Miele W 3000 Vitality User Manual [nl]

5 (1)
Gebruiksaanwijzing
wasautomaat
W 3000 Vitality
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor
u het toestel installeert en in gebruik neemt.
Zo zorgt u voor uw veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 09 340 150
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
-
kozen, dat door het milieu wordt verdra
-
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
-
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
-
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap
-
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
-
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be
-
handeling kunnen deze stoffen schade
-
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
-
raat dan ook nooit met het gewone af
-
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af
-
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
of
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
-
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Bediening .......................................................13
Bedieningspaneel .................................................13
Het toestel in bedrijf stellen ........................................15
Milieuvriendelijk wassen ...........................................16
Stroom- en waterverbruik .........................................16
Wasmiddel ....................................................16
De juiste bijkomende functie kiezen (Kort, Inweken, Voorwas) ............16
Tip voor het aansluitende machinale drogen ..........................16
Zo wast u juist ...................................................17
Korte handleiding .................................................17
Bijkomende functies ..............................................22
Kort ............................................................22
Voorwas .........................................................22
Inweken .........................................................22
Extra water .......................................................22
Centrifugeren ....................................................23
Eindtoerental .....................................................23
Centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten ........................23
Niet centrifugeren op het einde van het programma (Spoelstop) ..........23
Zonder centrifugeren tussen de spoelbeurten en op het einde van het
programma ....................................................23
Programmaoverzicht ..............................................24
Programmaverloop ...............................................26
Onderhoudssymbolen op het etiket..................................28
Inhoud
3
Programmaverloop wijzigen ........................................29
Afbreken ........................................................29
Onderbreken .....................................................29
Wijzigen .........................................................29
Programma ....................................................29
Een programmastap overslaan .......................................29
Was toevoegen / uit het toestel halen ..................................30
Wasmiddel ......................................................31
Het juiste wasmiddel ...............................................31
Onthardingsmiddel ................................................32
Combinaties......................................................32
Middelen voor de nabehandeling van het wasgoed .......................33
Wasverzachter, vormspoeler, vloeibaar stijfsel automatisch doseren .......33
Wasverzachter, vormspoeler of stijfsel in een apart programma ...........33
Ontkleuren/kleuren.................................................33
Reiniging en onderhoud ...........................................34
Reiniging van de trommel ...........................................34
De ommanteling en het bedieningspaneel reinigen .......................34
De wasmiddellade schoonmaken .....................................34
Watertoevoerzeefjes reinigen ........................................36
Storingen verhelpen ..............................................37
Wat gedaan als . . . ...............................................37
Het programma start niet. ...........................................37
Het wasprogramma werd afgebroken en er wordt een fout gemeld. ..........38
Het wasprogramma verloopt normaal hoewel er een storing wordt gemeld. ....39
Algemene problemen met de wasautomaat .............................40
Een niet-bevredigend wasresultaat ....................................41
De deur gaat niet via de toets Deur open ...............................42
De toesteldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomonderbreking ........43
Inhoud
4
Technische dienst ................................................45
Herstellingen...................................................45
Het programma updaten (moderniseren).............................45
Garantie: voorwaarden en duur ....................................45
Opstellen en aansluiten............................................46
Vooraanzicht .....................................................46
Achteraanzicht....................................................47
Plaats van opstelling ...............................................48
De machine opstellen ............................................48
De transportbeveiliging wegnemen....................................48
De transportbeveiliging weer monteren ................................50
De wasautomaat gelijk zetten ........................................51
De voetjes uitdraaien en met de contramoeren vastzetten ...............51
Inbouwen onder een doorlopend werkblad ...........................52
Was- en droogzuil...............................................52
Het Miele-lekbeveiligingssysteem .....................................53
Watertoevoer .....................................................54
Waterafvoer ......................................................55
Elektrische aansluiting ..............................................56
Verbruiksgegevens ...............................................57
Opmerking met het oog op vergelijkende tests: .......................57
Technische gegevens .............................................58
Programmeerfuncties .............................................60
Extra water .......................................................60
Behoedzame modus ...............................................61
Afkoelfunctie voor Wit/Bont ..........................................62
Geheugenfunctie ..................................................63
Inweektijd........................................................64
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................65
CareCollection ....................................................65
Inhoud
5
Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids
-
voorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers ech
-
ter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u uw wasautomaat in gebruik
neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid,
het gebruik en het onderhoud van uw wasautomaat. Dat is vei
-
liger voor uzelf en u vermijdt schade aan uw wasautomaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed en geef ze door aan wie het
toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
~
Deze wasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden en
in gelijkaardige omgevingen.
