Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, leest u de secties getiteld: “Het apparaat op een veilige manier gebruiken”
(Gebruikershandleiding p.2) en “Belangrijke opmerkingen” (Gebruikershandleiding p.5) zorgvuldig door. In deze secties vindt u
belangrijke informatie over de juiste bediening van dit apparaat. Daarnaast dienen de gebruikershandleiding en de appendix
volledig te worden gelezen, zodat u een goede indruk krijgt van alle mogelijkheden die uw nieuwe apparaat te bieden heeft.
Bewaar de handleiding, zodat u er later aan kunt refereren.
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
VOORZICHTIG opmerkingen
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
WAARSCHUWING
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
VOORZICHTIG
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair, en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWINGWAARSCHUWING
001
• Zorg dat u onderstaande instructies en de
gebruikershandleiding leest, voordat u het
apparaat in gebruik neemt.
• Maak het apparaat niet open, en voer geen interne
modificaties uit. (De enige uitzondering hierop is
wanneer in deze handleiding specifieke
instructies staan, die opgevolgd dienen te worden
om door de gebruiker te installeren opties aan te
brengen, zie Hoofdstuk 28).
• Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het apparaat te vervangen (behalve
wanneer daartoe specifieke instructies in de
handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar
uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service
Centrum of een erkende Roland distributeur, die u op de
“Informatie” pagina kunt vinden.
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
007
• Zorg dat u het apparaat zo plaatst, dat het altijd
waterpas staat, en stabiel zal blijven. Plaats het
nooit op standaards die kunnen wiebelen of op
hellende oppervlakken.
• Gebruik alleen de bijgeleverde adapter.
Controleer of het lijnvoltage overeenkomt met het
ingangsvoltage dat op de behuizing van de
adapter wordt aangegeven. Andere adapters
kunnen een andere polariteit hebben of voor een
ander voltage zijn bedoeld, waardoor het gebruik
daarvan tot schade, storingen of elektrische schok
kan leiden.
• Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en
plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor
kan het snoer beschadigen, waardoor afgebroken
elementen en kortsluiting geproduceerd kan
worden. Beschadigde snoeren betekenen een
risico op brand en schokken!
• Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie
met koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent
gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange
tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel
volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van
gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het
apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
• Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar
materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen
(water, frisdrank, enz.) in het apparaat terechtkomen.
PL(012b)
• Zet het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit
het stopcontact voordat u het circuitboard (model
nr. VS8F-2/VS8F-3, hoofdstuk 29) gaat installeren.
• Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het
stopcontact en breng het apparaat voor
onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend
Roland distributeur, te vinden op de “Informatie”
pagina, indien:
• Het netsnoer of de stekker is beschadigd, of
• Er rook of een ongewone geur optreedt
• Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht
zijn gekomen, of
• Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op
andere wijze nat is geworden), of
• Het apparaat niet normaal schijnt te functioneren of
• In huishoudens met kleine kinderen moet een
volwassene toezicht houden, totdat het kind in
staat is de regels, die essentieel zijn voor een
veilige bediening van het apparaat, op te volgen.
• Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een
stopcontact waar een buitensporig aantal andere
apparaten gebruik van maakt. Wees in het
bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verlengsnoeren – de totale hoeveelheid stroom die door
alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag
nooit de stroom classificatie (watts/ampères) van
het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige
ladingen kan de isolatie van het snoer verhit
raken, en uiteindelijk smelten.
• Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat
gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper,
het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of
een erkend Roland distributeur. Deze zijn te vinden op
de “Informatie” pagina.
• Houd lithium batterijen buiten het bereik van
kleine kinderen. Indien een kind per ongeluk een
batterij heeft ingeslikt, gaat u direct naar een
dokter.
• Lithium batterijen mogen nooit opnieuw
opgeladen, verhit, uit elkaar gehaald of in vuur of
water gegooid worden.
• SPEEL GEEN CD-ROM disk op een conventionele
CD speler af. Het geluidsniveau dat geproduceerd
wordt kan permanent gehoorsverlies
veroorzaken. Ook kan schade aan luidsprekers of
andere systeemcomponenten ontstaan.
• Door stofophoping tussen de stekker van het
netsnoer en de stroomingang kan een verminderde isolatie en brand worden veroorzaakt. Veeg
stof regelmatig met een droge doek weg. Ook
dient u het netsnoer uit het stopcontact te halen
als het apparaat gedurende een langere periode niet
gebruikt zal worden.
• Probeer het in elkaar verwikkeld raken van
snoeren en kabels te voorkomen. Bovendien
zouden alle snoeren en kabels buiten het bereik
van kinderen geplaatst moeten worden.
• Gebruik alleen het gespecificeerde type lithium
batterij (model nr. CR2032) (hoofdstuk 29). Plaats
de batterij volgens de aanwijzingen (om van een
juiste polariteit verzekerd te zijn).
• Indien u schroeven moet verwijderen, bewaart u
deze op een veilige plaats buiten het bereik van
kinderen, zodat zij deze niet per ongeluk kunnen
inslikken.
• Wanneer u een ander apparaat aansluit, buiten
condensator microfoons die van fantoomvoeding
gebruikmaken, moet u de fantoomvoeding altijd
uitzetten. U riskeert schade als dynamische microfoons, geluid afspeelapparaten of andere
apparaten die geen fantoomvoeding gebruiken
per ongeluk van fantoomvoeding worden
voorzien. Raadpleeg de specificaties van de
microfoon die u wilt gaan gebruiken in de bijbehorende handleiding.
(De fantoomvoeding van dit instrument: 48 V DC, 10 mA Max).
Naast de onderdelen die onder “Het apparaat op een veilige manier gebruiken” op pagina 2 worden genoemd, raden
wij u aan het volgende te lezen en in acht nemen:
291a
Stroomvoorziening
• Sluit dit apparaat niet op hetzelfde stopcontact aan
waarop ook elektrische toepassingen die door een
inverter worden geregeld of een motor bevatten (zoals
een ijskast, wasmachine, magnetronoven of air conditioner) zijn aangesloten. Afhankelijk van de manier
waarop de elektrische toepassing wordt gebruikt, kan de
ruis daarvan veroorzaken dat dit apparaat storingen
vertoont of een hoorbare ruis produceert. Indien een
ander stopcontact niet gebruikt kan worden, plaatst u een
stroomvoorziening ruis filter tussen dit apparaat en het
stopcontact.
• De adapter zal na vele uren intensief gebruik warmte
genereren. Dit is normaal en niets om u zorgen over te
maken.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal
storingen en/of schade aan luidsprekers of andere
apparaten helpen voorkomen.
Plaatsing
• Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van
versterkers (of andere apparatuur die grote stroom transformatoren bevat) kan tot een brom leiden. Om dit
probleem op te heffen, verandert u de richting van dit
apparaat, of zet het verder van de storingsbron weg.
• Dit apparaat kan de ontvangst van radio of televisie
verstoren. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van
dit soort ontvangers.
• Ruis kan geproduceerd worden, wanneer draadloze
communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de
buurt van dit apparaat bediend worden. Dit soort ruis kan
optreden tijdens bellen of gebeld worden, of tijdens het
converseren. Als u dit soort problemen ondervindt, moet
u de draadloze apparaten op meer afstand van dit
apparaat plaatsen, of deze uitzetten.
• Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het
niet bij apparaten die warmte verspreiden, laat het niet in
een afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme
temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het
apparaat misvormen of verkleuren.
• Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt
verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid
verschilt van de vorige locatie, kunnen binnen het
apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden.
Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kunnen schade
of storingen ontstaan. Voordat u het apparaat op de
nieuwe locatie gaat gebruiken, laat u het enige uren acclimatiseren, totdat de condensatie volledig is verdampt.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat
gebruikt u een droge, zachte doek, of één die enigszins
vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil
gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte,
droge doek goed af.
• Gebruik nooit wasbenzine, verdunners, alcohol, of oplosmiddelen, om de mogelijkheid van verkleuring en/of
misvorming te voorkomen.
Reparaties en data
• Wees er op bedacht dat alle data in het geheugen van dit
apparaat verloren kan gaan wanneer het apparaat ter
reparatie wordt aangeboden. Het is aan te bevelen om
altijd een reservekopie van belangrijke data op een
opslagapparaat te maken (bijvoorbeeld een CD-R/RW
disk). Indien mogelijk kunt u de gegevens ook op papier
schrijven. Tijdens reparaties wordt altijd geprobeerd om
dataverlies te voorkomen. In bepaalde gevallen (bijvoorbeeld als het aan het geheugen gerelateerde circuit zelf
niet werkt) kan de data tot onze spijt niet meer hersteld
worden. Roland is niet verantwoordelijk voor dit soort
verlies van data.
Memory Backup
• Dit apparaat bevat een batterij die de geheugencircuits
onder stroom houdt als de hoofdstroom is uitgezet. Als
deze batterij zwakker wordt, verschijnt het hieronder
getoonde bericht in het scherm. Wanneer u dit bericht
ziet, vervangt u de batterij zo snel mogelijk, om te
voorkomen dat alle data in het geheugen verloren gaat.
Om de batterij te laten vervangen neemt u contact op met
uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service
centrum of een erkende Roland distributeur. Deze kunt u
vinden op de “Informatie” pagina.
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.RolandUS.be5
Belangrijke opmerkingen
Aanvullende
voorzorgsmaatregelen
• Wees er op bedacht dat de inhoud van het geheugen door
storingen of onjuist gebruik van het apparaat onherstelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van
verlies van belangrijke data te beschermen, raden wij u
aan om van tijd tot tijd een reservekopie van belangrijke
data, die u op de geheugenkaart heeft opgeslagen, op een
opslagapparaat te maken (bijvoorbeeld een CD-R/RW
disk).
• De inhoud van data die op een opslagapparaat is
opgeslagen (bijvoorbeeld een CD-R/RW disk), kan helaas
niet meer hersteld worden wanneer deze verloren is
gegaan. Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor
dit soort dataverlies.
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere bedieningsknoppen van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en
aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storingen
leiden.
• Sla nooit op het beeldscherm, en voer er geen hoge druk
op uit.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels,
houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan
de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of
schade aan de interne elementen van de kabel.
• Om te vermijden dat u uw buren stoort, probeert u het
volume van dit apparaat op een redelijk niveau te
houden. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te
gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in
uw naaste omgeving hoeft te maken (‘s nachts in het
bijzonder.)
• Wanneer u het apparaat moet transporteren, verpakt u
het in de originele doos (inclusief schokabsorberend
materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmateriaal moeten gebruiken.
• Gebruik een Roland kabel om de aansluiting te maken.
Als u een kabel van een ander merk gebruikt, neem dan
notitie van onderstaande voorzorgsmaatregelen.
• Sommige aansluitingskabels bevatten weerstanden.
Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen
kabels die weerstanden hebben. Bij gebruik van dit
soort kabels kan het geluidsniveau extreem laag, of
zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
De behandeling van harddisks
Belangrijke uitvoerings- en afbeeldingdata
• Op het moment dat een harddisk niet meer normaal
functioneert, kan alle daarop opgeslagen data vernietigd
worden.
• Alle harddisks zijn op een gegeven moment op. Wij
adviseren u de harddisk niet als een permanente opslagplaats te zien, maar als een locatie waar data tijdelijk kan
worden opgeslagen. Ook raden we u aan om een reservekopie van belangrijke uitvoeringen die niet opnieuw
opgenomen kunnen worden op een extern apparaat op te
slaan (CD-R/RW disk).
Neem notie van het feit dat Roland niet aansprakelijk is,
noch voor financiële compensatie zal zorgen bij verlies
van opgenomen materiaal in het geval van een storing,
fysieke beschadiging van de harddisk of voor rechtstreekse of incidentele schade resulterend uit verlies van
dit soort data.
Voorzorgsmaatregelen ten aanzien van
installeren en gebruik
• Bepaalde harddisk setup procedures en gebruiksvoorwaarden kunnen resulteren in beschadiging van
opgenomen data, storingen of fysieke beschadiging van
de disk. Neem daarom de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
• Stel de harddisk niet aan trillingen of schokken bloot,
zeker niet terwijl het apparaat in werking is.
• Plaats het apparaat niet op een locatie waar trillingen
van externe bronnen er invloed op kunnen hebben of
op een oppervlak dat niet stabiel en waterpas is.
• Indien het apparaat een koelingventilator heeft,
moeten de ventilator en de ventilatieruimtes aan de
zijkant vrij blijven.
• Laat het apparaat niet achter op plaatsen waar extreme
temperaturen kunnen voorkomen, zoals in een
afgesloten auto in de zomer of buiten in de winter.
• Gebruik het apparaat niet op plaatsen waar een zeer
hoge temperatuur en vochtigheid heerst of op locaties
waar de temperatuur snel kan veranderen.
• Verwijder het netsnoer niet en schakel stroomonderbrekers in het circuit niet uit terwijl de stroom aan
staat.
• Verplaats het apparaat niet terwijl de stroom aan staat
of direct nadat de stroom is uitgezet. Wanneer het
apparaat verplaatst moet worden, zet u eest de stroom
uit en wacht u totdat het beeldscherm is uitgegaan.
Haal dan het netsnoer uit het stopcontact en wacht nog
twee minuten voordat u het apparaat verplaatst.
Nood procedures
De volgende procedures mogen alleen als nood procedures worden gebruikt. Het is niet raadzaam om deze
voor normale werking te gebruiken.
• Als het apparaat niet reageert op bedieningscommando’s
of operaties niet voltooid, zet u de stroom uit. Indien de
stroom niet uitgaat met de gangbare afsluitprocedures,
haalt u de stekker uit het stopcontact.
• Indien het apparaat niet normaal werkt als de stroom
weer aan wordt gezet, kan dit betekenen dat de harddisk
is beschadigd. In dit soort gevallen raadpleegt u uw
handelaar of het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum.
Wees u er echter van bewust dat data van de harddisk
mogelijk niet meer hersteld kan worden als deze eenmaal
verloren is gegaan.
• Als uw apparaat controlefuncties voor de drive heeft,
kunt u deze beter regelmatig gebruiken, zelfs als het
apparaat normaal werkt, om zeker te weten dat er geen
problemen zijn.
• Meer informatie over procedures voor afsluiten en drive
controle vindt u in de gebruikershandleiding.
Behandeling van de CD-RW
drive
• Installeer het apparaat op een solide, waterpas oppervlak,
op een locatie waar geen trillingen voorkomen.
• Gebruik het apparaat niet direct nadat het naar een locatie
met een andere, sterk verschillende vochtigheidsgraad is
verplaatst. Door plotselinge verandering van omgeving
kan er condens binnen de drive worden gevormd, wat de
werking van de drive niet ten goede komt, en/of,
waardoor de disks kunnen beschadigen. Als het apparaat
is verplaatst, laat u het eerst aan de nieuwe omgeving
wennen, en wacht u enkele uren voordat u het in gebruik
neemt.
• Het is ten strengste verboden om de lade uit te werpen
terwijl de VS-2000 in werking is (als de DISK indicator
van de VS-2000 of de toegangsindicator van de
ingebouwde CD-RW drive is verlicht).
