Akai QX4100 User Manual [nl]

INHOUD
BELANGRIJKE INSTRUCTIES VOOR DE VEILIGHEID
BELANGRIJKE INSTRUCTIES VOOR DE VEILIGHEID ………………………………..………………………… 2-3
VOORBEREIDINGEN VOOR HET GEBRUIK………………………………………………….…………………. 4
LOCATIE VAN DE BEDIENINGSTOETSEN EN INDICATOREN ……………………………………………… 5-7
GEBRUIKSAANWIJZINGEN………………………………………………………………………………………7-8
VERZORGING EN ONDERHOUD…………………………………………………………………………………9
GIDS VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN…………………………………………..…………………… 10
VERMELDING VAN DE LABELS …………………………………………………………………………………… 11
TECHNISCHE GEGEVENS………………………………………………………………………………………… 12
- NL- 1 - - NL- 2 -
VOORZICHTIG
RISICO VOOR ELEKTRISCHE
SCHOKKEN NIET OPENMAKEN
De bliksemschicht met pijl in een driehoek is een waarschuwingsteken dat de gebruiker waarschuwt voor “gevaarlijk voltage” binnenin het toestel.
Het uitroepteken in een driehoek is een waarschuwingsteken dat de gebruiker attent maakt op de belangrijke gebruiksaanwijzingen die bij dit product zijn geleverd.
OPGELET: Onzichtbare laserstraling wanneer geopend en / of de sluitingen van de behuizing losgemaakt. Vermijd blootstelling aan de straal.
1. Lees en volg de instructies op — Alle veiligheid- en gebruiksaanwijzingen dienen te worden gelezen voordat men het product begint te gebruiken.
2. Bewaar de gebruiksaanwijzingen—De veiligheid- en gebruiksaanwijzingen moeten worden bewaard als referentie voor later.
3. Neem alle waarschuwingen in acht — Alle waarschuwingen op het product en in de gebruiksaanwijzingen moeten in acht worden genomen.
4. Volg de instructies op – Alle instructies voor het gebruik moeten worden opgevolgd.
6. Aanhechtingen — Gebruik geen aanhechtingen die door de fabrikant van het product worden aanbevolen omdat er verschillden risico’s aanwezig zijn
7. WATER EN VOCHT - Gebruik dit product niet vlakbij water, bijvoorbeeld naast een bad, wasbak of gootsteen, in een vochtige kelder, bij een zwembad enzovoort.
8. Toebehoren — Plaats dit product niet op een onstabiel oppervlak. Het product zou kunnen vallen met ernstige verwondingen bij een kind of volwassene berokkenen en ernstige schade aan het product tot gevolg. Alle montage van het product dient te gebeuren volgens de aanwijzingen van de fabrikant en met behulp van hulpstukken die door de fabrikant zijn aanbevolen. Het vervoeren van het product op een steekkar moet met de nodige voorzichtigheid gebeuren. Door opeens te stoppen, te hard duwen en een oneffen ondergrond kan de kar met het product gaan omvallen.
9. VENTILATIE - De gleuven en openingen in de behuizing zijn voorzien voor de ventilatie en om een betrouwbare werking van het product in stand te houden door het tegen oververhitting te beschermen. Deze openingen mogen bijgevolg niet worden geblokkeerd of afgedekt. De openingen mogen niet worden geblokkeerd door het product te gebruiken op een bed, sofa, tapijt of gelijkaardige ondergrond. Dit product mag niet worden ingebouwd in bijvoorbeeld een boekenkast of -rek, tenzij een degelijke ventilatie mogelijk is en de instructies van de fabrikant worden opgevolgd.
10.Stroombronnen —Dit product mag uitsluitend worden gebruikt met het type stroombron dat op het informatieplaatje is vermeld. Indien u twijfelt over het stroomtype van uw huishoudelijke netvoeding moet u uw plaatselijke verdeler of elektriciteitsmaatschappij raadplegen. Verwijs naar de gebruiksaanwijzingen wanneer u het product op batterijenstroom of andere stroombronnen wenst te gebruiken.
