electrolux EWH147313W User Manual

gebruiksaanwijzing
notice d'utilisation
Wasautomaat
Lave-linge
EWH 147313 W
2 electrolux
Electrolux. Thinking of you.
Ga voor meer van onze ideeën naar www.electrolux.com
INHOUD
Aanpassing aan persoonlijke wensen 9 Het eerste gebruik 9 Dagelijks gebruik 9 Nuttige aanwijzingen en tips 12
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Belangrijk! Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren.
• De veiligheid van uw apparaat voldoet aan de voorschriften en de wettelijke ver­eisten met betrekking tot de veiligheid van apparaten Wij vinden echter dat wij, als fabrikant, de plicht hebben u de vol­gende veiligheidsaanwijzingen te geven.
• Het is erg belangrijk dat deze gebruiks­aanwijzing bij de machine bewaard zodat u later nog eens iets kunt nalezen. Als het apparaat aan iemand anders verkocht of geschonken wordt, of als u verhuist en de machine achterlaat, zorg er dan voor dat de gebruiksaanwijzing bij het appa­raat blijft zodat de nieuwe eigenaar ken­nis kan nemen van de werking van het apparaat en de bijbehorende waarschu­wingen.
• U MOET deze gebruiksaanwijzing aan­dachtig doorlezen voordat u de machine te installeert of in gebruik neemt.
• Controleer uw machine op eventuele schade, die ontstaan kan zijn tijdens het transport, voordat u hem in gebruik neemt. Sluit nooit een beschadigde ma­chine aan. Als er onderdelen zijn bescha­digd, neem dan contact op met uw leve­rancier.
• Als de machine in de winter wordt afgele­verd, als de temperatuur onder nul is. Zet de wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in ge­bruik neemt.
Wasprogramma's 14 Onderhoud en reiniging 16 Problemen oplossen 20
6
Technische gegevens 23 Verbruikswaarden 23 Montage 24 Aansluiting aan het elektriciteitsnet 26 Milieubescherming 27
Wijzigingen voorbehouden.
ALGEMENE VEILIGHEID
• Het is gevaarlijk om de specificaties te wijzigen of om te proberen op enigerlei wijze veranderingen aan te brengen aan dit apparaat.
• Tijdens wasprogramma's op hoge tem­peratuur kan het deurglas heet worden. Niet aanraken!
• Zorg ervoor dat kleine kinderen en huis­dieren niet in de trommel klimmen. Om dit te voorkomen dient u de trommel vóór het gebruik te controleren.
• Voorwerpen als munten, veiligheidsspel­den, spijkers, schroeven, stenen of ande­re harde, scherpe materialen kunnen gro­te schade aan het apparaat toebrengen en mogen niet in het apparaat terechtko­men.
• Gebruik alleen de aanbevolen hoeveel­heid wasverzachter en wasmiddel. Als u te veel doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbe­velingen van de fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden.
• Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kussensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen.
• Gebruik uw wasautomaat niet om artike­len met baleinen, materialen zonder zoom of gescheurde materialen te was­sen.
• Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stopcontact en draai de kraan dicht.
electrolux 3
• Probeer in geen geval zelf de machine te repareren. Reparaties uitgevoerd door ondeskundigen kunnen lichamelijk letsel of ernstige schade aan de machine ver­oorzaken. Neem contact op met een Klantenservice bij u in de buurt. Vraag al­tijd om originele vervangingsonderdelen.
INSTALLATIE
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
• Controleer bij het uitpakken van het ap­paraat of dit niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel niet en neem con­tact op met de Klantenservice.
• Alle verpakkingsmaterialen en transport­bouten moeten vóór het gebruik worden verwijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en andere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing.
• Controleer na de installatie van het appa­raat of het niet op de toevoer- en af­voerslang staat en of het werkblad het aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur.
• Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst, dient de hoogte van de stel­pootjes te worden aangepast om de lucht onder het apparaat toch goed te kunnen laten circuleren.
• Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitin­gen.
• Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofdstuk "Bevriezingsgevaren.
• Eventuele voor de installatie van dit appa­raat noodzakelijke loodgieterswerkzaam­heden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde loodgieter.
• Eventuele voor de installatie van het ap­paraat noodzakelijke elektrotechnische werkzaamheden, moeten worden uitge­voerd door een gekwalificeerde elektri­cien.
GEBRUIK
• Dit apparaat is bestemd voor huishoude­lijk gebruik. Het is niet toegestaan het ap­paraat te gebruiken voor andere doelein­den dan waarvoor het is bestemd.
• Was in de machine alleen textiel dat ge­schikt is voor machinaal wassen. Volg de instructies op het wasvoorschrift in de kleding.
• Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Wasprogramma"-tabel
• Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat al­le knopen en ritsen dicht zijn Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Be­handel vlekken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u artikelen met dit soort vlekken gaat wassen Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewas­sen
• Kledingstukken die in aanraking zijn ge­weest met vluchtige petroleumproducten mogen niet in de machine gewassen worden Als er vluchtige reinigingsvloei­stoffen zijn gebruikt, dient u ervoor te zor­gen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd, voordat u dit in de machine doet.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf.
• Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel beschadigd zijn, waardoor de binnenkant van de wasma­chine toegankelijk is.
• Zorg ervoor dat de temperatuur van het warme water of uw thuissysteem niet ho­ger is dan 60°C om schade aan de was of het apparaat te voorkomen.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinde­ren) met beperkte lichamelijke of verstan­delijke vermogens of een gebrek aan er­varing en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid ver­antwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het ap­paraat
• Houd kinderen uit de buurt om te voorko­men dat ze met het apparaat spelen
• De verpakkingsmaterialen (zoals plastic folie en polystyreen) kunnen een gevaar opleveren voor kinderen - verstikkingsge-
4 electrolux
vaar! Houd ze buiten het bereik van kin­deren.
• Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op.
• Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen. Om te voorkomen dat kinderen of huisdieren in de trommel vast komen te zitten, heeft deze machine een speciale functie. Om deze functie te activeren draait u de knop (zonder deze in te drukken) aan de bin­nenkant van de deur naar rechts tot de groef horizontaal staat. Gebruik zo nodig
Om deze functie uit te schakelen en de mogelijkheid te herstellen om de deur te sluiten, draait u de knop naar links tot de groef verticaal staat.
een muntstuk.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Dit apparaat is voorzien van twee toevoerslangen: één voor koud water en één voor warm water toegevoerd door een alternatieve verwarmingsbron (zonnepaneel, warm­teterugwinning van afvalwater) of door een traditionele bron (gasgestookte boiler, die­selolieboiler). De toevoer van warm water zorgt voor een minimaal gebruik van de elektrische weerstand waardoor een aanzienlijke energiebesparing mogelijk is.
1
2
Wasmiddellade
1
Bedieningspaneel
2
Deurhandgreep
3
3
4
5
6
Typeplaatje
4
Afvoerpomp
5
Verstelbare pootjes
6
WASMIDDELLADE
Vakje voor wasmiddel voor de voorwas­en inweekfase of voor vlekkenverwijderaar die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwij­deringsfase (indien beschikbaar). Het voor­was- en inweekmiddel wordt aan het begin van het wasprogramma ingespoeld. De vlekkenverwijderaar wordt tijdens de vlek­kenverwijderingsfase ingespoeld.
Vakje voor waspoeder of vloeibaar was­middel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar wasmiddel gebruikt, schenk dit dan in net voordat u het programma start.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (was­verzachter, stijfsel). Volg de aanbevelingen van de fabrikant van het product voor de gebruikte hoeveelheid en zorg dat u het merkteken «MAX» in de wasmiddellade niet overschrijdt. Wasver­zachter of stijfsel moet in het vakje voor vloeibare toevoegingen worden gegoten voordat u het wasprogramma start.
BEDIENINGSPANEEL
electrolux 5
De programmakeuzeknop, de toetsen en het display zullen vanaf nu aangeduid wor­den met de nummers in deze tabel.
1 2 3 4 5 6 7 8
Programmakeuzeknop
1
Toets CENTRIFUGEREN
2
Toets OPTIES:
3
VOORWASSUPERSNEL
EXTRA SPOELING
Toets WARMWATERAANSLUITING
4
Display
5
toets START/PAUZE
6
Toets UITGESTELDE START (Delay)
7
Indicatielampjes
8
6 electrolux
Programmakeuzeknop
= Koude was = Spoelgangen
= Warmwateraansluiting = Waterafvoer
= Handwas = Centrifugeren
= Wol = Economy (zuinig)
Toetsen Lampjes
= Nachtcyclus
= Spoelstop
= Warmwateraansluiting = Einde programma
= Kinderslot
+
+
= Voorwas + Hoofdwas
= Spoelen + Centrifugeren
PROGRAMMAKEUZEKNOP
Hiermee kunt u het apparaat aan/uit scha­kelen en/of een programma selecteren.
KORT CENTRIFUGEREN
Door deze toets in te drukken kunt u de centrifugesnelheid van het geselecteerde programma wijzigen of de optie Spoelstop of Nachtcyclus selecteren.
