Garmin GMR Fantom 4, GMR Fantom 6 Installation manual [nl]

GMR Fantom™ 4/6
Installatie-instructies

Belangrijke veiligheidsinformatie

WAARSCHUWING
Lees de gids Belangrijke veiligheids- en productinformatie in de verpakking voor productwaarschuwingen en andere belangrijke informatie.
De radar zendt elektromagnetische energie uit. Zorg ervoor dat de radar is geïnstalleerd op basis van de aanbevelingen in deze instructies, en dat alle personen uit de buurt van het pad van de radarstraal zijn voordat u de radar inschakelt. Indien correct geïnstalleerd en bediend, voldoet het gebruik van deze radar aan de vereisten van de ANSI/IEEE C95.1-1992 normen voor veiligheidsniveaus inzake menselijke blootstellingen aan radiofrequente elektromagnetische velden.
Kijk als de radar aan het zenden is niet direct van dichtbij naar de antenne; de ogen zijn van alle lichaamsdelen het meest gevoelig voor elektromagnetische energie.
Verwijder bij het aansluiten van de voedingskabel niet de geïntegreerde zekeringhouder. Om het risico van letsel of schade aan het product door brand of oververhitting te voorkomen, dient de juiste zekering te worden gebruikt, zoals vermeld in de productspecificaties. Als de voedingskabel wordt aangesloten zonder gebruik van de juiste zekering, vervalt de garantie op het product.
VOORZICHTIG
Dit toestel dient alleen te worden gebruikt als navigatiehulpmiddel. Gebruik het toestel niet voor doeleinden waarbij precieze bepalingen van richting, afstand, locatie of topografie zijn vereist.
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
LET OP
Controleer voordat u gaat boren of zagen wat zich aan de andere kant van het oppervlak bevindt.
VOORZICHTIG
Als u de voet openmaakt, kan dit resulteren in persoonlijk letsel en/of beschadiging van het toestel. Dit toestel heeft geen onderdelen die u zelf kunt onderhouden. Het toestel dient alleen open te worden gemaakt door een door Garmin® erkend onderhoudstechnicus. Schade aan het toestel als resultaat van het openen van de eenheid door iemand anders dan een door Garmin erkend onderhoudstechnicus wordt niet gedekt door de Garmin garantie.

Het toestel registreren

Vul de onlineregistratie vandaag nog in zodat wij u beter kunnen helpen.
• Ga naar my.garmin.com.
• Bewaar uw originele aankoopbewijs of een fotokopie op een veilige plek.

Contact opnemen met Garmin Product Support

• Ga naar www.garmin.com/support voor supportinformatie voor uw land.
• Bel in de VS met 913-397-8200 of 1-800-800-1020.
• Bel in het VK met 0808 238 0000.
• Bel in Europa met +44 (0) 870 850 1241.

Benodigd gereedschap

• Kruiskopschroevendraaier, nr. 2
• Inbussleutel van 5 mm
• Boormachine
• Boortje van 15,0 mm (19/32 inch)
• Boortje van 32 mm (1 1/4 inch) (optioneel)
• Sleutel en momentsleutel van 17 mm (21/32 inch)
• 3,31 mm² (12 AWG) koperdraad om de radarbehuizing te aarden (de lengte is afhankelijk van de afstand vanaf de radar tot de grond)
• Watervaste kit

Aandachtspunten bij de montage

Neem deze aandachtspunten in acht bij het kiezen van een montagelocatie.
• Aanbevolen wordt om de radar buiten bereik van opvarenden te bevestigen, met de verticale bundelbreedte boven hoofdhoogte. Om blootstelling aan schadelijke RF-straling te voorkomen dient het toestel te worden geïnstalleerd op een locatie waar de maximale veiligheidsafstand tot opvarenden in acht wordt genomen, zoals vermeld in de productspecificaties.
• Het toestel dient hoog boven de kiellijn van het schip te worden bevestigd, zodat de radarstraal niet wordt belemmerd door obstakels. Obstakels kunnen blinde sectors en schaduwsectors veroorzaken of valse echo's genereren. Hoe hoger de radar is bevestigd, hoe beter doelen kunnen worden gedetecteerd.
• De radar dient te worden gemonteerd op een vlak oppervlak of een platform dat parallel loopt aan de waterlijn van het schip en stevig genoeg is om het gewicht van het toestel te dragen. De productspecificaties geven het gewicht per model aan.
• De radarstralen worden verticaal verspreid tot 11,5° boven en 11,5° onder À het stralingselement van de radar. Op schepen met hogere boeg bij kruissnelheid kan de installatiehoek worden verlaagd zodat de straling in ruststand iets omlaag is gericht naar de waterlijn. Zo nodig kunnen vulstukken worden gebruikt.
• De radar dient te worden bevestigd uit de buurt van hittebronnen, zoals rookkanalen en lampen.
• Het toestel dient te worden gemonteerd op een ander niveau dan horizontale spreaders en zalingen in de mast.
• Teneinde interferentie met een magnetisch kompas te voorkomen, mag de radar niet dichter bij een kompas worden gemonteerd dan op de kompasveilige afstand die is vermeld in de productspecificaties.
• Andere elektronica en kabels dienen meer dan 2 meter uit de buurt van het pad van de radarstraal te worden geplaatst.
Juli 2017
190-01967-75_0C
• GPS-antennes dienen boven of onder het pad van de radarstraal te worden geplaatst.
• Het toestel dient op een afstand van ten minste 1 m (40 in.) van zendapparatuur te worden geplaatst.
• Het toestel dient te worden geplaatst op een afstand van ten minste 1 m (40 in.) van kabels waarover radiosignalen worden geleid, bijvoorbeeld van VHF-marifoons, kabels en antennes.
• Het toestel dient te worden geplaatst op een afstand van ten minste 2 m (6,5 ft.) van Single Side Band (SSB) radiozenders.

