Secundaire zone (alleen indien [4.4]=1, dubbele zone)
Afgiftesysteem [3.7]
Bediening (alleen-lezen) [3.9]
Instelpunt modus [3.4]
Tijdschema [3.1]
Stooklijntype [3.C]
Sanitaire warmwatertank
Verwarmingsbedrijf [5.6]
Instelpunt confort bedrijf
[5.2]
Instelpunt Eco bedrijf [5.3]
Instelpunt warmhouden [5.4]
1.2Menu Instellingen
InstellingVul in…
Hoofdzone
Thermostaattype [2.A]
Secundaire zone (indien van toepassing)
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
2
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
2 Snelle acties
Gebruikersprofiel
B
0000
Gebruiker
1234
Gevorderde gebruiker
In werking
Kamer
Ruimteverwarming/-koeling
Aan
Aan
C.1
In werking
Ruimteverwarming/koeling
Sanitaire warmwatertank
Uit
Aan
Aan
Kamer
C.2
Kamer
1
+
–
21°C
1
ab
Kamer
Hoofdzone
2
Secundaire zone
3
InstellingVul in…
Thermostaattype [3.A]
Informatie
Gegevens installateur [8.3]
2Snelle acties
2.1Toegangsniveau van de gebruiker
Hoeveel informatie u in de menustructuur kunt aflezen en bewerken,
hangt af van uw gebruikertoegangsniveau:
▪ Gebruiker: Standaardmodus
▪ Gevorderde gebruiker: U kunt meer informatie aflezen en
bewerken
Het gebruikertoegangsniveau wijzigen
1 Ga naar [B]: Gebruikersprofiel.
2 Voer de toepasselijke pincode voor het
gebruikertoegangsniveau in.
▪ Blader door de lijst van cijfers en wijzig het
geselecteerde cijfer.
▪ Verplaats de cursor van links naar rechts.
▪ Bevestig de pincode en ga verder.
—
2 Stel de werking in op Aan of Uit.
De functie verwarmen/koelen van ruimten AAN of UIT zetten
1 Ga naar [C.2]: In werking > Ruimteverwarming/-
koeling.
2 Stel de werking in op Aan of Uit.
De gewenste kamertemperatuur wijzigen
Tijdens de kamertemperatuurregeling kunt u het scherm voor het
kamertemperatuurinstelpunt gebruiken om de gewenste
kamertemperatuur af te lezen en aan te passen.
1 Ga naar [1]: Kamer.
2 Pas de gewenste kamertemperatuur aan.
Pincode gebruiker
De pincode voor Gebruiker is 0000.
Pincode gevorderde eindgebruiker
De pincode voor Gevorderde gebruiker is 1234. Bijkomende
menu-items voor de gebruiker zijn nu zichtbaar.
2.2Ruimteverwarming/-/koeling
De regeling op basis van de kamertemperatuur AAN of UIT
zetten
1 Ga naar [C.1]: In werking > Kamer.
a Werkelijke kamertemperatuur
b Gewenste kamertemperatuur
De gewenste aanvoerwatertemperatuur wijzigen
U kunt het scherm voor het instelpunt van de
aanvoerwatertemperatuur gebruiken om de gewenste
aanvoerwatertemperatuur af te lezen en aan te passen.
Om de weersafhankelijke curve te wijzigen voor de
ruimteverwarmings-/koelingzones
1 Ga naar de betreffende zone:
ZoneGa naar …
Primaire zone – Verwarming[2.5] Hoofdzone > Stooklijn
verwarming
Primaire zone – Koeling[2.6] Hoofdzone > Stooklijn
koeling
Secundaire zone – Verwarming [3.5] Secundaire zone >
Stooklijn verwarming
Secundaire zone – Koeling[3.6] Secundaire zone >
Stooklijn koeling
2 Wijzig de weersafhankelijke curve.
Er zijn 2 types van WA-curve: curve volgens helling enafwijking (standaard), en curve met 2 punten. Indien nodig
kunt u het type wijzigen in [2.E] Hoofdzone > Stooklijntype.
De manier om de curve aan te passen, hangt af van het type.
Mogelijke acties in dit scherm
Selecteer helling of afwijking.
Verhoog of verlaag de helling/afwijking.
Wanneer helling is geselecteerd: stel de helling in en
ga naar afwijking.
Wanneer afwijking is geselecteerd: stel de afwijking
in.
Bevestig de wijzigingen en keer terug naar het
submenu.
a WA-curve vóór wijzigingen
b WA-curve na wijzigingen
c Helling
d Afwijking
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
4
Afwijking. Wanneer de afwijking
wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1
gelijkmatig hoger dan de
voorkeurstemperatuur bij X2.
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
2 Snelle acties
In werking
Sanitaire warmwatertank
Uit
Aan
Ruimteverwarming/-koeling
C.3
Sanitaire warmwatertank
5
+
–
50°C
5
ab
Sanitaire
warmwatertank
X1X2
c
d
Y1
Y2
Y3
Y4
ab
Y1
Y2
Y3
Y4
X1X2
ab
c
d
Y1
Y2
X1X2
2.3Warm tapwater
De werking tankverwarming AAN of UIT zetten
1 Ga naar [C.3]: In werking > Sanitaire
warmwatertank.
2 Stel de werking in op Aan of Uit.
Het instelpunt voor de tanktemperatuur wijzigen
In de stand Enkel warmhouden kunt u het scherm voor het
instelpunt van de tanktemperatuur gebruiken om de gewenste warm
tapwatertemperatuur af te lezen en aan te passen.
1 Ga naar [5]: Sanitaire warmwatertank.
2 Pas de temperatuur warm water voor huishoudelijk
gebruik aan.
a WA-curve vóór wijzigingen
b WA-curve na wijzigingen
c Helling
d Afwijking
Mogelijke acties in dit scherm
Selecteer helling of afwijking.
Verhoog of verlaag de helling/afwijking.
Wanneer helling is geselecteerd: stel de helling in en
ga naar afwijking.
Wanneer afwijking is geselecteerd: stel de afwijking
in.
Bevestig de wijzigingen en keer terug naar het
submenu.
In andere modi kunt u alleen het scherm voor het instel punt zien,
maar kunt u geen wijzigingen aanbrengen. U kunt daarentegen de
instellingen wijzigen voor het Instelpunt confort bedrijf [5.2],
Instelpunt Eco bedrijf [5.3] en Instelpunt warmhouden [5.4].
Om de weersafhankelijke curve voor de tank te wijzigen
1 Ga naar [5.C]: Sanitaire warmwatertank > Stooklijn.
2 Wijzig de weersafhankelijke curve.
Er zijn 2 types van WA-curve: curve volgens helling en
afwijking (standaard), en curve met 2 punten. Indien nodig
kunt u het type wijzigen in [2.E] Hoofdzone > Stooklijntype.
De manier om de curve aan te passen, hangt af van het type.
Curve volgens helling en afwijking
Helling. Wanneer de helling
wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1
ongelijkmatig hoger dan de
voorkeurstemperatuur bij X2.
Afwijking. Wanneer de afwijking
wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1
gelijkmatig hoger dan de
voorkeurstemperatuur bij X2.
Meer informatie
Voor meer informatie, zie ook:
▪ "4.4De werking AAN of UIT zetten"op pagina15
▪ "4.7Het warm tapwater regelen"op pagina20
▪ "4.9Weersafhankelijke curve"op pagina26
▪ "4.8 Voorgeprogrammeerde waarden en programma's" op
▪ Indien u twijfels heeft over de bediening van de unit, neem contact
op met uw dealer.
▪ Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf een leeftijd
van 8 jaar en door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke
of mentale mogelijkheden of een gebrek aan ervaring en kennis
als het gebruik van het apparaat op een veilige manier werd
uitgelegd en als zij de gevaren hiervan begrijpen. Kinderen mogen
NIET met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud door de
gebruiker mag NIET worden uitgevoerd door kinderen zonder
toezicht.
WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de
unit.
OPMERKING
▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen
bovenop de unit.
▪ Zit, klim of sta NIET op de unit.
▪ Units dragen het volgende symbool:
Dit betekent dat u GEEN elektrische en elektronische producten
mag mengen met ongesorteerd huishoudelijk afval. Probeer het
systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het
systeem en het behandelen van het koelmiddel, van olie en van
andere onderdelen moeten door een erkende installateur conform
met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units moeten voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij
een gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld. Door
ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier wordt
weggeworpen, draagt u bij tot het voorkomen van mogelijke
negatieve gevolgen voor milieu en menselijke gezondheid. Voor
meer informatie, contacteer uw installateur of de plaatselijke
overheid.
▪ Batterijen dragen het volgende symbool:
Dit betekent dat de batterijen NIET met ongesorteerd
huishoudelijk afval gemengd mogen worden. Indien onder het
symbool een scheikundig symbool afgebeeld staat, betekent dit
scheikundig symbool dat de batterij een zwaar metaal bevat
boven een bepaalde concentratie.
Mogelijke chemische symbolen: Pb: lood (>0,004%).
Lege batterijen moeten voor hergebruik door een
gespecialiseerde installatie worden verwerkt. Door ervoor te
zorgen dat wegwerpbatterijen op de juiste manier worden
weggeworpen, helpt u mogelijke negatieve gevolgen voor milieu
en menselijke gezondheid te voorkomen.
▪ Alle in dit document vermelde voorzorgen betreffen zeer
belangrijke punten en dienen dus steeds nauwgezet te worden
nageleefd.
