1.1Over dit document..........................................................................................................................................................4
2 Algemene veiligheidsmaatregelen5
2.1Over de documentatie....................................................................................................................................................5
2.1.1Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..........................................................................................5
3.2Instructies voor veilig gebruik.........................................................................................................................................8
4.2Over de gebruikersinterface........................................................................................................................................... 14
4.2.3Gebruik van de gebruikersinterface............................................................................................................... 16
5 Voor het gebruik17
5.1Overzicht: Voor het gebruik............................................................................................................................................ 17
5.5Over de klok .................................................................................................................................................................... 18
5.6Helderheid van het scherm van de binnenunit.............................................................................................................. 19
5.6.1Helderheid van het scherm van de binnenunit instellen .............................................................................. 19
6.3Bedrijfsstand en temperatuurinstelpunt........................................................................................................................ 22
6.3.1Het systeem starten/stoppen en de temperatuur instellen ......................................................................... 23
6.8Powerful en Heat plus..................................................................................................................................................... 27
6.8.2Heat plus ......................................................................................................................................................... 28
6.8.3Powerful en Heat plus starten/stoppen......................................................................................................... 28
6.9Econo en geluidsarme stand buitenunit ........................................................................................................................ 29
6.9.2Geluidsarme stand buitenunit ....................................................................................................................... 29
6.9.3Econo en geluidsarme stand buitenunit starten/stoppen ............................................................................ 29
6.10Werking van de Flash Streamer (luchtzuivering) ........................................................................................................... 30
6.10.1Werking van de Flash Streamer (luchtzuivering) starten/stoppen ............................................................... 30
6.14.3Blokkering koel-/verwarmingsstand in multi-systeem .................................................................................. 43
7 Energie besparen en optimale werking44
8 Onderhoud en service46
8.1Overzicht: onderhoud en service ................................................................................................................................... 46
8.2Binnenunit en gebruikersinterface schoonmaken......................................................................................................... 47
8.4Over de luchtfilters ......................................................................................................................................................... 49
8.10Voorpaneel weer aanbrengen ........................................................................................................................................ 51
8.11Aandachtspunten voor een lange periode van stilstand ............................................................................................... 52
9 Opsporen en verhelpen van storingen53
9.1Problemen oplossen voor de verbinding met het draadloos netwerk.......................................................................... 55
9.2Symptomen die geen storingen van het systeem zijn ................................................................................................... 56
9.2.1Symptoom: De temperatuur van de uitgeblazen lucht is niet hoog genoeg bij Heat plus ........................... 56
9.2.2Symptoom: U hoort een geluid zoals stromend water ................................................................................. 56
9.2.3Symptoom: U hoort een blaasgeluid ............................................................................................................. 56
9.2.4Symptoom: U hoort een tikgeluid .................................................................................................................. 56
9.2.5Symptoom: U hoort een fluitgeluid ............................................................................................................... 56
9.2.6Symptoom: U hoort een klikgeluid terwijl de unit werkt of stilstaat ............................................................ 57
9.2.7Symptoom: U hoort een klapgeluid ............................................................................................................... 57
9.2.8Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit) ............................................................................ 57
9.2.9Symptoom: De units geven een geur af......................................................................................................... 57
9.2.10Symptoom: De ventilator van de buitenunit draait terwijl de airconditioner niet wordt gebruikt.............. 57
9.2.11Symptoom: Ventilatorsnelheid stemt niet overeen met het instelpunt ....................................................... 57
9.3Problemen op basis van storingscodes oplossen........................................................................................................... 58
Onze welgemeende dank voor de aankoop van dit product. Verzoek:
▪ Bewaar de documentatie voor latere raadpleging.
Bedoeld publiek
Eindgebruikers
INFORMATIE
Dit apparaat is bedoeld om in werkplaatsen, in de lichte industrie en in boerderijen
door deskundige of geschoolde gebruikers gebruikt te worden of, in de handel en in
huishoudens, door niet gespecialiseerde personen.
Documentatieset
Dit document is een onderdeel van een documentatieset. De volledige set omvat:
▪ Algemene veiligheidsmaatregelen:
- Veiligheidsinstructies die u moet lezen vooraleer uw systeem te bedienen
- Formaat: Papier (in de doos van de binnenunit)
▪ Gebruiksaanwijzing:
- Snelle gids voor basisgebruik
- Formaat: Papier (in de doos van de binnenunit)
▪ Uitgebreide handleiding voor de gebruiker:
- Gedetailleerde stap per stap instructies en achtergrondinformatie voor basis-
en gevorderd gebruik
- Formaat: Digitale bestanden op http://www.daikineurope.com/support-and-
manuals/product-information/
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op de regionale
Daikin-website of via uw installateur beschikbaar zijn.
De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle andere talen zijn
vertalingen.
Leef de volgende veiligheidsinstructies en -voorschriften te allen tijde na.
3.1 Algemeen
WAARSCHUWING
Indien u twijfels heeft over de bediening van de unit, neem
contact op met uw dealer.
WAARSCHUWING
Kinderen vanaf een leeftijd van 8 jaar en personen met
verminderde fysieke, zintuiglijke of mentale mogelijkheden
of een gebrek aan ervaring en kennis kunnen dit apparaat
alleen gebruiken als het gebruik van het apparaat werd
uitgelegd door een persoon die instaat voor hun veiligheid.
Kinderen mogen NIET met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud door de gebruiker mag NIET
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de unit.
VOORZICHTIG
▪ Plaats GEEN voorwerpen, apparatuur of uitrustingen
Dit betekent dat u GEEN elektrische en elektronische producten mag mengen
met ongesorteerd huishoudelijk afval. Probeer het systeem NIET zelf te
ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en het behandelen van het
koelmiddel, van olie en van andere onderdelen moeten door een erkende
installateur conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden.
De units moeten voor hergebruik, recyclage en terugwinning bij een
gespecialiseerd behandelingsbedrijf worden behandeld. Door ervoor te zorgen
dat dit product op de juiste manier wordt weggeworpen, draagt u bij tot het
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
7
3 | Veiligheidsinstructies voor de gebruiker
voorkomen van mogelijke negatieve gevolgen voor milieu en menselijke
gezondheid. Voor meer informatie, contacteer uw installateur of de plaatselijke
overheid.
▪ Batterijen dragen het volgende symbool:
Dit betekent dat de batterijen NIET met ongesorteerd huishoudelijk afval
gemengd mogen worden. Indien onder het symbool een scheikundig symbool
afgebeeld staat, betekent dit scheikundig symbool dat de batterij een zwaar
metaal bevat boven een bepaalde concentratie.
Mogelijke chemische symbolen: Pb: lood (>0,004%).
Lege batterijen moeten voor hergebruik door een gespecialiseerde installatie
worden verwerkt. Door ervoor te zorgen dat wegwerpbatterijen op de juiste
manier worden weggeworpen, helpt u mogelijke negatieve gevolgen voor milieu
en menselijke gezondheid te voorkomen.
3.2 Instructies voor veilig gebruik
WAARSCHUWING: MATIG ONTVLAMBAAR MATERIAAL
Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar.
VOORZICHTIG
De binnenunit bevat radio-apparatuur; houd een afstand
van minimaal 30 cm tussen het stralingsgedeelte van de
apparatuur en de gebruiker.
VOORZICHTIG
Steek GEEN vingers, stokken of andere voorwerpen in de
luchtinlaat of -uitlaat. Wanneer de ventilator met hoge
snelheid draait, zou dit letsels veroorzaken.
