Roland VS-2400CD DIAGRAM [nl]

Gebruikershandleiding
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, leest u de secties getiteld: “Belangrijke veiligheidsinstructies” (Gebruikershandleiding p.2), “Het apparaat op een veilige manier gebruiken” (Gebruikershandleiding p.3) en “Belangrijke opmerkingen” (Gebruikershandleiding p.5) zorgvuldig door. In deze secties vindt u belangrijke informatie over de juiste bediening van dit apparaat. Daarnaast dienen de gebruikershandleiding en de appendix volledig te worden gelezen, zodat u een goede indruk krijgt van alle mogelijkheden die uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar de handleiding, zodat u er later aan kunt refereren.
Copyright © 2003 ROLAND CORPORATION Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag op geen enkele wijze zonder schriftelijke toestemming van Roland Corporation gereproduceerd worden.
Roland website: www.roland.be
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
ATTENTION
WAARSCHUWING: VERWIJDER HET DEKSEL (OF DE
ACHTERKANT) NIET, OM HET RISICO OP EEN ELEKTRISCHE
SCHOK TE REDUCEREN. BINNENIN BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER ONDERHOUDEN
KUNNEN WORDEN. LAAT HET ONDERHOUD AAN ERKEND
: RISQUE DE CHOC ELECTRIQUE NE PAS OUVRIR
ONDERHOUDSPERSONEEL OVER.
Het symbool van de bliksemflits met pijl, binnen een gelijkzijdige driehoek, is bedoeld om de gebruiker te waarschuwen voor de aanwezigheid van niet geïsoleerd, ’gevaarlijk voltage’ binnenin het apparaat, welke krachtig genoeg kan zijn om een elektrische schok bij personen te veroorzaken.
Het uitroepteken binnen een gelijkzijdige driehoek is bedoeld om de gebruiker te waarschuwen voor de aanwezigheid van belangrijke bedienings- en onderhoudsinstructies in de literatuur behorende bij het product.
INSTRUCTIES MET BETREKKING TOT HET RISICO VAN BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK
OF VERWONDINGEN AAN PERSONEN.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
WAARSCHUWING – Tijdens het gebruik van elektrische producten moeten de voorzorgsmaatregelen altijd opgevolgd worden,
1. Lees deze instructies.
2. Bewaar deze instructies.
3. Neem alle waarschuwingen serieus.
4. Volg alle instructies.
5. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water.
6. Maak dit apparaat alleen met een droge doek schoon.
7. De ventilatie openingen mogen niet geblokkeerd worden. Installeer in overeenstemming met de instructies van de fabrikant.
8. Installeer het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen, zoals radiatoren, kachelschuiven, kachels of andere apparaten (inclusief versterkers) die warmte produceren.
9. De veiligheidsopzet van de gepolariseerde of aarde plug dient niet teniet gedaan te worden. Een gepolariseerde plug heeft twee polen, de één breder dan de andere. Een aardeplug heeft twee platte kanten en een derde aarde pin. De brede pool of de derde pin zijn voor uw veiligheid aange­bracht. Wanneer de plug niet in uw stopcontact past, raadpleegt u een elektricien voor vervanging van het verou­derde stopcontact.
10. Bescherm het netsnoer, zodat er niet overheen gelopen kan worden. Zorg dat het snoer, in het bijzonder bij de stekkers,
inclusief de volgende:
stopcontactdozen en op het punt waar zij uit het apparaat komen, niet gedraaid of in elkaar gedrukt wordt.
11. Gebruik alleen door de fabrikant gespecificeerde aanhangsels of accessoires.
12. Gebruik het apparaat met een door de fabrikant gespecificeerde of bij het apparaat geleverde kar, standaard, statief, console of tafel. Voorzichtigheid is geboden tijdens het verplaatsen van de kar/ apparaat combinatie, zodat deze niet kan omvallen en daardoor stuk gaat.
13. Tijdens onweer of wanneer het apparaat gedurende een langere periode niet gebruikt zal worden, haalt u de stekker uit het stopcontact.
14. Laat al het onderhoud aan erkend onderhoudspersoneel over. Onderhoud is vereist, wanneer het apparaat op enigerlei wijze beschadigd is, bijvoorbeeld als het netsnoer of de stekker beschadigd is, er vloeistof of objecten in het apparaat terecht zijn gekomen, als het apparaat aan regen of vochtigheid heeft blootgestaan, niet normaal functioneert of is gevallen.
154
2 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
d
n
i
d
g
k
n e
n
n
r
n
l
n
N
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
d o
n
i
d
k
n e
n
n
r
n
l
n
N
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
WAARSCHUWING
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOME
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOME
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over de symbolen
Over
Over
Over
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
WAARSCHUWING en
WAARSCHUWING en
WAARSCHUWING en
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
Wordt gebruikt bij instructies waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op
de gebruiker attent gemaakt wordt op
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
het risico van overlijden of zwaar letsel,
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wanneer het apparaat niet op juiste
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
wijze gebruikt wordt.
wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
Wordt gebruikt bij instructies waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
de gebruiker attent gemaakt wordt op
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
het risico van letsel of materiële schade,
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
wanneer het apparaat niet op juiste
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
wijze gebruikt wordt.
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
* Materiële schade verwijst naar schade
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
of andere ongunstige effecten, die ten
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanzien van het huis en al het
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair, en tevens aan
aanwezige meubilair, en tevens aan
aanwezige meubilair, en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
huisdieren kunnen optreden.
huisdieren kunnen optreden.
VOORZICHTIG opmerkingen
VOORZICHTIG opmerkingen
VOORZICHTIG opmerkingen
Over de symbolen
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belan
Het symbool wijst de gebruiker op belang
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
instructies of waarschuwingen. De specifieke bete
instructies of waarschuwingen. De specifieke bete
van het symbool wordt bepaald door het teken dat zich
van het symbool wordt bepaald door het teken dat
van het symbool wordt bepaald door het teken dat
binnen de driehoek bevindt. Het symbool dat zich in dit
binnen de driehoek bevindt. Het symbool dat zich i
binnen de driehoek bevindt. Het symbool dat zich i
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit t
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit t
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwi
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwi
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen die
Het symbool wijst de gebruiker op onderdele
Het symbool wijst de gebruiker op onderdele
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
nooit verplaatst mogen worden (verboden).
nooit verplaatst mogen worden (verboden).
specifieke handeling die niet uitgevoerd mag worden,
specifieke handeling die niet uitgevoerd mag wo
specifieke handeling die niet uitgevoerd mag wo
wordt aangegeven door het symbool dat zich binnen
wordt aangegeven door het symbool dat zich bi
wordt aangegeven door het symbool dat zich bi
de cirkel bevindt. Het symbool dat zich in dit geval aan
de cirkel bevindt. Het symbool dat zich in dit geva
de cirkel bevindt. Het symbool dat zich in dit geva
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat
uit elkaar gehaald mag worden.
uit elkaar gehaald mag worden.
uit elkaar gehaald mag worden.
Het ● wijst de gebruiker op onderdelen die verwijderd
Het wijst de gebruiker op onderdelen die verwij
Het wijst de gebruiker op onderdelen die verwij
moeten worden. De specifieke handeling die uitgevoerd
moeten worden. De specifieke handeling die uitgev
moeten worden. De specifieke handeling die uitgev
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
moet worden, wordt door het symbool binnen de c
moet worden, wordt door het symbool binnen de c
aangegeven. Het symbool dat zich in dit geval aan de
aangegeven. Het symbool dat zich in dit geval aa
aangegeven. Het symbool dat zich in dit geval aa
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer u
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer u
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet wor
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet wor
001
• Zorg dat u onderstaande instructies en de gebruikers­handleiding leest, voordat u het apparaat in gebruik neemt.
...........................................................................................................
002b
• Maak het apparaat niet open, en voer geen interne modificaties uit. (De enige uitzondering hierop is wanneer in deze handleiding specifieke instructies staan, die opgevolgd dienen te worden om door de gebruiker te installeren opties aan te brengen, zie Hoofdstuk 28).
...........................................................................................................
003
• Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkende Roland distri­buteur, die u op de “Informatie” pagina kunt vinden.
...........................................................................................................
004
• Gebruik, of berg het apparaat nooit op, op plaatsen die:
• aan extreme temperaturen onderhevig zijn (bijvoor-
beeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur of die
• vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of
natte vloeren hebben of die
• aan regen worden blootgesteld of die
• stoffig zijn of die
• aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.
...........................................................................................................
007
• Zorg dat u het apparaat zo plaatst, dat het altijd waterpas staat, en stabiel zal blijven. Plaats het nooit op standaards die kunnen wiebelen of op hellende opper­vlakken.
...........................................................................................................
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 3
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
008a
• Het apparaat dient alleen op een type stroomvoor­ziening zoals in de instructies wordt beschreven aange­sloten te worden of zoals op het apparaat zelf wordt aangegeven.
...........................................................................................................
008e
• Gebruik alleen het bijgeleverde netsnoer.
...........................................................................................................
009
• Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken elementen en kortsluiting geproduceerd kan worden. Beschadigde snoeren betekenen een risico op brand en schokken!
...........................................................................................................
010
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produ­ceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
...........................................................................................................
011
• Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
=
...........................................................................................................
012a:
WAARSCHUWING
• Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur, te vinden op de “Informatie” pagina, indien:
• Het netsnoer of de stekker is beschadigd, of
• Er rook of een ongewone geur optreedt
• Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn
gekomen, of
• Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op andere
wijze nat is geworden), of
• Het apparaat niet normaal schijnt te functioneren of
een duidelijke verandering in werking laat zien.
...........................................................................................................
013
• In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels, die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat, op te volgen.
...........................................................................................................
014
• Bescherm het apparaat tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!)
...........................................................................................................
015
• Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengsnoeren – de totale hoeveelheid stroom die door alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de stroom classifi­catie (watts/ampères) van het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige ladingen kan de isolatie van het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten.
...........................................................................................................
016
• Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper, het dichtstbij­zijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur. Deze zijn te vinden op de “Informatie” pagina.
...........................................................................................................
020
• Houd lithium batterijen buiten het bereik van kleine kinderen. Indien een kind per ongeluk een batterij heeft ingeslikt, gaat u direct naar een dokter.
