Marantz DN-A7100 User Manual [nl]

INHOUDSOPGAVE VOORWOORD
VOORWOORD ........................................1
ELEKTRICITEIT .................................................................1
AUTEURSRECHT ..............................................................1
INLEIDING ..............................................1
RECYCLING VAN APPARATUUR
EN VERPAKKINGSMATERIAAL ......1
BESCHRIJVING .....................................2
EIGENSCHAPPEN .................................3
ACCESSOIRES ......................................3
VOORPANEEL .......................................4
DISPLAY .............................................................................5
ACHTERPANEEL ...................................6
BEDIENING MET DE
AFSTANDSBEDIENING ...................8
TOETSEN EN HUN FUNCTIES ........................................8
AFSTANDSBEDIENING ...................................................10
ALGEMENE INFORMATIE VAN DE RC-1065
NAAR DE DN-A7100 ........................................................ 11
AANSLUITINGEN ................................12
OPSTELLEN VAN DE LUIDSPREKERS ..........................12
AANSLUITEN VAN LUIDSPREKERS .............................13
AANSLUITEN VAN AUDIOCOMPONENTEN .................14
AANSLUITEN VAN VIDEOCOMPONENTEN .................15
GEAVANCEERDE AANSLUITINGEN ..............................16
AANSLUITEN VAN DE ANTENNEAANSLUITINGEN .....17
INSTELLINGEN ....................................19
ON-SCREEN-MENUSYSTEEM ......................................19
1 INSTELLEN INGANGSAANSLUITINGEN
(TOEWIJSBARE DIGITALE INGANG EN
COMPONENTENVIDEO-INGANG) ..................................20
2
SPEAKER SETUP (LUIDSPREKER-INSTELLINGEN)
3 PREFERENCE (VOORKEUREN) ...............................22
4 SURROUND .................................................................22
II
(PRO LOGIC II) MUSIC PARAMETER
5 PL
(PARAMETERS VOOR PRO LOGIC II MUSIC) .............23
6 CS
II
(CIRCLE SURROUND II) PARAMETER ..........23
7 7.1-KAN INPUT LEVEL
(7.1-KANALEN INGANGSNIVEAU) .................................23
....20
EENVOUDIG INSTELLEN ....................24
BASISBEDIENING (WEERGEVEN) ....25
EEN INGANGSBRON KIEZEN ........................................25
VIDEOCONVERSIE .........................................................25
DE SURROUNDFUNCTIE KIEZEN .................................26
HET HOOFDVOLUMENIVEAU INSTELLEN ..................26
DE KLANKREGELING (HOGE- EN LAGETONEN)
INSTELLEN ......................................................................26
HET GELUID TIJDELIJK UITSCHAKELEN .....................26
DE SLAAPTIMER GEBRUIKEN ......................................26
NACHTFUNCTIE ..............................................................26
SURROUNDFUNCTIE ..........................27
OVERIGE FUNCTIES ...........................30
AUTOMATISCH TV IN-/UITSCHAKELFUNCTIE ............30
DEMPING VAN HET ANALOGE INGANGSSIGNAAL ....30
LUISTEREN MET EEN HOOFDTELEFOON ..................30
VIDEO AAN/UIT ................................................................30
DISPLAYFUNCTIE ...........................................................30
ANALOGE AUDIO-INVOER OF
DIGITALE AUDIO-INVOER KIEZEN ................................30
EEN ANALOGE BRON OPNEMEN .................................31
HT-EQ (THUISBIOSCOOP-TOONGENERATOR) ..........31
7.1-KANALEN INVOER ....................................................31
AUX2-INGANGSAANSLUITINGEN .................................32
LIP.SYNC .......................................................................... 32
BASISBEDIENING (TUNER) ...............32
LUISTEREN NAAR DE TUNER .......................................32
VOORKEURZENDERGEHEUGEN .................................33
RDS GEBRUIKEN ............................................................35
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN .........36
SPECIFICATIES VAN DE
RS-232C REGELING ......................37
ALGEMENE BESCHRIJVING ..........................................37
GEDETAILLEERE BESCHRIJVING ................................37
AANBEVOLEN DEFINITIES VAN COMMANDO’S,
STATUSSEN EN LAGEN .................................................39
AANBEVOLEN COMMANDO’S,
STATUSSEN EN LAGEN .................................................40
TECHNISCHE GEGEVENS .................43
DIMENSIONS ......................................43
Alvorens u het apparaat op de netspanning aansluit, dient u eerst dit hoofdstuk te lezen.
ELEKTRICITEIT
Dit apparaat van DENON kan worden aangesloten op de netspanning bij u thuis en voldoet aan de veiligheidseisen in uw regio. DN-A7100 mogen uitsluitend worden bediend op een netspanning (wisselspanning) van 230 V.
AUTEURSRECHT
Voor het opnemen en afspelen van bepaald materiaal kan toestemming noodzakelijk zijn. Voor verdere informatie hierover wordt verwezen naar:
— Wet Auteursrechten 1956 — Wet Acteurs en Musici 1958 — Wetten ter Bescherming van Beoefenaars van
Uitvoerende Kunsten 1963 en 1972
— Alle recentere wettelijke bepalingen en
voorschriften
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ OPSTELLING
Ten behoeve van warmteafgifte moet u minstens 0,2 m/8 inch vrije ruimte overlaten tussen de bovenkant, achterkant en zijkanten van dit apparaat en de muur of andere componenten.
• Blokkeer de ventilatieopeningen niet.
0.2 m (8 ins.)
0.2 m (8 ins.)
0.2 m
(8 ins.)
0.2 m
(8 ins.)
INLEIDING
Dank u voor de aanschaf van deze DENON DN-A7100 DTS/Dolby Digital Surround-ontvanger. Dit opmerkelijke apparaat is ontworpen om u vele jaren te laten genieten van uw eigen huisbioscoop. Neem even de tijd om deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen alvorens u de vereiste verbindingen maakt en de DN-A7100 in gebruik neemt. Aangezien er verschillende mogelijkheden voor aansluiting en confi guratie bestaan, is het verstandig om de opzet van uw eigen huisbioscoop te bespreken met uw DENON-handelaar die in audio­en videoapparatuur gespecialiseerd is.
RECYCLING VAN APPARATUUR EN VERPAKKINGSMATERIAAL
De verpakking van dit product is geschikt voor recycling. Dit product en de accessoires, als geheel verpakt, zijn het relevante product volgens de WEEE-richtlijn, behalve de batterijen. Gooi materialen bij het afval volgens de gemeentelijke voorschriften voor recycling. Gooi dit apparaat bij het afval volgens de gemeentelijke wetten of voorschriften. Batterijen mogen nooit bij het normale afval en mogen nooit worden verbrand, maar moeten worden weggegooid volgens de gemeentelijke voorschriften voor chemisch afval.
NEDERLANDS
1
BESCHRIJVING
DTS werd in 1994 geïntroduceerd om 5.1-kanalen discrete, digitale audio in huisbioscopen mogelijk te maken. DTS maakt eersteklas kwaliteit, discrete, multikanalen, digitaal geluid mogelijk voor fi lms en muziek. DTS is een multikanalen geluidssysteem ontworpen om een volledige bereik aan digitale geluidsweergave te creëren. De compromisloze, digitale bewerking van DTS bepaalt het kwaliteitsniveau voor bioscoopgeluid door een exacte kopie van de masteropnamen uit de studio mogelijk te maken in buurt- en huisbioscopen. Nu kan iedere bioscoopganger het geluid exact zo horen als de fi lmmakers het hebben bedoeld. U kunt thuis genieten van DTS met fi lms of muziek op dvd’s, ld’s en cd’s.
