Alle rechten voorbehouden. Geen
enkel gedeelte uit dit document mag
worden gefotokopieerd,
verveelvoudigd of vertaald naar enige
taal zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming van Hewlett-Packard
Company.
In dit product wordt gebruikgemaakt
van de PDF-technologie van Adobe,
die een implementatie bevat van LZW
die in licentie wordt gegeven onder
het patentnummer 4.558.302 in de
Verenigde Staten.
Adobe en het Acrobatlogo zijn gedeponeerde
handelsmerken of
handelsmerken van Adobe
Systems Incorporated in de
Verenigde Staten en/of
andere landen/regio's.
Apple, het Apple-logo, Mac, het Maclogo, Macintosh en Mac OS zijn
handelsmerken van Apple Computer,
Inc., gedeponeerd in de Verenigde
Staten en andere landen/regio's
Publicatienummer: Q3093-90185
Eerste uitgave: juli 2003
Gedrukt in Duitsland.
®
Windows
ME
2000
gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation.
Intel
handelsmerken van Intel Corporation.
, Windows NT®, Windows
®
, Windows XP® en Windows
®
zijn in de Verenigde Staten
®
en Pentium® zijn gedeponeerde
Kennisgeving
De informatie in dit document kan
zonder voorafgaande kennisgeving
worden gewijzigd en houdt geen
enkele verplichting in voor de
Hewlett-Packard Company.
Hewlett-Packard kan niet
verantwoordelijk worden
gehouden voor eventuele
fouten in deze documentatie,
noch kan er op enige wijze
expliciete of impliciete garantie
aan dit materiaal worden
ontleend, inclusief, maar niet
beperkt tot, de impliciete
garanties van verkoopbaarheid en geschiktheid voor een
bepaald doel.
De Hewlett-Packard Company kan niet
aansprakelijk worden gehouden voor
enige incidentele of gevolgschade in
verband met, of voortvloeiende uit het
verstrekken van dit document en de
software die hierin wordt beschreven
of de prestaties of het gebruik van
beide.
Opmerking: informatie over
overheidsvoorschriften kunt u vinden in
het hoofdstuk met technische
informatie van deze handleiding.
Het is in veel landen wettelijk niet
toegestaan de volgende items te
kopiëren. U wordt aangeraden bij
twijfel eerst contact op te nemen met
een juridisch adviseur.
• Regeringspapier of -documenten:
- Paspo ort en
- Immigratiepapieren
- Bepaalde servicepapiersoorten
- Identificatiekenmerken zoals
kaarten of insignes
• Regeringsstempels:
- Postzeg els
- Voe dselb onnen
• Cheques of concepten opgesteld
door regeringsinstellingen
• Papieren valuta, reischeques of
postwissels
• Depositobewijzen
• Werk waarop copyright van
toepassing is
Veiligheidsinformatie
Waarschuwing! Stel het
product niet bloot aan
regen of vocht om het
risico van brand of
schokken te voorkomen.
Volg altijd de standaardveiligheidsvoorschriften bij het gebruik
van dit product. Op deze wijze
beperkt u het risico van verwondingen
door brand of elektrische schokken.
Waarschuwing! Kans
op elektrische schokken
Lees alle instructies van de Setup-
1
poster aandachtig door.
2 Sluit het apparaat alleen aan op
een geaard stopcontact. Neem
contact op met een
gekwalificeerd elektricien als u
niet weet of het stopcontact is
geaard.
3 Neem alle waarschuwingen en
instructies in acht die op het
product zijn aangegeven.
4 Trek de stekker van het netsnoer
uit het stopcontact voordat u dit
apparaat gaat reinigen.
5 Installeer en gebruik het product
niet in de nabijheid van water of
wanneer u nat bent.
6 Installeer het product op een
stevig, stabiel oppervlak.
7 Installeer het product op een
veilige locatie zodat niemand op
het snoer kan staan of erover kan
struikelen en het snoer kan
beschadigen.
8 Als het product niet normaal
functioneert, dient u de Help voor
het oplossen van problemen te
raadplegen.
9 Het product is niet uitgerust met
onderdelen die door de
gebruiker dienen te worden
vervangen. Neem voor elke vorm
van onderhoud contact op met
gekwalificeerd
onderhoudspersoneel.
10 Gebruik dit product in een goed
geventileerde ruimte.
Inhoud
Opmerking: Raadpleeg hoofdstuk 14 t/m 18 voor informatie over
de installatie.
Deze referentiehandleiding bevat informatie over het oplossen van problemen
tijdens het installeren en inleidende informatie om u op weg te helpen bij het
gebruik van de HP PSC. Verder bevat de referentiehandleiding informatie over
het bestellen van onderdelen en accessoires, technische specificaties, informatie
over productondersteuning en garantie-informatie.
In de volgende tabel vindt u aanvullende bronnen met informatie over de
HP PSC.
InformatiebronBeschrijving
Setup-posterDe Setup-poster bevat instructies voor de installatie en configuratie van de
HP PSC. Controleer of u de juiste poster voor uw besturingssysteem
(Windows of Macintosh) gebruikt.
ProductrondleidingDe rondleiding biedt een korte inleiding op de HP PSC en de
mogelijkheden ervan, zodat u er onmiddellijk mee aan de slag kunt. U
ku nt de rondleiding dire ct na de in stallatie van de HP PSC -software vo lgen.
Zie de online Help voor uw product als u de rondleiding op een later
tijdstip wilt volgen.
HP Foto- en
beeldbewerking Help
Hulp bij het oplossen
van problemen
Help en
ondersteuning via het
Internet
LeesMij-bestandNadat u de software hebt geïnstalleerd, kunt u het LeesMij-bestand (indien
De Help voor foto- en beeldbewerking van HP biedt u gedetailleerde
informatie over het gebruik van de software voor de HP PSC.
Voor Windows-gebruikers: Ga naar de HP-dirigent en klik op Help.
Voor Macintosh-gebruikers: Ga naar de HP Director en klik op Help. Klik
vervolgens op HP foto- en beeldbewerking Help.
Als u informatie wilt opvragen over het oplossen van problemen, gaat u
naar de HP Director (HP-dirigent) en klikt u vervolgens op Help. Open het
boek Problemen oplossen in de HP Foto- en beeldbewerking Help en klik
op de koppelingen voor informatie over het oplossen van algemene
problemen en op de koppelingen voor informatie over het oplossen van
problemen die specifiek zijn voor de HP PSC. U kunt ook hulp krijgen bij
het oplossen van problemen door op de knop Help te klikken die in
bepaalde foutberichten wordt weergegeven, of door het hoofdstuk
Problemen oplossen in de referentiehandleiding te raadplegen.
Als u toegang hebt tot het Internet, kunt u hulp krijgen op de HP-website:
www.hp.com/support
Op deze website vindt u ook antwoorden op veel gestelde vragen.
aanwezig) openen op de cd-rom van de HP PSC of in de programmamap
van de HP PSC. Een LeesMij-bestand bevat de meest recente
productinformatie die niet meer in de referentiehandleiding of online Help
kon worden opgenomen.
ix
InformatiebronBeschrijving
Help in
dialoogvensters
(alleen in Windows)
Voor Windows: Gebruik een van de volgende manieren om te zoeken
naar informatie over een bepaalde functie:
•Klik met de rechtermuisknop op een functie
•Selecteer de functie en druk op F1
•Selecteer de ? in de rechterbovenhoek en klik vervolgens op
de functie
HP PSC 2500 Seriesx
1
Overzicht van de HP PSC
U kunt uw HP PSC op elk gewenst moment in gebruik nemen want vele functies
en voorzieningen van de HP PSC kunnen worden gebruikt zonder dat u de
computer hoeft aan te zetten. U kunt met de HP PSC bijvoorbeeld snel en
gemakkelijk een kopie maken, een fax versturen of foto's afdrukken van een
fotogeheugenkaart.
Tip: U kunt meer met uw HP PSC doen als u de HP Director voor
foto- en beeldbewerking (HP-dirigent) gebruikt, die automatisch op
uw computer is geïnstalleerd tijdens de eerste setup. De HP
Director (HP-dirigent) biedt u tips voor het oplossen van
problemen, productspecifieke Help en verbeterde functies voor het
kopiëren, faxen en scannen en het afdrukken van foto's. Als u
meer informatie wilt hebben over het gebruik van HP Director (HPdirigent), raadpleegt u De HP Director (HP-dirigent) gebruiken om
meer te doen met de HP PSC op pagina 6.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Overzicht van de HP PSC 2500 Series op pagina 2
•Overzicht van het bedieningspaneel op pagina 3
•Menuoverzicht op pagina 5
•De HP Director (HP-dirigent) gebruiken om meer te doen met de HP PSC op
pagina 6
Overzicht van de HP PSC
1
Hoofdstuk 1
Overzicht van de HP PSC 2500 Series
10
Overzicht van de HP PSC
1
2
3
11 12 1314
4
6789
5
NummerFunctie
1Klep
2Kleurenscherm
3Bedieningspaneel
4Geheugenkaartsleuven
5Toegangsklep voor de wagen met
antwoordapparaat
14Achterklep
15LED die brandt als er netwerkactiviteit is
16Ethernet-aansluiting
2
HP PSC 2500 Series
Overzicht van het bedieningspaneel
Overzicht van de HP PSC
Overzicht van de HP PSC
18
17
16
15
14
13
12
11
19
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Referentiehandleiding
KnopFunctie
1Kleurenscherm: hierop verschijnen menu's, foto's en berichten
2Annuleren: hiermee stopt u een taak, verlaat u een menu of
verlaat u de instellingen.
3Scannen: hiermee selecteert u de scanfunctie. Als het lampje van
deze knop brandt, is de scanfunctie geselecteerd.
4Pijl rechts: hiermee verhoogt u waarden of gaat u vooruit als u
foto's bekijkt op het kleurenscherm.
5Foto: hiermee selecteert u de fotofunctie. Als het lampje van deze
knop brandt, is de fotofunctie geselecteerd. Met deze knop drukt
u foto’s van een fotokaart af of slaat u foto’s op de computer op.
6Pijl omlaag: hiermee gaat u omlaag door de menuopties.
7Draaien: hiermee draait u de foto die op het kleurenscherm
wordt weergegeven, 90 graden. Telkens wanneer u op deze
knop drukt, wordt de foto 90 graden verder gedraaid.
3
Overzicht van de HP PSC
Hoofdstuk 1
KnopFunctie
8Voorbeeldvel: hiermee drukt u een voorbeeldvel af als er een
fotogeheugenkaart in een geheugenkaartsleuf is geplaatst. Op
een voorbeeldvel worden miniatuurweergaven van alle foto's op
de fotogeheugenkaart weergegeven. U kunt foto's op het
voorbeeldvel selecteren en deze foto's afdrukken door het
voorbeeldvel te scannen.
9Toetsenblok: hiermee voert u faxnummers, waarden of tekst in.
10Start, Zwart of Start, Kleur: hiermee start u een kopieer-, scan-,
fax- of afdruktaak (vanaf een fotogeheugenkaart) in zwart-wit of
kleur.
11E-mail: hiermee selecteert u een ontvanger (eerder
geconfigureerd in HP Instant Share) aan wie u de op het
kleurenscherm weergegeven foto wilt e-mailen.
12Diavoorstelling: hiermee geeft u alle foto's op de geplaatste
fotogeheugenkaart achterelkaar weer met tussenpozen van drie
seconden.
13Instellingen: hiermee opent u het menusysteem voor rapporten,
faxinstellingen en onderhoud.
14Faxen: hiermee selecteert u de faxfunctie. Als het lampje van
deze knop brandt, is de faxfunctie geselecteerd.
15Pijl links: hiermee verlaagt u waarden of gaat u achteruit als u
foto's bekijkt op het kleurenscherm.
16Kopiëren: hiermee selecteert u de kopieerfunctie. Als het lampje
van deze knop brandt, is de kopieerfunctie geselecteerd. Het
lampje van deze knop brandt standaard.
17Aan: hiermee schakelt u de HP PSC in of uit.
Waarschuwing! Als de HP PSC uit is, krijgt het apparaat
toch nog een minimale hoeveelheid stroom. Koppel het
netsnoer los als u de stroomvoorziening van de HP PSC
volledig wilt afsluiten.
18OK: hiermee selecteert u de menuoptie, instelling of waarde die
op het kleurenscherm verschijnt.
19Pijl omhoog: hiermee gaat u omhoog door de menuopties.
4
HP PSC 2500 Series
Menuoverzicht
In het volgende diagram krijgt u snel een overzicht van de menu's op het hoogste
niveau die op het kleurenscherm van de HP PSC verschijnen.
Overzicht van de HP PSC
Overzicht van de HP PSC
Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden instellen
Foto
1. Aantal exemplaren
2. Zonder rand
3. Afbeeldingsformaat
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Layout-stijl
7. Randen en kaders
8. Overbrengen naar computer
9. HP Instant Share
0. Nieuwe standaarden instellen
Scannen
1. HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking
2. HP Instant Share
3. Geheugenkaart
Opmerking: welke opties in dit
menu verschijnen is afhankelijk
van het aantal potentiële
scanbestemmingen op uw
computer.
Faxen
1. Resolutie
2. Lichter/Donkerder
3. Nieuwe standaarden instellen
Opmerking: als u op deze knop
drukt, worden alle foto's op de
fotogeheugenkaart achterelkaar
op het kleurenscherm
weergegeven.
Referentiehandleiding
Diavoorstelling
E-mail
Opmerking: door op deze knop
te drukken kunt u de foto die
momenteel wordt weergegeven,
uploaden naar de HP-galerie
voor foto- en beeldbewerking op
uw computer. U kunt de foto ook
per e-mail versturen nadat u het
juiste e-mailadres hebt
opgegeven.
5
Hoofdstuk 1
Draaien
Opmerking: als u op deze knop
drukt, wordt de foto die op
het kleurenscherm wordt
weergegeven, 90 graden
Overzicht van de HP PSC
gedraaid. Telkens wanneer u
drukt, wordt de foto 90 graden
verder gedraaid.
Instellingen
1. Rapport afdrukken
2. Snelkiesinstellingen
3. Basisfaxinstellingen
4. Geavanceerde
faxinstellingen
5. Tools
6. Netwerk
7. Vo or ke ure n
1. Voorbeeldvel afdrukken
2. Voorbeeldvel scannen
Voorbeeldvel
De HP Director (HP-dirigent) gebruiken om meer te doen met
de HP PSC
Als u de software van de HP PSC voor de eerste keer op de computer installeert,
wordt de HP Director (HP-dirigent) automatisch geïnstalleerd.
U kunt de functionaliteit van de HP PSC heel snel en gemakkelijk uitbreiden. Let
bij het doornemen van deze handleiding op kaders, zoals dit, want hierin vindt
u tips die betrekking hebben op het onderwerp dat u leest, en nuttige informatie
voor het uitvoeren van allerlei taken.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•De HP-dirigent openen voor Windows-gebruikers op pagina 6
•De HP Director openen voor Macintosh-gebruikers op pagina 8
De HP-dirigent openen voor Windows-gebruikers
1Voer een van de volgende handelingen uit:
– Dubbelklik op hetpictogram van HP-dirigent op het bureaublad.
– Klik op de taakbalk van Windows op Start, wijs naar Programma's of
Alle programma's (XP), wijs naar HP en kies HP-dirigent.
2Klik in het vak Apparaat selecteren om een lijst met geïnstalleerde HP-
apparaten weer te geven.
6
HP PSC 2500 Series
Overzicht van de HP PSC
3Selecteer de HP PSC 2500 Series.
In HP Director (HP-dirigent) worden alleen de pictogrammen weergegeven
die geschikt zijn voor het geselecteerde apparaat.
Opmerking: In de onderstaande afbeelding van de HP-dirigent worden
mogelijk andere pictogrammen weergegeven dan op uw computer. In de
HP-dirigent worden alleen pictogrammen weergegeven die verbonden zijn
met het geselecteerde HP-apparaat. Als het geselecteerde apparaat niet is
uitgerust met een bepaalde voorziening of functie, wordt het pictogram voor
die voorziening of functie ook niet in het venster van de HP-dirigent
weergegeven.
Tip: Als in de HP-dirigent op uw computer geen enkel pictogram
wordt weergegeven, is er mogelijk een probleem opgetreden
tijdens de installatie van de software. U kunt dit probleem oplossen
door in het Configuratiescherm van Windows op Software te
dubbelklikken en de HP-dirigent volledig te verwijderen.
Vervolgens installeert u de HP-dirigent opnieuw. Zie Problemen bij
het installeren van de software op pagina 242 voor meer
informatie.
1234
Overzicht van de HP PSC
5
67891011
12
Nummer Functie
1Status: hiermee kunt u de huidige status van de HP PSC
weergeven.
2Instellingen: hiermee kunt u de verschillende instellingen van
de HP PSC voor het afdrukken, scannen, kopiëren of faxen
weergeven en wijzigen.
3Apparaat selecteren: hiermee kunt u het gewenste apparaat
selecteren in de lijst met geïnstalleerde HP-apparaten.
4Help: hiermee krijgt u toegang tot de HP foto- en
beeldbewerking Help. Deze functie biedt hulp bij het gebruik
van de software, een productrondleiding die u kunt volgen,
informatie over het oplossen van problemen met de HP PSC en
productspecifieke hulp bij het werken met de HP PSC.
Referentiehandleiding
7
Overzicht van de HP PSC
Hoofdstuk 1
Nummer Functie
5Klik op deze pijl om een tweede rij knoppen weer te geven als
niet alle knoppen op de eerste rij kunnen worden
weergegeven.
6Afbeelding scannen: hiermee kunt u een afbeelding scannen
en deze in de HP-galerie voor foto- en beeldbewerking
weergeven.
7Document scannen: hiermee kunt u tekst scannen en deze tekst
in een tekstverwerkingsprogramma weergeven.
8Een fax versturen: hiermee opent u het dialoogvenster Fax
waarin u de juiste gegevens kunt invoeren en van waaruit u
vervolgens een faxbericht kunt verzenden.
9Kopieën maken: hiermee opent u het dialoogvenster Kopiëren
waarin u de kopieerkwaliteit, het aantal exemplaren, de kleur
en het formaat kunt selecteren waarna u de kopieertaak kunt
starten.
10HP-galerie: hiermee geeft u de HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking weer waarin u afbeeldingen kunt weergeven
en bewerken, foto's van diverse formaten kunt afdrukken, een
fotoalbum kunt maken en afdrukken, afbeeldingen kunt delen
met anderen via e-mail of op een website of waarin u een
multimediale cd kunt maken.
11Afbeeldingen overbrengen: hiermee kunt u afbeeldingen
overbengen van een fotogeheugenkaart.
12Klik op deze pijl om knopinfo weer te geven, waarmee de
verschillende opties van de HP-dirigent worden uitgelegd.
De HP Director openen voor Macintosh-gebruikers
Gebruik, afhankelijk van het Macintosh-besturingssysteem dat u gebruikt, een
van de volgende methoden om de HP Director te openen.
De HP Director (all-in-one) openen in Macintosh OS X
Als u Macintosh OS X gebruikt, wordt de HP Director automatisch gestart tijdens
het installeren van de HP-software voor foto- en beeldbewerking en wordt in het
dok het pictogram HP Director (All-in-One) voor uw apparaat aangemaakt. U
krijgt toegang tot de functies van het apparaat via het menu van de HP Director
dat is gekoppeld aan het pictogram HP Director (All-in-One).
Tip: Als u niet wilt dat de HP Director telkens automatisch wordt
gestart wanneer u uw Macintosh start, kunt u deze instelling in het
menu Instellingen van HP Director wijzigen.
Het menu van de HP Director weergeven:
8
HP PSC 2500 Series
Overzicht van de HP PSC
`Klik in het dok op het pictogram HP Director (All-in-One) voor uw
apparaat.
Het menu van de HP Director verschijnt, zoals in de afbeelding hierna
wordt getoond. In de bijbehorende tabel vindt u een korte uitleg van de
functies in het menu van de HP Director.
Opmerking: Als u meer dan één HP-apparaat installeert, wordt in het dok
een HP Director-pictogram voor elk apparaat weergegeven. Als u
bijvoorbeeld een HP-scanner en een HP PSC hebt geïnstalleerd, verschijnen
er twee HP Director-pictogrammen in het dok: één voor elk apparaat. Als u
echter twee dezelfde soort apparaten hebt geïnstalleerd (bijvoorbeeld twee
HP PSC-apparaten), verschijnt in het dok slechts één HP Director-pictogram,
dat alle apparaten van dezelfde soort vertegenwoordigt.
1
2
3
4
5
6
7
Overzicht van de HP PSC
8
9
10
Nummer Functie
1Afbeeldingen ontladen: hiermee kunt u afbeeldingen
downloaden van een fotogeheugenkaart.
2Afbeelding scannen: hiermee kunt u een afbeelding scannen
en deze in de HP-galerie voor foto- en beeldbewerking
weergegeven.
3Document scannen: hiermee kunt u tekst scannen en deze tekst
in een tekstverwerkingsprogramma weergeven.
4Kopieën maken: hiermee kunt u een kopie maken in zwart-wit
of kleur.
