The lightning flash with arrowhead symbol, within an
equilateral triangle, is intended to alert the user to the
presence of uninsulated "dangerous voltage" within the
product's enclosure that may be of sufficient magnitude
to constitute a risk of electric shock to persons.
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
CAUTION:
TO PREVENT THE RISK OF ELECTRIC SHOCK, DO
NOT REMOVE COVER (OR BACK). NO USERSERVICEABLE PARTS INSIDE. REFER SERVICING TO
QUALIFIED SERVICE PERSONNEL.
The exclamation point within an equilateral triangle is
intended to alert the user to the presence of important
operating and maintenance (servicing) instructions in
the literature accompanying the appliance.
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Pioneer
product.
Lees de gebruiksaanwijzing aandachtig door zodat
u het apparaat op de juiste wijze bedient. Bewaar
de gebruiksaanwijzing voor het geval u deze in de
toekomst nogmaals nodig heeft.
Het is mogelijk dat in bepaalde landen of gebieden
de uitvoering van de netstekker en het stopcontact
verschilt van hetgeen in deze gebruiksaanwijzing
is afgebeeld. De aansluitmethode en bediening zijn
in dergelijke gevallen echter precies hetzelfde.
WAARSCHUWING NETSNOER
Pak het netsnoer beet bij de stekker. Trek de stekker er niet
uit door aan het snoer te trekken en trek nooit aan het
netsnoer met natte handen aangezien dit kortsluiting of
een elektrische schok tot gevolg kan hebben. Plaats geen
toestel, meubelstuk e.d. op het netsnoer, en klem het niet
vast. Maak er nooit een knoop in en en verbind het evenmin
met andere snoeren. De netsnoeren dienen zo te worden
geleid dat er niet per ongeluk iemand op gaat staan. Een
beschadigd netsnoer kan brand of een elektrische schok
veroorzaken. Controleer het netsnoer af en toe. Wanneer
u de indruk krijgt dat het beschadigd is, dient u bij uw
dichtstbijzijnde erkende PIONEER onderhoudscentrum of
uw dealer een nieuw snoer te kopen.
[Voor het Europese model]
Als de stekker van het netsnoer niet geschikt is
voor het stopcontact waarop de apparatuur wordt
aangesloten, moet u de stekker verwijderen en een
juiste stekker aan het netsnoer bevestigen.
Gooi de verwijderde stekker weg om een
gevaarlijke elektrische schok te voorkomen
wanneer de stekker in een stopcontact gestoken
zou worden.
WAARSCHUWING: STEL DE APPARATUUR
NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT OM BRAND OF EEN
GEVAARLIJKE ELEKTRISCHE SCHOK TE VOORKOMEN.
Dit product voldoet aan de laagspanningsrichtlijn (73/23/
EEC), de EMC-richtlijnen (89/336/EEC en 92/31/EEC) en
de CE-markeringsrichtlijn (93/68/EEC).
DE NETSCHAKELAAR IS IN HET SECUNDAIRE
VOEDINGSCIRCUIT OPGENOMEN. DIT BETEKENT DAT
HET APPARAAT NIET VOLLEDIG VAN HET LICHTNET
IS LOSGEKOPPELD ALS DE NETSCHAKELAAR OP
‘STANDBY’ STAAT.
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg
zijn, moet u ze niet weggooien
maar inleveren als KCA.
Onderhoud van de buitenkant
• Gebruik een zachte, droge doek om vuil en stof van het apparaat te verwijderen.
• Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt u een zachte doek licht bevochtigd met een neutraal
reinigingsmiddel (5 tot 6 maal verdund met water). Wring de doek goed uit voordat u begint en wrijf met een
andere droge doek na. Gebruik geen boenwas of sterke reinigingsmiddelen.
• Gebruik nooit terpentijn, benzine, insectensprays of andere chemische middelen op of in de buurt van het
apparaat, aangezien deze de afwerking kunnen aantasten.
2
Du
Page 3
Inhoudsopgave
Voordat u begint ................................................................................................................. 5
Controleren van het bijgeleverd toebehoren ............................................................................. 5
Omtrent deze gebruiksaanwijzing............................................................................................... 5
Opstelling van de versterker........................................................................................................ 5
Openen van de voorpaneelklep ..................................................................................................6
Gereedmaken van de afstandsbediening................................................................................... 6
Aansluiten van de apparatuur ........................................................................................... 8
Afstellen van de helderheid van het display (afsteltoets is alleen op het voorpaneel).... 49
BEDIENING
Du
3
Page 4
Features
Uitgerust met MPEG (Moving
Picture Experts Group)
decodeereenheid
Weergave van DVD’s en andere media opgenomen
in MPEG-audioformaat.
Het MPEG logo is een gedeponeerd
handelsmerk van Royal Philips Electronics.
Automatische decodering van
DTS (Digital Theater Systems)
R
signalen
DTS is het meest gebruikte digitale theatersysteem
voor filmbioscopen over de gehele wereld. De
decodeereenheid die in deze receiver is ingebouwd
kan DTS signalen verwerken en staat borg voor een
fantastisch geluid met dynamische surroundeffecten.
“DTS” en “DTS Digital Surround” zijn
handelsmerken van Digital Theater Systems,
Inc.
Gefabriceerd onder licentie van Digital Theater
Systems, Inc.
Automatische decodering van
Dolby Digital en Dolby Pro Logic
signalen
Problemen met programmaformaten behoren tot het
verleden! Wanneer u Dolby Digital of Dolby Surround
materiaal weergeeft in de
stand, geschiedt de decodering automatisch
overeenkomstig het signaal dat ontvangen wordt. U
kunt onbezorgd van de muziek genieten.
2 (Dolby) surround-
Ware thuisbioscoop met THX
®
certificatie
De HOME THX CINEMA surroundfunctie maakt
gebruik van speciale signaalverwerkingstechnieken
zodat u de geluidssporen van speelfilms met
dezelfde dynamiek en hetzelfde realisme kunt
weergeven als die u ervaart in een modern
bioscooptheater. U hebt de beschikking over deze
effecten bij Dolby Digital, Dolby Surround en DTS
bronnen.
Gefabriceerd onder licentie van Lucasfilm Ltd.
Lucasfilm en THX zijn geregistreerde
handelsmerken van Lucasfilm Ltd.
Geavanceerde
bioscooptheaterfuncties
Deze functies benadrukken bepaalde eigenschappen
in het filmgeluid waardoor een zeer levensechte
weergave wordt verkregen. U hebt de keuze uit vier
instellingen om het geluid optimaal aan het soort film
aan te passen.
DSP surroundfuncties
Met de DSP (digitale signaalverwerking)
surroundfuncties kunt u in een huiskamer zes
verschillende akoestische omgevingen creëren bij
het luisteren naar muziek of het kijken naar
speelfilms.
Midnight-klankaanpassing
De Midnight-klankaanpassing zorgt voor
uitzonderlijke akoestiekeffecten bij het luisteren met
laag volume, iets dat voorheen onmogelijk was.
De receiver bevat 5 onafhankelijke 130 watt
eindversterkers, die gebouwd zijn met topprestatie
Hex-vermogen MOS FET uitgangstransistors. Deze
constructie biedt een verbeterde lineariteit en
nauwkeurige reproductie van ieder kanaal, voor ware
hifi-weergave bij zelfs de meest veeleisende Dolby
Digital en DTS programmabronnen.
4
Du
Nieuw ontwikkelde LCDafstandsbediening
De bijgeleverde afstandsbediening met
aanraakscherm maakt gebruik van de meest recente
technieken om de bediening van uw systeem te
vereenvoudigen. Via het duidelijk afleesbare scherm
hebt u toegang tot een groot aantal toetsen. In plaats
van de vroegere methode waarbij een toets
meerdere functies had, kunt u met deze
afstandsbediening op gemakkelijke wijze het scherm
veranderen zodat iedere toets een duidelijk
afgebakende functie heeft. Met deze
afstandsbediening kunt u tevens de andere
componenten van uw installatie bedienen door de
juiste apparatuurcodes op te roepen of door de
leerfunctie te gebruiken om de afstandsbediening de
nieuwe afstandsbedieningscodes te leren.
Bovendien heeft de afstandsbediening een macrobedieningsfunctie waarmee u meerdere
bedieningshandelingen automatisch achter elkaar
kunt uitvoeren.
Energiebesparend ontwerp
Dit apparaat is zodanig ontworpen dat een minimale
hoeveelheid stroom verbruikt wordt tijdens ‘standby’
(uitgeschakelde stand). Zie “Technische gegevens”
op de achterpagina voor het stroomverbruik tijdens
‘standby’.
Page 5
Voordat u begint
Controleren van het bijgeleverd toebehoren
Controleer of u de volgende toebehoren in de verpakking aantreft.
VOORBEREIDINGEN
“AA” IEC LR6 batterijen × 4Afstandsbediening
Aanraakpen
(Aan de achterkant van
de afstandsbediening)
Kussentjes voor
afstandsbediening
× 4
Omtrent deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld voor de VSA-E07 A/V regelcentrum/versterker/meerkanaalsdecoceereenheid.
De gebruiksaanwijzing is verdeeld in twee delen; een deel voor de systeeminstellingen en deel voor de
bediening.
VOORBEREIDINGEN
Maak eerst de afstandsbediening gereed door de aanwijzingen op te volgen die hierna worden beschreven in
“Voordat u begint” en sluit dan de versterker op de andere apparatuur aan zoals beschreven in “Aansluiten van
de apparatuur” (blz. 8). Zorg ervoor dat u digitale apparatuur zoals DVD-spelers en LD-spelers op de juiste wijze
aansluit, zodat u volledig profijt trekt van de surroundsystemen van de versterker (blz. 10 en 11). Voor informatie
betreffende een bepaalde toets, regelaar of indicator, wordt u verwezen naar “Display en bedieningsorganen”
dat begint op blz. 16.
SYSTEEMINSTELLINGEN
Volg nauwkeurig de aanwijzingen in “Instellingen voor surroundgeluid” (blz. 23 en verder) zodat een juiste
surroundweergave wordt verkregen.
BEDIENING
Zie “Basisbediening” (blz. 38) voor de basisinstructies om een geluidsbron te kiezen, muziek weer te geven e.d.
Volg de aanwijzingen in “Afstandsbediening van andere componenten” (blz. 50) om de bijgeleverde
afstandsbediening te kunnen gebruiken voor de bediening van alle componenten in uw systeem. “Overige
functies” (blz. 62) beschrijft diverse andere mogelijkheden van uw versterker. In “Technische informatie &
Storingen verhelpen” (blz. 68) wordt gedetailleerde technische informatie verschaft en tevens aanwijzingen
gegeven voor het verhelpen van storingen.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Hier wordt aanvullende informatie, voorzorgsmaatregelen of ander advies verschaft.
Geeft een knipperende toets, indicator of aanduiding aan.
Geeft een toets, indicator of aanduiding aan die continu oplicht, dus niet knippert.
Opstelling van de versterker
Ventilatie
• Zorg dat er voldoende ruimte romdom het apparaat wordt vrijgehouden zodat er een goede doorstroming van
lucht is om de warmte in het apparaat af te voeren (minimaal 60 cm boven het apparaat, 10 cm aan de
achterkant en 30 cm aan beide zijkanten). Als dit wordt verzuimd en het apparaat te dicht bij een muur of bij
andere apparatuur staat, kunnen de onderdelen in het inwendige oververhit raken met een afname van de
prestaties of defecte werking tot gevolg.
• Zet het apparaat niet op een wollen kleedje, bed, divan of andere dikke stof. Leg ook geen doek e.d. over het
apparaat.
Wanneer de ventilatie-openingen afgesloten worden, neemt de temperatuur in het inwendige toe met een
defect of zelfs brand tot gevolg.
5
Du
Page 6
Voordat u begint
Openen van de voorpaneelklep
Om de voorpaneelklep te openen, drukt u voorzichtig met uw vinger tegen het onderste gedeelte van de klep
zodat deze openspringt.
Gereedmaken van de afstandsbediening
Inleggen van de batterijen
Plaats de batterijen op de afgebeelde wijze in de afstandsbediening. Aangezien het LCD display van de
afstandsbediening veel stroom verbruikt, dient u alkalibatterijen te gebruiken. Over het algemeen moet u de
batterijen tamelijk vaak vervangen; u kunt een gemiddelde gebruiksduur van 1 - 3 maanden verwachten.
Wanneer het bereik van de afstandsbediening afneemt (zie de volgende bladzijde) of als de alarmtoon klinkt,
moeten alle batterijen vervangen worden. OPMERKING: Nadat u de batterijen vervangen hebt, moet het
aanraakscherm opnieuw ingesteld worden (zie blz. 24).
123
(
9
(
AA-formaat batterijen
(“AA” IEC LR6)×4
(
9
9
(
9
LET OP!
Bij verkeerd gebruik kunnen de batterijen lekken of barsten. Neem de volgende punten in acht:
• Gebruik nooit tegelijk een oude en een nieuwe batterij.
• Plaats de batterijen met de plus en min zoals aangegeven door de markeringen in de batterijhouder.
• Batterijen met dezelfde vorm kunnen een andere spanning hebben. Gebruik nooit verschillende typen
batterijen door elkaar.
Batterij-alarmtoon van de afstandsbediening
Wanneer de batterijen van de afstandsbediening uitgeput raken, hoort u een alarmtoon en verschijnt er een
waarschuwingsmelding op de afstandsbediening. Vervang de batterijen dan zoals hierboven is beschreven.
Change Battery !!
SIZE AA, LR6SIZE AA, LR6
OK ?
6
Du
Page 7
Voordat u begint
Aanraakpen en verlichting
De aanraakpen bevindt zich rechtsboven aan de
achterkant van de afstandsbediening. Schuif de
aanraakpen met uw hand naar buiten en pak hem
dan met uw duim en wijsvinger vast.
De verlichtingstoets bevindt zich rechtsboven op de
afstandsbediening. Gebruik de verlichting om de
aanduidingen op het scherm beter te zien wanneer u
de afstandsbediening in een zwak verlichte kamer
gebruikt.
Verlichtingstoets
Aanraakpen
Bereik van de afstandsbediening
Het gebied waarbinnen u de afstandsbediening kunt
gebruiken om de VSA-E07 te bedienen is tamelijk
groot. Richt de afstandsbediening binnen het
aangegeven bereik op de afstandsbedieningssensor
op het voorpaneel van dit apparaat.
Kussentjes voor de
afstandsbediening
Plak de kussentjes op de onderkant van de
afstandsbediening zoals hieronder is aangegeven.
Bediening van andere PIONEER
componenten
Sluit de andere PIONEER componenten door middel
van een bedieningssignaalsnoer (los verkrijgbaar) op
de receiver aan en richt de afstandsbediening naar
de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel van
de versterker om de componenten te bedienen. De
versterker stuurt de afstandsbedieningssignalen via
de CONTROL OUT aansluiting naar de andere
componenten.
VOORBEREIDINGEN
30
30
7m
De afstandsbediening werkt niet juist:
• Als er een obstakel is tussen de
afstandsbediening en de
afstandsbedieningssensor.
• Als er direct zonlicht of het licht van een tllamp op de afstandsbedieningssensor valt.
• Als de versterker dicht bij een apparaat
staat dat infrarode stralen uitzendt.
• Als de afstandsbediening tegelijk met een
andere afstandsbediening die infrarode
stralen uitzendt wordt gebruikt.
Versterker
Afstandsbediening
U kunt de PIONEER componenten (of
apparatuur van andere fabrikanten) ook
bedienen door de afstandsbediening van de
versterker rechtstreeks naar de betreffende
componenten te richten. Indien u dit doet,
hebt u geen bedieningssignaalsnoeren
nodig. U hoeft enkel de apparatuurcodes op
te roepen (zie “Oproepen van
apparatuurcodes” op blz. 50).
IN
OUT
CONTROL
PIONEER component
voorzien van het Î
beeldmerk.
Naar de CONTROL IN
aansluiting van een
ander PIONEER
component voorzien
van het Î beeldmerk.
CONTROL
IN
OUT
7
Du
Page 8
Aansluiten van de apparatuur
Alvorens u enige aansluiting maakt of verandert, schakelt u eerst de apparatuur uit en trekt u de stekker
uit het stopcontact.
• Om alle typen laserdiscs te kunnen weergeven, moet de DVD/LD-speler of de LD-speler via een analoge
verbinding en via twee digitale verbindingen (blz. 11) worden aangesloten.
• De DVD-speler moet via een analoge verbinding (video-apparatuur (blz. 9)) en digitale verbinding (blz. 10)
worden aangesloten.
Audio-apparatuur
Om te beginnen, sluit u uw audio-apparatuur op de hieronder aangegeven aansluitingen aan. Dit zijn alle analoge
verbindingen bedoeld voor het aansluiten van uw analoge audio-apparatuur (platenspeler, cassettedeck enz.).
Wanneer u apparatuur aansluit waarmee u opnamen wilt maken, moet u vier snoeren aansluiten (twee stereo
ingangssnoeren en twee stereo uitgangssnoeren). Wanneer u apparatuur aansluit die u alleen voor weergave
gebruikt (zoals een platenspeler) hoeft u slechts twee snoeren aan te sluiten. Voor gebruik van de DTS
surroundfuncties moet u de digitale apparatuur op de digitale ingangen aansluiten, maar het verdient tevens
aanbeveling de digitale apparatuur op de analoge audio-aansluitingen aan te sluiten. Wilt u vanaf digitale
apparatuur (zoals een MD-recorder) naar analoge apparatuur opnemen, of omgekeerd, dan moet de digitale
apparatuur altijd via deze analoge verbindingen aangesloten zijn. Zie blz. 10 en 11 voor nadere bijzonderheden
betreffende de digitale verbindingen.
De pijlen geven de richting van het audiosignaal aan.
DIGITAL
1
234
PCM/ /DTS/MPEG IN
RF IN
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
S
R
F
R
C
RL
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
L
S
W
P
L
A
Y
R
E
C
I
N
I
N
RL
IN
FLF
F
R
S
L
S
R
P
P
L
L
C
A
A
Y
Y
R
S
E
W
C
PHONO
TAPE1
VIDEO
DVD
S
/LD
IN
IN
TV/
S
SAT
IN
IN
S
IN
IN
VCR1
/DVR
S
OUT
OUT
S
IN
IN
VCR2
S
OUT
OUT
VIDEO
OUT
MD/
/CD-R
IN
OUTPUT
L
R
OUTPUT
L
R
CD-speler
FM/AM-tuner
Platenspeler
Als uw platenspeler een aardingsdraad heeft, sluit
u deze aan op de (signaal-aarde) aansluitklem.
7 Audiosnoeren
Gebruik audiosnoeren (niet bijgeleverd) om de
audio-apparatuur aan te sluiten.
Steek de rode stekkers in de
R
L
R (rechter kanaal)
aansluitingen en de witte
stekkers in de L (linker
kanaal) aansluitingen. Steek
de stekkers volledig in de
aansluitbussen.
FR FLCSRSLRL
TO
MONITOR
TV
S
OUT
IN
CONTROL
OUT
AB
FRONT
CENTER
SPEAKER
SURROUND
SPEAKERS
SPEAKERS
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
REC PLAY
L
R
MD-recorder of
cassettedeck
Plaats van het cassettedeck
Afhankelijk van waar het cassettedeck staat, is het
mogelijk dat u tijdens weergave van een cassette
ruis hoort als gevolg van fluxlekkage vanaf de
transformator van de versterker. In dat geval moet u
het cassettedeck verder van de versterker vandaan
plaatsen.
SWITCHED
TOTAL 100W MAX
FRONT
SPEAKERS
AC OUTLETS
UNSWITCHED
100W MAX
REC PLAY
L
R
Cassettedeck
(met REC
monitorfunctie)
8
Du
Page 9
Video-apparatuur
Aansluiten van de apparatuur
Sluit uw video-apparatuur op de hieronder aangegeven aansluitingen aan. Bij digitale video-apparatuur (zoals een
DVD-speler) moet u voor het videosignaal de analoge verbindingen maken die op deze bladzijde zijn aangegeven,
maar om Dolby Digital/DTS te kunnen gebruiken moet de apparatuur tevens op een digitale ingang worden
aangesloten (zie de volgende bladzijde). Het verdient aanbeveling de digitale apparatuur ook met de analoge
audio-aansluitingen te verbinden (zie de vorige bladzijde). Voor weergave van alle bestaande typen laserdiscs
moet de DVD/LD-speler of LD-speler via een analoge verbinding zijn aangesloten (zoals op deze bladzijde is
aangegeven) en via twee digitale verbindingen (zie blz. 11).
DIGITAL
DVD-speler
(of LD-speler)
OUTPUT
1
234
PCM/ /DTS/MPEG IN
S
R
RF IN
F
R
C
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
RL
VIDEO
L
R
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
L
S
W
P
L
A
Y
R
E
C
I
N
I
N
RL
DVD
/LD
IN
TV/
SAT
IN
IN
FLF
IN
VCR1
/DVR
F
OUT
R
S
IN
L
VCR2
S
OUT
R
P
P
L
L
C
A
A
MD/
Y
Y
TAPE1
/CD-R
R
S
E
W
C
IN
PHONO
Videorecorder (1)Videorecorder (2)
OUTPUTINPUT
VIDEO
L
R
SWITCHED
TOTAL 100W MAX
FRONT
SPEAKERS
VIDEO
VIDEO
OUT
S
IN
S
IN
S
IN
S
OUT
S
IN
S
OUT
OUTPUTINPUT
IN
OUT
VIDEO
L
R
MONITOR
S
OUT
CONTROL
VIDEO
L
R
FR FLCSRSLRL
TO
TV
AB
FRONT
SPEAKERS
SURROUND
CENTER
SPEAKER
SPEAKERS
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
VIDEO
L
R
UNSWITCHED
100WMAX
AC OUTLETS
VOORBEREIDINGEN
OUTPUT
VIDEO
L
R
TV-tuner
(of satelliettuner)
(video-
monitor)
7 Audio/videosnoeren
Gebruik audio/videosnoeren (niet bijgeleverd)
om de video-apparatuur aan te sluiten en een
videosnoer om de TV (videomonitor) aan te
sluiten.
R
L
Steek de rode
stekkers in de R
VIDEO
(rechter kanaal)
aansluitingen, de
witte stekkers in de L
(linker kanaal)
aansluitingen en de
gele stekkers in de
VIDEO aansluitingen.
Steek de stekkers
volledig in de
aansluitbussen.
INPUT
VIDEO
TV
7 Voorzijde
5-CHANNEL EQUAL POWER OUTPUT
PHONES
VIDEO INPUT
S-VIDEO
VIDEO
L AUDIO R
VIDEO
EXTERNAL
DECODER IN DIRECT
SPEAKERS
Video-
camera
enz.
VIDEO INPUT
LV
R
Zet de ingangsschakelaar op het voorpaneel op
“VIDEO” voor gebruik van het videosignaal dat via de
aansluiting op het voorpaneel binnenkomt.
Als uw video-apparatuur is uitgerust met Svideo-aansluitingen, kunt u S-videosnoeren
(niet bijgeleverd) gebruiken om de
apparatuur op de achterkant van de
versterker aan te sluiten. Wanneer u de
video-apparatuur via S-videosnoeren
aansluit, moet u tevens de TV via Svideosnoeren aansluiten. Gebruikt u
normale composiet-videosnoeren voor
het aansluiten van de video-apparatuur,
gebruik deze dan ook voor de TV.
9
Du
Page 10
Aansluiten van de apparatuur
Digitale verbindingen
Om MPEG/Dolby Digital/DTS geluidssporen te kunnen gebruiken, moet u digitale audio-verbindingen maken.
Hierbij hebt u de keuze uit coaxiale of optische verbindingen (u hoeft niet beide verbindingen te maken). De
kwaliteit van deze twee typen verbindingen is hetzelfde, maar aangezien sommige digitale apparatuur alleen een
bepaald type digitale aansluiting heeft, is het nuttig om beide soorten te hebben (zodat u bijvoorbeeld de
coaxiale uitgangsaansluiting van een geluidsbron kunt aansluiten op de coaxiale ingangsaansluiting van de
versterker. De VSA-E07 heeft vier digitale ingangen, waarvan twee coaxiale en twee optische. U kunt de
verschillende aansluitingen toewijzen aan de geschikte geluidsbron(nen). Zie de aanwijzingen onder "DIGITAL
INPUT SELECT instelfunctie" op blz. 36. Een DVD/LD-speler of LD-speler moet op een digitale aansluiting en op
de speciale
stel analoge aansluitingen (zie de vorige bladzijde).
Sluit de digitale apparatuur op de hieronder aangegeven wijze aan. De versterker heeft een digitale uitgang met
het opschrift PCM/2/DTS/MPEG OUT. Indien u deze uitgang verbindt met de optische ingang van een digitale
recorder (MD-recorder, DAT-cassettedeck of CD-R recorder) kunt u rechtstreekse digitale opnamen maken.
2 RF aansluiting (indien de LD-speler hiermee is uitgerust) worden aangesloten, en tevens op een
DIGITAL
1
PCM/ /DTS/MPEG IN
RF IN
DIGITAL OUT
OPT.
DVD-speler
234
S
R
F
R
C
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
RL
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
L
S
W
P
L
A
Y
R
E
C
I
N
I
N
RL
IN
FLF
F
R
S
L
S
R
P
P
L
L
C
A
A
Y
Y
R
S
E
W
C
VIDEO
DVD
S
/LD
IN
IN
TV/
S
SAT
IN
IN
S
IN
IN
VCR1
/DVR
S
OUT
OUT
S
IN
IN
VCR2
S
OUT
OUT
VIDEO
OUT
MD/
TAPE1
/CD-R
IN
PHONO
DIGITALDIGITAL
OUT
CD-speler
7 Digitale audiosnoeren/optische
kabels
Gebruik los verkrijgbare digitale (coaxiale)
audiosnoeren (normale videosnoeren kunnen
ook worden gebruikt) of optische kabels (niet
bijgeleverd) om de digitale apparatuur op de
versterker aan te sluiten.
Verwijder de stofkapjes van de digitale ingang
en uitgang voordat u de stekkers naar binnen
steekt. Steek de stekkers volledig in de
aansluitbussen.
Digitaal audiosnoer
(of normaal videosnoer)
Optische kabel
FR FLCSRSLRL
TO
MONITOR
TV
S
OUT
IN
CONTROL
OUT
AB
FRONT
SPEAKERS
SURROUND
CENTER
SPEAKER
SPEAKERS
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
DIGITAL
OUT
IN
MD-recorder
DIGITAL INPUT aansluitingen
De oorspronkelijke instelling voor de digitale
ingangen is als volgt:
DIGITAL 1: DVD/LD
DIGITAL 2: CD
DIGITAL 3: MD
DIGITAL 4: TV/SAT
2 RF IN: DVD/LD
SWITCHED
TOTAL 100W MAX
FRONT
SPEAKERS
AC OUTLETS
UNSWITCHED
100W MAX
DIGITAL
OUT
TV-tuner
(of satelliettuner)
10
Du
Page 11
Aansluiten van de apparatuur
Aansluitvoorbeeld van een DVD/LD of LD-speler
Sluit de DVD/LD of LD-speler via de 2RF aansluiting en via een coaxiale of optische aansluiting aan. Als uw
speler een
2RF uitgang heeft, kunt u alle soorten laserdiscs afspelen (zie blz. 36).
