DELONGHI MEM 965 AA User Manual [nl]

DE’LONGHI
COOKING
GEBRUIKS-EN INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN
MODE D’EMPLOI CONSEILS POUR L’INSTALLATION
GEBRAUCHSANWEISUNG INSTALLATIONSANLEITUNG
MAXI OVEN FORNUIS CUISINIERE AVEC MAXI FOUR
BE
FR
Ser. Nr.
Nederlands
Gebruiks-en installatievoorschriften Bladzijde 3
De beschrjvingen en aanduidingen vermeld in de gebruiks-en installatievoorschriften zijn enkel van informatieve aard. De constructeur behoudt zich het recht voor om zonder verwittiging en op gelijk welk ogenblik wijzigingen aan zijn produkten aan te brengen.
Français Mode d’emploi - Conseils Français pour l’installation Page 52
Le fabricant n’est pas responsable des erreurs éventuelles, dues à des fautes de frappe ou d’impression, susceptibles de se trouver dans cette notice. Il se réserve le droit, sans porter préjudice aux caractéristiques essentielles, du point de vue fonctionnel et du point
de vue sécurité, d’apporter à ses produits, à tout moment et sans préavis, toutes les modications éventuellement
nécessaires pour faire face à des exigences de fabrication ou de commercialisation.
Deutsch Das Handbuch ist auch in deutscher Sprache erhältlich
NOTICE: Before installing or using your new device, please register, here below, the serial number of your appliance. This will be required for troubleshooting.
ATTENTION: Avant toute installation ou utilisation de votre appareil, veuillez inscrire ci­dessous le numéro de série de votre appareil. Celui-ci vous sera demandé en cas de dépannage.
OPGEPAST: Gelieve voor gebruik of installatie van uw toestel, hier onder het serie nummer van uw toestel te noteren. Dit nummer zal u gevraagd worden bij een aanvraag herstelling.
Serial number / Numéro de série / Serie nummer :……………………………………………........
2
Nederlands
Gebrauchsanweisung Installationsanleitung
Mevrouw, Juffrouw, Mijnheer,
U heeft onlangs een van onze fornuizen aangekocht en wij danken u voor uw vertrouwen. Uw fornuis werd met de grootste zorg ontworpen, vervaardigd en getest met het oog op uw volkomen tevredenheid.
Opdat u het optimaal zou kunnen gebruiken en de gewenste resultaten zou bereiken, bevelen wij aan deze GEBRUIKSHANDLEIDING aandachtig te lezen.
De instructies en wenken in deze handleiding zullen een doeltreffende
hulp zijn om alle kwaliteiten van uw nieuwe toestel te ontdekken.
Dit fornuis mag enkel worden gebruikt voor het doel waartoe
het werd ontworpen, met name de bereiding van eetwaren.
Alle ander gebruik dient als onjuist en gevaarlijk te worden
beschouwd.
Wij wijzen elke aansprakelijkhid van de hand in geval van schade wegens onjuist, verkeerd of irrationnel gebruik van het toestel.
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING CE
Dit fornuis is ontworpen, gebouwd en op de markt gebracht in overeenstemming met:
De veiligheidsvoorschriften van “Gas” Richtlijn 2009/142/EG;
De veiligheidsvoorschriften van “Laagspanning” Richtlijn 2006/95/EG;
De voorschriften van “EMC” Richtlijn 2004/108/EG;
De voorschriften van Richtlijn 93/68/EEG;
De voorschriften van Richtlijn 2011/65/EU.
NL
BE
BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR DE CORRECTE VERWERKING VAN HET PRODUCT IN OVEREENSTEMMING MET DE EUROPESE RICHTLIJN 2012/19/EC.
Aan het einde van zijn nuttig leven mag het product niet samen met het gewone huishoudelijke afval worden verwerkt. Het moet naar een speciaal centrum voor gescheiden afvalinzameling van de gemeente worden gebracht, of naar een verkooppunt dat deze service verschaft. Het apart verwerken van een huishoudelijk apparaat voorkomt mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid die door een ongeschikte verwerking ontstaan en zorgt ervoor dat de materialen waaruit het apparaat bestaat teruggewonnen kunnen worden om een aanmerkelijke besparing van energie en grondstoffen te verkrijgen. Om op de verplichting tot gescheiden verwerking van elektrische huishoudelijke apparatuur te wijzen, is op het product het symbool van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht.
3
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES EN AANBEVELINGEN
BELANGRIJK: Dit toestel is enkel ontworpen en geproduceerd voor het koken van huishoudelijk voedsel en is niet geschikt voor enige niet-huishoudelijke toepassing. Om die reden mag het niet gebruikt worden in een commerciële omgeving. De garantie van het toestel vervalt wanneer het toestel wordt gebruikt in een niet-huishoudelijke omgeving, d.w.z. in een semi-commerciële, commerciële of gemeenschappelijke omgeving.
Lees aandachtig de instructies vooraleer u het toestel installeert en gebruikt.
• Haal het toestel uit de verpakking. Controleer of het beschadigd is en of de ovendeur goed sluit.
Gebruik het toestel bij twijfel niet en neem contact op met de producent
of met een vakkundig opgeleid technicus.
• Houd onderdelen van de verpakking (bijv. plastic zakken, polystyreenschuim, nagels, bandjes, enz.) buiten het bereik van kinderen, aangezien deze ernstige verwondingen kunnen veroorzaken.
• Op de stalen en aluminium onderdelen van sommige toestellen is een beschermende laag aangebracht. Verwijder deze laag vooraleer u het toestel gebruikt.
• BELANGRIJK: Het is aangeraden geschikte beschermingskleding en
-handschoenen te gebruiken voor het hanteren of reinigen van dit toestel.
• Probeer niet om de technische eigenschappen van dit toestel te wijzigen, aangezien dat gevaar bij het gebruik kan veroorzaken. De producent is niet aansprakelijk voor ongemak door niet-naleving van deze instructie.
• OPGELET: Dit toestel mag enkel geplaatst worden in een continu verluchte kamer volgens de desbetreffende bepalingen.
• Gebruik het toestel niet met een externe timer of een afzonderlijk afstandsbedieningssysteem
• Koppel het toestel los van de elektriciteit vooraleer u het reinigt of onderhoudt.
• WAARSCHUWING: Vermijd elektrische schokken door het toestel uit te schakelen vooraleer u de ovenlamp vervangt.
• Gebruik geen stoomreiniger. Het vocht kan in het toestel terechtkomen en dat onveilig maken.
