zijn handelsmerken van Xerox Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
FreeFlow®, SquareFold®, Xerox prInteract™, MeterAssistant®, SuppliesAssistant®,
CentreWare®, Scan to PC Desktop® en Xerox Extensible Interface Platform® zijn
handelsmerken van Xerox Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Productstatus, versiestatus en/of specificaties kunnen zonder kennisgeving worden
gewijzigd.
Microsoft®, Windows®, Windows XP®, Windows Vista®, Internet Explorer en Word zijn
geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
Adobe, het Adobe-logo, Acrobat, het Acrobat-logo, Acrobat Reader, Distiller en het Adobe
PDF-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Adobe Systems, Inc. PostScript is een
geregistreerd handelsmerk van Adobe dat met de Adobe PostScript Interpreter, de
Adobe-paginabeschrijvingstaal en andere Adobe-producten wordt gebruikt.
Apple®, Macintosh®, Mac OS® en EtherTalk™ zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Er zijn elementen uit de technische gebruikersdocumentatie van Apple gebruikt met
toestemming van Apple Computer, Inc.
®
GBC® en AdvancedPunch™ zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van
General Binding Corporation. GBC® en e/Binder 200™ zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van General Binding Corporation.
HP, HPGL, HPGL/2, PCL en HP-UX zijn geregistreerde handelsmerken van Hewlett-Packard
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Kerberos is een handelsmerk van het Massachusetts Institute of Technology.
Linux® is een geregistreerd handelsmerk van Linus Torvalds.
Netscape® is een geregistreerd handelsmerk van Netscape Communications.
Netware® is een geregistreerd handelsmerk van Novell, Incorporated.
PANTONE® is een geregistreerd handelsmerk van Pantone, Inc.
ScanFlowStore® is een geregistreerd handelsmerk van Nuance Communications, Inc.
UNIX® is een geregistreerd handelsmerk van Open Group.
De printer en de aanbevolen verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strikte
veiligheidsnormen. Als u de volgende informatie in acht neemt, bent u verzekerd van
een ononderbroken veilige werking van uw Xerox®-printer.
Dit hoofdstuk bevat de volgende gedeelten:
• Elektrische veiligheid
• Veilige bediening
• Veiligheid bij onderhoud
• Symbolen op de printer
• Contactinformatie voor milieu, gezondheid en veiligheid
Belangrijke product- en
veiligheidsinformatie
Lees de volgende instructies zorgvuldig door voor u met uw printer gaat werken.
Raadpleeg deze instructies steeds weer om een ononderbroken veilige werking van uw
printer te waarborgen.
Uw Xerox®-printer en de bijbehorende verbruiksartikelen zijn ontworpen en getest en
voldoen aan strenge veiligheidseisen. De producten zijn getest en gecertificeerd door
een veiligheidsinstituut en voldoen aan de voorschriften voor elektromagnetische straling
en vastgestelde milieunormen.
De prestatie-, milieu- en veiligheidstests van dit product zijn uitsluitend met
Xerox-materialen uitgevoerd.
OPMERKING
Ongeoorloofde wijzigingen, waaronder de toevoeging van nieuwe functies of de
aansluiting van randapparatuur, kan de productcertificering beïnvloeden. Neem contact
op met uw Xerox-leverancier voor meer informatie.
Handleiding voor de gebruiker
1-1Xerox® Color 550/560/570 Printer
Veiligheid
Elektrische veiligheid
WAARSCHUWING
Duw geen voorwerpen, zoals paperclips of nietjes, in sleuven en openingen van de printer.
Indien u contact zou maken met een onderdeel waar stroom op staat, of indien u hierdoor
kortsluiting zou veroorzaken, kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
WAARSCHUWING
Verwijder geen kleppen of beschermplaten die met schroeven zijn bevestigd, tenzij u
optionele apparatuur installeert en specifieke instructies hebt ontvangen om dit te doen.
Als u dergelijke installaties uitvoert, moet de printer zijn UIT gezet. Trek de stekker van
het netsnoer uit het stopcontact als u kleppen of beschermplaten verwijdert om optionele
apparatuur te installeren. Met uitzondering van door de gebruiker te installeren opties
bevinden zich achter deze kleppen geen onderdelen die u kunt reinigen of die onderhoud
nodig hebben.
De volgende situaties vormen een gevaar voor uw veiligheid:
• Het netsnoer is beschadigd of gerafeld.
• Er is vloeistof in de printer terechtgekomen.
• De printer is blootgesteld aan water.
• Er komt rook uit de printer of het oppervlak is ongewoon warm.
• De printer verspreidt ongewone geuren of maakt vreemde geluiden.
• De printer activeert een stroomonderbreker, zekering of andere veiligheidsvoorziening.
Als een van deze situaties zich voordoet, gaat u als volgt te werk:
1.Zet de printer onmiddellijk uit.
2.Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact.
3.Bel een erkende service-medewerker.
Elektrische voeding
Deze printer moet worden aangesloten op het type elektrische voeding dat wordt vermeld
op het gegevensplaatetiket op de printer. Als u niet zeker weet of uw stroomnet aan de
eisen voldoet, neemt u voor advies contact op met een erkende elektricien.
WAARSCHUWING
Deze printer moet worden aangesloten op een geaard stroomcircuit. Deze printer wordt
geleverd met een geaarde stekker. Deze stekker past alleen in een geaard stopcontact.
Dit is een veiligheidsvoorziening. Als u de stekker niet in het stopcontact kunt steken,
neemt u contact op met een erkende elektricien om uw stopcontact te vervangen.
Xerox® Color 550/560/570 Printer1-2
Handleiding voor de gebruiker
Veiligheid
Netsnoer
Voorkom de kans op elektrische schokken door ervoor te zorgen dat de printer goed is
geaard. Elektrische apparaten kunnen gevaarlijk zijn bij onjuist gebruik.
• Gebruik het netsnoer dat bij de printer wordt geleverd.
• Sluit het netsnoer van de printer rechtstreeks met de stekker aan op een stopcontact
dat op de juiste wijze is geaard. Zorg dat beide uiteinden van het snoer goed zijn
aangesloten. Indien u niet weet of een stopcontact geaard is, neem dan contact op
met een erkende elektricien.
• Sluit de printer niet via een adapter aan op een stopcontact dat niet is geaard.
• Controleer of de printer is aangesloten op een stopcontact met de juiste netspanning.
Bekijk de elektrische specificaties van de printer eventueel samen met een elektricien.
• Verwijder het netsnoer niet of sluit deze niet aan terwijl de printer is ingeschakeld.
• Pak om elektrische schokken en beschadiging van het netsnoer te voorkomen de
stekker vast bij het verwijderen van het netsnoer.
• De printer moet in de buurt van het stopcontact staan en dit moet goed te bereiken
zijn.
• Gebruik geen verlengsnoer of verdeeldoos.
• Sluit de printer niet via een adapter aan op een stopcontact dat niet is geaard.
• Plaats de printer niet op een plek waar mensen op het netsnoer kunnen gaan staan.
• Plaats geen voorwerpen op het netsnoer.
• Vervang het netsnoer als dit gerafeld of versleten is.
De printer moet voor het verwijderen van het netsnoer worden uitgeschakeld. Raadpleeg
Printer uitzetten voor instructies over het uitschakelen van de printer.
Het netsnoer is op een aansluitpunt achter op de printer aangesloten. Als het nodig is
om de stroomvoorziening naar de printer op te heffen, haalt u de stekker uit het
stopcontact.
Uitschakelen in noodgevallen
Als één van de volgende omstandigheden zich voordoet, dient u de printer onmiddellijk
uit te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. Neem contact op met een
erkende Xerox-servicevertegenwoordiger om het probleem te verhelpen.
• De printer verspreidt ongewone geuren of maakt vreemde geluiden.
• Het netsnoer is beschadigd of gerafeld.
• Een stroomonderbreker, zekering of ander beveiligingsmechanisme is geactiveerd.
• Er is vloeistof in de printer terechtgekomen.
• De printer is blootgesteld aan water.
• Een ander onderdeel van de printer is beschadigd.
Handleiding voor de gebruiker
1-3Xerox® Color 550/560/570 Printer
Veiligheid
Telefoonkabel
VOORZICHTIG
Gebruik uitsluitend een telefoonkabel met een doorsnede van 26 AWG (American Wire
Gauge) of groter.
Veiligheid van de laser
WAARSCHUWING: LASER
Deze printer voldoet aan de prestatienormen voor laserproducten die door
overheidsinstanties en door nationale en internationale instanties zijn ingesteld, en
wordt officieel aangemerkt als een laserproduct van Klasse 1. De printer straalt geen
gevaarlijk licht uit, omdat de laserstraal volledig is ingesloten tijdens alle bewerkingen
en onderhoudswerkzaamheden die de gebruiker uitvoert.
WAARSCHUWING
Het gebruiken van bedieningselementen, het maken van wijzigingen en het uitvoeren
van procedures die niet in deze handleiding worden beschreven, kunnen blootstelling
aan gevaarlijke straling tot gevolg hebben.
Veilige bediening
Uw printer en de bijbehorende verbruiksartikelen zijn getest en voldoen aan strenge
veiligheidseisen. Hieronder vallen erkende milieunormen die gesteld, goedgekeurd en
geïnspecteerd worden door verscheidene veiligheidsinstanties.
Als u de volgende veiligheidsvoorschriften in acht neemt, bent u verzekerd van een
ononderbroken veilige werking van uw printer.
Printerlocatie
• Plaats de printer op een vlak, stevig en niet-vibrerend oppervlak dat sterk genoeg is
om het gewicht van de printer te dragen. Het basisgewicht van de printer zonder
verpakkingsmateriaal is ongeveer 265 kg.
• Bedek of blokkeer de sleuven of openingen van de printer niet. Deze openingen zijn
aangebracht om de printer te ventileren en om oververhitting van de printer te
voorkomen.
• Plaats de printer op een plek met voldoende ruimte voor bediening en
onderhoudswerkzaamheden.
• Plaats de printer in een stofvrije ruimte.
Xerox® Color 550/560/570 Printer1-4
Handleiding voor de gebruiker
Veiligheid
• Plaats of gebruik de printer niet in een zeer hete, koude of vochtige omgeving.
Raadpleeg Omgevingsspecificaties voor de beste prestaties.
• Plaats de printer niet in de buurt van een warmtebron.
• Plaats de printer niet direct in het zonlicht, om te voorkomen dat lichtgevoelige
onderdelen aan zonlicht worden blootgesteld.
• Plaats de printer niet op een plek waar deze direct aan de koude luchtstroom van de
airconditioning wordt blootgesteld.
• Plaats de printer niet op locaties waar trillingen voorkomen.
Richtlijnen voor gebruik
Terwijl de printer bezig is met afdrukken:
• Verwijder nooit een papierinvoerlade die u via de printerdriver of het bedieningspaneel
hebt geselecteerd.
• Open de deuren niet.
• Verplaats de printer niet.
• Houd handen, haar, stropdassen en dergelijke uit de buurt van de uitvoer- en invoerrol.
• Panelen, die met gereedschap verwijderbaar zijn, dienen ter bescherming van
gevaarlijke onderdelen in de printer. Verwijder deze beschermpanelen niet.
Printerverbruiksartikelen
• Gebruik alleen verbruiksartikelen die specifiek voor de printer zijn ontwikkeld. Gebruik
van niet-geschikte materialen kan resulteren in slechte prestaties en gevaarlijke
situaties.
• Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die zijn aangegeven op, of zijn geleverd
bij de printer, opties en toebehoren.
• Bewaar alle verbruiksartikelen in overeenstemming met de instructies op de verpakking
of de container.
• Bewaar alle verbruiksartikelen uit de buurt van kinderen.
• Verbrand nooit verbruiksartikelen.
• Voorkom huid- of oogcontact bij het omgaan met verbruiksartikelen. Oogcontact
kan irritatie en ontstekingen veroorzaken. Probeer verbruiksartikelen niet uit elkaar
te halen. Dit vergroot het risico op contact met de huid of ogen.
VOORZICHTIG
Het gebruik van niet-Xerox-verbruiksartikelen wordt afgeraden. Beschadigingen, storingen
of slechte prestaties als gevolg van het gebruik van niet-Xerox-verbruiksartikelen of het
gebruik van Xerox-verbruiksartikelen die niet voor deze printer zijn bestemd, vallen niet
onder de garantie, serviceovereenkomsten of Total Satisfaction Guarantee
(Volle-tevredenheidsgarantie) van Xerox. De Total Satisfaction Guarantee
(volle-tevredenheidsgarantie) is beschikbaar in de Verenigde Staten en Canada. Dekking
kan buiten deze gebieden variëren. Neem voor meer informatie contact op met uw
plaatselijke Xerox-vertegenwoordiger.
Handleiding voor de gebruiker
1-5Xerox® Color 550/560/570 Printer
Veiligheid
Informatie over ozon
Tijdens het afdrukken produceert deze printer een kleine hoeveelheid ozon. Deze
hoeveelheid is zo klein dat niemand er schade van ondervindt. Plaats de printer wel in
een goed-geventileerde ruimte. De ruimte waarin het apparaat wordt gebruikt moet
goed worden geventileerd, vooral als u grote hoeveelheden afdrukt of als het apparaat
gedurende een langere periode wordt gebruikt.
Raadpleeg voor meer informatie over ozon de Engelstalige Xerox-publicatie Facts AboutOzone op http://www.xerox.com/downloads/usa/en/e/ehs_ozone_2005.pdf.
Voor meer informatie in de Verenigde Staten en Canada gaat u naar
www.xerox.com/environment. In andere landen kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke Xerox-vertegenwoordiger of gaat u naar
www.xerox.com/environment_europe.
Veiligheid bij onderhoud
• Probeer geen onderhoudsprocedures uit te voeren die niet specifiek zijn beschreven
in de documentatie die bij uw printer is geleverd.
• Gebruik geen reinigingsmiddelen in spuitbussen. Gebruik voor het reinigen alleen een
droge, pluisvrije doek.
• Verbruiksartikelen of items voor routineonderhoud mogen niet worden verbrand. Kijk
voor informatie over recyclingprogramma's voor verbruiksartikelen op
www.xerox.com/gwa.
Symbolen op de printer
WAARSCHUWING
Dit symbool waarschuwt gebruikers voor onderdelen van het product waar een kans
bestaat op lichamelijk letsel. Waarschuwingen wijzen op het gevaar van lichamelijk letsel
of zelfs de dood wanneer een bedienings- of onderhoudsprocedure, instructie of
voorwaarde niet strikt wordt opgevolgd.
WAARSCHUWING: HEET
Dit symbool waarschuwt gebruikers voor onderdelen van het product waar zich hete
oppervlakken bevinden, die niet mogen worden aangeraakt.
Xerox® Color 550/560/570 Printer1-6
Handleiding voor de gebruiker
Veiligheid
VOORZICHTIG
Dit symbool waarschuwt gebruikers voor onderdelen van de apparatuur die speciale
aandacht vereisen om persoonlijk letsel of schade aan de apparatuur te voorkomen. De
melding Voorzichtig wijst erop dat de hardware of software beschadigd kan worden of
uw gegevens verloren kunnen gaan wanneer een bedienings- of onderhoudsprocedure,
instructie of voorwaarde niet strikt wordt opgevolgd.
WAARSCHUWING: LASER
Dit symbool geeft aan dat er in de apparatuur gebruik wordt gemaakt van een laser en
verwijst de gebruiker naar de desbetreffende veiligheidsinformatie.
Certificatie productveiligheid
Dit product is gecertificeerd door verscheidene NRTL's/NCB's aan de hand van de
volgende veiligheidsnormen:
• UL60950-1/CSA22.2, No. 60950-1 (USA/Canada) Second Edition
Contactinformatie voor milieu,
gezondheid en veiligheid
Voor meer informatie over milieu, gezondheid en veiligheid met betrekking tot dit
Xerox-product en verbruiksartikelen kunt u contact opnemen met de klantenservice:
Verenigde Staten: 1-800 828-6571
Canada: 1-800 828-6571
Europa: +44 1707 353 434
Voor informatie over productveiligheid in de Verenigde Staten gaat u naar
www.xerox.com/environment.
Voor informatie over productveiligheid in Europa gaat u naar
www.xerox.com/environment_europe.
Handleiding voor de gebruiker
1-7Xerox® Color 550/560/570 Printer
Veiligheid
Xerox® Color 550/560/570 Printer1-8
Handleiding voor de gebruiker
Productoverzicht
Dit hoofdstuk bevat de volgende gedeelten:
• Inleiding
• Bedieningspaneel
• Papierladen
• Verbruiksartikelen
• Optionele accessoires
Inleiding
2
Uw apparaat is niet zomaar een conventioneel kopieerapparaat. Het is een digitale
lichte productieprinter waarmee u documenten zowel in kleur als in zwart/wit kunt
kopiëren, scannen, faxen en afdrukken.