DIGITAL
1
234
PCM/ /DTS/MPEG IN
RF IN
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
RF OUT
(AC-3)(LD)
1
23
S
R
F
R
C
RL
DIGITAL OUT
PCM (OPT.)
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
L
S
W
P
L
A
Y
R
E
C
I
N
I
N
RL
IN
FLF
F
R
S
L
S
R
P
P
L
L
C
A
A
Y
Y
R
S
E
W
C
DVD
SAT
VCR1
/DVR
OUT
VCR2
OUT
TAPE1
/CD-R
PHONO
OUTPUT
VIDEO
L
R
VIDEO
S
/LD
IN
IN
TV/
S
IN
IN
S
IN
IN
S
OUT
S
IN
IN
S
OUT
VIDEO
OUT
MD/
IN
OUT
FR FLCSRSLRL
TO
MONITOR
TV
S
OUT
IN
CONTROL
AB
CENTER
FRONT
SPEAKER
SPEAKERS
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
SURROUND
SPEAKERS
TOTAL 100W MAX
SWITCHED
SPEAKERS
FRONT
AC OUTLETS
UNSWITCHED
100W MAX
DVD/LD-speler of
LD-speler
VOORBEREIDINGEN
Maak een digitale coaxiale òf digitale optische verbinding (aangegeven als DIGITAL-1 of DIGITAL-3 in de
afbeelding). U hoeft niet beide verbindingen te maken. Zorg er tevens voor dat de aansluitingen aan de
juiste componenten worden toegewezen met de “DIGITAL INPUT SELECT” instelfunctie (zie blz. 36).
11
Du
Page 12
Aansluiten van de apparatuur
Ingang voor externe decodeereenheid
In sommige gevallen hebt u een externe decodeereenheid nodig voor weergave van speciale analoge
geluidsbronnen, DVD-discs en dergelijke. Zie de onderstaande afbeelding voor het aansluiten van een externe
decodeereenheid. Meestal hebt u deze apparatuur echter niet nodig. (Zie blz. 47)
DIGITAL
»
1
234
PCM/ /DTS/MPEG IN
R
RF IN
R
C
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
SURROUND
OUTPUT
S
F
RL
L
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
IN
L
S
W
P
L
A
Y
R
E
C
I
N
I
N
»
SUB
WOOFER
FLF
F
R
S
L
S
R
P
P
L
L
C
A
A
Y
Y
R
S
W
C
RL
E
PHONO
»
CENTER
R
Apparatuur voorzien van 5.1kanaals analoge uitgangen
TAPE1
VIDEO
DVD
S
/LD
IN
IN
TV/
S
SAT
IN
IN
S
IN
IN
VCR1
/DVR
S
OUT
OUT
S
IN
IN
VCR2
S
OUT
OUT
VIDEO
OUT
MD/
/CD-R
IN
OUT
FR FLCSRSLRL
TO
MONITOR
TV
S
OUT
IN
CONTROL
AB
FRONT
CENTER
SPEAKERS
SPEAKER
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
SURROUND
SPEAKERS
SWITCHED
TOTAL 100W MAX
FRONT
SPEAKERS
AC OUTLETS
UNSWITCHED
100W MAX
»
FRONT
OUTPUT
L
R
12
Du
U kunt niet de tunerfunctie en de phono (platenspeler) functie gebruiken met een externe
decodeereenheid.
Page 13
Luidsprekers
Aansluiten van de apparatuur
In de onderstaande afbeelding ziet u een volledige opstelling met zes luidsprekers, maar vanzelfsprekend is dit
niet voor iedereen het geval. Wij bevelen u aan de luidsprekers die u hebt op de hieronder beschreven wijze aan
te sluiten. De VSA-E07 werkt ook wanneer slechts twee stereo luidsprekers (deze worden de “voor”
luidsprekers genoemd in de afbeelding) zijn aangesloten, maar de versterker is eigenlijk bedoeld om met
minimaal drie luidsprekers te worden gebruikt.
Sluit de rechter luidsprekers op de rechterkanaal aansluitingen aan en de linker luidsprekers op de linkerkanaal
aansluitingen. Let er tevens op dat de plus en min (+/–) aansluitingen op de versterker verbonden worden met
de corresponderende aansluitingen op de luidsprekers.
De versterker heeft aansluitingen voor twee voorluidsprekersystemen, A en B. A is het
hoofdluidsprekersysteem dat u gebruikt voor een volledige weergave met surroundluidsprekers. Als u
zowel de A als de B voorluidsprekers inschakelt, wordt er alleen geluid via de voorluidsprekers en de
subwoofer weergegeven. Er wordt dan geen geluid via de midden- en surroundluidsprekers
weergegeven, maar meerkanaals bronnen worden over de werkende luidsprekers verdeeld (downmixing) zodat er geen geluid verloren gaat. Wanneer u enkel de B voorluidsprekers inschakelt, hoort u
alleen geluid via de B luidsprekers en wordt bij meerkanaals bronnen al het geluid over deze twee
luidsprekers verdeeld. Gebruik luidsprekers met een nominale impedantie tussen 6 Ω en 16 Ω.
Voorluidsprekers (A)
MiddenluidsprekerSurroundluidsprekers
LCSRSLR
VOORBEREIDINGEN
DIGITAL
1
234
PCM/ /DTS/MPEG IN
RF IN
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
S
R
F
R
C
RL
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
L
S
W
P
L
A
Y
R
E
C
I
N
I
N
IN
FLF
F
R
S
L
S
R
P
P
L
L
C
A
A
Y
Y
R
S
E
W
C
RL
PHONO
VCR1
VCR2
TAPE1
/CD-R
VIDEO
DVD
S
/LD
IN
IN
TV/
S
SAT
IN
IN
S
IN
IN
/DVR
S
OUT
OUT
S
IN
IN
S
OUT
OUT
VIDEO
OUT
MD/
IN
OUT
FR FLCSRSLRL
TO
MONITOR
TV
S
OUT
IN
CONTROL
AB
CENTER
FRONT
SPEAKER
SPEAKERS
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
TV
(Luidspreker van TV
wordt gebruikt als
Actieve subwoofer
middenluidspreker)
INPUT
Wanneer u de luidspreker van uw TV als middenluidspreker
wilt gebruiken, verbind dan de CENTER PREOUT
aansluiting van de versterker met de audio-ingang van de
TV. In dit geval hoeft er geen aparte middenluidspreker te
worden aangesloten.
SURROUND
SPEAKERS
SWITCHED
TOTAL 100W MAX
FRONT
SPEAKERS
AC OUTLETS
UNSWITCHED
100W MAX
Zorg dat alle aansluitingen zijn
voltooid voordat u de stekker
in het stopcontact steekt.
13
Du
Page 14
Aansluiten van de apparatuur
Linksachter
(surround)
Rechtsachter
(surround)
Luisterplaats
LinksvoorRechtsvoor
Midden
Subwoofer
7 Aansluiten van de luidsprekers
1 Draai de kerndraadjes
in elkaar.
10 mm
2 Draai het knopje van de
luidsprekeraansluiting los en
steek de draad naar binnen.
3 Draai het knopje
weer vast.
Opstelling van de luidsprekers
Als u meerdere luidsprekers hebt, is de opstelling van de luidsprekers van groot belang. Stel de luidsprekers op
zoals in de onderstaande afbeelding is aangegeven, zodat een optimale surroundweergave wordt verkregen.
Zorg ervoor dat alle luidsprekers op een stevige ondergrond staan of stevig bevestigd zijn, om ongelukken te
voorkomen. Raadpleeg tevens de gebruiksaanwijzing die bij de luidsprekers wordt geleverd voor advies omtrent
de plaats voor de luidsprekers. Sommige luidsprekers zijn ontworpen om op de vloer te worden geplaatst, terwijl
andere luidsprekers een beter geluid geven wanneer zij op een verhoging staan of aan de muur hangen.
• Plaats de linker en rechter voorluidspreker op gelijke afstand van de TV.
• Wanneer u de luidsprekers in de buurt van de TV plaatst, gebruik dan magnetisch afgeschermde
luidsprekers om interferentie, zoals storing in de kleuren van het TV-beeld, te voorkomen. Als u geen
magnetisch afgeschermde luidsprekers hebt en de kleuren in het TV-beeld gestoord worden, moet u
de luidsprekers verder van de TV vandaan plaatsen.
• Plaats de middenluidspreker boven of onder de TV zodat het geluid van het middenkanaal juist
gelokaliseerd is.
LET OP:
Wanneer u de middenluidspreker op de TV plaatst, moet u de luidspreker stevig met tape of iets
dergelijks aan de TV bevestigen. Dit om te voorkomen dat de luidspreker van de TV valt als gevolg
van schokken of trillingen, waardoor personen letsel kunnen oplopen of de luidspreker wordt
beschadigd.
• Indien mogelijk, moet u de surroundluidsprekers een weinig boven oorhoogte installeren.
• Wanneer de surroundluidsprekers verder van de luisterplaats vandaan zijn geplaatst dan de midden-
14
en voorluidsprekers, is het mogelijk dat er geen duidelijk surroundeffect wordt verkregen.
Du
Page 15
Aanluiten van extra versterkers
Aansluiten van de apparatuur
Alhoewel de VSA-E07 meer dan voldoende vermogen heeft voor gebruik in de huiskamer, is het toch mogelijk
om extra versterkers op het apparaat aan te sluiten. Zie de onderstaande afbeelding voor het aansluiten van
afzonderlijke versterkers voor het aansturen van de luidsprekers.
PIONEER
projectietelevisie
(voor middenkanaal)
L-Audio
(MONO)
DIGITAL
AUDIO
IN
L
R
1
234
PCM/ /DTS/MPEG IN
S
R
RF IN
F
R
C
TAPE2
MONITOR
CD
LINE/
TUNER
(of)
RL
Versterker
(voor
middenkanaal)
AUDIO
RL
PCM/ /DTS
/MPEG OUT
PREOUT
S
EXTERNAL
L
DECODER
IN
FLF
L
F
S
R
W
P
S
L
A
L
Y
R
S
E
R
C
P
P
I
L
L
C
A
A
N
Y
Y
R
S
I
E
W
N
C
IN
PHONO
TAPE1
Versterker
(voor
achterkanalen)
AUDIO
IN
L
R
VIDEO
DVD
S
/LD
IN
IN
TV/
S
SAT
IN
IN
S
IN
IN
VCR1
/DVR
S
OUT
OUT
S
IN
IN
VCR2
S
OUT
MD/
/CD-R
IN
VIDEO
TO
OUT
MONITOR
TV
S
OUT
OUT
IN
CONTROL
OUT
L
R
FR FLCSRSLRL
AB
CENTER
FRONT
SPEAKER
SPEAKERS
SEE INSTRUCTION MANUAL SE REPORTER AU MODE D’EMPLOI
voorkanalen)
TOTAL 100W MAX
SURROUND
SPEAKERS
Versterker
(voor
AUDIO
IN
L
R
SWITCHED
FRONT
SPEAKERS
UNSWITCHED
100W MAX
Actieve
subwoofer
INPUT
AC OUTLETS
VOORBEREIDINGEN
Gebruik van de netuitgangen (AC OUTLETS)
[SWITCHED TOTAL 100 W MAX]
De stroomvoorziening via deze uitgangen wordt automatisch in- en uitgeschakeld door de POWER schakelaar
van de versterker. Het totale stroomverbruik van de aangesloten apparatuur mag niet meer bedragen dan 100
watt.
[UNSWITCHED 100 W MAX]
De stroomvoorziening via deze uitgang is continu ingeschakeld, ongeacht of de versterker aan (ON) of uit (OFF)
staat. Het stroomverbruik van de aangesloten apparatuur mag niet meer bedragen dan 100 watt.
LET OP!
• Sluit geen apparatuur met een hoog stroomverbruik, zoals een elektrisch kacheltje, strijkijzer of TV-toestel,
op de AC OUTLETS netuitgangen aan. Dit kan namelijk resulteren in oververhitting, brand of een defect
van de versterker.
• Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u de installatie gedurende langere tijd niet denkt te
gebruiken, bijvoorbeeld wanneer u op vakantie gaat.
15
Du
Page 16
Display en bedieningsorganen
Voorpaneel
Hieronder worden alle toetsen beschreven of vermeld die op het voorpaneel zijn aangebracht. Om de
voorpaneelklep te openen, drukt u voorzichtig tegen het onderste gedeelte van de klep.
1234567890=-
AUDIO / VIDEO MULTI -CHANNEL AMPLIFIER
STANDBY/ON
OFF ON
DSP
STANDBY
THX CINEMA ADVANCED STANDARD
STEREO
MODE
/DTS
MPEG
VIDEO VCR 1/DVR VCR 2 DVD /LD
TV/SAT
FL
DIMMER
MD/TAPE 1/
LINE/
CD
PHONO
CD-R
TUNER
MINMAX
INPUT
SELECTOR
MASTER
VOLUME
~!@#$%
PHONES
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
L AUDIO R
EXTERNAL
DECODER IN
DIRECT LOUDNESS MIDNIGHT
- BASS +
+¡_)( * &
1 Hoofdnetschakelaar (_ ON/— OFF)
Als deze schakelaar op OFF (—) staat, is de
receiver volledig uitgeschakeld en werkt de
STANDBY/ON toets (2) op de versterker en de
afstandsbediening niet. Zet de schakelaar op ON
(_) om de versterker in de standby-stand te
zetten. U kunt de versterker dan inschakelen met
behulp van de STANDBY/ON toets (2) op de
receiver of de afstandsbediening.
2 Ruststand/aan-toets (STANDBY/ON)
Druk op deze toets om de versterker in (ON) en
uit (STANDBY) te schakelen.
3 Ruststand-indicator (STANDBY)
Licht op wanneer de versterker in de standbystand staat. (Tijdens standby verbruikt de
versterker een kleine hoeveelheid stroom (1
watt).)
4 DSP functietoets (DSP MODE) (Zie blz.
41-42)
Druk herhaaldelijk op deze toets om de gewenste
DSP geluidsfunctie te kiezen (HALL 1, HALL 2,
JAZZ, DANCE, THEATER 1 of THEATER 2).
Gebruik deze toets om surroundgeluid te
produceren bij weergave van standaard (2kanaals) stereobronnen en zo een gewenste
luisteromgeving te creëren.
5 STEREO toets (Zie blz. 41-42)
Druk op deze toets om de STEREO geluidsfunctie
in te schakelen. Wanneer deze functie
ingeschakeld is, wordt er alleen geluid via de
voorluidsprekers (links en rechts) weergegeven.
THX CINEMA functie in te schakelen bij het
luisteren naar Dolby Digital, Dolby Pro Logic, DTS
en diverse andere bronnen.
ADVANCED THEATER : Druk op deze toets om
een van de vier geavanceerde
bioscooptheaterfuncties in te schakelen.
STANDARD (
MPEG
): Druk op deze toets om de
STANDARD of MPEG functie te kiezen.
Richt de afstandsbediening bij gebruik naar de
afstandsbedieningssensor op de versterker.
Deze geven de gekozen geluidsbron aan.
49)
Gebruik deze toets om de helderheid van het
hoofddisplay in te stellen.
Page 17
Display en bedieningsorganen
- Beeld/geluidsbronkiezer (INPUT
SELECTOR)
Gebruik deze draaiknop om de gewenste beeld/
geluidsbron (ingangsbron) te kiezen. De gekozen
bron wordt in het display aangegeven.
DVD/LD : DVD-speler of laserdisc-speler.
TV/SAT : TV-tuner of satelliettuner.
CD : Compact disc speler.
MD/TAPE 1/CD-R : Cassettedeck of MD-
recorder aangesloten op de MD/TAPE 1/CD-R in/
uitgangen.
LINE/TUNER : FM/AM-tuner.
PHONO : Platenspeler.
VIDEO : Videocamera e.d aangesloten op de
VIDEO INPUT op het voorpaneel.
VCR 1/DVR : Videorecorder aangesloten op de
VCR 1/DVR ingangen.
VCR 2 : Videorecorder of andere apparatuur
aangesloten op de VCR 2 ingangen.
= Hoofdvolumeregelaar (MASTER
VOLUME)
Stel met deze regelaar het totale volume in.
~ Toets voor externe decodeereenheid
(EXTERNAL DECODER IN) (Zie blz. 47)
Druk op deze toets om de externe
decodeereenheid te gebruiken. Met een externe
decodeereenheid kunnen diverse andere typen
signalen gedecodeerd worden en naar de
versterker worden gestuurd.
! Direct-toets (DIRECT) (Zie blz. 49)
Druk op deze toets om de DIRECT-functie in of
uit te schakelen. Wanneer de direct-functie
ingeschakeld is, zijn de toonregeling en
kanaalniveau-instelling uitgeschakeld waardoor
een zeer accurate weergave van de
programmabron wordt verkregen. De versterker
komt tevens automatisch in de STEREO stand te
staan voor de betreffende geluidsbronfunctie.
@ Contourtoets (LOUDNESS) (Zie blz. 48)
Druk op deze toets om de LOUDNESS functie in
en uit te schakelen.
# MIDNIGHT toets (Zie blz. 47)
Druk op deze toets om de MIDNIGHT functie in
en uit te schakelen.
$ Digitale ruisonderdrukkingstoets
(DIGITAL NR) (Zie blz. 46)
Druk op deze toets om de DIGITAL NR functie in
en uit te schakelen (alleen in de STEREO stand).
% Signaalselectietoets (SIGNAL SELECT)
(Zie blz. 45)
Gebruik deze toets om het signaal van de digitale
componenten te kiezen.
Druk herhaaldelijk op de SIGNAL SELECT toets
om een van de volgende signalen te kiezen.
ANALOG : Kiezen van het analoge signaal.
DIGITAL : Kiezen van het optische of coaxiale
(digitale) signaal.
AC-3 RF: Kiezen van het AC-3 RF signaal.
AUTO:
Dit is de standaardinstelling. Als er zowel
een analoog als digitaal ingangssignaal is, kiest de
versterker automatisch het signaal dat het beste is.
^ Effectniveau/kanaalselectietoetsen
(EFFECT/CHANNEL SELECT LEVEL –/+)
EFFECT : Gebruik deze toets om de sterkte van
het effect van een DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie in te stellen. Wanneer het
effect van een DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie wordt versterkt, zijn de
eigenschappen ervan sterker en beter
waarneembaar. Het schaalbereik loopt van 10 90, met 70 als de standaardinstelling. Schakel
eerst de gewenste DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie in (door op de DSP
MODE/ADVANCED toets te drukken) en verhoog
of verlaag dan de sterkte van het gekozen effect.
CHANNEL : Bij bepaalde geluidsbronnen zult u
wel eens een kanaal wat bij willen regelen.
Gebruik deze toets om het kanaal te kiezen dat u
wilt bijregelen.
–/+ : Gebruik deze toetsen om de sterkte van het
effect bij een akoestiekfunctie te kiezen of om de
sterkte van een kanaal bij te regelen voor de
surround instellingen.
& TAPE 2 MONITOR toets (Zie blz. 62)
Druk op deze toets om het cassettedeck (MDrecorder enz.) te kiezen aangesloten op de TAPE
2 MONITOR in/uitgangen. Deze functie kan
tijdens opnemen worden gebruikt voor het
controleren van de zojuist gemaakte opname.
* Ingangsniveau-verzwakkingstoets
(INPUT ATT)
Gebruik deze toets om het ingangsniveau te
verzwakken van een buitensporig sterk analoog
signaal dat vervorming veroorzaakt (de OVER
indicator licht helder op).
(
Hogetonentoetsen (TREBLE (–/+)) (Zie blz. 48)
Gebruik deze toetsen voor het instellen van de
weergave van de hoge tonen.
)
Lagetonentoetsen (BASS (–/+)) (Zie blz. 48)
Gebruik deze toetsen voor het instellen van de
weergave van de lage tonen.
_ Luidsprekertoets (SPEAKERS (A/B))
“A” is de standaardinstelling. In deze stand wordt
het geluid weergegeven via alle luidsprekers van
het A luidsprekersysteem. Bij de “A+B” instelling
wordt het geluid weergegeven via de A en B
voorluidsprekers en de subwoofer; het geluid van
meerkanaals bronnen wordt volledig over deze
luidsprekers verdeeld (down-mixing) zodat er
geen geluid verloren gaat. Bij de “B” instelling
wordt er alleen geluid weergegeven via de B
luidsprekers en bij meerkanaals bronnen wordt al
het geluid over deze twee luidsprekers verdeeld.
AA+BOFFB
+ Video-ingangsaansluitingen (VIDEO
INPUT) (Zie blz. 9)
S-VIDEO : Video-ingang voor het aansluiten van
een videocamera e.d. voorzien van een S-video
uitgang.
VIDEO / AUDIO (L/R) : Video-ingang voor het
aansluiten van een videocamera e.d. voorzien van
standaard video/audio-uitgangen.
¡ Hoofdtelefoon-aansluiting (PHONES)
Sluit een hoofdtelefoon aan om te luisteren
zonder anderen te storen (bij het aansluiten van
een hoofdtelefoon wordt de geluidsweergave via
de luidsprekers uitgeschakeld).
17
Du
VOORBEREIDINGEN
Page 18
Display en bedieningsorganen
Display
Hieronder wordt alle informatie beschreven of vermeld die u in het display ziet.
1234567890 -
SELECT
OVER
SP AB
LFE
R
H.P
ANALOG
DIGITAL
AC-3RF
AUTO
AC-3DTS MPEG
C
L
LS LS RS
1 Signaalselectie-indicators (SIGNAL
SELECT)
Deze indicators geven het type ingangssignaal
aan dat voor de huidige component is ingesteld
(zie “Voorpaneel”, %, SIGNAL SELECT).
ANALOG : Licht op wanneer een analoog signaal
gekozen is.
DIGITAL : Licht op wanneer een digitaal
audiosignaal gekozen is.
AC-3RF: Licht op wanneer een AC-3 RF signaal
gekozen is.
AUTO: Licht op wanneer de receiver het
ingangssignaal automatisch kiest.
AC-3 : Licht op wanneer een bron met Dolby
Digital signalen wordt weergegeven.
DTS : Licht op wanneer een bron met DTS
audiosignalen wordt weergegeven.
MPEG: Knippert wanneer de MPEG functie is
gekozen en licht op wanneer een bron met
MPEG audiosignalen wordt weergegeven.
2 Luidsprekerindicators
Deze indicators geven de luidsprekers aan die
gekozen zijn (zie “Voorpaneel”, _, SPEAKERS
(A/B)).
SP # A : Licht op wanneer de luidsprekers A
gekozen zijn.
SP # B : Licht op wanneer de luidsprekers B
gekozen zijn.
SP # AB : Licht op wanneer de luidsprekers A èn
B gekozen zijn.
MIDNIGHTLOUDNESSATTSIGNAL
DSP
STEREO
PRO LOGIC
DIGITAL
MPEG
VOLUME
dB
TAPE 2
~!@
3 Indicators voor analoog niveau
OVER : Als “ANALOG” gekozen is met de
SIGNAL SELECT functie, licht deze indicator op
om aan te geven dat er een buitensporig sterk
signaal wordt verwerkt. Wanneer dit gebeurt,
drukt u op de INPUT ATT toets op het voorpaneel
om het signaal te verzwakken. Wanneer
“DIGITAL” gekozen is met de SIGNAL SELECT
functie, licht deze indicator op om aan te geven
dat een bron wordt verwerkt die buitensporig
veel informatie bevat. Indien dit het geval is, zie
dan blz. 42.
ATT : Licht op wanneer de INPUT ATT toets
wordt gebruikt om het niveau van het
ingangssignaal te verlagen (alleen beschikbaar in
de ANALOG stand).
4 Contour-indicator (LOUDNESS) (Zie
blz. 48)
Licht op wanneer de LOUDNESS functie
ingeschakeld is.
5 Hoofdtelefoon (H.P)
Licht op wanneer een hoofdtelefoon op de
PHONES aansluiting is aangesloten (de
luidsprekers A en B zijn dan automatisch
uitgeschakeld).
6 MIDNIGHT indicator (Zie blz. 47)
Licht op wanneer de MIDNIGHT functie
ingschakeld is.
=
18
Du
7 DSP indicator (Zie blz. 41-42)
Licht op wanneer een DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie gekozen is.
Page 19
8 STEREO indicator (Zie blz. 41-42)
Licht op wanneer een stereo-instelling gekozen
is.
9 Beeld/geluidsbron-indicator
Geeft de gekozen beeld/geluidsbron aan.
Display en bedieningsorganen
VOORBEREIDINGEN
0 2 Surround/dts (
MPEG
) functie-
indicators
2 DIGITAL : Wanneer de 2 Surround/dts
functie op de versterker is ingeschakeld, licht
deze indicator op bij weergave van een Dolby
Digital signaal. De 2 PRO LOGIC indicator licht
echter op bij 2-kanaals weergave van Dolby
Digital.
2 PRO LOGIC : Wanneer de 2 Surround/dts
functie op de receiver is ingeschakeld, licht deze
indicator op bij 2-kanaals weergave. (De B
luidsprekers of de A+B luidsprekers worden
automatisch uitgeschakeld wanneer u een
hoofdtelefoon aansluit.)
dts : Licht op wanneer er DTS signalen
binnenkomen.
THX: Licht op wanneer de HOME THX CINEMA
functie gekozen is.
MPEG: Licht op wanneer de MPEG functie
gekozen is.
- Totaalvolume-aanduiding (MASTER
VOLUME)
Hier wordt het ingestelde totaalvolume
aangegeven.
= TAPE 2 indicator
Licht op wanneer de TAPE 2 monitorfunctie
ingeschakeld is.
~ Alfanumeriek display
Hier worden de geluidsfuncties, algemene
informatie e.d. aangegeven.
! LFE indicator
De LFE (Low Frequency Effects) lagetonenkanaal
indicator licht op om aan te geven dat een
programmabron een LFE kanaal bevat. De
indicator onder LFE licht op wanneer de LFE
signalen worden weergegeven (de LFE signalen
zijn niet in alle delen van het geluidsspoor
aanwezig).
@ Programmaformaat-indicators
Wanneer een Dolby Digital of DTS signaal
binnenkomt, lichten de volgende indicators op om
de kanalen aan te geven die weergegeven
worden.
L : Linksvoor*
R : Rechtsvoor*
LS : Links-surround*
RS : Rechts-surround*
*1: Geeft 5.1-kanaals Dolby Digital of DTS
weergave aan.
