Controleer, voordat u de camera in gebruik neemt, of de verpakking
de onderstaande onderdelen bevat.
Indien er iets ontbreekt, kunt u contact opnemen met uw leverancier.
Compatibele geheugenkaarten
De volgende geheugenkaarten (afzonderlijk verkrijgbaar) kunnen,
ongeacht de capaciteit, worden gebruikt.
● SD-geheugenkaarten*
● SDHC-geheugenkaarten*
● SDXC-geheugenkaarten*
* Kaarten die voldoen aan de SD-normen. Niet voor alle geheugenkaarten is
dewerkingindezecamerageverieerd.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Camera
Polsriem
* Verwijder het stickerlabel niet van een batterij.
● De verpakking bevat ook gedrukt materiaal.
● Een geheugenkaart is niet bijgesloten (
Batterij
NB-13L*
=
CB-2LH/CB-2LHE
2).
Batterijlader
Accessoires
Bijlage
Index
2
Opmerkingen vooraf en wettelijke
informatie
● Maak enkele proefopnamen en bekijk deze om te controleren of de
beelden goed zijn opgenomen. Canon Inc., dochterondernemingen
van Canon en andere aangesloten bedrijven en distributeurs zijn
niet aansprakelijk voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit
uit enige fout in de werking van een camera of accessoire, inclusief
kaarten, die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of
niet kan worden gelezen door apparaten.
● Wanneer de gebruiker onrechtmatig mensen of materiaal waarop
auteursrecht rust fotografeert of opneemt (video en/of geluid), kan dit
de privacy van deze mensen schenden en/of een inbreuk zijn op de
juridische rechten van anderen, waaronder auteursrechten en andere
intellectuele eigendomsrechten, zelfs wanneer dergelijke foto's of
opnamen uitsluitend voor persoonlijk gebruik zijn bedoeld.
● Meer informatie over de garantie voor uw camera of de Canon
Klantenservice vindt u in de garantie-informatie in het pakket met
het instructieboekje dat bij uw camera wordt geleverd.
● Hoewel het scherm (de monitor) onder productieomstandigheden voor
uitzonderlijk hoge precisie is vervaardigd en meer dan 99,99% van de
gevallen gebreken vertonen of als rode en zwarte punten zichtbaar
zijn. Dit is geen teken van beschadiging van de camera en heeft geen
invloed op de opgenomen beelden.
● De camera kan warm worden als deze gedurende langere tijd wordt
gebruikt. Dit is geen teken van beschadiging.
Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt
● In deze handleiding worden pictogrammen gebruikt om de bijbehorende
cameraknoppen en bedieningselementen, waarop de pictogrammen zijn
afgebeeld of die er op lijken, aan te duiden.
● De onderstaande cameraknoppen en bedieningselementen worden
met de volgende pictogrammen aangeduid: Nummers aangegeven
tussen haakjes geven de nummers weer van de overeenkomstige
bedieningselementen in “Onderdeelnamen” (
[ ] Knop omhoog (6) aan de achterkant
[ ] Knop links (7) aan de achterkant
[ ] Knop rechts (12) aan de achterkant
[ ] Knop omlaag (13) aan de achterkant
● Opnamemodi en pictogrammen en tekst op het scherm worden tussen
haakjes weergegeven.
: Wat u beslist moet weten
●
: Opmerkingen en tips voor deskundig cameragebruik
●
●= xx: Pagina's met verwante informatie (in dit voorbeeld staat “xx”
voor een paginanummer)
● De instructies in deze handleiding gelden voor een camera die op de
standaardinstellingen is ingesteld.
● Voor het gemak verwijst “de geheugenkaart” naar alle ondersteunde
geheugenkaarten.
● De symbolen “
functiewordtgebruiktvoorfoto'soflms.
Foto's” en “ Films” onder titels geven aan of de
=
4).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
3
(1)(2) (3)
Onderdeelnamen
(
(4)(3)(2)(5)(7)(6) (8)(10)
(9)
Vóór gebruik
Basishandleiding
)
1
(1) Lens
(2) Luidspreker
(3) Zoomknop
Opnemen: [
Afspelen: [
(4) Ontspanknop
(5) Lampje
(6) ON/OFF-knop
* Gebruikt met NFC-functie (
(telelens)]/
(groothoek)]
[
(vergroten)]/
(index)]
[
=
88).