Handleiding voor de gebruiker
2-1Xerox® Color 550/560/570 Printer
Productoverzicht
Afhankelijk van het model kan uw apparaat maximaal 50, 60 of 70 kleurenafdrukken
per minuut maken.
De gebruikersinterface van het bedieningspaneel op de printer is een eenvoudig te
gebruiken aanraakscherm voor het aanpassen van instellingen en verrichten van taken.
Bedieningspaneel
Het bedieningspaneel wordt in vier gebieden verdeeld: het aanraakscherm, de
pad-toetsen, het toetsenbord en de toepassingstoetsen.
Xerox® Color 550/560/570 Printer2-2
Handleiding voor de gebruiker
Productoverzicht
Aanraakscherm. Met het aanraakscherm kunt u alle beschikbare
1.
programmeringsfuncties selecteren. Hier worden ook procedures voor het oplossen
van storingen en algemene apparaatgegevens weergegeven.
Home Functies. Hiermee krijgt u toegang tot het scherm Alle functies waarop
2.
verschillende functies (Kopiëren, Faxen enz.) kunnen worden bekeken en
geprogrammeerd.
Functies. Met de knop Functies keert u terug naar het laatst geopende scherm
3.
Functies
Opdrachtstatus. Geeft informatie over de voortgang van de opdracht op het
4.
aanraakscherm weer.
Apparaatstatus. Geeft de huidige status van het apparaat op het aanraakscherm
5.
weer.
Aan-/afmelden. Biedt via een toegangscode beveiligde toegang tot het menu
6.
Systeembeheer, dat wordt gebruikt om de standaardinstellingen van het apparaat
te wijzigen.
Knop Energiespaarstand. Als de optie Energiespaarstand wordt geselecteerd,
7.
gaat het apparaat onmiddellijk over op de modus voor laag stroomverbruik. Indien
er nog opdrachten in de wachtrij staan, verschijnt er een tweede pop-upscherm.
Alle wissen. Als u hier één keer op drukt, worden de standaardinstellingen hersteld
8.
en verschijnt het eerste scherm voor het huidige pad. Als u hier twee keer op drukt,
worden de standaardinstellingen van alle functies van het apparaat hersteld.
Stop. De huidige opdracht wordt tijdelijk stopgezet. Volg het bericht om uw
9.
opdracht te annuleren of hervatten.
Start. De opdracht wordt gestart.10.
Onderbreken. De huidige opdracht wordt tijdelijk stopgezet om een andere
11.
opdracht met voorrang eerst te verwerken.
Toetsen van het toetsenblok. Typ letters en/of cijfers bij het invoeren van een
12.
toegangscode.
Taal. Druk hierop om de taal op het aanraakscherm en van de
13.
toetsenbordinstellingen te wijzigen.
Help. Start de online-Help.14.
Papierladen
• Papierlade 1 en 2
Handleiding voor de gebruiker
2-3Xerox® Color 550/560/570 Printer
Productoverzicht
Lade 1 en 2 zijn identiek. Elke lade heeft een capaciteit van 500 vel papier van 75
g/m². De gebruiker kan de laden naar buiten trekken om het papier erin te plaatsen.
De laden zijn geschikt voor papier met een gewicht van 64 tot 300 g/m² (18 lb.
bankpostpapier - 80 lb. omslag) en zijn volledig instelbaar op alle papierformaten
van 182 x 140 mm (7,2 x 5,5 inch) tot 330 x 488 mm (13 x 19,2 inch). Alle soorten
afdrukmateriaal (vooraf opgemaakt papier, briefhoofdpapier) kunnen worden gebruikt,
uitgezonderd enveloppen. Papier kan met de lange of de korte kant eerst worden
ingevoerd (portret of landschap).
• Papierlade 3 en 4
Lade 3 biedt plaats aan 870 vel van 8,5 x 11 inch/A4.
Lade 4 biedt plaats aan 1.140 vel van 8,5 x 11 inch/A4.
• Handmatige invoer (lade 5)
De handmatige invoer is een papierlade aan de linkerkant van het apparaat, die opzij
kan worden geklapt wanneer u deze niet nodig hebt. Deze lade is geschikt voor alle
soorten papier van 182 x 140 mm (7,2 x 5,5 inch) tot 330 x 488 mm (13 x 19,2 inch)
en heeft een capaciteit van ongeveer 250 vel bankpostpapier van 20 lb./75 g/m² met
een maximumhoogte van de stapel van 10 mm.
• Staffelopvangbak
De staffelopvangbak biedt plaats aan 500 vel en daarmee kan elke set of stapel
worden gestaffeld ten opzichte van de vorige set of stapel, om ze gemakkelijker van
elkaar te scheiden.
De staffelopvangbak is voorzien van ventilatoren die "blokkering" (vastkleven) van
de afdrukken/kopieën voorkomen. De ventilator van de staffelopvangbak kan worden
aangepast aan papiergewichten.
Zie voor meer informatie over invoeropties het gedeelte Optionele afwerkingsaccessoires.
Verbruiksartikelen
Het apparaat maakt gebruik van diverse verbruiksartikelen. Het apparaat geeft aan
wanneer u een nieuwe module moet bestellen en wanneer u deze moet installeren.
• Afdrukmodules
Elke afdrukmodule is goed voor ongeveer 30.000 beelden. Aan de hand van het
apparaatscherm en deze documentatie kunt u de nieuwe afdrukmodules zelf
installeren, zodat u niet op een servicebezoek hoeft te wachten.
• Tonercassettes
De tonercassettes kunnen worden geplaatst terwijl het apparaat in bedrijf is. Samen
met de tonercassette wordt ook de tonerafvalcontainer meegeleverd.
Xerox® Color 550/560/570 Printer2-4
Handleiding voor de gebruiker
Productoverzicht
• Fuser
De fuser levert ongeveer 200.000 afdrukken of kopieën.
• Ladingscorotron
Aan de hand van het apparaatscherm en deze documentatie kunt u de nieuwe
ladingscorotron zelf installeren, zodat u niet op een servicebezoek hoeft te wachten.
• Tonerafvalcontainer
De tonerafvalcontainer moet worden vervangen na ongeveer 30.000 afdrukken of
kopieën met een dekkingsgraad van 6%.
Optionele accessoires
Afwerkeenheden
• Geavanceerde afwerkeenheid
De bovenste opvangbak rechts wordt voor gestapelde afdrukken gebruikt en heeft
een capaciteit van 500 vel. De uitlegtafel wordt gebruikt voor gestaffelde en/of
geniete aflevering en heeft een capaciteit van 3000 vel.
• Professionele afwerkeenheid met katernmodule
De bovenste opvangbak rechts wordt voor gestapelde afdrukken gebruikt en heeft
een capaciteit van 500 vel. De opvangbak rechtsmidden wordt voor gestaffelde en/of
geniete afdrukken gebruikt en kan maximaal 1500 vel bevatten. Beide opvangbakken
kunnen worden gebruikt voor geperforeerde afdrukken (optioneel). De onderste
opvangbak van de afwerkeenheid wordt gebruikt voor het ontvangen van katernen
die in de bindrug zijn geniet.
• Standaardafwerkeenheid
Deze afwerkeenheid beschikt over enkele afwerk-/vouwopties. De vereiste
interfacemodule fungeert als communicatieapparaat en papierbaan tussen de printer
en de Light Production C Finisher.
Lade 8 (de invoegmodule na de processor) is een standaard onderdeel van dit
apparaat en bedoeld voor het plaatsen van papier dat wordt gebruikt als scheidingsvel
en omslag. Lade 8 biedt plaats aan 200 vel.
De bovenste opvangbak wordt gebruikt voor aflevering in stapels en heeft een
capaciteit van 500 vel van 20 lb./80 g/m².
De afdrukkenopvangbak wordt gebruikt voor gestaffelde afdrukken en/of geniete
afdrukken en heeft een capaciteit van 3000 vel papier van 80 g/m².
De onderste opvangbak is de optionele opvangbak van de katernmodule en wordt
gebruikt voor aflevering van katernen met rugnietjes.
Handleiding voor de gebruiker
2-5Xerox® Color 550/560/570 Printer
Productoverzicht
De optionele vouweenheid wordt gebruikt voor het vouwen als C of Z van aflevering
in de formaten A4 (8,5 x 11 inch) en A3 (11 x 17 inch).
• Katernmoduleafwerkeenheid
Biedt alle functies van de standaardafwerkeenheid en maakt bovendien katernen
met rugniet van maximaal 25 vel van 8,5 x 11 inch/A4 of 12 x 18 inch/SRA3.
OPMERKING
De interfacemodule is nodig voor de standaardafwerkeenheid en
katernmoduleafwerkeenheid.
• Xerox SquareFold Trimmer Module
Deze optionele afwerkeenheid wordt gebruikt samen met een afwerkeenheid die is
voorzien van een katernmodule. Het katern wordt in de katernmodule van de
afwerkeenheid samengesteld en geniet en is dus al gevormd als het in de SquareFold
Trimmer Module wordt ingevoerd.
Deze module vouwt de rug van het katern plat, zodat het katern dunner is en eruit
ziet als een garenloos gebonden boek.
Snijdt de rand van het katern af/bij, zodat de rand netjes afgewerkt is.
• GBC® AdvancedPunch
™
Met dit apparaat beschikt u over een nieuw niveau afwerkopties voor uw afdrukken:
u kunt hiermee papier van het formaat A4 en Letter (8,5 x 11 inch) perforeren met
een verscheidenheid aan inbindstijlen. Zo kunt u perforeren met 19 gaatjes of
maximaal 32 gaatjes in A4-papier. A4-papier is geschikt voor perforeren met 21
gaatjes tot maximaal 47 gaatjes.
Invoerapparaten van papier voorzien
• Grote inlegmodule
De grote inlegmodule met één lade biedt plaats aan 2000 vel A4 (Lade 6).
• Grote inlegmodule voor extra groot papier met één lade of twee laden
De grote inlegmodule voor extra groot papier is een alternatief voor de grote
inlegmodule en biedt plaats aan extra groot papier tot 13 x 19 inch (330 x 488 mm).
Elke lade heeft een capaciteit van 2000 vel.
Xerox® Color 550/560/570 Printer2-6
Handleiding voor de gebruiker
Kenmerken
Dit hoofdstuk bevat de volgende gedeelten:
• Voordat u de printer gebruikt
• Standaardtoepassingen
• Printerconfiguraties
• Onderdelen van de printer
• Informatie over de printer
• Meer informatie
Voordat u de printer gebruikt
3
Xerox Welcome Centre
Als u hulp nodig hebt tijdens of na de installatie van het product, bezoekt u de website
van Xerox voor online oplossingen en ondersteuning:
www.xerox.com/office/worldcontacts
Indien u meer hulp nodig hebt, kunt u contact opnemen met onze experts van het Xerox
Welcome Centre:
Tijdens de installatie van het product kan het zijn dat u het telefoonnummer van een
plaatselijke vertegenwoordiger ontvangt. Noteer het telefoonnummer voor toekomstig
gebruik.
Als u contact opneemt met het Xerox, heeft het Welcome Center de volgende gegevens
nodig:
• De aard van het probleem.
Handleiding voor de gebruiker
3-1Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
• Het serienummer van de printer.
• De storingscode (indien van toepassing)
• De naam en locatie van uw bedrijf.
Volg de onderstaande stappen om het serienummer van uw printer te achterhalen:
1.Druk op het bedieningspaneel op Apparaatstatus.
2.Het tabblad Apparaatinformatie wordt weergegeven. Het serienummer staat aan
de linkerkant van het aanraakscherm.
OPMERKING
Als het serienummer niet op het aanraakscherm van de printer kan worden gelezen,
geen probleem: u kunt het ook vinden op het frame van het apparaat, aan de
binnenkant van het onderste linkerpaneel van de printer.
Als u meer hulp nodig hebt bij het gebruik van uw printer:
• Raadpleeg deze gebruikershandleiding.
• Neem contact op met de getrainde operateur.
• Bezoek onze website voor klanten op www.support.xerox.com/support (voer Xerox
550/560/570 Printer in het veld "Zoek of maak hieronder een keuze" in > kies de
documentatie voor uw specifieke printer) of neem contact op met het Xerox Welcome
Centre.
Standaardtoepassingen
• Kopieën, afdrukken, faxen en scans naar PC, USB of e-mail sturen, en mobiel afdrukken
• Maximumsnelheid voor kopiëren en afdrukken: Voor kleur 50/60/70 ppm / Voor
Zwart/wit 55/65/75 ppm
• Resolutie van 2400 x 2400 dpi
• Automatisch 2-zijdig afdrukken
• Automatische doorvoer voor dubbelzijdige originelen (ADDO)
• Geïntegreerde scanner
• Standaard papiercapaciteit (4 laden en handmatige invoer): 3.260 vel
• Kleurenaanraakscherm op geïntegreerd bedieningspaneel
• Extensible Interface Platform (EIP) voor verbinding met software van derden via het
aanraakscherm
• Extern interfaceapparaat
• Ondersteuning van PDL voor PCL 5 en PCL 6
• Ondersteuning voor Ethernet 10/100BaseTX-verbinding
• Ondersteuning voor gecoat en ongecoat papier, tot en met omslagpapier van 300
g/m²
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-2
Handleiding voor de gebruiker
Printerconfiguraties
BeschrijvingPrintermodel/configuratie
Kenmerken
De Xerox Color 550
De Xerox Color 560
De Xerox Color 570
Dit printermodel drukt af op snelheden van maximaal 55
ppm in zwart/wit en 50 ppm in kleur.
Dit printermodel drukt af op snelheden van maximaal 65
ppm in zwart/wit en 60 ppm in kleur.
Dit printermodel drukt af op snelheden van maximaal 75
ppm in zwart/wit en 70 ppm in kleur.
Onderdelen van de printer
Dit onderdeel bevat:
• Aanzicht voorzijde/linkerzijde
• Rechterachteraanzicht
• Optie voor aansluiting telefoon en fax
• Interne onderdelen
• AOD
• Bedieningspaneel
• Aan/uit-schakelaar
• Grote inlegmodule voor extra groot papier
• GBC® AdvancedPunch
• Standaardafwerkeenheid
• Geavanceerde afwerkeenheid
• Professionele afwerkeenheid
• Katernmoduleafwerkeenheid
• SquareFold Trimmer Module van Xerox
™
Handleiding voor de gebruiker
3-3Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
Aanzicht rechtsvoor
1. Bedieningspaneel
2. Lade 5 (handmatig)
3. Lade 1, 2, 3, 4
4. AOD
5. Aan/uit-schakelaar
6. Voorklep
OPMERKING
Naast de AAN/UIT-schakelaar (5) op het bovenpaneel is er een hoofdstroomschakelaar
aan de binnenzijde van het voorpaneel (zie Interne onderdelen).
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-4
Handleiding voor de gebruiker
Kenmerken
AAN/UIT-schakelaars
Er zijn drie AAN/UIT-schakelaars bij het apparaat:
• De aardlekschakelaar, aan de achterkant van het apparaat. Deze schakelaar moet
op AAN staan wanneer het apparaat wordt vervoerd.
• De hoofdstroomschakelaar (besproken in het gedeelte Installatie en configuratie)
bevindt zich in het voorpaneel van het apparaat.
• De AAN/UIT-schakelaar op het bovenpaneel van het apparaat is de belangrijkste
schakelaar voor het aan- en uitzetten van de printer.
OPMERKING
Zie Stroomvoorziening in- en uitschakelen in het gedeelte Installatie en configuratie
voor meer informatie over het in- en uitschakelen van de stroom naar het apparaat.
Printer aanzetten
De hoofdstroomschakelaar moet in de stand Aan staan. Druk dan op de
AAN/UIT-schakelaar rechts op het bovenpaneel van het apparaat. Het volledige
inschakelproces, van het aanzetten tot het afronden van een zelftest, neemt minder
dan 3 minuten in beslag. Bepaalde toepassingen van het apparaat, zoals kopiëren, zijn
eerder beschikbaar dan andere functies (zoals afdrukken).
Printer uitzetten
Druk op de AAN/UIT-schakelaar om het apparaat uit te zetten.
Handleiding voor de gebruiker
3-5Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
Als de optie Energiespaarstand wordt geselecteerd, gaat het apparaat onmiddellijk over
op de modus voor laag stroomverbruik. Als er opdrachten in de wachtrij staan, wordt er
een tweede pop-upvenster weergegeven.
