Roland VS-880EX User Manual [nl]

vs-880ex
digital studio workstation
Nederlandstalige handleiding
¥ Gelieve onderstaande instructies en de handleiding
te lezen, alvorens dit toestel te gebruiken.
...........................................................................................................
gen aan aan de interne componenten. (Met als enige uitzondering: daar waar deze handleiding speci­fieke instructies voorziet die de gebruiker dient te volgen om zelf opties te installeren; zie Quick Start p. 49.)
...........................................................................................................
¥ Zorg ervoor dat het toestel altijd waterpas staat, en
in een stabiele positie. Plaats het nooit op een wankel onderstel of op een hellend oppervlak.
...........................................................................................................
¥ Voorkom schade aan de stroomkabel. Plooi hem
niet te sterk, trap er niet op, plaats er geen zware voorwerpen op, enz. Een beschadigde kabel kan elektrocutie of brand veroorzaken. Gebruik nooit een stroomkabel die reeds beschadigd is.
...........................................................................................................
¥ In gezinnen met kleine kinderen dient een vol-
wassene toezicht te houden tot de kinderen in staat zijn om dit toestel te gebruiken in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften.
...........................................................................................................
¥ Bescherm het toestel tegen zware schokken.
(Laat het niet vallen!)
¥ Sluit de stroomkabel van dit toestel niet samen met
een overdreven aantal andere toestellen aan op het­zelfde stopcontact. Wees voorzichtig met verleng­snoerenÑhet totale vermogen van alle toestellen aangesloten op het verlengsnoer mag nooit het no­minale vermogen (watt/amp•re) van het verleng­snoer overschrijden. Een overdreven belasting kan de isolatie van het snoer doen opwarmen en zelfs doen doorsmelten.
...........................................................................................................
¥ Alvorens het toestel in het buitenland te gebruiken,
gelieve uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Center of een erkende Roland-verdeler te raadplegen, zoals opgegeven op de "Informatie"­pagina.
...........................................................................................................
¥ Schakel het toestel uit en trek de stekker uit het
stopcontact alvorens te beginnen met het installeren van de Hard disk drive (HDP88 series: Quick Start p. 49).
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Veilig gebruik van het toestel
3
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op het risico op verwondingen of materi‘le schade bij onjuist gebruik van het toestel.
* Materi‘le schade verwijst naar schade of andere ongunstige effecten die aan het huis en de hele inboedel, huisdieren inbegrepen, worden toegebracht.
Wordt gebruikt voor instructies die de gebruiker wijzen op levensgevaar of ernstige verwondingen bij onjuist gebruik van het toestel.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die
moeten worden uitgevoerd. De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies dient te gebeuren. Het symbool hier links betekent dat de stekker van de stroomkabel moet worden uitgetrokken.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op belangrijke instructies of waarschuwingen. De juiste betekenis van het symbool wordt bepaald door de tekening in de driehoek. Het symbool hier links duidt op algemene verwittigingen of waar­schuwingen, of vestigt de aandacht op gevaar.
Het -symbool maakt de gebruiker attent op zaken die nooit mogen worden uitgevoerd (verboden zijn). De tekening in de cirkel geeft aan wat er precies verboden is. Het symbool hier links betekent dat het toestel nooit mag worden gedemonteerd.
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
INSTRUCTIES TER VOORKOMING VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOKKEN OF VERWONDING VAN PERSONEN
Over
WAARSCHUWING en OPGEPAST
Over de Symbolen
WAAR­SCHUWING
OPGEPAST
NEEM STEEDS HET VOLGENDE IN ACHT
¥ Neem de stroomkabel uitsluitend met de stekker
vast wanneer u hem in een stopcontact of in dit toes­tel steekt of wanneer u hem uittrekt.
...........................................................................................................
¥ Tracht te voorkomen dat kabels en snoeren verstrikt
geraken. Alle kabels en snoeren dienen buiten het bereik van kinderen te worden gehouden.
...........................................................................................................
¥ Klim nooit bovenop het toestel of plaats er geen
zware voorwerpen op.
...........................................................................................................
¥ Neem de stroomkabel of de stekkers nooit vast met
natte handen wanneer u hem in een stopcontact of in dit toestel steekt of wanneer u hem uittrekt.
...........................................................................................................
¥ Trek de stekker uit het stopcontact en koppel alle
aangesloten apparaten af, alvorens het toestel te ver­plaatsen.
...........................................................................................................
¥ Zet het toestel uit en trek de stroomkabel uit,
alvorens het toestel schoon te maken (p. 33).
...........................................................................................................
¥ Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u
gevaar voor blikseminslagen vermoedt.
...........................................................................................................
¥ Wanneer u de Hard disk drive (HDP88 series)
installeert, verwijder dan enkel de aangeduide schroeven (Quick Start p. 49).
...........................................................................................................
¥ Indien u de optische connector gebruikt, zorg dan
dat u het kapje dat u van de connector hebt ver­wijderd, buiten het bereik van kinderen bewaart.
OPGEPAST
VEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTEL
4
Behalve de aandachtspunten opgesomd in ÒVEILIG GEBRUIK VAN HET TOESTELÓ op pp. 3 en 4, gelieve ook het volgende te lezen en in acht te nemen:
Stroombron
Vermijd het gebruik van dit apparaat op hetzelfde
stroomcircuit samen met toestellen die ruis veroorzaken (zoals een elektrische motor of een regelbaar lichtsysteem).
Alvorens dit apparaat aan te sluiten op andere
toestellen, schakelt u best alle apparaten uit. Dit helpt om defecten en/of schade aan luidsprekers of andere toestellen te voorkomen.
Plaatsing van het Toestel
Als u het apparaat gebruikt in de nabijheid van ver-
mogensversterkers (of andere toestellen die grote transformatoren bevatten), kan dit brom veroorzak­en. Om dit probleem op te heffen, orienteert u dit toestel anders, of plaatst u het verder weg van de storingsbron.
Dit toestel kan radio- en televisieontvangst ver­storen. Vermijd het gebruik ervan in de nabijheid van zulke ontvangers.
Stel het apparaat niet rechtstreeks bloot aan het zon-
licht, plaats het niet nabij warmtebronnen, laat het niet achter in een gesloten voertuig, of stel het niet op enige andere wijze bloot aan extreme tempera­turen. Overdreven hitte kan het apparaat doen ver­vormen of verkleuren.
Onderhoud
Gebruik voor de alledaagse schoonmaak van het
toestel een zachte, droge doek of een doek die u lichtjes hebt bevochtigd met water. Om hardnekkig vuil te verwijderen, gebruikt u een doek met een mild, niet-bijtend schoonmaakmiddel. Veeg nadien het toestel af met een zachte, droge doek.
Gebruik nooit benzine, thinner, alcohol of gelijk
welk oplosmiddel, om verkleuring of vervorming te voorkomen.
Herstellingen en Data
Gelieve rekening te houden met de mogelijkheid
dat alle gegevens in het geheugen van het toestel kunnen verloren gaan wanneer het toestel wordt hersteld. Maak steeds een back-up van belangrijke
data op een opslagmedium (vb. hard disk of Zip disk) of met een DAT-recorder, of schrijf ze neer op papier (indien mogelijk). Tijdens herstellingen wordt er grote zorg bested aan het voorkomen van dataverlies. In bepaalde gevallen echter (zoals wan­neer de geheugencircuits zelf defect zijn), is het jam­mer genoeg niet mogelijk om de data te recupe­reren, en Roland neemt geen enkele aansprake­lijkheid op voor zulk dataverlies.
Bijkomende Voorzorgen
Gelieve rekening te houden met de mogelijkheid
dat de inhoud van het geheugen onherroepelijk ver­loren kan gaan als gevolg van een defect of van het onjuist bedienen van het toestel. Om het verlies van belangrijke data tegen te gaan, raden wij aan om regelmatig van belangrijke data die in het geheugen van het toestel zitten, een reservekopie te maken op een opslagmedium (e.g., hard disk of Zip disk) of met een DAT-recorder.
Jammer genoeg kan het gebeuren dat data die wer-
den opgeslagen op een opslagmedium (vb. hard disk of Zip disk) of met een DAT-recorder, niet kun­nen worden gerecupereerd eens dat ze verloren zijn. Roland Corporation neemt geen enkele aansprakelijkheid op in verband met zulk dataver­lies.
Ga voorzichtig tewerk wanneer u de knoppen,
schuifregelaars en andere bedieningsorganen, en de jacks en connectors van het toestel gebruikt. Ruw omgaan met deze dingen kan defecten veroorzaken.
Sla of druk nooit op de display.
Het is mogelijk dat het display tijdens de normale
werking een kleine hoeveelheid ruis voortbrengt.
Neem bij het aan- of afkoppelen van alle kabels,
steeds de connector zelf vast - trek nooit aan de kabel. Zo vermijdt u dat u kortsluitingen of schade veroorzaakt aan de interne elementen van de kabel.