NACHTCYCLUS
Als u deze optie kiest, zal de machine het water na de laatste spoelgang niet afvoeren en de centrifugegangen worden onder­drukt, zodat het wasgoed niet kreukt. Deze wascyclus is zeer stil en geschikt om 's nachts of in de voordeeluren te gebruiken. Bij sommige programma's gebruiken de spoelgangen meer water. Voordat de deur wordt geopend, moet het water worden weggepompt. Om het water weg te pom­pen leest u paragraaf "Aan het einde van het programma".
SPOELSTOP
Als u deze functie kiest, wordt het laatste spoelwater niet weggepompt om te voorko­men dat het wasgoed kreukelt. Voordat de deur wordt geopend, moet het water wor­den weggepompt. Om het water weg te pompen leest u paragraaf "Aan het einde van het programma".
VOORWAS
Als u deze optie kiest, voert de machine een voorwascyclus uit voordat de hoofd­wasfase begint. De wastijd zal worden ver-
lengd. Deze optie wordt aanbevolen voor sterk vervuild wasgoed.
EXTRA KORT
Korte cyclus voor licht vervuild wasgoed of voor was die alleen opgefrist moet worden. Wij adviseren u om een kleinere hoeveel­heid was in de machine te doen.
EXTRA SPOELEN
Dit apparaat is ontworpen om energie te besparen. Als het noodzakelijk is het was­goed te spoelen met een extra hoeveelheid water (extra spoelgang), kiest u deze optie. De machine voert enkele extra spoelgangen uit. Deze optie wordt aanbevolen voor per­sonen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden waar het water erg zacht is.
WARMWATERAANSLUITING
Dit apparaat is voorzien van twee toevoers­langen: één voor koud water en één voor warm water. De programma's van de pro­grammakeuzeknop die worden aangeduid door het symbool, voeren automatisch zo­wel warm als koud water toe. Indien u één van deze programma's selecteert, dan gaat het controlelampje van toets 4 branden om aan te geven dat het apparaat het beschik­bare warme water van uw thuissysteem ge­bruikt. Door op deze toets te drukken wordt de warmwatertoevoer onderbroken, het con­trolelampje van de knop gaat uit en het ap­paraat wordt gevuld met alleen koud water dat wordt opgewarmd door de elektrische weerstand van het apparaat.
electrolux 7
Wij raden u aan om alleen een wascy­clus met koud water uit te voeren bij wasgoed met eiwitvlekken (bloed, eier­en) die eerst een inweekvoorwas nodig hebben met koud water. Hierna wordt het water geleidelijk verwarmd voor een efficiëntere reiniging en een enzymati­sche reactie voor de beste wasresulta­ten.
START/PAUZE
Met deze toets kunt u het geselecteerde programma starten of onderbreken.
STARTUITSTEL
De start van het hoofdwasprogramma kan met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en ver­volgens steeds met 1 uur tot een maximum van 20 uur met deze toets worden uitge­steld.
CONTROLELAMPJES
8.1
8.2
Bij het aanzetten van het apparaat, gaan beide controlelampjes 8.1 (Voorwas/Was­sen) en 8.2 (Spoelen/Centrifugeren) bran­den. Als u op knop 6 heeft gedrukt dan blijft alleen het lichtje van het lopende program­ma branden. Als u het pompprogramma selecteert gaat een lampje branden. Aan het einde van de cyclus gaat het lamp­je 8.3 (Einde) branden en, als er geen water meer in de kuip staat, kan de deur worden geopend.
8.3
8 electrolux
DISPLAY
5.1: Duur van het gekozen programma
• Nadat u een programma gekozen heeft, wordt de tijdsduur in uren en minuten weergegeven (bijvoorbeeld
) . De duur wordt automatisch berekend op ba­sis van de aanbevolen maximale lading voor elk type wasgoed. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.
Alarmcodes
• In geval van problemen met de werking kunnen er alarmcodes weergegeven wor-
den, bijvoorbeeld
(zie hoofdstuk
«Wat te doen als...»).
Einde programma Als het programma is afgelopen, worden
er drie knipperende nullen (
) ge­toond, het controlelampje Deur ( 8.2), het controlelampje Wassen ( 8.1) en het con­trolelampje van toets 6 gaat uit en de deur kan worden geopend.
Verkeerde optiekeuze
• Als een optie gekozen is die niet compa­tibel is met het ingestelde wasprogram­ma, wordt de melding Err gedurende en­kele seconden weergegeven en begint het rode controlelampje van toets 6 te knipperen.
Startuitstel De gekozen tijdsduur van het uitstel die door middel van de bijbehorende toets is
ingesteld, verschijnt gedurende een paar seconden op het display. De tijdsduur van het uitstel neemt per uur met een eenheid af. Als er nog maar 1 uur res­teert, neemt de tijd per minuut af.
