For installation and connections, refer to the separate manual.
Angaben zu Einbau und Verkabelung entnehmen Sie bitte der gesonderten Anleitung.
Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé.
Zie de afzonderlijke handleiding voor details aangaande het installeren en verbinden van het
toestel.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
KD-SH55R
FRANÇAIS
NEDERLANDS
LVT0625-001A
[E/EX]
Page 2
Plaats en afbeelding van labels
Onderpaneel van het hoofdtoestel
Benaming/Spanningslabel
CLASS
LASER
Let op:
Dit toestel heeft een laserkomponent met een
hogere klasse laserstraal dan “Klasse 1”.
1
PRODUCT
NEDERLANDS
Het apparaat terugstellen
Druk met een balpen of een ander dun, langwerpig
voorwerp op de Reset-toets, die zich aan de
voorzijde van de eenheid op het
bedieningspaneel bevindt.
Opmerking:
De geheugeninstellingen — zoals
de voorkeurzenders en de
geluidsinstellingen — zullen
eveneens gewist worden.
CAUTION: Invisible laser
radiation when open and
interlock failed o r defeated.
AVOID DIRECT EXPOSURE
TO BEAM. (e)
ADVARSEL: Usynlig laserstråling ved åbning, når
sikkerhedsafbrydere er ude
af funktion. Undgåudsættelse for stråling. (d)
VARNING: Osynlig laserstrålning när denna del är
öppnad och spärren är
urkopplad. Betrakta ej
strålen. (s)
VARO : Avattaessa ja
suojalukitus ohitettaessa
olet alttiina näkymättömälle lasersäteilylle.
Älä katso säteeseen. (f)
BELANGRIJK VOOR
LASERPRODUKTEN
Voorzorgen:
1. KLASSE 1 LASERPRODUKT
2. LET OP: Onzichtbare laserstralen wanneer
open en interlock uitgeschakeld of defekt.
V oorkom direkte blootstelling aan de straal.
3. LET OP: Open de bovenafdekking niet. Het
toestel bevat geen door de gebruiker te
repareren onderdelen. Laat onderhoud
en reparatie over aan erkend
onderthoudspersoneel.
4. LET OP: Deze CD-speler gebruikt onzichtbare
laserstralen maar is echter voorzien van
veiligheidsschakelaars die uitstraling dienen te
stoppen bij het verwijderen van CD’s. Het is
uitermate gevaarlijk deze schakelaars uit te
schakelen.
5. LET OP: Het gebruik van regelaars en het
maken van instellingen ander dan in deze
gebruiksaanwijzing aangegeven resulteert
mogelijk in blootstelling aan gev aarlijke straling.
LET OP:
Steek NOOIT uw vinger
tussen het
bedieningspaneel en de
eenheid aangezien u het
risico loopt vast te komen
zitten en u zichzelf zeer
doet.
(Zie bladzijde 28.)
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het toestel geleverd. Het identificatienummer is
tevens op de behuizing van het toestel gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is belangrijk
voor identificatie indien het toestel is gestolen.
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
*
*
Denk aan de veiligheid....
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is
gevaarlijk , omdat u de geluiden buiten de auto niet
meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen
2
met het apparaat gaat verrichten.
Temperatuur binnen de auto....
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de
warmte heeft gestaan, mag u het apparaat pas
gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer
normaal waarden heet bereikt.
Page 3
Hartelijk dank voor d e aanschaf van dit JVC-product! Wij verz oeken u de gebruiksaanwijzing goed
door te lezen voordat u het apparaat gaat gebruiken. Zo krijgt u een volledig inzicht in de functies van
het apparaat en kunt u de mogelijkheden optimaal benutten.
INHOUDSOPGAVE
Het apparaat terugstellen .........................2
Omgaan met CD’s ................................... 39
PROBLEMEN OPLOSSEN ................ 40
21
SPECIFICATIES ............................ 41
NEDERLANDS
Over de demonstratiemodus (DEMO MODE)...
Bij het verlaten van de fabriek wordt de demonstratiemodus v an de eenheid ingeschakeld. Dit betekent
dat voor DEMO MODE de instelling “DEMO ON” van kracht is. De volgende demonstratie maakt u
bekent met de voornaamste voorzieningen van de eenheid en wordt automatisch gestart als er
gedurende circa 3 minuten geen geluid wordt afgespeeld. (Zie bladzijde 26.)
• 24bit DAC: (24-bits digitale/analoge converter: geeft ee kwalitatief hoogwaardig geluid na
D/A-conversie.)
• HS TUNER: (High-Sensitivity Tuner: zorgt voor een perfecte ontvangst van zenders.)
• EQUALIZER: (Hiermee kunt u het geluid nauwkeurig afregelen zodat deze met uw wensen
overeenkomen.)
• SUB WOOFER : (ALLEEN voor de KD-SH77R: Hiermee kunt u een subwoofer aansluiten en het
uitvoerniveau ervan inregelen.)
LET OP bij het instellen van het volume
Bij CD’s is in ver gelijking tot andere geluidsdr agers nauwelijks sprake van ac htergr ondruis. Wanneer
het volume van bijvoorbeeld de tuner wordt aangepast, kan het gebeur en da t de luidsprekers door
de plotselinge toename van het geluid beschadigd raken. Draai het volume daarom voordat u een
CD afspeelt eerst terug en pas het geluid daarna aan uw wensen aan.
3
Page 4
PLAATSING VAN DE TOETSEN
Bedieningspaneel
1
2
1 De toets (uitwerpen)
2 De bedieningsschijf
3 De toets SEL (selecteren)
4 De toets EQ (equalizer)
5 De toets D (display)
NEDERLANDS
6 De toets TP (traffic programme)
7 De toets PTY (programme type)
8 De toets M/B (modus/omroepband)
9 De toetsen ¢ / 4
•
Deze toetsen doen dienst als SSM-toets
wanneer beide toetsen tegelijk worden
ingedrukt.
p De toets ATT (hoek/attenuatie)
3
45
t
6
7
8
9
ry
q Extra ingang
w
De toets (het bedieningspaneel vrijgeven)
e Afstandssensor
r De cijfertoetsen
•
De toets
•
De toets
•
De toets
•
De toets
•
De toets
• De toetsen voor het bedienen van de
video-onderdelen (ALLEEN voor de
KD-SH77R)
t De toets SOURCE (standby/on)
y De Reset-toets
MO (mono)
LO (lokaal)
INT (intro scan)
RPT (repeat)
RND (random)
e
p
w
q
Hoe u de cijfertoetsen gebruikt:
Als u op de toets M/B (modus/omroepband) drukt, schakelt de eenheid over naar de functiemodus en
werken de cijfertoetsen enigszins anders.
Normaal
Indicator met
Bij de
functiemodus
Als u deze toetsen nadat u op de toets M/B (modus/omroepband) hebt gedrukt weer als
cijfertoetsen wilt gebruiken, moet u 5 seconden wachten zonder op een cijfertoets te drukken.
De functiemodus wordt dan automatisch opgeheven.
•
Ook als u nogmaals op de toets M/B (modus/omroepband) drukt, wordt de functiemodus geannuleerd.
4
equalizerpatroon
Indicator die tijd
aftelt
Page 5
Afstandsbediening
ATT
1
ANGLE
CD
DAB
FM
2
AM
CH
AUXSEL
RM-RK100
De toets R•D heeft op dit model
geen functie.
1 • Hiermee wordt de eenheid ingeschakeld als
deze is uitgeschakeld.
• Schakelt de eenheid uit indien u de toets
ingedrukt houdt tot de vermelding “SEE Y OU”
op de display verschijnt.
• Hiermee wordt het volume in korte tijd
verminderd als u de toets heel even indrukt,
en de vermelding “A TT” knippert op de display .
Als u nogmaals op de toets drukt, keert het
oude volumeniveau weer terug.
2 • CD : Hiermee wordt de CD-speler
geselecteerd.
• FM : • Indien korte tijd ingedrukt, wordt
hiermee de FM-tuner geselecteerd.
Elke keer wanneer u op de toets
drukt, wordt er een andere FM-band
geselecteerd: FM1, FM2 of FM3.
• Hiermee wordt de DAB-tuner
geselecteerd, als u de toets
ingedrukt houdt.*
Elke keer wanneer u op de toets drukt
in ingedrukt houdt, wordt er een
andere DAB-band geselecteerd:
DAB1, DAB2 en DAB3.
• AM : Hiermee wordt de AM-tuner
geselecteerd.
• CH : Hiermee wordt de CD-wisselaar
geselecteerd.*
DISC
PRESET
R D
DISC
VOLUME
EQ
PRESET
3
4
5
6
7
8
9
• AUX :Hiermee wordt het externe apparaat
geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets
drukt, wordt beurtelings “AUX INPUT”
en “LINE INPUT”** geselecteerd.
3 Hiermee kunt u de hoek van het
bedieningspaneel in een van drie posities
wijzigen.
4 Hiermee worden de geluidsmodi geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt
er een andere geluidsmodus geselecteerd.
5 • Hiermee wordt naar stations gezocht terwijl
u naar de radio luistert.
• Hiermee worden ensembles geselecteerd
terwijl u naar de DAB-tuner luistert, indien
korte tijd ingedrukt.
• Hiermee worden services geselecteerd terwijl
u naar de DAB-tuner luistert, indien u de toets
indrukt en ingedrukt houdt.
• Voor versnelde weergave van een fragment
in voor- en achterwaartse richting wanneer u
tijdens weergave van een CD de toets
ingedrukt houdt.
• Voor het verspringen naar het begin van het
volgende fragment of het spelende (of
voorgaande) fragment wanneer u tijdens
weergave van een CD kort op de toets
drukt.
6 Hiermee wordt het nummer van het vooraf
ingestelde kanaal gewijzigd terwijl u naar de
radio (of DAB-tuner) luistert.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, wordt
er een ander nummer voor het vooraf
ingestelde kanaal geselecteerd en wordt op
de geselecteerde service of het geselecteerde
station afgestemd.
7 Hiermee wordt het CD-nummer gewijzigd terwijl
u naar de CD-wisselaar luistert.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt,
wordt er een ander CD-nummer geselecteerd
en wordt de geselecteerde CD afgespeeld.
8*** Hiermee worden de items voor
geluidsaanpassingen geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt,
wordt er een andere geluidsaanpassing
geselecteerd.
9*** • Hiermee wordt het volume gewijzigd.
• Hiermee wordt de geluidsmodus gewijzigd
(nadat u op de toets SEL hebt gedrukt).
* Als er geen DAB-tuner of CD-wisselaar is
aangesloten, is het niet mogelijk deze
apparatuur als afspeelbron te selecteren.
** ALLEEN voor de KD-SH55R: als u het externe
apparaat wilt selecteren, dient u de instelling
voor het externe apparaat te wijzigen (zie
bladzijde 26).
***Deze toetsen werken niet voor de modus voor
aangepaste voorkeursinstellingen.
NEDERLANDS
5
Page 6
De afstandsbediening
voorbereiden
Alvorens gebruik van de afstandbediening:
• Richt de afstandsbediening recht naar de
afstandssensor op het hoofdtoestel. Controleer
dat er geen obstakels in het pad liggen.
2. Plaats de batterij in de houder.
Laat de batterij met de pluszijde (+) naar
boven in de houder zakken zodat deze vast
komt te liggen.
Lithium
knoopcelbatterij
(Productnummer:
CR2025)
3. Plaats de batterijhouder terug in positie.
Druk de batterijhouder terug tot u een ‘klik’
hoort.
Afstandssensor
• Zorg dat er geen direct fel licht (zonlicht of van
een schelle lamp) op de sensor valt.
De batterij plaatsen
Wanneer u merkt dat het bereik van de
NEDERLANDS
afstandsbediening afneemt, moet u de batterij
vervangen.
1. Verwijder de batterijhouder.
1) Druk de batterijhouder met behulp van een
balpen of een soortgelijk voorwerp in de
richting van de pijl die in de afbeelding
staat aangegeven.
2) Verwijder de batterijhouder.
(achterkant)
1)
2)
(achterkant)
Gebruikke batterijen:
WAARSCHUWING:
• Bewaar batterij op een plek waar kinderen geen
toegang toe hebben.
Mocht een kind een knoopcelbatterij inslikken,
waarschuw dan onmiddellijk een arts.
• Laad de batterij niet opnieuw op, vermijd
kortsluiting, haal ze niet uit elkaar, verhit ze niet
en gooi geen batterij in het vuur.
Elk van deze handelingen kan leiden tot
oververhitting, een explosie of een steekvlam.
• Zorg ervoor dat de batterij niet in contact komt
met andere metalen.
Dit kan leiden tot oververhitting, een explosie of
een steekvlam.
• Bescherm gebruikte batterij door deze met
plakband af te plakken.
Als u dit niet doet, kan de batterij hitte vrijgeven,
gaan lekken of brand veroorzaken.
• Probeer de batterij nooit met bijvoorbeeld een
naald of mes open te maken.
Als u dit doet, kan de batterij hitte vrijgeven, gaan
lekken of brand veroorzaken.
6
Page 7
2
1
1
Schakel de stroom in en selecteer de
afspeelbron.
Als u voor de eerste keer op
de toets drukt, wordt de
stroom ingeschakeld. Daarna
wordt elke keer wanneer u op
de toets drukt een andere
afspeelbron geselecteerd, en
wel in deze volgorde.
Voor KD-SH77R
FM TUNER
AM TUNER
Voor KD-SH55R
FM TUNER
AM TUNER
* Als er zich geen CD in de lade is geplaatst,
kan de CD-speler niet als afspeelbron worden
geselecteerd.
** Als er geen DAB-tuner of CD-wisselaar is
aangesloten, is het niet mogelijk deze
apparatuur als afspeelbron te selecteren.
***ALLEEN voor de KD-SH55R: als u het
externe apparaat wilt selecteren, dient u de
instelling voor het externe apparaat te
wijzigen (zie bladzijde 26).
Voor gebruik v an de tuner (FM of AM),
zie bladzijde 8 – 10.
Voor gebruik v an de CD-speler,
zie bladzijde 17 – 19.
Voor gebruik van het externe apparaat
(AUX INPUT en LINE INPUT),
zie bladzijde 30 – 31.
Voor gebruik v an de CD-wisselaar,
zie bladzijde 32 – 33.
Voor gebruik v an de DAB-tuner,
zie bladzijde 34 – 37.
DAB TUNER
AUX INPUT
DAB TUNER
AUX INPUT
**
CD PLAY
CD CHANGER
LINE INPUT
**
CD PLAY
CD CHANGER
LINE INPUT
BASISBEDIENING
Opmerking:
Wanneer u het apparaat voor
de eerste keer gebruikt, moet
u de ingebouwde klok op de
juiste wijze instellen zie
bladzijde 23.
2
Regel het volume.
Het volume verhogen.
Het volume verlagen.
Het door u ingestelde volumeniveau verschijnt.
*
**
Volumeniveau-indicator
Opmerking:
*
**
of
***
U kunt nadat u het volume hebt aangepast het
bedieningsknop naar binnen duwen zodat u niet
per ongeluk toetsen aanraakt. Druk nogmaals op
de bedieningsknop zodat deze naar buiten komt
geschoven als u de knop weer wilt gebruiken.
3
Stel het geluid in zoals u zelf wilt.
(Zie bladzijde 20.)
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk op de toets /ATT en houdt deze
ingedrukt terwijl u naar een afspeelbron luistert.
De vermelding “ATT” op de display gaat
knipperen en het niveau van het volume neemt
na korte tijd af.
Druk als u het vorige geluidsniveau wilt herstellen
opnieuw op de toets en houdt deze ingedrukt.
• U kunt het volume ook op het oude niveau
terugbrengen door de bedieningsschijf linksom
te draaien (tegen de wijzers van de klok in).
Spanning uitschakelen
Druk op de toets SOURCE en houdt deze
ingedrukt tot de vermelding “SEE YOU” op de
display wordt weergegeven.
NEDERLANDS
7
Page 8
BASISBEDIENING VAN DE RADIO
Naar de radio luisteren
Om op een bepaalde zender af te stemmen kunt
u kiezen tussen automatisch zoeken en
handmatig zoeken.
Automatisch naar een station zoeken:
Auto search
1
Selecteer FM of AM.
NEDERLANDS
De geselecteerde omroepband wordt weergegeven.
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1,
FM2 en FM3). U kunt elk van deze banden
kiezen om naar FM-stations te luisteren.
2
Zoek een station.
8
Wanneer een station wordt ontvangen,
stopt het zoeken.
1 Druk herhaaldelijk op de
toets SOURCE om FM
of AM als afspeelbron te
selecteren.
2
Druk indien nodig om het FMbandnummer te selecteren
op de toets M/B (modus/
omroepband) en houdt deze
gedurende minimaal 1
seconde ingedrukt.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt en ingedrukt
houdt, wordt er een andere
FM-band geselecteerd, en
wel als volgt:
FM 1FM 2FM 3
Druk op de toets ¢
afstemmen op een station
met een hogere frequentie.
Druk op de toets 4
afstemmen op een station
met een lagere frequentie.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het
zoeken wilt stoppen voordat op een zender is
afgestemd.
Als u alleen wilt afstemmen op FM-zenders
met een sterk signaal
1 Druk op de toets M/B
de functiemodus te activeren terwijl u naar een
FM-uitzending luistert, waarna de cijfertoetsen
andere functies hebben (zie bladzijde 4).
2 Druk op de toets LO (lokaal) terwijl de
functiemodus nog is geactiveerd, zodat de
indicator LOCAL op de display aangaat.
Deze functie werkt alleen terwijl u naar FMstations zoekt en bij SSM.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, gaat
de indicator LOCAL beurtelings aan en uit.
(modus/omroepband)
om
Handmatig naar een station zoeken:
Manual search
1
Selecteer FM of AM.
Opmerking:
Deze ontvanger heeft drie FM-banden (FM1,
FM2 en FM3). U kunt elk van deze banden
kiezen om naar FM-stations te luisteren.
1 Druk herhaaldelijk op de
toets SOURCE om
FM of AM als afspeelbron
te selecteren.
2
Druk indien nodig om het
FM-bandnummer te
selecteren op de toets M/B
(modus/omroepband) en
houdt deze gedurende
minimaal 1 seconde
ingedrukt.
wanneer u op de toets
drukt en ingedrukt houdt,
wordt er een andere FMband geselecteerd, en wel
als volgt:
Elke keer
FM 1FM 2FM 3
Page 9
2
Druk op de toets ¢ of op 4
en houd deze ingedrukt tot de
vermelding “M” (voor “manual”:
handmatig zoeken) op de display
begint te knipperen.
3
Stem af op het station van uw keuze.
U kunt dit doen zolang de vermelding
“M” op de display knippert.
Druk op de toets ¢
als u wilt afstemmen op
een station dat op een
hogere frequentie uitzendt.
Druk op de toets 4
als u wilt afstemmen op
een station dat op een
lagere frequentie uitzendt.
• Als u de toets loslaat, wordt de handmatige
modus na 5 seconden automatisch
uitgeschakeld.
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de
frequentie veranderen totdat u de toets
loslaat.
Als een FM-stereo-uitzending slecht te
ontvangen is:
1
Druk op de toets M/B (modus/
omroepband) om de functiemodus
te activeren terwijl u in stereo naar
een FM-uitzending luistert.
2 Druk op de toets MO (mono)
terwijl de functiemodus is
geactiveerd, zodat de indicator
MO op de display aangaat.
• Elke keer wanneer u op de
toets drukt, gaat de indicator
Er brandt een lampje wanneer
een FM-uitzending in stereo
wordt ontvangen.
Als de indicator MO op de display aan is, wordt
het geluid in mono weergegeven en verbetert
de ontvangstkwaliteit (de indicator ST gaat uit).
MO aan of uit.
De indicator MO licht op.
Radiozenders in het geheugen
vastleggen
U kunt één van de volgende twee methoden
gebruiken om de radiozenders in het geheugen
vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders:
SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AM-zenders
Automatisch vasteleggen van
FM-zenders: SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke
FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
1
Selecteer het nummer van de
FM-golfband (FM1 – 3) waarop u
FM-zenders wilt vasteleggen.
2
Druk op beide toetsen en houd ze
langer dan 2 seconden ingedrukt.
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen
worden opgezocht en automatisch voor de
gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de
cijfertoetsen vastgelegd — nummer 1 (laagste
frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie).
De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is
vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen
van de zenders opgeroepen.
1 Druk herhaaldelijk op de
toets SOURCE om FM
of AM als afspeelbron te
selecteren.