WAARSCHUWING
▪ Wijzig, demonteer, verwijder, herinstalleer of repareer
de unit NIET zelf aangezien een verkeerde demontage of
installatie een elektrische schok of brand kan
veroorzaken. Neem contact op met uw dealer.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
8
▪ Zorg dat er geen open vlammen zijn in het geval van een
koelmiddellek. Het koelmiddel zelf is helemaal veilig,
niet-giftig en matig ontvlambaar, maar er zal wel een
giftig gas vrijkomen wanneer het koelmiddel per
ongeluk lekt in een kamer met lucht van een
ventilatorkachel, gasfornuis, enz. Laat de reparatie van
een lek altijd controleren door erkend servicepersoneel
voordat u de unit weer in gebruik neemt.
▪ Regel de hoek van de horizontale klep ALLEEN met een
gebruikersinterface. Wanneer u de horizontale klep met
de hand verplaatst terwijl ze draait, geraakt het
mechanisme defect.
▪ Verander de stand van de verticale kleppen voorzichtig.
In de luchtuitlaat draait een ventilator met hoge
snelheid.
VOORZICHTIG
Stel kleine kinderen, planten of dieren NOOIT rechtstreeks
bloot aan de luchtstroom.
WAARSCHUWING
Plaats GEEN voorwerpen die nat kunnen worden onder de
binnenunit en/of buitenunit. Anders kunnen condensatie
op de unit of de koelmiddelleidingen, vuil op het luchtfilter
of een verstopte afvoer druppelend water veroorzaken,
waardoor voorwerpen onder de unit kunnen vuil worden
of schade oplopen.
WAARSCHUWING
Zet GEEN brandbare sprays bij de airconditioner en
gebruik GEEN sprays in de buurt van de unit. Anders kan er
brand ontstaan.
VOORZICHTIG
Gebruik het systeem NIET wanneer een rookvormig
insecticide in de ruimte wordt verspreid. Anders zouden de
chemische stoffen zich in de unit kunnen ophopen, met
gevaar voor de gezondheid van mensen die overgevoelig
zijn voor chemische stoffen.
Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt
normaal NIET. Als het koelmiddel in de kamer lekt en in
contact komt met vuur van een brander, een verwarming
of een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een
schadelijk gas worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit,
verlucht de kamer en neem contact op met de dealer waar
u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit NIET totdat iemand van de servicedienst
heeft bevestigd dat het deel met het koelmiddellek
gerepareerd is.
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de
koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of
manieren om het ontdooien te versnellen dan die
aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos
is.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder
ontstekingsbronnen die voortdurend branden
(bijvoorbeeld: open vuur, een draaiend gastoestel of een
draaiende elektrische verwarming).
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Wanneer u de airconditioner of het luchtfilter wilt
schoonmaken, moet u de unit eerst stilleggen en alle
voedingen uitschakelen. Anders dreigt u elektrische
schokken en letsel op te lopen.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
10
WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de unit.
Controleer na langdurig gebruik of de staander en
bevestiging niet beschadigd zijn. Bij beschadiging dreigt de
unit te vallen en letsel te veroorzaken.
VOORZICHTIG
Raak de lamellen van de warmtewisselaar NIET aan. Deze
lamellen zijn scherp en kunnen snijwonden veroorzaken.
WAARSCHUWING
Verkeerde schoonmaakproducten of een verkeerde
manier van schoonmaken kan plastic onderdelen
beschadigen of waterlekken veroorzaken. Spatten van
schoonmaakproducten op elektrische componenten (bv.
motoren) kan een defect, rook of brand veroorzaken.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
Leg de unit stil, schakel de stroomonderbreker uit of trek
het netsnoer uit alvorens de unit schoon te maken. Anders
kunt u een elektrische schok of een letsel oplopen.
WAARSCHUWING
Laat de binnenunit NIET nat worden. Mogelijk gevolg:
Elektrische schokken of brand.
VOORZICHTIG
Wees voorzichtig met het voorpaneel; de scherpe rand van
het voorpaneel kan letsels veroorzaken.
WAARSCHUWING
Stop de werking en schakel de voeding uit als er zich iets
abnormaals voordoet (brandgeur, enz.).
Als u de unit onder dergelijke omstandigheden laat
werken, kan dit leiden tot een defect, elektrische schok of
brand. Neem contact op met uw dealer.
Het koelmiddel in deze unit is weinig ontvlambaar.
VOORZICHTIG
De binnenunit bevat radio-apparatuur; houd een afstand van minimaal 30cm tussen
het stralingsgedeelte van de apparatuur en de gebruiker.
OPMERKING
Gebruik het systeem NIET voor andere doeleinden. Gebruik de unit NIET voor het
koelen van precisie-instrumenten, voedsel, planten, dieren of kunstwerken, om te
voorkomen dat de kwaliteit ervan wordt aangetast.
VOORZICHTIG
Steek GEEN vingers, stokken of andere voorwerpen in de luchtinlaat of -uitlaat.
Wanneer de ventilator met hoge snelheid draait, zou dit letsels veroorzaken.
INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70dBA.
WAARSCHUWING
▪ Wijzig, demonteer, verwijder, herinstalleer of repareer de unit NIET zelf
aangezien een verkeerde demontage of installatie een elektrische schok of brand
kan veroorzaken. Neem contact op met uw dealer.
▪ Zorg dat er geen open vlammen zijn in het geval van een koelmiddellek. Het
koelmiddel zelf is helemaal veilig, niet-giftig en matig ontvlambaar, maar er zal
wel een giftig gas vrijkomen wanneer het koelmiddel per ongeluk lekt in een
kamer met lucht van een ventilatorkachel, gasfornuis, enz. Laat de reparatie van
een lek altijd controleren door erkend servicepersoneel voordat u de unit weer in
gebruik neemt.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
12
a Voorpaneel
b Luchtfilter
c 2× titaniumapatiet luchtzuiveringsfilter
d Luchtuitlaat
e Klep (horizontale klep)
f Signaalontvanger voor gebruikersinterface
g ON/OFF-knop, Daikin-Eye en timerlampje
h Luchtinlaat
Als er geen gebruikersinterface is, kunt u de unit starten/stoppen met de AAN/UITknop op de binnenunit. Wanneer de unit met deze knop wordt gestart, worden de
volgende instellingen gebruikt:
▪ Bedrijfsstand = Automatisch
▪ Temperatuurinstelling = 25°C
▪ Luchtstroomsnelheid = Automatisch
4.1.1 Daikin-Eye lampje
De kleur van het Daikin-Eye verandert met de werking.
4 | Over het systeem
i Verticale kleppen
j Kamertemperatuursensor
a ON/OFF-toets
b Daikin-Eye
WerkingKleur Daikin-Eye
AutomatischRood/blauw
DrogenGroen
KoelenBlauw
VerwarmenRood
Alleen ventilatorWit
TimerbedrijfOranje
(a)
Wanneer de werking met de uit-/inschakeltimer of de weektimer is ingesteld, licht het
Daikin-Eye af en toe oranje op. Na een 10-tal minuten oranje oplichten krijgt het
3minuten weer de kleur van de bedrijfsstand. Voorbeeld: Wanneer tijdens het koelen de
timer wordt ingesteld, licht het Daikin-Eye 10seconden op, waarna het 3minuten blauw
wordt.
(a)
Het Daikin-Eye kan er minder goed uitzien als de beschermingsfilm niet is
verwijderd. Verwijder de beschermingsfilm als dit nog niet is gedaan bij de
installatie.
INFORMATIE
Verwijder de beschermingsfilm voorzichtig om schade aan de klever eronder te
voorkomen.
▪ op het scherm geeft aan dat de batterij bijna leeg is.