*2: Geeft Dolby Pro Logic weergave aan.
1*2
, C : Midden*1,
1*2
,
1
, S : Surround (mono)*2,
1
19
Du
Page 20
Display en bedieningsorganen
Afstandsbediening
Op deze en de volgende bladzijde worden de toetsen van de afstandsbediening beschreven die u gebruikt voor de
bediening van de versterker. Aangezien het scherm van de afstandsbediening verandert wanneer u een andere beeld/
geluidsbron kiest, wordt u voor de beschrijving van de toetsen voor de andere componenten/functies verwezen naar de
gedeelten in de gebruiksaanwijzing waar deze componenten/functies beschreven worden.
Druk op een willekeurige plaats van het aanraakscherm om de afstandsbediening in te schakelen.
de diverse andere instellingen van de afstandsbediening
TV
CONTROL
FUNCTION
CH
CH
VOL
VOL
FUNCTION
+
–
+
–
9
6
naar wens in te stellen. (Zie “Afstandsbediening van
andere componenten” op blz. 50.)
6 Verlichtingstoets (BACK LIGHT)
Gebruik deze toets om de verlichting van de
afstandsbediening in en uit te schakelen (zie blz. 7).
7
7 TV-bedieningstoetsen (TV CONTROL)
De volgende toetsen zijn voor de bediening van de
TV. U kunt deze toetsen gebruiken nadat ze hiervoor
zijn ingesteld.
8
: Druk op deze toets om de TV in en uit te
schakelen.
FUNCTION : Druk op de TV FUNC toets om in te
stellen op TV-ontvangst.
CH +/– : Gebruik deze toetsen voor het kiezen van
het TV-kanaal.
VOL +/– : Gebruik deze toetsen om het volume van
de TV in te stellen.
8 Beeld/geluidsbronkeuzetoets
(FUNCTION)
Kies met deze toets de gewenste beeld/geluidsbron.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets worden alle
mogelijke beeld/geluidsbronnen doorlopen.
9
Hoofdvolumetoetsen (MASTER VOLUME)
Gebruik deze toetsen om het volume te verhogen of
verlagen.
0 Dempingstoets (MUTE)
Druk op deze toets om het geluid te dempen of om
de dempingsfunctie uit te schakelen.
Deze toets schakelt de componenten in twee étappen
uit. Wanneer u de eerste maal op de toets drukt,
worden alle PIONEER componenten uitgeschakeld.
Wanneer u daarna nogmaals op de toets drukt,
worden de componenten uitgeschakeld die in de
SYSTEM OFF instellingen geprogrammeerd zijn.
Voorbeeld : Als u de inschakelfunctie voor de TV en
de videorecorder in de SYSTEM OFF instellingen
programmeert, kunt u deze componenten met de
SYSTEM OFF toets uitschakelen, ook wanneer het
geen PIONEER componenten zijn.
=
Marcro-bedieningstoets (MULTI OPERATION)
Gebruik deze toets om de MULTI OPERATION
functie te starten. Zie blz. 63 voor het programmeren
en gebruik van de MULTI OPERATION functie.
~ %/fi/@/# invoertoetsen (ENTER)
Met deze toetsen kunt u diverse
bedieningshandelingen verrichten. In het SYSTEM
SETUP menu gebruikt u de %/fi toetsen om de
CHANNEL DELAY of CHANNEL LEVEL instellingen
te maken.
Wanneer u de %/fi toetsen tegelijk indrukt, kunt u
een bepaalde instelling vergrendelen of
ontgrendelen (zie blz. 54).
Gebruik de toetsen tevens voor het DVD menu in
het DVD afstandsbedieningsscherm.
12 3 4 5
on of f
BACK LIGHT
ENTER
~
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
STANDBY/ON
MULTI
OPERATION
SYSTEM
-
OFF
MUTING
0=
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
1 Aan/uit-toets ( STANDBY/ON)
Druk op deze toets om de versterker in of uit
(STANDBY) te schakelen.
2 Versterkertoets (AMP)
Druk op deze toets om de afstandsbediening in de
versterker-bedieningsstand te schakelen of om de
versterkerschermen op te roepen.
3 Beeld/geluidsbrontoetsen
Met deze toetsen kiest u de component die u met
de afstandsbediening wilt bedienen.
DVD/LD : Druk op deze toets om de
afstandsbediening in de DVD/LD-speler
bedieningsstand te schakelen.
TV/SAT : Druk op deze toets om de
afstandsbediening in de TV/satelliettuner
bedieningsstand te schakelen.
VCR 1 : Druk op deze toets om de
afstandsbediening in de videorecorder 1
bedieningsstand te schakelen.
VCR 2 : Druk op deze toets om de
afstandsbediening in de videorecorder 2
bedieningsstand te schakelen.
MD/TAPE 1 : Druk op deze toets om de
afstandsbediening in de MD-recorder/cassettedeck 1
bedieningsstand te schakelen.
CD : Druk op deze toets om de afstandsbediening in
de CD-speler bedieningsstand te schakelen.
LINE/TUNER : Druk op deze toets om de afstandsbediening in de tuner-bedieningsstand te schakelen.
TV CONTROL : Druk op deze toets om de
afstandsbediening in de TV CONTROL
bedieningsstand te schakelen.
4 Afstandsbedieningsscherm (REMOTE
CONTROL) (Zie blz. 21)
5 Afstandsbediening-setuptoets
(REMOTE SETUP)
Gebruik deze toets om de afstandsbedieningsfuncties en
20
Du
Page 21
Display en bedieningsorganen
LCD afstandsbedieningsschermen voor de versterker
MAIN versterkerscherm
Amplifier
0
9
THX
MIDNIGHT
8
DIGITAL
NR
7
1 Versterker-hulpschermtoets (SUB)
Druk op deze toets om het SUB
versterkerscherm (zie blz. 22) te kiezen wanneer
het MAIN versterkerscherm (zie boven) wordt
getoond.
2 Effectniveautoetsen (EFFECT +/–)
Gebruik deze toetsen om de sterkte van het
effect van een DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie in te stellen. Wanneer het
effect van een DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie wordt versterkt, zijn de
eigenschappen ervan sterker en beter
waarneembaar. Het schaalbereik loopt van 10 90, met 70 als de standaardinstelling. Schakel
eerst de gewenste DSP of geavanceerde
bioscooptheaterfunctie in (door op de DSP
MODE/ADVANCED toets te drukken) en verhoog
of verlaag dan de sterkte van het gekozen effect.
3 2/dts toetsen (Zie blz. 40, 42 en 68-
70)
Gebruik deze toetsen om de gewenste
surroundgeluidfunctie op de versterker in te
schakelen.
4 Signaalselectietoets (SIGNAL SELECT)
(Zie blz. 45)
Druk herhaaldelijk op de SIGNAL SELECT toets
om een van de volgende signalen te kiezen.
ANALOG : Kiezen van het analoge signaal.
DIGITAL : Kiezen van het digitale signaal.
AC-3 RF : Kiezen van het AC-3 RF signaal.
AUTO : Dit is de standaardinstelling. Als er zowel
een analoog als digitaal ingangssignaal is, kiest de
versterker automatisch het digitale signaal.
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
STANDARD
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
56
5 Direct-toets (DIRECT)
6 Contourtoets (LOUDNESS) (Zie blz. 48)
7 Digitale ruisonderdrukkingstoets
8 MIDNIGHT toets (Zie blz. 47)
9 DSP toets (Zie blz. 41-42)
0 STEREO toets (Zie blz. 41-42)
1
2
MAIN SUB
EFFECT
MPEG
SIGNAL
SELECT
3
4
Druk op deze toets om de DIRECTweergavefunctie in of uit te schakelen. Wanneer
de direct-functie ingeschakeld is, lopen de
signalen niet via de toonregeling en zijn de
kanaalniveau-instellingen geannuleerd, waardoor
een zeer accurate weergave van de
programmabron wordt verkregen. De versterker
komt tevens automatisch in de STEREO stand te
staan voor de geluidsbron waarvoor de directweergavefunctie wordt gebruikt.
Druk op deze toets om de LOUDNESS functie in
en uit te schakelen.
(DIGITAL NR) (Zie blz. 46)
Druk op deze toets om de DIGITAL NR functie in
en uit te schakelen (alleen in de STEREO stand).
Druk op deze toets om de MIDNIGHT functie in
en uit te schakelen.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de gewenste
DSP geluidsfunctie te kiezen.
Druk op deze toets om de STEREO geluidsfunctie
in te schakelen. Wanneer deze functie
ingeschakeld is, wordt er alleen geluid via de
voorluidsprekers (links en rechts) weergegeven.
VOORBEREIDINGEN
21
Du
Page 22
Display en bedieningsorganen
SUB versterkerscherm
Amplifier
TAPE 2
7
MONITOR
6
INPUT
5
ATT.
1 Versterker-hoofdschermtoets (MAIN)
Druk op deze toets om het MAIN
versterkerscherm (zie blz. 21) te kiezen wanneer
het SUB versterkerscherm (zie boven) wordt
getoond.
2 Lage- en hogetonentoetsen (BASS,
TREBLE) (Zie blz. 48)
Gebruik deze toetsen voor het instellen van de
weergave van de lage en hoge tonen (alleen in de
STEREO stand).
3 Systeem-setuptoets (SYSTEM SETUP)
Gebruik deze toets voor het instellen van de
luidsprekers en de geluidssystemen. Zie
“Systeeminstellingen voor surroundgeluid” op
blz. 26 en verder voor nadere bijzonderheden.
4 Kanaalniveautoetsen (CHANNEL
LEVEL) (Zie blz. 31-32)
Gebruik deze toetsen om de niveaus van de
afzonderlijke kanalen in te stellen tijdens de
weergave van een geluidsbron.
EXTERNAL
5.1CH
1
MAIN SUB
BASS
CH
LEVEL
4
TREBLE
SYSTEM
SETUP
2
3
5 Ingangsniveau-verzwakkingstoets
(INPUT ATT)
Gebruik deze toets om het ingangsniveau te
verzwakken van een buitensporig sterk analoog
signaal dat vervorming veroorzaakt (de
overbelasting-indicator licht helder op).
6 Toets voor externe decodeereenheid
(EXTERNAL 5.1 CHANNEL) (Zie blz. 47)
Druk op deze toets om een externe
decodeereenheid te gebruiken. Met een externe
decodeereenheid kunnen diverse andere typen
signalen gedecodeerd worden en naar de VSAE07 worden gestuurd.
7 TAPE 2 MONITOR toets (Zie blz. 62)
Druk op deze toets om het cassettedeck (MDrecorder enz.) te kiezen aangesloten op de TAPE
2 MONITOR in/uitgangen. Deze functie kan
tijdens opnemen worden gebruikt voor het
controleren van de zojuist gemaakte opname.
22
Du
Page 23
Instellingen voor surroundgeluid
U
Beeldscherm-aanduidingen (OSD)
Er zijn diverse mogelijkheden om de versterker met uw video-apparatuur te verbinden, zoals de DVD-speler, en
om de versterker op de TV aan te sluiten, maar niet bij alle verbindingen hebt u de beschikking over de OSD
functie van dit apparaat. Het verdient aanbeveling de volgende richtlijnen te volgen zodat u de beschikking hebt
over de handige OSD functie:
1 Gebruik altijd hetzelfde type videosnoeren om uw video-apparatuur op de versterker aan te sluiten als u
gebruikt om de versterker op uw TV aan te sluiten. Wanneer u bijvoorbeeld composiet-videosnoeren gebruikt
om uw DVD-speler op uw versterker aan te sluiten, gebruik dan ook composiet-videosnoeren om de
versterker op uw TV aan te sluiten. Als u S-videosnoeren gebruikt voor het aansluiten van uw DVD-speler op
de versterker, gebruik dan ook S-videosnoeren voor het aansluiten van de versterker op de TV.
2 Zorg ervoor dat de TV op het juiste ingangskanaal (bijvoorbeeld video 1) is ingesteld. Wanneer uw TV
meerdere ingangskanalen heeft en u niet het juiste kanaal hebt gekozen, kunt u de OSD functie van deze
versterker niet gebruiken; in dit geval kunt u ook niet het beeld weergeven van een willekeurig ander
videosignaal dat vanaf deze versterker komt. Weet u niet hoe u het ingangskanaal op de TV moet kiezen,
raadpleeg dan de gebruiksaanwijzing die bij de TV wordt geleverd.
Wanneer uw video-apparatuur via composiet-videosnoeren èn via S-videosnoeren op de versterker is
aangesloten en de versterker via composiet-videosnoeren op de TV is aangesloten, is het NIET mogelijk om de
beeldscherm-aanduidingen van de OSD functie op uw TV te zien. Het verdient aanbeveling slechts een type
videosnoer te gebruiken voor al uw video-verbindingen tussen de video-apparatuur, TV en deze versterker.
Omschakelen tussen het PAL en NTSC televisiesysteem
SYSTEEMINSTELLINGEN
Deze versterker is geschikt voor gebruik van twee verschillende televisiesystemen voor de OSD beeldschermaanduidingen. U dient op de versterker het televisiesysteem in te stellen dat u hebt, d.w.z. PAL of NTSC. Indien
u niet het juiste systeem op de versterker hebt ingesteld, kunt u geen OSD aanduidingen op het TV-scherm
weergeven. Wanneer u een multisysteem TV hebt, hoeft u de instelling op de versterker niet te wijzigen. Volg
de onderstaande aanwijzingen als u de instelling voor het televisiesysteem op de versterker moet wijzigen.
1
Zet de versterker in de STANDBY stand.
STANDBY/ON
2
Houd de LOUDNESS toets ingedrukt en
druk dan tegelijk op de STANDBY/ON
STANDBY/ON
—OFF _ON
PHONES S-VIDEO VIDEO
AUDIO/VIDEO MULTI-CHANNEL AMPLIFIER
STANDBY
THX CINEMA ADVANCED STANDARD
VIDEO INPUT
DSP
MODE
/DTS
L AUDIO R
N∫z¿x?≥
STEREO
MPEG
VIDEO VCR 1/DVR VCR 2 DVD /LD
EXTERNAL
DIRECT LOUDNESS MIDNIGHT
DECODER IN
LOUDNESS
- BASS +
toets.
Het ingestelde televisiesysteem, “PAL” of
MD/TAPE 1/
LINE/
TV/SAT
CD
CD-R
TUNER
EFFECT/
CHANNEL
SIGNAL
DIGITAL
SELECT
SELECT
- LEVEL +
NR
TAPE 2
- TREBLE +
INPUT ATTSPEAKERS
MONITOR
5-CHANNEL EQ
“NTSC”, wordt ongeveer 7 seconden in het
display aangegeven waarna de versterker
weer in de normale gebruiksstand komt te
staan.
Let op dat u de LOUDNESS toets indrukt en NIET de
DIRECT toets, want anders worden alle luidsprekerinstellingen gewist (zie de waarschuwing op blz. 69).
SIGNAL
SELECT
A
SP
DIGITAL
Wanneer het PAL systeem is ingesteld.
SIGNAL
SELECT
A
SP
DIGITAL
VOLUME
dB
VOLUME
dB
Wanneer het NTSC systeem is ingesteld.
Bij de PAL instelling worden de OSD aanduidingen
niet in kleur aangegeven.
23
Du
Page 24
Instellingen voor surroundgeluid
Instellen van de afstandsbediening
Deze afstandsbediening werkt met aanraakschermen waarop de diverse toetsen worden afgebeeld voor de
bediening van de installatie. U kunt tussen de aanraakschermen omschakelen met behulp van de beeld/
geluidsbrontoetsen links en rechts op de afstandsbediening en/of bepaalde toetsen op de schermen zelf. Met
de EXIT toets keert u terug naar het vorige scherm. Voordat u de afstandsbediening kunt gebruiken, moet u
eerst de TOUCH PANEL ADJUSTMENT procedure uitvoeren zodat de afstandsbediening correct werkt. Nadat
dit gedaan is, kunt u de diverse basisinstellingen overeenkomstig uw persoonlijke voorkeur instellen.
21
1
Druk op de REMOTE SETUP toets van de
afstandsbediening.
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Remote Setup
LCD
COMMANDER
PRESET RECALL
LEARNING
EXIT
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
Op het scherm van de afstandsbediening verschijnen
de toetsen voor de diverse instelfuncties.
2
Druk op de LCD COMMANDER toets.
Op het scherm van de afstandsbediening verschijnen
de toetsen voor de instellingen die u kunt maken.
3
U moet nu eerst het aanraakpaneel van de
afstandsbediening juist uitlijnen zodat het
paneel correct op het aanraken van de
3
toetsen reageert. Druk op de TOUCH
PANEL ADJUSTMENT toets.
EXIT
BEEP ON
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
4
Druk op het kruis op elk van de vier hoeken
van het aanraakpaneel, om het
aanraakpaneel uit te lijnen met het LCD
paneel dat eronder is.
De afstandsbediening is nu correct voor gebruik
ingesteld.
Wanneer u op de vier hoeken van het scherm hebt
gedrukt, verschijnt het woord “COMPLETE” waarna
automatisch wordt teruggekeerd naar het LCD
COMMANDER scherm.
4
LCD Commander
AMP
TOUCH PANEL
DVD/LD
ADJUSTMENT
TV/SAT
VCR1
VCR2
LCD CONTRAST
LCD TIMER : 10 SEC
24
Du
Touch Panel Adjust
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Touch Panel Adjust
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
TOUCH CROSS POINT
COMPLETE
EXIT
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
Page 25
Instellingen voor surroundgeluid
5
Bepaal welke andere instellingen u wilt
maken en druk op de corresponderende
toetsen. De volgende instellingen zijn
mogelijk:
BEEP ON : Wanneer u een opdracht hebt gegeven
56
BEEP ON
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
LCD Commander
AMP
TOUCH PANEL
DVD/LD
ADJUSTMENT
TV/SAT
VCR1
VCR2
LCD CONTRAST
LCD TIMER : 10 SEC
(d.w.z. op een toets hebt gedrukt), maakt de
afstandsbediening een pieptoon wanneer de opdracht
is uitgevoerd of de afstandsbediening produceert een
dubbele pieptoon wanneer de opdracht niet
uitgevoerd kan worden. Druk op deze toets om de
pieptoonfunctie ON of OFF te schakelen (de
standaardinstelling is ON).
LCD CONTRAST : Gebruik de –/+ toetsen om het
contrast van het afstandsbedieningsscherm te
verzwakken of versterken.
LCD TIMER : Om verspilling van batterij-energie te
voorkomen is er een timerfunctie die de
afstandsbediening automatisch uitschakelt wanneer er
gedurende een bepaalde tijd geen bediening is
uitgevoerd. De tijd waarna de afstandsbediening
automatisch wordt uitgeschakeld, kunt u zelf instellen.
Het instelbereik loopt van 10 to 60 seconden. De
standaardinstelling is 10 seconden. Gebruik de –/+
toetsen om het aantal seconden te verlagen of
verhogen.
(Het SYSTEM SETUP scherm en het REMOTE SETUP
scherm, evenals de schermen die van daaruit
bereikbaar zijn, zijn alle ingesteld op 60 seconden. Als
er geen bedieningsopdracht wordt gegeven, zullen
deze schermen na 60 seconden automatisch doven.)
SYSTEEMINSTELLINGEN
6
Wanneer u klaar bent met het maken van
de instellingen, drukt u herhaaldelijk op de
EXIT toets om terug te keren naar het
versterkerscherm.
U kunt op ieder moment op de EXIT toets drukken
om naar het vorige scherm terug te keren of
herhaaldelijk op de toets drukken om de
instelfuncties te verlaten.
25
Du
Page 26
Instellingen voor surroundgeluid
3
Alvorens te beginnen, drukt u de hoofdnetschakelaar op het voorpaneel van de versterker op ON (_)
zodat de hoofdstroomvoorziening van het apparaat wordt ingeschakeld.
Systeeminstellingen voor surroundgeluid
Om verzekerd te zijn van een optimale surroundweergave, moet u de onderstaande
instellingsprocedure nauwkeurig opvolgen. U hoeft deze instellingen slechts een keer te maken
(tenzij u de opstelling van de luidsprekers verandert, nieuwe luidsprekers aanschaft e.d.). Bij deze
procedure gebruikt u tevens het TV-scherm voor weergave van de instellingen en
keuzemogelijkheden. Zorg er daarom voor dat de versterker en de TV juist op elkaar zijn
aangesloten.
12
on off
BACK LIGHT
TV
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
CONTROL
FUNCTION
CH +
CH –
VOL +
VOL –
FUNCTION
DSPSTEREO
/ dts
STANDARD
MPEG
SYSTEM
MULTI
OFF
OPERATION
MAIN SUB
EFFECT
SIGNAL
SELECT
MUTING
Amplifier
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
ENTER
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
STANDBY/ON
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
1
Schakel de versterker en de TV in en druk
dan op de AMP toets van de
afstandsbediening.
Zorg dat de TV is ingesteld voor weergave van het
signaal van de versterker.
2
Druk op de SUB toets van het
versterkerscherm.
3
Druk op de SYSTEM SETUP toets.
Op het scherm van de afstandsbediening verschijnen
de toetsen voor de diverse instelfuncties. De
instellingen en keuzemogelijkheden voor de
instelfuncties verschijnen tevens op het TV-scherm.
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Amplifier
TAPE 2
MONITOR
INPUT
ATT.
EXTERNAL
5.1CH
MAIN SUB
BASS
CH
LEVEL
TREBLE
SYSTEM
SETUP
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
26
Du
Page 27
AMP
4
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
System Setup
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
EXIT
BASS PEAK LEVEL
MANAGER
DYNAMIC RANGE
CONTROL
DIGITAL INPUT
SELECT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
Instellingen voor surroundgeluid
4
Volg de aanwijzingen in de onderstaande
volgorde om de luidsprekers correct in te
stellen voor surroundweergave.
Bij iedere instelfunctie worden de geldende
instellingen automatisch aangegeven. Het verdient
aanbeveling alle vereiste instellingen te maken
wanneer u de versterker de eerste maal aansluit en in
gebruik neemt. Nadat u dit gedaan hebt, hoeft u deze
instelfuncties niet meer te gebruiken tenzij uw nieuwe
luidsprekers aanschaft e.d. De volgende instelfuncties
worden beschreven:
Gebruik deze instelfunctie voor het instellen van de
juiste vertragingstijd zodat een realistische
surroundweergave wordt verkregen.
Door de vertragingstijd van sommige luidsprekers te
verlengen wordt de geluidsscheiding verbeterd met als
resultaat een gunstiger surroundeffect. Om de juiste
vertragingstijd te kunnen instellen, moet u de afstand
vanaf uw luisterplaats tot de luidsprekers weten.
“Channel Level” kanaalniveau (Zie blz. 31-32)
Gebruik deze instelfunctie voor het afregelen van de
volumebalans van uw luidsprekers.
Dolby Digital en DTS audiobronnen bevatten ultralage
bastonen. Stel het bas-piekniveau naar vereist in om
te voorkomen dat de ultralage bastonen vervorming
veroorzaken van het geluid dat via de luidsprekers
wordt weergegeven.
“Dynamic Range Control” dynamiekregeling (Zie
blz. 35)
Met deze voorziening kunt u uitstekende
surroundeffecten verkrijgen bij het luisteren naar
Dolby Digital bronnen met laag volume.
“Digital Input Select” selectie van digitale ingang
(Zie blz. 36-37)
Om uw digitale componenten correct te kunnen
gebruiken, moet u de genummerde digitale
ingangstoetsen instellen op de genummerde digitale
aansluitingen die door uw digitale componenten
worden gebruikt.
SYSTEEMINSTELLINGEN
Wanneer u op de SETUP OK toets drukt om een van
de instellingen die rechts hiernaast zijn beschreven te
voltooien, verschijnt er een symbool dat bestaat uit
vier golvende lijntjes rechtsboven op de
afstandsbediening. Dit betekent dat de
afstandsbediening de opdrachten naar de versterker
aan het overzenden is. Wanneer de versterker de
opdrachten ontvangen heeft, ziet u het woord
“RECEIVED” in het display van de versterker. Let erop
dat u de afstandsbediening naar de versterker gericht
houdt tijdens het overzenden van de opdrachten, zodat
de informatie juist wordt overgestuurd.
27
Du
Page 28
Instellingen voor surroundgeluid
“SPEAKER SETTING” instelfunctie
Hieronder wordt de procedure beschreven voor het instellen van het aantal en het formaat van de luidsprekers
die u hebt aangesloten. Indien u vanaf de vorige bladzijde met deze procedure start, begin dan bij stap 1. Als u
helemaal van voren af aan begint, volg dan eerst de aanwijzingen in de stappen 1 - 3 op blz. 26.
1
System Setup
-
2
3
L
BASS PEAK LEVEL
DYNAMIC RANGE
DIGITAL INPUT
3
-
Subwoofer
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
3
-
1
Zie de onderstaande afbeelding voor de
plaats van de luidsprekers (FRONT
voorluidspreker, CENTER middenluidspreker
enz.) op het LCD scherm.
Voorluidspreker
3
Speaker Setting
Middenluidspreker
Speaker Setting
Surround LSurround
EXIT
MANAGER
CONTROL
SELECT
-
3
THX
FREE
SETUP
OK
4
Voorluidspreker
THX
FREE
SETUP
OK
R
2
1
Druk op de SPEAKER SETTING toets.
2
Kies de luidspreker-instelfunctie (THX of
FREE).
Indien u een volledige set THX luidsprekers hebt
aangesloten
Kies “THX” en ga door naar stap 4.
3
Stel het aantal en het formaat in van de
luidsprekers die u hebt aangesloten door
op de luidsprekertoetsen te drukken.
1 Kies LARGE (drie puntjes) of SMALL (twee puntjes)
afhankelijk van of de voorluidsprekers de
basfrequenties goed weergeven en of u wel of
geen subwoofer hebt aangesloten.
2 Kies de middenluidspreker of laat deze vervallen,
afhankelijk van of u wel of geen middenluidspreker
hebt aangesloten.
3 Kies de subwoofer of laat deze vervallen,
afhankelijk van of u wel of geen subwoofer hebt
aangesloten. Stel tevens PLUS in als u een
subwoofer hebt en een extra sterke basweergave
wenst.
4 Kies de surround(achter)luidsprekers of laat deze
vervallen, afhankelijk van of u wel of geen
surroundluidsprekers hebt aangesloten. Stel tevens
het formaat in.
Afhankelijk van uw instellingen zal het
geluidssignaal anders lopen, zoals
hieronder beschreven.
FRONT (de standaardinstelling is LARGE)
• Kies SMALL om de basfrequenties naar de
subwoofer te sturen.
R
• Kies LARGE als uw voorluidsprekers de
basfrequenties goed weergeven of als u geen
subwoofer hebt aangesloten.
