Miele KM 6357, KM 6358, KM 6379, KM 6386, KM 6387 assembly instructions

Gebruiks- en montagehandleiding
Inductiekookplaten KM 6357 / KM 6358 KM 6379 KM 6386 / KM 6387
Lees beslist de gebruiks- en montage­handleiding voordat u uw apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw apparaat.
nl-NL
M.-Nr. 09 496 130
Inhoud
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................4
Algemeen .......................................................13
Modellen ........................................................13
KM 6357 / KM 6358 .............................................13
KM 6379 ......................................................14
KM 6386 / KM 6387 .............................................15
Bedieningspaneel .................................................16
Kookzones .......................................................18
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu.......................21
Vóór het eerste gebruik............................................22
Eerste reiniging ...................................................22
Ingebruikneming ..................................................22
Inductie .........................................................23
Principe .........................................................23
Geluiden ........................................................24
De juiste pannen ..................................................25
Tabel vermogensstanden ..........................................26
Bediening .......................................................27
Principe van de bediening...........................................27
Kookplaat inschakelen..............................................28
Kookzone inschakelen..............................................28
Vermogensstand instellen ...........................................28
Vermogensstand wijzigen ...........................................28
PowerFlex-kookvlak ................................................29
Aankookautomaat .................................................30
Booster..........................................................32
Warmhouden .....................................................34
Uitschakelen en restwarmte-indicatie ..................................35
Tips om energie te besparen .......................................36
Timer ...........................................................37
Kookwekker ......................................................38
Kookzone automatisch uitschakelen ...................................41
Timerfuncties tegelijk gebruiken ......................................42
2
Inhoud
Beveiligingen ....................................................43
Vergrendeling instellingen / apparaat ..................................43
Stop&Go .......................................................45
Veiligheidsuitschakeling ............................................46
Oververhittingsbeveiliging ...........................................47
Reiniging en onderhoud ...........................................48
Programmering ..................................................50
Nuttige tips .....................................................53
Bij te bestellen accessoires ........................................57
Con|ctivity en Miele|home ........................................61
Kookplaat aanmelden ..............................................61
Kookplaat afmelden................................................62
Veiligheidsinstructies voor het inbouwen.............................63
Veiligheidsafstanden ..............................................64
Kookplaten met randlijst / facetrand .................................68
Aanwijzingen voor het inbouwen ......................................68
Inbouwmaten .....................................................69
KM 6357 ......................................................69
KM 6379 ......................................................70
KM 6386 ......................................................71
Inbouwen ........................................................72
Kookplaten zonder randlijst ........................................73
Inbouwmaten .....................................................73
KM 6358 ......................................................73
KM 6387 ......................................................74
Inbouwen ........................................................75
Elektrische aansluiting ............................................78
Aansluitkabel .....................................................79
Aansluitschema ...................................................80
Klantcontacten / typeplaatje / garantie ...............................81
3
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Dit apparaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadigingen tot gevolg hebben.
Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt. In de handleiding vindt u belangrijke instructies met betrekking tot inbouw, veilig heid, gebruik en onderhoud.
Als de "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
-
4
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Verantwoord gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor particulier huishoudelijk
~
gebruik (of daarmee vergelijkbaar).
Het apparaat mag niet buiten worden gebruikt.
~
Gebruik het apparaat voor het bereiden en warmhouden van ge
~
rechten. Gebruik voor andere doeleinden is niet toegestaan.
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt door personen die in
~
staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing! De personen die het apparaat bedienen, moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
-
5
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Kinderen
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu
~
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen het apparaat alleen zonder toe
~
zicht gebruiken als ze weten hoe ze het apparaat veilig moeten be dienen. De kinderen moeten zich bewust zijn van de gevaren van een foutieve bediening.
Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht reinigen.
~
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van het
~
apparaat bevinden. Laat kinderen nooit met het apparaat spelen.
Het apparaat wordt tijdens het gebruik heet en blijft dat ook nog
~
enige tijd nadat het is uitgeschakeld. Houd kinderen op een afstand, totdat het apparaat voldoende is afgekoeld en er geen verbrandingsgevaar meer bestaat.
Verstikkingsgevaar!
~
Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal over hun hoofd trek­ken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij kinderen vandaan.
-
-
-
Verbrandingsgevaar!
~
Bewaar geen voorwerpen die voor kinderen interessant zijn in kast jes boven of achter het apparaat. De kinderen klimmen anders mis schien op het apparaat.
