Gebruiksaanwijzing en
opstellingsinstructies
Professionele mangel
PRI318
PRI418
PRI421
Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voordat u
het apparaat plaatst, installeert en in gebruik
neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
schade aan het apparaat.
nl-NL
M.-Nr. 11 445 640
Page 2
2
Page 3
Inhoud
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.......................................................................5
Verantwoord gebruik ............................................................................................................. 5
Veiligheidsmaatregelen bij gaslucht ................................................................................ 5
Technische en elektrische veiligheid .................................................................................... 6
Gebruik van het apparaat...................................................................................................... 6
Gebruik van accessoires ...................................................................................................... 7
Uitgangspunten voor het werken met muldenmangels ....................................................... 7
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................................9
Beschrijving van het apparaat..........................................................................................10
Lees daarom de gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u de mangel in gebruik
neemt. De gebruiksaanwijzing bevat belangrijke instructies met betrekking tot de inbouw, de veiligheid, het gebruik en het onderhoud.
Lees de gebruiksaanwijzing. Dit is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan de mangel.
Als andere personen worden geïnstrueerd om het apparaat te bedienen, moeten zij beslist op de hoogte zijn van deze veiligheidsinstructies en/of in kennis worden gesteld.
Wanneer de veiligheidsrichtlijnen en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele
niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende
eigenaar.
Verantwoord gebruik
De mangel moet volgens de gebruiksaanwijzing worden gebruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet regelmatig worden gecontroleerd.
Deze mangel mag uitsluitend worden gebruikt voor het strijken van schoon met water
gewassen textiel, dat met dit apparaat mag worden gestreken volgens het symbool in het
wasvoorschrift.
Dit apparaat is bedoeld voor professioneel gebruik. De mangel is niet bedoeld voor
huishoudelijk gebruik. Als de mangel in een openbare ruimte wordt gebruikt, dient de exploitant ervoor te zorgen dat er geen gevaar voor de gebruiker kan ontstaan.
Met gas verwarmde mangels zijn niet bedoeld voor gebruik in een openbaar toegankelijke
ruimte.
De mangel mag niet buiten worden gebruikt.
Deze mangel is niet bestemd voor gebruik in ruimtes met explosiegevaar.
Veiligheidsmaatregelen bij gaslucht
Deze voorzorgsmaatregelen zijn alleen geldig in combinatie met door gas verwarmde
mangels.
– Open vuur onmiddellijk blussen en sigaretten uit.
– Voer geen handelingen uit die elektrische vonken produceren: gebruik geen lichtschake-
laars, apparaatschakelaars of deurbellen meer. Trek geen stekker uit de contactdoos.
Gebruik geen telefoon of mobiele telefoon.
– Open direct alle ramen en deuren en zorg voor tocht.
– Sluit de gaskraan van de gasleidingen.
– Betreed ruimtes waarin een gaslucht hangt nooit met het licht aan.
– Steek geen lucifer of aansteker aan.
– Neem contact op met het verantwoordelijke gasbedrijf.
5
Page 6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische en elektrische veiligheid
Plaats de mangel niet in één ruimte met reinigingsautomaten waarin oplosmiddelen wor-
den gebruikt die PER of CFK's bevatten.
De mangel mag alleen in droge ruimtes worden gebruikt.
Gebruik de mangel alleen wanneer alle afneembare delen van de ommanteling zijn ge-
monteerd. Onderdelen die draaien, onder stroom staan of heet worden, zijn dan niet toegankelijk.
De veiligheidsvoorzieningen en de bedieningselementen van de mangel mogen niet wor-
den beschadigd of verwijderd.
Voer geen aanpassingen aan de mangel uit die niet uitdrukkelijk door Miele zijn toege-
staan.
Als bij de mangel bedieningselementen of kabelisolaties beschadigd zijn, mogen deze
niet worden gebruikt voordat ze zijn gerepareerd.
Reparatiewerkzaamheden mogen alleen door een vakman worden uitgevoerd. Ondes-
kundig uitgevoerde reparaties kunnen een groot gevaar opleveren voor de gebruiker.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen worden vervangen.
Alleen van originele onderdelen garandeert Miele dat deze aan de veiligheidseisen voldoen
die Miele aan de mangel stelt.
De elektrische veiligheid van deze mangel is uitsluitend gegarandeerd als deze wordt
aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Het is belangrijk dat wordt nagegaan of aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat in geval van twijfel de gebouwinstallatie door een vakman inspecteren.
Miele kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door een
ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Er staat alleen dan geen spanning op de mangel als de hoofdschakelaar of de zekering
van de installatie (ter plaatse) is uitgeschakeld.
Afhankelijk van het type textiel en de restvocht kan er tijdens het proces in zeldzame ge-
vallen een tekort aan elektrostatische lading bij de mangel optreden.
Gebruik van het apparaat
De mangel mag niet onbeheerd worden gebruikt.
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid, hun onervarenheid of
gebrek aan kennis van de mangel niet in staat zijn om deze veilig te bedienen, mogen de
mangel alleen gebruiken als ze onder toezicht staan. Ze mogen de mangel alleen dan zonder toezicht gebruiken, als ze instructies hebben gekregen over het gebruik en de risico's
van het gebruik en deze begrijpen.
Houd kinderen in de gaten wanneer deze zich in de buurt van de mangel bevinden. Laat
kinderen nooit met de mangel spelen.
Als de mulde verwarmd is en tegen de strijlrol staat, kunt u zich aan de rand branden
wanneer u de mulde aan de zijde van de wasuitloop aanraakt.
6
Page 7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Stel geen hogere mangeltemperatuur in dan aangegeven op het wasetiket van het te
wassen wasgoed. Als de mangeltemperatuur te hoog is ingesteld, kan het wasgoed ontbranden.
Als u geen dubbellaags wasgoed heeft, grijp dan niet tussen de lagen om het wasgoed
uit te rekken. Het risico bestaat dat u uw handen niet op tijd van de hete mulde kunt trekken. Dit geldt ook voor het reiken in zakken waarvan de open zijden naar de hete mulde
zijn gericht.
De flexibele geleiding van het wasgoed kan alleen vanaf de voorkant van het apparaat
zo ingesteld worden dat het wasgoed aan de achterkant kan worden verwijderd (optie).
Voer geen wasgoed met franje, dunne bandjes of draden in als u mangelt met singelin-
voer. Het risico bestaat dat dit textiel leidt tot het onjuist functioneren van de singelinvoer.
Raak de gebieden tussen de zijstaander en de strijkrol niet aan tijdens het mangelpro-
ces. Het gevaar bestaat dat uw handen klem komen te zitten door de draaiende strijkrol.
Zorg ervoor dat u voldoende verlichting heeft als u de mangel gebruikt.
Als de mangel niet wordt gebruikt, moet deze worden uitgeschakeld.
Houd het werkgebied van de mangel vrij van rondslingerende voorwerpen.
Zorg ervoor dat een brandblusser zich in de directe omgeving bevindt en op elk moment
gereed is voor gebruik. Als de mangeltemperatuur te hoog is en er ongeschikt of niet in
water gereinigd wasgoed wordt gebruikt, bestaat er brandgevaar.
De installatie en montage van deze mangel op niet-stationaire plekken (bijv. op schepen)
mag alleen worden uitgevoerd door gespecialiseerde bedrijven/vakmannen als de voorwaarden voor een veilig gebruik van de mangel zijn gewaarborgd.
De landelijke veiligheidsvoorschriften, normen en veiligheidsbepalingen moeten in acht
worden genomen.
Gebruik van accessoires
Accessoires mogen alleen worden ingebouwd als deze nadrukkelijk door Miele zijn vrij-
gegeven. Als andere onderdelen worden aan- of ingebouwd, vervalt de aansprakelijkheid
van Miele op basis van garantie en/of productaansprakelijkheid.