11. Aardleiding of polarisatie — Dit product kan uitgerust zijn met een gepolariseerde wisselstroom lijnstekker (waarvan één pin breder is dan de andere). Deze stekker past slechts op één manier in het stopcontact. Dit is een veiligheidskenmerk. Indien u de stekker niet volledig in het stopcontact kunt stoppen, moet u proberen de stekker om te draaien. Indien de stekker op deze manier nog niet past, moet u een elektricien contacteren om het verouderde stopcontact te laten vervangen. Probeer het veiligheidskenmerk van de gepolariseerde stekker in geen geval te omzeilen.
12. Bescherming van het netsnoer —Het netsnoer moet zo worden geleid dat niemand erover kan vallen en het niet door voorwerpen kan worden platgedrukt. Hierbij moet men bijzondere aandacht besteden aan het snoer bij de stekker en het punt waar het snoer het product verlaat.
13. WANNEER HET APPARAAT LANGE TIJD NIET WORDT GEBRUIKT -Het netsnoer van dit product moet uit het stopcontact worden verwijderd wanneer men het een lange periode niet gaat gebruiken.
14. Aardleiding van de buitenhuisantenne
— Indien een buitenhuisantenne of kabelsysteem op dit product wordt aangesloten moet men ervoor zorgen dat de antenne of het kabelsysteem van een aardleiding is voorzien om enige bescherming te bieden tegen voltageschommelingen en opgebouwde statische ladingen. Deel 810 van de Nationale Elektriciteitcode, ANSI/NIPA Nr. 70 biedtinformatie over een goede aardleiding voor de mast en ondersteunende structuur, het voorzien van een goede aardleiding voor de antenne-aansluiting naar een ontladingseenheid, de afmeting van de aardegeleiders, de plaatsing van de ontladingseenheid voor de antenne, de aansluiting op aarde-elektrodes en de vereisten voor de aarde-elektrode. Zie Figuur 1.
AANDACHT: Om het risico voor elektrische schokken zoveel mogelijk te beperken mag de behuizing van dit toestel niet worden verwijderd. Er bevinden zich binnenin het toestel geen door de gebruiker herstelbare onderdelen. Ga voor alle herstellingen naar gekwalificeerde vakmensen
15. Bliksem — Voor extra bescherming van dit product tegen bliksemstormen of wanneer het onbewaakt achtergelaten en lange tijd niet gebruikt wordt verwijdert men de stekker uit het stopcontact en ontkoppelt men de antenne of het kabelsysteem. Dit voorkomt schade aan het product door blikseminslag en stroomschommelingen.
16. STROOMKABELS - Een buitenhuis antennesysteem mag niet worden geplaatst in de nabijheid van hoog aangebrachte stroomkabels of andere elektrische licht of stroomcircuits, of waar het op dergelijke stroomkabels of elektrische licht- of stroomcircuits zou kunnen vallen. Bij het installeren van een buitenhuis antennesysteem moet men uiterst voorzichtig zijn dergelijke stroomlijnen of -circuits niet aan te raken, daar contact ermee fataal zou kunnen zijn.
17. Overbelasting— overbelast stopcontacten en verlengsystemen niet, daar dit tot gevaar voor brand of elektrische shocks kan leiden.
18. HET BINNENDRINGEN VAN VOO RWERPEN EN VLOEISTOFFEN - Stop nooit voorwerpen door de openingen van dit product, daar zij gevaarlijke voltagepunten zouden kunnen raken en kortsluiting veroorzaken, wat op zijn beurt kan leiden tot brand of elektrische shocks. Mors geen enkel soort van vloeistoffen op het product.
19. Herstelling — Probeer dit product niet zelf te herstellen, daar het verwijderen of openmaken van de behuizing u aan gevaarlijke voltages of andere risico’s kan blootstellen. Raadpleeg voor alle herstelwerken gekwalificeerd dienstpersoneel.
20.SCHADE DIE MOET HERSTELD WORDEN — Verwijder in de volgende gevallen de stekker van dit product uit het stopcontact en raadpleeg een gekwalificeerde hersteldienst voor herstelling:
A. Wanneer het netsnoer of de stekker is beschadigd. B. Indien een vloeistof op het product werd gemorst of een voorwerp in de behuizing is gevallen. C. Indien het product werd blootgesteld aan regen of water. D. Indien het product abnormaal functioneert bij het opvolgen van de gebruiksaanwijzingen.