2
Druk indien nodig
herhaaldelijk op de toets M/B
(modus/omroepband)
houdt de toets minimaal 1
seconde ingedrukt. Elke keer
wanneer u op de toets drukt
en ingedrukt houdt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel als
volgt:
FM 1FM 2FM 3
De tekst “SSM” verschijnt op
het afleesvenster en
verdwijnt wanneer het
automatisch instellen van
radiozenders is beëindigd.
en
NEDERLANDS
9
Page 10
Handmatig vastleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere
golfband (FM1, FM2, FM3 en AM vastleggen).
Bijv.: Een FM-zender op 88,3 MHz vastleggen
onder nummer 1 van FM1
1
Selecteer de omroepband
(FM1 – 3, AM) waarop u zenders wilt
vasteleggen (in dit voorbeeld
cijfertoets FM1).
NEDERLANDS
2
Stem af op een zender op 88,3 MHz.
1 Druk herhaaldelijk op de
toets SOURCE om FM
of AM als afspeelbron te
selecteren.
2
Druk indien nodig om het FMbandnummer te selecteren op
de toets M/B
omroepband)
gedurende minimaal 1
seconde ingedrukt. Elke keer
wanneer u op de toets drukt
en ingedrukt houdt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel als volgt:
(modus/
en houdt deze
FM 1FM 2FM 3
Druk op de toets ¢
als u wilt afstemmen op
een station dat op een
hogere frequentie uitzendt.
Druk op de toets 4
als u wilt afstemmen op
een station dat op een
lagere frequentie uitzendt.
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist
wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen
onder hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de
spannings toevoer naar het geheugen wordt
onderbroken (bijvoorbeeld bij het vervangen van de
accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw
worden ingesteld.
Afstemmen op een
voorkeuzezender
U kunt in een handomdraai afstemmen op een
vastgelegde voorkeuzezender.
Denk eraan dat u de zenders eerst moet
vastleggen! Zie ook de paragraaf “Radiozenders
in het geheugen vastleggen” op bladzijde 9, als u
dat nog niet hebt gedaan.
1
Selecteer FM of AM.
2
Selecteer het nummer (1 t/m 6) van
de gewenste zender.
1 Druk herhaaldelijk op de
toets SOURCE om FM
of AM als afspeelbron te
selecteren.
2
Druk indien nodig om het FMbandnummer te selecteren op
de toets M/B
omroepband)
gedurende minimaal 1
seconde ingedrukt. Elke keer
wanneer u op de toets drukt
en ingedrukt houdt, wordt er
een andere FM-band
geselecteerd, en wel als volgt:
(modus/
en houdt deze
FM 1FM 2FM 3
10
3
Druk op de cijfertoets (in dit voorbeeld
cijfertoets 1) en houd deze langer dan
2 seconden ingedrukt.
“P1” knippert erige tijd.
4
Herhaal bovenstaande procedure
om andere zenders onder andere
nummers op te slaan.
Als de geluidskwaliteit vermindert en
het stereo-effect van een FM-station
verdwijnt
In bepaalde gebieden kunnen zenders die
zich in elkaars nabijheid bevinden elkaar
storen. Deze eenheid kan dergelijke storing
automatisch verminderen (dit is de
standaardinstelling van deze eenheid bij het
verlaten van de fabriek). In sommige gevallen
neemt de geluidskwaliteit echter af en gaat
het stereo-effect verloren. Als u niet wilt dat
dit gebeurt, kunt u in plaats van de storing
verminderen ook de selectiviteit van de FMtuner verminderen. Zie de paragraaf “De
sensitiviteit van de FM-tuner wijzigen – IF
FILTER” op bladzijde 26.
Page 11
HET GEBRUIK VAN RDS
Wat u kunt doen met RDS EON
RDS (Radio Data System) is een voorziening
waarmee FM-zenders een extra signaal aan hun
regulier programmasignaal toevoegen.Zo kan een
FM-zender bijvoorbeeld de naam van het station
met het programma en informatie over de aard of
het genre van het programma meezenden,
bijvoorbeeld of het uitgezonden programma over
sport gaat of een muziekprogramma is.
Een andere functie van de voorziening RDS is “EON
(Enhanced Other Networks)”. De indicator EON
licht op zodra er een FM-zender wordt ontvangen
die EON-gegevens uitzendt. Met behulp van de
EON-gegevens die door het station worden
verstuurd, kunt u op een andere zender van een
ander netwerk afstemmen dat uw favoriete
programma of verkeersinformatie uitzendt, terwijl
u ondertussen naar een ander programma of een
andere afspeelbron, zoals het CD, luistert.
Met de ontvangst van RDS-gegevens kan deze
eenheid:
• Eén en hetzelfde programma blijven volgen
(De Netwerkfunctie)
• Standby staan voor de ontvangst van
verkeersinformatie (TA – “Traffic
Announcement”) of uw favoriete programma
• Zoeken naar een bepaald programmagenre
(PTY – “Programme Type”)
• Programma zoeken
• En er zijn nog enkele andere functies waarover
u bij de ontvangst van RDS-signalen kunt
beschikken
Eén en hetzelfde programma blijven
volgen (De netwerkfunctie)
Als u in een gebied rijdt waarin de ontvangst van
FM-signalen te wensen overlaat, zal de tuner die
in deze eenheid is ingebouwd automatisch
overschakelen naar een andere RDS-zender van
hetzelfde station dat hetzelfde programma
uitzendt, maar dan met een sterker
uitzendsignaal. Op die manier kunt u dus naar uw
favoriete programma blijven luisteren en bent u
verzekerd van de best mogelijke ontvangst,
ongeacht waar in het ontvangstgebied u rijdt
(zie de afbeelding op de volgende bladzijde).
Er zijn twee soorten RDS-gegevens die ervoor
zorgen dat u uw favoriete programma tijdens uw
rit kunt blijven volgen: de PI (Programme
Identification) gegevens, en de AF
(Alternative Frequency) gegevens.
Alleen als de ontvangst van allebei deze signalen
van een RDS-station goed zijn, kunt u uw
favoriete programma blijven volgen. Als een of
beide signalen niet goed worden ontvangen,
werkt deze voorziening niet.
Om de netwerkfunctie in te schakelen, drukt u
minimaal 1 seconde op TP (traffic programme). Elke
keer wanneer u op deze toets drukt en houd,
verandert de modus van deze functie en wel als volgt:
Modus 1Modus 2Modus 3
(AF)
Modus 1
Modus 2
Modus 3
Modus 1
De netwerkfunctie is ingeschakeld en
Regionalisatie is uitgeschakeld (“off”).
In deze modus schakelt de ontvanger over naar
een andere zender van hetzelfde station als het
signaal van de geselecteerde zender te zwak
wordt.
• In deze modus kan het voorkomen dat het nieuw te
ontvangen programma anders is dan het programma
dat u daarvoor ontving.
Modus 2
De netwerkfunctie is ingeschakeld en ook
Regionalisatie is ingeschakeld (“on”).
In deze modus schakelt de ontvanger over naar
een andere zender van hetzelfde station dat
hetzelfde programma uitzendt als het signaal van
de geselecteerde zender te zwak wordt.
Modus 3
De netwerkfunctie is uitgeschakeld.
Opmerking:
Als er een DAB-tuner is aangesloten en alternatieve
ontvangst (voor DAB-services) is ingeschakeld, is
automatisch ook de netwerkfunctie ingeschakeld. De
netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld
zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen.
(Zie bladzijde 37.)
(AF/REG) (Geannuleerd)
Indicator AF
Indicator REG
:gaat aan: gaat uit
Indicator Indicator
AFREG
NEDERLANDS
11
Page 12
In deze afbeelding ziet u hoe hetzelfde
programma via verschillende frequenties
kan worden ontvangen.
Programma 1
op frequentie A
Programma 1
op frequentie E
Als er verkeersinformatie wordt uitgezonden
terwijl de TA-standby-modus is ingeschakeld,
verschijnt de vermelding “TRAFFIC” op de
display en schakelt de afspeelbron over naar de
FM-band. Het volume neemt toe tot het vooraf
ingestelde TA-volumeniveau (zie bladzijde 15) en
u hoort de uitgezonden verkeersinformatie.
Druk nogmaals op de toets TP om de
TA-standbyfunctie uit te schakelen.
Programma 1
op frequentie B
Programma 1
op frequentie C
Programma 1
op frequentie D
Het gebruik van standby-ontvangst
Met standby-ontvangst kunt u tijdelijk
overschakelen naar uw f avoriete programmagenre
(PTY) of verkeersinformatie (TA) uitzendt, terwijl u
naar de door u geselecteerde afspeelbron luistert
(zoals een FM-station, CD of een andere
NEDERLANDS
aangesloten afspeelbron).
• Standby-ontvangst is niet mogelijk wanneer u naar
een AM-zender luistert.
Standby-ontvangst van verkeersinformatie
(TA-standbyfunctie)
Als u op de toets TP drukt terwijl u
naar een FM-station luistert, licht de
indicator TP op wanneer u een
zender ontvangt die het TP-signaal
uitzendt (Verkeersinformatie) en
wanneer de ontvanger in T Astandby-modus staat.
• Als het station dat u ontvangt geen TP-signaal uitzendt,
gaat de indicator TP op de display knipperen. Druk
op de toets ¢ of op 4 om de ontvanger
in de TA-standby-modus te zetten. De vermelding
“SEARCH” verschijnt nu op de display en de
ontvanger gaat op zoek naar een station dat wel een
TP-signaal uitzendt. Zodra er zo’n station wordt
gevonden, gaat de indicator TP op de display continu
branden.
7 Als u naar een CD een andere aangestoten aan
het luisteren bent, en naar een station wilt
luisteren dat een TP-signaal uitzendt, moet u op
de toets TP drukken om de ontvanger in de TAstandby-modus te zetten. (De indicator TP op de
12
display licht op.)
Standby-ontvangst van een
programmagenre (PTY-standbyfunctie)
Als u op de toets PTY drukt terwijl u
naar een FM-station luistert, licht de
indicator PTY op wanneer u een
zender ontvangt die het PTY-signaal
uitzendt en wanneer de ontvanger
in PTY-standby-modus staat. De
geselecteerde PTY-naam, die op
bladzijde 13 wordt opgeslagen,
knippert gedurende 5 seconden.
• Als het station dat u ontvangt geen PTY-signaal
uitzendt, gaat de indicator PTY op de display
knipperen. Druk op de toets ¢ of op 4
om de ontvanger in de PTY-standby-modus te zetten.
De vermelding “SEARCH” verschijnt nu op de
display en de ontvanger gaat op zoek naar een
station dat wel een PTY-signaal uitzendt. Zodra er
zo’n station wordt gevonden, gaat de indicator PTY
op de display continu branden.
7 Als u naar een CD een andere aangestoten
aan het luisteren bent, en naar een station wilt
luisteren dat een PTY-signaal uitzendt, moet u
op PTY drukken om de ontvanger in de PTYstandby-modus te zetten. (De indicator PTY op
de display licht op.)
Als het geselecteerde PTY-programma wordt
uitgezonden terwijl de PTY-standby-modus is
ingeschakeld, verschijnt de geselecteerde
PTY-naam op de display en schakelt de
afspeelbron over naar de FM-band. Het
geselecteerde PTY-programma wordt nu ten
gehore gebracht.
Druk nogmaals op de toets PTY om de
PTY-standbyfunctie uit te schakelen.
Page 13
Een PTY-code invoeren voor de
POP M
1
2
3
ROCK MEASY M
45
6
CLASSICS
AFFAIRS
VARIED
standby-ontvangst van een
programmagenre
Het is mogelijk om het programmagenre waar
u het liefst naar luistert in de vorm van een
PTY-code in het geheugen van de eenheid in te
voeren zodat u hier naar kunt luisteren zodra er
zich zo’n programma aandient.
Standaard staat de eenheid voor de
standby-ontvangst van een programmagenre op
de PTY-code “NEWS” ingesteld.
1
Druk op de toets SEL (selecteren) in
en houd deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven.
(PSM: zie bladzijde 24.)
2
Selecteer de vermelding “PTY STBY”
(standby) als deze niet al meteen op
de display wordt weergegeven.
Uw favoriete programmagenre
opzoeken
Het is mogelijk om naar één van maximaal zes in
het geheugen opgeslagen programmagenres te
zoeken.
Standaard liggen de volgende zes
programmagenres achter de cijfertoetsen
(1 t/m 6) opgeslagen.
Zie de informatie hieronder voor een uitleg over
het opslaan van uw favoriete
programmagenres.
Zie bladzijde 14 voor een uitleg over het
zoeken van uw favoriete programma.
Uw favoriete programmagenres in het
geheugen opslaan
1
Druk op de toets SEL (selecteren) in
en houd deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven.
(PSM: zie bladzijde 24.)
NEDERLANDS
3
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 16.)
De naam van de
PTY-code die u selecteert,
wordt op de display
weergegeven en in het
geheugen opgeslagen.
4
Druk op de toets SEL (selecteren)
om het instellen te voltooien.
2
Selecteer de vermelding “PTY SEARCH”
(zoeken) als deze niet al meteen op de
display wordt weergegeven.
3
Selecteer een van de 29 PTY-codes die
beschikbaar zijn. (Zie bladzijde 16.)
De naam van de
PTY-code die u selecteert,
wordt op de display
weergegeven.
• Als u de code selecteert
die al in het geheugen
ligt opgeslagen, wordt
die knipperend op de
display weergegev en.
VERVOLG, ZIE OMMEZIJDE
13
Page 14
4
Druk de gewenste cijfertoets in en
houd deze minimaal 2 seconden vast
om de geselecteerde PTY-code op te
slaan onder de cijfertoets van uw
keuze.
De vermelding “MEMORY” en de geselecteerde
codenaam knipperen beurtelings op de display
en daarna knippert alleen de geselecteerde
codenaam op de display.
5
Druk op de toets SEL (selecteren)
om het instellen te voltooien.
Een programmagenre opzoeken
1
Druk op de toets PTY (programme
type) en houd deze ten minste 1
NEDERLANDS
seconde ingedrukt terwijl u naar een
FM-station luistert.
De PTY-code die als laatste werd
geselecteerd, verschijnt op de display.
2
Selecteer een van de PTY-codes die
onder de zes cijfertoetsen (1 t/m 6)
liggen opgeslagen.
Bijv.: Indien “ROCK M” wordt
opgeslagen onder voorkeurtoets 2
De PTY-zoekopdracht naar uw favoriete
14
programma begint na 5 seconden.
• Als er een station is dat een programma
uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt
dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt
geselecteerd, stemt de eenheid automatisch op
dat station af.
• Als er geen station is dat een programma
uitzendt en daarbij een PTY-signaal meezendt
dat overeenkomt met de PTY-code die u hebt
geselecteerd, blijft de eenheid afgestemd op
het station dat al was geselecteerd.
Opmerking:
In sommige gebieden werkt het zoeken met PTY-codes
niet goed.
Andere nuttige RDS-functies en
het maken van aanpassingen
Automatische selectie van een station
bij gebruik van de cijfertoetsen
Normaliter zal de eenheid wanneer u op een van
de cijfertoetsen drukt automatisch afstemmen op
de vooraf ingestelde voorkeurzender.
Als deze zender een RDS-station is, gebeurt er
echter iets anders. Als het ontvangen signaal niet
sterk genoeg is, gaat de eenheid op basis van de
AF-gegevens namelijk automatisch op zoek naar
een andere, sterkere zender die hetzelfde
programma uitzendt als de voorkeurzender die
u hebt gekozen (dit wordt Programma zoeken
genoemd).
• Omdat het uitvoeren van de zoek opdracht enige
tijd in beslag neemt, duurt het even tot er op een
ander station wordt afgestemd.
Hoe u deze voorziening activeert, wordt hieronder
uitgelegd.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen
wijzigen (PSM)”, op bladzijde 23.
1 Druk op de toets SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display
wordt weergegeven.
2
Druk op de toets ¢ of op 4 om de
vermelding “P-SEARCH” te selecteren.
3 Draai de bedieningsschijf met de wijzers van de
klok mee en selecteer “SEARCH ON”.
De voorziening Programma zoeken is nu
ingeschakeld.
4 Druk op de toets SEL (selecteren) om het
instellen te voltooien.
Als u het zoeken naar een programma wilt
beëindigen, herhaalt u de bovenstaande
procedure, maar selecteert u in stap 3 de
vermelding “SEARCH OFF” door de draaiknop
tegen de wijzers van de klok in te draaien.
Page 15
De weergave op de display wijzigen
terwijl u naar een FM-station luistert
Wat er als eerste op de display wordt
weergegeven wanneer u naar een FM-station
luistert dat gebruik maakt van het RDS-systeem,
kunt u zelf bepalen. U kunt de oorspronkelijke
weergave desgewenst wijzigen in de
stationsnaam (PS NAME) of de frequentie van
het ontvangen station (FREQUENCY).
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen
wijzigen (PSM)” op bladzijde 23.
1 Druk op de toets SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een
van de PSM-vermeldingen op de display wordt
weergegeven.
2 Druk op de toets ¢ of op 4 om de
vermelding “TUNER DISP” (weergavemodus
van de tuner) te selecteren.
3 Draai aan de bedieningsschijf om de gewenste
instelling te kiezen (“FREQUENCY” of “PS
NAME”).
4 Druk op de toets SEL (selecteren) om het
instellen te voltooien.
Opmerking:
Als u op D drukt, kunt u de display alleen wijzigen terwijl
u naar een FM RDS-zender luistert.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, wordt de
volgende informatie op de display weergegeven.
Stationsnaam
(PS NAME)
Frequentie station
(FREQUENCY)
Programmagenre
(PTY)
• Na enkele seconden keert de display terug naar de
oorspronkelijke weergave.
Het volumeniveau voor
verkeersinformatie instellen
Het is mogelijk om voor de standby-ontvangst v an
verkeersinformatie op te geven met welk
geluidsvolume u deze informatie wilt horen. In dat
geval zal het geluid zodra er verkeersinformatie
wordt ontvangen, worden aangepast aan het
volume dat u hebt ingesteld.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen
wijzigen (PSM)” op bladzijde 23.
1 Druk op de toets SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display
wordt weergegeven.
2 Druk op de toets ¢ of op 4 om de
vermelding “TA VOL” te selecteren.
3 Draai aan de bedieningsschijf om het gewenste
volume te kiezen.
U kunt het volume instellen op een waarde van
“TA VOL 00” tot “TA VOL 50”.
4 Druk op de toets SEL (selecteren) om het
instellen te voltooien.
Automatisch aanpassen van de klok
De tijd die de klok weergeeft die in deze eenheid
is ingebouwd wordt automatisch aangepast aan
de tijdgegevens (CT – Clock Time) die met het
RDS-signaal van een zender worden
meegezonden.
Als u wilt dat de klok niet automatisch wordt
aangepast, moet u de onderstaande procedure
volgen.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen
wijzigen (PSM)” op bladzijde 23.
1 Druk op de toets SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display
wordt weergegeven.
2 Druk op de toets ¢ of op 4 om de
vermelding “AUTO ADJ” te selecteren.
3 Draai de bedieningsschijf tegen de wijzers van
de klok in om “ ADJUST OFF” te kiezen.
U hebt het automatisch aanpassen van de klok
nu uitgeschakeld.
4 Druk op de toets SEL (selecteren) om het
instellen te voltooien.
Als u het aanpassen van de klok opnieuw wilt
activeren, moet u de procedure herhalen en in
stap 3 “ADJUST ON” selecteren door de
bedieningsschijf met de wijzers van de klok mee
te draaien.
Opmerking:
Nadat u voor “AUTO ADJ” de instelling “ON” hebt
gekozen, dient u de eenheid tenminste 2 minuten op
hetzelfde station afgestemd te houden, anders wordt de
klok niet aangepast. (Dit is nodig omdat de eenheid
maximaal 2 minuten nodig heeft om de tijdgegevens in
het RDS-signaal te ontvangen en verwerken.)
geloof en religie, aangaande het
bestaan en ethiek
PHONE IN:Programma’s waarin mensen
via de telefoon of een publiek
forum hun meningen kunnen
uiten
TRAVEL:Programma’s o ver reizen en
bestemmingen, georganiseerde
reizen en ideeën en
mogelijkheden voor vacanties
LEISURE:Programma’s over recreatie ve
bezigheden, bijvoorbeeld
tuinieren, koken, vissen, etc.
JAZZ:Jazz-muziek
COUNTRY:Country-muziek
NATION M:Huidige populaire muziek van
een bepaald land of gebied in de
taal van het land of gebied
OLDIES:Gouwe-Ouwe
FOLK M:Folk-muziek
DOCUMENT: Programma’s over feitelijke
gebeurtenissen, vaak
gepresenteerd in een
onderzoekende stijl
16
Page 17
GEBRUIK VAN DE CD-SPELER
Een CD afspelen
1
Open de laadopening.
