Miele T 8323 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing droogautomaat met luchtafvoer T 8323
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u dit toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw eigen veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 07 135 840
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut. Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio­neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be­handeling kunnen deze stoffen schade­lijk zijn voor de gezondheid en het mi­lieu. Verwijder het afgedankte apparaat dan ook nooit met het gewone afval.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
-
of
de firma Recupel,
-
-
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
­of
uw gemeentebestuur als u uw toe
stel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
Stroom sparen
Laat het wasgoed in de wasautomaat
^
tegen het hoogste toerental centrifu geren. Zo spaart u bij het drogen ca. 30 % stroom en tijd als u bv. bij 1600 t.p.m. in de plaats van bij 800 t.p.m. laat centrifugeren.
^ Gebruik tijdens elk droogprogramma
de volledige trommellading. Zie ru­briek "Programmaoverzicht". Dan is het stroomverbruik voor de hele lading het gunstigst.
^ Zo vermijdt u dat de droogtijd node-
loos wordt verlengd en dat het stroomverbruik stijgt:
Zorg er tijdens het drogen voor dat het vertrek voldoende wordt geventileerd.
Maak absoluut na elke droogbeurt de pluizenzeef schoon.
Controleer geregeld de luchtafvoer leiding en de onderdelen ervan. Ver wijder eventueel vuil dat door plui zen is ontstaan.
^
Hoe minder bochten de luchtafvoer leiding vertoont, hoe lager de wrij vingsweerstand is bij het wegblazen van de lucht. Dit heeft een gunstig effect op de pro grammaduur en op het stroomverbruik.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
2
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Bediening van de droogautomaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bedieningspaneel .................................................10
Opmerkingen omtrent het wasgoed. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Onderhoudssymbolen op het etiket ...................................12
Droogtips .......................................................12
Zo droogt u juist. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Korte handleiding .................................................13
Extra functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Temperatuur laag .................................................16
Zoemer..........................................................16
Voorprogrammering................................................16
Programmaoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Programmaverloop wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Lopend programma................................................20
-veranderen ...................................................20
- afbreken en een nieuw programma kiezen. .........................20
- afbreken en het wasgoed uitnemen. ...............................20
Wasgoed toevoegen of uitnemen .....................................20
Resterende tijd....................................................20
Elektronische vergrendelfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Pluizenzeef schoonmaken ...........................................22
Roosterzeef schoonmaken ........................................23
De droogautomaat zelf reinigen ......................................23
Storingen verhelpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Wat gedaan als...?...............................................24
Controle- en foutmeldingen .........................................24
Overige storingen .................................................26
Het lampje vervangen ..............................................29
Technische dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Herstellingen .....................................................30
Het programma updaten (moderniseren) ...............................30
Duur en voorwaarden van de waarborg ................................30
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ..................................30
3
Inhoud
Opstellen en aansluiten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Vooraanzicht .....................................................31
Achteraanzicht....................................................32
Plaats van opstelling ...............................................32
Het toestel naar de plaats van opstelling dragen.......................32
Inbouw onder een doorlopend werkblad .............................32
Het toestel waterpas zetten .......................................33
Was- en droogzuil...............................................33
Elektrische aansluiting ..............................................34
Installatie van de luchtafvoerleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Basisvereisten ....................................................35
De totale buislengte berekenen.......................................36
Installatiemogelijkheden aan de droogautomaat .........................37
a Luchtafvoersysteem met soepele leiding .............................38
b Luchtafvoersysteem met starre buizen ..............................40
c Directe aansluiting op een muurbuis ................................41
d Gecombineerd systeem ..........................................42
Was- en droogzuil .................................................43
Verbruiksgegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Programmeerfuncties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Droogtegraadstappen toevoegen .....................................47
Het volume van de zoemer wijzigen ...................................48
Memory-functie instellen ............................................49
Verlenging van de afkoeltijd instellen ..................................50
Functie van de aanduiding Filter wijzigen ...............................51
Het akoestische signaal instellen .....................................52
Instelling van de geleidbaarheid wijzigen ..............................53
4
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Juist gebruik
Lees absoluut deze gebruiksaan
~
wijzing.