...........................................................................................................
021
• Lithium batterijen mogen nooit opnieuw opgeladen, verhit, uit elkaar gehaald of in vuur of water gegooid worden.
...........................................................................................................
022a
• Zet het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact, voordat u een printplaat gaat installeren. (model no. VS8F-2; p. 373).
...........................................................................................................
023
• SPEEL GEEN CD-ROM disk op een conventionele CD speler af. Het geluidsniveau dat geproduceerd wordt, kan permanent gehoorsverlies veroorzaken. Dit kan resulteren in schade aan luidsprekers of andere systeem­componenten.
...........................................................................................................
VOORZICHTIG
101a
• Het apparaat dient op een zodanige wijze geplaatst te worden, dat er voldoende ventilatieruimte beschikbaar is.
...........................................................................................................
102b
• Wanneer de stekker in het stopcontact of in dit apparaat word gestoken of eruit wordt gehaald, houdt u deze altijd bij de stekker zelf vast.
...........................................................................................................
103a:
• Door stofophoping tussen de stekker van het netsnoer en de stroomingang kan een verminderde isolatie en brand worden veroorzaakt. Veeg stof regelmatig met een droge doek weg. Ook dient u het netsnoer uit het stopcontact te halen als het apparaat gedurende een langere periode niet gebruikt zal worden.
...........................................................................................................
104
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik van kinderen geplaatst moeten worden.
...........................................................................................................
106
• Ga nooit boven op dit apparaat staan, en plaats er geen zware objecten op.
...........................................................................................................
107b
• Wanneer de stekker in het stopcontact of in dit apparaat word gestoken of eruit wordt gehaald, mogen uw handen nooit nat zijn.
...........................................................................................................
108a
• Voordat u het apparaat gaat verplaatsen, haalt u het netsnoer uit het stopcontact, en koppelt u de snoeren van alle apparaten los.
...........................................................................................................
109a
• Voordat u het apparaat gaat schoonmaken, zet u de stroom uit, en haalt u het netsnoer uit het stopcontact (p.78).
...........................................................................................................
110a
• Indien er onweer in uw omgeving wordt verwacht, haalt u het netsnoer uit het stopcontact.
...........................................................................................................
113
• Gebruik alleen het gespecificeerde type lithium batterij (model nr. CR2032) (hoofdstuk 28). Plaats de batterij volgens de aanwijzingen (om van een juiste polariteit verzekerd te zijn).
...........................................................................................................
114
• Gebruikte lithium batterijen moeten in overeen­stemming met de voorschriften in uw regio worden afgedankt.
...........................................................................................................
115a
• Installeer alleen de gespecificeerde printplaat (model nr. VS8F-2). Verwijder alleen de aangegeven schroeven (hoofdstuk 28).
...........................................................................................................
118
• Indien u de schroef van de aardingsklem of de schroeven van het deksel aan de onderzijde moet verwij­deren, bewaart u deze op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, zodat zij deze niet per ongeluk kunnen inslikken.
...........................................................................................................
4 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Belangrijke opmerkingen
Naast de onderdelen die onder “Belangrijke veiligheidsin­structies” en “Het apparaat op een veilige manier gebruiken” op pagina’s 3 en 4 worden genoemd, raden wij u aan het volgende te lezen en in acht nemen:
Stroomvoorziening
• Gebruik dit apparaat niet op hetzelfde stroomcircuit waar apparaten die lijn ruis genereren (zoals een elektrische motor of een variabel belichtingssysteem) ook gebruik van maken.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aange­sloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storingen en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten helpen voorkomen.
Plaatsing
• Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van versterkers (of andere apparatuur die grote stroom trans­formatoren bevat) kan tot een brom leiden. Om dit probleem op te heffen, verandert u de richting van dit apparaat of zet het verder van de storingsbron weg.
• Dit apparaat kan de ontvangst van radio of televisie verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers.
• Ruis kan geproduceerd worden, wanneer draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit apparaat bediend worden. Dit soort ruis kan optreden tijdens bellen of gebeld worden of tijdens het converseren. Als u dit soort problemen ondervindt, moet u de draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat plaatsen of uitzetten.
• Neem het volgende in acht als u de diskdrive van het apparaat gebruikt.
• Installeer het apparaat op een solide, waterpas niveau.
• Wanneer de diskdrive in werking is, mag u het apparaat niet verplaatsen of aan vibratie blootstellen.
• Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet bij apparaten die warmte verspreiden, laat het niet in een afgesloten voertuig achter en stel het niet aan extreme temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.
• Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid van de vorige locatie verschilt, kunnen binnen het apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden. Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kan schade of storing ontstaan. Voordat u het apparaat op de nieuwe locatie gaat gebruiken, laat u het enige uren acclimatiseren, totdat de condensatie volledig is verdampt.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoon­maakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol of oplos­middelen om de mogelijkheid van verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
Reparaties en data
• Wees er op bedacht, dat alle data in het geheugen van dit apparaat verloren kan gaan, wanneer het apparaat ter reparatie wordt aangeboden. Het is aan te bevelen om altijd een reservekopie van belangrijke data te maken (bijvoorbeeld op een CD-R/RW disk). Indien mogelijk kunt u de gegevens ook op papier schrijven. Tijdens reparaties wordt altijd geprobeerd om dataverlies te voorkomen. In bepaalde gevallen (bijvoorbeeld als het aan het geheugen gerelateerde circuit zelf niet werkt) kan de data tot onze spijt niet meer hersteld worden. Roland is niet verantwoordelijk voor verlies van data.
Memory Backup
• Dit apparaat bevat een batterij, die de geheugencircuits onder stroom houdt, zelfs als de hoofdschakelaar is uitgezet. Als deze batterij zwakker wordt, verschijnt het hieronder getoonde bericht in het scherm. Wanneer u dit bericht ziet, vervangt u de batterij zo snel mogelijk om te voorkomen dat alle data in het geheugen verloren gaat. Om de batterij te laten vervangen, neemt u contact op met uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service centrum of een erkende Roland distributeur. Deze kunt u vinden op de “Informatie” pagina.
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 5
Belangrijke opmerkingen
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
• Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen door storingen of onjuist gebruik van het apparaat onher­stelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van belangrijke data te beschermen, raden wij u aan om van tijd tot tijd een reservekopie van belangrijke data, die u op de geheugenkaart heeft opgeslagen, op een opslagapparaat te maken (bijvoorbeeld een CD-R/RW disk).
• De inhoud van data die op een opslagapparaat is opgeslagen (bijvoorbeeld een CD-R/RW disk), kan helaas niet meer hersteld worden, wanneer deze verloren is gegaan. Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies.
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere bedie­ningsknoppen van dit apparaat met gepaste voorzich­tigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen leiden.
• Sla nooit op het beeldscherm, en voer er geen hoge druk op uit.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
• Tijdens normale werking zal het apparaat een geringe hoeveelheid warmte afgeven.
• Om te vermijden dat u uw buren stoort, probeert u het volume van dit apparaat op een redelijk niveau te houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het bijzonder.)
• Wanneer u het apparaat moet transporteren, verpakt u het in de originele doos (inclusief schokabsorberend materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmate­riaal moeten gebruiken.
• Gebruik een Roland kabel om de aansluiting te maken. Als u een kabel van een ander merk gebruikt, neem dan notitie van onderstaande voorzorgsmaatregelen.
• Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels, die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit soort kabels kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecifi­caties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
Behandeling van de interne harddisk drive
• De harddisk is een gebruiksartikel. Om verlies van belangrijke data door onopzettelijke beschadiging van de disk te voorkomen, adviseren wij u regelmatig een reser­vekopie op de CD-R/RW te maken.
• Voordat u de VS-2400CD uitzet, dient u de afsluitings­procedure uit te voeren (zie hoofdstuk 4).
• Als deze niet wordt uitgevoerd, kan projectdata verloren gaan of de harddisk beschadigd raken.
• Zet de stroom niet uit, terwijl de harddisk in werking is.
• Tijdens het gebruik van de VS-2400CD mag deze niet aan trillingen of schokken worden blootgesteld. Ook mag het apparaat niet verplaatst worden als de stroom aanstaat.
• Installeer het apparaat op een stevig, waterpas oppervlak en op een plaats waar geen trillingen voorkomen. Als het apparaat op een hoek moet worden geplaatst, let u erop dat het toegestane draagvlak niet wordt overschreden.
• Neem het apparaat niet direct in gebruik, nadat het naar een locatie met een andere vochtigheidsgraad is verplaatst. Door plotselinge verandering van omgeving kan er condens binnen de drive worden gevormd, dat de werking van de drive ongunstig kan beïnvloeden. Indien het apparaat is verplaatst, laat u het eerst een aantal uren aan de nieuwe omgeving wennen, voordat u het in gebruik neemt.
6 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Belangrijke opmerkingen
Behandeling van de CD-RW drive
Toegangsindicator
Nood eject
• Installeer het apparaat op een solide, waterpas oppervlak en op een locatie waar geen trillingen voorkomen.
• Gebruik het apparaat niet direct nadat het naar een locatie met een andere vochtigheidsgraad is verplaatst. Door plotselinge verandering van omgeving kan er condens binnen de drive worden gevormd, wat de werking van de drive niet ten goede komt, en/of waardoor de disks kunnen beschadigen. Als het apparaat is verplaatst, laat u het eerst aan de nieuwe omgeving wennen, en wacht u enkele uren, voordat u het in gebruik neemt.
• Het is ten strengste verboden om de lade te openen, terwijl de VS-2400CD in werking is (als de DISK indicator van de VS-2400CD of de toegangsindicator van de ingebouwde CD-RW drive is verlicht).
• Voordat u het apparaat aan of uitzet, verwijdert u de disk uit de drive.
• Als u de VS-2400CD draagt, verwijdert u de disk uit de lade.
• Om storingen en/of schade te voorkomen, steekt u alleen disks met in de CD-RW drive. Gebruik nooit een
ander type disk. Zorg dat er geen paperclips, munten of andere vreemde objecten in de drive terechtkomen.
• Raak de lens niet aan.
• Als de lens vies is, kunt u deze met een in de winkel verkrijgbaar reinigings­product schoonmaken.
