Wat er bij uw telefoon wordt geleverd, is afhankelijk van de software en
accessoires die in uw regio beschikbaar zijn of door uw serviceprovider
worden aangeboden. U kunt altijd aanvullende accessoires bij uw plaatselijke Doro-leverancier aanschaffen. De meegeleverde accessoires bieden de
beste werking met uw telefoon.
2526
1.Oormicrofoon
2.Headsetaansluiting
3.Laadaansluiting
4.Linker selectieknop
5.Oproepknop
6.Snelkiezen A
7.Snelkiezen B
8.Voicemail
9.Microfoon
10. Internationaal toegangsnummer/Symbolen
11. Oogje voor bevestiging draagbandje (draagbandje niet
inbegrepen)
12. Invoermethode/Stil
13. Camerasneltoets
14. Sneltoets berichten
15. Oproep beëindigen/Aan/uit
16. Pijlknoppen/
navigatieknoppen
17. Rechter selectieknop
18. Volumeregeling
19. Rood lampje = batterij bijna
leeg/bezig met opladen
20. Groen lampje = nieuw bericht/gemiste oproep
21. Tweede microfoon
22. Cameralens
23. Hulpknop
24. Luidspreker
25. Laadstandaard
26. Oogje voor bevestiging draagbandje (draagbandje niet
inbegrepen)
Nederlands
Inhoud
Gefeliciteerd met uw aankoop ...................................................................... 1
Aan de slag ..................................................................................................... 1
De simkaart, de geheugenkaart en de batterij plaatsen ....................... 1
De telefoon opladen .............................................................................. 2
Informatie over RF-blootstelling (SAR) ................................................ 68
Nederlands
GB
1
2
3
4
Gefeliciteerd met uw aankoop
Deze elegante telefoon met camera werkt eenvoudig en biedt diverse handige functies voor communicatie en toegang tot e-mail en internet, zodat u
overal op de hoogte blijft. U kunt foto's delen en naar uw favoriete MP3muziek of naar de FM-radio luisteren. Andere praktische functies zijn onder
meer het weer, herinneringen, een wekker en een beltoon met trilfunctie.
Ga voor meer informatie over accessoires of andere producten van Doro
naar www.doro.com.
Aan de slag
De simkaart, de geheugenkaart en de batterij plaatsen
BELANGRIJK
Schakel de telefoon uit en koppel de lader los voordat u het
batterijdeksel verwijdert.
1.Verwijder het batterijdeksel. Let op dat u uw nagels niet beschadigt
bij het verwijderen van het deksel. Zorg dat u het deksel niet te veel
buigt of verdraait, aangezien het hierdoor beschadigd kan raken. Verwijder de batterij als die al is geplaatst.
2.Optioneel: Kijk waar de SD-kaarthouder zich bevindt en schuif de kaart
rustig in de houder. Het toestel werkt ook als er geen SD-kaart geplaatst is. Geschikt kaarttype: microSD, microSDHC.
3.Kijk waar de simkaarthouder zich bevindt en schuif de kaart rustig in
de houder. Op het etiket naast de houder ziet u hoe de kaart moet
worden geplaatst. In dit apparaat past een micro-simkaart of een 3FFsimkaart. Als u de simkaart moeilijk kunt verwijderen/terugplaatsen,
1
Nederlands
breng dan plakband aan op het blootliggende gedeelte van de simkaart om hem eruit te trekken.
4.Plaats de batterij door deze in het batterijvak te schuiven met de contacten rechts omlaag. Plaats het batterijdeksel terug.
BELANGRIJK
In dit apparaat past een micro-simkaart of een 3FF-simkaart. Bij het
gebruik van ongeschikte simkaarten kunnen de kaart of het toestel
beschadigd raken en kunnen de gegevens op de kaart verloren gaan.
BELANGRIJK
Gebruik alleen geschikte geheugenkaarten voor gebruik bij dit toestel.