▪ De installatie van het systeem en alle in de installatiehandleiding
en de uitgebreide handleiding voor de installateur beschreven
handelingen MOETEN door een erkende installateur worden
uitgevoerd.
3.2.1Over dit document
Onze welgemeende dank voor de aankoop van dit product. Verzoek:
▪ Lees zorgvuldig de documentatie vooraleer de gebruikersinterface
te gebruiken om zo de best mogelijke werking te kunnen
garanderen.
▪ Vraag de installateur u te informeren over de instellingen die hij
gebruikte om uw systeem te configureren. Controleer of hij de
tabellen met de installateurinstellingen ingevuld heeft. Indien niet,
verzoek hem dit alsnog te doen.
▪ Bewaar de documentatie voor latere raadpleging.
Bedoeld publiek
Eindgebruikers
Documentatieset
Dit document is een onderdeel van een documentatieset. De
volledige set omvat:
▪ Algemene veiligheidsmaatregelen:
▪ Veiligheidsinstructies die u moet lezen vooraleer tot de
installatie over te gaan
▪ Formaat: papier (in de doos van de unit)
▪ Gebruiksaanwijzing:
▪ Snelle gids voor basisgebruik
▪ Formaat: papier (in de doos van de unit)
▪ Uitgebreide handleiding voor de gebruiker:
▪ Gedetailleerde stap per stap instructies en
achtergrondinformatie voor basis- en gevorderd gebruik
▪ Formaat: digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/
support-and-manuals/product-information/
▪ Installatiehandleiding:
▪ Installatieaanwijzingen
▪ Formaat: papier (in de doos van de unit)
▪ Uitgebreide handleiding voor de installateur:
▪ Voorbereiding van de installatie, goede praktijken,
referentiegegevens,...
▪ Formaat: digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/
support-and-manuals/product-information/
▪ Bijlageboek met optionele uitrustingen en apparatuur:
▪ Additionele informatie over hoe optionele uitrustingen en
apparatuur te installeren
▪ Formaat: papier (in de doos van de unit) + digitale bestanden
op http://www.daikineurope.com/support-and-manuals/product-
information/
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op
de regionale Daikin-website of via uw installateur beschikbaar zijn.
De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
3.2Over de documentatie
▪ De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle
andere talen zijn vertalingen.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
6
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
3 Algemene informatie
4
Ruimteverwarming/-koeling
Werkingsgebied
4.3
g
A
db
a
f
e
c
BC
Daikin Online Control Heating-app
Als uw installateur deze heeft ingesteld, kunt u
de Daikin Online Control Heating-app gebruiken
om de status van uw Daikin Althermawarmtepompsysteem te controleren en op te
volgen. Voor meer informatie, zie:
http://www.onlinecontroller.daikineurope.com/
Referenties
Referenties (voorbeeld: [4.3]) helpen u om steeds te weten waar u
zich bevindt in de menustructuur van de gebruikersinterface.
1 De referenties inschakelen: Druk in het startscherm
of hoofdmenuscherm op de help-knop. De
referenties verschijnen links bovenaan op het
scherm.
2 De referenties uitschakelen: Druk opnieuw op de
help-knop.
Dit document vermeldt tevens deze referenties. Voorbeeld:
1 Ga naar [4.3]: Ruimteverwarming/-koeling >
Werkingsgebied.
Dit betekent:
1 Ga vanuit het startscherm naar
Ruimteverwarming/-koeling door aan de linkse
draaiknop te draaien.
2 Druk op de linkse draaiknop om naar het submenu
te gaan.
3 Draai aan de linkse draaiknop en ga naar
Werkingsgebied.
GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR
Duidt op een situatie die een ontploffing kan veroorzaken.
WAARSCHUWING
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg zou kunnen hebben.
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
VOORZICHTIG
Duidt op een situatie die kleine of matige verwondingen als
gevolg zou kunnen hebben.
OPMERKING
Duidt op een situatie die schade aan apparatuur of
eigendom zou kunnen berokkenen.
INFORMATIE
Duidt op nuttige tips of bijkomende informatie.
SymboolVerklaring
Lees de montagehandleiding, de
gebruiksaanwijzing en het instructievel voor de
bedrading alvorens te beginnen met de installatie.
Lees de servicehandleiding alvorens onderhoudsen servicewerkzaamheden uit te voeren.
Voor meer informatie, zie de uitgebreide
handleiding voor de installateur en de gebruiker.
3.3Over het systeem
Afhankelijk van de systeemlay-out kan het systeem:
▪ Een plaats verwarmen
▪ Een plaats afkoelen (indien een model met verwarmings-/
koelwarmtepomp geplaatst werd)
▪ Warm tapwater klaarmaken
3.3.1Onderdelen in een typische systeemlayout
4 Druk op de linkse draaiknop om naar het submenu
te gaan.
3.2.2Betekenis van de waarschuwingen en
symbolen
GEVAAR
Duidt op een situatie die de dood of ernstige verwondingen
als gevolg heeft.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Duidt op een situatie die elektrocutie kan veroorzaken.
GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN
Duidt op een situatie die brandwonden kan veroorzaken
als gevolg van extreem hoge of lage temperaturen.
A Primaire zone. Voorbeeld: Woonkamer.
B Secundaire zone. Voorbeeld: Slaapkamer.
C Technische ruimte. Voorbeeld: Garage.
a Pekellus
b Warmtepompvan de binnenunit
c Warmtapwatertank
d Gebruikersinterface bij de binnenunit
e Speciale interface voor menselijk comfort (BRC1HHDA
gebruikt als kamerthermostaat)
f Vloerverwarming
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
7
3 Algemene informatie
g Radiatoren,
warmtepompconvectorenofventilatorconvectoren
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
8
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
4 Bediening
a
bc
abcde
4Bediening
4.1Gebruikersinterface: overzicht
De gebruikersinterface heeft de volgende onderdelen:
a Statusindicator
b LCD-scherm
c Draaiknoppen en toetsen
Statusindicator
De statusindicator-LEDs gaan branden of knipperen om de
bedrijfsmodus van de unit aan te geven.
LEDStandBeschrijving
Knipperend
blauw
Constant blauw BedieningDe unit is in bedrijf.
Knipperend
rood
Stand-byDe unit is niet in bedrijf.
StoringEr is een storing.
Zie "7.1De help-tekst weergeven
in geval van een storing"op
pagina32 voor meer informatie.
OnderdeelBeschrijving
a Linkse
draaiknop
b Terug-toets: Druk hierop om 1 stap terug te gaan in de
c Home-toets: Druk hierop om terug te gaan naar het
d Help-toets: Druk hierop om een helptekst in verband met de
e Rechtse
draaiknop
Het LCD_scherm geeft een boog weer links op het
display wanneer u de linkse draaiknop kunt
gebruiken.
▪: Draai en druk vervolgens de linkse
draaiknop in. Navigeer doorheen de
menustructuur.
▪: Draai de linkse draaiknop. Kies een
menu-item.
▪: Druk de linkse draaiknop in. Bevestig
uw keuze of ga naar een submenu.
menustructuur.
startscherm.
huidige pagina weer te geven (indien
beschikbaar).
Het LCD-scherm geeft een boog weer rechts op
het display wanneer u de rechtse draaiknop kunt
gebruiken.
▪: Draai en druk vervolgens de rechtse
draaiknop in. Wijzig een waarde of instelling, die
rechts op het scherm worden getoond.
▪: Draai de rechtse draaiknop. Navigeer
door de mogelijke waarden en instellingen.
▪: Druk de rechtse draaiknop in. Bevestig
uw keuze en ga naar het volgende menu-item.
LCD-scherm
Het LCD-scherm heeft een slaapstand. Wanneer de
gebruikersinterface een tijdje niet wordt gebruikt, valt het scherm uit.
Zodra u op een druktoets duwt of aan een van de draaiknoppen
draait, licht het scherm weer op. De tijd dat de gebruikersinterface
niet wordt gebruikt, hangt af van het gebruikertoegangsniveau:
▪ Gebruiker of Gevorderde gebruiker: 15min
▪ Installateur: 1h
Draaiknoppen en toetsen
U gebruikt de draaiknoppen en toetsen:
▪ Om door de schermen, menu's en instellingen van het LCD-
Druk op de -toets om terug te keren naar het startscherm. U krijgt
een overzicht van de unitconfiguratie en de kamer- en
instelpunttemperaturen te zien. Alleen symbolen die van toepassing
zijn op uw configuratie zijn zichtbaar op het startscherm.
Mogelijke acties in dit scherm
Ga door de lijst van het hoofdmenu.
Ga naar het hoofdmenu-scherm.
Referenties inschakelen/uitschakelen.
OnderdeelBeschrijving
a Warm tapwater
a1Warm tapwater
a2
Gemeten tanktemperatuur
b Huidige datum en tijd
c Desinfectie / Krachtig
Desinfectiestand actief
Krachtige bedrijfsmodus actief
d Noodbedrijf
De warmtepomp is defect en het systeem werkt in
Noodbedrijf-stand of de warmtepomp wordt
gedwongen uitgeschakeld.
e Ruimtebedrijfsmodus
Koeling
Verwarming
f Buitenunit / geluidsarme stand
f1
Gemeten buitentemperatuur
f2Geluidsarme stand actief
f3Pekelleidingen buiten
(1)
(1)
OnderdeelBeschrijving
h Primaire zone
h1 Type geïnstalleerde kamerthermostaat:
De unit werkt op basis van de
omgevingstemperatuur van de speciale interface
voor menselijk comfort (BRC1HHDA die als
kamerthermostaat wordt gebruikt).