OPMERKING
Wanneer het apparaat zich in deze stand bevindt, kunt u het apparaat weer inschakelen
door een toets op het aanraakscherm of de toets Energiespaarstand aan te raken.
Rechterachteraanzicht
1. Opvangbakken
2. Netsnoer en aardlekschakelaar
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-6
Handleiding voor de gebruiker
Optie voor aansluiting telefoon en fax
Kenmerken
1. Netwerkconnector
2. Fax
AOD
1. Bak automatische originelendoorvoer (AOD)
Handleiding voor de gebruiker
3-7Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
2. Documentgeleiders
3. Bevestigingslampje
4. Deksel
OPMERKING
De glasplaat bevindt zich onder het deksel en wordt gebruikt voor het scannen, faxen
en kopiëren van documenten. Gebruik deze voor opdrachten die uit één pagina bestaan
of voor originelen die niet via de AOD kunnen worden ingevoerd.
Interne onderdelen
1. Tonercassettes
2. Afdrukmodules
3. Hoofdstroomschakelaar
4. Fusereenheid
5. Tonerafvalcontainer
De hoofdstroomschakelaar is een van de drie aan/uit-schakelaars die moeten worden
ingeschakeld. Zie het gedeelte Installatie en configuratie voor informatie over het starten
van het apparaat.
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-8
Handleiding voor de gebruiker
Kenmerken
Energiespaarstand
In de energiespaarstand wordt het stroomverbruik van de printer beperkt wanneer de
printer gedurende een vooraf ingestelde periode inactief is.
De printer schakelt over op de stand Laag stroomverbruik nadat een vooraf ingestelde
periode is verstreken. Als er daarna geen opdrachten naar de printer worden verzonden
binnen een vooraf ingestelde periode, schakelt de printer over naar de slaapstand. Het
aanraakscherm is donker en het lampje in de knop Energiespaarstand brandt in beide
situaties.
Druk op de toets Energiespaarstand om de printer weer normaal te laten werken. Als
er een opdracht wordt ontvangen of als de printer via CentreWare IS wordt gebruikt,
wordt de energiespaarstand ook opgeheven.
Raadpleeg voor meer informatie de System Administrator Guide (Handleiding voor de
systeembeheerder) op www.xerox.com/support > voer Xerox 550/560/570 Printer in
het veld "Zoek of maak hieronder een keuze" in > kies de documentatie voor het
printertype dat u gebruikt.
• Grote inlegmodule met één lade of twee laden voor extra groot papier
Afwerking
• Standaardafwerkeenheid
• Geavanceerde afwerkeenheid
• Professionele afwerkeenheid
• Katernmoduleafwerkeenheid
• Nieteenheid
Handleiding voor de gebruiker
3-9Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
• SquareFold Trimmer Module van Xerox
• GBC® AdvancedPunch
™
Beveiliging
• Gegevensbeveiligingsset
• Xerox Secure Access Unified ID System
• Op opdrachten gebaseerde netwerkaccountadministratie
• Verificatie Common Access Card (algemene toegangskaart)
Andere
• PostScript
• Zijtafel
• Envelopinvoerlade
• Mediakaartlezer
Grote inlegmodule voor extra groot papier
1. Grote inlegmodule voor extra groot papier met 2 laden (met handmatige invoer)
2. Grote inlegmodule voor extra groot papier met 1 lade (met handmatige invoer
boven de lade)
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-10
Handleiding voor de gebruiker
Kenmerken
GBC® AdvancedPunch
™
Voor de afwerkmodule GBC® AdvancedPunch™ (hier rechts naast de interfacemodule te
zien) is een interfacemodule en een tweede afwerkeenheid nodig. De interfacemodule
ontkrult het papier en zorgt voor de communicatie met het afdrukmechanisme en de
controller. De tweede afwerkeenheid in de lijn, bijvoorbeeld een standaard afwerkeenheid,
is nodig om geperforeerde afdrukken op te vangen.
Met de GBC AdvancedPunch beschikt u over een nieuw niveau afwerkopties voor uw
afdrukken: u kunt hiermee papier van het formaat A4 en Letter (8,5 x 11 inch) perforeren
met een verscheidenheid aan inbindstijlen. Zo kunt u perforeren met 19 gaatjes tot
maximaal 32 gaatjes in A4-papier. A4-papier is geschikt voor perforeren met 21 gaatjes
tot maximaal 47 gaatjes.
Ga voor meer informatie naar www.xerox.com en selecteer de gebruikersdocumentatie
voor de GBC AdvancedPunch.
Handleiding voor de gebruiker
3-11Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
Geavanceerde afwerkeenheid
1. Bovenste opvangbak
2. Afdrukkenopvangbak
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-12
Handleiding voor de gebruiker
Professionele afwerkeenheid
Kenmerken
1. Bovenste opvangbak
2. Afdrukkenopvangbak
3. Katernopvangbak
Handleiding voor de gebruiker
3-13Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
Standaardafwerkeenheid
1. Bovenste opvangbak
2. Afdrukkenopvangbak
3. Voorklep
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-14
Handleiding voor de gebruiker
Katernmoduleafwerkeenheid
Kenmerken
1. Invoegeenheid voor naverwerking
2. Bovenste opvangbak
3. Afdrukkenopvangbak
4. Katernopvangbak
5. Opvangbak van de vouweenheid
6. Voorklep
Handleiding voor de gebruiker
3-15Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
SquareFold Trimmer
1.
Linkerbovenklep. Open dit paneel om papierstoringen te verhelpen. Het
platvouwmechanisme bevindt zich in deze zone.
2.
Rechterbovenklep. Open dit paneel om papierstoringen te verhelpen. Het
snijmechanisme bevindt zich in deze zone.
3.
Opvangbak katernen. in deze opvangbak worden de platgevouwen katernen uit de
afwerkeenheid afgeleverd.
4.
Bedieningspaneel. Het bedieningspaneel bestaat uit een pictogrammenscherm, knoppen
en diverse indicatielampjes.
5.
Snijafvalcontainer. Voor snippers/afval van de snijmodule. Trek de container naar
buiten om deze te verwijderen en maak hem leeg.
Informatie over de printer
Uw printer geeft statusinformatie weer op het aanraakscherm van het bedieningspaneel
en in afgedrukte overzichten. Op het aanraakscherm vindt u ook gebruiks- en
factureringsgegevens. Zie Facturerings- en gebruiksinformatie voor meer informatie.
Xerox® Color 550/560/570 Printer3-16
Handleiding voor de gebruiker
Kenmerken
Opdrachtstatus
Opdrachtstatus weergeven zodat u opdrachten kunt controleren en beheren:
1.Druk op de knop Opdrachtstatus op het bedieningspaneel.
2.Druk op het tabblad Actieve opdrachten of Voltooide opdrachten.
3.Selecteer de gewenste categorie in de vervolgkeuzelijst Alle opdrachten.
4.Druk op de gewenste opdracht in de lijst om de details te bekijken. U kunt een
opdrachtenoverzicht afdrukken door op de knop Dit opdrachtenhistorieoverzichtafdrukken of Dit opdrachtenoverzicht afdrukken te drukken.
5.Voor meer opdrachttypen drukt u op het tabblad Beveiligde afdrukopdrachten +
meer en kiest u vervolgens uit:
• Beveiligde afdruk
• Proefset
• Uitgestelde afdruk
• Kostenafdruk
• Openbare map
Overzichten
Overzichten kunnen via het bedieningspaneel worden afgedrukt.
Zo drukt u een overzicht af:
1.Druk op de knop Apparaatstatus op het bedieningspaneel.
2.Druk op Overzichten afdrukken en druk vervolgens op de gewenste categorie.
3.Druk op het volgende scherm op het gewenste overzicht en druk vervolgens op de
groene knop Start.
OPMERKING
Het configuratie-overzicht biedt informatie over de huidige configuratie van uw printer
en is handig voor netwerkanalyse en oplossingen voor veelvoorkomende problemen.
Accountadministratie
Accountadministratie wordt gebruikt voor het bijhouden van facturering en het regelen
van toegang tot kopieer-, scan-, fax- en afdrukfuncties voor iedere gebruiker. Wanneer
Accountadministratie is ingeschakeld, moet iedere gebruiker een gebruikers-ID invoeren
om een beheerde functie te kunnen gebruiken. Beheerde functies zijn te herkennen aan
het symbool met een slot en sleutel.
De systeembeheerder moet gebruikersaccounts maken en vervolgens
Accountadministratie configureren.
1.Druk op het aanraakscherm op de knop van de gewenste functie.
Handleiding voor de gebruiker
3-17Xerox® Color 550/560/570 Printer
Kenmerken
2.Het toetsenbord van het aanraakscherm wordt weergegeven. Typ de gebruikers-ID
die u van de systeembeheerder hebt gekregen en druk vervolgens op Enter.
3.Druk om u af te melden op Aan-/afmelden, op de gebruikers-ID en vervolgens op
Afmelden.
Raadpleeg voor meer informatie de System Administrator Guide (Handleiding voor de
systeembeheerder) op www.xerox.com/support > voer Xerox 550/560/570 Printer in
het veld "Zoek of maak hieronder een keuze" in > kies de documentatie voor het
printertype dat u gebruikt.
Meer informatie
Raadpleeg de volgende bronnen voor meer informatie over uw printer en de
mogelijkheden ervan.
• Lijst aanbevolen media: Voor de Verenigde Staten www.xerox.com/paper; voor de
Europese Unie www.xerox.com/europaper
• Handleiding voor de gebruiker (PDF) software en documentatie:
www.xerox.com/support > voer Xerox 550/560/570 Printer in het veld "Zoek of
maak hieronder een keuze" in > kies de documentatie voor uw specifieke printer.
• Online Support Assistant, driverdownloads, en technische ondersteuning:
Raadpleeg voor meer informatie de System Administrator Guide en de Online Support
Assistant op www.xerox.com/support. Voer Xerox 550/560/570 Printer in het veld "Zoek
of maak hieronder een keuze" in.
Overzicht van installatie en instellingen
Voordat u de printer in gebruik kunt nemen, dient het volgende te worden uitgevoerd:
1.Controleer of de printer goed is aangesloten en is ingeschakeld.
2.Installeer de softwaredrivers en hulpprogramma's.
3.Configureer de software.
Fysieke verbinding
U kunt de printer via een netwerk aansluiten. Voor de optionele fax is aansluiting op
een werkende en aparte faxtelefoonlijn vereist. Communicatiekabels worden niet bij de
printer geleverd en moeten apart worden aangeschaft.
Zo verbindt u de printer fysiek:
1.Sluit het netsnoer op de printer aan en steek de stekker in het stopcontact.
4-1Xerox® Color 550/560/570 Printer
Handleiding voor de gebruiker
Installatie en configuratie
2.Sluit een uiteinde van een Ethernet-kabel van categorie 5 (of beter) aan op de
Ethernet-netwerkpoort op de achterkant van de printer. Sluit het andere uiteinde
van de kabel op uw netwerkpoort aan.
3.Als de faxoptie is geïnstalleerd, sluit u deze met een standaard RJ11-kabel aan op
een werkende telefoonlijn.
De printer aanzetten
De printer heeft drie aan/uit-schakelaars.
• De aardlekschakelaar, aan de achterkant van de printer in de buurt van het netsnoer.
Deze schakelaar moet bij installatie en configuratie in de stand On (Aan) staan.
• De hoofdstroomschakelaar bevindt zich achter de voordeur. Deze schakelaar moet
ook in de stand On (Aan) staan. Gebruik deze knop niet om de printer aan of uit te
zetten.
• De aan/uit-knop is te zien op het bedieningspaneel. Deze aan/uit-knop wordt gebruikt
om de printer aan of uit te zetten al naar gelang de behoefte op grond van de
werkstroom.
Hoofdstroomschakelaar
Xerox® Color 550/560/570 Printer4-2
Handleiding voor de gebruiker
Aan/uit-knop
Stroomvoorziening inschakelen
Installatie en configuratie
De hoofdstroomschakelaar regelt de stroomvoorziening naar het apparaat. Bij normaal
gebruik van de printer dient de stroomvoorziening te zijn ingeschakeld. Het apparaat
mag alleen worden uitgezet wanneer een kabel op de printer wordt aangesloten of
wanneer de printer wordt gereinigd.
VOORZICHTIG
Schakel eerst de stroomvoorziening in met behulp van de hoofdstroomschakelaar om
te voorkomen dat de interne harde schijf van de printer beschadigd raakt of dat zich
een printerstoring voordoet.
VOORZICHTIG
Zet de hoofdschakelaar niet in de stand UIT kort nadat u deze in de stand AAN hebt
gezet. Als u dat wel doet, kunt u de interne harde schijf van de printer beschadigen of
een printerstoring veroorzaken.
1.Open de voorklep.
Handleiding voor de gebruiker
4-3Xerox® Color 550/560/570 Printer
Installatie en configuratie
2.Zet de hoofdstroomschakelaar in de stand AAN.
3.Sluit de voorklep.
Xerox® Color 550/560/570 Printer4-4
Handleiding voor de gebruiker
Installatie en configuratie
De printer uitschakelen
De aan/uit-knop vindt u op het bedieningspaneel. Met deze knop zet u de printer aan
en uit. Gebruik niet de hoofdstroomschakelaar.
Zet de aan/uit-schakelaar in de stand UIT om het apparaat uit te schakelen. Voordat
de printer wordt uitgeschakeld, vindt een interne verwerking plaats.
Aan/uit-knop
OPMERKING
Wacht nadat een actieve opdracht is voltooid nog vijf seconden voordat u de printer
uitschakelt.
Hoofdstroomvoorziening uitschakelen
De hoofdstroomschakelaar regelt de stroomvoorziening naar het apparaat. Bij normaal
gebruik van de printer dient de stroomvoorziening te zijn ingeschakeld. Het apparaat
mag alleen met behulp van de hoofdschakelaar worden uitgezet wanneer een kabel op
de printer wordt aangesloten of wanneer de printer wordt gereinigd.
VOORZICHTIG
Zet de hoofdschakelaar in de stand UIT voordat u de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact verwijdert. Als u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact verwijdert
terwijl de hoofdschakelaar in de stand AAN staat, kunt u de interne harde schijf van de
printer beschadigen of een printerstoring veroorzaken.
VOORZICHTIG
Zet de hoofdschakelaar niet in de stand UIT kort nadat u deze in de stand AAN hebt
gezet. Als u dat wel doet, kunt u de interne harde schijf van de printer beschadigen of
een printerstoring veroorzaken.
Handleiding voor de gebruiker
4-5Xerox® Color 550/560/570 Printer
Installatie en configuratie
VOORZICHTIG
Zet de hoofdschakelaar niet in de stand UIT kort nadat u de aan/uit-schakelaar in de
stand UIT hebt gezet. Als u dat wel doet, kunt u de interne harde schijf van de printer
beschadigen of een printerstoring veroorzaken. Wacht 10 seconden nadat het
aanraakscherm donker is geworden voordat u de hoofdschakelaar in de stand UIT zet.
VOORZICHTIG
Zet de hoofdschakelaar niet in de stand UIT tijdens het verwerken van een opdracht of
wanneer het lampje van de energiespaarstand knippert. Als u dat wel doet, kunt u de
interne harde schijf van de printer beschadigen of een printerstoring veroorzaken.
1.Open de voorklep.
2.Zet de hoofdstroomschakelaar in de stand UIT.
3.Sluit de voorklep.
Netwerkadres toewijzen
Als het netwerk gebruik maakt van een DHCP-server, verkrijgt de printer automatisch
een netwerkadres. Raadpleeg voor informatie over het toewijzen van een statisch IP-adres,
het configureren van DNS-serverinstellingen of het configureren van andere
TCP/IP-instellingen de System Administrator Guide (Handleiding voor de
systeembeheerder) op www.xerox.com/support. Voer Xerox 550/560/570 Printer in het
veld "Zoek of maak hieronder een keuze" in voor uw specifieke printer.
Xerox® Color 550/560/570 Printer4-6
Handleiding voor de gebruiker
Installatie en configuratie
Software installeren
Dit onderdeel bevat:
• Vereisten van besturingssysteem
• Drivers en hulpprogramma's installeren voor Windows
• Drivers en hulpprogramma's installeren voor Macintosh
• UNIX- en Linux-drivers
Vereisten van besturingssysteem
• Windows 2000, XP, Vista, Windows Server 2003 en later
• Macintosh: OS X versie 10.5 of later
• UNIX en Linux: zie www.xerox.com/support
Drivers en hulpprogramma's installeren voor Windows
Voor toegang tot alle functies van de printer moet u:
• de Xerox-printerdriver installeren.