5.2: Verwarmingsfase
• Tijdens de wascyclus toont het display het temperatuurpictogram ( 5.2) om aan te geven dat het apparaat is begonnen met de opwarmfase van het water in de trommel.
5.3:
Kinderslot Met deze voorziening kunt u het apparaat onbeheerd achterlaten, u hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen ge­wond raken of het apparaat schade toe­brengen. Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de machine niet in werking is. Er zijn twee manieren om deze optie in te stellen: – voordat toets 6 wordt ingedrukt: de
machine kan niet gestart worden;
– nadat toets 6 is ingedrukt: ingestelde
programma's of opties kunnen niet
veranderd worden. Druk, om deze optie in te schakelen (uit te schakelen), tegelijkertijd gedurende on­geveer 6 seconden op de toetsen 3 en 4 tot het symbool 5.3 verschijnt (verdwijnt) op (van) het display.
AANPASSING AAN PERSOONLIJKE WENSEN
GELUIDSSIGNALEN
De wasmachine is voorzien van een ge­luidssysteem, dat in de volgende gevallen te horen zal zijn
• aan het einde van een cyclus
• als er een storing is Door tegelijkertijd te drukken op de toetsen 2 en 3 gedurende ongeveer 6 seconden, wordt het geluidssignaal gedeactiveerd (be­halve als er een storing is). Door nogmaals op deze 2 toetsen te drukken, wordt het geluidssignaal weer ingeschakeld
KINDERSLOT
Dankzij deze voorziening kunt u het appa­raat onbeheerd laten, u hoeft zich dan geen
zorgen te maken dat kinderen gewond ra­ken of het apparaat schade toebrengen. Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de machine niet in werking is Er zijn twee manieren om deze optie in te stellen:
1. Voor het drukken op knop 6: kan de machine niet worden gestart.
2. Na het drukken op knop 6: kan een an­der programma of andere optie niet worden gewijzigd.
Om deze optie in- of uit te schakelen tegelij­kertijd gedurende ongeveer 6 seconden drukken op de toetsen 4 en 3 tot op het
display het pictogram dwijnt.
HET EERSTE GEBRUIK
• Zorg ervoor dat de elektrische aan­sluiting en de wateraansluiting vol­doen aan de installatie-instructies.
• Verwijder het polystyreenblok en evt. andere materialen uit de trommel.
• Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel
dellade om de ECO-klep te active-
van de wasmid-
ren. Laat vervolgens het katoenpro­gramma op de hoogste temperatuur draaien, zonder wasgoed in de ma­chine, zodat eventuele fabricageres­ten uit de trommel en de kuip wor­den verwijderd. Giet een halve maat­beker wasmiddel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine.
electrolux 9
verschijnt of ver-
DAGELIJKS GEBRUIK
Wasgoed in de machine doen
Open de deur voorzichtig door de hand­greep naar buiten te trekken. Doe het was­goed stuk voor stuk in de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit. Sluit de vul­deur. Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan.
Wasmiddel en wasverzachter doseren
Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar buiten. Meet de vereiste hoeveelheid was-
middel af, giet het vervolgens in het vak voor de hoofdwas als het geselecteerde programma/de optie dit vereist (zie voor meer informatie "Was-
middeldoseervakje")
Giet indien gewenst wasverzachter in het vakje
de markering "MAX" in de lade overschrij-
(de gebruikte hoeveelheid mag niet
of in een ander vak
10 electrolux
den). Schuif de wasmiddellade er weer voorzichtig in.
KIES HET GEWENSTE PROGRAMMA MET DE PROGRAMMAKEUZEKNOP (1)
U kunt het juiste programma voor elke soort wasgoed kiezen door de aanwijzingen in de programmatabellen op te volgen (zie "Was­programma's"). Draai de programmakeuze­knop op het gewenste programma. Met de programmakeuzeknop bepaalt u het soort wascyclus (bijv. waterpeil, beweging van de trommel, aantal spoelgangen) en de was­temperatuur afhankelijk van het soort was­goed. Het controlelampje van toets 6 begint te knipperen en het display toont de duur van het gekozen programma. De program­makeuzeknop kan rechtsom of linksom worden gedraaid. Stand "
" om pro­gramma's te resetten/ De machine uit te schakelen.
Raadpleeg, voor de beschrijving van de wasprogramma's van de programma­keuzeknop, het hoofdstuk "Waspro­gramma's".
Aan het einde van het programma moet de programmakeuzeknop op stand, worden gezet om de machine uit te
schakelen.
