Casio AP-500 Owner's Manual [nl]

GEBRUIKSAANWIJZING
Bewaar a.u.b. alle informatie voor eventueel latere naslag.
D
AP500D1B
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
Zorg er voor eerst aandachtig de “Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid” te lezen voordat u de piano probeert te gebruiken.
Merk- en productnamen die in deze gebruiksaanwijzing worden gebruikt, kunnen
j
geregistreerde handelsmerken van anderen zijn.
Dit merkteken is alleen van toepassing in de landen binnen de EU.
CASIO Europe GmbH Bornbarch 10, 22848 Norderstedt, Germany
Dit merkteken is enkel van toepassing op model AP-500V.
Houd alle informatie a.u.b. bi
de hand voor latere naslag.
Inhoudsopgave
Monteren van de standaard ..................................................................................... D-40
Uitpakken.................................................................. D-40
Monteren van de standaard ...................................... D-40
Aansluiten van de kabels..........................................D-42
Verhogen van de bladmuziekstandaard.................... D-43
Installeren van de hoofdtelefoonhaak .......................D-43
Algemene gids .................................. D-2
Gebruiken van de TEMPO/SETTING toets ................ D-4
/NO toets en /YES toets ................................. D-4
Stroomvoorziening ........................... D-5
Aansluitingen .................................... D-6
Aansluiten van de hoofdtelefoon ................................ D-6
Aansluiten van geluidsapparatuur of een
versterker.................................................................... D-6
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires........... D-7
Selecteren en spelen van een
toon .................................................... D-8
Selecteren van een hoofdtoon....................................D-8
Selecteren van een Various toon,
GM toon en slagwerk.................................................. D-9
Bijstellen van de helderheid van een toon .................. D-9
Lagen van twee tonen aanbrengen ..........................D-10
Splitsen van het toetsenbord tussen twee tonen ...... D-10
Gebruiken van effecten.............................................D-11
Gebruiken van de pedalen van de digitale piano...... D-12
Gebruiken van de metronoom .................................. D-12
Weergeven van een ritme .............. D-14
Selecteren van een ritme..........................................D-14
Gebruiken van automatische begeleiding................. D-14
Weergeven van ingebouwde
melodieën........................................ D-18
Weergeven van alle ingebouwde melodieën ............ D-18
Weergeven van een specifieke melodie in de
muziekbibliotheek ..................................................... D-19
Terugspringen binnen een melodie .......................... D-19
Voorwaarts springen binnen een melodie ................ D-20
Oefenen met een melodie uit de
muziekbibliotheek ..................................................... D-20
Overige instellingen........................ D-25
Configureren van instellingen.................................... D-25
Secondaire parameterreferentie ...............................D-27
Aansluiten op een computer.......... D-30
Aansluiten op een MIDI aansluiting...........................D-30
Aansluiten op de USB poort......................................D-30
USB modus en MIDI modus......................................D-31
Uitbreiden van de selecties van de
muziekbibliotheek......................................................D-32
Gebruiken van een
SD geheugenkaart ..........................D-33
Insteken en verwijderen van een
SD geheugenkaart ....................................................D-34
Weergeven van een bestand dat op een
SD geheugenkaart opgeslagen is .............................D-35
Oversturen van melodiedata van een SD geheugenkaart naar het geheugen van de
digitale piano .............................................................D-35
Opslaan van melodiedata die opgenomen is vanaf de digitale piano naar een
SD geheugenkaart ....................................................D-37
Formatteren van een SD geheugenkaart .................. D-38
SD geheugenkaart foutlezingen................................D-39
Referentie ........................................D-44
Oplossen van moeilijkheden .....................................D-44
Technische gegevens ...............................................D-46
Bedieningsvoorzorgsmaatregelen.............................D-47
Appendix............................................ A-1
Toonlijst....................................................................... A-1
Drumklankenlijst..........................................................A-2
Ritmelijst......................................................................A-3
Melodielijst .................................................................. A-3
Akkoordkaarten met vingerzettingen (Fingered) ......... A-4
Opnemen en weergeven ................ D-21
Melodieën en sporen ................................................ D-21
Opnemen van uw spel op het keyboard ................... D-22
Weergeven van het geheugen van de
digitale piano............................................................. D-23
Wissen van opgenomen data ...................................D-24
MIDI Implementation Chart
D-1
Algemene gids
1
2
345 6 7 8 9 bk bl bm bn
1
32
bo
bq br bs bt ck cl cm cn co cp cq cr cs ct dk dl dm
bp
*1 *3
dn
*2 Voorkant
do
Onderkant
* Het netsnoer van de AP-500 is vastgesoldeerd aan de
dq
dp dr
digitale piano.
ds dt
ek*
el
D-2
Algemene gids
LET OP
• Let er op dat het deksel volledig open staat wanneer u op het toetsenbord speelt. Als het deksel gedeeltelijk open staat kan het onverwacht dichtklappen en uw vingers beknellen.