(Als u SMALL kiest voor de voorluidsprekers, zal de
subwoofer-parameter automatisch op YES komen te
staan. Merk op dat u ook niet de midden- en
surroundluidsprekers op LARGE kunt zetten als de
voorluidsprekers op SMALL zijn ingesteld. In dit
geval worden alle basfrequenties naar de subwoofer
gestuurd.)
CENTER (de standaardinstelling is LARGE)
• Kies LARGE als uw middenluidspreker de
basfrequenties goed weergeeft.
• Kies SMALL om de basfrequenties naar de andere
luidsprekers of de subwoofer te sturen.
• Als u geen middenluidspreker hebt aangesloten, laat
u de middenluidspreker vervallen. In dit geval wordt
het geluid van het middenkanaal via de
voorluidsprekers weergegeven.
28
Du
Page 29
Speaker Setting
4
Speaker Setting
THX
FREE
SETUP
OK
THX
FREE
SETUP
OK
Instellingen voor surroundgeluid
SURROUND (de standaardinstelling is LARGE)
• Kies LARGE als uw surroundluidsprekers de
basfrequenties goed weergeven.
• Kies SMALL om de basfrequenties naar de andere
luidsprekers of de subwoofer te sturen.
• Als u geen surroundluidsprekers hebt aangesloten,
laat u de surroundluidsprekers vervallen. In dit geval
wordt het geluid van de surroundkanalen via de
midden- en voorluidsprekers weergegeven.
SUB WOOFER (de standaardinstelling is YES)
• Gebruik de standaardinstelling wanneer u een
subwoofer hebt aangesloten.
• Als u geen subwoofer hebt aangesloten, laat u de
subwoofer vervallen. In dit geval worden de
basfrequenties via de voor- en surroundluidsprekers
weergegeven.
• Kies de PLUS instelling als u een sterkere weergave
van de diepe bastonen wenst.
• Als u de PLUS instelling kiest, worden de
basfrequenties die anders via de midden- en
voorluidsprekers worden weergegeven, alle naar de
subwoofer gestuurd.
4
Druk op de SETUP OK toets om terug te
keren naar het SYSTEM SETUP menu.
Houd de afstandsbediening naar de versterker gericht
totdat u de aanduiding “RECEIVED” in het display van
de versterker ziet.
Als de aanduiding “ERROR” in het display knippert,
moet u de aanwijzingen opnieuw vanaf stap 1
herhalen.
SIGNAL
SELECT
ANALOG
A
SP
VOLUME
dB
SYSTEEMINSTELLINGEN
U ziet de gemaakte instellingen op het TV-scherm.
Speaker Setting
[FREE] [THX]
Front L
Center
Surround
Subwoofer
[LARGE]
[LARGE]
[LARGE]
[ YES ]
Ga vervolgens door naar de CHANNEL DELAY
instelfunctie.
Als u een bepaalde instelling wilt wijzigen voordat
u doorgaat
Kies de luidspreker waarvan u de instelling wilt
wijzigen en maak de nieuwe instelling.
Als u een subwoofer hebt aangesloten en graag een sterk basgeluid hoort, hebt u wellicht de neiging
om LARGE te kiezen voor de FRONT luidsprekers en de subwoofer-parameter op YES te zetten. Dit
heeft echter niet altijd het gewenste resultaat. Afhankelijk van de vorm en de grootte van de kamer is
het namelijk mogelijk dat er een afname is in de basweergave als gevolg van een verschijnsel dat als
“lage-frequentie annulering” wordt aangeduid. Indien u een subwoofer hebt aangesloten, zet dan de
FRONT parameter beurtelings op LARGE en SMALL en luister wat het beste klinkt.
Bent u er niet zeker van wat de beste instelling is, stuur dan alle basgeluiden naar de subwoofer door
SMALL voor de FRONT luidsprekers te kiezen.
29
Du
Page 30
Instellingen voor surroundgeluid
ENTER
TV/SAT
VCR1
VCR2
MUT
SYSTEM
OFF
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
“CHANNEL DELAY” instelfunctie
Om een surroundeffect te kunnen verkrijgen, moet er een korte vertraging zijn in de geluidsweergave van
sommige luidsprekers. U moet de afstand vanaf uw luisterplaats tot de luidsprekers weten om de juiste
vertragingstijd te kunnen instellen. In de onderstaande procedure stelt u de vertragingstijd voor ieder kanaal in
door de afstand vanaf uw luisterplaats tot iedere luidspreker in te voeren. Nadat u de afstanden hebt ingevoerd,
berekent de receiver automatisch de juiste vertragingstijden. Indien u vanaf SPEAKER SETTING met deze
procedure start, begin dan bij stap 1. Als u helemaal van voren af aan begint, volg dan eerst de aanwijzingen in
de stappen 1 - 3 van “Systeeminstellingen voor surroundgeluid” (blz. 26).
System Setup
CHANNEL DELAY
1
CHANNEL LEVEL
Channel Delay
3.0m3.0m 3.0m
2
Channel Delay
3.0m3.0m 3.0m
SPEAKER
SETTING
CROSSOVER
NETWORK
3.0m3.0m
EXIT
BASS PEAK LEVEL
MANAGER
DYNAMIC RANGE
CONTROL
DIGITAL INPUT
SELECT
3.0m
SETUP
OK
3.0m
3
1
Druk op de CHANNEL DELAY toets.
De CHANNEL DELAY luidspreker-instellingen
verschijnen op het scherm van de afstandsbediening.
2
Kies iedere luidspreker door op de
bijbehorende toets te drukken en gebruik
dan de +/– (of de %/fi) toetsen om de
afstand in meter vanaf uw luisterplaats tot
de luidspreker in te stellen.
U kunt de afstand instellen tussen 0,3 meter en 9
meter, in stappen van 30 cm.
De standaardinstelling is 3,0 meter.
3
Druk op de SETUP OK toets om terug te
keren naar het SYSTEM SETUP menu.
Houd de afstandsbediening naar de versterker gericht
totdat u de aanduiding “RECEIVED” in het display van
de versterker ziet.
Als de aanduiding “ERROR” in het display knippert,
moet u de aanwijzingen opnieuw vanaf stap 1
herhalen.
SIGNAL
SELECT
A
ANALOG
SP
U ziet de gemaakte instellingen op het TV-scherm.
VOLUME
dB
%/fi toetsen
30
Du
3.0m3.0m
SETUP
OK
Channel Delay
L
Front L
Center
Front
Surround
Surround
Subwoofer
[3.0m]
[3.0m]
R
[3.0m]
R
[3.0m]
L
[3.0m]
[3.0m]
Ga vervolgens door naar de CHANNEL LEVEL
instelfunctie.
Als u een bepaalde instelling wilt wijzigen voordat
u doorgaat
Kies de luidspreker waarvan u de instelling wilt
wijzigen en maak de nieuwe instelling.
U kunt ook de %/fi toetsen onderaan op de
afstandsbediening gebruiken in plaats van de +/–
toetsen.
Page 31
Instellingen voor surroundgeluid
“CHANNEL LEVEL” instelfunctie
In de onderstaande procedure wordt het afregelen van de geluidsniveaus van de luidsprekers beschreven. Een
juiste volumebalans tussen de luidsprekers is van vitaal belang voor een topkwaliteit surroundgeluid. Indien u
vanaf CHANNEL DELAY met deze procedure start, begin dan bij stap 1. Als u helemaal van voren af aan begint,
volg dan eerst de aanwijzingen in de stappen 1 - 3 van “Systeeminstellingen voor surroundgeluid” (blz. 26).
1
System Setup
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
Channel Level
EXIT
BASS PEAK LEVEL
MANAGER
DYNAMIC RANGE
CONTROL
DIGITAL INPUT
SELECT
AUTO
TEST TONE
MANUAL
TEST TONE
SETUP
OK
2
1
Druk op de CHANNEL LEVEL toets.
De CHANNEL LEVEL luidspreker-instellingen
verschijnen op het scherm van de afstandsbediening.
2
Kies de gewenste testtoonfunctie met de
TEST TONE toetsen. De weergave van de
testtoon begint.
SIGNAL
SELECT
A
ANALOG
SP
AUTO
AUTO (automatische testoonfunctie)
Bij gebruik van deze functie wordt de testtoon
automatisch achter elkaar via iedere luidspreker
weergegeven. De testtoon wordt in deze volgorde via
de luidsprekers weergegeven:
FL
SW
MANUAL (handmatige testtoonfunctie)
Bij gebruik van deze functie schakelt u de testtoon
handmatig tussen de luidsprekers om.
OPMERKING : Let op! De testtoon wordt met hoog
volume via de luidsprekers weergegeven.
De MASTER VOLUME regelaar draait naar de
referentiestand (0 dB) en in het display van de
versterker knippert de aanduiding “TEST TONE”. Een
paar seconden later klinkt de testtoon.
STEREO
CTFR
SL
SR
VOLUME
dB
SYSTEEMINSTELLINGEN
FL 0 dB CT 0 dB FR 0 dB
SL 0 dB SW 0 dB SR 0 dB
Als u de testtoonfunctie voortijdig wilt verlaten
Druk op de SETUP OK toets.
• Wanneer u per ongeluk op een van de
luidsprekertoetsen drukt, zal de testtoon
automatisch via de luidsprekers worden
weergegeven.
• Als uw subwoofer een volumeregelaar heeft, zet
deze dan in de middelste stand voordat u
doorgaat.
31
Du
Page 32
Instellingen voor surroundgeluid
3
4
ENTER
TV/SAT
VCR1
VCR2
MUT
SYSTEM
OFF
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
Channel Level
AUTO
TEST TONE
MANUAL
TEST TONE
SETUP
OK
%/fi toetsen
Channel Level
AUTO
TEST TONE
MANUAL
TEST TONE
SETUP
OK
3
Kijk naar het scherm op de
afstandsbediening en volg dan de
onderstaande aanwijzingen om de
luidsprekerniveaus zodanig in te stellen dat
de testttoon die door iedere luidspreker
wordt weergegeven op uw luisterplaats
even luid klinkt.
OPMERKING : Het geluid van de subwoofer lijkt vaak
zachter te klinken dan het in feite is. Wanneer u
naderhand normale muziek weergeeft, is het mogelijk dat
u vindt dat het subwooferniveau bijgesteld moet worden.
In de AUTO stand:
1 Gebruik de +/– (of de %/fi) toetsen om het niveau
in te stellen van de luidspreker die de testtoon
weergeeft. De testtoon wordt 2 - 3 seconden via
iedere luidspreker weergegeven.
2 Stel het niveau van alle luidsprekers in.
In de MANUAL stand:
1 Gebruik de +/– (of de %/fi) toetsen om het niveau
van de eerste luidspreker (linksvoor) in te stellen.
2 Druk de luidsprekertoets in van de volgende
luidspreker waarvan u het niveau wilt instellen.
3 Herhaal de stappen 1 en 2 voor iedere
luidspreker.
Als u een geluidsdrukmeter (SPL) gebruikt
Meet de waarden op uw luisterplaats en stel het
niveau van iedere luidspreker in op 75 dB SPL (Cgewogen/slow-model).
U kunt ook de %/fi toetsen onderaan op de
afstandsbediening gebruiken in plaats van de +–
toetsen.
4
Nadat u het niveau van alle luidsprekers
hebt ingesteld, drukt u op de SETUP OK
toets om terug te keren naar het SYSTEM
SETUP menu.
In het display van de versterker verschijnt de
aanduiding “RESUME” en de MASTER VOLUME
regelaar keert terug naar de oorspronkelijke positie.
SIGNAL
SELECT
ANALOG
AUTO
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
Ga vervolgens door naar de CROSSOVER NETWORK
instelfunctie.
Indien gewenst, kunt u de kanaalniveaus ook tijdelijk
wijzigen. Ga naar het SUB versterkerscherm en druk
dan op de CH LEVEL toets. Volg vervolgens dezelfde
procedure als hierboven beschreven. Deze
mogelijkheid gebruikt u om de niveaus tijdelijk te
wijzigen zodat u bijvoorbeeld het geluid van een
bepaalde luidspreker luider hoort. Op deze wijze is
het mogelijk om aparte niveaus in te stellen voor de
diverse functies zoals 2 Surround/dts, STEREO,
EXTERNAL DECODER en de DSP functies. Zorg dat
u naderhand weer de oorspronkelijke instellingen
hersteld. Bij het uitvoeren van de instelprocedure die
32
Du
op deze bladzijde is beschreven, worden eventuele
tijdelijke/onafhankelijke niveau-instellingen
automatisch gewist.
Page 33
Instellingen voor surroundgeluid
“CROSSOVER NETWORK” instelfunctie
In de onderstaande procedure wordt het instellen van de wisselfrequentie beschreven. De wisselfrequentie is de
frequentie waarbij het systeem het signaal verdeelt en dan de verschillende delen (laag en midden/hoog) naar de
verschillende luidsprekers stuurt. Anders gezegd, deze instelling bepaalt het afsnijpunt voor de basfrequenties die
omgeleid worden van de SMALL luidsprekers naar de subwoofer of naar de luidsprekers waarvoor de LARGE instelling
is gekozen. Wanneer u in “Speaker Setting” de SMALL instelling voor sommige luidsprekers hebt gekozen, worden de
basfrequenties van de betreffende kanalen naar de subwoofer (of LARGE luidsprekers) gestuurd. Indien u vanaf
CHANNEL LEVEL met deze procedure start, begin dan bij stap 1. Als u helemaal van voren af aan begint, volg dan
eerst de aanwijzingen in de stappen 1 - 3 van “Systeeminstellingen voor surroundgeluid” (blz. 26).
1
Druk op de CROSSOVER NETWORK toets.
1
System Setup
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
Crossover Network
80 Hz100 Hz150 Hz
Crossover Network
BASS PEAK LEVEL
MANAGER
DYNAMIC RANGE
CONTROL
DIGITAL INPUT
SELECT
SELECT FREQUENCY
=
THX SPEAKER
80 Hz
EXIT
SETUP
OK
2
3
2
Kies een wisselfrequentie.
Wanneer u bij SPEAKER SETTING de SMALL instelling
voor sommige luidsprekers hebt gekozen, worden de
basfrequenties van de betreffende kanalen naar de
subwoofer gestuurd of naar de luidsprekers waarvoor u
de LARGE instelling hebt gekozen. De wisselfrequentieinstelling bepaalt het basfrequentiegebied dat naar de
subwoofer of LARGE luidsprekers wordt gestuurd. Druk
op de 80 Hz, 100 Hz, of 100 Hz toets. De
standaardinstelling is 80 Hz.
80 Hz
Alle basfrequenties beneden 80 Hz worden naar de
subwoofer (of LARGE luidsprekers) gestuurd.
100 Hz
Alle basfrequenties beneden 100 Hz worden naar de
subwoofer (of LARGE luidsprekers) gestuurd.
150 Hz
Alle basfrequenties beneden 150 Hz worden naar de
subwoofer (of LARGE luidsprekers) gestuurd.
Zoals u op het TV-scherm ziet, is de THX instelling 80.
Kies deze instelling wanneer u THX-goedgekeurde
SMALL luidsprekers hebt.
Experimenteer een weinig met de diverse instellingen
om te kijken welke het beste is.
3
Druk op de SETUP OK toets om terug te
keren naar het SYSTEM SETUP menu.
In het display van de versterker verschijnt de aanduiding
“RECEIVED”.
Als de aanduiding “ERROR” in het display knippert, moet
u de aanwijzingen opnieuw vanaf stap 1 herhalen.
SIGNAL
SELECT
ANALOG
A
SP
VOLUME
dB
SYSTEEMINSTELLINGEN
SELECT FREQUENCY
80 Hz100 Hz150 Hz
THX SPEAKER
=
80 Hz
SETUP
OK
U ziet de gemaakte instelling op het TV-scherm.
Crossover Network
Frequency
(THX Speaker =80Hz)
[100Hz]
Ga vervolgens door naar de BASS PEAK LEVEL
MANAGER instelfunctie.
Als u de instelling wilt wijzigen voordat u
doorgaat
Kies eenvoudigweg de nieuwe wisselfrequentie.
33
Du
Page 34
Instellingen voor surroundgeluid
+
VOL +
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MUTING
MASTER VOLUME
SYSTEM
OFF
MULTI
OPERATION
–
VOL –
CH –
FUNCTION
“BASS PEAK LEVEL MANAGER” instelfunctie
Het LFE (Low Frequency Effect) lagetonenkanaal van Dolby Digital of DTS programmabronnen kan soms sterk
geconcentreerde ultralage bastonen produceren die de luidsprekers niet kunnen verwerken. Volg de onderstaande
procedure om het piekniveau voor het LFE lagetonenkanaal naar vereist bij te regelen. Indien u vanaf CROSSOVERNETWORK met deze procedure start, begin dan bij stap 1. Als u helemaal van voren af aan begint, volg dan eerst de
aanwijzingen in de stappen 1 - 3 van “Systeeminstellingen voor surroundgeluid” (blz. 26).
1
Druk op de BASS PEAK LEVEL MANAGER
toets.
2
Druk op de TEST TONE toets.
De MASTER VOLUME regelaar draait naar MIN (----dB).
SIGNAL
SELECT
ANALOG
AUTO
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
System Setup
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
EXIT
BASS PEAK LEVEL
MANAGER
DYNAMIC RANGE
CONTROL
DIGITAL INPUT
SELECT
1
Bass Peak Level Manager
SIGNAL
SELECT
A
ANALOG
SP
42
3
AUTO
Gebruik de +/– toetsen (of de MASTER
STEREO
VOLUME +/– toetsen rechts onderaan op
de afstandsbediening) om het bas-
TEST
TONE
SET
CANCEL
SETUP
OK
CANCEL
35
piekniveau in te stellen.
1 Verhoog het niveau geleidelijk.
2 Blijf het niveau verhogen totdat de testtoon vervormd
begint te klinken en ga dan terug naar de instelling die
er net even vóór is.
Afhankelijk van de luidspreker-instellingen die u hebt
gemaakt, wordt de testtoon via verschillende luidsprekers
weergegeven. Als de subwoofer op YES is ingesteld (of
op PLUS), hoort u de testtoon via de subwoofer. Als de
subwoofer op ‘uit’ is ingesteld en de voor- en
surroundluidsprekers op LARGE staan, wordt de testtoon
via de voor- en surroundluidsprekers weergegeven.
4
Druk op de SET toets om het niveau in te
stellen.
In het display van de versterker verschijnt de aanduiding
“RESUME” en de MASTER VOLUME regelaar keert
terug naar de oorspronkelijke positie.
MASTER VOLUME +/–
SIGNAL
SELECT
ANALOG
AUTO
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
VOLUME
dB
Als u op de CANCEL toets drukt, worden
de instellingen niet naar de versterker
SIGNAL
SELECT
ANALOG
AUTO
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
overgezonden, maar blijft wel het scherm
op de afstandsbediening zichtbaar. Druk
op de SETUP OK toets om het scherm te
laten verdwijnen.
34
Du
5
Druk op de SETUP OK toets.
Het verdient aanbeveling een weinig met verschillende
Dolby Digital bronnen te experimenteren om de beste
BASS PEAK LEVEL instelling te vinden.
Als u de instelling wilt wijzigen voordat u doorgaat
Gebruik de +/- (of de MASTER VOLUME +/-) toetsen om
de BASS PEAK LEVEL instelling te wijzigen.
Page 35
Instellingen voor surroundgeluid
“DYNAMIC RANGE CONTROL” instelfunctie
De D-Range Control of dynamiekregeling biedt de mogelijkheid om ten volle van Dolby Digital surroundeffecten te
genieten bij laag ingesteld volume. Dit wordt verwezenlijkt door comprimering van het dynamische bereik. Het
dynamische bereik is het verschil tussen de zachtste en de luidste geluiden in een bepaald signaal. Bij comprimering
van het dynamische bereik zijn de zachte gedeelten beter hoorbaar en de luide gedeelten worden niet vervormd of te
sterk benadrukt weergegeven. De dynamiekregeling werkt alleen bij Dolby Digital bronnen, maar bij andere bronnen
kunt u de MIDNIGHT functie gebruiken die ongeveer hetzelfde resultaat oplevert (zie blz. 40). Indien u vanaf BASSPEAK LEVEL MANAGER met deze procedure start, begin dan bij stap 1. Als u helemaal van voren af aan begint, volg
dan eerst de aanwijzingen in de stappen 1 - 3 van “Systeeminstellingen voor surroundgeluid” (blz. 26).
1
Druk op de DYNAMIC RANGE CONTROL
toets.
2
Kies de gewenste DYNAMIC RANGE
CONTROL instelling (OFF, MID of MAX).
De standaardinstelling is OFF.
3
Druk op de SETUP OK toets.
Houd de afstandsbediening naar de versterker gericht
totdat u de aanduiding “RECEIVED” in het display van de
versterker ziet.
Als de aanduiding “ERROR” in het display knippert, moet
u de aanwijzingen opnieuw vanaf stap 1 herhalen.
SIGNAL
SELECT
ANALOG
A
SP
VOLUME
dB
System Setup
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
EXIT
BASS PEAKLEVEL
MANAGER
DYNAMIC RANGE
CONTROL
DIGITAL INPUT
SELECT
1
2
SYSTEEMINSTELLINGEN
Dynamic Range Control
SELECT MODE
OFFMIDMAX
FOR DOLBY DIGITAL
Dynamic Range Control
SELECT MODE
OFFMIDMAX
FOR DOLBY DIGITAL
SETUP
OK
SETUP
OK
U ziet de gekozen instelling op het TV-scherm.
Dynamic Range Control
Select Mode [MID]
(For Dolby Digital)
3
Als u de instelling wilt wijzigen voordat u
doorgaat
Kies eenvoudigweg de nieuwe DYNAMIC RANGE
CONTROL instelling.
Het verdient aanbeveling een weinig met verschillende
Dolby Digital bronnen te experimenteren om de beste
DYNAMIC RANGE CONTROL instelling voor uw
installatie te vinden.
Bij het luisteren met hoog volume kunt u deze
dynamiekregeling beter uitschakelen.
35
Du
Page 36
Instellingen voor surroundgeluid
“DIGITAL INPUT SELECT” instelfunctie
Om uw digitale apparatuur correct te kunnen gebruiken, moet u bij iedere digitale ingang aangeven welke
digitale component er op is aangesloten. Digital-1 t/m Digital-4 komen overeen met de digitale aansluitingen 1 - 4
op het achterpaneel van de receiver. Kijk naar het achterpaneel om te controleren welke component op welke
aansluiting is aangesloten (zie indien nodig blz. 10-11 voor verdere informatie betreffende de digitale
aansluitingen). Het laatste menu-onderdeel, AC-3 RF, is bedoeld voor een DVD/LD-speler of LD-speler met een
AC-3 RF uitgang. Als u een dergelijke component hebt aangesloten, gebruik dan deze instelling voor de
component. Indien u vanaf DYNAMIC RANGE CONTROL met deze procedure start, begin dan bij stap 1. Als u
helemaal van voren af aan begint, volg dan eerst de aanwijzingen in de stappen 1 - 3 van “Systeeminstellingen
voor surroundgeluid” (blz. 26).
MANAGER
CONTROL
SELECT
MD
SETUP
EXIT
OK
System Setup
SPEAKER
SETTING
CHANNEL DELAY
CHANNEL LEVEL
CROSSOVER
NETWORK
Digital Input Select
DIGITAL IN 1 DIGITAL IN 2 DIGITAL IN 3
DVD/LD
DIGITAL IN 4AC-3 RF
TV/SAT
BASS PEAK LEVEL
DYNAMIC RANGE
DIGITAL INPUT
CD
DVD/LD
1
2,3
4
1
Druk op de DIGITAL INPUT SELECT toets.
2
Druk op de DIGITAL IN toets waaraan u een
component wilt toewijzen. Bij meermalen
indrukken van de toets worden de
mogelijke componenten (functies)
doorlopen die u aan de toets kunt
toewijzen. Kies de component die u op de
betreffende digitale ingang hebt
aangesloten.
Via deze procedure worden de componenten aan de
DIGITAL IN aansluitingen toegewezen. Wanneer u
een component (bijvoorbeeld een DVD/LD-speler) aan
een bepaalde ingang hebt toegewezen, verdwijnt de
naam van deze component uit de mogelijke
instellingen voor de andere ingangen, want een
bepaalde component kan geen tweemaal worden
toegewezen.
Als er niets op een bepaalde digitale ingang is
aangesloten, stelt u deze in op OFF.
3
Herhaal stap 2 totdat de componenten voor
alle DIGITAL IN toetsen zijn ingesteld.
4
Als u een DVD/LD of LD-speler op de AC-3
RF-kanaal ingang hebt aangesloten, maak
dan de juiste instelling voor deze ingang
zoals hierboven beschreven.
36
Du
Page 37
Digital Input Select
5
DIGITAL IN 1 DIGITAL IN 2 DIGITAL IN 3
DVD/LD
DIGITAL IN 4AC-3 RF
TV/SAT
CD
DVD/LD
MD
SETUP
OK
De andere
keuzemogelijkheden voor de
digitale ingangen ziet u in de
afbeelding rechts hiernaast.
Digital Input Select
DIGITAL IN 1 DIGITAL IN 2 DIGITAL IN 3
DVD/LD
DIGITAL IN 4AC-3 RF
TV/SAT
CD
DVD/LD
MD
Instellingen voor surroundgeluid
5
Druk op de SETUP OK toets om terug te
keren naar het SYSTEM SETUP menu.
Houd de afstandsbediening naar de versterker gericht
totdat u de aanduiding “RECEIVED” in het display van
de versterker ziet.
Als de aanduiding “ERROR” in het display knippert,
moet u de aanwijzingen opnieuw vanaf stap 1
herhalen.
SIGNAL
SELECT
A
ANALOG
SP
U ziet de gemaakte instellingen op het TV-scherm.
(De instellingen in het onderstaande voorbeeld zijn de
standaardinstellingen.)
Digital In-Select
Digital-1
Digital-2
Digital-3
Digital-4
AC-3 RF L
[DVD/LD]
[ CD ]
[ MD ]
[TV/SAT ]
[DVD/LD]
VOLUME
dB
SYSTEEMINSTELLINGEN
SETUP
OK
• Voor DIGITAL IN 1 - 4 toetsen kunt u kiezen uit
de DVD/LD, CD, TV/SAT, MD/TAPE 1, LINE/
TUNER, VCR 1 en VCR 2 functies.
• Voor AC-3 RF toets kunt u kiezen uit de DVD/LD,
TV/SAT, VCR 1 en VCR 2 functies.
Wanneer u een DVD/LD-speler of LD-speler met
AC-3 RF uitgang hebt, moet u deze aansluiten
op de analoge en de digitale aansluitingen, en
ook op de AC-3 RF aansluiting.
37
Du
Page 38
Basisbediening
3
Alvorens te beginnen, drukt u de hoofdschakelaar op het voorpaneel van de versterker op ON (_) zodat
de stroomvoorziening van het apparaat wordt ingeschakeld.