Geschikt kaarttype: microSD, microSDHC.
Bij het gebruik van ongeschikte kaarten kunnen de kaart, het toestel en
de gegevens op de kaart beschadigd worden. Afhankelijk van het land is
in sommige telefoons al een geheugenkaart geïnstalleerd.
De telefoon opladen
VOORZICHTIG
Gebruik uitsluitend batterijen, laders en accessoires die voor dit
specifieke model zijn goedgekeurd. Het aansluiten van andere
accessoires kan gevaarlijk zijn en de typegoedkeuring en garantie van de
telefoon kunnen erdoor komen te vervallen.
Als de batterij bijna leeg is, wordt
weergegeven en klinkt er een
waarschuwingssignaal.
1.Sluit de netadapter aan op een stopcontact en op de laadaansluiting
y. De laadindicator voor de batterij knippert tijdens het laden. Het
duurt ongeveer 3 uur om de batterij volledig te laden. Als de lader op
de telefoon wordt aangesloten, wordt
kort weergegeven en
als de lader wordt losgekoppeld.
2.Wanneer het laden is voltooid, wordt
op het scherm
weergegeven.
Wanneer de telefoon is uitgeschakeld terwijl de lader op de telefoon
is aangesloten, wordt alleen de batterijlaadindicator op het display
getoond.
2
Nederlands
NB Het Schermverlichting gaat na enige tijd uit om stroom te besparen.
Druk op een knop om het display te verlichten. De volledige capaciteit van
de batterij wordt pas bereikt nadat de batterij 3-4 keer is opgeladen.
Batterijen gaan na verloop van tijd minder goed werken, dus het is
normaal dat de spreek- en stand-bytijd bij regelmatig gebruik teruglopen.
Energie besparen
Haal de stekker van de lader uit het stopcontact wanneer u de batterij volledig hebt opgeladen en de lader van het toestel hebt losgekoppeld.
Leer uw telefoon kennen
Hulpfuncties
De onderstaande symbolen worden gebruikt om u bij de informatie in de
handleiding te helpen.
ZichtGebruik
GehoorVeiligheid
De telefoon in- en uitschakelen
1.Houdop de telefoon ingedrukt om de telefoon in of uit te schake-
len. Bevestig met Ja om uit te schakelen.
2.Als de simkaart geldig is, maar met een pincode (persoonlijk identifica-
tienummer) is beveiligd, wordt PIN weergegeven. Voer de pincode in
en druk op OK (
Wissen (
rechtsboven op het toetsenbord).
linksboven op het toetsenbord). Verwijder met
NB Als u bij aanschaf van de simkaart geen pin- en pukcode hebt gekregen,
moet u contact opnemen met uw serviceprovider.
Pogingen: # toont het aantal resterende pinpogingen. Als u het maximale
aantal pogingen hebt bereikt, wordt PIN geblokkeerd weergegeven. De
simkaart moet met de pukcode (persoonlijke ontgrendelcode) worden
gedeblokkeerd.
1.Voer de pukcode in en bevestig met OK.
2.Voer een nieuwe pincode in en bevestig met OK.
3.Voer de nieuwe pincode opnieuw in en bevestig met OK.
3
Nederlands
Opstartassistent
Als u de telefoon voor het eerst inschakelt, kunt u de Opstartassistent gebruiken voor het instellen van een aantal basisinstellingen.
•Druk op Ja als u wilt wijzigen of op Nee als u niet wilt wijzigen.
De standaardtaal wordt door de simkaart bepaald. Zie Telefooninstellingen,
p.9 voor informatie over het wijzigen van taal, tijd en datum.
Tip: Als u wilt, kunt u de startwizard ook later uitvoeren. Druk in de standbymodus op Menu
InstellingenAlgemeenOpstartassistent.