5Fax verzenden: hiermee opent u het faxdialoogvenster waarin
u de juiste gegevens kunt invoeren en van waaruit u vervolgens
een faxbericht kunt verzenden.
6HP-galerie: hiermee opent u de HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking waarin u afbeeldingen kunt bekijken en
bewerken.
Referentiehandleiding
9
Overzicht van de HP PSC
Hoofdstuk 1
Nummer Functie
7Meer toepassingen: hiermee kunt u andere toepassingen op
de computer selecteren.
8HP op het web: hiermee kunt u een HP-website selecteren.
9Help voor HP: hiermee selecteert u een informatiebron als u
hulp nodig hebt bij het werken met de HP PSC.
10Instellingen: hiermee kunt u apparaatinstellingen wijzigen.
Open de HP Director voor foto- en beeldbewerking met Macintosh OS 9
In Macintosh OS 9 wordt de HP Director voor foto- en beeldbewerking
automatisch gestart tijdens de installatie van de HP-software voor foto- en
beeldbewerking. Hierbij verschijnt het pictogram HP Director voor foto- en
beeldbewerkingals een alias op het bureaublad.Gebruik een van de volgende
methoden om de HP Director voor foto- en beeldbewerking te starten:
`Dubbelklik op het pictogram van de HP Director voor foto- en
beeldbewerking op het bureaublad.
`Dubbelklik op HP Director voor foto- en beeldbewerking in de map
Applicaties:Hewlett-Packard:HP-software voor foto- en beeldbewerking:HP
Director voor foto- en beeldbewerking.
In de HP Director voor foto- en beeldbewerking worden alleen pictogrammen
weergegeven die behoren tot het geselecteerde apparaat. Raadpleeg de bij de
software geleverde HP foto- en beeldbewerking Help op het scherm.
In de volgende afbeelding worden enkele functies weergegeven die beschikbaar
zijn via de HP Director voor foto- en beeldbewerking voor Macintosh OS 9.
Raadpleeg de legenda voor een korte uitleg van elke functie.
Opmerking: Het venster van de HP Director voor foto- en beeldbewerking
dat hierna wordt weergegeven, komt mogelijk niet helemaal overeen met
het venster dat op uw computer wordt weergegeven. De HP Director voor
foto- en beeldbewerking wordt aangepast op basis van het HP-apparaat dat
is geselecteerd. Als uw apparaat niet is uitgerust met een bepaalde functie,
wordt het pictogram voor deze functie ook niet in het venster van de HP
Director voor foto- en beeldbewerkingr op de computer weergegeven. Voor
sommige HP-apparaten kunnen extra pictogrammen worden weergegeven,
die niet in de afbeelding worden getoond.
10
HP PSC 2500 Series
Overzicht van de HP PSC
54687123
Nummer Functie
1Afbeeldingen ontladen: hiermee kunt u afbeeldingen
downloaden van een fotogeheugenkaart.
2Apparaat selecteren: in deze vervolgkeuzelijst kunt u het HP-
apparaat selecteren dat u wilt gebruiken.
3Afbeelding scannen: hiermee kunt u een afbeelding scannen en
deze in de HP-galerie voor foto- en beeldbewerking
weergegeven.
4Document scannen: hiermee kunt u tekst scannen en deze tekst
in een tekstverwerkingsprogramma weergeven.
5Kopieën maken: hiermee kunt u een kopie maken in zwart-wit
of kleur.
Overzicht van de HP PSC
6Fax verzenden: hiermee opent u het faxdialoogvenster waarin
u de juiste gegevens kunt invoeren en van waaruit u vervolgens
een faxbericht kunt verzenden.
7Instellingen: via deze vervolgkeuzelijst krijgt u toegang tot de
apparaatinstellingen.
8HP-galerie: hiermee opent u de HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking waarin u afbeeldingen kunt bekijken en
bewerken.
Referentiehandleiding
11
Overzicht van de HP PSC
Hoofdstuk 1
12
HP PSC 2500 Series
2
Originelen en papier laden
U kunt papier van allerlei soorten en formaten in de HP PSC laden, zoals
fotopapier, transparanten, banierpapier en enveloppen. U kunt ook de
instellingen voor papiersoorten en papierformaten wijzigen, zodat u met de
HP PSC kopieën kunt maken van de beste kwaliteit.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Een origineel plaatsen op pagina 13
•Papier laden op pagina 15
•Enveloppen laden op pagina 17
•Fotopapier van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) laden op pagina 17
•Briefkaarten of Hagaki-kaarten laden op pagina 18
•Aanbevolen papiersoorten op pagina 19
•Andere papiersoorten in de invoerlade plaatsen op pagina 19
•De papiersoort instellen op pagina 20
•Het papierformaat instellen op pagina 21
•Voorkomen dat papier vastloopt op pagina 22
Originelen en papier laden
Een origineel plaatsen
In de volgende procedure wordt beschreven hoe u het papier op de glasplaat
moet leggen.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Tip: Raadpleeg het diagram in de rechterbenedenhoek van de
HP PSC voor meer aanwijzingen voor het plaatsen van een
origineel.
13
Originelen en papier laden
Hoofdstuk 2
Bovenrand
van origineel
2Druk op het bedieningspaneel op Kopiëren, Scannen of Faxen om de optie
te selecteren die u wilt uitvoeren.
3Druk op Start, Zwart of Start, Kleur op het bedieningspaneel om de taak te
starten.
Opmerking: Vele opties voor Verkleinen/Vergroten , zoals Aan pagina
aanpassen of Poster functioneren niet goed als de glasplaat of de
binnenkant van de klep niet schoon is. Zie De glasplaat reinigen op
pagina 105 of De binnenkant van de klep reinigen op pagina 106 voor
meer informatie.
Tip: Zeer grote originelen kunt u kopiëren of scannen door de
klep van de HP PSC helemaal te verwijderen. U verwijdert de klep
van de HP PSC 2500 Series door de klep te openen en het lipje
onder aan de klep omhoog te trekken. Trek het snoer dat aan de
klep is bevestigd, los uit de aansluiting aan de achterzijde van het
apparaat. De HP PSC werkt normaal als de klep is verwijderd en
het snoer is losgetrokken.
Plaats de klep terug door de lipjes op het scharnier in de overeenkomstige
sleuf te steken en plaats het snoer weer in de aansluiting aan de
achterzijde van het apparaat.
14
HP PSC 2500 Series
Papier laden
In dit deel wordt de basisprocedure beschreven voor het laden van papier in de
HP PSC. Bij het laden van bepaalde soorten papier, transparanten, briefkaarten
en enveloppen zijn er specifieke zaken waarmee u rekening moet houden.
Raadpleeg nadat u deze procedure hebt doorgelezen de gedeelten Andere
papiersoorten in de invoerlade plaatsen op pagina 19, Fotopapier van
10 x 15 cm (4 x 6 inch) laden op pagina 17, Enveloppen laden op pagina 17
en Briefkaarten of Hagaki-kaarten laden op pagina 18.
Voor het beste resultaat is het belangrijk de papierinstelling aan te passen telkens
wanneer u papier van een ander formaat laadt. Zie Het papierformaat instellen
op pagina 21 voor meer informatie.
De invoerlade vullen
1Haal de uitvoerlade uit het apparaat en schuif de papierbreedtegeleider
Originelen en papier laden
Originelen en papier laden
Tip: Door alle afdrukmaterialen plat in een afsluitbare verpakking
te bewaren, vermindert u de kans op scheuren, vouwen en
gekrulde of omgevouwen randen. Als het afdrukmateriaal niet op
de juiste manier wordt bewaard, kan het materiaal door grote
schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid gaan
omkrullen waardoor het niet goed meer kan worden verwerkt door
de HP PSC.
en de papierlengtegeleider helemaal uit.
2Maak een rechte stapel papier door met de stapel op een vlak oppervlak
3Schuif het papier in de invoerlade met de korte zijde naar voren en met de
Referentiehandleiding
te kloppen en controleer of al het papier in de stapel van hetzelfde formaat
en dezelfde soort is.
zijde waarop moet worden afgedrukt, naar beneden totdat het papier niet
verder kan. Als u briefhoofdpapier gebruikt, schuift u dit in de lade met het
briefhoofd eerst en de bedrukte zijde omlaag.
15
Originelen en papier laden
Hoofdstuk 2
4Verschuif de papierbreedtegeleider en de papierlengtegeleider tot deze
de randen van het papier raken. De stapel papier moet plat in de lade
liggen en mag niet hoger zijn dan de papierlengtegeleider.
5Plaats de uitvoerlade terug.
6Schuif het verlengstuk van de uitvoerlade uit, om te voorkomen dat
afgedrukt papier uit de uitvoerlade valt.
16
HP PSC 2500 Series
Enveloppen laden
In dit deel wordt de basisprocedure beschreven voor het laden van enveloppen
in de HP PSC. Gebruik geen glanzende of gebosseleerde enveloppen of
enveloppen met klemmetjes of vensters.
Opmerking: Raadpleeg de Help-functie van uw tekstverwerkingssoftware
voor informatie over het opmaken van tekst voor afdrukken op enveloppen.
1Verwijder al het papier uit de invoerlade voordat u een of meer
enveloppen laadt.
2Plaats een of meer enveloppen in de invoerlade met de klep naar boven en
aan de linkerkant. Schuif de stapel enveloppen naar voren totdat de stapel
niet verder kan.
3Schuif de lengte- en breedtegeleiders voor het papier naar binnen totdat
ze de stapel enveloppen raken.
Maak de invoerlade niet te vol: de stapel enveloppen moet in de
invoerlade passen en mag niet hoger zijn dan de bovenkant van de
papierlengtegeleider.
Originelen en papier laden
Originelen en papier laden
Fotopapier van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) laden
Hierna wordt de procedure beschreven voor het laden van fotopapier van
10 x 15 cm (4 x 6 inch) in de HP PSC.
Opmerking: Het beste resultaat verkrijgt u met een van de aanbevolen
soorten fotopapier van 10 x 15 cm (4 x 6 inch). Zie Aanbevolen
papiersoorten op pagina 19 voor meer informatie. Bovendien is het voor
het beste resultaat belangrijk de papiersoort en het papierformaat in te
stellen voordat u begint met afdrukken. Zie De papiersoort instellen op
pagina 20 of Het papierformaat instellen op pagina 21 voor meer
informatie.
Tip: Door alle afdrukmaterialen plat in een afsluitbare verpakking
te bewaren, vermindert u de kans op scheuren, vouwen en
gekrulde of omgevouwen randen. Als het afdrukmateriaal niet op
de juiste manier wordt bewaard, kan het materiaal door grote
schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid gaan
omkrullen waardoor het niet goed meer kan worden verwerkt door
de HP PSC.
1Haal de uitvoerlade uit het apparaat.
2Haal al het papier uit de invoerlade.
Referentiehandleiding
17
Originelen en papier laden
Hoofdstuk 2
Opmerking: Als het fotopapier dat u gebruikt geperforeerde lipjes heeft,
laadt u het fotopapier zo dat de lipjes naar u toe liggen.
3Schuif de stapel fotopapier (met de korte kant naar voren en de glanzende
zijde naar beneden) helemaal naar voren naar de rechterachterzijde van
de invoerlade totdat de stapel niet verder kan.
Tip: Raadpleeg het diagram op de invoerlade van de HP PSC
voor verdere aanwijzingen voor het laden van fotopapier van
10 x 15 cm (4 x 6 inch).
4Schuif de lengte- en breedtegeleiders voor het papier naar binnen totdat
ze de stapel fotopapier raken. Zorg ervoor dat het papier plat ligt. Maak
de invoerlade niet te vol: de stapel fotopapier moet in de invoerlade
passen en mag niet hoger zijn dan de bovenkant van de
papierlengtegeleider.
5Plaats de uitvoerlade terug.
Briefkaarten of Hagaki-kaarten laden
Hierna wordt de procedure beschreven voor het laden van briefkaarten of
Hagaki-kaarten in de HP PSC.
1Haal de uitvoerlade uit het apparaat.
2Haal al het papier uit de invoerlade en schuif een stapel kaarten naar
voren in de lade totdat de stapel niet verder kan.
Zorg ervoor dat de afdrukzijde naar beneden is gekeerd.
3Schuif de lengte- en breedtegeleiders voor het papier naar binnen totdat
deze de stapel kaarten raken.
Let erop dat de kaarten goed in de lade passen (maak de lade niet te vol).
4Plaats de uitvoerlade terug.
18
HP PSC 2500 Series
Aanbevolen papiersoorten
Voor een optimale kwaliteit adviseren wij u HP-papier. Als u papier gebruikt dat
te dun is of een glad oppervlak heeft, of papier dat gemakkelijk uitrekt, kan dit
leiden tot papierstoringen. Het gebruik van zwaar papier of papier dat geen inkt
opneemt, kan resulteren in vlekkerige, doorgelopen of onvolledige afbeeldingen.
Ga voor meer informatie over HP Premium Inkjet papier naar de HP-website:
www.hp.com/support
Originelen en papier laden
Andere papiersoorten in de invoerlade plaatsen
In de volgende tabel vindt u richtlijnen voor het laden van bepaalde papier- en
transparantsoorten. Voor het beste resultaat is het belangrijk de papierinstelling
aan te passen telkens wanneer u papier van een ander formaat laadt.
Zie Het papierformaat instellen op pagina 21 voor meer informatie.
PapierTips
HP-papier
Etiketten
(werkt alleen met de
afdrukfuncties)
• HP Premium papier: op de kant van het papier die niet wordt
bedrukt, ziet u een grijze pijl. Laad het papier met deze kant naar
boven.
• HP Premium Inkjet transparanten: laad de transparanten zodanig
dat de witte transparantstrip, met de pijlen en het HP logo,
bovenop ligt en naar de printer is toegekeerd.
• HP T-shirt transfers: zorg ervoor dat het transfer-vel
(opstrijkpatroon) volkomen vlak is voordat u het vel gebruikt.
Gebruik geen gekrulde vellen. (U voorkomt omkrullen door de
transfer-vellen verzegeld in de oorspronkelijke verpakking te
bewaren tot het moment dat u de vellen gaat gebruiken.) Voer de
vellen één voor één handmatig in met de niet-bedrukte zijde naar
beneden, dus met de blauwe strepen naar boven gericht.
• HP Matte wenskaarten, HP Glanzende wenskaarten of
HP Wenskaarten met reliëf: plaats een kleine stapel
HP wenskaartenpapier met de afdrukzijde naar beneden in de
invoerlade totdat de stapel niet verder kan.
• Gebruik altijd etikettenvellen van A4- of Letter-formaat die geschikt
zijn voor gebruik met HP Inkjet producten (bijvoorbeeld Avery
Inkjet etiketten). De etikettenvellen mogen niet meer dan twee jaar
oud zijn.
• Maak een waaier van de stapel etikettenvellen om te controleren
of er geen vellen aan elkaar plakken.
• Plaats een stapel etikettenvellen boven op een stapel gewoon
papier in de papierlade, met de afdrukzijde naar beneden. Voer
etikettenvellen nooit vel voor vel in.
Originelen en papier laden
Referentiehandleiding
19
Hoofdstuk 2
PapierTips
Banierpapier
(kettingpapier)
(werkt alleen met de
afdrukfuncties)
Originelen en papier laden
Banierpapier wordt ook computer- of kettingpapier genoemd.
• Voordat u banierpapier laadt, haalt u al het papier uit de
invoerlade en haalt u vervolgens de uitvoerlade uit het apparaat.
De uitvoerlade van de HP PSC mag tijdens het afdrukken op
banierpapier niet in het apparaat blijven zitten omdat anders het
banierpapier scheurt.
Haal de
uitvoerlade uit het
apparaat.
Plaats het vrije
uiteinde van het
papier in de
papierlade.
• Als u banierpapier gebruikt dat niet van HP is, gebruik dan
papier van 75 g/m2 en waaier het papier uit voordat u het in de
lade plaatst.
• Zorg ervoor dat de stapel banierpapier minstens vijf pagina's
bevat.
• Scheur de geperforeerde randen voorzichtig van het papier en
vouw het papier opnieuw als een harmonica op waarbij u
controleert of de pagina's niet aan elkaar vast komen te zitten.
• Plaats het papier zo in de papierlade, dat het vrije uiteinde zich
boven op de stapel bevindt. Schuif het vrije uiteinde zo ver
mogelijk in de invoerlade (zie de vorige afbeelding).
De papiersoort instellen
Hierna wordt de procedure beschreven voor het instellen van de papiersoort in
de menu's Kopiëren en Foto. Selecteer bij Papiersoort de instelling die
overeenkomt met het papier of de transparanten die u gebruikt.
Opmerking: Als u via de computer afdrukt, stelt u de papiersoort in via het
dialoogvenster Afdrukken van het programma dat u gebruikt.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•De papiersoort instellen in het menu Kopiëren op pagina 20
•De papiersoort instellen in het menu Foto op pagina 20
De papiersoort instellen in het menu Kopiëren
1Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 5.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteer u Papiersoort.
2Druk op om een papiersoortinstelling te markeren en druk op OK.
De papiersoort instellen in het menu Foto
1Druk tweemaal op Foto en druk vervolgens op 5.
Hiermee geeft u het Menu Foto weer en selecteert u Papiersoort.
2Druk op om een papiersoortinstelling te markeren en druk op OK.
20
HP PSC 2500 Series
Het papierformaat instellen
Hierna wordt de procedure beschreven voor het instellen van het papierformaat
in de menu's Kopiëren, Foto en Faxen . Selecteer bij Papierformaat de instelling
die overeenkomt met het papier dat u gebruikt of de transparanten die u
gebruikt.
Opmerking: Als u via de computer afdrukt, stelt u het papierformaat in via
het dialoogvenster Afdrukken van het programma dat u gebruikt.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Het papierformaat instellen in het menu Kopiëren op pagina 21
•Het papierformaat instellen in het menu Foto op pagina 21
•Het papierformaat instellen voor het ontvangen van faxberichten op
pagina 21
Het papierformaat instellen in het menu Kopiëren
1Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 4.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Papierformaat.
2Druk op om een papierformaatinstelling te markeren en druk op OK.
Het papierformaat instellen in het menu Foto
1Druk tweemaal op Foto en druk vervolgens op 4.
Hiermee geeft u het Menu Foto weer en selecteert u Papierformaat.
2Druk op om een papierformaatinstelling te markeren en druk op OK.
Originelen en papier laden
Originelen en papier laden
Het papierformaat instellen voor het ontvangen van faxberichten
U kunt het papierformaat selecteren voor het ontvangen van faxberichten. Het
geselecteerde papierformaat moet overeenkomen met het formaat van het
papier in de invoerlade. Faxberichten kunnen alleen worden afgedrukt op
papier van het formaat Letter, A4 of Legal.
Opmerking: Als zich papier van een onjuist formaat in de invoerlade
bevindt op het moment dat er een faxbericht binnenkomt, wordt het bericht
niet afgedrukt. Laad papier van het formaat Letter, A4 of Legal en druk op
OK om het faxbericht af te drukken.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en vervolgens op 4.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Papierformaat.
3Druk op om een optie te markeren en druk op OK.
Referentiehandleiding
21
Hoofdstuk 2
Voorkomen dat papier vastloopt
Om te voorkomen dat het papier in het apparaat vastloopt moet u zich aan de
volgende richtlijnen houden:
•Zorg ervoor dat papier niet krult of kreukt, door afdrukmaterialen plat in
een hersluitbare verpakking te bewaren.
•Verwijder regelmatig afdrukken uit de uitvoerlade.
•Zorg dat het afdrukmateriaal plat in de invoerlade ligt en dat de randen
niet omgevouwen of gescheurd zijn.
•Leg geen papier van verschillende soorten en formaten tegelijk in de
invoerlade; al het papier in de invoerlade moet van dezelfde soort en
hetzelfde formaat zijn.
•Verschuif de papiergeleiders in de invoerlade totdat deze het
afdrukmateriaal net raken. Zorg ervoor dat de papiergeleiders niet te ver
naar binnen worden geschoven waardoor het materiaal in de invoerlade
gaat opbollen.
•Duw het materiaal niet met kracht te ver in de invoerlade.
Originelen en papier laden
•Gebruik papiersoorten die worden aanbevolen voor de HP PSC.
22
HP PSC 2500 Series
3
Een geheugenkaart gebruiken
De HP PSC kan gegevens verwerken van geheugenkaarten van vrijwel elke
digitale camera, wat u de mogelijkheid biedt om uw digitale foto's op allerlei
manieren af te drukken, op te slaan, te beheren en te delen.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Wat is een geheugenkaart? op pagina 23
•Een geheugenkaart plaatsen en bestanden op de computer opslaan op
pagina 24
•Foto's afdrukken vanaf een voorbeeldvel op pagina 26
•Afdrukopties voor foto's instellen op pagina 29
•Foto's rechtstreeks vanaf een geheugenkaart afdrukken op pagina 32
•Foto's in een diavoorstelling weergeven op pagina 35
•Digitale foto's delen via HP Instant Share op pagina 35
•De HP-galerie voor foto- en beeldbewerking gebruiken op pagina 37
Wat is een geheugenkaart?