Verbrandingsgevaar!
~
Draai de grepen van de pannen zo dat ze zich boven het werkblad bevinden, zodat kinderen de pannen niet van het apparaat kunnen trekken.
Maak gebruik van de vergrendeling, zodat kinderen het apparaat
~
niet onbedoeld kunnen inschakelen of instellingen kunnen wijzigen.
6
-
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repa
~
ratiewerkzaamheden kunnen grote risico’s voor de gebruiker ont staan. Laat installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden uitsluitend door vakmensen uitvoeren die door Miele zijn geautoriseerd.
Een beschadigd apparaat kan uw veiligheid in gevaar brengen.
~
Controleer het voor de inbouw op zichtbare schade. Neem een be schadigd apparaat nooit in gebruik.
De elektrische veiligheid van het apparaat is uitsluitend gegaran-
~
deerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat vol­gens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze funda­mentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een vakman inspecte­ren.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
~
moeten beslist met de waarden van het elektriciteitsnet overeen­komen, om beschadiging van het apparaat te voorkomen. Vergelijk deze gegevens voor de aansluiting. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
-
-
-
Met een stekkerdoos of verlengsnoer kan een veilig gebruik van
~
het apparaat niet worden gewaarborgd (brandgevaar). Sluit het ap paraat hiermee niet op het elektriciteitsnet aan.
Gebruik het apparaat alleen als het is ingebouwd, zodat de veilig
~
heid gewaarborgd is.
Dit apparaat mag niet op een niet-stationaire locatie (zoals een
~
boot) worden gebruikt.
-
-
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Wanneer onderdelen worden aangeraakt die onder spanning
~
staan of wanneer elektrische of mechanische onderdelen worden veranderd, is dit gevaarlijk voor de gebruiker. Het kan er tevens toe leiden dat het apparaat niet meer goed functioneert. Open nooit de ommanteling van het apparaat.
De garantie vervalt als het apparaat niet door een technicus
~
wordt gerepareerd die door Miele is geautoriseerd.
Alleen van originele onderdelen garandeert Miele dat deze aan
~
de veiligheidseisen voldoen. Defecte onderdelen mogen alleen door originele onderdelen worden vervangen.
De kookplaat mag niet worden gebruikt met een externe
~
schakelklok of een systeem dat op afstand werkt.
Het apparaat mag uitsluitend door een vakman op het net worden
~
aangesloten. Als een beschadigde kabel moet worden vervangen, moet een speciale kabel worden gebruikt. Alleen een vakman mag de kabel aansluiten (zie "Elektrische aansluiting").
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden dient het
~
apparaat spanningsvrij te worden gemaakt. Ga daarvoor als volgt te werk:
schakel de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uit of
draai de zekering van de huisinstallatie er geheel uit of
trek de stekker (indien aanwezig) uit de contactdoos. Trek daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.
Is de kookplaat voorzien van een communicatiemodule, dan moet
~
bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan de kookplaat ook de communicatiemodule spanningsvrij worden ge maakt.
8
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Neem de kookplaat niet in gebruik bij een defect of bij breuken,
~
scheuren en barsten in de keramische plaat c.q. schakel het appa raat meteen uit. Maak de kookplaat spanningsvrij. U kunt anders een elektrische schok krijgen!
Veilig gebruik
-
Olie en vet kunnen bij oververhitting vlam vatten. Houd het appa
~
raat goed in de gaten als u met olie en/of vetten werkt. Blus een brand met olie of vet nooit met water. Schakel het apparaat uit en doof de vlammen voorzichtig met een deksel of een blusdeken.
Flambeer nooit onder een afzuigkap. Door de vlammen kan de af-
~
zuigkap in brand vliegen.
Spuitbussen, licht ontvlambare vloeistoffen en brandbare materia-
~
len kunnen bij verhitting vlam vatten. Bewaar dergelijke producten daarom niet in een schuiflade onder het apparaat. Een eventuele bestekbak moet van hittebestendig materiaal zijn.
Verhit kookgerei nooit leeg.
~
In afgesloten blikken en dergelijke ontstaat tijdens het inmaken of
~
verwarmen overdruk. Hierdoor kunnen deze voorwerpen openbarsten. Gebruik het apparaat niet om voedingsmiddelen in afgesloten blik ken en dergelijke in te maken of te verwarmen.