▪ Vervang ALTIJD beide batterijen tegelijk.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
17
5 | Voor het gebruik
cba
2×
5.4 Houder gebruikersinterface monteren
a Gebruikersinterface
b Schroeven (lokaal te voorzien)
c Houder gebruikersinterface
1Kies een plaats binnen het bereik van de unit.
2Maak de houder van de gebruikersinterface (accessoire) met 2 M3×20L
schroeven (lokaal te voorzien) vast tegen de muur of een gelijkaardige locatie.
3Plaats de gebruikersinterface in de houder.
5.5 Over de klok
5.5.1 Klok instellen
Als de interne klok van de binnenunit NIET op de juiste tijd is ingesteld, werken de
inschakel-, uitschakel en weektimer niet juist. Stel de klok opnieuw in:
▪ Nadat een onderbreker de unit heeft uitgeschakeld.
▪ Na een stroompanne.
▪ Na het vervangen de batterijen in de gebruikersinterface.
Let op: Als de tijd niet is ingesteld, knipperen , en .
1Druk op .
Gevolg: en knipperen
2Druk op of om de huidige dag van de week in te stellen.
Het systeem starten/stoppen en de
temperatuur instellen:
▪ In de stand verwarmen en koelen, een kamer
verwarmen of koelen.
▪ In de stand alleen ventilator, lucht in een
kamer blazen zonder te verwarmen of te
koelen.
▪ In de stand drogen, de vochtigheidsgraad in
een kamer verlagen.
▪ In de automatische stand wordt de gepaste
bedrijfsstand automatisch geselecteerd op
basis van de ingestelde temperatuur.
De uitblaasrichting regelen (draaien of vaste
stand).
De hoeveelheid in de kamer geblazen lucht
regelen.
Om allergenen in de lucht zoals pollen of
hulpstoffen te verwijderen en de lucht in de
kamer te zuiveren.
Econo
Geluidsarme stand
buitenunit
Automatische keuze
luchtuitlaat
Alleen luchtuitlaat boven
Vloer verwarmen
Heat plus
Het systeem gebruiken wanneer u ook andere
grote stroomverbruikers gebruikt.
Energie besparen.
Verlaagt het geluidsniveau van de buitenunit.
Voorbeeld: 's Nachts.
De unit automatisch de beste luchtuitlaat laten
kiezen op basis van de bedrijfsstand of de
kameromstandigheden. Deze functie is in de
fabriek als de standaard en aanbevolen instelling
ingesteld.
De lucht alleen langs de luchtuitlaat boven laten
komen, ongeacht de bedrijfsstand of de
kameromstandigheden.
De lucht alleen uit de luchtuitlaat onder laten
komen. Gebruik deze functie wanneer u de
warme lucht niet rechtstreeks wil voelen.
De temperatuur van de uitgeblazen lucht
verhogen. De temperatuur van de uitgeblazen
lucht is hoger dan bij de normale verwarming.
Deze functie wordt aanbevolen wanneer u het
warmer wil hebben.
Schakelt het systeem op wekelijkse basis
automatisch in of uit.
Extra functies
DraadloosnetwerkverbindingVoor het gebruik van de unit met smart
toestellen.
6.3 Bedrijfsstand en temperatuurinstelpunt
Wanneer. Stel de bedrijfsstand van het systeem in en stel de temperatuur in
wanneer u wil:
▪ Een kamer verwarmen of koelen
▪ Lucht in een kamer blazen zonder te verwarmen of te koelen
▪ De vochtigheidsgraad in een kamer verlagen
Wat. De werking van het systeem verschilt naar gelang van de selectie van de
gebruiker.
InstellingBeschrijving
Automatisch
Het systeem koelt of verwarmt een kamer tot
op het temperatuurinstelpunt. Het schakelt
indien nodig automatisch om tussen koelen en
verwarmen.
Drogen
Het systeem verlaagt de vochtigheid in een
kamer.
Verwarmen
Het systeem verwarmt een kamer tot op het
temperatuurinstelpunt.
Koelen
Het systeem koelt een kamer tot op het
temperatuurinstelpunt.
Ventilator
Het systeem regelt alleen de luchtstroom
(luchtstroomsnelheid en uitblaasrichting).
Het systeem regelt de temperatuur NIET.
Bijkomende informatie:
▪ Buitentemperatuur. Het koel- of verwarmingsvermogen van het systeem neemt
af bij een te hoge, respectievelijk te lage buitentemperatuur.
▪ Ontdooien. Bij het verwarmen kan er ijs worden gevormd op de buitenunit,
waardoor het verwarmingsvermogen afneemt. In dat geval schakelt het systeem
automatisch over naar ontdooien om het ijs te verwijderen. Bij het ontdooien
blaast de binnenunit GEEN warme lucht uit.
▪ Als de unit het temperatuurinstelpunt in de stand koelen of verwarmen heeft
bereikt, stopt de ventilator met draaien.
▪ In de droogstand kan de luchtstroomsnelheid NIET worden ingesteld.
▪ Het luchtdebiet in de stand automatisch luchtdebiet wordt ingesteld op basis van
de kamertemperatuur; in sommige gevallen kan dit lager zijn dan bij de
fluisterstille stand binnenunit en de werking kan luider worden als u dan de
fluisterstille stand binnenunit inschakelt.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
23
6 | Functie
a
6.4.1 Luchtstroomsnelheid regelen
6.5 Uitblaasrichting
1Druk op om de luchtinstelling als volgt te veranderen:
Wanneer. Stel de uitblaasrichting in naar wens.
Wat. Het systeem blaast de lucht uit in de door de gebruiker ingestelde richting.
InstellingWeergevenUitblaasrichting
Verticaal
automatisch draaien
Horizontale
uitblaasrichting
a Bereik van de kleppen
VOORZICHTIG
▪ Regel de hoek van de horizontale klep ALLEEN met een gebruikersinterface.
Wanneer u de horizontale klep met de hand verplaatst terwijl ze draait, geraakt
het mechanisme defect.
▪ Verander de stand van de verticale kleppen voorzichtig. In de luchtuitlaat draait
een ventilator met hoge snelheid.
INFORMATIE
Bij verticaal automatisch draaien blijven de kleppen in de bovenste stand staan als
het luchtdebiet laag wordt.
De horizontale kleppen draaien of blijven
stilstaan.
[—]De stand van de verticale kleppen wordt met
de hand ingesteld.
6.5.1 Verticale uitblaasrichting regelen
6.5.2 Verticale kleppen regelen
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
24
1Druk op .
Gevolg: verschijnt op het scherm. De horizontale kleppen beginnen te
draaien.
2Om de horizontale kleppen niet meer te laten bewegen, druk op
wanneer zij de gewenste stand hebben bereikt.
Gevolg: verdwijnt van het scherm. De horizontale kleppen stoppen.
1Verander de stand van de horizontale kleppen met de gebruikersinterface om
gemakkelijk bij de knoppen op de verticale kleppen te komen.
2Houd de knoppen vast en beweeg ze een beetje omhoog.
3Houd de knoppen vast en verander naar de gewenste stand links of rechts.
Wanneer de unit in een hoek van een kamer is geïnstalleerd, mogen de verticale
kleppen niet naar een muur gericht zijn. De unit zal minder efficiënt werken als de
lucht wordt geblokkeerd door een muur.
Laat met deze functie de unit de luchtuitlaat automatisch kiezen of stel de
luchtuitlaat boven alleen in. De standaardinstelling is automatische keuze van de
luchtuitlaat.
InstellingWeergevenUitblaasrichting
Automatische keuze
luchtuitlaat
De unit kiest de beste luchtuitlaat
automatisch op basis van de bedrijfsstand of
de kameromstandigheden.