OPMERKING
• De hier aangegeven namen worden altijd vetgedrukt weergegeven wanneer ze in de tekst van deze gebruiksaanwijzing verschijnen.
1 Spanningstoets (POWER)
2 Volumeregelaar (VOLUME)
3 Metronoomtoets (METRONOME)
4 Terugwaarts, intro-/eindpatroon toets
(WWREW, INTRO/ENDING)
5 Voorwaarts, synchro/invulpatroon toets
(FFXX, SYNCHRO/FILL-IN)
6 Weergave/stop, start/stop toets
(PLAY/STOP, START/STOP)
7 Muziekbibliotheek, ritme toets
(MUSIC LIBRARY, RHYTHM)
8 Onderdeel/spoor toets (PART/TRACK)
9 Recordertoets (RECORDER)
bk Tempo/instel toets (TEMPO/SETTING)
bl /nee toets ( /NO)
bm /ja toets ( /YES)
bn Display
bo Toontoetsen (TONE)
bp Tempotoets (TEMPO)
bq Maatslagtoets (BEAT)
cm Stemtoets (TUNE)
cn Lagenbalanstoets (LAYER BALANCE)
co Effecttoets (EFFECT)
cp MIDI toets (MIDI)
cq Overige toets (OTHERS)
cr Toonkeuzetoets (TONE SELECT)
cs Splits, splitspunt toets (SPLIT, SPLIT POINT)
ct Nagalm, nagalmtype toets
(REVERB, REVERB TYPE)
dk Zweving, zwevingtype toets
(CHORUS, CHORUS TYPE)
dl Helderheid, helderheidsniveau
(BRILLIANCE, BRILLIANCE LEVEL)
dm Kaarttoets (CARD)
dn SD geheugenkaartgleuf (SD)
do Spanningsindicator
dp Pedaalaansluiting
dq USB poort (USB)
dr Midi doorverbind-/ingangs-/uitgangsaansluitingen
(MIDI THRU/OUT/IN)
br Metronoomvolumetoets (METRONOME VOLUME)
ds Lijnuitgang R, L/mono aansluitingen
bs Melodie/begeleiding volumetoets
(SONG/ACCOMP VOLUME)
dt Lijningang R, L/mono aansluitingen
bt Modustoets (MODE)
ck Toetsgevoeligheidtoets (TOUCH RESPONSE)
cl Transpositietoets (TRANSPOSE)
OPMERKING
• Elk hoofdstuk van deze gebruiksaanwijzing begint met een afbeelding van het console van de digitale piano dat de toetsen en andere bedieningsorganen toont die u dient te gebruiken.
ek Netstekker
el Hoofdtelefoonaansluiting (PHONES)
(LINE OUT R, L/MONO)
(LINE IN R, L/MONO)
METRONOME
VOLUME
D-3
Algemene gids
I
Gebruiken van de TEMPO/
/NO toets en /YES toets
SETTING toets
Gewoonlijk zal de instelling veranderen of de werking die boven de toets aangegeven is, uitgevoerd worden wanneer u op een toets drukt. Merk op dat er ook secondaire parameters (instellingen) onder bepaalde toetsen aangegeven zijn die u kunt selecteren d.m.v. de TEMPO/SETTING toets.
• Zie “Secondaire parameterreferentie” op pagina D-27 voor details aangaande de parameters die u kunt configureren d.m.v. de TEMPO/SETTING toets.
Selecteren van een secondaire toetsparameter
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor zal de indicator boven de TEMPO/ SETTING toets gaan knipperen.
• De indicator van de GRAND PIANO 1/TEMPO toets gaat ook knipperen.