Lampjes op de telefoon
Lampjes op de telefoon gaan:
•Groen knipperen als u een nieuw bericht hebt ontvangen of een op-
roep hebt gemist. Nadat u het nieuwe bericht/de gemiste oproep hebt
bekeken, stopt het lampje met knipperen.
•Rood knipperen als de batterij bijna leeg is en tijdens het laden.
Navigeren op de telefoon
Stand-bymodus (ruststand)
Wanneer de telefoon klaar is voor gebruik en u nog geen enkel teken hebt
ingetoetst, staat de telefoon in de stand-bymodus.
Tip: U kunt altijd op
drukken om terug te keren naar de stand-bymodus.
4
Navigatieknoppen
B
A
Nederlands
•Druk op (A)
•Of druk op de selectieknop OK.
•Druk in de stand-bymodus op (A)
telefoonmenu te openen.
•Of druk op de selectieknop links
om het telefoonmenu te openen of de selectieknop rechts
opgeslagen contactpersonen in het
telefoonboek.
•Druk op de pijlknoppen (B)
om te schuiven en te selecteren.
om te bevestigen.
om het
Menu
Naam voor toegang tot
,en,
Stapsgewijze instructies
De pijl () geeft de volgende actie in de stapsgewijze instructies aan. U
kunt een actie bevestigen door op OK te drukken. Als u een optie wilt se-
lecteren, kunt u bladeren of de optie markeren met
na op OK.
Voorbeeld:
/; druk daar-
•Druk op Menu
Doe het volgende om het voorbeeld op uw Doro 6520 uit te voeren:
Voorbeeld 1 (gebruik de selectieknoppen)
1.Druk op Menu, ga naar Telefoonboek en druk op OK.
2.Selecteer -Nieuw contact- en druk op Toevoegen.
Voorbeeld 2 (gebruik de navigatieknoppen)
1.Druk op
2.Selecteer -Nieuw contact- en druk op
, ga naar Telefoonboek en druk op.
Telefoonboek-Nieuw contact-Toevoegen.
om te bevestigen.
5
Nederlands
Tekst invoeren
Tekst handmatig invoeren
Teken selecteren
•Druk herhaaldelijk op een cijfertoets totdat het gewenste teken wordt
weergegeven. Wacht enkele seconden voordat u het volgende teken
invoert.
Speciale tekens
1.Druk op*voor een lijst met speciale tekens.
2.Kies het gewenste teken met de pijlknoppen en druk op OK om te
bevestigen.
De cursor binnen de tekst verplaatsen
•Gebruik
Hoofdletters, kleine letters en cijfers
•Druk op#om te kiezen uit hoofdletters, kleine letters en cijfers Zie
Invoermethode, p.7.
De taal voor het invoeren wijzigen
1.Houd#ingedrukt voor een lijst met beschikbare talen.
2.Selecteer de taal met
ofom de cursor binnen de tekst te verplaatsen.
/en druk op OK om te bevestigen.
Tekst invoeren met spellingshulp
In sommige talen kunt u de invoermethode Smart ABC (eZiType™) gebruiken; hierbij wordt er een woordenboek gebruikt om suggesties voor woorden te geven.
•Druk één keer op elke toets, zelfs als het weergegeven teken niet juist
is. Het woordenboek geeft suggesties voor woorden op basis van de
toetsen die u hebt ingedrukt.
Voorbeeld
1.Druk op3,7,3,3om "Fred" te schrijven. Maak het woord af
voordat u naar de suggesties kijkt.
2.Gebruik
3.Druk op Select. en ga verder met het volgende woord.
,of,om de voorgestelde woorden te bekijken.
6
Nederlands
U kunt ook op0drukken om verder te gaan met het volgende
woord.
4.Als het juiste woord niet wordt gegeven, gebruikt u de handmatige
invoermodus.
NB Zie Spellingshulp, p.29 voor meer informatie.
Invoermethode
Druk op#om de invoermodus te wijzigen. Het pictogram linksboven op
het display geeft de invoermethode aan.
