Wissen van opgenomen data ...................................D-24
MIDI Implementation Chart
D-1
Algemene gids
1
2
3456789bkblbmbn
∗1
∗3∗2
bo
bqbrbsbtckclcmcnco cpcqcrcsct dkdldm
bp
*1*3
dn
*2
Voorkant
do
Onderkant
* Het netsnoer van de AP-500 is vastgesoldeerd aan de
dq
dpdr
digitale piano.
dsdt
ek*
el
D-2
Algemene gids
LET OP
• Let er op dat het deksel volledig open staat wanneer u op het toetsenbord speelt. Als het deksel gedeeltelijk open staat kan
het onverwacht dichtklappen en uw vingers beknellen.
OPMERKING
• De hier aangegeven namen worden altijd vetgedrukt weergegeven wanneer ze in de tekst van deze gebruiksaanwijzing
verschijnen.
1 Spanningstoets (POWER)
2 Volumeregelaar (VOLUME)
3 Metronoomtoets (METRONOME)
4 Terugwaarts, intro-/eindpatroon toets
(WWREW, INTRO/ENDING)
5 Voorwaarts, synchro/invulpatroon toets
(FFXX, SYNCHRO/FILL-IN)
6 Weergave/stop, start/stop toets
(PLAY/STOP, START/STOP)
7 Muziekbibliotheek, ritme toets
(MUSIC LIBRARY, RHYTHM)
8 Onderdeel/spoor toets (PART/TRACK)
9 Recordertoets (RECORDER)
bk Tempo/instel toets (TEMPO/SETTING)
bl/nee toets (/NO)
bm/ja toets (/YES)
bn Display
bo Toontoetsen (TONE)
bp Tempotoets (TEMPO)
bq Maatslagtoets (BEAT)
cm Stemtoets (TUNE)
cn Lagenbalanstoets (LAYER BALANCE)
co Effecttoets (EFFECT)
cp MIDI toets (MIDI)
cq Overige toets (OTHERS)
cr Toonkeuzetoets (TONE SELECT)
cs Splits, splitspunt toets (SPLIT, SPLIT POINT)
ct Nagalm, nagalmtype toets
(REVERB, REVERB TYPE)
dk Zweving, zwevingtype toets
(CHORUS, CHORUS TYPE)
dl Helderheid, helderheidsniveau
(BRILLIANCE, BRILLIANCE LEVEL)
dm Kaarttoets (CARD)
dn SD geheugenkaartgleuf (SD)
do Spanningsindicator
dp Pedaalaansluiting
dq USB poort (USB)
dr Midi doorverbind-/ingangs-/uitgangsaansluitingen
(MIDI THRU/OUT/IN)
br Metronoomvolumetoets (METRONOME VOLUME)
ds Lijnuitgang R, L/mono aansluitingen
bs Melodie/begeleiding volumetoets
(SONG/ACCOMP VOLUME)
dt Lijningang R, L/mono aansluitingen
bt Modustoets (MODE)
ck Toetsgevoeligheidtoets (TOUCH RESPONSE)
cl Transpositietoets (TRANSPOSE)
OPMERKING
• Elk hoofdstuk van deze gebruiksaanwijzing begint met een afbeelding
van het console van de digitale piano dat de toetsen en andere
bedieningsorganen toont die u dient te gebruiken.
ek Netstekker
el Hoofdtelefoonaansluiting (PHONES)
(LINE OUT R, L/MONO)
(LINE IN R, L/MONO)
METRONOME
VOLUME
D-3
Algemene gids
I
Gebruiken van de TEMPO/
/NO toets en /YES toets
SETTING toets
Gewoonlijk zal de instelling veranderen of de werking
die boven de toets aangegeven is, uitgevoerd worden
wanneer u op een toets drukt. Merk op dat er ook
secondaire parameters (instellingen) onder bepaalde
toetsen aangegeven zijn die u kunt selecteren d.m.v. de
TEMPO/SETTING toets.
• Zie “Secondaire parameterreferentie” op pagina
D-27 voor details aangaande de parameters die u
kunt configureren d.m.v. de TEMPO/SETTING
toets.
Selecteren van een secondaire
toetsparameter
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor zal de indicator boven de TEMPO/
SETTING toets gaan knipperen.
• De indicator van de GRAND PIANO 1/TEMPO toets
gaat ook knipperen.
