Deze handleiding maakt deel uit van de Fiery EXP5000 Color Server™documentatieset. Deze set bestaat uit de volgende handleidingen voor gebruikers
en systeembeheerders. De meeste handleidingen zijn als Acrobat PDF- (Portable
Document Format) bestanden te vinden op de cd met gebruikersdocumentatie.
•De
Snelstartgids
Fiery EXP5000 Color Server te configureren en om af te drukken, en beschrijft
de toegang tot de on line documentatie.
bevat een samenvatting van de stappen die nodig zijn om de
•In de
•In de
•In de
•De
•In de handleiding
Installatiegids gebruikerssoftware
installeren van de cd met gebruikerssoftware, zodat gebruikers kunnen afdrukken
met de Fiery EXP5000 Color Server. In deze handleiding wordt ook aandacht
besteed aan het instellen van afdrukverbindingen met de Fiery EXP5000 Color
Server.
Configuratiegids
en het beheer van de Fiery EXP5000 Color Server voor de ondersteunde platforms
en netwerkomgevingen. Hij bevat ook richtlijnen voor het instellen van UNIX-,
Windows NT 4.0/2000- en Novell NetWare-servers om afdrukservices te bieden
aan gebruikers.
Afdrukgids
beschreven voor gebruikers die taken verzenden vanaf hun eigen computer.
Kleurengids
Fiery EXP5000 Color Server worden gemaakt. In deze gids wordt uitgelegd hoe u
het ColorWise
gebruikt.
besproken die te maken hebben met het beheren van de kleurenafdrukken die via de
Fiery EXP5000 Color Server worden gemaakt en worden tevens de belangrijkste
werkstroomscenario’s besproken. Daarnaast biedt deze handleiding informatie
over het afdrukken vanuit veelgebruikte Microsoft Windows- en Apple Mac OStoepassingen.
vindt u informatie over de basistaken voor de configuratie
worden de afdrukfuncties van de Fiery EXP5000 Color Server
geeft informatie over het beheren van de kleurenafdrukken die via de
®
kleurbeheersysteem en de functies van de ColorWise Pro Tools™
Fiery-kleurenreferentie
wordt beschreven hoe u software kunt
worden concepten en onderwerpen
•In de
•In de
Gids voor taakbeheer
taakbeheer uitgelegd, zoals Command WorkStation™, Command WorkStation LE™
en DocBuilder Pro™. Deze handleiding bevat daarnaast instructies voor het
controleren en besturen van taken op de Fiery EXP5000 Color Server. Deze
handleiding is bedoeld voor operators, beheerders of voor gebruikers met de vereiste
toegangsrechten die de voortgang van afdruktaken willen controleren en beheren
en eventuele problemen willen oplossen.
De onderhavige publicatie is auteursrechtelijk beschermd en alle rechten op deze publicatie worden voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder
voorafgaande schriftelijke en uitdrukkelijke toestemming van Electronics for Imaging, Inc. worden verveelvoudigd dan wel in enige vorm of op enige manier en
voor enig doel worden verzonden. De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd en schept geen verplichtingen zijdens
Electronics for Imaging, Inc.
Deze publicatie wordt geleverd bij een EFI-product (het “product”) dat EFI-software (de “software” bevat). De software is onderworpen aan een
licentieovereenkomst en mag uitsluitend conform de bepalingen van deze softwarelicentie worden gebruikt en worden gekopieerd.
Bestcolor, ColorWise, EDOX, EFI, Fiery, het Fiery-logo, Fiery Driven, RIP-While-Print en Spot-On zijn handelsmerken van Electronics for Imaging, Inc. die
zijn gedeponeerd bij het U.S. Patent and Trademark Office in de Verenigde Staten en/of in een aantal andere buitenlandse rechtsgebieden.
Het Best-logo, het Electronics for Imaging-logo, het Fiery Driven-logo, het Intelligent Device Management-logo, het PrintMe-logo, het Splash-logo, het
Unimobile-logo, het Velocity OneFlow-logo, Everywhere You Go, Changing the Way the World Prints, AutoCal, AutoGray, Best, ColorCal, Command
WorkStation, Device IQ, DocBuilder, DocBuilder Pro, DocStream, FreeForm, Fiery Link, Fiery Prints, Fiery Spark, Intelligent Device Management, NetWise,
PrintMe, PrintMe Enterprise, PrintMe Networks, RIPChips, ScanBuilder, SendMe, Splash, Unimobile, Velocity, Velocity Balance, Velocity Build, Velocity
Estimate, Velocity Exchange, Velocity OneFlow, Velocity Scan, VisualCal, WebInstaller, WebScan, WebSpooler, WebStatus en WebTools zijn handelsmerken van
Electronics for Imaging, Inc.
Alle overige handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken zijn eigendom van de respectieve eigenaren en worden hierbij gerespecteerd.
Kennisgevingen
APPLE COMPUTER, INC. (HIERNA AANGEDUID ALS “APPLE”) VERLEENT MET BETREKKING TOT DE APPLE-SOFTWARE GEEN
ENKELE GARANTIE, NOCH UITDRUKKELIJK NOCH IMPLICIET, DAARONDER BEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES BETREFFENDE DE VERKOOPBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. APPLE DOET GEEN GARANTIES
EN BEWERINGEN MET BETREKKING TOT HET GEBRUIK EN DE RESULTATEN VAN DE APPLE-SOFTWARE, EVENALS DE JUISTHEID,
NAUWKEURIGHEID, BETROUWBAARHEID, GANGBAARHEID EN ANDERE ASPECTEN HIERVAN. DE RESULTATEN EN PRESTATIES VAN
DE APPLE-SOFTWARE ZIJN GEHEEL VOOR UW EIGEN RISICO. IN SOMMIGE STATEN IS DE UITSLUITING VAN IMPLICIETE GARANTIE
NIET TOEGESTAAN. DE BOVENSTAANDE UITSLUITING IS DERHALVE IN UW SITUATIE MOGELIJK NIET VAN TOEPASSING.
IN GEEN GEVAL ZIJN APPLE, DAN WEL HAAR DIRECTEURS, STAFLEDEN, WERKNEMERS OF VERTEGENWOORDIGERS,
AANSPRAKELIJK VOOR ENIGERLEI GEVOLGSCHADE, INCIDENTELE SCHADE OF INDIRECTE SCHADE (DAARONDER BEGREPEN
SCHADE DOOR WINSTDERVING, BEDRIJFSONDERBREKING, VERLIES VAN BEDRIJFSGEGEVENS EN DERGELIJKE) DIE VOORTVLOEIT
UIT HET GEBRUIK VAN OF ENIGE VERHINDERING TOT HET GEBRUIK VAN DE APPLE-SOFTWARE, ZELFS INDIEN APPLE VAN DE
MOGELIJKHEID VAN EEN DERGELIJKE SCHADE OP DE HOOGTE IS GESTELD. AANGEZIEN HET IN SOMMIGE LANDEN NIET IS
TOEGESTAAN DE AANSPRAKELIJKHEID VOOR GEVOLGSCHADE OF INCIDENTELE SCHADE TE BEPERKEN OF UIT TE SLUITEN, ZIJN
DE BOVENSTAANDE BEPERKINGEN IN UW SITUATIE MOGELIJK NIET VAN TOEPASSING.
zal, ongeacht de oorzaak van deze schade en de grondslag van de ingestelde actie (wanprestatie, onrechtmatige daad [met inbegrip van onrechtmatige nalatigheid],
productaansprakelijkheid of anderszins), te allen tijde beperkt blijven tot een bedrag van 50 Amerikaanse dollars.
De aansprakelijkheid van Apple in geval van schade
Pantone, Inc. is de houder van het auteursrecht op kleurgegevens en/of -software waarvoor een gebruiksrecht is verleend aan Electronics for Imaging, Inc. voor
uitsluitende verspreiding in combinatie met de producten of software van Electronics for Imaging, Inc. PANTONE-kleurgegevens en/of -software mogen niet op
een andere schijf of in het geheugen worden gekopieerd, tenzij dit deel uitmaakt van de levering van de producten of software van Electronics for Imaging, Inc.
Dit product bevat software die werd ontwikkeld door de Apache Software Foundation (http://www.apache.org/).
FCC-informatie
WAARSCHUWING: Op grond van de FCC-voorschriften kunnen wijzigingen of aanpassingen aan dit apparaat waarmee de fabrikant niet uitdrukkelijk heeft
ingestemd, het recht van de gebruiker om het apparaat te gebruiken tenietdoen.
Ver klaring van conformiteit met klasse B
Uit tests is gebleken dat het onderhavige apparaat voldoet aan de grenswaarden voor digitale apparaten van klasse B als bedoeld in deel 15 van de FCCvoorschriften. Deze beperkingen zijn bedoeld om een redelijke bescherming tegen schadelijke storingen in een woonomgeving te bieden. Deze apparatuur
produceert en gebruikt energie in het radiofrequentiegebied en kan deze uitstralen, en kan, indien niet volgens de instructies geïnstalleerd en gebruikt, schadelijke
storing veroorzaken aan radiocommunicatie. Er is echter geen garantie dat in bepaalde situaties geen storing zal optreden.
Als deze apparatuur schadelijke storing in radio- of televisieontvangst veroorzaakt, hetgeen kan worden vastgesteld door de apparatuur uit en weer aan te zetten,
kan de gebruiker proberen deze storing op te heffen op één of meer van de volgende manieren:
de ontvangstantenne verplaatsen of anders richten.
de afstand tussen het apparaat en de ontvanger vergroten.
de apparatuur aansluiten op een andere groep dan die waarop de ontvanger is aangesloten.
de verkoper of een ervaren radio- of tv-monteur raadplegen.
Om te voldoen aan de FCC-voorschriften dienen afgeschermde kabels te worden gebruikt met deze apparatuur. Het gebruik van niet-goedgekeurde apparatuur
of niet-afgeschermde kabels zal waarschijnlijk leiden tot storingen in de radio- en tv-ontvangst. Wijzigingen of modificaties aan deze apparatuur waarmee niet
uitdrukkelijk is ingestemd door de fabrikant kunnen het recht van de gebruiker om deze apparatuur te bedienen, tenietdoen.
Ver klaring van conformiteit met klasse B van Industry Canada
This Class B digital apparatus complies with Canadian ICES-003.
Avis de Conformation Classe B de l’Industrie Canada
Cet appareil numérique de la Classe B est conforme à la norme NMB-003 du Canada.
Ver klaring van conformiteit met de radio-ontstoringsvereisten
Uit afzonderlijke tests en tests op systeemniveau (ter nabootsing van de normale bedrijfsomstandigheden) is gebleken dat dit apparaat aan de geldende radioontstoringsvereisten voldoet. Het is echter mogelijk dat het apparaat onder bepaalde ongunstige omstandigheden in andere installaties niet aan deze vereisten
voldoet. In dat geval is de gebruiker zelf verantwoordelijk voor de naleving van genoemde vereisten door de installatie.
Dieses Gerät wurde sowohl einzeln als auch in einer Anlage, die einen normalen Anwendungsfall nachbildet, auf die Einhaltung der Funkentstörbestimmungen
geprüft. Es ist jedoch möglich, dass die Funkentstörbestimmungen unter ungünstigen Umständen bei anderen Gerätekombinationen nicht eingehalten werden.
Für die Einhaltung der Funkentstörbestimmungen einer gesamten Anlage, in der dieses Gerät betrieben wird, ist der Betreiber verantwortlich.
De naleving van de geldende voorschriften is afhankelijk van het gebruik van afgeschermde kabels. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de aanschaf van de
juiste kabels.
Die Einhaltung zutreffender Bestimmungen hängt davon ab, dass geschirmte Ausführungen benützt werden. Für die Beschaffung richtiger Ausführungen ist der
Betreiber verantwortlich.
Software-gebruiksrechtovereenkomst
LEES DE VOLGENDE VOORWAARDEN EN BEPALINGEN AANDACHTIG DOOR VOORDAT U DEZE SOFTWARE GEBRUIKT. ALS U NIET
INSTEMT MET DE VOORWAARDEN EN BEPALINGEN IN DEZE OVEREENKOMST, MOET U DE SOFTWARE NIET GEBRUIKEN. HET
INSTALLEREN EN GEBRUIKEN VAN DE SOFTWARE IMPLICEERT DAT U INSTEMT MET DE BEPALINGEN IN DEZE OVEREENKOMST EN
DAT U DEZE BEPALINGEN ACCEPTEERT. ALS U NIET INSTEMT MET DE VOORWAARDEN IN DEZE OVEREENKOMST, KUNT U DE
ONGEBRUIKTE SOFTWARE RETOURNEREN, WAARNA HET VOLLEDIGE AANKOOPBEDRAG ZAL WORDEN TERUGGESTORT NAAR DE
PLAATS VAN AANKOOP.
Licentie
EFI verleent u een niet-exclusieve licentie om gebruik te maken van de software en bijbehorende documentatie (hierna aangeduid als de “documentatie”) bij het
product. De software wordt niet aan u verkocht; er wordt u een licentie voor het gebruik ervan verstrekt. U mag de software uitsluitend voor eigen
bedrijfsdoeleinden of persoonlijke doeleinden gebruiken. Het is niet toegestaan de software te verhuren, aan derden te leasen of uit te lenen, of er een sublicentie
voor te verstrekken. De software mag evenmin worden gebruikt in een timesharing-overeenkomst, een overeenkomst met een servicebureau of soortgelijke
regelingen.
U bent niet gerechtigd de software, of delen ervan, geheel of gedeeltelijk te kopiëren of te laten kopiëren, behalve voor het maken van één (1) reservekopie of voor
archiveringsdoeleinden, ter ondersteuning van uw gebruik van de software zoals toegestaan uit hoofde van deze overeenkomst. Het is evenmin toegestaan om de
documentatie te kopiëren. Pogingen om de software te lokaliseren, te vertalen, te disassembleren, te decompileren, te ontcijferen, te onderwerpen aan reverse
engineering, de broncode ervan te reconstrueren, te wijzigen, werken af te leiden van de oorspronkelijke broncode of de software op enige andere wijze te
veranderen zijn niet toegestaan.
De voorwaarden en beperkingen in de gebruiksrechtovereenkomst gelden voor alle bugfixes, patches, nieuwe versies, versienotities, bijwerkingen en
opwaarderingen die betrekking hebben op de software.
Eigendomsrechten
U erkent en aanvaardt dat alle rechten, de titel en de belangen, inclusief alle intellectueel-eigendomsrechten, ten aanzien van de software, documentatie en alle
wijzigingen en afgeleide werken exclusief eigendom zijn en blijven van EFI en haar leveranciers. Met uitzondering van het bovenstaande uitdrukkelijke beperkte
recht om de software te gebruiken, worden geen andere rechten verleend. U kunt aan deze overeenkomst geen octrooirechten, auteursrechten, rechten op
handelsgeheimen of handelsmerken (al of niet gedeponeerde) ontlenen. U stemt ermee in geen handelsmerk of handelsnaam van EFI (“EFI-merk”) of een sterk
daarop gelijkend merk, URL, Internet-domeinnaam of symbool te gebruiken, te deponeren of te trachten te deponeren als uw eigen naam of de naam van uw
partners of producten, noch enige actie te ondernemen die de rechten op handelsmerken van EFI of haar leveranciers belemmert of beknot.
Vertrouwelijkheid
De software is vertrouwelijke informatie die eigendom is van EFI en u bent niet gerechtigd de software te verspreiden. U bent evenwel gerechtigd alle rechten die
u aan deze overeenkomst ontleent over te dragen aan een andere (rechts)persoon, vooropgesteld dat: (1) een dergelijke overdracht in overeenstemming is met alle
geldende exportwetten en -voorschriften, inclusief de Amerikaanse exportadministratievoorschriften, (2) u aan de betreffende (rechts)persoon alle software en
documentatie overdraagt (inclusief alle kopieën, bijgewerkte, nieuwe en vorige versies, onderdelen, de media, afgedrukte materialen en deze overeenkomst); (3) u
geen kopieën van de software en de documentatie behoudt, inclusief kopieën die zijn opgeslagen op een computer; en (4) de ontvanger instemt met de bepalingen
in deze overeenkomst.
Rechtsmiddelen en beëindiging
Het onbevoegd gebruiken, kopiëren of verspreiden van de software, of enige inbreuk op deze overeenkomst, resulteert in de automatische beëindiging van deze
licentie en geeft EFI het recht andere rechtsmiddelen aan te wenden. Indien de overeenkomst wordt beëindigd, moet u alle kopieën van de software en de
documentatie, evenals alle onderdelen ervan, vernietigen. Alle bepalingen in deze overeenkomst die betrekking hebben op garantiebeperkingen,
aansprakelijkheidsbeperkingen, rechtsmiddelen, schade, geldende wetgeving, rechtspraak of rechtsgebied, evenals EFI’s eigendomsrechten, blijven na beëindiging
van de overeenkomst onverminderd van kracht.
Garantiebeperking
EFI garandeert de oorspronkelijke koper (hierna aangeduid als de “klant”) dat het functioneren van de software gedurende dertig (30) dagen vanaf de
oorspronkelijke datum waarop het product bij EFI of haar geautoriseerde detailhandelaar is aangeschaft, substantieel zal beantwoorden aan hetgeen wordt
beschreven in de documentatie, vooropgesteld dat het product wordt gebruikt conform de door EFI verstrekte specificaties. EFI garandeert dat de media waarop
de software is opgeslagen gedurende de hierboven vermelde garantieperiode geen defecten zullen vertonen. EFI garandeert niet dat de software in uw specifieke
behoeften zal voldoen, dat de software ononderbroken, veilig of zonder fouten zal werken of dat alle fouten in de software zijn gecorrigeerd. EFI biedt geen garantie,
noch impliciet, noch op enige andere wijze, met betrekking tot de prestaties of betrouwbaarheid van producten van derden (software of hardware) die niet door
EFI zijn geleverd. DEZE GARANTIE WORDT TENIETGEDAAN INDIEN PRODUCTEN VAN DERDEN WORDEN GEÏNSTALLEERD DIE NIET
DOOR EFI ZIJN GEAUTORISEERD. DEZE GARANTIE WORDT EVENEENS TENIETGEDAAN INDIEN HET PRODUCT WORDT GEBRUIKT,
AANGEPAST EN/OF GEREPAREERD OP EEN ANDERE WIJZE DAN DEWELKE DOOR EFI IS GEAUTORISEERD.