“DTS” en “DTS Digital Surround” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
De voordelen van discrete multikanalen-systemen in
NEDERLANDS
vergelijking met matrix-systemen zijn genoegzaam bekend. Maar zelfs in vertrekken die zijn uitgerust met een discreet multikanalen-systeem, blijft er een behoefte aan kwalitatief hoogstaande matrix-decodering. Dit komt door de beschikbaarheid van een groot aanbod aan matrix-surroundfilms op disc en op videocassette, en analoge televisie-uitzendingen. Een typische hedendaagse matrix-decoder genereert een middenkanaal en een mono-surroundkanaal uit 2­kanalen matrix-stereomateriaal. Dit is beter dan simpele matrix vanwege de toepassing van sturingslogica ter verbetering van de scheiding, maar aan de andere kant kan het vanwege de mono-surround met een beperkte bandbreedte teleurstellend zijn voor gebruikers die gewend zijn aan discrete multikanalen.
Neo:6 biedt u de volgende belangrijke verbeteringen
• Neo:6 biedt maximaal zes kanalen met volledige bandbreedte door matrix-decodering van matrix­stereomateriaal. Gebruikers van 6.1 en 5.1 systemen zullen zes, respectievelijk vijf, afzonderlijke kanalen krijgen, overeenkomstig de standaard luidsprekerverdeling voor thuisbioscopen.
• De technologie achter Neo:6 maakt het mogelijk dat diverse geluidselementen binnen een kanaal/ kanalen afzonderlijk worden gestuurd op een manier die op natuurlijke wijze voortvloeit uit de oorspronkelijke uitvoering.
2
Neo:6 biedt een muziekfunctie waarmee niet­matrix-stereo-opnamen worden uitgebreid naar de 5- of 6-kanalen luidsprekerverdeling op een manier die niets afdoet aan de subtiliteit en integriteit van de oorspronkelijke stereo-opname.
DTS-ES Extended Surround is een nieuw, multikanalen, digitaal signaalformaat dat is ontwikkeld door Digital Theater Systems Inc. Terwijl het goede compatibiliteit biedt met het conventionele DTS Digital Surround­formaat, betekent DTS-ES Extended Surround een enorm verbetering van de 360-graden surroundindruk en ruimtelijkheid dankzij verder uitgebreide surroundsignalen. Dit formaat wordt sinds 1999 gebruikt in professionele bioscopen. Als aanvulling op de 5.1 surroundkanalen (linksvoor [FL], rechtsvoor [FR], midden [C], linker surround, [SL], rechter surround [SR] en lagetoneneffecten [LFE]), biedt DTS-ES Extended Surround ook het achtersurroundkanaal [SB] voor een surroundweergave met in totaal 6.1 kanalen. DTS-ES Extended Surround bevat twee signaalformaten met verschillende surroundsignaal-opnamemethodes, te weten DTS-ES Discrete 6.1 en DTS-ES Matrix 6.1.
“DTS”, “DTS-ES Extended Surround” en “Neo:6” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
Een stereo-cd is een 16-bit medium met een bemonsteringsfrequentie van 44,1 kHz. Professionele audio is al sinds enige tijd 20- of 24-bit en er bestaat een toenemende interesse in hogere bemonsteringsf requenties, zowel voor opname als voor thuisgebruik. Een grotere bit-diepte levert een groter dynamisch bereik op. Een hogere bemonsteringsfrequentie levert een groter frequentiebereik op en maakt het gebruik van anti-aliasing en reconstructiefilters mogelijk met betere auditieve eigenschappen als gevolg.
DTS 96/24 maakt het mogelijk dat soundtracks met
5.1 kanalen worden gecodeerd met 96-kHz/24-bit van dvd-videotitels. Toen dvd-video uitkwam, werd het mogelijk 96-kHz/24­bit audio voor thuisgebruik te maken, maar alleen in twee kanalen en met ernstige beperkingen voor het beeld. Deze mogelijkheid is slechts weinig toegepast.
Dvd-audio maakt 96/24 mogelijk voor zes kanalen, maar hiervoor is een nieuwe speler noodzakelijk, terwijl alleen analoge signalen worden uitgevoerd,
waardoor het noodzakelijk wordt D/A-omzetters en analoge elektronica in de speler te gebruiken.
DTS 96/24 biedt u onder andere:
1. Een geluidskwaliteit identiek aan de 96/24 masteropname.
2. Volledig terugwaarts compatibel met alle bestaande decoders (bestaande decoders voeren signalen van 48 kHz uit).
3. Geen nieuwe speler noodzakelijk: DTS 96/24 kan op een dvd-video worden gezet, of in de video­zone van een dvd-audio, compatibel met alle dvd-spelers.
4. 96/24 geluid met 5.1 kanalen ‘full-quality’, ‘full­motion’ video voor muziekprogramma’s en fi lmsoundtracks op dvd-video.
“DTS” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
Dolby Digital identificeert het gebruik van Dolby Digital audio-codering voor consumentenformaten zoals dvd en dtv. Net als bij fi lmgeluid, kan Dolby Digital maximaal 5 kanalen met vol bereik leveren aan de linker, midden en rechter schermkanalen, onafhankelijke linker en rechter surroundkanalen, en een zesde (“.1”) kanaal voor de lagetoneneffecten.
Dolby Surround Pro Logic II is een verbeterde matrix decodeertechnologie die een betere ruimtelijkheid en gerichtheid geeft aan Dolby Surround programmamateriaal, die een overtuigend driedimensionaal geluidsveld geeft aan conventionele stereo-opnamen, en die uiterst geschikt is om een surroundervaring toe te voegen aan audio in de auto. Ondanks dat conventionele surroundprogrammering volledig compatibel is met Dolby Surround Pro Logic II decoders zullen soundtracks specifi ek gecodeerd kunnen worden om de voordelen van Pro Logic II weergave te benutten, inclusief afzonderlijke linker en rechter surroundkanalen. (Dergelijk materiaal is tevens compatibel met conventionele Pro Logic decoders.)
Dolby Digital EX creëert zes uitgangskanalen met volledige bandbreedte uit bronnen met 5.1-kanalen. Dit wordt bereikt met behulp van een matrix-decoder die drie surroundkanalen genereert uit de twee in de oorspronkelijke opname. Voor de beste resultaten moet Dolby Digital EX worden gebruikt voor soundtracks van fi lms die zijn opgenomen met Dolby Digital Surround EX.
Over Dolby Pro Logic IIx
Door middel van Dolby Pro Logic II x wordt een natuurlijke en intense 7.1-kanalen luisterervaring mogelijk gemaakt in uw thuisbioscoop. Dolby Pro Logic IIx is, als product van Dolby’s ervaring met surroundgeluid en matrixdecoder-technieken, een complete oplossing voor surroundgeluid die zowel de entertainmentwaarde van stereo als de 5.1­kanalen gecodeerde geluidsbronnen, tot het uiterste vergroot.