Maak uitsluitend instellingen zoals in de gebruiksaanwijzingen beschreven staat. Ongeoorloofde instellingen van andere bedieningsknoppen kan leiden tot schade en vergt achteraf vaak heel wat extra werk van een gekwalificeerde technicus om het product terug tot normale werking te herstellen. E. Wanneer het product een opmerkelijke verandering in de werking vertoont - dit geeft de nood voor een onderhoudsbeurt aan.
21. Ver vangingsonderdelen — -Wanneer onderdelen moeten worden vervangen, moet men de hersteldienst vragen vervangingsonderdelen te gebruiken die dezelfde veiligheidskenmerken hebben als de oorspronkelijke onderdelen. Het gebruik van vervangingsonderdelen met de technische gegevens van de fabrikant kan brand, elektrische shocks en andere risico’s voorkomen.
22. Veiligheidstest — Na elke herstel- of onderhoudsbeurt van dit product moet men de hersteldienst vragen de door de fabrikant aanbevolen veiligheidstest uit te voeren, om te bepalen of het product in een veilige staat van werking is.
23. HITTE - Dit product moet uit de buurt van warmtebronnen als radiatoren, warmteregisters, fornuizen of andere apparatuur die warmte genereert (versterkers inbegrepen) worden geplaatst.
VOORBEREIDINGEN VOOR HET GEBRUIK
Het uitpakken en opstellen
* Verwijder voorzichtig het apparaat uit de displaydoos en verwijder alle verpakkingsmateriaal. * Verwijder alle labels van de voor- en bovenzijde van het apparaat. Verwijder geen informatielabels op de achter- of onderkant van het apparaat. * Open het cd-vak. Er zit een witte kaart in het cd-vak die de pick-uplens tijdens het transport van het product beschermt. Verwijder deze kaart uit het cd-vak vooraleer u het apparaat begint te gebruiken.
Stroombronnen
Dit klanksysteem werd ontworpen voor gebruik op 230 V 50 Hz huishoudelijke wisselstroom. Het aansluiten van dit apparaat op een ander stroomtype kan schade aan het apparaat veroorzaken die niet door de garantie is gedekt.
De aansluiting op wisselstroom
Maak het wisselstroomsnoer los en strek het volledig uit. Stop de wisselstroomstekker in een geschikt 230 V 50 Hz huishoudelijk wisselstroomstopcontact . * Houd de stekker vast bij het verwijderen uit het stopcontact en trek nooit bij het snoer. * Zolang de stekker van het apparaat op een stopcontact is aangesloten blijft het apparaat onder stroom, ook wanneer de stroom wordt uitgeschakeld. * Verwijder de stekker uit het stopcontact van zodra een voorwerp of vloeistof de behuizing van het apparaat is binnengedrongen. Het apparaat mag niet meer worden gebruikt tot het door een expert is nagekeken.