4
• Raak het toestel niet aan met natte of bedampte handen (of voeten).
• Gebruik het toestel niet blootsvoets.
• Wanneer u het toestel niet meer gebruikt (of het wenst te vervangen door
een ander model), is het aangeraden om het – voor u het weg doet – op een geschikte manier buiten werking te stellen, in overeenstemming met de gezondheids- en milieubepalingen, en er vooral voor te zorgen dat alle mogelijk gevaarlijke onderdelen onschadelijk worden gemaakt, vooral met het oog op kinderen die met ongebruikte toestellen zouden kunnen spelen.
• De verschillende componenten van het toestel zijn recyclebaar. Verwijder deze als afval conform de geldende bepalingen in uw land. Verwijder de elektriciteitskabel wanneer het toestel wordt afgedankt.
• Zorg ervoor dat de knoppen na gebruik in de uit-positie staan.
• Houd kinderen onder de 8 jaar uit de buurt van het toestel, tenzij ze
continu onder toezicht staan.
• Dit toestel mag gebruikt worden door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met beperkte lichamelijke, sensorische of geestelijke vaardigheden of met een beperkte ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan, na gepaste instructies over het veilige gebruik van dit toestel en indien zij de mogelijke risico’s begrijpen. Laat kinderen niet met het toestel spelen. Kinderen mogen het toestel niet reinigen en onderhouden zonder toezicht.
• De producent is niet aansprakelijk voor letsels van personen of schade aan eigendom door incorrect of ongepast gebruik van het toestel.
• WAARSCHUWING: Tijdens het gebruik worden het toestel en de bereikbare onderdelen heet; ook na gebruik blijven deze nog enige tijd heet.
Wees voorzichtig en raak geen verwarmingselementen aan (zowel aan
de kookplaat als in de oven).
De deur is heet, gebruik de handgreep. Houd jonge kinderen uit de buurt om brandwonden te vermijden.
• Zorg ervoor dat de elektriciteitskabels van andere toestellen in de buurt van het fornuis niet in contact kunnen komen met de kookplaten en niet tussen de ovendeur geklemd kunnen raken.
• WAARSCHUWING: Onbeheerd koken op een kookplaat met vet of olie kan gevaarlijk zijn en brand veroorzaken. Probeer NOOIT brand te doven met water, maar schakel het toestel uit en dek het vuur af, bijv. met een deksel of een vuurdeken.
5
• WAARSCHUWING: Brandgevaar: bewaar geen voorwerpen op het kookoppervlak.
• WAARSCHUWING: Wanneer dit product correct geplaatst is, voldoet het aan alle veiligheidseisen voor deze productcategorie. Wees echter extra voorzichtig bij de achter- of onderkant van het toestel, aangezien deze zones niet ontworpen en bedoeld zijn om aan te raken en scherpe of ruwe kanten kunnen hebben, die letsels kunnen veroorzaken.
• EERSTE GEBRUIK VAN DE OVEN – volg deze instructies:
Richt de binnenkant van de oven in zoals beschreven in het hoofdstuk
‘REINIGING EN ONDERHOUD’.
Zet de lege oven op de maximumstand om vet van de
verwarmingselementen te verwijderen.
Koppel het toestel los van de elektriciteit, laat de oven afkoelen en reinig
de binnenkant met een doek, water en een neutraal reinigingsmiddel; droog daarna goed af.
• OPGELET: Gebruik geen ruwe schuurmiddelen of scherpe metalen schrapers om het glas van de ovendeur te reinigen, aangezien deze krassen op het oppervlak kunnen veroorzaken waardoor het glas kan barsten.
• Breng geen aluminiumfolie aan op de wanden van de oven. Plaats bakplaten of de druipplaat niet op de bodem van de oven.
• BRANDGEVAAR! Bewaar geen ontvlambaar materiaal in de oven of in de opslagruimte.
• Gebruik altijd ovenwanten om schotels en bakplaten uit de hete oven te halen.
• Hang geen handdoeken, theedoeken of andere voorwerpen aan het toestel of aan de handgreep – dat kan brandgevaar opleveren.
• Reinig de oven regelmatig en zorg ervoor dat er zich geen vet of olie verzamelt op de bodem van de oven of van de druipplaat. Verwijder gemorste resten meteen.
• Sta niet op het fornuis of op de geopende ovendeur.
• Ga even achteruit wanneer u de ovendeur opent, zodat stoom en hete
lucht kunnen ontsnappen vooraleer u het voedsel eruit haalt.
• VEILIG OMGAAN MET VOEDSEL: Laat het voedsel voor en na het koken zo kort mogelijk in de oven. Op die manier vermijdt u verontreiniging door organismen, die voedselvergiftiging kunnen veroorzaken. Let hier vooral voor op bij warm weer.
• WAARSCHUWING: Til het fornuis NIET op met de handgreep.
6
OPGELET – HEEL BELANGRIJK !
BRAND-/OVERVERHITTINGSGEVAAR:
Geen servetten, lappen of andere voorwerpen op de
kookplaatbescherming of de handgreep/handgrepen van de ovendeur aanbrengen terwijl het apparaat werkt of warm is.
OM SCHADE AAN HET APPARAAT TE VOORKOMEN:
Het beschermende blad of de handgreep/handgrepen van
de ovendeur niet gebruiken om het fornuis op te heffen/te verplaatsen.
Niet op de kookplaatbescherming blad of de handgreep/
handgrepen van de ovendeur steunen.
Kookplaatbe­scherming
Handgreep/ handgrepen deur
Deze tekening is slechts indicatief
7
KOOKTAFEL
1
Afb. 1.1
2
2
4
3
ALGEMENE KARAKTERISTIEKEN:
1. Snelkookplaat (A) 1,00 kW
2. Halfsnelle brander (SR) 1,75 kW
3. Snelle brander (R) 3,00 kW
4. Superbrander met driedubbele krans (TC) 3,50 kW
OPMERKING
Elektrische ontsteking is ingebouwd in de bedieningsknoppen van de gasbranders.
Veiligheidsventielen: is wordt de gastoevoer gestopt als de vlam per ongeluk dooft.
WAARSCHUWING:
Als de vlammen van de brander per ongeluk uit gaan, moet u de bedieningsknop dichtdraaien en tenminste een minuut wachten voordat u opnieuw probeert het apparaat aan te steken.
