Siemens GIGASET DA510 User Manual [nl]

1
5
3
4
6
7
1
2
8
nl

Beknopt overzicht Gigaset DA510

Toe ts en
1 Naamtoetsen 2 Naamplaatje voor naamtoetsen 3Shift-toets 4 Programmeertoets 5 Nummerherhalings-/
pauzetoets 6 Ruggespraaktoets 7 Microfoon uit-toets 8 Volume-/snelkiestoets
Toets voor instellen van het
volume van de hoorn en het bel-
signaal en voor snelkiezen
(Ruimtebewaking)
LED
G Volume-/snelkiestoets
¤ knippert bij een inkomende
oproep,
¤ licht op bij het opnemen van de
hoorn als de functie Snelkiezen ingeschakeld is.
¤ knippert snel als de toetsblokke-
ring ingeschakeld is.

Telefoon aansluiten

¤ Sluit de telefoonaansluiting van het toestel
(1) aan op uw telefoonaansluiting. Gebruik hiervoor het meegeleverde telefoonsnoer en eventueel een telefoonadapter (indien mee­geleverd).
Wand monta ge
¤ Boor twee gaten in de muur
met een onderlinge afstand van 99,4 mm en bevestig hierin twee schroeven.
¤ Verwijder de hoornvergren-
deling (5) met een schroeven­draaier en bevestig de ver­grendeling in de hoornuitspa­ring van het bureautoestel (6).
¤ Hang het telefoontoestel op
aan de schroeven.
4
1
5
2
3
¤ Leid het telefoonsnoer door
de kabelgeleiding: bij gebruik als bureautoestel naar boven (2), bij wand­montage naar beneden (3).
¤ Sluit de hoorn op het toe-
stel aan met het spiraal­snoer (4).
6
2
nl
Let op
Nadat u de Gigaset heeft aangesloten, neemt u de hoorn circa 5 seconden op om de functionaliteit te controleren. Voer deze stap ook uit na een stroomstoring in het telefoonnet. Uw instellingen gaan na een stroomsto­ring niet verloren.
3
nl

Veiligheidsinstructies

Houd bij het plaatsen, aansluiten en bedienen van de telefoon altijd reke­ning met de volgende voorschriften: u Gebruik alleen de bij het toestel
geleverde stekkers en snoeren! u Sluit het aansluitsnoer alleen aan
op de daarvoor bestemde aan-
sluiting/connector. u Sluit alleen goedgekeurde acces-
soires aan. u Zorg ervoor dat er niemand over
de kabels kan struikelen! u Plaats het toestel op een stevige
ondergrond! u Gebruik het toestel niet in een
vochtige ruimte zoals de
douche- of badkamer. Het toe-
stel is niet spatwaterdicht. u Stel het toestel niet bloot aan
warmtebronnen, directe zonne-
straling of andere elektrische
apparatuur. u Stel het toestel niet bloot aan
vocht, stof, agressieve vloeistof-
fen en dampen.
u Open het toestel nooit zelf! u Steek geen spitse en metalen
voorwerpen in de aansluitingen! u Til het toestel nooit op aan de
snoeren! u Draag uw toestel alleen inclusief
de gebruiksaanwijzing over aan
andere gebruikers. Uw Gigaset
DA510 beschikt over een perma-
nent geheugen. Het is daarom
aan te raden alle opgeslagen
nummers te wissen voordat u
het toestel overdraagt aan
iemand anders.

Telefoon in gebruik nemen

Aanbevelingen voor plaatsing van het toestel: u Stel het toestel niet bloot aan
zonnestraling of andere warmte­bronnen.
u Bedrijfstemperatuur tussen +5°C
en +40° C.
u Houd tussen het toestel en zend-
ontvangers zoals draagbare tele­foons, zendapparatuur en tv-toe­stellen, een afstand van mini­maal één meter aan. Het tele­foongesprek kan anders negatief worden beïnvloed.
u Gebruik het toestel niet in ruim-
tes met veel stof, aangezien dit de levensduur van het toestel niet ten goede komt.
u Op bepaalde meubelen kunnen
onderdelen van het toestel (bijv. de voetjes) ongewenste sporen achterlaten.

Kiezen en opslaan van telefoonnummers

Telefoonnummer kiezen

c~ Hoorn opnemen, tele-

Nummerherhaling

Het als laatste gekozen nummer wordt automatisch opgeslagen (max. 32 cijfers).
c I Hoorn opnemen, num-
foonnummer kiezen.
merherhalingstoets indrukken.
4
nl

Naamkiezen

U kunt 20 telefoonnummers opslaan onder 10 naamtoetsen (2 onder elke toets, telkens max. 32 cijfers). Let op: U kunt de naamtoetsen ook als functietoetsen voor netdiensten gebruiken (
£ pagina 9).