Dolby Pro Logic II x is geheel compatibel met Dolby Surround Pro Logic en is in staat om duizenden commercieel beschikbare Dolby Surround gecodeerde videobanden en televisieprogramma’s met vergrootte dieptewerking en ruimte-effect te decoderen. Het kan ook elk muziekstuk met een hoge stereokwaliteit of Advanced Resolution 5.1-kanalen weergave naadloos tot een 6.1- of 7.1-kanalen luisterervaring verwerken.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic” en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
Circle Surround II (CS-II ) is een krachtige en veelzijdige multikanalen-technologie. De CS-II is ontworpen om weergave van maximaal 6.1-kanalen surroundgeluid mogelijk te maken uit mono-, stereo- en CS-gecodeerde bronnen, en andere matrix-gecodeerde bronnen. In alle gevallen levert de decoder 6 kanalen surroundgeluid en een LFE/subwoofer-signaal. De CS-II decoder creëert een luisteromgeving waarbij de luisteraar ‘binnenin’ een muziekuitvoering wordt geplaatst, en verbetert op een dramatische wijze zowel hifi -audio­als conventioneel surround-gecodeerd videomateriaal. CS-II levert composietstereo-achterkanalen die de scheiding en beeldpositionering sterk verbeteren waardoor een verhoogd gevoel van realisme wordt verkregen bij zowel audio als audiovisuele producties. CS-II zit vol met andere nuttige functies, zoals spraakhelderheid (SRS Dialog) voor films, en bioscoopachtige verrijking van de lage tonen (TruBass). Met CS-II is het mogelijk dat de dialogen in fi lms helderder en beter verstaanbaar worden, en is het ook mogelijk dat de lage frequenties in het oorspronkelijke programma nauwkeuriger worden omgezet in lage tonen - waarbij de beperkingen van de luidsprekers ten aanzien van lagetonen-weergave met een volle octaaf worden verbeterd.
Circle Surround II , Dialog Clarity, TruBass, SRS en het Labs, Inc. Circle Surround II, Dialog Clarity en TruBass technologie is ingebouwd onder licentie van SRS Labs, Inc.
symbool zijn handelsmerken van SRS
HDCD® (High Defi nition Compatible Digital®) is een gepatenteerd proces voor het op compact disc overdragen van de volledige rijkdom en details van de oorspronkelijke microfooninvoer. Met HDCD gecodeerde cd's klinken beter, omdat ze zijn gecodeerd met echte muziekinformatie van 20-bit in plaats van de 16-bit muziek op alle andere cd's. HDCD omzeilt de beperkingen van het 16-bits cd­formaat door gebruik te maken van een geavanceerd systeem dat de vier extra bits op de cd codeert en toch volledig compatibel blijft met het cd-formaat. Als u naar een HDCD-opname luistert, hoort u meer dynamisch bereik, een geconcentreerde driedimensionale soundstage, en een bijzonder natuurlijk zang- en muziektimbre. Met HDCD krijgt u de omvang, diepte en emotie van de oorspronkelijke uitvoering en niet een vlakke, digitale imitatie.
Het HDCD-systeem is geproduceerd onder licentie van Microsoft. Dit apparaat valt onder een of meerdere van de volgende patenten: in de Verenigende Staten 5,479,168 5,638,074 5,640,161 5,808,574 5,838,274 5,854,600 5,864,311 5,872,531 en in Australië 669,114. Andere patenten aangevraagd.
HDMI, het en High-Defi nition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
EIGENSCHAPPEN
De DN-A7100 is uitgerust met de meest geavanceerde technologie voor het decoderen van digitaal surroundgeluid, zoals Dolby Digital EX, Dolby Digital, DTS-ES (Discreet 6.1 en Matrix 6.1), DTS Neo:6 (Cinema en Music), Dolby Pro Logic II x (Movie, Music en Spel) en Circle Surround II (Cinema en Music). Bovendien heeft DENON zich voorbereid op de toekomst. Door gebruik te maken van pre­uitgangsaansluitingen, 7.1-direct-ingangsaansluitingen en een RS-232C-communicatiepoort kan) de DN­A7100 vandaag al worden opgewaardeerd naar de technologie van morgen!
De DN-A7100 is uitgerust met de meest geavanceerde digitale signaalbewerkingsschakelingen, naast een Crystal® 192-kHz/24-bit D/A-omzetter in ieder van de 8 kanalen. Er zijn onafhankelijke voedingsschakelingen ingebouwd voor het FL-display en de audio- en video-gedeelten voor een maximale scheiding, helderheid en dynamisch bereik. In combinatie met de zorgvuldig geselecteerde en op maat gemaakte componenten, werken alle elementen harmonieus samen en creëren een emotie, precies zoals de
artiest het bedoeld heeft.
De DN-A7100 is ontworpen en ontwikkeld met uitgebreide inbreng van specialisten op het gebied van aangepaste installaties, vakhandelaren en gebruikers. Hij is uitgerust met de mogelijkheid van meerdere bronnen, een RS-232C communicatiepoort en een uitgebreide keuze aan analoge en digitale ingangsaansluitingen en uitgangsaansluitingen. De 6 toewijsbare digitale ingangsaansluitingen (waaronder AUX), de 3 toewijsbare componenten­ingangsaansluitingen, de super-audio-cd multikanaals (7.1 kanalen) directe ingangsaansluitingen, het video-omzetsysteem en de OSD-uitvoer, tillen de veelzijdigheid naar een ongeëvenaard nieuw niveau. Bovendien kan de DN-A7100 de OSD-informatie uitvoeren via de Y/C (S-video)- en composietvideo­uitgangsaansluitingen.
Een gebruiksvriendelijke afstandsbediening biedt volledige toegang tot alle bedieningsfuncties.
Dit apparaat is uitgerust met een eenvoudige instelfunctie. U kunt alle luidsprekerinstellingen maken door gewoon de grootte van het luistervertrek en het aantal luidsprekers te kiezen in de eenvoudige instelfunctie. U kunt ook uw eigen instellingen maken op de gebruikelijke manier bij conventionele AV-
versterkers.
Dolby Digital EX, Dolby Digital, DTS-ES
• (
Discrete 6.1, Matrix 6.1, Neo: 6
• Dolby Pro Logic II x (Movie, Music, Game)
• Circle Surround II (Movie, Music, Mono)
• HDCD-decodering
• 192-kHz/24-bit Crystal® DAC voor alle 7 kanalen
• Chipset voor het bewerken van 32-bit digitaal surround
• Video-uit-functie
• RS-232C-aansluiting voor systeembediening
• Instelmenu voor alle video-uitgangssignalen (composiet, S-video en componentenvideo)
• Automatische ingangssignaaldetectie
• Verbeterde invoermethode van zendernaam, 50 voorkeurzenders
• Automatische aanpassingsfunctie voor de luidspr ekerafstandsinstellingen (vertragingstijd)
• XLR-type symmetrische audio-ingangsaansluiting (AUX-ingangsaansluiting)
• Afstandsbediening
• Eenvoudig instellen
• Videoconversiesysteem
• LIP.SYNC-functie (audiovertraging)
• XLR-type symmetrische audio-uitgangsaansluiting
)
ACCESSOIRES
Afstandsbediening RC-1065
AAA-formaat batterijen × 2
AM-raamantenne
FM-antenne
Netsnoer
Gebruiksaanwijzing
NEDERLANDS
Lijst met servicecentra × 1
3
VOORPANEEL
q
w e t
riuy
@2 !8@0 !6
@1 !9 !7 !5@3 !2!3!4
q
POWER-knop en STANDBY-indicator
Druk op de knop om het apparaat in te schakelen, en druk nogmaals op de knop om het uit te schakelen. Als de POWER-knop in de aan-stand staat, kan het
NEDERLANDS
apparaat worden in- en uitgeschakeld door op de POWER-toets op de afstandsbediening te drukken. Wanneer dit apparaat standby staat met de POWER- knop in de stand ON, kunt u het apparaat ook inschakelen door op de ENTER-toets te drukken.
De STANDBY-indicator is aan wanneer het apparaat door de afstandsbediening in de stand-bystand (uitgeschakeld) is gezet.
w
KEY LOCK-toets
Houd deze toets gedurende 3 seconden ingedrukt om de KEY LOCK-functie in te schakelen. Wanneer de KEY LOCK-functie is ingeschakeld, kan het apparaat alleen worden bediend via de RS232C-aansluiting of de afstandsbediening, en is bediening door middel van de toetsen op het apparaat zelf onmogelijk. Houd deze toets gedurende 3 seconden ingedrukt om de KEY LOCK-functie uit te schakelen.
e
KEY LOCK-indicator
De indicator licht op in de KEY LOCK-functie.
r SURROUND MODE-toets
Druk op deze toets om de surroundfunctie te kiezen.