~
De wasautomaat is niet geschikt voor gebruik in open lucht.
~
Gebruik de wasautomaat uitsluitend in huishoudelijke toepas-
singen en enkel om textiel te wassen waarvan de fabrikant op het
wasetiket heeft aangegeven dat het machinaal mag worden gewas-
sen.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver
-
antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge
-
bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
~
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om de wasautomaat veilig te bedienen, mogen deze wasautomaat
alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk
iemand gebruiken.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
6
Kinderen in het huishouden
~
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasautomaat alleen zonder
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau
-
tomaat zodanig is toegelicht dat ze de wasautomaat veilig kunnen
bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele
risico's van een foutieve hantering kunnen herkennen en begrijpen.
~
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de wasau
-
tomaat te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden
gehouden.
~
Hou kinderen die in de buurt van de wasautomaat komen in het
oog. Laat kinderen nooit met de wasautomaat spelen.
~
Denk eraan dat de ronde glazen deur heet wordt als u met hoge
temperaturen wast.
Verbied dus kleine kinderen het glas tijdens de wasbeurt aan te ra-
ken.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
7
Technische veiligheid
~
Vóórdat de wasautomaat wordt opgesteld, controleert u of het
toestel zichtbaar beschadigd is.
Een beschadigde wasautomaat mag u niet opstellen en in gebruik
nemen.
~
Op het typeplaatje van de wasautomaat vindt u gegevens in ver
-
band met de aansluiting van uw toestel (zekering, spanning en fre
-
quentie). Alvorens u de wasautomaat aansluit, vergelijkt u deze ge
-
gevens met die van uw elektrische installatie. Vraag eventueel uitleg
aan een elektricien als u niet zeker bent.
~
De elektrische veiligheid van deze wasautomaat wordt enkel ge-
waarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat
volgens de voorschriften werd geïnstalleerd.
Het is heel belangrijk dat aan deze fundamentele veiligheidsvoor-
waarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie door een
vakman of vakvrouw te laten nakijken.
Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd
veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon
ontbrak.
~
Gebruik om veiligheidsredenen geen verlengsnoer. Gebruik van
een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee
op brand.
~
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele Miele
-
vervangstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen
aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
8
~
Door ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen er onvoorziene
risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan de fabrikant niet
aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mag u uitsluitend laten uit
-
voeren door vakmensen die door Miele erkend zijn.
~
Is het aansluitsnoer beschadigd, laat het dan vervangen door
een vakman die door Miele erkend is. Zo vermijdt u risico's voor wie
het toestel gebruikt.
~
Bij storingen of bij een reinigings- en onderhoudsbeurt is de was
-
automaat alleen dan van het elektriciteitsnet losgekoppeld in de vol
-
gende gevallen:
de stekker van de wasautomaat is uit het stopcontact getrokken,
of
de zekering op uw elektrische installatie is uitgeschakeld, of
de schroefzekering op uw elektrische installatie is helemaal uitge-
draaid.
~
Sluit uw wasautomaat enkel met een nieuwe toevoerslang en de
vereiste toebehoren aan op de waterleiding. Gebruik oude slangen,
bv. van het vorige toestel, niet opnieuw.
~
Deze wasautomaat mag niet gebruikt worden op een
beweegbare plaats (bv.schip).
~
Geen veranderingen aan de wasautomaten doen, die niet uit
-
drukkelijk door Miele toegelaten zijn.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
9
Efficiënt gebruik
~
Stel uw wasautomaat niet op in een vertrek waar het kan vriezen.
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De
betrouwbaarheid van de elektronische elementen kan door tempera
-
turen onder het vriespunt in het gedrang komen.
~
Verwijder de transportbeveiliging op de achterzijde voor u uw
toestel in gebruik neemt. Zie rubriek "Opstellen en aansluiten", alinea
"Transportbeveiliging verwijderen". Als die beveiliging niet verwij
-
derd is, kan die tijdens het centrifugeren schade toebrengen aan
het toestel. Ook aan meubelen of apparaten ernaast kan er schade
optreden.
~
Doe de waterkraan dicht bij langere afwezigheid (bijv. vakantie).
Vooral wanneer er zich vlakbij het toestel geen afvoer in de vloer be-
vindt.
~
Overstromingsgevaar!
Voor u de afvoerslang in een spoelbak hangt, dient u te controleren
of het water vlot genoeg wegvloeit.