Het apparaat zal tijdens de normale werking een
kleine hoeveelheid warmte uitstralen..
Tracht het volume van het toestel op een redelijk
niveau te houden, om uw buren niet te storen. U kan eventueel een hoofdtelefoon gebruiken zodat u zich geen zorgen hoeft te maken over de mensen rondom u (vooral in de late uren).
Wanneer u het toestel moet transporteren, verpak
het dan, indien mogelijk, in zijn oorspronkelijke doos (inclusief de opvulling). Anders dient u een equivalente verpakking te gebruiken.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
5
Indien er een interne IDE hard disk (HDP88 series) is ge•nstalleerd, verwijder dan de hard disk. Plaats de hard disk in haar doos en plaats die in de speci­aal daarvoor voorziene ruimte in de transportdoos van de VS-880EX. Het toestel is nu klaar om getransporteerd te worden. Het verplaatsen van de VS-880EX met de hard disk nog ge•nstalleerd, kan verlies van songdata of schade aan de hard disk tot gevolg hebben.
Werken met de Disk Drive
Voor details over het werken met een hard disk, raad­pleeg de instructies meegeleverd met uw hard disk.
Voer steeds de SHUTDOWN-procedure uit voordat
u een van de onderstaande handelingen uitvoert. Doet u dit niet, dan riskeert u songdata te verliezen of de hard disk te beschadigen.
¥ De VS-880EX uitschakelen
¥ De Zip drive aangesloten met een SCSI-connector,
uitschakelen
¥ Een disk verwijderen uit een Zip drive, aanges-
loten met een SCSI-connector
Shutdown (Appendices: Glossarium)
Wanneer de MIDI/DISK-indicator van de VS-880EX of de statusindicator van de Zip drive oplicht, betekent dit dat er data worden weggeschreven van of naar de hard disk. Als u een Zip drive gebruikt, controleer dan of de indicator niet brandt alvorens de disk te ver­wijderen.
Wanneer u de VS-880EX gebruikt, zorg dan dat het
toestel geen trillingen of schokken te verwerken krijgt, en verplaats het toestel niet terwijl het aan staat.
Installeer het toestel op een stevig, waterpas opper-
vlak, op een plaats die vrij is van trillingen. Indien u het toestel toch onder een bepaalde hoek moet plaatsen, zorg dan dat de helling niet te steil is.
Gebruik het toestel niet onmiddellijk nadat het
werd verplaatst naar een locatie waarvan de vochtigheidsgraad sterk verschilt van die van de vorige locatie. Snelle veranderingen van de omge­ving kunnen condensatievorming binnen in de drive veroorzaken, hetgeen een nadelige invloed heeft op de werking van de drive en/of verwijder­bare disks kan beschadigen. Wanneer u het toestel hebt verplaatst, laat het dan even (enkele uren) wennen aan de nieuwe omgeving, voordat u het gebruikt.
Auteursrecht
Het ongeoorloofd opnemen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden, verkopen of verdelen enz. van een werk (CD-opname, video-opname, uitzending, enz.) waar­van het auteursrecht eigendom is van een derde partij, is bij wet verboden.
Roland neemt geen enkele verantwoordelijkheid op voor gelijk welke inbreuk op het auteursrecht die u zou kunnen plegen door middel van de VS-880EX.
SCMS
In de VS-880EX is geen SCMS ge•mplementeerd. De beslissing om dit apparaat zo te ontwerpen, werd genomen opdat SCMS de creatie van originele com­posities die geen inbreuk vormen op het auteursrecht, niet in de weg zou staan. Gebruik dit apparaat niet op een manier die het auteursrecht van anderen schendt.
SCMS (Appendices: Glossarium)
Afwijzing van Aansprakelijkheid
Roland neemt geen verantwoordelijkheid op voor gelijk welke directe schade, gevolgschade of andere schade die zou kunnen volgen uit uw gebruik van de VS-880EX. Deze schade kan bestaan uit, maar blijft niet beperkt tot de volgende gebeurtenissen die zich kunnen voordoen bij het gebruik van de VS-880EX.
Gelijk welke winstderving die u zou kunnen lijden.
Permanent verlies van uw muziek of data.
Onmogelijkheid om de VS-880EX zelf of een
aangesloten apparaat verder te gebruiken.
De Licentie-overeenkomst
De VS-880EX en zijn CD-R-functie werden ontworpen om u in staat te stellen om materiaal waarvan u het auteursrecht hebt, of materiaal waarvoor u de toestemming hebt van de houder van het auteursrecht om het te kopi‘ren, te reproduceren. Bijgevolg vormt de reproductie van muziek-CDÕs of ander auteursrechtelijk beschermd materiaal zonder de toestemming van de houder van het auteursrecht, voor andere doeleinden dan persoonlijk gebruik, een inbreuk op het auteursrecht, met mogelijke straffen als gevolg. Raadpleeg een specialist in auteursrecht of speciale publicaties voor meer gedetailleerde infor­matie over het verkrijgen van zulke toestemming van­wege houders van auteursrecht.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
6
Voorbereidingen .................................................................... 12
Inhoud van het Pakket ................................................................................................ 12
Belangrijkste Eigenschappen ...................................................................................... 12
Voor- en Achterpaneel .......................................................... 14
Mixer-gedeelte ............................................................................................................ 14
Recorder-gedeelte ...................................................................................................... 16
Display-gedeelte ......................................................................................................... 18
Achterpaneel ............................................................................................................... 19
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie) ........ 21
Data bewaren en beheren ........................................................................................... 21
De diskinhoud beheren (Partitioning) ............................................................................ 21
De plaats waar een Performance wordt opgenomen (Song) ...................................... 22
Bronnen, Sporen en Kanalen ............................................................................................ 22
Events .................................................................................................................................. 23
Mixer-gedeelte ............................................................................................................ 24
Signaalgeleiding (Bussen) ................................................................................................ 24
Input Mixer ......................................................................................................................... 26
Track Mixer ......................................................................................................................... 27
Effect Return Mixer ........................................................................................................... 27
De functie van de faders veranderen .............................................................................. 28
Master Block ....................................................................................................................... 28
Recorder-gedeelte ...................................................................................................... 28
Verschillen met een Band-MTR ....................................................................................... 28
Spoorminuten en opnametijd .......................................................................................... 29
Extra sporen ........................................................................................................................ 30
Effectgedeelte ............................................................................................................. 31
Het Effect Expansion Board ............................................................................................. 31
Effecten aansluiten ............................................................................................................31
Hoofdstuk 2 Bediening - Basisprincipes ............................ 32
Voor u begint ............................................................................................................... 32
Het toestel aanzetten ......................................................................................................... 32
Als u de displays of de handelingen niet begrijpt ........................................................ 32
Voordat u eindigt ......................................................................................................... 32
De Performance opslaan op Disk (Song Store) ............................................................. 32
Het toestel uitschakelen .................................................................................................... 33
Herstarten ........................................................................................................................... 33
Basishandelingen voor de VS-880EX ......................................................................... 34
Roep het menu van de gewenste mode op .................................................................... 34
Selecteer de pagina die de gewenste functie of parameter bevat ............................... 34
Selecteer de parameter die u wil wijzigen ..................................................................... 35
Verander de waarden ....................................................................................................... 35
Bevestig uw keuze ............................................................................................................. 35
De Track mode veranderen ........................................................................................ 35
De weergavepositie kiezen ......................................................................................... 36
De positie verplaatsen per Frame ................................................................................... 36
De positie verplaatsen per Maat/Tel .............................................................................. 36
Naar het begin of het einde van een Performance gaan .............................................. 36
Een tijdspositie opslaan .............................................................................................. 36
Werken met de Locator .................................................................................................... 37
Werken met Markers ......................................................................................................... 38
Hoofdstuk 3 Meersporenopname ........................................ 40
Opnemen .................................................................................................................... 40
Wat hebt u nodig voor een meersporenopname .......................................................... 40
Een nieuwe song maken (Song New) ............................................................................. 40
Inhoud
7
Algemeen verloop van het opnameproces .................................................................. 41
Instrumenten aansluiten .............................................................................................. 41
Opnemen op de sporen .............................................................................................. 42
Een opgenomen Performance opslaan (Song Store) ................................................. 43
Opnemen over een deel van een Performance (Punch-In/Punch-Out) ...................... 44
Met de RECORD-knop (Manual Punch-In 1) ................................................................ 44
Met de Foot switch (Manual Punch-In 2) ....................................................................... 44
Op voorhand de Punch-in-positie instellen (Auto Punch-In) ..................................... 45
Herhaaldelijk over dezelfde plaats opnemen (Loop Recording) ............................... 47
Opnemen op andere sporen (Overdubbing) ............................................................... 49
Opnemen op V-Track 2 ..................................................................................................... 49
Effecten gebruiken ...................................................................................................... 50
Effecten toepassen op de weergave ................................................................................ 50
Effecten toepassen tijdens de opname (Send/Return) ................................................. 51
Effecten toepassen tijdens de opname (Insert) .............................................................. 52
Digitale signalen opnemen .......................................................................................... 55
Wat hebt u nodig voor een digitale opname? ............................................................... 55
Maak de digitale verbindingen ...................................................................................... 55
