Miele K 35222 iD, K 37222 iD Operating instructions [nl]

Gebruiks- en montagehandleiding Koeltoestellen
Lees altijd eerst de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw toestel.
nl-BE M.-Nr. 11 446 300
Inhoud
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................. 12
Energie besparen ................................................................................................13
Beschrijving van het toestel ............................................................................... 15
Bij te bestellen accessoires................................................................................... 17
Koeltoestel in- en uitschakelen.......................................................................... 18
Bij langere afwezigheid.......................................................................................... 19
De juiste temperatuur ......................................................................................... 20
... in de koelzone ................................................................................................... 20
Temperatuuraanduiding......................................................................................... 21
Temperatuur instellen ............................................................................................ 21
Het gebruik van SuperKoelen en DynaCool .....................................................22
Functie SuperKoelen............................................................................................. 22
Functie DynaCool.................................................................................................. 23
Het wijzigen van instellingen..............................................................................24
Instellingsmodus ................................................................................................... 24
Vergrendeling in-/uitschakelen .............................................................................. 24
Levensmiddelen in de koelzone bewaren.........................................................26
Verschillende koelgedeelten.................................................................................. 26
Niet geschikt voor de koelzone............................................................................. 27
Aanwijzingen voor het kopen van levensmiddelen ............................................... 28
Levensmiddelen juist bewaren.............................................................................. 28
De binnenruimte indelen..................................................................................... 29
Deurvak/flessenvak verplaatsen............................................................................ 29
Flessensteun ......................................................................................................... 29
De plateaus verplaatsen........................................................................................ 30
Groente- en fruitlade verwijderen en plaatsen ...................................................... 30
De lade plaatsen............................................................................................... 30
Anti-geurfilters verplaatsen ................................................................................... 31
Ontdooien............................................................................................................. 32
Reiniging en onderhoud...................................................................................... 33
Aanwijzingen i.v.m. reinigingsmiddelen................................................................. 33
Het koeltoestel voor de reiniging voorbereiden..................................................... 34
Binnenkant en toebehoren reinigen....................................................................... 35
Deurdichting reinigen ............................................................................................ 36
2
Inhoud
Ventilatieopeningen reinigen ................................................................................. 36
Anti-geurfilters vervangen ..................................................................................... 37
Nuttige tips........................................................................................................... 38
Geluiden en de oorzaken ervan .........................................................................42
Klantendienst.......................................................................................................43
Contact bij storingen ............................................................................................. 43
Garantie................................................................................................................. 43
Installatie.............................................................................................................. 44
Montage-instructies .............................................................................................. 44
Plaats van opstelling ........................................................................................ 44
Luchttoevoer en luchtafvoer............................................................................. 45
Meubeldeur ...................................................................................................... 46
Vóór het reinigen van het koeltoestel ............................................................... 48
Inbouwmaten......................................................................................................... 49
Draairichting van deur veranderen ........................................................................ 50
Draairichting van deur veranderen ................................................................... 50
Het instellen van de deurscharnieren.................................................................... 52
Koeltoestel inbouwen............................................................................................ 53
Meubeldeur monteren ...................................................................................... 61
Elektrische aansluiting........................................................................................... 67
3

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Dit koeltoestel voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade tot gevolg hebben.
Lees de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig door voor­dat u het koeltoestel in gebruik neemt. Daarin vindt u belangrijke richtlijnen met betrekking tot de montage, de veiligheid, het ge­bruik en het onderhoud. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toestel.
In overeenstemming met de norm IEC60335-1 adviseert Miele u uitdrukkelijk om het hoofdstuk over de installatie van het toestel en de veiligheidsinstructies en waarschuwingen te lezen en op te vol­gen.
Wanneer de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor de daaruit voortvloeiende schade.
Bewaar de gebruiks- en montagehandleiding en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.