Abc
ABC
abc
Abc
ABC
abc
123cijfers
Beginhoofdletter met spellingshulp
HOOFDLETTERS met spellingshulp
kleine letters met spellingshulp
Beginhoofdletter
HOOFDLETTERS
kleine letters
Volumeregeling
Tijdens een oproep
•Gebruik de zijknoppen +/– of
passen. Het volume wordt op het display aangegeven.
Wanneer u gebruikmaakt van een hoorapparaat of gehoorproblemen hebt
als u de telefoon in een lawaaiige omgeving gebruikt, kunt u de geluidsinstellingen van de telefoon aanpassen (zie Geluidsinstellingen
Stil
Stil is een vast profiel met Toetstoon, Bericht toon en Belsignaal uitgeschakeld, terwijl Trilling, Taken, Dagelijkse herinnering en Wekker ongewijzigd
zijn.
/om het geluidsvolume aan te
, p.43).
•Houd de sneltoets#ingedrukt om de stille modus te activeren of te
deactiveren.
Headset
Als er een headset wordt aangesloten, wordt de interne microfoon in de
telefoon automatisch uitgeschakeld. Wanneer beschikbaar kunt u de toets
7
Nederlands
voor beantwoorden op de headset gebruiken om oproepen te beantwoorden en te beëindigen.
VOORZICHTIG
Gebruik van een headset kan bij hoog volume gehoorbeschadiging
veroorzaken. Stel het volume zorgvuldig in wanneer u een headset
gebruikt.
Geschikt voor gebruik met een hoorapparaat
Deze telefoon is geschikt voor gebruikt met een gehoorapparaat. Hoewel
het apparaat geschikt is voor gebruik met een hoorapparaat, kan niet worden gegarandeerd dat een specifiek hoorapparaat met een specifieke telefoon werkt. Mobiele telefoons bevatten radiozenders die de werking van
het gehoorapparaat kunnen verstoren. Deze telefoon is getest voor gebruik
met hoorapparaten voor een aantal draadloze technologieën die worden
gebruikt, maar er kunnen nieuwere draadloze technologieën zijn die nog
niet met gehoorapparaten zijn getest. Test ze samen voordat u een apparaat koopt, zodat u zeker weet dat deze telefoon goed werkt met een specifiek hoorapparaat.
De standaard voor geschiktheid met een hoorapparaat heeft twee
classificaties:
•M: Als u het hoorapparaat in deze modus gebruikt, zorg dan dat uw
hoorapparaat in de M-modus of de modus voor akoestisch koppelen
staat en plaats de ontvanger van de telefoon vlak bij de ingebouwde
microfoon van het hoorapparaat. Probeer voor optimale resultaten de
telefoon in verschillende posities ten opzichte van uw hoorapparaat te
houden; plaats de ontvanger bijvoorbeeld iets boven het oor voor betere prestaties bij hoorapparaten met microfoons achter het oor.
•T: Als u uw hoorapparaat in deze modus gebruikt, zorg dan dat uw
hoorapparaat in de T-modus staat of in de koppelingsmodus voor de
ringleiding staat (niet alle hoorapparaten hebben deze modus). Probeer voor optimale resultaten de telefoon in verschillende posities ten
opzichte van uw hoorapparaat te houden - plaats bijvoorbeeld de ontvanger iets onder of voor het oor voor betere prestaties.
Zie ook Geluidsinstellingen
, p.43 voor het aanpassen van de geluidsin-
stellingen van uw telefoon.
8
Telefooninstellingen
Tijd & datum
De tijd en datum instellen
Nederlands
1.Druk op Menu
•Tijd instellen om de tijd in te voeren (UU:MM).
•Datum instellen om de datum in te voeren (DD/MM/JJJJ).
2.Druk op OK om te bevestigen.