Als u een digitale camera hebt waarin de foto's worden opgeslagen op een
geheugenkaart, kunt u deze kaart in de HP PSC plaatsen om de foto's af te
drukken of op te slaan.
U kunt een voorbeeldvel afdrukken van diverse pagina’s lang waarop de
miniatuurweergaven worden weergegeven van de foto’s die op de
geheugenkaart zijn opgeslagen. U kunt de foto's vervolgens vanaf de
geheugenkaart afdrukken, zelfs als de HP PSC niet op een computer is
aangesloten.
De HP PSC kan de gegevens lezen van de volgende geheugenkaarten:
CompactFlash I, II, Memory Sticks, MultiMediaCard (MMC), Secure Digital,
SmartMedia en xD.
Opmerking: U kunt een document scannen en de gescande afbeelding
verzenden naar de geheugenkaart die in de printer is geplaatst. Zie De scan
verzenden naar een geheugenkaart die is geladen in de HP PSC op
pagina 62 voor meer informatie.
De HP PSC is uitgerust met vier sleuven voor geheugenkaarten. In de volgende
afbeelding worden deze sleuven weergegeven en ziet u de verschillende kaarten
die in elke sleuf passen.
Duo (met een door de gebruiker aan te schaffen adapter), Memory Stick
Pro
Waarschuwing! Windows XP formatteert een geheugenkaart van 8 MB of
minder en van 64 MB of meer in de FAT32-indeling. Digitale camera's en
andere apparaten gebruiken de FAT-indeling (FAT16 of FAT12) en kunnen
niet werken met een kaart die in de FAT32-indeling is geformatteerd.
Formatteer de geheugenkaart daarom in uw camera of selecteer de FATindeling als u de geheugenkaart op een computer met Windows XP
formatteert.
Een geheugenkaart plaatsen en bestanden op de computer
opslaan
Let op! De HP PSC geeft computers in het netwerk toegang tot de
inhoud van geheugenkaarten. De inhoud van de kaart verschijnt
als een apart station op uw bureaublad, zodat u gemakkelijk
foto's kunt weergeven, bewerken, afdrukken en e-mailen vanaf de
HP PSC of uw bureaublad. Als u een draadloos netwerk gebruikt
waarin WEP niet is ingeschakeld, kan iedereen binnen het
draadloze bereik die uw netwerknaam en de netwerk-ID van de
HP PSC kent, toegang krijgen tot de inhoud van de
geheugenkaart, als deze in de HP PSC is geplaatst. U kunt de
privacy van gegevens op uw geheugenkaarten vergroten door een
WEP-sleutel te maken in het draadloze netwerk en door de
geheugenkaart uit de HP PSC te halen als deze niet wordt
gebruikt.
24
HP PSC 2500 Series
Een geheugenkaart gebruiken
Nadat u foto's hebt gemaakt met uw digitale camera, kunt u ze direct afdrukken
of opslaan op de computer.
Opmerking: U kunt maar één geheugenkaart tegelijk gebruiken in de
HP PSC.
1Plaats de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC.
Als de geheugenkaart op de juiste manier is geplaatst, begint het lampje
van de knop Foto op het bedieningspaneel te knipperen.
Als u een geheugenkaart achterstevoren plaatst, knippert de LED naast de
kaartsleuven geel en wordt op het kleurenbeeldscherm een foutbericht
weergegeven, zoals “Kaart zit achterstevoren” of “Kaart niet volledig
geplaatst”.
2Bezig met kaart lezen... wordt op het kleurenbeeldscherm weergegeven.
De LED naast de kaartsleuven knippert groen als de gegevens op de kaart
worden gelezen.
Waarschuwing! Probeer nooit een geheugenkaart te verwijderen als de
kaart wordt gelezen. Als u dat toch doet, kan de kaart beschadigd raken.
U kunt een geheugenkaart alleen veilig verwijderen als de LED naast de
sleuven brandt en niet knippert.
3Als er fotobestanden op de kaart aanwezig zijn die nog niet eerder zijn
overgebracht naar de computer, wordt op de computer een berichtvenster
weergegeven waarin wordt gevraagd of u de fotobestanden op de
computer wilt opslaan.
4Klik op de optie om de bestanden op te slaan.
Op deze manier slaat u alle nieuwe foto's van de geheugenkaart op de
computer op met de software van de HP PSC.
Opmerking: U kunt ook het bedieningspaneel gebruiken om bestanden op
de geheugenkaart over te brengen naar een aangesloten computer. Druk
op Foto en vervolgens op 8 om de optie Overbrengen naar computer te
kiezen. Volg de aanwijzingen op de computer. Bovendien wordt de
geheugenkaart als een station op de computer weergegeven. U kunt de
fotobestanden op de computer heel eenvoudig van het
“geheugenkaartstation” naar het bureaublad van de computer verplaatsen.
Met de HP PSC 2500 Series kunt u deze methode ook gebruiken om
bestanden op te slaan op andere computers in het netwerk.
Voor Windows: bestanden worden standaard opgeslagen in mappen met
de naam van de maand en het jaar waarin de foto's zijn gemaakt. De
mappen worden gemaakt in de map C:\Documents and
Settings\gebruikersnaam\Mijn documenten\Mijn afbeeldingen in
Windows XP en Windows 2000.
Voor Macintosh: bestanden worden standaard op de computer
opgeslagen in de map Harde schijf:Documenten:HP All-in-One
gegevens:Foto's (OS 9) of de map Harde
schijf:Gebruikers:Gebruikersnaam:Foto's:HP foto's (OS X).
Als er geen nieuwe bestanden worden aangetroffen, als de HP PSC klaar
is met het lezen van de kaart, stopt het lampje van de knop Foto met
knipperen en blijft het ononderbroken branden. De LED naast de
kaartsleuven blijft branden. De eerste foto op de kaart verschijnt op het
kleurenbeeldscherm.
Geheugenkaart
Referentiehandleiding
25
Hoofdstuk 3
Als u de foto's op de geheugenkaart wilt doorlopen, drukt u op of
om één foto vooruit of achteruit te gaan. Houd of ingedrukt om snel
vooruit of achteruit door de foto's te bladeren.
Is de vaste schijf vol? Als uw computer is uitgerust met een interne of externe cdbrander, kunt u grote verzamelingen digitale foto's aanleggen op cd's met
behulp van de functie Geheugenschijf die beschikbaar is in de HP Director voor
foto- en beeldbewerking (HP-dirigent). Start de HP Director (HP-dirigent) en klik
op HP-galerie. Klik op het tabblad Cd maken als u foto's wilt verzamelen,
ordenen en catalogiseren op cd's.
Foto's afdrukken vanaf een voorbeeldvel
Met een voorbeeldvel kunt u heel eenvoudig foto's selecteren en rechtstreeks
vanaf een fotokaart afdrukken zonder dat u daarvoor een computer nodig hebt.
Op een voorbeeldvel, dat meerdere pagina's lang kan zijn, worden
miniatuurweergaven weergegeven van de foto's die op de geheugenkaart zijn
opgeslagen. Onder elke miniatuur worden de bestandsnaam, het indexnummer
en de datum van de foto weergegeven. Met een voorbeeldvel kunt u ook heel
snel een gedrukte catalogus van uw verzameling digitale foto's maken.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Een voorbeeldvel afdrukken op pagina 27
•Het voorbeeldvel invullen op pagina 27
•Foto's afdrukken door een voorbeeldvel te scannen op pagina 28
•Een video afdrukken door een voorbeeldvel te scannen op pagina 29
Geheugenkaart
Tip: U kunt met een foto-inktpatroon foto’s op de HP PSC met een
betere kwaliteit afdrukken. Haal de zwarte-inktpatroon uit het
apparaat en plaats een foto-inktpatroon. Met de
driekleureninktpatroon en een foto-inktpatroon hebt u een
afdruksysteem met zes inkten waarmee u foto’s met een betere
kwaliteit kunt afdrukken. Als u gewone tekstdocumenten wilt
afdrukken, plaatst u de zwarte-inktpatroon weer terug.
Zie Benodigdheden bestellen op pagina 103 voor meer informatie.
26
Wilt u meer doen dan alleen foto's afdrukken? U kunt digitale foto's verbeteren
voordat u ze afdrukt met behulp van de Afbeeldingseditor van HP die
beschikbaar is via de HP Director (HP-dirigent). Start de HP Director (HP-dirigent)
en klik op HP-galerie. Selecteer de foto die u wilt bewerken en klik op
Afbeeldingseditor in het bovenste deelvenster. Voeg tekst of speciale effecten toe
aan de foto, verbeter een foto van slechte kwaliteit of verwijder rode ogen.
Macintosh-gebruikers hoeven alleen maar te dubbelklikken op een afbeelding
in de HP-galerie om de afbeelding voor bewerking te openen in een
afbeeldingsvenster.
HP PSC 2500 Series
Een voorbeeldvel afdrukken
1Plaats de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC.
2Druk op Voorbeeldvel en druk vervolgens op 1.
Hiermee geeft u het menu Voorbeeldvel weer en selecteert u Voorbeeldvel
afdrukken.
Opmerking: Hoe lang het afdrukken van een voorbeeldvel duurt, is
afhankelijk van het aantal foto's op de geheugenkaart.
3Als er meer dan 20 foto's op de kaart aanwezig zijn, wordt het menu
Foto's selecteren weergegeven. Druk op het nummer naast de opdracht die
u wilt selecteren:
– 1. Alle
–2. Laatste 20
– 3. Aangepaste reeks
Opmerking: Gebruik de indexnummers van het voorbeeldvel om de foto's
op te geven die moeten worden afgedrukt als aangepaste reeks. Deze
nummers kunnen verschillen van de nummers die aan de foto's zijn
gekoppeld in de digitale camera. Als u foto's toevoegt aan de
geheugenkaart of foto's van de kaart verwijdert, moet u het voorbeeldvel
opnieuw afdrukken om de nieuwe indexnummers weer te geven.
4Als u Aangepaste reeks kiest, voert u de indexnummers in van de eerste en
de laatste foto van de reeks, als u daarom wordt gevraagd.
Opmerking: U kunt indexnummers wissen door op te drukken.
Een geheugenkaart gebruiken
Geheugenkaart
Het voorbeeldvel invullen
Nadat u een voorbeeldvel hebt afgedrukt, zoals wordt beschreven in
Een voorbeeldvel afdrukken op pagina 27, kunt u de foto’s selecteren die u wilt
afdrukken.
Referentiehandleiding
27
Hoofdstuk 3
1Selecteer de foto's die moeten worden afgedrukt door met een zwarte pen
of een potlood de rondjes onder de miniatuurweergaven van de gewenste
foto's op het voorbeeldvel zwart te maken.
2Selecteer één lay-out door bij stap 2 op het voorbeeldvel een rondje zwart
te maken.
Opmerking: Als u meer afdrukinstellingen wilt configureren dan er op het
voorbeeldvel beschikbaar zijn, kunt u de foto's rechtstreeks vanaf het
bedieningspaneel afdrukken. Zie Foto's rechtstreeks vanaf een
geheugenkaart afdrukken op pagina 32.
3Plaats het voorbeeldvel met de voorzijde naar beneden in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat van de scanner, zodat het vel de
rechter- en benedenrand raakt, en sluit de klep.
Geheugenkaart
Foto's afdrukken door een voorbeeldvel te scannen
Tip: Controleer of de glasplaat van de HP PSC helemaal schoon
is. Als dat niet het geval is, wordt het voorbeeldvel mogelijk niet
goed gescand. Zie De glasplaat reinigen op pagina 105 voor
instructies.
1Plaats geschikt papier, zoals fotopapier, in de invoerlade. Zorg ervoor dat
de geheugenkaart die u hebt gebruikt om het voorbeeldvel af te drukken,
nog steeds in de sleuf zit als u het voorbeeldvel scant.
2Druk op Voorbeeldvel en druk vervolgens op 2.
Hiermee geeft u het menu Voorbeeldvel weer en selecteert u Voorbeeldvel
scannen.
De HP PSC scant het voorbeeldvel en drukt de geselecteerde foto's af.
28
HP PSC 2500 Series
Een video afdrukken door een voorbeeldvel te scannen
De HP PSC detecteert filmbestanden die zijn opgeslagen op een geïnstalleerde
geheugenkaart en biedt de optie Video afdrukken, waarmee u een van de
negen frames uit het filmbestand kunt afdrukken. Een van de negen frames wordt
op een voorbeeldvel weergegeven met een speciaal symbool dat aangeeft dat
het frame een serie van negen frames uit één filmbestand vertegenwoordigt.
1Zorg ervoor dat u de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC
plaatst.
2Vul op het voorbeeldvel de cirkel onder de miniatuur van de Video
afdrukken-afbeelding.
3Druk op Voorbeeldvel en druk vervolgens op 2.
Hiermee geeft u het menu Voorbeeldvel weer en selecteert u Voorbeeldvel
scannen.
De HP PSC scant het voorbeeldvel en drukt de hele set met negen frames
op één pagina af.
U kunt ook de HP-galerie voor foto- en beeldbewerking gebruiken om een Video
afdrukken-afbeelding af te drukken met opties zoals frames en bewerkbare titels
en met meer controle over de afdrukkwaliteit.
Een geheugenkaart gebruiken
Afdrukopties voor foto's instellen
U kunt de vele opties voor het afdrukken van foto's die beschikbaar zijn op de
HP PSC, rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel instellen, zoals papiersoort,
papierformaat, lay-out enzovoort.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Afdrukopties in het menu Foto wijzigen op pagina 31
•Nieuwe standaardinstellingen voor het afdrukken van foto's vastleggen op
pagina 32
U kunt de afdrukopties voor foto's instellen via het menu Foto dat beschikbaar is
via het bedieningspaneel.
1Zorg ervoor dat u de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC
plaatst.
2Druk op Foto. Het menu Foto wordt weergegeven.
Geheugenkaart
Referentiehandleiding
29
Hoofdstuk 3
Menu Foto
1. Aantal exemplaren
2. Zonder rand
3. Afbeeldingsformaat
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Layout-stijl
7. Randen en kaders
8. Overbrengen naar
computer
9. HP Instant Share
0. Nieuwe standaarden
instellen
3Druk op het nummer naast de optie die u wilt wijzigen.
Vanuit het menu Foto hebt u toegang tot een scala aan instellingen
waarmee u kunt bepalen hoe digitale foto's precies worden afgedrukt,
zoals in de volgende afbeelding wordt getoond. U kunt bijvoorbeeld het
aantal exemplaren opgeven, papiersoorten selecteren enzovoort. Welke
maateenheden als standaardeenheden worden gebruikt is afhankelijk van
de landinstellingen.
Aantal
exemplaren
Exemplaren: 1 >
Zonder rand
1. Uit
2. Aan
Druk op OK als u
klaar bent.
Geheugenkaart
Papiersoort
Afbeeldings-
formaat
1. 4 x 6 inch
2. 5 x 7 inch
3. 8 x 10 inch
4. 2½ x 3¼ inch
5. 3 x 4 inch
1. Automatisch
Papierformaat
1. Letter
2. 4 x 6
3. A4
2. Gewoon papier
3. Premium foto
4. Fotopapier
5. Alledaags Foto
6. Fotokwaliteit Inkjet
7. Premium Inkjet
8. Brochure glanzend
9. Brochure mat
Layout-stijl
1. Papierbesparing
2. Album
(Staand)
3. Album
(Liggend)
0. Opstrijkpatroon
Randen en kaders
1. Geen
2. Rechthoekig, dun kader
3. Rechthoekig, dik kader
Nieuwe standaarden
instellen
1. Nee
2. Ja
4. Ovaal, geen kader
5. Ovaal, dun kader
6. Ovaal, dik kader
30
HP PSC 2500 Series
Afdrukopties in het menu Foto wijzigen
U kunt elk van de afdrukopties in het menu Foto op dezelfde manier wijzigen.
1Druk op Foto en druk op het nummer van de optie die u wilt wijzigen. U
kunt door het menu Foto schuiven door te drukken op op het
bedieningspaneel om alle opties te bekijken.
De geselecteerde opdracht is gemarkeerd en de standaardinstelling van
deze optie (als die er is) wordt onder in het menu weergegeven.
2Wijzig de instelling en druk op OK.
Opmerking: Druk nogmaals op Foto om het menu Foto te sluiten en terug
te keren naar de weergave van de foto.
Afdrukken zonder rand
Met deze instelling kunt u het afdrukken zonder rand in- of uitschakelen. Met de
optie Afdrukken zonder rand kunt u professionele foto's van hoge kwaliteit
afdrukken. Als de optie Zonder rand is ingeschakeld, worden de opties
Afbeeldingsformaat, Layout-stijl en Randen en kaders grijs weergegeven in het
menu Foto. Ook instellingen in andere menu's die niet worden ondersteund bij
het afdrukken zonder rand, worden grijs weergegeven. U moet wel een
papierformaat en een papiersoort selecteren en geschikt papier in de invoerlade
plaatsen.
Een geheugenkaart gebruiken
Het afbeeldingsformaat selecteren
Met deze instelling kunt u het formaat van de foto selecteren die moet worden
afgedrukt.
Het papierformaat selecteren
Met deze instelling selecteert u het papierformaat voor de huidige afdruktaak.
De papiersoort selecteren
Met deze instelling selecteert u de beste papiersoort voor de huidige afdruktaak.
Als u kiest voor de standaardwaarde Automatisch, zal de HP PSC de papiersoort
met behulp van een sensor detecteren en instellen. Welke papiersoorten worden
weergegeven voor deze instelling hangt af van het geselecteerde papierformaat.
Een layout-stijl selecteren
Als u de layout-stijl Papierbesparing kiest, worden er zoveel mogelijk foto's op
het papier geplaatst, waarbij de foto's indien nodig worden gedraaid en
bijgesneden.
Met de layout-stijl Album blijft de oorspronkelijke stand van de foto's behouden.
Album (Staand) en Album (Liggend) hebben betrekking op de stand van de
pagina en niet op de stand van de foto's zelf. De foto's worden mogelijk iets
bijgesneden.
Randen en kaders selecteren
Met deze optie plaatst u de gekozen rand als een kader rond alle foto's in de
huidige afdruktaak.
Geheugenkaart
Referentiehandleiding
31
Hoofdstuk 3
Nieuwe standaardinstellingen voor het afdrukken van foto's vastleggen
U kunt de standaardinstellingen voor het afdrukken van foto's wijzigen via het
bedieningspaneel.
1Druk op Foto.
Het menu Foto verschijnt.
2Breng wijzigingen aan in de gewenste opties.
U keert automatisch terug naar het menu Foto als u een instelling voor een
optie bevestigt.
3Druk op 0 in het menu Foto en druk vervolgens op OK als u wordt
gevraagd of u nieuwe standaardinstellingen wilt vastleggen.
Alle huidige instellingen worden nu de nieuwe standaardinstellingen voor
het apparaat.
Foto's rechtstreeks vanaf een geheugenkaart afdrukken
U kunt een geheugenkaart in de HP PSC plaatsen en het bedieningspaneel
gebruiken om foto's direct vanaf de geheugenkaart af te drukken.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Afzonderlijke foto's afdrukken op pagina 32
•Afdrukken maken zonder rand op pagina 33
•De selectie van foto's opheffen op pagina 34
•De huidige foto snel afdrukken op pagina 34
•Een DPOF-bestand afdrukken op pagina 34
Geheugenkaart
Opmerking: Wanneer u foto’s afdrukt, moet u opties selecteren voor de
juiste papiersoort en voor de verbetering van de foto. Zie Afdrukopties voor
foto's instellen op pagina 29 voor meer informatie. U kunt ook een speciale
inktpatroon voor foto's gebruiken om foto’s met een superieure kwaliteit af
te drukken. Zie Met inktpatronen werken op pagina 107 voor meer
informatie.
U hebt meer mogelijkheden dan alleen maar het afdrukken van digitale foto's
als u de functie HP-galerie voor foto- en beeldbewerking van de HP Director (HPdirigent) gebruikt. Met deze software kunt u digitale foto's gebruiken voor
opstrijkpatronen, posters, banieren, stickers en andere creatieve projecten.
Afzonderlijke foto's afdrukken
U kunt foto's rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel afdrukken zonder een
voorbeeldvel te gebruiken.
1Plaats de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC.
Het lampje van de knop Foto begint te branden.
2Geef een foto weer op het kleurenbeeldscherm en druk op OK om deze
foto te selecteren voor het afdrukken. Een geselecteerde foto krijgt een
vinkje. Gebruik of om de foto's een voor een voorwaarts of
achterwaarts te doorlopen. Houd
sneller wilt doorlopen.
32
of ingedrukt als u de foto's
HP PSC 2500 Series
Opmerking: U kunt ook foto's selecteren door de indexnummers in te
voeren van de foto's die u wilt afdrukken. Gebruik het hekje (#) om een
reeks van foto's op te geven: 21-30. Druk op OK als u de indexnummers
van de foto’s hebt ingevoerd. Als u het indexnummer van de foto niet kent,
drukt u eerst een voorbeeldvel af voordat u de afzonderlijke foto's selecteert
die u wilt afdrukken.