Verantwoord gebruik

Het koeltoestel is bedoeld voor gebruik in huishoudens en derge-
lijke, bijvoorbeeld – in winkels, kantoren en soortgelijke werkomgevingen – in boerderijen – door klanten in hotels, motels, bed en breakfast en andere speci­fieke woonomgevingen. Dit koeltoestel mag niet buiten worden gebruikt.
Dit koeltoestel is uitsluitend bestemd voor het koelen en bewaren
van levensmiddelen. Gebruik voor andere doeleinden is ontoelaatbaar.
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het koeltoestel is niet geschikt voor het bewaren en koelen van
geneesmiddelen, bloedplasma, laboratoriumpreparaten of vergelijk­bare stoffen of producten die onder de Richtlijn medische hulpmid­delen vallen. Een onjuist gebruik van het koeltoestel kan tot bescha­diging of bederf van de bewaarde producten leiden. Verder is het koeltoestel niet geschikt voor gebruik in ruimtes met explosiegevaar. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die ontstaat door gebruik voor andere doeleinden dan hier aangegeven of door een foutieve bediening.
Personen (kinderen inbegrepen) die op grond van hun fysieke of
psychische gesteldheid, hun onervarenheid of gebrek aan kennis van het koeltoestel niet in staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen onder toezicht gebruiken. Deze personen mogen het koeltoestel enkel onder toezicht bedie­nen, wanneer hen is uitgelegd hoe ze het veilig kunnen gebruiken en wanneer ze begrijpen welke risico's eraan verbonden zijn.

Kinderen in het huishouden

Kinderen die jonger zijn dan 8jaar moeten op afstand van het
koeltoestel gehouden worden, tenzij ze steeds onder toezicht staan.
Kinderen vanaf 8 jaar mogen het koeltoestel zonder toezicht ge-
bruiken, maar alleen als ze weten hoe het werkt en wat voor gevaar zij lopen wanneer ze het fout bedienen. Kinderen moeten de eventu­ele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Kinderen mogen het koeltoestel niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen die in de buurt van het koeltoestel komen in het
oog. Zorg ervoor dat ze nooit met het koeltoestel spelen.
Verstikkingsgevaar! Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij kinderen vandaan.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Technische veiligheid

Het koelmiddelcircuit is op lekkage gecontroleerd. Het koeltoestel
voldoet aan de desbetreffende veiligheidsvoorschriften en de gel­dende EU-richtlijnen.
Dit koeltoestel bevat het koelmiddel isobutaan (R600a), een na-
tuurlijk gas dat niet schadelijk is voor het milieu, maar wel brandbaar. Het koelmiddel beschadigt de ozonlaag niet en verhoogt het broei­kaseffect niet. Het gebruik van dit milieuvriendelijke koelmiddel leidt echter tot een gedeeltelijke verhoging van het werkingsgeluid. Naast de werkings­geluiden van de compressor kunnen stromingsgeluiden in het volle­dige koelcircuit worden geproduceerd. Deze effecten zijn helaas on­vermijdelijk, maar hebben geen invloed op de prestatie van het koel­toestel. Zorg ervoor dat bij het transporteren en het inbouwen/installeren van het koeltoestel geen onderdelen van het koelcircuit worden bescha­digd. Wegspattend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken. Bij beschadigingen:
– Vermijd open vuur of andere brandhaarden. – Maak het koeltoestel spanningsvrij. – Lucht de kamer waarin het koeltoestel staat gedurende enkele mi-
nuten.
– Neem contact op met de klantendienst.
Hoe meer koelmiddel er in een toestel voorhanden is, hoe groter
het vertrek moet zijn waar het koeltoestel wordt opgesteld. In te klei­ne vertrekken kan zich bij lekkage een brandbaar mengsel van gas en lucht vormen. De kamer moet per 11 g koelmiddel minstens 1 m groot zijn. De hoeveelheid koelmiddel staat op het typeplaatje bin­nenin het toestel.
6
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Vergelijk voordat u het koeltoestel aansluit de aansluitgegevens
(zekering, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet. Deze moeten beslist overeenkomen zodat het koel­toestel niet beschadigd raakt. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
De elektrische veiligheid van het koeltoestel is uitsluitend gegaran-
deerd, als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat vol­gens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze funda­mentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elek­trische installatie bij twijfel door een vakman inspecteren.
Het koeltoestel kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als
het op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
door Miele erkende vakman/vakvrouw worden vervangen om gevaar voor de gebruiker te voorkomen.
Meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren bieden niet vol-
doende veiligheid (brandgevaar). Gebruik deze niet voor het aanslui­ten van het koeltoestel op het elektriciteitsnet.
Wanneer er vocht komt op onderdelen die onder spanning staan
of op de elektriciteitskabel, kan dat kortsluiting veroorzaken. Gebruik het koeltoestel daarom niet in ruimtes waar met water wordt gespet­terd (bijv. garage, bijkeuken etc.).
Dit koeltoestel mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Beschadigingen aan het koeltoestel kunnen uw veiligheid in ge-
vaar brengen. Controleer het toestel op zichtbare beschadigingen. Een beschadigd koeltoestel mag niet in gebruik worden genomen.
Gebruik het toestel alleen als het is ingebouwd zodat een veilige
functie is gewaarborgd.
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden moet het
koeltoestel van het elektriciteitsnet zijn afgekoppeld. Het koeltoestel is van het elektriciteitsnet afgekoppeld als:
– de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of – de schroefzekering van de elektrische aansluiting er geheel is uit-
gedraaid of
– de stekker uit het stopcontact is getrokken. Trek bij elektriciteits-
kabels met stekker niet aan de elektriciteitskabel, maar aan de stekker om de verbinding met het elektriciteitsnet te verbreken.
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- en repa-
ratiewerkzaamheden kan de gebruiker ernstig gevaar lopen. Installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen door een door Miele geautoriseerde vakman / vakvrouw worden uit­gevoerd.
Garantieclaims komen te vervallen als het koeltoestel niet door
Miele technici wordt gerepareerd.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij ga­randeren, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen.

