JVC KD-S611 Instruction Manual [nl]

CD RECEIVER
CD-RECEIVER RECEPTEUR CD CD-RECEIVER
ENGLISH
DEUTSCH
KD-S611
KD-S611
COMPACT
DIGITAL AUDIO
For installation and connections, refer to the separate manual. Für den Einbau und die Anschlüsse siehe das eigenständige Handbuch. Pour l’installation et les raccordements, se référer au manuel séparé. Bijzonderheden over de installatie en aansluiting van het apparaat vindt u in de desbetreffende handleiding.
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
FRANÇAIS
NEDERLANDS
GET0005-001A
[E]
Plaats en afbeelding van labels
Onderpaneel van het hoofdtoestel
DANGER: Invisible laser radiation when open and interlock failed or defeated. AVOID DIRECT EXPOSURE TO BEAM. (e )
ADVARSEL: Usynlig las er­stråling ved åbning, når sikkerhedsafbrydere er ude af funkti on. Undgå udsæt­telse for stråling. (d)
VARNING: Osynlig laser- strålning när denna del är öppnad och spärren urkopplad. Betrakta strålen. (s)
VARO : Avattaessa ja suo­jalukitus ohitettaessa olet
är
alttiina näkymättömälle
ej
lasersäteilylle. Älä katso säteeseen. (f)
Benaming/Spanningslabel
Let op: Dit toestel heeft een laserkomponent met een hogere klasse laserstraal dan “Klasse 1”.
NEDERLANDS

Het apparaat terugstellen

Houd de SEL (selectie) en de (standby/aan/ATT) toetsen beide gelijktijdig een paar seconden ingedrukt. De ingebouwde microcomputer wordt hierdoor teruggesteld.
OPMERKINGEN:
• De geheugeninstellingen — zoals de voorkeurzenders en de geluidsinstellingen — zullen eveneens gewist worden.
• Als er een CD in het apparaat is, zal deze naar buiten komen wanneer u het apparaat terugstelt. Let op dat de CD niet valt.
BELANGRIJK VOOR LASERPRODUKTEN
Voorzorgen:
1. KLASSE 1 LASERPRODUKT
2. GEVAAR: Onzichtbare laserstralen wanneer open en interlock uitgeschakeld of defekt. Voorkom direkte blootstelling aan de straal.
3. LET OP: Open de bovenafdekking niet. Het toestel bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Laat onderhoud en reparatie over aan erkend onderthoudspersoneel.
4. LET OP: Deze CD-speler gebruikt onzichtbare laserstralen maar is echter voorzien van veiligheidsschakelaars die uitstraling dienen te stoppen bij het verwijderen van CD’s. Het is uitermate gevaarlijk deze schakelaars uit te schakelen.
5. LET OP: Het gebruik van regelaars en het maken van instellingen ander dan in deze gebruiksaanwijzing aangegeven resulteert mogelijk in blootstelling aan gevaarlijke straling.
(standby/aan/ATT)
SEL (Selectie)
Opmerking:
Voor de veiligheid is een genummerde identificatiekaart bij het toestel geleverd. Het identificatienummer is tevens op de behuizing van het toestel gedrukt. Bewaar de kaart op een veilige plaats. Deze kaart is belangrijk voor identificatie indien het toestel is gestolen.
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
* Denk aan de veiligheid...
• Zet het volume onder het rijden niet te hard. Dit is gevaarlijk , omdat u de geluiden buiten de auto niet meer hoort.
• Zet de auto stil voordat u ingewikkelde handelingen met het apparaat gaat verrichten.
* Temperatuur binnen de auto...
Als de auto gedurende lange tijd in de kou of in de warmte
heeft gestaan, mag u het apparaat pas gebruiken nadat de temperatuur in de auto weer normaal waarden heet bereikt.
2
Wir danken Ihnen für den Kauf eines JVC Produkts. Bitte lesen Sie die Anleitung vollständig durch, bevor Sie das Gerät in Betrieb nehmen, um sicherzustellen, daß Sie alles vollständig verstehen und die bestmögliche Leistung des Geräts erhalten.