Verander een aangegeven instelling d.m.v. de /NO
en /YES toetsen.
z Door op één van beide toetsen te drukken
verandert de waarde versneld.
Voorbeeld: Zie “Selecteren van een Various toon, GM
toon en slagwerk” op pagina D-9.
OPMERKING
• Door de /NO en /YES toetsen tegelijkertijd in te
drukken verandert de aangegeven instelling naar de
oorspronkelijke (default) waarde.
Voorbeeld:
Druk op de toets die correspondeert aan de
2.
parameter die u wilt selecteren.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Voorbeeld: TRANSPOSE toets
• Wilt u het tempo veranderen dan kunt u deze stap
overslaan omdat de indicator van de GRAND PIANO 1/TEMPO toets reeds aan het knipperen is.
Verander de instelling van de geselecteerde
3.
parameter d.m.v. de /NO en /YES
toetsen.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
4.
toets nadat u klaar bent.
• Hierdoor gaan de TEMPO/SETTING indicator en de
indicator van de geselecteerde parametertoets uit.
D-4
Stroomvoorziening
Uw digitale piano werkt op de spanning van het
lichtnet. Vergeet niet de spanning uit te schakelen
wanneer u de digitale piano niet gebruikt.
Let er op dat de POWER toets in de OFF
1.
(uitgeschakelde) stand staat (omhoog).
POWER toets
ON
(Spanningsindicator
aan)
OFF
(Spanningsindicator
uit)
Voorkant
Spanningsindicator
Sluit het netsnoer dat met de digitale piano
2.
meegeleverd is aan op de netsnoeraansluiting aan de onderkant van de digitale
piano.*
* Alleen bij model AP-500V
Steek de stekker van het netsnoer in het
3.
stopcontact.
BELANGRIJK!
• Let er op dat de POWER toets in de OFF
(uitgeschakelde) stand staat telkens wanneer u de
netstekker in het stopcontact steekt of hem er uit haalt.
• De vorm van de netstekker en het stopcontact verschillen
per land en/of streek. De afbeelding toont slechts één
voorbeeld van de vormen die beschikbaar zijn.
• Het netsnoer van de AP-500 is vastgesoldeerd aan de
digitale piano.
z Let er op dat de spanningsindicator volledig uit is
voordat u de netstekker uit het stopcontact haalt.
Zorg ervoor alle veiligheidsvoorzorgsmaatregelen
aangaande de stroomvoorziening te lezen en op te
volgen.
D-5
Aansluitingen
BELANGRIJK!
• Stel het volume altijd in op een laag niveau d.m.v. de
VOLUME regelaar telkens wanneer u iets aan gaat
sluiten op de digitale piano. Stel het volume in op het
gewenste niveau nadat u de aansluiting tot stand
gebracht heeft.
Aansluiten van de
hoofdtelefoon
Onderkant
PHONES aansluiting
Los verkrijgbare
hoofdtelefoon
Aansluiten van
geluidsapparatuur of een
versterker
U kunt geluidsapparatuur of een versterker aansluiten
op de digitale piano en het geluid dan via externe
luidsprekers weergeven om een krachtiger geluid van
een betere kwaliteit te verkrijgen.
BELANGRIJK!
• De digitale piano stelt de geluidsweergave automatisch
bij om een optimale weergave via de hoofdtelefoon (bij
aansluiten van de hoofdtelefoon) of via de ingebouwde
luidsprekers (wanneer de hoofdtelefoon niet aangesloten
is) te verzorgen. Merk op dat dit attribuut ook invloed
heeft op de geluidsweergave van de LINE IN en LINE OUT aansluitingen.
AUX IN aansluiting, enz.
Pinstekker
van de geluidsversterker
RIGHT
(rechts-rood)
LEFT
(links-wit)
Stereo standaard stekker
Sluit de los verkrijgbare hoofdtelefoon aan op de
PHONES aansluiting. Door de hoofdtelefoon aan te
sluiten op de PHONES aansluiting wordt de weergave
van de luidsprekers uitgeschakeld wat betekent dat u
zelfs midden in de nacht kunt oefenen zonder de buren
wakker te houden. Om uw gehoor te beschermen moet
u er op letten dat het volumeniveau niet te hoog staat
wanneer u de hoofdtelefoon gebruikt.
OPMERKING
• Let er op dat u de stekker van de hoofdtelefoon zover
mogelijk in de PHONES aansluiting steekt. Als u dat niet
doet, kunt u het geluid mogelijk van slechts één van
beide kanten van de hoofdtelefoon horen.