Verander een aangegeven instelling d.m.v. de /NO en /YES toetsen.
z Door op één van beide toetsen te drukken
verandert de waarde versneld.
Voorbeeld: Zie “Selecteren van een Various toon, GM
toon en slagwerk” op pagina D-9.
OPMERKING
• Door de /NO en /YES toetsen tegelijkertijd in te drukken verandert de aangegeven instelling naar de oorspronkelijke (default) waarde.
Voorbeeld:
Druk op de toets die correspondeert aan de
2.
parameter die u wilt selecteren.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Voorbeeld: TRANSPOSE toets
• Wilt u het tempo veranderen dan kunt u deze stap overslaan omdat de indicator van de GRAND PIANO 1/TEMPO toets reeds aan het knipperen is.
Verander de instelling van de geselecteerde
3.
parameter d.m.v. de /NO en /YES toetsen.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
4.
toets nadat u klaar bent.
• Hierdoor gaan de TEMPO/SETTING indicator en de indicator van de geselecteerde parametertoets uit.
D-4
Stroomvoorziening
Uw digitale piano werkt op de spanning van het lichtnet. Vergeet niet de spanning uit te schakelen wanneer u de digitale piano niet gebruikt.
Let er op dat de POWER toets in de OFF
1.
(uitgeschakelde) stand staat (omhoog).
POWER toets
ON
(Spanningsindicator
aan)
OFF
(Spanningsindicator
uit)
Voorkant
Spanningsindicator
Sluit het netsnoer dat met de digitale piano
2.
meegeleverd is aan op de netsnoer­aansluiting aan de onderkant van de digitale piano.*
* Alleen bij model AP-500V
Steek de stekker van het netsnoer in het
3.
stopcontact.
BELANGRIJK!
• Let er op dat de POWER toets in de OFF (uitgeschakelde) stand staat telkens wanneer u de netstekker in het stopcontact steekt of hem er uit haalt.
• De vorm van de netstekker en het stopcontact verschillen per land en/of streek. De afbeelding toont slechts één voorbeeld van de vormen die beschikbaar zijn.
• Het netsnoer van de AP-500 is vastgesoldeerd aan de digitale piano.
z Let er op dat de spanningsindicator volledig uit is
voordat u de netstekker uit het stopcontact haalt. Zorg ervoor alle veiligheidsvoorzorgsmaatregelen aangaande de stroomvoorziening te lezen en op te volgen.
D-5
Aansluitingen
BELANGRIJK!
• Stel het volume altijd in op een laag niveau d.m.v. de VOLUME regelaar telkens wanneer u iets aan gaat sluiten op de digitale piano. Stel het volume in op het gewenste niveau nadat u de aansluiting tot stand gebracht heeft.
Aansluiten van de hoofdtelefoon
Onderkant
PHONES aansluiting
Los verkrijgbare hoofdtelefoon
Aansluiten van geluidsapparatuur of een versterker
U kunt geluidsapparatuur of een versterker aansluiten op de digitale piano en het geluid dan via externe luidsprekers weergeven om een krachtiger geluid van een betere kwaliteit te verkrijgen.
BELANGRIJK!
• De digitale piano stelt de geluidsweergave automatisch bij om een optimale weergave via de hoofdtelefoon (bij aansluiten van de hoofdtelefoon) of via de ingebouwde luidsprekers (wanneer de hoofdtelefoon niet aangesloten is) te verzorgen. Merk op dat dit attribuut ook invloed heeft op de geluidsweergave van de LINE IN en LINE OUT aansluitingen.
AUX IN aansluiting, enz.
Pinstekker
van de geluidsversterker
RIGHT (rechts-rood)
LEFT (links-wit)
Stereo standaard stekker
Sluit de los verkrijgbare hoofdtelefoon aan op de PHONES aansluiting. Door de hoofdtelefoon aan te sluiten op de PHONES aansluiting wordt de weergave van de luidsprekers uitgeschakeld wat betekent dat u zelfs midden in de nacht kunt oefenen zonder de buren wakker te houden. Om uw gehoor te beschermen moet u er op letten dat het volumeniveau niet te hoog staat wanneer u de hoofdtelefoon gebruikt.
OPMERKING
• Let er op dat u de stekker van de hoofdtelefoon zover mogelijk in de PHONES aansluiting steekt. Als u dat niet doet, kunt u het geluid mogelijk van slechts één van beide kanten van de hoofdtelefoon horen.