MET UITZONDERING VAN DE BOVENSTAANDE UITDRUKKELIJKE, BEPERKTE GARANTIE EN VOOR ZOVER IS TOEGESTAAN ONDER
DE WET, VERLEENT EFI MET BETREKKING TOT DE SOFTWARE GEEN ENKELE GARANTIE, NOCH UITDRUKKELIJK NOCH IMPLICIET,
OP GROND VAN WETTELIJKE BEPALINGEN, BEPALINGEN VAN DEZE OVEREENKOMST DAN WEL AAN U GEDANE MEDEDELINGEN.
MET NAME ACCEPTEERT EFI GEEN ENKELE IMPLICIETE GARANTIE VAN VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD
DOEL OF VRIJWARING VAN INBREUK OP DE RECHTEN VAN DERDEN.
Aansprakelijkheidsbeperking
IN GEEN GEVAL, VOOR ZOVER IS TOEGESTAAN ONDER DE WET, ZIJN EFI EN HAAR LEVERANCIERS AANSPRAKELIJK VOOR SCHADE,
DAARONDER BEGREPEN VERLIES VAN GEGEVENS, WINSTDERVING, DEKKINGSKOSTEN OF ANDERE SPECIALE SCHADE,
INCIDENTELE SCHADE, GEVOLGSCHADE OF INDIRECTE SCHADE DIE VOORTVLOEIT UIT DE VERKOOP, DE INSTALLATIE, HET
ONDERHOUD, HET GEBRUIK, DE PRESTATIES OF HET NIET GOED WERKEN VAN DE SOFTWARE, ONGEACHT DE OORZAAK VAN
DERGELIJKE SCHADE EN DE THEORIE WAAROP DE AANSPRAKELIJKHEID IS GEBASEERD. DEZE BEPERKING GELDT ZELFS INDIEN EFI
VAN HET RISICO VAN EEN DERGELIJKE SCHADE OP DE HOOGTE IS GESTELD. U ERKENT DAT DEZE RISICOVERDELING IN DE PRIJS
VAN HET PRODUCT IS VERDISCONTEERD. AANGEZIEN IN SOMMIGE RECHTSGEBIEDEN DE UITSLUITING OF BEPERKING VAN DE
AANSPRAKELIJKHEID VOOR GEVOLGSCHADE OF INCIDENTELE SCHADE NIET IS TOEGESTAAN, IS DE BOVENSTAANDE BEPERKING
IN UW SITUATIE MOGELIJK NIET VAN TOEPASSING.
Hierbij stellen wij u ervan in kennis dat Adobe Systems Incorporated, een onderneming geregistreerd in Delaware en gevestigd aan de 345 Park Avenue, San Jose,
CA 95110-2704 (hierna aangeduid als “Adobe”) een derde-begunstigde bij deze overeenkomst is voor zover deze overeenkomst bepalingen bevat die betrekking
hebben op het gebruik van de lettertypen, gecodeerde lettertypenprogramma’s, lettertypen en handelsmerken onder licentie van of geleverd door Adobe. Deze
bepalingen zijn uitdrukkelijk ten gunste van Adobe gemaakt, zodat naast EFI ook Adobe de nakoming hiervan kan vorderen. ADOBE WIJST IEDERE
AANSPRAKELIJKHEID JEGENS U VOOR SOFTWARE OF TECHNOLOGIE VAN ADOBE WAARVOOR U UIT HOOFDE VAN DEZE
OVEREENKOMST EEN LICENTIE HEEFT VAN DE HAND.
Exportbepalingen
De producten van EFI zijn onderworpen aan de Amerikaanse exportwetten en -voorschriften, inclusief de Amerikaanse exportadministratievoorschriften, evenals
aan buitenlandse exportwetten en -voorschriften. U stemt ermee in dat u geen enkel onderdeel van het product of de software in geen enkele vorm zult gebruiken,
verspreiden, overdragen, exporteren of opnieuw exporteren indien u daarmee het toepasselijk recht of de toepasselijke voorschriften in de Verenigde Staten of het
land van aanschaf overtreedt.
Beperkte rechten voor overheidsinstanties in de Verenigde Staten
Het gebruik, de verveelvoudiging of verspreiding van de software door overheidsfunctionarissen van de Verenigde Staten is onderworpen aan de beperkingen als
neergelegd in FAR 12.212 of DFARS 227.7202-3 -227.7202-4 en, voor zover voorgeschreven door de Amerikaanse federale wetgeving, aan de minimale beperkte
rechten als neergelegd in FAR 52.227-14, Restricted Rights Notice (juni 1987) Alternate III(g)(3)(juni 1987) of FAR 52.227-19 (juni 1987). Voor zover in hoofde
van deze overeenkomst technische gegevens worden verstrekt, zijn deze gegevens beschermd volgens FAR 12.211 en DFARS 227.7102-2 en voor zover
uitdrukkelijk voorgeschreven door de Amerikaanse overheid, en onderworpen aan beperkte rechten als neergelegd in DFARS 252.227.7015 (november 1995) en
DFARS 252.227-7037 (september 1999). Ingeval enige van bovengenoemde voorschriften van instanties zouden worden gewijzigd of vervangen, zullen de
daaropvolgende of equivalente voorschriften van toepassing zijn. De naam van de leverancier is Electronics for Imaging.
Algemeen
De rechten en plichten van de partijen die voortvloeien uit deze overeenkomst zijn in alle opzichten uitsluitend onderworpen aan het recht van de staat Californië,
daar dit recht geldt voor contracten tussen inwoners van Californië waarvan de volledige uitvoering binnen Californië plaatsvindt. Deze overeenkomst is niet
onderworpen aan de United Nations Convention on Contracts for the International Sale of Goods en andere soortgelijke conventies. Voor alle geschillen die
voortvloeien uit deze overeenkomst zijn uitsluitend de staatsrechtbanken in San Mateo County, Californië en de federale rechtbank voor het Noordelijk District
van Californië bevoegd. Deze overeenkomst regelt de volledige rechtsverhouding tussen u en Electronics for Imaging en prevaleert boven eerdere mondelinge of
schriftelijke mededelingen dan wel advertenties met betrekking tot de software. Indien enige bepaling van deze overeenkomst ongeldig wordt geacht, zal deze
bepaling worden geacht te zijn gewijzigd voor zover dat nodig is om de bepaling afdwingbaar te maken en blijven de overige bepalingen van deze overeenkomst
onverminderd van kracht.
Bij vragen kunt u een bezoek brengen aan de website van EFI: www.efi.com.
Electronics for Imaging
303 Velocity Way
Foster City, CA 94404, Verenigde Staten
Inhoud
Over de documentatie
Inleiding
Over deze handleiding
Hoofdstuk 1: Afdrukken vanaf Windows-computers
Afdrukken vanuit toepassingen
Opties instellen en afdrukken vanaf Windows-computers1-2
Werken met taaksjablonen.1-8
Snelkoppelingen gebruiken1-12
Snelkoppelingen voor afdrukopties aanpassen1-13
Aangepaste paginaformaten definiëren en afdrukken
Werken met aangepaste paginaformaten in Windows 98/Me1-15
Werken met aangepaste paginaformaten in Windows NT 4.01-17
Werken met aangepaste paginaformaten in Windows 2000/XP/Server 20031-20
De status van de DocuColor 5252 controleren
Bestanden opslaan om op een externe locatie af te drukken
Hoofdstuk 2: Afdrukken vanaf Mac OS-computers
Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS 9 en eerder of Mac OS X Classic
Afdrukopties instellen en afdrukken2-1
xi
1-1
1-14
1-23
1-24
2-1
Aangepaste paginaformaten definiëren
Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS X
Afdrukopties instellen en afdrukken2-8
2-6
2-8
viii Inhoud
Hoofdstuk 3: Afdrukken vanaf UNIX- werkstations
Afdrukken naar de Fiery EXP5000
Hoofdstuk 4: Bestanden en lettertypen downloaden
Werken met Fiery Downloader
Bestanden of printerlettertypen downloaden4-4
Printerlettertypen beheren4-11
Hoofdstuk 5: Documenten met variabele gegevens afdrukken
Over het afdrukken van variabele gegevens
Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
Hoe werkt FreeForm?5-2
Het modeldocument maken5-4
Het variabele document maken5-5
Het variabele document combineren met het FreeForm-model5-6
Werken met FreeForm5-8
Variabele gegevens afdrukken met FreeForm 2
Afdrukken uit toepassingen voor het afdrukken van variabele gegevens
Fiery VDP Resource Manager gebruiken5-14
3-1
4-1
5-1
5-2
5-12
5-13
Hoofdstuk 6: Werken met de EFI Converter
TIFF/IT-bestandsindelingen
Werken met de EFI Converter
De voorkeuren voor EFI Converter instellen6-3
Bestanden converteren6-6
6-1
6-2
ix Inhoud
Hoofdstuk 7: Werken met EFI Hot Folders
Werken met Hot Folders
Beperkingen voor bestandsindelingen 7-2
Het Hot Folder Configuratiescherm gebruiken
Hot Folders maken en verwijderen7-4
Hot Folders in- en uitschakelen7-7
Voorkeuren voor Hot Folders instellen7-8
Eigenschappen toewijzen aan Hot Folders
Hot Folder-instellingen aanpassen7-10
Afdrukopties voor Hot Folders opgeven7-11
Inslagopties opgeven7-12
De takenlogboeken van Hot Folders bekijken
Hot Folder-ondersteuning voor Mac OS-computers
Hoofdstuk 8: Taken bijhouden en controleren
Fiery WebTools openen
De status van de Fiery EXP5000 controleren met Fiery WebStatus8-3
Informatie opvragen met WebLink8-4
Job Monitor
7-1
7-3
7-9
7-15
7-16
8-1
8-4
Hoofdstuk 9: Fiery E-mailservice
De werking van Fiery E-mailservice
Afdrukken via een e-mailclient
Job Control
Afdrukken via de E-mail Port Monitor
9-1
9-2
9-4
9-4
x Inhoud
Bijlage A: Afdrukopties
Printerstuurprogramma’s en printerdefinitiebestanden
Waar kunt u afdrukopties instellen?
Hiërarchie voor het vervangen van afdrukoptiesA-3
StandaardinstellingenA-3
Aanvullende informatie over afdrukopties
BoekjeA-16
Aanpassing voor centrerenA-18
CollationeringA-19
Aanpassing voor opkruipenA-19
Dubbelzijdig afdrukkenA-19
Gemengde mediaA-20
Passend makenA-25
Afdrukken van tabbladen A-26
Bijlage B: Lettertypenlijst
PostScript-printerlettertypen
Adobe Type 1-lettertypenB-1
Tr ueType-lettertypenB-6
Algemene afdrukproblemenC-2
Problemen met de afdrukkwaliteitC-4
Problemen met Fiery DownloaderC-5
Problemen met Fiery WebToolsC-6
Index
C-1
C-2
xi Over deze handleiding
Inleiding
De Fiery EXP5000 Color Server wordt gebruikt voor de definitieve productiegang
van een document. U kunt een afdruktaak op dezelfde manier naar de Fiery EXP5000
Color Server verzenden als naar andere printers: selecteer de Fiery in het dialoogvenster
Printers op Microsoft Windows-computers of in de Kiezer op Mac OS-computers en
vervolgens kunt u vanuit elke toepassing afdrukken.
O
PMERKING
:
De term “Fiery EXP5000” wordt in deze handleiding gebruikt om
te verwijzen naar de Fiery EXP5000 Color Server. In illustraties wordt de naam
“Aero” gebruikt als voorbeeld voor de naam die gebruikers kunnen geven aan de
Fiery EXP5000. De term “Windows” wordt in deze handleiding gebruikt voor zowel
Microsoft Windows 98, Windows Me, Windows NT 4.0, Windows 2000, Windows
Server 2003 en Windows XP.
Hoewel dit niet overal het geval hoeft te zijn, wordt ervan uitgegaan dat een operator
taken bestuurt en beheert die door gebruikers vanaf externe werkstations worden
verzonden. Raadpleeg de
Gids voor taakbeheer
voor meer informatie over de functies
van Command WorkStation/Command WorkStation LE en Fiery WebSpooler™.
PMERKING
O
De illustraties van Windows-software tonen niet noodzakelijk de versie
:
van Windows die u gebruikt.
Over deze handleiding
Deze handleiding is bedoeld voor externe gebruikers die taken verzenden via het
netwerk en de Fiery EXP5000. In deze handleiding worden de volgende onderwerpen
behandeld:
• Afdrukken vanaf een Windows-computer
• Afdrukken vanaf een Mac OS-computer
• Afdrukken vanaf een UNIX-werkstation
•Bestanden en lettertypen downloaden met Fiery Downloader™ en
WebDownloader
™
•Documenten met variabele gegevens afdrukken
•Werken met de EFI Converter (Fiery Graphic Arts Package )
xii Inleiding
•Werken met Hot Folders (Fiery Graphic Arts Package)
•Taken bijhouden en informatie opvragen met Fiery WebTools
• Afdrukken via de Fiery e-mailservice
•Taakinstellingen opgeven en vervangen
• Lijst van op de Fiery EXP5000 geïnstalleerde lettertypen.
•Eventuele problemen oplossen
™
1-1 Afdrukken vanuit toepassingen
1
Hoofdstuk 1:
Afdrukken
vanaf Windowscomputers
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u afdrukt naar de Fiery EXP5000 vanaf
Windows-computers. U kunt afdrukken vanaf een Windows-computer in een netwerk
of vanaf een computer met Windows-afdrukken (WINS). U kunt ook bestanden
opslaan om deze op een externe locatie af te drukken (zie “Bestanden opslaan om op
een externe locatie af te drukken” op pagina 1-24). Daarnaast kunt u bestanden naar
de Fiery EXP5000 downloaden met behulp van Fiery Downloader (zie Hoofdstuk 4)
en documenten afdrukken met Hot Folders en Fiery E-mail Services (zie respectievelijk
Hoofdstuk 7 en Hoofdstuk 9).
O
PMERKING
Windows-omgeving voor afdrukken via Windows-servers die zijn aangesloten op de
Fiery EXP5000. Raadpleeg de
tot stand brengen van een verbinding met de Fiery EXP5000 via het netwerk, de
installatie van printerstuurprogramma’s en de installatie van de Fiery®hulpprogramma’s.
PMERKING
O
2000-computer en hem delen als afdrukserver met andere Windows 2000-computers
(afdrukclients) in een netwerk. Als u de eigenschappen van het printerstuurprogramma
van de gedeelde printer bekijkt op een clientcomputer, wordt Job Monitor automatisch
gestart op de clientcomputer. Als u Job Monitor niet wilt uitvoeren op de
clientcomputer, kunt u het afsluiten door met de rechtermuisknop te klikken op het
pictogram van Job Monitor op de taakbalk van Windows en Job Monitor afsluiten te
kiezen in het menu dat wordt weergegeven.
:
Raadpleeg de
U kunt de Fiery EXP5000 als printer installeren op een Windows
:
Configuratiegids
Installatiegids gebruikerssoftware
voor informatie over het instellen van de
voor informatie over het
Afdrukken vanuit toepassingen
Als u het printerstuurprogramma van de Fiery EXP5000 hebt geïnstalleerd en de juiste
poort hebt ingesteld volgens de aanwijzingen in de
kunt u rechtstreeks afdrukken vanuit de meeste Windows-toepassingen. U hoeft
slechts in de toepassing de opdracht Afdrukken te kiezen en de afdrukopties in te
stellen.
Raadpleeg de
vanuit een bepaalde toepassing te verkrijgen.
Kleurengids
en de
Fiery-kleurenreferentie
Installatiegids gebruikerssoftware
om de beste afdrukresultaten
,
1-2 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
Opties instellen en afdrukken vanaf Windows-computers
Als u wilt afdrukken vanuit Windows, selecteert en installeert u het betreffende
PostScript-printerstuurprogramma. U vindt de stuurprogramma’s op de cd met
gebruikerssoftware van de Fiery EXP5000. Raadpleeg de
gebruikerssoftware
Als u het PostScript-printerstuurprogramma en het printerdefinitiebestand (PDD)
hebt geïnstalleerd, kunt u afdrukinstellingen voor een specifieke taak opgeven en deze
afdrukken op de Fiery EXP5000. U kunt ook de standaard afdrukinstellingen opgeven
via het stuurprogramma.
Als u wilt afdrukken vanuit Windows-toepassingen door uw computer via het netwerk
aan te sluiten op een afdrukserver, hebt u een Novell NetWare-, Windows NT/
2000/2003- of UNIX-server nodig. Zie de
Als u wilt afdrukken vanuit Windows-toepassingen zonder verbinding te maken met
een afdrukserver, kunt u SMB-afdrukken (Server Message Block) gebruiken.
Raadpleeg voor meer informatie de
voor meer informatie over de installatie van dit bestand.
Configuratiegids
Installatiegids gebruikerssoftware
Installatiegids
voor meer informatie.
.
In de volgende procedures wordt uitgelegd hoe u het stuurprogramma kunt gebruiken
om afdrukopties in te stellen. Zie Bijlage A voor meer informatie over specifieke
afdrukopties.
1. Kies Afdrukken in de toepassing waarmee u werkt.
2. Selecteer de Fiery EXP5000 als uw printer en klik op Eigenschappen.
Voor de volgende procedures worden afbeeldingen uit Windows 2000
:
1-3 Afdrukken vanuit toepassingen
1
3. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken.