WAARSCHUWING:
Het gebruik van een kookapparaat op gas veroorzaakt warmte en vochtigheid in de ruimte waar het is geïnstalleerd. Zorg voor een goede ventilatie van de ruimte door de natuurlijke ventilatieopeningen open te houden of door een afzuigkap met afvoerbuis te installeren.
WAARSCHUWING:
Bij intensief en langdurig gebruik van het apparaat kan een extra ventilatie nodig zijn, bijvoorbeeld door een raam te openen, of een doelmatigere ventilatie, door het mechanische afzuigvermogen te verhogen, als dat er is.
8
1
BEDIENINGSPANEEL
2
Afb. 2.1
A U T O
678
4
3 2
BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGSKNOPPEN
1. Bedieningsknop brander rechts voor
2. Bedieningsknop brander rechts achter
3. Bedieningshendel centrale brander
4. Bedieningsknop brander links achter
5. Bedieningsknop brander links voor
6. Thermostaatknop van de multifunctionele
7. Schakelaar van de multifunctionele oven
8. Elektronische klok/programmeur
9
15
Controlelampje:
9. Temperatuurcontrolelampje van de multifunctionele oven
Ventilatiemotor voor koeling
Dit toestel beschikt over een veilige koeling dankzij de ventilatiemotor, waardoor een
optimale efciëntie van het controlepaneel wordt bereikt, de oppervlaktetemperatuur lager
blijft en de interne componenten worden afgekoeld. De ventilatiemotor voor koeling wordt automatisch ingeschakeld wanneer de oven of de grillbrander worden aangezet. Deze kan (enkele minuten) blijven werken, ook nadat de oven of grillbrander werden uitgeschakeld. Deze periode hangt af van de baktemperatuur en -duur.
9
KOOKTAFEL BEDIENINGSVOORSCHRIFT
3
GEBRUIK VAN DE BRANDERS
De gastoevoer naar de brander wordt bediend door een knop (afb. 3.1) die inwerkt op de kraan met veiligheidsafsluiting. Door de knop zo te draaien dat zijn aanwijzer wijst op de symbolen die om de knop heen op het paneel staan krijgt u de volgende standen:
- merkpunt
- merkpunt
- merkpunt
Om de gastoevoer te verminderen
draait u de knop verder tegen de klok in, desgewenst tot het aanslagpunt, waar de aanwijzer van de knop op het symbool kleine vlam wijst.
De maximale gastoevoer gebruikt
u om vloeistof snel aan de kook te brengen, de minimale gastoevoer voor het voorzichtig opwarmen en warm houden.
Kook altijd met de bedieningsknop
op een stand tussen maximaal en minimaal. Nooit tussen maximaal en uitstand. Om te sluiten, de knop rechts draaien tot de inschakeling van de veiligheid.
gesloten kraan (uitgedoofde brander)
vol debiet (brander op maximum)
vertraagd debiet (brander op minimum)
Afb. 3.1
Afb. 3.2
Controleer na het koken altijd of u de bedieningsknop naar de gesloten stand heeft teruggedraaid. Wanneer u het fornuis niet gebruikt is het verstandig om de kraan op de gastoevoer dicht te draaien.
10
Let op: Het oppervlak van het fornuis wordt tijdens het koken zeer heet. Houd kinderen uit de buurt van het fornuis.
ELEKTRISCHE ONTSTEKING
1. Om een brander te ontsteken moet
u de bijbehorende bedieningsknop indrukken en naar de hoogste stand
(grote vlam bedieningsknop ingedrukt totdat de brander aan is. (Als de stroom is uitgevallen kunt u de brander ontsteken door er een vlam bij te houden).
2. Wacht ongeveer tien seconden na de
ontsteking van de brander, alvorens de knop weer los te laten (de tijd om het veiligheidsventiel te bewapenen).
3. Regel de gaskraan op de gewenste
stand.
Mocht de vlam van de brander om welke reden ook doven, dan zal de veiligheidsklep de gastoevoer automatisch afbreken. Om de werking weer te hervatten moet u de knop in de stand “
brander opnieuw ontsteken volgens bovenstaande instructies.
Indien bijzondere lokale omstandigheden van het gedistribueerde gas de ontsteking van de brander moeizaam maken wanneer de bedieningsknop in de hoogste stand staat, adviseren wij de procedure nogmaals uit te voeren, maar nu met de knop in de minimumstand.
) draaien; houd de
draaien en de
KEUZE VAN BRANDERS
De positie van de branders staat aangeduid op het bedieningsbord. Het symbool met verschillende symbolen duidt de brander aan die bediend wordt door de kraan die zich er net onder bevindt. De brander dient gekozen te worden in funktie van de diameter en de inhoud van de gebruikte kookpan. Ter inlichting: de branders en kookpannen moeten volgens de hiernavolgende aanduidingen gebruikt te worden:
BRANDERS
Hulpbrander 12 cm 14 cm
Half-snelle 16 cm 24 cm
Snelle
Driedubbele kroon
Gebruik geen pannen met een holle of bolle bodem
Het is belangrijk dat de diameter van de kookpan aangepast is aan het vermogen van de brander teneinde het hoog rendement van de branders zo goed mogelijk te gebruiken en het onnodig gasverbruik te vermijden. Een kleine kookpan op een grote brander plaatsen teneinde het gerecht vlugger aan de kook te brengen, dient tot niets want de warmteabsorptie blijft steeds dezelfde tegenover volume en de oppervlakte van de braadpan.
DIAMETER KOOKPANNEN
24 cm 26cm
26 cm 28 cm
Afb. 3.3
11
ELEKTRISCHE MULTIFUNKTIE OVEN
4
Opgelet : Tijdens de werking van de oven is de ovendeur warm. Houdt de jonge kinderen op afstand.
ALGEMENE KENMERKEN
Zoals zijn naam het zegt, gaat het hier om een oven die specifieke funktionele kenmerken bezit Het is inderdaad mogelijk 7 verschillende funkties te gebruiken om aan elke kookvereiste te voldoen. Deze 7 funkties, met thermostatische controle, worden verwezenlijkt door 4 verwarmingselementen:
– Onderweerstand 1750 W – Bovenweerstand 1200 W – Grillweerstand 2400 W – Ringvormige weerstand 2500 W
OPMERING:
Voor het eerste gebruik is het raadzaam om de lege oven 30 minuten op stand laten werken en vervolgens nogmaals 30 minuten op de maximumtemperatuur (thermostaatknop op 250°C) in de standen
, om alle sporen van vet van de
en
verwarmingselementen te verwijderen. Maak de oven en zijn accessoires schoon met warm water en vloeibaar afwasmiddel.