Maak de waterafvoerslang vast opdat ze niet zou wegglijden! Door
de terugstoot van het wegvloeiende water kan de slang anders uit
de spoelbak worden geslingerd.
~
Let erop dat er geen voorwerpen zoals spijkers, naalden,
geldstukken of paperclips worden meegewassen. Deze voorwerpen
kunnen schade toebrengen aan onderdelen van het toestel, bijv.
aan kuip of trommel. Deze beschadigde onderdelen kunnen op hun
beurt uw was beschadigen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
10
~
Als u het wasmiddel juist doseert, hoeft u uw toestel niet te ont
-
kalken. Is uw toestel zo erg verkalkt dat het moet worden ontkalkt,
gebruik dan speciaal ontkalkingmiddel met corrosiebescherming.
Dit middel kunt u bij uw Miele-handelaar of de Technische Dienst
van Miele verkrijgen. Volg de gebruiksaanwijzing van het
ontkalkingmiddel strikt op.
~
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen be
-
handeld is, moet voordat het in de was- en droogautomaat wordt
gewassen, grondig in zuiver water worden uitgespoeld.
~
Gebruik in dit toestel nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddel
(bijv. wasbenzine) bevatten. Er kan namelijk schade optreden aan
sommige onderdelen van het toestel. Er kunnen ook giftige dampen
ontstaan. Bovendien bestaat er bij deze middelen brand- en ontplof-
fingsgevaar.
~
Gebruik in dit toestel nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddel
(bijv. wasbenzine) bevatten. Die kunnen schade toebrengen aan
vochtige kunststof oppervlakken.
~
Kleurmiddelen dienen voor gebruik in wasautomaten geschikt te
zijn. Ze mogen enkel in beperkte mate - zoals voor een huishouden -
worden gebruikt. Volg de gebruiksaanwijzing van de fabrikant strikt
op.
~
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn zwavelhoudende verbin
-
dingen corrosie tot stand brengen. U mag geen ontkleuringsmiddel
in uw wasautomaat gebruiken.
Als er wasmiddel in uw ogen terechtkomt, spoel ze dan met zuiver
lauwwarm water uit. Bij inslikken, direct een arts raadplegen. Perso
-
nen met gekwetste of gevoelige huid moeten elk contact met het
wasmiddel mijden.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
11
Toebehoren
~
Toebehoren mag enkel worden ingebouwd indien dat door Miele
is goedgekeurd.
Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan ver
-
valt elke waarborg of productaansprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat
deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
12
Bedieningspaneel
a Display
meer informatie op de volgende
bladzijde.
b Toets Start
start het wasprogramma
c Toetsen voor de bijkomende func-
ties
om de bijkomende functies te kiezen
Met de bovenste toets kunt u tussen
de bijkomende functies Kort, Voor-
was, Inweken kiezen.
Met de onderste toets kunt u de bij
-
komende functie Extra water kiezen.
Verklikkerlichtje aan = gekozen
Verklikkerlichtje uit = niet gekozen
d Verklikkerlichtjes voor het centri
-
fugeertoerental
e Toets centrifugeren
om het centrifugeertoerental te wijzi
-
gen of om spoelstop of zonder cen
-
trifugeren te kiezen
f Programmakiezer
om een basiswasprogramma en de
daarbijbehorende temperatuur te
kiezen. Deze knop kunt u zowel naar
rechts als naar links draaien.
g Aanduiding programmaverloop
informeert tijdens het wasprogramma
over de programmafase die bereikt
is.
h Verklikkerlichtjes voor service en
storingen
i Toets _
in-/uitschakelen of programma on
-
derbreken
j Toets Deur
opent de vuldeur
Bediening
13
Display
Het display toont:
de programmaduur (aanduiding rest
-
tijd)
de programmeerfuncties
De wasduur
Na de start van het programma wordt
de waarschijnlijke programmaduur in
uren en minuten aangegeven.
Tijdens de eerste 10 minuten berekent
de wasautomaat de hoeveelheid was
-
goed en de mate waarin dat water op-
neemt. Daardoor kan de programma-
duur verkorten of verlengen.
Programmeerfuncties
Met de programmeerfuncties kunt u de
wasautomaat aan uw eigen behoeften
aanpassen. In de programmeerstatus
wordt de gekozen functie op het dis
-
play weergegeven.
Bediening
14
Laat het toestel voor de eerste was
-
beurt degelijk opstellen en aan
-
sluiten. Hou daarbij rekening met de
rubriek "Opstellen en aansluiten".