INHOUDSOPGAVE

Het apparaat terugstellen ....................................................................2
BASISBEDIENING........................................................ 4
GEBRUIK VAN DE RADIO ............................................ 5
Naar de radio luisteren...................................................................5
Radiozenders in het geheugen vastleggen ....................................6
Automatisch vasteleggen van FM-zenders: SSM........................ 6
Handmatig vasteleggen van zenders .......................................... 7
Afstemmen op een voorkeuzezender ............................................8
Andere handige radiofuncties .......................................................9
Radiostations scannen ................................................................ 9
Geluid selecteren bij ontvangst van FM-station........................... 9
GEBRUIK VAN DE CD-SPELER ..................................... 10
Een CD afspelen............................................................................10
Een muziekstuk of een bepaald punt op de CD zoeken ............ 11
Afspeelmodus selecteren .............................................................. 12
Voorkomen dat de CD terugspringt............................................12
GELUID REGELEN ......................................................13
Geluid aanpassen .......................................................................... 13
LOUD in-/uitschakelen ................................................................14
Werken met aangepaste geluidsmodi (SCM) ............................ 15
De geluidsmodi selecteren en opslaan .................................. 15
De geluidsmodi oproepen ..............................
Advanced SCM annuleran .......................................................... 17
Uw eigen geluidsinstelling opslaan.............................................. 18
ANDERE HOOFDFUNCTIES ........................................ 19
Klok instellen ................................................................................19
Een niveauweergave selecteren .................................................. 20
Bedieningspaneel verwijderen.....................................................21
ONDERHOUD ........................................................... 22
Omgaan met CD’s ........................................................................ 22
PROBLEMEN OPLOSSEN ........................................... 23
SPECIFICATIES ........................................................... 24
...................... . 16
NEDERLANDS
3
1
2

BASISBEDIENING

3
Opmerking:
W anneer u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, moet u de ingebouwde klok op de juiste wijze instellen (zie bladzijde 19).
1
2
NEDERLANDS
F M
A M
3
4
Stel het geluid in zoals u zelf wilt (zie bladzijde 13 – 18).
/I/ATT
Opmerking bij de bediening door middel van één toets:
Bij het selecteren van tuner in stap 2 hieronder wordt het apparaat automatisch ingeschakeld. U hoeft niet op deze toets te drukken om het apparaat in te schakelen.
C D
Schakel de spanning in.
Start de weergave van de geluidsbron.
Voor gebruik van de radio, zie bladzijde 5 – 9. Gebruik van de CD-speler, zie bladzijde 10 – 12.
Regel het volume.
Volumeniveau­indicator
Het door u ingestelde geluidsniveau verschijnt
Volume in een oogwenk zachter zetten
Druk tijdens het luisteren naar een willekeurige geluidsbron kort op .
Op het afleesvenster begint de tekst “ATT” te knipperen en het volume zal in een oogwenk dalen. Om het eerdere volume te herstellen, drukt u nogmaals kort op dezelfde toets.
Spanning uitschakelen
Druk op toets en houdt deze ten minste 1 seconde ingedrukt.
4

GEBRUIK VAN DE RADIO

Naar de radio luisteren

1
2
AM
A M
F M
2
FM1 FM2
Stations met een hogere frequentie zoeken
Stations met een lagere frequentie zoeken
1
Selecteer de golfband (FM1, FM2, FM3 of AM)
U kunt éé van de drie FM-golfbandn (FM1, FM2 en FM3) selecteren om naar een FM-zender te luisteren.
De geselecteerde omroepband wordt weergegeven
FM3
NEDERLANDS
Volumeniveau-indicator
Zoek een station.
Wanneer een station wordt ontvangen, stopt het zoeken.
Druk nogmaals op dezelfde toets wanneer u het zoeken wilt stoppen voordat op een zender
is afgestemd.
Handmatig zonder zoeken op een bepaalda freguentie afstemmen:
1 Kies de golfband (FM of AM)
Druk op FM of AM.
2 Druk op
afleesvenster begint te knipperen. U kunt de frequentie handmatig wijzigen, terwijl de letter “M” knippert.
3 Druk meerdere malen op
• Als u de toets ingedrukt houdt, blijft de frequentie veranderen (bij FM steeds met 50 kHz en bij AM steeds met 9 kHz – MW/LW) totdat u de toets loslaat.
¢ of 4 en houd deze toets ingedrukt totdat de letter “M” op het
¢ of 4 totdat de gewenste frequentie is bereikt.
5