Taaksjablonen, zie pagina 1-8
Optiebalken
Snelkoppelingen, zie
pagina 1-12
Klik hierop om alle
afdrukopties weer te geven
Klik hierop om alle
afdrukopties te verbergen
Het tabblad Fiery-afdrukken is de plaats waar u alle veelgebruikte afdrukfuncties
kunt beheren.
OPMERKING: De gebruikte Windows-versie (Windows 98/Me, Windows NT 4.0 of
Windows 2000/XP/Server 2003) bepaalt welke tabbladen en afdrukopties worden
ondersteund. Zie Bijlage A voor een complete lijst met afdrukopties.
4. Klik op de optiebalk ColorWise.
1-4 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
5. Klik in het dialoogvenster Aangepaste kleurinstellingen op Bijwerken om de
Kies in het vak Afdrukmodus de kleurmodus voor de taak. Wanneer u geavanceerde
functies voor kleurbeheer wilt gebruiken, zoals Weergavestijl, klikt u op Instellingen en
gaat u door met stap 5; ga anders door naar stap 7.
huidige instellingen voor de Fiery EXP5000 weer te geven.
Klik op Bijwerken
Als de knop Bijwerken niet wordt weergegeven, controleert u of
tweerichtingscommunicatie is ingesteld, zoals wordt beschreven in de Installatiegids
gebruikerssoftware.
6. Geef de kleurinstellingen voor de afdruktaak op en klik op OK.
1-5 Afdrukken vanuit toepassingen
1
7. Klik op de optiebalk Eigendomsgegevens.
Geef een accountnaam op in het veld Groepsnaam. De groepsnaam wordt
weergegeven in Command WorkStation en in het takenlogboek van Fiery Spooler. De
accountnaam wordt toegewezen door uw beheerder. De beheerder kan u deze
informatie geven.
Geef een wachtwoord op in het veld Groepspassword. Het groepswachtwoord wordt
weergegeven in Command WorkStation en in het takenlogboek van Fiery Spooler. Het
wachtwoord wordt toegewezen door uw beheerder. De beheerder kan u deze
informatie geven.
Als de accountnaam en het wachtwoord die u hebt ingegeven overeenkomen met
degene die de beheerder heeft gedefinieerd, wordt uw taak afgedrukt. Als ze niet
overeenkomen, treedt er een fout op en wordt uw taak in de wachtrij geplaatst.
De beheerder of de operator kan de groepsnaam en het groepswachtwoord bewerken
via het venster Eigenschappen van Command WorkStation/Command WorkStation
LE en het dialoogvenster Afdrukinstellingen negeren van Fiery WebSpooler. De
groepsnaam wordt weergegeven in het veld Opmerkingen 2 van de taak in Command
WorkStation/Command WorkStation LE of in het takenlogboek van Fiery Spooler.
OPMERKING: De opties Groepsnaam en Groepspassword zijn niet beschikbaar wanneer
u afdrukt naar de directe verbinding.
1-6 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
8. Klik op de overige optiebalken om de gewenste instellingen op te geven voor de
De gegevens die u invoert in het veld Opmerkingen kunnen door de operator worden
bekeken in Command WorkStation/Command WorkStation LE of Fiery Spooler, en
worden ook weergegeven in het takenlogboek. De operator kan geen opmerkingen
bewerken of wissen.
Raadpleeg voor informatie over het gebruik van Command Workstation of Fiery
Spooler de Gids voor taakbeheer.
Voer in het veld Instructies instructies bij de taak in voor de operator en klik op OK.
Deze instructies kunnen worden weergegeven in Command WorkStation/Command
WorkStation LE, maar worden niet in het takenlogboek vastgelegd. Deze instructies
kunnen wel door de operator bewerkt worden.
afdruktaak en klik vervolgens op OK.
Deze afdrukopties zijn specifiek voor de Fiery EXP5000 en de digitale pers. Deze
instellingen hebben voorrang boven de instellingen die zijn opgegeven in de
Printerinstellingen van Fiery EXP5000, maar kunnen op hun beurt weer worden
onderdrukt met de hulpmiddelen voor taakbeheer.
OPMERKING: De term “hulpmiddelen voor taakbeheer” wordt in deze handleiding
gebruikt om te verwijzen naar Command WorkStation en Fiery Spooler.
Zie Bijlage A voor informatie over deze opties en de prioriteit van instellingen.
Raadpleeg de Installatiegids gebruikerssoftware voor meer informatie over het
configureren van installeerbare opties.
Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over de hulpmiddelen voor
taakbeheer.
Als u Standaardwaarden van printer kiest, wordt de taak afgedrukt volgens de
instellingen die zijn geselecteerd tijdens de Setup. Zie Bijlage A voor meer informatie.
OPMERKING: As u incompatibele afdrukinstellingen opgeeft, wordt het dialoogvenster
Conflict weergegeven met instructies voor het oplossen van het conflict.
1-7 Afdrukken vanuit toepassingen
1
9. Klik op OK in de toepassing waarmee u werkt om uw afdruktaak te verzenden.
Controleer of de Fiery EXP5000 is geselecteerd als huidige digitale pers.
OPMERKING: Sommige opties van het printerstuurprogramma kunnen ook worden
ingesteld vanuit een toepassing (bijvoorbeeld Sorteer). In dergelijke gevallen is het
echter beter de functie uit te voeren met de optie in het stuurprogramma dan deze in te
stellen vanuit de toepassing. Soms worden bestanden door toepassingen niet goed
voorbereid voor afdrukken op de Fiery EXP5000, zodat onverwachte afdrukfouten
kunnen optreden en de verwerking langer kan duren.
HET POSTSCRIPT-PRINTERSTUURPROGRAMMAVAN ADOBEOF MICROSOFT
1. Windows 98/Me/NT 4.0/2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op
Printers. Windows XP: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Eigenschappen (Windows 98/Me), Documentinstellingen (Windows NT 4.0) of
Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Windows 2000/XP/Server 2003).
Het tabblad Fiery-afdrukken verschijnt. Als dat niet gebeurt, klikt u op de knop
Fiery-afdrukken.
3. Geef de standaard instellingen op voor uw afdruktaken, zoals beschreven op
pagina 1-2.
4. Klik op OK om het dialoogvenster te sluiten.
1-8 Afdrukken vanaf Windows-computers
i
1
Werken met taaksjablonen.
U kunt instellingen voor afdrukopties opslaan op de vaste schijf, zodat u eenvoudig
specifieke instellingen voor een bepaalde taak kunt laden. U kunt ook bestanden met
instellingen (taaksjablonen) delen op een netwerk, met behulp van de functies
Importeren en Exporteren).
EENTAAKSJABLOONMAKEN
1. Geef de optie Standaard taaksjabloon weer in de lijst Taaksjablonen en
configureer vervolgens de opties met behulp van de optiebalken voor afdrukken.
Zodra u een instelling wijzigt, wordt Naamloos weergegeven in plaats van Standaard
taaksjabloon in de lijst Taaksjablonen.
Knop Huidige instellingen opslaan
n taaksjablonen
2. Klik op de knop Huidige instellingen opslaan in taaksjablonen
3. Voer een naam in voor de taaksjabloon en klik op OK.
De naam wordt weergegeven in de lijst Taaksjablonen.
Knop Taaksjablonen
1-9 Afdrukken vanuit toepassingen
1
TAAKSJABLONENLADEN
1. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken op de lijst Taaksjablonen.
2. Kies de instellingen die u wilt gebruiken voor uw taaksjabloon.
De opties worden automatisch geconfigureerd.
TAAKSJABLONENVERWIJDEREN
1. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken op de knop Taaksjablonen.
2. Kies de taaksjablonen die u wilt verwijderen en klik op Verwijderen.
3. Klik op Ja om het verwijderen te bevestigen en klik op OK.
TAAKSJABLONENWIJZIGEN
1. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken op de lijst Taaksjablonen.
2. Kies de taaksjablonen die u wilt wijzigen en klik op OK.
De opties worden automatisch geconfigureerd op basis van de op dat moment
opgeslagen instellingen.
3. Configureer uw nieuwe instellingen met behulp van de optiebalken en klik op de
knop met de diskette.
4. Klik op OK om de gewijzigde sjabloon op te slaan.
1-10 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
OPGESLAGENTAAKSJABLONENEXPORTEREN
1. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken op de knop Taaksjablonen.
2. Kies de profielen die u wilt exporteren en klik op Exporteren.
3. Blader naar de locatie waar u het bestand wilt opslaan, voer een bestandsnaam in
en klik op OK.
O
PMERKING: De bestandsnaam moet de extensie .sav hebben en mag maximaal 8 tekens
bevatten (exclusief de extensie). De bestandsnaam hoeft niet overeen te komen met de
naam van de taaksjabloon.
4. Klik op OK.
1-11 Afdrukken vanuit toepassingen
1
OPGESLAGENTAAKSJABLONENIMPORTEREN
1. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken op de knop Taaksjablonen.
2. Klik op Importeren.
3. Blader naar de locatie met het bestand van het opgeslagen profiel dat u wilt
importeren.
4. Selecteer het bestand en klik vervolgens op OK.
5. Klik op OK in het dialoogvenster Taaksjablonen importeren.
O
PMERKING: Als u sjablonen importeert, worden ze in de lijst Taaksjablonen
weergegeven met de sjabloonnaam, niet met de bestandsnaam. In de voorgaande
schermafdrukken is het bestand presentatie.sav (bestandsnaam) geïmporteerd, maar
wordt in de lijst Taaksjablonen de naam Presentatie (sjabloonnaam) weergegeven.
1-12 Afdrukken vanaf Windows-computers
r
1
Snelkoppelingen gebruiken
In het gedeelte Snelkoppelingen van het stuurprogramma worden de huidige
instellingen voor de meest gebruikte afdrukopties weergegeven. Met behulp van de
snelkoppelingen kunt u deze instellingen snel en eenvoudig bekijken en wijzigen. U
kunt ook bepaalde opties voor de lay-out van pagina’s en de afwerking van taken
openen door met de rechtermuisknop te klikken op de afbeelding van de pagina onder
de snelkoppelingen.
Snelkoppelingen voo
afdrukopties
Pagina-snelkoppelingen
AFDRUKOPTIESINSTELLENMETBEHULPVANSNELKOPPELINGEN
1. Plaats op het tabblad Fiery-afdrukken de muisaanwijzer op de afdrukoptie die u
wilt
instellen.
De cursor verandert in een handje.
2. Klik op de geselecteerde afdrukoptie en geef de gewenste instellingen op.
U kunt ook met de rechtermuisknop klikken op de gewenste afdrukoptie en de
instellingen rechtstreeks opgeven.
3. Klik op Toepassen om de nieuwe instellingen te gebruiken als standaard
instellingen.
1. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken op de tab Afwerking, plaats de muisaanwijzer
op de pagina-afbeelding en klik met de rechtermuisknop.
2. Geef de gewenste instellingen op voor de afdrukopties.
3. Klik op Toepassen om de nieuwe instellingen toe te wijzen als
standaardinstellingen.
4. Klik op OK.
Snelkoppelingen voor afdrukopties aanpassen
U kunt het gedeelte Snelkoppelingen aanpassen, zodat u snel toegang krijgt tot de
meest gebruikte afdrukopties.
SNELKOPPELINGENVOORAFDRUKOPTIESAANPASSEN
1. Klik op Snelkoppelingen in het gedeelte Snelkoppelingen.
Het dialoogvenster Snelkoppelingen aanpassen wordt weergegeven.
-
2. Selecteer een optie die u uit de lijst Huidige snelkoppelingen wilt verwijderen en
klik op Verwijderen, of dubbelklik op de optie in de lijst Huidige
snelkoppelingen.
U kunt maximum zes opties in de lijst weergeven en er verschijnen standaard zes
afdrukopties in het gedeelte Snelkoppelingen. U moet een snelkoppeling verwijderen
om een andere te kunnen toevoegen.
1-14 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
3. Selecteer een optie uit de lijst Beschikbare snelkoppelingen die u wilt toevoegen
4. Om de volgorde van de Huidige snelkoppelingen te wijzigen, selecteert u een
5. Klik op OK om het dialoogvenster Beschikbare snelkoppelingen te sluiten.
en klik op Toevoegen, of dubbelklik op de optie in de lijst Huidige
snelkoppelingen.
De nieuwe optie verschijnt onderaan de lijst Huidige snelkoppelingen.
optie in de lijst Huidige snelkoppelingen en klikt u op Omhoog of Omlaag.
Het gedeelte Snelkoppelingen is nu aangepast.
Aangepaste paginaformaten definiëren en afdrukken
Bij aangepaste papierformaten bepaalt u zelf de afmetingen van een gedrukte pagina.
Als u een aangepast paginaformaat definieert, kunt u dit gebruiken in toepassingen
zonder dat u het formaat steeds opnieuw hoeft te definiëren wanneer u een document
afdrukt. Als u een aangepast paginaformaat definieert, geeft u de breedte- en
lengtematen op die corresponderen met respectievelijk de korte en lange zijde van uw
afdruktaak. Aangepaste paginaformaten moeten altijd op deze manier worden
ingesteld, ongeacht de instellingen voor de afdrukstand in de toepassing.
StaandLiggend
Hoogte
Breedte
OPMERKING: Bij inslagtaken kunnen geen aangepaste paginaformaten worden gebruikt.
OPMERKING: Voor Windows NT 4.0 en Windows 2000/XP/Server 2003 kunnen geen
aangepaste paginaformaten worden ingesteld via het tabblad Fiery-afdrukken. Zie
“Werken met aangepaste paginaformaten in Windows NT 4.0” op pagina 1-17 en
“Werken met aangepaste paginaformaten in Windows 2000/XP/Server 2003” op
pagina 1-20 voor meer informatie.
Breedte
Hoogte
1-15 Aangepaste paginaformaten definiëren en afdrukken
1
Werken met aangepaste paginaformaten in Windows 98/Me
Wanneer u in het PostScript-printerstuurprogramma voor Windows 98/Me een
aangepast paginaformaat definieert of bewerkt, gaat u als volgt te werk.
EENAANGEPASTPAGINAFORMAATDEFINIËRENINHET
PRINTERSTUURPROGRAMMAVOOR WINDOWS 98/ME
1. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken en klik op de optiebalk Papierbron.
4. Klik op Aangepast.
Klik op Aangepast
Het dialoogvenster Aangepast papierformaat opgeven wordt weergegeven.
1-16 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
5. Kies de opties om het aangepaste papierformaat te definiëren.
—geef de breedte van de afdruktaak op.
Breedte
Lengte—geef de lengte van de afdruktaak op.
Eenheid—selecteer de maateenheid voor de afdruktaak.
Dwars—schakel deze optie in als u de breedte- en lengtematen wilt omdraaien, zodat
deze overeenkomen met de papierinvoerrichting van de afdruktaak.
Papiernaam—geef een naam op voor uw aangepaste paginaformaat. De naam van het
nieuwe aangepaste papierformaat wordt weergegeven in het menu Documentgrootte.
6. Klik op OK.
7. Klik op Niet-afdrukbaar gebied, voer de gewenste gegevens in en klik op OK om
het niet-afdrukbare gebied van de aangepaste pagina te definiëren.
1. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken en klik op de optiebalk Papierbron.
4. Kies in het menu Paginaformaat de naam van de aangepaste pagina die u wilt
bewerken.
5. Klik op Aangepast.
Het dialoogvenster Aangepast paginaformaat opgeven wordt weergegeven.
6. Bewerk de instellingen zoals beschreven op pagina 1-16 en klik op OK.
AFDRUKKENOPAANGEPASTEPAPIERFORMATENMETHET
PRINTERSTUURPROGRAMMAVOOR WINDOWS 98/ME
1. Kies Afdrukken in de toepassing waarmee u werkt.
2. Selecteer de Fiery EXP5000 als uw printer en klik op Eigenschappen.
1-17 Aangepaste paginaformaten definiëren en afdrukken
1
3. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken en klik op de optiebalk Papierbron.
4. Kies het aangepast paginaformaat in de lijst Paginaformaat.
5. Klik op de optiebalk Lay-out en selecteer een instelling van Afdrukstand,
afhankelijk van de manier waarop het papier met aangepast formaat geladen is.
6. Klik op OK en klik opnieuw op OK om de taak af te drukken.
Werken met aangepaste paginaformaten in Windows NT 4.0
Bij aangepaste paginaformaten definieert u zelf de afmetingen van een afgedrukte
pagina. Als u een aangepast paginaformaat definieert, kunt u dit gebruiken in
toepassingen zonder dat u het formaat steeds opnieuw hoeft te definiëren wanneer u
een document afdrukt.
AANGEPASTEPAGINAFORMATENDEFINIËRENMETHET
PRINTERSTUURPROGRAMMAVOOR WINDOWS NT 4.0
1. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Documentinstellingen.
3. Klik op het tabblad Pagina-instelling.
1-18 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
4. Selecteer Aangepast paginaformaat PostScript in de lijst Papierformaat.
5. Kies de opties om het aangepaste papierformaat te definiëren.
Het dialoogvenster Definitie voor PostScript aangepaste paginagroote wordt geopend.
Aangepaste pagina-afmetingen—geef de breedte en hoogte op van de afdruktaak.
Eenheid—selecteer de maateenheid voor de afdruktaak.
Invoerrichting—kies de richting van de papierinvoer voor de afdruktaak.
Papiertype—selecteer de papiersoort voor de afdruktaak.
Afstand tot rand ten opzichte van invoerrichting—geef de afstand (marges) van de
afdruktaak op ten opzichte van de papierinvoerrichting.
6. Klik op OK.
7. Klik op OK om het dialoogvenster Documentinstellingen te sluiten.
AANGEPASTEPAGINAFORMATENBEWERKENMETHET
PRINTERSTUURPROGRAMMAVOOR WINDOWS NT 4.0
1. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Documentinstellingen.
1-19 Aangepaste paginaformaten definiëren en afdrukken
1
3. Klik op het tabblad Geavanceerd en selecteer Papierformaat in de instellingen
Papier/uitvoer.
Het dialoogvenster Definitie voor PostScript aangepaste paginagroote wordt geopend.