- NL- 3 -
- NL- 4 -
IDENTIFICATIE VAN DE BEDIENINGSKNOPPEN
1. DISPLAY VAN HET CD-TRACKNUMMER
2. LED-INDICATOR VAN FM-STEREO
3. LED-INDIC ATOR VAN DE HERHAALDE WEERGAVE
4. LED-INDIC ATOR VAN DE WEERGAVE
5. LED-INDIC ATOR VAN EXTRA-BAS
6. LED-INDICATOR VAN DE WEERGAVE IN WILLEKEURGE VOLGORDE
7. AFSTEMSCHAAL MET WIJZER
8. CD-TOETS
9. TUNERTOETS
10. DE TOETS CD PLAY/PAUSE (WEERGAVE / PAUZE)
11. CD-STOPTOETS
12. MIXTOETS
13. KEUZESCHAKELAAR MONO / STEREO
14. GOLFBANDSCHAKELAAR (AM / FM)
15. DE TOETS REPEAT (HERHAAL)
16. PROG-TOETS
17. DEKSEL VOOR DE BEDIENINGSTOETSEN
18. DE TOETS CD SKIP/FAST SEARCH (OVERSLAAN / SNEL ZOEKEN) (VOOR- EN ACHTERUIT)
19. DE TOETS X-BASS (EXTRA BAS)
20. HOOFDTELEFOONCONTACT
21. VOLUMETOETS /
22. DE TOETS POWER ON/OFF (STROOM AAN / UIT)
23. LED-INDIC ATOR VAN DE PROGRAMMAMODUS
24. LED-INDICATOR VAN DE CD
25. LED-INDICATOR VAN DE TUNER
26. SENSOR VOOR DE AFSTANDSBEDIENING
27. LED-INDICATOR VAN STAND-BY
28. AFSTEMKNOP
29. OPENTOETS VOOR CD-DEURTJE
30. CD-VAK
31. LUIDSPREKERCONTACT
32. WISSELSTROOMKABEL
33. FM-DRAADANTENNE
34. LUIDSPREKERBOX
35. LUIDSPREKERKABEL
- NL- 6 -- NL- 5 -
DE AFSTANDSBEDIENING
1. STAND BY : om het toestel aan / uit te schakelen (de modus STAND-BY).
2 . CD : om de cd-modus aan te schakelen 3 . SKIP / SEARCH : om naar een ander cd-nummer over te gaan of binnen een nummer naar een passage te zoeken. 4 . VOLUME + / - : om het volume hoger / lager te zetten. 5 . PLAY : weergave of pauze tijdens de cd-weergave. 6 . STOP : om de cd-weergave te stoppen. 7 . TUNER : om de tunermodus aan te schakelen en een golfband te selecteren.
HET GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
1. Open het batterijenvak.
2. Zet twee AAA-batterijen (niet geleverd), erop lettende dat de polen “+” en “-” worden ingezet volgens de aanduidingen in het batterijenvak.
3. Sluit het batterijenvak.
4. Om de afstandsbediening naar de afstandssensor te richten dient u zich binnen het bereik van 5 meter en 60º voor de afstandssensor te bevinden. Let erop dat zich tussenbeide geen obstakels bevinden.
Opmerkingen:
1 De batterijen blijven over het algemeen ongeveer 6 maanden goed. Vervang de batterijen wanneer de afstandsbediening het niet meer doet. 2 Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening wanneer u hem voor een langere periode niet gaat gebruiken, om het lekken van de batterijen te voorkomen. 3 De batterijen mogen niet worden opgeladen, verwarmd, geopend of kortgesloten. Werp batterijen nooit in vuur. 4 Gebruik uitsluitend het aanbevolen type en formaat batterijen. 5 Gebruik nooit batterijen van verschillende types (d.w.z. alkaline en koolstofzink) of oude en nieuwe batterijen samen. 6 Zwakke batterijen kunnen gaan lekken en het apparaat ernstig beschadigen. 7 Verwijder de batterijen onmiddellijk wanneer ze zwak geworden zijn. 8 Voor de beste performance is het aanbevolen de batterijen van de afstandsbediening jaarlijks te vervangen, of telkens wanneer de afstandsbediening niet correct functioneert.
DE AANSLUITING VAN DE LUIDSPREKERS
1. Maak de luidsprekerkabel (35) los en sluit hem aan op het luidsprekercontact (31): De ZWART-WITTE kabel sluit u aan op het RODE contact, De ZWARTE kabel sluit u aan op het ZWARTE contact.
2. Plaats de twee luidsprekers zo ver mogelijk uit elkaar voor een optimaal stereo­ effect.
Black &
White
Black
AANSLUITING VAN EEN HOOFDTELEFOON
1. Dit apparaat is geschikt voor de aansluiting van een hoofdtelefoon (niet inbegrepen) met een stekker van 3,5 mm en een impedantie van 32 ohm of hoger.
2. Sluit uw hoofdtelefoon aan op het hoofdtelefooncontact (13) van het apparaat. De klank uit de luidsprekers wordt dan automatisch afgesneden.