Weergave van stereo-geluidsbronnen
De onderstaande bedieningsaanwijzingen beschrijven de weergave van audio en audio/video stereo-bronnen
met de versterker.
Als de TAPE 2 indicator in het display oplicht, betekent dit dat de TAPE 2 MONITOR functie
ingeschakeld is. Druk op de TAPE 2 MONITOR toets op het voorpaneel om deze functie uit te
schakelen, behalve als u naar het TAPE 2 apparaat wilt luisteren.
on off
BACK LIGHT
4
DVD/LD
TV/SAT
TV
CONTROL
AMP
VCR1
VCR2
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
LINE/
TUNER
CONTROL
FUNCTION
CH
+
CD
CH
–
VOL
+
VOL
–
TV
FUNCTION
1
Schakel de weergave-component in.
2
Druk op de STANDBY/ON toets
om de versterker in te schakelen.
Controleer of het STANDBY
indicatorlampje op het voorpaneel dooft.
STANDBY
indicator
SYSTEM
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
MASTER VOLUME
MUTING
+
–
OFF
3
2
on off
BACK LIGHT
TV
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
CONTROL
FUNCTION
CH
CH
VOL
VOL
FUNCTION
6
+
–
+
–
4
5
5
DSPSTEREO
/ dts
STANDARD
MPEG
SYSTEM
MULTI
OFF
OPERATION
MAIN SUB
EFFECT
SIGNAL
SELECT
MUTING
Amplifier
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
ENTER
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
STANDBY/ON
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
2563
6
Druk op de FUNCTION toets om de
versterker in te stellen op weergave van de
gewenste broncomponent.
Bij herhaaldelijk indrukken van de FUNCTION toets
worden de instellingen als volgt doorlopen:
DVD/LDTV/SATCD
VCR 2
VCR 1PHONO
VIDEO
MD/TAPE 1
LINE/
TUNER
Druk op de AMP toets.
Het MAIN versterkerscherm verschijnt op de
afstandsbediening.
Druk op de SIGNAL SELECT toets om het
gewenste ingangssignaal van de gekozen
broncomponent te kiezen. (bij de “AUTO”
instelling wordt het signaal automatisch
gekozen).
(Zie “Omschakelen tussen analoge/digitale
ingangssignalen op blz. 45.)
Druk op de STEREO toets om de stereofunctie te kiezen.
De STEREO indicator licht in het display op.
Hoofdnetschakelaar
38
Du
Page 39
Basisbediening
on off
BACK LIGHT
TV
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
CONTROL
FUNCTION
CH +
CH –
VOL +
VOL –
FUNCTION
DSPSTEREO
/ dts
STANDARD
MPEG
DIRECT
MULTI
OPERATION
MAIN SUB
SYSTEM
OFF
EFFECT
SIGNAL
SELECT
MUTING
Amplifier
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
ENTER
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
STANDBY/ON
ADVANCED
THEATER
LOUDNESS
8
7
Begin met de weergave van de
broncomponent gekozen in stap 1.
8
Stel het volume in met de MASTER
VOLUME toetsen op de afstandsbediening
of de MASTER VOLUME regelaar op het
voorpaneel van de versterker.
Ga terug naar de versterkerschermen (door op de
AMP toets en de SUB toets te drukken) om de andere
geluidsinstellingen te maken, zoals de weergave van
de lage/hoge tonen, de loudness-functie e.d.
Als de versterker geen geluid weergeeft, hebt u
wellicht niet de juiste ANALOG of DIGITAL
instelling met de SIGNAL SELECT toets gekozen.
Zie blz. 45 voor nadere bijzonderheden.
8
39
Du
BEDIENING
Page 40
Basisbediening
Geluidsfuncties
Hieronder volgt een beschrijving van de zes geluidsfuncties van de VSA-E07. U schakelt deze in met de toetsen
op het voorpaneel versterker of via het MAIN versterkerscherm op de afstandsbediening.
Er zijn vier bioscoop-akoestiekfuncties: MPEG, STANDARD, HOME THX CINEMA en ADVANCED THEATER.
Deze zijn ontworpen om gebruikt te worden met meerkanaals audio/video-materiaal met surround-codering
(zoals DVD’s en LD’s). Deze functies creëren een realistische surroundweergave zodat u het gevoel hebt in de
bioscoopzaal te zitten. Voordat u de functies gebruikt, verdient het aanbeveling een weinig met het gebruik
ervan te experimenteren om de juiste instellingen voor uw huiskamer te bepalen, alsook uw persoonlijke
voorkeur.
De DSP en STEREO functies zijn bedoeld voor muziekbronnen, maar sommige DSP functies zijn tevens geschikt
voor filmgeluid. Ook hier raden wij u aan een weinig te experimenteren om de gewenste instellingen te vinden.
U moet een van de vier bioscoop-functies of de DSP functie kiezen om van surroundgeluid te kunnen genieten.
Bij gebruik van de STEREO functie worden alleen de twee voorluidsprekers gebruikt.
MPEG functie
Gebruik deze functie voor weergave van materiaal opgenomen in MPEG audioformaat. Zie blz. 70 voor nadere
bijzonderheden.
STANDARD functie
Deze functie is voor standaard decodering van Dolby Digital, DTS en Dolby Pro Logic. Er worden geen speciale
effecten toegevoegd. Gebruik deze instelling voor films die zijn opgenomen met Dolby Digital, DTS of Dolby
Surround.
HOME THX CINEMA functie
THX is een verzameling technische normen die zijn opgesteld door Lucasfilm, Ltd. Deze normen hebben tot doel
de filmgeluid-akoestiek zo nauwkeurig mogelijk na te bootsen, zodat de geluidsomgeving verkregen wordt die
de filmmakers bedoelden. Zie blz. 70 voor nadere bijzonderheden.
ADVANCED THEATER functies
De geavanceerde bioscooptheaterfuncties zijn gebaseerd op een nieuw ontwikkeld systeem voor het
verbeteren van de geluidsweergave van films en andere audio/video-bronnen. Bij de geluidsverwerking wordt
gebruik gemaakt van DTS (Digital Theater System) en Dolby Digital technieken. De functies worden automatisch
ingeschakeld wanneer de bron die u weergeeft gecodeerd is met DTS, Dolby Pro Logic of Dolby Digital
(voorzien van het [
Processing) toepassen voor het oproepen van de diverse geluidsomgevingen.
MUSICAL
Deze functie is op de eerste plaats bedoeld voor muziek en geeft een ruimtelijk gevoel aan het geluid. De
lange vertragingstijd van het weerkaatste geluid geeft resonerende tonen waardoor het effect van een
concertzaal wordt nagebootst.
DRAMA (CINEMA)
Deze functie is bedoeld voor films met veel dialoog. De specifieke eigenschappen van een dialoog worden
versterkt waardoor de personen zeer realistisch overkomen. Bij gebruik van deze functie wordt tevens het
dynamische bereik enigszins gecomprimeerd zodat de zachte geluiden niet door de luide geluiden worden
weggedrukt (u kunt dit vergelijken met het effect van de MIDNIGHT functie beschreven op blz. 47).
ACTION
Deze functie is bedoeld voor actiefilms die meestal veel gebruik maken van geluidseffecten. Door de functie
in te schakelen klinkt het geluid realistischer en worden ook de hogere en lagere geluidseffecten natuurlijk
weergegeven.
5-D THEATER
Deze functie is bedoeld om stereo-geluidsbronnen meer ‘diepte’ te geven. Er wordt een extra ruimtelijke en
dynamische weergave gecreëerd, zodat op basis van twee-kanaals (stereo) signalen een volwaardig vijfluidsprekergeluid kan worden nagebootst. Gebruik deze functie in combinatie met Dolby Pro Logic voor
bronnen voorzien van het
Wanneer Dolby Digital geluidssporen worden weergegeven, wordt automatisch de Dialog Normalization
functie van de versterker ingeschakeld. Dialoog Normalization is een Dolby Digital functie die u gebruikt
om de versterker in te stellen op het gemiddelde dialoogniveau voor de programmabron die wordt
weergegeven. Als het versterkerniveau niet overeenkomt met het gemiddelde dialoogniveau, knippert
eerst “DIAL.NORM” in het versterkerdisplay en daarna bijvoorbeeld “OFFSET +4dB”. De waarde
“+4dB” is het verschil tussen de ingestelde versterking op de versterker en het gemiddelde Dolby
Digital dialoogniveau. Om de versterker correct in te stellen op het gemiddelde dialoogniveau, moet u
40
Du
het OFFSET niveau bij het versterkerniveau optellen of ervan aftrekken. Wanneer bijvoorbeeld het
OFFSET niveau “+4dB” is, ligt het uitgangsvermogen van de versterker 4 dB boven het gemiddelde
opgenomen niveau.
beeldmerk). Er zijn vier gevanceerde bioscooptheaterfuncties die DSP (Digital Signal
1
3 beeldmerk.
Page 41
Basisbediening
DSP functies
Met de DSP (Digital Signal Processing) functies kunt u in uw huiskamer diverse akoestische omgevingen
oproepen bij weergave van twee-kanaals of meerkanaals bronnen.
HALL 1
Deze functie bootst de akoestiek na van een grote concertzaal. De functie is bij uitstek geschikt voor
klassieke muziek. Door de lange vertragingstijd van de gereflecteerde geluiden, in combinatie met de
nagalmeffecten, kunt u genieten van een dynamische en rijke akoestische omgeving waarin uitvoeringen
van grote orkesten e.d. volledig tot hun recht komen.
HALL 2
Deze functie bootst de akoestiek na van een kleine concertzaal met veel resonantie. De sterke nagalm en
krachtige sound roepen een zeer levendig geluidsbeeld op.
JAZZ
Deze functie bootst de akoestische effecten van een jazzclub na. De vertragingstijd van de weerkaatste
geluiden is over het algemeen lager dan 100 msec zodat u het gevoel hebt bij de uitvoering van een ‘live’
band aanwezig te zijn.
DANCE
Deze functie bootst de akoestiek van een disco na, met sterke basweergave. De vertragingstijd van de
weerkaatste geluiden is over het algemeen lager dan 50 msec, zodat u ten volle kunt genieten van de beat
van de dansmuziek.
THEATER 1
Deze functie bootst het geluidsveld van een bioscooptheater na met behoud van de juiste ruimtelijke
plaatsing van de kanalen. U kunt van deze bioscooptheater-effecten genieten zonder de Dolby Digital/Pro
Logic effecten op te geven door beide in combinatie te gebruiken (met films voorzien van het
beeldmerk).
3
THEATER 2
Deze functie creëert de akoestische omgeving van een bioscooptheater terwijl de juiste ruimtelijke plaatsing
van de kanalen behouden blijft.
Stereo-functie
Gebruik de STEREO functie om te genieten van normaal (twee-kanaals) stereo-geluid via de linker en rechter
voorluidspreker.
Wanneer deze functie is ingeschakeld, kunt u :
• De BASS en TREBLE regelaars gebruiken.
• De DIRECT weergavefunctie gebruiken voor zuivere weergave van de originele opname.
• De DIGITAL NR functie gebruiken.
Zie de beschrijving van de toetsen op het voorpaneel op blz. 16-17 en de beschrijving van het display op blz. 18
voor nadere bijzonderheden betreffende SPEAKERS (A/B), LOUDNESS, BASS (–/+) en TREBLE (–/+). Zie blz. 46
voor een uitleg van de DIGITAL NR functie.
Bij weergave van Dolby Digital of DTS bronnen zal DIGITAL NR niet werken, ook wanneer u de STEREO
functie kiest.
BEDIENING
41
Du
Page 42
Basisbediening
Alvorens te beginnen, drukt u de hoofdschakelaar op het voorpaneel van de versterker op ON (_) zodat
de stroomvoorziening van het apparaat wordt ingeschakeld.
Kiezen van een geluidsfunctie
Om ervoor te zorgen dat u een optimaal surroundgeluid verkrijgt, moet u eerst alle instellingsprocedures volgen
die beschreven zijn in “Systeeminstellingen voor surroundgeluid” (begint op blz. 26), voordat u de
geluidsfuncties gebruikt. Dit is vooral belangrijk bij weergave van
van de geluidsfuncties moet u altijd SPEAKERS A kiezen omdat dat het beste resultaat oplevert. Indien u de
SPEAKERS B gebruikt, wordt al het geluid over de twee B voorluidsprekers verdeeld (down-mixing) waardoor
het surroundeffect verloren gaat.
Bediening voor surroundgeluid
2 (Dolby) Digital en DTS bronnen. Bij gebruik
THX
1
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
DSP STEREOEFFECT+/–
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
MAIN SUB
STANDARD
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
THEATER
Hoofdnetschakelaar
DSP MODE
STEREO
EFFECT +/–
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
STANDARD
MPEG
( )
1
Druk op de AMP toets.
De afstandsbediening staat nu ingesteld voor het kiezen
van een geluidsfunctie.
(U kunt deze stap overslaan wanneer u de
bedieningsorganen op het voorpaneel van de
versterker gebruikt.)
2
Kies de geluidsfunctie.
• Voor HOME THX CINEMA \ Druk op de THX toets.
• Voor ADVANCED THEATER \ Druk op de ADVANCED
toets.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets worden de
ADVANCED THEATER instellingen als volgt doorlopen:
MUSICALDRAMA
ACTION5-D THEATER
• Voor STANDARD \ Druk op de STANDARD/ (
toets.
• Voor MPEG \ Druk op de STANDARD/ (
MPEG
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets worden de
instellingen als volgt doorlopen:
STANDARDMPEG
• Voor de DSP functies \ Druk op de DSP toets.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets worden de DSP
instelingen als volgt doorlopen:
HALL1HALL 2JAZZ
THEATER 2 THEATER 1
DANCE
• Voor STEREO \ Druk op de STEREO toets.
MPEG
) toets.
)
THX
CINEMA
42
Du
ADVANCED
STANDARD
MPEG
( )
• De effecten van de ADVANCED THEATER functies
kunt u met behulp van de EFFECT –/+ toetsen
bijregelen tussen 10 en 90. (De standaardinstelling
is 70.) Tevens kan het effectniveau van iedere
ADVANCED THEATER functie worden ingesteld
door op de EFFECT (–/+) toets te drukken. De 5-D
THEATER functies kunnen niet gewijzigd worden.
• De sterkte van het effect van iedere DSP functie
kan met behulp van de EFFECT –/+ toetsen worden
ingesteld tussen 10 en 90 (de standaardinstelling is
70).
• Wanneer een digitaal ingangssignaal gekozen is,
kan er bij gebruik van sommige discs te veel
informatie tegelijk binnenkomen, waardoor de
overbelasting-indicator oplicht. Als de
overbelasting-indicator oplicht, is het signaal
misschien vervormd. Om ervoor te zorgen dat er
geen vervorming is, schakelt u over naar de
STANDARD functie.
Page 43
Basisbediening
2
4
6
Alvorens te beginnen, drukt u de hoofdschakelaar op het voorpaneel van de versterker op ON (_) zodat
de stroomvoorziening van het apparaat wordt ingeschakeld.
Weergave van Dolby Digital, DTS en MPEG
geluidsbronnen
De onderstaande bedieningsaanwijzingen beschrijven de weergave van Dolby Digital, DTS en MPEG
geluidsbronnen met de VSA-E07.
on off
1
BACK LIGHT
TV
CONTROL
OFF
MUTING
MAIN SUB
EFFECT
SIGNAL
SELECT
OFF
MUTING
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
FUNCTION
CH
CH
VOL
VOL
FUNCTION
on off
BACK LIGHT
TV
CONTROL
FUNCTION
CH
CH
VOL
VOL
FUNCTION
+
–
+
–
+
–
+
–
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SYSTEM
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
Amplifier
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
ENTER
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
STANDBY/ON
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
STANDARD
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
MULTI
OPERATION
MPEG
SYSTEM
3
1
Schakel de versterker in en druk op de AMP
toets van de afstandsbediening.
Het MAIN versterkerscherm verschijnt op de
afstandsbediening.
2
Druk op de FUNCTION toets om de
component (DVD/LD-speler enz.) te kiezen
waarnaar u wilt luisteren/kijken.
3
Kies de gewenste geluidsfunctie met de
THX, ADVANCED THEATER, STANDARD en
MPEG
(
) toetsen.
(Zie “Geluidsfuncties” op blz. 40-41 voor nadere
bijzonderheden.)
4
Druk op de SIGNAL SELECT toets op de
afstandsbediening of op het voorpaneel van
de versterker om het gewenste
ingangssignaal van de gekozen
broncomponent te kiezen (bij de “AUTO”
instelling wordt het signaal automatisch
gekozen).
(Zie “Omschakelen tussen analoge/digitale
ingangssignalen” op blz. 45.)
BEDIENING
5
Begin met de weergave van de
broncomponent (bijv. de DVD-speler).
6
Stel het volume in met de VOLUME toetsen
op de afstandsbediening of de MASTER
VOLUME regelaar op het voorpaneel van de
1432
Hoofdnetschakelaar
6
versterker.
Ga terug naar de versterkerschermen (door op de
AMP toets en de SUB toets te drukken) om de andere
geluidsinstellingen te maken, zoals de weergave van
de lage/hoge tonen, de loudness-functie e.d.
• Het verdient aanbeveling de geluidsfunctie
• Als uw DVD/LD-speler of LD-speler een AC-3 RF
zorgvuldig te kiezen overeenkomstig het DTS
materiaal. Bij het kijken naar films geven de THX of
ADVANCED THEATER instellingen wellicht het
beste resultaat. Bij het luisteren naar muziek kunt u
het beste de STANDARD, DIRECT, STEREO of
DSP functies gebruiken.
uitgang heeft, moet u deze aansluiting gebruiken
zodat alle typen laserdiscs weergegeven kunnen
worden. Zie blz. 10, 11 en 36 voor nadere
bijzonderheden.
43
Du
Page 44
Basisbediening
Gebruik van MPEG audiodiscs
De VSA-E07 kan DVD’s met diverse typen audioformaten decoderen waaronder MPEG. MPEG is een bijzonder
geavanceerd audiocoderingssysteem waarvan sommige discs gebruik maken. Als u een disc met MPEG audio
hebt (dit staat aangegeven op de disc), schakelt u de receiver in de MPEG stand zoals hieronder wordt
beschreven. Wanneer u een MPEG disc in een andere stand dan de MPEG stand afspeelt, zal er geen geluid
klinken.
1
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
1,2
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
STANDARD
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
STANDARD
MAIN SUB
MPEG
MPEG
( )
EFFECT
SIGNAL
SELECT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
Als de versterker niet in de STANDARD
stand staat, druk dan op de STANDARD
MPEG
(
) toets om deze gebruiksstand in te
schakelen.
2
Druk op de STANDARD (
MPEG
) toets om de
MPEG functie in te schakelen.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets wordt er
beurtelings omgeschakeld tussen de normale
STANDARD stand en de MPEG stand.
Wanneer u de MPEG functie inschakelt, verschijnt in
het hoofddisplay de aanduiding “MPEG”. Hierna ziet u
een kleine “MPEG” aanduiding linksonder in het
display, waar anders “AC-3” of “DTS” zou staan
indien u een van die functies gebruikt. Als de
“MPEG” aanduiding knippert, betekent dit dat het
MPEG signaal nog niet ontvangen wordt.
SIGNAL
SELECT
DIGITAL
MPEG
SIGNAL
SELECT
A
SP
DIGITAL
DTS
• Als de gebruikte disc geen MPEG disc is of als
er een ander probleem is, knippert de kleine
“MPEG” aanduiding. De aanduiding knippert
ook wanneer het afspelen van de disc
gepauzeerd wordt.
• Wanneer u de MPEG functie gebruikt, kunt u
geen andere geluidsfunctie (ADVANCED
THEATER, STANDARD enz.) inschakelen.
• Als u de MPEG functie gebruikt bij een disc
zonder MPEG codering, zal er geen geluid
klinken.
44
Du
Page 45
Basisbediening
Omschakelen tussen analoge/digitale ingangssignalen
Op de onderstaande wijze kunt u het ingangssignaal van de versterker kiezen, uit analoge, digitale en AC-3RF
signalen. Zorg dat u het juiste ingangssignaal kiest afhankelijk van wat u wilt doen. U moet bijvoorbeeld
“DIGITAL” kiezen wanneer u Dolby Digital of DTS surroundgeluid wilt weergeven, maar u dient “ANALOG” te
kiezen om het signaal te kunnen opnemen via de analoge uitgangen van de versterker. De standaardinstelling is
AUTO (bij deze instelling wordt “digitaal” gekozen indien alle signalen aanwezig zijn; anders wordt het signaal
gekozen dat beschikbaar is).
1
1
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
STANDARD
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
2
MAIN SUB
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
2
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
Druk op de AMP toets.
2
Druk op de SIGNAL SELECT toets op de
afstandsbediening of op het voorpaneel van
de
versterker
om het type ingangssignaal
van de gekozen broncomponent te kiezen.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets worden de
instellingen als volgt doorlopen:
AUTOANALOG
DIGITALAC-3RF
3
Wanneer de SIGNAL SELECT toets op
DIGITAL staat, licht AC-3 op wanneer een
Dolby Digital signaal binnenkomt, DTS licht
op wanneer een DTS signaal binnenkomt
en MPEG licht op wanneer een MPEG
signaal binnenkomt.
SIGNAL
SELECT
DIGITAL
AC-3
SIGNAL
SELECT
DIGITAL
DTS
SIGNAL
SELECT
A
SP
DIGITAL
AC-3
Wanneer een Dolby Digital signaal
binnenkomt
SIGNAL
SELECT
A
SP
DIGITAL
DTS
Wanneer een DTS signaal binnenkomt
BEDIENING
SIGNAL
SELECT
DIGITAL
SIGNAL
SELECT
A
SP
DIGITAL
MPEG
MPEG
Wanneer een MPEG signaal binnenkomt.
• Bij de AUTO instelling kiest de SIGNAL SELECT functie de beschikbare signalen in de volgende
volgorde: AC-3RF, DIGITAL, ANALOG.
• Als de keuzemogelijkheden van de “DIGITAL INPUT SELECT” instelfunctie (zie blz. 36) op OFF staan,
zal de SIGNAL SELECT functie op ANALOG worden ingesteld.
• Aangezien het geluid van een karaoke-microfoon en een laserdisc opgenomen met enkel analoge
audio niet via de digitale uitgang wordt uitgestuurd, moet u de SIGNAL SELECT toets op “ANALOG”
zetten.
• Deze versterker kan alleen Dolby Digital, PCM (32 kHz, 44 kHz, 48 kHz en 96 kHz), DTS en MPEG
digitale signaalformaten weergeven. Digitale signalen in andere formaten kunnen niet worden
weergegeven en u moet in dat geval dan ook de analoge weergavemethode gebruiken (zorg dat de
apparatuur op de analoge aansluitingen is aangesloten en de SIGNAL SELECT toets op “ANALOG”
staat).
• Wanneer een laserdisc of CD opgenomen in DTS formaat wordt weergegeven en de SIGNAL SELECT
toets staat op “ANALOG”, wordt er digitale ruis weergegeven omdat het DTS signaal niet
gedecodeerd wordt. Om dit te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat er digitale verbindingen zijn
gemaakt (zie blz. 10-11) en dat de SIGNAL SELECT toets op “AUTO” staat.
• Sommige DVD-spelers sturen geen DTS signalen uit. Zie de gebruiksaanwijzing van de DVD-speler
voor nadere bijzonderheden.
• In de MPEG audio-stand wordt de SIGNAL SELECT functie automatisch op DIGITAL ingesteld.
45
Du
Page 46
Basisbediening
Verminderen van ruis tijdens weergave (DIGITAL NR functie)
Schakel de DIGITAL NR functie in om externe ruis te verlagen. Het DIGITAL NR ruisonderdrukkingsfilter werkt
alleen in de STEREO stand.
1
Druk op de STEREO toets op het MAIN
versterkerscherm van de afstandsbediening
of op het voorpaneel van de versterker.
2
Druk op de DIGITAL NR toets op het MAIN
versterkerscherm van de afstandsbediening
of op het voorpaneel van de versterker.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets wordt de
DIGITAL NR functie beurtelings in- en uitgeschakeld.
DSP
SIGNAL
SELECT
ANALOG
DIGITAL
AC-3RF
AUTO
AC-3DTS
C
L
LSSRS
OVER
SP AB
R
MIDNIGHTLOUDNESSATT
H.P
LFE
STEREO
PRO LOGIC
DIGITAL
VOLUME
dB
TAPE 2
MPEG
2
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
STANDARD
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
21
1
MAIN SUB
MPEG
SIGNAL
SELECT
EFFECT
FUNCTION
SIGNAL
SELECT
DIGITAL
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
• Wanneer de DIGITAL NR functie is ingeschakeld en dan Dolby Digital of DTS signalen binnenkomen,
zal de DIGITAL NR functie automatisch worden uitgeschakeld.
• In de volgende gevallen is het mogelijk dat de ruis niet verminderd wordt bij gebruik van de DIGITAL
NR functie.
· Bij plotselinge stoorgeluiden.
· Bij zeer luide stoorgeluiden.
· Bij signalen die niet veel hoge frequenties bevatten.
• De DIGITAL NR functie vermindert de ruis boven de niveaus die hieronder zijn aangegeven.
· Audiocassette ..................20 dB
· Videocassette .................. 15 dB
· AM-tuner .............. 10 tot 15 dB
· FM-tuner ............... 15 tot 16 dB
* Afhankelijk van de geluidsbron is het mogelijk dat u geen duidelijke verbetering in de geluidskwaliteit
vaststelt.
96 kHz/24 bit compatibiliteit
Deze versterker is geschikt voor weergave van geavanceerde DVD-discs die zijn opgenomen in het 96 kHz/24 bit
formaat (dit zijn allemaal stereo-discs). De versterker leest automatisch het opnameformaat van de disc af en
maakt dan de vereiste instellingen voor weergave (merk op dat de SIGNAL SELECT toets op AUTO of DIGITAL
moet staan om het DVD geluidsspoor te kunnen aflezen). Wanneer de versterker een 96 kHz/24 bit disc
weergeeft, licht de aanduiding “96kHz” in het display op. Als u probeert om een van de functies te gebruiken
die hieronder worden vermeld, licht “96kHz” in het display op zoals afgebeeld, waarmee wordt aangegeven dat
de functie niet beschikbaar is.
• Wanneer een 96 kHz/24 bit disc wordt
weergegeven, is het mogelijk dat het volume
luider is dan bij het weergeven van een normale
disc.
• Sommige DVD-spelers kunnen geen 96 kHz/24
bit discs weergeven. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler.
• Tijdens weergave van een 96 kHz/24 bit disc
kunt u de TONE regelaars, de DIRECT functie,
de LOUDNESS functie, de surroundgeluidsfuncties en de effectfuncties niet
gebruiken.