3Druk op Foto om het menu Foto weer te geven en wijzig vervolgens de
opties voor het afdrukken vanaf de geheugenkaart, zoals de papiersoort,
het paginaformaat enzovoort. Wijzigingen die u aanbrengt in de
standaardinstellingen, worden weer ongedaan gemaakt zodra de
afdruktaak is voltooid.
4Druk op Start, Zwart of Start, Kleur om de geselecteerde foto's af te
drukken.
Tip: U kunt de knop Draaien op het bedieningspaneel gebruiken
om de huidige foto voor deze afdruktaak te draaien. Nadat u de
foto hebt afgedrukt, keert deze weer terug in de normale stand.
Afdrukken maken zonder rand
Met de HP PSC kunt u digitale foto's op een geheugenkaart omzetten in
professionele afdrukken zonder rand.
1Plaats de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC.
Het lampje van de knop Foto begint te branden.
2Geef een foto weer op het kleurenbeeldscherm en druk op OK om deze
foto te selecteren voor het afdrukken. Een geselecteerde foto krijgt een
vinkje. Gebruik of om de foto's een voor een voorwaarts of
achterwaarts te doorlopen. Houd
sneller wilt doorlopen.
Opmerking: U kunt ook foto's selecteren door de indexnummers in te
voeren van de foto's die u wilt afdrukken. Gebruik het hekje (#) om een
reeks van foto's op te geven: 21-30. Druk op OK als u de indexnummers
van de foto’s hebt ingevoerd.
3Druk op Foto en druk vervolgens op 2.
Hiermee geeft u het menu Foto weer en selecteert u Zonder rand.
4Druk op 2 om de optie Zonder rand in te schakelen.
Als de optie Zonder rand is ingeschakeld, worden de opties
Afbeeldingsformaat, Layout-stijl en Randen en kaders grijs weergegeven in
het menu Foto. Ook instellingen in andere menu's die niet worden
ondersteund bij het afdrukken zonder rand, worden grijs weergegeven.
5Selecteer een papiersoort en een papierformaat in de menu's Papiersoort
en Papierformaat. Alleen de papiersoorten en -formaten die geschikt zijn
voor afdrukken zonder rand, zijn beschikbaar.
6Zorg ervoor dat er fotopapier van het juiste formaat in de papierlade is
geplaatst. Via een aanwijzing op de HP PSC wordt u eraan herinnerd
papier te plaatsen.
7Druk op Start, Zwart of Start, Kleur om de geselecteerde foto's zonder
rand af te drukken.
Een geheugenkaart gebruiken
Geheugenkaart
of ingedrukt als u de foto's
Referentiehandleiding
33
Geheugenkaart
Hoofdstuk 3
De selectie van foto's opheffen
U kunt de selectie van foto's opheffen vanaf het bedieningspaneel.
`Voer een van de volgende handelingen uit:
– Druk op OK om de selectie van de foto die op het beeldscherm wordt
weergegeven, op te heffen.
– Druk tweemaal op Annuleren om de selectie van alle foto's op te
heffen.
De huidige foto snel afdrukken
Met de functie Snel afdrukken kunt u de foto die op dat moment op het
kleurenbeeldscherm wordt weergegeven, heel gemakkelijk afdrukken:
1Plaats de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC.
2Ga naar de foto die u wilt afdrukken.
3Druk op Start, Zwart of Start, Kleur om de foto met de huidige instellingen
af te drukken.
Een DPOF-bestand afdrukken
Een DPOF-bestand (Digital Print Order Format) is een bestand dat voldoet aan
een industriestandaard en dat door bepaalde digitale camera's kan worden
gemaakt. Met de camera geselecteerde foto's zijn de foto's die u met uw digitale
camera hebt gemarkeerd als foto's die moeten worden afgedrukt. Als u foto's
selecteert met uw camera, maakt de camera een DPOF-bestand (Digital Print
Order Format) waarin wordt aangegeven welke foto's zijn aangemerkt als foto's
die moeten worden afgedrukt. De HP PSC kan het DPOF-bestand op de
geheugenkaart lezen. Dit betekent dat u de foto's niet opnieuw hoeft te
selecteren als u ze wilt afdrukken.
Opmerking: Niet alle digitale camera's bieden de mogelijkheid om foto's
die u wilt afdrukken, van een markering te voorzien. Raadpleeg de
documentatie van uw digitale camera of deze DPOF ondersteunt. De
HP PSC ondersteunt de DPOF-bestandsindeling 1.1.
Als u met de camera geselecteerde foto's afdrukt, zijn de afdrukinstellingen van
de HP PSC niet van kracht. De instellingen in het DPOF-bestand voor de lay-out
van de foto en het aantal af te drukken exemplaren vervangen de instellingen
van de HP PSC.
Het DPOF-bestand wordt door de digitale camera opgeslagen op de
geheugenkaart en bevat de volgende informatie:
•Welke foto's moeten worden afgedrukt
•Het aantal exemplaren dat van elke foto moet worden afgedrukt
34
Met de camera geselecteerde foto's afdrukken
1Plaats de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC. Als er op de
geheugenkaart met DPOF gemarkeerde foto's aanwezig zijn, wordt de
vraag DPOF-foto's afdrukken? op het kleurenbeeldscherm weergegeven.
2Voer een van de volgende handelingen uit:
– Druk op 1 als u alle met DPOF gemarkeerde foto's op de
geheugenkaart wilt afdrukken.
– Druk op 2 als u niet via DPOF wilt afdrukken.
HP PSC 2500 Series
Foto's in een diavoorstelling weergeven
Met de knop Diavoorstelling op het bedieningspaneel kunt u alle foto's op een
geheugenkaart in de vorm van een diavoorstelling weergeven.
1Zorg ervoor dat u de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC
plaatst.
Het lampje van de knop Foto begint te branden.
2Druk op Diavoorstelling om de diavoorstelling te starten.
Tip: Als u de foto wilt afdrukken die u momenteel bekijkt in de
diavoorstelling, drukt u op Start, Zwart of Start, Kleur terwijl deze
foto wordt weergegeven.
3Druk op Annuleren om de diavoorstelling te beëindigen.
Is een gewone diavoorstelling niet leuk genoeg? Als uw computer is uitgerust met
een interne of externe cd-brander, kunt u van uw fotoverzamelingen multimediale
presentaties maken met de functie Geheugenschijf die in de HP Director (HPdirigent) beschikbaar is. Start de HP Director (HP-dirigent) en open de HP-galerie
voor foto- en beeldbewerking. Klik op het tabblad Cd maken om een presentatie
te maken van geselecteerde foto's in de vorm van een soort film. U kunt muziek,
titels en vele andere elementen aan de presentatie toevoegen. Op een
Macintosh raadpleegt u de HP foto- en beeldbewerking Help op het scherm die
bij de software is geleverd, voor informatie over Fotofilm op CD.
Een geheugenkaart gebruiken
Geheugenkaart
De snelheid van de diavoorstelling wijzigen
U kunt snelheid van de diavoorstelling wijzigen door het interval tussen de dia's
te wijzigen:
1Druk tweemaal op Instellingen.
2Druk op 7 en vervolgens op 3.
Hiermee geeft u het menu Voorkeuren weer en selecteert u Prompt
vertragingstijd.
3Kies een van de volgende opties door op het nummer voor de gewenste
snelheid te drukken:
–1. Normaal (de standaardinstelling van 5 seconden)
–2. Snel (3 seconden)
–3. Langzaam (10 seconden)
Digitale foto's delen via HP Instant Share
Met HP Instant Share kunt u foto's delen met vrienden en familieleden.
•Via e-mail
•In online albums
•Als afdrukken van hoge kwaliteit
Referentiehandleiding
35
Geheugenkaart
Hoofdstuk 3
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Foto's delen via e-mail op pagina 36
•Foto's delen met het menu Delen op pagina 37
Opmerking: Voordat u foto's kunt delen met HP Instant Share moet u de HP
PSC 2500 registreren op de HP Instant Share-website, enkele HP Instant
Share-instellingen kiezen en de HP PSC configureren voor netwerkgebruik.
Normaal gesproken wordt de setup van HP Instant Share uitgevoerd tijdens
de installatie. Als u dat niet kunt doen, kunt u toch een op software
gebaseerde vorm van HP Instant Share gebruiken op voorwaarde dat de
HP PSC 2500 is aangesloten op een computer met Internet-toegang en dat
de HP-galerie voor foto- en beeldbewerking (HP-galerie) is geïnstalleerd. Zie
de HP Instant Share instellen en gebruiken op pagina 225 en Instelling en
gebruik van HP Instant Share met een directe aansluiting op pagina 217
voor meer informatie.
Foto's delen via e-mail
Met de knop E-mail op de HP PSC 2500 kunt u eenvoudig de geselecteerde
foto('s) delen met iedereen die een e-mailaccount heeft.
1Selecteer een of meer foto's.
2Druk op E-mail.
36
De E-maillijst verschijnt op het kleurenscherm van de HP PSC 2500. Voer
het nummer van het juiste e-mailadres in. De HP PSC verzendt de foto('s)
naar de HP Instant Share-website en verzendt een e-mailbericht met
koppelingen naar de foto's naar de ontvanger.
Opmerking: Als de HP PSC 2500 niet op een netwerk is aangesloten,
werkt de knop E-mail anders. De HP PSC verzendt de weergegeven foto
naar de HP-galerie en plaatst deze op het tabblad HP Instant Share als een
bijlage bij een e-mailbericht, dat u vervolgens kunt adresseren en vanaf de
computer kunt verzenden.
Voor Macintosh: als er geen netwerkverbinding is, verzendt de HP PSC de
geselecteerde foto naar de Macintosh. U kunt de foto vervolgens
verzenden als een e-mailbijlage door de aanwijzingen op de Macintosh te
volgen. Raadpleeg de bij de software geleverde HP foto- en
beeldbewerking Help op het scherm.
HP PSC 2500 Series
Foto's delen met het menu Delen
U kunt foto's delen met familie en vrienden door deze in online albums
beschikbaar te stellen op speciale websites of door de foto's te e-mailen met
behulp van het menu Delen van HP Instant Share.
1Zorg ervoor dat u de geheugenkaart in de juiste sleuf van de HP PSC
plaatst.
2Selecteer een of meer foto's.
3Druk op Foto en druk vervolgens op 9.
Het menu Foto verschijnt en HP Instant Share wordt geselecteerd. Het menu
Delen verschijnt. In het menu worden HP Instant Share-e-mailnamen of
online fotowebsites weergegeven die u als bestemmingen hebt ingesteld
toen u de HP PSC 2500 configureerde.
4Druk op het nummer naast de gewenste HP Instant Share-bestemming.
De HP PSC verzendt de geselecteerde foto('s) naar die bestemming.
Voor Windows: als de HP PSC 2500 niet is verbonden met een netwerk,
werkt de optie HP Instant Share in het menu Foto anders. De HP PSC
verzendt de weergegeven foto naar uw computer. Ga naar uw computer
en volg daar de aanwijzingen.
Voor Macintosh: u kunt afbeeldingen delen met behulp van de knop E-mail
in de HP-galerie, maar de websitefunctie van HP Instant Share is niet
beschikbaar als er geen netwerkverbinding is. Raadpleeg voor meer
informatie over het delen van foto's met behulp van e-mail op een
Macintosh de HP foto- en beeldbewerking Help op het scherm die bij de
software is geleverd.
Een geheugenkaart gebruiken
Geheugenkaart
De HP-galerie voor foto- en beeldbewerking gebruiken
U kunt de HP-galerie gebruiken om afbeeldingsbestanden te bekijken en te
bewerken. Met de HP-galerie kunt u afbeeldingen afdrukken, per e-mail of fax
naar vrienden of familieleden verzenden, uploaden naar een website of
gebruiken voor de functie Creatief afdrukken. Met de software van HP kunt u dit
en nog veel meer doen. Onderzoek welke mogelijkheden de software biedt en
profiteer optimaal van alle voorzieningen van uw HP PSC.
Voor Windows: als u de HP-galerie op een later tijdstip wilt openen, opent u de
HP-dirigent en klikt u op het pictogram HP-galerie.
Voor Macintosh: als u de HP-galerie op en later tijdstip wilt openen, opent u de
HP Director en klikt u op HP-galerie (OS 9) of klikt u op HP Director in het dok
en selecteert u HP-galerie in het deel Beheren en delen van het HP Director-menu
(OS X).
Referentiehandleiding
37
Hoofdstuk 3
Geheugenkaart
38
HP PSC 2500 Series
4
Kopieerfuncties gebruiken
Met de HP PSC kunt u kleuren- en zwartwitkopieën van hoge kwaliteit maken op
allerlei papiersoorten, waaronder opstrijkpatronen. U kunt een origineel
vergroten of verkleinen zodat het op een bepaald formaat papier past; de
helderheid en kleurintensiteit van een kopie aanpassen; en de speciale functies
gebruiken om een poster te maken, foto's van velerlei formaat af te drukken en
transparanten te maken.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Overzicht op pagina 39
•Een zwartwitdocument van twee pagina's kopiëren op pagina 41
•Een kopie van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) zonder rand maken van een foto op
pagina 42
•Meerdere kopieën van hetzelfde origineel maken op pagina 44
•Een foto van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) naar het formaat van een volledige
pagina kopiëren op pagina 45
•Een foto meerdere malen op dezelfde pagina kopiëren op pagina 48
•Het formaat van een origineel aanpassen zodat het op papier van Letter-
formaat past op pagina 49
•Een verbleekt origineel kopiëren op pagina 50
•Een document kopiëren dat al diverse malen is gefaxt op pagina 51
•Lichte gedeelten van de kopie naar voren halen op pagina 52
•Een poster maken op pagina 53
•Een T-shirt transfer in kleur voorbereiden op pagina 54
•Een kopieertaak stoppen op pagina 55
Overzicht
Kopiëren
U kunt kopieën maken met behulp van het bedieningspaneel van de HP PSC of
met behulp van de HP Director (HP-dirigent voor foto- en beeldbewerking) op uw
computer. Met beide methoden beschikt u over veel kopieerfuncties. De software
biedt echter gemakkelijker toegang tot speciale kopieerfuncties.
In dit deel wordt alleen uitgelegd hoe u gangbare kopieertaken uitvoert met
behulp van het bedieningspaneel van de HP PSC. Raadpleeg op het scherm de
HP foto- en beeldbewerking Help, die bij de software is geleverd, voor
informatie over het uitvoeren van kopieertaken via de HP Director (HP-dirigent).
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•De snelheid of kwaliteit van het kopiëren verhogen op pagina 40
•Standaardkopieerinstellingen wijzigen op pagina 40
39
Hoofdstuk 4
De snelheid of kwaliteit van het kopiëren verhogen
De HP PSC heeft drie opties die de kopieersnelheid en -kwaliteit beïnvloeden.
•Normaal: levert afdrukken van hoge kwaliteit op en is geschikt voor de
meeste kopieertaken. Met de instelling Normaal kopieert u sneller dan met
Beste.
•Beste: levert op elke papiersoort afdrukken van de hoogste kwaliteit op en
voorkomt het bandeneffect dat zich soms in effen vlakken voordoet. Met
Beste verloopt het afdrukken iets langzamer dan bij de andere
kwaliteitsinstellingen.
•Snel: met deze instelling drukt u sneller af dan met de instelling Normaal.
De kwaliteit van de tekst is vergelijkbaar met die van Normaal, maar
afbeeldingen zijn mogelijk van een mindere kwaliteit. Met Snel gaan de
inktpatronen bovendien langer mee omdat er minder inkt wordt gebruikt.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 3.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Kopieerkwaliteit.
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Kopieerkwaliteit
1. Normaal
2. Beste
3. Snel
Kopiëren
3Druk op om een kwaliteitsinstelling te markeren en druk op OK.
4Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Standaardkopieerinstellingen wijzigen
Als u via het bedieningspaneel of de HP Director (HP-dirigent) de
standaardkopieerinstellingen wijzigt, gelden de wijzigingen alleen voor de
huidige kopieertaak. Als u wilt dat de gewijzigde kopieerinstellingen voor alle
toekomstige kopieertaken gelden, slaat u de instellingen op als
standaardinstellingen.
1Breng de gewenste wijzigingen aan in de instellingen van het Menu
Kopiëren.
2Druk op 9 om Nieuwe standaarden instellen te selecteren in het Menu
Kopiëren.
40
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
3Druk op OK om de instellingen als nieuwe standaardinstellingen te
accepteren.
De instellingen die u hier selecteert, worden alleen op deHP PSC opgeslagen.
De instellingen van de software worden niet aangepast. Als u de HP Director (HPdirigent) gebruikt voor het bepalen van de instellingen voor de kopieën die u
maakt, kunt u in het dialoogvenster Kopiëren van HP Director (HP-dirigent) de
instellingen die u het meest gebruikt, als standaardinstellingen opslaan. Hoe u
dit moet doen, leest u in de bij de software geleverde HP foto- en
beeldbewerking Help op het scherm.
Een zwartwitdocument van twee pagina's kopiëren
U kunt de HP PSC gebruiken om een document te kopiëren van één of meer
pagina's in kleur of zwart-wit. In dit voorbeeld wordt de HP PSC gebruikt om een
origineel in zwart-wit te kopiëren dat twee pagina's bevat.
1Plaats de eerste pagina van het origineel met de bedrukte zijde omlaag in
de rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk op Kopiëren als het lampje nog niet brandt.
3Druk op Start, Zwart.
4Haal de eerste pagina van de glasplaat en plaats de tweede pagina.
5Druk op Start, Zwart.
Kopiëren
Referentiehandleiding
41
Hoofdstuk 4
Een kopie van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) zonder rand maken
van een foto
Voor een goede kwaliteit bij het kopiëren van foto's moet u opties voor de juiste
papiersoort en voor verbetering van foto's selecteren. U kunt ook een speciale
inktpatroon voor foto's gebruiken om foto’s met een superieure kwaliteit af te
drukken. Als de driekleurenpatroon en de foto-inktpatroon zijn geïnstalleerd,
beschikt u over een afdruksysteem met zes inkten. Zie Een foto-inktpatroon
gebruiken op pagina 112 voor meer informatie.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Plaats de lange zijde van de foto tegen de voorrand van de glasplaat.
2Plaats fotopapier van 10 x 15 centimeter (4 x 6 inch) in de invoerlade.
3Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 1.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Zonder rand.
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
1. Uit
2. Aan
Zonder rand
Kopiëren
42
4Druk op om Aan te markeren en druk op OK.
Het menu Verkleinen/Vergroten wordt uitgeschakeld, zodat u dit menu niet
kunt gebruiken.
5Druk op 4 om Papierformaat te selecteren in het Menu Kopiëren.
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
( 2. Verkleinen/Vergroten )
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Papierformaat*
1. Letter
2. 4 x 6
3. A4
*Welke papierformaten beschikbaar zijn, varieert per land of regio.
6Druk op om 4 x 6 (dit is gelijk aan 10 x 15 cm) te markeren en druk
op OK.
7Druk op 5 om Papiersoort te selecteren in het Menu Kopiëren.
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
( 2. Verkleinen/Vergroten )
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Papiersoort
( 1. Automatisch)
( 2. Gewoon papier )
3. Premium Inkjet
4. Premium foto
5. Fotopapier
6. Fotokwaliteit Inkjet
7. Alledaags Foto
8. Transparant
9. Opstrijkpatroon
0. Brochure glanzend
*. Brochure mat
Kopiëren
8Druk op om de papiersoort die u hebt geladen, te markeren en druk
9Druk op 7 om Verbeteringen te selecteren in het Menu Kopiëren.
Referentiehandleiding
Opmerking: Als Zonder rand is ingesteld, zijn de opties Automatisch en
Gewoon papier in het menu Papiersoort uitgeschakeld .
op OK.
Let op! Als u kopieën zonder rand maakt, moet fotopapier (of
ander speciaal papier) zijn geladen. Als u gewoon papier hebt
geladen, zal de inkt van het papier lopen en vlekken maken op
het apparaat.
43
Hoofdstuk 4
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
( 2. Verkleinen/Vergroten )
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Verbeteringen
1. Tekst
2. Foto
3. Gemengd
4. Geen
10 Druk op om de instelling Foto te selecteren en druk op OK.
11 Druk op Start, Kleur.
De HP PSC maakt een kopie van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) zonder rand van
de oorspronkelijke foto, zoals hierna is afgebeeld.
Het kopiëren van een foto verloopt wellicht gemakkelijker via de HP Director (HPdirigent) die u samen met de HP PSC hebt geïnstalleerd. Met behulp van de HP
Director (HP-dirigent) kunt u heel gemakkelijk kopieën maken van uw foto zonder
rand op het formaat Letter of 10 x 15 cm (4 x 6 inch). Ook kunt u met dit
programma de foto vergroten of verkleinen om het formaat aan te passen aan
het papier dat u hebt geladen en de instelling Foto selecteren om de beste
kwaliteit foto's te verkrijgen. Raadpleeg de bij de software geleverde HP foto- en
beeldbewerking Help op het scherm voor informatie over het gebruik van deze
functies in de HP Director (HP-dirigent).
Meerdere kopieën van hetzelfde origineel maken
Kopiëren
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk op Kopiëren.
Het scherm Aantal exemplaren verschijnt.
3Druk op of gebruik het toetsenblok om het gewenste aantal exemplaren
in te voeren en druk op OK.