Eject knop
Lens
Behandeling van CD-R/CD-RW disks
• Speel geen CD-R/RW disk (CD-R/RW disk, waarop songdata is opgeslagen) op een conventionele CD speler af. Het niveau van het resulterende geluid kan zodanig zijn, dat het permanent gehoorsverlies kan veroorzaken. Ook kunnen de luidsprekers of andere systeemcompo­nenten hierdoor beschadigen.
• Voordat u met de disks gaat werken, neemt u notitie van het volgende:
• Raak het opgenomen oppervlak van de disk niet aan.
• Niet gebruiken op stoffige plaatsen.
• Stel de disk niet aan direct zonlicht bloot, en laat deze niet in een afgesloten auto achter.
• Vermijd het aanraken of krassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disk. Bescha­digde of vuile disks kunnen niet goed gelezen worden. Zorg dat uw disks met een in de winkel verkrijgbaar CD reinigingsproduct schoon blijven.
• Bewaar de disk in het doosje.
• Laat de disk niet gedurende langere tijd in de CR-RW drive zitten.
• Plak geen etiket op de disk.
• Veeg de disk met een droge, zachte doek in radiale beweging, van binnen naar buiten, schoon. Veeg niet met de cirkelomtrek mee.
• Gebruik geen wasbenzine, platenreinigingsspray of oplos­middelen.
• Buig de disk niet.
Behandeling van CD-ROMs
• Vermijd het aanraken of krassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disk. Bescha­digde of vuile CD ROM disks kunnen niet goed gelezen worden. Zorg dat uw disks met een in de winkel verkrijgbaar CD reinigingsproduct schoon blijven.
Auteursrecht
• Het onbevoegd opnemen, verspreiden, verkopen, uitlenen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soortgelijke handelingen van een volledig werk of gedeelte daarvan (muzikale compositie, video, uitzending, publiekelijke uitvoering enz.) waarvan het auteursrecht bij een derde partij ligt, is bij de wet verboden.
• Bij uitwisseling van geluidssignalen via een digitale verbinding met een extern instrument, kan dit apparaat opnemen zonder dat het aan de restricties van het Serial Copy management System (SCMS) is onderworpen. Dit komt, doordat het apparaat alleen voor muziekproductie is bedoeld, en is zo ontworpen dat het niet aan restricties onderhevig is, zolang het wordt gebruikt voor het opnemen van werken die de auteursrechten van anderen niet schenden (zoals uw eigen composities). (SCMS is een beveiliging dat tweede generatie en verder kopiëren via een digitale verbinding verhindert. Het is in MD (Mini­Disc) recorders en andere digitale geluidsapparatuur voor consumenten ingebouwd als een beveiligingselement ter bescherming van het auteursrecht).
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 7
Belangrijke opmerkingen
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden, waarbij het auteursrecht van een derde partij overtreden kan worden. Wij zijn op geen enkele wijze verantwoordelijk voor overtredingen van het auteursrecht van een derde partij, die door gebruik van dit apparaat worden begaan.
8 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Inhoud
Stap voor stap instructie zoeker 21
1 – Welkom 29
Over deze handleiding ................................................................................................................................................... 29
Hoe de VS-2400CD handleiding is ingedeeld ........................................................................................................ 29
Namen ....................................................................................................................................................................... 30
Opmerking, tip, overzicht en waarschuwingsiconen ......................................................................................... 30
Andere documenten in het VS-2400CD venster ......................................................................................................... 32
Meer hulp ......................................................................................................................................................................... 32
De Roland US website ............................................................................................................................................. 32
2 – Wegwijzer 33
Het bovenpaneel van de VS-2400CD ........................................................................................................................... 33
Analoge input jacks ................................................................................................................................................. 33
Monitor/weergave regeling ................................................................................................................................... 34
Kanaalstrips indeling .............................................................................................................................................. 35
Weergave gebied ...................................................................................................................................................... 39
Numeriek toetsenbord ........................................................................................................................................... 41
Basisknoppen en navigatiemiddelen .................................................................................................................... 45
Het achterpaneel van de VS-2400CD ........................................................................................................................... 48
3 – Introductie van de VS-2400CD 51
Wat zit er in de VS-2400CD? ......................................................................................................................................... 51
Input jacks en aansluitingen ................................................................................................................................... 51
Het mengpaneel ....................................................................................................................................................... 52
De interne effecten ................................................................................................................................................... 54
De harddisk recorder .............................................................................................................................................. 55
Signaalstroom .................................................................................................................................................................. 56
Projecten ........................................................................................................................................................................... 56
Bussen in de VS-2400CD ................................................................................................................................................ 57
Wat is een bus? ......................................................................................................................................................... 57
Over directe paden .................................................................................................................................................. 58
Perfecte niveaus bereiken ....................................................................................................................................... 58
Wat is “Clipping”? .......................................................................................................................................................... 58
Hoe verkrijg ik goede niveaus? .................................................................................................................................... 59
De noodzaak van een reservekopie .............................................................................................................................. 60
4 – Installeren en basisbedieningen 61
Benodigdheden ............................................................................................................................................................... 61
Stroom ....................................................................................................................................................................... 61
Een manier om de VS-2400CD te beluisteren ...................................................................................................... 61
Voorbereiding .................................................................................................................................................................. 61
De stroom inschakelen ................................................................................................................................................... 63
Wat er tijdens het opstarten van de VS-2400CD gebeurt ................................................................................... 63
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 9
Inhoud
De VS-2400CD configureren .......................................................................................................................................... 64
De VGA monitor, muis en het toetsenbord installeren ...................................................................................... 64
De klok van de VS-2400CD instellen ..................................................................................................................... 65
Enige fundamentele concepten ..................................................................................................................................... 65
Selectie ....................................................................................................................................................................... 65
Schakelaars ................................................................................................................................................................ 66
Parameters en waardes ............................................................................................................................................ 66
Hulpmiddelen die u altijd zult gebruiken ................................................................................................................... 66
De Cursor/ZOOM knoppen .................................................................................................................................. 66
De F knoppen ............................................................................................................................................................ 66
Pagina’s ...................................................................................................................................................................... 67
De Time/Value draaiknop ...................................................................................................................................... 67
De ENTER/YES en EXIT/NO knoppen ............................................................................................................... 68
De SHIFT knop ......................................................................................................................................................... 68
Een Muis gebruiken ................................................................................................................................................. 68
Een ASCII toetsenbord gebruiken ......................................................................................................................... 70
UNDO en REDO ...................................................................................................................................................... 70
Namen toewijzen ...................................................................................................................................................... 71
Nummers invoeren met het numerieke toetsenbord .......................................................................................... 72
Indien u monitors uit de DS-serie gebruikt ................................................................................................................. 73
Gereedmaken voor Digitale Roland DS serie monitors ..................................................................................... 73
Uw luisterniveau bijstellen ............................................................................................................................................ 74
De fabrieksdemo’s afspelen ........................................................................................................................................... 74
“Chemistry” ............................................................................................................................................................. 74
Overige Demo’s ........................................................................................................................................................ 78
De VS-2400CD uitzetten ................................................................................................................................................. 78
De VS-2400CD uitzetten .......................................................................................................................................... 78
5 – Effecten leren begrijpen 79
De effecten van de VS-2400CD onder controle krijgen .............................................................................................. 79
Droog en nat .............................................................................................................................................................. 79
Effect Routings ................................................................................................................................................................. 79
Insert effecten ............................................................................................................................................................ 80
Wanneer insert effecten worden gebruikt ............................................................................................................ 80
Loop effecten ............................................................................................................................................................. 80
Master effecten .......................................................................................................................................................... 81
Uw effectprocessors optimaal gebruiken .................................................................................................................... 82
6 – De harddisk recorder leren begrijpen 83
VS-2400CD Harddisk drives .......................................................................................................................................... 83
Wat is een harddrive? .............................................................................................................................................. 83
Hoe een VS-2400CD harddrive data onderbrengt .............................................................................................. 83
Een harddisk voorbereiden voor gebruik ............................................................................................................. 84
Hoe geluid op een VS-2400CD harddrive wordt opgenomen .......................................................................... 84
Hoe opnames worden afgespeeld ................................................................................................................................. 84
Random acces ........................................................................................................................................................... 84
Wat is Pointer-based afspelen? ............................................................................................................................... 84
Non-destructieve, pointer-based bewerking ............................................................................................................... 85
Pointer-based bewerking ........................................................................................................................................ 85
Wat is een VS-2400CD track? ......................................................................................................................................... 86
De kracht van V-Tracks ........................................................................................................................................... 87
10 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Basisbeginselen van trackbewerking ........................................................................................................................... 88
Over het bewerken van phrases ............................................................................................................................ 88
Over bewerkingsregio’s .......................................................................................................................................... 88
7 – Project en Drive handelingen 89
Navigeren door de PROJECT menuschermen ............................................................................................................ 89
Met de PROJECTLIJST werken .............................................................................................................................. 89
Over “Store Current?” berichten ........................................................................................................................... 90
Project operaties .............................................................................................................................................................. 91
Over F6 (MARK) ...................................................................................................................................................... 91
SELECT ...................................................................................................................................................................... 91
NIEUW ...................................................................................................................................................................... 92
NAAM ....................................................................................................................................................................... 95
BEVEILIGING .......................................................................................................................................................... 95
Optimalisatie ............................................................................................................................................................ 96
Selectie van de bestemmingsdrive ........................................................................................................................ 97
COPY ......................................................................................................................................................................... 97
ERASE ........................................................................................................................................................................ 98
SPLIT .......................................................................................................................................................................... 99
COMBINE ............................................................................................................................................................... 100
BACKUP ................................................................................................................................................................. 101
RECOVER ............................................................................................................................................................... 103
IMPORT .................................................................................................................................................................. 104
EXPORT ................................................................................................................................................................... 105
Drive handelingen ........................................................................................................................................................ 106
Disk onderhoud ..................................................................................................................................................... 107
Fragmentatie ........................................................................................................................................................... 107
Format Drive .......................................................................................................................................................... 108
Wis partitie .............................................................................................................................................................. 110
Drive Check ............................................................................................................................................................ 111
Inhoud
8 – Het Home scherm 115
Elementen van het Home scherm ............................................................................................................................... 115
Display Pop-up Menu knop ................................................................................................................................. 115
Weergave van het huidige kanaal ....................................................................................................................... 116