Pas de Sample Rates aan ................................................................................................... 55
Kies de Master Clock ......................................................................................................... 56
Kies een Input-signaalbron .............................................................................................. 56
Toonregeling (Equalizer) ............................................................................................. 57
Gebruik van de 3-Band Equalizer ................................................................................... 57
De Equalizer regelen ......................................................................................................... 57
De inhoud van sporen samenvoegen (Track Bouncing) ............................................. 60
Reverb toepassen bij het samenvoegen .......................................................................... 61
Een Master Tape maken ............................................................................................. 63
Opnemen op een cassette ................................................................................................. 63
Opnemen met DAT- en MD-recorders ........................................................................... 63
Songs beveiligen (Song Protect) ................................................................................. 64
Performances beveiligen ................................................................................................... 65
Beveiliging verwijderen .................................................................................................... 65
Hoofdstuk 4 Interne Effecten ............................................... 66
Samenstelling van de effecten .................................................................................... 66
De effecten aansluiten ................................................................................................ 66
Het bronsignaal zelf veranderen (Insert) ....................................................................... 66
Insert-effecten voor Input- en Track-kanalen ................................................................ 67
Een effect invoegen in het Master Block ........................................................................ 67
Het effectgeluid toevoegen aan het directe geluid (Send/Return) ............................ 68
Effecten kiezen (Patch) ............................................................................................... 70
Nieuwe effectgeluiden maken ..................................................................................... 71
Opslaan onder User Patches ............................................................................................ 72
Opslaan als een Scene ....................................................................................................... 72
Hoofdstuk 5 Mixerinstellingen opslaan .............................. 73
De huidige toestand van de mixer opslaan (Scene) ...................................................... 73
Automatisch mixerinstellingen maken (EZ Routing) ................................................... 74
Opname-instellingen oproepen (Recording/Template) .............................................. 75
Track Bouncing-instellingen oproepen (Bouncing/Template) ................................... 75
Eindmix-instellingen oproepen (Mixdown/Template) ............................................... 76
Opname-instellingen opslaan (Recording/Step Edit) ................................................. 77
Track Bouncing-instellingen opslaan (Bouncing/Step Edit) ...................................... 81
Eindmix-instellingen opslaan (Mixdown/Step Edit) ................................................... 84
De huidige Routing opslaan (User Routing) ................................................................. 87
Een User Routing oproepen ............................................................................................. 87
User Routings verwijderen .............................................................................................. 87
Inhoud
8
Hoofdstuk 6 Opgenomen Performances bewerken
(Track Editing) ............................................................................. 88
Edit-handelingen ......................................................................................................... 88
Track Edit .................................................................................................................... 88
De balkgrafiek .................................................................................................................... 88
Performance Data herhalen (Track Copy) ..................................................................... 89
Performance Data verplaatsen (Track Move) ................................................................ 91
Performance Data uitwisselen tussen sporen (Track Exchange) ................................ 92
Inserting a Blank Space Into Performance Data (Track Insert) ................................... 93
Performance Data knippen (Track Cut) ......................................................................... 94
Performance Data uitwissen (Track Erase) .................................................................... 95
De weergavetijd van de Performance Data wijzigen
(Time Compression/Expansion) ..... 96
Hoofdstuk 7 Gebruik met een Zip Drive .............................. 99
Voor u een Zip Drive gebruikt ..................................................................................... 99
Omgaan met de Zip Drive ............................................................................................... 99
Omgaan met Zip Disks ..................................................................................................... 99
De Zip Drive aansluiten ............................................................................................... 99
De Disk initialiseren (Drive Initialize) ......................................................................... 100
Surface Scan ...................................................................................................................... 101
Performance Data opslaan op Zip Drive (Song Copy) .............................................. 102
Een song opslaan op één Disk (Playable) ................................................................ 103
Data inladen van Disks (Drive Select) ....................................................................... 104
Wanneer u een song niet op één disk kan opslaan (Archives) ................................. 105
Opslaan op Disks (Store) ................................................................................................ 105
Data inladen van Disks (Extract) ................................................................................... 106
De power-save mode ................................................................................................ 106
Hoofdstuk 8 Gebruik met een CD-RW Drive ..................... 107
Voor u een CD-RW Drive gebruikt ............................................................................ 107
Omgaan met de CD-RW Drive ...................................................................................... 107
Omgaan met CD-RW Discs ............................................................................................ 107
De CD-RW Drive aansluiten ..................................................................................... 107
Een Audio CD maken ................................................................................................ 108
Wat hebt u nodig om een Audio CD te maken? ......................................................... 108
Master Data maken ......................................................................................................... 108
Songs wegschrijven op CD-R Discs .............................................................................. 109
Songs die op CD geschreven zijn proefbeluisteren (CD Player Function) ............. 110
Songs toevoegen aan de Disc ......................................................................................... 111
Meerdere songs achter elkaar op CD-R Disc schrijven .............................................. 111
De Song Data schrijven (Finaliseren) ............................................................................ 112
Songs en Song Data voorbereiden en wegschrijven ................................................... 113
Songs bewaren op CD-RW Discs (CD-R Backup) .................................................... 113
Wat hebt u nodig voor een CD-R Backup? .................................................................. 114
Songs opslaan op CD-RW Discs .................................................................................... 114
Songs laden van CD-RW Discs ...................................................................................... 115
Data van een CD-RW Disc wissen ............................................................................... 115
Hoofdstuk 9 Gebruik met MIDI-apparatuur ....................... 116
Synchroniseren met MIDI Sequencers ..................................................................... 116
Wat hebt u nodig voor Synchronisatie? ....................................................................... 116
Master en Slave ................................................................................................................ 116
Door middel van MTC .................................................................................................... 116
Synchronisatie met de VS-880EX als de Referentie (Master) .................................... 117
Synchronisatie met de MIDI Sequencer als de Referentie (Slave) ............................ 118
Synchroniseren met een extern MIDI-apparaat .......................................................... 119
Inhoud
9
Door middel van de Sync Track (Master) .................................................................... 119
Door middel van de Tempo Map (Master) .................................................................. 121
Handelingen die verband houden met Gesynchroniseerde Bediening .................. 123
Gebruik met een MIDI Controller .............................................................................. 126
Veranderen van Track Status ......................................................................................... 126
Scenes kiezen .................................................................................................................... 127
Effects kiezen .................................................................................................................... 127
Effectparameters wijzigen .............................................................................................. 127
Hoofdstuk 10 Gebruik met een DAT Recorder (DAT Backup) . 128
Voor u een DAT-backup maakt ................................................................................. 128
Wat hebt u nodig voor een DAT Backup? ................................................................. 128
Apparatuur die wordt gebruikt voor een DAT Backup ............................................ 128
Song Data opslaan met een DAT Recorder (Backup) .............................................. 129
Performance Data inladen van een DAT Recorder (Recover) .................................. 131
Het Recover-proces annuleren ...................................................................................... 132
Namen van opgeslagen Performance Data controleren (Name) .............................. 133
De Backup controleren (Verify) ................................................................................. 134
Chapter 11 Compatibility .................................................... 136
Compatibiliteit van de Disks ...................................................................................... 136
VS-880 → VS-880EX ........................................................................................................ 136
VS-880EX →VS-880 ........................................................................................................ 136
VS-1680 →VS-880EX ...................................................................................................... 136
VS-880EX →VS-1680 ...................................................................................................... 137
VS-840 ↔VS-880EX ........................................................................................................ 137
Compatibiliteit van Song Data ................................................................................... 137
VS-880 Performance Data inladen in de VS-880EX (Song Import) .......................... 137