Veilig gebruik

Het koeltoestel is voor een bepaalde klimaatklasse (kamertempe-
ratuur) geconstrueerd waarvan de grenzen niet mogen worden over­schreden.De klimaatklasse staat aangegeven op het typeplaatje aan de binnenkant van uw koeltoestel. Een te lage kamertemperatuur heeft tot gevolg dat de compressor voor langere tijd afslaat, zodat het toestel de vereiste temperatuur niet kan aanhouden.
Sluit de ventilatiegleuven niet af om te voorkomen dat de luchtge-
leiding niet goed functioneert,het stroomverbruik stijgt en onderdelen beschadigd raken.
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Indien u vet- of oliehoudende levensmiddelen in het koeltoestel of
de deur van het toestel bewaart, voorkom dan dat evt. uitlopend vet of olie in aanraking komt met kunststof delen van het koeltoestel. Hierdoor kunnen spanningsscheuren in de kunststof ontstaan waar­door de kunststof knapt of scheurt.
Brand- en explosiegevaar. Bewaar geen explosieve stoffen en
geen producten met brandbare drijfgassen (bijv. spuitbussen) in het koeltoestel. Brandbare gasmengsels kunnen ontbranden door elek­trische onderdelen.
Explosiegevaar. Gebruik geen elektrische toestellen in dit koeltoe-
stel (bijv.voor het maken van softijs). Er kunnen vonken ontstaan.
Wanneer u levensmiddelen eet die te lang zijn bewaard, loopt u
het risico om voedselvergiftiging op te lopen. De bewaartijd hangt van vele factoren af, zoals de versheid en kwali­teit van de levensmiddelen en de temperatuur waarop ze worden be­waard. Neem de bewaartips en de uiterste houdbaarheidsdatum van de levensmiddelenfabrikanten in acht.
Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat ga-
rantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemon­teerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of pro­ductaansprakelijkheid.
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Reiniging en onderhoud

Behandel de deurdichting niet met olie of vet om te voorkomen
dat deze in de loop van de tijd poreus wordt.
Gebruik voor het ontdooien en reinigen van het toestel nooit een
stoomreiniger, aangezien stoom in aanraking kan komen met span­ningvoerende delen van het koeltoestel en zo kortsluiting veroorza­ken.
Scherpe of kantige voorwerpen kunnen de verdamper bescha-
digen en functioneert het toestel niet meer correct. Gebruik geen voorwerpen met scherpe punt of rand.
– rijm- en ijslagen te verwijderen, – en vastgevroren ijsbakjes en/of vastgevroren levensmiddelen los
te wrikken.
Plaats wanneer u wilt ontdooien nooit elektrische verwarmings-
toestellen of kaarsen in het toestel om te voorkomen dat het kunst­stof beschadigd raakt.
Gebruik geen ontdooisprays of andere middelen om te ontdooien.
Deze kunnen explosieve gassen vormen, oplosmiddelen of drijfgas­sen bevatten die het kunststof beschadigen of schadelijk zijn voor de gezondheid.

