Miele DA 237-1, DA 239-1 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
Wasemkappen DA 237-1, DA 237 EXT DA 239-1, DA 239 EXT
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat. M.-Nr. 05 240 040
*
Inhoud
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Hoe werkt uw toestel? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bediening
Hoofdschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De verlichting in- / uitschakelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Het vermogen instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
De wasemkap laten nawerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Bedrijfsurenteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Bedrijfsurenteller opvragen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Bedrijfsurenteller veranderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Reiniging en onderhoud
Ommanteling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
De vetfilters . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Een halogeenlamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Naverkoopdienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Elektrische aansluiting en technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Afmetingen van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Montage
Montageplaten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Terugslagklep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Besturing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Luifel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
De luchtafvoer voorbereiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Elektrische verbinding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Aanpasstuk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Schouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Aansluiting van de luchtafvoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Condenswaterstop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge­kozen, dat het milieu verdraagt en dus opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge­spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet gewoon met het vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde verzamel- en sorteerter­rein. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
Berging van uw oud toestel
Oude toestellen bevatten nog waarde­vol materiaal. Geef uw oud toestel dus niet gewoon met het grof huisvuil mee. Vraag liever inlichtingen aan uw ge­meentebestuur of aan het dichtstbijzijn­de autowrak- of schrootverwerkend be­drijf omtrent de mogelijkheden om die stoffen opnieuw te gebruiken.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kinderveilig wordt bewaard. Hou dus rekening met de gelijknamige ru­briek in de ‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen’.
3
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Dit toestel voldoet aan de voorge­schreven veiligheidsvoorschriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toestel en kan de gebruiker gevaar lopen.
Lees aandachtig uw gebruiksaanwij­zing voordat u uw toestel in gebruik neemt. U vindt er belangrijke wen­ken omtrent veiligheid, montage, ge­bruik en onderhoud. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan het apparaat.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Deskundig gebruik
Dit toestel is enkel voor huishoude-
lijk gebruik bestemd. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschrif­ten gebruikt of verkeerd bediend werd.
Technisch veilig
Vergelijk eerst de aansluitgege-
vens (spanning, frequentie) op het typeplaatje met die van uw huisinstal­latie. Sluit daarna pas uw toestel aan. Deze gegevens dienen absoluut over­een te stemmen. Anders treedt er schade op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan uw installateur.
De elektrische veiligheid van dit
toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een aardingssysteem aansluit, dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman te laten nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardingsleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er zijn elektrische schokken mogelijk.
Door ondeskundige installatie- of
reparatiewerkzaamheden kunnen er niet te onderschatten risicos opdui­ken voor wie het toestel gebruikt. Laat de installatie en de herstelling van uw elektrische toestellen dus enkel door een erkend vakman uitvoeren.
4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Het toestel is pas stroomloos in­dien aan een van deze voorwaar-
den werd voldaan: – het snoer is van het elektrisch net los-
gekoppeld,
– de smeltstoppen van uw installatie
zijn uitgeschakeld.
Trek niet aan het snoer, maar wel aan de stekker om het toesel
stroomloos te maken.
Gebruik uit veiligheidsoverwegin-
gen geen verlengsnoeren om het toestel aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheids­garanties. Er bestaat onder meer ge­vaar voor oververhitting.
Gebruik
Maak onder de wasemkap nooit
iets klaar met open vlam. Flambeer of grilleer er nooit spijzen onder met open vlam. De ingeschakelde wasemkap trekt de vlammen in de vetfilter. Door het opge­zogen kookvet bestaat er brandgevaar!
Gebruikt u de wasemkap boven
een gaskookvlak? Zet dan steeds een kookpan op de brander die in ge­bruik is. Door de te sterke hitte van de vlammen kan de wasemkap schade oplopen.
Schakel uw wasemkap telkens in
wanneer er een kookplaat of -zone in gebruik is. Is de wasemkap niet ingeschakeld, dan kan er zich condenswater vormen. Daardoor kan het toestel corrosie­schade oplopen.