• Bij weergave van 96 kHz/24 bit discs kunt u de
5.1-kanaals externe decodeereenheid en de
TAPE 2 MONITOR functie gebruiken.
46
Du
SIGNAL
SELECT
DIGITAL
AUTO
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
Page 47
Basisbediening
Gebruik van de MIDNIGHT functie
Met behulp van de MIDNIGHT functie kunt u uitstekende surroundeffecten verkrijgen bij het luisteren met laag
volume. De functie kan met diverse geluidsbronnen worden gebruikt en zorgt ervoor dat de zachte gedeelten
duidelijk hoorbaar zijn en de luide gedeelten niet te hard of vervormd klinken. Dit wordt verwezenlijkt door het
volumebereik van het geluidsspoor te comprimeren. De werking van deze functie is vergelijkbaar met de
“DYNAMIC RANGE CONTROL” dynamiekregelfunctie (uitsluitend voor Dolby Digital bronnen) die op blz. 35
wordt beschreven.
MIDNIGHT
MIDNIGHT
DIGITAL
Amplifier
ADVANCED
THX
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
NR
MIDNIGHT
MAIN SUB
DSPSTEREO
/ dts
STANDARD
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
Druk op de MIDNIGHT toets op het MAIN
versterkerscherm van de afstandsbediening of
op het voorpaneel van de versterker.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets wordt de
MIDNIGHT functie beurtelings in- en uitgeschakeld.
MIDNIGHTSIGNAL
SELECT
DIGITAL
A
SP
AUTO
STEREO
• Het effect wordt automatisch ingesteld
overeenkomstig het volumeniveau.
• U kunt de MIDNIGHT functie niet in combinatie
met de THX, DIRECT of EXTERNAL DECODER
functie gebruiken.
VOLUME
dB
Gebruik van een externe decodeereenheid
In sommige gevallen kan het nodig zijn dat u een externe decodeereenheid nodig hebt voor de weergave van
speciale discs.
EXTERNAL 5.1 CH
Amplifier
TAPE 2
EXTERNAL
MONITOR
INPUT
ATT.
5.1CH
BASS
CH
LEVEL
EXTERNAL DECODER IN
MAIN SUB
TREBLE
SYSTEM
SETUP
Druk op de EXTERNAL 5.1 CH toets op het
SUB versterkerscherm van de
afstandsbediening. U kunt ook op de
EXTERNAL DECODER IN toets op het
voorpaneel van de versterker drukken.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets wordt er
beurtelings omgeschakeld tussen de externe
decodeereenheid en vorige gebruiksstand.
SIGNAL
SELECT
A
ANALOG
SP
Wanneer de externe decodeereenheid gekozen is,
kunt u alleen het volumeniveau en de
kanaalniveaus instellen. Alle andere functies van
de versterker (zoals de DSP functies, ADVANCED
THEATER functies, DIRECT functie en TONE
regelaars), alsook de PHONO functies, kunnen
niet gebruikt worden. De luidspreker-instellingen
en eventuele andere systeeminstellingen hebben
ook geen invloed.
VOLUME
dB
BEDIENING
47
Du
Page 48
Basisbediening
Gebruik van de LOUDNESS functie
Met de LOUDNESS functie versterkt u de lage tonen in het geluid. Deze functie wordt gebruikt bij het luisteren
naar muziek met laag volume.
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
MAIN SUB
STANDARD
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
Druk op de LOUDNESS toets op het MAIN
versterkerscherm van de afstandsbediening of
op het voorpaneel van de versterker.
Bij herhaaldelijk indrukken van de toets wordt de
LOUDNESS functie beurtelings in- en uitgeschakeld.
SELECT
ANALOG
LOUDNESSSIGNAL
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
LOUDNESS
U kunt de LOUDNESS functie niet in combinatie
met de THX, DIRECT of EXTERNAL DECODER
LOUDNESS
functie gebruiken.
Instellen van de lage en hoge tonen (toonregeling)
Gebruik de BASS (–/+) en TREBLE (–/+) toetsen om de weergave van de lage en hoge tonen in te stellen (de
versterker moet in de STEREO stand staan).
48
Du
Amplifier
TAPE 2
MONITOR
INPUT
ATT.
BASS +/–
BASS +/–TREBLE +/–
MAIN SUB
EXTERNAL
5.1CH
BASS
TREBLE
CH
SYSTEM
LEVEL
SETUP
TREBLE +/–
Druk op de BASS (+/–) toetsen op het SUB
versterkerscherm van de afstandsbediening of
op het voorpaneel van de versterker om de
weergave van de lage tonen in te stellen.
SIGNAL
SELECT
ANALOG
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
Druk op de TREBLE (+/–) toetsen op het SUB
versterkerscherm van de afstandsbediening of
op het voorpaneel van de versterker om de
weergave van de hoge tonen in te stellen.
SIGNAL
SELECT
A
ANALOG
SP
• Het instelbereik van de toonregeling is ±6 dB.
• De toonregeling werkt niet bij gebruik van de
STANDARD en ADVANCED THEATER functies,
en ook niet wanneer de DSP, THX, EXTERNAL
DECODER, DIRECT en 96 kHz instellingen zijn
gekozen.
STEREO
VOLUME
dB
Page 49
Direct-weergavefunctie
Basisbediening
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
/ dts
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
MAIN SUB
STANDARD
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
Druk op de DIRECT toets op het MAIN
versterkerscherm van de afstandsbediening of
op het voorpaneel van de versterker.
In deze stand wordt de meest accurate weergave van
twee-kanaals bronnen verkregen.
SIGNAL
SELECT
ANALOG
A
SP
STEREO
VOLUME
dB
DIRECT
DIRECT
Wanneer de DIRECT functie ingeschakeld is,
werken de toonregelaars en de andere
geluidsfuncties niet.
Afstellen van de helderheid van het display (afsteltoets is alleen op het
voorpaneel)
Gebruik de FL DIMMER toets om de helderheid van het fluorescerende display af te stellen (FL = fluorescerend
display).
FL DIMMER
Druk op de FL DIMMER toets.
Er zijn vier helderheidsniveaus, vanaf erg dim tot erg
helder. Druk herhaaldelijk op de toets om de gewenste
helderheid in te stellen. Bij het doorlopen van de
instellingen wordt tevens de standaard
helderheidsinstelling opgeroepen.
Nadat u een functie (zoals DVD/LD, CD enz.) hebt
gekozen, zal het display altijd gedurende een paar
seconden wat helderder zijn, waarna het display
weer tot de oorspronkelijke instelling dimt. Dit
gebeurt ook nadat u de helderheid op een ander
niveau hebt ingesteld; de nieuwe instelling is de
helderheid van het display nadat dit weer gedimd
is.
BEDIENING
49
Du
Page 50
Afstandsbediening van andere componenten
Instellen van de afstandsbediening voor de bediening
van andere componenten
In aanvulling op bediening van de versterker, kunt u de bijgeleverde afstandsbediening ook gebruiken voor de
bediening van andere componenten (videorecorder, TV, LD-speler, CD-speler enz.) nadat u deze hiervoor hebt
geprogrammeerd. Wanneer u dit doet, is het onhandige gebruik van meerdere afstandsbedieningen voorbij en
hebt u slechts één afstandsbediening nodig om alle apparatuur te bedienen. Indien uw componenten in de
apparatuurcodelijst van de bijgeleverde afstandsbediening voorkomen, hoeft u enkel de onderstaande procedure
op te volgen. Indien dit niet het geval is, of als u de afstandsbediening extra bedieningshandelingen wilt leren,
kunt u de aanleerfunctie gebruiken om deze informatie vanaf de andere afstandsbedieningen in uw
afstandsbediening te programmeren.
Oproepen van apparatuurcodes
Hieronder ziet u de aanwijzingen voor het oproepen van de apparatuurcodes die in de afstandsbediening zijn
vastgelegd. Nadat een apparatuurcode is opgeroepen en toegewezen, kunt u deze afstandsbediening gebruiken
voor de bediening van de corresponderende component.
• U kunt op ieder moment op de EXIT toets drukken om naar het vorige scherm terug te keren.
• Zie “Gebruik van de versterker-afstandsbediening voor diverse andere componenten” op blz. 55 t/m
61 voor de functie van de toetsen bij gebruik van de afstandsbediening voor uw andere componenten.
• Zie “Apparatuurcodelijst” op blz. 71 t/m 74 voor de componenten en merken die bij de
apparatuurcodes horen.
3
4
50
Du
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
ENTER
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SYSTEM
MULTI
OFF
OPERATION
STANDBY/ON
1
Remote Setup
LCD
COMMANDER
PRESET RECALL
LEARNING
Preset Recall
The On Screen Preset Guide
will help you to find out the
preset ID for your equipment.
The Guide will be available on
the screen of TV connected
to the Amplifier.
Please operate according to
the Guide with the cursor
keys on this remote.
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
MUTING
2
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
–
EXIT
EXIT
on off
BACK LIGHT
TV
CONTROL
FUNCTION
CH
CH
VOL
VOL
FUNCTION
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
LINE/
TUNER
CONTROL
1
Schakel de TV en de versterker in.
Zorg dat uw TV op het juiste videokanaal (bijv. VIDEO
1) is ingesteld.
2
+
–
+
–
Druk op de REMOTE SETUP toets.
Het REMOTE SETUP menu verschijnt op het scherm
van de afstandsbediening.
3
Druk op de PRESET RECALL toets van het
scherm.
4
Kies de toets die u wilt gebruiken om de
bedieningsfunctie voor de andere
component in te schakelen.
Gewoonlijk kiest u de toets die dezelfde naam heeft
als de component die u wilt bedienen met de
versterker-afstandsbediening (u kiest bijvoorbeeld de
CD toets voor de CD-speler). In sommige gevallen kan
het echter nodig zijn dat u een toets moet gebruiken
met een andere naam. Er is bijvoorbeeld een toets
met de naam MD/TAPE 1. Wanneer u deze toets voor
de MD-recorder gebruikt, moet u een andere toets,
zoals VCR 2, gebruiken voor het inschakelen van de
bedieningsfunctie voor het cassettedeck.
Het eerste merk (en de apparatuurcode(s)) verschijnen
op het TV-scherm.
Preset Recall
1Select function
CD
TV
2Select products [5∞23]
3Input ID CODE
2 [TAPE ] 3 Page 1/22
5 [AKAI ] ∞
[ 823 ]
[ ]
EXIT=Remote setup
Page 51
ENTER
TV/SAT
VCR1
VCR2
MUT
SYSTEM
OFF
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
5
Preset Recall
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
0 0 0
INPUT
CODE NUMBER
SEE INSTRUCTION MANUAL
Afstandsbediening van andere componenten
5
Druk op de 2¥3 toetsen om de
apparaatuurgroep te kiezen en druk dan op
de 5¥∞ toetsen totdat de naam van de
gewenste fabrikant van de component op
het scherm verschijnt.
U zult de meeste grote merken in de lijst aantreffen.
Wanneer uw apparatuur echter door een tamelijk
kleine of onbekende fabrikant is gemaakt, is het
mogelijk dat deze niet in de lijst voorkomt.
6
Richt de afstandsbediening naar de
component die u wilt bedienen en voer de
3-cijfer apparatuurcode in.
Wanneer u de apparatuurcode invoert, produceert de
afstandsbediening een Aan/Uit (stroom)
bedieningssignaal. Als de component wordt in- of
uitgeschakeld, hebt u de juiste code ingevoerd.
7
][
EXITMD/TAPE1
REMOTE
SETUP
1
2
3
MD/TAPE1
5
4
7
6
CD
LINE/
9
8
0
TUNER
TV
CONTROL
6
Als uw component niet wordt in- of uitgeschakeld en
er meer dan een apparatuurcode voor de betreffende
component is, probeer dan een andere code in te
voeren. Sommige fabrikanten gebruiken namelijk
verschillende groepen afstandsbedieningssignalen
voor dezelfde componenten en het is mogelijk dat de
eerste code niet de juiste is voor uw component.
Herhaal de stappen 4 t/m 6 voor alle componenten
die u met deze afstandsbediening wilt bedienen.
Als een bepaalde component met geen enkele van
de beschikbare apparatuurcodes werkt, kunt u de
leerfunctie gebruiken die in de volgende paragraaf
wordt beschreven, om de afstandsbediening te
programmeren voor bediening van de betreffende
component.
7
Druk op de REMOTE SETUP toets om de
PRESET RECALL SETUP functie af te
sluiten.
De afstandsbediening en TV keren terug naar de
vorige gebruiksstanden.
Via de voorgaande procedure kunt u de
afstandsbediening optimaal instellen voor uw
systeem.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
Als u de procedure wilt afbreken
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
BEDIENING
51
Du
Page 52
Afstandsbediening van andere componenten
ENTER
TV/SAT
VCR1
VCR2
MUT
SYSTEM
OFF
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
2
3
4
Leerfunctie: Programmeren van de signalen van andere
afstandsbedieningen
Als er geen apparatuurcodes voor uw component(en) beschikbaar zijn of als de apparatuurcodes niet juist
werken, kunt u de signalen van de andere afstandsbediening rechtstreeks in de afstandsbediening van uw
versterker programmeren. U kunt deze functie ook gebruiken wanneer u een apparatuurcode hebt opgeroepen
(zie blz. 50), maar dan nog een aantal extra bedieningshandelingen op de schermen wilt programmeren die niet
in de apparatuurcode zijn opgenomen.
1
1
on off
BACK LIGHT
TV
CONTROL
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SYSTEM
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
REMOTE
SETUP
FUNCTION
MD/TAPE1
CH
+
CD
CH
–
VOL
+
LINE/
TUNER
VOL
–
TV
FUNCTION
CONTROL
MASTER VOLUME
MUTING
+
–
OFF
Druk op de REMOTE SETUP toets.
2
Druk op de LEARNING toets.
Als u de REMOTE SETUP functie wilt annuleren
Druk op de EXIT toets zodat het versterkermenu op
het scherm verschijnt.
3
De aanduiding “SELECT FUNCTION”
knippert op het scherm van de
afstandsbediening. Druk op de beeld/
geluidsbron voor de component die u wilt
bedienen.
In dit voorbeeld gebruiken we de DVD/LD toets.
4
Druk op de toets op het scherm van de
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Remote Setup
LCD
COMMANDER
PRESET RECALL
LEARNING
EXIT
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
afstandsbediening waaronder u de
afstandsbedieningscode wilt vastleggen.
Het woord “Learning” begint dan bovenaan
op het scherm te knipperen.
Druk bijvoorbeeld op de 3 (weergave) toets als u de
weergavefunctie van de DVD-speler in de
afstandsbediening wilt programmeren.
• De TV POWER, TV FUNC, TV CH +/- en VOL +/toetsen zijn alleen beschikbaar voor het leren van
afstandsbedieningscodes wanneer TV CONTROL
functies geprogrammeerd worden.
• Druk op de EXIT toets om de procedure af te
Learning
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT FUNCTION
DVD:Learning
SEARCH
MODE
TOP
MENU
SET UP
MENU
1
4
10
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
EXIT
REMOTE
SETUP
2
3
MD/TAPE1
5
6
CD
7
8
0
LINE/
9
TUNER
TV
CONTROL
C
breken.
U kunt ook nieuwe afstandsbedieningscodes
onder de %/fi/@/# en de ENTER cursortoetsen
programmeren.
%/fi/@/# en ENTER cursortoetsen
52
Du
Page 53
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
56
1
4
7
10
EXIT
REMOTE
SETUP
2
3
MD/TAPE1
5
6
9
8
0
TUNER
CONTROL
C
DVD:OK
MENU
SEARCH
MODE
TOP
MENU
SET UP
Afstandsbediening van andere componenten
5
Richt de afstandsbedieningen naar elkaar
toe. Druk op de toets van de andere
afstandsbediening waarvan u de
afstandsbedieningscode wilt overnemen.
De aanduiding “LEARNING” knippert op het scherm
van de versterker-afstandsbediening. Nadat de
CD
LINE/
TV
afstandsbedieningscode geleerd is, verschijnt “OK”
bovenaan op het scherm. Als u “NG” (niet goed) ziet,
betekent dit dat het leren mislukt is.
Herhaal de stappen 4 en 5 om de afstandsbediening
van de VSA-E07 alle gewenste codes te leren.
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Learning
SELECT FUNCTION
EXIT
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
ENTER
STANDBY/ON
OPERATION
OFF
MUTE
+
–
6
Druk op de EXIT toets om terug te keren
RECEIVER
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
RECEIVER
MULTI
SYSTEM
MASTER VOLUME
CONTROL
TUNER
TV
VOL
+
–
–
CD
CH
+
MD/TAPE
REMOTE
SETUP
POWER
FUNC
CONTROL
TV
2,5~7 cm
REM
EFFECT C
STEREO
E
SETU
ENTER
TV/VCR
Î
OTE
+
+
P
FUNCTION
TV/VCR
VOLUM
DISC
RECEIVER
STATION
H
CHANNEL
SEL
EFFECT LEVEL
-
-
OFF
ENTER
SYSTEM
VCR1 VCR2
TUNER
CHANNEL LEVEL
DTV MENU
0
89
56
23
MENU
TV
N
TV FUNC
THX DSP
TIO
LTI
A
+
+
873
U
TV CONTROL
ER
¡ 4¢
M
P
MD/TAPE
O
TUNING
SUB CH
10
S
7
4
1
S
YSTEM
ETU
+
ATT MUTE
-
-
¶
SELECT
SIGNAL
TV VOL
CD
P
1
P IN P SWAP GUIDE
DVD/LD TV/SAT
CLASS
S0URCE
naar het LEARNING/SELECT FUNCTION
scherm.
Herhaal de aanwijzingen vanaf stap 3 om de
afstandsbedieningscodes van andere componenten te
programmeren.
Wanneer u klaar bent, drukt u herhaaldelijk op de EXIT
toets om terug te keren naar het REMOTE SETUP
menu.
In sommige gevallen kunnen de
afstandsbedieningscodes niet overgenomen
worden. Meestal hoeft u echter alleen de
afstandsbedieningen wat dichter bij elkaar of
verder uit elkaar te leggen wanneer er problemen
zijn.
REMOTE CONTROL UNIT
DIGITAL MULTI PROCESSING AMPLIFIER
BEDIENING
53
Du
Page 54
Afstandsbediening van andere componenten
Vergrendelen van de instellingen
Met deze voorziening kunt u de SYSTEM SETUP en REMOTE SETUP instellingen vergrendelen, zodat deze niet
per ongeluk gewijzigd kunnen worden. Wanneer de instellingen vergrendeld zijn, is het niet mogelijk om de
instelschermen op te roepen. Het vergrendelen en ontgrendelen van de instellingen gebeurt volgens de
onderstaande procedure.
1,2
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
ENTER
2
(Hangslot-symbool)
Remote Setup
LCD
COMMANDER
PRESET RECALL
LEARNING
STANDBY/ON
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
SYSTEM
MULTI
OFF
OPERATION
MUTING
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
MASTER VOLUME
+
±
on off
BACK LIGHT
CONTROL
FUNCTION
CH
CH
VOL
VOL
FUNCTION
1
Terwijl het SYSTEM SETUP of REMOTE
SET UP scherm wordt weergegeven, houdt
TV
+
±
+
±
u beide %/fi toetsen tegelijk ingedrukt. Er
verschijnt een hangslot-symbool met een
kader er omheen bovenaan op het scherm.
2
Druk op het hangslot-symbool terwijl u
beide bovenstaande toetsen ingedrukt
houdt. De instellingen worden nu
vergrendeld (of ontgrendeld).
Wanneer de instellingen vergrendeld zijn ziet u het
gesloten hangslot-symbool en wanneer de
instellingen ontgrendeld zijn ziet u het geopende
hangslot-symbool.
VergrendeldOntgrendeld
De LCD COMMANDER instellingen van het
REMOTE SETUP scherm vallen niet onder de
vergrendelde instellingen. Wanneer het REMOTE
SETUP scherm vergrendeld is, hebt u nog steeds
toegang tot deze instellingen.
54
Du
Page 55
Afstandsbediening van andere componenten
Gebruik van de versterker-afstandsbediening voor
diverse andere componenten
Bediening van een DVD-speler of LD-speler
• De volgende bedieningsfuncties zijn beschikbaar met de versterker-afstandsbediening nadat u
de apparatuurcode van uw DVD-speler of LD-speler hebt opgeroepen. Het kan echter nodig zijn
dat u sommige afstandsbedieningscodes handmatig moet programmeren. (Zie “Instellen van
de afstandsbediening voor de bediening van andere componenten” op blz. 50-53).
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de DVD/LD toets om de
afstandsbediening in de DVD/LD-speler bedieningsstand te zetten.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de component die u bedient voor nadere bijzonderheden
betreffende de afzonderlijke functies.
[DVD][LD]
67
6
7
DVD
1
2
5
4
3
2
1
MENU
~
SEARCH
MODE
TOP
MENU
SET UP
=-
4
7
10
0
3
5
8
0
8
6
9
C
9
1
Gebruik deze toets om de DVD-speler of LD-speler
in en uit te schakelen.
2 4¥¢
4 : Druk op deze toets om terug te keren naar het
begin van het huidige hoofdstuk (muziekstuk). Druk
herhaaldelijk op de toets om terug te keren naar het
begin van hoofdstukken (muziekstukken) verder
terug.
¢ : Druk op deze toets om naar het begin van het
volgende hoofdstuk (muziekstuk) te gaan. Druk
herhaaldelijk op de toets om naar het begin van
hoofdstukken (muziekstukken) verder vooruit te
gaan.
3 1¥¡
1 : Ingedrukt houden voor versnelde
achterwaartse weergave.
¡ : Ingedrukt houden voor versnelde voorwaartse
weergave.
4 [DVD] SEARCH MODE
Gebruik deze toets om een titel, hoofdstuk/
muziekstuk of een bepaald tijdpunt (verstreken
speelduur) op te zoeken.
[LD] AUDIO
Gebruik deze toets om de audio-instelling om te
schakelen tussen stereo/mono en digitaal/analoog.
5 7
Druk op deze toets om te stoppen met weergeven.
6 3
Druk op deze toets om te beginnen met weergeven.
7 8
Druk op deze toets om de weergave kortstondig te
onderbreken.
8 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om een hoofdstuk
(muziekstuk) te kiezen.
ENTER
!
LD
VCR1
VCR2
5
4
STANDBY/ON
3
2
PRGM
1
AUDIO
DISP
SIDE
A/B
1
2
3
5
4
7
10
6
8
9
8
0
C
9
0-=~
9 C
Gebruik deze toets om hoofdstukken
(muziekstukken) of geprogrammeerde selecties te
wissen.
0 +10
Gebruik deze toets bij het kiezen van een hoofdstuk
(muziekstuk) nummer hoger dan 10.
- [DVD] SET UP
Gebruik deze toets om de DVD-speler gebruiksstand
in te stellen. Dit is mogelijk bij sommige DVDspelers.
BEDIENING
[LD] SIDE A/B
Gebruik deze toets om kant A of B van de laserdisc
te kiezen.
= [DVD] TOP MENU
Druk op deze toets om het menu op te roepen dat
op de DVD staat.
[LD] DISP
Gebruik deze toets om de disc-speelduur, verstreken
speelduur of andere informatie te zien die op de disc
is vastgelegd.
~ [DVD] MENU
Gebruik deze toets om het titelmenu op het scherm
te brengen of te sluiten.
[LD] PRGM
Gebruik deze toets om hoofdstukken
(muziekstukken) vast te leggen voor
geprogrammeerde weergave.
! [DVD] %/fi/@/#/ENTER
%/fi/@/# : Gebruik deze toetsen om de menu-
opties te doorlopen en instellingen te wijzigen.
ENTER : Druk op deze toets om de instellingen
gekozen met de cursortoetsen vast te leggen of om
de oplichtende onderdelen in een menu te
selecteren.
55
Du
Page 56
Afstandsbediening van andere componenten
0/10
MD
1
2
4
7
8
9
5
6
3
REC
EDIT
MODE
NAME
INPUT
DISP
+10
8
9
0
67
!~=-1
2
3
4
5
Bediening van een CD-speler of MD-recorder
• De volgende bedieningsfuncties zijn beschikbaar met de versterker-afstandsbediening nadat u de
apparatuurcode van uw CD-speler of MD-recorder hebt geprogrammeerd. Het kan echter nodig zijn
dat u sommige afstandsbedieningscodes handmatig moet programmeren. (Zie “Instellen van de
afstandsbediening voor de bediening van andere componenten” op blz. 50-53).
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de CD/MD/TAPE 1 toets om de
afstandsbediening in de CD-speler of MD-recorder bedieningsstand te zetten.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de component die u bedient voor nadere bijzonderheden betreffende
de afzonderlijke functies.
[CD]
5
4
3
2
CD
67
DISC
TRACK
RDM
PRGM
1
2
3
5
4
7
10
8
0/10
6
8
9
C
9
-0=~!1
[MD]
1
Gebruik deze toets om de CD-speler/MD-recorder in
en uit te schakelen.
2 4¥¢
4 : Druk op deze toets om terug te keren naar het
begin van het huidige hoofdstuk (track). Druk
herhaaldelijk op de toets om terug te keren naar het
begin van hoofdstukken (tracks) verder terug.
¢ : Druk op deze toets om naar het begin van het
volgende hoofdstuk (track) te gaan. Druk
herhaaldelijk op de toets om naar het begin van
hoofdstukken (tracks) verder vooruit te gaan.
3 1¥¡
1 : Ingedrukt houden voor versnelde
achterwaartse weergave.
¡ : Ingedrukt houden voor versnelde voorwaartse
weergave.
4 [MD] ¶ REC
Druk op deze toets om te beginnen met opnemen
(bepaalde minidisc-recorders zullen eerst in de REC
PAUSE opnamepauzestand komen).
[CD] DISC
Met deze toets schakelt u over naar een andere disc,
bij gebruik van een meervoudige magazijn-type CDspeler.
5 7
Druk op deze toets om te stoppen met weergeven.
6 3
Druk op deze toets om te beginnen met weergeven.
7 8
Druk op deze toets om de weergave kortstondig te
onderbreken.
8 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om de muziekstukken te
kiezen.
56
Du
9 [MD] +10
Deze toets kan gebruikt worden voor het kiezen van
muziekstuknummers hoger dan 10.
[CD] C
Gebruik deze toets om muziekstukken of
geprogrammeerde selecties te wissen.
0 0/10
Gebruik deze toets voor het kiezen van hoge
muziekstuknummers. Bij elke druk op de toets wordt
het nummer met tien verhoogd.
- [MD] NAME
Gebruik deze toets voor de benaming van
muziekstukken of geprogrammeerde selecties.
[CD] >10
Deze toets kan gebruikt worden voor het kiezen van
muziekstuknummers hoger dan 10.
= [MD] EDIT MODE
Met deze toets kunt u de titels en nummers van de
muziekstukken wijzigen.
