrije en droge doek. Gebruik nooit schoonmaakproducten of bijtende stoffen om disks schoon te maken. U kunt indien nodig een cd-reinigerkit aanschaffen. * Wanneer een disk verspringt of op een bepaald gedeelte van de disk hapert, is hij wellicht vuil of beschadigd (krassen).Bij het schoonmaken van disks veegt u in rechte lijnen van het midden van de disk naar de buitenrand. Veeg nooit in cirkelvormige bewegingen.
* Dit apparaat werd uitsluitend ontworpen voor het weergeven van compact disks die zijn voorzien van het onderstaande identificatielogo: Andere disks zijn niet altijd conform de cd-normen zijn en kunnen niet altijd correct worden weergegeven. * Compact disks moeten na gebruik altijd onmiddellijk terug in hun doosje worden gestopt om beschadiging te voorkomen. * Stel compact disks niet bloot aan rechtstreeks zonlicht, vochtigheid, hoge temperaturen of stof e.d. Door langdurige blootstelling of extreme temperaturen kunnen disks gaan vervormen. * Kleef of schrijf op geen van beide zijden van disks. Scherpe schrijfinstrumenten en / of inkt kunnen het diskoppervlak beschadigen.
Waarschuwing in verband met druppelende vloeistoffen:
“Het product mag niet worden blootgesteld aan druppelende of opspattende vloeistoffen en voorwerpen gevuld met vloeistoffen, zoals vazen, mogen er niet bovenop worden gezet.”
Waarschuwing in verband met de ventilatie
“De normale ventilatie van dit product mag niet worden verhinderd.”
Onderhoud van het apparaat
“ Plaats nooit onder rechtstreeks zonlicht of vlakbij warmtebronnen.” “ Plaats het apparaat horizontaal en zet er nooit zware voorwerpen bovenop.”
CONDENSATIE
Condensvorming op de pick-uplens komt in de volgende gevallen voor: * wanneer het apparaat plots vanuit een koude naar een warme ruimte wordt verplaatst. * wanneer het apparaat wordt geplaatst in een kamer waar de verwarming is aangeschakeld of in de koude lucht van een airconditioning. * wanneer het apparaat wordt gebruikt in een vochtige plaats. In deze gevallen kan het apparaat niet functioneren. Verwijder de disk en laat het apparaat ongeveer een uur lang ingeschakeld staan tot het vocht is verdampt.
Wanneer u een probleem met dit apparaat ondervindt, moet u het onderstaande controleren voordat u een hersteldienst contacteert.
VERDERE INFORMATIE
- Gebruik uw toestel nooit onmiddellijk na het verplaatsen van een koude naar een warme ruimte – hierdoor kunnen condensatieproblemen ontstaan.
- Zorg ervoor dat u het toestel uit de buurt van water en hoge temperaturen houdt. Maak de speler schoon met een zachte doek of een vochtige zeem. Gebruik nooit sterke oplosmiddelen.
OPMERKINGEN BETREFFENDE COMPACT DISKS
- Het kan gebeuren dat het toestel een disk niet langer kan lezen wanneer er zich krassen, vuil of vingerafdrukken op bevinden. Voordat u een disk gaat spelen maakt u hem met een schone stofdoek schoon. Neem disks altijd vanaf de binnenrand naar de buitenste rand af. Bewaar disks niet in plaatsen waar de temperatuur of vochtigheidsgraad hoog is – zij kunnen daardoor gaan vervormen. Stop na het spelen de disks altijd terug in hun doosje.
-NL- 11 - -NL- 12 -
Page 8
VERMELDING VAN DE LABELS
(1) LABEL VOORZICHTIGHEID LASER
(3) LABEL SERIENUMMER
(2) LABEL LASERSTRAAL
(4) INFORMATIEPLAATJE
TECHNISCHE GEGEVENS
STROOMVOEDING : AC :230V ~ 50Hz OUTPUTSTROOM: 2 x 5 WATT RMS
AFMETINGEN : HOOFDTOESTEL 160 (B) x 186 (H) x 241 (D) mm. LUIDSPREKERBOX 150 (B) x 173 (H) x 193 (D) mm.
RADIOGEDEELTE FREQUENTIEBEREIK: FM-FREQUENTIEMODULATIE : 87.5 - 108 MHz MW-MIDDENGOLF: 522 - 1620 kHz
COMPACT DISKGEDEELTE OPTISCHE PICK-UP : 3-BUNDEL LASER FREQUENTIERESPONS : 100 Hz - 16 kHz
Ontwerp en technische gegevens zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.
OPGELET ! Dit apparaat werkt met een laserstraal. Om mogelijke ongevallen met dit soort straling te vermijden mag het toestel uitsluitend door speciaal opgeleid personeel worden geopend. Dit toestel is conform de internationale veiligheidsvoorschriften IEC 65 (VDE 0860) en de richtlijnen van de Europese Gemeenschap 82/499/EWG (VDE 0875). Dit toestel voldoet eveneens aan de geldende normen betreffende elektrische veiligheid en elektromagnetische congruentie EMC.
(5) LABEL CATEGORIE 1
(7) LABEL PLAATS VAN HERKOMST
(9) KAART CD-BESCHERMING
(6) LUIDSPREKERLABEL
(8) LABEL THERMISCHE ZEKERING
-NL- 13 -
-NL- 14 -
Loading...