Uitgangspunten voor het werken met muldenmangels
Laat alleen betrouwbare personen, ouder dan 16 jaar, die volledig vertrouwd zijn met de
mangel, bij het invoerblad werken.
Draag altijd nauw aansluitende kleding als u met de mangel werkt. Losse kledingstukken
(bijv. wijde mouwen, bandjes van schorten, dassen en sjaals) kunnen door de strijkrol van
de mangel gegrepen worden.
Doe ringen en armbanden af voordat u met de mangel gaat werken.
Strijk vouwen altijd zo ver mogelijk van de invoerplaats op het invoerblad glad. Voer kus-
sens en overtrekken met de open kant in. Houd de hoeken niet aan de binnenkant vast en
pak hemden en schorten niet bij de bandjes vast.
7
Page 8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Controleer dagelijks de veiligheidsvoorzieningen. Alleen als deze correct werken, kunt u
de mangel in gebruik nemen. Zo weet u zeker dat ernstige verwondingen, kneuzingen of
brandwonden voorkomen worden.
Controleer voordat u de strijkrol terug laat lopen of er niemand daardoor gevaar loopt.
Als andere personen worden geïnstrueerd om het apparaat te bedienen, moeten zij beslist op de hoogte zijn van deze veiligheidsinstructies.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende
eigenaar van het apparaat.
8
Page 9
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is
uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er
minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking in het algemeen terug.
Het afdanken van een apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal waardevolle materialen. Ze
bevatten ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de apparaten
goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone huisafval
doet of er niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid
en het milieu. Doe uw oude apparaat daarom nooit bij het gewone afval.
Lever het apparaat in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische
apparatuur, bij uw vakhandelaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het
wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te danken apparaat. Bewaar het afgedankte apparaat buiten het bereik van kinderen.
9
Page 10
Beschrijving van het apparaat
1
2
3
4
5
6
7
8
5
9
10
11
Overzicht
a
Bedieningspaneel (touchscreen)
b
Vingerbeveiliging
c
Strijkrol met mangeldoek
d
Uitvoertafel
e
Noodstopschakelaar
(voor op de linkerzijstaander en achter op
de rechterzijstaander)
f
Invoerblad
(afhankelijk van de variant met of zonder
singelinvoer)
g
Wasgoedbak
Voor het voorbereiden en voorsorteren
van het wasgoed.
h
Voetpedaal “FlexControl“
i
Verlenging voor de uitvoertafel
(optioneel)
j
Wasafwerpstrook
k
Gasbranderlicht (alleen bij door gas verwarmde mangels)
Brandt wanneer de gasbrander actief is.
10
Page 11
Beschrijving van het apparaat
Touchscreen
U kunt de toetsen in het touchscreen activeren door ze aan te tippen. Onder de gekozen
toets verschijnt een streep.
Displayweergave in de keuzemodus voor de mangeltemperatuur
a
Toets
Schakelt de mangel in of uit.
b
Toets
Pauzeert het mangelproces.
c
Toets
Start het mangelproces wanneer de ingestelde mangeltemperatuur is bereikt. De
toets knippert als het mangelproces kan
worden gestart.
d
Toets
Keuzemodus voor de mangeltemperatuur.
e
Temperatuurkeuzetoets
Perlon/Kunstzijde.
f
Temperatuurkeuzetoets
Zijde/Wol.
g
Temperatuurkeuzetoets
Katoen/Linnen.
h
Toets
Verhoogt de mangeltemperatuur.
i
Toets
Verlaagt de mangeltemperatuur.
j
Toets
Favoriet programma
k
Toets *
Toets voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. U kunt deze functie activeren of deactiveren door deze toets minstens 3seconden ingedrukt te houden.
*verschijnt wel of niet, afhankelijk van het
machinetype
l
Toets
Toets voor het reinigen en met was behandelen van de mulde. U kunt deze
functie activeren of deactiveren door deze
toets minstens 3seconden ingedrukt te
houden.
11
Page 12
Beschrijving van het apparaat
Displayweergave in de keuzemodus voor het toerental van de strijkrol
a
Toets
Schakelt de mangel in of uit.
b
Toets
Pauzeert het mangelproces.
c
Toets
Start het mangelproces wanneer de inge-
stelde mangeltemperatuur is bereikt. De
toets knippert als het mangelproces kan
worden gestart.
d
Toets.
Schakelt naar de keuzemodus voor het
toerental van de strijkrol
e
Toets toerental
Laag toerental
f
Toets toerental
Gemiddeld toerental
g
Toets toerental
Hoog toerental
h
Toets
Verhoogt het toerental
i
Toets
Verlaagt het toerental
j
Toets
Favoriet programma
k
Toets *
Toets voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. U kunt deze functie activeren of deactiveren door deze toets minstens 3seconden ingedrukt te houden.
*verschijnt wel of niet, afhankelijk van het
machinetype
l
Toets
Toets voor het reinigen en met was behandelen van de mulde. U kunt deze
functie activeren of deactiveren door deze
toets minstens 3seconden ingedrukt te
houden.
12
Page 13
Symbolen in het display
Beschrijving van het apparaat
1
Vingerbeveiliging inschakelen
2
De huidige muldetemperatuur is lager dan
de gekozen gewenste temperatuur. De
muldetemperatuur wordt verhoogd.
3
Serviceweergave Reinigen en met was
behandelen (zie hoofdstuk “Reiniging en
onderhoud”)
4
De huidige muldetemperatuur is hoger
dan de gekozen gewenste temperatuur.
De muldetemperatuur wordt verlaagd.
5
Storing
6
of
Tijdens de wasinvoer aan één zijde aan de
linker () of rechter () mangelzijde (zie
hoofdstuk “Was invoeren”).
7
Voorprogrammering en temperatuurweergave in °C/°F
8
Voorprogrammering en toerentalweergave
9
//
Toerental strijkrol
10
Muntautomaatbedrijf (zie hoofdstuk
“Mangelen met muntautomaat”)
11
°C/°F
Weergave van de mangeltemperatuur in
°C of °F. Kan door de MieleService
worden gewijzigd.
13
Page 14
Beschrijving van het apparaat
Vingerbeveiliging
De vingerbeveiliging is een veiligheidsvoorziening die dagelijks moet worden getest voordat u met het apparaat gaat werken.
Pas op! U kunt zich verwonden als de vingerbeveiliging niet werkt.
Als de vingerbeveiliging niet werkt, kan dat ernstig letsel veroorzaken.
Schakel de mangel direct uit.
Neem onmiddellijk contact op met Miele.
Zorg ervoor, dat de mangel niet door andere personen wordt gebruikt en waarschuw ie-
dereen.
De mangel schakelt na het inschakelen pas naar de normale bedrijfsmodus als de vingerbeveiliging na inschakeling van de mangel correct is geactiveerd. Is dat niet gebeurd, dan
wordt de mangel na korte tijd weer uitgeschakeld.
Displaysymbool “Vingerbeveiliging”
Druk bij het knipperen van het displaysymbool een keer licht op de onderkant van de
vingerbeveiliging.
Als uw vingers tussen strijkrol en vingerbeveiliging komen, stopt de mangel meteen en beweegt de mulde van de strijkrol af. Waarschuwingssymbool brandt dan continu. Door
op de toets te drukken, kunt u de mangel weer inschakelen.
Gebruik de vingerbeveiliging tijdens het mangelen niet expres om het mangelen te onderbreken.
Druk op de toets als u het mangelproces wilt onderbreken.
