Garmin GMR Fantom 56, GMR Fantom 54, GMR Fantom 124, GMR Fantom 126 Installation manual [nl]

GMR™FANTOM™ OPEN-
ARRAYSERIE
INSTALLATIE-INSTRUCTIES

Belangrijke veiligheidsinformatie

WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke informatie.
De radar zendt elektromagnetische energie uit. Om mogelijk persoonlijk letsel, schade aan het schip of het toestel of een slechte werking van het product te voorkomen, dient u ervoor te zorgen dat de radar is geïnstalleerd volgens de aanbevelingen in deze instructies en dat alle personen uit de buurt van het pad van de radarstraal zijn voordat u de radar inschakelt. Indien correct geïnstalleerd en bediend, voldoet het gebruik van deze radar aan de vereisten van de ANSI/IEEE C95.1-1992 normen voor veiligheidsniveaus inzake menselijke blootstellingen aan radiofrequente elektromagnetische velden.
Kijk niet direct naar de antenne op korte afstand wanneer de radar uitzendt, om mogelijk letsel te voorkomen. De ogen zijn het gevoeligste deel van het lichaam als het om elektromagnetische energie gaat.
Verwijder bij het aansluiten van de voedingskabel niet de geïntegreerde zekeringhouder. Om het risico van letsel of schade aan het product door brand of oververhitting te voorkomen, dient de juiste zekering te worden gebruikt, zoals vermeld in de productspecificaties. Als de voedingskabel wordt aangesloten zonder gebruik van de juiste zekering, vervalt de garantie op het product.
VOORZICHTIG
Dit toestel dient alleen te worden gebruikt als navigatiehulpmiddel. Het gebruik van het toestel voor enig doel waarvoor precieze metingen of richting, afstand, locatie of topografie vereist zijn, kan leiden tot persoonlijk letsel of schade aan het schip.
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
Als u het toestel openmaakt, kan dit resulteren in persoonlijk letsel en/of beschadiging van het toestel. Dit toestel heeft geen onderdelen die u zelf kunt onderhouden. Het toestel dient alleen open te worden gemaakt door een door Garmin® erkend onderhoudstechnicus. Schade als resultaat van het openen van het toestel door iemand anders dan een door Garmin erkend onderhoudstechnicus wordt niet gedekt door de Garmin garantie.
LET OP
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de andere kant van het oppervlak bevindt om schade aan het vaartuig te voorkomen.

Benodigde materialen

• Kruiskopschroevendraaier, nr. 2
• Inbussleutel van 5 mm
• Boormachine
• Boor van 15 mm (19/32 in.)
• Boor van 32 mm (1 1/4 in.) (optioneel)
• Sleutel en momentsleutel van 17 mm (21/32 inch)
• 3,31 mm2 (12 AWG) koperdraad om de radarbehuizing en spanningsconverter indien van toepassing te aarden (de lengte is afhankelijk van de afstand vanaf de radar tot massa)
• Watervaste kit

Aandachtspunten bij de montage

Neem deze aandachtspunten in acht bij het kiezen van een montagelocatie.
• Aanbevolen wordt om de radar buiten bereik van opvarenden te bevestigen, met de verticale bundelbreedte boven hoofdhoogte. Om blootstelling aan schadelijke RF-straling te voorkomen dient het toestel te worden geïnstalleerd op een locatie waar de maximale veiligheidsafstand tot opvarenden in acht wordt genomen, zoals vermeld in de productspecificaties.
• Het toestel dient hoog boven de kiellijn van het schip te worden bevestigd, zodat de radarstraal niet wordt belemmerd door obstakels. Obstakels kunnen blinde sectoren en schaduwsectoren veroorzaken of valse echo's genereren. Hoe hoger de radar is bevestigd, hoe beter doelen kunnen worden gedetecteerd.
• De radar dient te worden gemonteerd op een vlak oppervlak of een platform dat parallel loopt aan de waterlijn van het schip en stevig genoeg is om het gewicht van het toestel te dragen. De productspecificaties geven het gewicht per model en antenne aan.
• Het toestel moet worden gemonteerd op een plaats waar het kan worden aangesloten op een voeding, massa en het Garmin Marine Network (Aandachtspunten bij kabels en
verbindingen, pagina 2).
• De radarstralen worden verticaal verspreid tot 11,5° boven en 11,5° onder het stralingselement van de radar. Op schepen met hogere boeg bij kruissnelheid kan de installatiehoek worden verlaagd zodat de straling in ruststand iets omlaag is gericht naar de waterlijn. Zo nodig kunnen vulstukken worden gebruikt.
• De radar dient te worden bevestigd uit de buurt van hittebronnen, zoals rookkanalen en lampen.
• Het toestel dient te worden gemonteerd op een ander niveau dan horizontale spreaders en zalingen in de mast.
• Teneinde interferentie met een magnetisch kompas te voorkomen, mag de radar niet dichter bij een kompas worden gemonteerd dan op de kompasveilige afstand die is vermeld in de productspecificaties.
• Andere elektronica en kabels dienen meer dan 2 m (6,5 ft.) uit de buurt van het pad van de radarstraal te worden geplaatst.
• GPS-antennes dienen boven of onder het pad van de radarstraal te worden geplaatst.
GUID-B2BA7AFE-D24E-48DD-8DD0-38915DCBBE6A v2Juni 2020
• Het toestel dient op een afstand van ten minste 1 m (40 in.) van zendapparatuur te worden geplaatst.
• Het toestel dient te worden geplaatst op een afstand van ten minste 1 m (40 in.) van kabels waarover radiosignalen worden geleid, bijvoorbeeld van VHF-marifoons, kabels en antennes.
• Het toestel dient te worden geplaatst op een afstand van ten minste 2 m (6,5 ft.) van Single Side Band (SSB) radiozenders.