Radiozenders in het geheugen vastleggen

U kunt één van de volgende twee methoden gebruiken om de radiozenders in het geheugen vastteleggen.
• Automatisch vasteleggen van FM-zenders:SSM (Strong-station Sequential Memory)
• Handmatig vasteleggen van FM en AM-zenders
Automatisch vasteleggen van FM-zenders:SSM
U kunt 6 lokale FM-stations instellen voor elke FM-golfband (FM1, FM2 en FM3).
1
2
1
NEDERLANDS
F M
FM1 FM2 FM3
Selecteer het nummer van de FM-golfband (FM1, FM2 of FM3) waarop u FM-zenders wilt vasteleggen.
2
Druk op beide toetsen en houd ze langer dan 2 seconden ingedrukt.
De tekst “SSM” verschijnt op het afleesvenster en verdwijnt wanneer het automatisch instellen van radiozenders is beëindigd
Lokale FM-zenders met de sterkste signalen worden opgezocht en automatisch voor de gekozen golfband (FM1, FM2 of FM3) onder de cijfertoetsen vastgelegd - nummer 1 (laagste frequentie) t/m nummer 6 (hoogste frequentie). De voorkeuzezender die onder cijfertoets 1 is vastgelegd wordt na het automatisch vastleggen van de zenders opgeroepen.
6
Handmatig vastleggen van zenders
U kunt handmatig maximaal 6 zenders voor iedere golfband (FM1, FM2, FM3 en AM vastleggen).
VOORBEELD: Een FM-zender op 88.3 MHz vastleggen onder nummer 1 van FM1.
1
2
3
1
F M
Selecteer FM1.
2
Stem af op een zender op 88.3 MHz.
Zie bladzijde 5 voor het afstemmen op een zender.
3
Druk op de toets en houdt deze ten minste 2 seconden ingedrukt.
De vermelding “P1” knippert enkele seconden op de display
4
Herhaal bovenstaande procedure om andere zenders onder andere nummers op te slaan.
NEDERLANDS
Opmerkingen:
• Een eerder vastgelegde zender wordt gewist wanneer een hieuwe zender wordt opgeslagen onder hetzelfde nummer.
• Ingestelde zenders worden gewist wanneer de spannings toevoer naar het geheugen wor dt onderbroken (bijvoorbeeld bij het vervangen van de accu). Als dit gebeurt, moeten de zenders opnieuw worden ingesteld.
7

Afstemmen op een voorkeuzezender

U kunt in een handomdraai afstemmen op een vastgelegde voorkeuzezender. Denk eraan dat u de zenders eerst moet vastleggen! Zie bladzijde 6 en 7, als u dat nog niet hebt gedaan.
1
2
1
A M
NEDERLANDS
AM
2
F M
Selecteer de gewenste golfband (FM1, FM2, FM3 of AM).
FM1 FM2
FM3
Selecteer het nummer (1 – 6) van de gewenste zender .
8

Andere handige radiofuncties

MO/RND
RPT/SCAN
Radiostations scannen
Wanneer u tijdens het luisteren naar de radio op RPT/SCAN drukt, begint het scannen. Elke keer dat er wordt afgestemd op een bepaald station, stopt het scannen gedurende 5 seconden (de frequentie waarop is afgestemd knippert op het afleesvenster). U kunt dan vaststellen welk programma op dat moment wordt uitgezonden.
Als u naar het betreffende programma wilt luisteren, drukt u nogmaals op dezelfde toets om het scannen te beëindigen.
Geluid selecteren bij ontvangst van FM-station
Wanneer een stereo-uitzending op FM slecht te ontvangen is, doet u het volgende:
Druk op MO/RND (Mono/Willekeurig) terwijl u naar een stereo-uitzending op FM luistert. U hoort dan een monogeluid maar de ontvangst zal beter zijn.
A
Er brandt een lampje wanneer een FM-uitzending in stereo wordt ontvangen
Om het stereo-effect te herstellen, drukt u op opnieuw op dezelfde toets.
NEDERLANDS
9

GEBRUIK VAN DE CD-SPELER

Een CD afspelen

0
1
1
NEDERLANDS
Totale afspeeltijd van de CD die in de CD-lade is geplaatst
Opmerking bij de bediening door middel van één toets:
W anneer er al een CD in de CD-lade zit, drukt u op CD om het apparaat aan te zetten en het afspelen automatisch te laten beginnen.
LET OP bij het instellen van het volume
In vergelijking met ander e geluidsbronnen, pr oduceren CD’s heel weinig ruis. Als het volume staat afgesteld op gebruik van de tuner , kunnen de speakers schade oplopen door de plotselinge toename van de geluidssterkte. Zet het volume daarom lager voordat u een CD afspeelt en regel het geluid, indien nodig, gedurende het afspelen.
Plaats een CD in de CD-lade.
Het apparaat gaat aan, pakt een CD en begint deze automatisch af te spelen.
Als een CD ondersteboven in de CD-speler wordt geplaatst, wordt de vermelding “EJECT” op de display weergegeven en wordt de CD automatisch uitgeworpen.
A
A
T otaal aantal muziekstukken op de CD die in de CD-lade is geplaatst
Verstreken afspeeltijd
Huidige muziekstuk
Stoppen met afspelen en de CD terug laten springen
Druk op 0. De CD wordt niet langer afgespeeld en de CD springt automatisch terug uit de CD-lade. De tuner wordt als afspeelbron geselecteerd (het station waarop als laatste was afgestemd, wordt ten gehore gebracht). Als u (tijdens het afspelen van een CD) overschakelt op AM of FM, wordt het afspelen eveneens beëindigd (deze keer zonder dat de CD terugspringt).
• Als de teruggesprongen CD niet binnen ongeveer 15 seconden uit de CD-lade wordt verwijderd, wordt de CD automatisch opnieuw in de CD-lade geplaatst, zodat hij niet stoffig wordt. (Deze keer wordt niet automatisch met afspelen begonnen.)
• U kunt de CD uit de CD-lade laten springen wanneer het apparaat is uitgezet.
10

