In deze handleiding word en camerafuncties en -procedures in detail
beschreven.
Belangrijkste functies
Opnamen maken
z
De effecten van een bewegende camera of onscherpe
onderwerpen
met een hoge ISO-snelheid
z Gez. Detect. AF, ideaal voor het fotograferen van mensen
z Opname-instellingen automatisch aanpassen aan
de omstandigheden
voorkomen bij het maken van opnamen
Weergeven
z Filmpjes afspelen met
geluid
z Automatisch afspelen met
de functie Autom/
Afspelen
Bewerken
z Rode-Ogen Correctie
z Geluidsmemo's opnemen
voor foto's
Afdrukken
z
Eenvoudig afdrukk en met
de knop Afdrukken/Delen
z Ondersteuning voor
PictBridge-compatibele
printers van een ander
merk dan Canon
Gebruik van opgenomen beelden
z Beelden probleemloos verplaatsen naar een computer met
de knop Afdrukken/Delen
Conventies die in deze
handleiding worden gebruikt
Met pictogrammen naast of onder titels wordt aangegeven bij welke
opnamemodi de procedure kan worden gebruikt.
Briefkaartmodus
Opnamemodus
• Opnamemodi die niet beschikbaar zijn, worden grijs weergegeven.
Zie Functies beschikbaar in elke opnamemodus(p. 122).
z In deze handleiding wordt naar de Verkorte gebruikershandleiding
verwezen als de Verkorte handleiding en naar de Uitgebreide gebruikershandleiding als de Uitgebreide handleiding.
Met dit symbool worden situaties aangegeven die de werking
:
van de camera kunnen beïnvloeden.
Dit symbool verwijst naar onderwerpen met extra informatie
:
(naast de basisprocedures).
Bij deze camera kunnen SD- en SDHC-geheugenkaarten
en MultiMediaCards worden gebruikt. Naar deze beide
kaarten wordt in deze handleiding verwezen met de term
geheugenkaarten.
Canon raadt u aan om originele accessoires van het merk
Canon te gebruiken.
Dit product werkt het beste in combinatie met accessoires van het
merk Canon. Canon is niet aansprakelijk voor enige schade aan
het product en/of ongelukken zoals brand, enzovoorts, die worden
veroorzaakt door defecten in accessoires van andere merken dan
Canon (bijvoorbeeld een lekkende of geëxplodeerde batterij). Houd
er rekening mee dat deze garantie niet van toepassing is op reparaties
ten gevolge van defecten aan accessoires van andere merken dan
Canon. U kunt dergelijke reparaties tegen betaling laten uitvoeren.
Opname-/weergavemodus
1
Inhoudsopgave
Onderwerpen die met een zijn gemarkeerd, bevatten een overzicht
van camerafuncties of een stappenplan.
Conventies die in deze handleiding worden gebruikt . . . 1
Functies beschikbaar in elke opnamemodus . . . . . 122
4
Bedieningsvoorschriften
Lees dit eerst
Proefopnamen
Wij raden u aan eerst diverse proefopnamen te maken om te
controleren of de camera werkt en of u de camera juist bedient,
voordat u belangrijke onderwerpen fotografeert.
Canon Inc., dochterondernemingen van Canon en andere
aangesloten bedrijven en distributeurs zijn niet aansprakelijk
voor welke gevolgschade dan ook die voortvloeit uit enige fout
in de werking van een camera of accessoire, inclusief kaarten,
die ertoe leidt dat een opname niet kan worden gemaakt of niet
kan worden gelezen door apparaten.
Schending van het auteursrecht
Digitale camera's van Canon zijn bedoeld voor persoonlijk gebruik
en mogen nooit worden gebruikt op een wijze die inbreuk doet op
of strijdig is met internationale of binnenlandse wetten en bepalingen
op het gebied van copyright. In sommige gevallen kan het kopiëren
van beelden van voorstellingen, tentoonstellingen of commerciële
eigendommen door middel van een camera of ander apparaat in strijd
zijn met het copyright of andere wettelijke bepalingen, ook al is de
opname voor persoonlijk gebruik gemaakt.