WAARSCHUWING: De deur is heet. Gebruik het handvat.
Gedurende het gebruik wordt het apparaat warm. Opletten om niet de warme elementen binnen de oven te treffen.
te
WERKINGSPRINCIPE
Het opwarmen en koken met de MULTIFUNKTIE oven gebeurt als volgt:
a. door natuurlijke convectie
De warmte wordt produceerd door de boven- en onderweerstand.
b. door gedwongen convectie
Een turbine zuigt de lucht in de moffel van de oven aan, stuwt deze door de witgloeiende schroefgangen van een elektrische weerstand en stuwt deze weer in de moffel. De warme lucht ­alvorens weer aangezogen te worden om dezelfde cyc/us te hernemen
- omhult de gerechten in de oven waardoor deze vlug en volledig gaargekookt worden. Bovendien kan men verschillende gerechten tegelijkertijd koken.
c. door semi-gedwongen convectie
De door de boven- en onderweerstand geproduceerde warmte wordt door de turbine in de oven verdeeld.
d. door straling
De warmte wordt door de infra­roodstralen van de grillweerstand uitgestraald.
e. door straling en ventilatie
De door de infra-roodgrillweerstand uitgestraalde warmte wordt door de turbine in de oven verdeeld.
f. ventilatie
Het voedsel wordt zonder verwarming door de ventilator ontdooid.
12
Fig. 4.1
Fig. 4.2
THERMOSTAAT (Afb. 4.2)
De verwarmingselementen van de oven worden ingeschakeld door de knop op de gewenste funktie te plaatsen en door de thermostaatknop op de gewenste temperatuur in te stellen. De controle van de werking (ON-OFF) van de verwarmingselementen wordt uitgevoerd door de thermostaat; zijn werking wordt aangegeven door het lampje op het knoppenbord.
BAKSTANDENSCHAKELAAR (Afb. 4.1)
Draai de knop met de klok mee om één van de bakstanden in te stellen.
VERLICHTING
Bij het instellen van de knop in deze positie, licht het ovenlampje op. De oven blijft verlicht als de schakelaar op één van de funkties is ingesteld.
TRADITIONEEL KOKEN-CONVECTIE
Werking van de onder- en bovenweerstand. De warmte wordt door natuurlijke convectie verspreid en de temperatuur moet geregeld worden van 50° tot 250 °C met de thermostaatknop. De oven dient voorverwarmd te worden alvorens de gerechten in de oven te plaatsen.
Aangeraden Gebruik:
Voor gerechten die volledig gaargekookt moeten worden. Vb: gebraad, varkensribben, schuimgebak (meringue).
13
ROOSTEREN MET DE GRILL
Werking van de elektrische weerstand met infra-roodstraling. Met de ovendeur dicht gebruiken en met de thermostaatknop op een stand tussen 50° en
225°C voor ten hoogste 15 minuten en vervolgens op 175°C. De grill niet langer dan 30 min. gebruiken.
Opgelet : tijdens de werking van de oven is de ovendeur warm. Houdt de jonge kinderen op afstand.
Voor een correct gebruik verwijzen wij naar het hoofdstuk “Gebruik van de grill”
Aangeraden Gebruik:
Traditioneel roosteren met de grill, braden, bruinen, gratineren, roosteren, enz.
ONTVRIEZEN VAN INGEVRO REN VOEDINGSMIDDELEN
Enkel werking van de ovenventilator. Te gebruiken met de thermostaatknop op stand “ uitwerking heeft. Het ontvriezen gebeurt door de ventilatie, zonder verwarming.
” daar elke andere stand geen enkele
Aangeraden Gebruik:
Om snel de ingevroren gerechten te ontvriezen. Ongeveer één uur per kilo.
De duur variëert in funktie van de kwaliteit en het soort te ontvriezen voedingsmiddelen.
KOKEN MET WARME LUCHT
Werking van de ringvormige weerstand en van de turbine. De warmte wordt door gedwongen convectie verspreid en de temperatuur dient geregeld te worden van 50° tot 250 °C d.m.v. de thermostaatknop. De oven moet niet voorverwarmd worden.
Aangeraden Gebruik:
Voor gerechten die een goedgebakken korstje moeten hebben en binnen zacht of roze dienen te zijn. Vb.: lasagne, lamsvlees, rosbif, gehele vissen, enz.
14
KOKEN MET GEVENTILEERDE GRILL
Werking van de infra-roodgrillweerstand en de turbine. De warmte wordt hoofdzakelijk verspreid door straling en de ventilator verdeelt de warmte over de ganse oven. De temperatuur moet d.m.v. de thermostaatknop worden geregeld op een stand tussen 50° en 175° (voor maximaal 30 minuten). De oven moet voorverwarmd worden gedurende 5 minuten.
Attentie: Voor gebruik moet de deut-van de oven gesloten zijn.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de ovendeur zeer heet. Houd kinderen weg van de oven.
Voor een correct gebruik verwijzen wij naar het hoofdstuk “ROOSTEREN EN GRATINEREN” .
Aangeraden Gebruik:
Voor het roosteren van gerechten waarvan de buitenkant gebruind moet worden om het vleessap binnenin te behouden. Vb: kalfsbiefstuk, entre-côte, hamburger, enz.
WARMHOUDEN VAN GEKOOKTE GERECHTEN OF ZACHTJES
OPWARMEN VAN GERECHTEM
Werking van de bovenweerstand, van de ringvormige weerstand en de turbine. De warmte wordt verspreid door gedwongen convectie, met meer intensiteit op het niveau van de bovenweerstand. De temperatuur dient geregeld te worden van 50° tot 140°C met de thermostaatknop.
Aangeraden Gebruik:
Om vooraf gekookte gerechten warm te houden. Om zachtjes de reeds gekookte gerechten op te warmen.
KOKEN MET GEDWONGEN CONVECTIE
Werking van de onder- en bovenweerstand en van de turbine. De boven-en onderwarmte wordt in de oven verdeeld door semi gedwongen convectie. De temperatuur dient geregeld te worden van 50° tot 250 ° C met de thermostaatknop.
Aangeraden Gebruik:
Voor grote hoeveelheden en grotere volumes die gelijkmatig moeten gebakken of gebraden worden. Vb.: roulades, kalkoen, lamsbout, taart, enz.