Standaard aansluiting
Cassetterecorder, MIDI klankbron
Standaard stekker
INPUT 1
INPUT 2
Gitaarversterker Toetsenbordversterker, enz.
Weergeven van het afgegeven signaal van externe apparatuur via de luidsprekers van de piano 1
Het via de LINE IN R aansluiting binnenkomende signaal klinkt via de rechter luidspreker terwijl het via de LINE IN L/MONO aansluiting binnenkomende signaal via de linker luidspreker klinkt. Als alleen op de LINE IN L/MONO aansluiting wordt aangesloten wordt hetzelfde signaal via beide luidsprekers geproduceerd. Het wordt aan u overgelaten om aansluitkabels aan te kopen die compatibel zijn met de apparatuur waarop u gaat aansluiten.
D-6
Aansluiten op geluidsapparatuur 2
Gebruik los verkrijgbare kabels om de externe geluidsapparatuur aan te sluiten op de LINE OUT aansluitingen van de piano zoals aangegeven in Afbeelding 2. Het via de LINE OUT R aansluiting afgegeven signaal is het geluid van het rechter kanaal terwijl het via de LINE OUT L/MONO aansluiting afgegeven signaal het geluid van het linker kanaal is. Het wordt aan u overgelaten om aansluitkabels zoals die in de afbeelding aan te kopen voor het aansluiten van geluidsapparatuur. Gewoonlijk dient u bij deze configuratie de ingangskeuzeschakelaar in te stellen op de instelling die de aansluiting (zoals AUX IN) specificeert waarop de piano aangesloten is. Stel het volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME regelaar van de piano.
Aansluiten van een muziekinstrumentversterker 3
Aansluitingen
Gebruik los verkrijgbare kabels om de versterker aan te sluiten op de LINE OUT aansluitingen van de piano zoals aangegeven in Afbeelding 3. Het via de LINE OUT R aansluiting afgegeven signaal is het geluid van het rechter kanaal terwijl het via de LINE OUT L/ MONO aansluiting afgegeven signaal het geluid van het linker kanaal is. Wanneer op de LINE OUT L/ MONO aansluiting wordt aangesloten, worden beide kanalen slechts gemengd (dus niet gescheiden) weergegeven. Het wordt aan u overgelaten om aansluitkabels zoals die in de afbeelding aan te kopen voor het aansluiten van de versterker. Stel het volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME regelaar van de piano.
Meegeleverde en los verkrijgbare accessoires
Gebruik enkel accessoires die gespecificeerd zijn voor het gebruik met deze digitale piano. Het gebruik van niet erkende accessoires kan het gevaar op brand, elektrische schok en persoonlijk letsel met zich meebrengen.
D-7
Selecteren en spelen van een toon
POWER
METRONOME
VOLUME
TEMPO/SETTING
/YES
/NO
Uw digitale piano heeft de volgende types ingebouwde tonen.
Toonnummers Toontype Aantal tonen
Hoofdtonen 14 001 tot en met 020 Verschillende 20
021 tot en met 148
149, 150 Slagwerk 2 series
GM (algemene MIDI)
128
METRONOME VOLUME
TONE
VARIOUS/GM TONES
BRILLIANCE
REVERB
CHORUS
SPLIT
(Please wait! . . . . Wachten a.u.b.!)
(Klaarmaken van het systeem)
Selecteren van een hoofdtoon
Druk op de POWER toets.
1.
POWER toets
BELANGRIJK!
• Wanneer u de digitale piano inschakelt, wordt de spanning ingeschakeld om het systeem klaar te maken. Het inschakelen van het systeem duurt ongeveer 10 seconden en wordt aangegeven door de volgende boodschappen die in het display verschijnen.
(Complete! . . . . . . Voltooid!)
Stel het volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME
2.
regelaar.
Druk op een van de 14 TONE toetsen om de
3.
gewenste toon te selecteren.
• De namen van de hoofdtonen zijn aangegeven boven de TONE toetsen.
• Hierdoor gaat de indicator branden van de toets van de geselecteerde toon.
Voorbeeld: GRAND PIANO 3 (vleugel 3)
OPMERKING
• Het DSP effect (pagina’s D-26 en D-28) wordt uitgeoefend als u een toon met DSP selecteert.