(Het maximum aantal exemplaren verschilt per model.)
Tip: Als u een van de pijlknoppen ingedrukt houdt, wordt het
aantal exemplaren met stappen van vijf verhoogd, zodat u
gemakkelijker een groot aantal exemplaren kunt instellen.
44
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
4Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
In dit voorbeeld maakt de HP PSC zes kopieën van de oorspronkelijke foto
van 10 x 15 cm (4 x 6 inch).
Een foto van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) naar het formaat van
een volledige pagina kopiëren
U kunt niet alleen kopieën op ware grootte maken, maar u kunt u ook het
origineel automatisch vergroten of verkleinen met de functie Zonder rand zodat
de kopie de hele pagina beslaat van de papiersoort in de invoerlade. In dit
voorbeeld wordt Zonder rand gebruikt om een foto van 10 x 15 cm (4 x 6 inch)
te vergroten tot een kopie zonder rand die de gehele pagina vult.
Opmerking: Mogelijk wordt de afbeelding door de HP PSC iets
bijgesneden om een afdruk zonder rand te verkrijgen zonder de
verhoudingen van het origineel te veranderen. In de meeste gevallen is van
dit bijsnijden niets te zien.
1Zorg dat de glasplaat en de binnenkant van de klep schoon zijn.
2Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
3Plaats fotopapier van Letter- of A4-formaat in de invoerlade.
4Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 1.
Referentiehandleiding
Kopiëren
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Plaats de lange zijde van de foto tegen de voorrand van de glasplaat.
Tip: Om bij het kopiëren van een foto een superieure
afdrukkwaliteit te verkrijgen kunt u ook een speciale fotoinktpatroon gebruiken. Als de driekleurenpatroon en de fotoinktpatroon zijn geïnstalleerd, beschikt u over een afdruksysteem
met zes inkten. Zie Een foto-inktpatroon gebruiken op
pagina 112 voor meer informatie.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Zonder rand.
45
Hoofdstuk 4
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
1. Uit
2. Aan
Zonder rand
5Druk op om Aan te markeren en druk op OK.
Het menu Verkleinen/Vergroten wordt uitgeschakeld, zodat u dit menu niet
kunt gebruiken.
6Druk op 4 om Papierformaat te selecteren in het Menu Kopiëren.
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
( 2. Verkleinen/Vergroten )
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Papierformaat*
1. Letter
2. 4 x 6
3. A4
Kopiëren
46
*Welke papierformaten beschikbaar zijn, varieert per land of regio.
7Druk op om Letter of A4 te markeren al naar gelang van toepassing is
en druk op OK.
8Druk op 5 om Papiersoort te selecteren in het Menu Kopiëren.
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
( 2. Verkleinen/Vergroten )
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Papiersoort
( 1. Automatisch)
( 2. Gewoon papier )
3. Premium Inkjet
4. Premium foto
5. Fotopapier
6. Fotokwaliteit Inkjet
7. Alledaags Foto
8. Transparant
9. Opstrijkpatroon
0. Brochure glanzend
*. Brochure mat
Opmerking: Als Zonder rand is ingesteld, zijn de opties Automatisch en
Gewoon papier in het menu Papiersoort uitgeschakeld .
9Druk op om de papiersoort die u hebt geladen, te markeren en druk op
OK.
Let op! Als u kopieën zonder rand maakt, moet fotopapier (of
ander speciaal papier) zijn geladen. Als u gewoon papier hebt
geladen, zal de inkt van het papier lopen en vlekken maken op
het apparaat.
10 Druk op 7 om Verbeteringen te selecteren in het Menu Kopiëren.
11 Druk op om de instelling Foto te selecteren en druk op OK.
12 Druk op Start, Kleur.
Referentiehandleiding
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
( 2. Verkleinen/Vergroten )
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Kopiëren
Verbeteringen
1. Tekst
2. Foto
3. Gemengd
4. Geen
47
Hoofdstuk 4
Een foto meerdere malen op dezelfde pagina kopiëren
U kunt een origineel meerdere malen op één pagina afdrukken door een
afbeeldingsformaat te selecteren met de optie Verkleinen/Vergroten in het Menu
Kopiëren.
Nadat u een van de beschikbare formaten hebt geselecteerd, kan aan u worden
gevraagd of u de foto meerdere malen per pagina wilt afdrukken op het papier
dat u in de invoerlade hebt geplaatst. Als u een fotoformaat hebt geselecteerd
dat te groot is om meer dan één maal op een pagina te passen, wordt de vraag
Pagina vullen? niet weergegeven.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Plaats de lange zijde van de foto tegen de voorrand van de glasplaat.
2Druk tweemaal op Kopiëren om het Menu Kopiëren weer te geven.
3Druk op 2 en vervolgens op 4.
Hiermee selecteert u Verkleinen/Vergroten en vervolgens
Afbeeldingsformaat.
Kopiëren
48
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Verkleinen/Vergroten
1. Ware grootte
2. Aan pagina aanpassen
3. Aangepast 100%
4. Afbeeldingsformaat*
5. Poster
*Welke afbeeldingsformaten beschikbaar zijn, varieert per land of regio.
4Druk op om het formaat waarop u de foto wilt kopiëren, te markeren en
druk op OK.
Afhankelijk van het afbeeldingsformaat dat u hebt geselecteerd, kan de
vraag Pagina vullen? verschijnen om te bepalen of u het papier in de
invoerlade wilt laten vullen met meerdere kopieën van de foto of slechts
met één kopie.
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
Bij enkele grotere formaten wordt niet gevraagd het aantal afbeeldingen
op te geven. In dat geval wordt op de pagina slechts één afbeelding
weergegeven.
5Als de vraag Pagina vullen? verschijnt, kiest u Ja of Nee en klikt u op OK.
6Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Als u de foto naar de computer scant, zijn deze en diverse andere functies
beschikbaar in de HP Director (HP-dirigent). Met de HP Director (HP-dirigent) kunt
u meerdere foto's van verschillende formaten afdrukken. De HP PSC zal zo veel
mogelijk foto's inpassen op het papier dat u in de invoerlade hebt geplaatst.
Raadpleeg de bij de software geleverde HP foto- en beeldbewerking Help op
het scherm voor informatie over het scannen van foto's naar de computer met de
afdrukfuncties voor foto's van de HP Director (HP-dirigent).
Het formaat van een origineel aanpassen zodat het op papier
van Letter-formaat past
Als de afbeelding of tekst op het origineel het gehele blad vult zonder marges,
kunt u met de functie Aan pagina aanpassen het origineel verkleinen zodat de
tekst of afbeelding niet onbedoeld wordt afgekapt of bijgesneden.
Tip: Met Aan pagina aanpassen kunt u ook een kleine foto
vergroten tot het afdrukgebied van een volledige pagina. Om dit
te kunnen doen zonder de verhoudingen van het origineel te
veranderen of de randen bij te snijden zal de HP PSC de witte
randen rond het papier mogelijk niet overal even breed maken.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
2Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 4.
Referentiehandleiding
Kopiëren
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Papierformaat.
49
Hoofdstuk 4
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Papierformaat*
1. Letter
2. 4 x 6
3. A4
*Welke papierformaten beschikbaar zijn, varieert per land of regio.
3Druk op om Letter te markeren en druk op OK.
4Druk op 2 om Verkleinen/Vergroten te selecteren in het Menu Kopiëren.
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Verkleinen/Vergroten
1. Ware grootte
2. Aan pagina aanpassen
3. Aangepast 100%
4. Afbeeldingsformaat
5. Poster
5Druk op om Aan pagina aanpassen te markeren en druk op OK.
6Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Kopiëren
Een verbleekt origineel kopiëren
Gebruik Lichter/Donkerder om de kopie lichter of donkerder te maken. U kunt
ook de kleurintensiteit aanpassen, om de kleuren van de kopieën levendiger of
subtieler te maken.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 6.
50
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Lichter/
Donkerder. Het waardenbereik voor Lichter/Donkerder wordt in de vorm
van een schaal op het kleurenscherm van het bedieningspaneel
weergegeven.
3Druk op om de kopie donkerder te maken en druk op OK.
Opmerking: U kunt ook op drukken om de kopie lichter te maken.
4Druk op 8 om Kleurintensiteit te selecteren in het Menu Kopiëren.
Het waardenbereik voor de kleurintensiteit wordt in de vorm van een
schaal op het kleurenscherm van het bedieningspaneel weergegeven.
5Druk op om de afbeelding levendiger te maken en druk op OK.
Opmerking: U kunt ook op drukken om de afbeelding bleker te maken.
6Druk op Start, Kleur.
Een document kopiëren dat al diverse malen is gefaxt
Met de functie Verbeteringen wordt de kwaliteit van tekstdocumenten
automatisch aangepast. Met deze functie worden lichte kleuren, die anders wit
zouden lijken, donkerder gemaakt waardoor randen van zwarte tekst of foto's
scherper worden.
Tekst is de standaardoptie. Met de optie Tekst kunt u de randen van zwarte tekst
scherper maken.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 7.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Verbeteringen.
Referentiehandleiding
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Kopiëren
Verbeteringen
1. Tekst
2. Foto
3. Gemengd
4. Geen
51
Hoofdstuk 4
3Druk op om de instelling Tekst te markeren en druk op OK.
4Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Tip: Schakel de functie Tekst uit door Foto of Geen te selecteren
als zich een van de volgende problemen voordoet:
– Op sommige plaatsen in de kopieën komen rond de tekst losse,
gekleurde stippen voor.
– Grote, zwarte lettertypen zien er vlekkerig uit.
– Dunne, gekleurde objecten of lijnen bevatten zwarte gedeelten.
– In lichtgrijze en grijze gebieden zijn horizontale korrelstructuren of witte
banden zichtbaar.
Lichte gedeelten van de kopie naar voren halen
Met de instelling Foto kunt u lichte kleuren, die anders wit zouden lijken,
duidelijker zichtbaar maken. U kunt ook kopiëren met de instelling Foto om de
volgende problemen, die zich kunnen voordoen als u kopieert met de instelling
Tekst, geheel of gedeeltelijk te voorkomen:
•Op sommige plaatsen in de kopieën komen rond de tekst losse, gekleurde
stippen voor.
•Grote, zwarte lettertypen zien er vlekkerig uit.
•Dunne, gekleurde objecten of lijnen bevatten zwarte gedeelten.
•In lichtgrijze en grijze gebieden zijn horizontale korrelstructuren of witte
banden zichtbaar.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Plaats de lange zijde van de foto tegen de voorrand van de glasplaat.
2Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 7.
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteert u Verbeteringen.
Kopiëren
52
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Verbeteringen
1. Tekst
2. Foto
3. Gemengd
4. Geen
HP PSC 2500 Series
3Druk op om de instelling Foto te selecteren en druk op OK.
4Druk op Start, Kleur.
Met de HP Director (HP-dirigent), die u voor de HP PSC hebt geïnstalleerd, kunt
u heel gemakkelijk Verbeteringen instellen voor foto's en andere documenten die
u wilt kopiëren. Met één enkele muisklik selecteert u de instelling Foto voor een
foto die u wilt kopiëren, de instelling Tekst voor een tekstdocument dat u wilt
kopiëren of de instellingen Foto én Tekst voor een document dat zowel
afbeeldingen als tekst bevat. Zie de bij de software geleverde HP foto- en
beeldbewerking Help op het scherm voor meer informatie.
Een poster maken
Als u de functie Poster gebruikt, verdeelt de HP PSC uw origineel in secties en
vergroot deze secties vervolgens tot Letter- of A4-formaat zodat u de secties kunt
samenvoegen tot een poster.
Kopieerfuncties gebruiken
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
2Druk tweemaal op Kopiëren om het Menu Kopiëren weer te geven.
3Druk op 2 en vervolgens op 5.
Referentiehandleiding
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Als u een foto kopieert, plaatst u de lange zijde van de foto tegen de
voorrand van de glasplaat.
Hiermee selecteert u Verkleinen/Vergroten en vervolgens Poster.
Kopiëren
53
Hoofdstuk 4
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Verkleinen/Vergroten
1. Ware grootte
2. Aan pagina aanpassen
3. Aangepast 100%
4. Afbeeldingsformaat
5. Poster
4Druk op om een breedte voor de poster te selecteren en druk op OK.
De standaardbreedte voor posters is één pagina.
5Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Nadat u de breedte van de poster hebt geselecteerd, stelt de HP PSC de
lengte van de poster automatisch in, zodat de oorspronkelijke
verhoudingen behouden blijven.
Tip: Als het origineel niet kan worden vergroot tot het
geselecteerde posterformaat omdat het maximum
zoompercentage wordt overschreden, verschijnt een foutbericht
waarin wordt vermeld wat de maximumbreedte van de poster is
gemeten in pagina's. Selecteer een kleiner posterformaat en maak
de kopie nogmaals.
Als u de HP Director (HP-dirigent) op uw computer hebt geïnstalleerd, kunt u nog
veel meer creatieve dingen doen met uw foto's. Als u de foto naar de computer
scant, kunt u in de HP Director (HP-dirigent) met het hulpmiddel Snelle projecten
posters, banners, opstrijkpatronen en T-shirt transfers van uw foto maken. Hoe u
dit kunt doen, leest u in de bij de software geleverde HP foto- en beeldbewerking
Help op het scherm.
Een T-shirt transfer in kleur voorbereiden
Kopiëren
U kunt een afbeelding of tekst naar een opstrijkpatroon (T-shirt transfer) kopiëren
en dit patroon vervolgens op een T-shirt strijken.
Tip: Het is raadzaam om het aanbrengen van een T-shirt transfer
eerst op een oud kledingstuk uit te proberen.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Als u een foto kopieert, plaatst u de lange zijde van de foto tegen de
voorrand van de glasplaat.
2Plaats het papier voor T-shirt transfers in de papierlade.
3Druk tweemaal op Kopiëren en druk vervolgens op 5.
54
HP PSC 2500 Series
Kopieerfuncties gebruiken
Hiermee geeft u het Menu Kopiëren weer en selecteer u Papiersoort.
Menu Kopiëren
1. Zonder rand
2. Verkleinen/Vergroten
3. Kopieerkwaliteit
4. Papierformaat
5. Papiersoort
6. Lichter/Donkerder
7. Verbeteringen
8. Kleurintensiteit
9. Nieuwe standaarden
instellen
Papiersoort
1. Automatisch
2. Gewoon papier
3. Premium Inkjet
4. Premium foto
5. Fotopapier
6. Fotokwaliteit Inkjet
7. Alledaags Foto
8. Transparant
9. Opstrijkpatroon
0. Brochure glanzend
*. Brochure mat
4Druk op om Opstrijkpatroon te markeren en druk op OK.
5Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Als u Opstrijkpatroon selecteert als papiersoort, drukt de HP PSC
automatisch het spiegelbeeld van het origineel af (zoals hierna wordt
getoond), zodat de afbeelding er weer uitziet zoals het origineel als u
deze op het T-shirt strijkt.
Een kopieertaak stoppen
`Als u een kopieertaak wilt stoppen, drukt u op Annuleren op het
bedieningspaneel.
Referentiehandleiding
Kopiëren
55
Hoofdstuk 4
Kopiëren
56
HP PSC 2500 Series
5
Scanfuncties gebruiken
Scannen is het proces waarbij tekst en afbeeldingen naar een elektronische
bestandsindeling voor de computer worden geconverteerd. U kunt nagenoeg
alles scannen: foto's, tijdschriftartikelen, tekstdocumenten en zelfs 3D-objecten,
als deze tenminste geen krassen op de glasplaat veroorzaken.
U kunt de gescande afbeelding of tekst, die een elektronische indeling heeft, in
een tekstverwerker of een grafisch programma openen en naar wens aanpassen.
U kunt het volgende doen:
•De tekst van een artikel scannen en in een tekstverwerker openen en
opnemen in een verslag zodat u minder hoeft te typen;
•Een logo scannen en gebruiken in uw publicatiesoftware zodat u
bijvoorbeeld visitekaartjes en brochures voor uzelf kunt drukken;
•Foto's van uw kinderen scannen en per e-mail naar familie sturen, een
overzicht van de inventaris van uw huis op foto's vastleggen of een
elektronisch plakboek maken.
Als u de scanfuncties wilt gebruiken, moet de HP PSC op de computer zijn
aangesloten en zijn ingeschakeld. Verder moet de HP PSC-software op uw
computer zijn geïnstalleerd en actief zijn voordat u kunt scannen. Als u wilt
controleren of de HP PSC-software op een Windows-pc wordt uitgevoerd, kijkt u
of het pictogram voor de HP PSC 2500 Series in het systeemvak in de
rechterbenedenhoek van het scherm naast de tijd wordt weergegeven. Op een
Macintosh-computer is de HP PSC-software altijd actief.
U kunt een scantaak starten vanaf de computer of vanaf de HP PSC. In dit
hoofdstuk wordt alleen beschreven hoe u scant via het bedieningspaneel van de
HP PSC.
Raadpleeg de online HP foto- en beeldbewerking Help die bij de software wordt
geleverd voor meer informatie over de manier waarop u kunt scannen vanaf de
computer en hoe u de gescande documenten aanpast, draait, bijsnijdt, scherper
maakt en de afmetingen ervan wijzigt.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Een origineel scannen op pagina 58
•Het scannen stoppen op pagina 63
57
Scannen
Hoofdstuk 5
Een origineel scannen
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•De scan verzenden naar een computer die rechtstreeks is aangesloten op
de HP PSC op pagina 58
•De scan verzenden naar een computer die via een netwerk is aangesloten
op de HP PSC op pagina 59
•De scan verzenden naar een bestemming die is geconfigureerd met
HP Instant Share op pagina 61
•De scan verzenden naar een geheugenkaart die is geladen in de HP PSC
op pagina 62
De scan verzenden naar een computer die rechtstreeks is aangesloten op
de HP PSC
Neem de volgende stappen als de HP PSC rechtstreeks is aangesloten op een
computer via een USB-kabel of een parallelle kabel.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar beneden in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk op Scannen als het lampje nog niet brandt.
Er verschijnt een menu Scannen met daarin de bestemmingen die voor het
scannen zijn ingesteld. De standaardbestemming is de bestemming die u
de laatste keer dat u het menu gebruikte, hebt gekozen.
Menu Scannen
1. HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking
2. HP Instant Share
3. MS Powerpoint
4. Adobe Photoshop
5. Geheugenkaart
3Druk op OK om de standaardbestemming te selecteren. Als u een andere
bestemming wilt selecteren, drukt u op om de bestemming te markeren
en drukt u op OK, of voert u het nummer van de bestemming in met het
toetsenblok.
4Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Er verschijnt een voorbeeld van het gescande document in het venster HPscansoftware op de computer, zodat u bewerkingen kunt uitvoeren.
Raadpleeg de online HP foto- en beeldbewerking Help die bij de software
wordt geleverd.
5Breng de gewenste wijzigingen aan in de voorbeeldafbeelding in het
venster van de HP-scansoftware. Als u klaar bent, klikt u op Accepteren.
Scannen
58
HP PSC 2500 Series
Scanfuncties gebruiken
De HP PSC verzendt de scan naar de geselecteerde bestemming. Als u de
HP-galerie voor foto- en beeldbewerking (HP galerie) hebt gekozen, wordt
deze toepassing automatisch geopend en wordt de afbeelding
weergegeven.
In de HP-galerie vindt u allerlei hulpmiddelen voor het bewerken van de
gescande afbeelding. U kunt de algehele beeldkwaliteit verbeteren door de
helderheid, scherpte, kleurschakering of verzadiging aan te passen. U kunt de
afbeelding ook bijsnijden, recht maken, draaien of de afmetingen ervan
wijzigen. Als u tevreden bent over de gescande afbeelding, kunt u deze in een
ander programma openen, per e-mail verzenden, in een bestand opslaan of
afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie over het gebruik van de HP galerie
de online HP foto- en beeldbewerking Help die bij de software wordt geleverd.
De scan verzenden naar een computer die via een netwerk is aangesloten op de
HP PSC
Volg deze stappen als de HP PSC via een netwerk is aangesloten op een of meer
computers.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar beneden in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk op Scannen als het lampje nog niet brandt.
Het menu Scannen verschijnt met uw opties.
Menu Scannen
1. Selecteer computer
2. HP Instant Share
3. Geheugenkaart
3Druk op 1 om Selecteer computer te kiezen.
Het menu Netwerk verschijnt met de computers die zijn aangesloten op de
HP PSC.
Menu Netwerk
1. PC1 (USB)
2. PC2 (netwerk)
3. PC3 (netwerk)
4. Mac1 (netwerk)
Opmerking: Het menu Netwerk kan naast computers die via het netwerk
zijn aangesloten, computers bevatten met een USB-verbinding.
4Druk op OK om de standaardcomputer te selecteren. Als u een andere
computer wilt selecteren, drukt u op om de computer te markeren en
drukt u op OK, of voert u het nummer in met het toetsenblok.
Scannen
Referentiehandleiding
59
Hoofdstuk 5
Er verschijnt een menu Scannen met daarin de bestemmingen die voor het
scannen zijn ingesteld. De standaardbestemming is de bestemming die u
de laatste keer dat u het menu gebruikte, hebt gekozen.