• Voordat u het apparaat aan of uit zet, verwijdert u de disk
uit de drive.
• Als u de VS-2000 draagt, verwijdert u de disk uit de lade.
• Om storingen en/of schade te voorkomen, steekt u alleen
disks met in de CD-RW drive. Gebruik nooit een
ander type disk. Zorg dat er geen paperclips, munten of
andere vreemde objecten in de drive terechtkomen.
• Raak de lens niet aan.
• Als de lens vies is, kunt u
deze met een in de winkel
verkrijgbaar reinigingsproduct schoonmaken.
Lens
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.RolandUS.be7
Belangrijke opmerkingen
Behandeling van CD-ROM/
CD-R/CD-RW disks
WAARSCHUWING
• SPEEL GEEN CD-R/RW disk (CD-R/RW disk waarop
songdata is opgeslagen) op een conventionele CD speler
af. Het niveau van het resulterende geluid kan zodanig
zijn dat het permanent gehoorsverlies kan veroorzaken.
Ook kunnen de luidsprekers of andere systeemcomponenten hierdoor beschadigen.
• Voordat u met de disks gaat werken, neemt u het
volgende in acht:
• Raak het opgenomen oppervlak van de disk niet aan.
• Niet gebruiken op stoffige plaatsen.
• Stel de disk niet aan direct zonlicht bloot, en laat deze
niet in een afgesloten auto achter.
• Vermijd het aanraken of krassen van de glanzende
onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disk. Beschadigde of vuile disks kunnen niet goed gelezen of
beschreven worden. Houd uw disks schoon met een in de
winkel verkrijgbaar CD reinigingsproduct.
• Bewaar de disk in het doosje.
• Laat de disk niet gedurende langere tijd in de CR-RW
drive zitten.
• Plak geen label op de disk.
• Veeg de disk met een droge, zachte doek met een radiale
beweging van binnen naar buiten schoon. Veeg niet met
de cirkelomtrek mee.
• Gebruik geen wasbenzine, platenreinigingsspray of
oplosmiddelen.
• Buig de disk niet.
Auteursrecht
• Het onbevoegd opnemen, verspreiden, verkopen,
uitlenen, publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soortgelijke
handelingen van een volledig werk of gedeelte daarvan
(muzikale compositie, video, uitzending, publiekelijke
uitvoering enz.) waarvan het auteursrecht bij een derde
partij ligt, is bij de wet verboden.
• Bij uitwisseling van geluidssignalen via een digitale
verbinding met een extern instrument, kan dit apparaat
opnemen zonder dat het aan de restricties van het Serial
Copy management System (SCMS) is onderworpen. Dit
komt doordat het apparaat alleen voor muziekproductie
is bedoeld, en zo is ontworpen dat het niet aan restricties
onderhevig is, zolang het wordt gebruikt voor het
opnemen van werken die de auteursrechten van anderen
niet schenden (zoals uw eigen composities). (SCMS is een
element dat tweede generatie en verder kopiëren via een
digitale verbinding verhindert. Het is in MD (Mini-Disc)
recorders en andere digitale geluidsapparatuur voor
consumenten ingebouwd als een beveiligingselement ter
bescherming van het auteursrecht).
• Gebruik dit apparaat niet voor doeleinden waarbij het
auteursrecht van een derde partij overtreden kan worden.
Wij zijn op geen enkele wijze verantwoordelijk voor
overtredingen van het auteursrecht van een derde partij,
die door gebruik van dit apparaat worden begaan.
Over de licentie
overeenkomst
• De VS-2000 en zijn CD-R/RW mogelijkheid zijn
ontworpen opdat u materiaal waarvan het auteursrecht in
uw bezit is kunt reproduceren, of materiaal waarvoor de
eigenaar van het auteursrecht u toestemming heeft
gegeven om het te kopiëren. Dientengevolge is reproductie van muziek CD’s of ander auteursrechtelijk
materiaal zonder toestemming van de eigenaar van het
auteursrecht, waarbij de technische voorzieningen, die
tweede generatie en verdere kopieën zoals SCMS of
anders verhinderen, worden omzeild een overtreding van
het auteursrecht. Hiervoor kunt u bestraft worden, zelfs
als het om reproductie voor uitsluitend persoonlijke
doeleinden gaat. Raadpleeg een auteursrecht specialist of
de speciale publicaties voor meer gedetailleerde informatie over het verkrijgen van toestemming van auteursrechthouders.
Over deze handleiding ................................................................................................................................................... 29
Hoe de VS-2000 Handleiding is ingedeeld .......................................................................................................... 29
Namen ....................................................................................................................................................................... 30
Opmerking, tip, overzicht en waarschuwingsiconen ......................................................................................... 30
Andere documenten in hetVS-2000 venster ................................................................................................................ 31
Meer hulp ......................................................................................................................................................................... 31
De Roland interne website ..................................................................................................................................... 31
De Roland US website ............................................................................................................................................. 31
Het Roland US Faxback systeem ........................................................................................................................... 31
Roland US productondersteuning ........................................................................................................................ 31
Inhoud
2 – Wegwijzer 33
Het bovenpaneel van de VS-2000 ................................................................................................................................. 33
Mixer gebied ............................................................................................................................................................. 35
Weergave gebied ...................................................................................................................................................... 39
Het achterpaneel van de VS-2000 ................................................................................................................................. 47
3 – Introductie tot de VS-2000 51
Wat zit er in de VS-2000? ............................................................................................................................................... 51
Input jacks en aansluitingen ................................................................................................................................... 51
Het mengpaneel ....................................................................................................................................................... 52
De interne effecten ................................................................................................................................................... 55
De harddisk recorder .............................................................................................................................................. 56
Bussen in de VS-2000 ...................................................................................................................................................... 59
Wat is een bus? ......................................................................................................................................................... 59
Over directe paden .................................................................................................................................................. 60
Wat is “Clipping”? ................................................................................................................................................... 60
Hoe verkrijg ik goede niveaus? ............................................................................................................................. 60
De noodzaak van een reservekopie (Backup) ............................................................................................................. 61
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be9
Een manier om de VS-2000 te beluisteren ............................................................................................................ 63
De stroom inschakelen .................................................................................................................................................... 65
Wat er tijdens het opstarten van de VS-2000 gebeurt ......................................................................................... 65
De VS-2000 configureren ................................................................................................................................................ 66
De VGA monitor, muis en het toetsenbord instellen .......................................................................................... 66
De klok van de VS-2000 instellen .................................................................................................................................. 67
Enige fundamentele concepten ..................................................................................................................................... 67
Parameters en waardes ............................................................................................................................................ 68
Hulpmiddelen die u veel zult gebruiken ..................................................................................................................... 68
De Cursor/ZOOM knoppen .................................................................................................................................. 68
De F knoppen ............................................................................................................................................................ 68
De Time/Value draaiknop ...................................................................................................................................... 70
De ENTER/YES en EXIT/NO knoppen ............................................................................................................... 70
De SHIFT knop ......................................................................................................................................................... 70
Een muis gebruiken ................................................................................................................................................. 71
Een ASCII toetsenbord gebruiken ......................................................................................................................... 72
UNDO en REDO ...................................................................................................................................................... 73
Namen toewijzen ...................................................................................................................................................... 74
Indien u monitors uit de DS serie gebruikt ................................................................................................................. 75
Gereedmaken voor digitale monitors uit de Roland DS serie ........................................................................... 75
Het beluisteringniveau aanpassen ................................................................................................................................ 76
De fabrieksdemo’s afspelen ........................................................................................................................................... 76
“U Wanna Play Me” ................................................................................................................................................ 76
Het ingebouwde stemapparaat van de VS-2000 ......................................................................................................... 79
De VS-2000 via USB op een computer aansluiten ...................................................................................................... 82
Waarschuwingen bij het gebruik van de USB Storage mode ............................................................................ 81
Een verbinding met uw computer instellen (naar de USB Storage mode gaan) ............................................ 82
De verbinding met uw computer verbreken (De USB Storage mode verlaten) ............................................. 84
De VS-2000 uitzetten ....................................................................................................................................................... 85
De VS-2000 uitzetten ................................................................................................................................................ 86
5 – Effecten leren begrijpen 87
De effecten van de VS-2000v onder controle krijgen ................................................................................................. 87
Droog en nat .............................................................................................................................................................. 87
Eigen en Plug-in effecten ................................................................................................................................................ 90
Wat is een harddrive? ............................................................................................................................................. 93
Hoe een VS-2000 harddrive data onderbrengt .................................................................................................... 93
Een harddisk voor gebruik prepareren ................................................................................................................ 94
Hoe geluid op een VS-2000 harddrive wordt opgenomen ....................................................................................... 94
Hoe opnames worden afgespeeld ................................................................................................................................ 94
Random acces ........................................................................................................................................................... 94
Wat is Pointer-based afspelen? .............................................................................................................................. 94
Wat is een VS-2000 track? .............................................................................................................................................. 97
De kracht van V-Tracks ........................................................................................................................................... 97
Basisbeginselen van trackbewerking ........................................................................................................................... 98
Over het bewerken van phrases ............................................................................................................................ 98
Over bewerkingsregio’s .......................................................................................................................................... 98
7 – Project en Drive operaties 99
Door de PROJECT menuschermen navigeren ............................................................................................................ 99
Met de PROJECTLIJST werken .............................................................................................................................. 99
Over “Store Current?” berichten ......................................................................................................................... 100
Over F6 (MARK) .................................................................................................................................................... 101
NAAM ..................................................................................................................................................................... 103
Selectie van de bestemmingsdrive ...................................................................................................................... 105
Onderhoud van de disk ........................................................................................................................................ 115
Format Drive .......................................................................................................................................................... 117