Een muziekstuk of een bepaald punt op de CD zoeken

4
¢
Number buttons
Het muziekstuk versneld vooruit afspelen of achteruit afspelen
Druk tijdens het afspelen van een CD op ¢ en houd deze toets ingedrukt om het muziekstuk versneld vooruit af te spelen.
Druk tijdens het afspelen van een CD op 4
en houd deze
toets ingedrukt om het muziekstuk achteruit af te spelen.
Naar het volgende of naar het vorige muziekstuk gaan
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op ¢ om naar het begin van het volgende muziekstuk te gaan. Telkens wanneer u meerdere malen op deze toets drukt, wordt het begin van het eerstvolgende muziekstuk gezocht en afgespeeld.
Druk tijdens het afspelen van een CD kort op 4
om naar het begin van het huidige muziekstuk te gaan. Telkens wanneer u meerdere malen op deze toets drukt, wordt het begin van het vorige muziekstuk gezocht en afgespeeld.
Direct naar een bepaald muziekstuk gaan
7 8 9 10 11 12
NEDERLANDS
Druk op de cijfertoets die bij een bepaald muziekstuk hoort, om het afspelen van dat muziekstuk te laten beginnen.
• Om een muziekstuk met nummer 1 – 6 te selecteren: Druk kort op 1(7) – 6(12).
• Om een muziekstuk met nummer 7 – 12 te selecteren: Druk op 1(7) – 6(12) en houd de cijfertoets langer dan 1 seconde ingedrukt.
11

Afspeelmodus selecteren

RPT/SCANMO/RND
Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen (Random Play)
U kunt alle muziekstukken van de CD in willekeurige volgorde afspelen.
MO/RND
NEDERLANDS
Muziekstukken meerdere keren afspelen (Herhaalde Weergave)
RPT
SCAN
Telkens wanneer u tijdens het afspelen van een CD op MO/RND (Mono/ Willekeurig) drukt, wordt Random Play afwisselend aan- en uitgezet. Wanneer de Random Play-modus wordt aangezet, zal op het display de RND-indicator oplichten en worden de muziekstukken in willekeurige volgorde afgespeeld.
U kunt het huidige muziekstuk meerdere keren afspelen. Telkens wanneer u tijdens het afspelen van een CD op RPT(Herhalen)/
SCAN drukt, wordt Repeat Play afwisselend aan- en uitgezet. Wanneer de Repeat Play-modus wordt aangezet, zal op het display de RPT-indicator oplichten.
Nummer van het muziekstuk dat wordt afgespeeld

Voorkomen dat de CD terugspringt

U kunt voorkomen dat de CD terugspringt door hem te “vergrendelen” in de CD-lade.
Druk tijdens het afspelen van een CD op CD en 0 houd deze toetsen langer dan 2 seconden ingedrukt.
Op het display knippert gedurende ongeveer 5 seconden de tekst “EJECT” en de CD is “vergrendeld”.
U kunt de CD “ontgrendelen” door opnieuw op CD en 0 te drukken en deze toetsen langer dan 2 seconden ingedrukt te houden. Op het display verschijnt de tekst “EJECT” en de
12
CD springt terug uit de CD-lade.

GELUID REGELEN

Geluid aanpassen

U kunt de geluidskarakteristieken naar wens instellen.
21
Indicator voor de equalizer
1
Selecteer de functie die u wilt aanpassen.
Indicatie Doel: Bereik
BAS Bastonen aanpassen –6 (min.) tot +6 (max.) (bas) TRE Treble aanpassen –6 (min.) tot +6 (max.) (treble) FA D Evenwicht tussen voor- en R6 (alleen achterin) tot (faden)* achterspeakers aanpassen F6 (alleen voorin) BAL Evenwicht tussen linker- en L6 (alleen links) tot (balans) rechterspeaker aanpassen R6 (alleen rechts)
VOL Het volume aanpassen 00 (min.) tot 50 (max.) (volume)
Opmerking:
* Als u een systeem met twee speakers gebruikt moet u FAD op “00”.
Pas het niveau aan.
Het patroon op de indicator voor de equalizer verandert wanneer u de weergave van lage of hoge tonen aanpast
NEDERLANDS
Opmerking:
Normaal gesproken werken de toetsen + en – als volumer egelaars. U hoeft “VOL” dus niet te selecteren als u het geluidsniveau wilt aanpassen.
13