Dek het apparaat nooit af met een afdekplaat, een doek, folie of
~
iets dergelijks. Als het apparaat per ongeluk wordt ingeschakeld of nog heet is, kan het betreffende materiaal vlam vatten, barsten of smelten.
-
-
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als u een elektrisch apparaat (bijvoorbeeld een mixer) in de buurt
~
van het apparaat gebruikt, mag de aansluitkabel niet in aanraking komen met het hete apparaat. De isolatie van de kabel zou bescha digd kunnen raken.
Als het apparaat achter een meubeldeur is ingebouwd, mag u het
~
alleen gebruiken als de deur geopend is. Sluit de meubeldeur pas als de restwarmte-indicatie is gedoofd.
Wanneer u het apparaat gebruikt, wordt het zeer heet. Ook na het
~
uitschakelen blijft het dat nog enige tijd. De restwarmte-indicator geeft aan of het apparaat nog heet is.
U kunt zich aan het hete apparaat branden. Gebruik daarom altijd
~
ovenhandschoenen of pannenlappen als u met het hete apparaat werkt. Gebruik alleen droge handschoenen of pannenlappen. Nat of vochtig textiel geleidt de warmte beter en kan door stoomvorming verbrandingen veroorzaken.
Als het apparaat is ingeschakeld, onbedoeld wordt ingeschakeld
~
of bij restwarmte kunnen metalen voorwerpen op het apparaat heet worden. Andere materialen kunnen smelten of vlam vatten. Vochtige pandeksels kunnen zich vastzuigen. Gebruik het apparaat niet als werkblad. Schakel de kookzones na gebruik uit!
-
Als suiker, suikerhoudend voedsel, kunststof of aluminiumfolie op
~
een hete kookzone terechtkomt en smelt, gaat u als volgt te werk: Vermeng suikerhoudende stoffen onmiddellijk met water. Schakel vervolgens de kookzone uit en verwijder de stoffen met een schra per, zolang de plaat nog heet is. Als u de stoffen eerst laat afkoelen, kan de keramische plaat beschadigd raken. Draag tijdens de reini ging ovenhandschoenen. Reinig de kookplaat met een reinigingsmiddel voor keramische pla ten, zodra de plaat is afgekoeld.
10
-
-
-
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Door drooggekookte pannen kan de keramische plaat bescha
~
digd raken. Houd daarom altijd toezicht op de kookplaat!
Gebruik alleen pannen met een gladde bodem. Een ruwe bodem
~
kan krassen op de keramische plaat veroorzaken.
Zout, suiker of zandkorrels (bijvoorbeeld van groente) kunnen
~
krassen veroorzaken, als ze onder de pan komen. Zorg dat de kera mische plaat en de panbodem schoon zijn, voordat u het kookgerei op het apparaat plaatst.
Laat geen voorwerpen op de keramische plaat vallen. Zelfs een
~
licht voorwerp (zoals een zoutvaatje) kan scheuren of barsten ver­oorzaken.
Hete voorwerpen op de sensortoetsen en de displays kunnen de
~
elektronica eronder beschadigen. Zet nooit hete pannen op de sen­sortoetsen en de displays.
Vanwege de snelle reactietijd van inductiekookzones kan de tem-
~
peratuur in de panbodem in zeer korte tijd de zelfontbrandingstemperatuur van olie en vet bereiken. Houd daarom altijd toezicht op het apparaat!
-
-
Verhit vetten en olie hooguit gedurende een minuut en gebruik
~
daarvoor nooit de booster.
Alleen voor personen met een pacemaker:
~
In de directe omgeving van het ingeschakelde apparaat ontstaat een elektromagnetisch veld. Het is niet waarschijnlijk dat dit veld de werking van de pacemaker nadelig beïnvloedt. Neem bij twijfel con tact op met de fabrikant van de pacemaker of met uw arts.
Het elektromagnetische veld van de ingeschakelde kookplaat kan
~
de functie van magnetiseerbare voorwerpen beïnvloeden. Houd magnetiseerbare voorwerpen, zoals creditcards, diskettes, re kenmachines, etc. uit de buurt van het ingeschakelde apparaat.
-
-
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Metalen voorwerpen die in een lade onder de kookplaat worden
~
bewaard, kunnen heet worden als u het apparaat lang en intensief gebruikt. Bewaar daarom geen metalen voorwerpen in een lade die zich meteen onder de kookplaat bevindt.