- NL- 7 -
STROOMVOEDING
Dit apparaat werkt op 230V - 50Hz wisselstroom.
1. Stop de stekker van de wisselstroomkabel (32) in een nabijgelegen wisselstroomstopcontact. Opmerking: Wanneer u het toestel aan de hand van de toets STAND-BY van de afstandsbediening uitschakelt, blijven de instellingen in het stand-bygeheugen bewaard. Om het toestel opnieuw aan te schakelen:
- drukt u op de toets STANDBY van de afstandsbediening of:
- drukt u op de toets POWER ON/OFF (22) van het toestel. Wacht ongeveer 5 seconden voordat u nogmaals op die toets drukt. Het toestel wordt teruggesteld naar de tunermodus en de LED-indicator van de tuner (25) gaat branden.
OM NAAR DE TUNER TE LUISTEREN
1. Druk op de toets POWER ON/OFF (22).
2. Druk op de toets TUNER (9). De LED-indicator van de tuner (25) gaat branden.
3. Open het deksel voor de bedieningstoetsen van de afstandsbediening (17).
4. Selecteer de AM- of FM-golfband aan de hand van de golfbandschakelaar (14).
5. Stem af op uw radiozender door de afstemknop TUNING (7 & 28) te draaien en stel het gewenste volume in door op de toets VOLUME / (21) te drukken.
6. Druk op de toets X-BASS (19) indien u diepere bastonen wenst. De LED-indicator van X-BAS (5) gaat branden. VOOR DE BESTE ONTVANGST : FM : Maak de FM-draadantenne (33) los. Wanneer u de drukschakelaar MONO /STEREO (13) op stereo heeft geschakeld en een radioprogramma in stereo wordt ontvangen, gaat de LED-indicator van FM-stereo (2) branden. AM : Dit toestel is uitgerust met een ingebouwde, gerichte ferrietantenne. U dient dus het toestel te verplaatsen en / of draaien voor een optimale ontvangst.
7. Om de radio uit te zetten drukt u op de toets POWER ON/OFF (22).
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DISKS
HET HANTEREN VAN DISKS
* Om uw disks schoon te houden mag u de weergavekant van de disk niet aanraken. * Plak geen papier of tape op disks. * Stel uw disks niet bloot aan rechtstreeks zonlicht of warmtebronnen. * Stop uw disks na gebruik altijd terug in hun doosje.
HET SCHOONMAKEN VAN DISKS
- Voordat u een disk in de lade zet, veegt u de disk met een zachte doek van het midden naar de buitenrand schoon.
- Gebruik geen enkel soort van oplosmiddelen zoals verfverdunner of benzeen voor het schoonmaken van disks.
DE PLAATSING
- Plaats het apparaat waar een goede ventilatie mogelijk is om oververhitting te voorkomen.
- Plaats het toestel nooit waar het wordt blootgesteld aan rechtstreeks zonlicht of warmtebronnen.
- Plaats het apparaat horizontaal en zet er nooit zware voorwerpen bovenop.
- Om de pick-uplens te beschermen mag het apparaat niet worden geplaatst in een stoffige ruimte. Stof op de pick-uplens moet met een reinigingsdisk worden verwijderd.
- Verwijs naar de gebruiksaanwijzingen van de aangekochte reinigingsdisk.
OM EEN CD TE BELUISTEREN
1. Druk op de toets POWER ON/OFF (22).
2. Druk op de CD-toets (8). De LED-indicator van de CD (24) gaat branden en het display van het cd-tracknummer (1) geeft “ “ aan.
3. Zet een disk (met de labelzijde naar boven gericht) in het cd-vak (29 & 30). Het totaal aantal tracknummers verschijnt nu op het display (1).
4. Druk op de toets CD PLAY/PAUSE (10) om de weergave te starten en stel het VOLUME (21) naar wens in.
5. Druk op de toets X-BASS (19) indien u diepere bastonen verkiest. De LED-indicator van X-BASS (5) gaat branden. OPMERKING : Gebruik ook de toets CD PLAY/PAUSE (10) om de gespeelde track tijdelijk te onderbreken. Het huidige tracknummer knippert dan op het display (1). Druk opnieuw om de weergave te hervatten.