• Merk op dat de DSP bronnen van de digitale piano beperkt zijn. Hierdoor kan het selecteren van een toon met DSP er toe leiden dat op dat moment gespeelde noten afgekapt worden (als ze gespeeld worden d.m.v. een toon met DSP) of kan het DSP effect verwijderd worden van een bewerking (laag, splits, demonstratiemelodie) waaraan eerder een toon met DSP was toegewezen.
D-8
Selecteren en spelen van een toon
Selecteren van een Various toon, GM toon en slagwerk
U kunt de volgende procedure volgen om een van de 20 Various tonen, 128 GM tonen of 2 Drum slagwerksets toe te wijzen aan de VARIOUS/GM TONES toets. Daarna kunt u de toegewezen toon selecteren door op de VARIOUS/GM TONES toets te drukken.
U kunt in de toonlijst op pagina A-1 het
1.
toonnummer vinden van de Various toon, GM toon en de Drum slagwerkset die u wilt toewijzen aan de VARIOUS/GM TONES toets.
Voorbeeld: 003 DANCE PIANO (dans piano)
Druk op de VARIOUS/GM TONES toets.
2.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets branden.
• Houd de toets om er achter te komen wat de toon is die op het moment toegewezen is aan de VARIOUS/ GM TONES toets. Hierdoor verschijnt het nummer van de toon in het display. Door de toets los te laten wordt teruggekeerd naar het display met het melodie- of ritmenummer.
Bijstellen van de helderheid van een toon
Wend de volgende procedure aan om de helderheid van een toon bij te stellen.
Druk op de BRILLIANCE toets.
1.
• Hierdoor zal de indicator boven de toets gaan branden om aan te geven dat het helderheideffect uitgeoefend wordt. Hierdoor verandert tevens de helderheid van de toon in overeenstemming met de oorspronkelijke instelling.
Houd om de instelling voor de helderheid te
2.
veranderen de BRILLIANCE toets ingedrukt terwijl u op de /NO en /YES toetsen drukt.
Voorbeeld: 001 MELLOW PIANO (milde piano)
Om de toon te veranderen die toegewezen is
3.
aan de VARIOUS/GM TONES toets, drukt u op de toets terwijl u m.b.v. de /NO en / YES toetsen door de toonnummers op het display bladert. Toon het nummer van de toon die u aan de toets wilt toewijzen.
• Door op één van beide toetsen te drukken verandert de waarde versneld.
OPMERKING
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor informatie betreffende een andere methode die u kunt aanwenden om een toon toe te wijzen aan de VARIOUS/ GM TONES toets.
• De toon die u aan de VARIOUS/GM TONES toets toewijst blijft behouden totdat u de digitale piano uitschakelt.
• Als een slagwerkset toegewezen is aan de VARIOUS/ GM TONES toets dan klinkt slagwerk wanneer u op de klaviertoetsen drukt terwijl de indicator boven de VARIOUS/GM TONES toets brandt. Zie pagina A-2 voor informatie betreffende de slagwerkklanken die toegewezen zijn aan elk van de klaviertoetsen.
Om dit te doen: Druk op deze toets:
Maak de toon milder Maak de toon scherper
Druk om het helderheideffect te annuleren
3.
nogmaals op de BRILLIANCE toets zodat de bijbehorende indicator uitgaat.
OPMERKING
• Door de /NO en /YES toetsen tegelijkertijd in te drukken verandert de aangegeven instelling naar de oorspronkelijke (default) waarde.
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor informatie betreffende een andere methode die u kunt gebruiken om de instellingen voor de helderheid te configureren.
D-9
Selecteren en spelen van een toon
Lagen van twee tonen aanbrengen
Volg de volgende procedure om lagen van twee tonen aan te brengen zodat die op hetzelfde moment klinken. De toon die u het eerst specificeert is de “hoofdtoon”, terwijl de toon die u als tweede specificeert de “gelaagde toon” wordt genoemd.
OPMERKING
• Om een Various toon of een GM toon te gebruiken als de hoofdtoon, moet u deze eerst toewijzen aan de VARIOUS/GM TONES toets (pagina D-9).
• U kunt een Various toon of een GM toon aan de VARIOUS/GM TONES toets toewijzen als de hoofdtoon dan wel als de gelaagde toon. U kunt de Various/GM tonen niet op hetzelfde moment gebruiken als de hoofdtoon en de gelaagde toon.