Alleen luchtuitlaat
boven
De lucht wordt langs de luchtuitlaat boven
uitgeblazen, ongeacht de bedrijfsstand of de
kameromstandigheden.
In deze stand kan de unit grote vloeroppervlakken efficiënt verwarmen door de
luchtuitlaat boven te sluiten en het luchtdebiet te verhogen om ook verderaf
gelegen delen van de vloer te bereiken.
6 | Functie
Normale werkingVloerverwarming
INFORMATIE
▪ Vloer verwarmen kan alleen in de verwarmingsstand en met automatische keuze
van de luchtuitlaat worden gebruikt.
▪ Bij een lage kamertemperatuur kan het gebeuren dat de kamer niet warm
genoeg wordt.
6.7.1 Vloer verwarmen starten/stoppen
Voorwaarde: Deze instelling is alleen mogelijk in de verwarmingsstand en met
automatische keuze van de luchtuitlaat.
1Druk op .
Gevolg: wordt weergegeven op het scherm en de unit begint te werken.
2Druk op om de werking te stoppen.
Gevolg: verdwijnt van het scherm en de werking stopt.
6.8 Powerful en Heat plus
6.8.1 Powerful-functie
Deze functie maximaliseert snel het koel-/verwarmingseffect in een willekeurige
stand. U krijgt het maximale vermogen.
StandLuchtstroomsnelheid
Koelen/verwarmen▪ Om het koel-/verwarmingseffect te
maximaliseren, wordt het vermogen
van de buitenunit verhoogd.
Alleen ventilatorDe luchtstroomsnelheid wordt ingesteld
op de maximale stand.
INFORMATIE
▪ Powerful kan niet worden gecombineerd met Heat plus, vloer verwarmen, Econo
en geluidsarme stand buitenunit. De laatst geselecteerde functie heeft voorrang.
▪ De Powerful-functie vergroot het vermogen van de unit NIET als de unit al op
maximaal vermogen draait.
Deze functie verhoogt de temperatuur van de lucht die uit de unit komt. De
temperatuur van de uitgeblazen lucht is hoger dan bij de normale verwarming.
Gebruik deze functie wanneer u het warmer wil hebben. Deze functie werkt
gedurende 30minuten.
INFORMATIE
▪ Deze functie kan worden gebruikt bij verwarmen of koelen.
▪ Bij een lage kamertemperatuur kan het gebeuren dat de kamer niet warm
genoeg wordt.
▪ Blijf NIET lang direct in de uitgeblazen lucht dichtbij de luchtuitlaat staan.
▪ Na het aflopen van de HEAT PLUS functie kan de intensiteit tijdelijk worden
verlaagd, afhankelijk van de ingestelde temperatuur voor verwarmen.
▪ Bij een multi-systeem kan de temperatuur van de uitgeblazen lucht onvoldoende
hoog zijn.
6.8.3 Powerful en Heat plus starten/stoppen
1Druk één of meerdere keren op om de werking te selecteren.
Gevolg: De instelling verandert als volgt.
WeergevenWerking
Krachtig
Heat plus
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
28
—Beide uitgeschakeld
▪ De Powerful-functie werkt 20 minuten; hierna gaat het systeem verder in de
eerder ingestelde stand.
▪ De Heat plus functie werkt 30 minuten; hierna gaat het systeem verder in de
vorige stand.
2Druk op tot beide symbolen op het scherm van de gebruikersinterface
Let op: Powerful en Heat plus kunnen alleen worden ingesteld wanneer de unit
draait. Druk op om deze stand te annuleren; en verdwijnen van het
scherm.
6.9 Econo en geluidsarme stand buitenunit
6.9.1 Econo-functie
Dit is een functie die een efficiënte werking mogelijk maakt door het maximale
stroomverbruik te beperken. Deze functie is nuttig voor gevallen waarbij een
stroomonderbreker zou worden geactiveerd wanneer het product samen met
andere toestellen wordt gebruikt.
INFORMATIE
▪ Powerful, Heat plus, vloer verwarmen en Econo kunnen NIET tegelijk worden
gebruikt. De laatst geselecteerde functie heeft voorrang.
▪ Econo is alleen beschikbaar bij automatisch, koelen, verwarmen en drogen.
▪ De Econo-functie beperkt de draaisnelheid van de compressor om het
stroomverbruik van de buitenunit te verlagen. Als het stroomverbruik al laag is,
verlaagt de Econo-functie dit niet verder.
6 | Functie
6.9.2 Geluidsarme stand buitenunit
Gebruik de geluidsarme stand van de buitenunit om het geluidsniveau van de
buitenunit te verlagen. Voorbeeld: 's Nachts.
INFORMATIE
▪ Powerful, Heat plus, vloer verwarmen en geluidsarme stand buitenunit kunnen
NIET tegelijk worden gebruikt. De laatst geselecteerde functie heeft voorrang.
▪ De geluidsarme stand buitenunit is alleen beschikbaar bij automatisch, koelen en
verwarmen.
▪ De geluidsarme stand van de buitenunit beperkt de draaisnelheid van de
compressor. Als de draaisnelheid van de compressor al laag is, verlaagt de
geluidsarme stand van de buitenunit de draaisnelheid van de compressor NIET
verder.
6.9.3 Econo en geluidsarme stand buitenunit starten/stoppen
6.10 Werking van de Flash Streamer (luchtzuivering)
6.10.1 Werking van de Flash Streamer (luchtzuivering) starten/stoppen
2Druk op tot beide symbolen op het scherm van de gebruikersinterface
verdwijnen om te stoppen.
Let op: Econo kan alleen worden ingesteld wanneer de unit draait. Druk op om
de instelling te annuleren en verdwijnt van het scherm.
Let op: blijft op het scherm staan, ook wanneer de unit wordt uitgeschakeld
met de gebruikersinterface of de ON/OFF-schakelaar van de binnenunit.
INFORMATIE
▪ De elektronen blijven in de unit om een veilige werking te garanderen.
▪ De Streamer kan een zoemend geluid maken.
▪ Als er weinig lucht wordt uitgeblazen, kan de Streamer even stoppen om een
ozongeur te voorkomen.
Voorwaarde: Controleer of de unit draait ( op het scherm van de
gebruikersinterface).
1Druk op .
Gevolg: wordt weergegeven op het scherm en de lucht in de kamer wordt
gezuiverd wanneer de unit draait.
2Druk op om de werking te stoppen.
Gevolg: verdwijnt van het scherm en de werking stopt.
6.11 In-/uitschakeltimer
Timerfuncties zijn nuttig om de airconditioner 's nachts of 's ochtends automatisch
uit of in te schakelen. De in- en uitschakeltimer kunnen ook worden gecombineerd.
Er zijn twee soorten instellingen van uit-/inschakeltimer:
INFORMATIE
▪ De Flash Streamer kan worden ingesteld zowel wanneer de unit in- of
uitgeschakeld is, maar begint pas te werken wanneer de unit draait.
▪ Wanneer u dit instelt wanneer de unit NIET draait, staat op het scherm van de
gebruikersinterface, maar begint de werking nog NIET.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
30
▪ 24-uurs uit-/inschakeltimer (standaard). Op het ingestelde tijdstip stopt/begint
de unit de werking. Voorbeeld: De inschakeltimer is ingesteld op 13:30, de unit
begint dan om 13:30 te draaien.
▪ 12-uurs aflopende uit-/inschakeltimer. Na het ingestelde aantal uur stopt/
begint de unit de werking. Voorbeeld: De inschakeltimer is om 10:30 ingesteld
op 3 uur, de unit begint dan om 13:30 te draaien.
Let op: Deze twee timers kunnen niet worden gecombineerd.