De unit werkt op basis van de (bedrade of
draadloze) externe kamerthermostaat.
—Er is geen kamerthermostaat geïnstalleerd of
ingesteld. De unit werkt op basis van de
aanvoerwatertemperatuur, ongeacht de werkelijke
kamertemperatuur en/of de vraag om de kamer te
verwarmen.
h2 Type geïnstalleerd warmteafgiftesysteem:
Vloerverwarming
Ventilo-convector
Radiator
h3
h4
Gemeten kamertemperatuur
Instelpunt aanvoerwatertemperatuur
i Vakantiestand
Vakantiestand actief
j Secundaire zone
j1 Type geïnstalleerde kamerthermostaat:
De unit werkt op basis van de (bedrade of
draadloze) externe kamerthermostaat.
—Er is geen kamerthermostaat geïnstalleerd of
ingesteld. De unit werkt op basis van de
aanvoerwatertemperatuur, ongeacht de werkelijke
kamertemperatuur en/of de vraag om de kamer te
verwarmen.
j2 Type geïnstalleerd warmteafgiftesysteem:
Vloerverwarming
Ventilo-convector
Radiator
j3
Instelpunt aanvoerwatertemperatuur
k Storing
Er is een storing.
Zie "7.1De help-tekst weergeven in geval van een
storing"op pagina32 voor meer informatie.
(1) Als de bijbehorende werking (bijv. ruimteverwarming) niet
actief is, wordt de cirkel grijs weergegeven.
(1)
(1)
(1)
g Binnenunit / tank voor warm tapwater
g1Op de vloer staande binnenunit met geïntegreerde
tank
g2Waterdruk
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
12
4 Bediening
a
2
Hoofdzone
Secundaire zone
Kamer
Storing
Ruimteverwarming/-koeling
4.3.2Het scherm Hoofdmenu
Vanuit het startscherm drukt u () of draait u () de
linkse draaiknop om het hoofdmenuscherm te openen. Via het
hoofdmenu hebt u toegang tot de verschillende instelpuntschermen
en submenu's.
Beperking: Wordt alleen
weergegeven als er een storing
optreedt.
Zie "7.1De help-tekst weergeven in
geval van een storing"op pagina32
voor meer informatie.
Beperking: Wordt alleen weergeven
als een speciale interface voor
menselijk comfort (BRC1HHDA die als
kamerthermostaat wordt gebruikt) de
binnenunit bedient.
De kamertemperatuur instellen.
Toont het symbool dat van toepassing
is voor het type afgever van de
primaire zone.
De aanvoerwatertemperatuur voor de
primaire zone instellen.
Beperking: Wordt alleen
weergegeven als er twee
aanvoerwatertemperatuurzones zijn.
Toont het symbool dat van toepassing
is voor het type afgever van de
secundaire zone.
De aanvoerwatertemperatuur voor de
secundaire zone instellen.
Beperking: Alleen voor modellen voor
verwarming/koeling.
Toont het symbool dat van toepassing
is voor uw unit. De unit in
verwarmings- of koelstand zetten.
De temperatuur van de
warmtapwatertank instellen.
Biedt toegang tot
gebruikersinstellingen zoals
vakantiestand en geluidsarme stand.
Geeft gegevens en informatie over de
binnenunit weer.
Beperking: Alleen voor de
installateur.
Biedt toegang tot geavanceerde
instellingen.
Beperking: Alleen voor de
installateur.
Testen en onderhoud uitvoeren.
SubmenuBeschrijving
[B]
Het actieve gebruikersprofiel wijzigen.
Gebruikersprofiel
[C]
In werking
De verwarmings/koelings-functie en
productie van warm tapwater in- of
uitschakelen.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
13
4 Bediening
+
–
21°C
1
Kamer
+
–
35°C
2
Hoofdzone
+
–
45°C
3
Secundaire zone
+
–
50°C
5
Sanitaire
warmwatertank
a1
d
+
–
d
e
d
e
c
a2
b1
b2
abc
abc
7.2.1
Tijd/datum
Uren
11
30
Minuten
4.3.3Instelpunt-scherm
Het instelpuntscherm wordt weergegeven voor schermen die
systeemonderdelen beschrijven die een instelpuntwaarde nodig
hebben.
Voorbeelden
[1] Scherm Kamertemperatuur
[3] Scherm Secundaire zone
Uitleg
[2] Scherm Primaire zone
[5] Scherm Tanktemperatuur
Mogelijke acties in dit scherm
Verander de waarde.
Ga naar de volgende instelling.
Bevestig de wijzigingen en ga verder.
Mogelijke acties in dit scherm
Ga door de lijst van het submenu.
Ga naar het submenu.
Wijzig en pas de gewenste temperatuur automatisch
aan.
OnderdeelBeschrijving
Minimale temperatuurbeperking a1 Vastgelegd door de unit
a2 Beperkt door de installateur
Maximale
temperatuurbeperking
Huidige temperatuurcGemeten door de unit
Gewenste temperatuurdDraai aan de rechtse
SubmenueDraai aan of druk op de
b1 Vastgelegd door de unit
b2 Beperkt door de installateur
draaiknop om te verhogen/
verlagen.
linkse draaiknop om naar
het submenu te gaan.
4.3.4Gedetailleerd scherm met waarden
Voorbeeld:
a Instellingen
b Waarden
c Geselecteerde instelling en waarde
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
14
Mogelijke acties in dit scherm
Ga door de lijst met instellingen.
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
4 Bediening
1.6
bar
55
19
42
18
a
1.6
bar
55
19
42
18
b
1.6
bar
55
19
42
18
c
1.6
bar
55
19
42
18
d
1.6
bar
55
19
42
18
e
1.6
bar
55
19
42
18
f
In werking
Kamer
Ruimteverwarming/-koeling
Aan
Aan
C.1
In werking
Ruimteverwarming/koeling
Sanitaire warmwatertank
Uit
Aan
Aan
Kamer
C.2
In werking
Sanitaire warmwatertank
Uit
Aan
Ruimteverwarming/-koeling
C.3
4.4De werking AAN of UIT zetten
4.4.1Visuele aanduiding
Bepaalde functies van de unit kunnen afzonderlijk ingeschakeld of
uitgeschakeld worden. Als een bepaalde functie is uitgeschakeld,
dan zal het overeenkomstige temperatuursymbool in het startscherm
grijs worden weergegeven.
De regeling op basis van de kamertemperatuur
a Regeling op basis van de kamertemperatuur AAN
b Regeling op basis van de kamertemperatuur UIT
Ruimteverwarming/-koeling
Ruimteverwarming/-koeling
1 Ga naar [C.2]: In werking > Ruimteverwarming/-
koeling.
2 Stel de werking in op Aan of Uit.
Tankverwarming
1 Ga naar [C.3]: In werking > Sanitaire
warmwatertank.
2 Stel de werking in op Aan of Uit.
c Ruimteverwarming/-koeling AAN
d Ruimteverwarming/-koeling UIT
buiten-, en
aanvoerwatertemperatuur (indien
van toepassing)
[8.5] StelmotorenToestand/stand van elke
stelmotor
Voorbeeld: Pomp van het warm
tapwater AAN/UIT
[8.6] BedrijfsmodiHuidige bedrijfsmodus
Voorbeeld: Stand Ontdooien/
olieretour
[8.7] InfoVersie-informatie over het
systeem
[8.8] VerbindingsstatusInformatie over de status van de
aansluiting van de unit, de
kamerthermostaat en de LANadapter.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
16
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
4 Bediening
4.6De regeling van de
ruimteverwarming/-koeling
4.6.1Over de regeling van de
ruimteverwarming/-koeling
Het regelen van de ruimteverwarming/-koeling omvat de volgende
stappen:
1De ruimtebedrijfsmodus instellen
2De temperatuur regelen
Afhankelijk van de systeemlayout en de configuratie door de
installateur kunt u een andere temperatuurregeling gebruiken:
▪ Regeling via een ruimtethermostaat
▪ Regeling via de aanvoerwatertemperatuur
▪ Regeling via een externe kamerthermostaat
4.6.2De bedrijfsmodus instellen
Over de bedrijfsmodi
Afhankelijk van het model van uw warmtepomp moet u aan uw
systeem zeggen welke bedrijfsmodus gebruikt moet worden:
verwarming of koeling.
Indien een …-model
van
warmtepompgeplaatst
werd
Verwarming/koelingHet systeem kan een ruimte verwarmen
en afkoelen. U moet aan het systeem
zeggen welke bedrijfsmodus gebruikt
moet worden.
Verwarming alleenHet systeem kan een ruimte verwarmen,
maar NIET afkoelen. U hoeft NIET aan
het systeem te zeggen welke
bedrijfsmodus gebruikt moet worden.
Bepalen of een warmtepomp voor verwarming/koeling geplaatst
werd
1 Ga naar [4]: Ruimteverwarming/-koeling.
2 Controleer of [4.1] Bedrijfmodus wordt vermeld en
kan worden bewerkt. Als dat zo is, dan werd
eenwarmtepomp voor verwarming/koeling geplaatst.
Om aan het systeem te zeggen welk ruimtebedrijf te gebruiken, kunt
u het volgende doen:
U kunt…Plaats
Nagaan welke bedrijfsmodus momenteel in
gebruik is.
Stel de ruimtebedrijfsmodus permanent in. Hoofdmenu
Beperk automatisch omschakelen volgens
een maandelijks programma.