15
KOOKWENKEN
STERILISEREN
Het steriliseren van levensmiddelen in bokalen gebeurt als volgt (volle bokalen, hermetisch gesloten):
a. de schakelaar op stand b. de thermostaatknop op stand 185 °C
plaatsen en de oven voorverwarmen;
c. de druipplaat met warm water vullen; d. de bokalen op de druipplaat zetten
en erop letten dat ze elkaar niet raken; de deksels bevochtigen met water; de ovendeur sluiten en de thermostaatknop op stand 135 °C plaatsen.
Wanneer het steriliseren begint, t.w. wanneer er luchtbellen in de bokalen gevormd wor den, de oven uitschakelen en laten afkoelen.
VERBETEREN
De schakelaar op stand plaatsen en de thermostaatknop op stand 150 °C. Brood wordt weer knappend vers als men het ongeveer 10 minuten in de oven plaatst nadat het lichtjes bevochtigd werd.
BRADEN
Om op de klassieke manier te braden (gaar gebakken) volstaat het volgende punten in acht te nemen: – de oventemperatuurinstellen tussen
180° en 200 ° C .
– de hoeveelheid en de kwaliteit van het
vlees.
plaatsen;
SIMULTAAN KOKEN
De standen en de MULTIFUNKTIE oven laten toe verschillende heterogene bereidingen simultaan te koken. Aldus kan men tezelfdertijd verschillende gerechten koken zoals vb. vis, taart en vlees zonder dat de aroma’s en smaken zich vermengen. Dit is mogelijk omdat de dampen en vetten geoxydeerd worden door de elektrische weerstand en zich dus niet kunnen afzetten op de gerechten. De enige te nemen voorzorgen zijn: – de kooktemperaturen moeten zo
dicht mogelijk bij elkaar liggen met een verschil van maximum 20° tot 25 °C tussen de extreem vereiste temperaturen voor de verschillende gerechten;
– de gerechten zullen op verschillende
tijdstippen in de oven geplaast worden, rekening houdend met de verschillende kookduur.
Het resultaat van deze kookwijze is een evidente energie en tijdbesparing.
ROOSTEREN EN GRATINEREN
Met de schakelaar op stand kan het roosteren zonder braadspit gbeuren, daar delucht volledig rond de gerechten verspreid wordt. De thermostaatknop op stand 175°C plaatsen en na voorverwarming van de oven de gerechten op het rooster plaatsen, de ovendeur sluiten en de oven laten verder verwarmen tot het roosteren voleindigd is. Voor het eind van de kooktijd enkele boterkrulletjes toevoegen om het mooie gravneffekt te bekomen.
De grill niet langer dan 30 min. gebruiken.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de ovendeur zeer heet.
Houd kinderen weg van de oven.
16
KOKEN MET DE GRILL
De oven moet voorverwarmd worden gedurende 5 minuten. Voor gebruik moet de deur van de oven gesloten zijn. Het gerecht op het ovenroosterplaatsen dat zo hoog mogelijk in de oven wordt geschoven. Breng de ovenschaal onder de grill aan, om het vet en de sappen op te vangen.
Attentie: Voor gebruik moet de deur van de oven gesloten zijn.
De grill niet langer dan 30 min. gebruiken.
Attentie: tijdens het gebruik wordt de ovendeur zeer heet.
Houd kinderen weg van de oven.
KOKEN MET DE OVEN
De oven voorverwarmen op de gewenste temperatuur.
Wanneer de oven de gewenste temperatuur bereikt heeft, het gerecht in de oven plaatsen en de kooktijd nakijken. De oven 5 min. voor het eind van de kooktijd uitschakelen om de in de oven opgestapelde warmte te benutten.
Ter informatie geven we in volgende tabel enkele gerechten met hun bereidingstemperauren in °C.
Tijd en temperatuur schommelen afhankelijk van de hoeveelheid en de grootte van de stukken.
GERECHTEN TEMPERATUUR
Savoiegebakjes 150°C Chocoladecake 150°C Rijst in de oven 150°C Konijnepastei 175°C Kaassoufflé 175°C Rundsvlees met uitjes 175°C Macaronikrans 175°C Vier-vierde gebak 175°C Karamelvla 175°C Gevulde tomaten 200°C Pizza 200°C Zeebrasem met uitjes 200°C Forel met amandelen 200°C Wijting in de oven 200°C Eend 200°C Aardappelen in de oven 200°C Appeltaart 200°C Soezendeeg 200°C Geroosterde paprika’s 200°C Kalfskotelet 200°C Varkenskotelet 200°C Lamskotelet 225°C Kalfsgebraad 225°C Kippegebraad 225°C Appelen in de oven 225°C Eieren in vuurvaste schoteltjes 225°C Omelet 225°C Rundsgebraad 225°C Lamsbout 225°C Lamsschouder 225°C Gegratineerde macaroni 225°C
17
ELEKTRONISCHE DIGITALE PROGRAMMERING
5
De elektronische programmering is een mechanisme met de volgende functies:
24-uurs klok met lichtgevend display
Kookwekker (in te stellen tot aan 23 uur en 59 minuten)
Programma voor automatisch bakken in de oven.
Programma voor half-automatisch bakken in de oven.
Beschrijving van de drukknoppen:
Kookwekker
Baktijd
Einde baktijd
Handmatige bediening en ongedaan maken van de ingeschakelde programma’s.
Vooruit zetten van de cijfers van alle functies
Achteruit zetten van de cijfers van alle functies en instellen van het geluidssignaal.
Beschrijving van de oplichtende tekens:
AUTO - knipperend - Programmering op
automatische bediening maar nog niet geprogrammeerd (men kan de oven niet aan zetten).
AUTO - Brandt, maar knippert niet
- Programmering op automatische of halfautomatische bediening met ingeschakeld programma.
Programmering op handmatige bediening of automatisch bakken in werking.
Kookwekker in werking
en AUTO - knipperend en met geluidssignaal - Verkeerde pro­ grammering (de baktijdinstel­ ling is langer dan de instelling van einde baktijd).