(11)
(7) Microfoon
(8) Antenne voor Wi-Fi
(9) Flitser
(10) Schakelaar [
(N-teken)*
(11)
(12) Aansluiting statief
(13) Klepje van geheugenkaart/
batterijhouder
(14) Riembevestigingspunt
(Flitser omhoog)]
Handleiding voor gevorderden
(4)
(5)
(6)
(7)
(8)
(14)(13)(12)
(1) Scherm (monitor)
(2) DIGITAL-aansluiting
(3) HDMI
(4) Modusschakelaar
(5) Knop [
(6) Knop [
(7) Knop [
TM
-aansluiting
(Afspelen)]
(Auto zoom)]/
(Story Highlights)]/Omhoog
[
(Macro)]/Links
(9)
(8) Indicator
(9) Knop [
(10) Filmknop
(11) Knop FUNC. (functie)/SET
(12) Knop [
(13) Knop [
(14) Knop [
(Wi-Fi)]
(Flitser)]/Rechts
Omlaag
(10)
(11)
(12)
(13)
(14)
(Informatie)]/
]
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
4
Inhoudsopgave
Vóór gebruik
Informatie om te beginnen ............................................... 2
Inhoud van de verpakking ........................................................ 2
aantasten. Houd vooral bij kleine kinderen ten minste één meter afstand
wanneerudeitsergebruikt.
● Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen.
Een draagriem rond de nek van een kind wikkelen kan leiden tot verstikking.
Als uw product een stroomsnoer gebruikt, kan een snoer per ongeluk rond
de nek van een kind wikkelen leiden tot verstikking.
● Gebruik alleen de aanbevolen energiebronnen voor stroomvoorziening.
● Demonteer, wijzig of verwarm het product niet.
● Verwijder het stickerlabel van de batterij niet, als de batterij een
stickerlabel heeft.
● Laat het product niet vallen en voorkom harde schokken of stoten.
● Raak de binnenkant van het product niet aan als het product is
beschadigd, bijvoorbeeld wanneer het is gevallen.
● Stop onmiddellijk met het gebruik van het product als dit rook of een
vreemde geur afgeeft of andere vreemde verschijnselen vertoont.
● Gebruik geen organische oplosmiddelen zoals alcohol, wasbenzine
of thinner om het product schoon te maken.
Hiermee wordt gewezen op het risico
van ernstig letsel of levensgevaar.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
12
● Voorkom contact met vloeistoffen en voorkom dat vloeistoffen
of vreemde objecten in de camera komen.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand.
Als het product nat wordt of als er vloeistoffen of vreemde voorwerpen in
de camera komen, verwijdert u onmiddellijk de batterij/batterijen of haalt
u de camera onmiddellijk uit het stopcontact.
● Heeft uw model een zoeker of verwisselbare lens, kijk dan niet door
de zoeker of de lens naar een sterke lichtbron (zoals de zon op een
heldere dag of een krachtige kunstmatige lichtbron).
Dit kan uw gezichtsvermogen aantasten.
● Laat de lens (of de camera met de daarop bevestigde lens) niet in de zon
liggen zonder lensdop, indien uw model een verwisselbare lens heeft.
Dit kan brand veroorzaken.
● Raak het product niet aan tijdens onweer als het product in het
stopcontact zit.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand. Stop onmiddellijk met
het gebruik van het product en kom niet in de buurt van het product.
● Gebruik alleen de aanbevolen batterij/batterijen.
● Plaats de batterij/batterijen niet in de buurt van of in open vuur.
Dit kan ertoe leiden dat de batterij/batterijen exploderen of gaan lekken,
wat kan leiden tot een elektrische schok, brand of letsel. Als lekkende
batterijvloeistof met ogen, mond, huid of kleding in contact komt, moet
u deze onmiddellijk afspoelen met water.
● Als het product een batterijlader gebruikt, dient u de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht te nemen.
- Verwijder het netsnoer regelmatig en veeg het stof en vuil dat zich
heeft opgehoopt op de stekker, de buitenkant van het stopcontact
en het gebied eromheen weg met een droge doek.
- Steek of trek de stekker niet in of uit het stopcontact met natte handen.
- Gebruik de apparatuur niet op een manier waarbij de nominale
capaciteit van het stopcontact of de kabelaccessoires wordt
overschreden. Gebruik de apparatuur niet als de stekker is
beschadigd of als deze niet volledig in het stopcontact is gestoken.
- Zorg ervoor dat stof of metalen objecten (zoals spelden of sleutels)
niet in contact komen met de contactpunten of stekker.
- Snijd, beschadig of wijzig het netsnoer niet als uw product een
netsnoer gebruikt. Plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer.
Dit kan leiden tot een elektrische schok of brand.