Als dat niet gebeurt, klikt u op de knop Aangepast paginagroote bewerken.
4. Bewerk de instellingen zoals beschreven op pagina 1-18 en klik op OK.
AFDRUKKENOPAANGEPASTEPAGINAFORMATENMETHET
PRINTERSTUURPROGRAMMAVOOR WINDOWS NT 4.0
1. Kies Afdrukken in de toepassing waarmee u werkt.
2. Selecteer de Fiery EXP5000 als uw printer en klik op Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken en klik op de optiebalk Papierbron.
4. Selecteer PostScript aangepaste paginagrootte in de lijst Change Page Size Setting
(Paginagrootte-instelling wijzigen).
5. Klik op de optiebalk Lay-out en selecteer een instelling van Afdrukstand,
afhankelijk van de manier waarop het papier met aangepast formaat geladen is.
6. Klik op OK en klik opnieuw op OK om de taak af te drukken.
1-20 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
Werken met aangepaste paginaformaten in
Windows 2000/XP/Server 2003
Bij aangepaste papierformaten bepaalt u zelf de afmetingen van een gedrukte pagina.
Wanneer u een aangepast paginaformaat hebt gedefinieerd, kunt u het gebruiken in
toepassingen zonder dat u het formaat steeds opnieuw hoeft te definiëren wanneer u
een document afdrukt.
OPMERKING: Windows 2000, Windows Server 2003 en Windows XP hebben een
vergelijkbare interface voor het instellen van opties en het maken van afdrukken. Bij de
volgende procedures worden Windows 2000-afbeeldingen gebruikt en worden
eventuele verschillen in Windows XP apart aangegeven.
1. Windows 2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers.
Windows XP/Server 2003: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
3. Klik op de tab Papier/Kwaliteit.
4. Klik op Geavanceerd.
5. Selecteer Groote van aangepaste pagina (PostScript) in de lijst Papierformaat.
Het dialoogvenster Grootte van de aangepaste pagina definiëren (PostScript) wordt
geopend. Als dat niet gebeurt, klikt u op de Groote van aangepaste pagina (PostScript)
bewerken.
6. Bewerk de instellingen zoals beschreven op pagina 1-21 en klik op OK.
1. Kies Afdrukken in de toepassing waarmee u werkt en klik op Eigenschappen.
2. Selecteer de Fiery EXP5000 als uw printer en klik op Eigenschappen.
3. Klik op het tabblad Fiery-afdrukken en klik op de optiebalk Papierbron.
4. Selecteer Groote van aangepaste pagina (PostScript) in de lijst Change Page Size
Setting (Paginagrootte-instelling wijzigen).
5. Klik op de optiebalk Lay-out en selecteer een instelling van Afdrukstand,
afhankelijk van de manier waarop het papier met aangepast formaat geladen is.
6. Klik op OK en klik opnieuw op OK om de taak af te drukken.
1-23 De status van de DocuColor 5252 controleren
1
De status van de DocuColor 5252 controleren
U kunt de status van de verbruiksartikelen van de digitale pers raadplegen op het
tabblad Printerstatus van het PostScript-printerstuurprogramma.
DESTATUSVANDEVERBRUIKSARTIKELENVANDEDIGITALE
PERSCONTROLEREN
1. Windows 98/Me/NT 4.0/2000: Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op
Printers.
Windows XP/Server 2003: Klik op Start en kies Printers en faxapparaten.
2. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de Fiery EXP5000 en kies
Eigenschappen.
3. Klik op de tab Printerstatus en klik op Bijwerken.
Papier
Lade
—Toont de naam van de lade.
Niveau—Hier ziet u de hoeveelheid papier die nog aanwezig is in de desbetreffende
papierlade.
Formaat—Hier ziet u het formaat van het papier in de desbetreffende papierlade.
1-24 Afdrukken vanaf Windows-computers
1
Afmetingen—Hier ziet u de afmetingen van het papier in de desbetreffende
papierlade.
Mediumtype—Hier ziet u het mediumtype van het papier in de desbetreffende
papierlade.
Toner
—Toont de kleur van de toners.
Kleur
Niveau—Toont de resterende tonervoorraad in stappen van één procent. De getoonde
hoeveelheid is een ruwe schatting en komt mogelijk niet overeen met de werkelijk
resterende tonervoorraad.
Status van apparaat
Toont de status van de DocuColor 5252.
Bestanden opslaan om op een externe locatie af
te drukken
Als u ter plaatse niet beschikt over een Fiery EXP5000 en u bestanden voorbereidt die
u wilt afdrukken bij een servicebureau of op een andere locatie, kunt u de definitieve
bestanden afdrukken naar een bestand (in plaats van een lokale poort). U kunt ook
afdrukken naar een bestand als u een bestand wilt maken dat u met behulp van
Fiery Downloader kunt downloaden. Raadpleeg de Windows-documentatie voor
instructies voor het afdrukken naar een bestand.
2-1 Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS 9 en eerder of Mac OS X Classic
2
Hoofdstuk 2:
Afdrukken
vanaf Mac OS
-computers
Afdrukken naar de Fiery EXP5000 gaat op dezelfde manier als afdrukken naar andere
printers. Selecteer, als u met Mac OS 9 en eerder of Mac OS X Classic werkt, eerst de
Fiery EXP5000 als de huidige printer in de Kiezer en maak vervolgens een afdruk van
een bestand vanuit de desbetreffende toepassing. Als u Mac OS X gebruikt, kunt u de
printer kiezen en het bestand afdrukken vanuit de toepassing. Daarnaast kunt u
bestanden naar de Fiery EXP5000 downloaden met behulp van Fiery Downloader (zie
Hoofdstuk 4) en documenten afdrukken met Fiery E-mail Services (zie Hoofdstuk 9).
Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS 9 en eerder
of Mac OS X Classic
Voordat u vanuit toepassingen kunt afdrukken naar de Fiery EXP5000, moet u de
Fiery EXP5000 selecteren in de Kiezer. Vervolgens kunt u met behulp van het Adobe
PostScript-printerstuurprogramma en het juiste printerdefinitiebestand veel
verschillende afdrukfuncties van de Fiery EXP5000 besturen door in de afdrukvensters
specifieke taakinstellingen op te geven.
Zie de Kleurengidsen de handleiding Fiery-kleurenreferentie voor informatie over hoe u
de beste afdrukresultaten vanuit een bepaalde toepassing kunt verkrijgen.
Afdrukopties instellen en afdrukken
In Mac OS-toepassingen kunt u afdrukopties instellen in twee verschillende
dialoogvensters: Pagina-instelling en Print. Zie Bijlage A voor nadere informatie over
specifieke afdrukopties.
OPMERKING: Sommige standaard afdrukopties worden door de beheerder ingesteld
tijdens de Setup. Neem contact op met de beheerder of de operator voor informatie
over de huidige standaardinstellingen van de server.
1. Open een bestand en kies Pagina-instelling in het Archief-menu van de toepassing.
2. Kies Paginakenmerken in het dialoogvenster dat wordt weergegeven.
Selecteer de Fiery EXP5000 als uw printer.
OPMERKING: De dialoogvensters voor pagina-instelling verschillen per toepassing.
3. Selecteer de pagina-instellingen voor uw afdruktaak.
4. Klik op OK.
5. Kies Afdrukken in het menu Bestand van de toepassing.
2-3 Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS 9 en eerder of Mac OS X Classic
2
6. Selecteer de Fiery EXP5000 als printer en geef instellingen op voor de afdrukopties
die worden weergegeven.
O
PMERKING: De dialoogvensters van de optie Print verschillen van toepassing
tot toepassing.
Kies Fiery-taakopmerkingen
7. Kies Fiery-taakopmerkingen.
2-4 Afdrukken vanaf Mac OS -computers
2
Geef een accountnaam op in het veld Groepsnaam. De groepsnaam wordt
weergegeven in Command WorkStation/Command WorkStation LE en het
takenlogboek van Fiery Spooler. De accountnaam wordt toegewezen door uw
beheerder. De beheerder kan u deze informatie geven.
Geef een wachtwoord op in het veld Groepspassword. Het groepswachtwoord wordt
versleuteld weergegeven in Command WorkStation/Command WorkStation LE en het
takenlogboek van Fiery Spooler. Het wachtwoord wordt toegewezen door uw
beheerder. De beheerder kan u deze informatie geven.
Als de accountnaam en het wachtwoord die u hebt ingegeven overeenkomen met
degene die de beheerder heeft gedefinieerd, wordt uw taak afgedrukt. Als ze niet
overeenkomen, treedt er een fout op en wordt uw taak in de wachtrij geplaatst.
De beheerder of de operator kan de groepsnaam en het groepswachtwoord bewerken
via het venster Eigenschappen van Command WorkStation/Command WorkStation
LE en het dialoogvenster Afdrukinstellingen negeren van Fiery WebSpooler. De
groepsnaam wordt weergegeven in het veld Opmerkingen 2 van de taak in Command
WorkStation/Command WorkStation LE en in het takenlogboek van Fiery Spooler.
OPMERKING: De opties Groepsnaam en Groepspassword zijn niet beschikbaar wanneer
u afdrukt naar de directe verbinding.
De gegevens die u invoert in het veld Opmerkingen kunnen door de operator worden
bekeken in Command WorkStation/Command WorkStation LE en Fiery Spooler, en
worden ook weergegeven in het takenlogboek. De operator kan geen opmerkingen
bewerken of wissen.
Raadpleeg voor meer informatie over Command WorkStation/Command
WorkStation LE en Fiery Spooler de Gids voor taakbeheer.
In het veld Instructies kunt u instructies voor de operator invoeren voor de taak. Deze
instructies kunnen worden weergegeven in Command WorkStation/Command
WorkStation LE, maar worden niet in het takenlogboek vastgelegd. Deze instructies
kunnen wel door de operator bewerkt worden.
2-5 Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS 9 en eerder of Mac OS X Classic
2
8. Als u de taak wilt afdrukken, kiest u Print in het menu Bestand. Bestemming,
Papierbron, Lay-out, ColorWise, Beeldkwaliteit, Afwerking, FreeForm en
Printerspecifieke opties.
Deze afdrukopties zijn specifiek voor de Fiery EXP5000 en de digitale pers (gebruik de
schuifbalk om alle opties weer te geven). Deze opties hebben voorrang boven de
instellingen in de printerinstellingen op de Fiery EXP5000, maar kunnen worden
gewijzigd in Command WorkStation of Fiery Spooler.
Als u Standaardwaarden van printer kiest, wordt de taak afgedrukt volgens de
instellingen die zijn opgegeven tijdens de Setup.
Zie Bijlage A voor nadere informatie over deze opties en de prioriteit van instellingen.
Sommige afdrukopties, zoals Soft Collate (Sorteer), Soft Reverse Order (Omgekeerde
volgorde) en Manual Duplex (Handmatig dubbelzijdig afdrukken) die kunnen worden
geselecteerd vanuit een toepassing of via het Adobe PS-printerstuurprogramma, zijn
vergelijkbaar met de afdrukopties die beschikbaar zijn in het dialoogvenster
Printerspecifieke opties. In deze gevallen geeft u de afdrukoptie op vanuit het
dialoogvenster Printerspecifieke opties. Soms worden bestanden door toepassingen niet
goed voorbereid voor afdrukken op de Fiery EXP5000, zodat onverwachte
afdrukfouten kunnen optreden en de verwerking langer kan duren.
OPMERKING: Als u incompatibele afdrukinstellingen opgeeft, kan er een dialoogvenster
worden weergegeven. Volg de instructies op het scherm om het conflict op te lossen.
2-6 Afdrukken vanaf Mac OS -computers
2
9. Als u de nieuwe instellingen wilt gebruiken als standaardinstellingen, klikt u op
Bewaar Instellingen.
10. Klik op Print.
Aangepaste paginaformaten definiëren
Bij aangepaste paginaformaten definieert u zelf de afmetingen en marges van de
pagina. Als u een aangepast paginaformaat definieert, kunt u dit gebruiken in
toepassingen zonder dat u het formaat steeds opnieuw hoeft te definiëren wanneer u
een document afdrukt.
EENAANGEPASTPAGINAFORMAATDEFINIËREN
1. Kies Pagina-instelling in het Archief-menu van de toepassing.
2. Kies als Papier Aangepast.
3. Kies Standaard aangepast papierformaat.
Kies Standaard aangepast
papierformaat
Limieten voor geselecteerde
afmetingen worden hier
weergegeven
4. Voer de afmetingen en marges voor de pagina in.
Namen van
aangepaste pagina’s
worden hier
weergegeven
Voer een aangepaste
paginanaam in
5. Klik op de vervolgkeuzelijst PPD-bereik als u de minimum- en maximumformaten
wilt bekijken.
Er wordt een foutbericht weergegeven als u een ongeldig formaat invoert.
Klik op Annuleer en voer formaten in die binnen het PPD-bereik vallen.
2-7 Aangepaste paginaformaten definiëren
2
6. Als u dit aangepaste paginaformaat wilt opslaan, voert u een naam in en klikt u op
Voeg toe.
Opgeslagen aangepaste papierformaten zijn beschikbaar in de lijst met papierformaten
rechtsboven in het dialoogvenster. Als u een opgeslagen aangepast papierformaat wilt
verwijderen, selecteert u het formaat in de lijst en klikt u op Verwijder.
7. Klik op OK.
EENOPGESLAGENAANGEPASTPAGINAFORMAATBEWERKEN
1. Kies Pagina-instelling in het Archief-menu van de toepassing.
2. Kies Standaard aangepast papierformaat.
3. Selecteer de naam van het aangepaste paginaformaat.
4. Bewerk de afmetingen en marges voor de pagina.
5. Klik op Voeg toe.
6. Vervang de bestaande naam voor het aangepaste paginaformaat en klik op OK.
EENAANGEPASTPAGINAFORMAATAFDRUKKEN
1. Kies Pagina-instelling in het Archief-menu van de toepassing.
2. Kies Aangepast of de naam van het aangepaste paginaformaat in de
vervolgkeuzelijst Papier.
3. Klik op OK.
4. Kies Print in het Archief-menu van de toepassing.
Geef de gewenste afdrukopties op.
5. Klik op Print.
U kunt ook een nieuw aangepast papierformaat definiëren in het dialoogvenster
Aangepast papierformaat wanneer u naar de Fiery EXP5000 afdrukt. Als u afmetingen
opgeeft die overeenkomen met een bepaald vast papierformaat, verwerkt de
Fiery EXP5000 de taak als een afdruktaak voor dat papierformaat.
2-8 Afdrukken vanaf Mac OS -computers
2
Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS X
Nadat u de printerbeschrijvingsbestanden van de Fiery EXP5000 hebt geïnstalleerd
met behulp van de PPD Installer, kunt u rechtstreeks afdrukken vanuit de meeste Mac
OS X-toepassingen. Raadpleeg de Installatiegids gebruikerssoftware voor meer
informatie over de installatie van printerbeschrijvingsbestanden met behulp van de
PPD Installer.
Raadpleeg de Fiery Kleurengids en de Fiery-kleurenreferentie om de beste
afdrukresultaten vanuit een bepaalde toepassing te verkrijgen.
Afdrukopties instellen en afdrukken
In Mac OS X-toepassingen kunt u afdrukopties instellen in twee verschillende
dialoogvensters: Pagina-instelling en Print. Zie Bijlage A voor nadere informatie over
specifieke afdrukopties.
OPMERKING: Sommige standaard afdrukopties worden door de beheerder ingesteld
tijdens de Setup. Vraag de systeembeheerder of de operator om informatie over de
huidige standaardinstellingen van de server.
1. Open een bestand en kies Pagina-instelling in het Archief-menu van de toepassing.
2. Kies in het dialoogvenster dat wordt weergegeven Paginakenmerken bij Instellingen
en de Fiery EXP5000 bij Stel in voor.
Kies een afdrukcategorie
3. Selecteer de pagina-instellingen voor uw afdruktaak.
4. Klik op OK.
5. Kies Afdrukken in het menu Bestand van de toepassing.
6. Selecteer de Fiery EXP5000 als uw printer en kies een optiecategorie uit de
vervolgkeuzelijst.
U kunt de instellingen voor de afdrukopties wijzigen voor elke categorie.
2
Kies Fiery-taakopmerkingen
2-10 Afdrukken vanaf Mac OS -computers
7. Kies Fiery-taakopmerkingen.
Geef een accountnaam op in het veld Groepsnaam. De groepsnaam wordt
weergegeven in Command WorkStation/Command WorkStation LE en het
takenlogboek van Fiery Spooler. De accountnaam wordt toegewezen door uw
beheerder. De beheerder kan u deze informatie geven.
Geef een wachtwoord op in het veld Groepspassword. Het groepswachtwoord wordt
versleuteld weergegeven in Command WorkStation/Command WorkStation LE en het
takenlogboek van Fiery Spooler. Het wachtwoord wordt toegewezen door uw
beheerder. De beheerder kan u deze informatie geven.
Als de accountnaam en het wachtwoord die u hebt ingegeven overeenkomen met
degene die de beheerder heeft gedefinieerd, wordt uw taak afgedrukt. Als ze niet
overeenkomen, treedt er een fout op en wordt uw taak in de wachtrij geplaatst.
De beheerder of de operator kan de groepsnaam en het groepswachtwoord bewerken
via het venster Eigenschappen van Command WorkStation en het dialoogvenster
Afdrukinstellingen negeren van Fiery WebSpooler. De groepsnaam wordt weergegeven
in het veld Opmerkingen 2 van de taak in Command WorkStation/Command
WorkStation LE en in het takenlogboek van Fiery Spooler.
OPMERKING: De opties Groepsnaam en Groepspassword zijn niet beschikbaar wanneer
u afdrukt naar de directe verbinding.
2-11 Afdrukken vanuit toepassingen met Mac OS X
2
8. Kies Printerfuncties en geef de gewenste instellingen op voor uw taak.
De gegevens die u invoert in het veld Opmerkingen kunnen door de operator worden
bekeken in Command WorkStation/Command WorkStation LE en Fiery Spooler, en
worden ook weergegeven in het takenlogboek. De operator kan ze niet bewerken of
wissen.