2
Plaats een disc in de lade.
De display wordt gewijzigd en geeft het
volgende weer:
T otaal aantal
muziekstukken op
de CD die in de
CD-lade is geplaatst
Huidige
muziekstuk
Het bedieningspaneel komt naar
beneden en de laadopening
verschijnt.
Opmerking:
Als er een extern apparaat op de
extra ingang is ingesloten, dient u
CD’s voorzichtig te plaatsen en
verwijderen.
De CD wordt naar binnen
getrokken, het
bedieningspaneel keert
terug naar de vorige
positie (zie bladzijde 28)
en de CD begint
automatisch te spelen.
Totale afspeeltijd van
de CD die in de CDlade is geplaatst
Verstreken afspeeltijd
Opmerkingen:
• Wanneer er zich een CD in de laadopening bevindt en u
“CD” als afspeelbron selecteert door op SOURCE
te drukken, wordt de CD afgespeeld.
• Als een CD ondersteboven wordt geplaatst, wordt de
CD-speler automatisch geopend.
• Als u de CD Text afspeelt, worden op de display de titel
van de CD en de naam van de uitvoerende artiest
weergegeven. Vervolgens wordt het nummer van het
muziekstuk en de verstreken speeltijd weergegeven. Zie
ook de paragraaf “De tekst van een CD met CD Text
weergeven” (bladzijde 18) en de par agraaf “De instelling
voor lopende tekst selecteren – SCROLL ” (bladzijde 25).
Als er op een CD met CD Text veel informatie staat, kan
het zijn dat niet de hele tekst op de display wordt
weergegeven.
• Wanneer u een andere afspeelbron selecteert, stopt het
afspelen van de CD (alleen nu zonder dat de CD uit de
laadopening naar voren komt).
Stoppen met afspelen en de CD terug
laten springen
Druk op de toets 0.
Het afspelen van de CD wordt beëindigd, het
bedieningspaneel komt naar beneden en de CD
komt uit de laadopening naar voren.
Druk als u het bedieningspaneel weer in de
vorige positie wilt hebben nogmaals op de
toets 0.
• Als de lade gedurende één minuut is geopend
(of gedurende 30 seconden als u de CD hebt
uitgeworpen en de contactsleutel op “OFF” is
gesteld) is er een toon hoorbaar en keert het
bedieningspaneel terug naar de vorige positie.
Let erop dat de CD of uw vinger niet vast komt
te zitten tussen het bedieningspaneel en de
eenheid.
Opmerking:
Als de teruggesprongen CD niet binnen ongeveer 15
seconden uit de CD-lade wordt verwijderd, wordt de CD
automatisch opnieuw in de CD-lade geplaatst, zodat hij niet
stoffig wordt. (Deze keer wor dt niet automatisch met afspelen
begonnen.)
NEDERLANDS
17
Page 18
De tekst van een CD met CD
Text weergeven
Op een CD met CD Text is informatie
opgenomen zoals de titel van de CD, de naam
van de uitvoerende artiest en de titel van de
tracks.
Het is mogelijk om deze informatie op de display
weer te geven.
1
Selecteer tijdens het afspelen van
een CD met CD Text de
afspeelmodus die tekst kan
weergegeven.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, verandert de
weergave op de display en wel
als volgt:
Titel van de
CD / Artiest
Nummer huidige track en
verstreken speeltijd
Opmerkingen:
NEDERLANDS
• Op de display kunnen maximaal 10 tekens tegelijk
worden weergegeven. Als de informatie uit meer dan
10 tekens bestaat, loopt de tekst automatisch van
rechts naar links over de display. Zie ook de
paragraaf “De instelling voor lopende tekst
selecteren – SCROLL” op bladzijde 25.
• Wanneer u op de toets D (display) drukt terwijl u
naar een gewone CD luistert, verschijnt de
vermelding “NO NAME” op de display voor de
titel/artiest van de CD en de titel van het
muziekstuk.
Titel van het
muziekstuk
Een muziekstuk of een
bepaald punt op de CD zoeken
Naar de volgende of vorige tracks gaan
Druk tijdens het afspelen
van een CD kort op de
toets ¢ om naar het
begin van de volgende
track te gaan. Elke keer
wanneer u op deze toets
drukt, wordt het begin van
de volgende track
opgezocht, geselecteerd
en ten gehore gebracht.
Druk tijdens het afspelen
van een CD kort op de
toets 4 om terug te
keren naar het begin van
de huidige track. Elke
keer wanneer u op deze
toets drukt, wordt het
begin van de vorige track
opgezocht, geselecteerd
en ten gehore gebracht.
Direct naar een bepaald muziekstuk gaan
Druk op de cijfertoets die bij een bepaald
muziekstuk hoort, om het afspelen van dat
muziekstuk te laten beginnen.
• Om een muziekstuk met nummer 1 – 6 te
selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Om een muziekstuk met nummer 7 – 12 te
selecteren:
Druk op 1 (7) – 6 (12) en houd de cijfertoets
langer dan 1 seconde ingedrukt.
Het muziekstuk versneld vooruit afspelen of
achteruit afspelen
Druk tijdens het afspelen
van een CD op de toets
¢ , en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk
versneld vooruit af te spelen.
Druk tijdens het afspelen
van een CD op de toets
4, en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk
achteruit af te spelen.
18
het muziekstuk
Verstreken afspeeltijdNummer van
Page 19
Afspeelmodus selecteren
Tracks in willekeurige volgorde afspelen
(Random Play)
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband) om de
functiemodus te activeren
terwijl u een CD afspeelt. De
eenheid schakelt over op de
functiemodus.
2
Druk op de toets RND (random)
terwijl de functiemodus nog is
geactiveerd, zodat de indicator
RND op de display aangaat.
Vervolgens zal elke keer
wanneer u op deze toets drukt,
de willekeurige afspeelmodus
voor CD’s worden in- of
uitgeschakeld.
Wanneer deze functie is ingeschakeld, licht de
indicator RND op de display op en wordt er een
willekeurige track afgespeeld.
Tracks herhaaldelijk afspelen
(Repeat Play)
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband) om de
functiemodus te activeren
terwijl u een CD afspeelt. De
eenheid schakelt over op de
functiemodus.
2 Druk op de toets RPT (repeat)
terwijl de functiemodus nog is
geactiveerd, zodat de indicator
RPT op de display aangaat.
Vervolgens zal elke keer
wanneer u op deze toets
drukt, de herhaald
afspeelmodus voor CD’s
worden in- of uitgeschakeld.
Tracks herhaaldelijk afspelen (Intro scan)
Het is mogelijk om van alle tracks alleen de
eerste 15 seconden af te spelen, zodat u de
intro’s kunt beluisteren.
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband) om de
functiemodus te activeren terwijl u
een CD afspeelt. De eenheid
schakelt over op de functiemodus.
2 Druk op de toets INT
(intro scan) terwijl de
functiemodus nog is
4
geactiveerd, zodat de
vermelding “INTRO” op de
display wordt weergegeven.
Vervolgens zal elke keer
wanneer u op deze toets drukt,
de introscanmodus voor CD’s
worden in- of uitgeschakeld.
Nummer van het muziekstuk dat wordt
afgespeeld
Voorkomen dat de CD terugspringt
U kunt voorkomen dat de CD uit de lade springt
door deze in de lade te vergrendelen.
Druk wanneer u op de toets SEL
(selecteren), drukt tevens op de
toets 0 en houd de toetsen
gedurende minimaal 2 seconden
ingedrukt. De vermelding “NO
EJECT” zal gedurende circa 5
seconden op de display
knipperen en de CD wordt
vergrendeld. De CD kan nu niet
meer uit de laadopening worden
gehaald.
Opmerking:
Als u op de toets 0 drukt terwijl het uitwerpen van
CD’s niet is toegestaan, komt het bedieningspaneel
weliswaar naar beneden geschoven, maar kan er
geen CD worden uitgenomen.
Druk op de toets 0 als u het bedieningspaneel naar
de vorige positie wilt laten terugkeren.
Als u de vergrendeling ongedaan wilt maken
en de CD weer toegankelijk wilt maken, moet
u de toets 0 gedurende minimaal 2 seconden
ingedrukt houden terwijl u op de toets SEL drukt.
Vervolgens knippert de vermelding “EJECT OK”
gedurende circa 5 seconden op de display. De
laadopening is nu ontgrendeld en de CD is weer
toegankelijk.
NEDERLANDS
19
Page 20
GELUID REGELEN
Geluid aanpassen
U kunt de geluidskarakteristieken naar wens
instellen.
1
Selecteer de functie die u wilt
aanpassen.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, wordt de aanpasbare
tijd als volgt gewijzigd:
FAD*
(Faden)
VOL
(Volume)
Indicatie Doel: Bereik
FAD*Evenwicht tussen R06 (Alleen
BALEvenwicht tussen L06 (Alleen
NEDERLANDS
S. BASS
**
EXT VOL***Het uitvoerniveau
WOOFER****
VOLHet volume00 (min.)
BAL
(Balans)
WOOFER****
(Subwoofer)
voor- en | achterin)
achterspeakersF06 (Alleen
aanpassen. voorin)
linker- en | links)
rechterspeakerR06 (Alleen
aanpassen. rechts)
Bastonen00 (min.)
aanpassen. |
via de EXT
OUT-stekkers
aanpassen.
Het uitvoerniveau 00 (min.)
van de subwoofer |
aanpassen.12 (max.)
aanpassen. |
S. BASS**
EXT VOL***
(Volume extern
apparaat)
08 (max.)
00 (min.)
|
12 (max.)
50 (max.)
2 Pas het niveau aan.
Om het niveau te
verhogen.
Om het niveau te
verlagen.
Opmerking:
Normaliter stelt u het volume in met de draaiknop. U
hoeft dus niet “VOL” voor het instellen van het
volumeniveau te kiezen.
*Als u een systeem met twee speakers gebruikt
moet u FADER op “00” zetten.
** Het rijke en volle basgeluid blijft volledig
behouden, hoe laag u het volume ook instelt - de
functie Super Bass.
Het is ook mogelijk om het niveau van de
superbas aan te passen.
*** ALLEEN voor KD-SH55R: Dit heeft alleen effect
als de versterker(s) of andere apparatuur op de
EXT OUT-stekkers zijn aangesloten.
**** ALLEEN voor KD-SH77R: Dit heeft alleen effect
als er een subwoofer is aangesloten.
20
Page 21
Vooraf ingestelde modi
selecteren
Het is mogelijk om een vooraf ingestelde modus
te selecteren als deze met uw muziekgenre
overeenkomt.
1
Druk op de toets EQ.
De laatst geselecteerde
geluidsmodus wordt
opgeroepen en wordt op de
huidige afspeelbron toegepast.
De indicator EQ indicator licht op.
Bijv: Als u eerder de instelling “FLAT” hebt
geselecteerd
2
De geluidsmodus van uw keuze
selecteren.
Elke keer wanneer u aan
de bedieningsknop
draait, wordt er een
andere geluidsmodus
geselecteerd en wel als
volgt:
FLAT O Hard Rock O R & B*O POP O
JAZZ O DanceMusic O Country O
Classic O USER 1 O USER 2 O
(terug naar het begin)
* Rhythm en blues
Het EQ-niveau verandert wanneer u de
geluidsmodus selecteert.
Bijv.: Als u “POP” aanpast
Selecteer als u de geluidsmodus wilt
annuleren in stap 2 de vermelding “FLAT”.
Reggae O
USER 3 O
Opmerkingen:
• U kunt de vooraf ingestelde geluidsweergave
wijzigen en in het geheugen opslaan.
Meer bijzonderheden over het aanpassen en
opslaan van uw eigen geluidsinstellingen treft u aan
in de paragraaf “Geluidsweergave aanpassen en
opslaan” op bladzijde 22.
• Zie pagina 20 als u het basversterkingsniveau
tijdelijk wilt aanpassen.
Voor elke afspeelbron een andere
geluidsmodus opslaan (EQ Link)
Als u een geluidsmodus selecteert, wordt deze in
het geheugen opgeslagen. De geluidsmodus
wordt elke keer uit het geheugen opgeroepen
wanneer u de desbetreffende afspeelbron
selecteert.
Voor elk van de volgende afspeelbronnen kan
een geluidsmodus worden opgeslagen: FM1,
FM2, FM3, AM, CD en externe apparatuur.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen
(PSM) wijzigen” op bladzijde 23.
1 Druk op de toets SEL (selecteren) en houdt deze
gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt,
zodat een van de PSM-items op de display wordt
weergegeven.
2 Druk op de toets ¢ of 4 en selecteer
de vermelding “EQ LINK” (koppeling met het
geheugen voor geluidsmodi).
3 Draai de bedieningsknop met de wijzers van de
klok mee en selecteer “LINK ON”.
4 Druk op de toets SEL (selecteren) om het
instellen te voltooien.
Als u EQ Link wilt annuleren, moet u dezelfde
procedure nogmaals uitvoeren maar in stap 3
met de bedieningsknop de vermelding “LINK
OFF” selecteren.
• Als “EQ LINK” is ingesteld op “LINK ON”
De geselecteerde geluidsmodus kan voor de
huidige afspeelbron in het geheugen worden
opgeslagen.
Elke keer wanneer u de bron afspeelt, wordt
de bijbehorende geluidsmodus uit het
geheugen opgehaald en achter de naam van
de afspeelbron weergegeven.
• Als “EQ LINK” is ingesteld op “LINK OFF”
De geselecteerde geluidsmodus is op elke
afspeelbron die wordt geselecteerd van
toepassing.
NEDERLANDS
21
Page 22
Geluidsweergave aanpassen
en opslaan
Het is mogelijk om de geluidskarakteristieken aan
uw eigen wensen aan te passen en in het geheugen
op te slaan. (USER 1, USER 2 en USER 3)
• Voor het uitv oeren van de onderstaande stappen
geldt een tijdslimiet. Als de procedure wordt
afgebroken voordat u deze hebt voltooid, moet u
opnieuw bij stap 1 beginnen.
1
Druk op de toets EQ.
Bijv.: Als u eerder de instelling “POP” hebt
2
Druk op de toets SEL (selecteren)
NEDERLANDS
om het geluidselement dat u wilt
aanpassen te selecteren.
LOW FREQ.* = LOW WIDTH = LOW LEVEL =
MID FREQ.* = MID WIDTH = MID LEVEL =
HIGH FREQ.* = HIGH LEVEL
(terug naar het begin)
drukken, kunt u rechtstreeks te
volgende keuzes maken:
22
De laatst geselecteerde
geluidsmodus wordt
opgeroepen en wordt op de
huidige afspeelbron toegepast.
geselecteerd
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, wordt er een ander
geluidselement geselecteerd
om aan te passen, en wel in
deze volgorde:
=
Selecteer de middenfrequentie.
Selecteer de bandbreedte (Q).
Pas het verbeteringsniveau aan.
LOW FREQ.
HIGH FREQ.
MID FREQ.
3
Het geselecteerde geluidselement
aanpassen.
• Raadpleeg de onderstaande tabel als u het
geselecteerde geluidselement wilt
aanpassen.
4
Herhaal stap 2 en 3 als u nog andere
geluidselementen wilt aanpassen.
5
Selecteer een van de door de
gebruiker zelf opgegeven geluidsmodi
(USER1, USER2 of USER3).
Bijv.: Als u “USER 2” aanpast
6
Druk op de toets EQ om de
aanpassingen op te slaan.
De fabrieksinstellingen herstellen
Herhaal de procedure en ken de
fabrieksinstellingen toe. U vind deze in de tabel
op bladzijde 38.
Indicatie
FREQ.
WIDTH
LEVEL
Vooraf ingestelde
waarden
LOWMIDHIGH
50 Hz700 Hz8 kHz
80 Hz1 kHz12 kHz
120 Hz2 kHz
1 (min.)1 (min.)
||
4 (max.)2 (max.)
–06 (min.) –06 (min.) –06 (min.)
|||
+06 (max.) +06 (max.) +06 (max.)
Page 23
ANDERE HOOFDFUNCTIES
Klok instellen
1
Druk op de toets SEL (selecteren) in
en houd deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven.
(Zie bladzijde 24.)
2
Stel het uur in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK HOUR”
als deze al niet meteen op de display
wordt weergegeven.
2 Pas het uur aan.
12
3
Stel de minuten in.
1 Selecteer de vermelding “CLOCK MIN”.
2 Pas de minuten aan.
12
Als u wilt weten hoe laat het is terwijl de eenheid
is uitgeschakeld, drukt op de toets D (display).
De stroom wordt vervolgens ingeschakeld en
gedurende 5 seconden wordt de tijd van de klok
weergegeven. Daarna wordt de stroomtoevoer
weer uitgeschakeld.
De algemene instellingen
wijzigen (PSM)
Het is mogelijk om de instellingen voor de items
die op de volgende bladzijde staan vermeld te
wijzigen.
Basisprocedure
1
Druk op de toets SEL (selecteren) in
en houd deze ten minste 2 seconden
ingedrukt, zodat een van de PSMvermeldingen op de display wordt
weergegeven.
(Zie bladzijde 24.)
2
Selecteer het item waarvan u de
instelling wilt wijzigen.
(Zie bladzijde 24.)
NEDERLANDS
4
Stel de uuraanduiding in.
1 Selecteer de vermelding “24H/12H”.
2 Selecteer de vermelding “12HOUR” of
“24HOUR”.
12
5
Druk op de toets SEL (selecteren)
om het instellen te voltooien.
3
Wijzig het PSM-item dat u hebt
geselecteerd.
4
Herhaal stap 2 en 3 als u de andere
PSM-items wilt aanpassen.
5
Druk op de toets SEL (selecteren) om
het instellen te voltooien.
23
Page 24
Modus met voorkeursinstellingen (PSM)-onderdelen
1
CLOCK HOUR Instellen van het uur
CLOCK MINInstellen van de minute
EQ LINKKoppeling met het geheugen
24H/12H
AUTO ADJ
CLOCK DISPWeergave van de klok
TUNER DISP
PTY STBYPTY-standby
PTY SEARCH PTY-zoeken
TA VOL
P-SEARCHProgramme zoeken
DAB AF*Zoeken naar alternatieve
NEDERLANDS
LEVEL/EQIndicator voor equalizer en
DIMMERDimmermodus
TELEPHONEAudiodemping voor cellulaire
BEEP SWPieptoon bij toetsbediening
P.AMP SW**Schakelaar voor ingebouwde
CONTRASTContrast van de weergave op
SCROLLModus voor lopende tekst
CUTOFF F**Afbreekfrequentie van de
LINE ADJ**Aanpassen van het
EXT INPUT*** Geselecteerde externe invoer
AUX ADJAangepast niveau voor
KEY SELECT** Selectie van modus voor
IF FILTERIntermediate Frequency-filter
DEMO MODEDemonstratiemodus
2
Kies...Houd.
voor geluidsmodi
24/12-uur aanduiding voor de klok
Automatische instellen van de klok
Weergavemodus van de tuner
Volume voor verkeersinformatie
frequenties
niveau
telefoonsystemen
versterker
de display
subwoofer
ingangsniveau
extern apparaat
bediening met externe sleutel
3
Stel in...
Tegen de
wijzers van
de klok in
Terug
Terug
LINK OFFLINK OFF
12HOUR
ADJUST OFFADJUST ON
CLOCK OFF
FREQUENCY
29 programmatypen
(Zie bladzijde 13 en 16.)
TA VOL 00 – TA VOL 50TA VOL 2015
SEARCH OFF
AF OFF
EQ ONLY LEVEL+EQ
LEVEL ONLY
AUTO OFF
MUTING OFF MUTING1
MUTING2
BEEP OFF
P.AMP OFF
CONTRAST 1 – CONTRAST 10CONTRAST 525
ONCE
OFF
FREQ MID
FREQ LOW
L.ADJ 00 – L.ADJ 05L.ADJ 0026
CD CHANGERLINE INPUT
A.ADJ 00 – A.ADJ 05
DVD
OFF
WIDEAUTOAUTO
DEMO OFFDEMO ONDEMO ON26
Met de
wijzers
van de
Fabrieksin-
stellingen
klok mee
Verder
Verder
LINK ON
24HOUR24HOUR23
CLOCK ON
PS NAMEPS NAME15
SEARCH ONSEARCH OFF14
AF ON
ON
BEEP ON
P.AMP ONP.AMP ON25
AUTO
FREQ HIGH
VCR
0:0023
ADJUST ON
CLOCK ON25
NEWS
AF ON
EQ ONLY
AUTO25
MUTING OFF
BEEP ON25
ONCE
FREQ MID
CD CHANGER26
A.ADJ 0026
DVD26
• Druk op SEL (selecteren) om het instellen te voltooien.