● Zet de camera uit op plaatsen waar het gebruik van een camera niet
is toegestaan.
De elektromagnetische golven uit de camera hinderen de werking van
elektronische instrumenten en andere apparatuur. Denk goed na voordat
u het product gebruikt op plaatsen waar het gebruik van elektronische
apparatuur verboden is, zoals in vliegtuigen en medische instellingen.
● Laat de camera niet langdurig in contact komen met de huid.
Zelfs als de camera niet warm aanvoelt kan dit leiden tot eerstegraads
verbrandingen, die te herkennen zijn aan een rode huid of blaren. Gebruik
een statief op warme plekken of als u een slechte bloedsomloop of
ongevoelige huid hebt.
Voorzichtig
Hiermee wordt gewezen op het risico
van letsel.
● Zorg dat de camera niet tegen voorwerpen stoot, wordt blootgesteld
aan schokken en stoten, of achter voorwerpen blijft haken wanneer
u het product aan de polsriem draagt.
● Zorg dat u niet tegen de lens stoot of drukt.
Dit kan verwondingen veroorzaken of de camera beschadigen.
● Zorg dat het scherm niet aan schokken wordt blootgesteld.
Als het scherm barst, kunnen de splinters letsel veroorzaken.
● Gebruik, plaats of bewaar het product niet op de volgende plaatsen:
- plaatsen die aan direct zonlicht blootstaan;
- plaatsen die aan temperaturen boven 40 °C blootstaan;
- vochtigeofstofgeplaatsen
Hierdoor kan lekkage of oververhitting ontstaan of kan/kunnen de batterij/
batterijen ontploffen, wat kan leiden tot elektrische schokken, brand,
brandwonden of ander letsel.
Oververhitting en schade kunnen leiden tot elektrische schokken, brand,
brandwonden of ander letsel.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
13
● Door langdurig naar overgangen voor diavoorstelling te kijken,
● Verwijder de batterij/batterijen en berg deze op wanneer u het product
niet gebruikt.
Als de batterij lekt kan het product beschadigd worden.
● Breng, voordat u de batterij/batterijen weggooit, tape of ander
isolatiemateriaal aan over de polen van de batterij/batterijen.
Contact met andere metalen kan leiden tot brand of een explosie.
● Haal altijd de batterijlader uit het stopcontact wanneer deze niet gebruikt
wordt. Bedek de lader niet met een doek of andere voorwerpen wanneer
deze gebruikt wordt.
Als u de lader gedurende een lange periode in het stopcontact laat,
kan deze oververhit en beschadigd raken, waardoor brand kan ontstaan.
● Laat batterijen voor het product niet in de buurt van huisdieren liggen.
Als huisdieren op de batterij kauwen kan dit leiden tot lekkage, oververhitting
of een explosie, met brand of schade aan het product als gevolg.
● Als uw product meerdere batterijen gebruikt, dient u geen combinatie
van batterijen te gebruiken met verschillende spanningsniveaus.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen samen. Let er bij het plaatsen
van de batterijen op dat u de + en – polen niet verwisselt.
Dit kan de werking van het product negatief beïnvloeden.
● Ga niet zitten terwijl u de camera in uw broekzak hebt.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
● Let erop dat harde voorwerpen niet in contact komen met het scherm
als u de camera in uw tas stopt. Doe ook het scherm dicht (zodat het
naar de camerabody is gericht), als uw product een scherm heeft dat
ingeklapt kan worden.
● Bevestig geen harde voorwerpen aan het product.
Dit kan leiden tot storingen of schade aan het scherm.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
14
Basishandleiding
Basishandelingen
Algemene informatie en instructies, van de eerste voorbereidingen tot
opnamen maken en afspelen
Voordat u begint
Tref de volgende voorbereidingen voordat u opnamen maakt.
De riem bevestigen
● Steek het uiteinde van de riem
door het riembevestigingspunt (1)
en haal het andere uiteinde van de riem
(2)
(1)
door het oog aan het draadeinde (2).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
De camera vasthouden
● Doe de riem om uw pols.
● Houd bij het maken van opnamen uw
armen tegen uw lichaam gedrukt en houd
de camera stevig vast om te voorkomen
dat deze beweegt. Laat uw vingers niet
opdeuitgeklapteitserrusten.
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
15
De batterij opladen
Laad voor gebruik de batterij op met de meegeleverde oplader. Bij aankoop
van de camera is de batterij niet opgeladen. Zorg er daarom voor dat u de
batterij eerst oplaadt.
Plaats de batterij.