Transport

Het toestel moet altijd rechtop en in de transportverpakking wor-
den vervoerd.
Gevaar voor letsel en schade. Het koeltoestel is erg zwaar. Vraag
daarom aan iemand u te helpen bij het vervoeren van het toestel.
10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Wat te doen wanneer u het toestel afdankt

Maak het slot van uw oude koeltoestel eventueel onbruikbaar. U
voorkomt daarmee dat kinderen ingesloten kunnen raken en in le­vensgevaar komen.
Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel veroorzaken. Beschadig
geen delen van het koelsysteem, bijv. door
– koelmiddelkanalen van de verdamper open te prikken, – buisleidingen om te buigen, – beschermende lagen af te krabben.

Symbool op de compressor (afhankelijk van het model)

Deze waarschuwing is alleen voor de recycling van belang. Bij normaal gebruik bestaat er geen gevaar.
Het is levensgevaarlijk om de olie in de compressor in te slikken of
in te ademen.
11

Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu

Het verpakkingsmateriaal

De verpakking beschermt het koeltoe­stel tegen transportschade. Het verpak­kingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas­ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateri­aal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking over het algemeen terug.

Het oude toestel afdanken

Elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal waardevolle materia­len. Ze bevatten ook stoffen, mengsels en onderdelen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude toe­stel bij het gewone huisvuil gooit of er niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezond­heid en het milieu. Gooi uw oude toe­stellen daarom nooit met het gewone huisvuil weg.
Let erop dat de buisleidingen van uw koeltoestel niet worden beschadigd, totdat het op vakkundige en milieu­vriendelijke wijze wordt verschroot. Alleen dan kunt u er zeker van zijn dat de koelmiddelen in het koelcircuit en de olie in de compressor niet in het milieu terechtkomen.
Het oude toestel moet tot die tijd buiten het bereik van kinderen worden opge­slagen. Informatie hierover vindt u in deze gebruiks- en montagehandleiding in het hoofdstuk “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”.
Lever het toestel in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek­tronische toestellen, bij uw vakhan­delaar of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te danken toestel.
12

Energie besparen

Normaal energieverbruik Te hoog energieverbruik
Plaatsing en on­derhoud
Temperatuur­instelling
Plaats het toestel in een ge­ventileerde ruimte.
Stel het toestel niet bloot aan zonnestralen.
Plaats het toestel niet naast een warmtebron.
Zorg voor een omgevings­temperatuur van ca. 20°C.
Dek ventilatieroosters niet af en maak ze regelmatig stof­vrij.
Koelzone: 4 tot 5°C Hoe lager de temperatuur,
In gesloten, niet geventileer­de ruimtes.
Direct blootgesteld aan zon­nestralen.
Naast een warmtebron (ver­warming, fornuis).
Bij een hoge omgevingstem­peratuur vanaf 25°C.
Met ventilatieroosters die zijn afgedekt of vol zitten met stof.
des te hoger het energiever­bruik!
13
Energie besparen
Normaal energieverbruik Te hoog energieverbruik
Gebruik Plaats de plateaus, laden en
vakken zoals bij levering.
Open de deur alleen indien nodig en zo kort mogelijk. Leg de levensmiddelen met­een op de goede plek.
Neem een koeltas mee wan­neer u boodschappen doet en leg de levensmiddelen snel in het koeltoestel. Pakt u levensmiddelen uit het toestel, neem dan wat u nodig hebt en leg de rest zo snel mogelijk terug om kou­deverlies te voorkomen. Laat warme gerechten en dranken eerst buiten het koeltoestel afkoelen.
Leg de levensmiddelen goed verpakt of goed afgedekt in het toestel.
Leg ingevroren levensmid­delen in de koelzone wan­neer ze moeten ontdooien.
De deur vaak en lang ope­nen betekent koudeverlies en instroom van warme lucht in het toestel. Het koeltoestel heeft tijd nodig om opnieuw te koelen en de compressor moet langer werken.
Als levensmiddelen nog warm of op omgevingstem­peratuur zijn, ontstaat er warme lucht in het koeltoe­stel. Het koeltoestel heeft tijd nodig om opnieuw te koelen en de compressor moet lan­ger werken.
Wanneer vloeibare stoffen in de koelzone verdampen en condenseren, neemt de koelcapaciteit af.
14
Zorg ervoor dat vakken niet te zwaar worden beladen, zodat de lucht kan circule­ren.
Een verslechterde lucht­stroom zorgt voor een ver­lies van koelcapaciteit.