• de Xerox-scannerdriver installeren als de scanfunctie wordt gebruikt.
Netwerkprinter installeren
Controleer voordat u de drivers gaat installeren of de stekker van de printer in het
stopcontact is gestoken, de printer is ingeschakeld en een geldig IP-adres heeft.
OPMERKING
Als het installatieprogramma niet start, navigeert u naar uw cd-rom-station en dubbelklikt
u op Setup.exe. Als de cd Software and Documentation (Software en documentatie)
niet beschikbaar is, downloadt u de meest recente driver via
www.xerox.com/Support&Drivers.
Zo installeert u de driver:
1.Plaats de cd Software and Documentation in het cd-rom/dvd-station van de
computer. Het installatieprogramma start automatisch, tenzij Autorun op uw
computer is uitgeschakeld.
2.Als u de taal wilt wijzigen, klikt u op Language, selecteert u de gewenste taal in de
lijst en klikt u op OK.
3.Klik op Drivers installeren en klik dan op Printer- en scandrivers installeren.
4.Klik op Ik ga akkoord om de licentieovereenkomst te accepteren.
5.Selecteer de printer in de lijst met gevonden printers en klik op Installeren.
Handleiding voor de gebruiker
4-7Xerox® Color 550/560/570 Printer
Installatie en configuratie
6.Als uw printer niet in de lijst met gevonden printers wordt weergegeven: Klik op de
toets IP-adres of DNS-naam aan de bovenkant van het venster. Typ het adres of
de naam van de printer en klik op Zoeken. Als het IP-adres printer niet wordt
weergegeven, zie dan het gedeelte IP-adres van de printer zoeken. Wanneer de
printer in het venster wordt weergegeven, klikt u op Volgende.
7.Selecteer de gewenste printerdriver: PostScript of PCL 6.
8.Als de scanfunctie wordt gebruikt, klikt u op de gewenste scannerdriver: TWAIN of
WIA
9.Als de scanfunctie wordt gebruikt, selecteert u Xerox-scanprogramma.
10. Klik op Installeren.
11. Als het installatieprogramma klaar is, klikt u op Voltooien.
Drivers en hulpprogramma's installeren voor Macintosh
Voor toegang tot alle functies van de printer moet u:
• de printer- en scannerdrivers installeren
• zo nodig de printer toevoegen
Controleer voordat u de drivers gaat installeren of de stekker van de printer in het
stopcontact is gestoken, de printer is ingeschakeld en deze een geldig IP-adres heeft.
Printer- en scannerdrivers installeren
OPMERKING
De drivers voor de printer en de scanner worden gelijktijdig geïnstalleerd.
Zo installeert u de printer- en scannerdrivers:
1.Plaats de cd Software and Documentation in het cd-rom/dvd-station van de
computer. Als de cd Software and Documentation (Software en documentatie) niet
beschikbaar is, downloadt u de meest recente driver via
www.xerox.com/Support&Drivers.
2.Open de map Mac en dan de map Mac OS 10.5 Universal PS.
3.Open Xerox Color 550_560_570 XC CD.dmg.
4.Open Xerox Color 550_560_570 XC CD.
5.Klik drie keer op Doorgaan.
6.Klik op Ik ga akkoord om de licentieovereenkomst te accepteren.
7.Klik op Installeren.
8.Voer uw toegangscode in en klik op OK.
9.Als uw printer niet in de lijst met gevonden printers wordt weergegeven: Klik op
Netwerkadres of naam van printer handmatig invoeren boven in het venster. Typ
het adres of de naam van de gewenste printer en wacht totdat de computer de
printer heeft gevonden. Als u het IP-adres van uw printer niet weet, zie dan het
gedeelte IP-adres van de printer zoeken. Klik op Doorgaan.
10. Klik op OK om het bericht over de printerwachtrij te accepteren.
Xerox® Color 550/560/570 Printer4-8
Handleiding voor de gebruiker
Installatie en configuratie
11. Kruis indien gewenst de selectievakjes Printer instellen als standaard en Testpagina
afdrukken aan.
12. Klik op Doorgaan en klik dan op Sluiten.
13. Klik op het menu Apple, open Systeemvoorkeuren en daarna Druk af + Fax.
14. Klik op het tabblad Druk af, selecteer de printer in de lijst en klik vervolgens op
Printer instellen.
15. Klik op Installeerbare opties en controleer of de opties die op de printer zijn
geïnstalleerd worden weergegeven.
16. Als u wijzigingen hebt aangebracht, klikt u op Wijzigingen toepassen, sluit u het
venster en sluit u Systeemvoorkeuren af.
De printer is nu gereed voor gebruik.
Printer toevoegen voor OS X versie 10,5
1.Open de map Programma's en dubbelklik dan op Systeemvoorkeuren.
2.Klik op Druk af + Fax..
3.Klik op de knop plus onder de lijst met geïnstalleerde printers.
4.Voer het IP-adres of de hostnaam van de printer in.
5.Voer een wachtrijnaam voor uw printer in of laat dit veld leeg als u de
standaardwachtrij wilt gebruiken.
6.Klik op de printer en klik vervolgens op Voeg toe.
OPMERKING
Als de printer niet door het netwerk is gevonden, controleert u of de printer is ingeschakeld
en de Ethernet-kabel goed is aangesloten.
Als u een aansluiting tot stand wilt brengen door het IP-adres van de printer op te geven:
1.Klik op het pictogram Systeemvoorkeuren vanuit de map Programma's in uw dock.
2.Klik op Druk af en Fax.
3.Klik op de knop plus onder de lijst met geïnstalleerde printers.
4.Klik op IP-printer.
5.Klik op IPP, Line Printer Daemon – LPD of HP Jet Direct – Socket.
6.Typ het IP-adres van de printer in het veld Adres.
7.Voer een naam in voor de printer.
8.Voer een locatie in voor de printer.
9.Klik op de gewenste driver in de keuzelijst Druk af via.
10. Klik op het printermodel en klik vervolgens op Voeg toe.
UNIX- en Linux-drivers
Ondersteunde drivers voor UNIX en Linux zijn beschikbaar op
www.xerox.com/office/550_560_570 DCPdrivers.
Handleiding voor de gebruiker
4-9Xerox® Color 550/560/570 Printer
Installatie en configuratie
Zie voor meer informatie de System Administrator Guide (Handleiding voor de
systeembeheerder) op www.xerox.com/support. Voer Xerox 550/560/570 Printer in het
veld "Zoek of maak hieronder een keuze" in > kies de documentatie voor uw specifieke
printer.
Overige drivers
Uitsluitend voor Windows zijn de volgende drivers beschikbaar op:
www.xerox.com/office/550_560_570DCPdrivers.
• Xerox Global Print Driver™: hiermee kunt u afdrukken op iedere PCL- of
PostScript-printer op uw netwerk, met inbegrip van printers van andere merken. De
driver configureert zichzelf voor de printer die u selecteert.
• Xerox Mobile Express Driver™: hiermee kunt u afdrukken naar iedere
PostScript-printer op uw netwerk, met inbegrip van printers van andere merken. Elke
keer dat u afdrukt configureert de driver zichzelf voor de printer die u selecteert. Als
u vaak dezelfde locaties bezoekt, kunt u uw favoriete printers in die locatie opslaan.
De printerdriver onthoudt uw instellingen dan.
CentreWare Internet Services gebruiken
CentreWare Internet Services biedt toegang tot de geïntegreerde webserver van de
printer. Hiermee kunt u de printer op eenvoudige wijze via een webbrowser op een
netwerkcomputer beheren, configureren en bewaken.
Met CentreWare Internet Services kunt u:
• Toegang krijgen tot informatie over de printerstatus, configuratie en
beveiligingsinstellingen
• Status van verbruiksartikelen controleren vanaf uw computer
• Opdrachtaccountadministratie-records openen en gebruiken om afdrukkosten toe
te wijzen en de aankoop van verbruiksartikelen te plannen
• Scanbestanden ophalen die in de printer zijn opgeslagen
OPMERKING
Enkele van de printerfuncties moeten met gebruik van CentreWare IS worden
ingeschakeld. Tenzij uw systeembeheerder de printer heeft ontgrendeld, moet u u
aanmelden als beheerder om toegang te krijgen tot deze instellingen.
Voor CentreWare Internet Services hebt u het volgende nodig:
• Een webbrowser en een TCP/IP-verbinding tussen de printer en het netwerk (in
Windows-, Macintosh- en UNIX-omgevingen)
• JavaScript moet in de webbrowser zijn ingeschakeld. Als JavaScript is uitgeschakeld,
verschijnt er een waarschuwingsbericht en functioneert CentreWare Internet Services
mogelijk niet correct.
• TCP/IP en HTTP moeten zijn ingeschakeld op de printer.
Xerox® Color 550/560/570 Printer4-10
Handleiding voor de gebruiker
Installatie en configuratie
Zie voor meer informatie de System Administrator Guide (Handleiding voor de
systeembeheerder) op www.xerox.com/support. Voer Xerox 550/560/570 Printer in het
veld "Zoek of maak hieronder een keuze" in > kies de documentatie voor uw specifieke
printer.
Het IP-adres van uw printer opzoeken
Voor gebruik van CentreWare Internet Services is het IP-adres van de printer vereist. Als
u het IP-adres van de printer niet weet, maakt u een afdruk van het configuratie-overzicht.
Het IP-adres van de printer staat vermeld in het gedeelte Communicatie-instellingen.
Ga als volgt te werk om het configuratie-overzicht af te drukken:
1.Druk op het bedieningspaneel op de toets Apparaatstatus.
2.Druk op het tabblad Apparaatinformatie en druk dan op Overzichten afdrukken.
3.Druk op Afdrukoverzichten, vervolgens op Configuratie-overzicht en daarna op
de groene knop Start op het bedieningspaneel.
4.Druk op Sluiten als het overzicht is afgedrukt.
Toegang tot CentreWare Internetservices
1.Controleer of de printer goed is aangesloten en is ingeschakeld.
2.Open uw webbrowser vanaf uw computer.
3.Typ het IP-adres van de printer in het adresveld van de webbrowser.
Het openingsscherm van CentreWare Internet Services verschijnt.
Handleiding voor de gebruiker
4-11Xerox® Color 550/560/570 Printer
Installatie en configuratie
Xerox® Color 550/560/570 Printer4-12
Handleiding voor de gebruiker
5
Papier plaatsen
Raadpleeg voordat u papier in een papierlade plaatst de volgende tabel met
papiersoorten en -gewichten die kunnen worden gebruikt in elk van de beschikbare laden.
Selecteer de juiste lade, afhankelijk van het papier dat u wilt gebruiken.
OPMERKING
Het feit dat een papiervariant in een lade kan worden gebruikt betekent niet per se dat
er optimale resultaten mee worden bereikt. Zie de Lijst aanbevolen media voor meer
informatie over de media die voor gebruik worden aanbevolen, inclusief voorbehouden
en beperkingen.
OPMERKING
Met de grote inlegmodule voor extra groot papier krijgt u de beste resultaten, vooral
voor gecoat materiaal.
Papiersoorten en -gewichten die worden
geaccepteerd in laden
Het gewichtsbereik van een papiersoort kan op twee manieren worden geselecteerd:
• Selecteer de papiersoort uit de volgende tabel en pas het juiste gewichtsbereik toe
met de opties die u aantreft op het scherm van het bedieningspaneel of
• Selecteer Ander afdrukmateriaal selecteren... en selecteer het specifieke
gewichtsbereik uit de beschikbare lijst op het scherm van het bedieningspaneel.
Sommige functies zoals Overzichten afdrukken of Automatisch laden wisselen kunnen
zijn beperkt.
5-1Xerox® Color 550/560/570 Printer
Handleiding voor de gebruiker
Papier plaatsen
OPMERKING
Als u de instelling voor de afdrukkwaliteit wilt definiëren met een ander
papiergewichtsbereik om de afdrukkwaliteit te optimaliseren, raadpleeg dan het gedeelte
Paper Tray Settings (Papierlade-instellingen) in de System Administrator Guide.
Transparanten
Transferpapier (129-150 g/m²) *
Extra zware tabbladen (257-300 g/m²)
Xerox® Color 550/560/570 Printer5-2
Handleiding voor de gebruiker
Papier plaatsen
OPMERKING
*Het papiergewicht voor deze soort weergegeven in de gebruikersinterface is beperkt.
Verander het gewichtsbereik om de afdrukkwaliteit te optimaliseren. Zie "Paper Tray
Settings" (Papierlade-instellingen) in de System Administrator Guide.
Ladecapaciteiten
• Lade 1 en 2 hebben elk een capaciteit van 500 vel papier van 90 g/m².
• Laden 1, 2, 3 en 4 kunnen papier van 60 - 220 g/m² bevatten.
• Lade 1 heeft een capaciteit voor de papierformaten van 5,5 x 8,5 inch tot 12 x 18
inch / SRA3.
• Lade 2 heeft een capaciteit voor de papierformaten van 5,5 x 8,5 inch tot 11 x 17
inch / A3.
• Lade 3 heeft een capaciteit van 870 vel papier van 90 g/m².
• Lade 3 heeft een capaciteit voor de papierformaten 8,5 x 11 inch / A4, 7,25 x 10,5
inch en B5.
• Lade 4 heeft een capaciteit van 1140 vel papier van 90 g/m².
• Lade 4 heeft een capaciteit voor de papierformaten 8,5 x 11 inch / A4, 7,25 x 10,5
inch en B5.
Papier plaatsen in laden 1 - 4
Zo plaatst u papier:
WAARSCHUWING
Open niet alle laden tegelijk. De printer kan daardoor voorover kantelen en letsel
veroorzaken.
OPMERKING
Het papier mag niet boven de lijn voor maximale vulling uitkomen. Als dat wel gebeurt,
kan er een papierstoring optreden.
1.Trek de papierlade zo ver uit tot deze stopt.
Handleiding voor de gebruiker
5-3Xerox® Color 550/560/570 Printer
Papier plaatsen
2.Voordat u het papier in de papierladen plaatst, waaiert u de randen van het papier
even uit om te voorkomen dat er vellen papier aan elkaar vast blijven zitten. Dit
vermindert de kans op papierstoringen.
3.Schuif de papierladegeleiders desgewenst verder naar buiten om het nieuwe papier
te kunnen plaatsen. Knijp om de zij- en voorgeleiders aan te passen de geleiderhendel
van elke geleider in en schuif de geleiders naar de nieuwe positie. Laat de hendel
los om de geleider op zijn plaats te vergrendelen.
4.Plaats het papier tegen de linkerzijde van de lade.
5.Stel de geleiders zo af dat deze de randen van de stapel papier raken.
Xerox® Color 550/560/570 Printer5-4
Handleiding voor de gebruiker
Papier plaatsen
6.Duw de lade helemaal in de printer.
7.Kies zo nodig het formaat, de soort of de kleur van het papier op het aanraakscherm
van de printer en druk vervolgens op Bevestigen.
8.Als u de papiersoort niet hebt gewijzigd, drukt u op Bevestigen op het
aanraakscherm.
Papier in lade 5 (handmatige invoer)
plaatsen
De lade voor handmatige invoer kan worden gebruikt voor vele verschillende
mediasoorten en aangepaste formaten. De lade is vooral bedoeld voor kleine opdrachten
waarbij speciale media worden gebruikt. De lade voor handmatige invoer bevindt zich
aan de linkerkant van de printer. Er wordt een ladeverlengstuk bijgeleverd voor groter
papier. Nadat u papier in de lade voor handmatige invoer hebt geplaatst, controleert u
of de instellingen voor deze lade op het aanraakscherm overeenkomen met het formaat
en de soort van het geplaatste papier.
Ladecapaciteiten
• Lade 5 heeft een capaciteit van 250 vel papier van 90 g/m².
• In lade 5 kan papier van 64-300 g/m² worden geplaatst.
• Lade 5 heeft een capaciteit voor de papierformaten van 4 x 6 inch tot 13,2 x 19,2
inch / SRA3.
Zo plaatst u papier in lade 5 (handmatige invoer):
OPMERKING
Het papier mag niet boven de lijn voor maximale vulling uitkomen.
Handleiding voor de gebruiker
5-5Xerox® Color 550/560/570 Printer
Papier plaatsen
1.Open lade 5 en trek het ladeverlengstuk voor grotere formaten naar buiten. Als de
lade al open is, verwijder dan al het papier van een ander formaat of een andere
soort.
2.Breng de breedtegeleiders naar de randen van de lade.
3.Plaats het papier met de korte of de lange kant eerst met de beeldzijde omhoog.