Tip: U kunt de telefoon zodanig instellen dat de datum en tijd automatisch
aan de huidige tijdzone worden aangepast. Selecteer in Tijd & datum de
optie Auto tijd
heeft geen gevolgen voor de tijd die u eventueel hebt ingesteld voor het
alarm en de agenda. Deze staan in de lokale tijd. De aanpassing kan er wel
toe leiden dat bepaalde ingestelde alarmen verlopen, afhankelijk van de
netwerkondersteuning en uw abonnement.
De notatie voor tijd en datum instellen
1.Druk op Menu
Stel notatie in:
•Tijdnotatie
•Datumnotatie en selecteer de gewenste datumnotatie.
2.Druk op OK om te bevestigen.
InstellingenAlgemeenTijd & datum:
Aan. Het automatisch aanpassen van datum en tijd
InstellingenAlgemeenTijd & datum
12 uur of 24 uur.
Taal
De standaardtaal voor de telefoonmenu's, berichten en dergelijke wordt
door de simkaart bepaald. U kunt dit wijzigen in elke andere taal die door
de telefoon wordt ondersteund.
1.Druk op Menu
2.Gebruik
3.Druk op OK om te bevestigen.
InstellingenAlgemeenTaal.
/om een taal te selecteren.
Blokkeerfunctie
1.Druk op MenuInstellingenAlgemeenBlokkeerfunctie.
2.Selecteer de functies die u wilt uitschakelen en druk op Uit.
3.Druk op Klaar om te bevestigen.
9
Nederlands
Opties voor de pincode
1.Druk op MenuInstellingenBeveiligingSIM-lock:
•Aan om de pincode te activeren. U moet de pincode altijd invoe-
ren wanneer u de telefoon inschakelt.
•Uit om de pincode uit te schakelen.
BELANGRIJK
Als de Uit-modus is ingeschakeld en de simkaart verloren raakt
of gestolen wordt, dan is de kaart niet beveiligd.
•Automatisch om de telefoon zonder pincode in te schakelen. De
telefoon onthoudt die automatisch, maar als de simkaart in een
andere telefoon wordt geplaatst (na bijvoorbeeld verlies of diefstal), dan moet de pincode worden ingevoerd wanneer de telefoon wordt ingeschakeld.
2.Druk op OK om te bevestigen.
De pincode veranderen
1.Druk op Menu
InstellingenBeveiligingWachtw. inst.
PIN.
2.Voer de huidige pincode in en druk op OK.
3.Voer de nieuwe pincode in en druk op OK. Herhaal om te bevestigen.
Telefoonblokk.
De telefoonblokkering beschermt uw telefoon tegen ongewenst gebruik.
Als u deze functie hebt geactiveerd, wordt de telefoon na het opnieuw opstarten vergrendeld en moet de telefooncode worden ingevoerd om de telefoon te ontgrendelen.
1.Druk op Menu
InstellingenBeveiligingTelefoonblokk..
2.Selecteer Aan voor inschakelen of Uit voor uitschakelen.
3.Druk op OK om te bevestigen.
NB U moet de huidige telefooncode invoeren. De standaardtelefooncode is
1234.
Witte lijst
Een witte lijst is een soort filter voor ongewenste telefoontjes; na activering kunt u alleen inkomende oproepen van contacten uit het telefoonboek
10
Nederlands
ontvangen. Mensen die niet in het telefoonboek staan, krijgen een bezettoon als ze u proberen te bellen.
1.Druk op Menu
2.Selecteer Aan voor inschakelen of Uit voor uitschakelen.
3.Druk op OK om te bevestigen.
InstellingenBeveiligingWitte lijst.
Oproepen
Bellen
1.Voer het telefoonnummer en het netnummer in. Gebruik Wissen om
te wissen.
2.Druk op
oproep te annuleren.
3.Druk op
Tip: Gebruik voor internationale oproepen altijd + vóór het landnummer
voor een optimale werking. Druk twee keer op*om de internationale
toegangscode + in te voeren.
om de oproep tot stand te brengen. Druk op Afbr. om de
om de oproep te beëindigen.