PAN knoppen ......................................................................................................................................................... 116
Weergave van de meters ....................................................................................................................................... 116
Positiebalk ............................................................................................................................................................... 118
De speellijst ............................................................................................................................................................. 118
Meter schakelaars .................................................................................................................................................. 120
Input peak indicators ............................................................................................................................................ 122
Weergave van de huidige tijdslocatie ................................................................................................................. 122
Klok, kalender ........................................................................................................................................................ 123
De Fader/Pan weergave gebruiken ........................................................................................................................... 123
De F/P schakelaars ................................................................................................................................................ 123
Over de ID knoppen ..................................................................................................................................................... 124
9 – Met ingangssignalen werken 125
Analoge ingangssignalen ............................................................................................................................................. 125
Analoge aansluitingen maken ............................................................................................................................. 125
Fantoomvoeding ........................................................................................................................................................... 126
Analoge ingangsniveaus selecteren .................................................................................................................... 126
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 11
Inhoud
Digitale ingangssignalen .............................................................................................................................................. 127
De coaxiale of optische digitale ingangen aanzetten ........................................................................................ 127
Digitale overwegingen .......................................................................................................................................... 127
De Master Clock ..................................................................................................................................................... 128
Digitale ingangssignalen opnemen ..................................................................................................................... 130
Ingangssignalen naar ingangskanalen sturen ........................................................................................................... 130
Een Input Patching scherm kiezen ...................................................................................................................... 131
Hoe ingangsverbindingen werken ...................................................................................................................... 131
Input aansluitingen onderling verbinden (patching) ....................................................................................... 132
10 – De digitale mixer gebruiken 133
Kanalen veranderen ...................................................................................................................................................... 133
Schakelen tussen Input, Track, Aux en FX kanalen .......................................................................................... 134
Kanaal selectie ................................................................................................................................................................ 134
Een kanaal voor bewerking selecteren ................................................................................................................ 134
Over de kanaal schuifregelaars ................................................................................................................................... 134
Fadergroep niveaus met de kanaalstrips besturen ........................................................................................... 135
De stereo positionering aanpassen met de schuifregelaars .................................................................................... 135
De FADER ASSIGN knop ............................................................................................................................................ 136
De FADER ASSIGN optie aan en uitzetten ........................................................................................................ 136
Faderbesturing van Aux Send niveaus activeren .............................................................................................. 136
Een parameter naar keuze besturen .................................................................................................................... 136
De MASTER Fader ........................................................................................................................................................ 137
Kanaalsignalen op mute of solo instellen .................................................................................................................. 138
Mute Mode .............................................................................................................................................................. 138
Solo Mode ................................................................................................................................................................ 138
Scenes .............................................................................................................................................................................. 139
Basale scene handelingen ...................................................................................................................................... 140
Scenes bewerken ..................................................................................................................................................... 141
Scenes in de Safe Mode ......................................................................................................................................... 142
Mixer parameters opnieuw instellen .......................................................................................................................... 143
11 – Invoer en trackkanaal gereedschap 145
Een CH EDIT scherm bekijken .................................................................................................................................... 145
Introductie van de CH EDIT schermen ...................................................................................................................... 145
Hoe de CH EDIT schermen zijn opgebouwd ..................................................................................................... 145
De CH EDIT schermen ................................................................................................................................................. 146
Het CH EDIT VIEW scherm ................................................................................................................................. 146
Het DYN scherm .................................................................................................................................................... 153
Het EQ Scherm ....................................................................................................................................................... 158
Het FX Ins scherm .................................................................................................................................................. 161
Het Surrnd scherm ................................................................................................................................................. 161
Het CH EDIT ASSIGN scherm ............................................................................................................................. 162
Parameter overzicht ............................................................................................................................................... 162
Bij elkaar passende CH EDIT hulpmiddelen ............................................................................................................ 164
De CH EDIT VIEW CpyPRM knop ..................................................................................................................... 164
De RESET knoppen van het DYN en EQ scherm .............................................................................................. 164
12 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
12 – Met invoerkanalen werken 165
Introductie tot kanaal routing .............................................................................................................................. 165
Verbonden stereo invoerkanalen routen ............................................................................................................ 165
Een signaal van een invoerkanaal naar een track sturen ........................................................................................ 166
Invoerkanalen naar tracks sturen met gebruik van Quick Routing ............................................................... 166
Ingangssignaal routing in het EZ ROUTING VIEW scherm ........................................................................... 168
Ingangskanaal signalen en de hoofdmix ................................................................................................................... 169
Ingangssignalen uit de hoofdmix verwijderen .................................................................................................. 169
Een ingangskanaal signaal aan de hoofdmix toevoegen ................................................................................. 169
Een ingangskanaal signaal naar een Direct pad sturen ........................................................................................... 170
13 – De harddisk recorder bedienen 171
De transportknoppen ................................................................................................................................................... 171
De belangrijkste transportknoppen .................................................................................................................... 171
Speciale transportknoppen ................................................................................................................................... 171
De TRACK STATUS knoppen .................................................................................................................................... 172
Hoe de TRACK STATUS knoppen werken .............................................................................................................. 172
Opnemen ........................................................................................................................................................................ 172
Voordat een track wordt opgenomen ................................................................................................................. 172
Een nieuwe track opnemen .................................................................................................................................. 173
Afspelen .......................................................................................................................................................................... 173
Basis afspeelprocedure .......................................................................................................................................... 173
Door een project bewegen .................................................................................................................................... 173
Jump gebruiken ...................................................................................................................................................... 174
Looped afspelen ..................................................................................................................................................... 174
Afspelen met Vari Pitch ........................................................................................................................................ 176
Preview .................................................................................................................................................................... 177
Scrub ........................................................................................................................................................................ 178
Locators .......................................................................................................................................................................... 179
Basis locator handelingen ..................................................................................................................................... 179
Andere locator handelingen ................................................................................................................................. 180
Automatisch naar de Locator mode overschakelen ......................................................................................... 181
Locators in de Safe mode ...................................................................................................................................... 181
Een markering plaatsen ........................................................................................................................................ 183
De Nu lijn naar een markering verplaatsen ....................................................................................................... 183
Markeringen verwijderen ..................................................................................................................................... 184
Markeringen bewerken ......................................................................................................................................... 184
Punching ......................................................................................................................................................................... 185
Afluisteren tijdens punching ................................................................................................................................ 185
Voordat u punch uitvoert ..................................................................................................................................... 186
Handmatige punch in en out ............................................................................................................................... 186
Auto-punching ....................................................................................................................................................... 186
Inhoud
14 – Werken met track kanalen 189
Bouncen .......................................................................................................................................................................... 189
Het mechanisme van bouncen ............................................................................................................................. 190
Mono en stereo bouncen ....................................................................................................................................... 190
Alles op zijn tijd ..................................................................................................................................................... 190
De bestemmingstracks verbinden voor een stereo bounce ............................................................................. 191
Tracks routen voor een bounce ............................................................................................................................ 191
Luisteren terwijl u bounced ................................................................................................................................. 194
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 13
Inhoud
De bounce mixen .................................................................................................................................................... 194
De bounce uitvoeren .............................................................................................................................................. 195
Een signaal van een trackkanaal naar een Direct pad sturen ................................................................................. 196
Een track naar een Direct pad sturen .................................................................................................................. 196
Mixen ............................................................................................................................................................................... 196
Het mechanisme van mixen ................................................................................................................................. 196
15 – Aux bussen en Directe paden 199
Aux bussen ..................................................................................................................................................................... 199
Aux bus overzicht .................................................................................................................................................. 199
Wanneer wordt een Aux bus gebruikt? .............................................................................................................. 199
Een signaal naar een Aux bus sturen .................................................................................................................. 200
Stereo Aux bussen .................................................................................................................................................. 200
Aux bus niveaus ..................................................................................................................................................... 200
Een Aux bus configureren .................................................................................................................................... 201
Directe paden ................................................................................................................................................................. 202
Wanneer gebruikt u een Direct pad? ................................................................................................................... 202
Een signaal naar een Direct pad sturen .............................................................................................................. 203
Direct pad niveaus ................................................................................................................................................. 203
Een Direct pad configureren ................................................................................................................................. 203
Aux bus/Direct pad strategie ...................................................................................................................................... 204
Signalen naar interne effecten sturen .................................................................................................................. 204
Signalen naar externe apparaten sturen ............................................................................................................. 204
Signalen naar tracks sturen ................................................................................................................................... 205
Een koptelefoonmix creëren met gebruik van een Aux bus ................................................................................... 205
16 – Effecten gebruiken 207
Loop effecten gebruiken ............................................................................................................................................... 207
Een intern Loop effect instellen ............................................................................................................................ 207
Een extern Loop effect instellen ........................................................................................................................... 209
Een effect invoegen ....................................................................................................................................................... 210
Over invoegbare (insert) effecten ......................................................................................................................... 210
Invoer en trackkanaal insert effecten .................................................................................................................. 210
MASTER bus insert effecten ................................................................................................................................. 213