14
Page 15
Beschrijving van het apparaat
Noodstopschakelaar
Met de noodstopschakelaar kan de gebruiker de mangel bij gevaar of om gevaarlijke situaties te voorkomen snel in een veilige toestand brengen.
De mangel beschikt in totaal over 2noodstopschakelaars: 1x op de voorzijde van de linkerzijstaander en 1x op de achterkant van de rechterzijstaander.
Noodstopschakelaar op de zijstaander
Door het drukken op de noodstopschakelaar wordt de strijkrol direct stopgezet en de mulde van de strijkrol afgereden. In het display verschijnt de melding .
Een ingedrukte noodstopschakelaar wordt weer ontgrendeld door de schakelaar rechtsom
te draaien.
Gebruik de noodstopschakelaar niet om de mangel normaal uit te schakelen.
De noodstopschakelaars zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik in geval van gevaar.
15
Page 16
Eerste ingebruikneming
Reinigen en met was behandelen voor de eerste ingebruikneming
Voordat u de mangel gaat gebruiken, dient u beslist eerst de mulde te reinigen en met
was te behandelen (zie hoofdstuk “Reiniging en onderhoud”, paragraaf “Mulde reinigen”
en paragraaf “Mulde met was behandelen”).
Reinig de mulde door de reinigingsdoek meerdere keren geplaatst over de hele breedte
van de strijkrol door de mangel te laten lopen.
Behandel vervolgens de gereinigde mulde met was. Gebruik hiervoor de meegeleverde
mangelwasdoek en geschikte mangelwas. Wees zuinig met de mangelwas, anders wordt
de mangeldoek te glad.
16
Page 17
Wasgoed voorbereiden
Alleen geschikt wasgoed mangelen
In principe mag alleen schoon en met water gewassen wasgoed worden gemangeld. Controleer voor het mangelen of het wasgoed geschikt is voor het mangelproces. Geschikt
wasgoed wordt gemarkeerd met het juiste wassymbool op het etiket (, of ).
Restvocht
Wasgoed met 25–50% restvocht is optimaal voor het mangelen en geeft een goed resultaat. De vezels in de stof zwellen op door het restvocht en kunnen daardoor beter worden
gladgestreken.
De ideale hoeveelheid restvocht hangt af van de samenstelling van het textiel.
Als het wasgoed in het laatste reinigingsproces met warm water wordt gespoeld, is het
wasgoed nog warm en heeft het een lager restvochtgehalte. Het wasgoed dat met warm
water gespoeld is, heeft daardoor een kortere verwerkingstijd en lager energieverbruik.
Was sorteren
Sorteer het wasgoed voordat u begint te mangelen op soort en weefsel. Lees daarvoor
het wasetiket. Wij adviseren het wasgoed als volgt te sorteren:
VezelsoortSymboolTemperatuur
Perlon, nylon enz.100–110°C
vervolgens
Wol, zijde111–150°C
en daarna
katoen, linnen151–185°C
Mangel het wasgoed altijd volgens het wasetiket.
Gesteven was moet altijd als laatste worden gemangeld.
Stijfselresten, die op de mulde zijn achtergebleven, kunnen een negatief effect hebben
op het mangelen van het andere wasgoed.
17
Page 18
Bediening van de mangel
Het apparaat gebruiksklaar maken
Schakel de hoofdschakelaar voor de stroomvoorziening in.
Druk op de toets om de mangel in te schakelen.
Het rode waarschuwingssymbool knippert.
Druk nu licht op de onderkant van de vingerbeveiliging.
De mangel schakelt nu over naar de normale bedrijfsmodus.
U kunt de mangel alleen dan gebruiken, als de vingerbeveiliging correct wordt aangeraakt. Is dat niet gebeurd, dan wordt de mangel na korte tijd weer uitgeschakeld.
Het rode waarschuwingssymbool verschijnt en het apparaat wordt warm.
Gevaar voor verbranding bij het aanraken van de verwarmde mulde.
Als de mulde verwarmd is, kunt u zich aan de rand branden. Een sticker op de mulde
waarschuwt daarvoor.
Raak de hete rand van de mulde niet aan.
Wacht tot de ingestelde temperatuur is bereikt.
Toets begint te knipperen zodra de minimale temperatuur bereikt is.
Het apparaat is bedrijfsklaar als de ingestelde temperatuur is bereikt en waarschuwingssymbool niet meer brandt.
Druk nu op de knipperende toets om het apparaat te starten.
De mangel is nu klaar voor gebruik.
Mangelen
Bij het mangelen wordt het wasgoed via het invoerblad in de mangel geleid. De gemangelde was wordt er aan de andere kant weer uitgehaald. De wasafwerpers verwijderen het
wasgoed na het mangelen van de strijkrol. Vervolgens kan het wasgoed op de uitvoertafel
worden samengevoegd.
Verbrandingsgevaar door te heet wasgoed en hete uitloopranden van de mulde.
Tijdens het gebruik van de mangel wordt de mulde erg heet. Gemangeld wasgoed kan
erg heet zijn als het uit de mulde komt.
Pak het gemangelde wasgoed steeds voorzichtig beet.
Raak de uitloopranden van de mulde niet aan.
Mangeltemperatuur
U kiest de mangeltemperatuur die bij het te strijken textiel hoort.
TextielsoortSymboolTemperatuurIngestelde waarde
Perlon/Kunstzijde
Zijde/Wol
Katoen/Linnen
18
100–110°C110°C
111–150°C125°C
151–185°C180°C
Page 19
Bediening van de mangel
Temperatuurkeuzetoetsen
De muldetemperatuur kan met de temperatuurkeuzetoetsen (//) of met de toetsen
en – worden ingesteld.
Als u van een hogere mangeltemperatuur naar een lagere schakelt, moet de mulde eerst
afkoelen. In dat geval wordt de verwarming van de mangel uitgeschakeld. Daarbij geeft het
rode waarschuwingssymbool aan dat de actuele temperatuur van de mulde nog te
hoog is. Zodra waarschuwingssymbool dooft, is de gekozen temperatuur bereikt.
Mangeltemperatuur instellen
Tip op het bedieningspaneel toets aan om in de keuzemodus voor de mangeltem-
peratuur te komen.
Onder toets verschijnt een streep.
Tip nu een van de drie temperatuurkeuzetoetsen aan.
(bijv. toets )
Onder de gekozen toets verschijnt een streep en de mulde wordt tot de bijbehorende temperatuur verwarmd of afgekoeld.
Waarde van een temperatuurkeuzetoets wijzigen
Tip de temperatuurkeuzetoets aan waarvan u de waarde wilt wijzigen.
Onder de toets verschijnt een streep en de actuele temperatuurwaarde van de toets wordt
aangegeven.
Tip toets of – aan totdat de temperatuur is bereikt die u op de keuzetoets wilt op-
slaan.
Houd daarna de gekozen temperatuurtoets, waar de streep onder staat, vast totdat deze
een keer knippert.
De nieuwe waarde is nu op de temperatuurkeuzetoets opgeslagen.
Mangelsnelheid
MangeltypeSymboolToerental
laag toerental1,5–2,42,0
PRI318:
PRI418/421:
gemiddeld toerental2,5–3,43,0
hoog toerental3,5–4,64,0
laag toerental1,5–2,92,0
gemiddeld toerental3,0–3,93,5
hoog toerental4,0–5,44,5
m
/
min
Ingestelde waar-
de
19
Page 20
Bediening van de mangel
Toerentalkeuzetoetsen
U kunt het toerental van de strijkrol via de toerentalkeuzetoetsen (//) of de toetsen/– instellen.
Mangelsnelheid instellen
Tip toets . aan, om in de keuzemodus voor het toerental van de strijkrol te komen.