Garantiebeperkingen
Raadpleeg het boekje Overeenkomst Europees Garantie Systeem
(
EWS) van Canon dat bij de camera is geleverd voor meer informatie
over de garantie voor de camera.
Zie de achterkant van het boekje Overeenkomst Europees
Garantie Systeem (EWS) voor contactinformatie van de
Canon Klantenservice.
5
Temperatuur van de camerabehuizing
Als u de camera lang gebruikt, kan de behuizing warm worden.
Houd hier rekening mee en wees voorzichtig als u de camera
lang gebruikt.
Informatie over het LCD-scherm
Het LCD-scherm is gefabriceerd met extreem hoge
precisietechnieken. Meer dan 99,99% van de pixels
voldoet aan de specificaties. Minder dan 0,01% van
de pixels kan soms weigeren of als zwarte of rode
puntjes verschijnen. Dit heeft geen invloed op het
opgenomen beeld en duidt niet op een defect.
Video-indeling
Stel het videosysteem van uw land in op de camera voordat
u de camera aansluit op de televisie (p. 72).
Taalinstelling
Zie de Verkorte handleiding (p. 8) als u de taalinstelling wilt wijzigen.
Veiligheidsvoorschriften
z Voordat u de camera gebruikt, moet u de veiligheidsvoorschriften
lezen die hierna worden beschreven en in de sectie
Veiligheidsvoorschriften van de Verkorte gebruikershandleiding.
Bedien de camera altijd zoals is beschreven in de handleiding.
z De voorzorgsmaatregelen op de volgende pagina's zijn bedoeld
voor een veilig en juist gebruik van camera en accessoires,
om letsel bij uzelf en anderen en schade aan apparatuur te
voorkomen.
z Met apparatuur wordt verwezen naar de camera, de batterijen,
de batterijlader (afzonderlijk verkrijgbaar) en de compacte
voedingsadapter (afzonderlijk verkrijgbaar).
6
Waarschuwingen
Apparatuur
z Richt de camera niet d irect op de zon of andere fell e
lichtbronnen.
Als u dit wel doet, kunt u uw ogen of de CCD van de camera
beschadigen.
z Berg de apparatuur op buiten het bereik van kinderen
en peuters.
• Polsriem: als de riem om de nek van een kind zit, kan dat
tot verstikking leiden.
• Geheugenkaart: een geheugenkaart kan per ongeluk worden
ingeslikt. Neem in dat geval onmiddellijk contact op met uw
huisarts.
z Probeer geen delen van de apparatuur te openen of
te wijzigen als hiervoor geen expliciete aanwijzingen
zijn opgenomen in de handleiding.
z Raak de flitser niet aan als deze is beschadigd. De flitser
kan onder hoge spanning staan en u kunt een elektrische
schok krijgen.
z
Staak het gebruik van de apparatuur onmiddellijk als er rook
of giftige damp uit komt.
z Zorg ervoor dat de apparatuur niet in contact komt met
of wordt ondergedompeld in water of andere vloeistoffen.
Als de buitenkant van de camera in aanraking komt met
vloeistoffen of zilte lucht, moet u deze droogmaken met
een zachte, absorberende doek.
Als u de apparatuur blijft gebruiken, kan er brand ontstaan of kunt
u een elektrische schok krijgen. Schakel de camera onmiddellijk uit
en verwijder de batterijen uit de camera of trek het netsnoer van de
batterijlader of de compacte voedingsadapter uit het stopcontact.
Neem contact op met uw leverancier of de dichtstbijzijnde helpdesk
van Canon Klantenservice.
7
z Gebruik geen middelen met alcohol, wasbenzine of
verdunners, of andere brandgevaarlijke stoffen om
de apparatuur schoon te maken of schoon te houden.
z Zorg ervoor dat u het netsnoer niet doorsnijdt, beschadigt
of wijzigt en plaats geen zware voorwerpen op het snoer.
z Gebruik alleen de aanbevolen accessoires voor
de stroomvoorziening.
z Maak regelmatig het netsnoer los en veeg het stof en vuil
weg dat zich heeft opgehoopt op de stekker, de buitenkant
van het stopcontact en het gebied eromheen.
z Pak het netsnoer niet vast met natte handen.