Nagaan welke bedrijfsmodus momenteel in gebruik is
De bedrijfsmodus wordt weergegeven op het startscherm:
▪ Als de unit in de verwarmingsmodus staat, wordt het -symbool
getoond.
▪ Als de unit in de koelmodus staat, wordt het -symbool getoond.
De statusindicator geeft aan of de unit momenteel in bedrijf is:
▪ Wanneer de unit niet in bedrijf is, toont de statusindicator een
blauw knipperlicht met een interval van ongeveer 5 seconden.
▪ Terwijl de unit is in bedrijf, zal de statusindicator constant blauw
oplichten.
Dan…
Startscherm
De bedrijfsmodus instellen
1 Ga naar [4.1]: Ruimteverwarming/-koeling >
Bedrijfmodus
2 Selecteer een van de volgende opties:
▪ Verwarming: Alleen verwarmingsstand
▪ Koeling: Alleen koelstand
▪ Automatisch: De bedrijfsmodus verandert
automatisch op basis van de buitentemperatuur.
Beperkt volgens het bedrijfsmodusprogramma.
Automatische omschakeling verwarming/koeling is NIET van
toepassing op modellen met alleen verwarming. Wanneer
Automatisch geselecteerd wordt, dan wordt de wijziging van de
bedrijfsmodus gebaseerd op het Bedrijfsmodus geprogrammeerd
[4.2].
Om automatisch omschakelen te beperken volgens een
programma
Voorwaarden: U stelt de ruimtebedrijfsmodus in op Automatisch.
1 Ga naar [4.2]: Ruimteverwarming/-koeling >
Bedrijfsmodus geprogrammeerd.
2 Selecteer een maand.
3 Selecteer voor elke maand een optie:
▪ Omkeerbaar: Niet beperkt
▪ Alleen verwarmen: Beperkt
▪ Alleen koelen: Beperkt
4 Bevestig de wijzigingen.
Voorbeeld: Omschakelingsbeperkingen
WanneerBeperking
Tijdens het koud seizoen.
Voorbeeld: Oktober, november,
december, januari, februari en maart.
Tijdens het warm seizoen.
Voorbeeld: Juni, juli en augustus.
Tussenseizoen.
Voorbeeld: April, mei en september.
Als zowel de Bedrijfmodusals de Bedrijfsmodusgeprogrammeerd ingesteld zijn op Automatisch, dan zal de
bedrijfsmodus worden bepaald door de buitentemperatuur.
Alleen verwarm
Alleen koelen
Verwarm/koel
4.6.3Bepalen welke temperatuurregeling u
gebruikt
Bepalen welke temperatuurregeling u gebruikt
(methode1)
Kijk in de tabel met de installateurinstellingen die de installateur
invulde.
Bepalen welke temperatuurregeling u gebruikt
(methode2)
U kunt op het startscherm zien welke temperatuurregeling u
gebruikt.
a1 Warmteafgever in de primaire zone (in dit voorbeeld
Vloerverwarming)
a2 Warmteafgever in de secundaire zone (in dit voorbeeld
Radiator). Als er geen pictogram wordt weergegeven, is
er geen secundaire zone.
b Kamerthermostaattype van de primaire zone:
Als b=…Dan is de temperatuurregeling…
Primaire zoneSecundaire zone
Regeling via een
ruimtethermostaat
Regeling via een
externe
kamerthermostaat
Geen symboolRegeling via de
aanvoerwatertempera
tuur
Regeling via een
externe
kamerthermostaat
Regeling via de
aanvoerwatertempera
tuur
4.6.5De gewenste aanvoerwatertemperatuur
wijzigen
INFORMATIE
Het aanvoerwater is het water dat naar de warmteafgevers
wordt gestuurd. De gewenste aanvoerwatertemperatuur
werd in functie van het warmteafgiftesysteem door uw
installateur ingesteld. Pas de instellingen van de
aanvoerwatertemperatuur slechts aan als er zich
problemen voordoen.
U kunt het scherm voor het instelpunt van de
aanvoerwatertemperatuur gebruiken om de gewenste
aanvoerwatertemperatuur af te lezen en aan te passen.
1 Ga naar [2]: Hoofdzone of [3]: Secundaire zone.
(indien aanwezig)
4.6.4De gewenste kamertemperatuur wijzigen
Tijdens de kamertemperatuurregeling kunt u het scherm voor het
kamertemperatuurinstelpunt gebruiken om de gewenste
kamertemperatuur af te lezen en aan te passen.
1 Ga naar [1]: Kamer.
2 Pas de gewenste kamertemperatuur aan.
a Werkelijke kamertemperatuur
b Gewenste kamertemperatuur
Als de programmawerking geactiveerd is nadat de gewenste
kamertemperatuur werd gewijzigd
▪ De temperatuur blijft hetzelfde zolang er geen geplande actie is.
▪ De gewenste kamertemperatuur keert terug naar de
geprogrammeerde waarde wanneer een geprogrammeerde actie
plaatsvindt.
U kunt geprogrammeerde acties vermijden door de
programmawerking (tijdelijk) uit te schakelen.
De programmawerking voor de kamertemperatuur uit zetten
1 Ga naar [1.1]: Kamer > Tijdschema.
2 Selecteer Nee.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
18
2 Pas de gewenste aanvoerwatertemperatuur aan.
a Werkelijke aanvoerwatertemperatuur
b Gewenste aanvoerwatertemperatuur
Als de programmawerking geactiveerd is nadat de gewenste
aanvoerwatertemperatuur werd gewijzigd
▪ De temperatuur blijft hetzelfde zolang er geen geplande actie is.
▪ De gewenste aanvoerwatertemperatuur keert terug naar de
geprogrammeerde waarde wanneer een geprogrammeerde actie
plaatsvindt.
U kunt geprogrammeerde acties vermijden door de
programmawerking (tijdelijk) uit te schakelen.
De programmawerking voor de aanvoerwatertemperatuur uit
zetten
1 Ga naar een van de volgende:
▪ [2.1]: Hoofdzone > Tijdschema
▪ [3.1]: Secundaire zone > Tijdschema
2 Selecteer Nee.
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
De weersafhankelijke werking voor de
aanvoerwatertemperatuur activeren
Afhankelijk van de warmtapwatertankstand (installateurinstelling)
gebruikt u een andere regeling voor het warm tapwater:
▪ Enkel warmhouden
▪ Geprogrammeerd + warmhouden
▪ Alleen geprogrammeerd
INFORMATIE
Indien de storingscode AH verschijnt en de
desinfectiefunctie niet onderbroken wordt omdat er warm
tapwater genomen wordt, wordt geadviseerd het volgende
te doen:
▪ Wanneer de stand Enkel warmhouden of
Geprogrammeerd + warmhouden wordt geselecteerd,
wordt geadviseerd het starten van de desinfectiefunctie
te programmeren minstens 4 uur na een voorzien
verbruik van veel warm tapwater. Deze start kan via de
installateurinstellingen (desinfectiefunctie) ingesteld
worden.
▪ Wanneer de stand Alleen geprogrammeerd wordt
geselecteerd, adviseren wij een Eco-actie te
programmeren 3 uur vóór de geplande start van de
desinfectiefunctie, dit, om de tank voor te verwarmen.
Wanneer de weersafhankelijke werking wordt gebruikt voor de tank,
wordt de tanktemperatuur automatisch bepaald op basis van de
buitentemperatuur. Voor meer informatie, zie "4.9Weersafhankelijke
curve"op pagina26.
Bepalen welke warmtapwatertankstand u gebruikt (methode1)
Kijk in de tabel met de installateurinstellingen die de installateur
invulde.
Bepalen welke warmtapwatertankstand u gebruikt (methode2)
1 Ga naar [5]: Sanitaire warmwatertank.
2 Kijk welke items op het scherm verschijnen:
Als… verschijntDan is dewarmtapwatertankstand =…
Enkel [5.1] Krachtig
verwarmen
Alle items behalve [5.4]
Instelpunt
warmhouden verschijnen
Alle items inclusief [5.4]
Instelpunt
warmhouden verschijnen
4.7.2Stand Warmhouden
In de stand Warmhouden warmt de warmtapwatertank doorlopend
op tot de temperatuur die op het startscherm verschijnt (bijvoorbeeld
50°C) wanneer de temperatuur lager wordt dan een bepaalde
waarde.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
20
Enkel warmhouden
Alleen geprogrammeerd
Geprogrammeerd + warmhouden
TtWarmtapwatertanktemperatuur
t Tijd
INFORMATIE
Wanneer de warmtapwatertankstand op warmhouden is
ingesteld, is de kans groot dat er te weinig
ruimteverwarmings-/koelcapaciteit is en er dus
comfortproblemen voorkomen. In geval van frequent
warmhouden, wordt de ruimteverwarmings-/koelfunctie
regelmatig onderbroken.
4.7.3Geplande stand
In de geplande stand produceert de warm tapwatertankwarm water
volgens een programma. Het beste ogenblik om de tank warm
tapwater te laten aanmaken is 's nachts, omdat de vraag naar
ruimteverwarming dan kleiner is.
Voorbeeld:
TtWarmtapwatertanktemperatuur
t Tijd
▪ Oorspronkelijk is de warmtapwatertanktemperatuur dezelfde als
de temperatuur van het tapwater dat in de warmtapwatertankgaat
(voorbeeld: 15°C).
▪ De warmtapwatertank is geprogrammeerd om water om 00:00 te
verwarmen tot een voorgeprogrammeerde waarde (voorbeeld:
Comfort= 60°C).