1Houd of een 5-tal seconden ingedrukt; laat de knop los
wanneer knippert.
Gevolg:
Voor de uitschakeltimer verschijnt op het scherm en knippert
, en de dag van de week verdwijnen van het scherm.
Voor de inschakeltimer verschijnt op het scherm en knippert .
en de dag van de week verdwijnen van het scherm.
2Druk op of om de tijdinstelling te veranderen. De timer kan tussen 1 en
12 uur worden ingesteld. Bij elke druk op de knop gaat de tijdinstelling met
1uur omhoog of omlaag.
Werking
wanneer…
begint om 14:00.
de unit NIET draait. Begint om 14:00.
Timerweergavestanden combineren
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
32
3Druk op of om de instelling te bevestigen.
Gevolg: en/of en de ingestelde tijd worden weergegeven op het scherm.
Het Daikin-Eye licht oranje op. De tijd op het scherm wordt om het uur
automatisch met 1 uur verminderd.
Voorbeeld: Als de uitschakeltimer op 3 uur is ingesteld, dan verandert de tijd op
het scherm als volgt: 3hr → 2hr → 1hr → blanco (UIT)
4Om de instelling weer op 24-uurs uit-/inschakeltimer in te stellen, herhaal
stap1 in het thuisscherm wanneer en/of NIET knipperen.
5Druk op om de timerinstelling te annuleren.
Verschillende weergavestanden (24-uurs en 12-uurs aflopende uit-/inschakeltimer)
kunnen tegelijk voor de uitschakeltimer en de inschakeltimer worden gebruikt.
Let op: Als de timerinstelling actief is, wordt de huidige tijd NIET op het scherm
weergegeven.
INFORMATIE
Gebruik de weektimerinstelling niet tegelijk met de weektimer van de Daikin
Residential Controller app. Beide instellingen zijn onafhankelijk van elkaar. Gebruik er
slechts één van.
Met deze functie kunt u tot 4 timerinstellingen voor elke dag van de week opslaan.
Voorbeeld: Maak een instelling aan voor maandag tot vrijdag en een andere
instelling voor de weekends.
Dag van de weekVoorbeeld van instelling
maandag
▪ Maak tot 4instellingen.
dinsdag~vrijdag
▪ Gebruik de kopieerfunctie als
de instellingen dezelfde zijn als
voor maandag.
zaterdag
—
▪ Geen timerinstelling
zondag
▪ Maak tot 4instellingen.
▪ AAN-AAN-AAN-AAN-instelling. Maakt het mogelijk om de bedrijfsstand en de
temperatuur te programmeren.
▪ UIT-UIT-UIT-UIT-instelling. Alleen de uitschakeltijd kan voor elke dag worden
Let op: Richt de gebruikersinterface op de binnenunit en controleer of u bij het
instellen van de weektimer een ontvangsttoon hoort.
INFORMATIE
De klok MOET juist worden ingesteld voordat u een timerfunctie gebruikt. Zie
"5.5.1Klok instellen"[418].
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
33
6 | Functie
6.12.1 Weektimer instellen
INFORMATIE
▪ Weektimer en uit-/inschakeltimer kunnen NIET tegelijk worden gebruikt. De uit-/
inschakeltimer heeft voorrang. De weektimer gaat in stand-by,
verdwijnt van het scherm. Wanneer de uit-/inschakeltimer afgelopen is, wordt de
weektimer actief.
▪ De dag van de week, uit-/inschakeltimer, tijd en temperatuur (alleen voor
inschakeltimer) kunnen met de weektimer worden ingesteld. Andere instellingen
zijn gebaseerd op vorige instellingen van de inschakeltimer.
1Druk op .
Gevolg: De dag van de week en het reserveringsnummer van de huidige dag
worden weergegeven.
2Druk op of om de dag van de week en het reserveringsnummer te
selecteren.
3Druk op .
Gevolg: De dag van de week is ingesteld. en knipperen.
4Druk op of om de stand te selecteren.
Gevolg: De instelling verandert als volgt:
WeergevenFunctie
Inschakeltimer
Uitschakeltimer
BlancoReservering verwijderen
5Druk op .
Gevolg: De uit-/inschakeltimerstand wordt ingesteld. en de tijd
knipperen.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
34
Let op: Druk op om terug te keren naar het vorige scherm. Als blanco is
geselecteerd, ga verder naar stap 9.
6Druk op of om de tijd te selecteren. De tijd kan worden ingesteld op
0:00~23:50 met een interval van 10minuten.
7Druk op .
Gevolg: De tijd is ingesteld en en de temperatuur knipperen.
Gevolg: De geselecteerde reservering wordt verwijderd.
6Druk op om af te sluiten.
Gevolg: De overblijvende reserveringen zijn actief.
Reserving voor elke dag van de week verwijderen
Gebruik deze functie om alle reserveringen voor een dag van de week te
verwijderen. Dit kan worden gebruikt in de bevestigings- of de instelstand.
1Druk op .
2Druk op of om de te verwijderen dag van de week te selecteren.
3Houd ongeveer 5seconden ingedrukt.
Gevolg: Alle reserveringen voor de geselecteerde dag worden verwijderd.
4Druk op om af te sluiten.
Gevolg: De overblijvende reserveringen zijn actief.
6 | Functie
Alle reserveringen verwijderen
Gebruik deze functie om alle reserveringen voor alle dagen van de week in één
keer te verwijderen. Deze procedure kan NIET in de instelstand worden gebruikt.
1Houd in de standaardweergave ongeveer 5seconden ingedrukt.
Gevolg: Alle reserveringen worden verwijderd.
6.13 Draadloze LAN-verbinding
De klant staat in voor:
▪ Smartphone of tablet met minimum ondersteunde versie van Android of iOS,
gespecificeerd op http://www.onlinecontroller.daikineurope.com
▪ Internetverbinding en communicatietoestel zoals modem, router, etc.
Wanneer de instelling van de voorrangskamer niet actief of niet aanwezig is
Wanneer meer dan 1 binnenunit werkt, heeft de eerst ingeschakelde unit
voorrang. Zet andere units in dezelfde bedrijfsstand. Anders gaan zij in stand-by en
gaat het Daikin-Eye knipperen (dit duidt NIET op een storing).
Uitzonderingen: Als de eerst ingeschakelde unit op alleen ventilator is ingesteld,
en in de andere kamer verwarmen wordt ingesteld, dan krijgt de op verwarmen
ingestelde unit voorrang. De eerste unit gaat in stand-by en het Daikin-Eye
knippert.
INFORMATIE
▪ Koelen, drogen en alleen ventilator kunnen tegelijk worden gebruikt.
▪ De automatische bedrijfsstand selecteert automatisch koelen of verwarmen,
afhankelijk van de kamertemperatuur en de temperatuurinstelling. Als de
automatische bedrijfsstand op alle units wordt ingesteld, werken alle units in de
stand van de eerst ingeschakelde unit.
Voorrang bij gebruik van geluidsarme stand buitenunit
Zie "6.9.2Geluidsarme stand buitenunit"[429].
1Stel in alle kamers de geluidsarme stand buitenunit in met de
gebruikersinterfaces van de units.
2Om de geluidsarme stand buitenunit uit te schakelen, stopt u de werking in 1
kamer met een gebruikersinterface.
Gevolg: De werking stopt in alle kamers.
andere gebruikersinterfaces staan.
3Om het symbool van de andere gebruikersinterfaces te verwijderen, schakel
de geluidsarme stand buitenunit uit in alle kamers afzonderlijk.
Gevolg: Het symbool
verdwijnt.