Menu Scannen
1. HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking
2. HP Instant Share
3. MS Powerpoint
4. Adobe Photoshop
5. Geheugenkaart
5Druk op OK om de standaardbestemming te selecteren. Als u een andere
bestemming wilt selecteren, drukt u op om de bestemming te markeren
en drukt u op OK, of voert u het nummer in met het toetsenblok.
6Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Als u de HP-galerie kiest, verschijnt een voorbeeld van de scan in het
venster van de HP-scansoftware op de computer, waar u het kunt
bewerken.
Raadpleeg de online HP foto- en beeldbewerking Help die bij de software
wordt geleverd.
7Breng de gewenste wijzigingen aan in de voorbeeldafbeelding in het
venster van de HP-scansoftware. Als u klaar bent, klikt u op Accepteren.
De HP PSC verzendt de scan naar de geselecteerde bestemming. Als u de
HP-galerie kiest, wordt deze automatisch geopend en wordt de afbeelding
weergegeven.
In de HP-galerie vindt u allerlei hulpmiddelen voor het bewerken van de
gescande afbeelding. U kunt de algehele beeldkwaliteit verbeteren door de
helderheid, scherpte, kleurschakering of verzadiging aan te passen. U kunt de
afbeelding ook bijsnijden, recht maken, draaien of de afmetingen ervan
wijzigen. Als u tevreden bent over de gescande afbeelding, kunt u deze in een
ander programma openen, per e-mail verzenden, in een bestand opslaan of
afdrukken. Raadpleeg voor meer informatie over het gebruik van de HP galerie
de online HP foto- en beeldbewerking Help die bij de software wordt geleverd.
Scannen
60
HP PSC 2500 Series
Scanfuncties gebruiken
De scan verzenden naar een bestemming die is geconfigureerd met
HP Instant Share
Met HP Instant Share kunt u foto's met familieleden en vrienden delen met behulp
van e-mailberichten en fotoalbums en kunt u online hoogwaardige afdrukken
bestellen. Als u maximaal wilt profiteren van de functies van HP Instant Share die
beschikbaar zijn via het bedieningspaneel van de HP PSC, moet de HP PSC zijn
ingesteld in een netwerk en moet u een eenvoudige online registratie uitvoeren.
Zie HP Instant Share instellen en gebruiken op pagina 225 voor informatie over
het instellen van HP Instant Share.
Opmerking: Als de HP PSC niet is ingesteld in een netwerk, kunt u
HP Instant Share toch gebruiken om foto's te delen. De procedure verloopt
dan echter enigszins anders dan hier is beschreven. De bestemmingen voor
delen die u instelt, zijn niet beschikbaar in een menu op het kleurenscherm;
in plaats daarvan moet u HP Instant Share handmatig openen met behulp
van de HP-galerie.
Nadat u zich hebt geregistreerd bij HP Instant Share, kunt u uw account
aanpassen door onder andere een e-mailadresboek in te stellen en
bestemmingen voor delen in te stellen voor de op het netwerk aangesloten
HP PSC. U kunt een bestemming voor delen instellen om een foto die u scant, te
verzenden naar één e-mailontvanger, naar een groep e-mailontvangers of naar
een online gedeeld fotoalbum.
U kunt de gescande foto ook verzenden naar het HP Center voor fotoverwerking,
waar u of uw familieleden en vrienden hoogwaardige afdrukken van elke
gewenste grootte kunnen bestellen. Zie Registreren bij HP Instant Share
(Windows) op pagina 226 voor meer informatie over het instellen van
bestemmingen voor delen.
De scan opslaan op een HP Instant Share-bestemming
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
2Druk op Scannen als het lampje nog niet brandt.
Referentiehandleiding
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Er verschijnt een menu Scannen met daarin de bestemmingen die voor het
scannen zijn ingesteld. Als de HP PSC is verbonden met computers in een
netwerk, is de eerste optie in het menu Selecteer computer, zoals u
hieronder ziet.
Menu Scannen
1. Selecteer computer
2. HP Instant Share
3. Geheugenkaart
Opmerking: Als de eerste optie in het menu Scannen HP-galerie voor foto-
en beeldbewerking is, is de HP PSC niet aangesloten op een netwerk. U
kunt de gescande foto dan niet op de hier beschreven manier delen. Als de
HP PSC rechtstreeks is aangesloten op een Windows-pc, hebt u wel
handmatig toegang tot HP Instant Share, via de HP-galerie. Als de HP PSC
rechtstreeks is aangesloten op een Macintosh, kunt u alleen foto's delen via
e-mail.
61
Scannen
Hoofdstuk 5
3Druk op 2 om HP Instant Share te selecteren
Het menu Delen verschijnt. Dit menu bevat een lijst met de bestemmingen
voor delen die u hebt ingesteld voor de HP PSC.
Opmerking: De bestemmingen in het menu Delen worden genoemd bij de
Naam van de bestemming die u hebt opgegeven toen u de bestemmingen
online configureerde. U kunt vergissingen voorkomen door namen te
gebruiken die u helpen te bepalen waar u de scan heen stuurt als u een
bepaalde bestemming kiest, bijvoorbeeld “E-mail ma”, “Familiealbum
2003”, enzovoort, zoals u hieronder ziet.
Menu Delen
1. E-mail ma
2. Familiealbum 2003
3. Babyfoto's
4. HP foto
4Druk op om de bestemming te markeren waarnaar u de scan wilt
verzenden, en druk vervolgens op OK.
5Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
De HP PSC scant uw foto en verzendt deze vervolgens naar de
bestemming die u hebt geselecteerd.
Als de geselecteerde bestemming een e-mailontvanger (of een groep emailontvangers) was, maakt HP Instant Share een e-mailbericht met een
miniatuur van de gescande afbeelding en een koppeling naar de
afbeelding met volledige grootte die is opgeslagen op de beveiligde
HP Instant Share-server.
De scan verzenden naar een geheugenkaart die is geladen in de HP PSC
U kunt de gescande afbeelding naar de geheugenkaart verzenden die op dat
moment in een van de sleuven voor geheugenkaarten op de HP PSC is geplaatst.
Op deze manier kunt u de functies van de geheugenkaart gebruiken om
afdrukken zonder rand en albumpagina's te maken van de gescande
afbeelding. U hebt ook toegang tot de gescande afbeelding vanaf andere
apparaten die de geheugenkaart ondersteunen.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar beneden in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
2Druk op Scannen als het lampje nog niet brandt.
Er verschijnt een menu Scannen met daarin de bestemmingen die voor het
scannen zijn ingesteld. De standaardbestemming is de bestemming die u
de laatste keer dat u het menu gebruikte, hebt gekozen.
Scannen
62
HP PSC 2500 Series
1. HP-galerie voor foto- en
beeldbewerking
2. HP Instant Share
3. MS Powerpoint
4. Adobe Photoshop
5. Geheugenkaart
3Druk op om Geheugenkaart te selecteren en druk op OK.
4Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
De HP PSC scant de afbeelding en het bestand wordt op de
geheugenkaart opgeslagen.
Het scannen stoppen
`Als u een scantaak wilt stoppen, drukt u op Annuleren op het
bedieningspaneel.
Scanfuncties gebruiken
Menu Scannen
Referentiehandleiding
Scannen
63
Hoofdstuk 5
Scannen
64
HP PSC 2500 Series
Faxfuncties gebruiken
6
Faxen
Met de HP PSC kunt u (kleuren)faxberichten verzenden en ontvangen. U kunt
snelkiesnummers instellen om snel en gemakkelijk faxberichten te verzenden
naar veelgebruikte nummers. Via het bedieningspaneel kunt u diverse faxopties
instellen, zoals resolutie en contrast.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Een faxbericht verzenden op pagina 66
•Een faxbericht ontvangen op pagina 69
•De faxkopregel instellen op pagina 72
•Tekst invoeren op pagina 73
•Rapporten afdrukken op pagina 73
•Snelkiesinstellingen vastleggen op pagina 75
•Resolutie en contrast instellen op pagina 77
•Faxopties instellen op pagina 79
•Faxberichten in het geheugen opnieuw afdrukken op pagina 84
•Een faxtaak stoppen op pagina 84
Verken de HP Director (HP-dirigent voor foto- en beeldbewerking) grondig om
alle functies van de HP PSC goed te leren kennen en optimaal te leren gebruiken.
Met de HP-software kunt u onder andere de onderstaande taken uitvoeren die
niet beschikbaar zijn via het bedieningspaneel van de HP PSC. Zo kunt u
bijvoorbeeld:
• Een faxbericht met een voorblad verzenden vanaf de computer
• Een voorblad ontwerpen op de computer
• Een voorbeeld van een faxbericht bekijken op de computer voordat u het
verzendt
• Een faxbericht naar meerdere ontvangers verzenden
Zie De HP Director (HP-dirigent) gebruiken om meer te doen met de HP PSC op
pagina 6 voor meer informatie over het openen van de HP Director (HP-dirigent).
65
Hoofdstuk 6
Een faxbericht verzenden
Via het bedieningspaneel kunt u met de HP PSC een faxbericht in zwart-wit of
kleur verzenden.
Faxen
Faxbevestiging inschakelen
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Faxbevestiging inschakelen op pagina 66
•Basisprocedure voor het verzenden van een faxbericht op pagina 67
•Een zwartwitfaxbericht van twee pagina's verzenden op pagina 67
•Een kleuren- of fotofaxbericht verzenden op pagina 68
•Snelkiesnummers gebruiken om een faxbericht te verzenden op
pagina 68
Standaard is de HP PSC zo ingesteld dat er alleen een rapport wordt afgedrukt
als er bij het verzenden of ontvangen van een faxbericht een probleem optreedt.
Na het verzenden van een faxbericht verschijnt er kort een bericht op het
kleurenscherm van het bedieningspaneel met de mededeling dat het faxbericht
goed is verzonden. Als u een afgedrukte bevestiging wilt dat de faxberichten
goed zijn verzonden, volgt u onderstaande instructies voordat u faxberichten
gaat verzenden.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 1 en vervolgens op 5.
Hiermee selecteert u Rapport afdrukken en vervolgens Instellingen voor
faxrapporten.
66
Rapport afdrukken
1. Laatste transactie
2. Faxlogboek
3. Snelkieslijst
4. Zelftestrapport
5. Instellingen voor
faxrapporten
3Druk op 5 en vervolgens op OK.
Hiermee selecteert u Alleen verzenden.
Opmerking: Als u de instelling Alleen verzenden selecteert voor het
faxrapport, ontvangt u nog steeds afgedrukte rapporten voor eventuele
fouten die zich tijdens het faxen voordoen.
Zie Rapporten afdrukken op pagina 73 voor meer informatie over het afdrukken
van rapporten.
Instellingen voor
faxrapporten
1. Elke fout
2. Fout bij verzenden
3. Fout bij ontvangen
4. Elk faxbericht
5. Alleen verzenden
6. Uit
HP PSC 2500 Series
Basisprocedure voor het verzenden van een faxbericht
In dit deel wordt beschreven hoe u een zwartwitfaxbericht verzendt.
Zie Een zwartwitfaxbericht van twee pagina's verzenden op pagina 67 als u
meer wilt weten over het verzenden van een faxbericht van meerdere pagina's.
U kunt ook een gekleurd origineel of foto faxen. Zie Een kleuren- of
fotofaxbericht verzenden op pagina 68 voor meer informatie.
1Plaats de eerste pagina met de bedrukte zijde naar beneden in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Zie Een origineel plaatsen op pagina 13 voor meer informatie.
2 Druk op Faxen.
Het scherm Voer faxnummer in verschijnt.
3Voer het faxnummer in.
4Druk op Start, Zwart.
Als u op Start, Zwart drukt, wordt de eerste pagina gescand en in het
geheugen opgeslagen. Nadat de pagina is gescand, verschijnt op het
bedieningspaneel een bericht waarin u wordt gevraagd of u nog een
pagina wilt scannen.
5Druk op 1 (Ja) als u nog een pagina wilt faxen of op 2 (Nee) als u geen
volgende pagina meer wilt faxen.
Een zwartwitfaxbericht van twee pagina's verzenden
Met de HP PSC kunt u een faxbericht in zwart-wit van twee (of meer) pagina's
verzenden.
Opmerking: U kunt ook een gekleurd origineel of foto faxen. Zie
Een kleuren- of fotofaxbericht verzenden op pagina 68 voor meer
informatie.
1Plaats de eerste pagina met de bedrukte zijde naar beneden in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Zie Een origineel plaatsen op pagina 13 voor meer informatie.
2 Druk op Faxen.
Het scherm Voer faxnummer in verschijnt.
3Voer het faxnummer in.
4Druk op Start, Zwart.
Als u op Start, Zwart drukt, wordt de eerste pagina gescand en in het
geheugen opgeslagen. Nadat de pagina is gescand, verschijnt op het
bedieningspaneel een bericht waarin u wordt gevraagd of u nog een
pagina wilt scannen.
5Druk op 1 (Ja) om de volgende pagina te scannen.
6Als daarom wordt gevraagd, haalt u de eerste pagina van de glasplaat en
plaatst u de tweede pagina.
7Druk op OK om de tweede pagina te faxen.
Faxfuncties gebruiken
Faxen
Referentiehandleiding
67
Faxen
Hoofdstuk 6
Nadat de pagina's door de HP PSC zijn gescand en in het geheugen zijn
opgeslagen, wordt het nummer gekozen en het faxbericht verzonden.
Wist u dat u met behulp van de HP Director (HP-dirigent), die bij de HP PSC
wordt geleverd, via de computer een faxbericht kunt verzenden? U kunt ook op
de computer een faxvoorblad maken en dit met het faxbericht meezenden. Het
is echt niet moeilijk. Zie de bij de software geleverde HP foto- en beeldbewerking
Help op het scherm voor meer informatie.
Een kleuren- of fotofaxbericht verzenden
Met de HP PSC kunt u een gekleurd origineel of een foto faxen. Als de HP PSC
bij het verzenden van een kleurenfaxbericht vaststelt dat het faxapparaat van de
ontvanger alleen zwartwitfaxberichten kan ontvangen, verzendt de HP PSC het
faxbericht in zwart-wit.
U wordt aangeraden uitsluitend het gekleurde origineel te gebruiken voor het
verzenden van een kleurenfaxbericht.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Zie Een origineel plaatsen op pagina 13 voor meer informatie.
Tip: Als u een foto van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) wilt centreren,
plaatst u de foto precies midden op een leeg vel papier van Letterof A4-formaat en legt u dit vel vervolgens op de glasplaat.
2Druk op Faxen.
Het scherm Voer faxnummer in verschijnt.
3Voer het faxnummer in.
4Het is raadzaam om voor het faxen van een foto de resolutie te veranderen
in Foto. Zie De resolutie wijzigen op pagina 77 voor meer informatie over
het veranderen van de resolutie.
5Druk op Start, Kleur.
Als u op Start, Kleur drukt, wordt het nummer gekozen en het faxbericht
verzonden nadat de pagina’s zijn gescand.
Wist u dat u met behulp van de HP Director (HP-dirigent), die bij de HP PSC
wordt geleverd, via de computer een faxbericht kunt verzenden? U kunt ook op
de computer een faxvoorblad maken en dit met het faxbericht meezenden. Het
is echt niet moeilijk. Zie de bij de software geleverde HP foto- en beeldbewerking
Help op het scherm voor meer informatie.
Snelkiesnummers gebruiken om een faxbericht te verzenden
U kunt snel een faxbericht verzenden vanaf de HP PSC met behulp van
snelkiesnummers.
Snelkiesnummers worden alleen weergegeven als u deze hebt ingesteld.
Zie Snelkiesinstellingen vastleggen op pagina 75 voor meer informatie.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Zie Een origineel plaatsen op pagina 13 voor meer informatie.
68
HP PSC 2500 Series
Faxfuncties gebruiken
2Druk op Faxen.
Het scherm Voer faxnummer in verschijnt.
Voer faxnummer in
_
Druk op voor opnieuw kiezen.
Druk op voor snelkiescodes.
Druk op Faxen voor instellingen.
3Druk op om naar de snelkiesnummers te gaan.
Tip: U kunt ook op drukken om het laatst gekozen nummer
opnieuw te kiezen.
4Druk op totdat het gewenste snelkiesnummer verschijnt.
5Druk op OK.
6Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Nadat een pagina is gescand, verschijnt op het bedieningspaneel een
bericht waarin wordt gevraagd of u nog een pagina wilt scannen. Druk op
1 (Ja) als u nog een pagina wilt faxen of op 2 (Nee) als u geen pagina
meer wilt faxen. Als u op 1 drukt, wordt u gevraagd het volgende origineel
te plaatsen. Nadat u het origineel op de glasplaat hebt geplaatst, drukt u
op OK als u daarom wordt gevraagd.
Faxen
Met behulp van de HP Director (HP-dirigent) kunt u via de computer snel en
gemakkelijk snelkiesnummers vastleggen. Raadpleeg de bij de software
geleverde HP foto- en beeldbewerking Help op het scherm voor meer informatie.
Een faxbericht ontvangen
Afhankelijk van de instelling die u voor de HP PSC hebt gekozen, kunt u
faxberichten automatisch of handmatig ontvangen. De HP PSC is ingesteld op
het automatisch afdrukken van ontvangen faxberichten, tenzij u Geen antwoord
hebt geselecteerd als instelling voor Keren rinkelen om te antwoorden. Zie
Opgeven na hoeveel belsignalen de telefoon moet worden beantwoord op
pagina 70 voor meer informatie over Keren rinkelen om te antwoorden.
Als u een faxbericht op papier van Legal-formaat ontvangt, terwijl de HP PSC niet
is ingesteld op het gebruik van dat papierformaat, wordt het faxbericht
automatisch verkleind zodat het op het geladen papier past. Als u de functie voor
automatische verkleining hebt uitgeschakeld, wordt het faxbericht op twee
pagina's afgedrukt. Zie Automatische verkleining voor binnenkomende
faxberichten instellen op pagina 81 voor meer informatie.
Referentiehandleiding
69
Faxen
Hoofdstuk 6
Als de HP PSC op dezelfde telefoonlijn is aangesloten als een
antwoordapparaat, moet u mogelijk instellen na hoeveel belsignalen de HP PSC
moet beginnen met het ontvangen van het faxbericht. Het standaard aantal
belsignalen dat klinkt voordat de HP PSC een faxbericht ontvangt is 6 (maar dit
verschilt per land/regio). Zie Opgeven na hoeveel belsignalen de telefoon moet
worden beantwoord op pagina 70 voor meer informatie over het instellen van
het aantal belsignalen dat moet klinken voordat de faxontvangst wordt gestart.
Als u meer informatie wilt hebben over het instellen van de HP PSC in een
omgeving waar ook andere kantoorapparatuur wordt gebruikt, zoals
antwoordapparaten en voicemail, raadpleegt u Fax-setup op pagina 197.
Opmerking: Als u een inktpatroon voor het afdrukken van foto’s hebt
geïnstalleerd, kunt u deze inktpatroon vervangen door een zwarte
inktpatroon wanneer u faxen ontvangt. Zie Met inktpatronen werken op
pagina 107 voor meer informatie.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Opgeven na hoeveel belsignalen de telefoon moet worden beantwoord op
pagina 70
•De HP PSC instellen op het handmatig beantwoorden van faxoproepen op
pagina 71
•Een faxbericht handmatig ontvangen op pagina 71
Opgeven na hoeveel belsignalen de telefoon moet worden beantwoord
U kunt opgeven na hoeveel belsignalen de HP PSC een oproep automatisch
moet beantwoorden. De standaardinstelling is 6 belsignalen (dit verschilt per
land/regio).
Als u niet wilt dat de HP PSC een oproep automatisch beantwoordt, stelt u Keren
rinkelen om te antwoorden in op Geen antwoord.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en nogmaals op 3.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Keren rinkelen om
te antwoorden.
3Druk op totdat het gewenste aantal belsignalen is gemarkeerd.
Als op de telefoonlijn ook een antwoordapparaat is aangesloten, moet u
de HP PSC zo instellen dat deze de telefoon ná het antwoordapparaat
beantwoordt. Het aantal belsignalen dat u instelt voor de HP PSC, moet
hoger zijn dan het aantal belsignalen dat is ingesteld voor het
antwoordapparaat.
Het antwoordapparaat moet een oproep dus eerder beantwoorden dan
de HP PSC. De HP PSC controleert de oproepen en beantwoordt een
oproep als er faxsignalen worden gedetecteerd.
4Druk op OK om de instelling te accepteren.
5Als er op de telefoonlijn een modem is aangesloten, moet u in de
modemsoftware de automatische ontvangst van faxen op de computer
uitschakelen, omdat de HP PSC faxberichten anders niet juist ontvangt.
Als u meer informatie wilt hebben over het instellen van de HP PSC in een
omgeving waar ook andere kantoorapparatuur wordt gebruikt, zoals
antwoordapparaten en voicemail, raadpleegt u Fax-setup op pagina 197.
70
HP PSC 2500 Series
Faxfuncties gebruiken
De HP PSC instellen op het handmatig beantwoorden van faxoproepen
In bepaalde situaties kan het handig zijn faxberichten handmatig te ontvangen.