Standaard aansluiting
Cassetterecorder,
MIDI klankbron
Standaard stekker
INPUT 1
INPUT 2
Gitaarversterker
Toetsenbordversterker, enz.
Weergeven van het afgegeven signaal
van externe apparatuur via de
luidsprekers van de piano 1
Het via de LINE IN R aansluiting binnenkomende
signaal klinkt via de rechter luidspreker terwijl het via
de LINE IN L/MONO aansluiting binnenkomende
signaal via de linker luidspreker klinkt. Als alleen op
de LINE IN L/MONO aansluiting wordt aangesloten
wordt hetzelfde signaal via beide luidsprekers
geproduceerd. Het wordt aan u overgelaten om
aansluitkabels aan te kopen die compatibel zijn met de
apparatuur waarop u gaat aansluiten.
D-6
Aansluiten op geluidsapparatuur 2
Gebruik los verkrijgbare kabels om de externe
geluidsapparatuur aan te sluiten op de LINE OUT
aansluitingen van de piano zoals aangegeven in
Afbeelding 2. Het via de LINE OUT R aansluiting
afgegeven signaal is het geluid van het rechter kanaal
terwijl het via de LINE OUT L/MONO aansluiting
afgegeven signaal het geluid van het linker kanaal is.
Het wordt aan u overgelaten om aansluitkabels zoals
die in de afbeelding aan te kopen voor het aansluiten
van geluidsapparatuur. Gewoonlijk dient u bij deze
configuratie de ingangskeuzeschakelaar in te stellen op
de instelling die de aansluiting (zoals AUX IN)
specificeert waarop de piano aangesloten is. Stel het
volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME regelaar van de
piano.
Aansluiten van een
muziekinstrumentversterker 3
Aansluitingen
Gebruik los verkrijgbare kabels om de versterker aan te
sluiten op de LINE OUT aansluitingen van de piano
zoals aangegeven in Afbeelding 3. Het via de LINE OUT R aansluiting afgegeven signaal is het geluid van
het rechter kanaal terwijl het via de LINE OUT L/MONO aansluiting afgegeven signaal het geluid van
het linker kanaal is. Wanneer op de LINE OUT L/MONO aansluiting wordt aangesloten, worden beide
kanalen slechts gemengd (dus niet gescheiden)
weergegeven. Het wordt aan u overgelaten om
aansluitkabels zoals die in de afbeelding aan te kopen
voor het aansluiten van de versterker. Stel het
volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME regelaar van de
piano.
Meegeleverde en los
verkrijgbare accessoires
Gebruik enkel accessoires die gespecificeerd zijn voor
het gebruik met deze digitale piano.
Het gebruik van niet erkende accessoires kan het
gevaar op brand, elektrische schok en persoonlijk letsel
met zich meebrengen.
D-7
Selecteren en spelen van een toon
POWER
METRONOME
VOLUME
TEMPO/SETTING
/YES
/NO
Uw digitale piano heeft de volgende types ingebouwde
tonen.
ToonnummersToontypeAantal tonen
—Hoofdtonen14
001 tot en met 020Verschillende20
021 tot en met 148
149, 150Slagwerk2 series
GM (algemene
MIDI)
128
METRONOME VOLUME
TONE
VARIOUS/GM TONES
BRILLIANCE
REVERB
CHORUS
SPLIT
(Please wait! . . . . Wachten a.u.b.!)
(Klaarmaken van het systeem)
Selecteren van een hoofdtoon
Druk op de POWER toets.
1.
POWER toets
BELANGRIJK!
• Wanneer u de digitale piano inschakelt, wordt de
spanning ingeschakeld om het systeem klaar te maken.
Het inschakelen van het systeem duurt ongeveer 10
seconden en wordt aangegeven door de volgende
boodschappen die in het display verschijnen.
(Complete! . . . . . . Voltooid!)
Stel het volumeniveau bij d.m.v. de VOLUME
2.
regelaar.
Druk op een van de 14 TONE toetsen om de
3.
gewenste toon te selecteren.
• De namen van de hoofdtonen zijn aangegeven boven
de TONE toetsen.
• Hierdoor gaat de indicator branden van de toets van
de geselecteerde toon.