Effect patches selecteren, bewerken en opslaan ....................................................................................................... 214
Het EFFECT VIEW scherm ................................................................................................................................... 214
Het Algorithm View scherm ................................................................................................................................ 215
Effect patches selecteren ........................................................................................................................................ 215
Effect patches bewerken ........................................................................................................................................ 217
Effect patches opslaan ........................................................................................................................................... 218
Speaker Modeling .......................................................................................................................................................... 219
Speaker Modeling gebruiken ............................................................................................................................... 219
Microphone Modeling .................................................................................................................................................. 220
RSS PAN ......................................................................................................................................................................... 220
17 – Werken met FX returnkanalen 223
De FX returnkanaal fader ............................................................................................................................................. 223
FX return CH EDIT hulpmiddelen ...................................................................................................................... 223
Het hoofd FX return CH EDIT scherm ............................................................................................................... 224
Het FX Return Parameter View scherm .............................................................................................................. 227
Effecten naar tracks sturen ........................................................................................................................................... 227
Een FX returnkanaal routen met Quick Routing ............................................................................................... 228
14 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
FX Return Routing in het EZ Routing VIEW scherm ....................................................................................... 229
Effecten aan een koptelefoonmix toevoegen ............................................................................................................. 230
18 – Tracks bewerken 231
Bewerkingsbegrippen en overzicht ............................................................................................................................ 231
Frases en regio’s ..................................................................................................................................................... 231
Bewerkingspunten ................................................................................................................................................. 232
De IN, OUT, FROM en TO knoppen gebruiken ................................................................................................ 233
Bewerkingen uitvoeren ................................................................................................................................................ 234
Het uiterlijk van geselecteerde tracks, frases en regio’s ................................................................................... 234
Waar bewerking plaatsvindt ................................................................................................................................ 234
Frase of regiobewerking selecteren ..................................................................................................................... 236
Bewerkingsmethodes ............................................................................................................................................ 236
Bewerkingsberichten ............................................................................................................................................. 237
Bewerken met een muis ........................................................................................................................................ 238
Bewerken vanuit het TRACK menu ................................................................................................................... 245
19 – Frase bewerkingsoperaties 251
COPY .............................................................................................................................................................................. 251
MOVE ............................................................................................................................................................................. 253
TRIM IN .......................................................................................................................................................................... 253
TRIM OUT ...................................................................................................................................................................... 254
DELETE .......................................................................................................................................................................... 254
SPLIT ............................................................................................................................................................................... 254
NEW ................................................................................................................................................................................ 255
NORMALIZE ................................................................................................................................................................. 256
DIVIDE ........................................................................................................................................................................... 256
NAME ............................................................................................................................................................................. 257
PARAMETER ................................................................................................................................................................ 258
Take Mngr ...................................................................................................................................................................... 259
Inhoud
20 – Regio bewerkingsoperaties 261
COPY .............................................................................................................................................................................. 261
MOVE ............................................................................................................................................................................. 263
INSERT ........................................................................................................................................................................... 263
CUT ................................................................................................................................................................................. 264
ERASE ............................................................................................................................................................................. 265
COMP/EXP. .................................................................................................................................................................. 265
IMPORT .......................................................................................................................................................................... 267
EXCHANGE .................................................................................................................................................................. 268
ARRANGE ..................................................................................................................................................................... 268
NAME ............................................................................................................................................................................. 270
21 – Werken met de uitgangen van de VS-2400CD 271
De uitgangen van de VS-2400CD ................................................................................................................................271
Uitgangsparen ........................................................................................................................................................ 271
Analoge uitgangsjacks .......................................................................................................................................... 271
Digitale uitvoer aansluitingen ............................................................................................................................. 271
Uitvoer signaal routing ................................................................................................................................................ 272
Bus routing .............................................................................................................................................................. 272
Track Direct Outs ................................................................................................................................................... 274
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 15
Inhoud
22 – EZ Routing 277
De EZ ROUTING schermen ......................................................................................................................................... 277
Door de EZ ROUTING schermen navigeren ..................................................................................................... 277
EZ ROUTING VIEW scherm ................................................................................................................................ 278
Het EZ ROUTING PATCH BAY scherm ............................................................................................................ 278
Het EZ ROUTING OUTPUT ASSIGN scherm .................................................................................................. 279
Het EZ ROUTING LOOP EFFECT ASSIGN scherm ........................................................................................ 280
EZ Routing hulpmiddelen ........................................................................................................................................... 281
EZ Routing Templates opslaan en laden ................................................................................................................... 282
Een EZ Routing template opslaan ....................................................................................................................... 282
Een EZ Routing template laden ........................................................................................................................... 283
23 – MIDI en synchronisatie 285
MIDI operaties ............................................................................................................................................................... 285
VS-2400CD MIDI basisbeginselen ....................................................................................................................... 285
V.Fader – het VS-2400CD MIDI regeling oppervlak ......................................................................................... 286
De VS-2400CD op afstand besturen met MIDI .................................................................................................. 287
VS-2400CD instellingen op afstand opslaan met MIDI .................................................................................... 290
MIDI Metronoom ................................................................................................................................................... 292
Synchronisatie ................................................................................................................................................................ 293
Waarom moet de VS-2400CD gesynchroniseerd worden? .............................................................................. 293
Basis synchronisatie concepten ............................................................................................................................ 293
Werken met een sync track ................................................................................................................................... 297
Werken met een tempo map ................................................................................................................................. 298
Een extern apparaat met de VS-2400CD synchroniseren ................................................................................. 301
De VS-2400CD aan een extern apparaat synchroniseren ................................................................................. 302
De VS-2400CD en videoapparatuur synchroniseren ........................................................................................ 304
Digitale geluidsdata uitwisselen tijdens synchronisatie .................................................................................. 308
24 – Surround 309
Wat is Surround? ........................................................................................................................................................... 309
Surround formaten ................................................................................................................................................ 309
Hoe de VS-2400CD Surround aanlevert .................................................................................................................... 310
Surround mode aanzetten ............................................................................................................................................ 311
Een signaal in het Surround gebied plaatsen ............................................................................................................ 312
Master Surround bus niveaus aanpassen .................................................................................................................. 313
25 – Automix 315
De voordelen van Automix .......................................................................................................................................... 315
Hoe Automix werkt ...................................................................................................................................................... 315
Het AUTOMIX scherm .......................................................................................................................................... 316
Automix mode activeren ....................................................................................................................................... 318
De AUTOMIX STATUS knoppen ........................................................................................................................ 318
Automix data opnemen ................................................................................................................................................ 319
Realtime Automix opname ................................................................................................................................... 319
Automix data in realtime punchen ...................................................................................................................... 320
Snapshot opname van parameterwaardes ......................................................................................................... 322
Automix data afspelen .................................................................................................................................................. 322
Automix data bewerken ............................................................................................................................................... 322
Automix bewerkingsconcepten ........................................................................................................................... 322
Automix bewerkingsmethodes ............................................................................................................................ 324
16 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Automix bewerkingsoperaties ............................................................................................................................. 325
Automix data bewerken met Micro Edit ............................................................................................................ 328
Automix en V-Link ....................................................................................................................................................... 329
26 – Mastering en CD-R/RW operaties 331
Mastering ........................................................................................................................................................................ 331
Mixen voor mastering ........................................................................................................................................... 331
Belangrijke mastering concepten ......................................................................................................................... 331
Werken in de Mastering Room van de VS-2400CD .......................................................................................... 335
Mastering tracks bewerken .................................................................................................................................. 338
CD track markeringen plaatsen ........................................................................................................................... 339
CD-R/RW operaties ..................................................................................................................................................... 341
Een audio CD creëren ........................................................................................................................................... 341
Een CD-RW disk wissen ....................................................................................................................................... 344
Als er tijdens het CD branden storingsmeldingen verschijnen ...................................................................... 344
De CD speler optie ................................................................................................................................................. 345
Importeren van .WAV bestanden ....................................................................................................................... 346
Tracks en frases als .WAV bestanden exporteren ............................................................................................. 348
CD Capture ............................................................................................................................................................. 350
27– Utility Menu parameters 353
Inhoud
Het hoofd UTILITY menu scherm .............................................................................................................................. 353
SYSTEM .......................................................................................................................................................................... 354
PHANTOM SW ...................................................................................................................................................... 354
EXT LEVEL METER (MB-24) ............................................................................................................................... 354
VGA ......................................................................................................................................................................... 355
PS/2 MOUSE .......................................................................................................................................................... 356
PS/2 KEYBOARD .................................................................................................................................................. 356
GLOBAL ......................................................................................................................................................................... 356
Bedieningsscherm .................................................................................................................................................. 359
PROJECT ........................................................................................................................................................................ 359
DIGITAL I/O .......................................................................................................................................................... 359
BEELDSCHERM .................................................................................................................................................... 360