▪ 's Morgens verbruikt u warm water, waardoor de
warmtapwatertanktemperatuurdaalt.
▪ De warmtapwatertank is geprogrammeerd om water om 14:00 te
verwarmen tot een voorgeprogrammeerde waarde (voorbeeld:
Eco = 50°C). Er is terug warm water beschikbaar.
▪ 's Namiddags en 's avonds verbruikt u terug warm water,
waardoor de warmtapwatertanktemperatuuropnieuw zakt.
▪ De cyclus herhaalt zich de volgende dag om 00:00.
4.7.4De stand Gepland + warmhouden
In de stand Gepland + warmhouden wordt het warm tapwater op
dezelfde manier geregeld als in de geplande stand. Echter, als de
warmtapwatertanktemperatuur onder een voorgeprogrammeerde
waarde valt (=warmhouden tanktemperatuur – hysteresiswaarde;
voorbeeld: 35°C), zal de warmtapwatertank opwarmen tot hij het
warmhoudeninstelpunt bereikt (bijv. 45°C). Op die manier is er
steeds een minimumhoeveelheid warm water beschikbaar.
Voorbeeld:
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
t
T
t
60°C
00:0007:00
50°C
45°C
15°C
14:0021:00
35°C
1
2
4
5
3
TtWarmtapwatertanktemperatuur
Sanitaire warmwatertank
5
+
–
50°C
5
ab
Sanitaire
warmwatertank
t Tijd
4.7.5De temperatuur voor warm tapwater
wijzigen
In de stand Enkel warmhouden kunt u het scherm voor het
instelpunt van de tanktemperatuur gebruiken om de gewenste warm
tapwatertemperatuur af te lezen en aan te passen.
1 Ga naar [5]: Sanitaire warmwatertank.
4 Bediening
▪ U hebt haast al uw warm tapwater verbruikt.
▪ U kunt niet wachten tot de volgende geplande actie om
dewarmtapwatertank op te warmen.
Dan kunt u de functie krachtig verwarmen activeren. De
warmtapwatertank zal beginnen het water te verwarmen tot de
Comfort-temperatuur.
INFORMATIE
Als de functie Krachtig verwarmen ingeschakeld is, kan het
verwarmen of koelen van ruimten voor problemen zorgen
of kan er onvoldoende capaciteit zijn om voor comfort te
zorgen. Als warm tapwater vaak moet worden
aangemaakt, zal het verwarmen of koelen van ruimten
regelmatig en langdurig onderbroken worden.
2 Pas de temperatuur warm water voor huishoudelijk
gebruik aan.
a Werkelijke temperatuur warm tapwater
b Werkelijke temperatuur warm tapwater
In andere modi kunt u alleen het scherm voor het instel punt zien,
maar kunt u geen wijzigingen aanbrengen. U kunt daarentegen de
instellingen wijzigen voor het Instelpunt confort bedrijf [5.2],
Instelpunt Eco bedrijf [5.3] en Instelpunt warmhouden [5.4].
Wanneer de weersafhankelijke werking wordt gebruikt voor de tank,
wordt de tanktemperatuur automatisch bepaald op basis van de
buitentemperatuur. Voor meer informatie, zie "4.9Weersafhankelijke
curve"op pagina26.
4.7.6Krachtige warm tapwaterwerking
gebruiken
Over de functie krachtig verwarmen
Met Krachtig verwarmen kan het warm tapwater worden
opgewarmd door de back-upverwarming. Gebruik deze modus op
dagen wanneer er meer warm water dan gewoonlijk wordt verbruikt.
Nagaan of de functie krachtig verwarmen actief is
Als wordt weergegeven op het startscherm, dan is de functie
krachtig verwarmen actief.
Activeer of deactiveer Krachtig verwarmen als volgt:
1 Ga naar [5.1]: Sanitaire warmwatertank >
Krachtig verwarmen
2 Schakel krachtige werking Uit of Aan.
Voorbeeld: u hebt onmiddellijk meer warm water nodig
Voor sommige instellingen in het systeem kunt u
voorgeprogrammeerde waarden definiëren. U moet deze waarden
slechts één keer instellen, waarna u ze opnieuw kunt gebruiken in
andere schermen zoals het programmascherm. Indien u later de
waarde wilt wijzigen, hoeft u dit maar op één plaats te doen.
Voorgeprogrammeerde waarden voor de tanktemperatuur
definiëren
Het programma voor warm tapwater maakt gebruik van
verschillende voorgeprogrammeerde waarden:
Voorgeprogrammeerde
waarde
Instelpunt confort
bedrijf
Instelpunt Eco
bedrijf
Instelpunt
warmhouden
Energieprijzen definiëren
Alleen mogelijk als Bivalent door de installateur werd geactiveerd.
Voorgeprogrammeerde
waarde
Elektriciteitsprijs
>
▪ Hoog
▪ Middel
▪ Laag
In het programma als de stand
warmtapwatertank als volgt is:
▪ Alleen geprogrammeerd
▪ Geprogrammeerd + warmhouden
Als de stand warm tapwater als volgt is:
▪ Geprogrammeerd + warmhouden
Gebruikt in het scherm weekprogramma's
bij het instellen van de energieprijzen.
4.8.2De energieprijzen instellen
U kunt in het systeem de volgende energieprijzen instellen:
▪ 3 prijsniveaus voor elektriciteit
▪ een weektimer voor prijzen voor elektriciteit.
Raadpleeg de installatiehandleiding voor meer informatie.
Voorbeeld: Hoe de energieprijzen op de gebruikersinterface
instellen?
4 Herhaal dit voor alle drie de elektriciteitsprijzen.—
Waar gebruikt
Waar gebruikt
De weektimer van de prijs voor elektriciteit instellen
1 Ga naar [7.5.4]: Gebruikerinstellingen >
Elektriciteitsprijs > Tijdschema.
2 Programmeer de selectie met behulp van het
programmascherm. U kunt de elektriciteitsprijzen
Hoog, Middel en Laag instellen op basis van uw
elektriciteitsleverancier.
3 Bevestig de wijzigingen.
INFORMATIE
De waarden stemmen overeen met de waarden van de
elektriciteitsprijzen voor Hoog, Middel en Laag die zonet
werden ingesteld. Indien er geen programma werd
ingesteld, wordt rekening gehouden met de Hoog-prijs voor
elektriciteit.
—
Over energieprijzen in geval van een stimulans per
kWh hernieuwbare energie
Er kan bij het instellen van de energieprijzen rekening worden
gehouden met een stimulans. Hoewel de exploitatiekosten kunnen
verhogen, zullen de totale werkingskosten geoptimaliseerd worden
rekening houdende met de terugbetaling.
OPMERKING
Vergeet aan het einde van de stimulansperiode niet de
instelling van de energieprijzen te veranderen.
De elektriciteitprijs instellen in geval van een stimulans per
kWh hernieuwbare energie
Bereken de waarde voor de elektriciteitsprijs met de volgende
formule:
▪ Huidige elektriciteitsprijs+Stimulans/kWh
Zie "De prijs voor elektriciteit instellen" op pagina 22 voor de
procedure om de elektriciteitsprijs in te stellen.
Voorbeeld
Dit is een voorbeeld en de in dit voorbeeld gebruikte prijzen en/of
waarden zijn NIET precies.
De gewenste kamertemperatuur in
verwarmingsstand programmeren.
De gewenste kamertemperatuur in
koelstand programmeren.
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
voor de primaire zone in
verwarmingsstand programmeren.
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
voor de primaire zone in koelstand
programmeren.
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
voor de secundaire zone in
verwarmingsstand programmeren.
De gewenste aanvoerwatertemperatuur
voor de secundaire zone in koelstand
programmeren.
Zie "4.6.2De bedrijfsmodus
instellen"op pagina17.
De temperatuur van de warm
tapwatertank voor uw normale behoefte
aan warm tapwater programmeren:
▪ Comfort
▪ Eco
▪ Stop
Programmeren wanneer de unit welk
niveau van de geluidsarme stand moet
gebruiken:
▪ Uit
▪ Stil
▪ Stiller
▪ Stilst
Programmeren wanneer een bepaald
elektriciteitstarief van toepassing is.
Het programma programmeren: overzicht
Voorbeeld: U wilt het volgende programma instellen:
Voorwaarde: Het kamertemperatuurprogramma is alleen
beschikbaar als de kamerthermostaatregeling actief is. Als de
aanvoerwatertemperatuurregeling actief is, kunt u in de plaats het
programma voor de primaire zone instellen.
1 Ga naar het programma.
2 (optie) Wis de inhoud van het volledige weekprogramma of de
inhoud van een geselecteerd dagprogramma.
3 Programmeer het programma voor Maandag.
4 Kopieer het programma naar de andere weekdagen.
5 Programmeer het programma voor Zaterdag en kopieer het
naar Zondag.
6 Geef het programma een naam.
Naar het programma gaan:
1 Ga naar [1.1]: Kamer > Tijdschema.
2 Stel programmering in op Ja.
3 Ga naar [1.2]: Kamer > Programma verwarming.
De inhoud van het weekprogramma wissen:
1 Selecteer de naam van het huidige programma.
2 Selecteer Verwijderen.
3 Selecteer OK om te bevestigen.
De inhoud van het dagprogramma wissen:
1 Selecteer de dag waarvoor u de inhoud wilt wissen.
selecteren en bewerk de invoer met de rechtse
draaiknop. U kunt tot 6 bewerkingen per dag
programmeren. Een hoge temperatuur krijgt op de
balk een donkerdere kleur dan een lage
temperatuur.