* Wordt alleen weergegeven indien de DAB-tuner is aangesloten.
** ALLEEN voor KD-SH77R
***ALLEEN voor KD-SH55R — Wordt alleen weergegeven als een van de volgende afspeelbronnen is
geselecteerd: FM, AM, CD of AUX INPUT.
24
Zie
blz.
21
15
13
37
25
25
25
26
26
Page 25
Weergave van de klok selecteren
– CLOCK DISP
Het is mogelijk om de klok op de display weer te
geven of juist niet weer te geven wanneer de
eenheid is ingeschakeld. Bij het verlaten van de
fabriek is de klok standaard ingesteld om op de
display te worden weergegeven.
• CLOCK ON: Weergave van de klok op de
• CLOCK OFF: De tijdsaanduiding staat uit.
display is ingeschakeld.
De niveau-indicator selecteren – LEVEL/EQ
U kunt zelf opgeven welk niveau op de display
moet worden weergegeven.
Bij het verlaten van de fabriek is wordt deze
modus ingesteld op “EQ ONLY”.
• EQ ONLY:Het equalizerpatroon wordt
• LEVEL+EQ: Het equalizerpatroon en de
• LEVEL ONLY: De audioniveaumeter licht vanuit
weergegeven.
audioniveaumeter worden
weergegeven.
het midden naar boven en
beneden op.
De instelling voor de dimmerfunctie
selecteren – DIMMER
Bij het inschakelen van de koplampen van de
auto wordt de verlichting van de display
automatisch gedimd (de functie Auto Dimmer).
Bij het verlaten van de fabriek is de functie Auto
Dimmer van de eenheid standaard ingeschakeld.
• AUTO:
• OFF:
• ON:De display wordt gedimd.
Opmerking:
Het kan zijn dat de functie Auto Dimmer van deze eenheid
bij bepaalde voertuigen niet goed werkt, vooral niet bij
voertuigen met een bedieningsfunctie voor de dimmer.
In dergelijke gevallen moet u de dimmerfunctie op
“ON” of “OFF” instellen.
De functie Auto Dimmer is ingeschakeld.
De functie Auto Dimmer is itgeschakeld.
Audiodemping voor mobiele
telefoongesprekken selecteren – TELEPHONE
Deze modus wordt gebruikt wanneer er een
cellulair telefoonsysteem is aangesloten.
Selecteer afhankelijk van het telefoonsysteem
dat u gebruikt “MUTING 1” of “MUTING 2”.
Welke dempingsmogelijkheid u kiest, hangt af
van de vraag welke instelling het geluid het beste
dempt. Bij het verlaten van de fabriek is deze
modus standaard uitgeschakeld.
• MUTING 1:
• MUTING 2:
• MUTING OFF:
Selecteer deze modus als u
hiermee het geluid kunt dempen.
Selecteer deze modus als u
hiermee het geluid kunt dempen.
Hiermee wordt de audiodemping
voor telefoongesprekken
uitgeschakeld.
Geluid bij het aanraken van de toetsen
in- en uitschakelen – BEEP SW
Het is mogelijk om het geluid dat u hoort bij het
aanraken van de toetsen uit te schakelen als u deze
geluiden storend vindt. Bij het verlaten van de
fabriek is de functie voor het weergeven van geluid
bij het aanraken van de toetsen echter ingeschakeld.
• BEEP ON: Hiermee schakelt u het geluid bij
• BEEP OFF: Hiermee schakelt u het geluid bij
het aanraken van de toetsen in.
het aanraken van de toetsen uit.
De stroomtoevoer voor de versterker in- of
uitschakelen – de schakelaar P. AMP SW.
(Alleen voor de KD-SH77R)
Het is mogelijk de ingebouwde versterker uit te
schakelen en de audiosignalen alleen naar de
externe versterker(s) te sturen om zo een
helderder geluid te verkrijgen en om te voorkomen
dat de eenheid te veel warmte ontwikkelt.
Bij het verlaten van de fabriek wordt de schakelaar
voor de eindversterker standaard zodanig
ingesteld dat de ingebouwde versterker werkt.
• P. AMP ON: Selecteer deze modus als u geen
• P. AMP OFF:
externe versterker(s) gebruikt.
Selecteer deze modus als u een of
meer externe versterker(s) gebruikt.
Het contrastniveau van de display
aanpassen – CONTRAST
Het is mogelijk om de heiderheid van de display te
wijzigen. U kunt kiezen uit instelling 1 (donker) t/m
10 (licht). Bij het v erlaten van de fabriek staat het
contrast standaard ingesteld op niveau 5.
De instelling voor lopende tekst selecteren
– SCROLL
U kunt de modus voor lopende tekst selecteren
zodat informatie op een disk die uit meer dan 10
tekens bestaat naar wens wordt weergegevan.
Bij het verlaten van de fabriek staat deze functie
standaard ingesteld op “ONCE”, waardoor
informatie éénmaal als lopende tekst op de
display wordt weergegeven.
• ONCE:De tekst wordt een keer als lopende
• AUTO:De tekst wordt voortdurend (met
• OFF:Er wordt geen lopende tekst
Opmerking:
Zelfs als de modus voor lopende tekst is ingesteld op
“OFF”, kunt u lopende tekst weergeven door
gedurende minimaal 1 seconde op de toets D te
drukken.
tekst weergegevan.
tussenpozen van 5 seconden)
weergegeven.
weergegevan.
NEDERLANDS
25
Page 26
De afbreekfrequentie voor de subwoofer
instellen – CUTOFF F (Alleen voor de
KD-SH77R)
Als er een subwoofer op de eenheid is
aangesloten, dient u een begrenzingsfrequentie
voor de subwoofer op te geven.
Bij het verlaten van de fabriek wordt de
begrenzingsfrequentie standaard ingesteld op
“FREQ MID”.
• FREQ LOW:
• FREQ MID:
• FREQ HIGH:
Frequenties boven de 50 Hz worden niet
via de subwoofer ten gehore gebracht.
Frequenties boven de 80 Hz worden niet
via de subwoofer ten gehore gebracht.
Frequenties boven de 120 Hz worden niet
via de subwoofer ten gehore gebracht.
Het niveau van de lijninvoer aanpassen
– LINE ADJ (alleen voor de KD-SH77R)
Als er een extern apparaat op de ingang LINE IN
is aangesloten, dient u het niveau van de
lijninvoer aan te passen aan het externe
apparaat.
Bij het verlaten van de fabriek wordt het niveau
van de lijninvoer ingesteld op 00.
Als het niveau van de lijninvoer van het
aangesloten apparaat niet hoog genoeg is, dient
u het niveau aan te passen. Als u dat niet doet,
NEDERLANDS
hoort u wellicht erg hard geluid als u van het
externe apparaat overschakelt op een andere
afspeelbron.
Het te gebruiken externe apparaat selecteren
– EXT INPUT (Alleen voor de KD-SH55R)
U kunt het externe apparaat met behulp van de Line
Input Adapter KS-U57 (niet meegeleverd) aansluiten
op bus voor de CD-wisselaar aan de achterzijde.
Als u het externe apparaat via deze eenheid als
afspeelbron wilt gebruiken, dient u het te
gebruiken apparaat te selecteren: de CDwisselaar of het externe apparaat.
Bij het verlaten van de fabriek wordt de CDwisselaar als het externe apparaat voor deze
eenheid geselecteerd.
• LINE INPUT:Als u een ander extern
• CD CHANGER: Als u de CD-wisselaar wilt
Opmerking:
Aanwijzingen omtrent het aansluiten van de KS-U57
Line Input Adapter op het externe apparaat treft u aan in
de Installation/Connection Manual (aparte publicatie).
apparaat als de CD-wisselaar
wilt gebruiken.
gebruiken.
Het invoerniveau van de extra ingang
aanpassen – AUX ADJ
Als er een extern apparaat op de extra ingang is
aangesloten, dient u het niveau van de lijninvoer
aan te passen aan het externe apparaat.
Bij het verlaten van de fabriek wordt het niveau
26
van de extra ingang ingesteld op 00.
Als het niveau van de lijnin voer van het
aangesloten apparaat niet hoog genoeg is, dient u
het niveau aan te passen. Als u dat niet doet, hoort
u wellicht erg hard geluid als u van het externe
apparaat overschakelt op een andere afspeelbron.
Het apparaat selecteren dat u via deze
ontvanger wilt bedienen – KEY SELECT
(Alleen voor de KD-SH77R)
U kunt via de cijfertoetsen op het
bedieningspaneel van deze ontvanger de
videorecorder of DVD-speler van JVC bedienen.
Bij het verlaten van de fabriek zijn de
cijfertoetsen ingesteld om een DVD-speler te
bedienen. Zie bladzijde 30 als u een
videorecorder met de cijfertoetsen wilt bedienen.
De selectiviteit van de FM-tuner wijzigen
– IF FILTER
In bepaalde gebieden kunnen zenders die zich in
elkaars nabijheid bevinden elkaar storen. Deze
eenheid kan dergelijke storing automatisch
(“AUTO”) verminderen. Dit is de
standaardinstelling van deze eenheid bij het
verlaten van de fabriek.
• AUTO:Als zich dergelijke storingen
voordoen, vermindert de eenheid
automatisch de selectiviteit van
de ontvanger, zodat de storingen
worden verminderd. (Tevens gaat
het stereo-effect verloren.)
• WIDE:Met deze instelling kan de
ontvanger door naburige zenders
worden gestoord, maar is de
geluidskwaliteit optimaal en blijft
het stereo-effect behouden.
De demonstratiemodus in- of uitschakelen
– DEMO MODE
U kunt de demonstratiemodus in- of uitschakelen.
Bij het verlaten van de fabriek wordt de instelling
“DEMO ON” gekozen.
• DEMO ON:Hiermee wordt de
demonstratiemodus
ingeschakeld. de demonstratie
begint automatisch als er circa 3
minuten geen geluid is
afgespeeld.
• DEMO OFF: Hiermee wordt de demonstratie
uitgeschakeld.
Opmerking:
Als de eenheid opnieuw wordt ingesteld met de Resetknop (en de stroom is ingeschakeld), begint de
demonstratie na circa 10 seconden zonder geluid.
Page 27
Namen aan bronnen
toekennen
U kunt CD’s en het externe apparaat een naam
toekennen.
De naam die u toekent, wordt vervolgens op de
display weergegeven wanneer u het
desbetreffende apparaat selecteert.
BronnenMaximaal aantal tekens
CD *32 tekens
(maximaal 40 CD’s)
Extern apparaat10 tekens
* Het is niet mogelijk een naam toe te kennen aan
een CD met CD Text.
1
Selecteer een bron waaraan u een
naam wilt toekennen.
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt automatisch
de stroom ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, wordt er een
andere afspeelbron
geselecteerd, en wel in de
volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat beschreven.
2
Druk op de toets SEL en houdt deze
gedurende minimaal 2 seconden
ingedrukt terwijl u op D (display)
drukt.
3
Selecteer de tekenset die u wilt
gebruiken zolang “
knippert.
Elke keer dat u op deze toets
drukt, selecteert u een andere
tekenset. De beschikbare
tekensets worden in deze
volgorde op de display aan u
aangeboden:
Hoofdletters ( )
Cijfers en symbolen ( )
4
Selecteer het gewenste teken.
5
Verplaats de cursor naar de positie
voor het volgende of het vorige teken.
6
Herhaal stap 3 t/m 5 tot u de
volledige naam die u wilde invoeren
hebt opgegeven.
7
Voltooi de procedure terwijl het
laatst geselecteerde teken knippert.
” op de display
Kleine letters ( )
Meer informatie over de
beschikbare tekens treft u
aan op bladzijde 38.
NEDERLANDS
Bijv.: Indien u een “CD PLAY” als bron selecteert
De ingevoerde tekens verwijderen
Volg de bo venstaande procedure en voer nu in
plaats van tekens spaties in.
Opmerkingen:
• Als u probeert een naam toe te kennen aan een 41e CD,
verschijnt de vermelding “NAME FULL” op de display
om aan te geven dat u geen naam kunt toekennen.
(Verwijder in dit geval namen die u niet wilt.)
• Wanneer er een CD-wisselaar is aangesloten, kunt u
ook namen toekennen aan CD’s in de CD-wisselaar.
De namen kunnen ook op de display worden
weergegeven als u de CD’s in deze eenheid plaatst.
27
Page 28
De hoek van het
bedieningspaneel wijzigen
De hoek van het bedieningspaneel kan op een
van drie posities worden ingesteld.
Pas de hoek naar wens aan.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt, wordt de hoek
gewijzigd, en wel in deze
volgorde:
LET OP:
Steek NOOIT uw vinger
tussen het
bedieningspaneel en de
eenheid aangezien u het
risico loopt vast te komen
zitten en u zichzelf zeer
doet.
A
NEDERLANDS
D
B
C
Met behulp van de afstandsbediening
Druk herhaaldelijk op de toets ANGLE ∞. Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de hoek
van het bedieningspaneel en wel in deze volgorde: Å, ı, Ç en tot slot Î.
Het bedieningspaneel in de oorspronkelijke positie terugzetten,
druk op de toets ANGLE 5. Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de hoek van het
bedieningspaneel en wel in omgekeerde volgorde: Î, Ç, ı en tot slot Å.
28
Page 29
Bedieningspaneel verwijderen
U kunt het bedieningspaneel verwijderen,
wanneer u uit de auto stapt.
U moet het bedieningspaneel voorzichtig
verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen,
zodat de connectors op de achterkant van het
bedieningspaneel en de houder van het
bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het bedieningspaneel
verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijdert, moet u
er zeker van zijn dat de spanning is uitgeschakeld.
1
Ontgrendel het bedieningspaneel.
Het bedieningspaneel
komt naar u toe
geschoven.
Hoe moet u het bedieningspaneel
weer op zijn plaats bevestigen?
1
Plaats de linkerzijde van het
bedieningspaneel in de inkeping op
het kader voor het bedieningspaneel.
2
Druk op de rechterzijde van het
bedieningspaneel om het paneel aan
het kader te bevestigen.
NEDERLANDS
2
Schuif het bedieningspaneel naar
rechts en trek het vervolgens naar u
toe.
3
Stop het losgemaakte
bedieningspaneel in het daarvoor
bestemde doosje.
Opmerking over het reinigen van de connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert, zullen
de connectors op een gegeven moment minder
goed gaan functioneren.
Om deze mogelijkheid tot het minimum te
beperken, moet u de connectors van tijd tot tijd
met een met alcohol bevochtigde katoenen doek
schoonmaken. Zorg ervoor dat u de connectors
daarbij niet beschadigt.
Connectors
29
Page 30
BEDIENING VAN HET EXTERNE APPARAATEN
MD-speler, enz.
ingang voor
externe apparatuur
Externe apparatuur afspelen
Voor KD-SH77R:
Op deze eenheid kunnen twee externe apparaten
worden aangesloten.
Het ene apparaat kan op de extra ingang op het
bedieningspaneel worden aangesloten en het
andere op de ingang LINE IN op de achterzijde.
Als u een videorecorder of DVD-speler van
JVC op de ingang LINE IN aansluit
NEDERLANDS
U kunt het externe apparaat met behulp van de
cijfertoetsen op het bedieningspaneel van deze
ontvanger bedienen. Als u een videorecorder
bedient, dient u de bedieningsmodus van de
cijfertoetsen te veranderen van de D VDbedieningsmodus naar de modus voor het
bedienen van de videorecorder (de VCRbedieningsmodus). Zie de paragraaf “Het
apparaat selecteren dat u via deze ontvanger
wilt bedienen – KEY SELECT” op bladzijde 26.
Als het invoerniveau van het externe
apparaat niet hoog genoeg is, dient u het
niveau van het invoerniveau aan te passen.
Als u dit niet doet, hoort u wellicht erg hard
geluid als u van het externe apparaat
overschakelt op een andere afspeelbron. (Zie
de paragraaf “Het niveau van de lijninvoer
aanpassen” en de paragraaf “Het
invoerniveau van de extra ingang aanpassen
– AUX ADJ” op
bladzijde
26.)
1
Selecteer het externe apparaat (AUX
INPUT of LINE INPUT).
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt
automatisch de stroom
ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, wordt er een
andere afspeelbron
geselecteerd, en wel in de
volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat beschreven.
AUX INPUT: Hiermee selecteert u het
LINE INPUT: Hiermee selecteert u het
2
Schakel het aangesloten apparaat
apparaat dat op de extra
ingang op het
bedieningspaneel is
aangesloten
apparaat dat op de ingang
LINE IN is aangesloten
aan en start het afspelen van de
afspeelbron.
• Als u een DVD-speler of videorecorder van
JVC aansluit, kunt u de volgende
bewerkingen uitvoeren.
30
Page 31
Als u een DVD-speler aansluit:
:
Hiermee wordt de stroom in- of uitgeschakeld.
3:
Hiermee start u het afspelen van een
videoband.
¡:
• Hiermee wordt de track snel vooruit
gespoeld als de toets ingedrukt wordt
gehouden.
• Hiermee gaat u naar het begin van de
volgende tracks als u de toets kort
ingedrukt houdt.
1:
• Hiermee wordt de track snel achteruit
gespoeld als de toets ingedrukt wordt
gehouden.
• Hiermee gaat u naar het begin van de
huidige track als de toets kort ingedrukt
wordt gehouden.
Hiermee gaat u elke keer wanneer u de
toets indrukt naar het begin van een
vorige track.
7:
Hiermee stopt u het afspelen van een
videoband.
Opmerking:
Als u de bovenstaande toetsen gebruikt, wordt de
vermelding “DVD” op de display en de bedieningsmodus
(zoals 3, 7 ) weergegeven.
Als u een videorecorder aansluit:
:
Hiermee wordt de stroom in- of uitgeschakeld.
3:
Hiermee start u het afspelen van een
videoband.
¡:
Hiermee wordt de cassette snel vooruit
gespoeld, indien ingedrukt gehouden.
1:
Hiermee wordt de cassette snel achteruit
gespoeld, indien ingedrukt gehouden.
7:
Hiermee stopt u het afspelen van een
videoband.
Opmerking:
Als u de bovenstaande toetsen gebruikt, wordt de
vermelding “VCR” op de display en de bedieningsmodus
(zoals 3, 7 ) weergegeven.
U moet voordat u het externe apparaat dat
op de ingang voor de CD-wisselaar is
aangesloten wilt bedienen eerst het juiste
externe apparaat selecteren. (Zie de
paragraaf “Het te gebruiken externe apparaat
selecteren – EXT INPUT” op
Als het invoerniveau van het externe
apparaat dat op de extra ingang is
aangesloten niet hoog genoeg is, dient u
het niveau van het invoerniveau aan te
passen.
Als u dit niet doet, hoort u wellicht erg hard
geluid als u van het externe apparaat
overschakelt op een andere afspeelbron. (Zie de
paragraaf “Het invoerniveau van de extra ingang
aanpassen – AUX ADJ” op b ladzijde 26.)
1
Selecteer het externe apparaat (AUX
bladzijde
26).
INPUT of LINE INPUT).
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt automatisch
de stroom ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, wordt er een
andere afspeelbron
geselecteerd, en wel in de
volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat beschreven.
AUX INPUT:
LINE INPUT: Hiermee kunt u het apparaat
Hiermee selecteert u het
apparaat dat op de extra ingang
op het bedieningspaneel is
aange
sloten
selecteren dat op de ingang
voor de CD-wisselaar is
aangesloten
NEDERLANDS
Voor KD-SH55R:
Op deze eenheid kunnen twee externe
apparaten worden aangesloten.
Het ene apparaat kan op de extra ingang op het
bedieningspaneel worden aangesloten en het
andere op de ingang voor de CD-wisselaar op de
achterzijde.
• Als “LINE INPUT” niet kan worden
geselecteerd, verwijzen we u naar
26 en dient u de ingang voor het externe
apparaat (“LINE INPUT”) te selecteren. U
kunt de ingang niet in combinatie met de
CD-wisselaar gebruiken.
2
Schakel het aangesloten apparaat
aan en start het afspelen van de
afspeelbron.
bladzijde
31
Page 32
GEBRUIK VAN DE CD-WISSELAAR
We raden u aan bij uw eenheid alleen gebruik te
maken van de CH-X-serie.
Als u een andere automatische CD-wisselaar in
uw bezit hebt, raden we u aan contact op te
nemen met uw JVC-dealer in auto-accessoires
voor meer informatie over de juiste aansluitingen.
• Bijv.: Als u een CD-wisselaar uit de KD-MK
serie hebt, hebt u een kabel (KS-U15K)
nodig om deze met het apparaat te verbinden.
Alvorens uw automatische CD-wisselaar te
gebruiken:
• Lees de instructies door die bij uw
CD-wisselaar zijn geleverd.