4
o !0 !1
t HDMI-indicator
Deze indicator licht op als er een HDMI-apparaat wordt aangesloten op de DN-A7100.
y
Infraroodsignalen-zendsensorvenster
Dit venster zendt infraroodsignalen uit naar de afstandsbediening.
u BAND-toets
Druk op deze toets om te schakelen tussen FM en AM in de TUNER-functie.
i T-MODE-toets (functietoets)
Druk op deze toets om de automatisch-stereofunctie of monofunctie te kiezen wanneer de FM­frequentieband is gekozen. De “AUTO”-indicator gaat aan in de automatisch­stereofunctie. (Zie bladzijde 33)
o MENU-toets
Druk op deze toets om het SETUP MAIN MENU op te roepen.
!0
MUTE-toets (
geluidsonderbrekingstoets
Druk op deze toets om de PreAMP-uitvoer te onderbreken. Druk er nogmaals op om terug te keren naar het voorgaande volumeniveau.
)
!1
VOLUME-regelaar (volumeregelaar)
Hiermee stelt u het algehele volumeniveau in. Door de regelaar rechtsom te draaien, wordt het volumeniveau verhoogd.
!2 ATT-toets [dempingstoets]
Als het gekozen analoge audio-ingangssignaal groter is dan het capaciteitsniveau van de inwendige verwerking, gaat de PEAK-indicator aan. Als dit gebeurt, dient u op de ATT-toets te drukken. ”ATT” wordt afgebeeld als deze functie in werking is. Het signaalingangsniveau wordt teruggebracht tot ongeveer de helft. De demping werkt niet bij het uitgangssignaal “REC OUT” (TAPE-, CD-R/MD- en VCR-uitgangsaansluitingen). Deze functie wordt voor iedere ingangsbron onthouden.
!3 INPUT SELECTOR-knop
(AUDIO/VIDEO)
Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te kiezen. Met de videofunctiebronnen, zoals TV, DVD, VCR1 en DSS, kiest u tegelijkertijd video en audio. U kunt de audiofunctiebronnen, zoals CD, TAPE, CDR/MD en TUNER, kiezen in samenwerking met een videobron. Deze eigenschap (geluidsinjectie) combineert het geluid van de ene ingangsbron met het beeld van een andere ingangsbron. Kies de video-ingangsbron eerst en kies vervolgens een andere audio-ingangsbron om de geluidsinjectiefunctie in werking te stellen.
!4
Cursortoetsen (
1, 2, 3, 4
) /
ENTER-toets
Druk op deze toetsen als u de SETUP MAIN MENU en TUNER-functies bedient.
!5 EXIT-toets
Druk op deze toets om het SETUP MAIN MENU te verlaten.
!6 SIMPLE SETUP-toets
Druk op deze toets om de eenvoudige instelfunctie op te roepen. U kunt hiermee snel de luidsprekerinstellingen (luidsprekergrootte, aantal luidsprekers, vertragingstijd van luidsprekers) maken door op de cursortoetsen te drukken.
!7 DISPLAY-toets
Wanneer u op deze toets drukt, wordt de FL-displayfunctie omgeschakeld tussen de Surroundfunctie Automatisch display uit Display uit Ingangsfunctie, en gaat de display-uit-indicator (DISP) aan als DISPLAY OFF is ingesteld.
!8 CLEAR-toets (annuleertoets)
Druk op deze toets om de zendergeheugen­instelfunctie of de voorkeurzender-scanfunctie te annuleren. (Zie
bladzijde
33)
!9 HT-EQ-toets
Druk op deze toets om de HT (Home Theater)-EQ­functie in en uit te schakelen. Deze functie compenseert het audiogedeelte van een fi lm die “helder” klinkt. Als u op deze toets drukt, licht de “EQ”-indicator op.
@0 MEMORY-toets (geheugentoets)
Druk op deze toets om de voorkeurzendernummers of –namen in te voeren. (Zie bladzijde 33)
@1 PURE DIRECT-toets
Wanneer u één keer op deze knop drukt, verschijnt “SOURCE DIRECT” op de FL-display. Wanneer u opnieuw op deze knop drukt, verschijnt “PURE DIRECT”. Na 2 seconden gaat de aanduiding op de FL-display uit. In de stand Source Direct/Pure Direct worden de toonregelingscircuits en de regeling van lage tonen overgeslagen.
Opmerkingen:
De surroundfunctie wordt automatisch omgeschakeld
• naar AUTO wanneer de functie pure direct/source direct wordt ingeschakeld.
• Bovendien worden de luidsprekerconfi guraties als volgt automatisch vastgezet.
Front SPKR (Voorluidspreker) = LARGE (groot) Center SPKR (Middenluidspreker) = LARGE (groot) Surround SPKR (Surroundluidspreker) = LARGE (groot) Surround Back SPKR (Surroundluidspreker achter)
Subwoofer = YES
= LARGE (groot)
@2 AUTO-toets (Auto surround)
Druk op deze toets om de AUTO-functie te kiezen uit de surroundfuncties. Als deze functie is gekozen, bepaalt de receiver de surroundfunctie automatisch overeenkomstig het digitale ingangssignaal.
@3 PHONES-aansluiting
(hoofdtelefoonaansluiting) voor een stereohoofdtelefoon
Deze aansluiting kan worden gebruikt om naar de uitvoer van de DN-A7100 te luisteren via een hoofdtelefoon. Controleer dat de hoofdtelefoon een standaard 1/4” stereohoofdtelefoonstekker heeft.
DISPLAY
s
a
DISP AUT O TUNED ST V – OFF NIGHT PEAK ANALOG
SURR
AUTO
SLEEP
DIRECT DISC 6.1 MTX 6.1 EQ
g jk¡0 ¡2d
f
¡6
a
DISP-indicator (display-uit-indicator)
Deze indicator gaat aan wanneer het display van de DN-A7100 is uitgeschakeld.
s
SLEEP-timerindicator (
slaaptimerindicator
Deze indicator gaat aan wanneer de slaaptimer in het hoofdvertrek is ingeschakeld.
)
ATT
¡1
DIGITAL
PCM
¡3
SURROUND
DIGITAL
C
L
R
LFE
SL S SR
¡4¡7
h l
¡5
g DTS-ES functie-indicators
(DISC 6.1, MTX 6.1)
Deze indicators geven de DTS-ES decodeerfunctie aan (Discret 6.1 of Matrix 6.1).
h V-OFF (video-uit)-functie-indicator
Deze indicator gaat aan wanneer de video-uit-functie is ingeschakeld.
l EQ-functie-indicator
Deze indicator is aan wanneer de HT-EQ-functie is ingeschakeld.
¡0 ATT-indicator (dempingsindicator)
Deze indicator gaat aan wanneer de dempingsfunctie is ingeschakeld.
¡1 DIGITAL-ingangsbronindicator
Deze indicator gaat aan wanneer een digitale ingangsbron is gekozen.
¡2 ANALOG-ingangsbronindicator
Deze indicator gaat aan wanneer een analoge ingangsbron is gekozen.
¡3 Signaalformaat-indicators
2 DIGITAL, EX, 2 SURROUND, dts, ES, 96/24, PCM Als de gekozen ingangsbron een digitale bron is, gaan enkele van deze indicators aan om het specifieke signaal dat wordt ingevoerd aan te geven.