[CD] RDM
Gebruik deze toets voor het inschakelen van de
willekeurige weergavefunctie. Bij gebruik van deze
functie worden alle muziekstukken op de disc in een
willekeurige volgorde weergegeven.
~ [MD] DISP
Gebruik deze toets om de aanduidingsinstelling voor
de MD te wijzigen.
[CD] TRACK
Gebruik deze toets om een muziekstuk te kiezen
(niet mogelijk bij alle modellen).
! [MD] INPUT
Gebruik deze toets voor het omschakelen tussen het
analoge en digitale ingangssignaal.
[CD] PRGM
Gebruik deze toets om muziekstukken vast te
leggen voor geprogrammeerde weergave (niet
mogelijk bij sommige CD-spelers).
Page 57
Afstandsbediening van andere componenten
Bediening van een TV-toestel
• De volgende bedieningsfuncties zijn beschikbaar met de versterker-afstandsbediening nadat u de
apparatuurcode van uw TV hebt geprogrammeerd. Het kan echter nodig zijn dat u sommige
afstandsbedieningscodes handmatig moet programmeren. (Zie “Instellen van de afstandsbediening
voor de bediening van andere componenten” op blz. 50-53).
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de TV/SAT of TV CONTROL toets om de
afstandsbediening in de TV bedieningsstand te zetten.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de component die u bedient voor nadere bijzonderheden betreffende
de afzonderlijke functies.
Standaard TV-bedieningsscherm
4
3
~
=
6
1
TV
ANT
CH
MUTE
SWAPPINP
CH
MENU
1
2
3
5
4
7
6
9
8
0L2L1
2
TV-bedieningsscherm (TV CONTROL)
4
3
~
=
8
2
TV
ANT
SUB CH
MENU
MUTE
SWAPPINP
SUB CH
CHANNEL
RETURN
1
2
3
5
4
7
6
9
8
0L2L1
!
U kunt tevens de toetsen op het TV-toestel
gebruiken voor de bediening van de TV.
on off
BACK LIGHT
TV
CONTROL
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SYSTEM
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
REMOTE
SETUP
FUNCTION
MD/TAPE1
CH
+
CD
CH
–
VOL
+
LINE/
TUNER
VOL
–
TV
FUNCTION
CONTROL
MASTER VOLUME
MUTING
+
–
OFF
-
7
9
7
9
1
0
6
5
1
Gebruik deze toets om de TV in en uit te schakelen.
2 MENU
Gebruik deze toets om de verschillende menu’s van
het DTV scherm te kiezen.
3 ANT
Gebruik deze toets om het type antenne in te stellen
dat u op de TV hebt aangesloten.
4 MUTE
Druk op deze toets om het geluid te dempen of te
herstellen.
5 VOL (–/+)
Gebruik deze toetsen om het volume van de TV in te
stellen.
6 CH (–/+)
Gebruik deze toetsen om het TV-kanaal te kiezen.
7 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om een bepaald TV-kanaal te
kiezen.
8 SUB CH (–/+)
Gebruik deze toetsen om het subkanaal van de TV te
kiezen.
9 L1, L2
Aan deze toetsen kunt u zelf bedieningsopdrachten
toewijzen. Zie blz. 52-53 voor nadere
bijzonderheden.
0 TV FUNCTION
Druk op de TV FUNCTION toets.
- %/fi/@/#/ENTER
%/fi/@/# : Gebruik deze toetsen om onderdelen in
het menuscherm te kiezen of om instellingen te
maken.
ENTER : Druk op deze toets om de gekozen functie
te activeren.
= P IN P
Gebruik deze toets om het subscherm van de beeldin-beeld functie in en uit te schakelen.
~ SWAP
Gebruik deze toets om het hoofdscherm en
subscherm te verwisselen.
! CHANNEL RETURN
Gebruik deze toets om terug te gaan naar het vorige
kanaal.
BEDIENING
57
Du
Page 58
Afstandsbediening van andere componenten
De volgende bedieningsfuncties zijn beschikbaar met de versterker-afstandsbediening nadat u de
apparatuurcode van uw satelliettuner (of kabel-TV) hebt geprogrammeerd. Het kan echter nodig zijn dat
u sommige afstandsbedieningscodes handmatig moet programmeren. (Zie “Instellen van de
afstandsbediening voor de bediening van andere componenten” op blz. 50-53).
Bediening van een STB (satelliettuner)
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de TV/SAT toets om de afstandsbediening in
de satelliettuner bedieningsstand te zetten.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de component die u bedient voor nadere bijzonderheden betreffende
de afzonderlijke functies.
• Wanneer u de afstandsbediening hebt ingesteld voor de bediening van een satelliettuner die niet door
PIONEER is vervaardigd, verschijnt scherm 1.
• Wanneer u de afstandsbediening hebt ingesteld voor de bediening van een PIONEER satelliettuner,
verschijnt scherm 2.
Scherm 1 voor satelliettunerScherm 2 voor satelliettuner
6
5
4
3
2
STB (SAT)
MENUGUIDE
CH
CH
ON/OFFEXIT
1
2
3
5
4
7
L2L10L3
6
9
8
7
4
3
2
1
STB (SAT)
GUIDEMENU
A
BC
D
E
EXIT
1
2
5
4
7
8
L10L2
3
6
5
9
1
Gebruik deze toets om de satelliettuner in en uit te
schakelen.
1
8
2 EXIT
Druk op deze toets om de huidige instelling van de
satelliettuner te verlaten.
3 OFF/ON
Gebruik deze toets om de satelliettuner in en uit te
schakelen.
4 CH –/+
Gebruik deze toets om het kanaal van de
satelliettuner te kiezen.
5 GUIDE
Gebruik deze toets om het programmainformatiescherm in en uit te schakelen.
6 MENU
Gebruik deze toets om de menufunctie in en uit te
schakelen.
7 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om de satellietkanalen te kiezen.
8 L1-3
Aan deze toetsen kunt u zelf bedieningsopdrachten
toewijzen. Zie blz. 52-53 voor nadere
bijzonderheden.
Bediening van een videorecorder
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de VCR 1 of VCR 2 toets om de
afstandsbediening in de videorecorder bedieningsstand te zetten.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de component die u bedient voor nadere bijzonderheden betreffende
de afzonderlijke functies.
58
Du
1
Gebruik deze toets om de satelliettuner in en uit te
schakelen.
7
6
2 A/B/C/D/E
Gebruik deze toetsen om een selectie te maken in
de satellietfuncties.
3 MENU
Gebruik deze toets om de menufunctie in en uit te
schakelen.
4 GUIDE
Gebruik deze toets om het programmainformatiescherm in en uit te schakelen.
5 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om de satellietkanalen te
kiezen.
6 L1-2
Aan deze toetsen kunt u zelf bedieningsopdrachten
toewijzen. Zie blz. 52-53 voor nadere
bijzonderheden.
7 EXIT
Druk op deze toets om de huidige instelling van de
satelliettuner te verlaten.
1
Gebruik deze toets om de videorecorder in en uit te
schakelen.
2 CHANNEL –/+
Gebruik deze toetsen om de kanalen van de
videorecorder-tuner te kiezen.
3 1¥¡
1 : Ingedrukt houden voor versnelde
achterwaartse weergave.
¡ : Ingedrukt houden voor versnelde voorwaartse
weergave.
Page 59
Afstandsbediening van andere componenten
4 REC ¶
Druk op deze toets om te beginnen met opnemen.
5 7
Druk op deze toets om te stoppen met weergeven.
6 3
Druk op deze toets om te beginnen met weergeven.
7 8
Druk op deze toets om de weergave of opname kortstondig te
onderbreken.
8 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen om de kanalen te kiezen.
9 L1-4
Aan deze toetsen kunt u zelf bedieningsopdrachten toewijzen.
Zie blz. 52-53 voor nadere bijzonderheden.
5
4
3
2
VCR
CHCH
1
6
7
1
2
3
5
4
REC
TV/
7
VCR
L2
L1
6
8
9
8
11 L4L3
9
0
0 TV/VCR
Gebruik deze toets om de TV-tuner of de videofunctie van de
videorecorder te kiezen.
Bediening van een cassettedeck
Met de versterker-afstandsbediening kunt u een normaal cassettedeck of een dubbel cassettedeck bedienen. Als u een
normaal cassettedeck hebt, gebruikt u de toetsen aan de rechterzijde onder het opschrift “SINGLE/DECK II”. Als u een
dubbel cassettedeck hebt, gebruikt u de toetsen aan de linkerzijde voor deck I en de toetsen aan de rechterzijde voor deck II.
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de MD/TAPE 1 toets om de
afstandsbediening in de cassettedeck bedieningsstand te zetten.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de component die u bedient voor nadere bijzonderheden betreffende
de afzonderlijke functies.
DECK SINGLE/DECK
4
3
2
1
Tape
DECK
SINGLE / DECK
REC REC
MUTE
5
2
1
Tape
DECK
SINGLE / DECK
REC REC
MUTE
3
4
5
6
BEDIENING
1
Gebruik deze toets om het cassettedeck in en uit te
schakelen (niet mogelijk met alle modellen).
67
2 1
Druk op deze toets om de band terug te spoelen.
3 7
Druk op deze toets om te stoppen met weergeven
of opnemen.
4 2
Druk op deze toets om de keerzijde van de cassette
weer te geven (alleen voor auto-reverse
cassettedecks).
5 3
Druk op deze toets om te beginnen met weergeven
van de cassettekant die bij het plaatsen naar voren is
gericht.
6 ¡
Druk op deze toets om de band vooruit te spoelen.
7 8
Druk op deze toets om de weergave of opname
kortstondig te onderbreken.
1
Gebruik deze toets om het cassettedeck in en uit te
schakelen (niet mogelijk met alle modellen).
789
2 2
Druk op deze toets om de keerzijde van de cassette
weer te geven (alleen voor auto-reverse cassettedecks).
3 3
Druk op deze toets om te beginnen met weergeven van
de cassettekant die bij het plaatsen naar voren is gericht.
4 7
Druk op deze toets om te stoppen met weergeven
of opnemen.
5 ¡
Druk op deze toets om de band vooruit te spoelen.
6 REC MUTE
Houd deze toets tijdens opnemen ingedrukt om een
onbespeeld gedeelte op de band in te lassen. Het
opnamegeluid wordt onderdrukt zolang als u de
toets ingedrukt houdt.
7 REC ¶
Druk op deze toets om te beginnen met opnemen.
8 8
Druk op deze toets om de weergave of opname
kortstondig te onderbreken.
9 1
Druk op deze toets om de band terug te spoelen.
59
Du
Page 60
Afstandsbediening van andere componenten
Bediening van een tuner
• De volgende bedieningsfuncties zijn beschikbaar met de versterker-afstandsbediening nadat u
de apparatuurcode van uw FM/AM tuner hebt geprogrammeerd. Het kan echter nodig zijn dat
u sommige afstandsbedieningscodes handmatig moet programmeren. (Zie “Instellen van de
afstandsbediening voor de bediening van andere componenten” op blz. 50-53).
• Om de onderstaande functies te kunnen gebruiken, drukt u op de LINE/TUNER toets om de
afstandsbediening in de tuner bedieningsstand te zetten.
5
4
3
2
Tuner
–
–
1
STATION
TUNING
BANDMPX
DISP
MODE
+
+
CLASS
DIRECT
ACCESS
-890
1
4
7
RF
ATT
2
3
5
6
9
8
0L1
6
7
1
Gebruik deze toets om de tuner in en uit te
schakelen.
2 BAND
Gebruik deze toets om de FM of AM afstemband
te kiezen.
3 MPX
Druk op deze toets om tussen (automatische) FM
stereo-ontvangst en FM mono-ontvangst om te
schakelen. Wanneer het signaal zwak is, verdient
het aanbeveling op mono over te schakelen zodat
er minder ruis is.
4 TUNING –/+
Gebruik deze toetsen om handmatig op een
zender af te stemmen.
5 STATION –/+
Gebruik deze toetsen om op de vastgelegde
voorkeurzenders af te stemmen.
6 Cijfertoetsen
Gebruik deze toetsen voor het invoeren van
zendernummers en zenderfrequenties.
7 L1
Aan deze toetsen kunt u zelf
bedieningsopdrachten toewijzen (niet mogelijk
met alle modellen).
8 DIRECT ACCESS
Gebruik deze toets voor het inschakelen van de
rechtstreekse afstemfunctie.
9 CLASS
Druk herhaaldelijk op deze toets om de gewenste
voorkeurzendergroep (A, B of C) te kiezen.
0 DISP MODE
Gebruik deze toets om tussen de
aanduidingsinstellingen om te schakelen.
- RF ATT
Druk op deze toets om de RF
verzwakkingsfunctie in te schakelen bij ontvangst
van sterke FM-zenders (dichtbijgelegen zenders),
om de vervorming van het geluid te verminderen.
60
Du
Page 61
Afstandsbediening van andere componenten
DVD Video Recorder
1
2
4
7
8
0
9
5
6
3
REC
REC
STOP
MENU
+10
CH
CH
Afstandsbedieningsschermen voor andere apparatuur
In aanvulling op de afstandsbedieningsfuncties die tot dusver zijn vermeld, is de VSA-E07 tevens voorzien van
afstandsbedieningsschermen voor een aantal uiterst geavanceerde apparaten die recentelijk op de markt zijn
gebracht of die in de toekomst zullen verschijnen. Dit zijn de CD-R (CD-recorder voor CD’s waarop eenmaal kan
worden opgenomen), de CD-RW (CD-recorder voor CD’s waarop herhaaldelijk kan worden opgenomen) en tot
slot de DVD-videorecorder die binnenkort verschijnt.
Indien u een van deze componenten hebt, kunt u de versterker-afstandsbediening voor de bediening van deze
component instellen door de aanwijzingen op blz. 50 van deze gebruiksaanwijzing op te volgen. Nadat u de juiste
apparatuurcode hebt opgeroepen en de functietoets hebt gekozen, kunt u dan door een druk op de functietoets
het bijbehorende afstandsbedieningsscherm voor de betreffende component laten verschijnen.
Hieronder ziet u een beschrijving van de afstandsbedieningsschermen voor twee van deze componenten.
Afstandsbedieningsscherm voor de CD-R
De toetsen op dit scherm hebben in principe
dezelfde functie als de toetsen op het scherm voor
een normale CD-speler, maar u hebt bovendien de
mogelijkheid om opnamen te maken. De ¶ REC
toets en de REC MUTE toets worden beschreven op
blz. 59 bij de uitleg van de toetsen voor
cassettedecks.
CD-R
1
2
3
5
PRGM
REC
REC
MUTE
RDM
4
7
10 10
6
9
8
C
Afstandsbedieningsscherm voor een
DVD-videorecorder
De toetsen op dit scherm hebben in principe
dezelfde functie als de toetsen op het scherm voor
een normale DVD-speler, maar u hebt bovendien de
mogelijkheid om opnamen te maken. De ¶ REC
toets wordt beschreven op blz. 59 bij de uitleg van
de toetsen voor cassettedecks. De REC STOP toets
is een speciale toets voor de DVD-videorecorder
waarmee u de opname kunt onderbreken en dan
weer op ieder gewenst moment kunt hervatten.
BEDIENING
61
Du
Page 62
Overige functies
Opnemen vanaf audio-apparatuur
In de onderstaande aanwijzingen wordt beschreven hoe u een analoog of digitaal audiosignaal kunt opnemen. Merk op
dat u geen analoge opname kunt maken vanaf een component die alleen digitaal is aangesloten (en omgekeerd).
Wanneer u vanaf een digitale naar een analoge component (bijv. een cassettedeck) wilt opnemen, of omgekeerd,
MOET de digitale component via de analoge aansluitingen op de versterker zijn aangesloten en dient u de SIGNAL
SELECT toets op ANALOG te zetten. Om een digitale opname te maken (bijv. van een CD), moeten de broncomponent
en de recorder via de digitale aansluitingen met de versterker zijn verbonden. Zie blz. 8 voor nadere bijzonderheden
betreffende de analoge audio-aansluitingen en blz. 10 en 11 voor de digitale audio-aansluitingen.
De instellingen op de receiver voor het volume, de luidsprekerniveaus, de balans, de toonregeling (BASS,
TREBLE en LOUDNESS) en de surroundeffecten hebben geen invloed op het opnamesignaal. Opnemen van
het EXTERNAL DECODER ingangssignaal is niet mogelijk. In sommige gevallen is het digitale bronmateriaal
van een kopieerbeveiliging voorzien. U kunt dat materiaal dan alleen analoog opnemen.
1
Bronnen die opgenomen kunnen worden.
/ dts
MAIN SUB
STANDARD
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
Kies de geluidsbron die u wilt opnemen. Stel
de SIGNAL SELECT toets in overeenkomstig
het signaal dat vanaf de broncomponent
komt (ANALOG of DIGITAL).
Druk op de SIGNAL SELECT toets van de
afstandsbediening (of gebruik de toets op het voorpaneel
van de receiver) om ANALOG te kiezen.
2
Begin met opnemen op het cassettedeck,
de MD-recorder enz.
3
Begin met de weergave van de gekozen
geluidsbron.
1
(indien nodig)
Opnamecontrolefunctie (TAPE 2
MONITOR)
Als u een cassettedeck enz. voorzien van een
opnamecontrolefunctie op de TAPE 2 MONITOR aansluitingen
aansluit, kunt u tijdens het analoog opnemen luisteren naar de
zojuist gemaakte opname.
Druk op de TAPE 2 MONITOR toets op het voorpaneel van de
versterker voor het omschakelen tussen het geluid van de
zojuist gemaakte opname (de TAPE 2 indicator licht op) en het
geluid van de opnamebron (de TAPE 2 indicator is uit).
Opnemen vanaf video-apparatuur
In de onderstaande procedure wordt beschreven hoe u audio- en videosignalen opneemt op de videorecorder die op de
VCR 1/DVR of VCR 2 aansluitingen is aangesloten. Alle signalen die naar deze aansluitingen worden gestuurd, zijn
analoog. Het is niet mogelijk om DTS geluidssporen op te nemen.
De instellingen op de versterker voor het volume, de luidsprekerniveaus, de balans, de toonregeling (BASS,
TREBLE en LOUDNESS) en de surroundeffecten hebben geen invloed op het opnamesignaal.
Bronnen die opgenomen kunnen worden.
/ dts
MAIN SUB
STANDARD
MPEG
EFFECT
SIGNAL
SELECT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Amplifier
THX
MIDNIGHT
DIGITAL
NR
DSPSTEREO
ADVANCED
THEATER
DIRECT
LOUDNESS
1
Kies de beeld/geluidsbron die u wilt
opnemen en schakel de versterker in de
betreffende weergavefunctie. Zet de
SIGNAL SELECT toets op ANALOG.
Druk op de SIGNAL SELECT toets van de
afstandsbediening (of gebruik de toets op het voorpaneel
van de versterker) om ANALOG te kiezen. Opnemen van
DIGITAL of AC-3 signalen is niet mogelijk.
2
Begin met opnemen op de videorecorder 1
of 2.
62
Du
1
(indien nodig)
3
Begin met de weergave van de gekozen
beeld/geluidsbron.
Page 63
Overige functies
3
Macro-bediening (MULTI OPERATION)
Bij gebruik van de macro-bedieningsfunctie laat u de versterker en de andere componenten meerdere dingen doen
door middel van indrukken van slechts twee toetsen op de afstandsbediening. U kunt bijvoorbeeld de volgende
bedieningsreeks programmeren: inschakelen van de TV, dan inschakelen van de DVD-speler, dan instellen van een
bepaalde geluidsfunctie en vervolgens starten met weergave van de geplaatste DVD. U bepaalt niet alleen de
bedieningshandelingen die verricht moeten worden maar tevens de volgorde waarin dit moet gebeuren. In de
onderstaande procedure leert u hoe u vijf bedieningshandelingen programmeert die betrekking hebben op acht
mogelijke componenten. U hoeft niet het inschakelen van de versterker, of een ander PIONEER apparaat, te
programmeren, aangezien dit automatisch gebeurt wanneer de MULTI OPERATION functie wordt gebruikt. Bij
sommige DVD-spelers hoeft u ook geen weergave-opdracht te geven, omdat het afspelen van de DVD automatisch
begint wanneer de DVD-speler wordt ingeschakeld en er een DVD in het apparaat aanwezig is.
Zorg dat de afstandsbediening de afstandsbedieningscodes van alle componenten kent voordat u de MULTI
OPERATION functie gebruikt (zie “Instellen van de afstandsbediening voor de bediening van andere
componenten” op blz. 50-53).
1
Druk op de REMOTE SETUP toets.
2
Druk op de MULTI OPERATION toets.
Annuleren van de MULTI OPERATION functie
Druk nogmaals op de REMOTE SETUP toets.
3
Op het scherm van de afstandsbediening
verschijnt de melding “SELECT FUNCTION”.
Kies de functietoets (beeld/geluidsbrontoets)
die u wilt gebruiken om de MULTI
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Remote Setup
LCD
COMMANDER
PRESET RECALL
LEARNING
EXIT
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
21
OPERATION bedieningsreeks uit te voeren.
In dit voorbeeld kiezen we de DVD/LD toets omdat de
Multi Operation
AMP
DVD/LD
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
DVD-speler de eerste component is waarvoor wij een
bedieningsopdracht gaan programmeren.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT FUNCTION
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
4
U moet nu het volgordenummer voor de
bedieningsopdracht aangeven. Gewoonlijk
programmeert u de opdrachten in de
volgorde waarin deze uitgevoerd moeten
worden, dus u kiest hier nummer 1 (het
4
5
Multi Operation
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT NUMBER
1
4
[]
DVD/LD
2
5
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
3
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
CLEAR
vakje met het cijfer 1 erin).
De versterker weet nu dat de eerste bedieningsopdracht
in de bedieningsreeks geprogrammeerd gaat worden.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkere
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
5
Kies de component waarvoor u een
bedieningsopdracht wilt programmeren (bijv.
de DVD-speler) en druk op de corresponderende
Multi Operation
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT FUNCTION
1
4
[]
DVD/LD
2
5
3
EXIT
CLEAR
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
toets van de afstandsbediening. Het
afstandsbedieningsscherm voor de betreffende
component zal dan verschijnen.
U ziet de bedieningstoetsen voor de gekozen component
op het scherm.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
BEDIENING
63
Du
Page 64
Overige functies
6
DVD:Multi Operation
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
MENU
Multi Operation
DVD
4
Multi Operation
1
2
5
4
SEARCH
MODE
TOP
7
MENU
SETUP
SELECT NUMBER
2
8
10
0
[]
DVD/LD
3
5
SELECT FUNCTION
EXIT
3
6
9
C
8
EXIT
CLEAR
EXIT
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
6
Kies de gewenste bedieningsopdracht op
het afstandsbedieningsscherm (bijv. 3
(weergave)).
De gekozen component en de bedieningsopdracht
verschijnen in het venster van bedieningsopdracht 1.
Als u een bedieningsopdracht wilt verwijderen
Druk op de bedieningstoets van de opdracht die u wilt
verwijderen en druk dan op de CLEAR toets.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
7
Herhaal de stappen 4 - 6 om in totaal vijf
bedieningsopdrachten te programmeren.
U kunt in totaal 5 bedieningsopdrachten in de MULTI
OPERATION bedieningsreeks programmeren.
8
Druk op de EXIT toets om de MULTI
OPERATION instelprocedure af te sluiten.
De afstandsbediening komt nu weer in de vorige
gebruiksstand te staan.
Als u een bedieningsopdracht wilt verwijderen
Druk op de bedieningstoets van de opdracht die u wilt
verwijderen en druk dan op de CLEAR toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
U hoeft niet het inschakelen van PIONEER
componenten te programmeren, aangezien een
PIONEER component automatisch ingeschakeld wordt
als er een bedieningsopdracht voor de component in
de MULTI OPERATION bedieningsreeks is
geprogrammeerd. Het TV-toestel wordt ook
automatisch ingeschakeld als er bedieningsopdrachten
in de MULTI OPERATION bedieningsreeks zijn
geprogammeerd waarvoor de TV nodig is.
Uitvoeren van een macro-bediening
Volg de onderstaande aanwijzingen om een geprogrammeerde MULTI OPERATION bedieningsreeks uit te voeren.
SYSTEM
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
MASTER VOLUME
MUTING
+
±
OFF
1
Druk op de MULTI OPERATION toets.
2
Druk op de functietoets waarmee de
bedieningsreeks is geprogrammeerd.
Multi Operation
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT FUNCTION
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
1
2
De versterker wordt ingeschakeld en de
geprogrammeerde bedieningsreeks wordt uitgevoerd.
64
Du
Page 65
Overige functies
SYSTEM OFF functie
Met de SYSTEM OFF functie kunt u de versterker en alle andere componenten automatisch laten stoppen en dan
uitschakelen door middel van een druk op een enkele toets op het LCD scherm van de afstandsbediening. U laat de
functie bijvoorbeeld eerst de DVD speler stoppen en daarna de TV, vervolgens de DVD-speler en tot slot de versterker
uitschakelen. Eventuele PIONEER componenten worden automatisch uitgeschakeld, dat hoeft u niet te programmeren.
Ook de versterker zal altijd vanzelf worden uitgeschakeld.
Via de onderstaande procedure kunnen vijf verschillende SYSTEM OFF handelingen worden geprogrammeerd, die
betrekking kunnen hebben op acht componenten.
Zorg dat de afstandsbediening de afstandsbedieningscodes van alle componenten kent voordat u de SYSTEM
OFF functie gebruikt (zie “Instellen van de afstandsbediening voor de bediening van andere componenten” op
blz. 50-53).
1
Druk op de REMOTE SETUP toets.
2
Druk op de MULTI OPERATION toets.
Annuleren van de MULTI OPERATION functie
Druk op de EXIT toets.
3
Op het scherm van de afstandsbediening
verschijnt de melding “SELECT
FUNCTION”. Druk op de AMP toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
Remote Setup
LCD
COMMANDER
PRESET RECALL
LEARNING
EXIT
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
21
3
4
5
Multi Operation
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
System OFF
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
System OFF
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT FUNCTION
SELECT NUMBER
1
4
SELECT FUNCTION
1
4
4
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
U moet nu het volgordenummer voor de
bedieningsopdracht aangeven. Gewoonlijk
programmeert u de opdrachten in de
volgorde waarin deze uitgevoerd moeten
worden, dus u kiest hier nummer 1 (het
vakje met het cijfer 1 erin).
De versterker weet nu dat de eerste bedieningsopdracht
in de bedieningsreeks geprogrammeerd gaat worden.
BEDIENING
Het nummer wordt gearceerd weergegeven.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
EXIT
REMOTE
SETUP
CLEAR
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
2
3
5
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
5
Kies de component die u wilt stoppen of
uitschakelen (bijv. de DVD-speler stoppen)
en druk dan op de functietoets voor de
betreffende component.