Installatieprocedures

Montageoppervlak voor de radar voorbereiden

Voordat u de radar kunt installeren, moet u een voor plaatsing geschikte locatie kiezen (Aandachtspunten bij de montage,
pagina 1).
Bevestig de meegeleverde montagemal op de ondergrond
1
van de installatielocatie langs de as boeg-achtersteven, zoals aangegeven op de mal.
Boor de montagegaten met een 15 mm (19/32 inch) boor.
2
Als u de voedings- en netwerkkabels door het
3
montageoppervlak moet voeren, kiest u een locatie bij het middenkanaal zoals aangegeven op de sjabloon. Vervolgens boort u een gat met een boor van 32 mm (11/4 in.) en leidt u de kabels door het oppervlak (optioneel) (Aandachtspunten
bij kabels en verbindingen, pagina 2).
Verwijder de montagesjabloon van het oppervlak.
4

De radar installeren

Voordat u de radar kunt installeren, moet u een geschikte installatielocatie kiezen (Aandachtspunten bij de montage,
pagina 1) en de ondergrond voorbereiden voor montage
(Montageoppervlak voor de radar voorbereiden, pagina 2).
Plaats de radar op het montageoppervlak, waarbij u de gaten
1
op de radarvoet uitlijnt met de gaten die u hebt geboord bij het voorbereiden van de het montageoppervlak.
Breng het meegeleverde Petrolatum Primer aan op de helft
2
van de schroefdraden van de vier draadstangen. Plaats de draadstangen door het montageoppervlak en in
3
de radarvoet. Draai ze vast met een inbussleutel van 5 mm.
Voorkom beschadiging van de radarvoet en stop met aandraaien van de draadstangen zodra u weerstand voelt.
Van onder het montageoppervlak plaatst u de meegeleverde
4
plastic sluitringen over de draadstangen en in de gaten. Plaats de platte ringen , sluitringen en zeskantmoeren
5
over de draadstangen.
Draai de zeskantmoeren aan tot een aandraaimoment van
6
14,7 N-m (11 lbf-ft.) om de radar stevig op de ondergrond te bevestigen zonder de radar of het montagemateriaal te beschadigen.

De antenne installeren

Voordat u de antenne op de radar kunt installeren, moet u de radarvoet bevestigen (De radar installeren, pagina 2).
Verwijder de beschermkap van de golfgeleider bovenop
1
de radarvoet.
Breng de golfgeleider op de radarvoet op gelijke hoogte
2
met de bus aan de onderkant van de antenne en schuif de antenne op de radarvoet.
Bevestig de antenne op de radarvoet door de geborgde
3
zeskantbouten onder de antennearm vast te draaien. Draai de zeskantbouten vast tot een aandraaimoment van
4
7,9 N-m (6 lbf-ft.) om de antenne op de radarvoet te bevestigen zonder de antenne of de bevestigingsmaterialen te beschadigen.

Aandachtspunten bij kabels en verbindingen

Het kan nodig zijn om gaten van 32 mm (11/4 in.) te boren voor het doorvoeren van voedings-, netwerk- of massakabels.
• Wanneer meerdere kabels door hetzelfde gat worden geleid, moet u eerst de netwerkkabel en daarna de voedings- en massakabels leggen vanwege de grootte van de netwerkconnector.
• U dient watervaste kit op het gat aan te brengen nadat de kabels zijn gelegd om een waterdichte afdichting te verzekeren.
Als het kabelgat op een zichtbare locatie moet worden gemaakt, kunt u decoratieve kabelringen kopen bij Garmin of een Garmin dealer (optioneel).
• Indien nodig kunt u de opening in de ring aanpassen zodat u meerdere kabels door dezelfde opening kunt leiden.
• De optionele kabelring biedt GEEN waterdichte afdichting. U dient watervaste kit aan te brengen op de kabelring zodra de kabels zijn gelegd om een waterdichte afdichting te verzekeren.
Houd bij het installeren van de kabels rekening met het volgende.
• Het wordt afgeraden om de Garmin Marine Network kabel door te snijden. Als dit toch nodig is, kunt u dit doen met een installatiekit die u kunt kopen bij Garmin of een Garmin dealer.
• De massakabel is niet meegeleverd en moet verbinding maken met een watermassapunt, niet de negatieve aansluiting van de accu (De radar aarden, pagina 4).
• Voor de veiligheid dienen geschikte kabelbinders, bevestigingsmaterialen en afdichtmiddelen te worden
2
Loading...
+ 4 hidden pages