¡5 Hoofdinformatiedisplay
Dit display beeldt mededelingen af over de toestand, de ingangsbron, de surroundfunctie, de tuner, het volumeniveau of een ander aspect van de werking van het apparaat.
¡6 DIRECT (PURE DIRECT)-indicator
(onveranderde-ingangsbronindicator)
Deze indicator licht op wanneer de DN-A7100 in de source direct- of pure direct-functie staat.
¡7 Aanduiding HDCD
Wanneer het HDCD-signaal van de digitale ingang wordt gedecodeerd, gaat deze aanduiding branden.
d AUTO. SURR-indicator
(
automatische surroundfunctie-
indicator
Deze indicator gaat aan wanneer de AUTO SURROUND functie is ingeschakeld.
)
f TUNER-indicators
AUTO : Deze indicator gaat aan wanneer de
TUNED : Deze indicator licht op wanneer
ST(stereo) : Deze indicator gaat aan wanneer
automatisch-afstemmenfunctie van de tuner is ingeschakeld.
de tuner een voldoende sterk radiosignaal ontvangt.
op een FM-zender in stereo is afgestemd.
j NIGHT-functie-indicator
(nachtfunctieindicator)
Deze indicator gaat aan wanneer de DN-A7100 in de nachtfunctie staat, waarin het dynamisch bereik van digitaal programmamateriaal bij lage volumeniveaus wordt verminderd.
k
PEAK-indicator (piekniveauindicator)
Deze indicator stelt u in staat het analoge audio­ingangssignaal te controleren. Als het gekozen analoge audio-ingangssignaal groter is dan het capaciteitsniveau van de inwendige verwerking, gaat deze indicator aan. Als dit gebeurt moet u op de ATT - toets van de afstandsbediening drukken.
¡4 Indicators voor gebruikte
gecodeerde kanalen
Deze indicators geven de kanalen aan die zijn gecodeerd met een digitaal ingangssignaal. Als het gekozen digitale ingangssignaal Dolby Digital
5.1ch of DTS 5.1ch is, zullen de indicators “L”, “C”, “R”, “SL”, “SR” en “LFE” aan gaan. Als het digitale ingangssignaal 2-kanalen PCM-audio is, zullen de indicators “L” en “R” aan gaan. Als een Dolby Digital 5.1-kanalen signaal met Surround EX-vlag of een DTS-ES-signaal wordt ingevoerd, zullen de indicators “L”, “C”, “R”, “SL”, “S”, “SR” en “LFE” aan gaan.
NEDERLANDS
5
ACHTERPANEEL
o!1!6!7 !2
q ewr ytiu
!3!4!5
q 7.1-KANALEN of AUX2 INGANG
Door een dvd-audiospeler, SACD multikanalen­speler, of andere componenten uitgerust met een multikanalen-poort aan te sluiten, kunt u audio weergeven met 5.1-kanalen of 7.1-kanalen
NEDERLANDS
geluidsuitvoer.
w FM ANTENNA-aansluitingen
(75 ohms)
Sluit een externe FM-antenne of een FM-kabelnetwerk aan met behulp van een coaxiale kabel.
AM- en GND-aansluitingen
Sluit de bijgeleverde AM-raamantenne aan. Gebruik de aansluitingen aangegeven met “AM” en “GND”. De bijgeleverde AM-raamantenne geeft op de meeste plaatsen een goede AM-ontvangst. Positioneer de raamantenne zodanig dat u het beste geluid krijgt.
6
!0
e AUDIO-aansluitingen
(CD, TAPE, CD-R/MD, TV, DVD, VCR, DSS/VCR2)
Dit zijn de analoge audio-ingangsaansluitingen en -uitgangsaansluitingen. Er zijn 7 audio­ingangsaansluitingen (waarvan er 4 zijn gekoppeld aan video-ingangsaansluitingen) en 3 audio­uitgangsaansluitingen (waarvan er 1 is gekoppeld aan een video-uitgangsaansluiting). De audio­aansluitingen zijn gemerkt voor cassettedecks, cd-spelers, dvd-spelers, enz. Voor de audio­ingangsaansluitingen en -uitgangsaansluitingen zijn tulpstekkers vereist.
r VIDEO en S-VIDEO-aansluitingen
(TV, DVD, VCR, DSS/VCR2)
Dit zijn de video-ingangsaansluitingen en
-uitgangsaansluitingen. Er zijn 4 video­ingangsaansluitingen en 1 video-uitgangsaansluiting, die ieder beschikbaar zijn in composietvideo- en S-video-configuraties. Sluit een videorecorder, dvd-speler en andere videocomponenten aan op de video-ingangsaansluitingen. Op de video-uitgangsaansluiting kan een videorecorder worden aangesloten voor het maken van opnamen. S-videobronnen kunnen worden bekeken via de S-video-uitgangsaansluitingen, en composietvideobronnen kunnen alleen worden bekeken via de composietvideo­uitgangsaansluitingen.
t MONITOR
Er zijn twee monitor-uitgangsaansluitingen en beide bezitten zowel composietvideo- als S­videoconfi guraties. Als u twee videomonitors of tv’s tegelijkertijd aansluit, let u erop dat de interface van het on-screen-menusysteem kan worden gebruikt met beide MONITOR-uitgangsaansluitingen.
y
COMPONENT VIDEO INPUT/OUTPUT
Als de DVD-speler of ander apparaat is uitgerust met componentenvideo-aansluitingen, moet u deze aansluiten op de componentenvideo-aansluitingen van de DN-A7100. De DN-A7100 heeft twee componentenvideo-ingangsaansluitingen waarmee de kleurinformatie (Y, CB en CR) rechtstreeks van het opgenomen DVD-signaal of andere videocomponent wordt verkregen, alsmede een componentenvideo­uitgangsaansluiting om het videosignaal rechtsreeks uit te voeren naar de matrix-decoder van het weergaveapparaat. Door het pure DVD-componentenvideosignaal rechtstreeks uit te voeren, omzeilt het DVD-signaal de extra bewerkingen als gevolg waarvan normaal gesproken de beeldkwaliteit wordt verminderd. Het resultaat is een sterk verbeterde beeldkwaliteit met ongelofelijk levensechte kleuren en scherpe details. Wanneer de video-omzettingsfunctie is ingeschakeld, kunnen video- en S-video-beelden worden uitgevoerd naar de COMPONENT MONITOR OUT-aansluiting.
u
DIGITAL-IN-aansluitingen (Dig.1 - 5)
OUT
-aansluitingen
/ DIGITAL-OUT-aansluitingen (COAX, OPT)
Dit zijn de digitale audio-ingangsaansluitingen en -uitgangsaansluitingen. Er zijn 2 digitale ingangsaansluitingen met coaxiale aansluitingen en 3 met optische aansluitingen. De ingangsaansluitingen accepteren digitale audiosignalen vanaf cd-spelers, ld-spelers, dvd­spelers, of andere digitale componenten. Voor digitale uitvoer is er een optische uitgangsaansluiting en een coaxiale uitgangsaansluiting. De digitale uitgangsaansluitingen kunnen worden aangesloten op md-recorders, cd­recorders, of andere soortgelijke componenten.
i HDMI INPUT/OUTPUT
Dit apparaat heeft 2 HDMI-ingangen en 1 HDMI­uitgang. De ingangsfunctie selecteert u in het beeldschermmenusysteem. (Zie pagina 20.)
o AC INLET-aansluiting
Sluit hierop het bijgeleverde netsnoer aan en sluit dat tevens aan op een stopcontact. Dit apparaat mag uitsluitend op een ntspanning (wisselspanning) van 230 V worden bediend.
!0 DC OUT -aansluitingen
Sluit op deze aansluitingen aan op een apparaat dat onder bepaalde omstandigheden (scherm, vermogensstrip, enz.) door gelijkstroom moet worden gestuurd. Gebruik het on-screen-menusysteem om te bepalen onder welke de omstandigheden deze aansluitingen in werking moeten treden.