Bij deze wasautomaat werd een vol
-
ledige functietest doorgevoerd, waar
-
door er zich nog water in de trommel
kan bevinden.
Uit veiligheidsoverwegingen kan u het
toestel niet laten centrifugeren voordat
het voor het eerst in bedrijf werd ge
-
steld. Om het centrifugeren te laten
werken dient u eerst een wasprogram-
ma zonder wasgoed
en zonder was-
middel te laten uitvoeren.
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er
overdreven schuim worden gevormd!
Meteen wordt dan ook het kogelventiel
in de waterafvoer geactiveerd. Dit ven-
tiel zorgt ervoor dat het wasmiddel vol-
ledig wordt benut.
^
Draai de waterkraan open.
^
Druk de toets _ in.
^
Draai de programmakiezer op
Bont 60°C.
^
Druk op de toets Start.
Na afloop van dit programma is de in
-
bedrijfstelling afgesloten.
Het toestel in bedrijf stellen
15
Stroom- en waterverbruik
Benut de maximumlading die bij elk
wasprogramma wordt opgegeven.
Dan zijn het stroom- en waterver
-
bruik, in verhouding tot de totale hoe
-
veelheid wasgoed, het geringst.
Gebruik de programma's Automatic
en Express voor kleinere hoeveelhe
-
den wasgoed.
Bij een kleine lading in het program
-
ma Wit/Bont vermindert de wasauto
-
maat automatisch het water, de tijd
en de energie die nodig zijn. Het kan
dus gebeuren dat de aangeduide
programmaduur in de loop van een
wasprogramma wordt aangepast.
Gebruik in plaats van het programma
Wit/bont 95°C het programma Wit/
bont 60°C. Zo spaart u tussen 35 à
45 % stroom. Voor het meeste vuil is
dit programma ruim voldoende. Bij
hardnekkig of ouder vuil gebruikt u
de bijkomende functie Inweken.
Maak gebruik van de bijkomende
functie Inweken in plaats van Voor
-
was. Tijdens het inweken en de daar
-
opvolgende hoofdwas wordt dan het
-
zelfde sop gebruikt.
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
-
middel als op de verpakking staat
aangegeven.
Gebruik bij kleinere ladingen minder
wasmiddel (ca.
1
/
3
minder wasmiddel
bij een halve lading).
De juiste bijkomende functie kiezen
(Kort, Inweken, Voorwas)
Kies voor:
lichtjes vuil wasgoed
zonder zichtba
-
re vlekken een wasprogramma met
de bijkomende functie Kort.
normaal tot sterk vervuild wasgoed
met zichtbare vlekken een waspro-
gramma zonder bijkomende functie.
heel sterk vervuild wasgoed
een
wasprogramma met de bijkomende
functie Inweken.
wasgoed met een grote hoeveelheid
vuil (bijv. stof, zand) de bijkomende
functie Voorwas.
Tip voor het aansluitende machinale
drogen
Kies het hoogst mogelijke centrifu
-
geertoerental dat het wasprogramma te
bieden heeft. Zo spaart u achteraf
stroom bij het drogen in een trommel
-
droger.
Milieuvriendelijk wassen
16
Korte handleiding
De zinnen met de getallen (A, B,
C,...)kanualsbeknopte handleiding
gebruiken.
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Metalen voorwerpen als spijkers,
geldstukken, papierklemmen kun-
nen het wasgoed en onderdelen van
de machine beschadigen.
De vlekken vooraf behandelen
^
Verwijder eventuele vlekken uit het
textiel voor u het wast. Doe dat bij
voorkeur terwijl de vlekken nog vers
zijn. Dop de vlekken weg met een
doekje dat geen kleur afgeeft. Niet
wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie
-
ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met
een truukje wegkrijgen.
,
Bij de behandeling van textiel
met een schoonmaakmiddel op ba
-
sis van oplosmiddel (schoonmaak
-
benzine) zie erop toe dat er geen
kunststof in contact komt met het
schoonmaakmiddel.
,
Gebruik nooit synthetische reini
-
gingsmiddelen (die oplosmiddel
bevatten) in uw wasautomaat!
Het wasgoed sorteren
^ Sorteer het textiel volgens de kleur en
de symbolen op het onderhoudseti-
ket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de
eerste wasbeurten kleur te verliezen.
Om geen wasgoed te laten verkleuren,
wast u licht en donker textiel het best
apart.
Algemene tips
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en
de loden band afnemen. U kan de
gordijnen ook in een zak steken.
Bij bh's: geloste bh-beugels vast
-
naaien of verwijderen.
Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts
en sweaters: binnenstebuiten keren
zo de fabrikant dat aanbeveelt.
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
voor het wassen dicht.
Knoop kussens en slopen dicht. Zo
komen er geen kleine spulletjes in te
-
recht.
Was in deze machine nooit textiel met
de aanduiding niet wasbaar (onder
-
houdssymbool h).
Zo wast u juist
17
B De wasautomaat inschakelen
C De wasautomaat laden
^
Open de vuldeur met de toets Deur.
^
Leg de was opengevouwen en losjes
in de trommel. Door textiel van ver
-
schillend formaat in de trommel te
stoppen, verbetert het waseffect en
raakt de was tijdens het centrifugeren
beter verdeeld.
Bij de maximumlading zijn het stroom-
en waterverbruik het laagst in verhou
-
ding tot de totale lading. Als u te veel
wasgoed laadt, vermindert het wasre
-
sultaat en komen er meer kreuken in de
was voor.
Let erop dat er geen wasgoed tus-
sen de deur en de dichtingring ge-
klemd zit.
^
Doe de vuldeur met een lichte zwaai
dicht.
D Programma kiezen
^ Draai de programmakiezer op het
gewenste programma.
Op het display staat de waarschijnlijke
programmaduur.
Zo wast u juist
18
E Een bijkomende functie selecteren
Met de bovenste toets kiest u de bijko
-
mende functies in de onderstaande
volgorde: Kort of Voorwas of Inweken of
geen keuze.
Met de onderste toets kiest u de bijko
-
mende functie Extra water.
^ Kies de gewenste bijkomende func-
tie.
Niet bij elk wasprogramma kunt u alle
bijkomende functies kiezen.
Kunt u een bepaalde bijkomende
functie niet kiezen, dan is dat voor dit
wasprogramma niet toegelaten.
F Een centrifugeertoerental kiezen
^
Druk zo vaak op de toets "Centrifuge
-
ren" tot het verklikkerlichtje van het
gewenste toerental aangaat.
Zo wast u juist
19
G Het wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren,
want . . .
. . . gebruikt u te weinig wasmiddel, dan
wordt het wasgoed niet proper en na
verloop van tijd ook grauw en hard.
vormen er zich vetluizen op het was
-
goed
hecht er zich kalk op de verwar
-
mingselementen
. . . gebruikt u te veel wasmiddel,
dan wordt er te veel schuim gevormd
wat het effect van de wasbewe-
gingen verzwakt. De was-, spoel- en
centrifugeerresultaten gaan dan ook
achteruit.
dan stijgt het waterverbruik. Wegens
het vele schuim wordt er immers au-
tomatisch een bijkomende spoel-
beurt ingelast.
dan wordt het milieu zwaarder belast
^
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
Giet het wasmiddel in de vakjes:
i
Wasmiddel voor de voorwas
(opsplitsing van de totaal aanbevo-
len hoeveelheid wasmiddel:
1
/
3
in
vakje i en
2
/
3
in vakje j)
j
Wasmiddel voor de hoofdwas alsook
voor het inweken
§
Wasverzachter, vormspoeler of vloei
-
baar stijfsel
^
Sluit de wasmiddellade.
Meer details over wasmiddelen en de
dosering ervan vindt u in de rubriek
"Wasmiddel".
Zo wast u juist
20
H Een programma starten
^
Druk op de knipperende toets Start.
De waarschijnlijke programmaduur ver
-
schijnt op het display. Tijdens de eerste
10 minuten berekent de wasautomaat
hoeveel water het wasgoed kan opne
-
men. Daardoor kan de programmaduur
verkorten of verlengen.
I Het wasgoed uit de trommel ne
-
men
Het verklikkerlichtje Kreukbescherming/
einde signaleert het programma-einde.
^ Open de vuldeur met de toets Deur.
^ Neem het wasgoed uit de trommel.
Vergeet geen stukken wasgoed in
de trommel! Dat kan bij de daarop-
volgende wasbeurt krimpen of ander
wasgoed verkleuren.
^
Zie na of er niets in de dichtingring
achtergebleven is.
^ Druk op de toets _ en laat hem uit-
springen. Draai de programmakiezer
daarna op Einde.
^ Sluit de vuldeur. Anders bestaat het
risico dat er onverhoeds voorwerpen
in de trommel terechtkomen. Die kun-
nen dan per vergissing mee worden
gewassen en het wasgoed bescha-
digen.
Zo wast u juist
21
Loading...
+ 47 hidden pages