PLAYREC ....................................................................................................................................................................... 360
VARI PITCH ........................................................................................................................................................... 361
SOLO/MUTE ......................................................................................................................................................... 361
PREVIEW ................................................................................................................................................................ 361
MIDI ......................................................................................................................................................................... 362
SYNC ............................................................................................................................................................................... 362
TEMPO ........................................................................................................................................................................... 362
Metronoom ..................................................................................................................................................................... 362
AUTO PUNCH/LOOP ................................................................................................................................................ 365
MARKER ........................................................................................................................................................................ 365
LOCATE ......................................................................................................................................................................... 365
V.FDR .............................................................................................................................................................................. 365
SCENE ............................................................................................................................................................................ 365
AUTOMIX ...................................................................................................................................................................... 365
SURROUND .................................................................................................................................................................. 366
Oscillator/ANALYZER ............................................................................................................................................... 366
Generator ................................................................................................................................................................ 366
Analyzer .................................................................................................................................................................. 368
DATE/TIME .................................................................................................................................................................. 370
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 17
Inhoud
Parameter initialisatie ................................................................................................................................................... 370
Mixer en UTILITY parameters opnieuw instellen ............................................................................................ 370
R-BUS .............................................................................................................................................................................. 371
RSS PAN SETUP ............................................................................................................................................................ 371
28 – De VS-2400CD uitbreiden 373
Een VS8F-2 Effect expansieboard installeren ........................................................................................................... 373
Installation de la carte d’extension d’effets (French language for Canadian Safety Standard) ......................... 375
Een MB-24 Niveaumeter aansluiten ........................................................................................................................... 377
De batterij van de VS-2400CD vervangen ................................................................................................................. 377
Remplacement de la pile du VS-2400CD.fs (French language for Canadian Safety Standard) ......................... 379
29 – Een VGA monitor gebruiken: Overzicht 381
Over hoofdstukken 29-35 ............................................................................................................................................. 381
Het hoofdscherm en het Info scherm ......................................................................................................................... 381
De Operation Target instellen .............................................................................................................................. 381
Over het hoofdscherm .................................................................................................................................................. 382
Het LCD als hoofdscherm ..................................................................................................................................... 382
De VGA als hoofdscherm ..................................................................................................................................... 382
Over het Info scherm .................................................................................................................................................... 384
Als de VGA als het Info scherm is toegewezen ................................................................................................. 384
Als het LCD scherm als Info scherm is toegewezen ......................................................................................... 386
30 – Universele elementen van het VGA hoofdscherm 387
VGA menu's ................................................................................................................................................................... 387
Het PROJECT menu ............................................................................................................................................... 387
Het TRACK menu .................................................................................................................................................. 388
Het EFFECT menu ................................................................................................................................................. 388
Het UTILITY menu ................................................................................................................................................ 389
MIXER menu ........................................................................................................................................................... 390
EZROUTING menu ............................................................................................................................................... 390
CD-RW MASTERING menu ................................................................................................................................ 390
VGA regelingsbalk ........................................................................................................................................................ 392
PAN Knob Strip ............................................................................................................................................................. 395
De VGA Input Clipping indicators ............................................................................................................................. 396
VGA F knoppen ............................................................................................................................................................. 396
Status Strip ...................................................................................................................................................................... 396
VGA Resterende ruimte status strip ........................................................................................................................... 396
31 – Het Home scherm van het VGA hoofdscherm 397
De meters strip ............................................................................................................................................................... 397
Werken met de meters strip .................................................................................................................................. 398
Het speellijst gebied ...................................................................................................................................................... 400
De VGA speellijst bedienen .................................................................................................................................. 400
VGA speellijst trackregelingen ............................................................................................................................. 402
De maatbalk van de speellijst ............................................................................................................................... 406
Trackgeluid van de VGA speellijst bewerken .................................................................................................... 407
Het bedieningspaneel van de VGA speellijst ..................................................................................................... 409
Het VGA Wave scherm ......................................................................................................................................... 410
18 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
32 – CH VIEW schermen van het VGA hoofdscherm 411
CH EDIT parameters op de VGA weergeven ........................................................................................................... 411
Universele CH VIEW elementen ................................................................................................................................ 411
AUX zendregelingen ............................................................................................................................................. 413
DIR (DIRECT) 1-8 selector .................................................................................................................................... 414
Kanaal specifieke parameter strips ............................................................................................................................. 414
Input Channel parameter strip ............................................................................................................................ 414
Trackkanaal parameter strip ................................................................................................................................ 415
FX returnkanaal kanaal strip ................................................................................................................................ 416
Invoer en trackkanaal CH VIEW elementen ............................................................................................................. 416
Track/V-Track info ................................................................................................................................................ 416
Dynamiek en EQ regelingen ................................................................................................................................ 417
EFFECT INSERT regelingen ................................................................................................................................. 419
FX returnkanaal CH VIEW elementen ....................................................................................................................... 420
LOOP FX ASSIGN ................................................................................................................................................. 420
Effect Algorithm scherm ....................................................................................................................................... 420
33 – VGA Hoofdscherm Mixer afbeeldingen 421
Gedeelde elementen ..................................................................................................................................................... 421
Gedeelde MASTER fader strip ............................................................................................................................ 421
FADER Select Indicator ........................................................................................................................................ 422
Aux Send schuifregelaars ..................................................................................................................................... 422
Input Mixer/Master Block scherm ............................................................................................................................. 423
Invoer kanaalstrips ................................................................................................................................................ 423
Master Block strips ................................................................................................................................................ 424
Track Mixer/Return Mixer scherm ............................................................................................................................ 425
Track Channel Strips ............................................................................................................................................. 426
FX returnkanaal strips ........................................................................................................................................... 427
Multi-Channel Strip schermen .................................................................................................................................... 428
De MASTER strip van het Multi-Channel scherm ............................................................................................ 428
Multi-Channel scherm invoerkanalen ................................................................................................................ 429
Multi-Channel scherm Aux en Direct pad kanalen .......................................................................................... 431
Multi-Channel scherm Track kanalen ................................................................................................................ 432
Multi-Channel scherm FX returnkanalen .......................................................................................................... 434
Multi-Channel scherm V.FADER kanalen ......................................................................................................... 435
Multi-Channel scherm Fadergroep kanalen ...................................................................................................... 436
Inhoud
34 – EZ ROUTING scherm van het VGA hoofdscherm 437
Aansluitingen maken ................................................................................................................................................... 437
Routing op de VGA met gebruik van een muis ................................................................................................ 437
Andere EZ ROUTING hulpmiddelen in het scherm ............................................................................................... 440
Fantoomvoeding schakelaars ............................................................................................................................... 440
Digitale ingangen activeren .................................................................................................................................. 440
Bus demping opnemen ......................................................................................................................................... 440
35 – VGA hoofdscherm Automix bewerking 441
Automix data bewerken op de VGA .......................................................................................................................... 441
Automix tracks en data voor bewerking aanmerken ....................................................................................... 442
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 19
Inhoud
Aanvullende informatie 443
R-BUS bediening op afstand ........................................................................................................................................ 443
DIF-AT instellingen ............................................................................................................................................... 443
Een Roland DIF-AT gebruiken ............................................................................................................................. 444
ADA-7000 instellingen .......................................................................................................................................... 445
AE-7000 instellingen .............................................................................................................................................. 446
VSR-880 instellingen .............................................................................................................................................. 448
De VS-2400CD met een VM-7000 mixing systeem gebruiken ................................................................................ 449
Een Roland VE-7000 gebruiken ................................................................................................................................... 450
De VE-7000 aansluiten ........................................................................................................................................... 450
De VE-7000 gebruiken ........................................................................................................................................... 450
Roland MB-24 opmerkingen ........................................................................................................................................ 452
EZ Routing Templates vanuit de fabriek ................................................................................................................... 453
Recording template ................................................................................................................................................ 453
Bouncing template ................................................................................................................................................. 454
Mixdown template ................................................................................................................................................. 455
Mastering template ................................................................................................................................................ 456
Surround 2+2 template .......................................................................................................................................... 457
Surround 3+1 template .......................................................................................................................................... 458
Surround 3+2+1 template ..................................................................................................................................... 460
VS-2400CD Tick resolutie tabel ................................................................................................................................... 461
MIDI kanalen en Control Change overzichten ......................................................................................................... 462
V-Fader Control berichten ........................................................................................................................................... 465
Automix Parameterlijst ................................................................................................................................................. 466
V-Studio Song/VS-2400CD project compatibiliteit .................................................................................................. 468
Opname mode tabellen ......................................................................................................................................... 468
Parameter vertalingen ........................................................................................................................................... 468
Verklarende woordenlijst 471
Index 479
Memo 505
20 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Stap-voor-stap instructiezoeker
Analoge ingangsniveaus selecteren .....................................................................................................................126
Auto Punch
Auto Punch IN en OUT punten handmatig bewerken .....................................................................................188
Auto Punch punten instellen als een project niet wordt afgespeeld ...............................................................187
Auto Punch punten instellen met gebruik van Locators ..................................................................................187