Opmerking:
Deze uitgangsspanning is alleen geschikt voor (status) besturing en is onvoldoende sterk voor aandrijving.
!1
Uitgangsniveau-keuzeschakelaar van analoge audio (-10dBV/+4dBu)
Deze schakelaar verandert het standaarduitgangsniveau van het symmetrische analoge audiosignaal.
!2
Symmetrische analoge audio-invoer (L, R, SL, SR, SBL, SBR, C, SW)
Symmetrischeanaloge audio uitgangsaansluitingen (XLR) voor L (linkervoor), R (rechtervoor), C (midden), SL (linkersurround), SR (rechtersurround), SBL (linkerachtersurround), SBR (rechterachtersurround) en SW (subwoofer). Gebruik deze aansluitingen om dit apparaat aan te sluiten op externe eindversterkers.
!3 SW-aansluiting
Sluit deze aansluiting aan op de lijningangsaansluiting van een subwoofer met ingebouwde versterker. Als een externe subwooferversterker wordt gebruikt, sluit u deze aansluiting aan op de ingangsaansluiting van de subwooferversterker. Als u twee subwoofers gebruikt, met ingebouwde versterkers of met een 2­kanalen subwooferversterker, sluit u een splitterstekker “Y” aan op de subwoofer-uitgangsaansluiting en sluit u een kabel aan tussen iedere stekkeruitgang en de twee subwooferversterkers.
!4 Ingangsniveau-keuzeschakelaar
voor analoge audio via AUX1 (-10dBV/+4dBu)
Deze schakelaar verandert het standaardingangsniveau van het symmetrische analoge audiosignaal via AUX1.
!5 AUX1-ingangsaansluiting voor
analoge audio (L/R)
Deze extra ingangsaansluitingen voor analoge audio kunnen worden aangesloten op uitgangsaansluitingen voor analoge audiosignalen (XLR-aansluitingen) van andere A/V-apparatuur.
!6 AUX1 VIDEO / DIGITAL AUDIO
INPUT
Op deze extra audio/video-ingangsaansluitingen kunt u een camcorder, draagbare dvd-speler, enz., aansluiten.
!7 RS-232C
De RS-232C-poort moet worden gebruikt tezamen met een externe controller om de werking van de DN-A7100 te regelen met gebruikmaking van een extern apparaat.
NEDERLANDS
7
BEDIENING MET DE AFSTANDSBEDIENING
TOETSEN EN HUN FUNCTIES
Wordt gebruikt om het apparaat op afstand te bedienen. U kunt omschakelen tussen functies door op de AMP- of TUNER-brontoetsen te drukken.
z x
c
v
b
n
NEDERLANDS
m
,
.
⁄0 ⁄1
⁄2 ⁄3 ⁄4
⁄5
‹2
⁄6 ⁄7
⁄8 ⁄9 ¤0
¤1 ¤2 ¤3 ¤4
¤5
¤6 ¤7 ¤8 ¤9 ‹0 ‹1
z POWER-toets
Deze toets wordt gebruikt om de DN-A7100 in en uit te schakelen.
x DISPLAY-toets
Hiermee selecteert u het displayfunctie voor het display op het voorpaneel van de DN-A7100.
c SLEEP-toets
Met deze toets stelt u de slaaptimer in.
v Cijfertoetsen
Met deze toetsen schakelt u tussen 0 tot 9 van de broncomponenten. Als de bron is ingesteld op AMP (versterker), worden deze toetsen gebruikt om bedieningen uit te voeren.
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
1/AUTO-toets
Hiermee selecteert u automatische surround.
2/Dolby-toets
Hiermee selecteert u de DOLBY-functie.
3/dts-toets
Hiermee selecteert u de DTS-functie.
4/CSII -toets
Hiermee selecteert u de CSII -functie.
5/EX/ES-toets
Hiermee selecteert u de EX/ES-functie.
6/VIRTUAL-toets
Hiermee selecteert u de VIRTUAL-functie.
7/M-CH ST-toets
Hiermee selecteert u meerkanaals stereo.
8/STEREO-toets
Hiermee selecteert u de STEREO-functie.
9/NIGHT-toets
Als u op deze toets drukt, voorkomt u dat het Dolby Digital-signaal te luid wordt weergegeven. De functie vermindert het stemgeluid met maximaal 1/3 tot 1/4. Hiermee hoort u ‘s nachts geen onverwachte harde geluiden. De functie is echter alleen geldig als het Dolby Digital-signaal binnenkomt via de OPTICAL­of COAXIAL-ingangen en er in het signaal gegevens zijn waarmee de stem gecomprimeerd kan worden weergegeven. Als u op deze toets drukt, licht de “NIGHT”-indicator op.
0/7.1CH IN-toets
Met deze toets selecteert u het uitgangssignaal van een externe meerkanaals decoder.
b CL-toets (Clear)
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Met deze toets wist u het geheugen of programma van een bron.
n PRESET-toetsen +/–
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee selecteert u een voorkeurzender met een hoger of lager nummer.
m INFO-toets
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Met deze toets geeft u de huidige instellingen op de tv weer.
, 1, 2, 3, 4 (CURSOR) / ENTER -toets
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Deze toetsen worden gebruikt bij het besturen van de cursor van de DN-A7100.
. T.TONE-toets
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Hiermee opent u het testtoonmenu.
⁄0 CH/CAT-toetsen 3 (omhoog) /
4 (omlaag)
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Met deze toetsen kiest u een ander kanaal. Wordt niet gebruikt met dit apparaat.
⁄1 BASS-toetsen +/–
Met deze toetsen past u de lage tonen aan van de linker-, rechter- en subwooferluidspreker.
⁄2 XMCAT-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Druk op deze toets om de XM-categoriefunctie te kiezen. Wordt niet gebruikt met dit apparaat.
⁄3 F.DIRECT-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee selecteert u directe “frequentie-invoer”.
⁄4 CH. SEL-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee opent u het SETUP MAIN MENU en past u het luidsprekerniveau of het 7.1-kanaals ingangsniveau aan.
⁄5 Brontoetsen
Met deze toetsen schakelt u over op een andere bron voor de AV-receiver/versterker. Elke keer als u op een brontoets drukt, schakelt de afstandsbediening over op de betreffende bron.
Opmerking:
Selecteer AMP als bron om deze afstandsbediening in combinatie met de DN-A7100 te gebruiken.
⁄6 P.DIRECT-toets
Als u op deze toets drukt, worden de toonregelingss chakelingen genegeerd.
⁄7 SURROUND-toets
Met deze toets selecteert u de surroundfunctie.
⁄8 BAND/LIP SYNC/INPUT-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee selecteert u FM of AM.
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Hiermee selecteert u de LIP SYNC-functie.
⁄9 T-MODE-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee kiest u de automatische stereofunctie of de monofunctie bij selectie van de FM-band. De “AUTO”-indicator licht op als de automatische stereofunctie is ingeschakeld.
¤0 P-SCAN-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee start u het scannen naar voorkeurzenders.
8
¤1 MEMO/HT-EQ-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Met deze toets slaat u instellingen in het geheugen op of programmeert u een bron.
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Druk op deze toets om de HT (Home Theater)-EQ­functie in en uit te schakelen. Deze functie compenseert het audiogedeelte van een fi lm die “helder” klinkt. Als u op deze toets drukt, licht de “EQ”-indicator op.
¤2 A/D-toets
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Hiermee schakelt u tussen de analoge en digitale ingangen.