Indien u met olie of vet kookt, dient
u uw kookpan of frituurstel voortdu­rend in het oog te houden. Dat geldt ook als u grilleert op een elektrogrill. Door oververhitting kunnen olie en vet in brand geraken en de wasemkap be­schadigen.
Gebruik de wasemkap nooit zon-
der vetfilters. Zo vermijdt u dat er zich vet en vuil af­zet in het toestel. Daardoor komt de goede werking immers in het gedrang.
De filters dient u regelmatig
schoon te maken. Door erg vette filters bestaat er brandgevaar!
Gebruik om de wasemkap schoon
te maken in geen geval een toestel dat met stoom onder druk werkt. De stoom kan onderdelen van het toe­stel aanraken, die onder spanning staan. Zo kan er kortsluiting optreden.
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Montage
Tussen het kookvlak en de wasem­kap dient u voor uw veiligheid een
minimumafstand te houden van:
45 cm boven elektrische kookvlakken,65 cm boven gaskookvlakken,65 cm boven een Miele elektrogrill.
Bij andere kooktoestellen dient u de afstand in acht te nemen, die in de bijgeleverde montage- en gebruiksaan­wijzing wordt vermeld. Gebruikt u verschillende kooktoestellen onder de wasemkap en is de veilig­heidsafstand telkens anders, kies dan de grootst opgegeven afstand.
Boven ovens of fornuizen die met
vaste brandstof worden verwarmd, mag u deze wasemkap niet monteren.
Gebruik voor de afvoerleiding en-
kel buizen of slangen van onbrand­baar materiaal. Die kunt u bij uw hande­laar of in de Technische Dienst van Miele verkrijgen.
De afvoer van de wasemkap mag
u niet aansluiten op een schoor­steen die in gebruik is, noch op een schacht die stookplaatsen ontlucht.
Zo de afvoer in een niet meer ge-
bruikte afvoerschouw moet worden geleid, hou dan rekening met de plaat­selijk geldige voorschriften.
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschuwingen
Wees voorzichtig als u de wasemkap tegelijk gebruikt met andere verwar­mingstoestellen die lucht uit het vertrek nodig hebben. Bv. verwarmingstoestel­len met gas, stookolie of steenkool, doorstroomverwarmers, boilers, gas­kookvlakken, gasovens. De wasemkap zuigt uit het vertrek waar hij geïnstal- leerd is, immers lucht weg, die voor de verbranding in het verwarmingstoestel bestemd is. Bovendien kunnen door het zuigeffect van de wasemkap uitlaatgassen uit de schouw terugstromen. De werking van verwarmingsinstallaties met schouw­aansluiting komt in het gedrang.
U vermijdt risico’s als er bij gelijktijdig gebruik van de wasemkap en van een verwarmingstoestel waarvoor lucht uit het vertrek is vereist, een onderdruk wordt bereikt van maximaal 4 Pa (0,04 mbar). Hierdoor verhindert u namelijk dat er uitlaatgassen uit het verwar­mingstoestel worden teruggezogen. Dit kunt u tot stand brengen door via niet afsluitbare openingen - bv. in deu­ren en vensters, luchttoevoer- en afvoer­constructies en andere technische maatregelen als onderlinge vergrende­ling e.d. de lucht voor de verbranding te laten toevoeren.
Enkel bij toestellen met elders geplaatste ventilator
Bij toestellen met een elders geplaatste ventilator (modellen met EXT) dient u beide elementen via de verbindingdlei­ding met stekkers te verbinden. Let erop dat u de juiste toestellen com­bineert.
Uw oud toestel afdanken
Bij oude, niet meer gebruikte toe-
stellen trekt u de stekker uit het stopcontact. Maak daarna snoer en stekker onbruikbaar. Zo vermijdt u dat uw toestel voor ver­keerde doeleinden wordt gebruikt.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
Opmerking: bij de beoordeling moet u steeds rekening houden met de globa­le ventilatietoestand van de woning. Bij twijfel neemt u het best contact op met een beëdigd schoorsteenveger.