Deze droogautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor schriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toe stel en kan de gebruiker gevaar lo pen.
Lees aandachtig deze montage- en gebruiksaanwijzing voor u deze droogautomaat monteert en ge­bruikt. U vindt er belangrijke opmer­kingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het toestel. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan de droogau­tomaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Uw droogautomaat is uitsluitend be
~
stemd om in water gewassen textiel te drogen. Droog enkel wasgoed dat vol gens het onderhoudsetiket voor de droogautomaat geschikt is. Andere toe
­passingen zijn misschien gevaarlijk.
Miele is niet verantwoordelijk voor scha de die wordt veroorzaakt door een an
-
der gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
-
-
Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze droog­automaat veilig te bedienen, mogen deze droogautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een ver­antwoordelijk iemand gebruiken.
-
-
-
-
-
Kinderen in het huishouden
Let op kinderen die in de buurt van
~
de droogautomaat komen. Laat ze nooit met het toestel spelen.
Kinderen mogen de droogautomaat
~
alleen maar gebruiken wanneer hen de bediening ervan zo uitgelegd is dat ze de droogautomaat veilig kunnen be dienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kun nen beseffen.
-
-
5
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer of de droogautomaat
~
geen zichtbare schade vertoont voor dat u het opstelt. Beschadigde droogautomaten mag u nooit opstellen noch in gebruik nemen.
Vergelijk de gegevens omtrent de
~
aansluiting (smeltveiligheden, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventueel uitleg aan een elektri cien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van dit toe-
~
stel is enkel gewaarborgd zo het op een volgens de voorschriften geïnstal­leerd aardsysteem is aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze funda­mentele veiligheidsvoorwaarde is vol­daan. In geval van twijfel dient u uw in­stallatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aan­sprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aard­leiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen
~
geen verlengsnoer. Gebruik van een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.
Door ondeskundig uitgevoerde re
~
paraties kunnen er onvoorziene risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aansprakelijk worden ge steld. Reparaties mag u uitsluitend la ten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg.
-
-
-
-
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele Miele vervangstukken. Enkel daardoor bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele op het stuk van veilig heid stelt.
Is het aansluitsnoer beschadigd,
~
laat het dan vervangen door een vak man die door Miele erkend is. Zo ver mijdt u risico's voor wie het toestel ge bruikt.
Bij storingen of bij reiniging en on
~
derhoud is uw toestel pas van het stroomnet losgekoppeld indien:
– u de stekker uit het stopcontact haalt
of
– de zekering op uw elektrische instal-
latie uitgeschakeld is
– de schroefzekering op uw elektrische
installatie helemaal uitgedraaid is.
Als u de droogautomaat niet op een
~
vaste plaats installeert, bijv. op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoe ren door vakmensen. Die moeten er voor zorgen dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
Verander niets aan de droogauto
~
maat als dit niet uitdrukkelijk door Miele wordt toegelaten.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
6
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Efficiënt gebruik
Wegens brandgevaar is het dan
~
verboden textiel te drogen, als ze:
ongewassen zijn.
niet voldoende gereinigd zijn en
waarop oliehoudende, vethoudende of andere resten aanwezig zijn (bijv. wasgoed dat wordt gebruikt in de keuken of voor cosmeticatoepassingen en waarop zich olie-, vet- of crèmeresten bevin den). Als u textiel droogt dat niet vol doende gereinigd is, bestaat er ge vaar op zelfontbranding, zelfs wan­neer het droogproces beëindigd is en het wasgoed zich niet langer in de droogautomaat bevind.
– waarop brandgevaarlijke reinigings-
producten of resten van acteon, al­cohol, benzine, petroleum, vlekkenverwijderaar, terpentijn, was-en wasverwijderaar of che­mische producten (kan het geval zijn bij zwabbers, dweilen, stofdoeken) aanwezig zijn.
waarop resten van een haarverstevigingsproduct, hairspray, nagellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product voorkomen.
Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u grondig wassen: gebruik hierbij voldoende wasmiddel en selecteer een hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het verscheidene malen te wassen.
Wegens brandgevaar is het
~
verboden textiel te drogen
dat hoofdzakelijk schuimrubberen,
rubberen of rubberachtige delen be vat. Dat zijn bijvoorbeeld producten uit latexschuimrubber, douchemutsen, waterdicht textiel, gegommeerde artikelen en kledingsstukken, hoofdkussens met schuimrubbervlokken.
dat een vulling heeft en beschadigd
-
-
is (bijv. kussens of jasjes). Vulling die
­eruit valt kan brand veroorzaken.
Bij vele programma's komt na de
~
verwarmingsfase een koelfase om er zeker van te zijn dat de stukken was­goed op een temperatuur blijven waar­bij ze niet beschadigd worden ( bijv. het vermijden van zelfontbranding). Pas daarna is het programma ten einde. Het wasgoed altijd direct en volledig na einde van het programma verwijderen.
Waarschuwing: de droogautomaat
~
nooit uitschakelen voor beeindiging van het droogprogramma. Behoudens als alle stukken wasgoed onmiddellijk ver wijderd worden en zo uitgespreid dat de warmte kan afgegeven worden.
Wasverzachter of gelijkaardige
~
producten moeten zo gebruikt worden als bepaald in de gebruiksaanwijzing ervan.
-
-
-
7
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Gebruik uw droogautomaat niet zon
~
der pluizenzeef noch met een bescha digde pluizenzeef.
De pluizenzeef moet regelmatig ge
~
reinigd worden.
Gebruik uw droogautomaat nooit
~
zonder luchtafvoerleiding.
De droogautomaat niet op een
~
schouwpijp aansluiten die voor een an der toestel dient.
Stel uw droogautomaat niet op in
~
een vertrek waar het kan vriezen. Tem peraturen rond of onder het vriespunt brengen de goede werking van de droogautomaat in het gedrang. De toegelaten kamertemperatuur mag tussen +2 °C en +35 °C liggen.
Controleer geregeld alle onderdelen
~
van de luchtafvoerleiding (zoals de muurbuis, het buitenrooster, de bochten e.d.) of ze de lucht voldoende doorlaten. Het gaat hier over de muur­buis, het buitenrooster, de bochten in de leiding e.d. Er kunnen zich pluizen afzetten zodat de lucht niet feilloos wordt weggeblazen.Zo er reeds een luchtaf voerleiding voorhanden en in gebruik is, dient u die te controleren voor u die op de droogautomaat aansluit.
-
-
-
-
-
-
Er bestaat verstikkings- en
~
vergiftigingsgevaar door het terugzuigen van uitlaatgassen zo er gasboilers, gasverwarmers, kolenka chels met schouwaansluiting e.d. in hetzelfde of aangrenzende vertrek geïnstalleerd zijn en de onderdruk 4 Pa of meer bedraagt. Onderdruk kunt u vermijden door het vertrek voldoende te ventileren, bv. door
niet-afsluitbare ventilatieopeningen in
de buitenmuur of
vensterschakelaars. waardoor u de
droogautomaat enkel kan inscha­kelen als u het venster opendoet.
De gevaarloze werking en het voor­komen van een druk van 4 Pa of meer, moet u in elk geval laten bevestigen door een erkende schoorsteenveger.
Hou het vertrek waar de droogauto-
~
maat opgesteld is steeds vrij van stof en pluizen. Vuildeeltjes in de aangezogen koellucht kunnen zorgen voor verstoppingen.
-
Wees er zeker van dat deze schouw
~
voor geen ander doel wordt gebruikt, bijv. als schouw voor rook of uitlaatgassen of voor de ventilatie van vertrekken met verwarmingstoestellen! Anders bestaat er gevaar dat er rook en uitlaatgas wordt teruggezogen.
8
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Leun niet op de toesteldeur. Anders
~
gaat het toestel kantelen.