VS-880EX Song Data converteren voor gebruik op de VS-880 (Song Export) ........ 138
Hoofdstuk 12 Andere handige functies ............................ 140
Preview-technieken (Preview) ................................................................................... 140
Met behulp van [TO] [FROM] ....................................................................................... 140
Met behulp van [SCRUB] ............................................................................................... 141
Een specifieke tijdspositie oproepen (Jump) ............................................................. 142
Mixerinstellingen opslaan (Auto Mix) ........................................................................ 142
Voorbereidingen voor Auto Mix ................................................................................... 143
Mixerinstellingen opslaan, Methode 1 (Snapshot) ..................................................... 143
Mixerinstellingen opslaan, Methode 2 (Gradation) ................................................... 144
Faderbewegingen opnemen (Realtime) ....................................................................... 144
Als u geen faderinstellingen wil opnemen (Mask Fader) .......................................... 145
De Auto Mix weergeven ................................................................................................. 145
Auto Mix enkel op de aangegeven kanalen uitschakelen ......................................... 145
Auto Mix uitschakelen op alle kanalen ........................................................................ 146
Opnamen en bewerkingen ongedaan maken (Undo) ............................................... 146
Ombeerbare handelingen uitvoeren en bewerken (Undo) ........................................ 147
De laatst uitgevoerde Undo annuleren (Redo) ........................................................... 147
Enkel de allerlaatst uitgevoerde handeling annuleren .............................................. 147
Enkel een specifiek kanaal beluisteren (Solo/Mute) ................................................. 148
EŽn enkel kanaal beluisteren ......................................................................................... 148
EŽn enkel kanaal uitschakelen ....................................................................................... 148
Werken met stereo geluidsbronnen (Channel Link) .................................................. 149
Het volume regelen ......................................................................................................... 149
De stereopositie regelen .................................................................................................. 150
E,nkel de Faders koppelen (Fader Link) ...................................................................... 151
Een stereosignaal aan de mix toevoegen (Stereo In) ............................................... 152
De toonhoogte veranderen tijdens de weergave (Vari-Pitch) ................................... 152
Sporen opnemen/weergeven met Vari-Pitch ............................................................. 153
Inhoud
10
Rechtstreeks numerieke karakters invoeren ............................................................. 153
Een methode kiezen voor het invoeren van numerieke gegevens ........................... 153
De metronoom gebruiken .......................................................................................... 154
Een externe MIDI-geluidsbron gebruiken voor het metronoomgeluid .................. 155
Wanneer er weinig schijfruimte overblijft ................................................................... 156
Enkel onnodige Performance Data verwijderen (Song Optimize) ........................... 156
EŽn song uit de Performance Data verwijderen (Song Erase) .................................. 157
De naam van Performance Data wijzigen (Song Name) .......................................... 157
Het volume per spoor regelen ................................................................................... 157
Gebalanceerde ingangen .......................................................................................... 158
De Output bepalen .................................................................................................... 158
MASTER Jacks ................................................................................................................. 158
AUX Jacks ......................................................................................................................... 159
DIGITAL OUT Connectors ............................................................................................ 159
DIRECT OUT ................................................................................................................... 160
Controleren of de drive niet beschadigd is (Drive Check) ......................................... 160
Hoofdstuk 13 Globale instellingen ................................................ 163
De inhoud van de display veranderen ....................................................................... 163
Pre Level ........................................................................................................................... 163
Post Level .......................................................................................................................... 163
Play List ............................................................................................................................. 163
Fader/Pan ......................................................................................................................... 163
De omvang van een opgenomen performance controleren ...................................... 164
Systeem instellingen voor elke song ......................................................................... 164
Het volume laten veranderen zodra de faders bewegen ........................................... 164
Peak Hold ......................................................................................................................... 164
De resterende schijfruimte controleren ........................................................................ 165
Wanneer u de Foot Switch gebruikt ............................................................................. 165
Globale instellingen voor de VS-880EX .................................................................... 166
De [SHIFT]-knop vergrendelen (Shift Lock) ............................................................... 166
Maten en tellen afbeelden .............................................................................................. 166
De gevoeligheid van de knoppen regelen ................................................................... 167
Het SCSI ID-nummer van de VS-880EX veranderen ................................................. 167
Wanneer er geen Hard Disk ge•nstalleerd is ............................................................... 167
Het niveau van de Peak Indicator instellen ................................................................. 168
Globale instellingen voor opname en weergave ....................................................... 168
Permanante monitoring van het ingangssignaal ........................................................ 168
Automatisch stoppen ...................................................................................................... 168
Storend geruis tussen de segmenten van de opname ................................................ 169
Opnieuw de originele mixer- en systeeminstellingen kiezen ..................................... 169
Hoofdstuk 14 Geavanceerde toepassingen voor de VS-880EX ............ 170
Twee VS-880EX’en met elkaar synchroniseren ........................................................ 170
Instellingen voor de Master VS-880EX ......................................................................... 170
Instellingen voor de Slave VS-880EX ............................................................................ 172
Synchroniseren met Cakewalk Pro Audio (MMC) ..................................................... 173
Instellingen voor de VS-880EX ...................................................................................... 174
Instellingen voor Cakewalk Pro Audio ........................................................................ 175
Digitale aansluitingen maken met Cakewalk ............................................................. 177
De mixer aanstuiren vanuit een extern MIDI-apparaat (Compu Mix) ........................ 180
Hoe stemmen MIDI-kanalen overeen met Controller Numbers .............................. 181
Voorbereidingen voor Compu Mix .............................................................................. 182
Opnemen met Compu Mix ............................................................................................ 183
De faders uitschakelen .................................................................................................... 183
Synchroniseren met video-apparatuur ...................................................................... 184
Gebruik van externe effectapparatuur ....................................................................... 185
Inhoud
11
De Inhoud van het Pakket
De volgende items horen bij de VS-880EX. Gelieve te cotroleren of al deze items effectief aanwezig zijn.
¥ VS-880EX
¥ AC-stroomkabel
¥ Quick Start
¥ Gebruikershandleiding (deze handleiding)
¥ Appendices
Belangrijkste Eigenschappen
Het Nieuwste in Compact Home Studio Environments
De VS-880EX behoudt alle eigenschappen van RolandÕs VS-880 workstation; Een revolutie in de wereld van de home studio, waarin de disk recorder, de digitale mixer en de multi-effecten systematisch en meer wezenlijk ge•ntegreerd zijn. Met de VS-880EX in uw home studio hebt u alle aspecten van het opname­proces in de hand, van het kiezen van de microfoons via het mixen en effecten toevoegen tot het maken van master data voor de weergave door een PA of voor het masteren van een CD.
Het Disk Recorder-gedeelte
Het digitale disk recorder-gedeelte beschikt over acht weergavesporen en laat toe om op acht sporen (tracks) tegelijkertijd op te nemen. Elk spoor heeft nog eens acht extra sporen (V-tracks), en elke song kan beschikken over 2 sets van deze 64 sporen (8 tracks x 8 V-tracks). Dit betekent dus dat een song in totaal 128 tracks kan bevatten (64 V-tracks x 2 banks), wat u veel flexibiliteit geeft wanneer u meerdere takes moet opnemen, of wanneer u tijdelijk data moet opslaan bij het editen.
U vindt onmiddellijk de locatie van secties in een song die u meermaals wil horen of plaatsen waarover u wil opnemen (Locator) door merktekens (Marker) te plaat­sen op zulke punten. Deze Markers zijn heel een­voudig op te roepen en u hoeft nooit te wachten op het terug- of voortspoelen.
De VS-880EX maakt gebruik van Ònon-destructive editing.Ó Dit laat u toe om tot 999 vorige opname- of edit-bewerkingen ongedaan te maken of te recupe­reren (Undo/Redo).
Het Digitale Mixer-gedeelte
U kan alle mix-instellingen opslaan, inclusief fader levels, pan, en effecten. Opgeslagen instellingen zijn heel eenvoudig op te roepen, wat goed van pas komt wanneer u de balans moet regelen bij het mixen of wanneer u effectmixen vergelijkt.
Veranderingen van de instellingen in functie van de tijd, zoals fader levels en pan, kunnen ook worden opgeslagen (Auto Mix), zodat u makkelijk fade-ins en fade-outs in uw mixen kunt verwerken.
Het is zeer eenvoudig om de meest geschikte mix­instellingen te maken, ook die voor het opnemen, track bouncing, en mixdown (EZ Routing).
De Effecten
Er is een effectmodule ingebouwd, zodat u tot twee effecten kan gebruiken wanneer u de VS-880 EX op zichzelf gebruikt.
De effectmodule voorziet niet alleen basiseffecten zoals reverb en delay, maar ook ideale effecten voor stem en gitaar (zoals de guitar amp simulator) en zelfs speciale effecten zoals RSS. Al deze effecten zijn geor­ganiseerd volgens 34 ÒalgoritmesÓ zodat u makkelijk nieuwe geluiden kunt cre‘ren.
De effectmodule bevat 210 read-only effectsettings (Preset Patches) die werden ontworpen voor verschil­lende toepassingen. Daar bovenop zijn er nog eens 100 read-and-write effectsettings (User Patches) voorzien, waarvan u de inhoud kan wijzigen en bewaren. U kan onmiddellijk kiezen uit een reeks effecten door gewoon een patch te selecteren.
Eenvoudige Bediening
De VS-880EX is even eenvoudig te bedienen als con­ventionele meersporenrecorders. U profiteert reeds van de voordelen van een home studio vanaf de dag dat u hem aanschaft.
Het LCD-scherm geeft visuele bevestiging van vele instellingen tegelijk. Vooral de balkgrafiek geeft een grafische aanduiding van de level meter, pan en de fader-instellingen, en van de track record status.
Het LCD-scherm is langs achter verlicht en is een beet­je gekanteld, zodat het goed leesbaar is op een podium of ergens waar een goede zichtbaarheid vereist is.