¤8 ATT-toets
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Gebruik deze functie als het ingangssignaal te hard is en er sprake is van stemvervorming, zelfs na verlaging van het volume via de VOLUME-knop van de DN-A7100. De “ATT”-indicator licht op als deze functie is geactiveerd. Het ingangsniveau wordt verlaagd. Deze afzwakfunctie is niet beschikbaar voor “REC OUT”-uitgangssignalen.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar bij digitale ingangssignalen.
¤9 TREBLE-toetsen +/–
Met deze toetsen past u de hoge tonen aan van de linker- en rechterluidspreker.
¤3 TUNING-toetsen +/–
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee stemt u af op een zender met een hogere of lagere frequentie.
¤4 MENU-toets
((wanneer de AMP-functie is gekozen)
Hiermee opent u het SETUP MAIN MENU van de DN-A7100.
¤5 VOLUME-toetsen +/–
Deze toets wordt gebruikt om het volumeniveau van de versterker in te stellen.
¤6 EXIT-toets
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Hiermee annuleert u instellingen in het SETUP MENU.
¤7 MUTE-toets
Deze toets wordt gebruikt om het geluid van de versterker te onderbreken.
‹0 T-DISP-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee selecteert u de displayfunctie in RDS.
‹1 PTY/V-OFF-toets
(wanneer de TUNER-functie is gekozen)
Hiermee geeft u informatie weer over het type programma van de huidige zender.
(wanneer de AMP-functie is gekozen)
Hiermee schakelt u het videosignaal uit.
‹2 Infraroodzender
Deze zender zendt infrarood licht uit. Druk op de toetsen terwijl de zender gericht is op het infraroo dontvangervenster op het voorpaneel van de DN­A7100.
NEDERLANDS
9
AFSTANDSBEDIENING
AFSTANDBEDIENING
De afstand tussen de zender van de afstandsbediening en de IR-SENSOR van de DN-A7100 dient minder te zijn dan ongeveer 5 meter. Als de zender in een andere richting dan die van de IR-SENSOR wordt gericht of als er zich een obstakel tussen de twee bevindt, kan het zijn dat de afstandsbediening niet werkt.
Bereik afstandsbediening
DN-A7100
Ongeveer 5 m
60°
Afstandsbediening (RC-1065)
NEDERLANDS
OPLADEN BATTERIJEN
De levensduur van de batterijen van de afstandsbediening is ongeveer een jaar bij normaal gebruik. Zorg ervoor de batterijen eerder te vervangen wanneer u merkt dat ze zwak worden.
1. Verwijder het achterdeksel.
2. Plaats batterijen (AAA) met de juiste
positionering van de
en de -polariteit.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ DE BATTERIJEN
• In deze afstandsbediening moeten “AAA” type batterijen worden gebruikt.
• Wij adviseren u alkalibatterijen te gebruiken.
• Als de afstandsbediening niet werkt ondanks dat deze dicht bij het apparaat wordt gehouden, vervangt u de batterijen door nieuwe, zelfs als deze korter dan een jaar geleden werden vervangen.
• De bijgeleverde batterijen zijn uitsluitend bedoeld om de werking van het apparaat te controleren. Vervang deze zo snel mogelijk door een nieuwe batterijen.
• Let bij het plaatsen van de batterijen erop dat ze in de juiste richting in het batterijvak van de afstandsbediening worden geplaatst.
• Om beschadiging of het lekken van batterijzuur te voorkomen:
- Gebruik niet een nieuwe en een oude batterij
tezamen.
- Gebruik niet twee batterijen van een verschillend
type tezamen.
- U mag de batterijen niet kortsluiten, uit elkaar
halen, verhitten of in een vuur gooien.
• Haal de batterijen uit de afstandsbediening als u deze gedurende een lange tijd niet denkt te gaan gebruiken.
• In het geval de batterijen lekken, veegt u het zuur voorzichtig uit de binnenkant van het batterijvak en plaatst u vervolgens nieuwe batterijen.
• Neem bij het weggooien van batterijen de overheidswetgeving en milieuverordeningen in acht die in uw land of woonplaats gelden.
10
3. Sluiten totdat hij vastklikt
Opmerkingen:
• Gebruik alkali- en mangaanbatterijen niet tezamen.
• Gebruik oude en nieuwe batterijen niet tezamen.
ALGEMENE INFORMATIE VAN DE RC-1065 NAAR DE DN-A7100
Als u de DN-A7100 wilt bedienen met de RC-1065, moet u via de brontoetsen de AMP- of TUNER-functie selecteren. Raadpleeg de informatie hierna voor details over de AMP- en TUNER-functie.
AMP-FUNCTIE
POWER Hiermee schakelt u de DN-A7100 aan en uit.
SLEEP Hiermee stelt u de slaaptimerfunctie in.
DISPLAY Hiermee verandert u de displayfunctie.
P-DIRECT Hiermee selecteert u de puur-directfunctie.
SURROUND Hiermee selecteert u de surroundfunctie.
AUTO (1) Hiermee selecteert u automatische surround.
DOLBY (2) Hiermee selecteert u de DOLBY-functie.
dts (3) Hiermee selecteert u de dts-functie.
BAND/LIP SYNC Hiermee selecteert u de LIP SYNC-functie.
CSII (4) Hiermee selecteert u de CS2-functie.
EX/ES (5) Hiermee selecteert u EX/ES.
VIRTUAL (6) Hiermee selecteert u de VIRTUAL-functie.
M-CH ST (7) Hiermee selecteert u multikanaals stereo.
STEREO (8) Hiermee selecteert u de STEREO-functie.
NIGHT (9) Hiermee schakelt u de NIGHT-functie aan of uit.
7.1ch IN (0) Hiermee selecteert u de 7.1-kanalen-invoerpoorten.
A/D Hiermee schakelt u tussen de analoge en digitale ingangsaansluitingen.
MEMO/HT-EQ Hiermee schakelt u de HT-EQ -functie aan of uit.
INFO Hiermee schakelt u de “On Screen Display”-functie aan of uit.
MENU Hiermee beeldt u de huidige instelling af op het scherm.
CURSOR 1 / 3 / 4 / 2Hiermee verplaatst u de cursor voor het instellen op “On Screen Display”.
ENTER Hiermee krijgt u toegang tot het “On Screen Display”.
Hiermee bevestigt u instelling op “On Screen Display”.
T-TONE Hiermee roept u het testtoonmenu op.
EXIT Hiermee verlaat u het SETUP MENU.
VOL+ Hiermee verhoogt u het algehele volumeniveau.
VOL- Hiermee verlaagt u het algehele volumeniveau.
ATT Hiermee verlaagt u het analoge-ingangsniveau.
MUTE Hiermee vermindert u het geluid tijdelijk.
BASS- Hiermee verlaagt u de klankregeling van het geluid met een lage frequentie.
BASS+ Hiermee verhoogt u de klankregeling van het geluid met een lage frequentie.
TREBLE- Hiermee verlaagt u de klankregeling van het geluid met een hoge frequentie.
TREBLE+
PTY/V-OFF Hiermee schakelt u de video-uitvoer aan of uit.
CH-SEL Hiermee roept u het SETUP MENU op en stelt u het luidsprekerniveau of
AUX1 Hiermee selecteert u de ingangsbron AUX1.
AUX2 Hiermee selecteert u de ingangsbron AUX2.
TUNER Hiermee selecteert u de ingangsbron TUNER.
TV Hiermee selecteert u de ingangsbron TV.
DVD Hiermee selecteert u de ingangsbron DVD.
VCR Hiermee selecteert u de ingangsbron VCR.
DSS/VCR2 Hiermee selecteert u de ingangsbron DSS/VCR2.
CD Hiermee selecteert u de ingangsbron CD.