Let op! Wanneer u de
programmakeuzeknop naar een ander programma draait wanneer de machine in bedrijf is, zal het rode controlelampje van knop 6 driemaal knipperen en wordt de boodschap Err weergegeven op de display om een onjuiste keuze aan te geven. De machine zal het nieuw gekozen programma niet uitvoeren.
VERLAAG DE CENTRIFUGESNELHEID DOOR OP TOETS 2 TE DRUKKEN
Wanneer het gewenste programma is ge­kozen, stelt uw machine automatisch het maximale centrifugetoerental voor dat pro­gramma voor. Druk meerdere malen op toets 2 om het centrifugetoerental te wijzigen als u wilt dat uw was met een ander toerental wordt ge­centrifugeerd dan door de wasmachine wordt voorgesteld. Het desbetreffende lampje licht op.
SELECTEER DE BESCHIKBARE OPTIES DOOR OP DE TOETSEN 2 EN 3 TE DRUKKEN
Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd wor­den. Deze functies moeten geselecteerd worden, nadat u het gewenste programma gekozen heeft en voordat het programma start. Als deze toetsen worden ingedrukt, gaan de bijbehorende controlelampjes aan. Als zij opnieuw worden ingedrukt, gaan de controlelampjes uit. Als een onjuiste optie wordt geselecteerd, knippert het geïnte­greerde rode controlelampje van toets 6 3 keer en de melding Err wordt getoond op het display om aan te geven dat er een ver­keerde keuze is gemaakt.
Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk 'Wasprogramma's.'
INDIEN NODIG KAN DE WARMWATERTOEVOER WORDEN ONDERBROKEN DOOR OP TOETS 4 TE DRUKKEN.
Druk op deze toets om de warmwatertoe­voer te onderbreken, indien u één van de programma's heeft geselecteerd die wor­den aangeduid met het bijbehorende sym­bool. De machine krijgt dan alleen koud wa­ter toegevoerd, dat wordt opgewarmd door het verwarmingselement van het apparaat. Het bijbehorende lampje gaat branden
Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk 'Wasprogramma's'.
electrolux 11
SELECTEER DE UITGESTELDE START DOOR OP TOETS 7 TE DRUKKEN
Als u de start wilt uitstellen, druk dan her­haaldelijk op toets 7, voordat u de machine start. Het gekozen uitstel (max. 20 uur) ver­schijnt gedurende enkele seconden op het display, daarna verschijnt de duur van het programma weer U moet deze optie kiezen nadat u het pro­gramma hebt ingesteld en voordat u drukt op toets 6. U kunt de vertragingstijd te allen tijde annu­leren, voordat u drukt op toets 6. De uitgestelde start kiezen
1. Stel het programma en de gewenste
opties in.
2. Druk op toets 7 om de uitgestelde start
in te stellen.
3. Druk op toets 6:
– de machine begint de tijd af te tellen
in uren
– Het programma zal beginnen als het
gekozen uitstel is afgelopen. Annuleren van de uitgestelde start nadat gedrukt is op toets 6:
1. Druk op toets 6 om de wasmachine op
PAUZE te zetten.
2. Druk eenmaal op toets 7 tot de waarde
wordt weergegeven
3. Druk weer op toets 6 om het program-
ma te starten.
Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen veranderd worden nadat u het wasprogramma opnieuw gekozen heeft. De uitgestelde start kan niet worden gese­lecteerd met het POMPEN-programma.
START HET PROGRAMMA DOOR TE DRUKKEN OP TOETS 6
Om het gekozen programma te starten, op toets 6, het bijbehorende groene controle­lampje stopt met knipperen. Het controle­lampje voor het lopende programma gaat branden. Het apparaat begint te werken en de deur is vergrendeld. Om een lopend programma te onderbre­ken, drukt u op toets 6, het bijbehorende groene controlelampje gaat knipperen. Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onderbro­ken, druk weer op 6. Als u een uitgestelde
start gekozen heeft, begint de machine af te tellen Als een onjuiste optie is, knippert het rode controlelampje van toets 6 3 keer en de melding Err wordt een paar seconden weergegeven.
EEN OPTIE OF LOPEND PROGRAMMA WIJZIGEN
Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op de toets 6 te drukken. U kunt een lopend programma alleen ver­anderen door het te resetten Draai de pro-
grammakeuzeknop naar
en vervolgens op de stand van het nieuwe programma. Start het nieuwe programma door nog­maals te drukken op toets 6. Het water in de kuip zal niet worden weggepompt
EEN PROGRAMMA ONDERBREKEN
Druk op toets 6 om een lopend programma te onderbreken. Het bijbehorende groene controlelampje begint te knipperen. Druk nogmaals op de toets om het pro­gramma opnieuw te starten.