Als u de apparatuur blijft gebruiken, kan er brand ontstaan of kunt
u een elektrische schok krijgen.
Batterij
z Plaats de batterijen niet in de buurt van een warmtebron
en stel ze niet bloot aan vuur of hitte.
z De batterijen mogen niet worden ondergedompeld in water.
z Probeer de batterijen niet te demonteren, te wijzigen
of op te warmen.
z Laat de batterijen niet vallen en voorkom beschadiging van
de behuizing van de batterijen.
z Gebruik alleen aanbevolen batterijen en accessoires.
Niet-naleving van deze veiligheidsvoorschriften kan leiden tot
explosies of lekkages, wat brand, letsel en schade aan de
omgeving kan veroorzaken. Als een batterij lekt en de ogen, mond,
huid of kleding in aanraking komen met deze stoffen, moet u ze
onmiddellijk spoelen met water en medische hulp inschakelen.
z
Koppel de batterij lader en de compacte voedingsadapter
los van
de camera en trek de stekker van de adapter uit
het stopcontact als de batterij is opgeladen of u de camera
niet gebruikt. Er kan anders brand of een andere gevaarlijke
situatie ontstaan.
z Dek de batterijlader tijdens het opladen van een batterij
niet af met voorwerpen zoals een tafellaken, tapijt, deken
of kussen.
Als u de eenheden gedurende een lange periode aangesloten laat
op netvoeding, kan de eenheid oververhit en beschadigd raken,
waardoor brand kan ontstaan.
8
z Gebruik bij het opladen van de Canon NiMH-batterijen
van AA-formaat alleen een aanbevolen batterijlader.
z De compacte voedingsadapter is on tworpen voor exclusief
gebruik met deze apparatuur. Gebruik het snoer niet in
combinatie met andere producten.
Dit kan leiden tot oververhitting en aantasting van de apparatuur,
wat brand of elektrische schokken tot gevolg kan hebben.
z Plak, voordat u de batterij weggooit, tape of ander
isolatiemateriaal over de polen van de batterij om
aanraking ervan met andere voorwerpen te voorkomen.
Aanraking met de metalen onderdelen van andere materialen
in afvalcontainers kan brand of een explosie tot gevolg hebben.
Overig
z Gebruik de flitser niet te dicht bij de ogen van mensen
of dieren. Blootstelling aan het sterke licht van de flitser
kan het gezichtsvermogen aantasten.
Houd voor al bij kleine kinderen ten minste één meter afstand
wanneer u de flitser gebruikt.
z Houd objecten die gevoelig zijn voor magnetische velden
(zoals creditcards) uit de buurt van de luidspreker op
de camera.
Dergelijke objecten kunnen defect raken of blootstaan aan
gegevensverlies.
9
Voorzichtig
Apparatuur
z Zorg ervoor dat u niet met de camera tegen voorwerpen
aan
stoot of de camera op een andere manier blootstelt aan
schokken
de riem draagt.
aan de camera.
z Bewaar de apparatuur niet op vochtige of stoffige plaatsen.
z Zorg ervoor dat er geen metalen objecten (zoals spelden
of sleutels) of stof in contact komen met de contactpunten
of stekker van de oplader.
Dergelijke omstandigheden kunnen brand, elektrische schokken
of andere schade veroorzaken.
z Gebruik, plaats of bewaar de apparatuur niet op plaatsen
die aan sterk zonlicht of hoge temperaturen blootstaan,
zoals het dashboard of de kofferruimte van een auto.
z Gebruik de apparatuur niet op een manier die de geschatte
capaciteit van het stopcontact of de
bekabelingsaccessoires overstijgt. Gebruik de apparatuur
niet als het netsnoer of de stekker beschadigd is of niet
helemaal in het stopcontact zit.
z
Gebruik de apparatuur niet op locaties met een slechte
ventilatie.
De hiervoor genoemde zaken kunnen leiden tot lekkage,
oververhitting of explosies, wat brand en brandwonden of andere
verwondingen tot gevolg kan hebben. Hoge temperaturen kunnen
ook de behuizing vervormen.
z Haal de batterijen uit de camera of batterijlader en berg
de apparatuur op een veilige plaats op als u de camera
een lange tijd niet gebruikt.