7
Beschrijving van het toestel
Beschrijving van het toestel
DA 237-1, DA 237 EXT DA 239-1, DA 239 EXT
8
Beschrijving van het toestel
Aanpasstuk
b
Schouw
c
Luifel
d
Verlichting
e
DA 237: 2 halogeenlampen DA 239: 3 halogeenlampen
Vetfilters
f
Bedieningspaneeltje
g
Hoofdschakelaar
h
Zo het toestel lange tijd niet werkt, bv. s nachts of tijdens uw vakantie, zet het dan uit met de hoofdschakelaar.
Toets voor de verlichting
i
Hiermee kan u de verlichting van het kookvlak inschakelen. Dat kan ook ter­wijl de wasemkap niet werkt.
Toets om het toestel te laten
l
nawerken
Hiermee kan u de ventilator na het kookproces nog even laten draaien. U kan hem automatisch laten stoppen na 5 of 15 minuten.
Toets voor de vetfilters
m
Het lampje in deze toets gaat aan zo­dra u de vetfilters dient te reinigen.
– Als u op deze toets drukt, wordt het
aantal afgelopen bedrijfsuren aange­duid terwijl de ventilator draait. Zie ru­briek Bediening / Bedrijfsurenteller’.
– Als u tegelijk op de toetsen vetfilters
en nawerken drukt, kan u het aantal uren van de bedrijfsurenteller wijzi­gen. Zie rubriek Bediening / Bedrijfs­urenteller wijzigen’.
Toets aan/uit
j
Hiermee zet u de ventilator aan en uit.
Toets – / +
k
Het vermogen van de wasemkap kan u op 4 niveaus aan de intensiteit van de kookdampen aanpassen. Daar is ook een intensieve stand bij.
9
Hoe werkt uw toestel?
Hoe werkt uw toestel?
Uw wasemkap werkt
. . . met afvoer naar buiten:
De aangezogen lucht wordt door de vetfilter gereinigd en naar buiten afge­voerd.
Het toestel is uitgerust met een terug- slagklep. Die wordt tijdens het monte­ren van het toestel geplaatst. Als de wasemkap niet werkt, is deze klep gesloten. Er kan geen buitenlucht naar binnen noch binnenlucht naar buiten stromen. Zodra u het toestel in­schakelt, gaat de klep open. Zo kan de keukendamp ongehinderd naar buiten.
. . . met een elders geplaatste ventilator:
Modellen uit de reeks ...EXT zijn voor­zien voor aansluiting op elders geplaat- ste ventilatoren.
Zon buiten-de-keuken-ventilator wordt door een besturingsleiding verbonden met de wasemkap. U kan hem via het bedieningspaneel van de wasemkap bedienen.
10
Bediening
Hoofdschakelaar
De wasemkap is klaar om te werken zodra u de hoofdschakelaar op ‘I’ zet. Schakelt u het toestel met de hoofd­schakelaar uit, dan wordt het de volgen­de keer dat u het inschakelt, in de laatst gekozen functie gestart.
Inschakelen
Bediening
Het vermogen instellen
Naar gelang van de intensiteit van de kookdampen kunt u tussen 4 vermo­gens kiezen. Voor een normaal kookproces volstaat een laag tot matig vermogen. Bij het begin van een braad- of kook­proces met sterke reukontwikkeling kiest u bij voorkeur de hoogste, nl. de intensieve stand.
Schakelt u de wasemkap in via de hoofdschakelaar of na een stroomon­derbreking, dan start het toestel op de laatst gekozen stand.
Druk op de toets ‘aan/uit’.
Het controlelampje ernaast gaat bran­den. De ventilator start in stand ‘II’.
De verlichting in- / uitschakelen
U kunt de verlichting inschakelen ook als de wasemkap niet werkt.
Druk op de toets voor de verlichting.
Als het licht brandt, gaat het controle­lampje naast de toets aan.
Kies met de toetsen -/+ het gewen­ste vermogenniveau.
Toets – = lager vermogen Toets + = hoger vermogen
De controlelampjes duiden het geko­zen vermogen aan.