Wanneer de instelling van de voorrangskamer actief is
U kunt voor elke kamer een verschillende bedrijfsstand selecteren.
Voorbeeld: Kamer A heeft voorrang, koelen is geselecteerd.
Bedrijfsstand in kamer B en CStatus van kamer B en C
Koelen, drogen of alleen
Actuele bedrijfsstand behouden
ventilator
VerwarmenStand-bystand. De werking wordt hervat
wanneer kamer A stopt met werken.
AutomatischAls het koelen verdergaat. Als
verwarmingsunits in de stand-bystand gaan. De
werking wordt hervat wanneer kamer A stopt
met werken.
blijft op het scherm van de
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
42
Voorrang bij Powerful-functie
Voorbeeld: Kamer A heeft voorrang. Kamer B en C werken.
1 Stel de Powerful-functie in in kamer A.
Gevolg: Het vermogen in kamer A wordt verhoogd. Koelen of verwarmen in kamer
B en C kan iets minder efficiënt zijn.
Voorrang bij gebruik van geluidsarme stand buitenunit
2Stel de geluidsarme stand buitenunit in op één unit.
Gevolg: Alle units worden onmiddellijk in de geluidsarme stand buitenunit
geschakeld.
6.14.2 Fluisterstille nachtstand
De fluisterstille nachtstand moet tijdens de installatie eerst worden
geprogrammeerd. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie. Deze stand verlaagt
het koelvermogen om het lawaai van de buitenunit 'snachts te verminderen.
De fluisterstille nachtstand wordt automatisch ingeschakeld zodra de temperatuur
minstens 5°C onder de hoogst gemeten temperatuur op die dag daalt.
6.14.3 Blokkering koel-/verwarmingsstand in multi-systeem
De blokkering van de koel-/verwarmingsstand kan via de multi-buitenunit worden
ingesteld. Raadpleeg uw erkende dealer voor meer informatie. Bij de blokkering
van de koel-/verwarmingsstand wordt de unit vast ingesteld op koelen of
verwarmen. Schakel deze functie in als u alle in een multi-systeem aangesloten
binnenunits op 1 bedrijfsstand wilt instellen.
6 | Functie
INFORMATIE
De blokkering van de koel-/verwarmingsstand kan NIET tegelijk met de instelling van
de voorrangskamer worden ingeschakeld.
▪ De unit verbruikt ook nog stroom wanneer ze uitgeschakeld is.
▪ Wanneer de stroom wordt hersteld na een stroompanne, werkt de unit verder in
de eerder geselecteerde stand.
VOORZICHTIG
Stel kleine kinderen, planten of dieren NOOIT rechtstreeks bloot aan de luchtstroom.
WAARSCHUWING
Plaats GEEN voorwerpen die nat kunnen worden onder de binnenunit en/of
buitenunit. Anders kunnen condensatie op de unit of de koelmiddelleidingen, vuil op
het luchtfilter of een verstopte afvoer druppelend water veroorzaken, waardoor
voorwerpen onder de unit kunnen vuil worden of schade oplopen.
WAARSCHUWING
Zet GEEN brandbare sprays bij de airconditioner en gebruik GEEN sprays in de buurt
van de unit. Anders kan er brand ontstaan.
VOORZICHTIG
Gebruik het systeem NIET wanneer een rookvormig insecticide in de ruimte wordt
verspreid. Anders zouden de chemische stoffen zich in de unit kunnen ophopen, met
gevaar voor de gezondheid van mensen die overgevoelig zijn voor chemische stoffen.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om voor een optimale werking
van het systeem te zorgen.
▪ Houd bij het koelen rechtstreeks zonlicht uit de kamer met behulp van gordijnen
of jaloezieën.
▪ Zorg ervoor dat de zone goed geventileerd wordt. Blokkeer GEEN
ventilatieopeningen.
▪ Verlucht dikwijls. Zorg bij langdurig gebruik vooral voor verluchting.
▪ Houd deuren en ramen dicht. Als de deuren of ramen open blijven, zal er lucht
uit de kamer stromen, met een kleiner koel- of verwarmeffect tot gevolg.
▪ Koel of verwarm NIET te sterk. Om zuinig om te gaan met energie houdt u de
temperatuurinstelling op een gematigd niveau.
▪ Plaats NOOIT voorwerpen in de buurt van de luchtinlaat of -uitlaat van de unit.
Anders kan het verwarmings-/koeleffect afnemen of het systeem uitgeschakeld
worden.
▪ Schakel de hoofdschakelaar uit wanneer de unit lange tijd niet zal worden
gebruikt. Er wordt immers stroom verbruikt zolang de hoofdschakelaar niet
uitgeschakeld is. Zet de hoofdschakelaar 6 uur voor gebruik aan alvorens de unit
opnieuw op te starten, dit om een vlotte werking te garanderen.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
44
▪ Bij een vochtigheid van meer dan 80% of wanneer de afvoeruitlaat verstopt is,
kan condensvorming optreden.
▪ Pas de kamertemperatuur aan voor een aangename omgeving. Voorkom te sterk
verwarmen of koelen. Het kan even duren alvorens de kamertemperatuur de
ingestelde temperatuur bereikt. U kunt hiervoor de timermogelijkheden
gebruiken.
De installateur moet een jaarlijks onderhoud uitvoeren.
Over het koelmiddel
Dit product bevat gefluoreerde broeikasgassen. Laat de gassen NIET vrij in de
atmosfeer.
Koelmiddeltype: R32
Waarde globaal opwarmingspotentieel (GWP): 675
OPMERKING
De geldende wetgeving met betrekking tot gefluoreerde broeikasgassen vereist dat
de koelmiddelvulling van de unit wordt aangegeven zowel in gewicht als in CO2equivalent.
Formula om de hoeveelheid in CO2-equivalent te berekenen: GWP-waarde
koelmiddel × totale koelmiddelvulling [in kg] / 1000
Neem contact op met uw installateur voor meer informatie.
WAARSCHUWING
Het koelmiddel in de unit is weinig ontvlambaar, maar lekt normaal NIET. Als het
koelmiddel in de kamer lekt en in contact komt met vuur van een brander, een
verwarming of een fornuis, dan kan er brand ontstaan of kan een schadelijk gas
worden gevormd.
Schakel alle verwarmingstoestellen met verbranding uit, verlucht de kamer en neem
contact op met de dealer waar u de unit hebt gekocht.
Gebruik de unit NIET totdat iemand van de servicedienst heeft bevestigd dat het deel
met het koelmiddellek gerepareerd is.
WAARSCHUWING
▪ Doorboor of verbrand GEEN onderdelen van de koelmiddelcyclus.
▪ Gebruik GEEN andere schoonmaakmiddelen of manieren om het ontdooien te
versnellen dan die aanbevolen door de fabrikant.
▪ Denk eraan dat het koelmiddel in het systeem geurloos is.
WAARSCHUWING
Het toestel wordt opgeslagen in een ruimte zonder ontstekingsbronnen die
voortdurend branden (bijvoorbeeld: open vuur, een draaiend gastoestel of een
draaiende elektrische verwarming).
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
46
OPMERKING
Dit onderhoud MOET worden uitgevoerd door een erkend installateur of een
servicetechnicus.
Laat het onderhoud minstens één keer per jaar uitvoeren. De geldende wetgeving
kan evenwel kortere onderhoudsintervallen vereisen.
Wanneer u de airconditioner of het luchtfilter wilt schoonmaken, moet u de unit
eerst stilleggen en alle voedingen uitschakelen. Anders dreigt u elektrische schokken
en letsel op te lopen.
WAARSCHUWING
Om elektrische schokken of brand te vermijden:
▪ Spoel de unit NIET af.