Een oproep vanuit het telefoonboek maken
1.Druk op Naam om het telefoonboek te openen.
2.Gebruik
de toets voor de eerste letter van de invoer om snel te zoeken( zie
Tekst invoeren
3.Druk op Opties
teer indien nodig het nummer.
Of druk op
4.Druk op Afbr. of
/om door het telefoonboek te bladeren of druk op
, p.6).
Kies om de geselecteerde invoer te kiezen. Selec-
om te kiezen.
om de oproep te annuleren.
Een oproep ontvangen
1.Klap de telefoon open en druk opom de oproep te beantwoorden.
Of druk op Stil om het belsignaal uit te schakelen
of druk op
(bezettoon).
2.Druk op
Zie Antwoordmodus, p.14 voor het beantwoorden van een inkomende oproep door de telefoon open te klappen.
/klap de telefoon dicht om de oproep te weigeren
om de oproep te beëindigen.
11
Nederlands
Tip: Houd +/– ingedrukt om het belsignaal tijdelijk uit te schakelen zonder
de telefoon open te klappen.
Oproepinformatie
Tijdens een oproep worden het telefoonnummer van de uitgaande of inkomende oproep en de verstreken oproeptijd weergegeven. Als de identiteit
van de beller wordt onderdrukt, wordt Onbekend weergegeven.
Oproepopties
Tijdens een oproep bieden de selectieknoppen1() toegang tot extra
functies.
Opties (selectieknop links)
•Wacht/Ophaal om de huidige oproep vast te houden/terug te halen.
•Stop enkele oproep om de huidige oproep te beëindigen (dezelfde
functie als
•Nieuwe oproep om een ander nummer te kiezen (Vergadering).
•Telefoonboek om in het telefoonboek te zoeken.
•Berichten om sms-berichten te typen of te lezen.
•Dempen om de microfoon uit te schakelen.
).
LS aan (selectieknop rechts)
Via de luidspreker kunt u praten zonder dat u de telefoon vlak bij uw oor
hoeft te houden.
1.Druk op LS aan voor inschakelen. Praat duidelijk in de microfoon van
de telefoon op een maximale afstand van 1 m. Gebruik
het volume van de luidspreker aan te passen.
2.Druk op LS uit om terug te keren naar de normale modus.
NB Harde geluiden op de achtergrond (zoals muziek) kunnen de
geluidskwaliteit beïnvloeden.
/om
Snelkiezen
GebruikA–B,0en2–9om vanuit de stand-bymodus een snelkiesnummer te bellen.
•Houd de bijbehorende toets ingedrukt voor snelkiezen.
1. Selectieknoppen hebben meerdere functies. De huidige functie wordt bo-
ven de selectieknop op het display weergegeven.
12
Nederlands
Snelkiesnummers toevoegen
1.Druk op MenuInstellingenTelefoonboekSnelkiezen.
2.Selecteer
telefoonboek.
3.Druk op OK om te bevestigen.
4.Herhaal dit om meer snelkiesnummers in te voeren voor de knoppen
B,0,2–9
Tip: Als u een bestaande invoer wilt bewerken of verwijderen, selecteer de
invoer en druk op Opties
A
Toevoegen en selecteer een invoer in het
.
Bew. of Wissen.
Noodoproepen
Wanneer de telefoon is ingeschakeld, kunt u altijd een oproep naar de
hulpdiensten maken door het noodnummer in te voeren, gevolgd door
Sommige netwerken aanvaarden oproepen naar hulpdiensten zonder geldige simkaart. Neem contact op met uw serviceprovider voor meer
informatie.
Oproepenlog
Ontvangen, gemiste en uitgaande oproepen worden in een gecombineerd
-oproeplogbestand opgeslagen. In dat logbestand kunnen 20 oproepen
van elk type worden opgeslagen. Als er meerdere oproepen voor hetzelfde
nummer zijn, wordt alleen de meest recente oproep opgeslagen.