11
Bediening
Bediening
De wasemkap laten nawerken
Hangt er na het kookproces nog damp in de keuken? Laat uw wasemkap dan even nawerken.
Uitschakelen
Het toestel schakelt zichzelf uit na 5 of 15 minuten.
Druk op de toets om het toestel te laten nawerken.
1 x drukken = 5 minuten (het linker controlelampje brandt) 2 x drukken = 15 minuten (het rechter controlelampje brandt)
Druk nog eens op deze toets om deze functie uit te schakelen.
Schakel de ventilator uit met de toets aan/uit.
Hoeft het apparaat lange tijd niet te werken, bv. ’s nachts of tijdens uw va- kantie? Schakel het dan met de hoofd­schakelaar uit.
Automatisch uitschakelen met het oog op de veiligheid
Bedient u de ingeschakelde wasemkap 10 uur lang niet, dan schakelt de venti­lator zichzelf uit. Het licht blijft wel aan.
Om de ventilator weer aan te zetten drukt u op de toets ‘aan/uit’.
12
Bediening
Bedrijfsurenteller
De bedrijfsurenteller voor de vetfilter werd in de fabriek op 30 uur ingesteld. Deze tijd kunt u evenwel wijzigen.
Na afloop van de ingestelde duur gaat het controlelampje bij de vetfiltertoets aan. Maak de vetfilters dan schoon. Zet de teller daarna op de laatst inge­stelde tijd terug.
Hou de vetfiltertoets ca. 4 seconden ingedrukt.
Het controlelampje naast de toets gaat uit.
Bediening
Bedrijfsurenteller opvragen
Voordat de ingestelde tijd verstreken is, kan u aflezen hoeveel procent van de werkingsduur reeds afgelopen is.
Schakel de ventilator in met de toets aan/uit.
Druk op de vetfiltertoets.
In de toets –/+ knipperen een of meer controlelampjes.
Het aantal knipperende controlelamp­jes stemt overeen met het percentage verstreken bedrijfsuren:
1 controlelampje = 25 % 2 controlelampjes = 50 % 3 controlelampjes = 75 % 4 controlelampjes = 100 %
Bij het uitschakelen van de wasemkap of na een stroomonderbreking blijven de afgelopen bedrijfsuren in het geheu­gen.
13
Bediening
Bedrijfsurenteller veranderen
Het maximum aantal bedrijfsuren van de vetfilter kan u aanpassen aan uw kookgewoontes. U heeft de keus uit 20, 30, 40 of 50 uur.
Kies een korte tijd indien u dikwijls braadt of vaak een friteuse gebruikt.
Schakel de ventilator uit met de toets aan/uit.
Druk tegelijk de toets om het toestel te laten nawerken en die van de vet­filters.
Het controlelampje naast de vetfilter­toets en een van de lampjes in de toets –/+ knipperen.
Kies met de toetsen –/+ de gewen­ste tijd.
De controlelampjes van de toetsen –/+ duiden de ingestelde duur aan:
1ste lampje van links = 20 uur 2de lampje van links = 30 uur 3de lampje van links = 40 uur 4de lampje van links = 50 uur
14
Bevestig uw keus met de vetfilter­toets.
Bevestigt u niet binnen de 4 minu­ten na het programmeren, dan neemt het toestel de ‘oude’ gege­vens over.
Reiniging en onderhoud
Schakel voor elke onderhoudsbeurt de ventilator uit! Daartoe – de smeltstoppen van uw huis­installatie uitschakelen of – de stekker uit het stopcontact verwijderen.
Ommanteling
Maak de ommanteling met een heet, niet agressief sopje schoon. Vervolgens met een doek droogwrijven.
Gebruik nooit reinigingsmiddel dat zand, soda, zuur of chloriden bevat. Daardoor wordt het oppervlak aan­getast.
Om de ommanteling te onderhouden, is een niet-agressief, niet-schurend reinigingsmiddel voor roestvrij staal geschikt. Bv. Neoblank, verkrijgbaar in de Miele-naverkoopdienst.