Opmerking: Het programmeren (met één hand) gebeurt door het indrukken van de knop die overeenkomt met de gewenste functie. Nadat men deze weer heeft losgelaten dient men binnen 5 seconden de tijd in te stellen met de toetsen edere keer dat de stroom uitvalt wordt de programmering op nul gezet.
of
18
Afb. 5.2Afb. 5.1
DIGITAALKLOK (afb. 5.2)
De programmeer-eenheid is voorzien van een elektronische klok met lichtgevende cijfers die de uren en de minuten aangeven. Bij de eerste aansluiting van de oven op het elektriciteitsnet of na een stroomstoring zijn er drie knipperende nullen zichtbaar op het display van de programmeer-eenheid. Om de tijd in te stellen dient U het knopje
en vervolgens het knopje of ingedrukt houden totdat de klok op de juiste tijd staat (afb. 5.2). Er bestaat ook een ander systeem: druk de knopje tegelijkertijd op de knopjes Opmerking: Bij het instellen van de tijd worden eventuele in werking zijnde of ingestelde programma’s op nul gezet.
, egelijk in en druk
of .
HANDMATIGE BEDIENING VAN DE OVEN ZONDER PROGRAMMERING
Om de oven handmatig te bedienen, zonder gebruik van de programmering, moet het knipperende opschrift AUTO
worden uitgezet door op de knop drukken (het opschrift AUTO zal uitgaan, terwijl het symbool Let op: Als het opschrift AUTO niet knippert (hetgeen betekent dat er al een bakprogramma is ingesteld) zorgt
het indrukken van de knop wissen van het programma en voor het omschakelen naar de handmatige bediening.
Indien de oven aanstaat dient men hem handmatig uit te zetten.
gaat branden).
te
voor het
ELEKTRONISCHE KOOKWEKKER
De kookwekkerfunctie bestaat slechts uit een geluidssignaal dat ingesteld kan worden voor een tijdsbestek van maximaal 23 uur en 59 minuten. Om de tijd in te stellen moet U op het knopje
drukken en vervolgens op het knopje of totdat het display de gewenste tijd aangeeft (afb. 5.4). Als de kookwekker is ingesteld verschijnt de tijd van de klok weer op het display en gaat het symbool Het terugtellen begint onmiddellijk. Dit is op elk gewenst moment te zien op het display wanneer U het knopje Als de ingestelde tijd verstreken is gaat het
symbool geluidssignaal dat uitgezet kan worden door op een willekeurige knop te drukken.
uit en hoort U een repeterend
branden.
indrukt.
INSTELLING VAN DE TOON VAN HET GELUIDSSIGNAAL
Door op de knop te drukken hoort U na elkaar drie verschillende klanken. Het als laatste gehoorde geluidssignaal blijft ingesteld.
Afb. 5.4Afb. 5.3
19
AUTOMATISCH BAKKEN (afb. 5.5 - 5.6)
Voor het automatisch bakken in de oven moet U:
1. De baktijd instellen
2. Einde baktijd instellen
3. Temperatuur en functie van de oven instellen.
Hiervoor gaat U als volgt te werk:
1. Stel de baktijd in door op de knop drukken en vervolgens op de knop (vooruit) of (achteruit, als men over de gewenste tijd heen is gegaan).
Het opschrift AUTO en het symbool
gaan branden.
2. Druk op de knop opgeteld bij het tijdstip van de klok verschijnt op het display.
Stel het tijdstip van einde baktijd in door
op de knop ; te drukken; indien men over het gewenste tijdstip heen gaat kan men achteruit gaan door op de knop te drukken.
Na deze instelling zal het symbool
doven. Indien na deze instelling het opschrift AUTO op het display knippert en men een geluidssignaal hoort, betekent dat dat er een fout is gemaakt bij het programmeren, dat wil zeggen, dat de baktijd over de tijd van de klok heen is ingesteld. in dit geval dient men het tijdstip einde baktijd of de baktijd te wijzigen op de hierboven aangegeven wijze.
; de baktijd, reeds
te
3. Stel de temperatuur en de bakfunctie in met behulp van de schakelaar en de thermostaat van de oven (zie de betreffende hoofdstukken).
De oven is nu geprogrammeerd en alle zal automatisch functioneren: de oven zal op het juiste moment worden ingeschakeld en vervolgens, na het verstrijken van de baktijd op het geprogrammeerde tijdstip weer uit te gaan.
Tijdens het bakken blijft het symbool branden en door op de knop
kan men op het display aezen hoe lang
het nog duurt tot het einde van de baktijd. Het bakprogramma kan op ieder gewenst
ogenblik worden uitgeschakeld door op de knop
Na het verstrijken van de ingestelde baktijd wordt de oven automatisch uitgeschakeld.
Het symbool AUTO knippert en men hoort een geluidssignaal dat kan worden afgeze t door op een willekeurige knop te drukken. Zet de schakelaar en de thermostaat van de oven op de nulstand, en zet vervolgens de programmeer-eenheid op de “handmatige”
bediening door op de knop
Let op: Als de stroom uitvalt springt de klok op nul en worden alle ingestelde programma’s gewist. De stroomuitval wordt gesignaleerd door het de knipperende cijfers op het display.
te drukken.
gaat uit, het opschrift
te drukken
te drukken.
20
Afb. 5.6Afb. 5.5
HALFAUTOMATISCH BAKKEN
Met deze instelling gaat de oven automatisch uit na de gewenste baktijd. Er zijn twee manieren om half-automatisch te bakken:
1e MANIER: Programmering van de baktijd (afb. 5.7)
Stel de baktijd in door op de knop
te drukken en vervolgens op de knop
(vooruit) of de knop (achteruit, wanneer men over de gewenste tijd heen is gegaan).
Het opschrift AUTO en het symbool gaan branden.
2e MANIER: Programmering van einde baktijd (afb. 5.8)
Stel het tijdstip van einde baktijd in
door op de knop vervolgens op de knop de knop over de gewenste tijd heen is gegaan).
Het opschrift AUTO en het symbool gaan branden.
Wanneer men één van deze programmeringen heeft uitgevoerd dient men de temperatuur en de bakfunctie van de oven in te stellen met behulp van de schakelaar en de thermostaat (zie de betreffende hoofdstukken).
(achteruit, wanneer men
te drukken en
(vooruit) of
De oven zal onmiddellijk worden ingeschakeld en na het verstrijken van de ingestelde tijd of bij het bereiken van het als einde baktijd ingestelde tijdstip zal hij automatisch weer worden uitgeschakeld.
Tijdens het bakken blijft het symbool branden en door op de knop
kan men van het display aezen hoe lang
het nog duurt voordat de baktijd afgelopen is.
Het bakprogramma kan op ieder gewenst moment ongedaan worden gemaakt door
op de knop
Als de baktijd verstreken is wordt de oven uitgeschakeld en dooft het symbool
opschrift AUTO knippert en men hoort een geluidssignaal dat uitgezet kan worden door op een willekeurige knop te drukken.