Voorbeeld: GRAND PIANO 3 (vleugel 3)
OPMERKING
• Het DSP effect (pagina’s D-26 en D-28) wordt
uitgeoefend als u een toon met DSP selecteert.
• Merk op dat de DSP bronnen van de digitale piano
beperkt zijn. Hierdoor kan het selecteren van een toon
met DSP er toe leiden dat op dat moment gespeelde
noten afgekapt worden (als ze gespeeld worden d.m.v.
een toon met DSP) of kan het DSP effect verwijderd
worden van een bewerking (laag, splits,
demonstratiemelodie) waaraan eerder een toon met DSP
was toegewezen.
D-8
Selecteren en spelen van een toon
Selecteren van een Various
toon, GM toon en slagwerk
U kunt de volgende procedure volgen om een van de
20 Various tonen, 128 GM tonen of 2 Drum
slagwerksets toe te wijzen aan de VARIOUS/GM TONES toets. Daarna kunt u de toegewezen toon
selecteren door op de VARIOUS/GM TONES toets te
drukken.
U kunt in de toonlijst op pagina A-1 het
1.
toonnummer vinden van de Various toon, GM
toon en de Drum slagwerkset die u wilt
toewijzen aan de VARIOUS/GM TONES
toets.
Voorbeeld: 003 DANCE PIANO (dans piano)
Druk op de VARIOUS/GM TONES toets.
2.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets branden.
• Houd de toets om er achter te komen wat de toon is
die op het moment toegewezen is aan de VARIOUS/GM TONES toets. Hierdoor verschijnt het nummer
van de toon in het display. Door de toets los te laten
wordt teruggekeerd naar het display met het
melodie- of ritmenummer.
Bijstellen van de helderheid
van een toon
Wend de volgende procedure aan om de helderheid
van een toon bij te stellen.
Druk op de BRILLIANCE toets.
1.
• Hierdoor zal de indicator boven de toets gaan
branden om aan te geven dat het helderheideffect
uitgeoefend wordt. Hierdoor verandert tevens de
helderheid van de toon in overeenstemming met de
oorspronkelijke instelling.
Houd om de instelling voor de helderheid te
2.
veranderen de BRILLIANCE toets ingedrukt
terwijl u op de /NO en /YES toetsen
drukt.
Voorbeeld: 001 MELLOW PIANO (milde piano)
Om de toon te veranderen die toegewezen is
3.
aan de VARIOUS/GM TONES toets, drukt u
op de toets terwijl u m.b.v. de /NO en /YES toetsen door de toonnummers op het
display bladert. Toon het nummer van de
toon die u aan de toets wilt toewijzen.
• Door op één van beide toetsen te drukken verandert
de waarde versneld.
OPMERKING
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor
informatie betreffende een andere methode die u kunt
aanwenden om een toon toe te wijzen aan de VARIOUS/GM TONES toets.
• De toon die u aan de VARIOUS/GM TONES toets
toewijst blijft behouden totdat u de digitale piano
uitschakelt.
• Als een slagwerkset toegewezen is aan de VARIOUS/GM TONES toets dan klinkt slagwerk wanneer u op de
klaviertoetsen drukt terwijl de indicator boven de
VARIOUS/GM TONES toets brandt. Zie pagina A-2
voor informatie betreffende de slagwerkklanken die
toegewezen zijn aan elk van de klaviertoetsen.
Om dit te doen:Druk op deze toets:
Maak de toon milder
Maak de toon scherper
Druk om het helderheideffect te annuleren
3.
nogmaals op de BRILLIANCE toets zodat de
bijbehorende indicator uitgaat.
OPMERKING
• Door de /NO en /YES toetsen tegelijkertijd in te
drukken verandert de aangegeven instelling naar de
oorspronkelijke (default) waarde.
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor
informatie betreffende een andere methode die u kunt
gebruiken om de instellingen voor de helderheid te
configureren.
D-9
Selecteren en spelen van een toon
Lagen van twee tonen
aanbrengen
Volg de volgende procedure om lagen van twee tonen
aan te brengen zodat die op hetzelfde moment klinken.
De toon die u het eerst specificeert is de “hoofdtoon”,
terwijl de toon die u als tweede specificeert de
“gelaagde toon” wordt genoemd.
OPMERKING
• Om een Various toon of een GM toon te gebruiken als de
hoofdtoon, moet u deze eerst toewijzen aan de
VARIOUS/GM TONES toets (pagina D-9).