Onder de toets verschijnt een streep.
Tip nu een van de drie keuzetoetsen aan.
(bijv. toets)
Onder de gekozen toets verschijnt een streep en de mangelsnelheid bij deze toets wordt
overgenomen.
Waarde van een toerentalkeuzetoets wijzigen
Tip de toerentalkeuzetoets aan, waarvan u de waarde wilt wijzigen.
Onder de gekozen toets verschijnt een streep en de actuele waarde van deze toets wordt
aangegeven.
Tip toets of – totdat het toerental bereikt is dat u op de toerentalkeuzetoets wilt op-
slaan.
Houd de toerentalkeuzetoets vast totdat deze een keer knippert.
Het nieuwe toerental is nu op de keuzetoets opgeslagen.
Favoriete programma's opslaan en oproepen
De volgende stappen beschrijven hoe u de meest gebruikte combinaties van mangeltemperatuur en het toerental van de strijkrol met de toets kunt opslaan en oproepen.
Favoriete programma's opslaan
Stel eerst de gewenste mangeltemperatuur en het gewenste toerental van de strijkrol in
(zie hoofdstuk “Bediening van de mangel”, paragraaf “Mangelen”).
Houd nu de toets ingedrukt totdat de toets één keer knippert.
De ingestelde combinatie van mangeltemperatuur en toerental van de strijkrol is nu onder
de toets opgeslagen.
Favoriete programma's oproepen
Druk nu kort op de toets om de functie Favoriete programma's op te roepen.
De onder de toets opgeslagen combinatie van mangeltemperatuur en toerental van de
strijkrol wordt nu door de mangel toegepast.
20
Page 21
Bediening van de mangel
Favoriete programma's verlaten
Druk nu kort op de toets om de functie Favoriete programma's weer te verlaten.
De eerder ingestelde mangeltemperatuur en het toerental van de strijkrol worden opgeroepen.
Wasgoed invoeren
Druk op de toets om het mangelen te starten.
De mulde beweegt naar de strijkrol en deze begint te draaien.
Pas op voor beschadiging door verkeerde wasinvoer.
Als wasgoed met knopen verkeerd in de mangel wordt ingevoerd, kunnen de knopen als
ze in de mulde lopen kapot gaan of worden losgetrokken.
Leg het wasgoed met knopen zo dat de knopen naar de strijkrol toe in de mangel liggen,
zodat de knopen zich bij het mangelen in de mangeldoek van de strijkrol drukken.
Leg om de mulde te beschermen voordat u gaat mangelen een doek over ritsen, meta-
len knopen en haakjes.
Mangel geen metalen en kunststof gespen of heel dikke knopen (bijv. kogelknopen).
Leg het wasgoed parallel aan de strijkrol op het invoerblad.
Strijk het wasgoed glad.
Laat het wasgoed gelijkmatig in de mangel lopen.
Laat klein wasgoed niet alleen aan een kant in de mangel lopen.
Als het wasgoed aan een kant wordt ingevoerd, wordt de warmte slechts aan een kant
afgenomen en wordt de rolbewikkeling maar aan een kant gebruikt. Als u continu aan
een en dezelfde kant wasgoed invoert, wordt dit door een geluidssignaal en het rode
waarschuwingssymbool of aangegeven.
Gebruik indien mogelijk de hele breedte van de strijkrol en verdeel klein wasgoed gelijkmatig over het invoerblad.
Aannemen van wasgoed
Verbrandingsgevaar door hete uitloopranden van de mulde.
Tijdens het gebruik van de mangel wordt de mulde erg heet. Gemangeld wasgoed kan
erg warm zijn als het uit de mulde komt.
Pak het gemangelde wasgoed steeds voorzichtig beet.
Raak de uitloopranden van de mulde niet aan.
Door de afwerpveren op de wasafwerpstrook wordt het gemangelde wasgoed gescheiden
van de strijkrol. Vervolgens kan het wasgoed worden aangenomen.
Brandgevaar door zelfontbrandend wasgoed.
Heet wasgoed kan vanzelf ontbranden en zo brand veroorzaken.
Laat het gemangelde wasgoed beslist voldoende afkoelen voordat u het verpakt of sta-
pelt.
Als een afwerpveer van zijn positie komt, moet de mangel worden uitgeschakeld. Vervolgens moet de afwerpveer met de hand weer in de oorspronkelijke stand van de wasafwerpstrook worden gebracht.
21
Page 22
Bediening van de mangel
Beknellingsgevaar door wasafwerpstrook.
Bij het omkeren van de wasafwerpstrook bestaat het risico dat lichaamsdelen bekneld
raken.
Controleer voordat u de wasafwerpstrook omkeert of het gebied tussen de wasafwerp-
strook en de zijstaander vrij is.
Keer de wasafwerpstrook steeds voorzichtig om.
Mangelen pauzeren
Druk op de toets om het mangelproces te onderbreken en naar de pauzestand te wis-
selen.
In de pauzestand stopt de strijkrol en gaat de mulde omhoog. De verwarming van de mangel blijft aanvankelijk ingeschakeld. De mangel blijft in de pauzestand klaar voor gebruik.
Druk op de toets om weer door te gaan met mangelen.
Ecomodus
Als u het apparaat gedurende een ingestelde tijd niet heeft gebruikt (fabrieksinstelling
=10minuten), wordt de temperatuur verlaagd naar een waarde van 50–70°C (fabrieksinstelling=60°C). De waarden moeten door een Miele-technicus op het serviceniveau worden ingesteld.
Stand-bymodus
Als u de mangel gedurende een ingestelde tijd niet heeft gebruikt, kan de mangel naar de
stand-bymodus wisselen. In de stand-bymodus gaat de mulde omhoog en blijft de strijkrol
stilstaan. De mangelverwarming wordt daarbij ook uitgeschakeld.
Door op de toets te drukken, kunt u de mangel weer inschakelen.
De stand-bymodus is standaard uitgeschakeld. De MieleService kan de stand-bymodus
in het serviceniveau activeren. Het moment wanneer de mangel naar stand-by schakelt,
kan worden ingesteld op 1 tot 30minuten.
Voetpedaal “FlexControl“
Met de vrij te plaatsen voetpedaal kunt u de strijkrol voor korte tijd stoppen. Zo kunt u invoerfouten gemakkelijk voorkomen.
Voetpedaal gebruiken
Druk tijdens het mangelen met uw voet op het voetpedaal om de strijkrol te stoppen.
De strijkrol stopt. De mulde blijft daarbij omhoog staan.
Neem uw voet weer van het voetpedaal om door te gaan met mangelen.
De strijkrol gaat weer draaien. Het mangelen wordt voortgezet.
Mangelen beëindigen
Laat de strijkrol na het mangelen nog ca. 10minuten draaien met een minimale tempera-
tuur zonder wasgoed in te voeren, om de bewikkeling volledig te laten drogen.
Schakel het apparaat uit door op toets te drukken.
De mulde gaat omhoog en de ventilator draait nog 10minuten door om de mangel af te
koelen. Daarbij knippert de toets .
22
Page 23
Bediening van de mangel
Schakel de hoofdschakelaar ter plaatse uit.
Gebruik zonder wasgoed vermijden
Als u het mangelen een tijdje onderbreekt, dient u op toets voor de pauzestand te drukken of op toets om de mangel uit te schakelen. Zo voorkomt u dat het apparaat onnodig gebruikt wordt (zonder wasgoed) en ontlast u de mangeldoek en de aandrijving aanzienlijk.
Als de mangel gedurende langere tijd zonder wasgoed wordt gebruikt, kan de levensduur van de bewikkeling duidelijk verkorten.
Doorgaan met mangelen na een stroomstoring
Druk na een stroomstoring op de toets.