.
1.Druk op
Of druk op Menu
2.Gebruik
3.Druk opom te bellen of Opties:
•Weerg. om gegevens over de geselecteerde oproep weer te
geven.
•Verstuur SMS om een sms-bericht te verzenden.
•Verstuur MMS om een mms-bericht te verzenden.
•Wissen om de oproep te verwijderen.
.
Oproepenlog.
/om te selecteren:
Inkomende
Uitgaande
Gemiste oproepen
13
Nederlands
•Alles wissen om alle oproepen in het oproeplogbestand te
verwijderen.
•Opslaan om een nummer in het telefoonboek op te slaan,
Nw aanmaken een nieuwe contactpersoon aan te maken of Update een bestaande contactpersoon te bewerken.
Oproepinstellingen
Gespreksduur
Tijdens een oproep wordt de tijdsduur van de oproep weergegeven. U kunt
de tijdsduur van uw oproepen controleren.
1.Druk op Menu
•Laatste oproep om de tijdsduur van de laatste oproep weer te
geven.
•Uitgaande om de tijdsduur van alle uitgaande oproepen weer te
geven.
•Inkomende om de tijdsduur van alle ontvangen oproepen weer
te geven.
•Alles resetten
2.Druk op OK om te bevestigen.
InstellingenOproepenGespreksduur:
Ja om alles te resetten.
Antwoordmodus
1.Druk op MenuInstellingenOproepenAntwoordmodus:
•Openklappen
den door de telefoon open te klappen.
•Elke toets
woorden door op een willekeurige toets te drukken (behalve
2.Druk op OK om te bevestigen.
Aan om inkomende oproepen te beantwoor-
Aan wanneer u inkomende oproepen wilt beant-
ID beller
Laat uw telefoonnummer wel of niet zien op de telefoon van de ontvanger
wanneer u deze belt.
).
1.Druk op MenuID beller:
•Door netwerk ingesteld om de standaardinstellingen van het
netwerk te gebruiken.
•Verberg ID om nooit uw nummer te laten zien.
InstellingenOproepenOproepinstellingen
14
Nederlands
•Stuur ID om altijd uw nummer weer te geven.
2.Druk op OK om te bevestigen.
Wisselgesprek
U kunt meerdere oproepen tegelijkertijd aannemen, de huidige oproep in
de wacht zetten en de inkomende oproep beantwoorden. Als deze functie
actief is, hoort u een waarschuwingstoon als u een inkomende oproep ontvangt terwijl u in gesprek bent.
•Druk tijdens een oproep op Opties
Antwoorden.
Wisselgesprek inschakelen
1.Druk op Menu
2.Selecteer Wisselgesprek
InstellingenOproepenOproepinstellingen.
Activeren.
3.Druk op OK om te bevestigen.
Tip: Herhaal en selecteer Deactiveren om wisselgesprek uit te schakelen of
Status opvragen om weer te geven of wisselgesprek actief is of niet.
Doorschakelen
U kunt oproepen doorschakelen naar een antwoordservice of naar een ander telefoonnummer. Bepaal welke oproepen moeten worden doorgeschakeld. Selecteer een optie en druk op OK, selecteer Activeren, Deactiveren
of Status opvragen voor elke optie.
1.Druk op MenuDoorschakelen:
•Spraak doorschakelen om alle spraakoproepen door te
schakelen.
•Onber. doorsch. om inkomende oproepen door te schakelen als
de telefoon is uitgeschakeld of geen ontvangst heeft.
•Onbeantw. doorsch. om inkomende oproepen door te schakelen
als ze niet worden beantwoord.
•Doorsch. bij bezet om inkomende oproepen door te schakelen
als de lijn bezet is.