6. Ruk op de toets CD STOP (11) om de cd-weergave te stoppen.
ANDERE FUNCTIES VAN UW CD-SPELER
De toets CD SKIP/FAST SEARCH (18) : druk eenmaal op de toets om voorwaarts te verspringen naar het volgende nummer of druk herhaaldelijk om verschillende nummers over te slaan. Druk eenmaal op deze toets om terug te keren naar het begin van een nummer, of druk in de cd-weergavemodus herhaaldelijk om achteruit nummers over te slaan. Druk en houdt of knoop aan snel onderzoek binnen een spoor. De toets REPEAT (15) : U kunt een enkele track of de hele CD zoveel keer als u wenst opnieuw beluisteren. a) Druk eenmaal om het gekozen muzieknummer te herhalen – het HERHAAL-LED (3) gaat knipperen. b) Druk tweemaal om de hele diskweergave telkens te herhalen - het HERHAAL-LED (3) gaat branden. c) Druk opnieuw om deze functie uit te schakelen. De toets MIX (12) : Druk in om alle tracks in willekeurige volgorde te beluisteren. en alle tracks te herhalen – de LED van HERHAAL ALLE, MIX (6) en HERHAAL gaan branden en de tracknummers worden in een nieuwe volgorde op het display (1) aangegeven.
- NL- 8 -
De toets PROGRAM (16) : Om uw eigen muzikale programma samen te stellen.
a) Zet een disk in (29 & 30). Het totaal aantal tracknummers verschijnt op het display (1). b) Druk op de toets PROG. (16). De LED-indicator van de programmamodus (23) knippert samen met het cd-tracknummer “ “ op het display (1). c) Kies een track aan de hand van de toets SKIP/FAST SEARCH (18) en druk dan op de toets PROGRAM (16) om deze track in het geheugen op te slaan. “ “ & PROGRAMMA-LED gaan knipperen. Herhaal deze werkwijze zoveel keer als nodig: u kan een totaal van 16 tracks in het geheugen programmeren. d) Druk op de toets CD PLAY/PAUSE (10) om de weergave van uw programma te starten. De LED­ indicator van de PROGRAMMAMODUS (23) gaat branden. e) Druk op de toets CD Stop (11) om de diskweergave te stoppen. De LED-indicator van de PROGRAMMAMODUS (23) blijft branden. Druk opnieuw op de stoptoets (11) om deze functie te verlaten.
VERZORGING EN ONDERHOUD
Verzorging van compact disks
• Behandel uw disks met zorg. Neem ze uitsluitend bij de randen vast en laat nooit uw vingers in contact komen met de glanzende, onbedrukte zijde van de disk.
• Plak geen plakband, stickers e.d. op het disklabel.
• Maak uw disks regelmatig schoon met een zachte, pluisvrije en droge doek. Gebruik nooit schoonmaakproducten of bijtende stoffen om disks schoon te maken. U kunt indien nodig een cd-reinigerkit aanschaffen.
• Wanneer een disk verspringt of op een bepaald gedeelte van de disk hapert is hij wellicht vuil of beschadigd (krassen).Bij het schoonmaken van disks veegt u in rechte lijnen van het midden van de disk naar de buitenrand. Veeg nooit in cirkelvormige bewegingen.
VERDERE INFORMATIE
- Gebruik uw toestel nooit onmiddellijk na het verplaatsen van een koude naar een warme ruimte – hierdoor kunnen condensatieproblemen ontstaan.
- Zorg ervoor dat u het toestel uit de buurt van water en hoge temperaturen houdt.
- Maak de speler schoon met een zachte doek of een vochtige zeem. Gebruik nooit sterke oplosmiddelen.
OPMERKINGEN BETREFFENDE COMPACT DISKS
- Het kan gebeuren dat het toestel een disk niet langer kan lezen wanneer er zich krassen, vuil of vingerafdrukken op bevinden. Voordat u een disk gaat spelen maakt u hem met een schone stofdoek schoon. Neem disks altijd vanaf de binnenrand naar de buitenste rand af. Bewaar disks niet in plaatsen waar de temperatuur of vochtigheidsgraad hoog is – zij kunnen daardoor gaan vervormen. Stop na het spelen de disks altijd terug in hun doosje.