Sluit de deur na elk gebruik. Zo
~
voorkomt u dat
kinderen in het toestel proberen te
kruipen of er voorwerpen in verstop pen.
er kleine dieren in de trommel krui
pen.
De droogautomaat niet nat
~
afspuiten.
accessoires
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk-
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemon­teerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op garantie en/of productaan­sprakelijkheid.
-
-
Miele is niet aansprakelijk voor scha de die ontstaan is doordat deze vei ligheidsrichtlijnen niet in acht wer den genomen.
-
-
-
9
Bediening van de droogautomaat
Bedieningspaneel
a Toets Temperatuur laag
Delicaat wasgoed wordt bij lage tem­peratuur gedroogd.
b Toets voor droogtegraden
De controlelampjes geven de geko­zen droogtegraad aan.
c Display
d Toets Voorprogrammering
Deze toets heeft een dubbele func tie:
- Duur van de Luchten-programma's kiezen
- Voorprogrammeringstijd kiezen
e Toets Zoemer
Het einde van het programma wordt akoestisch aangegeven.
f Controle-/storingslampje
Beschrijving: zie rubriek "Storingen verhelpen" / "Technische Dienst".
g Toets Start/Stop
Hiermee wordt het gekozen pro­gramma gestart of een gestart pro­gramma afgebroken. De toets knippert bij het kiezen van een programma en gaat aan na de
-
start van het programma.
h Programmakiezer
De controlelampjes geven het geko zen programma aan.
i Toets Deur
Hiermee kunt u de toesteldeur op elk willekeurig moment openen. De stroom hoeft niet ingeschakeld te zijn.
j Toets I-aan/0-uit
Hiermee wordt de droogautomaat in­en uitgeschakeld.
-
10
Bediening van de droogautomaat
Display
Op het display worden de volgende functies geselecteerd:
Voorprogrammering
Duur van het luchtprogramma
Programmeerfuncties
Bovendien wordt op het display de vol gende informatie weergegeven:
Duur van het programma
De programmatoestanden
Drogen Koude lucht Einde
– Controle- en foutmeldingen
Programmaduur / Schatting resteren­de tijd
Bij het kiezen van een programma wordt de vermoedelijke duur op het dis­play weergegeven. Dit is een schatting van de resterende tijd.
Het is mogelijk dat die vermoedelijke duur telkens weer verschilt wegens de volgende factoren: het resterende vocht na het centrifugeren, de textiel soort, de hoeveelheid wasgoed, de ka mertemperatuur of spanningsschommelingen in het stroomnet.
-
De programma's Finish Wol en Ont kreuken kunnen te vroeg ten einde lo pen wanneer een bepaalde tempera tuur bereikt is. Dat kan het geval zijn bij heel fijne weefsels, een zeer kleine la ding of indien er even tevoren nog werd gedroogd.
Voorprogrammering
­De geselecteerde voorprogrammeringstijd wordt weerge geven.
Na de start van het programma wordt de voorprogrammeringstijd afgeteld.
Wanneer de voorprogrammeringstijd verstreken is, start het programma. Op het display verschijnt de vermoedelijke duur van het programma.
Programmeerfuncties
Met de programmeerfuncties kunt u de droogautomaat aan uw eigen behoef­ten aanpassen. Tijdens het program­meren geeft het display de gekozen functie weer.
-
-
-
-
-
-
Daarom past de elektronische bestu ring zich bij elke lading wasgoed tel kens opnieuw aan. Zo wordt de reste rende tijd steeds nauwkeuriger aange duid. Tijdens het drogen wordt de res terende tijd voortdurend gecontroleerd. Daardoor kan de tijdsaanduiding op het display soms verspringen.
-
-
-
-
-
11
Opmerkingen omtrent het wasgoed
Onderhoudssymbolen op het etiket
Zie goed na welk droogsymbool er op het etiket van het textiel staat voordat u gaat drogen:
q = Drogen met normale temperatuur r = Drogen met lage temperatuur s= niet machinaal drogen
Droogtips
Hou steeds rekening met de maxi
mumlading die in de rubriek "Pro grammaoverzicht" wordt opgegeven.