Houd de TONE toets ingedrukt en druk
1.
tegelijkertijd op de toets die correspondeert aan de gelaagde toon.
Voorbeeld: Houd de GRAND PIANO 2 toets ingedrukt
en druk op de STRINGS toets.
Splitsen van het toetsenbord tussen twee tonen
U kunt verschillende tonen toewijzen aan de klaviertoetsen aan de linkerkant (laag bereik) en de rechterkant (hoog bereik) van het toetsenbord.
Laag bereik Hoog bereik
STRINGS
(snaarinstrument)
Druk op de TONE toets van de toon die u wilt
1.
selecteren voor het hoge bereik.
Voorbeeld: GRAND PIANO 2 (vleugel 2)
Druk op de SPLIT toets.
2.
• Hierdoor gaat de SPLIT indicator knipperen.
Druk op de TONE toets van de toon die u wilt
3.
selecteren voor het lage bereik.
Voorbeeld: STRINGS (snaarinstrument)
Splitspunt
GRAND PIANO 2 (vleugel 2)
GRAND PIANO 2 (vleugel 2)
STRINGS (snaarinstrument)
OPMERKING
• Als u op de VARIOUS/GM TONES toets drukt om de toon toe te wijzen aan de gelaagde (tweede) toon, verschijnt het nummer van de toon die op dat moment toegewezen is op het display als u de VARIOUS/GM TONES toets ingedrukt houdt.
• Houd de VARIOUS/GM TONES toets ingedrukt om m.b.v. de /NO en /YES toetsen door de toonnummers te bladeren en de toontoewijzingen te veranderen.
Nadat u klaar bent met het gebruiken van het
4.
gesplitste toetsenbord kunt u nogmaals op de SPLIT toets drukken om de splitsing van het toetsenbord ongedaan te maken.
• Hierdoor gaat de SPLIT indicator uit.
OPMERKING
• U kunt het toetsenbord zodanig configureren dat het lagen heeft van twee tonen in het hoge bereik. Om dit te doen dient u eerst de laagbewerking uit te voeren (pagina D-10). Breng de splitsing in het toetsenbord daarna aan zoals hierboven is aangeven.
Druk op een van de TONE toetsen om de
2.
lagen van het toetsenbord ongedaan te maken.
OPMERKING
• U kunt de balans bijstellen tussen de hoofdtoon en de gelaagde toon. Zie “Overige instellingen” op pagina D­25 voor meer informatie.
D-10
Selecteren en spelen van een toon
Specificeren van de plaats van het splitspunt van het toetsenbord
Houd de SPLIT toets ingedrukt en druk op de
1.
klaviertoets waar u wilt dat de linkergrens van het hoge bereik (rechts) zich bevindt.
Laag bereik
Knippert
OPMERKING
• Het splitspunt vormt tevens de grens tussen het bereik van het begeleidingstoetsenbord (pagina’s D-15 tot en met D-17) en het bereik van het melodietoetsenbord. U kunt de plaats van het splitspunt van het toetsenbord veranderen waardoor tevens de grootte van de toetsenborden verandert.
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor informatie betreffende een andere methode die u kunt gebruiken om het splitspunt te veranderen.
Hoog bereik
Meest linkse klaviertoets van het hoge bereik
Om het effecttype te veranderen:
Schakel REVERB (nagalm) of CHORUS
1.
(zweving) in.
Houd de effecttoets (REVERB of CHORUS)
2.
ingedrukt om m.b.v. de /NO en /YES toetsen door het effecttype te veranderen zoals hieronder wordt aangegeven.
[Reverb] (nagalm)
• Nagalmwaarde 1: Kamer (room) 2: Kleine zaal (Small Hall) 3: Grote zaal (Large Hall) 4: Stadium
[Chorus] (zweving)
Gebruiken van effecten
Reverb. . . . . Nagalm laat uw noten resoneren.
Chorus . . . . Zweving voegt meer ruimtelijkheid toe
aan uw noten.
In- en uitschakelen van effecten
Schakel de effecten in en uit d.m.v. de
1.
REVERB en CHORUS toetsen zoals
hieronder wordt aangegeven.
• De indicator boven de toetsen tonen of de effecten in­of uitgeschakeld zijn.