▪ Bedien de unit NIET met natte handen.
▪ Plaats GEEN voorwerpen die water bevatten op de unit.
VOORZICHTIG
Controleer na langdurig gebruik of de staander en bevestiging niet beschadigd zijn.
Bij beschadiging dreigt de unit te vallen en letsel te veroorzaken.
VOORZICHTIG
Raak de lamellen van de warmtewisselaar NIET aan. Deze lamellen zijn scherp en
kunnen snijwonden veroorzaken.
De volgende symbolen kunnen voorkomen op de binnenunit:
SymboolVerklaring
Meet de spanning aan de aansluitklemmen van de condensatoren
van de hoofdkring of elektrische onderdelen vooraleer u een
onderhoud uitvoert.
8.2 Binnenunit en gebruikersinterface schoonmaken
WAARSCHUWING
Verkeerde schoonmaakproducten of een verkeerde manier van schoonmaken kan
plastic onderdelen beschadigen of waterlekken veroorzaken. Spatten van
schoonmaakproducten op elektrische componenten (bv. motoren) kan een defect,
rook of brand veroorzaken.
OPMERKING
▪ Gebruik GEEN benzine, benzeen, verdunner, schuurpoeder of vloeibaar
insecticide. Mogelijk gevolg: Verkleuring en vervorming.
▪ Gebruik GEEN water of lucht van 40°C of warmer. Mogelijk gevolg: Verkleuring
en vervorming.
▪ Gebruik GEEN schuurproducten.
▪ Gebruik GEEN schuurborstel. Mogelijk gevolg: Anders kan de coating er
afkomen.
▪ De eindgebruiker mag NOOIT de interne delen van de unit zelf schoonmaken;
alleen een bevoegde servicemedewerker mag dit doen. Neem contact op met uw
dealer.
Leg de unit stil, schakel de stroomonderbreker uit of trek het netsnoer uit alvorens
de unit schoon te maken. Anders kunt u een elektrische schok of een letsel oplopen.
1Maak schoon met een zachte doek. Gebruik water of een neutraal
schoonmaakmiddel voor moeilijk te verwijderen vlekken.
WAARSCHUWING
Laat de binnenunit NIET nat worden. Mogelijk gevolg: Elektrische schokken of brand.
OPMERKING
▪ Gebruik GEEN benzine, benzeen, verdunner, schuurpoeder of vloeibaar
insecticide. Mogelijk gevolg: Verkleuring en vervorming.
▪ Gebruik GEEN water of lucht van 50°C of warmer. Mogelijk gevolg: Verkleuring
en vervorming.
▪ Schrob NIET te hard wanneer u de lamel wast met water. Mogelijk gevolg:
Anders kan de coating er afkomen.
U kunt het voorpaneel verwijderen om het te reinigen.
VOORZICHTIG
Wees voorzichtig met het voorpaneel; de scherpe rand van het voorpaneel kan
letsels veroorzaken.
1Schuif beide schuifstukken in de richting van de pijlen tot u een klik hoort.
2Open het voorpaneel en maak het touwtje los.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
48
3Verwijder het voorpaneel.
4Veeg het af met een in water gedrenkte zachte doek.
6Voor informatie over het terugplaatsen en sluiten van het voorpaneel, zie
dd
c
b
a
a
"8.10Voorpaneel weer aanbrengen"[451].
8.4 Over de luchtfilters
Als de unit wordt gebruikt met vuile filters kan het filter:
▪ de lucht NIET beter laten ruiken,
▪ de lucht NIET zuiveren,
▪ slecht verwarmen/koelen,
▪ slechte geuren veroorzaken.
8.5 Filters verwijderen
1Verwijder het voorpaneel. Zie "8.3Voorpaneel schoonmaken"[448].
2Verwijder de tabs van het luchtfilter voorzichtig van de klauwen (a) aan de
zijkanten. Houd het luchtfilter vast aan de filterknop (b) en haak de tab van
het luchtfilter los van de klauw (c) bovenaan. Trek het filter omhoog om de
tabs los te maken van de klauwen onderaan (d).
1Haak beide titaniumapatiet luchtzuiveringsfilters op de klauwen (4 per filter).
8 | Onderhoud en service
▪ Gooi het filterframe NIET weg; hergebruik het.
▪ Gooi het oude filter weg bij het niet-brandbaar afval.
2Plaats de tabs van de filters in de klauwen onderaan (d). Houd het luchtfilter
vast aan de filterknop (b) en plaats de tab van het luchtfilter in de klauw (c)
bovenaan. Plaats de tabs van het luchtfilter in de klauwen (a) aan de zijkanten.
Het luchtfilter moet overal goed vastgemaakt zijn.
a Tabs voor klauwen aan zijkant
b Filterknop
c Tab voor klauw aan bovenkant
d Tabs voor klauwen aan onderkant
1Breng het voorpaneel in de groeven van de unit (3 plaatsen) en maak het
touwtje vast.
Uitgebreide handleiding voor de gebruiker
51
8 | Onderhoud en service
2Sluit het voorpaneel en verschuif beide schuifstukken tot u een klik hoort.
3Controleer of het voorpaneel goed is vastgemaakt door op de zijkanten te
duwen.
8.11 Aandachtspunten voor een lange periode van stilstand
Laat de unit enkele uren in de stand alleen ventilator draaien om de binnenkant
van de unit te drogen.
1Druk op en selecteer .
2Druk op en begin de werking.
3Zet de stroomonderbreker uit wanneer de unit stopt.
4Maak de luchtfilters schoon en plaats ze terug op hun oorspronkelijke plaats.
5Verwijder de batterijen uit de gebruikersinterface.
INFORMATIE
Er wordt geadviseerd periodiek onderhoud door een specialist te laten uitvoeren.
Neem contact op met uw dealer voor gespecialiseerd onderhoud. De klant staat in
voor de onderhoudskosten.
In sommige bedrijfsomstandigheden kan de binnenkant van de unit na enkele
seizoenen vuil worden. Dit leidt tot slechte prestaties.
Als zich één van de volgende problemen voordoet, neem dan onderstaande
maatregelen en neem contact op met uw dealer.
WAARSCHUWING
Stop de werking en schakel de voeding uit als er zich iets abnormaals voordoet
(brandgeur, enz.).
Als u de unit onder dergelijke omstandigheden laat werken, kan dit leiden tot een
defect, elektrische schok of brand. Neem contact op met uw dealer.
ALLEEN een erkend servicetechnicus mag het systeem repareren.
StoringMaatregel
Als een beveiliging, zoals bijvoorbeeld een
Schakel de hoofdvoeding UIT.
zekering, een stroomonderbreker of een
aardlekschakelaar, vaak worden geactiveerd, of
als de AAN/UIT-schakelaar NIET goed werkt.
Als water uit de unit lekt.Stop de werking.
De bedrijfsschakelaar werkt NIET naar behoren.Schakel de voeding UIT.
Het Daikin-Eye knippert en u kunt de foutcode
controleren op de gebruikersinterface. Zie
Verwittig uw installateur en
geef hem de foutcode door.
"9.3Problemen op basis van storingscodes
oplossen"[458] voor het weergeven van de
foutcode.
Als het systeem NIET goed werkt, behalve voor de hiervoor vermelde gevallen, en
geen van de vermelde storingen van toepassing is, volg dan de volgende
procedures om na te gaan wat er misloopt.
StoringMaatregel
Als het systeem helemaal
NIET werkt.
▪ Controleer of er geen stroomonderbreking is.
Wacht tot de stroom is hersteld. Als de stroom
tijdens de werking uitvalt, zal het systeem
automatisch herstarten direct nadat de stroom is
hersteld.