Voorbereidingen
12
Aansluitingen
Er zijn zes sets gebalanceerde input jacks, die een breed gamma aan inputsignalen aankunnen, van line level (+4 dBu) tot mic level (-50 dBu).
Naast de RCA phono type (stereo) MASTER jacks, zijn er ook de (mono) AUX A en AUX B jacks voorzien.
De VS-880EX is voorzien van zowel coaxiale als opti­sche digitale I/O-connectors. Hiermee kan u digitale verbindingen maken met electronische apparaten zoals CD-spelers, DAT-recorders, MD-recorders, enz.
Er is ook een SCSI-connector (DB-25 type) voorzien, die u toelaat om de verbinding te maken met externe SCSI-apparaten zoals de Zip drive en de CD-R drive.
MIDI IN- en MIDI OUT/THRU-connectors zijn eve­neens voorzien. U kan de VS-880EX synchroniseren met een externe MIDI sequencer, de MIDI sequencer gebruiken om het mengpaneel van de VS-880EX te besturen, de metronoom laten klinken met een geluid van een externe MIDI-klankbron, en nog veel meer.
Naast tracks voor het opnemen van audiosignalen beschikt de VS-880EX over Òsync trackÓ voor het opslaan van MIDI clock messages. U kan zelfs MIDI sequencers die niet compatibel zijn met MTC (MIDI Time Code) of MMC (MIDI Machine Control) syn­chroniseren.
Interessante Opties
Interne Hard Disk :
Als u deze interne 2.5-inch IDE hard disk installeert, wordt uw VS-880EX een compact en draagbaar opnamesysteem. Bovendien bent u dan verlost van ingewikkelde instellingen en problemen met foute aansluitingen (hetgeen wel kan gebeuren wanneer u een externe disk gebruikt). Wij raden aan om een interne hard disk te installeren wanneer u met de VS-880EX werkt.
* Om bij opname of weergave op een aantal sporen tegelijk-
ertijd, de beschikbare schijfruimte optimaal te benutten en om de optimale prestaties uit de VS-880EX te halen,
raden wij aan om de Hard Disk van 2.1 GB of meer te gebruiken.
CD-R Drive :
Een CD-R drive aangesloten met een SCSI-connector. Met deze drive kan u songs die u met de VS-880EX hebt gemaakt, wegschrijven, of zelfs uw eigen ori­ginele audio CDÕs opnemen. Verder kan u hem gebruiken om backups van songs te maken op CD-R discs.
SI-80S:
Dit is een video/MIDI sync interface voor aansluiting op de MIDI-connector. Bewerkingen van de VS-880EX zoals play/stop/forward kunnen gesynchroniseerd worden vanuit een video-apparaat met LANC-connec­tor.
Voorbereiding en
13
Mixer-gedeelte
1 2
3
4 5
6
7 8
9
10
11
Voor- en achterpaneel
14
1. PEAK Indicators
Deze indicators geven het niveau van het ingangssig­naal bij de input jacks (1Ð6) aan. Zij helpen u om de correcte signaalsterkte in te stellen met de INPUT­knoppen. Het signaalniveau waarbij de indicators moeten oplichten, dient u vooraf in te stellen (p. 61). De fabrieksinstelling is -6 dB.
2. INPUT-regelaars
Deze knoppen regelen de gevoeligheid van de input jacks (1Ð6). Draai een knop volledig naar rechts voor mic level (-50 dBu), en volledig naar links voor line level (+4 dBu).
3. PAN-regelaars
Hiermee regelt u de pan (plaatsing in de stereo out­put) van elk kanaal.
4. SELECT/CH EDIT (Select/Channel Edit)-knoppen
Gebruik deze knoppen wanneer u instellingen wil maken voor een mixerkanaal. De namen van de para­metergroepen die voor elk kanaal kunnen worden ingesteld, vindt u onder CH EDIT. Om een bepaalde groep rechtstreeks te kiezen, houdt u [SHIFT] inge­drukt en drukt u op de knop van die groep.
Wanneer u een song bewerkt, gebruik dan deze knop­pen om de te bewerken tracks te selecteren.
5. STATUS-knoppen
Deze knoppen veranderen de status van elke track. De indicator geeft de huidige status aan.
SOURCE (oranje):
De input-bron of -track toegewezen aan het kanaal wordt weergegeven.
REC (rood knipperend):
Opnamestatus wordt geselecteerd voor de track toegewezen aan het kanaal. Tijdens het afspelen worden de track data normaal uitgevoerd.
REC (rood en oranje knipperend):
Opnamestatus wordt geselecteerd voor de track toegewezen aan het kanaal. Tijdens het afspelen kan u de bron beluisteren.
PLAY (groen):
De track toegewezezn aan het kanaal wordt afge­speeld.
OFF (uit):
Het kanaal wordt uitgeschakeld (geen geluid).
Indien ingedrukt in combinatie met de SELECT/CH EDIT-knop, selecteert dit de bron of track die aan een track moet worden toegewezen voor opname.
6. Kanaalfaders
Met deze schuifregelaars regelt u het volume van alle kanalen en tracks.
7. PHONES-regelaar
Hiermee regelt u het volume van de hoofdtelefoon.
8. AUX SEND-regelaar
Hiermee regelt u het uitgangsniveau van de AUX SEND jacks.
9. EZ ROUTING/SOLO-knop
Deze knop roept het EZ Routing screen op.
Gecombineerd met [SHIFT] schakelt dit de Solo-func­tie aan/uit.
10. FADER/EDIT-knop
Met deze knop wijst u ofwel de input mixer, de track mixer of de effect return mixer van elk kanaal toe aan de fader voor dat kanaal. De indicator geeft de status aan.
INPUT (oranje): Input Mixer TRACK (groen): Track Mixer RETURN (rood): Effect Return Mixer
In combinatie met [SHIFT] roept dit de Master Block setting page op.
11. Master Fader
Hiermee regelt u het algemene uitgangsniveau.
Voorbereidingen
15
Recorder-gedeelte
1
3 4
2
5
7 9
13
11
6
8 10 12
Voorbereidingen
16
1. EDIT CONDITION-knoppen
De functies en parameters van de VS-880EX zijn ondergebracht onder deze knoppen. Druk op de overeenkomstige knop om een bepaalde functie of bewerking op te roepen.
2. LOCATOR-knop
Met deze knop kan u Locators en Markers, of Scenes opslaan of oproepen (de mixerinstellingen).
[LOC1/5]–[LOC4/8]: Deze knop selecteert
Locators en Scenes.
[CLEAR]: Deze knop annuleert Locators,
Markers en Scenes.
[SCENE]: Gebruik deze knop bij het opslaan,
oproepen en wissen van Scenes.
[PREVIOUS]: Deze knop roept de vorige Marker
op.
[NEXT]: Deze knop roept de volgende
Marker op.
[TAP]: Druk op deze knop om Markers te
plaatsen.
[LOOP]:
Met deze knop schakelt u Loop Recording aan en uit. Drukt u ze samen met de [LOC1/5]Ð[LOC4/8]­knoppen in, dan geeft dit het gebied aan waar moet worden opgenomen in Loop Recording.
[AUTO PUNCH]: Met deze knop schakelt u
Auto Punch-In Recording aan en uit.
Drukt u ze samen
met de
[LOC1/5]Ð[LOC4/8]
­knoppen in, dan geeft dit het gebied aan waar moet worden opgenomen in
Auto Punch-In
Recording.
3. NUMERICS-knop
Druk op deze knop wanneer u de LOCATOR-knop wil gebruiken voor de invoer van een decimale getal­waarde.
4. Transport Control-knoppen
Met deze knoppen bedient u de recorder.
[ZERO]: Met deze knop keert u terug naar de
positie Ò00h00m00s00Ó (zero return).
[REW]: Houd deze knop ingedrukt om terug
te spoelen. Deze functie komt overeen met de REW-knop op een cassette­recorder
[FF]: Houd deze knop ingedrukt om verder
te spoelen. Komt overeen met de FFWD-knop op een cassetterecorder.
[STOP]: Stopt de opname of weergave van een
song.
[PLAY]: Start de opname of weergave vanaf de
huidige positie.
[REC]: Druk op deze knop om een song op te
nemen.
5. TIME/VALUE Dial
In de normale (weergave)status, regelt deze dial de tijd van de weergave.
Deze dial gebruikt u ook om de waarden van de para­meters te wijzigen wanneer u instellingen maakt.
6. PLAY (DISPLAY)-knop
Met deze knop keert u terug naar het scherm dat ver­schijnt wanneer de VS-880EX wordt aangezet (nor­male weergavestatus).
In combinatie met [SHIFT] roept dit het item op dat wordt getoond in de balkdisplay.
7. PARAMETER-knoppen
Met deze knoppen selecteert u de parameters in de parameterdisplay.
8. SHIFT-knop
Deze knop wordt ingedrukt in combinatie met andere knoppen om bijkomende functies van die knoppen op te roepen.