Reiniging en onderhoud
De vetfilters
De vetfilters in het toestel nemen de vaste bestanddelen van de kookdam­pen op (vet, stof e.d.). Vetfilters verhin­deren dat het toestel vuil wordt. Er zijn opnieuw te gebruiken metalen vetfilters ingebouwd.
Maak de vetfilter(s) in elk geval schoon zodra het controlelampje naast de vetfil­tertoets aangaat. Het verdient aanbeveling de vetfilters om de 3 à 4 weken schoon te maken. Zo vermijdt u dat het vet gaat vastklon­teren.
Door erg verzadigde vetfilters ver­groot het brandrisico!
Duw de vergrendeling van de vetfil­ter naar het midden toe.
Neem de vetfilters uit.
15
Reiniging en onderhoud
Maak de vetfilters schoon:
met de hand: met een afwasborstel
in warm water met afwasmiddel voor manuele afwas erin.
in de afwasautomaat: zet de filters
verticaal in de onderste korf.
Wanneer u de vetfilters in de afwas­automaat laat afwassen, kan het fil­teroppervlak op de duur verkleuren. Dat hangt namelijk af van het afwas­middel. Deze verkleuring schaadt de werking van de vetfilters even­wel niet.
Leg de filters na het schoonmaken nog op een vochtopnemend voor­werp te drogen.
Wanneer de filters uitgenomen zijn, kunt u de bereikbare onderdelen van de behuizing van vet ontdoen. Daar­door vermijdt u brandgevaar.
Let er bij het monteren van de filters op dat de vergrendeling naar het kookvlak toe wijst. Als een filter verkeerd zit, ontgren­del die dan langs de uitsparingen met behulp van een kleine schroe­vedraaier.
Druk na het monteren van de filters ca. 4 seconden lang op de vetfilter­toets. Dit om de bedrijfsurenteller te­rug in werking te zetten.
16
Reiniging en onderhoud
Een halogeenlamp vervangen
Maak de wasemkap stroomloos. Daartoe – de smeltstoppen van uw huis­installatie uitschakelen of – de stekker uit het stopcontact trekken.
Halogeenlampjes worden tijdens de werking erg heet. Ook geruime tijd na het uitschakelen bestaat er nog gevaar dat u er zich aan verbrandt.
Neem halogeenlampjes niet direct bij het glas vast. Anders kunnen die schade oplopen. Hou rekening met de wenken van de fabrikant.
Reiniging en onderhoud
Trek de ring b af om het halogeen­lampje te vervangen.
Maak de sluitring c los. Zorg ervoor dat het lampdeksel intussen niet valt.
Trek het halogeenlampje e uit de fit­ting en steek er een nieuw in.
d
Leg het lampdeksel d weer op zijn plaats en duw de sluitring zichtig in zijn houder.
Gebruik de verlichting nooit zonder lampdeksel. Dit deksel bevat name­lijk een filter die u beschermt tegen schadelijke straling.
Zet de ring b nu weer op zijn plaats.
c
voor-
17
Naverkoopdienst
Naverkoopdienst
Neem bij storingen die u niet zelf kunt oplossen, contact op
met uw Miele-handelaar ofmet de Miele-naverkoopdienst.
Het adres en telefoonnummer van onze naverkoopdienst vindt u op de rugzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Wanneer u daar een beroep op doet, geef dan a.u.b. altijd het machinetype en -nummer op.
Beide gegevens vindt u op het type­plaatje. Dat wordt zichtbaar nadat u de vetfilter hebt weggenomen.
18
Elektrische aansluiting en technische gegevens
Elektrische aansluiting en technische gegevens
De aansluiting van uw apparaat op het stroomnet kan u het best aan een bevoegd elektricien toevertrou­wen, die de plaatselijke reglemente­ring kent en nauwgezet volgt. Door ondeskundige installaties of re-
De gegevens over de aansluiting vindt u op het typeplaatje. Dat wordt zicht­baar zodra u de vetfilters uitneemt.