(1)
(2)
(2)
(1)
CB-2LH
CB-2LHE
(1)
(2)
1
● Zorg eerst dat de markering op de
batterij overeenkomt met die op de oplader
en plaats dan de batterij door deze naar
binnen (1) en naar beneden (2) te drukken.
Laad de batterij op.
2
● CB-2LH: kantel de stekker naar
buiten (1) en steek de oplader in
een stopcontact (2).
● CB-2LHE: sluit het netsnoer aan op de
oplader en steek het andere uiteinde in
een stopcontact.
● Het oplaadlampje gaat oranje branden
en het opladen begint.
● Wanneer het opladen is voltooid,
wordt het lampje groen.
Verwijder de batterij.
3
● Haal het netsnoer van de batterijlader uit
het stopcontact en verwijder de batterij
door deze naar binnen (1) en omhoog (2)
te drukken.
● Laad de batterij niet langer dan 24 uur achtereen op, om de batterij
te beschermen en in goede staat te houden.
● Bij batterijladers die gebruik maken van een netsnoer mag
u de lader of het snoer niet op andere voorwerpen aansluiten.
Dit kan defect of schade aan het product tot gevolg hebben.
● Zie “Aantal opnamen/opnametijd, afspeeltijd” (=
meer informatie over de oplaadduur, het aantal opnamen en
de opnametijd met een volledig opgeladen batterij.
● Opgeladen batterijen verliezen geleidelijk hun lading, ook als ze
niet worden gebruikt. Laad de batterij op de dag dat u deze wilt
gebruiken op, of vlak daarvoor.
● De lader kan worden gebruikt in gebieden met een wisselspanning
van 100–240 V (50/60 Hz). Als de stekker niet in het stopcontact
past, moet u een geschikte stekkeradapter gebruiken. Gebruik
geen elektrische transformator die is bedoeld voor op reis, omdat
deze de batterij kan beschadigen.
150) voor
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Plaats de meegeleverde batterij en een geheugenkaart (afzonderlijk
verkrijgbaar).
Voordat u een nieuwe geheugenkaart gaat gebruiken of een geheugenkaart
die in een ander apparaat is geformatteerd, moet de geheugenkaart met
deze camera worden geformatteerd (=
(1)
1
117).
Open het klepje.
● Verschuif de schakelaar (1) en open het
klepje (2).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
(2)
16
(1)
(3)
(2)
(2)
(1)
(2)
(1)
Plaats de batterij.
2
● Houd de batterij vast met de
aansluitpunten in de getoonde positie (1).
Duw de batterijvergrendeling richting (2)
en plaats de batterij richting (3) totdat de
vergrendeling vastklikt.
● Als u de batterij verkeerd om plaatst,
kan deze niet in de juiste positie worden
vergrendeld. Controleer altijd of de
batterij in de juiste richting is geplaatst
en wordt vergrendeld.
Controleer het schuifje voor
3
schrijfbeveiliging van uw kaart
en plaats de geheugenkaart.
● Bij geheugenkaarten met een schuifje
voor schrijfbeveiliging kunt u geen
opnamen maken als het schuifje is
ingesteld op vergrendeld. Verschuif
het schuifje naar (1).
● Plaats de geheugenkaart met het
label (2) in de getoonde richting
totdat deze vastklikt.
● Controleer altijd of de geheugenkaart in
de juiste richting geplaatst wordt. Als u de
geheugenkaart in de verkeerde richting
probeert te plaatsen, kunt u de camera
beschadigen.
Sluit het klepje.
4
● Sluit het klepje (1) en duw het lichtjes
aan terwijl u de schakelaar verschuift,
totdat het klepje vastklikt (2).
● Zie “Aantal opnamen per geheugenkaart” (=
richtlijnen over hoeveel foto's of uren aan opnamen op één
geheugenkaart passen.
151) voor
De batterij en geheugenkaart verwijderen
Verwijder de batterij.
● Open het klepje en duw de
batterijvergrendeling in de richting
van de pijl.
● De batterij wipt nu omhoog.
Verwijder de geheugenkaart.
● Duw de geheugenkaart naar binnen
tot u een klik hoort en laat de kaart
langzaam los.
● De geheugenkaart wipt nu omhoog.
De datum en tijd instellen
Stel de datum en tijd als volgt in als het scherm [Datum/Tijd] verschijnt
wanneer u de camera aanzet. Informatie die u op deze manier opgeeft,
wordt opgeslagen in de beeldeigenschappen wanneer u een foto maakt
en wordt gebruikt bij het beheer van uw foto's of wanneer u foto's afdrukt
met de datum erop.