• Als er geen CD’s in de houder van de
NEDERLANDS
CD-wisselaar aanwezig zijn of wanneer de
CD’s ondersteboven in de houder zitten,
verschijnt op het afleesvenster de tekst
“NO DISC”. Als dit gebeurt, moet u de
houder verwijderen en de CD’s op de juiste
wijze in de houder plaatsen.
• Als op het afleesvenster de tekst “RESET 1”
– “RESET 8” verschijnt, is er iets fout met de
verbinding tussen dit apparaat en de
CD-wisselaar. Als dit gebeurt, moet u de
verbinding controleren, de verbindingskabel(s) stevig vastmaken. En dan op de
resetknop van de CD-wisselaar drukken.
CD’s afspelen
Selecteer de automatische CD-wisselaar
(CD CHANGER).
32
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt automatisch
de stroom ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op deze
toets drukt, wordt er een
andere afspeelbron
geselecteerd, en wel in de
volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat beschreven.
CD-nummer
Nummer van het
muziekstuk
Verstreken afspeeltijd
Versneld vooruit afspelen en achteruit
afspelen van het muziekstuk
Druk tijdens het afspelen
van een CD op de toets
¢ en houd deze toets
ingedrukt om het
muziekstuk versneld vooruit
af te spelen.
Druk tijdens het afspelen
van een CD op de toets
4 en houd deze toets
ingedrukt om het muziekstuk
achteruit af te spelen.
Vorige of volgende tracks selecteren
Druk terwijl u een CD
afspeelt korte tijd op de
toets ¢ om naar het
begin van de volgende
track te gaan.
Elke keer wanneer u op
deze toets drukt, gaat u
naar de volgende track,
die vervolgens ten gehore
wordt gebracht.
Druk terwijl u een CD
afspeelt korte tijd op de
toets 4 om naar het
begin van de huidige track
te gaan.
Elke keer wanneer u op
deze toets drukt, gaat u
naar de vorige track, die
vervolgens ten gehore
wordt gebracht.
Page 33
Direct naar een bepaalde CD gaan
INTRO1INTRO2
Geannuleerd
REPEAT1REPEAT2
Geannuleerd
Druk op de cijfertoets die correspondeert met het
nummer van de CD om het afspelen te laten
beginnen (tijdens weergave van de CD-wisselaar).
• Nummer 1 – 6 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12).
• Nummer 7 – 12 selecteren:
Druk kort op 1 (7) – 6 (12) en houd deze toets
langer dan 1 seconde ingedrukt.
CD-nummer
Tracks herhaaldelijk afspelen (Repeat Play)
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband)terwijl er
een CD wordt afgespeeld.De
eenheid schakelt over op de
functiemodus.
2 Druk op de toets RPT (repeat)
terwijl de functiemodus nog is
geactiveerd, zodat de indicator
RPT op de display aangaat.
Vervolgens zal toetselke keer
wanneer u op de toets RPT,
wordt er een andere modus
voor het herhaald afspelen van
tracks geselecteerd, en wel in
deze volgorde:
Nummer van
het muziekstuk
Bijv.: Wanneer CD nummer 3 wordt geselecteerd
Verstreken afspeeltijd
Kiezen van de weergavefunctie
Tracks in willekeurige volgorde afspelen
(Random Play)
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband)terwijl er
een CD wordt afgespeeld.De
eenheid schakelt over op de
functiemodus.
2 Druk op de toets RND (random)
terwijl de functiemodus nog is
geactiveerd, zodat de indicator
RND op de display aangaat.
Vervolgens zal toets elke keer
wanneer u op de toets RND , wordt
er een andere modus voor het in
willekeurige volgorde afspelen
van tracks geselecteerd, en wel
in deze volgorde:
RANDOM1
Geannuleerd
Modus
RANDOM1 Licht opAlle muziekstukken van
RANDOM2 KnippertAlle muziekstukken van
RNDindicator
Afspelen in
willekeurige volgorde
de huidige CD, daarna
de muziekstukken van de
volgende CD enzovoorts.
alle CD’s in de CD-houder.
RANDOM2
Modus
REPEAT1 Licht opHet spelende (of
REPEAT2 KnippertAlle fragmenten van de
RPTindicator
Herhaling van...
ingestelde) fragment.
spelende (of ingestelde)
disc.
Tracks herhaaldelijk afspelen (Intro scan)
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband)terwijl er
een CD wordt afgespeeld.De
eenheid schakelt over op de
functiemodus.
2
Druk op de toets INT (intro
scan) terwijl de functiemodus
4
Modus
INTRO1Van alle opnames op
INTRO2Van de eerste opname
Indicator
Opnamenummer
flikkert
Het CDnummer
knippert
nog is geactiveerd, zodat de
vermelding “INTRO” op de
display wordt weergege ven.
V ervolgens zal de
introscanmodus elke keer
wanneer u op de toets INT drukt
als volgt worden gewijzigd:
Speelt het begin
(15seconden)
alle ingebrachte discs.
op iedere ingebrachte
disc.
NEDERLANDS
33
Page 34
BEDIENING VAN DE DAB-TUNER
We raden u aan om in combinatie met deze
eenheid DAB-tuner KT-DB1500 te gebruiken.
Neem contact op met de JVC-dealer in autoaccessoires als u een andere DAB-tuner hebt.
• Zie ook de instructies die bij de DAB-tuner
werden geleverd.
Wat is het DAB-system?
DAB is een van de digitale radiozendsystemen
die momenteel in gebruik zijn. Met deze
technologie is het mogelijk CD’s af te spelen
met hoge geluidskwaliteit zonder storingen en
signaalvervorming. U kunt er zelfs tekst,
NEDERLANDS
afbeeldingen en gegevens mee v ersturen.
In tegenstelling tot FM-uitzendingen, waarbij
elk programma op een aparte frequentie
wordt uitgezonden, worden bij DAB
verschillende programma’s (die “services”
worden genoemd) met elkaar gecombineerd
tot een “ensemble”.
Alleen wanneer u een DAB-tuner op deze
eenheid aansluit, kunt u van deze
DAB-services gebruik maken.
Afstemmen op een ensemble
en op een van de services
Een ensemble bestaat doorgaans uit 6 of meer
programma’s (services) die tegelijkertijd worden
uitgezonden. Nadat u op een ensemble hebt
afgestemd, kunt u kiezen naar welke service u wilt
luisteren.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt
automatisch de stroom
ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op
deze toets drukt, wordt
er een andere
afspeelbron
geselecteerd, en wel in
de volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat
beschreven.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1,
DAB2 of DAB3).
Elke keer wanneer u de
toets minimaal 1 seconde
ingedrukt houdt, wordt er
een andere DAB-band
geselecteerd:
D 1
(DAB 1)(DAB 2)(DAB 3)
D 2
D 3
34
Opmerking:
Deze ontvanger is uitgerust met drie DAB-banden
(DAB1, DAB2 en DAB3). U kunt met elke DABband op een ensemble afstemmen.
Page 35
3
Naam van het ensemble
Naam van de service
Kanaalnummer
Frequentie
Zoek een ensemble op.
Druk op de toets
¢ afstemmen op
een ensemble met een
hogere frequentie.
Druk op de toets
4 afstemmen op
een ensemble met een
lagere frequentie.
Zodra er een ensemble wordt gev onden, wordt
het zoeken gestaakt.
Als u het zoeken wilt stoppen nog voordat
er een ensemble is gevonden, moet u de
toets die u hebt ingedrukt om het zoeken in
gang te zetten nogmaals indrukken.
4
Selecteer de service waarnaar u wilt
luisteren.
1
Druk op de toets
M/B (modus/omroepband).
Binnen
5 seconden
2 Druk op de toets
¢ of 4 te
selecteren de service
van uw keuze.
De informatie op de display wijzigen
wanneer u op een ensemble afstemt
Normaliter wordt de naam van de service op de
display weergegev en.
Druk op de toets D (display) als u andere
informatie op de display wilt weergeven.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt,
verschijnt de volgende informatie gedurende een
korte tijd in het bovenste gedeelte van de display.
Zonder zoeken afstemmen op een bepaald
ensemble:
1 Druk op de toets SOURCE om de DAB-tuner
als afspeelbron te selecteren.
2
Druk op de toets M/B (
houd de toets minimaal 1 seconde ingedrukt om
de DAB-band te selecteren: DAB 1, DAB 2 of
DAB 3.
3 Druk op de toets ¢ of op 4 en
houd deze gedurende minimaal 1 seconde
ingedrukt.De vermelding “MANUAL” knipperde
op de display.
4 Druk herhaaldelijk op de toets ¢ of op
4 tot u het ensemble van uw keuze
bereikt.
• Als u de toets ingedrukt houdt, wordt er net
zo lang een ander ensemble gekozen tot u
de toets weer loslaat.
modus/omroepband
) en
NEDERLANDS
35
Page 36
DAB-frequenties in het
geheugen opslaan
Er kunnen maximaal 6 DAB-services voor elke
DAB-band (DAB1, DAB2 en DAB3) handmatig in
het geheugen worden opgeslagen.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt
automatisch de stroom
ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op
deze toets drukt, wordt
er een andere
afspeelbron
geselecteerd, en wel in
de volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat
beschreven.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1,
NEDERLANDS
DAB2 of DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de
toets drukt en deze
gedurende minimaal 1
seconde ingedrukt houdt,
wordt er een andere DABband geselecteerd, en wel
in deze volgorde:
4
Selecteer de service van het
ensemble.
1 Druk op de toets M/B
(modus/omroepband).
Binnen
5 seconden
2 Druk op de toets ¢
of 4 te selecteren
de service van uw
keuze.
5
Druk op de cijfertoets (in dit
voorbeeld cijfertoets 1) waaronder u
de geselecteerde service wilt
opslaan en houd deze toets
gedurende minimaal 2 seconden
ingedrukt.
“ P 1 ” knippert erige tijd.
36
D 1
(DAB 1)(DAB 2)(DAB 3)
3
Stem af op het ensemble van uw
D 2
keuze.
D 3
6
Herhaal de bovenstaande procedure
als u nog andere DAB-services
achter voorkeuzetoetsen wilt
opslaan.
Opmerkingen:
• Een reeds opgeslagen DAB-service verdwijnt uit het
geheugen wanneer u aan de desbetreffende
voorkeuzetoets een nieuwe DAB-service toekent.
• Opgeslagen DAB-services verdwijnen uit het
geheugen wanneer de stroomtoevoer naar het
geheugen wordt onderbr ok en (bijvoorbeeld wanneer
u de batterij vervangt). Als dit gebeurt, zult u de DABservices opnieuw moeten instellen.
Page 37
Afstemmen op een
opgeslagen DAB-service
Wat u nog meer met DAB
kunt doen
U kunt eenvoudig op een vooraf ingestelde
DAB-service afstemmen.
Zoals al eerder uitgelegd, dient u eerst services
in het geheugen vast te leggen. Zie bladzijde 36
als u nog geen services hebt opgeslagen.
1
Selecteer de DAB-tuner.
Als u een afspeelbron
selecteert, wordt
automatisch de stroom
ingeschakeld.
Elke keer wanneer u op
deze toets drukt, wordt er
een andere afspeelbron
geselecteerd, en wel in de
volgorde zoals die op
bladzijde 7 staat
beschreven.
2
Selecteer de DAB-band (DAB1,
DAB2 of DAB3) van uw keuze.
Elke keer wanneer u op
de toets drukt en deze
gedurende minimaal 1
seconde ingedrukt houdt,
wordt er een andere DABband geselecteerd, en wel
in deze volgorde:
D 1
(DAB 1)(DAB 2)(DAB 3)
3
Selecteer de voorkeuzetoets (1 t/m 6)
D 2
D 3
voor de DAB-service die u wilt
beluisteren.
Hetzelfde programma automatisch volgen
(alternatieve ontvangst)
Het is mogelijk om naar een programma te blijven
luisteren.
• Terwijl u een DAB-service ontvangt:
Als u in een streek rijdt waar u een service niet
kunt ontvangen, zal deze eenheid automatisch
afstemmen op een ander ensemble of een FM
RDS-zender die hetzelfde programma uitzendt.
• Terwijl u een FM RDS-station ontvangt:
Als u in een gebied rijdt waar een DAB-service
hetzelfde programma uitzendt als een FM
RDS-zender, stemt deze eenheid automatisch
op de DAB-service af.
Opmerking
Bij het overschakelen van DAB naar FM en andersom
kan het weergaveniveau van het volume onaangenaam
toenemen of afnemen. Dat het geluidsniveau toeneemt
of afneemt, heeft niets met uw ontvanger te maken, maar
met de aansturing bij de zender. Er is dus niets mis met
uw ontvanger.
Werken met alternatieve ontvangst
Bij het verlaten van de fabriek zijn standaard alle
alternatieve-ontvangstmogelijkheden
ingeschakeld.
• Zie ook de paragraaf “De algemene instellingen
wijzigen (PSM)” op bladzijde 23.
1 Druk op de toets SEL (selecteren) in en houd
deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat
een van de PSM-vermeldingen op de display
wordt weergegeven.
2 Druk op de toets ¢ of op 4 om de
vermelding “DAB AF” (alternatieve frequentie) te
selecteren.
3 Selecteer de gewenste modus met de
bedieningsknop.
• AF ON:
• AF OFF:Alternatieve ontvangst is
Opmerking:
Als alternatieve ontvangst (voor DAB-services) is
ingeschakeld, is automatisch ook de netwerkfunctie
ingeschakeld (zie bladzijde 11 voor RDS-zenders).
De netwerkfunctie kan echter niet worden uitgeschakeld
zonder de alternatieve ontvangst uit te schakelen.
4 Druk op de toets SEL (selecteren) om het
instellen te voltooien.
Het programma wordt gev olgd tussen
het aanbod van DAB-services en FM
RDS-zenders — alternatieve
ontvangst. De indicator AF op de
display licht op (zie bladzijde 11).
uitgeschakeld.
NEDERLANDS
37
Page 38
AANVULLENDE INFORMATIE
Geluidsmodi (vooraf ingestelde waarden)
In de onderstaande lijst staan de vooraf ingestelde waarden voor elke geluidsmodus.
Als u de instellingen hebt gewijzigd, kunt u de originele instellingen herstellen door de
desbetreffende onderstaande waarden weer in te voeren. (Zie bladzijde 22 voor meer
informatie over de te volgen procedure.)
IndicatieVooraf ingestelde waarden voor de equalizer
De volgende tekens kunnen worden gebruikt om namen samen te stellen voor CD’s en externe
apparatuur. (Zie bladzijde 27.)
Hoofdletters
38
ABCDE
FGHIJ
KLMNO
PQRST
UVWXY
spatie
Z
Kleine letters
abcde
fghij
kl mno
pqr st
uvwxy
spatie
z
Cijfers en symbolen
01234
56789
!
”#$%
’()
&
+,
:
;
?@_ `
*
.
–
<
/
=
>
spatie
Page 39
ONDERHOUD
Omgaan met CD’s
Deze eenheid is ontworpen om alleen CD’s met
de volgende logo’s af te spelen.
U kunt ook uw originele CD-R’s (Recordables) en
CD-RW’s (Rewritables) op deze ontvanger
afspelen.
Deze eenheid kan geen MP3’s afspelen.
De manier waarop u met
CD’s moet omgaan
Wanneer u een CD uit het
opbergdoosje haalt, moet u
het rondje in het midden van
de doos naar beneden duwen
en de CD uit het doosje halen
terwijl u hem aan de rand
vasthoudt.
• Houd de CD altijd aan de randen vast.
Kom niet aan vlak met de opnames.
Wanneer u de CD wilt opbergen, leg deze dan
zachtjes om het rondje in het midden (bedrukte
vlak naar boven).
• Berg de CD’s na gebruik altijd op in het doosje.
CD’s schoonhouden
Het geluid kan verkeerd worden
weergegeven als de CD vuil is.
Als een CD vuil wordt, moet u
hem afvegen met een zachte
doek door de doek in een
rechte lijn van het midden naar
de rand te bewegen.
Nieuwe CD’s afspelen
Sommige nieuwe CD’s hebben
oneffenheden langs de binnenof buitenrand. Soms worden
dergelijke CD’s door het
apparaat geweigerd.
U kunt deze oneffenheden verwijderen door de
randen glad te wrijven met een potlood, ballpoint
enz.
Condensvorming
In onderstaande gevallen kan zich condens
vormen op de lens in de CD-speler:
• Nadat de verwarming in de auto is aangezet
• Wanneer het erg vochtig wordt in de auto
Soms zal de CD-speler hierdoor niet meer
goed werken. In dat geval moet u de CD uit de
CD-lade halen en moet u het apparaat een
paar uur aan laten staan totdat het vocht is
verdampt.
COMPACT
DIGITAL AUDIO
Rondje in het
midden
LET OP:
• Plaats geen 8 cm CD’s (CD-singles) in de CDlade. (Deze CD’s kunnen niet terugspringen.)
• Plaats geen CD’s met een ongewone vorm
(bijvoorbeeld hartvormig) in de CD-lade; dit zal
problemen veroorzaken.
• Stel CD’s niet bloot aan direct zonlicht of een
andere warmtebron en leg ze niet neer op plaatsen
waar het zeer warm of vochtig is.
• Gebruik geen oplosmiddelen (zoals
reinigingsmiddelen voor gewone platen, spray,
verdunningsmiddelen, wasbenzine, enz.) om CD’s
te reinigen.
Als u een CD-R of CD-RW afspeelt
Zelfgemaakte CD-R’s (Recordable) en CD-RW’s
(Rewritable) kunnen alleen worden afgespeeld
als de eindbewerking (
plaatsgevonden.
• U kunt uw originele CD-R’s en CD-RW’s
afspelen waarop muziek in de originele CDindeling is opgenomen. (Afspelen is misschien
niet mogelijk bij bepaalde, heel specifieke
opnamekenmerken of -omstandigheden.)
• Lees alvorens een CD-R’s of CD-RW’s af te
spelen eerst de bij de disk meegeleverde
instructies aandachtig door.
• Bepaalde CD-R’s en CD-RW’s kunnen
mogelijk niet op deze eenheid worden
afgespeeld vanwege een heel specifieke
opnamemethode, vuil op beschadigingen op
de disk of een vuiltje op de lens.
• CD-R’s en CD-RW’s zijn uiterst gevoelig voor
hoge temperaturen en luchtvochtigheid. Laat
geen disks in uw auto achter.
• Voor CD-RW’s is soms een langere leestijd
nodig.
(Dit heeft te maken met het feit dat de
weerkaatsing van CD-RW’s minder is dan van
CD’s.)
Haperingen:
De CD kan haperen wanneer u op hobbelige
wegen rijdt. Het apparaat en de CD worden
hierdoor niet beschadigd, maar het is wel
storend.
Wij adviseren u om het afspelen te beëindigen
wanneer u op dergelijke wegen rijdt.
finalization
) heeft
NEDERLANDS
39
Page 40
PROBLEMEN OPLOSSEN
Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende
instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
• Op het afleesvenster
verschijnt de tekst “NO DISC”.
• Op het afleesvenster
verschijnt de tekst “RESET 8”.
Oorzaken
CD zit ondersteboven in het
apparaat.
U rijdt op een hobbelige weg.
Er zitten krassen op de CD.
Verkeerde verbindingen.
Het volume is ingesteld op het
minimale niveau.
Verkeerde verbindingen.
De signalen zijn te zwak.
De antenne zit niet goed vast.
Er bevindt zich geen CD in de
CD-lade.
Het apparaat is niet op de juiste
manier met de CD-wisselaar
verbonden.
Oplossingen
Plaats de CD op de juiste
manier in CD-lade.
Stop met afspelen op hobbelige
wegen.
Gebruik een andere CD.
Controleer kabels en
aansluitingen.
Pas het geluid aan totdat het
optimale niveau is bereikt.
Controleer de bedrading en de
verbindingen.
Leg de zenders handmatig vast.
Zorg dat de antenne stevig vast zit.
Plaats een CD.
Verbind het apparaat en de CDwisselaar op de juiste manier
met elkaar en druk op de
resetknop van de CD-wisselaar.
•
Op het afleesvenster v erschijnt
de tekst “RESET 1” – “RESET 7”.
• “NO DISC” of “EJECT ERR”
wordt op de display
weergegeven en de CD kan
niet worden uitgenomen.
• Er verschijnt geen bericht op
de display, maar de CD kan
niet worden verwijderd.
• Het apparaat werkt helemaal
niet.
• De CD-wisselaar werkt niet.
40
Misschien werkt de CD-speler
niet goed meer.
Soms functioneert de
ingebouwde microcomputer niet
goed ten gevolge van lawaai,
enzovoorts.