Door de machine te ver te vullen, wordt het wasgoed niet zo behoed­zaam behandeld. Het droogresultaat komt dan eveneens in het gedrang. Er kunnen ook meer kreuken optre­den.
– Stop geen drijfnat wasgoed in de
trommel! Laat het wasgoed na het wassen minstens 30 seconden cen­trifugeren.
Droog delicaat wasgoed derhoudssymbool r met Tempera tuur laag.
Gemengde lading uit katoen, bont wasgoed, kreukherstellend textiel droogt u in het programma Automatic.
Maak jasjes open tig drogen.
Wol en gemengde weefsels die wol bevatten, vertonen de neiging te vilten of te krimpen. U kunt ze enkel drogen in het speciale programma Finish wol.
, zodat ze gelijkma
met het on
-
-
-
Met dons gevuld textiel: naargelang
van de kwaliteit neigt het fijne weef sel binnenin te krimpen. Behandel dit textiel enkel in het programma Ont kreuken.
Zuiver linnen weefsel
kel machinaal als de fabrikant dit in het onderhoudsetiket vermeldt. An ders kan het weefsel "ruig" worden. Behandel dit textiel enkel in het pro gramma Ontkreuken.
Gebreide textielsoorten (bijv. t-shirts,
ondergoed) neigen bij de eerste wasbeurt te krimpen. Daarom: het textiel niet te lang laten drogen. Daarmee vermijdt u dat het verder krimpt. Koop gebreid textiel eventu­eel een of twee maten groter.
– Hoe meer kreukherstellend
u in de trommel doet, hoe groter de kans op kreuken voor heel delicaat weefsel, bijv. over­hemden en bloezen.
In extreme gevallen de belading ver-
minderen door ze in kleinere hoe
-
veelheden op te delen.
Gesteven wasgoed automaat worden gedroogd. Om het gewone glanseffect te verkrijgen, dient u wel de dosis stijfsel te ver dubbelen.
Nieuw donker textiel
­eerste droogbeurt afzonderlijk
grondig wassen en mag u niet sa men met licht gekleurd wasgoed la ten drogen. Anders loopt u het risico dat de kleur afgeeft (ook op kunststof onderdelen in de droogautomaat). Er kunnen zich ook pluizen van een an dere kleur afzetten op het textiel.
. Dit geldt vooral
: droog dit en
wasgoed
-
kan in de droog
-
moet u voor de
-
-
-
-
-
-
-
-
-
12
Zo droogt u juist
Korte handleiding
De zinnen met een getal (A, B, C ...) kan u gebruiken als een handleiding.
A De was voorbereiden
Maak het gewassen textiel luchtig en sorteer het volgens... . . . gewenste droogtegraad, . . . vezel- en weefselsoort, . . . gelijk formaat, . . . dezelfde restvochtigheid na het
centrifugeren. Zo verkrijgt u een gelijkmatig droogre sultaat.
Verwijder wasmiddelkorfjes, do-
,
seerbekers e.d. uit het wasgoed. Deze objecten kunnen tijdens het drogen smelten en schade teweeg­brengen aan toestel en wasgoed.
– Controleer zomen en naden, zodat er
geen voering kan uitvallen.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht. Zo komen er geen kleinere stukken wasgoed in terecht.
-
C De droogautomaat laden
Druk op toets Deur om de toesteldeur
^
te openen.
Leg het wasgoed losjes in de trom
^
mel.
Hou rekening met de maximumla ding in de rubriek "Programmaover zicht". Bij een overladen trommel wordt het wasgoed niet zo behoedzaam be handeld en komt het droogresultaat in het gedrang.
^ Kijk na of de pluizenzeef goed inge-
schoven zit voor u de deur sluit.
-
-
-
-
Doe ritsen, haken en ogen dicht.
Knoop rok-, broeksriemen en schort banden samen.
Geloste bh-beugels kan u vastnaaien of verwijderen.