•Doorsch. uit om alle instellingen voor doorschakelen te
annuleren.
2.Druk op OK om te bevestigen.
InstellingenOproepenOproepinstellingen
15
Nederlands
Oproep blokkeren
De telefoon kan zodanig worden ingesteld dat bepaalde typen oproepen
niet worden toegestaan.
NB U hebt een wachtwoord nodig om oproepblokkeringen in te schakelen.
Neem contact op met uw serviceprovider voor het wachtwoord.
1.Druk op Menu
InstellingenOproepenOproepinstellingen
Oproep blokkeren.
2.Selecteer Uitgaande:
•Alle oproepen om inkomende oproepen te beantwoorden, maar
niet zelf te bellen.
•Internationale oproepen om oproepen naar internationale num-
mers te blokkeren.
•Internationaal. m.u.v. thuis om oproepen naar internationale
nummers te blokkeren, behalve naar het land dat bij de simkaart
hoort.
3.Druk op OK om te bevestigen.
4.Selecteer Inkomende:
•Alle oproepen om zelf te bellen, maar geen inkomende oproepen
te ontvangen.
•Bij roaming om inkomende oproepen te blokkeren tijdens roa-
ming (gebruik in andere netwerken).
5.Druk op OK om te bevestigen.
6.Selecteer Alles annuleren om alle oproepblokkeringen te annuleren
(wachtwoord nodig). Druk op OK om te bevestigen.
Vaste nummers (FDN)
U kunt het maken van oproepen beperken tot bepaalde nummers die op
de simkaart zijn opgeslagen. De lijst met toegestane nummers is beveiligd
met uw pin2-code.
NB Als u Vaste nummers wilt inschakelen, hebt u de pin2-code nodig.
Neem contact op met uw serviceprovider voor de pin2-code.
1.Druk op Menu
InstellingenBeveiligingVaste nummers:
•ModusAan voor inschakelen of Uit voor uitschakelen.
16
Nederlands
•Vaste nummersToevoegen en voer het eerste toegestane
nummer in.
Of selecteer een ingevoerd item en druk op Optiesgen, Bew. of Wissen.
2.Voer waar nodig pin2 in en druk op OK om te bevestigen.
NB U kunt delen van telefoonnummers opslaan. Als u bijvoorbeeld 01234
opslaat, kunt u oproepen maken naar alle nummers die met 01234
beginnen. Wanneer de functie Vaste nummers is ingeschakeld, kunt u toch
noodnummers bellen door het noodnummer in te voeren, gevolgd door
. Wanneer Vaste nummers is ingeschakeld, is het niet mogelijk om
opgeslagen telefoonnummers op de simkaart te bekijken of te wijzigen. U
kunt ook geen sms-berichten verzenden.
Toevoe-
Telefoonboek
Een contactpersoon toevoegen
1.Druk op MenuTelefoonboek-Nieuw contact-Toevoegen.
2.Voer een
p.6). Gebruik Wissen om te wissen.
3.Gebruik
en voer het telefoonnummer of de telefoonnummers in, inclusief het
netnummer.
4.Selecteer
voegen, zie E-mailinstellingen, p.32.
5.Selecteer
te voegen (zie Telefoonboek foto, p.19).
•Foto maken om een foto met de camera te maken.
•Mijn foto's om een bestaande foto te selecteren.
6.Selecteer
soon toe te voegen, zie Beltoon (beltoon), p.43.
•Systeem om uit de geïnstalleerde bestanden te selecteren.
•Gebr. gedef. om uit uw eigen downloads te selecteren.
7.Druk op Opslaan.
Naam in voor de contactpersoon (zie Tekst invoeren,
/omGsm,Thuis ofKantoor te selecteren
E-mail om een e-mailadres aan de contactpersoon toe te
FotoBew. om een foto aan de contactpersoon toe
BelsignaalBew. om een beltoon aan de contactper-
17
Loading...
+ 54 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.