Het apparaat is voorzien van een ventilator. Als zich onder het
~
ingebouwde apparaat een lade bevindt, moet de afstand tussen de inhoud van de lade en de onderkant van het apparaat voldoende zijn om de ventilatie te waarborgen. Bewaar geen spitse en kleine voorwerpen of papier in de lade. Deze voorwerpen kunnen via de ventilatieopeningen in de behuizing terechtkomen of aangezogen worden. De ventilator kan dan beschadigd raken of de koeling kan worden beïnvloed.
Plaats nooit twee pannen tegelijk op een kook-/braadzone of
~
PowerFlex-kookvlak.
Reiniging en onderhoud
De stoom van een stoomreiniger kan in aanraking komen met de-
~
len die onder spanning staan en zo kortsluiting veroorzaken. Gebruik voor de reiniging nooit een stoomreiniger.
Schakel de kookplaat niet in als deze boven een pyrolyse-oven of
~
-fornuis is ingebouwd en de pyrolysefunctie actief is, omdat de over verhittingsbeveiliging van de kookplaat zou kunnen reageren (zie de betreffende rubriek).
12
-
Modellen
KM 6357 / KM 6358
Algemeen
b
a
a Kookzone met booster
b Kookzone met booster
c PowerFlex-kookzone met TwinBooster
c
d
e
d PowerFlex-kookzone met TwinBooster
c + d combineerbaar tot een groot PowerFlex-kookvlak
e Bedieningspaneel
13
Algemeen
KM 6379
a Kookzone met booster
b PowerFlex-kookzone met TwinBooster
c PowerFlex-kookzone met TwinBooster
d Kookzone met booster
b + c combineerbaar tot een groot PowerFlex-kookvlak
e Bedieningspaneel
14
KM 6386 / KM 6387
Algemeen
b
a
a Kookzone met booster
b Kookzone met booster
c Kookzone met booster
d PowerFlex-kookzone met TwinBooster
c
f
d
e
e PowerFlex-kookzone met TwinBooster
d + e combineerbaar tot een groot PowerFlex-kookvlak
f Bedieningspaneel
15
Algemeen
h
Bedieningspaneel
(voorbeeld)
j
k
i
0123456789 0123456789 0123456789
c
88
m
abd
0123456789 0123456789
l
p
h
n
e
g
f
o
16
Sensortoetsen
a Aan/Uit
b Vergrendeling
c Uren
d - Toets voor het kiezen van de timer
- Voor het wisselen tussen de timerfuncties
- Voor het kiezen van een uitschakeltijd (zie "Kookzone automatisch uitschakelen")
e Stop & Go
f Vermogensstand instellen
g Booster / TwinBooster
h -PowerFlex-kookvlak inschakelen
i -Toetsen voor het instellen van de tijd
-Toetsen voor het instellen van de vermogensstand van de kookzone midden achter, indien aanwezig
j Warmhouden
Controlelampjes
Algemeen
k Restwarmte-indicator
l Voor halve uren bij een kookwekkertijd van meer dan 99 minuten
m Vergrendeling
n Kookzonetoewijzing, bijvoorbeeld kookzone rechts achter
o TwinBooster
¤ Stand 1 ¥ Stand 2
p Timerdisplay
00 tot 99 = tijd in minuten
0.^ tot 9^ = tijd in uren
17
Algemeen
Kookzones
Kookzone KM 6357 / KM 6358
Minimale tot maximale
C in cm*
y 18 - 28 Normaal
w 10 - 16 Normaal
b 15 - 23 Normaal
x 15 - 23 Normaal
b + x 22-23/
23x39
Vermogen in Watt bij 230 V**
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Booster
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Totaal: 7400
2600 3000 3700
1400 2200
2100 3000 3700
2100 3000 3700
3400 4800 7400
18
Kookzone KM 6379
Minimale tot maximale
C in cm*
y 14 - 20 Normaal
w 15 - 23 Normaal
x 15 - 23 Normaal
z 10 - 16 Normaal
w + x 22-23/
23x39
Vermogen in Watt bij 230 V**
Booster
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Booster
Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Totaal: 7400
Algemeen
1850 3000
2100 3000 3700
2100 3000 3700
1400 2200
3400 4800 7400
* Binnen het aangegeven bereik kunt u pannen met een willekeurige bodemdia-
meter gebruiken.
** Het aangegeven vermogen kan variëren afhankelijk van de grootte en het mate
riaal van de gebruikte pannen.