Telefoonnummer opslaan

c K Hoorn opnemen,
programmeertoets indrukken.
of
B Naamtoets indrukken
of
L B Shift-toets en naam-
~ Telefoonnummer
U kunt nu nog meer telefoonnum­mers opslaan door de naamtoets resp. de shift- en naamtoets in te drukken en de procedure te herha­len.
K & Programmeertoets
Tijdens een gesprek
U kunt het telefoonnummer van uw gesprekspartner ook tijdens een gesprek opslaan:
(voor de eerste 10 tele­foonnummers)
toets indrukken (voor overige 10 telefoon­nummers).
invoeren.
indrukken, hoorn neer­leggen.
K B Programmeertoets
indrukken, naamtoets indrukken.
~ Telefoonnummer
K Programmeertoets
invoeren.
indrukken.

Telefoonnummer kiezen

c B Hoorn opnemen,
of
c L B
U kunt het gekozen nummer aanvul­len door extra cijfers in te voeren.
naamtoets indrukken
Hoorn opnemen, shift­en naamtoets indruk­ken.

Telefoonnummer wissen

c K Hoorn opnemen,
programmeertoets indrukken.
B Ofwel naamtoets zon-
L B met shifttoets indruk-
der of
K & Programmeertoets
ken.
indrukken, hoorn ne er-
Hoe u de inhoud van alle naamtoet­sen wist,
leggen.
£ pagina 9.

Opmerkingen

Let bij het opslaan en wissen van naamtoetsen op het volgende:
* en # worden ongeacht
u
de ingestelde kiesmethode opgeslagen, maar uitsluitend met toonkiezen gekozen
£ pagina 7).
(
u Als een ingevoerd telefoonnum-
mer langer is dan 32 cijfers, dan worden alleen eerste 32 cijfers opgeslagen.

Kiespauzes

U kunt met I één of meerdere kiespauzes invoeren (niet als eerste cijfer). Kiespauzes worden opgesla­gen in het geheugen en worden alleen voor bepaalde telefooncen­trales gebruikt (bijvoorbeeld:
I 2368).
0 De pauzelengte (1,3 of 6 seconden) kan worden ingesteld (
£ pagina 9).

Telefoon instellen

Volume van de hoorn instellen

U kunt het volume op drie niveaus instellen.
Tijdens een gesprek
G / Met harder-/zachter-
In de ruststand
c K O
... 3 Volume selecteren. K & Programmeertoets

Microfoon uitschakelen

Afhankelijk van de instelling van de functie Microfoon uit ( kunt u de microfoon en/of de hoorn van de telefoon tijdens een gesprek uitschakelen:
C Toets Microfoon uit
Terwijl de microfoon uitgeschakeld is, kan een ringtone worden weerge­geven.

Belsignaal instellen

U kunt de ringtone en het volume van het belsignaal instellen of het belsignaal uitschakelen.

Volume van het belsignaal instellen

c K Hoorn opnemen,
5 Cijfertoets 5 indruk-
toets het volume instellen.
Hoorn opnemen, programmeertoets indrukken, cijfertoets 9 indrukken.
indrukken, hoorn neer­leggen.
£ pagina 9)
indrukken om de func­tie in of uit te schake­len.
programmeertoets indrukken.
ken.
5
nl
Q... 4 Een van de cijfertoet-
K & Programmeertoets
U kunt het volume van het belsignaal met de toets wijl het belsignaal klinkt.

Ringtone van het belsignaal instellen

c K Hoorn opnemen, pro-
L Cijfertoets 6 indruk-
Q... O Een van de cijfertoet-
K & Programmeertoets
U kunt de ringtone ook wijzigen met de toetsen (0 ...9) terwijl de telefoon overgaat.
Let op:
De lengte van het belsignaal is afhankelijk van de duur van de sig­naalspanning in uw telefoonnet. Deze duur kan per land en telefoon­net verschillen. Mocht de door u geselecteerde ringtone verkort of niet volledig worden weergegeven, kies dan een van de andere ring­tones.
sen indrukken.
indrukken, hoorn ne er­leggen.
G ook wijzigen ter-
grammeertoets indrukken.
ken.
sen indrukken om de ringtone te selecteren.
indrukken, hoorn ne er­leggen.
Loading...
+ 9 hidden pages