9. CURSOR-knoppen
Normaal (i.e. in de Play-modus) verplaatst u hiermee de weergavepositie. Wanneer u instellingen maakt (i.e. in Edit-modus), wijzigt u hiermee de parameterwaar­den.
Deze knoppen gebruikt u eveneens wanneer u een YES/NO-antwoord moet geven tijdens een bewer­king.
[NO (CANCEL)]: Druk op deze knop om de
huidige bewerking te annuleren of om het huidige scherm te verlaten.
[YES (ENTER)]: Druk op deze knop om de
huidige bewerking uit te voeren of om het huidige scherm te selecteren.
10. AUTOMIX (VARI PITCH)-knop
Deze knop schakelt de Auto Mix-functie aan en uit. De indicator licht op wanneer Auto Mix aan staat.
In combinatie met [SHIFT] schakelt dit de Vari Pitch­functie aan/uit.
11. MIDI/DISK Indicator
Deze indicator licht groen op wanneer MIDI-bood­schappen worden ontvangen, en licht rood op wan­neer er data worden weggeschreven op of ingelezen van de disk drive. Wanneer de twee tegelijkertijd gebeuren, dan licht de indicator oranje op.
12. UNDO (REDO)-knop
Druk op deze knop om een stap uit het opname- of bewerkingsproces ongedaan te maken (Undo-functie). Drukt u deze knop samen met [SHIFT] in, dan annuleert u de laatst uitgevoerde Undo-functie (Redo­functie).
13. PREVIEW-knop
Met deze knop activeert u de Preview-functie, die een bepaalde passage voor en na de huidige positie afspeelt.
Voorbereiding en
17
Display-gedeelte
1 2 3
9
4 5 6 8
7
Voorbereidingen
18
1. CONDITION
Geeft de huidige toestand aan.
PLY: Normale status (Play-modus). INn: Wijzig de input mixer-instellingen
(n=1Ð8, aÐd).
TRn: Wijzig de track mixer-instellingen
(n=1Ð8 to aÐd).
RTN: Wijzig de return mixer-instellingen. MST: Wijzig de master block-instellingen. SNG: Song edit LOC: Locator edit TRK: Track edit FX: Effect edit SYS: System edit
* Indien Song Protect (p.64) wordt aangezet, dan zal in de
Play Condition display “Ply” verschijnen.
* De input/track mixer display zal 1–8 aangeven voor
kanalen waarvan de Channel Link op OFF staat, en a–d voor kanalen die op ON staan.
2. MARKER # (marker nummer)
Dit toont het markernummer voor de huidige tijd­spositie. Indien er geen markering werd toegewezen aan de huidige tijdspositie, zal het dichtsbijzijnde marker nummer voorafgaand aan de huidige tijds­positie getoond worden.
3. TIME
De huidige tijdspositie van de song wordt aangegeven als SMPTE time code.
SMPTE Time Code (Appendices: Glossarium)
4. MEASURE
Dit toont de huidige maat van de song.
5. BEAT
Dit toont de huidige maatslag van de song.
6. SYNC MODE
Dit duidt de huidige sync mode (method of synchro­nization) aan.
7. SCENE
Dit toont het scene-nummer dat op het ogenblik
gebruikt wordt (mixer setting). Een asterisk ÒÓ voor
het scene-nummer wijst erop dat de huidige mixer­instellingen gewijzigd werden sinds de scene werd opgeroepen.
8. REMAINING TIME
Dit geeft de resterende tijd aan die beschikbaar is voor opname.
9. Bar display
In normale toestand, worden de items die geselecteerd zijn door [DISPLAY (PLAY)] grafisch getoond. Terwijl u een instelling maakt, worden de data voor die instelling grafisch getoond.
Achterpaneel
1
2 3 4 5
Voorbereidingen
19
1. POWER-schakelaar
Hiermee schakelt u de VS-880EX aan en uit.
2. AC IN
Sluit hier de bijgeleverde stroomkabel aan.
3. SCSI-connector
Dit is een DB-25 type SCSI-connector om disk drives zoals een Zip disk drive of een CD-R drive aan te sluiten.
4. MIDI-connectors (IN, OUT/THRU)
Externe MIDI-apparaten (MIDI controllers, MIDI sequencers, enz.) kunnen hier worden aangesloten.
IN: Deze connector ontvangt MIDI-
boodschappen. Verbind hem met de MIDI OUT-connector van het externe MIDI-apparaat.
OUT/THRU: Deze connector kan ofwel als MIDI
OUT- of als MIDI THRU-connector gebruikt worden. Met de fabrieks­instellingen zal hij fungeren als MIDI OUT-connector, wat betekent dat hij ingesteld is om MIDI-bood­schappen te versturen.
5. DIGITAL-connectors
De VS-880EX is uitgerust met zowel coaxiale als optische digitale I/O-connectors (conform met S/P DIF).
IN: De ingang voor digitale audiosig-
nalen (stereo). U kan kiezen tussen de coaxiale input-aansluiting of de optische aansluiting.
OUT: Hier worden digitale audiosignalen
uitgestuurd (stereo). Hier kan u de coaxiale en de optische connector tegelijkertijd gebruiken, en ze kun­nen elk een verschillend signaal voeren.
S/P DIF (Appendices: Glossarium)
* Om een digitaal audiosignaal op te nemen, volstaat het
niet om gewoon een digitaal audio-apparaat aan te sluiten op de DIGITAL IN-connector. Wanneer u een digitaal audiosignaal invoert, raadpleeg dan “Digitale Signalen Opnemen” (p. 55).
* Deze connector kan geen analoge audiosignalen ver-
werken.
6 7 118
9 10
Voorbereidingen
20
6. FOOT SWITCH Jack
Hier kan u een optionele voetschakelaar (bv. de DP-2 of de BOSS FS-5U) aansluiten wanneer u opnamefunc­ties wil bedienen, markeringen wil instellen, of punch in/out-bewerkingen wil uitvoeren met een voetschakelaar. Met de fabrieksinstellingen is de func­tie van de voetschakelaar het starten en stoppen van de opname.
7. PHONES Jack
Hier kan u een hoofdtelefoon aansluiten. De PHONES jack stuurt hetzelfde geluid uit als de MONITOR jack.
8. MASTER Jacks (L, R)
9. AUX SEND Jack A
10. AUX SEND Jack B
Dit zijn uitgangen voor analoge audiosignalen (RCA phono type).
Met de fabrieksinstellingen worden alle signalen uit­gestuurd vanuit de MASTER OUT jacks, en is er geen output vanuit de AUX (A en B) SEND jacks. De output wordt bepaald door de block settings van het master­gedeelte van de mixer en door de instellingen van elk kanaal.
11. INPUT Jacks (1–6)
Dit zijn ingangen voor analoge audio signalen. Het zijn gebalanceerde phone jacks. De input-gevoeligheid van elke jack regelt u met de INPUT-regelaars op het voorpaneel.
Dit hoofdstuk geeft uitleg over de basisbegrippen, de interne structuur en de elementaire bewerkingen die u moet kennen om met de VS-880EX te werken. Gelieve dit hoofdstuk grondig te lezen zodat u een beter inzicht krijgt in de VS-880EX.
Data bewaren en beheren
De diskinhoud beheren (Partitioning)
De VS-880EX bewaart alle data Ñ zoals performance data, mixdata, systeemdata, enz. Ñ op de disk drive. Bijgevolg kan hij niet functioneren zonder een interne disk of zonder dat hij is aangesloten op een Zip drive met een SCSI-connector. Bovendien, de hard disk of
Zip drive gebruikt door de VS-880EX kunnen niet door een ander apparaat gebruikt worden.
De VS-880EX kan 500 MB of 1000 MB aan schijfruimte in ŽŽn keer beheren. Indien u een disk drive met een grotere capaciteit gebruikt, zal u hem in twee of meer onderdelen moeten opsplitsen.
Deze onderdelen noemen we Òpartities.Ó U kan tot 4 partities cre‘ren op ŽŽn disk drive. Om te zorgen dat u voldoende ruimte hebt voor uw songs, raden wij aan om partities van 1000 MB te maken.
Ex. 1: Een disk drive van 810 MB en een partitie-
grootte van 1000 MB.
Ex. 2: Een disk drive van 1.4 GB en een partitie-
grootte van 1000 MB.
Ex. 3: Een disk drive van 2.1 GB en een partitie-
grootte van 500 MB.
Ex. 4: Een disk drive van 2.1 GB en een partitie-
grootte van 1000 MB.
Elke partitie op de disk drive van de VS-880EX wordt beschouwd als een onafhankelijke drive, waarvan elke partitie automatisch een partitienummer (0Ð3) krijgt. Wanneer ŽŽn hard disk meerdere partities bevat, kan u specificeren welke partitie van welke drive u wil gebruiken. De disk drive-partitie die in gebruik is, wordt de current drive genoemd.