Raadpleeg voor meer informatie over Command WorkStation/Command
WorkStation LE en Fiery Spooler de Gids voor taakbeheer.
In het veld Instructies kunt u instructies voor de operator invoeren voor de taak. Deze
instructies kunnen worden weergegeven in Command WorkStation/Command
WorkStation LE, maar worden niet in het takenlogboek vastgelegd. Deze instructies
kunnen wel door de operator bewerkt worden.
Als u beslist de informatie in een of meer velden niet naar de Fiery EXP5000 te
verzenden, maakt u het selectievakje links van de optienaam leeg. U hoeft de
informatie in het veld niet te verwijderen. Als een optie niet geselecteerd is, wordt de
informatie die u hebt ingevoerd opgeslagen maar niet naar de Fiery EXP5000
verzonden.
Kies Printerfuncties
Een specifieke functieset kiezen
Deze afdrukopties zijn specifiek voor de Fiery EXP5000 en de digitale pers; u moet een
specifieke Functieset kiezen om alle opties te zien. Deze opties hebben voorrang boven
de instellingen in de printerinstellingen op de Fiery EXP5000, maar kunnen worden
gewijzigd in Command WorkStation/Command WorkStation LE en Fiery Spooler.
2-12 Afdrukken vanaf Mac OS -computers
2
Als u Standaardwaarden van printer kiest, wordt de taak afgedrukt volgens de
instellingen die zijn opgegeven tijdens de Setup.
Zie Bijlage A voor nadere informatie over deze opties en de prioriteit van instellingen.
Sommige afdrukopties, zoals Soft Collate (Sorteer), Soft Reverse Order (Omgekeerde
volgorde) en Manual Duplex (Handmatig dubbelzijdig afdrukken) die kunnen worden
geselecteerd vanuit een toepassing of via het PostScript-printerstuurprogramma, zijn
vergelijkbaar met de afdrukopties die beschikbaar zijn in het dialoogvenster
Printerfuncties. In deze gevallen geeft u de afdrukoptie op vanuit het dialoogvenster
Printerfuncties. Soms worden bestanden door de toepassingen of het
PostScript-printerstuurprogramma niet goed voorbereid voor afdrukken op de
Fiery EXP5000, zodat onverwachte afdrukfouten kunnen optreden en de verwerking
langer kan duren.
OPMERKING: Als u een ongeldige instelling of combinatie van instellingen selecteert bij
het afdrukken van een document, wordt geen foutbericht weergegeven. Zo kunt u
bijvoorbeeld dubbelzijdig afdrukken op transparanten kiezen. Ongeldige instellingen
en combinaties van instellingen worden genegeerd door de Fiery EXP5000.
OPMERKING: De velden Groepswachtwoord, Groepsnaam, Opmerkingen en Instructies
zijn niet beschikbaar in Mac OS X.
9. Klik op Print.
3-1 Afdrukken naar de Fiery EXP5000
3
Hoofdstuk 3:
Afdrukken
vanaf UNIXwerkstations
U kunt vanaf UNIX-werkstations rechtstreeks afdrukken naar de Fiery EXP5000.
Taken die u afdrukt naar de Fiery EXP5000, worden verzonden naar de afdrukwachtrij
of de blokkeringswachtrij en kunnen vanaf Command WorkStation/Command
WorkStation LE of vanaf Windows- en Mac OS-computers in het netwerk worden
beheerd met behulp van Fiery Spooler.
OPMERKING: Als u afdrukt naar de blokkeringswachtrij, moet de operator de taak vanuit
Command Workstation of Fiery Spooler doorsturen naar de printer. Taken die naar de
blokkeringswachtrij worden verzonden, worden doorgestuurd naar de vaste schijf en
daar geblokkeerd.
Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over het gebruik van
Command WorkStation/Command WorkStation LE of Fiery Spooler.
De naam van de wachtrij en van de Fiery EXP5000-printer worden vastgesteld door
de systeembeheerder. Standaard is de afdrukwachtrij <naam_server>_Print en de
blokkeringswachtrij <naam_server>_Hold. Neem contact op met de systeembeheerder
voor de namen van de wachtrijen.
Raadpleeg de documentatie van uw UNIX-systeem voor informatie over het instellen
van afdrukken via TCP/IP.
Afdrukken naar de Fiery EXP5000
U kunt met UNIX-opdrachten PostScript-bestanden en tekstbestanden afdrukken
naar de Fiery EXP5000. Doorgaans kunt u de normale afdrukopdrachten (lpr, lpq,
lprm) gebruiken om afdruktaken naar de Fiery EXP5000 te verzenden.
Raadpleeg de desbetreffende pagina’s in de UNIX-handleiding of andere documentatie
voor informatie over UNIX-opdrachten.
OPMERKING: U kunt in UNIX alleen PostScript- en ASCII-tekstbestanden afdrukken.
Printerstuurprogramma’s voor het afdrukken van andere soorten bestanden vanuit
UNIX worden niet ondersteund.
3-2 Afdrukken vanaf UNIX- werkstations
3
AFDRUKKENVANUIT UNIX
•Op systemen met Solaris 8 of een System V-implementatie van UNIX, gebruikt u de
opdracht lp om een taak naar de Fiery EXP5000 te verzenden. Deze opdracht heeft de
volgende syntaxis:
lp -d <printernaam> -n <exemplaren><bestandsnaam>
Als de afdrukwachtrij van de Fiery EXP5000 bijvoorbeeld de naam print_Server heeft
en de bestandsnaam Proef is terwijl u twee exemplaren wilt afdrukken, gebruikt u de
volgende opdrachtregel:
lp -d print_Server -n 2 Proef
EENLIJSTOPVRAGENMETDETAKENINEENWACHTRIJ
•Op systemen met Solaris 8.x of een System V-implementatie van UNIX gebruikt u de
volgende syntaxis van de opdracht lpstat om de taken in een wachtrij op te vragen:
lpstat -o <printernaam>
Als de afdrukwachtrij van de Fiery EXP5000 bijvoorbeeld de naam print_Server heeft,
gebruikt u deze opdrachtregel:
lpstat -o afdrukserver
De inhoud van de wachtrij wordt vervolgens weergegeven op het werkstation.
TAKENVERWIJDERENUITDEWACHTRIJ
OPMERKING: U kunt alleen uw eigen taken verwijderen, tenzij u bent aangemeld als
gebruiker met toegang tot de root.
•Op systemen met Solaris 8 of een System V-implementatie van UNIX, gebruikt u voor
het verwijderen van taken uit een wachtrij de opdracht Cancel (Annuleren). Deze
opdracht heeft de volgende syntaxis:
cancel <printernaam> <taaknummer>
Als u bijvoorbeeld de taak met het nummer 123 wilt verwijderen uit de afdrukwachtrij
van de Fiery EXP5000 met de naam print_Server, gebruikt u deze opdrachtregel:
cancel print_Server 123
4-1 Werken met Fiery Downloader
4
Hoofdstuk 4:
Bestanden en
lettertypen
downloaden
Met Fiery Downloader en WebDownloader kunt u PS-bestanden (PostScript),
EPS-bestanden (Encapsulated PostScript), TIFF-bestanden (Tagged Image File
Format) en PDF-bestanden (Portable Document Format) rechtstreeks naar de
Fiery EXP5000 afdrukken zonder de toepassing te openen waarin de bestanden
zijn gemaakt. Ook kunt u hiermee printerlettertypen op de Fiery EXP5000 beheren.
U kunt Fiery Downloader of WebDownloader ook gebruiken vanaf een extern
werkstation. Voor Fiery Downloader en WebDownloader is een netwerkverbinding
vereist. Raadpleeg de Installatiegids gebruikerssoftware voor informatie over het
installeren en configureren van Fiery Downloader en WebDownloader voor
ondersteunde netwerkprotocollen.
OPMERKING: De versies van Fiery Downloader en WebDownloader voor Windows
en Mac OS zijn grotendeels identiek; de verschillen worden vermeld in deze sectie.
Als beide vensters of dialoogvensters worden afgebeeld, is het eerste venster dat van de
Windows-versie en wordt het gevolgd door de Mac OS-versie.
U kunt ook bestanden en lettertypen downloaden met behulp van de functie
Importeren in Command WorkStation. Raadpleeg de Gids voor taakbeheer voor meer
informatie.
Werken met Fiery Downloader
Met Fiery Downloader of WebDownloader kunt u het volgende doen:
•De status van de Fiery EXP5000 controleren.
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar in Fiery WebDownloader, maar wel via
het Status WebTool.
•PostScript-, EPS-, TIFF- en PDF-bestanden afdrukken naar de Fiery EXP5000.
•De printerlettertypen op de vaste schijf van de Fiery EXP5000 beheren (voor deze
functie moet de directe verbinding zijn gepubliceerd op de Fiery EXP5000).
OPMERKING: Fiery Downloader en WebDownloader zijn speciaal ontworpen voor de
Fiery EXP5000. U kunt deze programma´s niet gebruiken op andere printers.
4-2 Bestanden en lettertypen downloaden
4
INFORMATIEWEERGEVENMET FIERY DOWNLOADER
1. Dubbelklik op het pictogram Fiery Downloader of kies Fiery Downloader via
2. Selecteer de Fiery EXP5000 in de Kiezer en klik op OK (Windows) of op Connect
Hier ziet u de status van de
server, de naam van de gebruiker
die de taak heeft verzonden en de
naam van het document dat
momenteel wordt afgedrukt
Hier ziet u de status van de
verwerking, de naam van de
gebruiker die de taak heeft
verzonden en de naam van het
document dat momenteel wordt
verwerkt
Hier ziet u een voortgangsbalk
waarin de voortgang van de taak
dynamisch wordt weergegeven
Hier ziet u de hoeveelheid
beschikbare schijfruimte
Start >Programma’s > Fiery-menu.
(Verbinden) (Mac OS).
Het statusvenster van Fiery Downloader wordt geopend. Hierin ziet u de werkbalk,
de menu’s en de statusbalk van Fiery Downloader.
Windows
4
Hier ziet u de status van de
server, de naam van de gebruiker
die de taak heeft verzonden en
de naam van het document dat
momenteel wordt afgedrukt
Hier ziet u de status van de
verwerking, de naam van de
gebruiker die de taak heeft
verzonden en de naam van het
document dat momenteel
wordt verwerkt
Hier ziet u een voortgangsbalk
waarin de voortgang van de taak
dynamisch wordt weergegeven
Hier ziet u de hoeveelheid
beschikbare schijfruimte
4-3 Werken met Fiery Downloader
Mac OS
Op de werkbalk boven aan het venster staan knoppen voor een aantal menufuncties.
OpenenKlik hierop om verbinding te maken met een
andere Fiery EXP5000.
DownloadenKlik hierop om een bestand of lettertype te
downloaden naar de Fiery EXP5000.
StatusAls u de lettertypenlijst bekijkt, klikt u hieropom
het statusvenster voor de huidige Fiery EXP5000
weer te geven.
LettertypenlijstAls u het statusvenster bekijkt, klikt u hierop om
een lijst met printerlettertypen op de vaste schijf
van de Fiery EXP5000weer te geven.
Info over Fiery
Downloader
(alleen
Windows)
Klik hierop om versie-informatie te bekijken over
Fiery Downloader.
4-4 Bestanden en lettertypen downloaden
4
3. Als u lettertypegegevens in het venster wilt bekijken, klikt u op de knop
4. Als u een andere Fiery EXP5000 wilt selecteren, kiest u Openen in het menu Bestand
5. Selecteer de Fiery EXP5000 in het dialoogvenster dat wordt weergegeven en klik
6. Kies Sluiten in het menu Bestand om het statusvenster te sluiten. Als u Fiery
Lettertypenlijst of kiest u Lettertypenlijst in het menu Bestand.
of klikt u op de knop Openen.
vervolgens op OK (Windows) of Connect (Verbinden) (Mac OS).
Downloader wilt afsluiten, kiest u de optie Afsluiten (Windows) of Stop (Mac OS) in
het menu Bestand.
Bestanden of printerlettertypen downloaden
U kunt verschillende typen bestanden en lettertypen downloaden naar de
Fiery EXP5000. U kunt een beperkt aantal afdrukopties instellen voor de bestanden
die u downloadt.
1. Gebruik de gewenste toepassing om een bestand te maken.
U kunt een PostScript- of PDF-bestand opslaan door de desbetreffende optie in het
dialoogvenster voor afdrukken van de toepassing te selecteren. In sommige
toepassingen kunt u bestanden ook als TIFF- of EPS-bestand opslaan.
Als u problemen ondervindt met het afdrukken van EPS-bestanden met Fiery
Downloader, kunt u het bestand rechtstreeks afdrukken vanuit de toepassing waarin
u het hebt gemaakt.
2. Start Fiery Downloader.
4-5 Werken met Fiery Downloader
4
3. Kies Downloaden in het menu Bestand of klik op de knop Downloaden.
Windows
Mac OS
4-6 Bestanden en lettertypen downloaden
4
4. Kies het bestandstype dat moet worden weergegeven in de lijst Bestandstypen
5. Kies het Verbindingstype (Windows) of de Wachtrij (Mac OS) waarnaar u de bestanden
(Windows) of Weergave (Mac OS).
Wanneer u Alle bekende indelingen kiest, worden alle bestandstypen weergegeven die
door Fiery Downloader worden ondersteund.
U kunt bestanden en lettertypen in één bewerking downloaden. Als de lettertypen
worden gebruikt door bestanden in dezelfde groep, worden de lettertypen als eerste
gedownload.
wilt downloaden.
De opties in dit menu zijn afhankelijk van de instellingen op uw locatie. De mogelijke
selecties zijn Afdrukwachtrij (Windows) of Print (Mac OS), Blokkeringswachtrij
(Windows) of Blokkeren (Mac OS) en Directe verbinding (Windows) of Direct (Mac
OS). U kunt alleen de verbindingen selecteren die door de systeembeheerder zijn
ingeschakeld.
U kunt via directe verbinding geen PDF- of TIFF-bestanden afdrukken. Als u directe
verbinding kiest, wordt de taak in de afdrukwachtrij geplaatst en vervolgens afgedrukt.
Als de afdrukwachtrij niet is ingeschakeld, wordt de taak in de blokkeringswachtrij
geplaatst. Daarna moet de operator de taak vrijgeven voor afdrukken.
OPMERKING: Als u lettertypen wilt downloaden, moet u de directe verbinding
gebruiken (zorg ervoor dat de directe verbinding is gepubliceerd op de
Fiery EXP5000). Als u geen toegang hebt tot de directe verbinding, moet u speciale
lettertypen die in het bestand worden gebruikt in het bestand insluiten.
6. Selecteer de bestandsnaam en klik op Bestand(en) toevoegen (Windows) of Open
(Mac OS).
In het veld Bestandsnaam (Windows) wordt de naam van het geselecteerde bestand
weergegeven voordat u op Toevoegen klikt.
U kunt bladeren naar diverse stations en mappen om de bestanden te selecteren die u
wilt downloaden. Klik op Alles toevoegen (Mac OS) om alle bestanden in een map toe
te voegen.
U kunt meerdere opeenvolgende bestanden selecteren (Windows) door het eerste
bestand te selecteren en vervolgens Shift ingedrukt te houden en op het laatste bestand
te klikken. Wanneer u de Ctrl-toets ingedrukt houdt, kunt u klikken op meerdere
niet-opeenvolgende bestanden om deze te selecteren.
4-7 Werken met Fiery Downloader
4
7. Als u de kenmerken van een te downloaden bestand wilt wijzigen, selecteert u het
Als u besluit een geselecteerd bestand niet te downloaden, selecteert u het bestand in de
lijst Deze bestanden downloaden (Windows) / Bestanden voor downloaden (Mac OS)
en klikt u op Bestand(en) verwijderen (Windows) of Verwijderen (Mac OS).
Klik op Alles verwijderen (Mac OS) als u alle bestanden wilt verwijderen uit de lijst
Bestanden voor downloaden.
8. Voer in het dialoogvenster de volgende gegevens in en klik op OK.
De opties die u opgeeft, zijn uitsluitend van toepassing op het geselecteerde bestand. U
kunt voor elk bestand verschillende opties instellen of de standaardwaarden accepteren.
Aantal—Geef het aantal exemplaren op.
Helderheid (alleen bij PostScript- en EPS-bestanden)—Wijzig de helderheid als een
bestand er te licht of te donker uitziet. Kies 85% voor een aanzienlijk lichtere
afbeelding, 115% voor een aanzienlijk donkerdere afbeelding of een tussenliggend
percentage voor een andere helderheid.
4-8 Bestanden en lettertypen downloaden
4
OPMERKING: In sommige toepassingen, waaronder Adobe Photoshop, kunt u
overdrachtsfuncties gebruiken waarbij u de dichtheid voor een afbeelding kunt
instellen. Als er in het bestand dat u wilt afdrukken ook overdrachtfuncties zijn
gebruikt, heeft de optie Helderheid in Fiery Downloader geen effect. Raadpleeg de
documentatie bij de desbetreffende toepassing voor meer informatie over het gebruik
van overdrachtsfuncties.
‘showpage’ na EPS-bestanden (Windows) of ‘showpage’ (Mac OS) (alleen PostScript-
en EPS-bestanden)—In de meeste gevallen hoeft u deze optie niet te gebruiken.
Selecteer de optie ‘showpage’ alleen als een EPS-bestand zonder deze optie niet kan
worden afgedrukt. Met deze optie wordt een PostScript-opdracht ‘showpage’
toegevoegd aan het einde van de afdruktaak. Door sommige toepassingen wordt deze
noodzakelijke PostScript-opdracht weggelaten bij het genereren van EPS-bestanden.
Selecteer deze optie bij het afdrukken van EPS-bestanden die zijn gegenereerd door
dergelijke toepassingen. Als u deze optie selecteert zonder dat dit nodig is, kunnen er
extra lege pagina’s worden afgedrukt.