Let op: Om een actie te wissen, stelt u de tijd ervan
in als de tijd van de vorige actie.
4 Bevestig de wijzigingen.
Resultaat: Het programma voor maandag is
gepland. De waarde van de laatste actie is geldig
totdat de volgende geprogrammeerde actie start. In
dit voorbeeld is maandag de eerste dag die u hebt
geprogrammeerd. De laatst geprogrammeerde actie
is dus geldig tot de eerste actief van de volgende
maandag.
Het programma naar de andere weekdagen kopiëren:
1 Selecteer Maandag.
4 Selecteer Plakken.
Resultaat:
5 Herhaal deze bewerking voor alle andere
—
weekdagen.
Het programma programmeren voor Zaterdag en het kopiëren
naar Zondag:
1 Selecteer Zaterdag.
2 Selecteer Bewerken.
3 Gebruik de linkse draaiknop om een invoer te
selecteren en bewerk de invoer met de rechtse
draaiknop.
4 Bevestig de wijzigingen.
5 Selecteer Zaterdag.
6 Selecteer Kopiëren.
7 Selecteer Zondag.
8 Selecteer Plakken.
Resultaat:
2 Selecteer Kopiëren.
Resultaat: "C" wordt weergegeven naast de
gekopieerde dag.
3 Selecteer Dinsdag.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
24
Het programma hernoemen:
1 Selecteer de naam van het huidige programma.
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
2 Selecteer Hernoemen.
Verwijderen
Hernoemen
Selecteren
3 (optie) Om de naam van het huidige programma te
verwijderen, bladert u door de tekenlijst totdat u ←
ziet. Druk erop om het vorige teken te verwijderen.
Herhaal dit voor elk teken in de naam van het
programma.
4 Om het huidige programma een naam te geven,
bladert u door de tekenlijst en bevestigt u het
geselecteerde teken. De naam van het programma
kan tot 15tekens bevatten.
5 Bevestig de nieuwe naam.
INFORMATIE
Niet alle programma's kunnen worden hernoemd.
Voorbeeld: u werkt in een 3-ploegenstelsel
Indien u in een 3-ploegenstelsel werkt, kunt u het volgende doen:
1 Programmeer 3 ruimtetemperatuurprogramma's in stand
Verwarmen en geef ze gepaste namen. Voorbeeld: Vroege,
Dag en Late
2 Selecteer het programma dat u nu wilt gebruiken.
De unit werkt "weersafhankelijk" als de gewenste aanvoerwater- of
tanktemperatuur automatisch wordt bepaald door de
buitentemperatuur. Daarom is de unit aangesloten op een
temperatuursensor aan de noordzijde van het gebouw. Als de
buitentemperatuur daalt of stijgt, compenseert de unit dat
ogenblikkelijk. De unit hoeft dus niet te wachten op feedback van de
thermostaat om de temperatuur van het aanvoerwater of de tank te
verhogen of verlagen. Doordat de unit sneller reageert, wordt
voorkomen dat de binnentemperatuur en de watertemperatuur aan
de kranen extreem stijgt en daalt.
Om temperatuurverschillen te kunnen compenseren, vertrouwt de
unit op de weersafhankelijke curve. Deze curve bepaalt wat de
temperatuur van de tank of het aanvoerwater moet zijn bij
verschillende buitentemperaturen. Omdat de helling van de curve
afhankelijk is van plaatselijke omstandigheden zoals klimaat en de
isolatie van het huis, kan de curve worden aangepast door een
installateur of gebruiker.
Types van weersafhankelijke curve
Er zijn twee types van weersafhankelijke curve:
▪ Curve met 2 punten
▪ Curve volgens helling en afwijking
Welk type van curve u gebruikt om aanpassingen uit te voeren,
hangt af van uw persoonlijke voorkeur. Zie "4.9.4 Weersafhankelijke
curves gebruiken"op pagina27.
Beschikbaarheid
De weersafhankelijke curve is beschikbaar voor:
▪ Primaire zone - Verwarming
▪ Primaire zone - Koeling
▪ Secundaire zone - Verwarming
▪ Secundaire zone - Koeling
▪ Tank
INFORMATIE
Om weersafhankelijk te kunnen werken, moet u het
instelpunt van de primaire zone, de secundaire zone of de
tank correct configureren. Zie "4.9.4 Weersafhankelijke
curves gebruiken"op pagina27.
4.9.2Curve met 2 punten
Definieer de weersafhankelijke curve met deze twee instelpunten:
▪ Instelpunt (X1, Y2)
▪ Instelpunt (X2, Y1)
Voorbeeld
Onderde
el
aGeselecteerde weersafhankelijke zone:
▪: Verwarming primaire zone of secundaire zone
▪: Koeling primaire zone of secundaire zone
▪: Warm tapwater
X1, X2 Voorbeelden van omgevingstemperatuur buiten
Y1, Y2 Voorbeelden van gewenste tanktemperatuur of
aanvoerwatertemperatuur. Het pictogram stemt overeen
met de warmteafgever voor die zone:
▪: Vloerverwarming
▪: Ventilatorconvector
▪: Radiator
▪: Warmtapwatertank
Mogelijke acties in dit scherm
Ga door de temperaturen.
Wijzig de temperatuur.
Ga naar de volgende temperatuur.
Bevestig de wijzigingen en ga verder.
Beschrijving
4.9.3Curve volgens helling en afwijking
Helling en afwijking
Definieer de weersafhankelijke curve op basis van de helling en de
afwijking:
▪ Wijzig de helling om de temperatuur van het aanvoerwater te
verhogen of te verlagen voor verschillende
omgevingstemperaturen. Als de aanvoertemperatuur bijvoorbeeld
over het algemeen goed, maar bij een lage
omgevingstemperatuur te koud is, verhoogt u de helling zodat de
aanvoerwatertemperatuur meer wordt verhoogd naarmate de
omgevingstemperatuur lager wordt.
▪ Wijzig de afwijking om de temperatuur van het aanvoerwater
gelijkmatig te verhogen of te verlagen voor verschillende
omgevingstemperaturen. Als de aanvoerwatertemperatuur
bijvoorbeeld altijd een beetje te koud is bij verschillende
omgevingstemperaturen, schuift u de curve omhoog om de
aanvoerwatertemperatuur gelijkmatig te verhogen voor alle
omgevingstemperaturen.
Voorbeelden
Weersafhankelijke curve wanneer helling is geselecteerd:
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
26
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
X1X2
c
d
e
Y1
Y2
Y3
Y4
ab
Y1
Y2
Y3
Y4
X1X2
ab
c
d
e
Weersafhankelijke curve wanneer afwijking is geselecteerd:
Onderde
el
aWeersafhankelijke curve vóór wijzigingen.
bWeersafhankelijke curve na wijzigingen (als voorbeeld):
▪ Wanneer de helling wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1 ongelijkmatig hoger dan
de voorkeurstemperatuur bij X2.
▪ Wanneer de afwijking wordt gewijzigd, is de nieuwe
voorkeurstemperatuur bij X1 gelijkmatig hoger dan de
voorkeurstemperatuur bij X2.
cHelling
dAfwijking
eGeselecteerde weersafhankelijke zone:
▪: Verwarming primaire zone of secundaire zone
▪: Koeling primaire zone of secundaire zone
▪: Warm tapwater
X1, X2 Voorbeelden van omgevingstemperatuur buiten
Voorbeelden van gewenste tanktemperatuur of
aanvoerwatertemperatuur. Het pictogram stemt overeen
met de warmteafgever voor die zone:
▪: Vloerverwarming
▪: Ventilatorconvector
▪: Radiator
▪: Warmtapwatertank
Mogelijke acties in dit scherm
Selecteer helling of afwijking.
Verhoog of verlaag de helling/afwijking.
Wanneer helling is geselecteerd: stel de helling in en
ga naar afwijking.
Wanneer afwijking is geselecteerd: stel de afwijking
in.
Bevestig de wijzigingen en keer terug naar het
submenu.
Beschrijving
4 Bediening
4.9.4Weersafhankelijke curves gebruiken
Configureer weersafhankelijke curves als volgt:
De instelpuntstand definiëren
Om de weersafhankelijke curve te gebruiken, moet u de correcte
instelpuntstand definiëren:
Ga naar instelpuntstand…Stel de instelpuntstand in op…
Primaire zone – Verwarming
[2.4] Hoofdzone > Instelpunt
modus
Primaire zone – Koeling
[2.4] Hoofdzone > Instelpunt
modus
Secundaire zone – Verwarming
[3.4] Secundaire zone >
Instelpunt modus
Secundaire zone – Koeling
[3.4] Secundaire zone >
Instelpunt modus
Tank
[5.B] Sanitaire
warmwatertank > Instelpunt
modus
Om het type van weersafhankelijke curve te wijzigen
Om het type te wijzigen voor alle zones en voor de tank, ga naar
[2.E] Hoofdzone > Stooklijntype.
Bekijken welk type is geselecteerd is ook mogelijk via:
▪ [3.C] Secundaire zone > Stooklijntype
▪ [5.E] Sanitaire warmwatertank > Stooklijntype
Om de weersafhankelijke curve te wijzigen
ZoneGa naar …
Primaire zone – Verwarming[2.5] Hoofdzone > Stooklijn
Primaire zone – Koeling[2.6] Hoofdzone > Stooklijn
Secundaire zone – Verwarming [3.5] Secundaire zone >
Secundaire zone – Koeling[3.6] Secundaire zone >
Tank[5.C] Sanitaire
INFORMATIE
Maximale en minimale instelpunten
U kunt de curve niet configureren met temperaturen die
hoger of lager zijn dan de ingestelde maximum- en
minimuminstelpunten voor die zone of voor de tank.