Elementen van het Home scherm ............................................................................................................................... 123
Display Pop-up Menu knop ................................................................................................................................. 123
Weergave van het huidige kanaal ....................................................................................................................... 124
PAN knoppen ......................................................................................................................................................... 124
Weergave van de meters ....................................................................................................................................... 124
De speellijst ............................................................................................................................................................. 126
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be11
Inhoud
Meter schakelaars ................................................................................................................................................... 128
Weergave van de huidige tijdslocatie ................................................................................................................. 130
De Fader/Pan weergave gebruiken ........................................................................................................................... 131
De F/P schakelaars ................................................................................................................................................ 131
Over de ID knoppen ..................................................................................................................................................... 132
Analoge aansluitingen maken .............................................................................................................................. 133
De Master Clock ..................................................................................................................................................... 135
Een ingangskanaal voor bewerking selecteren .................................................................................................. 139
Een track kanaal voor bewerking selecteren ...................................................................................................... 139
Een FX Returnkanaal voor bewerking selecteren .............................................................................................. 140
De MASTER Fader ........................................................................................................................................................ 140
Tijdens opnemen ........................................................................................................................................................... 140
Kanaalsignalen op mute of solo instellen .................................................................................................................. 141
Solo Mode ................................................................................................................................................................ 142
Basale scene operaties ............................................................................................................................................ 143
Scenes in de Safe Mode ......................................................................................................................................... 145
Mixer parameters opnieuw instellen .......................................................................................................................... 146
11 – Ingangs en trackkanaal gereedschap 147
Een CH EDIT scherm bekijken .................................................................................................................................... 147
Introductie tot de CH EDIT schermen ....................................................................................................................... 148
Hoe de CH EDIT schermen zijn ingedeeld ........................................................................................................ 148
De CH EDIT schermen ................................................................................................................................................. 149
Het CH EDIT VIEW scherm ................................................................................................................................. 149
Het DYN scherm .................................................................................................................................................... 156
Het EQ scherm ........................................................................................................................................................ 160
Het FX Ins scherm .................................................................................................................................................. 163
Het RSSPan scherm ................................................................................................................................................ 163
Het CH EDIT ASSIGN scherm ............................................................................................................................. 164
Bij elkaar passend CH EDIT gereedschap ................................................................................................................. 166
De CH EDIT VIEW CpyPRM knop ..................................................................................................................... 166
De RESET knoppen van het DYN en EQ scherm .............................................................................................. 166
De FADER knop ..................................................................................................................................................... 166
Een signaal van een ingangskanaal naar een track sturen ...................................................................................... 170
Ingangskanalen naar tracks sturen met gebruik van Quick Routing ............................................................ 170
Ingangssignaal routing in het EZ ROUTING VIEW scherm ........................................................................... 172
Ingangskanaal signalen en de hoofdmix ................................................................................................................... 172
Ingangssignalen uit de hoofdmix verwijderen .................................................................................................. 172
Een ingangskanaal signaal aan de hoofdmix toevoegen ................................................................................. 173
Een ingangskanaal signaal naar een Direct pad sturen ........................................................................................... 173
13 – De harddisk recorder bedienen 175
De transportknoppen ................................................................................................................................................... 175
De belangrijkste transportknoppen .................................................................................................................... 175
De TRACK/STATUS knoppen ................................................................................................................................... 176
Hoe de TRACK/STATUS knoppen werken ...................................................................................................... 176
Voordat een track wordt opgenomen ................................................................................................................. 176
Een nieuwe track opnemen .................................................................................................................................. 177
Door een project bewegen .................................................................................................................................... 178
In de Locator mode blijven ................................................................................................................................... 184
Locators in de Safe mode ...................................................................................................................................... 184
Een markering plaatsen ........................................................................................................................................ 186
De Nu lijn naar een markering verplaatsen ....................................................................................................... 186
Afluisteren tijdens punching ................................................................................................................................ 189
Voordat u punch uitvoert ..................................................................................................................................... 189
Handmatige punch-in en out ............................................................................................................................... 189
Het mechanisme van bouncen ............................................................................................................................. 194
Mono en stereo bouncen ....................................................................................................................................... 194
Alles op zijn tijd ..................................................................................................................................................... 194
De bestemmingstracks verbinden voor een stereo bounce ............................................................................. 195
Tracks routen voor een bounce ............................................................................................................................ 195
Luisteren terwijl u bounced ................................................................................................................................. 198
De bounce mixen ................................................................................................................................................... 198
De bounce uitvoeren ............................................................................................................................................. 199
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be13
Inhoud
Een signaal van een trackkanaal naar een Direct pad sturen ................................................................................. 200
Een track naar een Direct pad sturen .................................................................................................................. 200
Het mechanisme van mixen ................................................................................................................................. 200
15 – FX en Aux bussen en Directe paden 203
Aux en FX bussen .......................................................................................................................................................... 203
FX en Aux bus overzicht ....................................................................................................................................... 203
Wanneer zult u een FX bus gebruiken? .............................................................................................................. 204
Wanneer zult u een Aux bus gebruiken? ............................................................................................................ 204
Een signaal naar een FX of Aux bus sturen ........................................................................................................ 204
Stereo FX en Aux bussen ....................................................................................................................................... 204
FX en Aux bus niveaus .......................................................................................................................................... 205
Een FX of Aux bus configureren .......................................................................................................................... 206
Een koptelefoonmix creëren met gebruik van een Aux bus ............................................................................ 207
Wanneer zult u een Direct pad gebruiken? ........................................................................................................ 208
Een signaal naar een Direct pad sturen .............................................................................................................. 208
Direct pad niveaus ................................................................................................................................................. 208
Een Direct pad configureren ................................................................................................................................. 209
Een intern Loop effect instellen ............................................................................................................................ 211
Een extern Loop effect instellen ........................................................................................................................... 213
Een effect invoegen ....................................................................................................................................................... 214
Over invoegbare (insert) effecten ......................................................................................................................... 214
Ingangs en trackkanaal insert effecten ................................................................................................................ 214
MASTER bus insert effecten ................................................................................................................................. 217
Effect patches selecteren, bewerken en opslaan ....................................................................................................... 218
Het EFFECT VIEW scherm ................................................................................................................................... 218
Het Algorithm View scherm ................................................................................................................................ 219
RSS PAN ......................................................................................................................................................................... 225
17 – Werken met FX returnkanalen 227
FX return CH EDIT hulpmiddelen ............................................................................................................................. 227
Het belangrijkste FX Return CH EDIT scherm .................................................................................................. 228
Het FX Return Parameter View scherm .............................................................................................................. 231
Effecten naar tracks sturen ........................................................................................................................................... 232
Een FX returnkanaal routen met Quick Routing ............................................................................................... 232
FX Return Routing in het EZ Routing VIEW scherm ....................................................................................... 233
Effecten aan een koptelefoonmix toevoegen ............................................................................................................. 234
Bewerkingsbegrippen en overzicht ............................................................................................................................ 235
Frases en regio's ..................................................................................................................................................... 235
Het uiterlijk van geselecteerde tracks, frases en regio's ................................................................................... 238
Waar bewerking plaatsvindt ................................................................................................................................ 239