Papier van grotere formaten kan alleen met de korte kant eerst worden ingevoerd.
Plaats geperforeerd papier met de gaten aan de rechterkant. Plaats etiketten en
transparanten met de beeldzijde omlaag en de bovenkant naar de voorzijde van
de lade gericht.
4.Stel de breedtegeleiders zo af dat deze net de randen van de stapel raken.
5.Kies zo nodig het formaat, de soort of de kleur van het papier op het aanraakscherm
van de printer en druk vervolgens op Bevestigen.
6.Als u de papiersoort niet hebt gewijzigd, drukt u op Bevestigen op het
aanraakscherm.
Xerox® Color 550/560/570 Printer5-6
Handleiding voor de gebruiker
Papier plaatsen
Enveloppen in lade 5 (handmatige invoer)
plaatsen
Lade 5 is geschikt voor enveloppen van het type Monarch en Commercial 10 met een
gewicht van 75 tot 90 g/m². Wanneer u enveloppen plaatst:
• Selecteer Aangepast formaat.
• Selecteer Zwaar 2 als Papiersoort and Aflevering met beeldzijde omhoog als
Afleveringsopmaak.
Enveloppen in lade 5 (handmatige invoer) plaatsen:
1.Plaats enveloppen in lade 5 (handmatige invoer) met de Lange Kant Eerst (LKE),
waarbij de klep open is en deze als laatste de printer wordt ingevoerd.
2.Stel de geleiders zo af dat deze net de randen van de stapel raken.
3.Kies het envelopformaat op het aanraakscherm van de printer en druk vervolgens
op Bevestigen.
OPMERKING
Plaats niet meer dan 30-50 enveloppen, dit om papierstoringen te voorkomen.
Richtlijnen
VOORZICHTIG
Gebruik nooit vensterenveloppen of enveloppen met metalen klemmen. Deze kunnen
de printer beschadigen. Schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van
niet-ondersteunde enveloppen valt niet onder de garantie, serviceovereenkomst of Total
Satisfaction Guarantee (volle-tevredenheidsgarantie) van Xerox. De Total Satisfaction
Guarantee (volle-tevredenheidsgarantie) is beschikbaar in de Verenigde Staten en
Canada. Dekking kan buiten deze gebieden variëren. Neem voor meer informatie contact
op met uw plaatselijke vertegenwoordiger.
• Een goed resultaat bij het afdrukken op enveloppen is afhankelijk van de kwaliteit
en de samenstelling van de enveloppen. Probeer een ander merk enveloppen als u
niet de gewenste resultaten behaalt.
• Zorg voor een constante temperatuur en relatieve vochtigheidsgraad.
• Bewaar ongebruikte enveloppen altijd in de originele verpakking om te voorkomen
dat ze te droog of te vochtig worden. Als dat toch gebeurt, kan het de afdrukkwaliteit
negatief beïnvloeden of ertoe leiden dat de enveloppen kreuken. Als er te veel vocht
is, kan het gebeuren dat de envelop al voor of tijdens het afdrukken dichtgeplakt
wordt.
• Gebruik geen gewatteerde enveloppen.
Handleiding voor de gebruiker
5-7Xerox® Color 550/560/570 Printer
Papier plaatsen
• Bij het afdrukken op enveloppen kunnen de enveloppen kreuken of in reliëf worden
bedrukt.
Papier in de grote inlegmodule plaatsen
De optionele grote inlegmodule is hoofdzakelijk bedoeld voor gebruik als een
invoereenheid voor grote hoeveelheden papier en is geschikt voor A4-papier of Letter
(8,5 x 11) (LKE). De grote inlegmodule biedt plaats aan papier met een gewicht tussen
18 lb./64 g/m² (bankpostpapier) en 80 lb./220 g/m² (omslag), maximaal 2.000 vel van
20 lb./75 g/m².
OPMERKING
Het papier kan alleen met de lange kant eerst (LKE) worden ingevoerd.
OPMERKING
De papierstapel mag niet boven de lijn voor maximale vulling komen.
1.Trek de lade voorzichtig net zo ver uit tot deze stopt.
2.Waaier de vellen uit voordat u ze in de lade plaatst.
3.Plaats de stapel papier of afdrukmateriaal correct tegen de rechterkant van de
papierlade.
4.Verplaats de papiergeleider, zodat deze de randen van de stapel net raakt.
5.Wanneer er papier in de grote inlegmodule wordt geplaatst, wordt mogelijk een
popup-venster weergegeven waarin u wordt gevraagd de soort en het formaat van
het papier te wijzigen of te bevestigen. De lade is in dat geval pas gereed voor
gebruik wanneer u het formaat en de soort papier hebt gewijzigd of bevestigd.
6.Kies zo nodig op het aanraakscherm van de printer het formaat, de soort of de kleur
van het papier en druk vervolgens op Bevestigen.
7.Als u de papiersoort niet hebt gewijzigd, drukt u op Bevestigen op het
aanraakscherm.
Papier in de grote inlegmodule voor extra
groot papier plaatsen
De optionele grote inlegmodule voor extra groot papier is een alternatief voor de grote
inlegmodule In de grote inlegmodule voor extra groot papier kan extra groot
afdrukmateriaal van maximaal 330 x 488 mm (13 x 19 inch)/SRA3 worden geplaatst,
bankpostpapier 18 lb./64 g/m² tot omslagpapier van 110 lb./300 g/m². Elke lade heeft
een capaciteit van 2000 vel. De grote inlegmodule voor extra groot papier kan 1 of 2
laden hebben.
Xerox® Color 550/560/570 Printer5-8
Handleiding voor de gebruiker
Papier plaatsen
OPMERKING
De papierstapel mag niet boven de lijn voor maximale vulling komen.
OPMERKING
De papiergewichtschakelaars werken samen met de blazers in de lade(n). Met de blazers
kunt u de omgevingsomstandigheden in de papierladen reguleren en zorgen voor
optimale invoercapaciteit.
1.Trek de lade voorzichtig net zo ver uit tot deze stopt.
2.Na het openen van de lade lijnt u de stapel papier of afdrukmateriaal uit met de
rechtervoorkant van de papierlade.
3.Verplaats beide papiergewichtschakelaars naar de juiste positie.
4.Voor papier met een gewicht tussen 60 en 256 g/m² moeten de luchtregelingshendels
naar de voorzijde van de lade worden gericht. Voor papier met een gewicht tussen
257 en 300 g/m² dienen de luchtregelingshendels naar de achterzijde van de lade
te zijn gericht.
VOORZICHTIG
Voor papier dat zwaarder is dan 256 g/m² schuift u de papiergewichtschakelaars
naar de stand voor zwaarder papier (257 - 300 g/m²). Als u dit niet doet, treden er
mogelijk papierstoringen op.
5.Duw de lade voorzichtig terug op zijn plaats. Wanneer de lade met het papier wordt
gesloten, wordt de positie van de lade automatisch naar voren/achteren aangepast
op basis van het papierformaat. Er wordt mogelijk een popup-venster weergegeven
waarin u wordt gevraagd de soort en het formaat van het papier te bevestigen.
6.Kies zo nodig op het aanraakscherm van de printer het formaat, de soort of de kleur
van het papier en druk vervolgens op Bevestigen.
7.Als u de papiersoort niet hebt gewijzigd, drukt u op Bevestigen op het
aanraakscherm.
Handleiding voor de gebruiker
5-9Xerox® Color 550/560/570 Printer
Papier plaatsen
Papier in de invoegeenheid voor
naverwerking plaatsen
De invoegeenheid voor naverwerking is een standaard onderdeel van deze afwerkeenheid
en bedoeld voor het plaatsen van papier dat wordt gebruikt als scheidingsvellen en
omslagen. De invoegeenheid heeft een capaciteit van 200 vel.
1.Verwijder al het papier uit de invoegmodule.
2.Houd de papiergeleiders in het midden vast en verschuif ze naar het gewenste
papierformaat.
3.Plaats het papier uitgelijnd tegen de voorkant van de lade.
4.Als het papier voorbedrukt is, plaatst u de bedrukte zijde naar boven en voert u de
tabkant als eerste in.
5.Wanneer er papier in de invoegeenheid voor naverwerking wordt geplaatst, wordt
mogelijk een popup-venster weergegeven waarin u wordt gevraagd de soort en het
formaat van het papier te wijzigen of te bevestigen. De lade is in dat geval pas
gereed voor gebruik wanneer u het formaat en de soort papier hebt gewijzigd of
bevestigd.
6.Kies zo nodig het formaat, de soort of de kleur van het papier op het aanraakscherm
van de printer en druk vervolgens op Bevestigen.
7.Als u de papiersoort niet hebt gewijzigd, drukt u op Bevestigen op het
aanraakscherm.
Xerox® Color 550/560/570 Printer5-10
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Dit hoofdstuk bevat de volgende gedeelten:
• Afdrukken - overzicht
• Geaccepteerde media
• Afdrukken op speciale media
• Afdrukopties selecteren
• Vouwen
Afdrukken - overzicht
6
1.Selecteer relevant papier. Zorg dat het papier dat u wilt gebruiken in de laden is
geplaatst.
2.Plaats het papier in de lade en specificeer het formaat, de kleur en de soort op het
aanraakscherm van de printer.
OPMERKING
Zie het gedeelte Papier plaatsen van deze handleiding.
3.Klik in uw software-applicatie op Bestand en vervolgens op Afdrukken.
4.Selecteer uw printer in de lijst.
5.Open de printerdriverinstellingen door Eigenschappen of Voorkeuren te selecteren
(Windows) of Xerox-toepassingen (Macintosh). De titel van de knop kan variëren,
afhankelijk van de toepassing.
6.Pas de printerdriverinstellingen zo nodig aan en klik vervolgens op OK.
7.Klik op Afdrukken om de opdracht naar de printer te sturen.
Handleiding voor de gebruiker
6-1Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Geaccepteerde media
Deze printer kan verschillende typen media verwerken. Door de richtlijnen in dit gedeelte
te volgen bereikt u de beste afdrukkwaliteit en voorkomt u papierstoringen. Gebruik voor
de beste resultaten de Xerox-afdrukmedia die worden aanbevolen voor uw printer.
Aanbevolen media
Er is een volledige lijst met aanbevolen media beschikbaar:
• http://www.xerox.com/printer-supplies/paper-stock/enus.html. Selecteer Overige
productieproducten en dan de relevante productieprinter.
Kleurenpersen en dan de relevante productieprinter.
Media bestellen
Als u papier of speciale media wilt bestellen, kunt u contact opnemen met uw plaatselijke
wederverkoper of gaat u naar: www.xerox.com/Supplies voor de 550_560_570 Printer.
VOORZICHTIG
Beschadigingen die het gevolg zijn van het gebruik van niet-toegestane papiersoorten
en speciale media vallen niet onder de Xerox-garantie, serviceovereenkomst of Total
Satisfaction Guarantee (volle-tevredenheidsgarantie). De Total Satisfaction Guarantee
(volle-tevredenheidsgarantie) is beschikbaar in de Verenigde Staten en Canada. Dekking
kan buiten deze gebieden variëren. Neem voor meer informatie contact op met uw
plaatselijke vertegenwoordiger.
Algemene richtlijnen voor het plaatsen van media
Volg de onderstaande richtlijnen bij het plaatsen van papier en andere media in de juiste
laden:
• Waaier het papier uit voordat u het in de papierlade plaatst.
• Plaats niet te veel materiaal in de laden. Plaats de enveloppen niet boven de lijn voor
maximale vulling in de lade.
• Pas de papiergeleiders aan het papierformaat aan.
• Druk niet af op etiketvellen met ontbrekende etiketten.
• Gebruik alleen papieren enveloppen. Bedruk enveloppen alleen op één kant. Gebruik
lade 5 voor het bedrukken van enveloppen en stel het mediatype in op Zwaar 2.
• Zorg dat u de juiste papiersoort selecteert op het aanraakscherm van de printer nadat
u het papier in de lade hebt geplaatst.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-2
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Media die de printer kunnen beschadigen
Op deze printer kunnen verschillende papier- en mediasoorten voor afdrukopdrachten
worden gebruikt. Het gebruik van bepaalde media kan de afdrukkwaliteit echter negatief
beïnvloeden, meer papierstoringen dan normaal tot gevolg hebben of schade aan de
printer veroorzaken.
Gebruik geen van de volgende media:
• Ruwe of poreuze media
• Inkjetpapier
• Gefotokopieerd papier
• Gevouwen of gekreukt papier
• Papier met uitgeknipte delen of perforaties
• Geniet papier
• Vensterenveloppen, enveloppen met metalen klemmen, naden op de zijkanten of
plakranden met beschermstrips
• Gewatteerde enveloppen
• Plastic media
Richtlijnen voor papieropslag
Het creëren van goede opslagomstandigheden voor uw papier en andere media draagt
bij aan optimale afdrukresultaten.
• Bewaar papier in een donkere, koele en relatief droge ruimte. Het meeste papier kan
door ultraviolet en zichtbaar licht worden beschadigd. Vooral ultraviolet licht, dat
wordt gegenereerd door de zon en tl-lampen, is heel schadelijk voor papier.
• De intensiteit en de duur waarmee papier aan zichtbaar licht wordt blootgesteld
moeten tot het minimum worden beperkt.
• Zorg voor een constante temperatuur en relatieve vochtigheidsgraad.
• Vermijd de opslag van papier op zolders of in keukens, garages of kelders. Dergelijke
ruimten zijn vaak vochtig.
• Papier moet vlak worden opgeslagen, hetzij op pallets, in kartonnen dozen, op planken
of in kasten.
• Bewaar geen voedsel of drank in de opslag-/verwerkingsruimte van het papier.
• Open verzegelde pakken papier pas wanneer u het papier in de printer wilt plaatsen.
Laat opgeslagen papier in de originele verpakking zitten. De papierverpakking is
meestal aan de binnenkant voorzien van een beschermlaag tegen vochtverlies of
-toename.
• Sommige speciale media worden verpakt in hersluitbare plastic zakken. Laat het
afdrukmateriaal in de verpakking zitten tot u de media nodig hebt. Bewaar ongebruikt
afdrukmateriaal in de verpakking en sluit deze ter bescherming weer af.
Handleiding voor de gebruiker
6-3Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Afdrukken/kopiëren op etiketten
Er kan vanuit lade 1, 2, 3, 4 en 5 (handmatige invoer) op etiketten worden afgedrukt.
Als u papier of andere speciale media wilt bestellen, kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke vertegenwoordiger of gaat u naar de website Xerox Supplies:
www.xerox.com/office/550_560_570DCPsupplies.
Richtlijnen
• Draai de stapel vellen regelmatig om. Als etiketten erg lang onder extreme
omstandigheden zijn opgeslagen, kunnen de vellen omkrullen en vastlopen in de
printer.
• Gebruik etiketten die voor laserprinters bedoeld zijn.
• Gebruik geen vinyletiketten.
• Gebruik geen etiketten met een droog kleefmiddel.
• Druk slechts op één zijde van een vel etiketten af.
• Gebruik geen vellen waarop etiketten ontbreken. Onvolledige vellen kunnen de printer
beschadigen.
• Bewaar niet-gebruikte etiketten liggend in de originele verpakking. Laat de vellen
met etiketten in de oorspronkelijke verpakking zitten totdat u ze gaat gebruiken.
Plaats ongebruikte vellen met etiketten weer in de oorspronkelijke verpakking en sluit
deze goed.
• Bewaar etiketten niet in zeer droge of vochtige, of zeer warme of koude omgevingen.
Als u de etiketten in extreme omstandigheden bewaart, kunnen ze kwaliteitsproblemen
veroorzaken of vastlopen in de de printer.
Procedure
1.Plaats de etiketten in de gewenste lade.
2.In de printerdriver voert u een van de volgende handelingen uit:
- Selecteer Etiketten als papiersoort.
- Selecteer als papierbron de lade met daarin de etiketten.
Afdrukken/kopiëren op glanspapier
Er kan vanuit lade 1, 2, 3, 4 en 5 (handmatige invoer) op glanspapier worden afgedrukt.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-4
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Als u papier of andere speciale media wilt bestellen, kunt u contact opnemen met uw
plaatselijke wederverkoper of gaat u naar de website van Xerox Supplies voor uw printer:
www.xerox.com/office/550_560_570DCPsupplies.
Richtlijnen
• Open verzegelde pakken glanspapier pas wanneer u het papier in de printer wilt
plaatsen.
• Bewaar glanspapier plat in de originele verpakking.
• Verwijder al het overige papier uit de lade voordat u glanspapier plaatst.