Ga na of deze gegevens overeenstem­men met de spanning en de frequentie van het net.
paraties kunnen er niet te onder­schatten risicos opduiken voor wie
Technische gegevens
het toestel gebruikt. Daar is de fabri­kant niet aansprakelijk voor.
Aansluitwaarde
DA 237-1 . . . . . . . . . . . . . . . . . 240 W
DA 239-1 . . . . . . . . . . . . . . . . . 260 W
Elektrische aansluiting
Deze wasemkap mag enkel worden aangesloten op een naar behoren geïnstalleerd stopcontact met aarding van 230V ~ 50 Hz.
Om de veiligheid te verhogen, verdient het aanbeveling een verliesstroomscha­kelaar met een uitschakelstroom van 30 mA voor het toestel te schakelen.
Het verdient aanbeveling de aanslui­ting via een stopcontact uit te voeren. Dit vergemakkelijkt immers eventuele tussenkomsten van de naverkoop­dienst. Let erop dat het stopcontact nog toegankelijk is wanneer het toestel ingebouwd is.
Verlichting
DA 237-1, DA 237 EXT . . . . . 2 x 20 W
DA 239-1, DA 239 EXT . . . . . 3 x 20 W
Spanning. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 230 V
Frequentie . . . . . . . . . . . . . . . . ~ 50 Hz
Smeltstoppen . . . . . . . . . . . . . . . . 10 A
Ventilatievermogen
Luchtafvoervermogen volgens EN 61591 Luchtafvoersysteem C 150 mm:
Stand I. . . . . . . . . . . . . . . . . 220 m
Stand II . . . . . . . . . . . . . . . . 335 m
Stand III. . . . . . . . . . . . . . . . 440 m
Intensieve stand . . . . . . . . . 640 m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Is het stopcontact voor de gebruiker na het inbouwen niet meer toegankelijk of is er een vaste aansluiting voorzien, dan moet die voor elke fase met een stroomonderbreker uitgerust zijn. Als stroomonderbrekers kunnen er schake­laars worden gebruikt met een contact­opening van minstens 3 mm. Bijvoor­beeld automatische schakelaars, smeltstoppen en contactsluiters.
Luchtafvoersysteem C 125 mm:
Stand I. . . . . . . . . . . . . . . . . 210 m
Stand II . . . . . . . . . . . . . . . . 305 m
Stand III. . . . . . . . . . . . . . . . 405 m
Intensieve stand . . . . . . . . . 590 m
Ongehinderde afvoer . . . . . 690 m
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
3
/uur
Aansluitwaarde en luchtafvoervermo­gen van de modellen -EXT zijn afhanke­lijk van de buiten de keuken geplaatste ventilator die aangesloten werd.
19
Afmetingen van de toestellen
Afmetingen van de toestellen
DA 237-1, DA 237 EXT
DA 239-1, DA 239 EXT
S = minimumafstand tussen kookvlak en
wasemkap H =825 à 1070 mm Om de schouw te monteren, moet de
maat A tussen de bovenkant van de schouw en het plafond minstens 20 mm bedragen.
20
: wand- of plafondgedeelte waar­langs de opening voor de luchtafvoer wordt gemaakt. Hierin wordt eveneens het stopcontact geplaatst. Hierlangs wordt bij toestellen van de reeks ... EXT ook de verbindingskabel geleid.
Aansluiting voor luchtafvoer
C 150 mm, met verlooptuit C 125 mm.
Montage
Boven ovens of fornuizen die met vaste brandstof worden verwarmd, mag u deze wasemkap niet monte­ren.
Tussen het kookvlak en de wasem­kap dient u voor uw veiligheid een minimumafstand (S) te houden van: – 45 cm boven elektrische
kookvlakken,
65 cm boven gaskookvlakken,65 cm boven een Miele-elektrogrill.
Meer tips omtrent uw veiligheid vindt u in de rubriek ‘Opmerkingen omtrent uw veiligheid, waarschu­wingen’.
Om vrij en vlot onder de wasemkap te kunnen werken, bevelen wij ook boven elektrische kookvlakken een afstand van 65 cm aan.