Als u problemen ondervindt met het afdrukken van EPS-bestanden met Fiery
Downloader, kunt u het bestand rechtstreeks afdrukken vanuit de toepassing waarin u
het hebt gemaakt.
Paginabereik (alleen PDF-bestanden)—Geef het paginabereik op dat u wilt afdrukken.
9. Klik in Windows op Bestand(en) downloaden of op een Mac OS-computer op
Downloaden.
10. Als u het downloaden wilt annuleren, drukt u op de toets Esc (Windows) of op de
Command-toets (Mac OS).
4-9 Werken met Fiery Downloader
4
EENBACK-UPVANEENLETTERTYPEMAKEN
1. Start Fiery Downloader.
2. Kies Back up fonts (Back-up maken van lettertypen) in het menu Bestand.
3. Ga naar de locatie waar u de lettertypen wilt opslaan.
Windows
Mac OS
U kunt een nieuwe map maken door op Create (Maken) (Windows) of New (Nieuwe
map) (Mac OS) te klikken.
4. Klik op OK.
Het back-upbestand voor de lettertypen wordt opgeslagen.
4-10 Bestanden en lettertypen downloaden
4
LETTERTYPENHERSTELLEN
1. Start Fiery Downloader.
2. Kies Restore fonts (Lettertypen herstellen) in het menu Bestand.
3. Open het back-upbestand voor de lettertypen op de locatie waar het is opgeslagen en
klik vervolgens op OK (Windows) of Select this folder (Selecteer deze map - Mac OS).
Alle lettertypen van de gebruiker worden nu vervangen op de Fiery EXP5000.
OPMERKING: Het back-upbestand van de lettertypen moet gemaakt zijn met dezelfde
versie van het besturingssysteem als het systeem waarmee u de lettertypen herstelt.
BESTANDENDOWNLOADENMET WEBDOWNLOADER
1. Maak een PostScript-, EPS-, TIFF- of PDF-bestand.
Geef de gewenste afdrukopties op en zorg ervoor dat alle lettertypen die niet resident
zijn op de Fiery EXP5000, in het bestand worden ingesloten. Zie Bijlage B, voor een
lijst met residente lettertypen op de Fiery EXP5000.
2. Start Fiery WebTools en klik op WebDownloader.
Zie pagina 8-1 voor meer informatie over het openen van Fiery WebTools.
3. Selecteer een afdrukverbinding op het menu Bestemming.
4. Klik op Bladeren.
5. Selecteer in het dialoogvenster Choose file (Bestand kiezen) het bestand dat u hebt
gemaakt in stap 1 en klik op Openen.
6. Klik op Downloaden om het bestand te downloaden naar de Fiery EXP5000.
4-11 Werken met Fiery Downloader
4
Printerlettertypen beheren
De Fiery EXP5000 bevat 136 PostScript-lettertypen; zie Bijlage B. voor een volledige
lijst. Bovendien zijn er twee Adobe Multiple Master-lettertypen die worden gebruikt
voor lettertypevervanging in PDF-bestanden.
Wanneer u een bestand gaat downloaden met lettertypen die niet resident zijn in de
Fiery EXP5000, moet u eerst de lettertypen downloaden (tenzij de lettertypen zijn
ingesloten in het bestand). Als u wilt zien welke lettertypen resident zijn op de
Fiery EXP5000, kiest u Lettertypenlijst in het menu Bestand of klikt u op de knop
Lettertypenlijst (zie pagina 4-13).
Lettertypen kunt u alleen downloaden via de directe verbinding. Als u geen toegang
hebt tot de directe verbinding, moet u speciale lettertypen die in het bestand worden
gebruikt, in het bestand insluiten.
Schakel Beveiligd afdrukken door groepsleden uit voordat u lettertypen downloadt.
Raadpleeg de Configuratiegids voor informatie over Beveiligd afdrukken door
groepsleden en afdrukgroepen.
De schermlettertypen die horen bij de printerlettertypen van de Fiery EXP5000
worden niet automatisch geïnstalleerd op uw Windows-systeem.
OPMERKING: Fiery Downloader kan geen TrueType-lettertypen downloaden. Als u in
Windows TrueType-lettertypen wilt gebruiken, moet u ze converteren naar Adobe
Type 1-lettertypen voordat u gaat afdrukken. Als u wilt converteren naar Adobe
Type 1-lettertypen voor Windows 98/Me, klikt u op het tabblad Fonts (Lettertypen)
in het Adobe PS-printerstuurprogramma en stelt u de Font Substitution Table
(Lettertype-vervangingstabel) in. In Windows NT 4.0 gaat u naar het tabblad
PostScript in het dialoogvenster Eigenschappen voor Document van de
Fiery EXP5000 en selecteert u Instellingen TrueType-lettertypen)> Downloaden als
laadbaar lettertype. In Windows 2000/XP/Server 2003 klikt u op het tabblad
Postscript van het dialoogvenster Eigenschappen voor Document van de
Fiery EXP5000 en selecteert u Instellingen TrueType-lettertypen > Downloaden als
laadbaar lettertype.
OPMERKING: U kunt de instellingen voor de lettertypen in het printerstuurprogramma
aanpassen aan uw behoeften. Raadpleeg het Help-menu van het
printerstuurprogramma voor meer informatie.
4-12 Bestanden en lettertypen downloaden
4
Printerlettertypen en Mac OS-schermlettertypen
Zoals alle PostScript-lettertypen, zijn ook de lettertypen die bij de Fiery EXP5000
worden geleverd er in twee vormen: printerlettertypen en schermlettertypen.
Installeer de schermlettertypen die zijn meegeleverd met de gebruikerssoftware van
de Fiery EXP5000 op uw Mac OS-computer. Als u deze lettertypen gebruikt in
documenten die worden afgedrukt op een LaserWriter, zijn ze waarschijnlijk al
geïnstalleerd. Als dit niet het geval is, moet u ze installeren. Raadpleeg de Installatiegids
gebruikerssoftware voor meer informatie.
Het kan gebeuren dat u Adobe Type 1 (Windows) of PostScript-lettertypen (Mac OS)
wilt gebruiken, die niet zijn meegeleverd met de Fiery EXP5000. In dat geval moet u
zowel de schermlettertypen als de printerlettertypen op de computer installeren. Volg
hiervoor de instructies van de fabrikant van de lettertypen.
Printerlettertypen downloaden naar de Fiery EXP5000
Meestal zullen bij het afdrukken vanuit een Mac OS-toepassing alle lettertypen in het
document die nog niet zijn geïnstalleerd op de Fiery EXP5000 automatisch worden
gedownload. Voorwaarde hiervoor is wel dat de bijbehorende printerlettertypen zijn
geïnstalleerd in de Systeemmap van uw computer. Deze lettertypen worden uit het
geheugen van de Fiery EXP5000 verwijderd zodra het document is afgedrukt. Als u
hetzelfde document opnieuw afdrukt, moet de toepassing de lettertypen opnieuw
downloaden.
Als u regelmatig lettertypen van Windows- of Mac OS-toepassingen gebruikt die niet
zijn geïnstalleerd op de Fiery EXP5000, kunt u tijd besparen door ze met Fiery
Downloader te kopiëren naar de vaste schijf van de Fiery EXP5000. Lettertypen die u
op deze manier laadt naar de vaste schijf van de Fiery EXP5000, blijven geïnstalleerd
totdat u ze verwijdert met Fiery Downloader, hoe vaak de Fiery EXP5000 ook wordt
in- en uitgeschakeld. Het is wellicht raadzaam om lettertypen die u vaak gebruikt naar
de vaste schijf van de Fiery EXP5000 te downloaden.
4-13 Werken met Fiery Downloader
4
Voor u PostScript-, TIFF- of EPS-bestanden met Fiery Downloader downloadt,
moeten alle lettertypen die in het bestand worden gebruikt, zijn geïnstalleerd op de
Fiery EXP5000 of zijn ingesloten in de bestanden. Als dit niet zo is, wordt de tekst niet
correct of zelfs helemaal niet afgedrukt. Bij PDF-bestanden worden lettertypen die niet
zijn geïnstalleerd op de Fiery EXP5000 automatisch vervangen. Op de Fiery EXP5000
zijn twee Multiple Master-lettertypen (één met schreef en één zonder schreef)
opgeslagen. Deze lettertypen worden uitsluitend gebruikt voor de vervanging van
lettertypen in PDF-bestanden.
•Kies in Fiery Downloader Lettertypenlijst in het menu Bestand of klik op de knop
Lettertypenlijst.
O
PMERKING: Als de directe verbinding niet is gepubliceerd, is het niet mogelijk de lijst
met lettertypen te bekijken of andere stappen uit te voeren die in deze procedure
worden beschreven. Zie de Configuratiegids voor meer informatie over het publiceren
van de directe verbinding, of neem contact op met uw beheerder.
Klik hierop om de lettertypenlijst
af te drukken naar de
Afdrukwachtrij
Klik hierop om de gegevens in
het venster Lettertypenlijst
bij te werken
Slotpictogram
Het venster Lettertypenlijst bevat de knoppen Toevoegen, Afdrukken en Verwijderen.
De printerlettertypen die bij de Fiery EXP5000 worden geleverd, zijn vergrendeld. De
namen van deze vergrendelde lettertypen zijn gemarkeerd met een slotpictogram en
kunnen niet worden verwijderd.
Selecteer een lettertype en klik hierop om
het lettertype te verwijderen
Deze pagina is opzettelijk leeg gelaten
5-1 Over het afdrukken van variabele gegevens
5
Hoofdstuk 5:
Documenten
met variabele
gegevens
afdrukken
In dit hoofdstuk worden de aspecten van het afdrukken van variabele gegevens
besproken die worden ondersteund door de Fiery EXP5000, waaronder:
•Achtergrondinformatie over het afdrukken van variabele gegevens
•Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm™ en FreeForm 2
Over het afdrukken van variabele gegevens
Het afdrukken van variabele gegevens wordt meestal gebruikt bij direct-mail en andere
gerichte mailings. Bij deze afdrukmethode wordt een aantal modelelementen die op
alle afgedrukte exemplaren gelijk zijn, gecombineerd met een aantal variabele
elementen die per afdruk verschillen. Een voorbeeld hiervan is een brochure met in de
aanhef de naam van de klant (en eventueel andere klantgegevens) afkomstig uit een
marketingdatabase. De elementen op de achtergrond, afbeeldingen en tekstblokken die
op alle exemplaren gelijk zijn, vormen de set modelelementen. De naam van de klant
en andere klantspecifieke gegevens vormen de set variabele elementen.
De Fiery EXP5000 is geschikt voor de volgende methoden voor het afdrukken van
variabele gegevens:
•Met de FreeForm-functie kunt u afdrukopties definiëren en documenten met
modelelementen (FreeForm-modellen geheten) opslaan op de Fiery EXP5000. U
kunt een taak met variabele elementen naar de Fiery EXP5000 sturen samen met
instructies voor het combineren van de taak met een bepaald FreeForm-model.
•Met de FreeForm 2-functie kunt u een bepaalde pagina in een FreeForm-model
toewijzen aan elke pagina in een variabele taak. Als u FreeForm 2 wilt gebruiken,
moet u de variabele taak maken en afdrukken met een veelgebruikte toepassing voor
het afdrukken van variabele gegevens, zoals de Fiery-versie van PrintShop Mail.
•U kunt de modelelementen en de variabele elementen voor een taak maken in een
veelgebruikte toepassing voor het afdrukken van variabele gegevens, zoals de
Fiery-versie van Pageflex Persona, en de taak vervolgens in een ondersteunde
bestandsindeling afdrukken op de Fiery EXP5000. De Fiery EXP5000 kan de
volgende indelingen voor variabele gegevens verwerken: Creo VPS, Xerox VIPP en
PPML.
5-2 Documenten met variabele gegevens afdrukken
5
OPMERKING: De Fiery-versies van PrintShop Mail en Pageflex Persona zijn als optie
verkrijgbaar.
Wanneer u variabele gegevens afdrukt, kunt u de volgende afdrukopties en
-instellingen niet gebruiken:
• Scheidingen combineren ingesteld op Aan
•Power Point optimaliseren ingesteld op Aan
Zie Bijlage A voor meer informatie.
Documenten met variabele gegevens afdrukken
met FreeForm
Als u variabele gegevens afdrukt met FreeForm, kunt u aan de hand van afdrukopties
modellen definiëren en deze documenten toewijzen aan taken met variabele gegevens
die naar de Fiery EXP5000 worden gestuurd.
Hoe werkt FreeForm?
Het uitgangspunt van het afdrukken van variabele gegevens met FreeForm is dat de
gegevens van de modelelementen voor de taak afzonderlijk van de variabele gegevens
naar de Fiery EXP5000 kunnen worden gezonden en afzonderlijk worden gerasterd.
De gegevens van de modelelementen voor de taak worden in gerasterde vorm als een
FreeForm-model opgeslagen op de Fiery EXP5000 en kunnen zo vaak als nodig
worden de gebruikt in combinatie met meerdere sets variabele gegevens. Het
FreeForm-model wordt vooraf verwerkt en opgeslagen op de Fiery EXP5000. Dit
betekent dat bij het afdrukken van taken met variabele gegevens alleen nog de variabele
elementen hoeven te worden verwerkt. U kunt FreeForm-modellen gebruiken voor alle
vaste gegevens die worden gecombineerd met gegevens die van dag tot dag variëren.
Een sjabloon voor een briefhoofd kan bijvoorbeeld worden opgeslagen als
FreeForm-model en bij herhaling worden gebruikt als achtergrond voor brieven met
uiteenlopende inhoud (de variabele gegevens).
5-3 Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
5
Met behulp van FreeForm kunt u in elke gewenste toepassing modellen en variabele
documenten maken. Beide documenten kunnen ook in twee verschillende
toepassingen worden gemaakt en zelfs op verschillende computerplatforms. Voor het
maken van modellen kunt u gebruikmaken van een toepassing voor paginaopmaak of
een grafisch programma. Het variabele document kunt u maken in een
tekstverwerkingsprogramma dat beschikt over een functie voor het samenvoegen van
afdrukken, een toepassing voor paginaopmaak die het uitvoeren van scripts
ondersteunt of een databaseprogramma.
De FreeForm-functies stelt u in via twee afdrukopties: Model maken Model gebruiken.
U kunt deze opties activeren in het printerstuurprogramma wanneer u een taak
verzendt of anders de operator vragen de opties te activeren met vervangende
taakinstellingen vanuit Command WorkStation/Command WorkStation LE, Fiery
Spooler of Fiery WebSpooler. U kunt Command WorkStation/Command
WorkStation LE ook gebruiken voor het bewaken en beheren van alle
FreeForm-modellen die op de Fiery EXP5000 zijn opgeslagen. Zie voor meer
informatie de Gids voor taakbeheer.
5
Ruimte voor variabele
elementen
Modelelementen die niet
veranderen
5-4 Documenten met variabele gegevens afdrukken
Het modeldocument maken
Voordat u FreeForm kunt gebruiken, moet u twee documenten maken: een
modeldocument en een variabel document. Dit houdt in dat u de opmaak voor zowel
het gecombineerde document als voor de elementen zelf moet maken. In een
programma voor paginaopmaak of een grafisch programma rangschikt u de
modelelementen (tekst en afbeeldingen die niet veranderen) op een of meer pagina’s en
laat u ruimte vrij voor de variabele elementen.
Modeldocument
Wanneer u het modeldocument hebt gemaakt, drukt u het af op de Fiery EXP5000 en
geeft u aan dat er van deze taak een FreeForm-model moet worden gemaakt (zie
pagina 5-9).
OPMERKING: Alhoewel de Fiery EXP5000 maximaal 100 FreeForm-modellen kan
opslaan, kunt u in het printerstuurprogramma, Fiery WebSpooler en Fiery Spooler
alleen nummer 1 tot en met 15 selecteren. Als u een FreeForm-model wilt maken met
een nummer dat hoger is dan 15, moet de operator de opties Model maken en Model
gebruiken instellen en de taak verwerken vanuit Command WorkStation/Command
WorkStation LE.
Variabel element
5-5 Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
5
Het variabele document maken
U kunt het variabele document maken in een tekstverwerkingsprogramma dat beschikt
over een functie voor het samenvoegen van afdrukken, een toepassing voor
paginaopmaak die het uitvoeren van scripts ondersteunt of een databaseprogramma.
In alle gevallen worden de gegevens opgehaald uit een lijst of een database en
samengevoegd met een bestaand document dat is voorbereid voor samenvoeging met
de gegevens. Elke toepassing heeft eigen menuopties voor deze functie. Raadpleeg de
documentatie van de toepassing voor gedetailleerde informatie. Voordat de variabele
elementen kunnen worden toegevoegd aan het model, moeten ze worden aangepast
aan de opmaak van het modeldocument. Dit doet u door een document te maken met
de juiste opmaak en de variabele gegevens vervolgens op de juiste plaats toe te voegen.
Met een variabel document dat meer pagina’s bevat dan het corresponderende
FreeForm-model kunt u variabele gegevens het meest efficiënt afdrukken.
Variabel document
Wanneer u het document met de variabele gegevens hebt gemaakt, drukt u het af op de
Fiery EXP5000 en geeft u op dat het moet worden gecombineerd met het
overeenkomstige FreeForm-model (zie pagina 5-10).
5-6 Documenten met variabele gegevens afdrukken
5
Het variabele document combineren met het FreeForm-model
Wanneer u het variabele document afdrukt op de Fiery EXP5000, geeft u het
FreeForm-model aan dat u met de afdrukoptie Model gebruiken hebt gemaakt op basis
van uw modeldocument. De Fiery EXP5000 combineert de rastergegevens van het
variabele document met het vooraf verwerkte FreeForm-model en maakt zodoende een
nieuw rasterbestand. Van dit samengevoegde rasterbestand kunt u een afdrukvoorbeeld
bekijken (voordat het wordt afgedrukt) in de miniatuurweergavevensters van
Command WorkStation/Command WorkStation LE, in Fiery Spooler of in Fiery
WebSpooler.