De mangel wordt weer ingeschakeld.
Schakel de vingerbeveiliging in.
Druk op de toets
Het mangelen kan nu worden voortgezet.
Storingsmeldingen
Bij een storing wordt het mangelen onderbroken en de toets knippert. In het display
wordt de storingscode van vier cijfers weergegeven (bijv. ). U kunt de storing bevestigen door op de knipperende toets te drukken (de storing wordt in het storingsgeheugen
opgeslagen). De toets knippert en het mangelen kan opnieuw worden gestart.
Als de foutmelding opnieuw verschijnt, herhaalt u het proces of schakelt u de mangel uit
en weer in. Neem contact op met Miele als het probleem niet is verholpen.
Neem bij storingen contact op met Miele.
23
Page 24
Reiniging en onderhoud
Mulde reinigen
Een regelmatige reiniging en regelmatig onderhoud van de mulde zijn dringend noodzakelijk voor het beschermen van de rolaandrijving en de bewikkeling. Lees de tips in de Mielemangelpraktijk. De mulde moet na elke reiniging met was worden behandeld. Doet u dit
niet dan kan dit de levensduur van de mulde aanzienlijk verkorten.
De mulde van deze mangel is van aluminium.
Gebruik bij aluminium mulden geen grove schuurmiddelen of reinigingsdoeken met
schuurpapier om de mulde te reinigen.
Gebruik de Miele-reinigingsset. Deze bevat een reinigingsdoek, een mangelwasdoek en
mangelwas. Deze accessoires kunnen worden bijbesteld.
In de mulde kan zich aanslag (bijv. stijfsel- en wasmiddelresten) afzetten. Reinig de mulde
daarom voordat u ermee gaat werken of vaker, afhankelijk van de mate van vervuiling.
Als het rode waarschuwingssymbool gaat branden, betekent dat dat de mulde in de
reinigingsmodus gereinigd en met was behandeld moet worden (fabrieksmatig=na
80bedrijfsuren). Bij de eerste ingebruikneming kan het tijdsinterval naar wens worden
aangepast of uitgeschakeld door de MieleService.
Reinigingsprogramma starten
Houd de toets langer dan 3seconden ingedrukt.
De mangel bevindt zich nu in het reinigingsprogramma. In het display verschijnt 80°C.
Als de temperatuur op dat moment hoger is dan 80°C, verschijnt het symbool en
wordt de mangel afgekoeld.
Het reinigen kan worden gestart wanneer de toets knippert.
Druk op de knipperende toets om het reinigingsprogramma te starten.
De mangel kan nu met de reinigingsdoek worden gereinigd.
Reinigingsdoek gebruiken
Reinig de mulde met de reinigingsdoek.
Omdat de reinigingsdoek smaller is dan de mulde, kunt u de mulde niet in een keer over
de hele breedte reinigen. Daarvoor moet u de doek meerdere keren door de mangel halen
en opzij verplaatsen.
Tip: U kunt korstjes van bijvoorbeeld stijfselresten losweken door eerst een in lauw water
gedoopte doek door de mangel te halen.
24
Page 25
Reiniging en onderhoud
①
②
③
1.
2.
3.
a
Zak
b
Reinigingsstrip
Leg de reinigingsdoek zo op de linkerkant van het invoerblad dat de reinigingsstrip naar
c
Katoenen strip
de mulde wijst.
Laat de reinigingsdoek gelijkmatig en recht vanaf de linkerkant van het invoerblad door
de mangel lopen totdat deze weer helemaal tevoorschijn komt.
De reinigingsstrip lost het vuil op. De zachtere katoenen strip verwijdert het vuil en polijst
de mulde.
De doek gaat van links naar rechts door de mangel
Leg de reinigingsdoek nu weer op het invoerblad, nu iets meer naar rechts. De reini-
gingsstrip moet weer naar de mulde wijzen.
Haal de reinigingsdoek opnieuw door de mangel.
Herhaal dit totdat u aan de rechterkant van het invoerblad bent gekomen en de mulde
over de hele breedte is gereinigd.
Druk voor het beëindigen van het reinigingsprogramma op de toets.
De mulde moet na elke reiniging met was worden behandeld.
U kunt nu direct naar het wasbehandelingsprogramma wisselen door te drukken op de
rechter temperatuurkeuzetoets of het reinigingsprogramma verlaten door de toets
minimaal 3seconden ingedrukt te houden.
25
Page 26
Reiniging en onderhoud
Mulde met was behandelen
Wasbehandelingsprogramma starten
Houd de toets minstens 3seconden ingedrukt en druk vervolgens op de tempera-
tuurkeuzetoets om het wasbehandelingsprogramma van de mangel te starten.
De mangel bevindt zich nu in het wasbehandelingsprogramma. In het display verschijnt
180°C.
Druk de toets in en houd vervolgens de toets minstens 3seconden ingedrukt om
het wasbehandelingsprogramma weer uit te schakelen.
Als de mangel de temperatuur van 180°C heeft bereikt, begint de toets te knipperen.
Het wasbehandelingsprogramma is nu klaar om te beginnen.
Druk op de knipperende toets om het wasbehandelingsprogramma te starten.
De mulde kan nu met de mangelwasdoek met was worden behandeld.
Als de wasbehandeling succesvol en gedurende minimaal 40seconden in het wasbehandelingsprogramma is uitgevoerd, wordt de tussentijd voor de oproep tot reiniging en behandeling met was van de mulde (= rood waarschuwingssymbool ) weer gereset.
Gebruik een mangelwasdoek en mangelwas
Strooi wat mangelwas in de zak van de mangelwasdoek.
Gebruik niet te veel mangelwas. Zo voorkomt u dat de mangeldoek, die om de strijkrol is
gewikkeld, te glad wordt.
Klap de mangelwasdoek dicht.
26
Page 27
Reiniging en onderhoud
1.
2.
3.
Start het wasbehandelingsprogramma (zie hoofdstuk “Mulde met was behandelen”, pa-
ragraaf “Wasbehandelingsprogramma starten”).
Voer nooit de mangelwasdoek met de rubber laag naar de strijkrol naar de mangel toe
in.
Voer de mangelwasdoek meerdere malen van links of rechts met de vereiste afstanden in
over de hele breedte van de mangel. Als de mangelwasdoek geen vochtige afdrukken
meer vertoont na het doorlopen van de mulde, vult u mangelwas bij.
Let er bij het mangelen met singelinvoer op dat er geen mangelwas op de invoersingel
terechtkomt.
Anders kunnen de invoersingels te glad worden en kunnen ze niet meer worden aangedreven.
Houd na de wasbehandeling de toets minimaal 3seconden ingedrukt.
De wasbehandelingsmodus wordt uitgeschakeld.
– Haal na de wasbehandeling een katoenen doek meerdere keren door de mangel om
wasresten te verwijderen.
– Om ervoor te zorgen dat de mulde glad blijft, dient u de mulde na elke werkdag met was
te behandelen.
Reinig het apparaat altijd met het reinigingsprogramma en behandel het met was in het
wasbehandelingsprogramma. Alleen dan wordt het onderhoudsinterval van de mangel
gereset. Het onderhoudsinterval wordt alleen gereset als het reinigen en met was behandelen minimaal 40seconden in de bijbehorende modus is uitgevoerd.
Bewikkelingstips
Schakel eerst de mangel uit en laat de mulde afkoelen, voordat u de mangeldoek verwijdert om deze te reinigen of om de strijkrol te vervangen.
De mangeldoek verwijderen (alleen bij staalwolbewikkeling)
Gevaar voor beschadiging door onafhankelijke verwijdering van de mangeldoek van
strijkrollen met lamellenbewikkeling
Bij onafhankelijke verwijdering of onafhankelijk terugtrekken van de mangeldoek bestaat
het gevaar dat de lamellenbewikkeling beschadigd raakt.