Als er bijvoorbeeld naast de HP PSC een telefoontoestel op de telefoonlijn is
aangesloten en het niet mogelijk is om twee verschillende belsignalen te
ontvangen, moet u de HP PSC instellen op het handmatig beantwoorden van
faxoproepen. Dat is nodig omdat de HP PSC in deze situatie geen onderscheid
kan maken tussen faxoproepen en telefoonoproepen. Voor het handmatig
ontvangen van faxberichten moet u zelf aanwezig zijn om op de
binnenkomende faxoproep te reageren, anders kan de HP PSC geen
faxberichten ontvangen. Zie Een faxbericht handmatig ontvangen op pagina 71
voor meer informatie over het handmatig ontvangen van faxberichten.
Als u meer informatie wilt hebben over het instellen van de HP PSC in een
omgeving waar ook andere kantoorapparatuur wordt gebruikt, zoals
antwoordapparaten en voicemail, raadpleegt u Fax-setup op pagina 197.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en nogmaals op 3.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Keren rinkelen om
te antwoorden.
Basisfaxinstellingen
1. Datum en tijd
2. Faxkopregel
3. Keren rinkelen om te
antwoorden
4. Papierformaat
5. Kiezen met toon of puls
6. Rinkel- en piepvolume
Keren rinkelen om te
antwoorden
1. 6 belsignalen
2. Geen antwoord
3. 1 belsignaal
4. 2 belsignalen
5. 3 belsignalen
6. 4 belsignalen
7. 5 belsignalen
Faxen
3Druk op 2.
Hiermee selecteert u Geen antwoord.
4Druk op OK om de instelling te accepteren.
Een faxbericht handmatig ontvangen
Als u de HP PSC instelt op het handmatig ontvangen van faxberichten, moet u
aanwezig zijn om op de binnenkomende faxoproep te kunnen reageren.
1Als de HP PSC rinkelt, neemt u de hoorn op van een telefoontoestel dat op
dezelfde telefoonlijn is aangesloten als de HP PSC.
2Als u een faxsignaal hoort, kunt u het volgende doen:
– Als het telefoontoestel is aangesloten op de achterkant van de HP PSC,
drukt u op Faxen en vervolgens op Start, Zwart of Start, Kleur.
– Als het telefoontoestel niet op de achterkant van de HP PSC is
aangesloten maar wel op dezelfde telefoonlijn, drukt u op het
telefoontoestel op 123.
3Wacht op het faxsignaal en leg de telefoonhoorn neer.
Referentiehandleiding
71
Hoofdstuk 6
De faxkopregel instellen
De faxkopregel is de regel tekst met uw naam en faxnummer die wordt afgedrukt
boven aan elk faxbericht dat u verstuurt. U wordt aangeraden de faxkopregel in
Faxen
te stellen met behulp van de wizard Fax-setup bij het installeren van de HPsoftware. Het is echter ook mogelijk om een faxkopregel in te stellen via het
bedieningspaneel.
In veel landen/regio's is deze kopregelinformatie wettelijk verplicht.
Opmerking: In Hongarije kan de identificatiecode van de abonnee (de
faxkopregel) alleen door bevoegd personeel worden ingesteld of
gewijzigd. Neem voor meer informatie contact op met uw geautoriseerde
HP-leverancier.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en vervolgens op 2.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstelling en vervolgens Faxkopregel.
3Voer achter uw naam uw naam in met behulp van het numerieke
toetsenblok en klik vervolgens op OK.
Zie voor meer informatie over het invoeren van tekst met het
bedieningspaneel Tekst invoeren op pagina 73,
4Voer uw faxnummer in met het toetsenblok.
5Druk op OK.
Het invoeren van de gegevens voor de faxkopregel gaat gemakkelijker met de
HP Director (HP-dirigent), die bij de HP PSC is geleverd. Behalve de faxkopregel
kunt u ook gegevens invoeren voor het faxvoorblad. Deze gegevens worden
gebruikt als u via de computer een faxbericht met een voorblad verstuurt. Zie de
bij de software geleverde HP foto- en beeldbewerking Help op het scherm voor
meer informatie.
72
HP PSC 2500 Series
Tekst invoeren
Faxfuncties gebruiken
Hier volgen enkele tips voor het invoeren van tekst met het toetsenblok op het
bedieningspaneel.
•Druk op de toetsenbloknummers die overeenstemmen met de letters van
een naam.
ABC
2
Deze letters corresponderen
met dit getal, enzovoort.
•Druk meerdere malen op een toets om de letter eerst als kleine letter en
vervolgens als hoofdletter weer te geven. De eerste letter van een woord
wordt automatisch een hoofdletter.
JKL
Als u dit teken wilt maken:
drukt u dit aantal keren op 5:
5
j1k2l3J4K5L65
7
Opmerking: Afhankelijk van de instelling voor land/regio die u hebt
geselecteerd, kunnen extra tekens beschikbaar zijn.
•Zodra de juiste letter wordt weergegeven, drukt u op . Vervolgens drukt
u op het nummer dat correspondeert met de volgende letter in de naam.
Druk meerdere malen op de toets, totdat de juiste letter wordt
weergegeven.
•Anderhalve seconde nadat u voor het laatst op een toets hebt gedrukt,
gaat de cursor automatisch naar rechts.
•Als u een spatie wilt invoegen, drukt u op het hekje (#).
•Voor een streepje drukt u op het hekje( #)
•Voor een symbool, zoals @, drukt u herhaaldelijk op het sterretje (*) om de
lijst met beschikbare symbolen te doorlopen. De beschikbare symbolen
zijn: *, -, &, ., / (), ‘, =, #, @, _, + en !
•Als u een verkeerd teken hebt ingevoerd, drukt u op om dit verkeerde
teken te wissen, waarna u het juiste teken invoert.
•Als u klaar bent met het invoeren van tekst, drukt u op OK om de
ingevoerde gegevens op te slaan.
Faxen
Rapporten afdrukken
U kunt de HP PSC zo instellen dat foutrapporten en bevestigingsrapporten
worden afgedrukt voor elk faxbericht dat u verzendt en ontvangt U kunt ook
handmatig systeemrapporten afdrukken op het moment dat u die nodig hebt.
Deze rapporten verschaffen nuttige systeeminformatie over de HP PSC.
Standaard is de HP PSC zo ingesteld dat alleen een rapport wordt afgedrukt als
zich een probleem voordoet bij het verzenden of ontvangen van een faxbericht.
Na het verzenden van een faxbericht verschijnt er kort een bericht op het
bedieningspaneel met de mededeling dat het faxbericht goed is verzonden.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Automatisch rapporten genereren op pagina 74
•Handmatig rapporten genereren op pagina 75
Referentiehandleiding
73
Faxen
Hoofdstuk 6
Automatisch rapporten genereren
U kunt de HP PSC zo configureren dat deze automatisch bevestigings- en
foutrapporten afdrukt.
Opmerking: Als u een afgedrukte bevestiging wenst dat de faxberichten
goed zijn verzonden, volgt u onderstaande instructies voordat u
faxberichten gaat verzenden.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 1 en vervolgens op 5.
Hiermee selecteert u Rapport afdrukken en vervolgens Instellingen voor
faxrapporten.
1. Laatste transactie
2. Faxlogboek
3. Snelkieslijst
4. Zelftestrapport
5. Instellingen voor
faxrapporten
Rapport afdrukken
Instellingen voor
faxrapporten
1. Elke fout
2. Fout bij verzenden
3. Fout bij ontvangen
4. Elk faxbericht
5. Alleen verzenden
6. Uit
3Druk op om de volgende soorten rapporten te doorlopen:
– 1. Elke fout: dit rapport wordt afgedrukt als zich een fout voordoet
(standaardinstelling).
– 2. Fout bij verzenden: dit rapport wordt afgedrukt als zich een
transmissiefout voordoet.
– 3. Fout bij ontvangen: dit rapport wordt afgedrukt als zich een
ontvangstfout voordoet.
–4. Elk faxbericht: dit rapport wordt afgedrukt ter bevestiging van de
ontvangst of verzending van elk faxbericht.
–5. Alleen verzenden: dit rapport wordt afgedrukt na verzending van elk
faxbericht.
–6. Uit: er worden geen faxrapporten afgedrukt.
4Als het gewenste rapport is gemarkeerd, drukt u op OK.
74
HP PSC 2500 Series
Handmatig rapporten genereren
U kunt handmatig rapporten over de HP PSC genereren, waarin bijvoorbeeld de
status wordt vermeld van het laatste faxbericht dat u hebt verzonden.
1Druk op Instellingen en vervolgens op 1.
Hiermee selecteert u Rapport afdrukken.
Rapport afdrukken
1. Laatste transactie
2. Faxlogboek
3. Snelkieslijst
4. Zelftestrapport
5. Instellingen voor
faxrapporten
2Druk op om de volgende soorten rapporten te doorlopen:
– 1. Laatste transactie: een rapport met de details van de laatste
faxtransactie.
–2. Faxlogboek: een overzicht van ongeveer de laatste 30
faxtransacties.
– 3. Snelkieslijst: een lijst van geprogrammeerde snelkiesnummers.
–4. Zelftestrapport: een rapport dat helpt bij het achterhalen van de
oorzaak van problemen met afdrukken en uitlijnen. Zie Een
zelftestrapport afdrukken op pagina 108 voor meer informatie.
– 5. Instellingen voor faxrapporten: hiermee worden de automatische
faxrapporten afgedrukt, zoals is beschreven in Automatisch rapporten
genereren op pagina 74.
3Als het gewenste rapport is gemarkeerd, drukt u op OK.
Faxfuncties gebruiken
Faxen
Snelkiesinstellingen vastleggen
U kunt snelkiesnummers toewijzen aan faxnummers die u vaak gebruikt. U kunt
die nummers dan snel kiezen met de toetsen op het bedieningspaneel. U kunt,
afhankelijk van het model, tot 60 afzonderlijke snelkiesnummers instellen.
U wordt aangeraden de snelkiesinstellingen vast te leggen met behulp van de
HP Director (HP-dirigent), maar het is ook mogelijk om dit te doen via het
bedieningspaneel.
Zie Snelkiesnummers gebruiken om een faxbericht te verzenden op pagina 68
voor informatie over het gebruik van snelkiesnummers bij het verzenden van
faxberichten.
Opmerking: Een snelkiesnummer kan maar aan één telefoonnummer
worden toegewezen. Groepen snelkiesnummers worden niet ondersteund.
Met behulp van de HP Director (HP-dirigent) kunt u via de computer snel en
gemakkelijk snelkiesnummers vastleggen. Zie de bij de software geleverde HP
foto- en beeldbewerking Help op het scherm voor meer informatie.
Referentiehandleiding
75
Faxen
Hoofdstuk 6
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Snelkiesnummers instellen op pagina 76
•Snelkiesnummers verwijderen op pagina 76
Snelkiesnummers instellen
U kunt snelkiesnummers instellen voor faxnummers die u vaak gebruikt.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 2 en vervolgens op 1.
3Druk op OK om het weergegeven snelkiesnummer te selecteren. U kunt ook
4Voer het faxnummer in dat u aan het snelkiesnummer wilt toewijzen en
5Voer de naam van de persoon of het bedrijf in en druk vervolgens op OK.
6Als de vraag Nog een invoeren? verschijnt, drukt u op 1 (Ja) als u nog een
Hiermee selecteert u Snelkiesinstellingen en vervolgens Individueel
snelkiezen.
Snelkiesinstellingen
1. Individueel snelkiezen
2. Snelkiesnummer
verwijderen
3. Snelkieslijst afdrukken
Het eerste nog niet toegewezen snelkiesnummer wordt in het venster
weergegeven.
op of drukken om een ander leeg nummer te selecteren.
druk op OK.
Tip: Voor een pauze van twee seconden in een nummer drukt u
een paar keer op het hekje (#) totdat op het kleurenscherm van het
bedieningspaneel een streepje wordt weergegeven.
Zie Tekst invoeren op pagina 73 voor meer informatie over het invoeren
van tekst.
nummer wilt instellen of drukt u op 2 (Nee) als u geen nummer meer wilt
instellen.
Snelkiesnummers verwijderen
Volg deze stappen als u een individueel snelkiesnummer wilt wissen.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 2 en vervolgens nogmaals op 2.
Hiermee selecteert u Snelkiesinstellingen en vervolgens Snelkiesnummer
verwijderen.
3Druk op tot het individuele nummer dat u wilt verwijderen, wordt
weergegeven. Druk vervolgens op OK.
76
HP PSC 2500 Series
Resolutie en contrast instellen
Faxfuncties gebruiken
U kunt de resolutie en het contrast wijzigen van de documenten die u verzendt.
Na twee minuten zonder activiteit worden uw wijzigingen ongedaan gemaakt
en de standaardinstellingen hersteld, tenzij u uw wijzigingen als standaard
instelt. Zie Nieuwe standaardinstellingen instellen op pagina 78 voor meer
informatie.
Opmerking: Deze instellingen hebben geen gevolgen voor de
kopieerinstellingen. De resolutie en het contrast voor het kopiëren worden
los van de resolutie en het contrast voor het faxen ingesteld. Ook hebben
de instellingen die u met het bedieningspaneel wijzigt, geen invloed op
faxberichten die u via de computer verzendt.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•De resolutie wijzigen op pagina 77
•Het contrast wijzigen op pagina 78
•Nieuwe standaardinstellingen instellen op pagina 78
De resolutie wijzigen
De resolutie is van invloed op de transmissiesnelheid en kwaliteit van gefaxte
documenten. De HP PSC verstuurt faxberichten slechts met de hoogste resolutie
die door het ontvangende faxapparaat wordt ondersteund.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Zie Een origineel plaatsen op pagina 13 voor meer informatie.
2Druk op Faxen.
Het scherm Voer faxnummer in verschijnt.
3Voer het faxnummer in.
4Druk op Faxen en vervolgens op 1.
Hiermee selecteert u het Menu Faxen en vervolgens Resolutie.
Faxen
5Druk op om een resolutie-instelling te selecteren:
6Druk op OK.
7Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Referentiehandleiding
Resolutie
1. Fijn
2. Foto
3. Standaard
– Fijn: dit is de standaardinstelling. Deze instelling geeft tekst van hoge
kwaliteit en is geschikt voor het faxen van de meeste documenten.
–Foto: deze instelling geeft de beste kwaliteit voor het faxen van foto's.
Als u Foto kiest, moet u er wel rekening mee houden dat het verzenden
van het faxbericht langer duurt. Voor het faxen van foto's wordt
aangeraden Foto te kiezen.
–Standaard: deze instelling biedt de snelst mogelijke transmissie, maar
de minst goede kwaliteit.
77
Faxen
Hoofdstuk 6
Het contrast wijzigen
U kunt het contrast van een faxbericht wijzigen zodat het bericht donkerder of
lichter is dan het origineel. Deze functie is handig als u een vervaagd, verbleekt
of handgeschreven document wilt faxen. U kunt het origineel donkerder maken
door het contrast aan te passen.
1Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag in de
rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Zie Een origineel plaatsen op pagina 13 voor meer informatie.
2 Druk op Faxen.
Het scherm Voer faxnummer in verschijnt.
3Voer het faxnummer in.
4Druk op Faxen en vervolgens op 2.
Hiermee selecteert u het Menu Faxen en vervolgens Lichter/Donkerder.
Het bereik van contrastwaarden wordt in de vorm van een schaal op het
kleurenscherm van het bedieningspaneel weergegeven.
5Druk op om het faxbericht lichter te maken of op om het faxbericht
donkerder te maken.
Afhankelijk van de toets waarop u drukt, verplaatst de indicator zich naar
links of rechts.
6Druk op OK.
7Druk op Start, Zwart of Start, Kleur.
Nieuwe standaardinstellingen instellen
U kunt de standaardwaarden voor de resolutie en het contrast wijzigen met het
bedieningspaneel.
1Breng de gewenste wijzigingen aan voor de Resolutie en Lichter/
Donkerder.
2Als het Menu Faxen nog niet is geopend, drukt u tweemaal op Faxen.
Hiermee selecteert u het Menu Faxen.
3Druk op 3.
Hiermee selecteert u Nieuwe standaarden instellen.
4Druk op OK.
78
HP PSC 2500 Series
Faxopties instellen
Faxfuncties gebruiken
Er zijn vele faxopties die u kunt instellen. Zo kunt u bijvoorbeeld opgeven dat de
HP PSC een faxnummer dat bezet is, automatisch opnieuw moet kiezen. Dit deel
kunt u gebruiken als informatie bij het veranderen van faxopties.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Een nummer dat bezet is of geen antwoord geeft, automatisch opnieuw
kiezen op pagina 80
•De foutcorrectiemodus gebruiken op pagina 81
•Automatische verkleining voor binnenkomende faxberichten instellen op
pagina 81
•Het volume instellen op pagina 81
•Het belpatroon wijzigen (specifieke belsignalen) op pagina 82
•Datum en tijd instellen op pagina 82
•Het papierformaat instellen op pagina 83
•Kiezen met toon of puls op pagina 83
•Backup-faxontvangst instellen op pagina 83
Faxen
Referentiehandleiding
79
Faxen
Hoofdstuk 6
Een nummer dat bezet is of geen antwoord geeft, automatisch opnieuw kiezen
U kunt de HP PSC zodanig instellen dat deze een nummer dat bezet is of geen
antwoord geeft, automatisch opnieuw kiest. De standaardinstelling voor
Opnieuw kiezen bij in gesprek is Opnieuw kiezen. De standaardinstelling voor
Opnieuw kiezen bij geen antwoord is Niet opnieuw kiezen.
1Druk op Instellingen.
2Voer een van de volgende handelingen uit:
– Als u de instelling van Opnieuw kiezen bij in gesprek wilt wijzigen,
drukt u op 4 en vervolgens op 3.
Hiermee selecteert u Geavanceerde faxinstellingen en vervolgens
Opnieuw kiezen bij in gesprek.
– Als u de instelling van Opnieuw kiezen bij geen antwoord wilt
wijzigen, drukt u op 4 en vervolgens nogmaals op 4.
Hiermee selecteert u Geavanceerde faxinstellingen en vervolgens
Opnieuw kiezen bij geen antwoord.
Geavanceerde
faxinstellingen
1. Instellingen voor
faxrapporten
Opnieuw kiezen bij
in gesprek
1. Opnieuw kiezen
2. Niet opnieuw kiezen
2. Antwoorden op
rinkelsignaal
3. Opnieuw kiezen bij
in gesprek
4. Opnieuw kiezen bij
geen antwoord
Opnieuw kiezen bij
geen antwoord
1. Niet opnieuw kiezen
2. Opnieuw kiezen
5. Automatische verkleining
6. Backup-faxontvangst
7. Foutcorrectiemodus
3Druk op om Opnieuw kiezen of Niet opnieuw kiezen te selecteren.
4Druk op OK.
80
HP PSC 2500 Series
Faxfuncties gebruiken
De foutcorrectiemodus gebruiken
ECM elimineert gegevensverlies als gevolg van slechte telefoonverbindingen,
door transmissiefouten te detecteren en automatisch het foutieve gedeelte
opnieuw te verzenden. Uw telefoonkosten blijven gelijk, en kunnen bij goede
verbindingen zelfs lager uitvallen. Bij slechte verbindingen brengt ECM een
langere verzendtijd en hogere kosten met zich mee, maar worden de gegevens
betrouwbaarder verzonden. Schakel ECM alleen uit (standaard is ECM
ingeschakeld) als met ECM uw telefoonkosten aanzienlijk hoger uitvallen en als
een slechtere kwaliteit van faxberichten geen probleem is.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 4 en vervolgens op 7.
Hiermee selecteert u Geavanceerde faxinstellingen en vervolgens
Foutcorrectiemodus.
3Druk op om Uit of Aan te selecteren.
4Druk op OK.
Automatische verkleining voor binnenkomende faxberichten instellen
Deze instelling bepaalt wat de HP PSC doet als deze een faxbericht ontvangt dat
te groot is voor het standaardpapierformaat. Als Automatisch verkleining is
ingeschakeld (de standaardinstelling), wordt de afbeelding verkleind zodat deze
indien mogelijk op één pagina past. Als Automatisch verkleining is
uitgeschakeld, worden de gegevens die niet op de eerste pagina passen, op de
volgende pagina afgedrukt. Deze functie komt van pas als u een faxbericht van
Legal-formaat ontvangt terwijl in de invoerlade papier van Letter-formaat is
geplaatst.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 4 en vervolgens op 5.
Hiermee selecteert u Geavanceerde faxinstellingen en vervolgens
Automatische verkleining.
3Druk op om Uit of Aan te selecteren.
4Druk op OK.
Faxen
Het volume instellen
Op de HP PSC kunt u drie geluidsniveaus instellen voor het volume van het
belsignaal en de luidspreker Het rinkelvolume is het geluidsniveau van de
overgaande telefoon. Het luidsprekervolume is het geluidsniveau van alle
overige geluiden, zoals de kiestonen, faxtonen en het geluid dat u hoort als u op
een toets drukt. De standaardinstelling is Zacht.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en vervolgens op 6.
3Druk op om een van de opties te selecteren: Zacht, Hard of Uit.
4Druk op OK.