EEN PROGRAMMA ANNULEREN
Draai de keuzeknop op
om een lopend programma te annuleren. U kunt nu een nieuw programma kiezen.
AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
De machine stopt automatisch. De contro­leverlichting van de toets 6, de indicatie­lampjes 8.1 en 8.2 gaan uit. Het controle- lampje 8.3 gaat aan Na een paar minuten kan de deur geopend worden. Als er een programma of optie wordt geko­zen waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt, dan blijft het lampje
8.3 aan om aan te geven dat de cyclus is voltooid maar dat de deur nog vergrendeld is. Het water moet worden weggepompt voordat de deur wordt geopend. De trommel blijft met regelmatige tussenpo­zen lopen tot het water is afgepompt.
12 electrolux
Volg onderstaande instructies om het water af te pompen:
1. Draai de programmakeuzeknop op stand O.
2. Kies het programma pompen of centri­fugeren.
3. Verlaag indien nodig de centrifugeer­snelheid met de betreffende toets.
4. Druk op toets 6.
Aan het einde van het programma, gaat het lampje 8.3 aan. De deur kan nu worden ge-
Stand-by : zodra het programma is geëin­digd, wordt na enkele minuten het energie­besparingssysteem ingeschakeld. De hel­derheid van het display wordt verminderd.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
DE WAS SORTEREN
Houd u aan de wassymbolen op de etiket­ten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sor­teer het wasgoed als volgt: wit, bont, syn­thetisch, fijne was, wol.
TEMPERATUREN
voor normaal vervuild wit ka-
95° of 90°
60°/50°
40°-30°­Koud
VOORDAT U DE WAS IN DE MACHINE DOET
Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was zijn "witheid" verliezen. Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen; was dit soort kleding de eerste keer dan ook apart.
toen en linnen (bijv. theedoe­ken, handdoeken, tafelkleden, lakens...)
voor normaal vervuilde kleur­echte kleding (bijv. overhem­den, nachthemden, pyja­ma's...) van linnen, katoen of synthetische weefsels en voor licht vervuild wit katoen (bijv. ondergoed)
voor tere weefsels (bijv. vitra­ge), gemengde was inclusief synthetische weefsels en wol­len kledingstukken met het la­bel «zuiver wol, wasbaar in de machine, krimpvrij»
opend. Draai de programmakeuzeknop op O om de machine uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur open staan om vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
Door op een willekeurige toets te drukken haalt u het apparaat uit de energiebespa­rende modus.
Zorg ervoor dat er geen metalen voor­werpen in het wasgoed achterblijven (bijv. haarspeldjes, veiligheidsspelden, spelden).
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of lange riemen vast. Verwijder hardnekkige vlekken vóór het wassen. Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal wasmiddel of reinigingspasta. Behandel vitrage met speciale zorg. Verwij­der haken of stop ze in een zak of net.
MAXIMALE BELADING
De aanbevolen belading is te vinden in hoofdstuk "Wasprogramma's". Algemene regels:
Katoen, linnen: trommel vol maar niet volgepropt;
Synthetica: trommel niet meer dan half vol;
Fijne was en wol: trommel niet meer dan een derde gevuld.
Indien u wast met een maximale belading maakt u efficiënt gebruik van water en ener­gie. Als de kleding sterk vervuild is, verminder dan de belading.
HET GEWICHT VAN WASGOED
De volgende gewichten zijn een indicatie:
De volgende gewichten zijn een indicatie:
badjas 1200 g
electrolux 13
De volgende gewichten zijn een indicatie:
dekbedovertrek 700 g heren overhemd 600 g laken, herenpyjama 500 g tafelkleed 250 g kussensloop, toilethanddoek,
nachtjapon, herent-shirt theedoek, damesondergoed,
zakdoek, blouse, herenon­dergoed
200 g
100 g
VLEKKEN VERWIJDEREN
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen water en wasmiddel. Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvo­rens het kledingstuk te wassen. Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat opgedroogde vlekken een nacht in water met een speciaal wasmiddel inweken; daarna de vlek met het sop uit­wassen. Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; herhaal de be­handeling enkele keren. Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek. Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt. Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Gras: licht inzepen en de vlek met bleek­middel behandelen (alleen witte en kleur­echte weefsels). Balpeninkt en lijm: bevochtig met ace-
1)
, leg het kledingstuk op een zachte
ton doek en dep de vlek. Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel.
Rode wijn: laten inweken in water en was­middel, uitspoelen en behandelen met azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoe­len. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het
1)
type inkt eerst met aceton
en dan met azijnzuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daar­na grondig uitspoelen. Teervlekken: eerst behandelen met vlek­kenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzi­ne, vervolgens inwrijven met reinigingspas­ta.