Desgewenst kunt u ook een datumstempel aan uw foto's toevoegen (=
Schakel de camera in.
1
● Druk op de ON/OFF-knop.
● Het scherm [Datum/Tijd] verschijnt.
37).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
17
Stel de datum en tijd in.
2
● Druk op de knoppen [ ][ ] om een item
te selecteren.
● Druk op de knoppen [
datum en tijd in te voeren.
● Als u klaar bent, drukt u op de knop [
Stel de tijdzone thuis in.
3
● Druk op de knoppen [ ][ ] om de
tijdzone thuis te selecteren.
Voltooi de instellingsprocedure.
4
● Als u klaar bent, drukt u op de knop [ ].
Nadat een bevestigingsbericht
is weergegeven, wordt het
instellingenscherm niet meer
weergegeven.
● Druk op de ON/OFF-knop om de camera
uit te schakelen.
● Het scherm [Datum/Tijd] verschijnt telkens wanneer u de camera
inschakelt, tenzij u de datum, tijd en tijdzone al hebt ingesteld.
Geef de juiste informatie op.
● Om de zomertijd in te stellen (normale tijd plus 1 uur),
kiest u [
knoppen [
] bij stap 2. Kies vervolgens [ ] door op de
][ ] te drukken.
][ ] om de
De datum en tijd wijzigen
Wijzig de datum en tijd als volgt.
Open het menuscherm.
1
● Druk op de knop [].
].
Kies [Datum/Tijd].
2
● Beweeg de zoomknop om het
tabblad [ ] te selecteren.
● Druk op de knoppen [
[Datum/Tijd] te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ ].
Wijzig de datum en tijd.
3
● Volg stap 2 bij “Datum en tijd instellen”
(=
17) om de instellingen aan te
passen.
● Druk op de knop [
menuscherm te sluiten.
● Dankzij de ingebouwde datum/tijd-batterij (reservebatterij) kunnen
de datum- en tijdinstellingen ongeveer 3 weken behouden blijven
nadat de batterij is verwijderd.
● De datum/tijd-batterij wordt in ongeveer 4 uur opgeladen nadat
u een opgeladen batterij hebt geplaatst, zelfs als de camera is
uitgeschakeld.
● Zodra de datum/tijd-batterij leeg is, verschijnt het scherm
[Datum/Tijd] als u de camera inschakelt. Stel de juiste datum en
tijd in zoals beschreven bij “De datum en tijd instellen” (
][ ] om
] om het
=
17).
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
18
Weergavetaal
U kunt de weergavetaal desgewenst wijzigen.
Open de afspeelmodus.
1
● Druk op de knop [].
Open het instellingenscherm.
2
● Houd de knop [ ] ingedrukt en druk
direct op de knop [].
Stel de taal van het LCD-scherm in.
3
● Druk op de knoppen [ ][ ][ ][ ] om
een taal te selecteren en druk vervolgens
op de knop [ ].
● Nadat u de taal van het LCD-scherm hebt
ingesteld, wordt het instellingenscherm
niet langer weergegeven.
● De huidige tijd wordt weergegeven als u bij stap 2, nadat
u op de knop [
de knop [
tijdweergave verwijderen en herhaal stap 2.
● U kunt de weergavetaal ook wijzigen door op de knop [
drukt u op de knop [ ]. Als u het volgende
beeld wilt bekijken, drukt u op de knop [ ].
● Om dit scherm te openen (modus Beeld
scrollen), houdt u de knoppen [
ten minste een seconde lang ingedrukt.
Druk in deze modus op de knoppen [ ][ ]
om door beelden te bladeren.
● Druk op de knop [
naar de enkelvoudige weergave.
● Films zijn herkenbaar aan het
pictogram [
alsulmswiltafspelen.
] om terug te keren
]. Ga naar stap 3
][ ]
Films afspelen
3
● Druk op de knop [ ], druk op de
knoppen [ ][ ] om [ ] te selecteren en
druk vervolgens nogmaals op de knop [ ].
● Hetafspelenbegintennadelm
verschijnt [
● Om het volume aan te passen,
drukt u tijdens het afspelen op
de knoppen [
● Om vanuit de afspeelmodus naar de opnamemodus te gaan,
drukt u de ontspanknop half in.
].
][ ].
Beelden wissen
U kunt beelden die u niet meer nodig hebt één voor één selecteren en
wissen. Wees voorzichtig bij het wissen van beelden, want ze kunnen niet
worden hersteld.