Zie de Gids voor taakbeheer voor meer informatie over het bekijken van
afdrukvoorbeelden in de miniatuurweergavevensters van Command Workstation.
Gecombineerd document
5-7 Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
5
Een modeldocument kan uit meerdere pagina’s bestaan. Wanneer u een variabel
document afdrukt en een FreeForm-model opgeeft dat meerdere pagina’s bevat,
worden de variabele pagina’s op een cyclische manier gecombineerd met de
hoofdpagina’s. In het volgende voorbeeld kunt u zien hoe een variabel document wordt
gecombineerd met een modeldocument dat uit twee pagina’s bestaat. Pagina’s 1 en 2
van het variabele document worden gecombineerd met respectievelijk pagina’s 1 en 2
van het modeldocument. De cyclus van de modelpagina’s wordt vervolgens opnieuw
gestart en pagina’s 3 en 4 van het variabele document worden opnieuw gecombineerd
met respectievelijk pagina’s 1 en 2 van het modeldocument. Deze procedure wordt
herhaald voor alle volgende sets van twee pagina’s in het variabele document.
Modeldocument met meerdere pagina’s
Variabel document
Gecombineerd document
5-8 Documenten met variabele gegevens afdrukken
5
Werken met FreeForm
In deze sectie vindt u enkele tips voor het correct afdrukken van taken met
variabele gegevens.
• Raadpleeg uw systeembeheerder of operator over de manier waarop de nummers van
FreeForm-modellen worden toegewezen op uw locatie.
Als er op uw locatie veel gebruikers zijn die FreeForm-afdrukken maken, kunnen
er nummers of nummerreeksen van FreeForm-modellen worden gekoppeld aan
specifieke gebruikers of groepen. Gebruikers kunnen alleen de nummers 1 tot en
met 15 selecteren bij het instellen van afdrukopties. De operator kan vanuit
Command WorkStation/Command WorkStation LE de nummers van
FreeForm-modellen wijzigen in nummers boven de 15. Het kan zinvol zijn alle
nummers voor FreeForm-modellen te laten toewijzen door de operator om te
voorkomen dat er later bij het gebruik van deze nummers conflicten kunnen
ontstaan.
•Gebruik de velden Opmerkingen en Instructies om instructies over taken door te
geven aan de operator.
Als u een FreeForm-model met een nummer boven de 15 wilt gebruiken, kunt u in
deze velden de operator vragen een vervangende instelling te gebruiken voor de
betreffende taak (Model maken of Model gebruiken) en de taak te verwerken vanuit
Command WorkStation/Command WorkStation LE.
•Geef uw taken een unieke en betekenisvolle naam.
Hierdoor wordt het eenvoudig voor uzelf en voor de operator om uw taken te
herkennen wanneer er veel taken in de wachtrijen staan, wanneer nummers van
FreeForm-modellen opnieuw worden toegewezen of wanneer u in de velden
Opmerkingen of Instructies wilt verwijzen naar een andere taak.
•Zie Bijlage A voor informatie over de beperkingen die gelden voor het instellen van
afdrukopties in combinatie met FreeForm.
Voor het modeldocument en het variabele document moeten de volgende
instellingen overeenkomen:
Kleurmodus (Mac OS) of Afdrukmodus (Windows)
Scheidingen combineren
Dubbelzijdig afdrukken
5-9 Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
5
Afdrukstand
Papierformaat
Modus voor nietmachine
Voor de volgende instellingen geldt dat de instelling in het variabele document
prioriteit heeft boven de instelling in het hoofddocument:
Zwartdetectie
Mediasoort
Paginavolgorde
Papierbron
Modus voor nietmachine
DOCUMENTENMETVARIABELEGEGEVENSAFDRUKKEN
1. Maak een modeldocument.
In het onderstaande voorbeeld wordt een pagina van een hoofddocument weergegeven
voor een in drieën gevouwen brochure die is gemaakt met een toepassing voor
paginaopmaak.
5-10 Documenten met variabele gegevens afdrukken
5
2. Druk het modeldocument af op de Fiery EXP5000, met de optie Model maken ingesteld
3. Maak het variabele document.
op een van de nummers van de FreeForm-modellen (1 tot en met 15).
Een andere mogelijkheid is de optie Model maken instellen op Geen en de operator
vragen om van deze taak een FreeForm-model te maken met een vervangende
taakinstelling.
U kunt het variabele document maken op basis van een ander bestand, in een andere
toepassing en zelfs op een ander computerplatform dan waarmee u het
modeldocument hebt gemaakt. Wel moet een aantal afdrukopties gelijk zijn (zie
pagina 5-8 voor meer informatie).
In het onderstaande voorbeeld ziet u een pagina uit een variabel document voor een in
drieën gevouwen brochure. De gegevens in dit document kunnen eenvoudig zijn,
bijvoorbeeld adresgegevens, of complex, bijvoorbeeld een hele serie afbeeldingen en
fotografische elementen in vierkleurendruk.
5-11 Documenten met variabele gegevens afdrukken met FreeForm
5
4. Druk het document met de variabele gegevens af op de Fiery EXP5000, nadat u bij de
optie Model gebruiken het nummer van het overeenkomstige FreeForm-model hebt
geselecteerd.
Het nummer van het FreeForm-model kan een nummer zijn dat u zelf hebt ingesteld
tijdens het verzenden van het modeldocument of een nummer dat is toegewezen
door de operator.
Nummers van FreeForm-hoofdtaken kunnen worden gewijzigd vanuit Command
WorkStation of Fiery Spooler. Neem contact op met de operator als u twijfelt of het
nummer dat u opgeeft, overeenkomt met het FreeForm-model dat u wilt gebruiken.
Als u de taak wilt bekijken voordat deze wordt afgedrukt, geeft u de operator de
instructie de taak te verwerken en te blokkeren, zodat u een afdrukvoorbeeld kunt
bekijken in Command WorkStation of in Fiery Spooler.
In het volgende voorbeeld ziet u de combinatie van het FreeForm-modeldocument met
het variabele document. De variabele gegevens worden simpelweg over het
modeldocument gelegd.
5-12 Documenten met variabele gegevens afdrukken
5
Variabele gegevens afdrukken met FreeForm 2
FreeForm 2 breidt de functionaliteit van documenten met variabele gegevens met
behulp van een externe toepassing die FreeForm 2 ondersteunt, zoals de Fiery-versie
van PrintShop Mail, waarmee u documenten met variabele gegevens kunt maken en
afdrukken.
Als u FreeForm 2 wilt gebruiken voor het afdrukken van een taak met de variabele
gegevens, opent u het variabele document in de externe toepassing. De desbetreffende
externe toepassing biedt FreeForm 2-functies waarmee u een bepaalde pagina in een
FreeForm-model kunt toewijzen aan elke gewenste pagina in het variabele document.
Met Freeform 2 kunt u paginacondities opgeven die regels voor afzonderlijke
modelpagina’s bevatten. Met behulp van deze regels, die worden beschreven met
behulp van “If-Then”-instructies op elke modelpagina, kunt u pagina’s binnen een
modelbestand overslaan of afdrukken. Raadpleeg de documentatie bij de
desbetreffende externe afdruktoepassing voor meer informatie over het maken van
paginacondities.
Instructies voor het afdrukken van taken met variabele gegevens met FreeForm 2 en
software voor het afdrukken van variabele gegevens van een andere leverancier kunt
u vinden in de documentatie bij de desbetreffende externe afdruksoftware.
Met FreeForm 2 kunt u bovendien een opgegeven FreeForm-model verwijderen van de
vaste schijf van de Fiery EXP5000 nadat de overeenkomstige variabele taak is verwerkt
en afgedrukt. U kunt deze optie instellen in elke andere toepassing die het verwijderen
van FreeForm-modellen ondersteunt. Raadpleeg de documentatie bij de desbetreffende
afdruksoftware voor meer informatie over het verwijderen van Freeform-modellen.
5-13 Afdrukken uit toepassingen voor het afdrukken van variabele gegevens
5
Afdrukken uit toepassingen voor het afdrukken van
variabele gegevens
Als alternatief voor FreeForm of FreeForm 2 kunt u de modelelementen en de variabele
elementen van uw taak ook maken in een toepassing voor het afdrukken van variabele
gegevens, zoals Pageflex Persona. Vervolgens kunt u de taak vanuit de betreffende
toepassing in een compatibele bestandsindeling afdrukken op de Fiery EXP5000. De
Fiery EXP5000 ondersteunt de bestandsindelingen van de volgende toepassingen:
•Xerox VIPP (Variable data Intelligent PostScript PrintWare) versie 5.x
•Creo VPS (Variable Print Specification)
U kunt op Machintosh-computers VPS-bestanden alleen uit QuarkXPress
afdrukken. Om af te drukken moet Darwin Desktop (een product van Creo)
geïnstalleerd zijn.
• PPML (Personalized Print Markup Language).
PPML is een standaard voor variabele gegevens die steeds vaker wordt gebruikt en
die het gebruik van meerdere grafische objecten, evenals variabele elementen en
modelelementen, ondersteunt.
Als u documenten wilt afdrukken in een PPML-indeling, gebruikt u een toepassing die
de PPML-indeling ondersteunt, zoals de Fiery-versie van Pageflex Persona, of
downloadt u een PPML-bestand via Command Workstation.
Raadpleeg de documentatie bij de desbetreffende toepassing voor meer informatie over
het afdrukken van documenten met indelingen voor variabele gegevens.
OPMERKING: U kunt via de directe verbinding geen Creo VPS- of PPML-bestanden
afdrukken.
Wanneer u een taak naar de Fiery EXP5000 stuurt in een van deze indelingen, worden
de modelelementen die in de taak zijn gedefinieerd door de Fiery EXP5000
automatische opgeslagen en opnieuw gebruikt.
5-14 Documenten met variabele gegevens afdrukken
5
Fiery VDP Resource Manager gebruiken
PPML-taken bevatten alle globale objecten die worden gebruikt voor een omgeving die
door een toepassing van een andere leverancier is gemaakt, zoals de Fiery-versie van
PrintShop Mail. Globale objecten zijn de vereiste afbeeldingen die zijn gedownload
naar de Fiery EXP5000 voor PPML-taken met variabele elementen. Deze afbeeldingen
worden als een groep in een bepaalde omgeving opgeslagen en in een cache-geheugen
geplaatst. De afbeeldingen kunnen vervolgens opnieuw worden gebruikt voor
toekomstige PPML-taken.
De globale objecten in elke omgeving kunnen worden beheerd met het
hulpprogramma Fiery VDP Resource Manager. U kunt alle geïnstalleerde globale
objecten bekijken in het cache-gebied van de VDP Resource Manager van
Fiery EXP5000. Alle globale objecten worden voor een bepaald project gegroepeerd
onder een omgevingsnaam.
U kunt Fiery VDP Resource Manager gebruiken vanaf een extern werkstation of vanaf
de Fiery EXP5000. Raadpleeg de Installatiegids gebruikerssoftware voor meer informatie
over het installeren en configureren van de Fiery VDP Resource Manager. De volgende
procedure beschrijft hoe u globale objecten bekijkt en verwijdert.
5-15 Afdrukken uit toepassingen voor het afdrukken van variabele gegevens
5
GLOBALEOBJECTENBEKIJKENENVERWIJDEREN
1. Kies Fiery VDP Resource Manager in het menu Fiery onder Start > Programma’s >.
2. Klik op de map Fiery Servers om de lijst met beschikbare Fiery-servers uit te vouwen.
Alle aangesloten servers worden weergegeven.
3. Dubbelklik op de map van de Fiery EXP5000 om de lijst met globale
PPML-objectomgevingen weer te geven.
4. Als u globale objecten wilt verwijderen, klikt u op de betreffende omgeving met
globale objecten en kiest u Cache en bron verwijderen in het menu Acties.
Als u alleen de cache en niet de bron wilt verwijderen, kiest u Cache verwijderen in het
menu Acties.
OPMERKING: Kies Vernieuwen in het menu Server om de huidige gegevens bij te
werken.
Deze pagina is opzettelijk leeg gelaten
6-1 TIFF/IT-bestandsindelingen
6
Hoofdstuk 6:
Werken met de
EFI Converter
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de toepassing EFI Converter gebruikt om
TIFF/IT-p1-bestanden om te zetten in PS- of EPS-bestandsindelingen. EFI Converter
is een onderdeel van het Fiery Graphic Arts Package, waarmee u TIFF/IT-bestanden
via een Hot Folder.
OPMERKING: EFI Converter wordt alleen ondersteund op Windows-computers.
TIFF/IT-bestandsindelingen
Tiff/IT-p1 is een algemeen gebruikte bestandsindeling voor de verzending van
definitieve afdruktaakgegevens van het ene afdrukplatform naar het andere. Deze
indeling wordt veel gebruikt voor de voorbereiding van proefdrukken in traditionele
afdrukomgevingen.
De TIFF/IT-p1-bestandsindeling verwijst naar een reeks van bestanden. Alle TIFF/ITp1-bestanden bevatten een .fp-bestand. Het .fp-bestand bevat informatie over de
benodigde subbestanden, zoals .ct-, .lw- en .hc-bestanden.
De toepassing EFI Converter controleert conversietaken die op de computer
binnenkomen wanneer u bestanden sleept en neerzet op het Configuratiescherm of in
een invoermap.
Op het Configuratiescherm van EFI Converter kunt u de conversieparameters
configureren en al uw mappen maken en beheren.
•Start EFI Converter door te dubbelklikken op het toepassingspictogram in
Programma’s > Fiery >EFI Converter.
O
PMERKING: Raadpleeg voor meer informatie over Fiery Graphic Arts Package de
Installatiegids gebruikerssoftware.
6-3 Werken met de EFI Converter
6
De voorkeuren voor EFI Converter instellen
U kunt allerlei voorkeuren instellen voor EFI Converter, zoals de resolutie, de
compressie, de locatie van de standaard invoermap waarin de opgehaalde
bronbestanden worden geplaatst, en de locatie van de uitvoermap waarin de
geconverteerde bestanden worden opgeslagen.
De invoermap biedt u de mogelijkheid bestanden te slepen en neer te zetten in de map
om het conversieproces te starten. De map kan op het netwerk worden gedeeld, zodat
andere gebruikers toegang hebben tot het conversieproces zonder de
conversietoepassing op hun lokale computer te starten. U kunt de invoermap ook
gebruiken als tijdelijke opslagruimte voor conversietaken in behandeling.
Als u een invoermap opgeeft, moet u ook een uitvoermap maken. In de uitvoermap
worden alle geconverteerde PS- of EPS-bestanden opgeslagen. Hot Folders kunnen de
uitvoermap controleren en bestanden automatisch verzenden naar de Fiery EXP5000.
Zie “Werken met EFI Hot Folders” op pagina 7-1 voor meer informatie over Hot
Folders.
OPMERKING: U kunt een uitvoermap maken zonder een invoermap te maken, aangezien
er verscheidene manieren bestaan om bestanden te converteren. Zie “Bestanden
converteren” op pagina 6-6 voor meer informatie.
6-4 Werken met de EFI Converter
6
VOORKEURENINSTELLEN
1. Kies Preferences (Voorkeuren) in het menu Options (Opties).
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen wordt weergegeven.
Resolution (Resolutie)—selecteer 200, 400 of 600 dpi.
Anti-Aliasing—selecteer Nearest Neighbor (Faster) of Bilinear (Better).
Compression (Compressie)—selecteer Lossless.
Output Type (Uitvoertype)—kies PostScript of EPS.
OPMERKING: Als het bronbestand steunkleuren bevat, kunt u het alleen converteren
naar PostScript.
Reduce or Enlarge (Verkleinen of Vergroten)—geef een percentage op. (PostScript-
opties zijn ingeschakeld als u PostScript hebt geselecteerd als uitvoertype (Output
Type) en worden genegeerd tijdens de conversie als EPS is geselecteerd.)
(Altijd liggend) of Keep Original Orientation (Oorspronkelijke afdrukstand
behouden).
2. Klik op OK.
6-5 Werken met de EFI Converter
6
IN-/UITVOERMAPPENMAKEN
1. Klik in het dialoogvenster Preferences (Voorkeuren) onder Input/Output Folders
(In-/Uitvoermappen) op Browse (Bladeren) om de in- of uitvoerlocatie te zoeken.
Het dialoogvenster Browse for Folder wordt geopend.
2. Selecteer een bestaande map of blader naar de locatie waar u een nieuwe in of
uitvoermap wilt maken. Klik op OK.
O
PMERKING: De volgende mapsoorten kunt u niet gebruiken als in-/uitvoermappen:
•De map System (Systeem) op uw computer
•De map Bureaublad op uw computer
•Mappen die zich in een hoofddirectory bevinden (bijvoorbeeld C:\)
•Mappen op netwerkstations, zoals een gedeelde bestandsserver (tenzij EFI Converter
lokaal op de bestandsserver is geïnstalleerd en daar wordt uitgevoerd).
3. Klik op OK.
De nieuwe in- en uitvoermappen zijn klaar voor gebruik.
6-6 Werken met de EFI Converter
6
Bestanden converteren
Als u bestanden wilt converteren met de EFI Converter, moet u een van de volgende
handelingen verrichten:
•Sleep bestanden en zet ze neer in het hoofdvenster van de toepassing EFI Converter.
• Kies Convert (Converteren) in het menu Options (Opties).
•Sleep bestanden en zet ze neer in de invoermap.
Als u een uitvoermap hebt opgegeven, worden de geconverteerde bestanden opgeslagen
in de uitvoermap. Als u geen uitvoermap hebt opgegeven, worden de geconverteerde
bestanden opgeslagen in dezelfde directory als het oorspronkelijke invoerbestand.
Het conversieproces wordt niet gestart als u ongeldige bestandstypen gebruikt of als er
subbestanden ontbreken. Alle benodigde subbestanden moeten volledig zijn wanneer u
een bestand converteert.