Druk op de resetknop van de
CD-wisselaar.
Druk op de toets , en
tegelijkertijd op de toets en
houdt ook deze toets minimaal 2
seconden ingedrukt.
(Let erop dat de CD niet op de
grond valt als deze wordt
uitgeworpen.)
Druk op het bedieningspaneel aan
de voorzijde van de eenheid op de
Reset-toets. (Zie bladzijde 2.)
Page 41
SPECIFICATIES
GELUIDSVERSTERKER
Maximum uitgangsvermogen:
Voorin: 50 W per kanaal
Achterin: 50 W per kanaal
Ononderbroken uitgangsvermogen (RMS):
Voorin: 19 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz tot
20 000 Hz met niet meer dan
0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid.
Achterin: 19 W per kanaal in 4 Ω, 40 Hz tot
20 000 Hz met niet meer dan
0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid.
Belastingsimpedantie: 4 Ω (speling 4 Ω tot 8 Ω)
Bereik van de equalizer:
LOW: ±12 dB (50 Hz, 80 Hz, 120 Hz)
MID:±12 dB (700 Hz, 1 kHz, 2 kHz)
HIGH: ±12 dB (8 kHz, 12 kHz)
Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 20 000 Hz
Signaal/ruisverhouding: 70 dB
Ingangsvermogen/Impedantie:
KD-SH77R : 1,5 V/20 kΩ belasting
Uitgangsvermogen/Impedantie:
KD-SH55R : 2,0 V/20 kΩ belasting
(maximaal vermogen)
KD-SH77R : 4,0 V/20 kΩ belasting
(maximaal vermogen)
Uitgangsimpedantie: 1 kΩ
Extra ingang:
(stereo-ministekker van 3,5 mm doorsnede)
RADIO
Frequentiebereik:
FM:87,5 MHz tot 108,0 MHz
AM:(MW) 522 kHz tot 1 620 kHz
(halfgeleider-laser)
Aantal kanalen: 2 kanalen (stereo)
Weergavekarakteristiek: 5 Hz tot 20 000 Hz
Dynamisch vermogen: 98 dB
Signaal/ruisverhouding: 102 dB
Zweving: Minder dan de meetbare limiet
ALGEMEEN
Voeding:
Werkspanning: Gelijkstroom 14,4 V
(speling 11 V tot 16 V)
Aardingssysteem: Negatieve aarding
Bedrijfstemperatuur: 0°C tot +40°C
Afmetingen (breedte × hoogte × diepte):
Afmetingen apparaat
(ten behoeve van installatie):
182 mm × 52 mm × 161 mm
Afmetingen paneel:
188 mm × 58 mm × 17 mm
Gewicht: 1,8 kg (excl. accessoires)
Ontwerp en specificaties kunnen zonder kennisgeving
worden gewijzigd.
NEDERLANDS
[FM-zenders]
Gevoeligheid bij normaal bedrijf:
11,3 dBf (1,0 µV/75 Ω)
Gevoeligheid bij 50 dB geluidsdemping:
16,3 dBf (1,8 µV/75 Ω)
Selectiviteit alternatief kanaal (400 kHz):
65 dB
Weergavekarakteristiek: 40 Hz tot 15 000 Hz
Stereo-scheiding: 30 dB
Vangbereik: 1,5 dB
[MW-zenders]
Gevoeligheid: 20 µV
Selectiviteit: 35 dB
[LW-zenders]
Gevoeligheid: 50 µV
41
Page 42
Having TROUBLE with operation?
Please reset your unit
Refer to page of How to reset your unit
Haben Sie PROBLEME mit dem Betrieb?
Bitte setzen Sie Ihr Gerät zurück
Siehe Seite Zurücksetzen des Geräts
Vous avez des PROBLÈMES de fonctionnement?
Réinitialisez votre appareil
Référez-vous à la page intitulée Comment réinitialiser votre appareil
Hebt u PROBLEMEN met de bediening?
Stel het apparaat terug
Zie de pagina met de paragraaf Het apparaat terugstellen
EN, GE, FR, NL
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
0201MNMMDWJES
JVC
Page 43
KD-SH77R/KD-SH55R
53 mm
(2-1/8")
184 mm
(7-1/4")
Installation/Connection Manual
Einbau/Anschlußanleitung
Manuel d’installation/raccordement
Handleiding voor installatie/aansluiting
LVT0629-001A
[E/EX]
0201MNMMDWJES
JVC
EN, GE, FR, NL
ENGLISH
• This unit is designed to operate on 12 V
DC, NEGATIVE ground electrical systems.
INSTALLATION
(IN-DASH MOUNTING)
• The following illustration shows a typical
installation. However, you should make
adjustments corresponding to your specific
car. If you have any questions or require
information regarding installation kits,
consult your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT
dealer or a company supplying kits.
1
Before mounting: Press (Control
Panel Release button) to detach the control
panel if already attached.
* When shipped from the factory, the control
panel is packed in the hard case.
2
Remove the trim plate.
3
Remove the sleeve after disengaging the
sleeve locks.
1 Stand the unit.
Note: When you stand the unit, be careful
not to damage the fuse on the rear.
2 Insert the 2 handles between the unit and
the sleeve, as illustr ated, to disengage the
sleeve locks.
3 Remove the sleeve.
Note: Be sure to keep the handles for
future use after installing the unit.
4
Install the sleeve into the dashboard.
* After the sleeve is correctly installed into
the dashboard, bend the appropriate tabs
to hold the sleeve firmly in place, as
illustrated.
5
Fix the mounting bolt to the rear of the unit’s
body and place the rubber cushion over the
end of the bolt.
6
Do the required electrical connections.
7
Slide the unit into the sleeve until it is lock ed.
8
Attach the trim plate.
9
Attach the control panel.
DEUTSCH
• Dieses Gerät ist für einen Betrieb in elektrischen
Anlagen mit 12 V Gleichstrom und (–) Erdung
ausgelegt.
EINBAU
(IM ARMATURENBRETT)
• Die folgende Abbildung zeigt einen typischen
Einbau. Dennoch müssen Sie entsprechend
Ihrem jeweiligen Auto Anpassungen
vornehmen. Bei irgendwelchen Fragen oder
wenn Sie Informationen hinsichtlich des
Einbausatzes brauchen, wenden Sie sich an
ihren JVC Autoradiohändler oder ein
Unternehmen das diese Einbausätze vertreibt.
1
Vor dem Einbau: Drücken Sie
(Schalttafel-Freigabetaste), um die Arretierung
der Schalttafel zu lösen, sofern diese bereits
angebracht ist.
* Bei der Auslieferung ab Werk ist die
Schalttafel im Etui verpackt.
2
Den Frontrahmen herausnehmen.
3
Die Halterung nach dem Entriegeln der
Halterungensperren abnehmen.
1 Das Gerät aufstellen.
Hinweis: Beim Aufstellen des Geräts
darauf achten, daß die Sicherung auf der
Rückseite nicht beschädigt wird.
2 Die 2 Griffe zwischen dem Gerät und der
Halterung wie abgebildet einstecken und
die Halterungensperren entriegeln.
3 Die Halterung entfernen.
Hinweis: Sicherstellen, daß die Griffe für
künftigen Gebrauch nach dem Einbau des
Geräts aufbewahrt werden.
4
Die Halterung im Armaturenbrett einbauen.
* Nach dem korrekten Einbau der Halterung
im Armaturenbrett, die entsprechenden
Riegel umknicken, um die Halterung an
ihrem Platz zu sichern, siehe Abbildung.
5
Die Befestigungsschraube an der Rückseite
des Gerätekörpers befestigen und das Ende
der Schraube mit einem Gummipuffer
abdecken.
6
Nehmen Sie die erforderlichen elektrischen
Anschlüsse vor.
7
Das Gerät in die Halterung schieben, bis es
einrastet.
8
Befestigen Sie die Frontrahmen.
9
Die Schalttafel anbringen.
FRANÇAIS
•
Cet appareil est conçu pour fonctionner sur des
sources de courant continu de 12 V à masse
NEGATIVE.
INSTALLATION (MONTAGE
DANS LE TABLEAU DE BORD)
•
L’illustration suivante est un exemple
d’installation typique. Cependant, vous devez
faire les ajustements correspondant à votre
voiture particulière. Si v ous av ez des questions
ou avez besoin d’information sur des kits
d’installation, consulter votre revendeur
d’autoradios JVC ou une compagnie
d’approvisionnement.
1
Avant le montage:
(déblocage du panneau de commande) pour
éventeullement détacher le panneau de
commande.
* Lorsque ce panneau de commande sort
d’usine, il est rangé dans un étui de tr ansport.
2
Retirer la plaque d’assemblage.
3
Libérer les verrous du manchon et retirer le
manchon.
1
Poser l’appareil à la verticale.
Remarque:
à la verticale, faire attention de ne pas
endommager le fusible situé sur l’arrière.
2
Insérer les 2 poignées entre l’appareil et le
manchon comme indiqué pour désengagé
les verrous de manchon.
3
Retirer le manchon.
Remarque:
poignées pour une utilisation ultérieur,
après l’installation de l’appareil.
4
Installer le manchon dans le tableau de bord.
* Après installation correcte du manchon dans
le tableau de bord, plier les bonnes pattes
pour maintenir fermement le manchon en
place, comme montré.
5
Monter le boulon de montage sur l’arrière du
corps de l’appareil puis passer l’amortisseur
en caoutchouc sur l’extrémité du boulon.
6
Réalisez les connexions électriques.
7
Faire glisser l’appareil dans le manchon jusqu’à
ce qu’il soit verrouillé.
8
Attachez la plaque d’assemblage.
9
Remonter le panneau de commande.
Lorsque vous mettez l’appareil
S’assurer de garder les
Appuyer sur
NEDERLANDS
• Dit apparaat mag worden gebruikt bij elektrische
systemen die werken op 12 V gelijkstroom met
negatieve aarding.
INSTALLATIE (INBOUW IN
HET DASHBOARD)
• Op de volgende afbeelding kunt u zien hoe de
installatie, normaal gesproken, in zijn werk gaat. U
moet echter bij de installatie rekening houden met
de bijzonderheden van uw eigen auto. Neem bij
vragen of voor meer bijzonderheden over
inbouwpakketten contact op met uw JVC car audio
dealer of een dealer of een bedrijf dat
inbouwpakketten levert.
1
V oordat u aan de montage van het apparaat
begint: Druk op (het bedieningspaneel
vrijgeven) als u het bedieningspaneel wilt
loskoppelen indien dit aan de eenheid is
vastgekoppeld.
* Standaard wordt het bedieningspaneel bij het
verlaten van de fabriek los verpakt meegele v erd.
2
Verwijder de sierplaat.
3
Verwijder het huis nadat u de klemmen hebt
losgemaakt.
1 Zet het apparaat rechtop.
Opmerking: W anneer u het apparaat rechtop
zet, moet u erop letten dat u de zekering aan
de achterkant niet beschadigt.
2 Plaats de 2 hendels, zoals afgebeeld, tussen het
apparaat en het huis, om de klemmen los te
maken.
3 Verwijder het huis.
Opmerking: Bewaar de hendels nadat u het
apparaat hebt geïnstalleerd, zodat u ze ook in
de toekomst kunt gebruiken.
4
Installeer het huis in het dashboard.
* Nadat het huis op de juiste wijze in het dashboard
is geplaatst, moet u de palletjes, zoals afgebeeld,
stevig op hun plaats duwen.
5
Maak de bevestigingsbout aan de achterkant van
het apparaat vast en plaats de rubberdop over het
uiteinde van de bout.
6
Breng de vereiste elektrische verbindingen tot stand.
7
Schuif het apparaat in het huis totdat het
vergrendeld is.
8
Bevestig de sierplaat.
9
Bevestig het bedieningspaneel.
1
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
2
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
3
Slot
Schlitz
Fente
Sleuf
Handle
Griff
Poignée
Hendel
Fuse
Sicherung
Fusible
Zekering
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Lock Plate
Arretierplättchen
Plaque de verrouillage
Vergrendelingsplaat
8
9
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
Rubber cushion
Gummipuffer
Amortisseur en caoutchouc
Rubberdop
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
4
7
4
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
Dashboard
Armaturenbrett
Tableau de bord
Dashboard
5
Mounting bolt
Befestigungsschraube
Boulon de montage
Bevestigingsbout
*
6
See “ELECTRICAL CONNECTIONS.”
Siehe „ELEKTRISCHE ANSCHLÜSSE“.
Référez-vous “RACCORDEMENTS
ELECTRIQUES” .
Zie “ELEKTRISCHE VERBINDINGEN”.
Page 44
• When using the optional stay
• Beim Verwenden der Anker-Option
• Lors de l’utilisation du hauban en option
• Wanneer u de steun gebruikt (facultatief)
• When installing the unit without using the sleeve
• Beim Einbau des Geräts ohne Halterung
• Lors de l’installation de l’appareil scans utiliser de manchon
• Wanneer u het apparaat zonder huis installeert
In a Toyota for example, first remove the car radio and install the unit in its place.
Zum Beispiel in einem Toyota zuerst das Autoradio ausbauen und dann das Gerät an seinem Platz einbauen.
Par exemple dans une Toyota, retirer d’abord l’autoradio et installer l’appareil à la place.
Voorbeeld: Bij een Toyota moet u eerst de autoradio verwijderen en daarna het apparaat installeren.
Washer
Unterlegscheibe
Rondelle
Sluitring
Dashboard
Armaturenbrett
Tableau de bord
Dashboard
Fire wall
Feuerwand
Cloison
Brandscherm
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Stay (option)
Anker (Option)
Hauban (en option)
Steun (facultatief)
Lock nut
Sicherungsmutter
Ecrou d’arrêt
Contra-moer
Screw (option)
Schraube (Option)
Vis (en option)
Schroef (facultatief)
Mounting bolt
Befestigungsschraube
Boulon de montage
Bevestigingsbout
Flat type screws (M5 x 6 mm)*
Senkkopfschrauben (M5 x 6 mm)*
Vis à tête plate (M5 x 6 mm)*
Platkopschroeven (M5 x 6 mm)*
* Not included with this unit.
* Nicht Teil dieses Geräts.
*
Non fourni avec cet appareil.
* Niet meegeleverd.
Bracket*
Konsole*
Support*
Console*
Flat type screws (M5 x 6 mm)*
Senkkopfschrauben (M5 x 6 mm)*
Vis à tête plate (M5 x 6 mm)*
Pocket
Taschen
Poche
Zak
Bracket*
Konsole*
Support*
Platkopschroeven (M5 x 6 mm)*
Console*
Note: When installing the unit on the mounting brac kets, make sure to use the 6 mm-long screws .
If longer screws are used, they could damage the unit.
Hinweis: Beim Anbringen des Gerät an der Konsole sicherstellen, daß 6 mm lange Schrauben
verwendet werden. Werden längere Schrauben verwendet, können sie das Gerät beschädigen.
Remarque:
Lors de l’installation de l’appareil sur le support de montage, s’assurer d’utiliser des
vis d’une longueur de 6 mm.
Si des vis plus longues sont utilisées, elles peuvent endommager l’appareil.
Opmerking: W anneer u het apparaat aan de be vestigingsklem vastmaakt, moet u de 6 mm lange schroe ven
gebruiken. Als u langere schroeven gebruikt, kan het apparaat worden beschadigd.
Removing the unit
• Before removing the unit, release the rear
section.
1
Remove the control panel.
2
Remove the trim plate.
3
Insert the 2 handles into the slots, as
shown. Then, while gently pulling the
handles away from each other, slide out
the unit. (Be sure to keep the handles after
installing it.)
Control panel
Schalttafel
Panneau de commande
Bedieningspaneel
Ausbau des Geräts
• Vor dem Ausbau des Geräts den hinteren Teil
freigeben.
1
Den Schalttafel abnehmen.
2
Den Frontrahmen herausnehmen.
3
Die 2 Griffe in die Schlitze wie gezeigt stecken.
Dann die Griffe behutsam auseinander ziehen
und das Gerät herausziehen. (Die Griffe nach
dem Einbau auf jeden Fall aufbewahren.)
21
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
Retrait de l’appareil
•
Avant de retirer l’appareil, libérer la section arrière .
1
Retirer le panneau de commande.
2
Retirer la plaque d’assemblage.
3
Introduire les 2 poignées dans les fentes,
comme montré. Puis , tout en tirant doucement
les poignées écartées, faire glisser l’appareil
pour le sortir.
(S’assurer de conserver les
poignées après l’installation de l’appareil.)
3
Verwijderen van het apparaat
• Voordat u het apparaat verwijdert, moet u het
achtergedeelte losmaken.
1
Verwijder het bedieningspaneel.
2
Verwijder de sierplaat.
3
Plaats de 2 hendels, zoals afgebeeld, in de sleuven. Daarna
duwt u de hendels zachtjes uit elkaar en kunt u het apparaat
naar buiten schuiven. (Bewaar de hendels nadat u
het apparaat hebt geïnstalleerd!)
Handle
Griff
Poignée
Hendel
Parts list for installation and connection
The following parts are provided for this unit.
After checking them, please set them correctly.
Hard case/Control panel
Etui/Schalttafel
Etui de transport/Panneau de commande
Behuizing/Bedieningspaneel
Pow er cord
Stromkable
Cordon d’alimentation
Stroomkabel
Teileliste für den Einbau und Anschluß
Die folgenden Teile werden zusammen mit diesem
Gerät geliefert.
Nach ihrer Überprüfung, die Teile richtig einsetzen.
Sleeve
Halterung
Manchon
Huis
Handles
Griffe
Poignées
Hendels
Washer (ø5)
Unterlegscheibe(ø5)
Rondelle (ø5)
Sluitring (ø5)
Liste des pièces pour l’installation et
raccordement
Les pièces suivantes sont fournies av ec cet appareil.
Après vérification, veuillez les placer correctement.
Trim plate
Frontrahmen
Plaque d’assemblage
Sierplaat
Lock nut (M5)
Sicherungsmutter (M5)
Ecrou d’arrêt (M5)
Contra-moer (M5)
Mounting bolt (M5 x 20 mm)
Befestigungsschraube (M5 x 20 mm)
Boulon de montage (M5 x 20 mm)
Bevestigingsbout (M5 x 20 mm)
Lijst van onderdelen die u bij
installatie en aansluiting nodig hebt
De volgende onderdelen worden bij het apparaat geleverd.
Installeer ze op de juiste wijze, nadat u ze hebt gecontroleerd.
Remote controller
Fernbedienung
Télécommande
Afstandsbediening
ATT
ANGLE
CD
EQ
FM
AM
R D
CH
AUXSEL
VOLUME
AM-RK100
Rubber cushion
Gummipuffer
Amortisseur en caoutchouc
Rubberdop
Battery
Batterie
Pile
Batterij
CR2025
Page 45
ELECTRICAL CONNECTIONS
ELEKTRISCHE ANSCHLÜSSE
RACCORDEMENTS ELECTRIQUES
ELEKTRISCHE VERBINDINGEN
To prevent short circuits, we recommend that
you disconnect the battery’s negative
terminal and make all electrical connections
before installing the unit. If you are not sure
how to install this unit correctly, have it
installed by a qualified technician.
Note:
This unit is designed to operate on 12 V DC,
NEGA TIVE ground electrical systems. If y our
vehicle does not have this system, a voltage
inverter is required, which can be purchased
at JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealers.
• Replace the fuse with one of the specified
rating. If the fuse blows frequently, consult
your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer.
• If noise is a problem...
This unit incorporates a noise filter in the
power circuit. However, with some vehicles,
clicking or other unwanted noise may
occur. If this happens, connect the unit’s
rear ground terminal (see connection
diagram) to the car’s chassis using shorter
and thicker cords, such as copper braiding
or gauge wire. If noise still persists, consult
your JVC IN-CAR ENTERTAINMENT dealer.
• Maximum input of the speakers should be
no more than 50 W at the rear and 50 W at
the front, with an impedance of 4 Ω to 8 Ω.
• Be sure to ground this unit to the car’s
chassis.
• The heat sink becomes very hot after use.
Be careful not to touch it when removing
this unit.
Heat sink
Abstrahlblech
Dissipateur de chaleur
Warmte-opnemer
Zur Vermeidung von Kurzschlüssen empfehlen
wir, daß Sie den negativen Batterieanschluß
abtrennen und alle elektrischen Anschlüsse
herstellen, bevor das Gerät eingebaut wird. Sind
Sie sich über den richtigen Einbau des Geräts
nicht sicher, lassen Sie es von einem
qualifizierten Techniker einbauen.