Wanneer het maximum- of minimuminstelpunt is bereikt,
wordt de curve vlak.
Om de weersafhankelijke curve nauwkeuriger af te stemmen:
curve volgens helling en afwijking
De volgende tabel beschrijft hoe u de weersafhankelijke curve van
een zone of tank nauwkeuriger kunt afstemmen:
Weersafhankelijke
verwarming, constant
koeling OF Weersafhankelijk
Weersafhankelijk
Weersafhankelijke
verwarming, constant
koeling OF Weersafhankelijk
Weersafhankelijk
Weersafhankelijk
verwarming
koeling
Stooklijn verwarming
Stooklijn koeling
warmwatertank > Stooklijn
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
27
4 Bediening
U voelt …Nauwkeuriger afstemmen met
helling en afwijking:
Bij normale
buitentemperat
uren …
OKKoudVerhogenZo laten
OKWarmOnderZo laten
KoudOKOnderVerhogen
KoudKoudZo latenVerhogen
KoudWarmOnderVerhogen
WarmOKVerhogenOnder
WarmKoudVerhogenOnder
WarmWarmZo latenOnder
Om de weersafhankelijke curve nauwkeuriger af te stemmen:
curve met 2 punten
De volgende tabel beschrijft hoe u de weersafhankelijke curve van
een zone of tank nauwkeuriger kunt afstemmen:
U voelt …Nauwkeuriger afstemmen met
Bij
Bij koude
normale
buitente
mperatur
mperatur
en …
OKKoudVerhogen—Verhogen—
OKWarmOnder—Onder—
KoudOK—Verhogen—Verhogen
KoudKoudVerhogen Verhogen Verhogen Verhogen
KoudWarmOnderVerhogenOnderVerhogen
WarmOK—Onder—Onder
WarmKoudVerhogenOnderVerhogenOnder
WarmWarmOnderOnderOnderOnder
Bij koude
HellingAfwijking
buitentemperat
uren …
instelpunten:
Y2
(1)
Y1
(1)
buitente
en …
(1)
Zie "4.9.2Curve met 2 punten"op pagina26.
X1
(1)
X2
(1)
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
28
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
4 Bediening
Activatie
Tot
7.3.1
Van
4.10Andere functies
4.10.1De tijd en de datum configureren
1 Ga naar [7.2] Gebruikerinstellingen > Tijd/
datum.
4.10.2De geluidsarme stand gebruiken
Over de geluidsarme stand
U kunt de geluidsarme stand gebruiken om het geluid van de unit te
verminderen. Dit vermindert echter ook de verwarmings-/
koelcapaciteit van het systeem. Er zijn meerdere niveaus voor de
geluidsarme stand.
De installateur kan:
▪ De geluidsarme stand volledig deactiveren
▪ Het niveau van de geluidsarme stand handmatig inschakelen
▪ De gebruiker toelaten een programma voor geluidsarme stand te
programmeren
Indien de installateur dit heeft ingeschakeld, kan de gebruiker een
programma voor geluidsarme stand programmeren.
INFORMATIE
Indien de buitentemperatuur onder de nul graden is,
adviseren wij het meest geluidsarme niveau NIET te
gebruiken.
De vakantie configureren
1 Activeer de vakantiestand.—
▪ Ga naar [7.3.1]: Gebruikerinstellingen >
Vakantie > Activatie.
▪ Selecteer Aan.
2 Stel de eerste dag van uw vakantie in.—
▪ Ga naar [7.3.2]: Van.
▪ Selecteer een datum.
▪ Bevestig de wijzigingen.
3 Stel de laatste dag van uw vakantie in.—
▪ Ga naar [7.3.3]: Tot.
▪ Selecteer een datum.
▪ Bevestig de wijzigingen.
Nagaan of de geluidsarme stand actief is
Als wordt weergegeven op het startscherm, dan is de
geluidsarme stand actief.
Een programma voor de geluidsarme stand programmeren
Beperking: Alleen mogelijk als de installateur dit heeft geactiveerd.
1 Ga naar [7.4.2]: Gebruikerinstellingen > Stil >
Tijdschema.
2 Programmeer het programma. Voor meer informatie
over programmeren, zie "4.8.4Programmascherm:
voorbeeld"op pagina23.
—
4.10.3De vakantiestand gebruiken
Over de vakantiestand
Tijdens uw vakantie kunt u de vakantiestand gebruiken om van uw
normale programma's af te wijken zonder deze te moeten
veranderen. Wanneer de vakantiestand actief is, zullen de
bedrijfsmodus ruimteverwarming/-koeling en de bedrijfsmodus warm
tapwater worden uitgeschakeld. Vorstbescherming kamer en antilegionellawerking blijven actief.
Typische werkstroom
De vakantiestand gebruiken omvat typisch de volgende stappen:
1De begin- en einddatum van uw vakantie instellen.
2De vakantiestand activeren.
Nagaan of de vakantiestand geactiveerd is en/of loopt
Als wordt weergegeven op het startscherm, dan is de
vakantiestand actief.
▪ Zorg ervoor dat de gewenste kamertemperatuur NOOIT te hoog
(in de stand Verwarming) of te laag (in de stand Koeling) is, maar
ALTIJD volgens wat u werkelijk nodig hebt. Elke graad minder kan
een besparing tot 6% op de kosten voor verwarming/koeling
opleveren.
▪ Verhoog de gewenste ruimtetemperatuur NIET om de ruimte
vlugger te verwarmen. De ruimte zal NIET vlugger warm worden.
▪ Als uw systeemlay-out trage warmteafgevers bevat (voorbeeld:
vloerverwarming), vermijd grote schommelingen van de gewenste
ruimtetemperatuur en laat de ruimtetemperatuur NIET te laag
zakken. Het zal langer duren en meer energie kosten om de
ruimte opnieuw te verwarmen.
▪ Gebruik een weekprogramma voor uw normale behoeften aan
ruimteverwarming of ruimtekoeling. Indien nodig kunt u
gemakkelijk afwijken van het programma:
▪ Voor kortere periodes: u kunt de geplande kamertemperatuur
negeren tot de volgende geprogrammeerde bewerking.
Voorbeeld: Als u een fuifje geeft of als u gedurende enkele
uren uit huis bent.
▪ Voor langere periodes: u kunt de vakantiestand gebruiken.
Tips in verband met de aanvoerwatertemperatuur
▪ In de stand Verwarming zal een lagere gewenste
aanvoerwatertemperatuur zorgen voor een lager energieverbruik
en betere prestaties. In de stand Koeling geldt het omgekeerde.
▪ Stel de gewenste aanvoerwatertemperatuur in volgens het
warmteafgiftesysteem. Voorbeeld: De vloerverwarming is
ontworpen voor een lagere aanvoerwatertemperatuur dan de
radiatoren en warmtepompconvectoren.
Tips in verband met de temperatuur van de warmtapwatertank
▪ Gebruik een weekprogramma voor uw normale behoeften aan
tot een voorgeprogrammeerde waarde (Comfort = een
hogere warmtapwatertanktemperatuur), omdat de vraag naar
ruimteverwarming dan kleiner is.
▪ Wanneer het onvoldoende is om de warmtapwatertank één
maal 's nachts op te warmen, programmeer dan zodat
dewarmtapwatertank extra opwarmt tot een
voorgeprogrammeerde waarde (Eco= een
lagerewarmtapwatertanktemperatuur) overdag.
▪ Waak erover dat de gewenste warmtapwatertanktemperatuur
NIET te hoog is. Voorbeeld: Na de installatie, verlaag de
warmtapwatertanktemperatuur dagelijks met 1°C en controleer of
u nog steeds voldoende warm water hebt.
▪ Programmeer om de pomp van het warm tapwater enkel AAN te
zetten tijdens die periodes van de dag waar onmiddellijk warm
water nodig is. Voorbeeld: 'sMorgens en 'savonds.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
30
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
6Onderhoud en service
6.1Overzicht: onderhoud en service
De installateur moet een jaarlijks onderhoud doen. U vindt het
contact/helpdesknummer via de gebruikersinterface.
1 Ga naar [8.3]: Informatie > Gegevens
installateur.
Als eindgebruikermoet u:
▪ De ruimte rondom de unit zuiver houden.
▪ De gebruikersinterface reinigen met een vochtig zacht doekje.
Gebruik hiervoor NOOIT detergenten.
▪ Controleer regelmatig of de waterdruk groter is dan 1bar.
Koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen
NIET vrij in de atmosfeer.
Koelmiddeltype: R32
Waarde globaal opwarmingspotentieel (GWP): 675
OPMERKING
De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde
broeikasgassen vereist dat de koelmiddelvulling van de
unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO2equivalent.
Formule om de hoeveelheid in ton CO2-equivalent te
berekenen: GWP-waarde koelmiddel × totale
koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Neem contact op met uw installateur voor meer informatie.
6 Onderhoud en service
WAARSCHUWING: ONTVLAMBAAR MATERIAAL
Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden (bijvoorbeeld:
open vuur, een draaiend gastoestel of een draaiende
elektrische verwarming).
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de
koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of
manieren om het ontdooien te versnellen dan die
aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos
is.