B De droogautomaat inschakelen
^
Druk toets I-aan/0-uit in.
U kan het toestel ook na het laden in schakelen. Dan wordt de trommel even wel niet verlicht (stroombesparing).
-
-
Laat bij het sluiten geen stukken wasgoed tussen de deur geklemd raken. Anders loopt het textiel scha de op.
^
Zwaai de toesteldeur zachtjes dicht. U kan ze ook laten aanleunen en
­dichtdrukken.
-
13
Zo droogt u juist
D Een programma kiezen
Kies het gewenste programma.
^
Het controlelampje van het gekozen programma gaat branden. Daarnaast kunnen ook de controle­lampjes van de droogtegraden of de extra functies branden en kunnen tijdsaanduidingen worden weergege­ven.
Programma's Witte/Bonte was, Kreukherstellend, Synthetisch, Auto­matic, Overhemden, Jeans, Outdoor
In het programma Witte/Bonte was hebt u toegang tot alle droogtegraden; in de overige programma's is de keuze be perkt.
Opmerking: de duur die u op het dis play vindt, is bij elke nieuwe program makeuze anders (schatting resterende tijd).
De Finish- en Strijken-programma's kunnen niet worden gewijzigd.
Luchten--programma's
Het controlelampje van de toets Voor programmering knippert wanneer u Koude lucht of Warme lucht kiest.
^ Druk zo vaak op de toets Voorpro-
grammering tot de gewenste tijd op
het display wordt weergegeven.
U kunt kiezen in stappen van 10 minu­ten, van 20 minuten tot 2:00 uur.
E Extra functies / voorprogramme-
ring kiezen
^
De volgende functies kunnen worden gekozen door op de toets te drukken:
Temperatuur laag, Zoemer, Voorpro grammering (zie rubriek Extra func
ties / Voorprogrammering). De Kreukbeveiliging (zie volgende pagina) is constant ingeschakeld.
-
-
-
-
-
-
^
Druk zo vaak op de toets voor de droogtegraad tot het gewenste con trolelampje aangaat.
14
Let wel: De functie Voorprogrammering kan niet worden gecombineerd met de programma's Warme lucht, Koude lucht.
-
Zo droogt u juist
F Een programma starten
Tijdens de programmakeuze knippert de toets Start/Stop. Het knipperen van het lampje betekent dat u een program ma kunt starten.
Druk op de toets Start/Stop.
^
De toets Start/Stop gaat aan.
Op het display wordt Drogen weerge geven en de resterende tijd wordt afge teld.
Vóór het einde van het programma
Op de verwarmingsfase volgt een koelfase (Koude lucht wordt weergege­ven op het display). Het programma is pas ten einde na afloop van de afkoel­fase. Er is geen afkoelfase in de Finish- en Strijken-programma's.
-
G. Einde van het programma - het
wasgoed uit het toestel halen
0 en Einde op het display duiden erop dat het programma ten einde is. De
­zoemer gaat (indien ingesteld).
De trommel draait met tussenpozen als u de was er niet meteen uit haalt (Kreukbeveiliging). Zo worden kreu ken vermeden.
-
Duur: 1 u. (niet bij Finish-programma's).
Druk op de toets Deur.
^
Doe de toesteldeur open.
^
^ Neem het wasgoed uit de trommel.
Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Achtergebleven was­goed kan schade oplopen doordat dit overmatig droogt.
Als de droogautomaat ingeschakeld is en de toesteldeur open staat, gaat de trommelverlichting na enkele minuten uit (stroombesparing).
-
^
Druk op de toets I-aan/0-uit om het toestel uit te schakelen.
^
Maak de pluizenfilter schoon.
^
Sluit de deur.
15
Extra functies
Temperatuur laag
Delicaat wasgoed (met het onder houdssymbool r) wordt bij een lage re temperatuur gedroogd.
Voor al uw delicaat of kreukherstel
lend wasgoed met het onderhouds symbool r (bijv. wasgoed uit acryl).
Verlengde programmaduur.