Hinweis:
Dieses Gerät ist für einen Betrieb in
elektrischen Anlagen mit 12 V Gleichstrom
und (–) Erdung ausgelegt. Verfügt Ihr Fahrzeug
nicht über diese Anlage, ist ein
Spannungsinverter erforderlich, der bei JVC
Autoradiohändler erworben werden kann.
• Die Sicherung mit einer der entsprechenden
Nennleistung ersetzen. Brennt die Sicherung
häufig durch, wenden Sie sich an ihren JVC
Autoradiohändler.
• Sind Störgeräusche ein Problem...
Dieses Gerät enthält ein Störfilter im
Stromkreis. Bei manchen Fahrzeugen kann
jedoch ein Klicken oder andere unerwünschte
Störgeräusche auftreten. Sollte das der Fall
sein, die hintere Erdungscanschlußklemme
(siehe Schaltplan) des Geräts am Fahrwerk
des Fahrzeugs anschließen, dabei kürzere und
dickere Kabel wie beispielsweise
Kupfergeflechtdraht oder Stahldraht
verwenden. Bleibt Störgeräusch bestehen,
wenden Sie sich an Ihren JVC
Autoradiohändler.
• Maximale Eingangsleistung der Lautsprecher
sollte nicht mehr als 50 W hinten und 50 W
vorne sein, mit einer Impedanz von
4 Ω bis 8 Ω.
• Sicherstellen, daß das Gerät am Fahrwerk
geerdet wird.
• Das Abstrahlblech wird nach dem Gebrauch
sehr heiß. Beim Ausbau des Geräts darauf
achten, das Abstrahlblech nicht zu berühren.
Pour éviter tout court-circuit, nous vous
recommandons de débrancher la borne négative
de la batterie et d’effectuer tous les raccordements
électriques avant d’installer l’appareil. Si l’on n’est
pas sûr de pouvoir installer correctement cet
appareil, le faire installer par un technicien qualifié.
Remarque:
Cet appareil est conçu pour fonctionner sur des
sources de courant continu de
NEGATIVE
. Si votre véhicule n’offre pas ce type
12 V à masse
d’alimentation, il vous faut un convertisseur de
tension, que vous pouvez acheter chez un
revendeur d’autoradios JVC.
•
Remplacer le fusible par un de la valeur précisée.
Si le fusible saute souvent, consulter votre
revendeur d’autoradios JVC.
•
Si le bruit est un problème...
Cet appareil incorpore un filtre de bruit dans le
circuit d’alimentation. Cependant, a vec certains
véhicules, quelques claquements ou autres
bruits non désirés risquent de se produire. Si
cela arrive, raccorder la
borne arrière de masse
de l’appareil au châssis de la voiture (voir le
diagramme de raccordement) en utiliscant des
cordons les plus gros et les plus courts possibles
telle qu’une barre de cuivre ou une tresse. Si le
bruit persiste, consulter votre revendeur
d’autoradios JVC.
•
La puisscance admissible des enceintes devr ait
n’être pas plus qu’ c 50 W à l’arrière et à 50 W
a l’avant, avec une impédance de
4 Ω à 8 Ω
.
• S’assurer de raccorder la mise à la masse
de cet appareil au châssis de la voiture.
Le dissipateur de chaleur devient très chaud
•
après usage. Faire attention de ne pas le toucher
en retirant cet appareil.
Om kortsluiting te voorkomen adviseren wij u om de
minpool van de accu los te maken en alle elektrische
verbindingen tot stand te brengen voordat u het apparaat
in de auto installeert. Als u niet zeker weet hoe u dit
apparaat moet installeren, kunt u dit beter door een
daartoe gekwalificeerde technicus laten doen.
Opmerking:
Dit apparaat mag worden gebruikt bij elektrische
systemen die werken op 12 V gelijkstroom metnegatieve aarding. Als uw auto niet is uitgerust met
een dergelijk systeem, is een spanningsomzetter vereist.
Dit instrument kan worden aangeschaft bij JVC car
audio dealers.
• Vervang de zekering door een exemplaar met het
aangegeven vermogen. Als de zekering vaak
doorslaat, moet u uw JVC car audio dealer
raadplegen.
• Als u geluidsproblemen hebt…
De krachtschakeling van dit apparaat heeft een
ingebouwd geluidsfilter. In sommige v oertuigen zijn
tikgeluiden of andere ongewenste geluiden te horen.
Als dit gebeurt, moet u de massaklem aan deachterkant (zie aansluitingsschema) aan het chassis
van de auto vastmaken met behulp van een kortere
en dikkere kabel, zoals kopermanteldraad of
tellerkabel. Als het geluid niet verdwijnt, moet u
contact opnemen met uw JVC car audio dealer.
• Het maximum ingangsvermogen van de speakers
moet achterin niet meer dan 50 W zijn en voorin
50 W, met een impedantie van 4 Ω tot 8 Ω.
• Zorg ervoor dat dit apparaat door middel van
een aardkabel is verbonden met het chassis
van de auto.
• De warmte-opnemer kan na gebruik erg heet worden.
Raak de warmte-opnemer niet aan wanneer u dit
apparaat van zijn plaats haalt.
Connecting the leads / Anschließen der Leitungen / Raccordement des fils / Aansluiting van de gekleurde draden
Twist the core wires when connecting.
Die Kerndrähte beim Anschließen
verdrehen.
Torsader les âmes des fils en les
raccordant.
Draai de kerndraden om elkaar heen wanneer
u ze wilt aansluiten.
Solder the core wires to connect them securely.
Die Kerndrähte anlöten, um sie fest
anzuschließen.
Souder les âmes des fils pour les raccorder
entre eux de façon sûre.
Soldeer de kerndraden zodat ze stevig vast zitten.
A If your car is equipped with the ISO connecter
Wenn Ihr Auto mit ISO-Steckern ausgestattet ist
Si votre voiture est équippée d’un connecteur ISO
Indien uw auto is uitgerust met de ISO-connector
• Connect the ISO connectors as illustrated.
• Die ISO-Stecker wie abgebildet anschließen.
Connectez les connecteurs ISO comme montré sur l’illustration.
•
• Sluit de ISO-connectoren aan zoals op het voorbeeld is aangegeven.
For some VW/Audi or Opel (Vauxhall) automobile
Für manche VW/Audi oder Opel (Vauxhall) Fahrzeuge
Pour certaine voiture VW/Audi ou Opel (Vauxhall)
Voor bepaalde modellen VW/Audi of Opel (Vauxhall) geldt
You may need to modify the wiring of the supplied power cord as illustrated.
• Contact your authorized car dealer before installing this unit.
Sie müssen evtl. die Verdrahtung des mitgelieferten Stromkabels wie abgebildet ändern.
• Wenden Sie sich an Ihre Vertragswerkstatt, bevor Sie das Gerät einbauen.
Vous aurrez peut-être besoin de modifier le câblage du cordon d’alimentation fourni comme montré sur l’illustration.
•
Contactez votre revendeur automobile autorisé avant d’installer l’appareil.
Wellicht moet u de bedrading van het meegeleverde snoer als in het voorbeeld aanpassen.
• Neem contact op met uw offici’le autodealer alvorens dit apparaat te installeren.
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP!:
• To prevent short-circuit, cover the terminals of the UNUSED leads with insulating
tape.
• Zur Vermeidung eines Kurzschlusses die Anschlußklemmen der NICHT
VERWENDETEN Leitungen mit Isolierklebeband umwickeln.
• Pour éviter les court-circuits, couvrir les bornes des fils qui ne sont PAS utilisés
avec de la bande isolante.
• Om kortsluiting te voorkomen, moet u de aansluitklemmen van ONGEBRUIKTE
gekleurde draden met isolatieband bedekken.
A1
B1
A2
B2
A3
B3
A4
B4
A1
B1
A2
B2
A3
B3
A4
B4
View from the lead side
Ansicht von der Leitungsseite
Vue à partir du côté des fils
Aanzicht vanaf het snoer
ISO connector of the supplied power cord
ISO-Stecker am Stromkabel
Connecteur ISO pour le cordon d’alimentation fourni
ISO-connector van het meegeleverde snoer
From the car body
Von der Karosserie
De la carrosserie de la
voiture
Vanaf de auto
Original wiring
Originalverdrahtung
Câblage original
Originele bedrading
ISO connector
ISO-Stecker
Connecteur ISO
ISO-connector
Modified wiring 1
Geänderte
Verdrahtung 1
Câblage modifié
1
Aangepaste bedrading 1
Modified wiring 2
Geänderte
Verdrahtung 2
Câblage modifié
2
Aangepaste bedrading 2
Yellow/Gelb
Red/
Rot/
Rouge/
Rood
Yellow/Gelb
Red/
Rot/
Rouge/
Rood
Yellow/Gelb
Red/
Rot/
Rouge/
Rood
/Jaune/
Red/Rot/
/Jaune/
Red/Rot/
/Jaune/
Red/Rot/
Geel
Geel
Geel
Yellow/Gelb
Rouge/
Yellow/Gelb
Rouge/
Yellow/Gelb
Rouge/
Red/Rot/
Rood
Red/Rot/
Rood
Rood
/Jaune/
Rouge/
/Jaune/
Rouge/
/Jaune/
Red/ Rot/
Rouge/
Geel
Rood
Geel
Rood
Geel
Rood
Use modified wiring 2 if the unit does
not turn on.
Geänderte Verdrahtung 2
verwenden, wenn das Gerät so nicht
an geht.
Utilisez le câblage modifié 2 si
l’appareil
ne se met pas sous tension.
Pas de bedrading 2 aan indien het
apparaat niet reageert bij inschakelen.
Page 46
DEUTSCH
B Connections without using the ISO connectors / Anschlüsse ohne ISO-Stecker / Connexions sans l’utilisation des connecteurs ISO /
Verbindingen zonder ISO-connectoren
Before connecting: Check the wiring in the
vehicle carefully. Incorrect connection may
cause serious damage to this unit.
1
Cut the ISO connector.
2
Connect the colored leads of the power
cord to the car battery, speakers and power
aerial (if any) in the following sequence.
1 Black: ground
2 Yellow: to car battery (constant 12 V)
3 Red: to an accessory terminal
4 Blue with white stripe: to power
aerial (200 mA max.)
5 Orange with white stripe: to car light
control switch
6 Brown: to cellular phone system (For
details, refer to the instructions of
the cellular phone.)
7 Others: to speakers
3
Connect the aerial cord.
4
Finally connect the wiring harness to the
unit.
Cut the ISO connector
1
Den ISO-Stecker abschneiden
Coupez le connecteur ISO
Knip de ISO-connector los
3
Aerial terminal
Antennenanschlußklemme
Borne de l’antenne
Aansluitpunt antenne
Rear ground terminal
Hintere
Erdungscanschlußklemme
Borne arrière de masse
Massaklem aan de achterkant
LINE OUT
(FRONT)
LINE OUT
(REAR)
SUBWOOFER OUT
(KD-SH77R)
LINE IN
(KD-SH77R)
EXT OUT
(KD-SH55R)
CONTROL
(KD-SH77R)
See diagram C .
Siehe Schaltplan C .
Voir le diagramme
Zie schema C .
*1:Before checking the operation of this unit prior to
installation, this lead must be connected, otherwise
power cannot be turned on.
*1:Vor der Überprüfung der Funktionsfähigkeit des
Geräts vor dem Einbau, muß diese Leitung
angeschlossen werden, da sonst die
Stromversorgung nicht eingeschaltet werden kann.
*1:Pour vérifier le fonctionnement de cet appareil avant
installation, ce fil doit être raccordé, sinon l’appareil
ne peut pas être mis sous tension.
*1: Voordat u controleert of het apparaat werkt (alvorens
het te installeren), moet deze draad aangesloten zijn. Als
dit niet het geval is, kan de stroom niet worden
ingeschakeld.
C
.
2
Vor dem Anschließen: Die Verdrahtung im
Fahrzeug sorgfältig überprüfen. Falsche
Anschlüsse können ernsthafte Schäden am Gerät
hervorrufen.
1
Den ISO-Stecker abschneiden.
2
Die farbigen Leitungen des
Spannunsgversorgungskabels an der
Autobatterie, den Lautsprechern und dem
Motorantenne (sofern vorhanden) in folgender
Reihenfolge anschließen.
1 Schwarz: Erdung
2 Gelb: an Autobatterie (konstant 12 V)
3 Rot: zur einer Zubehöranschlußklemme
4 Blau mit weißem Streifen: zur Motorantenne
(max. 200 mA)
5 Orange mit weißem Streifen: zur
Autolichtschalter
6 Braun: zur Mobiltelefon (Weitere
informationen entnehmen Sie bitte der
Bedienungsanleitung des Mobiltelefons.)
7 Andere: zur Lautsprecher
3
Das Antennenkabel anschließen.
4
Die Kabelbäume am Gerät anschließen.
CD changer
(or another external
component)
CD-Wechsler
(oder eine andere
To aerial
Zur Antenne
A l’antenne
Naar de antenne
15
15 A fuse
15 A Sicherung
Fusible 15 A
Zekering 15 A
externe
Komponente)
Changeur CD JVC
(ou autre appareil
extérieur)
CD-wisselaar
(of een ander extern
apparaat)
4
Black
Schwarz
Noir
Zwart
A4
1
Yellow*
Gelb*
Jaune*
Geel *
1
1
1
1
A2
2
Red
Rot
Rouge
Rood
Blue with white stripe
Blau mit weißem Streifen
Bleu avec bande blanche
Blauw met witte streep
Orange with white stripe
Orange mit weißem Streifen
Orange avec bande blanche
Oranje met witte streep
Brown / Braun /
Marron /
Avant de commencer la connexion:
attentivement le câblage du véhicule. Une
connexion incorrecte peut endommager
sérieusement l’appareil.
1
Coupez le connecteur ISO.
2
Connectez les fils de couleur du cordon
d’alimentation à la batterie de la voiture, aux
enceintes et à l’antenne automatique (s’il y en
a une) dans l’ordre suivant.
1
Noir: à la masse
2
Jaune: à la batterie de la voiture
(12 V constant)
3
Rouge: à la prise accessoire
4
Bleu avec bande blanche:
à l’antenne automatique (200 mA max.)
5
Orange avec bande blanche:
à l’interrupteur d’éclairage de la voiture
6
Marron: à un système de téléphone
cellulaire (Pour les détails, se référer aux
instructions du téléphone cellulaire.)
7
Autres: aux enceintes
3
Connectez le cordon d’antenne.
4
Finalement, connectez le faisceau de fils à
l’appareil.
When connecting a CD changer, we recommend to use one of the CH-X series CD changers.
• If your CD changer is one of the KD-MK series, you need an optional cord (KS-U15K).
Only for KD-SH55R :
You can also use an external component such as a portable MD player by connecting the Line Input Adaptor
KS-U57 (not supplied). (See diagram
Wenn Sie einen CD-Wechsler anschließen möchten, empfiehlt es sich, einen CD-Wechsler der Modellreihe
CH-X zu verwenden.
• Wenn Ihr CD-Wechsler zur Modellreihe KD-MK gehören, benötigen Sie ein anderes Kabel (KS-U15K).
Nur für KD-SH55R :
Sie können auch eine externe Komponente, z.B. einen tragbaren MD-Spieler, verwenden, wenn Sie den
(nicht zum Lieferumfang gehörenden) Line-Eingangsadapter KS-U57 anschließen. (Siehe Schaltplan
Lors de la connexion d’un changeur CD , nous v ous recommandons d’utiliser un des changeurs CD de la série
CH-X.
• Si votre changeur appartient à la série KD-MK, vous avez besoin d’un cordon optionnel (KS-U15K).
Seulement pour le KD-SH55R :
V ous pouvez aussi utiliser un appareil e xtérieur tel qu’un lecteur de MD en connectant l’adaptateur d’entrée de
ligne KS-U57 (non fourni). (Voir le diagramme
Voor het aansluiten van een CD-wisselaar raden we een wisselaar uit de CH-X-serie aan.
• Als de CD-wisselaar die u wilt aansluiten uit de KD-MK-serie komt, hebt u een extra kabel nodig (KS-U15K).
Alleen voor KD-SH55R :
Het is ook mogelijk een extern apparaat zoals een draagbare MD-speler aan te sluiten met behulp van de Line Input
Adapter KS-U57 (niet meegeleverd). (Zie schema
*
To metallic body or chassis of the car
Zur metallenen Karosserie oder zum Fahrwerk des Autos
Au corps métallique ou châssis de la voiture
Naar metalen ondergrond of chassis van de auto
To a live terminal in the fuse block connecting to the car battery
(bypassing the ignition swich)
Zur einer stromführenden Anschlußklemme im Sicherungsblock zum
Anschließen an die Autobatterie (Umgehen des Zündschalters)
À une borne sous tension du porte-fusible connectée à la batterie
de la voiture (en dérivant l’interrupteur d’allumage)
Naar een onder spanning staande aansluitklem in het zekeringblok die is
aangesloten op de accu van de auto (u passeert de ontstekingsschakelaar)
B4
To an accessory terminal in the fuse block
Zur einer Zubehöranschlußklemme im Sicherungsblock
3
À borne accessoire du porte-fusible
Naar een aansluitklem in het zekeringblok
B3
To power aerial if any
Zur Motorantenne, sofern vorhanden
4
À l’antenne automatique s’il y en a une
Naar de antenne (indien aanwezig)
A3
(ILLUMINATION)
Bruin
5
C .)
Not included with this unit.
Wird nicht mit Gerät mitgeliefert.
Non fourni avec cet appareil.
Niet bij het apparaat inbegrepen.
To car light control switch
Zum Autolichtschalter
À l’interrupteur d’éclairage de la voiture
Naar de schakelaar voor de autoverlichting
A1
vérifiez
C
.)
C .)
To cellular phone system
Zur Moblitelephon
À un système de téléphone cellulaire
6
Naar het mobiele-telefoonsysteem
Alvorens de verbindingen tot stand te brengen:
moet u de bedrading in de auto zorgvuldig. Het apparaat
kan door verkeerde verbindingen ernstige schade
oplopen.
1
Knip de ISO-connector los.
2
Sluit de gekleurde snoerdraden van de stroomkabel
in de hierna genoemde volgorde aan op de accu van
de auto, de luidsprekers en de antenne (indien
aanwezig).
1 Zwart: aarde
2 Geel: naar de accu van de auto
(constant 12 V)
3 Rood: naar de aansluitklem van de accessoire
4 Blauw met witte streep: naar de antenne
(Max. 200 mA)
5 Oranje met witte streep:
voor de autoverlichting
6 Bruin: naar het mobiele-telefoonsysteem
(Lees voor meer informatie de instructies die
bij de mobiele telefoon worden geleverd.)
7 Andere: naar de speakers
3
Sluit de antenne aan.
4
Verbind de draadbundel daarna met het apparaat.
*
*
Fuse block
Sicherungsblock
Porte-fusible
Zekeringblok
naar de schakelaar
C .)
Ignition switch
Zündschalter
Interrupteur d’allumage
Contactschakelaar
White with black stripe
Weiß mit schwarzem
Streifen
Blanc avec bande noire
Wit met zwarte streep
Left speaker (front)
Linker Lautsprecher (vorne)
Enceinte gauche (avant)
Linkerspeaker (voorin)
B3A3
White
Weiß
Blanc
Wit
7
Gray with black stripe
Grau mit schwarzem
Streifen
Gris avec bande noire
Grijs met zwarte streep
Right speaker (front)
Rechter Lautsprecher (vorne)
Enceinte droit (avant)
Rechterspeaker (voorin)
B2A2
Gray
Grau
Gris
Grijs
Green with black stripe
Grün mit schwarzem
Streifen
Vert avec bande noire
Groen met zwarte streep
Left speaker (rear)
Linker Lautsprecher (hinten)
Enceinte gauche (arrière)
Linkerspeaker (achterin)
B4A4
Green
Grün
Ve rt
Groen
Purple with black
stripe
Lila mit schwarzem
Streifen
Violet avec bande noire
Paars met zwarte streep
Right speaker (rear)
Rechter Lautsprecher
(hinten)
Enceinte droit (arrière)
Rechterspeaker (achterin)
B1A1
Purple
Lila
Violet
Paars
Page 47
PRECAUTIONS on power supply and
speaker connections:
• DO NOT connect the speaker leads of the
power cord to the car battery; otherwise, the
unit will be seriously damaged.
• Connect the black lead (ground), yellow lead
(to car battery, constant 12 V), and red lead
(to an accessory terminal) correctly.
• BEFORE connecting the speaker leads of the
power cord to the speakers, check the speaker
wiring in your car.
– If the speaker wiring in your car is as
illustrated in Fig. 1 and Fig. 2 belo w, DO NO T
connect the unit using that original speaker
wiring. If you do, the unit will be seriously
damaged.