Selecteer het beeld dat u wilt wissen.
1
● Druk op de knoppen [ ][ ] om een beeld
te selecteren.
Wis het beeld.
2
● Druk op de knop [ ], druk op de
knoppen [ ][ ] om [ ] te selecteren en
druk vervolgens nogmaals op de knop [ ].
● Als [Wissen ?] verschijnt, drukt u op de
knoppen [
Druk vervolgens op de knop [ ].
● Het huidige beeld wordt nu gewist.
● Als u het wissen wilt annuleren, drukt
u op de knoppen [
kiezen. Druk vervolgens op de knop [ ].
][ ] om [Wissen] te selecteren.
][ ] om [Annuleer] te
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
● U kunt meerdere beelden selecteren om in één keer te wissen
=
75).
(
21
Handleiding
voor gevorderden
Basishandelingen van de camera
Overige basishandelingen en meer manieren om van de camera
te genieten, inclusief opties voor opnemen en afspelen
Aan/Uit
● Om van de afspeelmodus naar de opnamemodus te gaan,
drukt u op de knop [
● Om vanuit de afspeelmodus naar de opnamemodus te gaan,
drukt u de ontspanknop half in (
● Als de camera in de afspeelmodus is, wordt ongeveer na één
minuut de lens ingetrokken. U kunt de camera uitschakelen
terwijl de lens is ingetrokken door nogmaals op de knop [
te drukken.
Opnamemodus
● Druk op de ON/OFF-knop om de camera
in te schakelen en gereed te maken om
op te nemen.
● Druk opnieuw op de ON/OFF-knop om
de camera uit te schakelen.
Afspeelmodus
● Druk op de knop [] om de camera in
te schakelen en uw foto's te bekijken.
● Om de camera uit te schakelen drukt
u opnieuw op de knop [
].
=
23).
].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
]
Bijlage
Index
22
Spaarstandfuncties (Automatisch Uit)
Om de batterij te sparen worden het scherm (Display uit) en de camera
automatisch uitgeschakeld na een bepaalde inactieve periode.
Spaarstand in de opnamemodus
Het scherm wordt automatisch uitgeschakeld nadat het ongeveer één
minuut inactief is geweest. Ongeveer na nog 2 minuten wordt de lens
ingetrokken en de camera uitgeschakeld. Als het scherm is uitgeschakeld
maar de lens nog niet is ingetrokken, kunt u het scherm weer inschakelen
en gereedmaken voor het maken van opnamen door de ontspanknop half
in te drukken (=
Spaarstand in de afspeelmodus
De camera wordt na ongeveer 5 minuten inactiviteit automatisch
uitgeschakeld.
23).
● U kunt desgewenst Automatisch Uit uitschakelen en de timing
van Display uit aanpassen (
● De spaarstand is niet actief wanneer de camera via Wi-Fi
op andere apparaten is aangesloten (
aangesloten op een computer (
=
116).
=
126).
=
87) of als deze is
Ontspanknop
Om de scherpte van uw foto´s te waarborgen, houdt u de ontspanknop
altijd eerst half ingedrukt. Zodra het onderwerp is scherpgesteld, drukt
u de knop helemaal in om de foto te maken.
In deze handleiding wordt de bediening van de ontspanknop omschreven
als de knop half of helemaal indrukken.
Druk half in. (Licht indrukken
1
om scherp te stellen.)
● Druk de ontspanknop half in. De camera
piept twee keer en er worden kaders
weergegeven rond de beeldgebieden
waarop is scherpgesteld.
Druk helemaal in. (Druk, vanaf de
2
positie halverwege, helemaal in om
de opname te maken.)
● De camera maakt de opname en er klinkt
een sluitergeluid.
● Houd de camera stil tot het sluitergeluid
stopt.
● De beelden worden mogelijk onscherp als u de opname maakt
zonder eerst de ontspanknop half in te drukken.
● Het geluid van de sluiter kan korter of langer duren, afhankelijk
van de tijd die nodig is om de opname te maken. Bij sommige
opnamecomposities kan het langer duren en de beelden worden
vaag als u de camera beweegt (of als het onderwerp beweegt)
voordat het geluid van de sluiter stopt.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
23
(1)
Opties opnameweergave
Druk op de knop [ ] om andere informatie weer te geven op het scherm
of om de informatie te verbergen. Zie “Informatie op het scherm” (=
voor meer informatie over de weergegeven gegevens.