Brandt
Aan
Uit
Uit
• Zwevingwaarde 1: Lichte zweving (Light Chorus) 2: Middelmatige zweving (Medium Chorus) 3: Diepe zweving (Deep Chorus) 4: Flanger (suisend effect)
OPMERKING
• Terwijl er lagen aangebracht zijn bij het toetsenbord heeft de chorus (zweving) aan/uit stand enkel invloed op de gelaagde toon. Terwijl er een splitsing aangebracht is bij het toetsenbord heeft de chorus (zweving) aan/uit stand enkel invloed op de tonen in het lage bereik.
D-11
Selecteren en spelen van een toon
Gebruiken van de pedalen van de digitale piano
Uw digitale piano is uitgevoerd met drie pedalen: demppedaal, zacht pedaal en sostenuto pedaal
Zacht pedaal
Sostenuto pedaal
Pedaalfuncties
z Demppedaal
Door het demppedaal in te trappen tijdens het spelen zullen de noten die u aanslaat voor een bijzonder lange tijd blijven nagalmen.
• Door dit pedaal in te trappen terwijl GRAND PIANO 1, GRAND PIANO 2 of GRAND PIANO 3 (vleugel 1, vleugel 2 of vleugel 3) geselecteerd is als de toon, zullen de noten nagalmen op dezelfde wijze als het demppedaal van een akoestische vleugel. Het halverwege intrappen (gedeeltelijk intrappen) van het pedaal wordt ook ondersteund.
z Zacht pedaal
Door op dit pedaal te trappen tijdens het spelen worden de op het toetsenbord aangeslagen noten onderdrukt na het intrappen van het pedaal waardoor de noten zachter klinken.
Demppedaal
Gebruiken van de metronoom
Druk op de METRONOME toets.
1.
• Hierdoor start de metronoom.
• De twee indicators boven de START/STOP toets knipperen samen met de maatslagen van de metronoom.
Knippert bij de
eerste maatslag.
Houd om de maatslag te veranderen de
2.
METRONOME toets ingedrukt terwijl u op de
/NO of /YES toets drukt.
• U kunt een waarde binnen het bereik lopend van 2 tot en met 6 instellen voor de maatslag. Er wordt klokgelui weergegeven bij de eerste maatslag van elke maat en de resterende maatslagen klinken als klikken. Door 0 te specificeren als de instelling wordt een gewone klik weergegeven zonder klokgelui. Met deze instelling kunt u oefenen met een vaste maatslag.
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
3.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Stel d.m.v. the /NO en /YES toetsen
4.
het tempo in binnen het bereik lopend van 20 tot en met 255 maatslagen per minuut.
Knippert bij navolgende maatslagen.
z Sostenuto pedaal
Enkel de noten die gespeeld worden tijdens het intrappen van dit pedaal worden aangehouden todat het pedaal wordt losgelaten.
Langzamer
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
5.
Sneller
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
Druk nogmaals op de METRONOME toets
6.
om de metronoom te stoppen.
OPMERKING
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor informatie betreffende een andere methode die u kunt gebruiken om de instellingen voor de metronoom te configureren.
D-12
Om het metronoomvolume in te stellen
OPMERKING
• U kunt de volgende procedure op elk moment uitvoeren ongeacht of de metronoom klinkt of niet.
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
Druk op de METRONOME VOLUME toets.
2.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
Verander d.m.v. de /NO en /YES
3.
toetsen de instelling voor het metronoomvolume binnen het bereik lopende van 0 tot en met 42.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
4.
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
Selecteren en spelen van een toon
D-13
Weergeven van een ritme
TEMPO/SETTINGRHYTHM
START/STOP
/NO
SYNCHRO/FILL-IN
INTRO/ENDING
/YES
Selecteren van een ritme
U kunt selecteren uit 20 ingebouwde melodieën.
Druk op de RHYTHM toets zodat de indicator
1.
er onder gaat branden.
• Telkens bij indrukken van de toets wordt heen en weer geschakeld tussen de bovenste en de onderste indicator.
• Hierdoor verschijnt het op dat moment geselecteerde ritmenummer op het display.
MODE
Bijstellen van het weergavetempo
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Verander d.m.v. de /NO en /YES
2.
toetsen het tempo binnen het bereik lopende van 20 tot en met 255.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
3.