-
19
Algemeen
Kookzone KM 6386 / KM 6387
Minimale tot maximale
C in cm*
y 14 - 20 Normaal
w 10 - 16 Normaal
b 18 - 28 Normaal
x 15 - 23 Normaal
z 15 - 23 Normaal
x + z 22-23/
23x39
Vermogen in Watt bij 230 V**
Booster
Booster
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Normaal TwinBooster, stand 1 TwinBooster, stand 2
Totaal: 11100
1850 3000
1400 2200
2600 3000 3700
2100 3000 3700
2100 3000 3700
3400 4800 7400
* Binnen het aangegeven bereik kunt u pannen met een willekeurige bodemdia-
meter gebruiken.
** Het aangegeven vermogen kan variëren afhankelijk van de grootte en het mate
riaal van de gebruikte pannen.
20
-
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. Het verpak kingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri aal remt de afvalproductie en het ge bruik van grondstoffen. Vaak neemt de leverancier de verpakking terug. Als u de verpakking zelf wegdoet, informeer dan bij de reinigingsdienst van uw ge meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap paraten bevatten meestal nog waarde volle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de apparaten goed en vei lig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat bij het gewone afval
­doet of er op een andere manier niet
goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Verwijder uw oude apparaat dan ook nooit samen met het gewone afval, maar lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek­tronische apparatuur. Vraag uw hande laar indien nodig om inlichtingen.
-
-
-
-
Het afgedankte apparaat moet tot die tijd buiten het bereik van kinderen wor den opgeslagen.
-
21
Vóór het eerste gebruik
Bij het apparaat wordt een tweede typeplaatje geleverd. Plak dit typeplaatje op de aangegeven plaats achter in uw ge bruiksaanwijzing.
Eerste reiniging
Verwijder eventueel aanwezige beschermfolies en stickers.
^
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik met een voch
^
tige doek en wrijf het daarna weer droog.
Ingebruikneming
Alleen voor kookplaten met facetrand (geslepen rand): Na het inbouwen kan de eerste dagen een spleet zichtbaar zijn tussen de kookplaat en het werkblad. Deze spleet zal door het gebruik kleiner worden. De elektrische veiligheid van het apparaat is echter altijd gewaarborgd.
De metalen delen van het apparaat zijn voorzien van een speciaal beschermlaagje. Als u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt, ontstaan daardoor geurtjes (en eventueel dampen). Ook door het opwarmen van de inductiespoelen ontstaan tijdens de eerste bedrijfsuren geurtjes. Bij elk vol­gend gebruik neemt de geurvorming geleidelijk af, totdat u niets meer waarneemt.
-
-
22
Wanneer er geurtjes en damp vrijkomen, betekent dat niet dat het apparaat verkeerd is aangesloten of defect is. De geurtjes en de damp zijn niet schadelijk voor de gezondheid.
Houdt u er rekening mee dat de opwarmtijd bij inductie kookplaten veel korter is dan bij gewone kookplaten.
-
Principe
Inductie
Onder de keramische plaat bevinden zich inductiespoelen. Als u een kookzone inschakelt, genereren deze spoelen een magneetveld waardoor de bodem van de pan heet wordt. De kookzone zelf wordt alleen indirect verwarmd door de stra lingswarmte van de pan.
Een inductiekookzone reageert alleen op pannen met een magnetiseerbare bodem (zie "De juiste pannen"). Het sys teem houdt automatisch rekening met de grootte van de ge bruikte pan.
Op het betreffende bedieningspaneel knipperen de cijfers 1 tot 9,
als u een kookzone zonder pan of met een ongeschikte
pan (met niet magnetiseerbare bodem) inschakelt.
– als de bodemdiameter van de pan te klein is.
– als u de pan van een ingeschakelde kookzone haalt.
Als u binnen 3 minuten een geschikte pan op de kookzone zet, verdwijnt het symbool ß en kunt u gewoon doorgaan.
-
-
-
Als u geen (geschikte) pan gebruikt, wordt de kookplaat na 3 minuten automatisch uitgeschakeld.
Verbrandingsgevaar! Als het apparaat is ingeschakeld, onbedoeld wordt inge schakeld of bij restwarmte kunnen metalen voorwerpen op het apparaat heet worden. Leg daarom geen metalen voorwerpen op de kookplaat (zoals bestek). Schakel de kookzone(s) na gebruik met de betreffende sensortoets uit.
-
23
Inductie
Geluiden
Bij gebruik van een inductiekookplaat kunnen in het kookge rei allerlei geluiden ontstaan. De geluiden zijn afhankelijk van het materiaal en de constructie van de bodem van het kook gerei.