WASMIDDELEN EN NABEHANDELINGSMIDDELEN
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van het wasmiddel en het ge­bruik van de juiste hoeveelheden om ver­spilling te voorkomen en het milieu te spa­ren. Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn be­vatten wasmiddelen stoffen die - in grote hoeveelheden - de broze balans van de na­tuur kunnen verstoren. De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.), de kleur, wastemperatuur en de mate van vervuiling. Alle in de handel verkrijgbare machinewas­middelen kunnen in deze machine worden gebruikt:
• waspoeder voor alle soorten weefsels;
• waspoeder voor tere weefsels (60°C
max) en wol;
• vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor
wasprogramma's op lage temperatuur (60°C max) voor alle soorten weefsels, of
speciaal voor alleen wol. De wasmiddelen en nabehandelingsmidde­len moeten in het juiste vakje van de was­middellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart. Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen. De wasautomaat is uitgerust met een recir­culatiesysteem dat een optimaal gebruik van geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt.
1) Gebruik geen aceton op kunstzijde.
14 electrolux
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe­den en overschrijd het «MAX» teken in
de wasmiddellade niet.
GRADEN VAN WATERHARDHEID
De hardheid van water wordt geclassifi­ceerd in zogenaamde hardheidsgraden. In­formatie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbetreffende waterleidingbedrijf.
Een waterontharder moet worden toe­gevoegd als het water een gemiddeld­hoge hardheidsgraad heeft (vanaf hard­heidsgraad II). Volg de instructies van
WASPROGRAMMA'S
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
Katoen
90° - 60° - 40° Hoofdwas - spoelgangen Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg - Gered. lading 3.5 kg
Wit en bont katoen (normaal vervuild wasgoed).
Katoen
30° - Koud Hoofdwas - spoelgangen Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg - Gered. lading 3.5 kg
Bont katoen (normaal of licht vervuild wasgoed).
Synthetica
60° - 40° Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugeersnelheid bij 900 toeren
Max. belading 3.5 kg - Gered. lading 1.5 kg Synthetische of gemengde stoffen (normaal ver­vuild wasgoed).
1)
2)
2)
1)
2)
de fabrikant op. De hoeveelheid was­middel kan altijd worden aangepast aan de hardheidsgraad I (=zacht).
Graden van water-
Niveau Kenmerk
1 zacht 0-7 0-15 2 gemiddel-de8-14 16-25
3 hard 15-21 26-37 4 erg hard > 21 > 37
Opties
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
REN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP VOORWAS
SUPERSNEL
EXTRA SPOELING
WARMWATERAAN-
SLUITING
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP VOORWAS
EXTRA SPOELING
SUPERSNEL
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP VOORWAS
EXTRA SPOELING
SUPERSNEL
WARMWATERAAN-
SLUITING
3)
REN
3)
REN
3)
hardheid
Duits °dH Frans
Vaatwasmiddel
Vakje
°T.H
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
Synthetica
30° - Koud Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugeersnelheid 900 tpm
Max. belading 3.5 kg - Gered. lading 1.5 kg
2)
Synthetische of gemengde stoffen (normaal of licht vervuild wasgoed).
Delicates
40°-30°- Koud Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugeersnelheid 700 tpm
Max. belading kg 3.5 - Gered. lading kg 1.5
2)
Fijne was (normaal vervuild wasgoed). Wool / Handwash
40°-30°- Koud Hoofdwas - spoelgangen Maximale centrifugeersnelheid 900 tpm Max. belading 2 kg Wasprogramma voor wol die in de machine kan wor­den gewassen en met de hand wasbare wol en kwetsbare stoffen. Opmerking: Een enkel of groot stuk wasgoed kan een verkeerd evenwicht van de trommel tot gevolg hebben. Als het apparaat de laat­ste centrifugefase niet uitvoert, moet u meer stukken toevoegen, de lading opnieuw handmatig verspreiden en dan het centrifugeprogramma selecteren.
Spoelen
Spoelgangen met wasverzachter, indien nodig Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg Met dit programma is het mogelijk om kledingstukken die met de hand gewassen zijn uit te spoelen en te centrifugeren. De machine voert 3 spoelgangen uit, gevolgd door een laatste, lange centrifugegang. Selecteer de optie EXTRA SPOELEN om de spoelac­tie te intensiveren. De machine zal extra spoelgangen uitvoeren.
Belangrijk!
De centrifugeersnelheid zal automatisch de instelling bepalen voor katoenen wasgoed. Verlaag indien nodig de snelheid naar het gewenste niveau.