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
Gebruiken van automatische
Zoek het ritmenummer van het ritme dat u wilt
2.
gebruiken op in de ritmelijst op pagina A-3.
Blader m.b.v. de /NO en /YES toetsen
3.
door de ritmenummers totdat het gewenste nummer wordt getoond.
Druk op de START/STOP toets.
4.
• Hierdoor start het ritme.
Druk nogmaals op de START/STOP toets om
5.
het ritme te stoppen.
begeleiding
Bij de automatische begeleiding speelt de digitale piano automatisch de onderdelen voor het ritme, de baslijn en de akkoorden in overeenstemming met de akkoorden die u selecteert d.m.v. de vereenvoudigde vingerzettingen voor het toetsenbord of de akkoorden die u speelt. De automatische begeleiding geeft u het gevoel dat u uw eigen achtergrondgroep heeft die u te allen tijde ondersteunt.
D-14
OPMERKING
• Bij de hieronder beschreven ritmes dient u te controleren dat CASIO CHORD, FINGERED of FULL RANGE CHORD geselecteerd is voordat u probeert de akkoorden te spelen. Het volume van de slagwerkinstrumenten is bijzonder laag en de percussie (het slagwerk) wordt op een dergelijke manier toegevoegd dat de algehele stemming van het ritme niet aangetast wordt.
Weergeven van een ritme
Druk op de SYNCHRO/FILL-IN toets.
5.
• Hierdoor wordt de digitale piano zodanig geconfigureerd dat het ritme en de akkoordbegeleiding automatisch starten wanneer een van de klaviertoetsen binnen het bereik van het begeleidingstoetsenbord aangeslagen wordt.
• Hierdoor zullen de twee indicators boven de START/ STOP toets gaan knipperen.
10 ROCK’N’ROLL 14 ARPEGGIO 1 15 ARPEGGIO 2 16 MARCH 1 17 MARCH 2 18 STRIDE PIANO 19 WALTZ 1 20 WALTZ 2
Spelen met automatische begeleiding
VOORBEREIDINGEN
• Volg de procedures bij “Selecteren van een ritme” om het gewenste ritme te selecteren en het tempo bij te stellen.
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Druk op de MODE toets.
2.
Selecteer een van de hier onder getoonde
3.
automatische begeleidingsmodi d.m.v. de
/NO en /YES toetsen.
Druk op de INTRO/ENDING toets.
6.
Plaats de vingerzetting van het eerste
7.
akkoord binnen het bereik van het begeleidingstoetsenbord.
• Door een akkoord te spelen wordt het intropatroon gespeeld voor het geselecteerde ritme, gevolgd door het begeleidingsritme en het akkoordpatroon.
Probeer vingerzettingen voor andere
8.
akkoorden op het keyboard.
• Zie “Hoe akkoorden worden gespeeld” op pagina D­16 voor informatie betreffende hoe u de vingerzettingen van akkoorden kunt maken binnen de begeleidingsmodi.
• De twee indicators boven de START/STOP toets knipperen samen met de maatslag.
Knippert bij de
eerste maatslag.
Knippert bij navolgende maatslagen.
Display indicator Betekenis
oFF (uit) NORMAL (normaal) C.C. CASIO CHORD FnG FINGERED
FUL
• Hier zullen we de CASIO CHORD functie selecteren.
• Zie “Hoe akkoorden worden gespeeld” op pagina D­16 voor details betreffende de automatische begeleidingsmodi en hun akkoord vingerzettingen.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
4.
FULL RANGE CHORD (vol bereik akkoord)
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
OPMERKING
• U kunt een invulpatroon tussenvoegen terwijl een ritmepatroon wordt gespeeld door op de SYNCHRO/ FILL-IN toets te drukken. Een invulpatroon helpt om de sfeer van het patroon te veranderen.
Druk op de INTRO/ENDING toets om de
9.
begeleiding te stoppen.
• Hierdoor wordt een eindpatroon gespeeld voor het geselecteerde ritme voordat de weergave van de automatische begeleiding gestopt wordt.
OPMERKING
• U kunt het spel van de begeleiding stoppen zonder een intro- of eindpatroon door op de START/STOP toets te drukken in plaats van stap 6 of stap 9.
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor meer informatie betreffende het bijstellen van het volume van de begeleiding.
B
D-15
Loading...
+ 38 hidden pages