Montage
Montageplaten
Met behulp van de montageplaten be­vestigt u de wasemkap tegen de wand.
Ga als volgt te werk:
Trek eerst op de wand waartegen u de wasemkap gaat monteren, een streep die overeenstemt met het mid­den van het kookvlak
Markeer 2 gaatjes op een hoogte van S + 260 mm boven het werkblad.
Enkel bij DA 239: Markeer ook nog een gaatje op een hoogte van S + 495 mm.
21
Montage
Hou de montageplaat voor het aan­passtuk waterpas en vlak tegen het plafond van het vertrek. Centreer de plaat met behulp van de gaatjes en markeer de 2 te boren gaatjes op de wand.
In de 2 onderste gaatjes draait u 2 schroeven 5 x 40 mm. De schroef­koppen laat u zowat 5 mm uitsteken.
Terugslagklep
(enkel bij toestellen met ingebouwde ventilator)
Plaats de terugslagklep in de lucht­afvoertuit van de motor. Zorg ervoor dat de kleppen naar boven toe kun­nen opengaan.
Boor de gaatjes op de markeringen in de wand: C 8 mm en steek er S8­plugs in.
Bevestig de bovenste montageplaat voor het aanpasstuk en bij de DA 239 de schouwmontageplaat losjes met de schroeven 5 x 40 mm. Hang ze gelijk en draai de schroe­ven aan.
22
Montage
Motor
(enkel bij toestellen met ingebouwde ventilator)
Hang de motor in de schroeven. Hang de motor waterpas en beves-
tig hem met de schroeven.
Besturing
(enkel bij EXT-uitvoering) Bij de EXT-uitvoering wordt in de plaats
van de motor het besturingskastje ge­monteerd.
Verbind de wasemkap met de elders geplaatste ventilator met behulp van het verbindingssnoer en de 6-polige stekker.
Bij deze uitvoeringen is de terugslag­klep reeds ingebouwd.
De luchtafvoertuit is voorzien voor een luchtafvoerslang van 125 mm Ø. U kan ook een luchtafvoerleiding met 150 mm Ø daarop aansluiten.
Boor 2 gaatjes C 8 mm door de gaat­jes van de motormontageplaat in de wand en steek er S8-plugs in.
Daartoe snijdt u de luchtafvoertuit van de wasemkap met een scherp mes aan de versmalling door.
23
Montage
Enkel bij DA 237: Monteert u de wasemkamp in een keu­ken met een hoog plafond, verstevig dan de schouw met een bijkomende steunplaat.
Die monteert u 350 mm boven de motor of de besturing tegen de wand. Gebruik daartoe twee plugs S 8 en 2 schroeven 5 x 40 mm.
Luifel
Hang de luifel over de hoekplaatjes van de motormontageplaat.
24
Bevestig de luifel met de bijgelever­de lijst tegen de wand. Draai daartoe 2 schroeven 5 x 40 mm door de motormontageplaat in de wand.
Montage
De luchtafvoer voorbereiden
Bevestig de soepele slang met een slangklem op de luchtafvoertuit.
Voer het bovenste uiteinde van de slang door de wand of het plafond naar buiten.
Sluit de luchtafvoer verder aan. Zie rubriek Aansluiting van de luchtaf­voer’.
Elektrische verbinding
Aanpasstuk
Met het aanpasstuk kan u de maat tus­sen wasemkap en plafond variëren.
Trek het aanpasstuk wat open en haak het achter de bovenste monta­geplaat.
Verbind de stekker van de luifel met de overeenkomstige koppeling van motor of besturing.
Steek de stekker in het stopcontact.
Schuif het aanpasstuk tegen het pla­fond. Schroef het aan beide zijden met de schroeven 3,9 x 7,5 mm vast op de bovenste montageplaat.
Voorzie de schroefkoppen van de meegeleverde kapjes.
25
Montage
Schouw
Papieren beschermstroken verhinderen dat het aanpasstuk bij de montage van de schouw onverhoeds krassen op­loopt. Na de montage worden de papie­ren stroken weer verwijderd.
Verwijder de beschermfolie van de klevende delen.