Zet de schakelaar en de thermostaat op de nulstand en zet de programmering op de
handmatige bediening door op de knop te drukken.
te drukken.
e drukken
het
Afb. 5.8Afb. 5.7
21
ONDERHOUD
6
ALGEMENE RAADGEVINGEN
Ga nooit over tot onderhoud of
reiniging van het toestel zonder dat u het vooraf van het stroomnet heeft afgekoppeld.
Sluit het komfoor af van het
elektriciteitsnet en wacht totdat het is afgekoeld voordat u begint met het schoonmaken.
Wanneer het toestel niet gebruikt wordt
is het raadzaam de gastoevoerkraan te sluiten.
Het smeren van de kranen mag enkel
uitgevoerd worden door een vakman.
Wanneer een kraan stram wordt, deze
niet forceren.
Laat geen alkalische of zure stoffen
(zoals citroensap of azijn).
Gebruik geen schoonmaakprodukten op
basis van chlorine of azijn.
• Belangrijk: Voor het hanteren/ gebruik van dit apparaat wordt het gebruik van beschermende kleding/ handschoenen aanbevolen.
LET OP Bij een correcte installatie, voldoet uw product aan alle veiligheidsmaatregelen die voor dit type van productcategorie voorgeschreven zijn. Niettemin moet u speciale aandacht besteden aan de achter­of onderzijde van het apparaat aangezien deze zones niet ontworpen zijn met de bedoeling ze aan te raken. Bovendien bevatten ze scherpe of ruwe randen waar u zich zou kunnen aan verwonden.
EMAIL
De geëmailleerde delen mogen enkel scho­ongemaakt worden met een spons en zeep of andere nietschurende middelen. Bij voorkeur met een Alkalische of zure vlekken (citroensap, azijn, enz...) moeten onmiddellijk verwijderd worden. Ook het gebruik van chloor- of zuurhouden­de producten dient vermeden te worden.
zachte doek
.
ONDERDELEN VAN ROESTVRIJ STAAL, ALUMINIUM EN OPPERVLAKKEN MET EEN PRINT
Reinig deze onderdelen en oppervlakken met een hiervoor geschikt reinigingsmidel. Droog ze daarna zeer zorgvuldig af.
BELANGRIJK: deze onderdelen dienen altijd zeer zorgvuldig gereinigd te worden om beschadigingen te voorkomen. U wordt geadviseerd een zachte doek en een neutraal reinigingsmiddel te gebruiken.
LET OP: Gebruik nooit schurende of bijtende reinigingsmiddelen aangezien deze het oppervlak onherstelbaar beschadigen.
Let op Het apparaat kan zeer heet worden, vooral rondom de kookzones. Daarom is
het belangrijk dat kinderen niet alleen in de keuken worden gelaten wanneer het apparaat in werking is.
Geen machine met stoomstralen gebruiken want het vocht zou in het apparaat kunnen binnendringen en het gebruik ervan gevaarlijk maken.
Gebruik geen ruwe schurende reinigingsmiddelen of scherpe metalen krabbers om het glas van de ovendeur te reinigen (uitsluitend modellen met glazen deur), omdat die het oppervlak krassen en daardoor het glas kunnen doen barsten.
22
DE MODELLEN VAN HET
ROESTVRIJE STAAL - DE OPPERVLAKTEN VAN HET ROESTVRIJE STAAL
Schoonmaken met een speciaal - in de handel verkrijgbaar - middel. Afdrogen met een zachte doek, liefst met een zeem.
Opmerking: Bij een ononderbroken gebruik kan de voortdurend hoge temperatuur verkleuringen om de branders veroorzaken.
DE DELEN VAN HET ROESTVRIJE STAAL EN VAN HET ALUMINIUM
- GESCHILDERDE EN GEDRUKTE
OPPERVLAKTE
Reinig deze onderdelen en oppervlakken met een hiervoor geschikt reinigingsmiddel. Droog ze daarna zeer zorgvuldig af.
BELANGRIJK: deze onderdelen dienen altijd zeer zorgvuldig gereinigd te worden om beschadigingen te voorkomen. U wordt geadviseerd een zachte doek en een neutraal reinigingsmiddel te gebruiken
.
LET OP: Gebruik nooit schurende of bijtende reinigingsmiddelen aangezien deze het beschermende oppervlak onherstelbaar beschadigen.
23
GASKRANEN
Wend u tot de Servicedienst als de gaskranen niet goed werken.
OVENRUIMTE
Maak de ovenruimte na iedere kookbeurt schoon. Voor de schoonmaak de rekken aan de zijkanten van de oventuimte uitnemen en deze terugmonteren als u klaar bent. Wanneer de oven nog lauw is, de binnenwanden afwassen met een doek die in heet water met zeep of een ander geschikt product gedrenkt is. De bodem van de oven, de zijdelingse rekken, de druipschaal en het rooster zijn uit te nemen en in de gootsteen te wassen.
Opgelet: de vervaardiger of dit product accepteert geen verantwoordelijkheid voor schade toegebracht door chemische of harde schoonmaakmiddelen.
Laat de oven eerst afkoelen en raak geen warme elementen aan in de oven.
BRANDERS EN ROOSTERS
Deze kunnen van het komfoor afgenomen worden en in een sopje gewassen worden. Na het schoonmaken moet u de branders goed afdrogen en zorgvuldig op hun plaats terugzetten. Het is zeer belangrijk dat u controleert of u de vlamverdeler goed teruggezet heeft, omdat een verkeerd geplaatste vlamverdeler zware storing kan veroorzaken. Zorg ervoor dat de elektrode “S” (afb. 6.1 -
6.3) steeds goed schoon is zodat de vonken
probleemloos weg kunnen springen. Zorg ervoor dat de sonde “T” (afb. 6.1
- 6.3) in de buurt van elke brander goed
schoon blijft, zodat de veiligheidskleppen probleemloos kunnen werken.
Zowel de sonde als de ontsteker moeten heel voorzichtig schoon worden gemaakt. Opmerking: De elektrische ontsteking kan defect raken als deze wordt gebruikt wanneer de branders zijn verwijderd.
24
CORRECTE PLAATSING VAN DE HULPBRANDER EN HALFSNELLE BRANDERS
Het is zeer belangrijk dat u de vlamverdeler “F” en de kap “C” van de branders goed op hun plaats teruggezet (afb. 6.1 - 6.2). Zorg ervoor dat ze waterpas liggen en niet ronddraaien. De brander kan niet goed werken als deze
onderdelen verkeerd geplaatst zijn.