Referentiehandleiding
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Rinkel- en
piepvolume.
81
Faxen
Hoofdstuk 6
Het belpatroon wijzigen (specifieke belsignalen)
Veel telefoonmaatschappijen bieden een service aan waarbij abonnees voor
één telefoonlijn meerdere telefoonnummers krijgen toegewezen die elk hun
eigen specifieke belpatroon hebben. Als u zich op deze service abonneert, heeft
elk telefoonnummer een ander rinkelpatroon, dat bijvoorbeeld kan bestaan uit
enkele, dubbele en driedubbele belsignalen. Als deze service niet beschikbaar
is, gebruikt u het standaardbelpatroon Alle belsignalen.
Als u de HP PSC aansluit op een telefoonlijn met specifieke belsignalen, moet u
de telefoonmaatschappij verzoeken om twee verschillende belpatronen toe te
wijzen aan binnenkomende gespreksoproepen en faxoproepen. Het is het beste
om voor een faxnummer dubbele of drievoudige belsignalen te vragen.
1Controleer of de HP PSC is ingesteld om faxoproepen automatisch te
beantwoorden. Zie Opgeven na hoeveel belsignalen de telefoon moet
worden beantwoord op pagina 70 voor meer informatie.
2Druk op Instellingen.
3Druk op 4 en vervolgens op 2.
Hiermee selecteert u Geavanceerde faxinstellingen en vervolgens
Rinkelsignaal voor antwoorden.
4Druk op om de opties te doorlopen: Alle belsignalen, Enkele
belsignalen, Dubbele belsignalen, Driedubbele belsignalen en Dubbele en
driedubbele belsignalen.
5Als het belpatroon verschijnt dat de telefoonmaatschappij voor dit nummer
heeft gereserveerd, drukt u op OK.
Datum en tijd instellen
U kunt de datum en de tijd instellen via het bedieningspaneel. Als een faxbericht
wordt verzonden, worden de huidige datum en tijd samen met de faxkopregel
afgedrukt. De notatie van de datum en de tijd is afhankelijk van de taalinstelling
en de landinstelling.
Doorgaans worden de datum en de tijd automatisch door de computersoftware
ingesteld.
Opmerking: Als de HP PSC geen stroom meer krijgt, moeten datum en tijd
opnieuw worden ingesteld.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en vervolgens op 1.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Datum en tijd.
3Voer de maand, de dag en het jaar (de laatste twee cijfers) via het
toetsenblok in.
De onderstrepingscursor wordt in eerste instantie weergegeven onder het
eerste cijfer en gaat automatisch door naar de volgende cijfers als u op
een toets drukt. Nadat u het laatste cijfer van de datum hebt ingevoerd,
wordt u automatisch gevraagd de tijd op te geven.
4Voer de uren en minuten in.
Bij een 12-uurs tijdweergave verschijnt nadat u het laatste cijfer voor de tijd
hebt ingevoerd automatisch de vraag om aan te geven of het om AM
(voormiddag) of PM (namiddag) gaat.
82
HP PSC 2500 Series
5Druk op 1 voor AM of 2 voor PM.
De nieuwe datum- en tijdinstellingen verschijnen op het bedieningspaneel.
Het papierformaat instellen
U kunt het papierformaat selecteren voor het ontvangen van faxberichten. Het
geselecteerde papierformaat moet overeenkomen met het formaat van het
papier in de invoerlade. Faxberichten kunnen alleen worden afgedrukt op
papier van het formaat Letter, A4 of Legal.
Opmerking: Als zich papier van een onjuist formaat in de invoerlade
bevindt op het moment dat er een faxbericht binnenkomt, wordt het bericht
niet afgedrukt. Laad papier van het formaat Letter, A4 of Legal en druk op
OK om het faxbericht af te drukken.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en vervolgens op 4.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Papierformaat.
3Druk op om een optie te markeren en druk op OK.
Kiezen met toon of puls
U kunt de kieswijze instellen op toonkiezen of pulskiezen. De meeste
telefoonsystemen werken hetzij met toonkiezen, hetzij met pulskiezen. Als het
openbare telefoonnet of uw telefooncentrale (PBX) werkt met pulskiezen, moet u
Pulskiezen selecteren. De standaardinstelling is Toonkiezen. Als u pulskiezen
selecteert, zijn sommige functies van het telefoonsysteem mogelijk niet
beschikbaar. Bovendien kan het met pulskiezen langer duren om een faxnummer
te kiezen. Neem contact op met de telefoonmaatschappij als u niet weet welke
instelling u het beste kunt gebruiken.
Opmerking: Als pulskiezen niet noodzakelijk is voor uw telefoonsysteem,
kunt u het beste de standaardinstelling Toonkiezen gebruiken.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 3 en vervolgens op 5.
Hiermee selecteert u Basisfaxinstellingen en vervolgens Kiezen met toon of
puls.
3Druk op om een optie te markeren en druk op OK.
Faxfuncties gebruiken
Faxen
Backup-faxontvangst instellen
Met de functie Backup-faxontvangst kunt u ontvangen faxberichten in het
geheugen opslaan. Als bijvoorbeeld de inktpatroon tijdens het ontvangen van
een faxbericht leeg raakt, wordt het bericht in het geheugen opgeslagen. Nadat
u de inktpatroon hebt vervangen kunt u het faxbericht alsnog afdrukken. Op het
scherm van het bedieningspaneel verschijnt een melding als er niet-afgedrukte
faxberichten in het geheugen zijn opgeslagen.
Standaard is de functie Backup-faxontvangst ingeschakeld. Zie Faxberichten in
het geheugen opnieuw afdrukken op pagina 84 voor informatie over het
afdrukken van in het geheugen opgeslagen faxen.
Referentiehandleiding
83
Hoofdstuk 6
Opmerking: Als het geheugen van de HP PSC vol raakt, worden de oudste,
afgedrukte faxberichten overschreven. Alle niet-afgedrukte faxberichten
blijven in het geheugen totdat zij worden afgedrukt of verwijderd. Als het
geheugen vol is met niet-afgedrukte faxberichten, zal de HP PSC geen
Faxen
faxoproepen meer aannemen totdat de niet-afgedrukte faxberichten zijn
afgedrukt. Als u alle faxberichten uit het geheugen wilt verwijderen, inclusief
de niet-afgedrukte faxberichten, schakelt u de HP PSC uit.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 4 en vervolgens op 6.
Hiermee selecteert u Geavanceerde faxinstellingen en vervolgens Backupfaxontvangst.
3Druk op om Aan of Uit te selecteren.
4Druk op OK.
Faxberichten in het geheugen opnieuw afdrukken
Fax in geheugen opnieuw afdrukken is een functie waarmee u een faxbericht dat
in het geheugen is opgeslagen, opnieuw kunt afdrukken. Als de HP PSC een
faxbericht begint af te drukken dat u niet nodig hebt, kunt u op elk gewenst
moment op Annuleren drukken om het afdrukken te stoppen. De HP PSC begint
dan het volgende in het geheugen opgeslagen faxbericht af te drukken. U moet
telkens op Annuleren drukken voor elk opgeslagen faxbericht dat u niet wilt
afdrukken.
Opmerking: Als u de HP PSC uitschakelt, gaan alle in het geheugen
opgeslagen faxberichten verloren.
Faxberichten worden alleen in het geheugen opgeslagen als Backupfaxontvangst is ingeschakeld. Zie Backup-faxontvangst instellen op pagina 83
voor meer informatie.
1Druk op Instellingen.
2Druk op 5 en vervolgens op 4.
Hiermee selecteert u Tools en vervolgens Fax in geheugen opnieuw
afdrukken.
De faxberichten in het geheugen worden afgedrukt.
Een faxtaak stoppen
`Als u het verzenden of ontvangen van een faxbericht wilt stoppen, drukt u
op Annuleren.
84
HP PSC 2500 Series
De tools voor netwerkconfiguratie
7
gebruiken
De HP PSC 2500 Series (HP PSC) bevat een interne component die
netwerkcapaciteiten verschaft. De netwerkcomponent is ingebouwd aan de
achterzijde van de HP PSC en biedt zowel Ethernet-connectiviteit via bekabeling
als draadloze connectiviteit. U krijgt toegang tot de instellingen van de
netwerkconfiguratie via het menu Netwerk van de HP PSC en de ingebouwde
webserver.
Opmerking: Het menu Netwerk is alleen beschikbaar op de HP PSC
2500 Series.
Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Het netwerkmenu openen op pagina 85
•Opties uit het menu Netwerk gebruiken op pagina 86
•De HP PSC beheren met de ingebouwde webserver op pagina 96
Het netwerkmenu openen
1Druk op Instellingen op het bedieningspaneel.
Het menu Instellingen verschijnt op het kleurenscherm.
2Druk op 6 om Netwerk te selecteren in het menu Instellingen.
3Druk op OK.
Het menu Netwerk verschijnt op het kleurenscherm.
Netwerkconfiguratie
Menu Instellingen
1. Rapport afdrukken
2. Snelkiesinstellingen
3. Basisfaxinstellingen
4. Geavanceerde
faxinstellingen
5. Tools
6. Netwerk
7. Voorkeuren
Netwerk
1. Netwerkconfiguratiepagina afdrukken
2. Draadloze radio
inschakelen
3. Standaardinstellingen voor
draadloze verbindingen
herstellen
4. Linksnelheid wijzigen
85
Hoofdstuk 7
Opties uit het menu Netwerk gebruiken
Het bedieningspaneel van de HP PSC geeft toegang tot de opties uit het menu
Netwerk via het menu Instellingen. Dit deel bevat de volgende onderwerpen:
•Een netwerkconfiguratiepagina afdrukken op pagina 86
•Draadloze radio in- of uitschakelen op pagina 94
•Standaardinstellingen voor draadloze verbinding herstellen op pagina 95
•De linksnelheid wijzigen op pagina 95
Een netwerkconfiguratiepagina afdrukken
1Open het menu Netwerk. (Zie Het netwerkmenu openen.)
2Druk op 1 om Druk netwerkconfiguratiepagina af te selecteren in het
menu Netwerk.
3Druk op OK.
De HP PSC drukt de netwerkconfiguratiepagina af.
Netwerkconfiguratie
Opmerking: Alle instellingen van de configuratiepagina moeten
overeenkomen met de instellingen van het netwerk waarmee u probeert te
werken. Als er waarden verschillen, kunt u mogelijk geen verbinding maken
met het netwerk.
In de volgende delen worden de verschillende velden van de
netwerkconfiguratiepagina beschreven.
Algemene netwerkinstellingen
VeldBeschrijving
StatusStatus van de HP PSC:
•Bezig met initialiseren: het netwerk is bezig met initialisatie.
•Klaar: het apparaat is gereed om gegevens te ontvangen of te
verzenden.
•Deksel open: de klep van het apparaat is open en het apparaat is
offline.
•Papierstoring: de papierbaan van het apparaat is niet vrij en het
apparaat is offline.
•Papier op: het apparaat heeft geen papier meer en is offline.
•Offline: het apparaat is offline.
Netwerkaansluitingstype
Netwerkmodus van de HP PSC:
•Bedraad: de HP PSC is via een Ethernet-kabel verbonden met een
IEEE 802.3-netwerk.
•Draadloos: de HP PSC is draadloos verbonden met een IEEE
802.11b-netwerk.
•Uitgeschakeld: beide typen netwerkverbinding zijn uitgeschakeld.
Opmerking: Er kan slechts één type verbinding tegelijkertijd actief
zijn.
86
HP PSC 2500 Series
De tools voor netwerkconfiguratie gebruiken
VeldBeschrijving
URLHet webadres van de ingebouwde webserver. De URL wordt
weergegeven in de volgende notatie: http://<ip-adres>.
Opmerking: U hebt deze URL nodig als u toegang wilt tot de
ingebouwde webserver.
ApparatuuradresHet MAC-adres (Media Access Control) dat een unieke identificatie
vormt van de HP PSC. Dit is een uniek identificatienummer van twaalf
cijfers dat voor identificatiedoeleinden aan netwerkhardware wordt
toegewezen, als een digitale vingerafdruk. Twee apparaten kunnen
nooit hetzelfde MAC-adres hebben.
Opmerking: Sommige ISP's vereisen dat u het MAC-adres van de
netwerkkaart of LAN-adapter die op uw kabel- of DSL-modem is
aangesloten tijdens de installatie registreert.
Firmware-versieDe revisiecode van de firmware van de interne netwerkcomponent en het
apparaat, gescheiden door een streepje.
Opmerking: Als u belt voor ondersteuning, kan afhankelijk van het
probleem, om de revisiecode van de firmware worden gevraagd.
Host-naamDe TCP/IP-naam die door de installatiesoftware aan het apparaat is
toegewezen. Standaard zijn dit de letters NPI, gevolgd door de laatste
zes cijfers van het MAC-adres. U kunt de apparaatnaam ook
configureren via de ingebouwde webserver.
IP-adresHet IP-adres (Internet Protocol) van de HP PSC. Dit adres vormt een
unieke identificatie van het apparaat in het netwerk.
IP-adressen worden dynamisch toegewezen door DHCP of AutoIP. U kunt
ook een statisch IP-adres instellen, maar dat wordt niet aanbevolen.
Opmerking: Als u tijdens de installatie handmatig een ongeldig IP-
adres toewijst, zien de netwerkcomponenten het apparaat niet.
SubnetmaskerEen subnet is een IP-adres dat door de installatiesoftware wordt
toegewezen om een extra netwerk beschikbaar te maken als deel van
een groter netwerk. Subnetten worden opgegeven met behulp van een
subnetmasker. Dit masker bepaalt welke bits van het IP-adres van de
HP PSC het netwerk en het subnet aangeven en welke bits het apparaat
zelf aangeven.
Opmerking: Het wordt aanbevolen dat de HP PSC en de
computers die er gebruik van maken, zich alle in hetzelfde subnet
bevinden.
Netwerkconfiguratie
Standaard gatewayEen knooppunt in een netwerk dat dient als toegang tot een ander
netwerk. Een knooppunt kan in dit geval een computer of een ander
apparaat zijn.
Opmerking: Het adres van de standaardgateway wordt
toegewezen door de installatiesoftware.
Referentiehandleiding
87
Hoofdstuk 7
VeldBeschrijving
ConfiguratiebronHet protocol dat wordt gebruikt om het IP-adres aan het apparaat toe te
wijzen:
•Automatisch (AutoIP): de installatiesoftware bepaalt de
configuratieparameters.
•DHCP: de configuratieparameters worden bepaald door een
DHCP-server (Dynamic Host Configuration Protocol) in het netwerk.
In kleine netwerken kan dat een router zijn.
•Handmatig: de configuratieparameters worden handmatig
ingesteld, bijvoorbeeld een statisch IP-adres.
•Niet gespecificeerd: modus tijdens initialisatie.
DNS-serverHet IP-adres van de DNS-server (Domain Name Server) van het netwerk.
Als u het web gebruikt of een e-mailadres verzendt, gebruikt u een
domeinnaam. De URL http://www.hp.com bevat bijvoorbeeld de
domeinnaam hp.com. De DNS-servers van het Internet vertalen de
Netwerkconfiguratie
domeinnaam in een IP-adres. Apparaten gebruiken de IP-adressen om
naar elkaar te verwijzen.
• IP-adres: het IP-adres van de Domain Name Server.
• Niet gespecificeerd: het IP-adres is niet opgegeven of het apparaat is
bezig met initialisatie.
Opmerking: Controleer of er een IP-adres van de DNS-server wordt
weergegeven op de netwerkconfiguratiepagina. Als er geen adres
wordt weergegeven, vraagt u uw ISP om het IP-adres van de DNSserver. Het IP-adres van de DNS-server is nodig voor Instant Shareregistratie en kan worden ingevoerd met de ingebouwde
webserver.
mDNS-servicenaamServicenaam van de Multicast Domain Name Server. De naam die door
Apple Rendezvous wordt gebruikt om de HP PSC aan te duiden. De
naam bestaat uit de apparaatnaam en het MAC-adres. Bijvoorbeeld:
psc 2500 series (<MAC-adres>).
Rendezvous wordt gebruikt met lokale en adhoc-netwerken die geen
centrale DNS-servers gebruiken. Voor de uitvoering van naamservices
gebruikt Rendezvous een alternatief voor DNS, genaamd mDNS.
Met mDNS kan uw computer elke printer vinden en gebruiken die is
verbonden met uw Local Area Network. Uw computer kan ook werken
met alle andere Ethernet-apparaten die in het netwerk voorkomen.
Beheerderswachtwoord
88
De status van het beheerderswachtwoord voor de ingebouwde
webserver:
•Ingesteld: het wachtwoord is opgegeven. U moet het wachtwoord
invoeren om wijzigingen aan te brengen in de parameters van de
ingebouwde webserver.
•Niet ingesteld: er is geen wachtwoord ingesteld. Er is geen
wachtwoord vereist voor het aanbrengen van wijzigingen in de
parameters van de ingebouwde webserver.
HP PSC 2500 Series
VeldBeschrijving
De tools voor netwerkconfiguratie gebruiken
Verbindingsconfiguratie
De snelheid waarmee gegevens worden verzonden over een netwerk:
•802.11b: voor draadloos netwerk
•10T-Full: voor bedraad netwerk
•10T-Half: voor bedraad netwerk
•100TX-Full: voor bedraad netwerk
•100TX-Half: voor bedraad netwerk
Instellingen voor draadloos netwerk
VeldBeschrijving
Draadloze statusStatus van het draadloze netwerk
•Uitgeschakeld: het draadloze 802.11b-netwerk is uitgeschakeld
als het bedrade 802.3-netwerk actief is. Dit is de
standaardinstelling.
•Bezig met initialiseren: het draadloze netwerk is bezig met
initialisatie.
•Bezig met scannen: de HP PSC zoekt op alle kanalen in het
netwerk naar een netwerknaam (SSID).
•Klaar: de HP PSC heeft verbinding gemaakt met een draadloos
netwerk. Als het netwerk verificatie gebruikt, is de HP PSC met
succes geverifieerd.
•Fout: er is een netwerkfout opgetreden waardoor de HP PSC geen
verbinding kon maken of verificatie kon uitvoeren met het
toegangspunt van het draadloze netwerk. (Alleen van toepassing
op de infrastructuurmodus.)
De volgende extra uitleg kan worden gegeven:
•Geen signaal gedetecteerd: de HP PSC kon geen draadloos
signaal vinden; er is geen toegangspunt gevonden. De HP PSC
probeert te herstellen zonder tussenkomst van de gebruiker.
•Bezig met scannen SSID: de HP PSC zoekt op alle kanalen naar
een SSID (netwerknaam). Het probleem kan zijn dat er een
verkeerde netwerknaam is ingevoerd of dat het toegangspunt niet
actief is. De HP PSC blijft proberen het netwerk te vinden.
•Verificatie in uitvoering: het netwerk probeert de HP PSC te
verifiëren.
•Verificatie mislukt: verificatie is mislukt vanwege een verkeerde
gebruikersnaam of een verkeerd wachtwoord of omdat het type
verificatie niet is herkend of geaccepteerd door het toegangspunt.
Controleer de parameter Verificatietype om te bepalen of
verificatie op linkniveau of op serverniveau is mislukt.
•Codering vereist: codering is vereist in dit netwerk, maar is niet
ingeschakeld op de HP PSC.
Netwerkconfiguratie
Referentiehandleiding
89
Hoofdstuk 7
VeldBeschrijving
Communicatiemodus Een IEEE 802.11-netwerkmodel waarin apparaten of stations met elkaar
communiceren:
•Infrastructuur: de HP PSC communiceert met andere
netwerkapparaten via een draadloos toegangspunt, zoals een
draadloze router of een draadloos basisstation.
•Adhoc: de HP PSC communiceert direct met elk apparaat in het
netwerk. Er wordt geen draadloos toegangspunt gebruikt. Dit
wordt ook een peer-to-peer netwerk genoemd. In Macintoshnetwerken heet de adhoc-modus de computer-naar-computermodus.
Netwerknaam (SSID) Serviceset-ID. Een unieke identificatie (maximaal 32 tekens) waarmee
onderscheid wordt gemaakt tussen draadloze Local Area Networks
(WLAN's). De SSID wordt ook de netwerknaam genoemd: de naam van
het netwerk waarmee de HP PSC is verbonden.
Signaalsterkte (1-5)Het verzend- of retoursignaal uitgedrukt in een schaal van 1 tot 5:
Netwerkconfiguratie
•5 — Uitstekend
•4 — Goed
•3 — Redelijk
•2 — Slecht
•1 — Marginaal
•Geen signaal: er is geen signaal gedetecteerd in het netwerk
•<leeg>: de signaalsterkte wordt leeg gelaten als de HP PSC zoekt
naar een SSID.
•Niet van toepassing: deze parameter is niet van toepassing op
adhoc-netwerken.
Toegangspunt
apparatuuradres
90
Het hardwareadres van het toegangspunt in het netwerk waarmee de
HP PSC is verbonden:
•<MAC-adres>: het unieke MAC-hardwareadres (Media Access
Control) van het toegangspunt.
•Niet van toepassing: deze parameter is niet van toepassing op
adhoc-netwerken.
HP PSC 2500 Series
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.