Op een hoge vermogensstand kan het apparaat een brom
geluid veroorzaken. Dit geluid neemt af of verdwijnt als u een lagere vermogensstand instelt.
Bij pannen met een bodem die uit verschillende materialen
bestaat (bijvoorbeeld een sandwichbodem) kan een knetterend geluid optreden.
Er kan een fluitend geluid ontstaan als de met elkaar ver
bonden kookzones (zie "Booster") tegelijk zijn ingescha keld en op de kookzones pannen staan met een bodem die uit verschillende materialen bestaat (bijvoorbeeld een sandwichbodem).
– Vooral bij lage vermogensstanden kunnen bij elektronische
schakelingen klikgeluiden optreden.
– Er kan een zoemend geluid ontstaan als de ventilator
wordt ingeschakeld. De ventilator koelt de elektronica als u de kookplaat intensief gebruikt. Ook nadat u het apparaat heeft uitgeschakeld, kan de ventilator doorlopen.
-
-
-
-
-
24
De juiste pannen
Inductie
Geschikt zijn pannen van:
roestvrij staal met een magnetiseerbare bodem.
geëmailleerd staal.
gietijzer.
Niet geschikt zijn pannen van:
roestvrij staal met een niet magnetiseerbare bodem.
aluminium of koper.
glas, keramiek of aardewerk.
Als u niet zeker weet of een pan geschikt is voor inductie, kunt u een magneet tegen de panbodem houden. Blijft de magneet hangen, dan is de pan geschikt.
Houdt u er rekening mee dat de eigenschappen van de pan­bodem het bereidingsresultaat beïnvloeden.
Om optimaal gebruik te maken van een kookzone moet u het formaat van de pan zo kiezen dat de pan tussen de binnen­ste en de buitenste markering (markeringsstreepjes - afhan­kelijk van het model) van de kookzone past. Als de pan kleiner is dan de binnenste markering, reageert de kookzone alsof er geen pan op staat.
Houdt u er rekening mee dat pannenfabrikanten vaak de dia meter aan de bovenkant vermelden. Van belang is echter al leen de (meestal kleinere) bodemdiameter.
Verbrandingsgevaar! Als pannen slechts gedeeltelijk op een kookzone staan, kunnen de grepen heet worden. Zet pannen daarom altijd midden op een kookzone.
-
-
25
Tabel vermogensstanden
Het apparaat heeft af fabriek 9 vermogensstanden. Als u fijner afgestemde vermo gensstanden wenst, kunt u het aantal standen vergroten (zie "Programmering").
Vermogensstand
instelling af fabriek
(9 vermogens-
standen)
Boter smelten Gelatine oplossen
Rijstepap, havermoutpap maken 2 2 tot 2+
Kleine hoeveelheden vloeistof opwarmen Rijst wellen
Groente ontdooien (in een blok) 3 2+ tot 3
Graan wellen 3 2+ tot 3+
Gerechten verwarmen die veel vocht bevatten Omelet, eieren zonder korstje bakken Fruit blancheren
Deegwaren wellen 4 4 tot 5+
Groente, vis stoven 5 5
Diepvriesproducten ontdooien en verwarmen 5 5 tot 5+
Aankoken van grote hoeveelheden, bijv. eenpansgerechten Gebonden saus of roomsaus maken, bijv. witte-wijnsaus of sauce hollandaise
Eieren behoedzaam bakken (zonder oververhitting van het vet)
Vis, schnitzel, braadworst behoedzaam bakken (zonder over verhitting van het vet)
Poffertjes, pannenkoeken, etc. bakken 7 6+ tot 7
Aanbraden van stoofgerechten 8 8 tot 8+
Grote hoeveelheden water koken Aankoken
1 tot 2 1 tot 2+
3 3 tot 3+
4 4 tot 4+
6 5+ tot 6
6 5+ tot 6+
-
7 6+ tot 7+
99
gewijzigde
instelling
(17 vermogens-
standen)
-
De aangegeven standen zijn slechts algemene richtlijnen. Het vermogen van de inductiespoel varieert afhankelijk van de grootte en het ma teriaal van de panbodem. Het is dan ook mogelijk dat bij uw pannen de vermo
­gensstanden een geringe afwijking vertonen. Bepaal in de dagelijkse praktijk wel ke instellingen het beste bij uw pannen passen.
26
-
-
Loading...
+ 58 hidden pages