• Plaats alleen de hoeveelheid glanspapier die u wilt gaan gebruiken en verwijder al
het ongebruikte papier uit de lade als u klaar bent met afdrukken. Plaats het
ongebruikte glanspapier terug in de oorspronkelijke verpakking en sluit de verpakking
goed af voor later gebruik.
• Draai de stapel vellen regelmatig om. Als glanspapier erg lang is opgeslagen onder
extreme omstandigheden, kan het gaan omkrullen en vastlopen in de printer.
Procedure
1.Plaats het glanspapier in de gewenste lade.
2.In de printerdriver voert u een van de volgende handelingen uit:
- Selecteer Glanscoating als papiersoort.
- Selecteer als papierbron de lade met daarin het glanspapier.
Afdrukopties selecteren
Afdrukopties worden in Windows ingesteld in Voorkeursinstellingen voor afdrukken en
in Macintosh in Xerox-toepassingen. Afdrukopties bestaan onder meer uit instellingen
voor 2-zijdig afdrukken, pagina-opmaak en afdrukkwaliteit.
Afdrukopties voor Windows
De volgende tabel bevat een overzicht van afdrukopties die zijn gerangschikt in tabbladen
in het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Op alle tabbladen is help beschikbaar. Voor meer informatie over de opties in de
Windows-printerdriver klikt u op Help linksonder op het tabblad in het venster
Eigenschappen of Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-6
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Standaardafdrukopties voor Windows instellen
Wanneer u vanuit een willekeurige software-applicatie afdrukt, maakt de printer gebruik
van de instellingen die in het venster Voorkeursinstellingen voor de afdrukopdracht zijn
opgegeven. U kunt de meest gebruikte afdrukopties opgeven en opslaan, zodat u deze
niet steeds hoeft te wijzigen als u afdrukt.
Voorkeursinstellingen voor afdrukken wijzigen:
1.Klik in Windows op de knop Start, selecteer Instellingen en klik vervolgens op Printers
en faxapparaten.
2.Klik in het venster Printers en faxapparaten met de rechtermuisknop op het
pictogram van uw printer en vervolgens op Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
3.Klik op de tabbladen in het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken, klik op
de gewenste instellingen en vervolgens op OK.
OPMERKING
Voor meer informatie over de afdrukopties in Windows klikt u op Help linksonder op het
tabblad in het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
Afdrukopties selecteren voor een specifieke opdracht in Windows
Als u specifieke afdrukopties wilt gebruiken voor één opdracht, wijzigt u de
afdrukeigenschappen voordat u de opdracht naar de printer verzendt. Deze instellingen
vervangen de standaardafdrukopties, maar alleen voor deze specifieke opdracht.
1.Open het document in uw toepassing, klik op Bestand en klik op Druk af.
2.Selecteer de printer en klik op Eigenschappen om het venster Eigenschappen te
openen. Klik op de tabbladen in het venster Eigenschappen en vervolgens op de
gewenste instellingen.
3.Klik op OK om de instellingen op te slaan en het venster Eigenschappen te sluiten.
4.Voer de opdracht uit.
Een set veelgebruikte afdrukopties opslaan in Windows
U kunt een set afdrukopties definiëren en opslaan, zodat u deze snel kunt toepassen op
afdrukopdrachten.
Een set afdrukopties opslaan:
1.Open het document in uw toepassing, klik op Bestand en klik op Afdrukken.
2.Selecteer de printer en klik vervolgens op Eigenschappen. Klik op de tabbladen in
het venster Eigenschappen en vervolgens op de gewenste instellingen.
3.Klik op Opgeslagen instellingen onder in het venster Eigenschappen en vervolgens
op Opslaan als.
Handleiding voor de gebruiker
6-7Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
4.Voer een naam in voor de set afdrukopties en klik vervolgens op OK. De set opties
wordt opgeslagen en weergegeven in de lijst. Als u deze opties wilt gebruiken bij
het afdrukken, selecteert u de naam in de lijst.
Afwerkopties voor Windows selecteren
Als er een afwerkeenheid op uw printer is geïnstalleerd, worden de afwerkopties in de
printerdriver geselecteerd.
Zo selecteert u afwerkfuncties in de printerdriver:
1.Klik op het tabblad Papier/aflevering.
2.Klik op de pijl rechts van het gedeelte Afwerking en vervolgens op de gewenste
afwerkopties.
Afdrukopties voor Macintosh
De volgende tabel bevat een overzicht van afdrukopties die zijn gerangschikt in
vervolgkeuzemenu's in het afdrukdialoogvenster Xerox-toepassingen.
Help is beschikbaar in alle menu's. Klik voor meer informatie over de opties in de
Macintosh-printerdriver op Help linksonder in elk willekeurig dialoogvenster voor
afdrukken.
Opties selecteren voor een specifieke opdracht in Macintosh
Als u specifieke afdrukopties voor een bepaalde opdracht wilt gebruiken, wijzigt u de
instellingen voordat u de opdracht naar de printer verzendt.
1.Open het document in uw toepassing, klik op Archief en klik op Druk af.
2.Selecteer uw printer in de printerlijst.
3.Selecteer Xerox-toepassingen in het menu Aantal en pagina's.
4.Selecteer de gewenste afdrukopties in de vervolgkeuzelijsten.
5.Klik op Druk af om de afdrukopdracht uit te voeren.
Set veelgebruikte afdrukopties opslaan in Macintosh
U kunt een set opties definiëren en opslaan, zodat u deze snel kunt toepassen op
afdrukopdrachten.
Zo slaat u een set afdrukopties op:
1.Open het document in uw toepassing, klik op Archief en klik op Druk af.
2.Selecteer uw printer in de printerlijst.
3.Selecteer de gewenste afdrukopties in de vervolgkeuzelijsten op het scherm Druk
af.
4.Klik op het menu Instellingen en vervolgens op Bewaar als.
5.Voer een naam in voor de afdrukopties en klik vervolgens op OK.
6.De set opties wordt opgeslagen en weergegeven in de lijst Instellingen. Als u deze
opties wilt gebruiken bij het afdrukken, selecteert u de naam in de lijst.
Handleiding voor de gebruiker
6-9Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Afwerkopties voor Macintosh selecteren
Als er een bijbehorende afwerkeenheid op uw printer is geïnstalleerd, worden de
afwerkopties zoals nieten en rillen in de printerdriver geselecteerd.
Afwerkfuncties selecteren in de Macintosh-printerdriver:
1.Selecteer Xerox-toepassingen in het menu Aantal en pagina's.
2.Klik in het dialoogvenster Papier/aflevering op de pijl rechts van het gedeelte
Afwerking en selecteer vervolgens de gewenste afwerkopties.
Beide zijden van het papier bedrukken
Papiersoorten voor automatisch 2-zijdig afdrukken
De printer kan een 2-zijdig document automatisch op ondersteund papier afdrukken.
Voordat u een 2-zijdig document afdrukt, controleert u of de papiersoort en het
papiergewicht worden ondersteund. Er kunnen papiergewichten variërend van 60 tot
150 g/m² worden gebruikt voor automatisch 2-zijdig afdrukken.
De volgende papiersoorten kunnen worden gebruikt voor automatisch 2-zijdig afdrukken:
• Gewoon
• Briefhoofdpapier
• Zwaar
• Recycled
• Bankpostpapier
• Voorbedrukt
• Glanzend
• Geperforeerd
De volgende papiervarianten kunnen niet worden gebruikt voor 2-zijdig afdrukken:
• Zijde 2 (papier is eerder op een laserprinter gebruikt voor afdrukken of kopiëren)
• Enveloppen
• Etiketten
• Gestanste speciale media, zoals visitekaartjes
• Extra zwaar
• Zwaar glanzend
Zie Aanbevolen media voor meer informatie.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-10
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Een 2-zijdig document afdrukken
Opties voor automatisch 2-zijdig afdrukken moeten worden opgegeven in de printerdriver.
De portret- of landschaprichting die in de applicatie is opgegeven wordt toegepast.
Windows
1.Klik op het tabblad Papier/aflevering.
2.Klik bij 2-zijdig afdrukken op 2-zijdig afdrukken of 2-zijdig afdrukken, omslaan
via korte kant.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Xerox-toepassingen..
2.Klik bij 2-zijdig afdrukken op 2-zijdig afdrukken of 2-zijdig afdrukken, omslaan
via korte kant.
Opmaakopties voor 2-zijdige pagina
U kunt de paginaopmaak voor 2-zijdig afdrukken opgeven en zo bepalen hoe de
afgedrukte pagina's worden omgeslagen. Deze instellingen vervangen de
applicatie-instellingen voor paginarichting.
Voor Portret:
2-zijdig afdrukken / 2-zijdig, omslaan via korte kant
Voor Landschap:
2-zijdig afdrukken / 2-zijdig afdrukken, omslaan via korte kant
Handleiding voor de gebruiker
6-11Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Opmaak/watermerk.
2.Klik bij Opties paginaopmaak op Portret, Landschap of Geroteerd landschap.
3.Klik bij Opties paginaopmaak op 2-zijdig afdrukken of 2-zijdig afdrukken, omslaan
via korte kant.
4.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in de toepassing op de paginarichting Staand, Liggend of Geroteerd liggend.
2.In het dialoogvenster Druk af selecteert u Xerox-toepassingen in het menu Aantal
& pagina's.
3.Klik op 2-zijdig afdrukken of 2-zijdig afdrukken, omslaan via korte kant.
Het te gebruiken papier selecteren
Als u een afdrukopdracht naar de printer verzendt, kunt u de printer automatisch het
papier laten selecteren op basis van het documentformaat, de papiersoort en -kleur die
u hebt geselecteerd. U kunt ook zelf een specifieke lade opgeven die het gewenste papier
bevat.
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Papier/aflevering.
2.Klik om een papierformaat op te geven op de pijl naast het veld Papier en selecteer
vervolgens Ander formaat. Selecteer in het venster Papierformaat het formaat in
het menu Papierformaat afdruk en klik vervolgens op OK.
3.Als u de papierkleur wilt wijzigen klikt u op de pijl naast het veld Papier en selecteert
u de papierkleur in het menu Andere kleur.
4.Als u de papiersoort wilt wijzigen, klikt u op de pijl naast het veld Papier en selecteert
u de papiersoort in het menu Andere soort.
5.Als u een lade wilt opgeven, klikt u op de pijl naast het veld Papier en selecteert u
de lade in het menu Selecteren per lade.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op het menu Aantal & pagina's en klik vervolgens
op Papierinvoer.
2.In de vervolgkeuzelijst Alle pagina's uit klikt u op Automatisch selecteren om het
papier te selecteren op basis van de toepassing-instellingen. U kunt ook een specifieke
papierlade selecteren.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-12
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Meerdere pagina's op één vel papier
afdrukken (N op 1)
Wanneer u een document van meerdere pagina's afdrukt, kunt u meer dan één pagina
op een vel papier afdrukken. U kunt één, twee, vier, zes, negen of zestien pagina's per
zijde afdrukken.
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Opmaak/watermerk.
2.Klik op Pagina's per vel (N op 1)..
3.Klik op de knop voor het aantal pagina's dat u op één zijde wilt afdrukken.
4.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op het menu Aantal & pagina's en klik vervolgens
op Lay-out.
2.Selecteer het aantal Pagina's per vel en de Lay-outrichting.
Katernen afdrukken
Met 2-zijdig afdrukken kunt u een document als katern afdrukken. U kunt katernen
maken voor papier dat aan 2 zijden kan worden bedrukt. De driver verkleint elk
paginabeeld automatisch en drukt vier paginabeelden per vel papier af (twee op elke
zijde). De pagina's worden in de juiste volgorde afgedrukt, zodat u de pagina's kunt
vouwen en nieten tot katern.
OPMERKING
U kunt katernen maken met papier van het formaat A4/210 x 297 mm (8,5 x 11 inch)
en A3/297 x 420 mm (11 x 17 inch).
Wanneer u katernen afdrukt met behulp van de Windows-PostScript-driver of de
Macintosh-driver, kunt u de bindrug en de verschuiving opgeven.
• Bindrug: Geef de horizontale afstand (in punten) tussen de paginabeelden op. Een
punt is 0,35 mm (1/72 inch).
• Verschuiving: Geef aan hoeveel de paginabeelden naar buiten moeten worden
verschoven (in tienden van een punt). Dit compenseert de dikte van het gevouwen
papier, waardoor de paginabeelden door het vouwen anders enigszins naar buiten
toe zouden verschuiven. U kunt een waarde van nul tot en met 1 punt opgeven.
6-13Xerox® Color 550/560/570 Printer
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Katern afdrukken met behulp van katernmodule
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Papier/aflevering, klik op de pijl rechts van
Afwerking en vervolgens Katern maken.
2.Voer in het venster Katern maken bij Katernafwerking een van de volgende stappen
uit:
• Klik op Geen: er wordt niet gevouwen of geniet.
• Klik op Katern rillen: maximaal 5 vellen worden dubbelgevouwen.
• Klik op Als katern rillen en nieten: maximaal 15 vellen worden dubbelgevouwen
en in de bindrug geniet.
3.Voer bij Katernopmaak een van de volgende stappen uit:
• Als uw document al als katern is opgemaakt, klikt u op Geen.
• Als u wilt dat de printer de pagina's als katern rangschikt, klikt u op
Katernopmaak. Klik desgewenst op Paginakaders aanbrengen.
4.Het papierformaat wordt automatisch geselecteerd. Schakel om het papierformaat
handmatig te selecteren bij Papierformaat katern het selectievakje Auto-selectie
uit, klik op de pijl omlaag en vervolgens op het papierformaat.
5.In de PostScript-driver worden de waarden voor de bindrug en de verschuiving
automatisch ingesteld. Als u deze waarden handmatig wilt instellen, klikt u op de
pijlen bij Bindrug en Verschuiving.
6.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-toepassingen
en vervolgens op Papier/aflevering.
2.Klik op de pijl rechts van Afwerking en selecteer vervolgens Katern maken.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-14
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
3.Voer in het venster Katern maken bij Katernafwerking een van de volgende stappen
uit:
• Klik op Geen: er wordt niet gevouwen of geniet.
• Klik op Katern rillen: maximaal 5 vellen worden dubbelgevouwen.
• Klik op Als katern rillen en nieten: maximaal 15 vellen worden dubbelgevouwen
en in de bindrug geniet.
4.Voer bij Katernopmaak een van de volgende stappen uit:
• Als uw document al als katern is opgemaakt, klikt u op Geen.
• Als u wilt dat de printer de pagina's als katern rangschikt, klikt u op
Katernopmaak. Klik desgewenst op Paginakaders aanbrengen.
5.Het papierformaat wordt automatisch geselecteerd. Klik om het papierformaat
handmatig te selecteren bij Papierformaat katern op de pijl omlaag en selecteer
vervolgens het papierformaat.
6.De waarden voor de bindrug en de verschuiving worden automatisch ingesteld. Als
u deze waarden handmatig wilt instellen, klikt u op de pijlen bij Bindrug en
Verschuiving.
7.Klik op OK.
Katern afdrukken zonder katernmodule te gebruiken
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Papier/aflevering, klik op de pijl rechts van
Afwerking en vervolgens Katern maken.
2.Klik op de optie Katernopmaak en vervolgens op Katernopties.
3.Het papierformaat wordt automatisch geselecteerd. Verwijder om het papierformaat
handmatig te selecteren het vinkje bij het selectievakje Papierformaat katern, klik
op de pijl omlaag en vervolgens op het gewenste papierformaat.
4.Klik om Kantlijnen katern uit te schakelen op de pijl omlaag en vervolgens op Geen.
5.In de PostScript-driver worden de waarden voor de bindrug en de verschuiving
automatisch ingesteld. Als u deze waarden handmatig wilt instellen, klikt u op de
pijlen bij Bindrug en Verschuiving.
6.Klik op OK.
7.Selecteer desgewenst Paginakaders aanbrengen in de vervolgkeuzelijst.
8.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-toepassingen
en klik vervolgens op Opmaak/watermerk.
2.Klik bij Katernopmaak op Ingeschakeld.
3.Klik op Katernopties.
Handleiding voor de gebruiker
6-15Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
4.Het papierformaat wordt automatisch geselecteerd. Als u het papierformaat
handmatig wilt specificeren schakelt u bij Papierformaat katern het selectievakjeAuto-selectie uit, klikt u op de pijl omlaag en selecteert u vervolgens het
papierformaat.
5.De waarden voor de bindrug en de verschuiving worden automatisch ingesteld. Als
u deze waarden handmatig wilt instellen, klikt u op de pijlen bij Bindrug en
Verschuiving.
6.Klik op OK.
7.Klik desgewenst op Paginakaders aanbrengen.