Partitie 2
(100MB)
Partitie 0
(1000MB)
Partitie 1
(1000MB)
Disk Drive
(2.1GB)
Partitie 2 (500MB)
onbruikbaar
(100MB)
Partitie 0 (500MB)
Partitie 3
(500MB)
Partitie 1
(500MB)
Disk Drive
(2.1GB)
Partitie 0
(1000MB)
Partitie 1 (400MB)
Disk Drive
(1.4GB) Partitie
(810MB)
Disk Drive
(810MB)
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
21
Hoofdstuk 1
Kies de Disk die u wil gebruiken voor Opname/Weergave (Drive Select)
1. Druk enkele keren op [SYSTEM] tot ÒSYS Drive
SelectÓ op de display verschijnt.
2. Druk op [YES].
3. Kies de gewenste disk drive met de TIME/VALUE
dial. Naar de interne hard disk wordt verwezen als ÒIDE:*Ó en naar externe disk drives als ÒSC0:*ÐSC7:*Ó (het nummer is het SCSI ID num­ber). Het nummer achter de naam van de disk drive is het partitienummer. Als u bv. partitie 1 van de interne hard disk wil selecteren, dan kiest u ÒIDE:1.Ó
4. Druk op [YES]. Op het scherm verschijnt een vraag tot bevestiging.
5. Druk op [YES]. ÒSTORE Current?Ó (De huidige song opslaan?) ver­schijnt op de display.
6. Indien u de huidige song wil bewaren, drukt u op
[YES]; indien niet, drukt u op [NO]. Indien u een
demo song hebt geselecteerd, druk dan op [NO].
7. Keer, nadat u de current drive hebt geselecteerd,
terug naar de Play-modus.
* Indien u hard disks of song data zowel op de VS-880EX
als op de VS-880/840/1680 wil gebruiken, zullen de mogelijkheden beperkt zijn, om wille van factoren zoals verschillende partitiegroottes of een verschillend aantal sporen. Voor meer details, zie “Compatibiliteit” (p. 136).
* De VS-880EX accepteert de installatie van Interne hard
disks (aangeduid door Roland). Voor opname of weergave op een aantal tracks tegelijker-tijd, om de beschikbare schijfruimte optimaal te benutten en om de optimale prestaties uit de VS-880EX te halen,
raden wij aan om
de Hard Disk van 2.1 GB of meer te gebruiken.
De Plaats waar een Performance wordt opgenomen (Song)
De plaats (locatie) waar performance data worden opgenomen noemen we de song. Bijvoorbeeld op een meersporen bandrecorder zou dit overeenkomen met de cassetteband. U kan tot 200 songs maken in elke partitie. Normaal gezien stelt u de partitiegrootte in op 1000 MB. Wanneer u met een groot aantal songs tegelijk werkt, is het aan te raden om de partitie­grootte op 500 MB in te stellen. De song die wordt opgenomen, afgespeeld, of bewerkt wordt de current song genoemd. Een song bevat de volgende data.
¥ Alle data opgenomen op V-tracks
¥ MIDI clocks van de sync track
¥ Punten aangeduid binnen een song (locator, marker,
punch-in/out points, loop-in/out points) (p. 36)
¥ Scenes (mixerinstellingen)
¥ Vari Pitch-instellingen (p. 152)
¥ Systeem-instellingen (system, MIDI, disk, sync,
Scene) (p. 164)
¥ Effect-instellingen
¥ Auto Mix Data
Bronnen, Sporen en Kanalen
Bij de VS-880EX, worden in het recorder- en het mixer­gedeelte de termen (signaal)bron, spoor en kanaal gebruikt. Deze termen worden wel eens met elkaar verward. Daarom verklaren we ze hier even.
(signaal)bron: Een signaal dat binnenkomt in het
mixer-gedeelte of dat wordt opgenomen in het recorder-gedeelte. Voor de VS­880EX verwijst deze term specifiek naar de signalen van de analoge input jacks (1Ð6) de digitale ingangsconnector.
spoor: Een signaal dat ontvangen of uitgestuurd
wordt door het recorder-gedeelte. Deze term verwijst eveneens naar de plaats op de hard disk waar een signaal wordt opgenomen of van waar het wordt weergegeven.
kanaal: Een signaal dat ontvangen of uitgestuurd
wordt door het mixer-gedeelte. Deze term verwijst specifiek naar de faders en knop­pen van het mixer-gedeelte op het voor­paneel.
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
22
Events
Het kleinste bouwsteentje in de geheugenstructuur van de VS-880EX heet event. Een nieuw gecre‘erde song kan ongeveer 12,800 events bevatten.
Een opname in ŽŽn take gebruikt per spoor twee events. Bewerkingen zoals punch-in/out of track copy gebruiken ook events. Het aantal events dat gebruikt wordt, varieert. Auto mix, bijvoorbeeld, (p. 142) gebruikt 5 events voor elke Marker.
Zelfs wanneer er nog voldoende schijfruimte vrij is, kan ŽŽn song alle beschikbare events opgebruiken. In dat geval kan u in de desbetreffende song geen data meer opnemen.
Om events beschikbaar te maken kunt u ŽŽn van de volgende dingen doen. Ga na welk de beste methode is voor uw situatie.
Song Store (p. 32)
Sla de song op met Song Store indien u in de UNDO­modus werkt ([UNDO]-indicator brandt). Events voor REDO komen vrij. De laatste UNDO kan u niet meer ongedaan maken (REDO), als u de STORE-bewerking hebt uitgevoerd.
Song Optimize (p. 156)
Voer een Song Optimize uit indien u veel Punch In recording hebt gedaan. Events voorbehouden voor onnodige audiodata komen vrij. Let wel: in dat geval blijft er slechts ŽŽn UNDO-stap over.
AutoMix data wissen (p. 146)
Indien u AutoMix data hebt opgenomen, wis dan de onnodige data. Events voorbehouden voor onnodige AutoMix data komen dan vrij.
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
23
Hoofdstuk 1
Mixer-gedeelte
Het digitale mengpaneel regelt de input en output van het recorder-gedeelte. De VS-880EX bevat een Input Mixer voor het maken van instellingen tijdens de opname, een Track Mixer voor het mixen van het afgewerkte nummer, een
Effect Return Mixer die effect return en Stereo In controleert (p. 152), en een Master Block dat bepaalt vanuit welke output jacks het signaal van elke mixer
zal worden uitgestuurd.
* Meer details over het mixer-gedeelte vindt u in het “Mixer Section Block Diagram”
(Engelstalige Appendices p. 120).
Signaalgeleiding (Bussen)
In de VS-880EX lopen de signalen door bussen. Bussen zijn gemeenschap­pelijke lijnen door dewelke meerdere signalen op efficiënte wijze naar meerdere sporen of kanalen kunnen worden gestuurd. Het wordt misschien
wat duidelijker als we dit vergelijken met de waterleiding in een huis.
Bijvoorbeeld, het water dat door de watermaatschappij aan uw huis wordt geleverd, wordt doorgestuurd naar verschillende plaatsen in het huis (keuken, badkamer, toilet, enz.). Het water dat op al deze plaatsen wordt gebruikt, wordt nadien afgevoerd naar de riool.
Als we nu even stellen dat de VS-880EX het huis is, dan kunnen we inputs zoals mic of guitar vergelijken met het aangeleverde water. Sommige van deze inputs worden naar opnamesporen gestuurd en worden opgenomen. Andere worden naar het effectgedeelte gestuurd, en er wordt reverb of chorus aan toegevoegd voordat ze naar de uotput gaan.
Het basisprincipe van de VS-880EX bestaat erin dat u op deze manier opgeeft van waar en naar waar de gewone lijnen lopen, en zo kunt bepalen welke input-signalen op welke sporen worden opgenomen, welke effecten ze krijgen
Afvoer (Bus)
OUTPUT
(naar de riool)
Boiler
INPUT (van de waterleiding naar het huis)
Uw huis
Koud Water (Bus) Warm Water (Bus)
Lavabo Badkamer
Badkuip
Gootsteen Keuken
INPUT
INPUTS INPUTS
INPUT
INPUTS
Toilet
OUTPUT
OUTPUT
OUTPUT
OUTPUT
OUTPUT
OUTPUT
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
24
en of ze worden uitgestuurd.
De VS-880EX beschikt over de volgende bussen.
RECORDING Bus:
Signalen toegewezen aan de RECORDING bus worden naar het recorder­gedeelte gestuurd om opgenomen te worden. Er zijn acht kanalen die kunnen worden toegewezen aan de output van de input mixer, de track mixer, en de effecten (Return). Signalen die toegewezen zijn aan de RECORDING bus, kun­nen niet naar de MIX bus gestuurd worden.
MIX Bus:
Signalen toegewezen aan de MIX bus worden naar de MASTER jacks gestuurd voor monitoring. Deze bus heeft twee kanalen (L en R), en kan output-signalen ontvangen van de input mixer, de track mixer en de effecten (Return). Signalen toegewezen aan de MIX bus kunnen niet naar de RECORDING bus gestuurd worden.