• U kunt een Various toon of een GM toon aan de
VARIOUS/GM TONES toets toewijzen als de hoofdtoon
dan wel als de gelaagde toon. U kunt de Various/GM
tonen niet op hetzelfde moment gebruiken als de
hoofdtoon en de gelaagde toon.
Houd de TONE toets ingedrukt en druk
1.
tegelijkertijd op de toets die correspondeert
aan de gelaagde toon.
Voorbeeld: Houd de GRAND PIANO 2 toets ingedrukt
en druk op de STRINGS toets.
Splitsen van het toetsenbord
tussen twee tonen
U kunt verschillende tonen toewijzen aan de
klaviertoetsen aan de linkerkant (laag bereik) en de
rechterkant (hoog bereik) van het toetsenbord.
Laag bereikHoog bereik
STRINGS
(snaarinstrument)
Druk op de TONE toets van de toon die u wilt
1.
selecteren voor het hoge bereik.
Voorbeeld: GRAND PIANO 2 (vleugel 2)
Druk op de SPLIT toets.
2.
• Hierdoor gaat de SPLIT indicator knipperen.
Druk op de TONE toets van de toon die u wilt
3.
selecteren voor het lage bereik.
Voorbeeld: STRINGS (snaarinstrument)
Splitspunt
GRAND PIANO 2 (vleugel 2)
GRAND PIANO 2 (vleugel 2)
STRINGS (snaarinstrument)
OPMERKING
• Als u op de VARIOUS/GM TONES toets drukt om de
toon toe te wijzen aan de gelaagde (tweede) toon,
verschijnt het nummer van de toon die op dat moment
toegewezen is op het display als u de VARIOUS/GM TONES toets ingedrukt houdt.
• Houd de VARIOUS/GM TONES toets ingedrukt om
m.b.v. de /NO en /YES toetsen door de
toonnummers te bladeren en de toontoewijzingen te
veranderen.
Nadat u klaar bent met het gebruiken van het
4.
gesplitste toetsenbord kunt u nogmaals op de
SPLIT toets drukken om de splitsing van het
toetsenbord ongedaan te maken.
• Hierdoor gaat de SPLIT indicator uit.
OPMERKING
• U kunt het toetsenbord zodanig configureren dat het
lagen heeft van twee tonen in het hoge bereik. Om dit te
doen dient u eerst de laagbewerking uit te voeren
(pagina D-10). Breng de splitsing in het toetsenbord
daarna aan zoals hierboven is aangeven.
Druk op een van de TONE toetsen om de
2.
lagen van het toetsenbord ongedaan te
maken.
OPMERKING
• U kunt de balans bijstellen tussen de hoofdtoon en de
gelaagde toon. Zie “Overige instellingen” op pagina D25 voor meer informatie.
D-10
Selecteren en spelen van een toon
Specificeren van de plaats van het
splitspunt van het toetsenbord
Houd de SPLIT toets ingedrukt en druk op de
1.
klaviertoets waar u wilt dat de linkergrens van
het hoge bereik (rechts) zich bevindt.
Laag bereik
Knippert
OPMERKING
• Het splitspunt vormt tevens de grens tussen het bereik
van het begeleidingstoetsenbord (pagina’s D-15 tot en
met D-17) en het bereik van het melodietoetsenbord. U
kunt de plaats van het splitspunt van het toetsenbord
veranderen waardoor tevens de grootte van de
toetsenborden verandert.
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor
informatie betreffende een andere methode die u kunt
gebruiken om het splitspunt te veranderen.
Hoog bereik
Meest linkse klaviertoets
van het hoge bereik
Om het effecttype te veranderen:
Schakel REVERB (nagalm) of CHORUS
1.
(zweving) in.
Houd de effecttoets (REVERB of CHORUS)
2.
ingedrukt om m.b.v. de /NO en /YES
toetsen door het effecttype te veranderen
zoals hieronder wordt aangegeven.
[Reverb] (nagalm)
• Nagalmwaarde
1: Kamer (room)
2: Kleine zaal (Small Hall)
3: Grote zaal (Large Hall)
4: Stadium
[Chorus] (zweving)
Gebruiken van effecten
Reverb. . . . . Nagalm laat uw noten resoneren.
Chorus . . . . Zweving voegt meer ruimtelijkheid toe
aan uw noten.
In- en uitschakelen van effecten
Schakel de effecten in en uit d.m.v. de
1.