Frase of regiobewerking selecteren ..................................................................................................................... 240
Bewerken met een optionele muis ...................................................................................................................... 242
Bewerken vanuit het TRACK menu ................................................................................................................... 249
TRIM IN .......................................................................................................................................................................... 257
TRIM OUT ...................................................................................................................................................................... 258
NEW ................................................................................................................................................................................ 259
NAME ............................................................................................................................................................................. 261
Take Mngr ...................................................................................................................................................................... 262
NAME ............................................................................................................................................................................. 272
21 – Werken met de uitgangen van de VS-2000 273
De uitgangen van de VS-2000 ..................................................................................................................................... 273
Bus routing .............................................................................................................................................................. 274
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be15
Inhoud
22 – EZ Routing 277
De EZ ROUTING schermen ......................................................................................................................................... 277
Door de EZ ROUTING schermen navigeren ..................................................................................................... 277
EZ ROUTING VIEW scherm ................................................................................................................................ 278
Het EZ ROUTING OUTPUT ASSIGN scherm .................................................................................................. 278
Het EZ ROUTING LOOP EFFECT ASSIGN scherm ........................................................................................ 279
EZ Routing hulpmiddelen ........................................................................................................................................... 280
EZ Routing Templates opslaan en laden ................................................................................................................... 280
Een EZ Routing template opslaan ....................................................................................................................... 281
Een EZ Routing template laden ........................................................................................................................... 282
Werken met een sync track ................................................................................................................................... 295
Werken met een tempo map ................................................................................................................................. 296
Een extern apparaat met de VS-2000 synchroniseren ....................................................................................... 298
De VS-2000 aan een extern apparaat synchroniseren ....................................................................................... 299
De VS-2000 met videoapparatuur synchroniseren ............................................................................................ 301
Digitale geluidsdata uitwisselen tijdens synchronisatie .................................................................................. 304
24 – De Rhythm Track gebruiken 305
Basisbeginselen van de Rhythm Track ....................................................................................................................... 305
Over track 17/18 .................................................................................................................................................... 305
Over Rhythm Track geluiden en Drum Kits ...................................................................................................... 305
Over ritme patronen .............................................................................................................................................. 306
Over ritme arrangementen ................................................................................................................................... 306
De Rhythm Track en de Tempo Map .................................................................................................................. 306
Een Rhythm Track afspelen ......................................................................................................................................... 307
De Rhythm Track metronoom .............................................................................................................................. 308
Een ritme arrangement selecteren, bewerken en creëren ........................................................................................ 309
Een ritme arrangement selecteren ....................................................................................................................... 309
Een ritme arrangement creëren of bewerken ..................................................................................................... 309
Hulpmiddelen voor een ritme arrangement ...................................................................................................... 310
Een ritme arrangement opslaan ........................................................................................................................... 311
Een ritme arrangement kopiëren ......................................................................................................................... 312
Een ritme arrangement verwijderen ................................................................................................................... 313
Werken met ritmepatronen .......................................................................................................................................... 313
Over het RHYTHM PATTERN SETUP scherm ................................................................................................. 313
Een patroon kopiëren ............................................................................................................................................ 315
Een ritmepatroon creëren of bewerken ............................................................................................................... 315
Een ritmepatroon opslaan ..................................................................................................................................... 319
Een patroon verwijderen ....................................................................................................................................... 320
De Rhythm Track en MIDI .......................................................................................................................................... 321
Ritmepatroon noten via MIDI invoeren ............................................................................................................. 321
De Rhythm Track op mute instellen .......................................................................................................................... 322
Rhythm Track Backup en herstel ................................................................................................................................ 322
De Rhythm Track uitzetten ......................................................................................................................................... 323
25 – Harmony 325
Basisbeginselen van Harmony .................................................................................................................................... 325
De Harmony bron .................................................................................................................................................. 325
De Harmony module ............................................................................................................................................ 325
De Harmony sequencer ........................................................................................................................................ 326
Harmony en effecten ............................................................................................................................................. 326
Harmony starten ........................................................................................................................................................... 327
Het laden van een Harmony Patch ............................................................................................................................ 329
De Harmony module aanpassen ................................................................................................................................ 329
Het opslaan van een Harmony patch ........................................................................................................................ 331
Losse noten en akkoorden invoeren ................................................................................................................... 331
De TRACK/STATUS knoppen gebruiken ......................................................................................................... 332
De TRACK/STATUS knoppen in Chrd mode .................................................................................................. 333
De TRACK/STATUS knoppen in Chrd mode, vervolg. ................................................................................. 334
De TRACK/STATUS knoppen in Chrd mode, vervolg. ................................................................................. 335
Een MIDI controller gebruiken ............................................................................................................................ 336
Part(ij) van het eerste part .................................................................................................................................... 336
De Harmony ingaan en verlaten ................................................................................................................................. 336
Opnemen in de Harmony sequencer ......................................................................................................................... 337
Harmonieën in realtime in een sequens plaatsen (Sequencing) ..................................................................... 337
Harmonieën in Step Time in een sequens plaatsen ......................................................................................... 338
Een Harmony sequens bewerken ........................................................................................................................ 339
Harmonieën op harddiskrecorder tracks opnemen ................................................................................................. 340
De Harmony functie uitzetten .................................................................................................................................... 340
Inhoud
26 – Automix 341
De voordelen van Automix ......................................................................................................................................... 341
Het AUTOMIX scherm ......................................................................................................................................... 342
Automix data opnemen ............................................................................................................................................... 344
Automix data in realtime punchen ..................................................................................................................... 345
Snapshot opname van parameterwaardes ......................................................................................................... 346
Automix data afspelen ................................................................................................................................................. 347
Automix data bewerken ............................................................................................................................................... 347
Automix data bewerken met Micro Edit ............................................................................................................ 353
Automix en V-Link ....................................................................................................................................................... 354
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be17
Mixen voor mastering ............................................................................................................................................ 355
CD track markeringen plaatsen ........................................................................................................................... 362
Een audio CD creëren ............................................................................................................................................ 364
Een CD-RW disk wissen ....................................................................................................................................... 368
Als er tijdens het CD branden storingsmeldingen verschijnen ....................................................................... 368
De CD speler optie ................................................................................................................................................. 368
Importeren van .WAV bestanden ........................................................................................................................ 369
Tracks en frases als WAV bestanden exporteren .............................................................................................. 372
CD Capture ............................................................................................................................................................. 374
Een reservekopie maken van VS8F-3 Plug-ins .................................................................................................. 376
28 – Utility Menu parameters 377
Het hoofd UTILITY menu scherm .............................................................................................................................. 377
SYSTEM .......................................................................................................................................................................... 378
Digital .............................................................................................................................................................................. 382
AUTO PUNCH/LOOP ................................................................................................................................................. 384
SCENE ............................................................................................................................................................................. 385
Mixer en UTILITY parameters opnieuw instellen ............................................................................................ 385
RSS PAN SETUP ............................................................................................................................................................ 386
Een VS8F-2/VS8F-3 Effect expansieboard installeren ............................................................................................. 389
Installation de la carte d’extension d’effets (French language for Canadian Safety Standard) ......................... 392