WAARSCHUWING
Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt
normaal NIET. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in
contact komt met vuur van een brander, een verwarming of
een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een
schadelijk gas worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit,
verlucht de kamer en neem contact op met de dealer waar
u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit NIET totdat iemand van de servicedienst
heeft bevestigd dat het deel met het koelmiddellek
gerepareerd is.
U kunt, voor de hierna vermelde symptomen, zelf proberen het
probleem op te lossen. Contacteer uw installateur voor alle andere
problemen. U vindt het contact/helpdesknummer via de
gebruikersinterface.
1 Ga naar [8.3]: Informatie > Gegevens
installateur.
7.1De help-tekst weergeven in geval
van een storing
In geval van een storing, zal het volgende verschijnen op het
startscherm naargelang de ernst:
▪: Fout
▪: Storing
U kunt als volgt een korte en een lange beschrijving van de storing
zien:
1 Druk op de linkse draaiknop om het hoofdmenu te
openen en ga naar Storing.
Resultaat: Er wordt een korte beschrijving van de
fout en de foutcode weergegeven op het scherm.
2 Druk op in het foutscherm.
Resultaat: Er wordt een lange beschrijving van de
fout weergegeven op het scherm.
7.2De storingshistoriek nagaan
Voorwaarden: Het gebruikertoegangsniveau is ingesteld op
geavanceerde eindgebruiker.
1 Ga naar [8.2]: Informatie > Historiek
storingen.
U krijgt een lijst van de meest recente storingen te zien.
7.3Symptoom: u vindt het te koud
(warm) in uw woonruimte
Mogelijke oorzaakWat te doen
De gewenste kamertemperatuur
is te laag (hoog).
Verhoog (verlaag) de gewenste
kamertemperatuur. Zie "4.6.4De
gewenste kamertemperatuur
wijzigen"op pagina18.
Indien het probleem dagelijks
terugkomt, doe dan een van de
volgende zaken:
▪ Verhoog (verlaag) de
voorgeprogrammeerde waarde
van de kamertemperatuur. Zie
"4.8.1 Voorgeprogrammeerde
waarden gebruiken"op
pagina22.
▪ Pas het programma van de
kamertemperatuur aan. Zie
"4.8.3 Programma's gebruiken
en programmeren"op
pagina23en
"4.8.4Programmascherm:
voorbeeld"op pagina23.
Mogelijke oorzaakWat te doen
De gewenste kamertemperatuur
kan niet bereikt worden.
De weersafhankelijke curve is
niet correct ingesteld.
Verhoog de gewenste
aanvoerwatertemperatuur in
functie van het
warmteafgiftesysteem. Zie
Pas de weersafhankelijke curve
aan. Zie "4.9Weersafhankelijke
curve"op pagina26.
7.4Symptoom: het water uit de kraan
is te koud
Mogelijke oorzaakWat te doen
U hebt geen warm tapwater meer
door een ongewoon hoog
verbruik.
De gewenste
warmtapwatertanktemperatuur is
te laag.
Indien u onmiddellijk warm
tapwater nodig hebt, activeer de
Krachtig verwarmen van de
warmtapwatertank. Hierdoor
verbruikt u echter extra energie.
Zie "4.7.6Krachtige warm
tapwaterwerking gebruiken"op
pagina21.
Indien de problemen dagelijks
terugkomen, doe dan een van de
volgende zaken:
▪ Verhoog de
voorgeprogrammeerde waarde
van de
warmtapwatertanktemperatuur
. Zie
"4.8.1 Voorgeprogrammeerde
waarden gebruiken"op
pagina22.
▪ Pas het programma van de
warmtapwatertanktemperatuur
aan. Voorbeeld:
Programmeer om de
warmtapwatertank extra op te
warmen tot een
voorgeprogrammeerde waarde
(Instelpunt Eco bedrijf =
een lagere tanktemperatuur)
overdag. Zie
"4.8.3 Programma's gebruiken
en programmeren"op
pagina23en
"4.8.4Programmascherm:
voorbeeld"op pagina23.
7.5Symptoom: Storing in de
warmtepomp
Indien de warmtepomp weigert te werken, kan de backupverwarming als noodverwarmingstoestel werken. Deze kan de
warmtebelasting automatisch of na handmatige tussenkomst
overnemen.
▪ Wanneer Noodbedrijf is ingesteld op Automatisch en er zich
een storing voordoet in een warmtepomp, neemt de backupverwarming automatisch de productie van warm tapwater en de
ruimteverwarming over.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
32
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
▪ Wanneer Noodbedrijf is ingesteld op Handmatig en er zich een
storing voordoet in een warmtepomp, stoppen de opwarming van
warm tapwater en de ruimteverwarming met werken.
Om deze handmatig te herstellen via de gebruikersinterface gaat
u naar het hoofdmenuscherm Storing en bevestigt u op de backupverwarming de warmtebelasting al dan niet moet overnemen.
▪ Een alternatief is, als Noodbedrijf als volgt is ingesteld:
▪ autom. SH beperkt/warmtapwater aan, de
ruimteverwarming wordt gereduceerd, maar warm tapwater is
nog steeds beschikbaar.
▪ autom. SH beperkt/warmtapwater uit, de
ruimteverwarming wordt gereduceerd en warm tapwater is NIET
beschikbaar.
▪ autom. SH normaal/warmtapwater uit, de
ruimteverwarming werkt zoals normaal, maar warm tapwater is
NIET beschikbaar.
Net zoals in de stand Handmatig, kan de unit de volledige
belasting overnemen via de back-upverwarming als de gebruiker
dit activeert in het hoofdmenuscherm Storing.
Als er zich een storing in de warmtepomp voordoet, zal of op
de gebruikersinterface verschijnen.
Mogelijke oorzaakWat te doen
De warmtepomp is beschadigd.Zie "7.1De help-tekst weergeven
in geval van een storing"op
pagina32.
7 Opsporen en verhelpen van storingen
INFORMATIE
Wanneer de back-upverwarming de volledige
warmtebelasting overneemt, zal het elektriciteitsverbruik
aanzienlijk stijgen.
7.6Symptoom: Het systeem maakt
gorgelende geluiden na de
inbedrijfstelling
Mogelijke oorzaakWat te doen
Er zit lucht in het systeem.Ontlucht het systeem.
Diverse storingen.
(a) We raden aan om te ontluchten met de ontluchtingsfunctie
van de unit (uit te voeren door de installateur). Als u de
warmteafgevers of verdeelstukken ontlucht, dient u op het
volgende te letten:
WAARSCHUWING
Warmteafgevers of verdeelstukken ontluchten.
Vooraleer u warmteafgevers of verdeelstukken ontlucht,
moet u eerst controleren of of op het startscherm
van de gebruikersinterface wordt weergegeven.
▪ Indien dit niet het geval, mag u deze onmiddellijk
ontluchten.
▪ Indien dit wel het geval is, zorg ervoor dat de kamer
waarin u wilt ontluchten voldoende verlucht wordt.
Reden: Er kan koelmiddel in het watercircuit lekken en
dus ook in de kamer wanneer u de warmteafgevers of
verdeelstukken ontlucht.
Controleer of of op het
startscherm van de
gebruikersinterface verschijnt.
Zie "7.1De help-tekst weergeven
in geval van een storing"op
pagina32 voor meer informatie
Indien u onderdelen van uw systeem (de gebruikersinterface, de
binnenunit, de buitenunit, de warmtapwatertank, enz.) wilt
verplaatsen, contacteer uw installateur. U vindt het contact/
helpdesknummer via de gebruikersinterface.
9Als afval verwijderen
OPMERKING
Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het
ontmantelen van het systeem en het behandelen van het
koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN
conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units MOETEN voor hergebruik, recyclage en
terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf
worden behandeld.
10Verklarende woordenlijst
WTW = warm tapwater
Warm water gebruikt, in elk type van gebouw, voor
huishoudelijke doeleinden.
AWT = Aanvoerwatertemperatuur
De watertemperatuur aan de wateruitgang van de
warmtepomp.
Dealer
Verdeler die het product verkoopt.
Erkende installateur
Technisch bekwame persoon met een erkenning om het
product te installeren.
Gebruiker
Persoon die de eigenaar is van het product en/of die het
product gebruikt.
Geldende wetgeving
Alle geldende internationale, Europese, nationale en
plaatselijke richtlijnen, wetten, reglementen en/of
voorschriften betreffende een bepaald product of domein.
Onderhoudsbedrijf
Bedrijf dat bevoegd is om de vereiste service voor het
product uit te voeren of te coördineren.
Installatiehandleiding
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het
configureren en het onderhouden van een bepaald product
of een bepaalde toepassing.
Gebruiksaanwijzing
Instructiehandleiding voor een bepaald product of een
bepaalde toepassing waarin wordt uitgelegd hoe het
product of de toepassing moet worden gebruikt.
Accessoires
Labels, handleidingen, informatiefiches, apparatuur en
uitrustingen die met het product worden meegeleverd en
die volgens de instructies in de meegeleverde documentatie
geïnstalleerd moeten worden.
Optionele apparatuur
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en
uitrustingen die met het product volgens de instructies in de
meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden.
Ter plaatse te voorzien
NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die
met het product volgens de instructies in de meegeleverde
documentatie gecombineerd mogen worden.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
34
EGSAH/X06+10DA9W(G)
Daikin Altherma 3 GEO
4P569819-1 – 2019.02
4P569819-1 2019.02
Copyright 2019 Daikin
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.