REVERB en CHORUS toetsen zoals
hieronder wordt aangegeven.
• De indicator boven de toetsen tonen of de effecten inof uitgeschakeld zijn.
• Terwijl er lagen aangebracht zijn bij het toetsenbord heeft
de chorus (zweving) aan/uit stand enkel invloed op de
gelaagde toon. Terwijl er een splitsing aangebracht is bij
het toetsenbord heeft de chorus (zweving) aan/uit stand
enkel invloed op de tonen in het lage bereik.
D-11
Selecteren en spelen van een toon
Gebruiken van de pedalen van
de digitale piano
Uw digitale piano is uitgevoerd met drie pedalen:
demppedaal, zacht pedaal en sostenuto pedaal
Zacht pedaal
Sostenuto pedaal
Pedaalfuncties
z Demppedaal
Door het demppedaal in te trappen tijdens het
spelen zullen de noten die u aanslaat voor een
bijzonder lange tijd blijven nagalmen.
• Door dit pedaal in te trappen terwijl GRAND
PIANO 1, GRAND PIANO 2 of GRAND PIANO 3
(vleugel 1, vleugel 2 of vleugel 3) geselecteerd is
als de toon, zullen de noten nagalmen op dezelfde
wijze als het demppedaal van een akoestische
vleugel. Het halverwege intrappen (gedeeltelijk
intrappen) van het pedaal wordt ook ondersteund.
z Zacht pedaal
Door op dit pedaal te trappen tijdens het spelen
worden de op het toetsenbord aangeslagen noten
onderdrukt na het intrappen van het pedaal
waardoor de noten zachter klinken.
Demppedaal
Gebruiken van de metronoom
Druk op de METRONOME toets.
1.
• Hierdoor start de metronoom.
• De twee indicators boven de START/STOP toets
knipperen samen met de maatslagen van de
metronoom.
Knippert bij de
eerste maatslag.
Houd om de maatslag te veranderen de
2.
METRONOME toets ingedrukt terwijl u op de
/NO of /YES toets drukt.
• U kunt een waarde binnen het bereik lopend van 2 tot
en met 6 instellen voor de maatslag. Er wordt
klokgelui weergegeven bij de eerste maatslag van
elke maat en de resterende maatslagen klinken als
klikken. Door 0 te specificeren als de instelling wordt
een gewone klik weergegeven zonder klokgelui. Met
deze instelling kunt u oefenen met een vaste
maatslag.
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
3.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Stel d.m.v. the /NO en /YES toetsen
4.
het tempo in binnen het bereik lopend van 20
tot en met 255 maatslagen per minuut.
Knippert bij navolgende
maatslagen.
z Sostenuto pedaal
Enkel de noten die gespeeld worden tijdens het
intrappen van dit pedaal worden aangehouden
todat het pedaal wordt losgelaten.
Langzamer
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
5.
Sneller
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
Druk nogmaals op de METRONOME toets
6.
om de metronoom te stoppen.
OPMERKING
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor
informatie betreffende een andere methode die u kunt
gebruiken om de instellingen voor de metronoom te
configureren.
D-12
Om het metronoomvolume in te stellen
OPMERKING
• U kunt de volgende procedure op elk moment uitvoeren
ongeacht of de metronoom klinkt of niet.
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
Druk op de METRONOME VOLUME toets.
2.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets knipperen.
Verander d.m.v. de /NO en /YES
3.
toetsen de instelling voor het
metronoomvolume binnen het bereik lopende
van 0 tot en met 42.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
4.
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
Selecteren en spelen van een toon
D-13
Weergeven van een ritme
TEMPO/SETTINGRHYTHM
START/STOP
/NO
SYNCHRO/FILL-IN
INTRO/ENDING
/YES
Selecteren van een ritme
U kunt selecteren uit 20 ingebouwde melodieën.
Druk op de RHYTHM toets zodat de indicator
1.
er onder gaat branden.
• Telkens bij indrukken van de toets wordt heen en
weer geschakeld tussen de bovenste en de onderste
indicator.
• Hierdoor verschijnt het op dat moment geselecteerde
ritmenummer op het display.
MODE
Bijstellen van het weergavetempo
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Verander d.m.v. de /NO en /YES
2.
toetsen het tempo binnen het bereik lopende
van 20 tot en met 255.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
3.