De batterij van de VS-2000 vervangen ....................................................................................................................... 395
Remplacement de la pile du VS-2000.fs (French language for Canadian Safety Standard) ............................... 397
EZ Routing Templates vanuit de fabriek .................................................................................................................. 400
MIDI kanalen en Control Change mappen ............................................................................................................... 405
Afstemmen op een ongebruikelijke toonhoogte .............................................................................................80
Afstemmen op opgenomen tracks ........................................................................................................................80
Auto-punching
Auto Punch punten verwijderen ..........................................................................................................................190
Auto Punch IN en OUT punten handmatig bewerken ......................................................................................191
Een Auto Punch uitvoeren ....................................................................................................................................192
Auto Punch punten instellen met gebruik van Locators ..................................................................................191
Auto Punch punten instellen met gebruik van markeringen............................................................................191
Auto Punch punten instellen als een project niet wordt afgespeeld ...............................................................190
Auto Punch punten instellen terwijl een project wordt afgespeeld ................................................................190
Een nieuw Automix event creëren ........................................................................................................................354
Een Automix event verwijderen............................................................................................................................353
Microbewerking van Automix data ......................................................................................................................353
Naar het Automix scherm gaan ............................................................................................................................342
Automix data afspelen ...........................................................................................................................................347
Een snapshot maken ...............................................................................................................................................346
Automix data als doel aanwijzen .........................................................................................................................347
Het AUTOMIX EDIT scherm ................................................................................................................................347
Een Automix microbewerking ongedaan maken................................................................................................354
Aux Busses
Het masterniveau van een FX of Aux bus bijstellen ..........................................................................................205
Een FX of Aux bus vanuit het CH EDIT VIEW scherm configureren .............................................................206
Een Fx of Aux bus vanuit een MASTER EDIT scherm configureren ...............................................................206
Niveaus van FX en Aux bussen en Directe paden meten .................................................................................205
Een signaal naar een FX of Aux bus sturen .........................................................................................................204
Een Aux bus koptelefoonmix opzetten ................................................................................................................207
CD-R/RW Operaties
Een audio CD branden ...........................................................................................................................................366
Een CD-RW disk wissen ........................................................................................................................................368
Een .WAV bestand importeren .............................................................................................................................371
Zorgen dat u voldoende ruimte heeft ..................................................................................................................365
Een audio CD afspelen ...........................................................................................................................................369
Het CH EDIT scherm van een FX returnkanaal weergeven .............................................................................227
Het CH EDIT scherm van een ingangskanaal weergeven ................................................................................147
CH EDIT parameters
Het CH EDIT scherm van een track kanaal weergeven ....................................................................................147
De CH PARAMETERS knoppen gebruiken ......................................................................................................167
De batterij van de VS-2000 vervangen ............................................................................................................395
De fabrieksdemo’s afspelen ....................................................................................................................................76
De Master Clock voor digitale geluidsinvoer toewijzen .............................................................................136
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be21
Stap voor stap instructie zoeker
De opname mode voor het project instellen .................................................................................................. 102
De SCREEN SAVER gebruiken ............................................................................................................................ 378
De RSS Pan optie configureren .......................................................................................................................... 225
De VS-2000 met videoapparatuur synchroniseren ..................................................................................... 301
Een Direct pad configureren ................................................................................................................................. 209
Niveaus van FX en Aux bussen en Directe paden meten ................................................................................ 205
Een signaal naar een Direct pad sturenh ............................................................................................................ 208
Door een project bewegen .................................................................................................................................... 178
Drives
Een drive/partitie opschonen .............................................................................................................................. 119
Een harddrive formatteren .................................................................................................................................... 118
Een nieuwe bestemmingsdrive selecteren .......................................................................................................... 106
Een onderdeel in de projectlijst selecteren........................................................................................................... 100
De projecten op een drive weergeven ................................................................................................................. 100
Een analoog ingangsniveau instellen ................................................................................................................. 134
Een event met microscopische precisie opzoeken met gebruik van Scrub........................................ 181
Een event uiterst nauwkeurig aanduiden met de PREVIEW knoppen ................................................. 180
Een CH EDIT scherm bekijken ............................................................................................................................ 147
Een instrument stemmen met het stemapparaat van de VS-2000.......................................................... 79
Een nieuwe track opnemen ................................................................................................................................... 177
Een song van een eerdere V-Studio importeren .......................................................................................... 112
Een trackopname of bewerkingsoperatie ongedaan maken ....................................................................... 73
Een VS-2000 project exporteren ....................................................................................................................... 114
Een VS8F-2/VS8F-3 Effect expansieboard installeren ............................................................................... 389
Een .WAV bestand importeren ............................................................................................................................ 371
EZ Routing
Een EZ Routing template opslaan ........................................................................................................................ 281
Verbindingen maken in het EZ ROUTING OUTPUT ASSIGN scherm ......................................................... 279
Aansluitingen maken in het EZ ROUTING VIEW scherm .............................................................................. 278
Een EZ Routing template laden ............................................................................................................................ 281
Effecten gebruiken
Effecten aan een koptelefoonmix toevoegen ...................................................................................................... 234
Een effect patch bewerken .................................................................................................................................... 222
Fader Control aan of uitzetten ............................................................................................................................. 284
Fantoomvoeding aan of uitzetten .......................................................................................................................134
FX Bussen
Het masterniveau van een FX of Aux bus bijstellen ..........................................................................................205
Een Fx of Aux bus vanuit een MASTER EDIT scherm configureren ...............................................................206
Een FX of Aux bus vanuit het CH EDIT VIEW scherm configureren .............................................................206
Niveaus van FX en Aux bussen en Directe paden meten .................................................................................205
Een signaal naar een FX of Aux bus sturen .........................................................................................................204
Loop FROM en TO punten handmatig bewerken .............................................................................................179
Loop punten instellen met gebruik van locators.................................................................................................179
Loop punten instellen met gebruik van markeringen .......................................................................................179
Loop punten instellen als een project niet speelt ................................................................................................178
Loop punten instellen als een project wordt afgespeeld....................................................................................178
Harmony
Een Harmony Snapshot vastleggen .....................................................................................................................340
Het HARMONY ASSIGN scherm weergeven ....................................................................................................327
De parameters van de Harmony module weergeven .......................................................................................329
De Harmony module aanpassen ..........................................................................................................................339
Het laden van een Harmony Patch .....................................................................................................................329
Pre of Post harmonieën selecteren .......................................................................................................................328
De Harmony bron en processors selecteren ........................................................................................................328
Harmonieën in realtime in een sequens plaatsen ..............................................................................................337
Harmonieën in Step Time in een sequens plaatsen ...........................................................................................338
De Harmony sequencer aanzetten ........................................................................................................................329
Een MIDI controller gebruiken .............................................................................................................................336
De TRACK/STATUS knoppen gebruiken ...........................................................................................................332
Importeren
Backup data herstellen ...........................................................................................................................................111
In en uitzoomen op de speellijst ...........................................................................................................................127
Ingangssignalen invoeren
Ingangssignalen uit de MASTER mix verwijderen.............................................................................................173
Een ingangskanaal signaal naar een Direct pad sturen......................................................................................173
Een ingangskanaal signaal naar de hoofdmix sturen ........................................................................................173
Instellen
Digitale monitors uit de Roland DS serie ..............................................................................................................75
De klok van de VS-2000 ...........................................................................................................................................67
De VGA monitor, muis en het toetsenbord............................................................................................................66
Een locator verwijderen ......................................................................................................................................... 183
Een locator verwijderen in de Safe mode ............................................................................................................ 185
Een locator terugroepen ........................................................................................................................................ 183
Een locator in de Safe mode terugroepen ........................................................................................................... 185
In de Locator mode blijven ................................................................................................................................... 184
Een locator opslaan ................................................................................................................................................ 183
Een locator opslaan in de Safe mode ................................................................................................................... 185
De Locator Safe mode aanzetten .......................................................................................................................... 185
MIDI
Effect patches veranderen met MIDI .................................................................................................................. 286