Kleef de beschermstroken opzij tegen het aanpasstuk.
26
Hou de schouw wat open en schuif ze voorzichtig over het aanpasstuk. Laat ze achter het aanpasstuk en de montageplaten inhaken.
Laat de schouw dan ca. 1 cm zak­ken en schuif ze in de luifel.
Hang de schouw keurig gelijk. Maak de papieren beschermstroken
los en trek ze er naar boven toe uit. Schroef de schouw aan beide zijden
onderaan aan de motormontage­plaat vast. Bij de DA 239 bevestigt u ze ook nog in het midden op de schouwmontageplaat. De te gebrui­ken schroeven: 3,9 x 7,5 mm.
Dek de schroefkoppen af met de bij­geleverde kapjes.
Neem de vetfilters uit het toestel.
Montage
Bevestig de schouw op de luifel met behulp van de schroef die zich in de luifel bevindt.
Met deze schroef kan u ook de hellings­hoek van de luifel regelen:
Draai deze schroef naar rechts om de luifel omhoog te brengen.
Plaats de vetfilters daarna terug.
27
Aansluiting van de luchtafvoer
Aansluiting van de luchtafvoer
Risico op vergiftiging! Hou rekening met de rubriek Opmerkingen omtrent uw veilig­heid, waarschuwingen
Afvoerleiding
– De afvoerleiding dient zo kort en
recht mogelijk te zijn.
– De diameter van de afvoerleiding
mag niet kleiner zijn dan 150 mm. Anders is het afzuigvermogen van het toestel niet zoals het hoort.
Zo u een vlak kanaal voor de luchtaf­voer gebruikt, verzwakt het afzuigver­mogen eveneens.
Gebruikt u afvoerleidingen met een diameter kleiner dan 150 mm of vlak­ke afvoerkanalen, dan veroorzaakt de wasemkap meer lawaai.
– Pas wijde bochten toe. Door kleine
bochten vermindert het luchtafvoer­vermogen van het toestel.
– Wordt de lucht naar buiten afge-
voerd, dan is een telescopische Miele-muurbuis aan te bevelen.
– Leidt u de afvoer in een schouw,
richt de afvoertuit dan in de richting waarin de lucht wordt afgevoerd.
– Gebruik voor de aansluiting van de
luchtafvoerleiding enkel gladde bui­zen of soepele slangen van onbrand­baar materiaal.
– Zo u de afvoerleiding horizontaal
monteert, dient u een minimumverval van 1 cm per meter te voorzien.
Zo kan er geen condenswater in het toestel lopen.
28
Aansluiting van de luchtafvoer
Belangrijk!
Monteert u de afvoerleiding door koele vertrekken, zolders e.d.? Dan kan er op bepaalde punten een groot tempera­tuurverschil ontstaan. Er kan dus con­denswater worden gevormd.
In zon geval dient u de afvoerleiding voldoende te isoleren.
Condenswaterstop
Het verdient aanbeveling een condens­waterstop te installeren. Daarin wordt het condenswater, dat ondanks de iso­latie van de afvoerleiding toch ontstaat, opgevangen en verdampt.
Zon condenswaterstop is bij de Miele­naverkoopdienst verkrijgbaar.
Installeer de condenswaterstop ver­ticaal en rechtstreeks boven de af­voertuit van het toestel zo dat enigs­zins mogelijk is.
29
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator
Aansluiting op een elders geplaatste ventilator
Wasemkappen uit de reeks ...EXT dient u aan te sluiten op een elders geplaat- ste ventilator. De afzuigturbine wordt dus gemonteerd buiten het lokaal waar de wasemkap hangt. U kiest zelf de plaats voor de ventilator.
De elektrische aansluiting verloopt via een koppelleiding met stekker en kop­peling.
Bij de elders te plaatsen ventilator vindt u ook een montagehandleiding.
30
Wijzigingen voorbehouden / 44 / 000 B - 4099
Dit papier spaart het milieu doordat het uit 100 % chloorvrij gebleekte celstof bestaat.
Loading...