LOUD in-/uitschakelen

LOUD
THet menselijke oor is bij lage volumes minder gevoelig voor lage en hoge frequenties. Met LOUD worden deze frequenties versterkt, waardoor er ook bij lage geluidsniveaus een evenwichtig geluid kan worden geproduceerd. Elke keer dat u op LOUD drukt, wordt deze functie afwisselend in- en uitgeschakeld.
@A
NEDERLANDS
14

Werken met aangepaste geluidsmodi (SCM)

U kunt voor elke afspeelbron een aangepaste geluidsmodus selecteren en in het geheugen vastleggen. Dit is mogelijk dankzij de voorziening met de naam ‘Advanced SCM’
(Sound Control Memory).
De geluidsmodi selecteren en opslaan
Als u een geluidsmodus hebt geselecteerd, wordt deze in het geheugen opgeslagen en wordt de modus elke keer weer opgeroepen wanneer u dezelfde geluidsbron selecteert. Voor elk van de volgende geluidsbronnen kan een geluidsmodus worden opgeslagen: FM1, FM2, FM3, AM en CD. Als u de geluidsmodus van uw keuze niet voor elke geluidsbron apart wilt instellen, maar wel elke geluidsbron dezelfde geluidsmodus wilt toekennen, verwijzen we u naar de instructies in de paragraaf ‘***Advanced SCM annuleren’ op pagina 17.
SCM-indicator/ Indicator voor de geluidsmodus
Indicator voor de equalizer
1
NEDERLANDS
1
SCM
Weergave: V oor: Standaardinstelling
SCM OFF (Vlak geluid) 00 00 Aan BEAT Rock of disco +2 00 Aan SOFT Rustige achtergrondmuziek +1 –3 Uit POP Lichte muziek +4 +1 Uit
Selecteer de geluidsmodus van uw keuze.
Elke keer wanneer u op de toets drukt, verandert de geluidsmodus en wel als volgt:
• Als voor “SCM LINK” de instelling “LINK ON” is geselecteerd, kan de geselecteerde geluidsmodus voor de huidige afspeelbron in het geheugen worden opgeslagen en zal het effect alleen op de huidige afspeelbron van toepassing zjin. Elke keer wanneer u een andere afspeelbron selecteert, gaat de SCM-indicator op de display knipperen.
• Als voor “SCM LINK” de instelling “LINK OFF” is geselecteerd, is de geselecteerde afspeelmodus op elke afspeelbron van toepassing.
Bas Treble Loud
15
De geluidsmodi oproepen
1
1
C D
Selecteer de afspeelbron van uw keuze terwijl de SCM-indicator op de display wordt
F M
A M
NEDERLANDS
Opmerkingen:
• U kunt elke geluidsmodus aan uw voorkeur aanpassen en deze in het geheugen opslaan. Raadpleeg ‘[translator’s note: insert section titel from Contents page]’ op pagina 18 als u de oorspronkelijke geluidsmodus wilt aanpassen.
• Als u de versterkingsfactor voor de hoge of lage tonen wilt aanpassen of de geluidsterkiefunctie tijdelijk wilt uitschakelen, verwijzen we u naar de instructies op pagina 13 en 14. (De aanpassingen die u hebt aangebracht, worden geannuleerd zodra u een andere geluidsbron selecteert.)
weergegeven.
De SCM-indicator begint te knipperen en de geluidsmodus die voor de geselecteerde afspeelbron in het geheugen ligt opgeslagen wordt opgeroepen.
Indicator voor de geluids modus
16

Advanced SCM annuleren

Het is mogelijk om de voorziening Advanced SCM te annuleren en de aangebrachte koppeling tussen de geluidsmodi en afspeelbronnen weer op te heffen. Standaard kan voor elke afspeelbron een eigen, aangepaste geluidsmodus in het geheugen worden opgeslagen. In de praktijk kunt u dus een andere geluidsmodus te horen krijgen als u een andere afspeelbron selecteert. LINK ON: De voorziening Advanced SCM is ingeschakeld (voor elke afspeelbron een
andere geluidsmodus)
LINK OFF: De voorziening Advanced SCM is uitgeschakeld (voor elke afspeelbron geldt
een en dezelfde geluidsbron)
3
2
1,4
1
2
3
4
Druk op de SEL-toets en houd deze gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt.
De vermelding “CLOCK H”, “CLOCK M”, “SCM LINK” of “LEVEL” wordt op de display weergegeven.
Selecteer de vermelding “SCM LINK”, als deze niet op de display wordt weergegeven.
Selecteer de gewenste modus: “LINK ON” of “LINK OFF”.
Sluit het instellen af.
NEDERLANDS
17