Scenes veranderen met MIDI ................................................................................................................................ 286
De VS-2000 op afstand besturen met Control Change berichten .................................................................... 286
De VS-2000 op afstand besturen met SysEx berichten....................................................................................... 285
SysEx bulk dump data ontvangen ....................................................................................................................... 288
Een MIDI metronoom instellen ............................................................................................................................ 289
De Nu lijn naar een markering verplaatsen ....................................................................................................... 186
Een markering plaatsen.......................................................................................................................................... 186
Mastering
Mastering tracks selectie per selectie opbouwen ............................................................................................... 360
Naar de mastering Room gaan ............................................................................................................................. 359
CD track markeringen plaatsen ........................................................................................................................... 364
De Mastering Room besturingsmode selecteren ............................................................................................... 359
De opname mode voor de mastering tracks selecteren .................................................................................... 359
De Mastering V-Tracks selecteren ....................................................................................................................... 360
De Mastering Room aanzetten ............................................................................................................................. 359
De Mastering Tool Kit gebruiken ......................................................................................................................... 361
Metronoom
Een MIDI metronoom instellen............................................................................................................................. 289
Een reservekopie van een project maken ............................................................................................................110
Twee projecten combineren ...................................................................................................................................109
Een project kopiëren ...............................................................................................................................................106
Een nieuw project creëren ......................................................................................................................................103
Een opmerking over het project invoeren ...........................................................................................................104
Een project wissen ...................................................................................................................................................107
Een VS-2000 project exporteren ............................................................................................................................114
Een song van een eerdere V-Studio importeren .................................................................................................112
Een project laden .....................................................................................................................................................101
Een project op uw harddrive afsluiten en weer beschikbaar maken ..............................................................104
Een project markeren...............................................................................................................................................101
Een project optimaliseren ......................................................................................................................................105
Een project een andere naam geven......................................................................................................................104
Backup data herstellen ...........................................................................................................................................111
Een nieuwe bestemmingsdrive selecteren ..........................................................................................................106
Een onderdeel in de projectlijst selecteren ..........................................................................................................100
Een project splitsen .................................................................................................................................................108
De projecten op een drive weergeven ..................................................................................................................100
Quick Routing
Een ingangssignaal naar een track sturen ..........................................................................................................171
Rhitme track
Een patroon aan een ritme arrangement toevoegen ..........................................................................................310
Een Backup maken van een user ritme arrangement of ritmepatroon ............................................................322
Een patroon kopiëren .............................................................................................................................................315
Een ritme arrangement kopiëren ..........................................................................................................................312
Een patroon in Step Time creëren .........................................................................................................................317
Een patroon verwijderen ........................................................................................................................................320
Ritmepatroon noten via MIDI invoeren ...............................................................................................................321
Microbewerking op een ritmepatroon toepassen ..............................................................................................319
De Rhythm Track op mute instellen .....................................................................................................................322
Een Rhythm Track afspelen ...................................................................................................................................307
Ritme arrangement patronen snel invoegen........................................................................................................310
Een ritmepatroon in realtime opnemen ...............................................................................................................315
Een user ritme arrangement of ritmepatroon herstellen ...................................................................................322
Een patroon uit een ritme arrangement verwijderen ........................................................................................310
Een ritme arrangement opslaan ............................................................................................................................311
Een ritme arrangement selecteren .........................................................................................................................309
De Rhythm Track uitzetten ....................................................................................................................................323
Werken in het RHYTHM PATTERN SETUP scherm .........................................................................................314
Routing
Een FX returnkanaal routen met Quick Routing.................................................................................................232
Ingangssignaal routing in het EZ ROUTING VIEW scherm.............................................................................172
Een ingangssignaal naar een track sturen met gebruik van Quick Routing ...................................................171
EZ Routing voor een bounce instellen .................................................................................................................196
Een bounce routen met Quick Routing ................................................................................................................195
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be25
Stap voor stap instructie zoeker
Scenes
Scene banken veranderen ...................................................................................................................................... 144
Een scene verwijderen ........................................................................................................................................... 144
Een scene in Safe mode verwijderen ................................................................................................................... 146
De Scene mode verlaten ........................................................................................................................................ 144
De instellingen van een kanaal beveiligen wanneer een scene wordt teruggeroepen ................................. 145
Een scene terugroepen ........................................................................................................................................... 143
Een scene in Safe mode terugroepen ................................................................................................................... 146
Een scene opslaan.................................................................................................................................................... 143
Een scene opslaan in Safe mode .......................................................................................................................... 146
Scene Safe mode aanzetten .................................................................................................................................... 145
De stroom inschakelen ............................................................................................................................................. 65
De VS-2000 uitzetten ................................................................................................................................................ 85
Synchronisatie
Een sync track in een tempo map omzetten ....................................................................................................... 298
Een sync track automatisch creëren...................................................................................................................... 295
Een tempo map creëren uit markeringen ........................................................................................................... 298
Digitale geluidsdata uitwisselen tijdens synchronisatie.................................................................................... 304
Een sync track uit markeringen genereren ......................................................................................................... 295
Een sync track van een extern apparaat opnemen ............................................................................................ 295
De VS-2000 als de Sync Master instellen ............................................................................................................. 299
De VS-2000 als een Sync Slave instellen .............................................................................................................. 299
Handmatig een tempo map vormen ................................................................................................................... 297
De project begintijd verschuiven ......................................................................................................................... 300
Gesynchroniseerd afspelen starten met de VS-2000 als meester ..................................................................... 299
Gesynchroniseerd afspelen starten met de VS-2000 als slaaf .......................................................................... 300
Tracks als .WAV bestanden exporteren .......................................................................................................... 372
Tracks bewerken
Het gedrag van de IN, OUT, FROM en TO knoppen configureren ............................................................... 238
Data kopiëren door slepen met uw muis ............................................................................................................ 246
Data verplaatsen door slepen met uw muis ....................................................................................................... 246
Een bewerkingsoperatie vanuit het Edit Pop-up menu uitvoeren ................................................................. 248
Een bewerkingsoperatie vanuit het TRACK menu uitvoeren ......................................................................... 250
Bewerkingspunten plaatsen met gebruik van de IN, OUT, FROM en TO knoppen ................................... 237
Bewerkingspunten plaatsen in een TRACK menu operatiescherm ................................................................ 250
Bewerkingspunten plaatsen met uw muis ......................................................................................................... 243
Snel selecteren uit het TRACK menu ................................................................................................................... 251
Bestemmings V-Tracks met uw muis selecteren ............................................................................................... 244
Frase of regiobewerking selecteren....................................................................................................................... 240
Frases selecteren door uw muis te klikken of slepen ........................................................................................ 244
Frases selecteren uit het SELECT PHRASE Pop-up menu................................................................................ 244
Regio's selecteren uit het SELECT TRACK Pop-up menu ............................................................................... 245
Regio's selecteren door slepen met uw muis ...................................................................................................... 245
Bewerkingspunten plaatsen met uw muis .......................................................................................................... 243
Selectie met gebruik van de selectie hulpmiddelen in het scherm ................................................................. 252
Snapping to Grid .................................................................................................................................................... 247
De muis gebruiken om het begin of eind van een frase weg te halen ............................................................ 247
Frases selecteren uit het SELECT PHRASE Pop-up menu .............................................................................. 244
Regio's selecteren uit het SELECT TRACK Pop-up menu ............................................................................... 245
De V-LINK mode aanzetten ..................................................................................................................................301
WAV bestanden exporteren
Geëxporteerde WAV bestanden op CD branden ...............................................................................................374
Frases als WAV bestanden exporteren ................................................................................................................373
Tracks als .WAV bestanden exporteren................................................................................................................372
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be27
Gefeliciteerd met de aankoop van uw Roland VS-2000 Digital Studio Workstation. Met
de VS-2000 brengt u uw muziek – of welk ander geluid dan ook – vanaf het eerste
vonkje inspiratie tot een voltooide opname.