Beschrijving van het toestel

a
Aan-/uit-toets
b
SuperKoelen-toets
c
Display
d
Menu - symbool (Instellingsmodus: Vergrendeling in- / uitschakelen)
e
SuperKoelen-symbool
f
Vergrendelingssymbool
g
Temperatuurweergave
h
Temperatuurtoets
i
DynaCool - toets (Automatische tem­peratuurverdeling)
15
Beschrijving van het toestel
a
Bedieningspaneel
b
Ventilator
c
Deurvak met eierhouder
d
Plateau
e
Binnenverlichting
f
Deurvak voor flessen
g
Gootje voor het dooiwater en afvoer­opening voor het dooiwater
h
Groente- en fruitlade (afhankelijk van het model)
Schematische afbeelding
16
Beschrijving van het toestel

Bij te bestellen accessoires

Het Miele-assortiment omvat tal van handige accessoires, alsmede reini­gings- en onderhoudsmiddelen die spe­ciaal op uw koeltoestel zijn afgestemd.

Universeel microvezeldoekje

Het microvezeldoekje is handig bij het verwijderen van vingerafdrukken en an­der licht vuil op roestvrijstalen fronten, panelen, ramen, meubels enz.

Flessenrek

Flessen kunt u op het flessenrek leg­gen. Daarmee bespaart u ruimte. Het flessenrek kan op verschillende ma­nieren in het toestel worden geplaatst.

Anti-geurfilters met houder KKF-FF (Active AirClean)

De anti-geurfilter neutraliseert onaange­name geuren in de koelzone en zorgt zo voor een betere luchtkwaliteit.
Breng de houder van de anti-geurfilter aan op de achterste beschermlijst van het plateau, u kunt de houder naar wens verplaatsen.

Anti-geurfilters met houder KKF-RF (Active AirClean)

U kunt bij Miele vervangende filters (Ac­tive AirClean) verkrijgen die in deze houder passen. Wij adviseren de anti­geurfilters om de 6 maanden te vervan­gen.

Tweedelig plateau

Dit plateau bestaat uit twee delen waar­van het voorste gedeelte onder het ach­terste gedeelte kan worden geschoven. Wanneer u hoge producten in het toe­stel wilt plaatsen, bijv. flessen, kunt u hiervan gebruik maken.
Bij te bestellen accessoires kunt u bij Miele (zie achterin deze gebruiksaan­wijzing), in de webshop van Miele of bij de Miele-vakhandelaar verkrijgen.
17

Koeltoestel in- en uitschakelen

Voor het eerste gebruik

Verpakkingsmateriaal

Verwijder al het verpakkingsmateriaal
uit de binnenruimte.

Beschermfolie

De roestvrijstalen lijsten aan de plateaus en de deurvakken zijn tijdens het trans­port van een beschermfolie voorzien.
Trek deze folie van de roestvrijstalen
lijsten en panelen af.

Reiniging

Volg daarvoor beslist de betreffende instructies in het hoofdstuk: “Reiniging en onderhoud”.
Reinig de binnenkant van het toestel
en de toebehoren.

Accessoires

Flessenhouder plaatsen

De flessenhouder wordt in het deurvak voor flessen geplaatst. Flessen staan steviger wanneer u de deur van het toe­stel opent en sluit.
Plaats de flessensteun in het midden
van de achterkant van het deurvak voor flessen.
18
Koeltoestel in- en uitschakelen

Koeltoestel inschakelen

Druk op toets van de afzuiging.
De temperatuuraanduiding geeft de ge­wenste temperatuur aan. Het toestel begint te koelen. Wanneer de deur wordt geopend, gaat de binnenverlich­ting aan.
Voordat u voor de eerste keer le­vensmiddelen in het koeltoestel legt, kunt u het toestel het beste een paar uur laten voorkoelen.