In sommige programma's is Tempe
ratuur laag een vast onderdeel en kan die functie niet worden uitge schakeld.
-
-
Zoemer
Wanneer het programma afgelopen is, weerklinkt een geluidssignaal (maximum 1 uur met tussenpozen).
Het constante waarschuwingssignaal bij foutmeldingen werkt onafhankelijk van de instelling (aan of uit) van de zoemer.
U kunt kiezen:
tot I0^ in stappen van 30 minuten meer dan I0^ in stappen van een uur
-
-
-
-
Door de toets Voorprogrammering in
gedrukt te houden, telt de tijd auto matisch op tot maximum 24^.
Voorprogrammering starten
Druk op de toets Start/Stop.
^
Het controlelampje Voorprogramme
ring brandt.
Het voorprogrammering telt in stappen van 1 minuut af tot aan de programma start:
– meer dan I0^ in hele uren
– minder dan I0^ in minuten
De trommel draait na elk uur gedurende korte tijd (om kreuken te voorkomen).
Terwijl het Voorprogrammering wordt afgeteld, kunt u nog wasgoed bijvoegen:
^
Schakel de droogautomaat uit.
-
-
-
-
Voorprogrammering
U kunt de start van het programma tot 24 uur (24^) vooraf programme ren.
Nadat u een programma heeft geko zen:
^
Druk zo vaak op de toets Voorpro grammering tot de gewenste tijd in
het display verschijnt.
Het controlelampje Voorprogramme ring knippert.
16
^
Open de deur en leg het wasgoed erbij.
^
-
-
-
Sluit de deur en schakel de droogau tomaat in.
Voorprogrammering wissen/wijzigen
^
Druk op de toets Start/Stop.
Het voorprogrammering is gewist.
^
Druk zo vaak op de toets Voorpro grammering tot de gewenste tijd in
het display verschijnt.
-
^
Druk op de toets Start/Stop.
Het voorprogrammering begint op nieuw.
-
-
-
Programmaoverzicht
Witte/Bonte was Lading: 6 kg*
Extra droog, Kastdroog**
Textiel Textiel met een laag of verschillende lagen uit katoen.
Bijv. badhanddoeken, badjassen, T-shirts, ondergoed, bed dengoed, babywasgoed.
Opmerking
Temperatuur laag Voor delicaat wasgoed met onderhoudssymbool r.
Strijkdroog **, Mangeldroog
Textiel Katoen of linnen. Bijv. tafellakens, beddengoed, gesteven
Opmerking – Het te strijken wasgoed in afwachting oprollen om het
Temperatuur laag Voor delicaat wasgoed met onderhoudssymbool r.
Kreukherstellend Lading: 3 kg*
Extra droog, Kastdroog**, Strijkdroog
Textiel Kreukherstellend textiel van synthetisch of gemengd weefsel
Opmerking
Temperatuur laag Voor delicaat wasgoed met onderhoudssymbool r.
Fijne was Lading: 2 kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Textiel Delicaat wasgoed van synthetische vezels, gemengde weef
Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld.
* Gewicht van droog wasgoed ** Opmerking voor testinstellingen: Programma-instelling voor tests volgens
de norm EN 61121 (zonder Temperatuur laag)
Extra droog voor verschillende, meerlagige en zeer dikke
textielsoorten. Breigoed bijv. t-shirts, ondergoed, babywasgoed niet Ex
tra droog laten drogen - er is krimprisico.
wasgoed.
vochtig te houden.
of katoen. Bijv. truien, jurken, broeken, jasschorten, tafella­kens.
Voor zeer kreukvrij drogen Strijkdroog kiezen en de lading beperken tot 1,5 kg*.
Het wasgoed wordt met het programma Strijkdroog, naargelang van de soort en de lading, vrijwel kreukvrij ge droogd.
sels, kunstzijde of katoen met kreukherstellende eigenschap pen, bijv. hemden, bloezen, ondergoed, wasgoed met bedrukking.
-
-
-
-
-
17
Loading...
+ 39 hidden pages