8.Klik op OK.
Kleurcorrecties gebruiken
De opties voor kleurcorrectie bieden simulaties van verschillende kleurenapparaten.
Automatisch is de aanbevolen correctie voor algemene beeldverwerking. Raadpleeg de
volgende tabellen om te bepalen welke optie u kunt gebruiken.
Kleurcorrecties
Voor Windows (PCL 6-printerdriver)
BeschrijvingKleurcorrectie
Past de beste kleurcorrectie toe op tekst, afbeeldingen en foto's.Automatische kleur
(aanbevolen)
Hiermee worden alle kleuren omgezet in zwart/wit of grijstinten.Zwart/wit
Kies uit Automatisch, sRGB, Zwart/wit of Geen.Kleur
Voor PostScript-printerdriver
BeschrijvingKleurcorrectie
Past de beste kleurcorrectie toe op tekst, afbeeldingen en foto's.Automatische kleur
(aanbevolen)
Hiermee worden alle kleuren omgezet in zwart/wit of grijstinten.Zwart/wit
Kleur
Voor Macintosh
Kies uit Lichter/donkerder, Automatisch, sRGB, Zwart/wit, Geen,
CMYK commercieel, SNAP, SWOP, EuroScale en Japan Color.
BeschrijvingKleurcorrectie
Past de beste kleurcorrectie toe op tekst, afbeeldingen en foto's.Automatisch (aanbevolen)
Hiermee worden alle kleuren omgezet in zwart/wit of grijstinten.Zwart/wit
Kies uit Commercieel, SNAP, SWOP, EuroScale en Japan ColorCMYK-bronkleur
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-16
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Kleurcorrectie selecteren
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Kleuropties.
2.Klik op de gewenste kleurcorrectie: Automatisch of Zwart/wit.
3.Als u aanvullende kleuraanpassingen wilt selecteren, klik dan op de knop
Kleuraanpassingen en daarna op de balk Kleuraanpassingen.
4.Klik in het venster Kleuraanpassingen op de pijl en vervolgens op Automatisch,
sRGB, Zwart/wit of Geen.
5.Schuif in de PostScript-printerdriver de balk bij Lichter/donkerder naar rechts om
de kleuren lichter te maken of naar links om de kleuren in uw afdruk donkerder te
maken.
6.Selecteer in de PostScript-printerdriver de gewenste drukperssimulatie door op de
pijl bij CMYK-kleur te klikken en vervolgens op Commercieel, SNAP, SWOP,
EuroScale of Japan Color te klikken.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af in het menu Aantal & pagina's op
Xerox-toepassingen, klik op Beeldopties en daarna op Afdrukkleurcorrectie.
2.Selecteer de gewenste kleurcorrectie: Automatisch, sRGB, Zwart/wit of Press Match.
3.Klik om een drukperssimulatie te selecteren op de pijl bij CMYK-bronkleur en
vervolgens op Commercieel, SNAP, SWOP, EuroScale of Japan Color.
Afdrukken in zwart/wit
Windows
1.Klik in de printerdriver op Eigenschappen en vervolgens op het tabblad Kleuropties.
2.Klik bij Kleurcorrecties op Zwart/wit en vervolgens op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-toepassingen
en klik vervolgens op Kleuropties.
2.Klik bij Kleurcorrecties op Zwart/wit.
Handleiding voor de gebruiker
6-17Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Omslagen afdrukken
Een omslag is de eerste of de laatste pagina van een document. U kunt voor de omslag
een andere papierbron selecteren dan voor de resterende pagina's van een document.
Gebruik bijvoorbeeld het briefhoofdpapier van uw bedrijf voor de eerste pagina van een
document of gebruik zwaar papier voor de eerste en laatste pagina van een rapport.
• Gebruik de relevante papierlade als bron voor het afdrukken van omslagen.
• Controleer of de omslag hetzelfde formaat heeft als het papier dat u voor de overige
pagina's van het document gebruikt. Als u in de printerdriver een ander formaat
opgeeft dan dat van het papier in de lade die u als bron voor de omslagen selecteert,
wordt voor de omslagen hetzelfde papier gebruikt als voor de resterende pagina's
van het document.
U kunt kiezen uit de volgende opties voor omslagen:
• Geen omslagen: hiermee worden de eerste en de laatste pagina van uw document
afgedrukt op papier vanuit dezelfde lade als de rest van uw document.
• Alleen vooromslag: hiermee wordt de eerste pagina afgedrukt op papier uit de
opgegeven lade.
• Alleen achteromslag: hiermee wordt de laatste pagina afgedrukt op papier uit de
opgegeven lade.
• Voor- en achteromslag: Hetzelfde: de eerste en laatste pagina worden op papier
vanuit dezelfde lade afgedrukt.
• Voor- en achteromslag: Verschillend: de eerste en laatste pagina worden op papier
vanuit verschillende laden afgedrukt.
Laatste pagina
Laatste pagina
Laatste twee pagina's
Als bij 2-zijdig afdrukken de achterzijde van de vooromslag leeg moet blijven, moet
pagina twee van uw document leeg zijn. Als de achteromslag van uw document leeg
moet blijven, raadpleeg dan de volgende tabel voor het invoegen van lege pagina's.
Blanco pagina'sLaatste pagina met tekstAfdrukoptie
1-zijdig afdrukken
Voeg één blanco pagina toe aan het
einde van het document.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-18
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Blanco pagina'sLaatste pagina met tekstAfdrukoptie
2-zijdig afdrukken
Oneven
Even
Voeg twee blanco pagina's toe aan
het einde van het document.
Voeg één blanco pagina toe aan het
einde van het document.
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Speciale pagina's.
2.Klik op Omslagen toevoegen.
3.Klik in het venster Omslagen toevoegen op de gewenste opties en vervolgens op
OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-toepassingen
en klik vervolgens op Omslagen toevoegen.
2.Klik op Voor document of Na document.
3.Klik op de gewenste opties en vervolgens op OK.
Invoegpagina's afdrukken
Een invoeging is een scheidingsvel of tussenvel dat kan worden ingevoegd na een
afdrukopdracht, tussen de exemplaren van een afdrukopdracht of tussen de afzonderlijke
pagina's van een afdrukopdracht. Geef de lade op die als bron voor de invoegpagina's
moet worden gebruikt.
• Invoegopties: plaats invoeging Na pagina('s) of Voor pagina('s).
• Aantal invoegingen: geef hier het aantal pagina's op dat op elke locatie moet worden
ingevoegd.
• Pagina('s): geef hier de locatie - een pagina of een paginabereik - op waar de
invoegingen moeten worden geplaatst. Afzonderlijke pagina's of paginabereiken
kunt u met een komma van elkaar scheiden. Gebruik voor paginabereiken een liggend
streepje. Als u bijvoorbeeld invoegingen na pagina 1, 6, 9, 10 en 11 wilt invoegen,
typt u: 1, 6, 9–11.
• Papier: in het veld Papier worden het standaardformaat, de standaardkleur en -soort
(Opdrachtinstelling gebruiken) weergegeven van het papier dat voor de
invoegpagina's moet worden gebruikt. Als u ander papier voor de invoegpagina's
wilt gebruiken, klikt u op de pijl omlaag rechts van het veld Papier en kiest u uit de
volgende menu-items:
-Ander formaat: klik op dit menu-item en vervolgens op het gewenste
papierformaat voor de invoegpagina's.
Handleiding voor de gebruiker
6-19Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
-Andere kleur: klik op dit menu-item en vervolgens op een kleur voor het papier
dat voor de invoegpagina's moet worden gebruikt.
-Andere soort: klik op dit menu-item en vervolgens op de papier- of mediasoort
die voor de invoegpagina's moet worden gebruikt.
• Opdrachtinstellingen: toont de kenmerken van het papier voor het hoofdgedeelte
van het document.
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Speciale pagina's en vervolgens op
Invoegingen toevoegen.
2.Selecteer in het venster Invoegingen toevoegen de gewenste opties en klik
vervolgens op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's, klik op Xerox-toepassingen
en vervolgens op Speciale pagina's.
2.Klik op Invoegingen toevoegen.
3.Selecteer de gewenste opties en klik vervolgens op OK.
Afwijkende documentpagina's afdrukken
U kunt de kenmerken opgeven van alle pagina's in de afdrukopdracht die afwijken van
de instellingen voor de rest van de afdrukopdracht.
Uw afdrukopdracht bestaat bijvoorbeeld uit 30 pagina's die op papier van
standaardformaat moeten worden afgedrukt en twee pagina's die op papier van een
ander formaat moeten worden afgedrukt. Stel in het venster Afwijkendedocumentpagina's toevoegen de kenmerken van deze twee afwijkende
documentpagina's in en selecteer het afwijkende papierformaat dat moet worden
gebruikt.
• Pagina('s): geef hier de locatie (pagina of paginabereik) op waar de invoegingen
moeten worden geplaatst. Afzonderlijke pagina's of paginabereiken kunt u met een
komma van elkaar scheiden. Gebruik voor paginabereiken een liggend streepje. Als
u bijvoorbeeld invoegingen na pagina 1, 6, 9, 10 en 11 wilt invoegen, typt u: 1, 6,
9–11.
• Papier: in het veld Papier worden het standaardformaat, de standaardkleur en -soort
(Opdrachtinstelling gebruiken) weergegeven van het papier dat voor de afwijkende
documentpagina's moet worden gebruikt. Als u ander papier voor de afwijkende
documentpagina's wilt gebruiken, klikt u op de pijl omlaag rechts van het veld Papier
en kiest u uit de volgende menu-items:
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-20
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
-Ander formaat: klik op dit menu-item en vervolgens op het gewenste
papierformaat voor de afwijkende documentpagina's.
-Andere kleur: klik op dit menu-item en vervolgens op een kleur voor het papier
dat voor de afwijkende documentpagina's moet worden gebruikt.
-Andere soort: klik op dit menu-item en vervolgens op de papier- of mediasoort
die u voor de afwijkende documentpagina's wilt gebruiken.
• 2-zijdig afdrukken: klik op de pijl omlaag en vervolgens op de gewenste optie voor
2-zijdig afdrukken:
-1-zijdig afdrukken: de afwijkende documentpagina's worden 1-zijdig afgedrukt.
-2-zijdig afdrukken: de afwijkende documentpagina's worden op beide zijden
van het papier afgedrukt, waarbij de beelden zodanig worden afgedrukt dat de
afgedrukte pagina's aan de lange kant van het papier kunnen worden
ingebonden.
-2-zijdig afdrukken, omslaan korte kant: de afwijkende documentpagina's
worden op beide zijden van het papier afgedrukt, waarbij de beelden zodanig
worden afgedrukt dat de afgedrukte pagina's aan de korte kant van het papier
kunnen worden ingebonden.
• Opdrachtinstellingen: toont de papierkenmerken voor het hoofdgedeelte van het
document.
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Speciale pagina's.
2.Klik op Afwijkende documentpagina's toevoegen.
3.Klik op de gewenste instellingen en klik vervolgens op OK..
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's en klik vervolgens op
Xerox-toepassingen.
2.Klik op Speciale pagina's en klik vervolgens op Afwijkende documentpagina's.
3.Klik op de gewenste instellingen en klik vervolgens op OK..
Schalen
Als u de afgedrukte paginabeelden wilt verkleinen of vergroten, selecteert u een
schalingswaarde tussen 1 en 999 procent. De standaardwaarde is 100 procent.
Handleiding voor de gebruiker
6-21Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Papier/aflevering.
2.Klik op de pijl omlaag rechts van het veld Papier en vervolgens op Ander formaat.
3.Klik in het venster Papierformaat op de pijl rechts van Schaalopties en vervolgens
op:
• Automatisch aanpassen om van het ene naar het andere
standaardpapierformaat over te gaan.
• Handmatig aanpassen om te schalen door een percentage in het percentageveld
in te voeren.
Macintosh
1.Klik in de toepassing op Archief en vervolgens op Pagina-instelling.
2.Voer in het veld Schaal het gewenste schalingspercentage in.
3.Klik op OK.
Watermerken afdrukken
Een watermerk is aanvullende tekst die op een of meerdere pagina's kan worden
afgedrukt. Zo kunt u bijvoorbeeld termen als Concept en Vertrouwelijk, die u op een
pagina kunt aanbrengen voordat u het document verspreidt, als een watermerk invoegen.
U kunt:
• Een watermerk maken.
• De tekst, kleur, dichtheid, locatie en hoek van een watermerk bewerken
• Een watermerk op de eerste pagina of op alle pagina's van een document plaatsen.
• Een watermerk op de voorgrond of de achtergrond afdrukken, of combineren met
de afdrukopdracht.
• Een foto als watermerk gebruiken
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-22
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
• Een tijdstempel als watermerk gebruiken.
OPMERKING
Niet alle toepassingen ondersteunen het afdrukken van watermerken.
Windows
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Opmaak/watermerk.
2.Klik op de pijl omlaag bij Watermerk en vervolgens op het gewenste watermerk.
3.Als u een watermerk wilt bewerken, klikt u op de pijl omlaag bij Watermerk, klikt u
op Bewerken, geeft u de gewenste instellingen op in het venster Watermerkmaken/bewerken en klikt u vervolgens op OK.
4.Als u een watermerk wilt maken, klikt u op de pijl omlaag bij Watermerk, klikt u op
Nieuw, geeft u de gewenste instellingen op in het venster Watermerk
maken/bewerken en klikt u vervolgens op OK.
5.Als u afdrukopties voor watermerken wilt selecteren, klikt u op de pijl omlaag bij
Watermerk, op Opties en vervolgens op de gewenste afdrukopties.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal & pagina's en klik vervolgens op
Xerox-toepassingen.
2.Klik op de pijl omlaag bij Watermerk en vervolgens op het gewenste watermerk.
3.Als u een watermerk wilt bewerken, klikt u op de pijl omlaag bij Watermerk, klikt u
op Bewerken, geeft u de gewenste instellingen op in het dialoogvenster Watermerkmaken/bewerken en klikt u vervolgens op OK.
4.Als u een watermerk wilt maken, klikt u op de pijl omlaag bij Watermerk, klikt u op
Nieuw, geeft u de gewenste instellingen op in het dialoogvenster Watermerk
maken/bewerken en klikt u vervolgens op OK.
5.Als u afdrukopties voor watermerken wilt selecteren, klikt u op de pijl omlaag bij
Watermerk, op Opties en vervolgens op de gewenste afdrukopties.
Spiegelbeelden afdrukken in Windows
Als de optie PostScript is geïnstalleerd, kunt u pagina's als een spiegelbeeld afdrukken.
Beelden worden van links naar rechts gespiegeld bij het afdrukken.
1.Klik in de printerdriver op het tabblad Geavanceerd.
2.Klik op het plus-teken (+) bij Beeldopties, op Gespiegelde aflevering en vervolgens
op Ja.
Handleiding voor de gebruiker
6-23Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Aangepaste formaten maken en opslaan
U kunt vanuit lade 1, 2, 3, 4 en 5 (handmatige invoer) afdrukken op papier met
aangepaste formaten. De instellingen voor papier met aangepaste formaten worden
in de printerdriver opgeslagen, waarna u ze in al uw toepassingen kunt selecteren.
OPMERKING
Zie Papier plaatsen voor meer informatie.
Windows
1.Klik op het tabblad Papier/aflevering.
2.Klik op de pijl rechts van het veld Papier en klik vervolgens op Ander formaat.
3.Klik in het venster Papierformaat op de pijl rechts van Papierformaat afdruk en
vervolgens op Nieuw.
4.Voer in het dialoogvenster Nieuw aangepast formaat een naam in het veld Naam
in en voer vervolgens in de velden Hoogte en Breedte de afmetingen in.
5.Klik tweemaal op OK.
Macintosh
1.Klik in de toepassing op Archief en vervolgens op Pagina-instelling.
2.Klik in de vervolgkeuzelijst Papierformaat op Beheer aangepaste formaten.
3.Klik op de toets + als u een nieuw aangepast paginaformaat wilt toevoegen.
4.Dubbelklik op de naam Zonder titel en typ vervolgens een naam in voor het
aangepaste formaat.
5.Voer de afmetingen in de velden Hoogte en Breedte in.
6.Klik op Kantlijnen en daarna op:
• Selecteer Door gebruiker gedefinieerd en voer vervolgens de aangepaste
waarden voor kantlijnen in.
• Als u standaardkantlijnen wilt gebruiken, selecteert u uw printer in de lijst.
7.Klik op OK.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-24
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Berichtgeving voltooide opdrachten voor
Windows
U kunt kiezen of u een bericht wilt ontvangen wanneer uw afdrukopdracht is uitgevoerd.