U ziet de bedieningstoetsen voor de gekozen component
EXIT
REMOTE
SETUP
CLEAR
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
2
3
5
op het scherm.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
65
Du
Page 66
Overige functies
DVD:Multi Operation
AMP
6
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
System OFF
DVD
1
4
SEARCH
MODE
TOP
7
MENU
SETUP
MENU
10
SELECT NUMBER
2
4
5
3
2
5
8
0
8
EXIT
CLEAR
EXIT
EXIT
6
C
6
REMOTE
SETUP
3
MD/TAPE1
CD
LINE/
9
TUNER
TV
CONTROL
Druk op de stoptoets (7) om de
stopopdracht te programmeren.
De gekozen component en de bedieningsopdracht
verschijnen in het venster van bedieningsopdracht 1.
Als u een bedieningsopdracht wilt verwijderen
Druk op de bedieningstoets van de opdracht die u wilt
verwijderen en druk dan op de CLEAR toets.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
7
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
Herhaal de stappen 4 - 6 om in totaal vijf
stop- of uitschakel-opdrachten te
programmeren.
Als u een bedieningsopdracht wilt verwijderen
Druk op de bedieningstoets van de opdracht die u wilt
verwijderen en druk dan op de CLEAR toets.
Als u naar het vorige scherm wilt terugkeren
Druk op de EXIT toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
8
Multi Operation
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SELECT FUNCTION
EXIT
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE
TUNER
TV
CONTROL
Druk op de EXIT toets om de SYSTEM OFF
instelprocedure af te sluiten.
Als u een bedieningsopdracht wilt verwijderen
Druk op de bedieningstoets van de opdracht die u wilt
verwijderen en druk dan op de CLEAR toets.
Als u naar het REMOTE SETUP scherm wilt
terugkeren
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets.
Uitvoeren van de SYSTEM OFF bedieningsreeks
Volg de onderstaande aanwijzingen om de geprogrammeerde SYSTEM OFF bedieningsreeks uit te voeren.
on off
BACK LIGHT
TV
CONTROL
AMP
DVD/LD
TV/SAT
VCR1
VCR2
SYSTEM
MULTI
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
REMOTE
SETUP
FUNCTION
MD/TAPE1
+
CH
CD
CH
±
+
VOL
LINE
TUNER
VOL
±
TV
CONTROL
FUNCTION
MASTER VOLUME
MUTING
+
±
OFF
1
Druk op de SYSTEM OFF toets.
De afstandsbediening moet ingeschakeld zijn, maar
het doet er niet toe welke beeld/geluidsbron is
gekozen.
Alle componenten die in de SYSTEM OFF
bedieningsreeks zijn geprogrammeerd stoppen en/of
worden uitgeschakeld. De versterker zal eveneens
worden uitgeschakeld.
66
Du
1
Page 67
Overige functies
4
3
Instellen van de direct-functie
De direct-functie is bedoeld voor het geval dat u een externe videobron op uw TV hebt aangesloten (een
videobron waarvan het signaal niet via de VSA-E07 loopt). We noemen dit voor het gemak een “extern
videodeck”. Stel dat u een extern videodeck met de versterker-afstandsbediening wilt bedienen en het deck aan
een bepaalde functietoets hebt toegewezen (bijv. aan de VCR 2 toets), dan zal er toch geen beeld op de TV zijn
wanneer u de VCR 2 functie inschakelt omdat het signaal van het externe videodeck niet via de VSA-E07 loopt.
Om dit probleem te verhelpen, zet u de Direct-Functie voor VCR 2 op “NO”. Wanneer u dan op de VCR 2
functietoets drukt, kunt u wel het externe videodeck met de versterker-afstandsbediening bedienen, maar zal de
versterker niet in de VCR 2 stand schakelen.
LINE
EXIT
EXIT
ONON
ON
ONON
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
CD
LINE/
TUNER
TV
CONTROL
1
2
1
Druk op de REMOTE SETUP toets.
2
Druk op de DIRECT FUNCTION toets.
3
Zet de DIRECT FUNCTION van de externe
bronnen op OFF.
4
Druk herhaaldelijk op de EXIT toets om het
DIRECT FUNCTION scherm te verlaten.
De standaardinstelling voor alle DIRECT
FUNCTION opties is ON.
Remote Setup
AMP
DVD/LD
PRESET RECALL
TV/SAT
VCR1
VCR2
Direct Function
AMP
DVD/LD
DVD/LD
TV/SAT
TV/SAT
VCR1
VCR 1
VCR2
VCR 2
LCD
COMMANDER
LEARNING
ON
ON
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
MD/TAPE 1
CD
Terugstellen van de afstandsbediening
Volg de onderstaande aanwijzingen om de instellingen die u in de afstandsbediening hebt vastgelegd te wissen.
on off
BACK LIGHT
DVD/LD
TV/SAT
TV
CONTROL
AMP
VCR1
VCR2
REMOTE
SETUP
MD/TAPE1
LINE
TUNER
CONTROL
FUNCTION
CH
CD
CH
VOL
VOL
TV
FUNCTION
Houd de STANDBY/ON toets en de MUTE
toets tegelijk ingedrukt en druk dan op het
RESET lipje onder het batterijdeksel aan de
+
±
achterkant van de afstandsbediening.
+
±
BEDIENING
SYSTEM
MULTI
OFF
OPERATION
STANDBY/ON
ENTER
MUTING
STANDBY/ON MUTING
RESET lipje
MASTER VOLUME
+
±
67
Du
Page 68
Technische informatie & Storingen verhelpen
Dolby Digital
Dolby Digital is een compressieformaat dat gebruikt
wordt om het geluid van de 6 kanalen van het
bioscooptheater-surroundsysteem (Dolby Digital) op
het digitale filmgeluidsspoor vast te leggen. Het
kanalensysteem wordt aangeduid als 5.1-kanaals
omdat een van de kanalen, het subwoofer-kanaal,
uitsluitend bedoeld is voor de lage tonen en het
frequentiebereik kleiner is dan dat van de andere
kanalen.
Dolby Digital is de naam voor het Dolby digitale
meerkanaals-surroundsysteem dat ontwikkeld is na
het Dolby Surround systeem en het Dolby Pro Logic
Surround systeem.
5.1-kanaals digitaal
surround-geluidsspoor
Dolby
Digital
codering
Dolby Digital voor speelfilms
Sinds 1992 zijn er reeds meer dan 300 speelfilms
gemaakt waarbij Dolby Digital is toegepast en dit
aantal neemt alsmaar toe. Bij de digitale
signaalverwerking van compact disc spelers en
laserdisc-spelers wordt het 16-bit formaat gebruikt
voor de bemonstering van de originele analoge
geluidsgolfvorm en deze bemonstering wordt 44.100
maal per seconde uitgevoerd. Aangezien bij deze
methode een zeer grote hoeveelheid opnamegegevens vereist zijn in geval van het
meerkanaalssysteem, wordt AC-3 toegepast om de
gegevens te comprimeren. Wanneer de
audiosignalen worden weergegeven, betekent een
lage bit-waarde een minder goede geluidskwaliteit.
Bij AC-3 wordt een verslechtering van de
geluidskwaliteit voorkomen door gebruikmaking van
maskering-technieken en digitale filters waarvan de
werking gebaseerd is op de eigenschappen van het
menselijke gehoor.
4-kanaals analoog
geluidsspoor (matrix)
Laserdisc-formaat
In de handel zijn vele verschillende laserdiscs
verkrijgbaar. Aangezien voor de opname van de
audiosignalen verschillende formaten worden
gebruikt, zijn sommige discs niet compatibel met
elkaar. Dolby Digital gebruikt bij het opnemen op de
laserdisc de ruimte van één analoog audiokanaal, wat
betekent dat dit formaat compatibel is met de
bestaande discs en spelers.
Zoals u in de onderstaande afbeelding ziet, is er één
kanaal op de Dolby Digital disc voor de digitale
signalen. De analoge signalen gebruiken het andere
kanaal waarop geen Dolby Digital informatie is
vastgelegd en bieden een mono-geluid.
Analoog geluid
(mono)
Digitaal
geluid
Dolby Digital
geluid
Video
2468101214 MHz
Frequentie
Vergelijking van Dolby Digital en Dolby
Pro Logic Surround
Dolby Digital wordt ook wel het 5.1-kanaals systeem
genoemd. Dit systeem bestaat uit vijf kanalen
(linksvoor, rechtsvoor, midden, links-surround,
rechts-surround) met een frequentiebereik van 20 Hz
tot 20 kHz, plus een afzonderlijk LFE (Low Frequency
Effect) lagetonenkanaal. Het LFE kanaal wordt ook
wel het subwoofer-kanaal genoemd.
Wanneer u gebruikt maakt van het subwoofer-kanaal
kunt u genieten van een rijke en volle basweergave.
In de tabel op de volgende bladzijde worden de
eigenschappen van de twee systemen, Dolby Digital
en Dolby Pro Logic Surround, met elkaar vergeleken.
68
Du
Page 69
Technische informatie & Storingen verhelpen
U
DTS
DTS is een geluidsopnameformaat dat gebruikt wordt in bioscooptheaters sinds de film “JURASSIC PARK” in
1993 uitkwam. Dit opnameformaat is geroemd om zijn fantastische geluid en dynamische surroundeffecten.
Bij dit systeem worden 6 kanalen met digitaal geluid opgenomen op een CD-ROM in plaats van op het
filmgeluidsspoor. Bij weergave wordt er voor gezorgd dat beeld en geluid synchroon worden weergegeven.
Aangezien er slechts een geringe comprimering van de geluidssignalen is en tevens een hoge
overdrachtdichtheid, wordt een sublieme geluidskwaliteit verkregen. Ook zijn er, omdat de digitale signalen niet
op het filmspoor zijn vastgelegd, enkel een CD-ROM speler (zoals van een gewone personal computer) en een
DTS processor nodig voor de verwerking van de signalen, zodat de investeringen aanzienlijk minder zijn dan bij
andere formaten. Dit is de reden dat het DTS opnameformaat meer en meer in bioscopen wordt gebruikt en
tevens in home-movie materiaal (DVD, LD) en muziekopnamen (5.1-kanaals CD).
Op het ogenblik wordt het DTS formaat door meer dan 11.000 bioscooptheaters in de wereld gebruikt. Het is
het meest populaire digitale formaat voor bioscopen in de Verenigde Staten, Europa en Azië.
Aantal opnamekanalen
Aantal weergavekanalen
Samenstelling van de
• Stabiele
geluidspositionering,
gunstige
fasekarakteristieken en
weergave van
geavanceerde
surroundeffecten
• Geringe comprimering
(ongeveer 1/4) voor
een hoge
geluidskwaliteit.
Dolby Pro Logic
Surround
2 kanalen
4 kanalen
Linksvoor, rechtsvoor,
midden, surround
Analoge matrix
signaalverwerking
7000 Hz
Waarschuwing betreffende de DTS testfunctie
Deze versterker heeft een functie die door PIONEER servicepersoneel wordt gebruikt om de DTS
geluidskwaliteit te testen. Als gebruiker hoeft u deze functie nooit in te schakelen. Let op dat deze functie NIET
per ongeluk wordt ingeschakeld, want dan worden de instellingen voor alle parameters (luidspreker-instellingen,
vertragingstijd instellingen, kanaalinstellingen enz.) gewist.
STANDBY/ON
De DTS testfunctie wordt ingeschakeld wanneer de
versterker in de STANDBY stand staat en u dan de
DIRECT toets ingedrukt houdt en tegelijk op de
STANDBY/ON toets drukt. Let op dat u deze functie NIET
per ongeluk inschakelt.
De bovenstaande procedure lijkt op de procedure voor het instellen van
LINE/
CD-R
TUNER
het PAL of NTSC televisiesysteem of het kiezen van de 8 Ω of 6 Ω
- LEVEL +
luidspreker-impedantie instelling, dus wees voorzichtig dat u in die
gevallen niet abusievelijk de DTS testfunctie inschakelt.
5-CHANNEL EQ
• Als u toch per ongeluk de DTS testfunctie inschakelt, herhaal
dan dezelfde procedure (zoals hierboven beschreven) om de
versterker weer in de normale gebruiksstand te zetten. Hierna
moet u alle parameters opnieuw instellen (luidsprekerinstellingen, vertragingstijd-instellingen, kanaalinstellingen
enz.).
STANDBY/ON
—OFF _ON
PHONES S-VIDEO VIDEO
AUDIO/VIDEO MULTI-CHANNEL AMPLIFIER
DSP
STANDBY
MODE
/DTS
THX CINEMA ADVANCED STANDARD
VIDEO INPUT
L AUDIO R
STEREO
MPEG
N∫z¿x?≥
VIDEO VCR 1/DVR VCR 2 DVD /LD
EXTERNAL
DIRECT LOUDNESS MIDNIGHT
DECODER IN
- BASS +
DIRECT
MD/TAPE 1/
TV/SAT
CD
EFFECT/
CHANNEL
SIGNAL
DIGITAL
SELECT
SELECT
NR
TAPE 2
- TREBLE +
INPUT ATTSPEAKERS
MONITOR
69
Du
Page 70
Technische informatie & Storingen verhelpen
MPEG audio
MPEG is een audio-coderingssysteem dat een zeer gunstige geluidskwaliteit voor muziek en films biedt. Bij dit
systeem worden de hogere frequenties die buiten het menselijk gehoor vallen uit het signaal verwijdert, waarna
de geluidsinformatie gecomprimeerd wordt voor transmissie van mono, stereo of meerkanaals (5.1 en 7.1)
geluid in een enkele bitstream. Het systeem is een standaard-audioformaat voor DVD’s en personal computers.
De samenstelling en veelzijdigheid van MPEG audio zorgen er tevens voor dat het meerkanaals geluidsspoor
een fantastische weergave biedt niet alleen op een 7.1-kanaals surround-thuisbioscoop installatie maar ook bij
gebruik met een mono-TV. Bovendien is het MPEG audioformaat zo ontworpen dat dit compatibel is met
vroegere en toekomstige versies, wat betekent dat de toekomstige versies van MPEG audio compatibel zijn met
decoders die nu verkocht worden (het signaal wordt enkel opnieuw geconfigureerd om te worden aangepast
aan het aantal kanalen dat in een systeem beschikbaar is).
THX
THX is een programma van Lucasfilm, Ltd. dat
speciaal ontwikkeld is voor een maximale
accuratesse bij weergave van filmgeluid. De
geluidssporen van films zijn zo opgenomen dat deze
het beste klinken bij weergave in een bioscoopzaal.
Om het geluid ook nauwkeurig in de huiskamer te
laten klinken zijn speciale technieken vereist. Uw
huiskamer is namelijk veel kleiner, de gebruikte
luidsprekers zijn anders (en tevens zijn er meestal
niet meer dan zes luidsprekers) en u zit natuurlijk
veel dichter bij de luidsprekers dan in een bioscoop.
Vanwege deze verschillen mist u vaak de opwinding
die een film in de bioscoop teweeg kan brengen.
Pioneer en THX zorgen er echter voor dat in uw
eigen huiskamer het filmgeluid uiterst accuraat wordt
weergegeven; uw huiskamer wordt een
bioscoopzaal!
Re-Equalization™ : Het geluidsspoor van speelfilms
wordt tijdens de productie afgestemd op de
akoestiek van grote bioscoopzalen, waar speciale
luidsprekers worden gebruikt en u ook ver van de
luidsprekers af zit. Bij vertoning van de film in een
veel kleinere huiskamer komen de hoge tonen
scherper door, hetgeen wel eens een hinderlijk schel
geluid kan opleveren. THX Re-Equalization zorgt voor
een zeer precieze bijregeling van dit verschil in
omgeving.
Dynamic Decorrelation™ : Wanneer een monogeluidsspoor mono-geluid naar een van de
surroundluidsprekers stuurt, lijkt het vaak alsof het
geluid vanuit slechts één richting komt, in plaats van
rondom u heen zoals in een bioscoop. De Dynamic
Decorrelation corrigeert voor deze
onnauwkeurigheid.
Timbre Matching™ : Bij de weergave van
surrroundgeluid is het van groot belang dat het geluid
zich natuurlijk verplaatst zodat een duidelijk
samenhangend geluidsveld wordt verkregen. Het is
bijzonder onprettig wanneer het geluid van de ene
naar de andere luidspreker lijkt te springen. Timbre
Matching zorgt ervoor dat ook bij gebruik van slechts
twee surroundluidsprekers een gelijkmatige
weergaveklank wordt verkregen.
Bass Peak Level Manager™ : Sommige Dolby
Digital en DTS geluidssporen produceren sterke
pieken in de basgeluiden die ongewenst zijn bij
thuisbioscoop-weergave. Met behulp van de Bass
Peak Level Manager kunt u het maximale piekniveau
voor uw installatie instellen. (Stel dit niveau in
overeenkomstig de instructies voor het bas-
piekniveau op blz. 34.)
Loudspeaker Position Time Synchronization™ :
Met deze voorziening compenseert u voor het
verschil in afstand vanaf iedere luidspreker tot de
luisterplaats. Wanneer deze instelling juist is, werken
de luidsprekers in nauwkeurige synchronisatie en
wordt een samenhangend geluidsveld verkregen.
(Stel deze functie in overeenkomstig de instructies
voor de kanaal-vertragingstijd op blz. 30.)
70
Du
Page 71
Apparatuurcodelijst
Technische informatie & Storingen verhelpen
Apparatuur
DVDspeler
LD-speler
Satelliettuner
Videorecorder
Merk
TOSHIBA
SONY
PANASONIC
JVC
SAMSUNG
SHARP
AKAI
RCA
PIONEER
SONY
DENON
HITACHI
PHILIPS
RADIOLA
SONY
TELEFUNKEN
PIONEER
PIONEER
PHILIPS
PANASONIC
THOMSON
SONY
JVC
GRUNDIG
AKAI
HITACHI
TOSHIBA
MITSUBISHI
SHARP
ORION
SANYO
FERGUSON
BLAUPUNKT
NOKIA
SELECO
AIWA
AKIBA
ALBA
AMBASSADOR
AMSTRAD
ANITECH
ASA
BAIRD
BASIC LINE
BRANDT
BRANDT
ELECTRONIQUE
BUSH
AKAI
ARCAM
ASUKA
AUDIO TON
BUSH
CALIFORNIA
AUDIO LAB
CYRUS
DENON
DUAL
FISHER
GOLDSTAR
GRUNDIG
HITACHI
INTERSOUND
JVC
KENWOOD
KODAK
LINN
LUXMAN
M ELECTRONIC
MARANTZ
MATSUI
MCS
MEMOREX
MERIDIAN
MITSUBISHI
NAD
NAIM
ONKYO
PANASONIC
PHILIPS
QUAD
QUASER
ROADSTAR
ROTEL
SABA
SANYO
SHARP
SONY
TECHNICS
TELEFUNKEN
THOMSON
UNIVERSUM
YAMAHA
PIONEER
PHILIPS
SONY
GRUNDIG
PANASONIC
TOSHIBA
TELEFUNKEN
SHARP
SAMSUNG
HITACHI
THOMSON
FERGUSON
NOKIA
MITSUBISHI
SCHNEIDER
GOLDSTAR
BLAUPUNKT
NORDMENDE
RADIOLA
JVC
DAEWOO
ORION
SIEMENS
ACURA
ADMIRAL
AKAI
AKURA
ALBA
AMSTRAD
ANITECH
ASA
ASUKA
AUDIOGONIC
BASIC LINE
BAUR
BEKO
BEON
BLUE SKY
BLUE STAR
BPL
BTC
BUSH
Storingen worden vaak veroorzaakt door een verkeerd gebruik van het apparaat. Raadpleeg daarom bij storingen eerst
de onderstaande lijst. Het is ook mogelijk dat het probleem veroorzaakt wordt door een andere aangesloten
component. Controleer daarom ook de andere componenten. Is het niet mogelijk om de storing aan de hand van de
onderstaande lijst te verhelpen, neem dan contact op met een officieel PIONEER servicecentrum om het apparaat te
laten repareren.
Storing
De installatie kan niet worden
ingeschakeld.
Het apparaat reageert niet op
het indrukken van de toetsen.
Geen geluid bij indrukken van
de brontoetsen.
74
Du
• De stekker zit niet in het stopcontact.
• De hoofdschakelaar staat in de uitstand (
• Het beveiligingscircuit is in werking
getreden.
• Er is statische elektriciteit
veroorzaakt door droge lucht.
• Verkeerde aansluitingen.
• De geluiddempingsfunctie is
ingeschakeld.
—).
Oorzaak
Maatregel
• Steek de stekker in het stopcontact.
• Druk de hoofdschakelaar in de aan-stand
(_).
• Trek de stekker even uit het stopcontact.\
• Trek de stekker even uit het stopcontact.
• Zorg dat de apparatuur juist op elkaar is
aangesloten (zie blz. 8-15).
• Druk op de MUTE toets van de
afstandsbediening.
Page 75
Technische informatie & Storingen verhelpen
Storing
Geen geluid bij indrukken van
de brontoetsen.
De subwoofer-weergave is erg
zwak.
Er komt geen geluid uit de
midden- of
surroundluidsprekers.
Het geluid van de digitale
componenten wordt niet
weergegeven, maar wel van de
andere componenten.
Bij weergave van materiaal met
DTS codering is er geen geluid
of is er alleen ruis.
Bij weergave van materiaal met
DTS codering valt het geluid
met tussenpozen weg. De
overbelasting-indicator licht op.
Wanneer bij een DTS
compatibele CD-speler tijdens
weergave de zoekfunctie wordt
gebruikt, is er ruis.
De afstandsbediening werkt
niet.
Het display is donker.
Oorzaak
• Het volume is dichtgedraaid.
• De TAPE 2 MONITOR staat op ON.
• De luidsprekers zijn uitgeschakeld.
• De DIGITAL/ANALOG functie staat
verkeerd ingesteld.
• De geluidssignalen worden niet naar de
subwoofer geleid.
• De luidspreker-instellingen zijn verkeerd.
• De achter- en/of middenkanaalniveaus
zijn te laag ingesteld.
• De midden- en/of surroundluidsprekers
zijn niet aangesloten.
• De SIGNAL SELECT toets staat verkeerd
ingesteld.
• De digitale ingangen zijn niet juist, of
helemaal niet toegewezen.
• De SIGNAL SELECT toets staat op
“ANALOG”.
• Er wordt een DVD-speler gebruikt die niet
geschikt is voor DTS of de instellingen op
de DVD-speler zijn verkeerd.
• Het digitale uitgangsniveau is te laag
ingesteld bij een CD-speler of andere
component die voorzien is van een
digitale uitgangsniveauregeling. (Het DTS
signaal is gewijzigd door de speler en kan
niet afgelezen worden.)
• De hoeveelheid informatie op de disc die
wordt weergegeven is te groot.
• De zoekfunctie van de CD-speler stoort
het aflezen van de digitale informatie.
• De batterijen van de afstandsbediening
zijn leeg.
• De afstandsbediening wordt niet binnen
het bedieningsbereik gebruikt.
• Er is een obstakel tussen de
afstandsbediening en de
afstandsbedieningssensor op de receiver.
• Het licht van een sterke tl-lamp valt op de
afstandsbedieningssensor van de
receiver.
• Er is een snoer aangesloten op de
CONTROL IN aansluiting van dit apparaat.
• De FL DIMMER toets is ingedrukt.
Maatregel
• Verhoog het volume met de MASTER
VOLUME regelaar.
• Druk op de TAPE 2 MONITOR toets.
• Druk op de SPEAKERS (A/B) toets om de
gewenste luidsprekers in te schakelen.
• Stel de SIGNAL SELECT toets correct in
(zie blz. 45).
• Zet de subwoofer-parameter op PLUS of
stel SMALL in voor de FRONT
luidsprekers. (zie blz. 28-29).
• Zie de beschrijving van de “Speaker
Setting instelfunctie” op blz. 28 en 29.
• Zie de beschrijving van de “Channel
Level instelfunctie” op blz. 31-32 om de
luidsprekerniveaus in te stellen.
• Sluit de luidsprekers aan (zie blz. 13 en
15).
• Zet de SIGNAL SELECT toets op
“DIGITAL” of “ANALOG”,
overeenkomstig de gemaakte
aansluitingen (zie blz. 45).
• Maak de juiste instellingen voor de
digitale ingangen (zie blz. 10,11, 36-37).
• Maak digitale verbindingen (zie blz. 10 en
11) en zet de SIGNAL SELECT toets op
“DIGITAL” (zie blz. 45).
• Zie de gebruiksaanwijzing die bij de DVDspeler wordt geleverd.
• Zet het digitale uitgangsniveau van de
CD-speler op maximaal of op neutraal.
• Gebruik de STANDARD instelling zodat
een goed resultaat wordt verkregen (zie
Memo op blz. 42).
• Dit is geen defect. Verlaag het volume
zodat er geen luide stoorgeluiden via de
luidsprekers worden weergegeven.
• Vervang de batterijen door nieuwe (zie
blz. 6).
• Gebruik de afstandsbediening binnen 7
meter en onder een hoek van 30° ten
opzichte van de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel van
de receiver (zie blz. 7).
• Verwijder het obstakel of gebruik de
afstandsbediening vanaf een andere
plaats.
• Zorg dat het licht van de tl-lamp e.d. niet
op de afstandsbedieningssensor valt.
• Sluit het snoer op de juiste aansluiting
aan.
• Druk herhaaldelijk op de FL DIMMER
toets op het voorpaneel van de receiver
om de standaardinstelling weer in te
stellen (zie blz. 49).
Als het apparaat niet normaal werkt als gevolg van externe invloeden zoals statische elektriciteit
Trek in dit geval even de stekker uit het stopcontact om de normale werking te herstellen.
75
Du
Page 76
Technische informatie & Storingen verhelpen
Technische gegevens
Versterker-gedeelte
Continuvermogen (STEREO-FUNCTIE)
FRONT .....130 W + 130 W (DIN 1 kHz, THV 1%, 6 Ω)
Continuvermogen (SURROUND-FUNCTIE)
FRONT .....130 W + 130 W (DIN 1 kHz, THV 1%, 6 Ω)
CENTER ..................130 W (DIN 1 kHz, THV 1%, 6 Ω)
SURROUND ....................................... 130 W + 130 W
Nominaal uitgangsvermogen ................. 100 W + 100 W
• De bovenstaande gegevens gelden bij 230 V
netspanning.
Ingangen (gevoeligheid/impedantie)
PHONO MM ..........................................4,7 mV/47 kΩ
PIONEER ELECTRONICS [USA] INC.
PIONEER ELECTRONICS OF CANADA, INC.
PIONEER ELECTRONIC [EUROPE] N.V.
PIONEER ELECTRONICS AUSTRALIA PTY. LTD.
PIONEER ELECTRONICS DE MEXICO S.A. DE C.V.
<99G00EZ0H00>
4-1, Meguro 1-Chome, Meguro-ku, Tokyo 153-8654, Japan
P.O. BOX 1540, Long Beach, California 90801-1540, U.S.A.