CORRECTE PLAATSING VAN DE BRANDER MET DRIEDUBBELE KRANS
De brander moet geplaatst worden zoals in afb. 6.5 is aangegeven. De ribben van de brander moeten in de uitsparingen steken zoals is aangeduid met de pijlen (afb. 6.3). Als de brander goed geplaatst is kan hij niet draaien (afb. 6.4). Zet de kap “A” en de ring “B” op hun plaats (afb. 6.4 - 6.5).
Afb. 6.1 Afb. 6.2
S
F
C
T
S
T
Afb. 6.3
A
B
Afb. 6.4
Afb. 6.5
25
MONTEREN EN DEMONTEREN VAN DE ZIJPLATEN
Monteer de zijrekken en bevestig deze met 2 schroeven aan de ovenwanden (afb.
6.7).
Schuif de druipbak en het rooster in het frame zoals afgebeeld in afb. 6.6.
De plaat moet zo geplaatst worden dat de veiligheidsgroef, waardoor de plaat er niet
uitglijdt, naar de binnenkant van de oven gericht is; de geleiderail bevindt zich aan de achterkant.
Het demonteren geschiedt in omgekeerde volgorde.
Geleiderail
Stopgroef
Afb. 6.6
26
Afb. 6.7
VERVANGING VAN DE OVENLAMPEN
LET OP: Wees zeker dat het apparaat uitgeschakeld is alvorens de ovenlamp te vervangen om elektrische schokken te vermijden.
laat indien nodig de oven en verwarmingselementen afkoelen.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Verwijder het verlichtingskapje “A” (afb. 6.8).
Schroef lamp “B” los en vervang ze met een nieuwe die bestendig is aan hoge
temperaturen (300°C) met de volgende kenmerken: 220-240 V, E14 en identieke kracht als de vorige lamp (controleer de Watt kracht aangeduid op de lamp).
Herplaats het verlichtingskapje “A”,
AANDACHT: De vervanging van de ovenlamp valt niet onder uw garantie.
A
B B
A
Afb. 6.8
VETFILTER
het vetlter moet aan de achterkant van de ovenruimte worden vastgehaakt, zoals
aangegeven in afbeelding 6.9.
• Maakhetvetlternaiederekookbeurtschoon!
Neem het vetlter uit de oven en was het met warm water en afwasmiddel.
Droog het vetlter goed af voordat u het in de oven terugmonteert.
Afb. 6.9
27
SCHUIFREKKEN
De schuifrekken vereenvoudigen het inzetten en uitnemen van de roosters wanneer de oven in werking is. Ook de druipschaal en de eventueel aanwezige overige accessoires moeten op de schuifrekken worden geplaatst.
De rekken blokkeren als zij tot de uiterste stand worden uitgeschoven.
Belangrijk! Let er bij het monteren van de telescopische rails op dat:
de rails aan de bovenste draad van een rooster worden bevestigd. Ze passen immers niet op de onderste draad.
de rails naar buiten glijden in de richting van de ovendeur.
beide zijden van elk paar rails worden gemonteerd.
beide zijden op hetzelfde niveau worden gemonteerd.
U bevestigt de telescopische rails de zijroosters als volgt:
Schroef het zijrooster tegen de ovenwand (afb. 6.7).
Bevestig de telescopische rail op de bovenste draad van een rooster en druk aan (afb.
6.10). U hoort een klikgeluid wanneer de veiligheidsvergrendelingen over de draad vastklikken.
28
Left
links
Right
rechts
Afb. 6.10
U verwijdert de telescopische rails als volgt:
Verwijder de zijroosters door de bevestigingsschroeven los te draaien (afb. 6.11).
Leg de telescopische rail en de zijroosters neer met de telescopische rail onderaan.
Kijk waar de veiligheidsvergrendelingen zitten. Dit zijn de tabs die over de draad van
het zijrooster worden geplaatst (pijl 1 in afb. 6.12).
Trek de veiligheidsvergrendelingen weg van de draad om deze los te maken (pijl 2 in afb. 6.12)
Veeg de rails schoon met alleen een vochtige doek en een zacht afwasmiddel. Was ze niet mee in de vaatwasser, dompel ze niet in zeepsop, of reinig ze niet met ovenreinigingsmiddel.
1
2
1
Afb. 6.11 Afb. 6.12
29
SCHOTELWARMHOUDRUIMTE
De schotelwarmhoudruimte is toegankelijk door het opklapbare paneel te openen (afb.
6.13).
Zet geen ontvlambare materialen in de accessoirevak, want die zouden vlam kunnen vatten tijdens de werking van het apparaat.
Afb. 6.13
VERWIJDEREN EN VERVANGING VAN DE RUITEN IN DE BINNENDEUREN VOOR REINIGING
Indien u wenst de binnenruiten van de deur te reinigingen, moet u de volgende voorzorgsmaatregelen en instructies nauwkeurig opvolgen.
Indien de glazen ruit en de deur incorrect vervangen worden, kan dit leiden tot schade aan het apparaat en gevolgens uw garantie beeindigen.
BELANGRIJK!
Let op, de ovendeur is zwaar. Bij twijfel, tracht niet de ovendeur te verwijderen.
Wees zeker dat de ovenmoffel en alle onderdelen afgekoeld zijn. Probeer nooit de
onderdelen van een warme oven aan te raken.
Besteed extra aandacht wanneer u de glazen ruit hanteert. Vermijd enige aanraking van de glaswanden tegen het oppervlak. Dit kan leiden tot glasbreuk.
OPGEPAST:
Gebruik geen bijtende reinigingsproducten of harde metalen krabbers om de glazen
ovendeur te reinigen. Dit kan het glas beschadigen en leiden tot glasbreuk.
Indien u enige vorm van schade opmerkt aan de glazen ruiten ( zoals scherven of barsten), gebruik de oven niet. Neem contact op met uw Servicedienst.
Let erop dat u de glazen ruit correct vervangt. Gebruik de oven niet zonder dat de glazen ruit correct geinstalleerd is.
Wanneer u met moeite de glazen ruit kan vervangen of verwijderen, forceer niet. Neem contact op met uw Servicedienst voor hulp.
AANDACHT: Onderhoudsbijstand of algemeen gebruik van de oven door een
vertegenwoordiger van de servicedienst vallen niet onder uw garantie.
30
Loading...
+ 74 hidden pages