Redo the speaker wiring so that you can
connect the unit to the speakers as
illustrated in Fig. 3.
– If the speaker wiring in your car is as
illustrated in Fig. 3, you can connect the unit
using the original speaker wiring in your car.
– If you are not sure of the speaker wiring of
your car, consult your JVC IN-CAR
ENTERTAINMENT dealer.
+
L
-
+
R
-
Fig. 1
+
+
-
+
-
+
L
-
-
+
+
R
-
-
Fig. 2
+
L
-
+
R
-
Fig. 3
+
-
+
-
VORSICHTSMASSREGELN beim
Anschließen der Stromversorgung
und Lautsprecher:
• Die Lautsprecherleitungen des Netzkabels
NICHT an der Autobatterie anschließen, da
sonst das Gerät schwer beschädigt wird.
• Die schwarze Leitung (Erdung), die gelbe
Leitung (zur Autobatterie, konstant 12 V) und die
rote Leitung (zur Zubehöranschlußklemme)
richtig anschließen.
• VOR dem Anschließen der Lautsprecherleitungen
des Spannunsgversorgungskabels an die
Lautsprecher, die Lautsprecherverdrahtung in
Ihrem Auto überprüfen.
– Ist die Lautsprecherverdrahtung wie
unten in “Fig. 1” und “Fig. 2” abgebildet,
das Gerät NICHT mit der
Originalverdrahtung der Lautsprecher
anschließen, da sonst das Gerät schwer
beschädigt wird.
Die Lautsprecherverdrahtung erneuern, so
daß Sie das Gerät an den Lautsprechern wie
in “Fig. 3” abgebildet anschließen können.
– Ist die Lautsprecherverdrahtung in Ihrem
Auto wie in “Fig. 3” abgebildet, können Sie
das Gerät mit der Originalverdrahtung der
Lautsprecher in Ihrem Auto anschließen.
– Sind Sie sich über die
Lautsprecherverdrahtung in Ihrem Auto nicht
sicher, wenden Sie sich an Ihren Autohändler.
PRECAUTIONS sur l’alimentation et
la connexion des enceintes:
• NE CONNECTEZ PAS les fils d’enceintes du
cordon d’alimentation à la batterie; sinon,
l’appareil serait sérieusement endommagé.
•
Connectez correctement le fil noir (a la masse),
le fil jaune (a la batterie de la voiture,12 V
constant) et le fil rouge (à la prise accessoire).
•
AVANT de connecter les fils d’enceintes du
cordon d’alimentation aux enceintes, vérifiez le
câblage des enceintes de votre voiture.
–
Si le câblage des enceintes de votre v oiture
est comme montré sur la Fig. 1 ou Fig. 2
ci-dessous,
en utiliscant ce câblage original des enceintes.
Si vous le faites , l’appareil sera sérieusement
endommagé.
Recommencez le câblage des enceintes de
façon que vous puissiez connecter l’appareil
aux enceintes comme montré sur la Fig. 3.
–
Si le câblage des enceintes de votre v oiture
est comme montré sur la Fig. 3,
connecter l’appareil en utiliscant ce câblage
original d’enceintes pour votre voiture.
– Si vous n’êtes pas sûrs du câblage d’enceintes
de votre voiture , consulter le concessionnaire
de votre voiture.
NE CONNECTEZ P AS l’appareil
vous pouvez
VOORZORGSMAATREGELEN bij het
verbinden van de
stroomkabeldraad met de speakers:
• Verbind de speakerdraden van de
stroomkabel NIET met de accu van de auto;
als u dit wel doet, zal het apparaat ernstige
schade oplopen.
• Sluit de zwarte draad (aarde), de gele draad (naar de
accu van de auto, constant 12 V) en de rode draad
(naar de aansluitklem van de accessoire) op de juiste
wijze aan.
• VOORDAT u de speakerdraden van de stroomkabel
met de speakers verbindt, moet u de bedrading van
de speakers in uw auto controleren.
– Als de bedrading van de speakers eruitziet
zoals hieronder staat afgebeeld in Fig. 1
en Fig. 2, mag het apparaat NIET worden
aangesloten met behulp van deze oorspronkelijke
speakerbedrading. Als u dat wel doet, zal het
apparaat ernstige schade oplopen.
Pas de bedrading van de speakers aan, zodat u het
apparaat met de speakers kunt verbinden, zoals
staat afgebeeld in Fig. 3.
– Als de bedrading v an de speakers eruitziet
zoals staat afgebeeld in Fig. 3, kunt u het
apparaat aansluiten met behulp van de
oorspronkelijke speakerbedrading in uw auto.
– Als u twijfels hebt over de speakerbedrading in
uw auto, moet u contact opnemen met uw
autodealer.
C Connections Adding Other Equipment / Anschlüsse zum Hinzufügen von anderer Ausrüstung / Raccordement pour ajouter d’autres appareils /
Aansluitingen voor het toevoegen van andere apparatuur
You can connect an amplifier and other
equipment to upgrade your car stereo system.
• Connect the remote lead (blue with white
stripe) to the remote lead of the other
equipment so that it can be controlled
through this unit.
For KD-SH77R:
• For amplifier:
– Connect this unit’s line-out terminals to
the amplifier’s line-in terminals.
– Disconnect the speakers from this unit,
connect them to the amplifier. Leave the
speaker leads of this unit unused.
– You can switch off the built-in amplifier
and send the audio signals only to the
external amplifier(s) to get clear sounds
and to prevent internal heat builtup
inside the unit. See page 25 of the
Instructions (separate volume).
– The line output level of this unit is kept
high to maintain the hi-fi sounds
reproduced from this unit.
When connecting an external amplifier
to this unit, turn down the gain control
on the external amplifier to obtain the
best performance from this unit.
For KD-SH55R:
• For amplifier:
– Connect this unit’s line-out terminals to
the amplifier’s line-in terminals.
– Disconnect the speakers from this unit,
connect them to the amplifier. Leave the
speaker leads of this unit unused.
• For Subwoofer: A low-pass filter is required
when using an amplifier of other manufactures
than JVC. You can adjust the output level
through the EXT OUT plugs (see page 20 of
the Instruction (separate volume).
Sie können einen Verstärker oder ein anderes Gerät
anschließen, um Ihre Autostereoanlage zu erweitern.
• Schließen Sie das Fernbedienungskabel (blau mit
weißem Streifen) an das Fernbedienungskabel
des anderen Geräts an, so daß es über dieses
Gerät gesteuert werden kann.
Für KD-SH77R:
• Hinweise zum Verstärker:
– Die Anschlußklemmen am Ausgang dieses
Gerät an den Anschlußklemmen des
Eingangs des Verstärkers anschließen.
– Die Lautsprecher von diesem Gerät
abtrennen und am Verstärker ansc hließen.
Die Lautsprecherleitungen dieses Geräts
unbenutzt lassen.
–
Sie können den integrierten Verstärker
ausschalten und die Audiosignale nur an den (die)
externen Verstärker leiten, um einen
verzerrungsfreien Klang zu erhalten und um zu
verhindern, daß sich im Innern des Geräts ein
Wärmestau bildet. Auf Seite 25 finden Sie weitere
Anleitungen (separate Lautstärke).
– Der Ausgangspegel dieses Geräts wird auf
einem hohen Wert gehalten, um den HifiKlang zu unterstützen, den dieses Gerät
reproduziert.
Wenn Sie einen externen Verstärker an
dieses Gerät anschließen, stellen Sie den
Verstärkungsregler des externen Verstärkers
herunter, um die bestmögliche Leistung
dieses Geräts zu erzielen.
Für KD-SH55R:
• Für den Verstärker:
– Die Anschlußklemmen am Ausgang dieses
Gerät an den Anschlußklemmen des
Eingangs des Verstärkers anschließen.
– Die Lautsprecher von diesem Gerät
abtrennen und am Verstärker ansc hließen.
Die Lautsprecherleitungen dieses Geräts
unbenutzt lassen.
• Hinweise zum Subwoofer: Es ist ein Tiefpaßfilter
erforderlich, wenn Sie keinen JVC-Verstärker
verwenden. Sie können den Ausgangspegel
einstellen, der über die Anschlüsse EXT OUT
bereitgestellt wird (siehe Seite 20 der
(separaten) Bedienungsanleitung).
V ous pouvez connecter un amplificateur ou autre
appareil pour améliorer votre système autoradio .
•
Connectez le fil de commande à distance (bleu
avec bande blanche) au fil de commande à
distance de l’autre appareil de façon qu’il puisse
être commandé via cet appareil.
Pour le KD-SH77R:
•
Pour l’amplificateur seulement:
– Raccorder les bornes de sor tie ligne de cet
appareil aux bornes d’entrée ligne de
l’amplificateur.
– Déconnectez les enceintes de cet appareil
et connectez-les à l’amplificateur. Laissez
les fils d’enceintes de cet appareil
inutilisés.
– Vous pouv ez désactiver l’amplificateur intégré
et envoyer les signaux audio uniquement à
un ou plusieurs amplificateurs extérieurs afin
d’obtenir un son clair et pour éviter un
échauffement interne de l’appareil. Référezvous à la page 25 du mode d’emploi (volume
séparé).
– Le niveau de sortie de ligne de cet appareil
est maintenu à un niveau élevé pour maintenir
une qualité Hi-Fi pour les sons reproduits par
cet appareil.
Lors de la connexion d’un amplificateur
extérieur à cet appareil,
dimin uez le réglage
du gain sur l’amplificateur extérieur pour
obtenir les meilleures performances de cet
appareil.
Pour le KD-SH55R:
•
Pour l’amplificateur seulement:
– Raccorder les bornes de sor tie ligne de cet
appareil aux bornes d’entrée ligne de
l’amplificateur.
– Déconnectez les enceintes de cet appareil
et connectez-les à l’amplificateur. Laissez
les fils d’enceintes de cet appareil
inutilisés.
• Pour le caisson de grave: Si vous utilisez un
amplificateur d’un autre fabricant que JVC,
vous devez connecter un filtre passe-bas.
Vous pouvez ajuster le niveau de sortie par
les fiches de sortie auxiliaire (EXT OUT)
(référez-vous à la page 20 du mode d’emploi
(volume séparé)).
Het is mogelijk om uw autostereosysteem uit te
breiden met een versterker of andere apparatuur.
• Verbind de externe kabel (blauw met witte stree p)
met de externe kabel van het andere apparatuur
zodat deze op afstand vanaf deze apparaat kan
worden bediend.
Voor KD-SH77R:
• Alleen voor een versterker:
– Verbind de uitgang van het apparaat met de
ingang van de versterker.
– Koppel de speakers v an dit apparaat los
en verbind ze aan de versterker. Gebruik
de speakerdraden van dit apparaat niet.
– Het is mogelijk de ingebouwde versterker uit te
schakelen en de audiosignalen alleen naar de
externe versterker(s) te sturen. U krijgt zo een
helderder geluid en voorkomt dat zich warmte
in de eenheid opbouwt. Zie bladzijde 25 van de
instucties (aparte uitgave).
– Het uitgangsniveau van het geluid is hoog om
het hifi-geluid van deze eenheid te behouden.
Wanneer u een extern apparaat op deze
eenheid aansluit, moet u erop letten dat
u de versterkingsfactor van de externe
versterker laag houdt, zodat deze
eenheid de beste prestaties levert.
Voor KD-SH55R:
• Alleen voor een versterker:
– Verbind de uitgang van het apparaat met de
ingang van de versterker.
– Koppel de speakers v an dit apparaat los
en verbind ze aan de versterker. Gebruik
de speakerdraden van dit apparaat niet.
• Voor de subwoofer: Als u een versterker van een
ander merk dan JVC gebruikt, hebt u een low-pass
filter nodig. Het uitvoervolume kan worden
aangepast via de EXT OUT-stekkers (zie pagina
20 van de instructies - aparte uitgave).
Signal cord (not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (wordt niet bij dit apparaat geleverd)
INPUT
L
Rear speakers
Hintere Lautsprecher
Enceintes arrière
Achterspeakers
INPUT
L
L
R
R
You can connect another power amplifier for front speakers.
Sie können einen anderen Leistungsverstärker für die vorderen
Lautsprecher anschließen.
Vous pouvez connecter un autre amplificateur de puissance pour les
enceintes avant.
U kunt nog een eindversterker voor de voorspeakers aansluiten.
R
L
R
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Amplificateur
JVC V ersterker
L
R
L
R
Front speakers
Vordere Lautsprecher
Enceintes avant
Voorspeakers
JVC Amplifier
JVC Verstärker
JVC Amplificateur
JVC V ersterker
LINE OUT (REAR)
LINE OUT (FRONT)
Remote lead
Fernbedienungsleitung
Fil d’alimentation à distance
Antennedraad
Remote lead (Blue with white stripe)
Fernbedienungsleitung (Blau mit weißem Streifen)
Fil d’alimentation à distance (Bleu avec bande blanche)
Antennedraad (Blauw met witte streep)
Cut the rear speaker leads of the car’s ISO connector and connect them to the amplifier.
A1
B1
*
*
Die Leitungen des ISO-Steckers der hinteren Lautsprecher durchtrennen und am Verstärker anschließen.
A2
B2
B3
B4
*
Coupez les fils des enceintes arrière du connecteur ISO de la voiture et connectez-les à l’amplificateur.
A3
Knip de draden van de achterste luidspreker van de ISO-connector van de auto door en sluit deze draden aan op de versterker.
A4
*
Rear speakers
Hintere Lautsprecher
Enceintes arrière
Achterspeakers
Front speakers
Vordere Lautsprecher
Enceintes avant
Voorspeakers
Y-connector (not supplied with this unit)
Y-Anschluß (nicht mitgeliefert)
Connecteur Y (non fourni avec cet appareil)
Y-connector (niet meegeleverd)
To power aerial if any
Zur Motorantenne, sofern vorhanden
À l’antenne automatique, s’il y en a une
Naar de antenne (indien aanwezig)
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP:
• To prevent internal heat buildup inside this unit, place this unit UNDER
the other equipment.
• Zur Vermeidung eines Hitzestaus in diesem Gerät, dieses Gerät UNTER
die andere Geräteansrüstung stellen.
• Pour éviter un échauffement interne de cet appareil, placez-le SOUS l’autre
appareil.
• Om interne verhitting van het apparaat te voorkomen, dient u ervoor te
zorgen dat het apparaat ONDER de andere apparatuur wordt geplaatst.
Page 48
CD changer and DAB tuner / CD-Wechsler und DAB-Tuner / Changeur CD et tuner DAB / CD-wisselaar en DAB-tuner
You can connect a JVC CD changer and/or a
JVC DAB (Digital Audio Broadcasting) tuner.
• For their connections, refer to the
instructions supplied for them.
Sie können einen CD-Wechsler und/oder einen
DAB-Tuner (Tuner für digitalen Rundfunk) von
JVC anschließen.
• Weitere Informationen über den Anschluß
können Sie der Bedienungscanleitung
entnehmen, die dem jeweiligen Gerät beiliegt.
Connecting cord supplied with your DAB tuner
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des DABTuners gehört
Cordon de connexion fourni avec votre tuner DAB
V erbindingskabel die met de DAB-tuner wordt mee geleverd
JVC DAB tuner
DAB-Tuner von JVC
Tuner DAB JVC
JVC DAB-tuner
KD-SH77R
KD-SH55R
Connecting cord supplied with your CD changer
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des CDWechsler gehört
Cordon de connexion fourni avec votre changeur CD
V erbindingskabel die met de CD-wisselaar wordt meegele verd
JVC CD changer
CD-Wechsler von JVC
Changeur CD JVC
JVC CD-wisselaar
• You can connect both components in series as illustrated above.
• Es ist möglich, beide Komponenten in einer Serienschaltung entsprechend der obigen
Darstellung anzuschließen.
Vous pouvez connecter les deux appareils en série comme montré ci-dessus.
•
• Beide apparaten zijn volgens bovenstaande illustratie in serie aan te sluiten.
V ous pouv ez connecter un changeur CD JVC et/
ou un tuner DAB (Digital Audio Broadcast) JVC.
•
Pour leurs conne xions, référez-vous aux modes
d’emploi qui les accompagnent.
Connecting cord supplied with your DAB tuner or CD changer
Verbindungskabel, das zum Lieferumfang des DAB-Tuners oder CD-Wechslers gehört
Cordon de connexion fourni avec votre tuner DAB ou changeur CD
Verbindingskabel die met de DAB-tuner of CD-wisselaar wordt meegeleverd
JVC DAB tuner
DAB-Tuner von JVC
Tuner DAB JVC
KD-SH77R
KD-SH55R
JVC DAB-tuner
CAUTION / VORSICHT / PRECAUTION / LET OP!:
• Before connecting the CD changer and/or the DAB tuner, make sure that the unit is
turned off.
• Bevor Sie den CD-Wechsler und/oder den DAB-Tuner anschließen, vergewissern Sie
sich, daß das Gerät ausgeschaltet ist.
• Avant de connecter le changeur CD et/ou le tuner DAB, s’assurer que l’unité est éteinte.
• Zorg ervoor dat de apparat is uitgeschakeld alvorens u de en/of DAB-tuner CDwisselaar aansluit.
Het is mogelijk een JVC CD-wisselaar en/of JVC DABtuner (Digital Audio Broadcasting) aan te sluiten.
• Zie de instructies van deze apparaten voor meer
informatie over het tot stand brengen van deze
aansluiting.
or
oder
ou
of
JVC CD changer
CD-Wechsler von JVC
Changeur CD JVC
JVC CD-wisselaar
Subwoofer and other source equipment / Subwoofer und andere externe Geräte / Caisson de grave et autre appareil source /
Subwoofer en andere apparatuur
Signal cord (not supplied with this unit)
You can connect a subwoofer to reinforce the
bass.
• For their connections, refer to the
instructions supplied with your
subwoofer.
Vous pouvez connecter un caisson de grave
pour renforcer les graves.
•
Pour leur connexion, référez-vous aux
instructions fournies avec chaque appareil.
Sie können einen Subwoofer zur Baßverstärkung
anschließen.
• Informationen darüber, wie diese Geräte
angeschlossen werden, finden Sie in der
Bedienungsanleitung, die zum Lieferumfang
der jeweiligen Komponente gehört.
Het is mogelijk om een subwoofer aan te sluiten om
het basgeluid te versterken.
• Raadpleeg de instructies die bij het desbetreffende
apparaat werden meegeleverd voor meer informa tie
*
over het totstandbrengen van deze aansluitingen.
SUBWOOFER OUT
(For KD-SH77R only)
(Nur für KD-SH77R)
(Seulement pour le
KD-SH77R)
(Alleen voor KD-SH77R)
KD-SH77R
KD-SH55R
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (niet meegeleverd)
L
L
RR
R
L
EXT OUT
(For KD-SH55R only)
(Nur für KD-SH55R)
(Seulement pour le KD-SH55R)
(Alleen voor KD-SH55R)
DVD, VCR or TV / DVD, Videorecorder oder Fernsehgerät / DVD, Magnétoscope ou Téléviseur / DVD, Videorecorders en TV
For KD-SH77R only / Nur für KD-SH77R / Seulement pour le KD-SH77R / Alleen voor KD-SH77R
Signal cord (not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (niet meegeleverd)
L
R
LINE IN
KD-SH77R
TV
REMOTE
SENSOR
INPUT
*
DIGITAL
OUTPUT
(OPTICAL)
Remote control data cord (supplied with KV-DV7)
CONTROL cord
Steuerungskabel
Cordon de commande
Fernbedienungsdatenkabel (gehört zum Lieferumfang von KV-DV7)
Cordon de télécommande de données (fourni avec le
Snoer voor de afstandsbediening (meegeleverd met de KV-DV7)
Snoer voor de afstandsbediening
AUDIO
L
R
Signal cord (not supplied with this unit)
Einzelleitung (nicht mit diesem Gerät mitgeliefert)
Cordon de signal (non fourni avec cet appareil)
Signaalkabel (niet meegeleverd)
You can connect the DVD player (KV-DV7).
Sie können den DVD-Spieler (KV-DV7) anschließen.
KV -DV7
Vous pouvez connecter un lecteur de DVD (KV-DV7).
Hei is mogelijk een DVD (KV-DV7) aan te sluiten.
* To the mobile color monitor system or the audio-video input terminal of a stereo audio-
OUTPUT
VIDEO
1
2
video TV .
* Zum mobilen Farb- oder Monitorsystem oder dem Audio-Video-Eingang eines
stereophonen Audio-Video-Fernsehgeräts.
* Au système mobile de moniteur couleur ou aux prises d’entrée audio-vidéo d’un
téléviseur stéréo audio-vidéo.
*
Naar het mobiele kleuren of monitorsysteem of de audio-/video-ingang van een stereo audio/video
TV.