Neem contact op met uw installateur als u na controle van alle bovenstaande
punten het probleem niet zelf kunt oplossen. Geef hem de symptomen door, de
volledige modelnaam van de unit (met indien mogelijk ook het fabricagenummer)
en de installatiedatum (mogelijk vermeld op de garantiekaart).
9.1 Problemen oplossen voor de verbinding met het draadloos netwerk
In de volgende tabel vindt u een korte omschrijving over hoe om te gaan met
sommige problemen. Als u hieronder geen oplossing voor uw probleem vindt, ga
dan naar http://www.onlinecontroller.daikineurope.com/ voor meer informatie en
een FAQ.
ProbleemMaatregel
Geen verbinding met het draadloos
netwerk mogelijk (Daikin-Eye knippert
NIET tijdens instellen verbinding
draadloos netwerk).
Na de configuratie van de WLANadapter (WPS-optie) is het draadloos
netwerk NIET zichtbaar in het
overzichtscherm van de unit
(thuisscherm).
Het draadloos netwerk staat NIET in de
lijst met beschikbare wifi-netwerken op
het smart toestel (optie toegangspunt).
▪ Probeer de unit te gebruiken met de
gebruikersinterface.
▪ Controleer of de unit is ingeschakeld.
▪ Schakel de unit uit en weer in.
▪ Het draadloos netwerk moet zich
dicht genoeg bij het
communicatietoestel bevinden.
▪ Controleer of de communicatie OK is.
▪ Controleer of het smart toestel
verbonden is met hetzelfde draadloos
netwerk als het draadloos netwerk.
▪ Stel de instelling weer in op de
fabriekswaarden en voer de instelling
opnieuw uit. Zie
"Verbindingsinstellingen instellen op
de fabriekswaarden"[440].
▪ Probeer te schakelen tussen
toegangspunt en WPS-instelling om
het kanaal te veranderen. Het kanaal
MOET tussen 1 en 13 liggen.
9.2.6 Symptoom: U hoort een klikgeluid terwijl de unit werkt of stilstaat
Dit geluid wordt veroorzaakt door de werking van de regelkleppen van het
koelmiddel of de elektrische onderdelen.
9.2.7 Symptoom: U hoort een klapgeluid
Dit geluid wordt geproduceerd wanneer een extern toestel lucht uit de kamer haalt
(bijv. een afzuigventilator, een dampkap) en de deuren en ramen van de kamer
gesloten zijn. Open de deuren of ramen, of schakel het toestel uit.
9.2.8 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook (binnenunit)
▪ Bij een hoge vochtigheidsgraad tijdens koelen (op vettige of stoffige plaatsen).
Als de binnenkant van een binnenunit extreem vuil is, zal de
temperatuurverdeling in de kamer ongelijk zijn. Daarom is het nodig om de
binnenkant van de binnenunit schoon te maken. Vraag aan uw dealer meer
informatie over het schoonmaken van de unit. Dit is het werk van een erkend
servicetechnicus.
▪ Wanneer de airconditioner na het ontdooien wordt omgeschakeld op
verwarmen. Het vocht dat bij ontdooien werd geproduceerd, wordt in stoom
omgezet en komt vrij.
9.2.9 Symptoom: De units geven een geur af
De unit kan geuren opnemen van kamers, meubilair, sigaretten, enz., en die dan
weer afgeven.
9.2.10 Symptoom: De ventilator van de buitenunit draait terwijl de airconditioner niet wordt
gebruikt
▪ Nadat de unit is gestopt. De ventilator van de buitenunit blijft nog 30 seconden
draaien om het systeem te beveiligen.
▪ Terwijl de airconditioner niet wordt gebruikt. Bij een heel hoge
buitentemperatuur begint de ventilator van de buitenunit te draaien om het
systeem te beveiligen.
9.2.11 Symptoom: Ventilatorsnelheid stemt niet overeen met het instelpunt
▪ Bij koelen met een multi-systeem kan de binnenunit de ventilator met hoge
snelheid laten draaien, ongeacht de gebruikersinstelling, en dit om de
warmtewisselaar van de binnenunit te ontdooien.
▪ In de fluisterstille stand van de binnenunit, bij abnormaal hoge waarden van
zowel de buiten- als de kamertemperatuur, verhoogt de binnenunit de
ventilatorsnelheid om het systeem te beschermen.
Als er een probleem met de unit is, kunt u de storing identificeren aan de hand van
de foutcode op de gebruikersinterface. Het is belangrijk dat u het probleem
begrijpt en maatregelen neemt alvorens de foutcode te resetten. Dit moet worden
gedaan door een erkend installateur of door uw plaatselijke dealer.
INFORMATIE
Zie de onderhouds- en reparatiehandleiding voor:
▪ De volledige lijst van de storingscodes
▪ Een meer gedetailleerde gids voor probleemoplossing voor elke storing
Foutcode op de gebruikersinterface controleren
1Richt de gebruikersinterface op de unit en houd ongeveer 5seconden
ingedrukt.
Gevolg: knippert in het deel van de temperatuurinstelling.
2Richt de gebruikersinterface op de unit en druk enkele keren op tot u
een doorlopende bieptoon hoort.
Gevolg: De code staat nu op het scherm.
INFORMATIE
▪ Een korte bieptoon en 2 opeenvolgende bieptonen geven niet-
overeenstemmende codes aan.
▪ Houd 5seconden ingedrukt om de weergave van de code te annuleren.
De code verdwijnt ook van het scherm als u NIET binnen 1 minuut op de knop
drukt.
Systeem
FoutcodeBeschrijving
Normaal
Te weinig koelmiddel
Overspanningsdetectie
Storing transmissie
Fout signaaltransmissie (tussen binnenunit en buitenunit)
Probeer het systeem NIET zelf te ontmantelen: het ontmantelen van het systeem en
het behandelen van het koelmiddel, van olie en van andere onderdelen MOETEN
conform met de geldende wetgeving uitgevoerd worden. De units MOETEN voor
hergebruik, recyclage en terugwinning bij een gespecialiseerd behandelingsbedrijf
worden behandeld.
Warm water gebruikt, in elk type van gebouw, voor huishoudelijke
doeleinden.
LWT = temperatuur uittredend water
Watertemperatuur aan de wateruitlaat van de unit.
Dealer
Verdeler die het product verkoopt.
Erkende installateur
Technisch bekwame persoon met een erkenning om het product te
installeren.
Gebruiker
Persoon die de eigenaar is van het product en/of die het product gebruikt.
Geldende wetgeving
Alle geldende internationale, Europese, nationale en plaatselijke richtlijnen,
wetten, reglementen en/of voorschriften betreffende een bepaald product
of domein.
11 | Verklarende woordenlijst
Onderhoudsbedrijf
Bedrijf dat bevoegd is om de vereiste service voor het product uit te voeren
of te coördineren.
Installatiehandleiding
Handleiding met instructies betreffende het installeren, het configureren en
het onderhouden van een bepaald product of een bepaalde toepassing.
Gebruiksaanwijzing
Instructiehandleiding voor een bepaald product of een bepaalde toepassing
waarin wordt uitgelegd hoe het product of de toepassing moet worden
gebruikt.
Accessoires
Labels, handleidingen, informatiefiches, apparatuur en uitrustingen die met
het product worden meegeleverd en die volgens de instructies in de
meegeleverde documentatie geïnstalleerd moeten worden.
Optionele apparatuur
Door Daikin gemaakte of goedgekeurde apparatuur en uitrustingen die met
het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie
gecombineerd mogen worden.
Ter plaatse te voorzien
NIET door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product
volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd
mogen worden.