EFFECT Bus:
Signalen toegewezen aan de EFFECT bus krijgen een effect toegevoegd in het effectgedeelte. Deze bus heeft twee kanalen (FX1, FX2) en kan signalen van de input mixer en de track mixer verwerken. Signalen toegewezen aan de RECORDING bus of aan de MIX bus kunnen ook naar de EFFECT bus gestuurd worden.
AUX Bus:
Signalen toegewezen aan de AUX bus worden naar de AUX SEND jacks gestuurd. Dit laat u toe om aparte mixen te maken voor monitoring. Deze bus heeft twee kanalen (AUX A, AUX B) en kan signalen van de input mixer en de track mixer ontvangen. Signalen toegewezen aan de RECORDING bus of aan de MIX bus kunnen ook naar de AUX bus gestuurd worden. Dit is handig wanneer u bijvoorbeeld een extern effectapparaat wil aansluiten, of wanneer u een aparte uitgang wil, afzonderlijk van die van de MASTER Out jacks (individual out).
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
25
Hoofdstuk 1
Input Mixer
De Input mixer gaat vooraf aan het recorder-gedeelte en komt overeen met de externe ingangsbronnen (INPUT 1Ð6, DIGITAL IN L/R).
De output van elk kanaal wordt toegewezen aan een spoor om opgenomen te worden. Kanalen die niet aan een spoor zijn toegewezen, worden rechtstreeks vanuit de MASTER jacks uitgestuurd. Dit is eveneens het geval voor kanalen die wel aan een spoor zijn toegewezen, maar niet in opname staan (de STATUS-indi­cator knippert in het rood). De volgende signalen worden toegewezen aan de kanaalfaders.
Kanalen 1–6: INPUT jacks 1Ð6 Kanalen 7–8: DIGITAL IN connector L/R
EQ1 Fader1
EQ2 Fader2
EQ3 Fader3
EQ4 Fader4
EQ5 Fader5
EQ6 Fader6
EQ7 Fader7
EQ8 Fader8
INPUT 1
INPUT 2
INPUT 3
INPUT 4
INPUT 5
INPUT 6
DIGITAL IN L (7)
DIGITAL IN R (8)
Input Mixer (Kanaal 1–6, DIGITAL IN L/R)
Pan1
Pan2
Pan3
Pan4
Pan5
Pan6
Pan7
Pan8
REC 1 (Recorder) REC 2 (Recorder) REC 3 (Recorder) REC 4 (Recorder) REC 5 (Recorder) REC 6 (Recorder) REC 7 (Recorder) REC 8 (Recorder)
MIX L/R (MASTER)
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
26
Track Mixer
De Track mixer bevindt zich na het recorder-gedeelte en komt overeen met de sporen (1Ð8).
Alle sporen worden uitgestuurd via de MASTER jacks. U kan ook sporen terug­sturen naar de RECORDING bus voor overdubbing of heropname. In deze sta­tus komen de kanaalfaders 1Ð8 overeen met de respectieve Tracks (sporen) 1Ð8.
Effect Return Mixer
Deze mixer regelt de return level/balance van effecten aangesloten op de send/return-manier en de level/balance van de stereo input.
Elk kanaal wordt uitgestuurd via de MASTER jacks. U kan ze ook toewijzen aan de recording bus voor opname. In dit geval komen de kanaalfaders overeen met de volgende signalen.
Kanaal 6:De INPUT jack toegewezen aan Stereo In Kanaal 7:FX1 return Kanaal 8:FX2 return
Fader6 Balance6
Fade7
Balance7
Fader8
Balance8
REC 1 (Recorder) REC 2 (Recorder) REC 3 (Recorder) REC 4 (Recorder) REC 5 (Recorder) REC 6 (Recorder) REC 7 (Recorder) REC 8 (Recorder)
MIX L/R (MASTER)Stereo In
FX1 Return
FX2 Return
FX Return Mixer (Kanaal 6–8)
EQ1 Fader1
EQ2 Fader2
Pan1
Pan2
EQ3 Fader3
EQ4 Fader4
Pan3
Pan4
EQ5 Fader5
EQ6 Fader6
Pan5
Pan6
EQ7 Fader7
EQ8 Fader8
Pan7
Pan8
Track1
Track2
Track3
Track4
Track5
Track6
Track7
Track8
REC 1 (Recorder) REC 2 (Recorder) REC 3 (Recorder) REC 4 (Recorder) REC 5 (Recorder) REC 6 (Recorder) REC 7 (Recorder) REC 8 (Recorder)
MIX L/R (MASTER)
Recorder Track Mixer (Spoor 1–8)
REC 1
REC 2
REC 3
REC 4
REC 5
REC 6
REC 7
REC 8
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
27
Hoofdstuk 1
De functie van de faders veranderen
Bij de VS-880EX is het mogelijk om de Input mixer of de Track mixer te bedienen door de functie van de kanaalfaders op het bovenpaneel te veranderen. Druk op [FADER], op het bovenpaneel, om over en weer te schakelen tussen input mixer en track mixer. De FADER-indicator geeft aan welke mixer er geselecteerd is.
Master Block
Dit bepaalt naar welke jacks of connectors aangesloten op externe apparatuur, de output van elke mixer wordt gestuurd.
Recorder-gedeelte
Verschillen met een Band-MTR
In tegenstelling tot DAT-recorders, die op band opnemen, nemen digitale disk recorders performances (geluiden) op op een schijf, net zoals MD-recorders.
Muziek die op schijf is opgenomen, kan onmiddellijk opgeroepen en weergegeven worden, ongeacht de plaats op de schijf waar ze zich bevindt. Dit merkt u ook aan het verschil in snelheid waarmee u naar het begin van een song kunt gaan met een DAT recorder en met een MD recorder.
De mogelijkheid om vrij data op te zoeken, ongeacht het moment of de volgorde van opname, noemen we random access (willekeurige toegang). Daartegenover staat sequential access (sequentiële toegang), waarbij het opzoeken van data gebonden is aan de volgorde van opname.
willekeurige toegang
(random access)
sequentiële toegang
(sequential access)
MIX L/R MASTER L/R
AUX A, B
AUX A, B
FX1 L/R
FX2 L/R
REC bus
DIGITAL OUT 1
DIGITAL OUT 2
PHONES L/R
Masterblock
licht oranje op: Input Mixer licht groen op: Track Mixer licht rood op: Effect Return Mixer
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
28
Spoorminuten en opnametijd
Bij cassetterecorders wordt de opnametijd bepaald door de lengte van de band. Bovendien is elk stukje ongebruikte band verloren.
Bij opname op schijf daarentegen, hoewel de beschikbare opnametijd bepaald wordt door de hoeveelheid schijfruimte, wordt enkel de schijfruimte ingenomen die bij de opname gebruikt wordt, zonder verdere invloed op de vrije schijf­ruimte. Zodus zal de hoeveelheid beschikbare opnametijd vari‘ren. Daarom werd er een standaardeenheid ingevoerd die overeenkomt met de tijdsduur van ŽŽn doorlopend monosignaal opgenomen op ŽŽn spoor. Deze eenheid noemen we spoorminuut.
beschikbare opnametijd
Opname op schijf
Tijd
Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 4
00h00m00s00 00h30m00s00 00h40m00s00
beschikbare opnametijd
Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 4
00h00m00s00 00h30m00s00
Tijd
Opname op band (band van 30 minuten)
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
29
Hoofdstuk 1
Bijvoorbeeld, 10 spoorminuten kunnen gebruikt worden voor 10 minuten mono­opname, 5 minuten stereo-opname, 2 minuten en 30 seconden opname op 4 sporen, enzovoort.
Extra sporen
De VS-880EX beschikt over 8 weergavesporen en kan opnemen op 8 sporen tegelijkertijd. Elk spoor beschikt nog eens over 8 extra sporen, die allemaal kun­nen worden gebruikt voor opname en weergave. Deze extra sporen noemen we V-tracks.
Elke song kan twee sets (banken) van 64 V-tracks (deze 8 tracks x 8 V-tracks) bevatten. M.a.w., u kunt maximum 8 tracks x 8 V-tracks x 2 banken = 128 perfor­mance tracks opnemen. Voor de eigenlijke opname/weergave moet u de bank opgeven die u wil gebruiken en een van de V-tracks selecteren.
* Op p. 129 van de Engelstalige Appendices vindt u een blanco “spoorplan” waarop u
de verdeling van uw virtuele sporen kwijt kunt. U mag deze pagina kopiëren zo vaak als u wil.
2
V-Track1
3 4 5 6 7 8
V-Track Bank A, B
Song
Spoor 1
Spoor 1 Spoor 2
Spoor 1 Spoor 2 Spoor 3 Spoor 4
00h00m00s00 00h10m00s00
00h00m00s00 00h05m00s00
00h00m00s00 00h02m30s00
Tijd
Tijd
Tijd
Hoofdstuk 1 Voor u begint (VS-880EX Terminologie)
30
Loading...
+ 266 hidden pages