Bij strijkrollen met lamellenbewikkeling mag de mangeldoek uitsluitend door de
MieleService of door een geautoriseerde dealer worden verwijderd of geplaatst.
27
Page 28
Reiniging en onderhoud
Voordat u de mangeldoek kunt verwijderen, dient u de wasafwerpers die tegen de strijkrol liggen na elkaar terug te trekken.
Schakel het apparaat in met de toets.
Druk de toets langer dan 3seconden in.
De mulde beweegt van de strijkrol af en wordt in deze stand vergrendeld.
Draai door de toets - herhaaldelijk aan te tippen de strijkrol stapsgewijs terug (tiptoet-
sen).
Neem het uiteinde van de mangeldoek en leg het op het invoerblad.
Trek nu de mangeldoek terwijl de strijkrol achteruit draait volledig eraf.
Druk vervolgens de toets langer dan 3seconden in om de servicestand uit te schake-
len.
Bij het verwijderen of plaatsen van een mangeldoek kunnen restjes draadwol op het invoerblad terechtkomen. Deze moeten worden verwijderd.
De mangeldoek terugtrekken (alleen bij staalwolbewikkeling)
Schakel het apparaat in met de toets.
Kies de laagste temperatuur () en het laagste toerental ().
Leg de mangeldoek, gezien vanaf de uitvoertafel, parallel met de strijkrolas op de strijk-
rol.
Druk op de toets om de mangel te starten.
Op de bewikkelingsdiameter van de strijkrol is zichtbaar wanneer een nabewikkeling van
de strijkrol vereist is.
Een na- of nieuwe bewikkeling van de strijkrol met staalwol mag alleen door de
MieleService of een geschoolde vakman worden uitgevoerd.
Bij een nieuwe of nabewikkeling van de strijkrol moet altijd op de maximale diameter (inclusief mangeldoek) worden bewikkeld.
PRI318PRI418/421
298–303mm363–368mm
Bewikkel de strijkrol over de gehele lengte cilindrisch.
Als de rolbewikkeling wordt vervangen, moet de technicus van Miele controleren of de
koolborstels van de aandrijfmotor moeten worden vervangen.
Bewikkelingstips voor strijkrollen met staalwolbewikkeling
De staalwolbewikkeling van de strijkrol wordt met een polyester- of ARAMID-naaldgetouwvilt afgedekt. De zo bewikkelde strijkrol drukt het wasgoed tijdens het mangelproces op de
verwarmbare mulde. Door de persdruk en de hitte wordt het wasgoed gladgestreken en
gedroogd.
De staalwolbewikkeling heeft het voordeel dat deze wat opveert en zich daardoor aan diverse materiaaldiktes kan aanpassen. Bovendien is deze doordringbaar voor hitte en
vocht.
28
Page 29
Reiniging en onderhoud
De staalwolbewikkeling drukt zich in de loop van de tijd steeds meer samen, waardoor het
strijkresultaat minder wordt. Om deze reden moet de staalwolbewikkeling regelmatig worden vervangen.
Een vervanging van de rolbewikkeling mag alleen door de MieleService of geschoold
personeel van een geautoriseerde vakhandelaar worden uitgevoerd!
Bij het verwijderen of plaatsen van een mangeldoek kunnen misschien resten staalwol in
de mulde terechtkomen.
Deze resten staalwol moeten worden verwijderd.
Bewikkelingstips voor strijkrollen met lamellenbewikkeling
Bij strijkrollen met lamellenbewikkeling mag alleen wasgoed met een dikte tot 3mm worden gemangeld. Dikkere stukken wasgoed, hoge knopen, gordijnrolletjes en dergelijke
kunnen de lamellenbewikkeling beschadigen.
Wasafwerpers reinigen
De wasafwerpers moeten worden opgetild om de afwerpveren of de mangeldoek te reinigen. De wasafwerpers moeten ook worden opgetild wanneer de strijkrollen moeten worden
nabewikkeld of wanneer tijdelijk zonder een wasafwerper moet worden gemangeld.
Na een lange periode van mangelen moeten de uiteinden van de afwerpveren worden ontdaan van vuil (bijv. stijfsel, vuil, was) om een goede werking van de wasafwerper te garanderen.
Mangeldoek bij verontreiniging wassen
De mangeldoek moet bij lichte verkleuring nog niet worden gewassen. Enige gele verkleuring van de mangeldoek is normaal. Was de mangeldoek zo min mogelijk.
Neem de mangeldoek van de strijkrol.
Was de mangeldoek in een kookwasprogramma op 90–95°C in een geschikte wasma-
chine.
Gevaar voor beschadiging door de mangeldoek.
Bij het wassen van de mangeldoek in een niet-geschikte wasmachine kan de wasmachi-
ne worden beschadigd.
Was de mangeldoek indien nodig uitsluitend in een geschikte wasmachine.
Na het laatste reinigingsproces moet de mangeldoek volledig vrij van wasmiddel (alkalivrij)
zijn.
Centrifugeer de mangeldoek niet te hard om een verhoogde vouwvorming te voorkomen.
Trek de mangeldoek weer vochtig op de strijkrol.
Onderhoud bij gasverwarmde mangels
Bij gasverwarmde mangels moeten de binnenruimte, de brander en de branderruimte worden gecontroleerd en gereinigd volgens de landspecifieke voorschriften en op gezette tijden worden gecontroleerd en gereinigd door de MieleService of opgeleid gespecialiseerd
personeel.
29
Page 30
Reiniging en onderhoud
Brandgevaar door niet tijdig onderhoud.
Als gasverwarmde mangels niet op tijd worden onderhouden, kan dit storingen veroor-
zaken. Pluisafzettingen in de binnenruimte kunnen brand veroorzaken.
Laat gasverwarmde mangels altijd op tijd nakijken door de MieleService of gekwalifi-
ceerd personeel.
MieleService
Neem bij storingen contact op met de MieleService. U dient dan het model en serienummer van de mangel te noemen. Beide vindt u op het typeplaatje aan de achterkant van de
linkerzijstaander.
Typeplaatje aan de linkerzijstaander
Risico door ondeskundig uitgevoerde reparaties.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen een groot gevaar opleveren voor de ge-
bruiker.
Laat reparaties altijd door de MieleService of een door de fabrikant goedgekeurd ge-
specialiseerd bedrijf uitvoeren.
30
Page 31
Plaatsen en aansluiten
Installatievoorwaarden
Het apparaat mag alleen door Miele of door geschoold personeel van een geautoriseerde vakhandelaar worden geplaatst.
De installatie van het apparaat moet altijd volgens alle geldende voorschriften en nor-
men worden uitgevoerd.
Gebruik het apparaat alleen in een goed geventileerde, vorstvrije ruimte.
Opslag
Voor het transport en de opslag van de mangel gelden de volgende randvoorwaarden:
– Omgevingstemperatuur: -25°C tot +55°C
– Luchtvochtigheid: 5% tot 75%, niet condenserend
Voorwaarden voor het gebruik
Algemeen gelden de voorwaarden volgens DIN60204 en EN60204-1.
– Omgevingstemperatuur: +5°C tot +40°C
– Luchtvochtigheid: 10% tot 85%
– Bij een omgevingstemperatuur van +21°C is de maximaal toegestane relatieve lucht-
vochtigheid 70%.
– Maximale plaatsingshoogte boven NAP: 1000m
Plaats de mangel niet in één ruimte met reinigingsautomaten waarin oplosmiddelen
worden gebruikt die PER of CFK's bevatten.