Uw eigen geluidsinstelling opslaan

De geluidsweergave (BEAT, SOFT, POP, zie bladzijde 15) kan worden aangepast en in het geheugen worden opgeslagen.
3 2 2 1,4
1
SCM
2
NEDERLANDS
LOUD
3
4
SCM
Binnen
5 seconden
Binnen
5 seconden
Binnen
5 seconden
Roep de geluidsweergave op die u wilt aanpassen.
Meer bijzonderheden over de geluidsweergave vindt u op bladzijde 15.
Kies “BAS” of “TRE” als u het geluidsniveau van de bas of treble wilt aanpassen.
Of schakel LOUD in of uit.
Elke keer dat u op LOUD drukt, wordt deze functie in- of uitgeschakeld. (= Ga daarna door met stap 4.)
Pas het niveau van bas of treble aan.
Meer bijzonderheden over bas en treble vindt u op bladzijde 13.
Druk op SCM en houd deze toets ingedrukt
1
totdat de geluidsweergave die u bij stap
hebt geselecteerd op het afleesvenster begint te knipperen.
Uw instelling wordt in het geheugen opgeslagen.
5
Herhaal deze procedure om de andere instellingen op te slaan.
Opnieuw instellen van de fabrieksinstellingen
18
Herhaal bovenstaande procedure en stel de waarden in die zijn weergegeven in de tabel op bladzijde 15.

ANDERE HOOFDFUNCTIES

Klok instellen

1
2
3
1.
1.
2,3 1,4 2,3
2.
2.
DISP
Druk op de SEL-toets en houd deze gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt.
De vermelding “CLOCK H”, “CLOCK M”, “SCM LINK” of “LEVEL” wordt op de display weergegeven.
Stel het juiste uur in.
1. Selecteer “CLOCK H” indien deze tekst
niet op het afleesvenster staat.
2. Wijzig het weergegeven uur .
Stel de minuten in. 1 . Selecteer “CLOCK M”.
2. Wijzig de weergegeven minuten.
NEDERLANDS
4
Sluit het instellen af.
Huidige tijd van de klok controleren (andere modus op afleesvenster tonen)
Druk meerdere malen op DISP . Elke keer dat u op de toets drukt, verandert het afleesvenster als volgt.
Tijdens de bediening van de tuner:
Klok
• Als de eenheid niet is ingeschakeld wanneer u op de DISP-toets drukt, wordt de stroom ingeschakeld, wordt gedurende vijf seconden de tijd van de klok weergegeven en wordt de stroom vervolgens weer uitgeschakeld.
Frequentie
Tijdens de bediening van de CD-speler:
Klok
Verstreken speelduur
19

Een niveauweergave selecteren

U kunt zelf bepalen welk niveau u in de display weergegeven wilt hebben. De standaardinstellingen van de eenheid bij het verlaten van de fabriek is “VOL 2”. VOL 1: Geeft de indicator voor het volumeniveau en het patroon voor de equalizer weer. VOL 2: Geeft de instelling van VOL 1 en het verlichte display weer. OFF: De indicator voor het volumeniveau en het patroon voor de equalizer worden allebei niet
weergegeven.
3 1,4 2
1
NEDERLANDS
2
3
4
Volumeniveau-indicator
Druk op de SEL-toets en houd deze gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt.
De vermelding “CLOCK H”, “CLOCK M”, “SCM LINK” of “LEVEL” wordt op de display weergegeven.
Selecteer de vermelding “LEVEL” als deze niet al meteen op de display wordt weergegeven.
Selecteer de gewenste modus: “VOL 1”, “VOL 2” of “OFF”
Sluit het instellen af.
20

Bedieningspaneel verwijderen

U kunt het bedieningspaneel verwijderen, wanneer u uit de auto stapt. U moet het bedieningspaneel voorzichtig verwijderen en weer op zijn plaats bevestigen, zodat de connectors op de achterkant van het bedieningspaneel en de houder van het bedieningspaneel niet worden beschadigd.
Hoe moet u het bedieningspaneel verwijderen?
Voordat u het bedieningspaneel verwijdert, moet u er zeker van zijn dat de spanning is uitgeschakeld.
1
Ontgrendel het bedieningspaneel.
2
Druk het bedieningspaneel iets omhoog en trek naar u toe van het apparaat.
Hoe moet u het bedieningspaneel weer op zijn plaats bevestigen?
1
Stop de linkerkant van het bedieningspaneel in de uitsparing op de houder.
NEDERLANDS
2
Druk op de rechterkant van het bedieningspaneel totdat dit in de houder vastzit.
3
Stop het losgemaakte bedieningspaneel in het daarvoor bestemde doosje
Opmerking over het reinigen van de connectors:
Als u het bedieningspaneel vaak verwijdert, zullen de connectors op een gegeven moment minder goed gaan functioneren. Om deze mogelijkheid tot het minimum te beperken, moet u de connectors van tijd tot tijd met een met alcohol bevochtigde katoenen doek schoonmaken. Zorg ervoor dat u de connectors daarbij niet beschadigt.
Connectors
21