Informatie wordt weergegeven
Geen informatie weergegeven
● Als u in een omgeving met weinig licht opnamen maakt, wordt met
de nachtschermfunctie de helderheid van het scherm automatisch
verhoogd. Zo kunt u de compositie van uw opnamen gemakkelijker
controleren. Mogelijk komen de beeldhelderheid op het scherm en
de helderheid van uw foto's niet overeen. Vervorming van het beeld
op het scherm of schokkerige bewegingen van het onderwerp
hebben geen invloed op vastgelegde beelden.
De menu-items zijn op tabbladen per doel gegroepeerd, zoals opnamen
maken [ ], afspelen [], enzovoort. De beschikbare menu-items
verschillen afhankelijk van de geselecteerde opname- of afspeelstand
(=
145–=
148).
Open het menuscherm.
1
● Druk op de knop [].
Selecteer een tabblad.
2
● Beweeg de zoomknop om een tabblad
te selecteren.
● Nadat u eerst op de knoppen [
gedrukt om een tabblad te selecteren,
kunt u met de knoppen [ ][ ] van tabblad
wisselen.
][ ] hebt
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
25
Selecteer een menu-item.
3
● Druk op de knoppen [ ][ ] om een
menu-item te selecteren.
● Bij menu-items met opties die niet
worden weergegeven, drukt u eerst
op de knop [
te wisselen. Daarna drukt u op de
knoppen [ ][ ] om het menu-item
te selecteren.
● Druk op de knop [
te keren naar het vorige scherm.
Selecteer een optie.
4
● Druk op de knoppen [ ][ ] om een
optie te selecteren.
Bevestig uw keuze en sluit af.
5
● Druk op de knop [] om terug
te gaan naar het scherm dat werd
weergegeven voordat u bij stap 1
op de knop [] drukte.
● Als u per ongeluk een instelling hebt gewijzigd, kunt u dat ongedaan
maken door de standaardinstellingen van de camera te herstellen
=
120).
(
] of [ ] om van scherm
] om terug
Toetsenbord op het scherm
Gebruik het toetsenbord op het scherm om informatie in te voeren voor
Wi-Fi-verbindingen (=
kunt voeren hangt af van de functie die u gebruikt.
88). De lengte en het soort informatie dat u in
Tekens invoeren
● Druk op de knoppen [ ][ ][ ][ ]
om een teken te selecteren en druk
vervolgens op de knop [ ] om het
in te voeren.
Cursor verplaatsen
● Selecteer [ ] of [ ] en druk op de
knop [ ].
Tekens verwijderen
● Selecteer [ ] en druk op de knop [ ].
Het vorige teken wordt gewist.
Invoer bevestigen en terugkeren
naar het vorige scherm
● Druk op de knop [].
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
26
Indicatorweergave
De indicator achterop de camera (=
gevallen.
- Aangesloten op een computer (
- Het scherm is uitgeschakeld (
- Bezig met opstarten, opnemen of lezen
- Communiceren met andere apparaten
- Opnamen met lange sluitertijd maken (
- Verbinden/verzenden via Wi-Fi
● Als het lampje groen knippert, mag u de camera niet
uitschakelen, het klepje van de geheugenkaart/batterijhouder niet
openen en de camera niet schudden of aanstoten.
Hierdoor kunnen de beelden, camera of geheugenkaart
beschadigd raken.
4) knippert groen in de volgende
=
126)
=
23, =
116)
=
52)
Klok
U kunt kijken hoe laat het is.
● Als de camera is uitgeschakeld, houdt u de knop [ ] ingedrukt
en drukt u op de ON/OFF-knop om de klok weer te geven.
● Houd de knop [
] ingedrukt.
● De huidige tijd verschijnt.
● Als u de camera verticaal houdt wanneer
u de klokfunctie gebruik, schakelt het
scherm over naar verticale weergave.
Druk op de knoppen [
][ ] om de
weergavekleur te wijzigen.
● Druk nogmaals op de knop [
] om de
klokweergave te annuleren.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
27
Auto-modus/
Modus Hybride automatisch
Handige modus voor eenvoudige opnamen met een betere controle bij
het maken van opnamen
Opnamen maken met door de camera
bepaalde instellingen
Laat de camera het onderwerp en de opnameomstandigheden bepalen
voor volledig automatische selectie van de optimale instellingen voor
speciekecomposities.
Opnamen maken (Smart Auto)
Foto's
Schakel de camera in.
1
● Druk op de ON/OFF-knop.
● Het opstartscherm wordt weergegeven.
Open de modus [].
2
● Stel de modusschakelaar in op [ ].
● Druk op de knop [
[ ][ ] om [] te selecteren en druk
vervolgens nogmaals op de knop [ ].