Rechtsonder in het scherm van uw computer wordt een bericht weergegeven met de
naam van de opdracht en de naam van de printer waarop de opdracht is uitgevoerd.
OPMERKING
Deze functie is alleen beschikbaar als de printer via een netwerk is aangesloten op uw
Windows-computer.
1.Klik in de printerdriver op Meer status onder aan een willekeurig tabblad.
2.Klik in het venster Status op Bericht en vervolgens op de gewenste optie.
3.Klik op de X in de rechterbovenhoek van het venster.
Afdrukken vanaf een USB-stick en de
mediakaartlezer
Afdrukken vanaf een USB-stick
PDF-, JPG-, TIFF- en XPS-bestanden kunnen rechtstreeks vanaf een USB-stick worden
afgedrukt, met behulp van de functie Afdrukken vanaf medium - tekst.
OPMERKING
De optie Afdrukken vanaf USB moet door uw systeembeheerder worden ingeschakeld.
OPMERKING
De USB-poort en de optionele mediakaartlezer kunnen niet tegelijkertijd worden gebruikt.
Verwijder indien van toepassing eerst de kabel uit de mediakaartlezer voordat u de
USB-poort op het bedieningspaneel gaat gebruiken.
Zo drukt u af vanaf een USB-stick:
1.Plaats een USB-stick in de USB-poort op het bedieningspaneel. Het venster
USB-apparaat gedetecteerd verschijnt.
2.Druk op de knop Home Functies.
3.Druk op Afdrukken vanaf medium - tekst.
4.Als u één bestand wilt afdrukken, drukt u op In lijst selecteren.
5.Zo selecteert u bestanden tegelijk: druk op Alle selecteren om alle bestanden af te
drukken of selecteer een bereik van bestanden door op Selecteren uit bereik te
Handleiding voor de gebruiker
6-25Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
drukken. Voer vervolgens de bestandsnummers in met behulp van de knoppen plus
(+) of min (-).
6.Druk op de gewenste map. Druk zo nodig op Volgende om een directoryniveau
verder te gaan. Druk om één directoryniveau omhoog te gaan op Vorige.
7.Druk op het gewenste bestand.
8.Maak desgewenst uw selecties in de vervolgkeuzelijsten Afdrukkleur, Papierinvoer,
2-zijdig afdrukken en Pagina's per zijde.
9.Druk op de groene knop Start om het bestand af te drukken.
OPMERKING
De standaardinstelling voor kleur is Zwart/wit. Als u kleurenafdrukken wilt selecteren,
drukt u op Afdrukkleur en vervolgens op Kleur.
Afdrukken vanaf de mediakaartlezer
JPEG-, TIFF-, DCF 1.0-, JPEG- en TIFF-bestanden kunnen rechtstreeks worden afgedrukt
vanaf een Compact Flashkaart die in de optionele mediakaartlezer is gestoken.
OPMERKING
Kleurenbeelden worden in kleur afgedrukt.
OPMERKING
Zorg dat er geen USB-stick in de USB-poort op het bedieningspaneel aanwezig is.
1.Steek een CompactFlash-kaart in de mediakaartlezer. Het venster USB-apparaat
gedetecteerd verschijnt.
2.Druk op de knop Home Functies.
3.Druk op Afdrukken vanaf medium - foto's.
4.Druk op In lijst selecteren als u één bestand wilt afdrukken.
5.Selecteer de optie Miniatuurvoorbeeld op het scherm In lijst selecteren om uw
foto's eerst te bekijken voordat u ze gaat afdrukken.
6.Druk op Alle selecteren om alle bestanden af te drukken of selecteer een bereik van
bestanden door op Selecteren uit bereik te drukken. Voer vervolgens de
bestandsnummers in met behulp van de knoppen plus (+) of min (-).
7.Druk op het gewenste bestand.
8.Druk op de groene knop Start om het bestand af te drukken.
Beveiligde afdrukopdrachten uitvoeren en verwijderen
Met het opdrachttype Beveiligde afdruk wordt de opdracht uitgevoerd nadat u uw naam
hebt geselecteerd en uw toegangscode op het bedieningspaneel van de printer hebt
ingevoerd.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-26
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Windows
1.Klik in de printerdriver op Papier/aflevering, klik op het menu Opdrachttype en
vervolgens op Beveiligde afdruk.
2.Voer in het venster Beveiligde afdruk een toegangscode van 1 tot 12 cijfers in en
bevestig deze.
3.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal en pagina's en klik vervolgens op
Xerox-toepassingen.
2.Klik op het menu Opdrachttype en vervolgens op Beveiligde afdruk.
3.Voer een toegangscode van 1 tot 12 cijfers in en bevestig deze.
4.Klik op OK.
Beveiligde afdrukopdrachten uitvoeren of verwijderen op de printer
1.Druk op het bedieningspaneel op de knop Opdrachtstatus.
2.Druk op het tabblad Beveiligde afdrukopdrachten + meer en daarna op Beveiligde
afdruk.
3.Druk op uw gebruikers-ID in de lijst en druk vervolgens op Documentenlijst.
4.Voer uw toegangscode in met behulp van het alfanumerieke toetsenbord en druk
vervolgens op Bevestigen.
5.Druk op het document in de documentenlijst. Voer desgewenst het aantal afdrukken
in met behulp van het alfanumerieke toetsenbord.
6.Druk op Afdrukken.
7.Als u de opdracht wilt verwijderen, drukt u op Verwijderen.
VOORZICHTIG
Als een opdracht eenmaal is verwijderd, kan deze niet meer hersteld worden.
Proefset afdrukken
Met het opdrachttype Proefset kunt u een opdracht verzenden die uit meerdere
exemplaren bestaat, en daarbij eerst een proefafdruk maken en de overige exemplaren
van de opdracht op de printer vasthouden. Nadat u de proefafdruk beoordeeld hebt,
kunt u de resterende exemplaren vrijgeven of verwijderen.
Windows
1.Voer in het venster Afdrukken bij Aantal exemplaren het aantal exemplaren in of
klik op de pijlen.
6-27Xerox® Color 550/560/570 Printer
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
2.Klik op Eigenschappen, klik op Papier/aflevering, klik op het menu Opdrachttype
en vervolgens op Proefset.
3.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal en pagina's en vervolgens op
Xerox-toepassingen.
2.Klik op het menu Opdrachttype en vervolgens op Proefset.
De afdrukopdracht uitvoeren of verwijderen op de printer
1.Druk op het bedieningspaneel op de knop Opdrachtstatus.
2.Druk op het tabblad Beveiligde afdrukopdrachten + meer en daarna op Proefset.
3.Druk op uw gebruikers-ID in de lijst en druk vervolgens op Documentenlijst.
4.Druk op het document in de documentenlijst. Voer desgewenst het aantal afdrukken
in met behulp van het alfanumerieke toetsenbord.
5.Druk op Vrijgeven.
6.Als u de opdracht wilt verwijderen, drukt u op Verwijderen.
VOORZICHTIG
Als een opdracht eenmaal is verwijderd, kan deze niet meer hersteld worden.
Afdrukken uitstellen
U kunt een afdrukopdracht maximaal 24 uur later dan de oorspronkelijke verzendingstijd
laten uitvoeren. Voer het tijdstip in waarop u de afdrukopdracht wilt uitvoeren. Gebruik
de 12-uurs notatie of de 24-uurs notatie.
Windows
1.Klik in de printerdriver op Papier/aflevering, klik op het menu Opdrachttype en
vervolgens op Uitgestelde afdruk.
2.Voer bij Afdruktijdstip het gewenste afdruktijdstip in of klik op de pijlen en
vervolgens op OK.
3.Klik op OK.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal en pagina's en vervolgens op
Xerox-toepassingen.
2.Klik op het menu Opdrachttype en vervolgens op Uitgestelde afdruk.
3.Klik op de pijlen om het gewenste afdruktijdstip in te stellen en vervolgens op OK.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-28
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Kostenafdruk
Als deze functie is ingeschakeld, kunnen alleen afdrukopdrachten van geverifieerde
gebruikers worden uitgevoerd. Deze functie moet door de systeembeheerder worden
geconfigureerd. Zie voor meer informatie de System Administrator Guide (Handleiding
voor de systeembeheerder) op www.xerox.com/support en selecteer Documentation
voor dit product.
Zo drukt u af met behulp van deze functie:
1.Voer de opdracht vanuit uw applicatie uit.
2.Druk op het bedieningspaneel van de printer op de knop Aan-/afmelden.
3.Voer de gebruikers-ID in met behulp van het toetsenbord op het aanraakscherm en
druk vervolgens op Enter.
4.Voer zo nodig uw toegangscode in en druk vervolgens op Enter.
5.Druk op de toets Opdrachtstatus, druk op het tabblad Beveiligde afdrukopdrachten
+ meer en druk vervolgens op Kostenafdruk.
6.Selecteer de gewenste gebruiker en vervolgens Documentenlijst..
7.Voer zo nodig de toegangscode in en druk vervolgens op Bevestigen.
8.Druk op de opdracht die uitgevoerd of verwijderd moet worden.
9.Voer desgewenst het aantal afdruksets in met behulp van het alfanumerieke
toetsenbord en druk vervolgens op Afdrukken. Als de opdracht is uitgevoerd, wordt
deze verwijderd.
10. Als u de afdrukopdracht wilt verwijderen zonder deze uit te voeren, drukt u op
Verwijderen.
11. Als u klaar bent, drukt u op de knop Aan-/afmelden en vervolgens op Afmelden.
VOORZICHTIG
Als een opdracht eenmaal is verwijderd, kan deze niet meer hersteld worden.
Afdrukopdracht opslaan op de printer
Met het opdrachttype Opslaan in map wordt een afdrukopdracht in een map op de
printer opgeslagen. U kunt de afdrukopdracht via het bedieningspaneel van de printer
uitvoeren. De opdracht wordt niet automatisch verwijderd na het afdrukken, maar kan
handmatig worden verwijderd op het bedieningspaneel van de printer.
Windows
1.Klik in de printerdriver op Papier/aflevering, klik op het menu Opdrachttype en
vervolgens op Bestand opslaan in map.
2.In het scherm Bestand opslaan in map voert u een van de volgende handelingen
uit:
Handleiding voor de gebruiker
6-29Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
Klik op de pijl rechts van Opdrachtnaam en vervolgens op Documentnaam
•
gebruiken.
• Verwijder de tekst in het veld Opdrachtnaam en voer vervolgens een
opdrachtnaam in.
3.Als u een Mapnummer wilt selecteren, voert u een van de volgende handelingen
uit:
• Klik op de pijl rechts van Mapnummer en vervolgens op een mapnummer in de
lijst.
• Verwijder de tekst in het veld Mapnummer en voer vervolgens een mapnummer
in.
4.Kruis het selectievakje Beveiligde opgeslagen opdracht aan om een beveiligde
opgeslagen opdracht te maken. Voer een toegangscode van 1 tot 20 cijfers in en
bevestig deze.
5.Klik op OK.
6.Klik op OK. De opdracht wordt op de printer opgeslagen.
Macintosh
1.Klik in het dialoogvenster Druk af op Aantal en pagina's en vervolgens op
Xerox-toepassingen.
2.Klik op het menu Opdrachttype en vervolgens op Bestand opslaan in map.
3.Voer in het dialoogvenster Bestand opslaan in map een naam voor de opdracht
in.
4.Selecteer een map op de printer.
5.Voer desgewenst de gegevens voor Beveiligde afdruk in.
6.Klik op OK.
7.Klik op Druk af. De opdracht wordt op de printer opgeslagen.
Afdrukopdracht uitvoeren of verwijderen op de printer
1.Druk op het bedieningspaneel op de knop Opdrachtstatus.
2.Druk op het tabblad Beveiligde afdrukopdrachten + meer en daarna op Openbare
map.
3.Druk op de opdracht die uitgevoerd of verwijderd moet worden.
4.Voer zo nodig de toegangscode in en druk vervolgens op Bevestigen.
5.Voer desgewenst het aantal afdruksets in met behulp van het alfanumerieke
toetsenbord en druk vervolgens op Afdrukken.
6.Als u de afdrukopdracht wilt verwijderen zonder deze uit te voeren, drukt u op
Verwijderen.
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-30
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
Vouwen
Als uw apparaat is uitgerust met de katernmoduleafwerkeenheid en/of de
C-/Z-vouweenheid, kunt u afdrukken maken met de vouwoptie. Met deze optie worden
uw afdrukken dubbelgevouwen (enkele vouw of dubbele vouw) of in drieën gevouwen
(C-vouw of Z-vouw). U kunt de vouwoptie selecteren in de printerdriver.
OPMERKING
Als u de vouwoptie wilt gebruiken, moeten de documenten met de korte kant eerst (KKE)
worden ingevoerd. U moet een papierlade met KKE-papier selecteren.
Vouwtypen
OPMERKING
De optie Enkele vouw (Dubbelvouwen) is alleen beschikbaar bij de
katernmoduleafwerkeenheid. De opties C-vouw en Z-vouw zijn alleen beschikbaar bij
het C/Z-vouwapparaat.
De volgende vouwtypen zijn beschikbaar:
• Enkele vouw (dubbelvouwen)
• C-vouw
• Z-vouw
• Z-vouw half vel
Toegang tot opties voor Platvouwen
Voor netwerkafdrukopdrachten kunt u de toepassing Platvouwen (SquareFold) en de
bijbehorende opties openen via de printerdriver van uw computer (voordat u de
afdrukopdracht verzendt) of op de printserver (nadat u de afdrukopdracht hebt
verzonden). Ga als volgt te werk om de SquareFold-toepassing/-opties voor
netwerkafdrukopdrachten te gebruiken:
1.Voor opdrachten die vanaf uw computer worden verzonden, gaat u door naar de
volgende stap.
Voor opdrachten die zich al op de printserver bevinden, gaat u door naar stap 3.
2.Open de gewenste opdracht in de relevante toepassing op uw computer (bijvoorbeeld
Microsoft Word of Adobe Reader).
a.Selecteer Bestand en Afdrukken.
Handleiding voor de gebruiker
6-31Xerox® Color 550/560/570 Printer
Afdrukken
b.Selecteer in het afdrukvenster het gewenste apparaat (waarop de SquareFold
Trimmer Module is aangesloten) en selecteer vervolgens Eigenschappen voor
dat apparaat.
c.Ga door naar stap 4.
3.Indien van toepassing opent u in de printserver de Eigenschappen van de gewenste
opdracht: a) Dubbelklik op de opdracht (vanuit de wachtrij Vasthouden of Afgedrukte
opdrachten). b) Ga vanuit het venster Eigenschappen naar het tabblad
Afwerking/Aflevering. c) Ga door naar de volgende stap.
4.De juiste opvangbak moet zijn geselecteerd (opvangbak van katernmodule).
5.Zorg zo nodig dat de juiste instellingen voor nieten/afwerken/vouwen zijn
geselecteerd.
6.Selecteer de gewenste optie voor platvouwen (rug persen).
7.Selecteer OK om de instellingen op te slaan en het venster Eigenschappen te sluiten.
8.Verzend de opdracht naar het apparaat.
Toegang tot snij-opties
Voor netwerkafdrukopdrachten kunt u de toepassing Snijmodule en de bijbehorende
opties openen via de printerdriver van uw computer (voordat u de afdrukopdracht
verzendt) of op de printserver (nadat u de afdrukopdracht hebt verzonden). Ga als volgt
te werk om de snijtoepassing.opties voor netwerkafdrukopdrachten te gebruiken:
1.Voor opdrachten die vanaf uw computer worden verzonden, gaat u door naar de
volgende stap.
• Voor opdrachten die zich al op de printserver bevinden, gaat u door naar stap 3.
2.Open de gewenste opdracht in de relevante toepassing op uw computer (bijvoorbeeld
Microsoft Word of Adobe Reader).
a.Selecteer Bestand en Afdrukken.
b.Selecteer in het afdrukvenster het gewenste apparaat (waarop de SquareFold
Trimmer Module is aangesloten) en selecteer vervolgens Eigenschappen voor
dat apparaat.
c.Ga door naar stap 4.
3.Op de printserver (indien van toepassing) opent u de Eigenschappen van de gewenste
opdracht:
a.Dubbelklik op de opdracht (in de wachtrij voor vastgehouden opdrachten of
afdrukopdrachten).
b.Selecteer in het venster Eigenschappen het tabblad Afwerken/uitvoer.
c.Ga door naar de volgende stap.
4.Zorg dat de juiste opvangbak is geselecteerd (opvangbak van katernmodule).
Xerox® Color 550/560/570 Printer6-32
Handleiding voor de gebruiker
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.