Koeltoestel uitschakelen

Druk op de Aan-/Uit-toets totdat het
display uit gaat. Is dat niet mogelijk, dan is de ver­grendeling ingeschakeld (zie hoofd­stuk: “Het wijzigen van instellingen”, paragraaf: “Het uitschakelen van de vergrendeling”).

Bij langere afwezigheid

Als het toestel bij langere afwezig­heid wordt uitgeschakeld, maar niet wordt gereinigd, bestaat er gevaar voor schimmelvorming als de deur van het toestel gesloten blijft.
Reinig het toestel in ieder geval.
Wanneer u het toestel langere tijd niet gebruikt, doe dan het volgende:
Schakel het koeltoestel uit.Trek de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering van de huisin­stallatie uit.
Ontdooi het vriesvak (afhankelijk van
het model).
Reinig het koeltoestel en laat de deur
open staan om het toestel voldoende te verluchten en te voorkomen dat er geurtjes ontstaan.
De binnenverlichting gaat uit. De koeling wordt uitgeschakeld.
19

De juiste temperatuur

De juiste temperatuurinstelling is heel belangrijk voor het bewaren van de voe­dingsmiddelen. Voedingsmiddelen be­derven snel door micro-organismen. Dat kan door de juiste bewaartempera­tuur worden voorkomen of vertraagd. De temperatuur beïnvloedt de snelheid waarmee de micro-organismen groeien. Als de temperatuur daalt, vertragen de­ze processen.
De temperatuur in het koeltoestel stijgt als:
– u vaak en gedurende lange tijd de
deur van het toestel opent
– er meer voedingsmiddelen worden
bewaard
– de temperatuur van de voedingsmid-
delen hoger is, wanneer ze worden opgeslagen
– de omgevingstemperatuur van het
koeltoestel hoger is. Het koeltoestel is gemaakt voor een bepaalde kli­maatklasse waar de kamertempera­tuur niet boven of onder mag liggen.

... in de koelzone

Voor de koelzone adviseren wij een koeltemperatuur van 4°C.
20

Temperatuuraanduiding

De temperatuuraanduiding in de dis­play geeft, wanneer het toestel nor­maal in werking is, de gewenste tem­peratuur aan.

Temperatuur instellen

Wanneer de toesteldeur vaak wordt ge­opend, wanneer er veel levensmiddelen ineens in de koelkast worden gelegd of wanneer de omgevingstemperatuur hoog is, adviseren wij een temperatuur van tussen de 3 °C en 5 °C.
De temperatuur is instelbaar van 9 °C tot en met 1 °C.
De juiste temperatuur
Druk zo vaak op de temperatuurtoets,
totdat de gewenste temperatuur in de temperatuuraanduiding verschijnt.
Wanneer u voor het eerst op de toets drukt, knippert die temperatuurwaarde die het laatst is ingesteld.
Blijft u op de toets drukken, dan veran­dert de temperatuurwaarde voortdu­rend: als 9°C bereikt is, wordt weer met 1°C begonnen.
De nieuw gekozen temperatuurwaarde wordt na een tijdje automatisch overge­nomen en verschijnt in het display. De temperatuur in de koelkast stelt zich nu langzaam op deze nieuwe tempera­tuurwaarde in.
21

Het gebruik van SuperKoelen en DynaCool

Functie SuperKoelen

Met de functie SuperKoelen wordt de koelzone zeer snel tot de koudste waar­de afgekoeld (afhankelijk van de kamer­temperatuur).
De functie SuperKoelen is met name aan te bevelen als u grote hoeveelhe­den verse levensmiddelen of dranken snel wenst af te koelen.

SuperKoelen inschakelen

Druk op de SuperKoelen-toets. Het SuperKoelen-symbool brandt.
De temperatuur in het apparaat daalt en de koelcapaciteit is nu maximaal.

SuperKoelen uitschakelen

De functie “SuperKoelen” wordt auto­matisch na ca. 12 uur uitgeschakeld. Het SuperKoelen-symbool gaat uit en de koelcapaciteit is weer normaal.
Om energie te besparen kunt u de func­tie SuperKoelen zelf uitschakelen zodra de levensmiddelen of dranken koel ge­noeg zijn.
Druk op de SuperKoelen-toets. Het
Superkoeling - symbool gaat uit.
De koelcapaciteit van het toestel is weer normaal.
22
Loading...
+ 50 hidden pages