GIDS VOOR HET OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Wanneer u een probleem met dit apparaat ondervindt, moet u het onderstaande controleren vooraleer
* Dit apparaat werd uitsluitend ontworpen voor het weergeven van compact disks die zijn voorzien van het onderstaande identificatielogo: Andere disks zijn niet altijd conform de cd-normen zijn en kunnen niet altijd correct worden weergegeven. * Compact disks moeten na gebruik altijd onmiddellijk terug in hun doosje worden gestopt om beschadiging te voorkomen. * Stel compact disks niet bloot aan rechtstreeks zonlicht, vochtigheid, hoge temperaturen of stof e.d. Door langdurige blootstelling of extreme temperaturen kunnen disks gaan vervormen. * Kleef of schrijf op geen van beide zijden van disks. Scherpe schrijfinstrumenten en / of inkt kunnen het diskoppervlak beschadigen.
Waarschuwing in verband met druppelende vloeistoffen:
“Het product mag niet worden blootgesteld aan druppelende of opspattende vloeistoffen en voorwerpen gevuld met vloeistoffen, zoals vazen, mogen er niet bovenop worden gezet.”
Waarschuwing in verband met de ventilatie
“De normale ventilatie van dit product mag niet worden verhinderd.”
Onderhoud van het apparaat
“ Plaats nooit onder rechtstreeks zonlicht of vlakbij warmtebronnen.” “ Plaats het apparaat horizontaal en zet er nooit zware voorwerpen bovenop.”
CONDENSATIE
Condensvorming op de pick-uplens komt in de volgende gevallen voor: * wanneer het apparaat plots vanuit een koude naar een warme ruimte wordt verplaatst. * wanneer het apparaat wordt geplaatst in een kamer waar de verwarming is aangeschakeld of in de koude lucht van een airconditioning. * wanneer het apparaat wordt gebruikt in een vochtige plaats. In deze gevallen kan het apparaat niet functioneren. Verwijder de disk en laat het apparaat ongeveer een uurlang ingeschakeld staan tot het vocht is verdampt.
- NL- 9 - - NL-10 -
VERMELDING VAN DE LABELS
TECHNISCHE GEGEVENS
(1) LABEL VOORZICHTIGHEID LASER
(3) LABEL SERIENUMMER
(5) LABEL CATEGORIE 1
(2) LABEL LASERSTRAAL
(4) INFORMATIEPLAATJE
(6) LUIDSPREKERLABEL
STROOMVOEDING : AC :230V ~ 50Hz
OUTPUTSTROOM: 2 x 2.5 WATT RMS
AFMETINGEN : HOOFDTOESTEL 160 (B) x 186 (H) x 252 (D) mm. LUIDSPREKERBOX 150 (B) x 173 (H) x 193 (D) mm.
RADIOGEDEELTE FREQUENTIEBEREIK: FM-FREQUENTIEMODULATIE : 88- 108 MHz MW-MIDDENGOLF: 540 - 1600 kHz
COMPACT DISKGEDEELTE OPTISCHE PICK-UP : 3-BUNDEL LASER FREQUENTIERESPONS : 100 Hz - 16 kHz
Ontwerp en technische gegevens zonder voorafgaande kennisgeving wijzigbaar.
OPGELET ! Dit apparaat werkt met een laserstraal. Om mogelijke ongevallen met dit soort straling te vermijden mag het toestel uitsluitend door speciaal opgeleid personeel worden geopend. Dit toestel is conform de internationale veiligheidsvoorschriften IEC 65 (VDE 0860) en de richtlijnen van de Europese Gemeenschap 82/499/EWG (VDE 0875). Dit toestel voldoet eveneens aan de geldende normen betreffende elektrische veiligheid en elektromagnetische
(7) LABEL PLAATS VAN HERKOMST
(9) KAART CD-BESCHERMING
- NL- 11 -
(8) LABEL THERMISCHE ZEKERING
- NL-12 -
Loading...