Vrijkomende dampen kunnen door vonken in de collectormotor in zoutzuur worden omgezet, waardoor aanzienlijke schade kan ontstaan.
Zorg dat de ruimte waar de mangel staat tijdens het gebruik van de mangel voldoende
wordt geventileerd.
Opstelling
Transporteer de mangel met een pompwagen naar de plaats van opstelling. Verwijder de
transportverpakking pas direct voor de eerste ingebruikneming.
De mangel mag alleen worden getransporteerd of van het houten kader worden getild,
wanneer de afdekkingen van de zijstaanders zijn gemonteerd.
Let er bij het plaatsen op dat de vrije ruimte naast en achter de machinestaanders minimaal 600mm is, zodat de bekledingsfolie toegankelijk blijft.
De vrije ruimte voor de mangel moet minstens 1,5m bedragen om het verwarmen van externe materialen (inrichtingsvoorwerpen, wanden) te voorkomen. Boven de machine moet
de vrije ruimte minimaal 1m bedragen.
Zorg dat de mangel tijdens het transport stevig staat. De mangel mag niet zonder het
houten frame worden getransporteerd.
Voor een nieuw transport (bijv. tijdens een verhuizing) moet de mangel op het houten
frame worden getild en erop worden bevestigd.
31
Page 32
Plaatsen en aansluiten
Bevestigen
Voor deze mangel is een vloerbevestiging vereist.
Om schuiven tegen te gaan, moet u de mangel na het plaatsen met de bijgeleverde pluggen en schroeven op de vloer bevestigen.
Het meegeleverde bevestigingsmateriaal met pluggen is bedoeld voor een betonnen
vloer. Voor andere vloerconstructies moet u specifiek bevestigingsmateriaal bestellen.
Uitvoertafel monteren
1. Uitvoertafel losschroeven
Draai de schroeven aan de binnenkant van de uitvoertafel los met een 13mm sleutel.
Haal de uitvoertafel van de achterkant van de mangel.
De zijstijlen blijven vervolgens nog aan de achterkant van de zijstaanders gemonteerd.
Plaats de uitvoertafel tijdelijk op een veilige plaats. Zorg ervoor dat de uitvoertafel veilig
staat en niet kan omvallen.
32
Page 33
2. Verwijder de stijlen van de zijstaanders
Plaatsen en aansluiten
Draai de schroeven van de stijlen los.
Verwijder de stijlen van de achterkant van de zijstaanders.
Voor de montage van de uitvoertafel moeten de stijlen zijdelings omgekeerd aan de bin-
nenzijden van de zijstaanders worden vastgeschroefd.
Leg de stijl van de linkerzijstaander voor de montage op de rechterzijstaander.
Leg de stijl van de rechterzijstaander voor de montage op de linkerzijstaander.
33
Page 34
Plaatsen en aansluiten
3. Stijlen aan de binnenzijden van de zijstaanders monteren
Monteer één zijde van de stijlen aan de binnenzijde van de bijbehorende zijstaander.
Daarvoor moet de stijl van de oorspronkelijke linkerzijstaander aan de binnenzijde van de
rechterzijstaander worden vastgeschroefd. De stijl van de oorspronkelijke rechterzijstaander moet aan de binnenzijde van de linkerzijstaander worden vastgeschroefd.
Gemonteerde stijl aan de linkerzijstaander
Schroef de bovenste schroef aan de binnenzijde van de zijstaander slechts losjes vast.
De schroef steekt nu nog iets naar buiten zodat de uitvoertafel in de volgende stap op de
schroefdraad kan worden gezet.
Draai ook de iets diepere schroef los.
34
Page 35
4. Uitvoertafel plaatsen
1.
2.
Plaatsen en aansluiten
Plaats de uitvoertafel op de linkerzijstaander.
Plaats de uitvoertafel op de beide zijstaanders tussen de schroef en de binnenzijde van
de zijstaander.
35
Page 36
Plaatsen en aansluiten
Wasgoedbak monteren
1. Wasgoedbak verwijderen
Draai de schroeven met een schroevendraaier los.
Verwijder de wasgoedbak.
2. Plaats de schroeven in de zijstaander
Draai de schroeven losjes vast op de zijstaander zodat de wasgoedbak op de schroeven
kan worden geplaatst.
36
Page 37
3. Wasgoedbak plaatsen
Plaatsen en aansluiten
Plaats de wasgoedbak op de schroeven op de zijstaander.
4. Wasgoedkast vastschroeven
Schroef de wasgoedbak met de schroeven op de zijstaander vast. Draai daarbij alle
schroeven stevig vast.
37
Page 38
Plaatsen en aansluiten
5. De contactbescherming bij apparaten zonder singelinvoer vastschroeven
Haak de contactbescherming in de achterste gleuven.
Schroef de contactbescherming op de zijstaander vast.
5. De contactbescherming bij apparaten met singelinvoer vastschroeven
Haak de contactbescherming in de achterste gleuven.
Schroef de contactbescherming onder de singelinvoer vast.
38
Page 39
Plaatsen en aansluiten
Transportbeveiliging verwijderen
Voor de ingebruikneming moet de transportbeveiliging van de mulde worden verwijderd. U
verwijdert de transportbeveiliging waarbij u de gemarkeerde hoeken in beide zijstaanders
demonteert.
Transportbeveiliging in de rechter zijstaander.
Transportbeveiliging in de linker zijstaander.
Voordat de mangel opnieuw wordt vervoerd, moet de transportbeveiliging weer worden
gemonteerd.
39
Page 40
Plaatsen en aansluiten
Bewaar de transportbeveiliging in de zijstaander
De transportbeveiliging moet voor later gebruik worden bewaard. Op de bodem van de
linkerzijstaander zijn voor het bevestigen van de transportbeveiliging boorgaten aangebracht.
Bevestig de transportbeveiliging voor het bewaren in de linkerzijstaander.
Schroef de transportbeveiliging voor het bewaren op de bodem in de linkerzijstaander.
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluiting moet door een elektricien worden uitgevoerd. Deze vakman is
verantwoordelijk voor de naleving van alle geldende normen en voorschriften.
De elektrische aansluiting en het bedradingsschema bevinden zich achter de kap van de
rechterzijstaander.
De benodigde aansluitspanning, het verbruik en de richtlijn voor de externe zekering
staan op het typeplaatje van de mangel.
Als de mangel wordt aangesloten op een spanning die niet overeenkomt met de specificaties op het typeplaatje, kunnen er storingen optreden of kan de mangel defect raken.
Controleer of de spanning van het elektriciteitsnet overeenkomt met de spanning die op
het typeplaatje staat, voordat u de mangel op het elektriciteitsnet aansluit.
De elektrische installatie van de mangel voldoet aan de normen IEC61000-3-12, IEC/
EN60335-1, IEC/EN60335-2-44, ENISO10472-1 en ENISO10472-5.
Bij ongunstige netwerkvoorwaarden kan de mangel storende spanningsschommelingen
veroorzaken. Als de netimpedantie bij het aansluitpunt naar het openbare elektriciteitsnet
groter is dan 0,265Ohm, kan het nodig zijn om extra maatregelen te treffen voordat het
apparaat conform het beoogde gebruik op deze aansluiting kan worden gebruikt. Indien
nodig kan de impedantie bij uw plaatselijke energiebedrijf worden opgevraagd.
40
Page 41
Plaatsen en aansluiten
Bij een vaste aansluiting moet het apparaat ter plaatse via een schakelaar met alle polen
van de netspanning kunnen worden losgekoppeld. De contactopening in uitgeschakelde
toestand moet minimaal 3mm bedragen. Geschikte schakelaars zijn zelfuitschakelaars, zekeringen en relais (EN0660).