Hoewel de VS-2000 eenvoudige te bedienen is, behoeft het geboden gereedschap toch
enige introductie en uitleg. Dat is waar de VS-2000 Gebruikershandleiding voor dient. Wat
u met dit gereedschap doet, hangt natuurlijk van uzelf en uw verbeeldingskracht af.
Indien u een VS8F-2 Effect Expansieboard of een VS8F-3 Plug-In Effect expansieboard
voor uw VS-2000 heeft aangeschaft, kijkt u eerst naar hoofdstuk 29, beginnend op
pagina 389, voor installatie instructies. Om te leren hoe een VS0-VGA VGA/Mouse
expansieboard wordt geïnstalleerd voor het aan uw VS-2000 toevoegen van muis, ASCII
toetsenbord en VGA mogelijkheden, raadpleegt u de bij de VS20-VGA geleverde
installatie instructies.
Uw VS-2000 is een uitermate betrouwbaar apparaat. Er is echter geen garantie tegen
dataverlies als gevolg van onjuist gebruik van de VS-2000 of door onvoorziene
omstandigheden. Roland Corporation is niet aansprakelijk voor dit soort verlies van
data.
Over deze handleiding
Hoe de VS-2000 Handleiding is ingedeeld
In de VS-2000 Gebruikershandleiding worden het ontwerp, de eigenschappen, de
operaties en instellingen van de VS-2000 uitgelegd. Hierin vindt u ook suggesties voor
toepassingen en stap voor stap procedures. Om uw VS-2000 optimaal te gebruiken,
raden wij u aan de volledige handleiding te lezen. De structuur van de handleiding
weerspiegelt basaal het verloop van de manier waarop een typisch signaal door de VS2000 stroomt, met extra uitleg voor beginners.
Als u direct aan het werk wilt, kunt u eerst:
•de interne klok en kalender van de VS-2000 instellen — de VS-2000 brengt bij iedere
opname de tijd aan, zodat u de ontwikkeling van uw werk gemakkelijk kunt
bijhouden. Kijk op pagina 67 voor instructies.
•Een muis, ASCII toetsenbord en VGA monitor aansluiten — als u een VS20-VGA (apart
verkrijgbaar), een muis, PS/2 toetsenbord en VGA monitor heeft aangeschaft, kijkt
u op pagina 66 voor meer informatie.
Hier vindt u instructies voor het uitvoeren van enige basisoperaties:
•“Een nieuwe project creëren” — pagina 103
•“Een nieuwe track opnemen” — pagina 177
•“Een reservekopie van een project maken” pagina 110
•“Effecten op een Input of Track kanaal invoegen” — pagina 215
•“Een intern Loop effect instellen” — pagina 211
•“Mixen” — pagina 200
Roland VS-2000 Gebruikershandleidingwww.Roland.be29
1 – Welkom
Met deze procedures kunt u alvast aan de slag, maar deze zijn natuurlijk geen
vervanging voor het werkelijk lezen van de handleiding en het echt goed leren hoe de
mogelijkheden van de VS-2000 werken.
Het is zeker aan te bevelen een optionele VS20-VGA aan te schaffen en een VGA
monitor op uw VS-2000 aan te sluiten — hierdoor wordt de VS-2000 nog gemakkelijker
en leuker om te gebruiken. Met een VGA monitor kunt u het merendeel van de VS-2000
operaties, met gebruik van uw muis, in het scherm uitvoeren.
Om te zorgen dat u de stap voor stap procedures in deze handleiding gemakkelijk kunt
vinden, hebben we een “Stap voor stap instructie zoeker” samengesteld, die op pagina
21 begint. Er is tevens een standaard inhoud voor in het boek en een index aan het eind.
Aanvullende informatie vindt u bij “Aanvullende Informatie” vanaf pagina 399.
De illustraties van VS-2000 schermen in deze handleiding zijn gebaseerd op hoe deze
eruit zagen toen de handleiding werd geschreven. Omdat de VS-2000 software door
verbeterde besturingssystemen ook is verbeterd, kan het uiterlijk van de schermen van
de VS-2000 veranderd zijn.
Namen
Door de gehele VS-2000 Gebruikershandleiding worden de namen van (druk) knoppen,
schuifregelaars, jacks — en instellingen die in het scherm verschijnen — precies zo
getoond zoals deze op de VS-2000 zelf verschijnen. Daarom worden namen die op de
VS-2000 zijn gedrukt in hoofdletters weergegeven. De knop waarbij “AUTOMIX” staat
bijvoorbeeld, zal in de handleiding als de AUTOMIX knop of simpelweg AUTOMIX
verschijnen, zoals bij “Druk op AUTOMIX”. Instellingen in het scherm worden met
dezelfde hoofdletters en kleine letters aangeduid als werkelijk in het scherm.
Enkele knoppen dienen meerdere doeleinden en hebben meerdere namen. In dat soort
gevallen verwijzen we naar de knop met de naam die zijn huidige functie weerspiegelt.
Als we tegelijk naar alle namen van de knop moeten verwijzen, tonen we de namen met
een stip ertussenin, zoals bij de CH EDIT•MASTER knop.
De F 1-6 knoppen onder het beeldscherm kunnen meerdere dingen op verschillende
momenten doen. We tonen de huidige functie van een F knop tussen haakjes achter de
naam, bijvoorbeeld “F1 (INPUT)”.
De vier pijltoetsen zijn een apart geval. Soms verwijzen we naar , , en als “cursor” knoppen, aangezien u zich hiermee door het
scherm van de VS-2000 kunt verplaatsen.
Opmerking, tip, overzicht en waarschuwingsiconen
Door de gehele VS-2000 Gebruikershandleiding vindt u de hieronder getoonde
symbolen in de linker kantlijn. Hier ziet u wat deze symbolen betekenen.
Opmerkingen biedt aanvullende informatie over het onderwerp dat in de hoofdtekst
wordt beschreven.
Bij Tips worden interessante manieren geboden om de eigenschappen die op dat
moment worden besproken te gebruiken. Deze vertellen u ook waarom u aandacht
moet schenken aan hetgeen er verteld is.