● Druk op de knoppen [
te selecteren en druk vervolgens op de
knop [ ].
● Richt de camera op het onderwerp.
Terwijl de camera de compositie bepaalt,
maakt deze een licht klikkend geluid.
● De pictogrammen die de modus
voor speciale opnamen en de
beeldstabilisatiemodus aanduiden,
worden rechtsboven in het scherm
weergegeven (
], druk op de knoppen
][ ] om []
=
32, =
33).
Films
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
28
(1)
(1)
● Kaders rond gedetecteerde onderwerpen
geven aan dat de camera daarop is
scherpgesteld.
Kies de compositie.
3
● Om in te zoomen en het onderwerp te
vergroten, duwt u de zoomknop naar
[ ] (telelens) en om uit te zoomen duwt
u de knop naar [ ] (groothoek). (Op het
scherm verschijnt de zoombalk (1), die de
zoompositie aangeeft.)
● Om snel in of uit te zoomen, beweegt
u de zoomknop helemaal naar
] (telelens) of [ ] (groothoek)
[
en om langzaam in of uit te zoomen,
beweegt u de zoomknop een beetje
in de gewenste richting.
Maak de opname.
4
Foto's maken
1) Stel scherp.
● Druk de ontspanknop half in. Nadat is
scherpgesteld, hoort u tweemaal een
pieptoon en worden kaders weergegeven
om aan te geven op welke beeldgebieden
is scherpgesteld.
● Wanneer op meer dan één gebied
is scherpgesteld, worden meerdere
AF-kaders weergegeven.
● Als [Flitser Opklappen] wordt
weergegeven, verschuift u de
schakelaar [ ]omdeitseruitte
klappen.Deitseritstwanneer
u een opname maakt. Als u liever
geenitsergebruikt,druktudeitser
met uw vinger omlaag.
2) Maak de opname.
● Druk de ontspanknop helemaal naar
beneden.
● Wanneer de camera de opname maakt,
hoort u het sluitergeluid en wanneer er
weiniglichtis,gaatdeitser,alsudeze
hebt uitgeklapt, automatisch af.
● Houd de camera stil tot het sluitergeluid
stopt.
● Nadat de opname is weergegeven,
schakelt de camera weer over naar
het opnamescherm.
Films opnemen
1) Start de opname.
● Drukopdelmknop.Uhoortéénpieptoon
zodradecamerametdelmopname
begint en op het scherm verschijnen
[ REC] en de verstreken tijd (1).
● Er verschijnen zwarte balken aan de
boven- en onderkant van het scherm
en het onderwerp wordt iets vergroot.
De zwarte balken geven beeldgebieden
aan die niet worden vastgelegd.
● Kaders rond gedetecteerde gezichten
geven aan dat de camera daarop is
scherpgesteld.
● Zodra de opname is begonnen,
haaltuuwvingervandelmknop.
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor gevorderden
Basishandelingen van
de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere opnamestanden
P-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
29
2) Pas de grootte van het onderwerp
aan en wijzig zo nodig de
compositie van de opname.
● Om de grootte van het onderwerp te
wijzigen, herhaalt u de bewerkingen
van stap 3.
Denk er echter wel aan dat het geluid
van de camerabewerkingen ook wordt
opgenomen. Houd er rekening mee
datlmsdiewordenopgenomenmet
zoomfactoren die blauw worden getoond,
er korrelig uitzien.
● Als u tijdens de opname de compositie
wijzigt, worden de focus, helderheid en
kleurtoon automatisch aangepast.
3) Beëindig de opname.
● Druknogmaalsopdelmknopomde
lmopnametestoppen.Decamerapiept
tweemaal als de opname stopt.
● De camera stopt automatisch met
opnemen zodra de geheugenkaart
vol raakt.
Opnamen maken in de modus Hybride automatisch
Kies de compositie.
2
● Volg stap 3–4 bij “Opnamen maken
(Smart Auto)” (=
28) om de compositie
te kiezen en scherp te stellen.
● Voorindrukwekkenderedigest-lmsricht
u de camera ongeveer vier seconden op
onderwerpen voordat u foto's maakt.
Maak de opname.
3
● Volg stap 4 bij “Opnamen maken (Smart
Auto)” (=
28) om een foto te maken.
● De camera maakt zowel een foto als
eenlmclip.Declip,diewordtbeëindigd
met de foto en een sluitergeluid, is één
hoofdstukindedigest-lm.
● De batterij gaat in deze modus minder lang mee dan in de