Opties
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
REN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP VOORWAS
3)
EXTRA SPOELING
SUPERSNEL
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP VOORWAS
3)
EXTRA SPOELING
SUPERSNEL
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
REN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
REN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
electrolux 15
Vaatwasmiddel
Vakje
16 electrolux
Programma Maximale en minimale temperatuur Programmabeschrijving Maximale centrifugesnelheid Maximale belading Type wasgoed
Pomp
Water wegpompen Max. belading 7 kg Om het laatste spoelwater af te voeren in program­ma's met de optie geselecteerd, waardoor het pro­gramma eindigt met water in de trommel. Draai eerst de programmakeuzeknop naar O, en dan naar het pompprogramma. Druk op toets 6.
Centrifugeer-
Afpompen en lang centrifugeren Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg Aparte centrifugegang voor wasgoed dat met de hand gewassen moet worden of na programma’s die eindi­gen met water in de trommel (Spoelstop- en Nachtcy­clus-optie).
Belangrijk!
De centrifugeersnelheid zal automatisch de instelling bepalen voor katoenen wasgoed. Verlaag indien nodig de snelheid tot het gewenste niveau passend bij het soort stof dat moet worden gecentrifugeerd.
Katoen eco
60° Hoofdwas - spoelgangen Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg Wit en kleurecht katoen. Dit programma kan worden geselecteerd voor licht of normaal vervuilde katoenen stukken. De temperatuur wordt verlaagd en de wastijd wordt verlengd. Zo wast u doeltreffend en bespaart u energie.
O = UIT
Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen.
1) Voor deze programma's is de watertoevoer als volgt: katoen 90°, alleen heet water; katoen 60°- 40° en synthetica 60° - 40°, warm en koud water. Door te drukken op toets 6, is het mogelijk om de toevoer van warm water uit te schakelen en wordt het wasprogramma uitgevoerd met koud water dat wordt verwarmd door het verwarmingselement in het apparaat.
2) Als u de optie SUPER SNEL kiest, adviseren wij u de maximale belading te beperken, zoals aangegeven. (Gered. lading = gereduceerde lading). Maximale belading is wel mogelijk, maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.
3) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder voorwas selecteren.
Opties
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
REN
CENTRIFUGETOE­RENTAL REDUCE-
REN
NACHTCYCLUS
SPOELSTOP VOORWAS
EXTRA SPOELING
3)
Vaatwasmiddel
Vakje
ONDERHOUD EN REINIGING
Waarschuwing! U moet het apparaat loskoppelen van de elektrische voeding, voordat u welke reinigings- of onderhoudswerkzaamheden dan ook kunt uitvoeren.
ONTKALKEN
Het water dat wij gebruiken bevat gewoon­lijk kalk. Het is aan te bevelen om regelma­tig een waterontharder in de machine te ge­bruiken. Doe dit apart van het wassen van wasgoed en volgens de aanwijzingen van
de fabrikant van de waterontharder. Hier­mee voorkomt u de vorming van kalkaan­slag.
NA ELKE WASBEURT
Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt om de vorming van schimmel en onaange­name luchtjes in het apparaat te voorko­men. Door de deur een tijdje open te laten staan na een wascyclus blijft de afdichting van de deur ook beter bewaard.
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant van de trommel blijft zitten. Wij raden u daarom aan regelmatig een on­derhoudswasbeurt uit te voeren. Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren:
• Moet de trommel leeg zijn.
• Moet u het heetste wasprogramma voor
katoen kiezen.
• Gebruik een normale hoeveelheid was-
middel, dit moet waspoeder zijn met bio­logische eigenschappen.
SCHOONMAKEN VAN DE BUITENKANT
Maak de buitenkant van het apparaat alleen schoon met water en zeep, droog het daar­na grondig af.
Belangrijk! Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of soortgelijke producten om de buitenkant van de machine te reinigen.
DE WASMIDDELLADE SCHOONMAKEN
De wasmiddellade moet regelmatig worden schoongemaakt. De lade voor was- en nabehandelingsmid­delen moet regelmatig worden schoonge­maakt. Verwijder de lade door de vergrendeling naar beneden te drukken en de lade naar buiten te trekken.
electrolux 17
1
2
Spoel de lade af onder een kraan om even­tuele resten waspoeder te verwijderen. Om het schoonmaken te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het vakje voor nabehandelingsmiddelen verwijderd worden. Maak alle onderdelen schoon met water.
Maak de onderdelen van de wasmiddellade schoon met een borstel.
WASTROMMEL
Roestaanslag in de trommel kan voorko­men vanwege roestende vreemde voorwer­pen in de was of door leidingwater dat ijzer bevat.
Loading...
+ 39 hidden pages