Auto Punch punten instellen met gebruik van markeringen ...........................................................................188
Auto Punch punten instellen terwijl een project wordt afgespeeld ................................................................187
Auto Punch punten verwijderen ..........................................................................................................................187
Een Auto Punch uitvoeren ....................................................................................................................................188
Automix
Automix data afspelen ............................................................................................................................................322
Automix data als doel aanwijzen ..........................................................................................................................323
Automix mode activeren ........................................................................................................................................318
AUTOMIX STATUS Button punching..................................................................................................................321
AUTOMIX STATUS Button punching..................................................................................................................321
De AUTOMIX STATUS knoppen gebruiken.......................................................................................................318
Een Automix event verwijderen............................................................................................................................329
Een Automix microbewerking ongedaan maken ...............................................................................................329
Een nieuw Automix event creëren ........................................................................................................................329
Een snapshot maken................................................................................................................................................322
Het AUTOMIX EDIT scherm .................................................................................................................................322
Microbewerking van Automix data......................................................................................................................329
Naar het Automix scherm gaan.............................................................................................................................316
Realtime Automix opname.....................................................................................................................................319
Aux Bussen
Een Aux bus koptelefoonmix instellen ................................................................................................................205
Een Aux bus vanuit een MASTER EDIT scherm configureren ........................................................................201
Een Aux bus vanuit het CH EDIT VIEW scherm configureren .......................................................................201
Een signaal naar een Aux bus sturen ...................................................................................................................200
Het masterniveau van een Aux bus bijstellenl ....................................................................................................201
Niveaus van Aux bussen en Directe paden meten ............................................................................................200
Bewerken tracks
Frases selecteren uit het SELECT PHRASE Pop-up menu ...............................................................................240
Regio’s selecteren uit het SELECT TRACK Pop-up menu ................................................................................241
CD-R/RW 0perates
Een .WAV bestand importeren .............................................................................................................................347
Een audio CD afspelen ...........................................................................................................................................345
Een audio CD branden ...........................................................................................................................................342
Een CD-RW disk wissen ........................................................................................................................................344
Zorgen dat u voldoende ruimte heeft ..................................................................................................................342
De batterij van de VS-2400CD vervangen ......................................................................................................377
De coaxiale of optische digitale ingangen aanzetten ...................................................................................127
De fabrieksdemo’s afspelen ....................................................................................................................................74
Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding www.Roland.be 21
Stap-voor-stap instructiezoeker
De Master Clock voor digitale geluidsinvoer toewijzen ............................................................................. 129
De Operation Target instellen .............................................................................................................................. 381
De opname bussen rechtsreeks afluisteren
De RSS Pan optie configureren............................................................................................................................ 221
De USER parameter instellen .............................................................................................................................. 137
De VS-2400CD en videoapparatuur synchroniseren
De VS-2400CD met een VM-7000 mixing systeem gebruiken
Digitale ingangssignalen opnemen ..................................................................................................................... 130
DIF-AT
Met een ADAT ........................................................................................................................................................ 444
Met een TASCAM apparaat uit de DA serie ...................................................................................................... 444
Directe Paden
Een Direct pad configureren ................................................................................................................................. 203
Een signaal naar een Direct pad sturen ............................................................................................................... 203
Externe invoegbaar-achtige effecten .................................................................................................................... 202
Niveaus van Aux bussen en Directe paden meten ............................................................................................ 200
Door een project bewegen .................................................................................................................................... 173
Drives
De projecten op een drive weergeven ................................................................................................................... 90
Drive Check uitvoeren ........................................................................................................................................... 112
Een drive/partitie opschonen .............................................................................................................................. 110
Een harddrive formatteren .................................................................................................................................... 109
Een onderdeel in de projectlijst selecteren ............................................................................................................ 90
Selectie van de bestemmingsdrive ......................................................................................................................... 97
................................................................................................... 273
.................................................................................. 304
............................................................ 449
Een CH EDIT scherm bekijken.............................................................................................................................. 145
Een event met microscopische precisie opzoeken met gebruik van Scrub ....................................... 178
Een event uiterst nauwkeurig aanduiden met de PREVIEW knoppen ................................................. 177
Een hoofdscherm selecteren
Een nieuwe track opnemen .................................................................................................................................... 173
Een Roland VE-7000 gebruiken........................................................................................................................... 450
Een song van een eerder V-Studio importeren .............................................................................................. 104
Een trackopname of bewerkingsoperatie ongedaan maken ........................................................................ 71
Een VS8F-2 Effect expansieboard installeren ............................................................................................... 373
Een VS-2400CD project exporteren ................................................................................................................. 106
Een .WAV bestand importeren ............................................................................................................................ 347
Effecten
Aux en Directe paden naar interne effecten sturen ........................................................................................... 204
Een effect patch bewerken .................................................................................................................................... 218
Een effect patch selecteren .................................................................................................................................... 217
Een extern Loop effect instellent .......................................................................................................................... 209
................................................................................................................................ 381
22 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Stap-voor-stap instructiezoeker
Een intern Loop effect instellen ............................................................................................................................207
Effect patches opslaan ............................................................................................................................................219
Effecten aan een koptelefoonmix toevoegen........................................................................................................230
Effecten naar tracks sturen ....................................................................................................................................227
Effecten op de MASTER bus invoegen ................................................................................................................213
Effecten op een invoer of trackkanaal invoegen .................................................................................................211
Externe invoegbaar-achtige effecten ....................................................................................................................202
Microphone Modeling gebruiken .........................................................................................................................220
Speaker Modeling gebruiken ................................................................................................................................219
EZ Routing
Aansluitingen maken in het EZ ROUTING VIEW scherm ...............................................................................278
Een EZ Routing template laden ............................................................................................................................283
Een EZ Routing template opslaan ........................................................................................................................282
EZ Routing Templates opslaan en laden..............................................................................................................282
Verbindingen maken in het EZ ROUTING OUTPUT ASSIGN scherm .........................................................280
Verbindingen maken in het EZ ROUTING OUTPUT ASSIGN scherm ..........................................................280
Verbindingen maken in het het EZ ROUTING PATCH BAY scherm ............................................................279
FADER ASSIGN
De FADER ASSIGN optie aan en uitzetten .........................................................................................................136
Een parameter naar keuze besturen .....................................................................................................................136
Faderbesturing van Aux Send niveaus activeren ...............................................................................................136
Fader besturing van elke willekeurige kanaalparameter activeren ........................................................137
Fader Control aan of uitzetten ..............................................................................................................................286
Fadergroepen
AUTOMIX STATUS (A) knop voor Fadergroep.................................................................................................435
MUTE (M) knop voor Fadergroep .......................................................................................................................435
SOLO (S) knop voor Fadergroep ...........................................................................................................................435
Faders
Een parameter naar keuze besturen .....................................................................................................................136
Faderbesturing van Aux Send niveaus activeren ...............................................................................................136
Fadergroep niveaus met de kanaalstrips besturen ............................................................................................135
Fantoomvoeding aan of uitzetten ........................................................................................................................126
Importeren
Backup data herstellen ...........................................................................................................................................103
In en uitzoomen op de speellijst ...........................................................................................................................119
Ingangskanaal signalen
Een ingangskanaal signaal naar de hoofdmix sturen ........................................................................................170
Een ingangskanaal signaal naar een Direct pad sturen .....................................................................................170
Ingangssignalen uit de hoofdmix verwijderen ...................................................................................................169
Installeren
De klok van de VS-2400CD instellen ......................................................................................................................65
De VGA monitor, muis en het toetsenbord installeren .......................................................................................64
Gereedmaken voor Digitale Roland DS serie monitors ......................................................................................73
Jump gebruiken............................................................................................................................................................174
Kanalen
De FADER ASSIGN optie aan en uitzetten .........................................................................................................136
Roland VS-2400CD Owner’s Manual www.RolandUS.com 23
Stap-voor-stap instructiezoeker
De fader en pan van een kanaal opnieuw instellen .......................................................................................... 135
Een kanaal voor bewerking selecteren ................................................................................................................ 134
Een parameter naar keuze besturen ....................................................................................................................136
Schakelen tussen Input, Track, Aux en FX kanalen .......................................................................................... 134
Kanalen in de Solo mode op solo instellen....................................................................................................... 139
Kanalen tot zwijgen brengen in de Mute mode ............................................................................................ 138
Koptelefoonmix instellen ........................................................................................................................................ 205
Locators
Automatisch naar de Locator mode overschakelen .......................................................................................... 181
De Locator Safe mode aanzetten........................................................................................................................... 181
Een locator opslaan ................................................................................................................................................180
Een locator opslaan in de Safe mode ................................................................................................................... 182
Een locator opslaan in de Safe mode.................................................................................................................... 182
Een locator terugroepen ........................................................................................................................................180
Een locator verwijderen ......................................................................................................................................... 180
en locator in de Safe mode terugroepen ............................................................................................................. 182
Locatorbanken veranderen ................................................................................................................................... 180
Locators bewerken ................................................................................................................................................. 180
Looping
Gelooped afspelen activeren ................................................................................................................................. 176
Loop FROM en TO punten handmatig bewerken ............................................................................................. 175
Loop punten instellen als een project niet speelt ............................................................................................... 174
Loop punten instellen als een project wordt afgespeeld .................................................................................. 174
Loop punten instellen met gebruik van locators ............................................................................................... 175
Loop punten instellen met gebruik van markeringen ...................................................................................... 175
Loop punten verwijderen ...................................................................................................................................... 175
Markeringen
De Nu lijn naar een markering verplaatsen ....................................................................................................... 183
Een markering plaatsen ......................................................................................................................................... 183
Markeringen bewerken .......................................................................................................................................... 184
Markeringen verwijderen ..................................................................................................................................... 184
Mastering
CD track markeringen plaatsen ............................................................................................................................ 339
De Mastering room aanzetten .............................................................................................................................. 335
De Mastering Room besturingsmode selecteren ................................................................................................ 335
De Mastering Tool Kit gebruiken ......................................................................................................................... 337
De Mastering V-Tracks selecteren ....................................................................................................................... 336
De opname mode voor de mastering tracks selecteren..................................................................................... 335
Effecten uitrekken ................................................................................................................................................... 338