Installatieprocedures

Montageoppervlak voor de radar voorbereiden

Voordat u de radar kunt installeren, moet u een voor plaatsing geschikte locatie kiezen (Aandachtspunten bij de montage,
pagina 1).
Bevestig de meegeleverde montagemal op de ondergrond
1
van de installatielocatie langs de as boeg-achtersteven, zoals aangegeven op de mal.
Boor de montagegaten met een 15 mm (19/32 inch) boor.
2
Als u de voedings- en netwerkkabels door het
3
montageoppervlak moet voeren, kiest u een locatie bij het middenkanaal zoals aangegeven op de sjabloon. Vervolgens boort u een gat met een boor van 32 mm (11/4 in.) en leidt u de kabels door het oppervlak (optioneel) (Aandachtspunten
bij kabels, pagina 2).
Verwijder de montagesjabloon van het oppervlak.
4

De radar installeren

Voordat u de radar kunt installeren, moet u een geschikte installatielocatie kiezen (Aandachtspunten bij de montage,
pagina 1) en de ondergrond voorbereiden voor montage
(Montageoppervlak voor de radar voorbereiden, pagina 2).
Plaats aan de onderkant van de installatielocatie de
1
bijgeleverde plastic sluitringen À in de gaten die u hebt geboord bij het voorbereiden van het montageoppervlak.
Plaats de radar op het montageoppervlak, waarbij u de gaten
2
op de radarvoet uitlijnt met de gaten in de sluitringen. Breng het meegeleverde Petrolatum Primer aan op de helft
3
van de schroefdraden van de vier draadstangen. Plaats de draadstangen Á door het montageoppervlak en in
4
de radarvoet. Draai ze vast met een inbussleutel van 5 mm. Voorkom beschadiging van de radarvoet en stop met
aandraaien van de draadstangen zodra u weerstand voelt. Plaats de platte ringen Â, sluitringen à en zeskantmoeren
5
over de draadstangen. Draai de zeskantmoeren aan tot een aandraaimoment van
6
14,7 N-m (11 lbf-ft.) om de radar stevig op de ondergrond te bevestigen zonder de radar of het montagemateriaal te beschadigen.

De antenne installeren

Voordat u de antenne op de radar kunt installeren, moet u de radarvoet bevestigen (De radar installeren, pagina 2).
Verwijder de beschermkap van de golfgeleider bovenop de
1
radarvoet À.
Breng de golfgeleider op de radarvoet op gelijke hoogte met
2
de bus aan de onderkant van de antenne Á en schuif de antenne op de radarvoet.
Bevestig de antenne op de radarvoet door de geborgde
3
zeskantbouten onder de antennearm vast te draaien. Draai de zeskantbouten vast tot een aandraaimoment van
4
7,9 N-m (6 lbf-ft.) om de antenne op de radarvoet te bevestigen zonder de antenne of de bevestigingsmaterialen te beschadigen.

Aandachtspunten bij kabels

Het kan nodig zijn om gaten van 32 mm (11/4 inch) te boren voor het doorvoeren van voedings- of netwerkkabels.
• Zorg bij het leggen van de voedings- en netwerkkabels door hetzelfde gat dat u eerst de netwerkkabel en daarna pas de voedingskabel door het gat leidt.
• U dient watervaste kit op het gat aan te brengen nadat de kabels zijn gelegd om een waterdichte afdichting te verzekeren.
Als het kabelgat op een zichtbare locatie moet worden gemaakt, kunt u decoratieve kabelringen kopen bij Garmin of een Garmin dealer (optioneel).
• Indien nodig kan de ring worden bijgesneden zodat u zowel de voedings- als de netwerkkabel door hetzelfde gat kunt laten lopen.
• De optionele kabelring biedt GEEN waterdichte afdichting. U dient watervaste kit aan te brengen op de kabelring zodra de kabels zijn gelegd om een waterdichte afdichting te verzekeren.
Houd bij het installeren van de voedings- en netwerkkabels rekening met het volgende.
• Het wordt afgeraden om de Garmin Marine Network kabel door te snijden. Als dit toch nodig is, kunt u dit doen met een installatiekit die u kunt kopen bij Garmin of een Garmin dealer.
• Voor de veiligheid dienen geschikte kabelbinders, bevestigingsmaterialen en afdichtmiddelen te worden gebruikt om de kabel over het hele lengte en door scheidingswanden of het dek goed te bevestigen.
• Leg geen kabels aan in de buurt van bewegende voorwerpen
Ä
en hittebronnen of door deuropeningen en onderruimen.
• Laat voedings- en netwerkkabels niet lopen naast of parallel aan andere kabels, zoals netwerk- of elektriciteitskabels. Zo voorkomt u interferentie met andere apparatuur. Als dit niet mogelijk is, dienen de kabels te worden gelegd door metalen leidingen of op een andere manier te worden beschermd tegen elektromagnetische straling.
2
Loading...
+ 4 hidden pages