De stekkerverbinding of de schakelaar voor het loskoppelen van de netspanning moet altijd toegankelijk zijn.
Als de mangel van de netspanning wordt losgekoppeld, moet de werkschakelaar afsluitbaar zijn. Hierop moet op elk moment controle kunnen worden uitgeoefend.
Is volgens de voorschriften een aardlekschakelaar (RCD) vereist, dan kan een aardlekschakelaar van het typeA worden gebruikt.
Luchtafvoerleiding
De vochtige warme luchtafvoer van de mangel moet via de kortste weg naar buiten of
naar een hiervoor geschikt ontluchtingskanaal worden geleid.
De luchtafvoerleiding mag niet worden aangesloten op een schoorsteen waarop tevens
een middels gas, kolen of huisbrandolie gevoede installatie is aangesloten.
De luchtafvoerleiding voor de mangel moet gescheiden van de luchtafvoerleiding van
een droger worden geplaatst.
De luchtafvoerleiding moet op een stromingstechnisch gunstige wijze worden geplaatst
(door zo weinig mogelijk bochten, korte leidingen, correct afgewerkte en op luchtdichtheid
gecontroleerde aansluitingen en overgangen). In de luchtafvoerleiding mogen geen zeven
of jaloezieën worden ingebouwd.
Omdat de relatieve luchtvochtigheid kan oplopen tot 100%, moeten passende maatregelen worden genomen om te voorkomen dat terugstromend condensaat in de mangel terechtkomt.
Als de beschikbare druk van de machineventilator onvoldoende is om de lijnweerstand te
overwinnen, moet een overeenkomstig gedimensioneerde extra ventilator in de schacht of
op de dakafvoer worden geïnstalleerd.
Zorg ervoor dat er constant voldoende lucht naar de installatieruimte wordt geleid (bijv.
door niet af te sluiten ventilatieopeningen).
Voor de condensafvoer moet een geleide afvoeropening met een diameter van 3–5mm
worden aangebracht op het laagste punt in het geval van een naar boven leidend uitlaatkanaal.
Controleer de luchtafvoerleiding en de afvoer naar buiten op pluizen. Reinig deze indien
nodig.
Het buitenpandige uiteinde van de luchtafvoerleiding kunt u (bijvoorbeeld door een bocht
van 90° omlaag) tegen weersinvloeden beschermen.
41
Page 42
Plaatsen en aansluiten
Gasaansluiting (alleen voor gasverwarmde mangels)
De gasaansluiting mag alleen door een erkende installateur met inachtneming van de
landspecifieke voorschriften worden uitgevoerd. Ook de voorschriften van het plaatselijke gastoeleveringsbedrijf moeten in acht worden genomen.
Onderhoudswerkzaamheden mogen in principe alleen door een vakman, met inachtneming van alle geldende veiligheidsvoorschriften, worden uitgevoerd. Voordat er onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat worden uitgevoerd, dient het apparaat beslist
losgekoppeld te worden van het gasnet.
Lees voor de gasaansluiting de installatiehandleiding.
Af fabriek wordt de gasverwarming overeenkomstig de gastechnische gegevens op de
mangel (zie de sticker aan de achterkant van de machine) ingesteld.
Bij het veranderen van de gasfamilie moet een ombouwset worden aangevraagd bij de
MieleService. Houd voor dit doel de informatie over mangeltype, apparaatnummer, gasfamilie, gasgroep, gastoevoerdruk en installatieland bij de hand.
Risico door ondeskundig onderhoud.
Ondeskundig onderhoud kan veel schade en ernstig letsel veroorzaken en levensgevaar-
lijk zijn.
Voer nooit zelf reparaties uit aan gasapparaten.
Neem onmiddellijk contact op met de MieleService of een erkende dealer als u repara-
ties nodig heeft.
Bij een storing in het gassysteem verschijnt in het display de storingsmelding . Druk
op de toets om de storing te bevestigen. Het duurt dan 1minuut voordat beide automatische gasbranderregelingen worden gereset en de mangel opnieuw kan worden gestart.
Verbrandingsgasleiding
Het verbindingsstuk voor de verbrandingsgasleiding (120mm) bevindt zich aan de achterkant van de mangel naast de rechterzijstaander.
Lees de installatiehandleiding.
Zorg ervoor dat er constant voldoende lucht naar de installatieruimte wordt geleid (bijv.
door niet af te sluiten ventilatieopeningen).
42
Page 43
Plaatsen en aansluiten
Na succesvol plaatsen
Nadat de mangel succesvol is geplaatst, moeten alle gedemonteerde panelen weer worden gemonteerd.
Gevaar door blootgelegde machineonderdelen.
Onder spanning staande of bewegende machinedelen, die vrij toegankelijk zijn door ont-
brekende panelen, kunnen ernstig letsel of de dood veroorzaken
Nadat de mangel is geplaatst en aangesloten, moeten alle gedemonteerde panelen weer
worden gemonteerd.
Apparaat stellen
De mangel moet stevig en waterpas staan op alle vier de voeten om optimaal en energiezuinig te kunnen functioneren.
Stel de mangel na de plaatsing in lengte- en dwarsrichting met behulp van de verstelbare
voeten. De mangel moet waterpas en stevig tegen de muur staan.
Draai de contramoer na het stellen met de sleutel linksom vast. De voeten behouden dan
hun positie.
43
Page 44
Optionele toebehoren
Flexibele wasterugvoer
Door de flexibele wasterugvoer kan het gemangelde wasgoed van de invoerzijde worden
weggenomen. Omdat het wasgoed van de achterkant wordt verwijderd, kan de mangel
door slechts één persoon worden bediend. Mangels met wasterugvoer kunnen met de
achterkant tegen een wand worden geplaatst.
Gevaar voor verbranding door hete mulderanden.
Er is een risico op brandwonden bij het omkeren van de wasterugvoer vanaf de achter-
kant van de mangel.
Keer de wasterugvoer alleen vanaf de voorkant van de mangel om.
Let op, dat u nooit de hete rand van de mulde aanraakt.
Mangel op de wasterugvoer aanpassen
Beknellingsgevaar door de beweegbare wasterugvoer.
In de gebieden tussen de wasterugvoer en de draaiende strijkrol kunnen handen vast
komen te zitten. In de gebieden tussen de wasgeleidingsplaat en de zijstaanders kunnen
lichaamsdelen vast komen te zitten.
Pak nooit beet in het gebied tussen de opvangbak en de roterende strijkrol.
Pak niet beet in het gebied tussen de geleideplaat en de zijstaanders.
Keer de geleideplaat steeds voorzichtig om.
Pak de geleideplaat in het midden van de voorkant vast.
Trek de geleideplaat in de richting van het invoerblad.
Klap vervolgens de geleideplaat uit naar beneden in de richting van de strijkrol.
44
Page 45
Leid het wasgoed naar de achterste uitvoertafel
Klap de geleideplaat naar achter open op de uitvoertafel.
Optionele toebehoren
Schuif de wasterugvoer vanuit de invoerzijde in de richting van de uitvoertafel.
Het gemangelde wasgoed wordt nu naar de de geleideplaat omgeleid.
Verlenging voor de uitvoertafel
Door de optioneel verkrijgbare verlenging kan de wasuitvoertafel met 132mm worden verlengd.
Piekbelasting/energiebeheer
Met deze optionele ombouwset kan de mangel in een piekbelastings-/energiemanagementsysteem worden opgenomen. Als het piekbelastings-/energiemanagement actief is,
wordt de verwarming van de mangel uitgeschakeld en knipperen de lampjes of ..
Door de restwarmte in de mulde kan het mangelen worden voortgezet totdat het apparaat
naar de pauzestand () schakelt.