Mastering tracks bewerken ................................................................................................................................... 338
Mastering Tracks opnemen ................................................................................................................................... 337
Mastering tracks selectie per selectie opbouwen ............................................................................................... 336
Naar de Mastering Room gaan ............................................................................................................................. 335
Microphone Modeling gebruiken ......................................................................................................................... 220
MIDI
De VS-2400CD als een MIDI regeling oppervlak gebruiken ........................................................................... 287
De VS-2400CD op afstand besturen met Control Change berichten .............................................................. 289
De VS-2400CD op afstand besturen met SysEx berichten ................................................................................ 288
24 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Stap-voor-stap instructiezoeker
Een MIDI metronoom instellen .............................................................................................................................292
Effect patches veranderen met MIDI ..................................................................................................................289
Scenes veranderen met MIDI ................................................................................................................................288
SysEx bulk dump data ontvangen ........................................................................................................................291
SysEx bulk dump data verzenden.........................................................................................................................290
Metronoom
De metronoom naar uitgangen sturen .................................................................................................................364
De Ritmebox van de metronoom programmeren ..............................................................................................364
Een MIDI metronoom instellen .............................................................................................................................292
Mixer en UTILITY parameters opnieuw instellen .........................................................................................370
Naamgeving
Een nieuwe naam invoeren met gebruik van de bedieningsknoppen van de VS-2400CD ...........................72
Een nieuwe naam invoeren vanaf het toetsenbord .............................................................................................72
Opgenomen tracks afspelen ..................................................................................................................................173
PAN FADER knop
Knop besturing van kanaal panning activeren ...................................................................................................135
Projecten
Backup data herstellen ...........................................................................................................................................103
De projecten op een drive weergeven ....................................................................................................................90
Een nieuw project creëren.........................................................................................................................................94
Een nieuwe bestemmingsdrive selecteren ............................................................................................................97
Een onderdeel in de projectlijst selecteren .............................................................................................................90
Een opmerking over het project invoeren .............................................................................................................95
Een project een andere naam geven .......................................................................................................................95
Een project kopiëren..................................................................................................................................................97
Een project laden .......................................................................................................................................................91
Een project markeren.................................................................................................................................................91
Een project op uw harddrive afsluiten en weer beschikbaar maken ................................................................96
Een project optimaliseren ........................................................................................................................................96
Een project splitsen....................................................................................................................................................99
Een project wissen......................................................................................................................................................98
Een reservekopie van een project maken .............................................................................................................102
Een song van een eerdere V-Studio importeren .................................................................................................104
Een VS-2400CD project exporteren ......................................................................................................................106
Twee projecten combineren ...................................................................................................................................101
Quick Routing
Een ingangssignaal naar een track sturen ............................................................................................................167
Routing
Een bounce routen met Quick Routing ................................................................................................................191
Een FX returnkanaal routen met Quick Routing.................................................................................................228
Een ingangssignaal naar een track sturen met gebruik van Quick Routing...................................................167
EZ Routing voor een bounce instellen..................................................................................................................192
FX Return Routing in het EZ Routing VIEW scherm .........................................................................................229
Ingangssignaal routing in het EZ ROUTING VIEW scherm.............................................................................168
Ingangssignalen op ingangskanalen aansluiten .................................................................................................132
Scenes
De instellingen van een kanaal beveiligen wanneer een scene wordt teruggeroepen .................................141
De Scene mode verlaten .........................................................................................................................................141
Roland VS-2400CD Owner’s Manual www.RolandUS.com 25
Stap-voor-stap instructiezoeker
Een scene opslaan in Safe mode ........................................................................................................................... 143
Een scene opslaan.................................................................................................................................................... 140
Een scene terugroepen in Safe mode ................................................................................................................... 142
Een scene terugroepen............................................................................................................................................ 140
Een scene verwijderen ............................................................................................................................................ 140
Een scene verwijderen in Safe mode .................................................................................................................... 143
Scene banken veranderen ...................................................................................................................................... 140
Scene Safe mode aanzetten ................................................................................................................................... 142
Scenes bewerken...................................................................................................................................................... 141
Screen Saver gebruiken ......................................................................................................................................... 357
Speaker Modeling gebruiken ................................................................................................................................ 219
Spectrum analyse scherm
Het Spectrum analyse scherm aandrijven ..........................................................................................................368
Het spectrum analyse scherm instellen ............................................................................................................... 368
Uw luidsprekers en de ruimte analyseren........................................................................................................... 369
Stroom
De stroom inschakelen ............................................................................................................................................. 63
De VS-2400CD uitzetten .......................................................................................................................................... 78
Surround
Een signaal in het Surround gebied plaatsen ..................................................................................................... 312
Surround mode aanzetten...................................................................................................................................... 311
Switching from VGA to LCD and Back
Synchronisatie
De project begintijd verschuiven ......................................................................................................................... 303
De VS-2400CD als de Sync Master instellen ....................................................................................................... 301
De VS-2400CD als een Sync Slave instellen ........................................................................................................ 302
Digitale geluidsdata uitwisselen tijdens synchronisatie ................................................................................... 308
Een sync track automatisch creëren ..................................................................................................................... 298
Een sync track in een tempo map omzetten ....................................................................................................... 300
Een sync track uit markeringen genereren ......................................................................................................... 297
Een sync track van een extern apparaat opnemen ............................................................................................ 297
Een tempo map creëren uit markeringen ...........................................................................................................300
Een tempo map met de hand maken ................................................................................................................... 299
Gesynchroniseerd afspelen starten met de VS-2400CD als meester ............................................................... 301
Gesynchroniseerd afspelen starten met de VS-2400CD als slaaf...................................................................... 303
Tracks bewerken
Bestemmings V-Tracks met uw muis selecteren ............................................................................................... 240
Bewerkingspunten plaatsen in een TRACK menu operatiescherm ............................................................... 246
Bewerkingspunten plaatsen met gebruik van de IN, OUT, FROM en TO knoppen ................................... 233
Bewerkingspunten plaatsen met uw muis .........................................................................................................239
Data kopiëren door slepen met uw muis ............................................................................................................ 242
Data verplaatsen door slepen met uw muis ....................................................................................................... 242
Een bewerkingsoperatie vanuit het Edit Pop-up menu uitvoeren .................................................................. 244
Een bewerkingsoperatie vanuit het TRACK menu uitvoeren.......................................................................... 246
Een track selecteren met uw muis ........................................................................................................................ 239
Frase of regiobewerking selecteren ...................................................................................................................... 236
Frases selecteren door uw muis te klikken of slepen......................................................................................... 240
Frases selecteren uit het SELECT PHRASE Pop-up menu ............................................................................... 240
Het gedrag van de IN, OUT, FROM en TO knoppen configureren ............................................................... 234
Naar Grid springen ................................................................................................................................................ 243
............................................................................................................. 381
26 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Stap-voor-stap instructiezoeker
Regio’s selecteren door slepen met uw muis ......................................................................................................241
Regio’s selecteren uit het SELECT TRACK Pop-up menu ................................................................................241
Selectie met gebruik van de selectie hulpmiddelen in het scherm ..................................................................248
Snel selecteren uit het TRACK menu ...................................................................................................................247
Tracks en frases als .WAV bestanden exporteren .......................................................................................348
Uitgangen
Een bussenpaar naar de stereo MONITOR bus sturen .....................................................................................273
Een bussenpaar naar een uitgangspaar sturen ...................................................................................................272
Een trackpaar naar een uitgangspaar sturen ......................................................................................................274
Pre of Post Direct Outputs instellen .....................................................................................................................275
Uw huidige locatie binnen een project veranderen ......................................................................................123
Vari Pitch activeren ..................................................................................................................................................176
.WAV bestanden exporteren
Geëxporteerde .WAV bestanden op CD branden ..............................................................................................350
Frases als .WAV bestanden exporteren ...............................................................................................................349
Tracks als .WAV bestanden exporteren................................................................................................................348
Roland VS-2400CD Owner’s Manual www.RolandUS.com 27
Stap-voor-stap instructiezoeker
28 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
1 – Welkom
Gefeliciteerd met de aankoop van uw Roland VS-2400CD Digital Studio Workstation. Met de VS-2400CD brengt u uw muziek – of welk ander geluid dan ook – vanaf het eerste vonkje inspiratie tot een voltooide opname.
Hoewel de VS-2400CD ontworpen is met het oog op eenvoudige bediening, behoeft het geboden gereedschap toch enige introductie en uitleg. Dat is waar de VS-2400CD Gebruikershandleiding voor is. Wat u met dit gereedschap doet, hangt natuurlijk van uzelf en uw verbeeldingskracht af.
Indien u een VS8F-2 Effect Board, MB-24 Meter Bridge of VE-7000 voor uw VS-2400CD heeft aangeschaft, zult u waarschijnlijk eerst hoofdstuk 28 willen lezen, beginnend op pagina 373, voordat u de gebruikershandleiding leest.
Uw VS-2400CD is een uitermate betrouwbaar apparaat. Er is echter geen garantie op dataverlies als gevolg van onjuist gebruik van de VS-2400CD of door onvoorziene omstandigheden. Roland Corporation is niet aansprakelijk voor dit soort verlies van data.
Over deze handleiding
Hoe de
In de VS-2400CD gebruikershandleiding wordt het ontwerp, de eigenschappen, de operaties en instellingen van de VS-2400CD uitgelegd. Hierin vindt u ook suggesties voor toepassingen en stap voor stap procedures. Om de VS-2400CD optimaal te gebruiken, raden wij u aan de volledige handleiding te lezen. De structuur van de handleiding weerspiegelt basaal het verloop van de manier, waarop een typisch signaal door de VS-2400CD stroomt, met extra uitleg voor beginners.
Als u direct aan het werk wilt, kunt u:
De interne klok en kalender van de VS-2400CD instellen – de VS-2400CD brengt bij
Een muis, ASCII toetsenbord en VGA monitor aansluiten – meer informatie vindt u op
Hier vindt u instructies over het uitvoeren van enige basisoperaties:
“Een nieuwe project creëren” – pagina 94
“Een nieuwe track opnemen” – pagina 173
“Een reservekopie van een project maken” pagina 102
“Effecten op een Input of Track kanaal invoegen” – pagina 211
“Een intern Loop effect instellen” – pagina 207
“Mixen” – pagina 196
VS-2400CD handleiding
iedere opname de tijd aan, zodat u de ontwikkeling van uw werk gemakkelijk kunt bijhouden. Kijk op pagina 64 voor instructies.
pagina 65.
is ingedeeld
Met deze procedures kunt u alvast aan de slag, maar deze zijn natuurlijk geen vervanging voor het werkelijk lezen van de handleiding, en het echt goed leren hoe de eigenschappen van de VS-2400CD werken.
Roland VS-2400CD Gebruikershandleding www.Roland.be 29
1 – Welkom
Het is zeker aan te bevelen een VGA monitor op uw VS-2400CD aan te sluiten – hierdoor wordt de VS-2400CD nog gemakkelijker en leuker te gebruiken. Met een VGA monitor kunt u het merendeel van de VS-2400CD operaties, met gebruik van uw muis, in het scherm uitvoeren. In de hoofdstukken 29-35 wordt beschreven hoe een VGA monitor met uw VS-2400CD wordt gebruikt.
Om te zorgen dat u de stap voor stap procedures in deze handleiding gemakkelijk kunt vinden, hebben we een “Stap voor stap instructie zoeker” samengesteld, die op pagina 21 begint. Er is tevens een standaard inhoud voor in het boek, en een index aan het eind. Aanvullende informatie vindt u bij “Aanvullende Informatie”, beginnend op pagina 443.
De illustraties van VS-2400CD schermen in deze handleiding zijn gebaseerd op hoe deze eruit zagen toen de handleiding werd geschreven. Omdat de VS-2400CD software door verbeterde besturingssystemen ook is verbeterd, kan het uiterlijk van de schermen van de VS-2400CD anders zijn.
Namen
Door de gehele VS-2400CD gebruikershandleiding worden de namen van (druk) knoppen, schuifregelaars, jacks – en instellingen die in het scherm verschijnen – precies zo getoond zoals deze op de VS-2400CD zelf verschijnen. Daarom worden namen, die op de VS-2400CD zijn gedrukt, in hoofdletters weergegeven. De knop met het etiket “AUTOMIX” bijvoorbeeld zal in de handleiding als de AUTOMIX knop of simpelweg AUTOMIX verschijnen, zoals bij “Druk op AUTOMIX”. Instellingen in het scherm worden met dezelfde hoofdletters en kleine letters aangeduid als werkelijk in het scherm.
Enkele knoppen dienen meerdere doeleinden en hebben lange namen. In dat soort gevallen verwijzen we naar de knop met de naam, die zijn huidige functie weerspiegelt. Als we bijvoorbeeld de CH EDIT parameters willen bekijken, vragen we u om de “gewenste CH EDIT knop” in te drukken, en niet de “gewenste CH EDIT/SELECT/ AUTOMIX STATUS” knop. Sommige knoppen hebben twee functienamen. Indien we naar beide moeten verwijzen, tonen we de namen met een opsommingsteken ertussen, zoals bij de HOME•DISPLAY knop.
De F 1-6 knoppen onder het beeldscherm kunnen meerdere dingen op verschillende tijden doen. We tonen de huidige functie van een F knop tussen haakjes achter de naam, bijvoorbeeld “F1 (INPUT)”.
De vier pijltoetsen zijn een apart geval. Soms verwijzen we naar en  als “cursor” knoppen, aangezien u zich hiermee in het scherm van de
VS-2400CD kunt verplaatsen.
, ,
Opmerking, tip, overzicht en waarschuwingsiconen
Door de gehele VS-2400CD gebruikershandleiding vindt u de hieronder getoonde symbolen in de linker kantlijn. Hier ziet u wat deze symbolen betekenen.
Opmerkingen biedt aanvullende informatie over het onderwerp, dat in de hoofdtekst wordt beschreven.
30 www.Roland.be Roland VS-2400CD Gebruikershandleiding
Loading...
+ 632 hidden pages