ONDERHOUD

Omgaan met CD’s

Dit apparaat is ontworpen voor het afspelen van CD’s met het symbool. Andere CD’s kunnen niet worden afgespeeld.
De manier waarop u met CD’s moet omgaan
Wanneer u een CD uit het opbergdoosje haalt, moet u het rondje in het midden van de doos naar beneden duwen en de CD uit het doosje halen terwijl u hem aan de rand vasthoudt.
• Houd de CD altijd aan de randen vast. Kom niet aan vlak met de opnames. Wanneer u de CD wilt opbergen, leg deze dan zachtjes om het rondje in het
midden (bedrukte vlak naar boven).
• Berg de CD’s na gebruik altijd op in het doosje.
CD’s schoonhouden
Het geluid kan verkeerd worden weergegeven als de CD vuil is. Als een CD vuil wordt, moet u hem afvegen met een zachte doek door de doek in een rechte lijn van het midden naar de rand te bewegen.
Nieuwe CD’s afspelen
Sommige nieuwe CD’s hebben oneffenheden langs de binnen- of buitenrand. Soms worden dergelijke CD’s door het apparaat geweigerd. U kunt deze oneffenheden verwijderen door de randen glad te wrijven met een potlood, ballpoint enz.
Condensvorming
NEDERLANDS
In onderstaande gevallen kan zich condens vormen op de lens in de CD-speler:
• Nadat de verwarming in de auto is aangezet.
• Wanneer het erg vochtig wordt in de auto. Soms zal de CD-speler hierdoor niet meer goed werken. In dat geval moet u de CD uit de CD-lade halen en moet u het apparaat een paar uur aan laten staan totdat het vocht is verdampt.
COMPACT
DIGITAL AUDIO
Rondje in het midden
LET OP!
• Plaats geen 8-cm CD’s (CD-singles) in de CD-lade. (Deze CD’s kunnen niet terugspringen.)
• Plaats geen CD’s met een ongewone vorm (bijvoorbeeld hartvormig) in de CD-lade; dit zal problemen veroorzaken.
• Stel CD’s niet bloot aan direct zonlicht of een andere warmtebron en leg ze niet neer op plaatsen waar het zeer warm of vochtig is.
• Gebruik geen oplosmiddelen (zoals reinigingsmiddelen voor gewone platen, spray, verdunningsmiddelen, wasbenzine, enz.) om CD’s te reinigen.
Wanneer u een CD-R (Recordable) afspeelt
Op deze ontvanger kunt u uw originele CD-R’s afspelen.
• Lees alvorens een CD-R af te spelen eerst de instructies en waarschuwingen aandachtig door.
• Sommige CD-R’s die op CD-recorders zijn opgenomen kunnen niet op deze ontvanger worden afgespeeld vanwege bepaalde kenmerken die deze CD-R’s hebben. Andere oorzaken van afspeelproblemen zijn:
- Beschadigingen of vuil op de CD
- Vocht of condensatie op de lens van de CD-speler
• Speel alleen CD-R’s af die volledig zijn afgewerkt (finilized).
• CD-RW’s (Rewritables of herschrijfbare CD’s) kunnen niet op deze ontvanger worden afgespeeld.
- Vuil op de lens van de laser in de speler .
Haperingen:
De CD kan haperen wanneer u op hobbelige wegen rijdt. Het apparaat en de CD worden hierdoor niet beschadigd, maar het is wel storend. Wij adviseren u om het afspelen te beëindigen wanneer u op dergelijke wegen rijdt.
22