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
Gebruiken van automatische
Zoek het ritmenummer van het ritme dat u wilt
2.
gebruiken op in de ritmelijst op pagina A-3.
Blader m.b.v. de /NO en /YES toetsen
3.
door de ritmenummers totdat het gewenste
nummer wordt getoond.
Druk op de START/STOP toets.
4.
• Hierdoor start het ritme.
Druk nogmaals op de START/STOP toets om
5.
het ritme te stoppen.
begeleiding
Bij de automatische begeleiding speelt de digitale
piano automatisch de onderdelen voor het ritme, de
baslijn en de akkoorden in overeenstemming met de
akkoorden die u selecteert d.m.v. de vereenvoudigde
vingerzettingen voor het toetsenbord of de akkoorden
die u speelt. De automatische begeleiding geeft u het
gevoel dat u uw eigen achtergrondgroep heeft die u te
allen tijde ondersteunt.
D-14
OPMERKING
• Bij de hieronder beschreven ritmes dient u te controleren
dat CASIO CHORD, FINGERED of FULL RANGE
CHORD geselecteerd is voordat u probeert de akkoorden
te spelen. Het volume van de slagwerkinstrumenten is
bijzonder laag en de percussie (het slagwerk) wordt op
een dergelijke manier toegevoegd dat de algehele
stemming van het ritme niet aangetast wordt.
Weergeven van een ritme
Druk op de SYNCHRO/FILL-IN toets.
5.
• Hierdoor wordt de digitale piano zodanig
geconfigureerd dat het ritme en de
akkoordbegeleiding automatisch starten wanneer een
van de klaviertoetsen binnen het bereik van het
begeleidingstoetsenbord aangeslagen wordt.
• Hierdoor zullen de twee indicators boven de START/STOP toets gaan knipperen.
• Volg de procedures bij “Selecteren van een ritme” om het
gewenste ritme te selecteren en het tempo bij te stellen.
Druk op de TEMPO/SETTING toets.
1.
• Hierdoor gaat de indicator van de toets knipperen.
Druk op de MODE toets.
2.
Selecteer een van de hier onder getoonde
3.
automatische begeleidingsmodi d.m.v. de
/NO en /YES toetsen.
Druk op de INTRO/ENDING toets.
6.
Plaats de vingerzetting van het eerste
7.
akkoord binnen het bereik van het
begeleidingstoetsenbord.
• Door een akkoord te spelen wordt het intropatroon
gespeeld voor het geselecteerde ritme, gevolgd door
het begeleidingsritme en het akkoordpatroon.
Probeer vingerzettingen voor andere
8.
akkoorden op het keyboard.
• Zie “Hoe akkoorden worden gespeeld” op pagina D16 voor informatie betreffende hoe u de
vingerzettingen van akkoorden kunt maken binnen
de begeleidingsmodi.
• De twee indicators boven de START/STOP toets
knipperen samen met de maatslag.
Knippert bij de
eerste maatslag.
Knippert bij navolgende
maatslagen.
Display indicatorBetekenis
oFF (uit)NORMAL (normaal)
C.C.CASIO CHORD
FnGFINGERED
FUL
• Hier zullen we de CASIO CHORD functie selecteren.
• Zie “Hoe akkoorden worden gespeeld” op pagina D16 voor details betreffende de automatische
begeleidingsmodi en hun akkoord vingerzettingen.
Druk nogmaals op de TEMPO/SETTING
4.
FULL RANGE CHORD
(vol bereik akkoord)
toets.
• Hierdoor gaat de indicator boven de toets uit.
OPMERKING
• U kunt een invulpatroon tussenvoegen terwijl een
ritmepatroon wordt gespeeld door op de SYNCHRO/FILL-IN toets te drukken. Een invulpatroon helpt om de
sfeer van het patroon te veranderen.
Druk op de INTRO/ENDING toets om de
9.
begeleiding te stoppen.
• Hierdoor wordt een eindpatroon gespeeld voor het
geselecteerde ritme voordat de weergave van de
automatische begeleiding gestopt wordt.
OPMERKING
• U kunt het spel van de begeleiding stoppen zonder een
intro- of eindpatroon door op de START/STOP toets te
drukken in plaats van stap 6 of stap 9.
• Zie “Overige instellingen” op pagina D-25 voor meer
informatie betreffende het bijstellen van het volume van
de begeleiding.
B
D-15
Loading...
+ 38 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.