OPMERKING: EFI Converter converteert bestanden met steunkleuren alleen naar de PS-
bestandsindeling. CMYK-bestanden worden alleen geconverteerd naar PS- of EPSbestandsindelingen.
•Sleep de bestanden en zet ze neer op het configuratiescherm van EFI Converter of in
de invoermap.
Het conversieproces wordt gestart wanneer u alle benodigde bestanden hebt
geselecteerd en gesleept
(.ct, .lw, .hc, .fp). Het hoofdvenster van EFI Converter toont de bestanden die worden
geconverteerd.
1. Kies Convert (Converteren) in het menu Options (Opties).
2. Selecteer het .fp-bestand dat u wilt converteren.
De bestanden worden geconverteerd.
OPMERKING: Alle bestanden die zijn beschreven voor het .fp-bestand moeten in dezelfde
directory staan als het FP-bestand. De bestanden worden pas geconverteerd als alle
benodigde bestanden volledig zijn.
Deze pagina is opzettelijk leeg gelaten
7-1 Werken met Hot Folders
7
Hoofdstuk 7:
Werken met
EFI Hot Folders
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u bij het afdrukken van PostScript- en PDFbestanden op de Fiery EXP5000 de toepassing EFI Hot Folders kunt gebruiken voor
het opslaan en opnieuw gebruiken van veelgebruikte afdrukopties. De toepassing
Hot Folders is een onderdeel van het Fiery Graphic Arts Package
Werken met Hot Folders
Een Hot Folder is een speciale map waaraan u een groep afdrukopties kunt toewijzen.
U kunt een document afdrukken door het betreffende bestand naar de Hot Folder te
slepen en daar neer te zetten. De toepassing Hot Folder stuurt de taak door naar een
corresponderende afdrukwachtrij met de afdrukopties die horen bij de betreffende Hot
Folder.
U kunt op uw computer zo veel Hot Folders maken als u wilt. U kunt Hot Folders ook
delen met andere gebruikers op het netwerk door op de externe computers
snelkoppelingen naar de mappen te maken.
Als u met Hot Folders wilt gaan werken, moet u eerst één of meer Hot Folders maken
en aan elke map afdrukopties en een afdrukwachtrij toewijzen (zie “Hot Folders maken
en verwijderen” op pagina 7-4). Vervolgens kunt u taken afdrukken door de
documentbestanden naar de corresponderende Hot Folders te slepen en daar neer te
zetten. U kunt een taak ook afdrukken door het documentbestand af te drukken
vanuit de brontoepassing, waarbij u de betreffende Hot Folder als de
afdrukbestemming opgeeft. Met het Hot Folder Configuratiescherm kunt u uw Hot
Folders beheren en de status controleren van taken die naar de mappen zijn gestuurd
(zie “Het Hot Folder Configuratiescherm gebruiken” op pagina 7-3).
7-2 Werken met EFI Hot Folders
7
Beperkingen voor bestandsindelingen
De toepassing Hot Folder ondersteunt het afdrukken van PostScript- (inclusief EPS)
en PDF-taken. Als andere soorten bestanden in een Hot Folder worden geplaatst,
zullen deze niet worden afgedrukt en wordt er geen foutmelding weergegeven.
Als u afwijkende afdrukopties opgeeft die voorrang hebben boven de standaardopties
van de printer, of als u inslagopties opgeeft, is het mogelijk dat de Fiery EXP5000
bepaalde bestandsindelingen slechts gedeeltelijk ondersteunt. Deze beperkingen
verschillen afhankelijk van de Fiery EXP5000 die aan de Hot Folder gekoppeld is.
De Fiery EXP5000 biedt volledige ondersteuning voor PostScript- en PDF-taken als u
alleen standaardopties van de printer toewijst aan een Hot Folder.
Zie Bijlage A voor informatie over het instellen van afdrukopties.
OPMERKING: Hot Folders sturen PostScript-taken rechtstreeks naar de server, samen met
inslaginformatie. De server converteert PostScript naar PDF voordat de
inslaginformatie wordt verwerkt. Zie pagina 7-12 voor de inslagopties.
7-3 Het Hot Folder Configuratiescherm gebruiken
7
Het Hot Folder Configuratiescherm gebruiken
De toepassing Hot Folder controleert de Hot Folders op uw computer voortdurend op
nieuwe taken. Deze activiteit wordt op de achtergrond uitgevoerd, dus u hoeft de
toepassing Hot Folder hiervoor niet apart te starten.
Als u het Hot Folder Configuratiescherm wilt weergeven, moet u de toepassing Hot
Folder wel starten. In het Hot Folder Configuratiescherm kunt u alle mappen maken
en beheren. U kunt in het configuratiescherm ook de status controleren van taken die
naar uw mappen zijn gestuurd.
In het Hot Folder Configuratiescherm wordt de naam vermeld van elke Hot Folder die
momenteel op uw computer is gedefinieerd, evenals de naam van de server die aan elke
Hot Folder is gekoppeld en het directorypad naar de Hot Folder.
7-4 Werken met EFI Hot Folders
7
DETOEPASSING HOT FOLDERSSTARTENENHETCONFIGURATIESCHERMWEERGEVEN
•Klik op Start, wijs Programma’s aan en kies Hot Folders. U kunt ook, als u een
snelkoppeling naar de toepassing hebt gemaakt, dubbelklikken op de snelkoppeling
op het bureaublad.
U kunt het Hot Folder Configuratiescherm ook weergeven door met de
rechtermuisknop te klikken op het pictogram Hot Folders in het statusgebied op de
taakbalk van Windows en Configuratiescherm openen te kiezen in het snelmenu dat
wordt weergegeven, of door het dialoogvenster Instellingen van Windows te openen en
op het pictogram van EFI Hot Folders te dubbelklikken.
Hot Folders maken en verwijderen
Elke Hot Folder die u maakt, wordt op uw vaste schijf opgeslagen en bevat alle
bestanden en submappen waarin informatie over uw taken is opgeslagen. U kunt taken
afdrukken door ze naar de Hot Folder te slepen en daar neer te zetten.
Als u een Hot Folder van uw computer wilt verwijderen, moet u deze uitschakelen en
verwijderen in het Hot Folder Configuratiescherm.
DEVERBINDINGENAFDRUKWACHTRIJVOOREENNIEUWE HOT
FOLDERTOEVOEGENENCONFIGUREREN
1. Klik op Toevoegen in het Hot Folder Configuratiescherm.
Het dialoogvenster Map toevoegen wordt weergegeven.
7-5 Het Hot Folder Configuratiescherm gebruiken
7
2. Selecteer een bestaande map of blader naar de locatie waar u een nieuwe map wilt
3. Klik op OK.
maken en geef de mapnaam op.
Het dialoogvenster Mapeigenschappen voor de Hot Folder wordt weergegeven.
OPMERKING: De volgende maptypen kunt u niet als Hot Folders gebruiken:
•De map System (Systeem) op uw computer
•De map Bureaublad op uw computer
•Mappen die zich in een hoofddirectory bevinden (bijvoorbeeld C:\)
•Mappen op netwerkstations, zoals een gedeelde bestandsserver (tenzij de toepassing
Hot Folders lokaal op de bestandsserver is geïnstalleerd en daar wordt uitgevoerd).
4. Klik op Selecteren in het veld Server.
Het dialoogvenster Server selecteren wordt weergegeven.
5. Als u een verbinding met een Fiery EXP5000-server in een lokaal subnetwerk wilt
configureren, selecteert u het tabblad Automatisch zoeken.
Alleen servers die Hot Folders ondersteunen worden in het gebied Beschikbare servers
weergegeven.
7-6 Werken met EFI Hot Folders
7
Als u een server uit een lokaal subnetwerk wilt toevoegen, selecteert u de server
en klikt u op OK.
Als u de verbinding met de Fiery EXP5000 handmatig wilt configureren, selecteert
u het tabblad Handmatig, geeft u het IP-adres of de DNS-naam van de
Fiery EXP5000 op en klikt u op OK.
6. Kies in het veld Logische printer de wachtrij voor de Hot Folder.
7. Geef in het dialoogvenster Mapeigenschappen de eigenschappen en instellingen op
voor de nieuwe Hot Folder.
Zie “Hot Folder-instellingen aanpassen” op pagina 7-10 voor meer informatie over
taak- en inslaginstellingen.
8. Klik op OK.
De nieuwe Hot Folder is nu klaar voor gebruik. De mapnaam wordt weergegeven in de
lijst in het Hot Folder Configuratiescherm.
7-7 Het Hot Folder Configuratiescherm gebruiken
7
EEN HOT FOLDERVANUWCOMPUTERVERWIJDEREN
1. Selecteer de map die u wilt verwijderen in het Hot Folder Configuratiescherm.
Noteer het directorypad van de map.
2. Klik op Uitschakelen, als de map nog niet is uitgeschakeld.
U kunt een map alleen verwijderen als de map is uitgeschakeld.
3. Klik op Verwijderen.
De map wordt uit het configuratiescherm verwijderd.
4. Klik op OK om het configuratiescherm van Hot Folders te sluiten.
5. Ga naar de betreffende Hot Folder op uw computer en controleer of de map nog
gearchiveerde taken bevat die u wilt bewaren.
Zie “Hot Folder-instellingen aanpassen” op pagina 7-10 voor informatie over het
opslaan van gearchiveerde taken in submappen.
6. Verwijder de map door deze naar de Prullenbak te slepen of door Verwijderen te
kiezen in het menu Bestand.
Hot Folders in- en uitschakelen
De toepassing Hot Folder controleert standaard alle mappen voortdurend op nieuwe
taken. U kunt er echter voor kiezen een bepaalde map uit te schakelen, zodat deze niet
wordt gecontroleerd. Elke taak die u naar een uitgeschakelde map stuurt, blijft
onzichtbaar voor de toepassing Hot Folders, totdat u de map weer inschakelt.
EENMAPIN- OFUITSCHAKELEN
•Selecteer de gewenste map in het Hot Folder Configuratiescherm en klik op
Inschakelen of Uitschakelen.
of
•Klik op het bureaublad met de rechtermuisknop op de gewenste Hot folder. Kies EFI
HotFolders > Hot Folder uitschakelen of EFI HotFolders > Hot Folder inschakelen in het
snelmenu dat wordt weergegeven.
of
•Klik met de rechtermuisknop op de gewenste Hot Folder en kies Eigenschappen in het
snelmenu dat wordt weergegeven. Selecteer het tabblad EFI Hot Folder en selecteer
Hot Folder Map inschakelen of Hot Folder uitschakelen.
7-8 Werken met EFI Hot Folders
7
Ingeschakelde mappen worden in het configuratiescherm gemarkeerd met een groene
status; uitgeschakelde mappen worden gemarkeerd met een rode status.
OPMERKING: De HotFolder-markering verschijnt niet altijd op HotFolder-
pictogrammen, afhankelijk van de versie van Internet Explorer die u gebruikt. Dit
heeft echter geen invloed op de functionaliteit van Hot Folder. Controleer of u een
geschikte versie van Internet Explorer gebruikt zoals beschreven in de Snelstartgids.
Voorkeuren voor Hot Folders instellen
U kunt diverse voorkeursinstellingen opgeven voor de toepassing Hot Folders, inclusief
de maateenheid die voor inslaginstellingen wordt gebruikt en de standaard maplocatie
voor tijdelijke bestanden en inslagsjablonen.
VOORKEURENOPUWCOMPUTERINSTELLENVOORDETOEPASSING HOT FOLDERS
1. Klik op Voorkeursinstellingen in het Hot Folder Configuratiescherm.
Het dialoogvenster Voorkeursinstellingen wordt weergegeven.
2. Als u een standaard maateenheid wilt opgeven, kiest u een optie in het
menu Eenheden.
De standaard maateenheid wordt gebruikt voor diverse inslaginstellingen.
3. Als u een maplocatie wilt opgeven voor tijdelijke bestanden die door de toepassing
worden gemaakt tijdens het verwerken van taken, klikt u op Bladeren, selecteert u de
gewenste map en klikt u op OK.
Als u geen maplocatie opgeeft voor tijdelijke bestanden, wordt hiervoor standaard
de systeemmap Temp gebruikt.
7-9 Eigenschappen toewijzen aan Hot Folders
7
4. Als u een maplocatie wilt opgeven voor inslagsjablonen die door de toepassing worden
5. Als u klaar bent met het instellen van voorkeuren, klikt u op OK.
gebruikt, klikt u op Bladeren, selecteert u de gewenste map en klikt u op OK.
Eigenschappen toewijzen aan Hot Folders
In het dialoogvenster Mapeigenschappen kunt u de instellingen definiëren die bij de
verschillende Hot Folders horen. U kunt de afdrukopties, inslaginstellingen,
serverbestemming en wachtrijbestemming opgeven die door de diverse Hot Folders
worden gebruikt voor binnenkomende taken.
Gebruik een van de volgende methoden om het dialoogvenster Mapeigenschappen te
openen:
•Maak een nieuwe map in het Hot Folder Configuratiescherm (zie pagina 7-4);
het dialoogvenster Mapeigenschappen wordt geopend.
•Selecteer de map die u wilt bewerken in het Hot Folder Configuratiescherm en klik
op Eigenschappen.
• Klik met de rechtermuisknop op de gewenste Hot Folder en kies EFI
HotFolders>Eigenschappen in het snelmenu dat wordt weergegeven.
• Klik met de rechtermuisknop op de gewenste Hot Folder en kies Eigenschappen in
het snelmenu dat wordt weergegeven. Klik op het tabblad EFI Hot Folders en
vervolgens op Configureren.
7-10 Werken met EFI Hot Folders
7
Hot Folder-instellingen aanpassen
Standaard bevat elke Hot Folder die u maakt de volgende submappen:
De map Fail (Mislukt)—de standaardlocatie waarin alle taken worden opgeslagen
waarvan de verwerking is mislukt. Een taak kan mislukken als gevolg van een probleem
met het afdrukapparaat.
De map Move (Verplaatsen)—de standaardlocatie voor het archiveren van alle taken
die reeds zijn verwerkt; in het dialoogvenster Mapinstellingen heet deze map Origineel
behouden.
De map Work (Verwerking)—een privé-map die door de Hot Folder wordt gebruikt
tijdens het verwerken van een afdruktaak.
U kunt instellen dat de toepassing Hot Folders archiefkopieën van taakbestanden moet
opslaan in de mappen Fail (Mislukt) en Move (Verplaatsen). U kunt ook andere
maplocaties opgeven voor archiefbestanden.
HOT FOLDER-TAAKBESTANDENARCHIVEREN
1. Klik op Geavanceerd in het dialoogvenster Mapeigenschappen van Hot Folders.
Het dialoogvenster Mapinstellingen wordt weergegeven.
2. Als u een andere maplocatie wilt opgeven voor het opslaan van mislukte taken, klikt
u op Bladeren, selecteert u de gewenste map en klikt u op OK.
7-11 Eigenschappen toewijzen aan Hot Folders
7
3. Als u taken die met succes zijn verwerkt, wilt opslaan in de standaardmap Move
4. Klik op OK.
(Verplaatsen), selecteert u Origineel behouden. Als u een andere maplocatie wilt
opgeven, klikt u op Bladeren, selecteert u de gewenste map en klikt u op OK.
Als u de optie Origineel behouden uitschakelt, worden taken die u naar een Hot
Folder hebt gesleept, uit de map verwijderd nadat ze zijn afgedrukt.
OPMERKING: Gebruik niet de HotFolder zelf als de map Origineel behouden. Gebruik
evenmin de oorspronkelijke bronmap voor uw taken als de map Origineel behouden.
Bestanden die u opslaat in een HotFolder met de optie Origineel behouden, worden
opgeslagen met hun oorspronkelijke bestandsnaam en de datum en tijd worden eraan
gekoppeld. Als u de taak wilt herstellen in zijn oorspronkelijke bestandsindeling,
verwijdert u de getallenreeks uit de bestandsnaam.
Afdrukopties voor Hot Folders opgeven
U kunt aan uw Hot Folder afdrukopties toewijzen zoals aan elke andere afdruktaak.
Als u afdrukopties aan een Hot Folder toewijst, gelden de afdrukopties voor alle
afdruktaken die via de Hot Folder worden verzonden. Deze afdrukopties hebben
voorrang boven eventuele standaardopties die aan de bestemmingsprintergroep zijn
toegewezen.
Wanneer u opties instelt voor een map die aan een afdruktaak is toegewezen, worden
alle opties voor elk afdrukapparaat in de groep weergegeven. Sommige van deze opties
kunnen conflicteren. Zie Bijlage A voor meer informatie over afdrukopties.
OPMERKING: Bij het toewijzen van opties aan een map wordt de directe verbinding niet
ondersteund.
7-12 Werken met EFI Hot Folders
7
AFDRUKOPTIESINSTELLENVOOREEN HOT FOLDER
1. Als u afdrukopties wilt inschakelen, selecteert u Taakinstellingen in het
dialoogvenster Eigenschappen. Klik zonodig op Definiëren om het dialoogvenster
Taakinstellingen te openen.
Afdrukopties zijn onderverdeeld in functionele groepen. U kunt elke groep uitvouwen
door te klikken op de bijbehorende menubalk.
2. Selecteer de gewenste afdrukopties in de betreffende menu’s.
3. Klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Eigenschappen.
Inslagopties opgeven
Als u DocBuilder Pro hebt geïnstalleerd en hebt ingeschakeld op de Fiery EXP5000,
kunt u de toepassing Hot Folder configureren om vooraf gemaakte inslagsjablonen toe
te passen op afdruktaken.
Als de gewenste instellingen niet beschikbaar zijn in de toepassing Hot Folders, kunt u
een meer gedetailleerde sjabloon maken met DocBuilder Pro en de sjabloon vervolgens
toepassen op de Hot Folder. Meer informatie over DocBuilder Pro vindt u in de
Gids voor taakbeheer.
OPMERKING: Bij het toewijzen van inslagopties aan een map wordt de directe
verbinding niet ondersteund.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.