PROBLEMEN OPLOSSEN

Een probleem hoeft niet altijd ernstig te zijn. Voordat u hulp inroept van een dienstverlenende instantie, moet u eerst de volgende punten controleren.
Symptomen
• CD kan niet worden afgespeeld.
• Geluid van de CD wordt soms onderbroken.
“NO DISC” verschijnt op de
display.
• Er komt geen geluid uit de speakers.
• Automatisch instellen van zenders – SSM (Strong­station Sequential Memory) – functioneert niet.
• U hoort ruis terwijl u naar de radio luistert.
Oorzaken
CD zit ondersteboven in het apparaat.
U rijdt op een hobbelige weg.
Er zitten krassen op de CD. Verkeerde verbindingen.
Geen CD in de houder geplaatst.
CD is verkeerd geplaatst.
De geluidsknop is op de laagste stand gezet.
Verkeerde verbindingen.
De signalen zijn te zwak.
De antenne zit niet goed vast.
Oplossingen
Plaats de CD op de juiste manier in CD-lade.
Stop met afspelen op hobbelige wegen.
Gebruik een andere CD. Controleer kabels en
aansluitingen. Plaats een CD in de CD-lade.
Plaats de CD op de juiste wijze.
Pas het geluid aan totdat het optimale niveau is bereikt.
Controleer de bedrading en de verbindingen.
Leg de zenders handmatig vast.
Zorg dat de antenne stevig vast zit.
NEDERLANDS
• CD kan niet worden afgespeeld en springt niet terug.
• Het apparaat functioneert helemaal niet.
Soms functioneert de ingebouwde microcomputer niet goed ten gevolge van lawaai, enzovoorts.
Druk tegelijkertijd op
en 0 gedurende meer dan 2 seconden. Zorg ervoor dat de CD niet op de grond valt wanneer hij terugspringt.
Druk tegelijkertijd gedurende meer dan 2 seconden op
en SEL om het apparaat terug te stellen. (De instellingen van de klok en de stations die in het geheugen zijn opgeslagen worden gewist.) (Zie bladzijde 2.)
23

SPECIFICATIES

GELUIDSVERSTERKER
Maximum uitgangsvermogen:
Voorin: 40 watt per kanaal Achterin: 40 watt per kanaal
Ononderbroken uitgangsvermogen (RMS)
Voorin: 16 watt per kanaal in 4 , 40 tot
20 000 Hz met niet meer dan 0,8% totale harmonische vervorming van het geluid.
Achterin:16 watt per kanaal in 4 , 40 tot
20 000 Hz met niet meer dan 0,8% totale harmonische
vervorming van het geluid. Belastingsimpedantie: speling 4 (4 tot 8 ) Regelbereik tonen
Bas: ±10 dB bij 100 Hz
Treble: ±10 dB bij 10 kHz Weergavekarakteristiek: 40 tot 20 000 Hz Signaal/ruisverhouding: 70 dB Uitgangsvermogen/Impedantie: 2,0 V/20 k
belasting (maximaal vermogen) Uitgangsimpedantie: 1 k
NEDERLANDS
RADIO
Frequentiebereik
FM: 87,5 tot 108,0 MHz
AM: (MW) 522 tot 1 620 kHz
(LW) 144 tot 279 kHz
CD-SPELER
Type: CD-speler Signaaldetectiesysteem: pickup-lens
(halfgeleider-laser) Aantal kanalen: 2 kanalen (stereo) Weergavekarakteristiek: 5 tot 20 000 Hz Dynamisch vermogen: 96 dB Signaal/ruisverhouding: 98 dB Zweving: Minder dan de meetbare limiet
ALGEMEEN
Voeding
Werkspanning: gelijkstroom 14,4 volt
(speling 11 tot 16 volt) Aardingssysteem: negatieve aarding Bedrijfstemperatuur: 0°C tot +40°C Afmetingen (breedte x hoogte x diepte)
Afmetingen apparaat (ten behoeve van
installatie): 182 x 52 x 150 mm
Afmetingen paneel: 188 x 58 x 14 mm
Gewicht: 1,3 kg (excl. accessoires)
Ontwerp en specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
[FM-zenders]
Gevoeligheid bij normaal bedrijf:
11,3 dBf (1,0 µV/75 )
Gevoeligheid bij 50 dB geluidsdemping:
16,3 dBf (1,8 µV/75 )
Selectiviteit alternatief kanaal (400 kHz):
65 dB Weergavekarakteristiek: 40 tot 15 000 Hz Stereo-scheiding: 30 dB Vangbereik: 1,5 dB
[MW-zenders]
Gevoeligheid: 20 µV Selectiviteit: 35 dB
[LW-zenders]
Gevoeligheid: 50 µV
24
Having TROUBLE with operation?
Please reset your unit
Refer to page of How to reset your unit
Haben Sie PROBLEME mit dem Betrieb?
Bitte setzen Sie Ihr Gerät zurück
Siehe Seite Zurücksetzen des Geräts
Vous avez des PROBLÉMES de fonctionnement?
Réinitialisez votre appareil
Référez-vous à la page intitulée Comment réinitialiser votre appareil
Hebt u PROBLEMEN met de bediening?
Stel het apparaat terug
Zie de pagina met de paragraaf Het apparaat terugstellen
EN, GE, FR, NL
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
1100HISFLEJES
JVC
Loading...