TAPE Hiermee selecteert u de ingangsbron TAPE.
CDR/MD Hiermee selecteert u de ingangsbron CDR/MD.
Hiermee verhoogt u de klankregeling van het geluid met een hoge frequentie.
het 7.1-kanalen ingangsniveau in.
TUNER-FUNCTIE
0-9 Hiermee voert u cijfers in.
BAND/LIP SYNC Hiermee selecteert u een frequentieband.
T-MODE Hiermee selecteert u de automatische stereo- of monofunctie.
P-SCAN Hiermee start u het instellen van voorkeurzenders.
CL Hiermee wist u de ingevoerde gegevens.
MEMO/HT-EQ Hiermee voert u de voorkeurgeheugennummers in.
PRESET- Hiermee selecteert u een lager genummerde voorkeurzender.
PRESET+ Hiermee selecteert u een hoger genummerde voorkeurzender.
TUNING- Hiermee verlaagt u de frequentie van een zender.
TUNING+ Hiermee verhoogt u de frequentie van een zender.
INFO Hiermee wordt de voorkeurinformatie afgebeeld.
F-DIRECT Hiermee selecteert u de het rechtstreeks invoeren van de frequentie.
T-DISP Selecteert de displayfunctie in RDS
PTY/V-OFF Schakelt de zoekfunctie voor PTY-groep of -type aan of uit
AMP Hiermee selecteert u de AMP-functie
* De toetsen POWER, SLEEP, DISPLAY, P-DIRECT, SURROUND, VOL+, VOL–,
MUTE, BASS+, BASS–, TREBLE+ en TREBLE- kunnen in de TUNER-functie op dezelfde manier worden gekozen als in de AMP-functie.
NEDERLANDS
11
AANSLUITINGEN
OPSTELLEN VAN DE LUIDSPREKERS
Het ideale surroundluidsprekersysteem voor dit apparaat is een 7-luidsprekersysteem dat gebruik maakt van linker en rechter voorluidsprekers, een middenluidspreker, linker en rechter surroundluidsprekers, een linker en rechter achter-surroundluidspreker en een subwoofer. Om de beste resultaten te verkrijgen, adviseren wij dat alle voorluidsprekers van hetzelfde type zijn met identieke of vergelijkbare aandrijfeenheden. Hiermee krijgt u vloeiend verlopende verschuivingen door het geluidsbeeld aan de voorkant wanneer de actie zich verplaatst van zijkant naar zijkant. De middenluidspreker is bijzonder belangrijk omdat meer dan 80% van de dialoog in een gemiddelde fi lm door de middenluidspreker wordt voortgebracht. Deze dient soortgelijke geluidskarakteristieken te hebben als de voorluidsprekers. De surroundluidsprekers hoeven niet identiek te zijn aan de voorluidsprekers, maar moeten wel van hoge kwaliteit zijn. De achtersurroundluidspreker is handig voor de weergave van Dolby Digital Surround EX of DTS­ES. Een van de voordelen van zowel Dolby Digital als DTS is dat surroundkanalen over het volledige bereik discreet zijn, terwijl deze in eerdere Pro Logic­systemen frequentiebeperkingen kenden. Lagetoneneffecten vormen een belangrijk onderdeel
NEDERLANDS
van de thuisbioscoop. Om optimaal geluid te verkrijgen dient een subwoofer te worden gebruikt omdat deze is geoptimaliseerd voor het weergeven van lage frequenties. Als u voorluidsprekers met een volledig frequentiebereik hebt, kunnen deze eventueel gebruikt worden in plaats van een subwoofer indien de instellingen op het menusysteem op de juiste wijze gemaakt zijn.
Linker en rechter voorluidsprekers
We adviseren de linker en rechter voorluidsprekers op te stellen onder een hoek van 45-60 graden ten opzichte van de luisterpositie.
Middenluidspreker
Lijn de voorkant van de middenluidspreker uit met de voorkant van de linker en rechter voorluidsprekers, of stel de middenluidspreker iets achter de verbindingslijn tussen de linker en rechter voorluidsprekers op.
Linker en rechter surroundluidsprekers
Wanneer de DN-A7100 in een surroundopstelling wordt gebruikt, is de optimale positie van de surroundluidsprekers aan de zijmuren van het luistervertrek, ter hoogte van of iets
HOOGTE VAN DE LUIDSPREKERS
Linker en rechter voorluidsprekers en middenluidspreker
Lijn de tweeters en middenbereik-eenheden van de drie voorluidsprekers zo goed mogelijk uit op dezelfde hoogte.
Linker en rechter surroundluidsprekers en surroundluidspreker
Stel de linker en rechter surroundluidsprekers en de midden-surroundluidspreker 70 tot 100 cm hoger op dan de oorhoogte op de luisterpositie. Plaats de luidsprekers bovendien op dezelfde hoogte.
achter de luisterpositie. Het midden van de luidspreker moet naar het midden van het vertrek zijn gericht.
Linker en rechter achterluidsprekers
Voor het creëren van een volledig 7.1-kanalensysteem zijn surroundachterluidsprekers nodig. De luidsprekers moeten aan de achtermuur van het luistervertrek worden bevestigd, achter de luisterpositie. Het midden van de luidspreker moet naar het midden van het vertrek zijn gericht.
Subwoofer
Wij adviseren een subwoofer te gebruiken voor een maximaal lagetoneneffect. Aangezien de subwoofer alleen zeer lage tonen verwerkt, is de opstelplaats ervan niet bijzonder belangrijk bij gebruik binnenshuis.
Opmerking:
achter-
70cm 1m
Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers voor de linkervoor-, rechtervoor- en middenluidsprekers wanneer de luidsprekers vlakbij de televisie zijn opgesteld.
12
Linker surround
Linker achtersurround
Rechter achtersurround
150°
135°
110°
Subwoofer
Rechter surround
90°
Linker voor
Front Center
0°
22°
30°
Rechter voor
AANSLUITEN VAN LUIDSPREKERS
PASSIEVE
SUBWOOFER
EIND-
VERSTERKER
INVERT
INPUT
BTL REMOTE CONT.EXT. CONT. IN
INPUT
OUTPUT
LEVEL
MASTERSLAVE
MIN MAX
VIDEO/
SYSTEM OUT OUT
+5~13V DC
S
E
U
F
SPEAKER SYSTEM MINIMUM 4 OHMS
IN
XLR-aansluitpunten worden gebruikt voor symmetrische ingangsaansluitingen en
SUBWOOFER MET
INGEBOUWDE VERSTERKER
VOORLUIDS
RECHTER LINKER
of
uitgangsaansluitingen.
HOT
21
GND
3
COLD
GND
12
HOT
3
COLD
INPUT OUTPUT
AANSLUITEN VAN EEN SUBWOOFER
Gebruik de SW OUT-aansluiting (voor tulpstekkers) om een powersubwoofer (met ingebouwde eindversterker) aan te sluiten. Als u een passieve subwoofer (zonder ingebouwde eindversterker) hebt, sluit u een mono-eindversterker aan op de SW OUT-aansluiting (voor tulpstekkers) en sluit u de subwoofer aan op de versterker.
PUSH
PUSH
NEUTRIK
NEUTRIK
Hoofdversterker
NEUTRIK
PUSH
PUSH
PUSH
PUSH
PUSH
NEUTRIK
INPUT
NEUTRIK
NEUTRIK
NEUTRIK
PUSH
NEUTRIK
FRONTSUB WOOFER
RR
LLLR
CENTERSURROUNDSURROUND BACK
NEDERLANDS
MIDDEN
Passieve
subwoofer
RECHTER LINKER
ACHTERSURROUND
RECHTER
LINKER
SURROUND
13
Loading...
+ 30 hidden pages