Als u de batterijen in de camera laat zitten, kunnen
er beschadigingen optreden als gevolg van lekkage.
z Sluit compacte voedingsadapters of batterijladers niet aan
op apparaten zoals elektrische transformators voor reizen
naar het
brand, elektrische
kan hebben.
en stoten wanneer u de camera vasthoudt of aan
Zo voorkomt u persoonlijk letsel of schade
buitenland, omdat dit defecten, oververhitting,
schokken of verwondingen tot gevolg
10
Flitser
z Gebruik de flitser niet als er vuil of stof op de flitser zit.
z Zorg dat uw vingers of uw kleding niet voor de flitser komen
wanneer u een opname maakt.
De flitser kan beschadigd raken en gaan roken of een vreemd
geluid maken. De warmteontwikkeling die hierdoor ontstaat, kan
namelijk beschadiging van de flitser veroorzaken.
z Raak de flitser niet aan nadat u snel achter elkaar een aantal
opnamen hebt gemaakt.
Dit kan brandwonden tot gevolg hebben.
Defecten voorkomen
Vermijd sterk magnetische velden
z Plaats de camera nooit in de buurt van elektromotoren of
andere apparaten die sterk magnetische velden genereren.
Blootstelling aan sterk magnetische velden kan leiden tot defecten
of beschadigde opnamegegevens.
Vermijd problemen door condensatie
z Wanneer u de apparatuur snel van een koude naar een
warme plek verplaatst, kunt u condensatie voorkomen
door de apparatuur in een luchtdichte, hersluitbare plastic
zak te plaatsen en de apparatuur geleidelijk te laten wennen
aan de temperatuursverandering voordat u deze weer uit de
zak haalt.
Het blootstellen van de apparatuur aan snel wisselende
temperaturen kan condensatie (kleine waterdruppels) aan
de binnen- en buitenkant veroorzaken.
Condensatievorming in de camera
z Stop onmiddellijk met het gebruik van de camera.
Als u de camera toch blijft gebruiken, kan de apparatuur beschadigd
raken. Verwijder de geheugenkaart en de batterijen of de compact e
voedingsadapter uit de camera of koppel de compacte voedingsadapter
los. Wacht tot het vocht volledig is verdampt voordat u de apparatuur
weer in gebruik neemt.
11
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
Het LCD-scherm gebruiken
Druk op .
1
z De weergavemodus verandert telkens wanneer u op deze
knop drukt.
Opnamemodus ()
Standaard
(Geen informatie)
Weergavemodus ()
Geen informatie
Gedetailleerd
(Informatievenster)
Uit
z
De informatie over de opname wordt ongeveer zes seconden
lang weergegeven wanneer een instelling is gewijzigd.
maakt hierbij niet uit welke weergavemodus is geselecteerd.
z De aan/uit-instelling van het LCD-scherm blijft beschikbaar
als de camera is uitgeschakeld.
z Het LCD-scherm wordt niet uitgeschakeld in de modus .
z In de vergrote weergave (p. 60) kan het LCD-scherm niet
overschakelen naar de detailweergave of indexweergave
(p. 61)
.
Standaard
Gedetailleerd
Nachtweergave
Wanneer het donker is, wordt het LCD- scherm automatisch
helderder gemaakt en aangepast aan de helderheid van het
onderwerp*, zodat het onderwerp eenvoudiger kan worden
omkaderd.
* Hoewel er ruis kan optreden en de beweging van het onderwerp op het
LCD-scherm wat o nscherp lijkt, heeft dit geen effect op het opgenomen
beeld. De helderheid van het beeld op het scherm verschilt van de
helderheid van het opgenomen beeld.
12
Het
Informatie op het LCD-scherm
Informatie over de opname(Opnamemodus)
Digitale
Tele-converter (p. 28)
Zoominstelling (p. 28)
Veiligh eidsz oom (p. 29)
Uitsnede (p. 35)
Raster (p. 35)
Opnamemodus
(
p. 11-13)
Belichtingscompensatie (p. 46)
Wit Balans (p. 49)
(foto) (p. 27)
(film s) (p. 39)
Verkorte handleiding
(p. 36)
···
···
Lange sluitertijd (p. 47)
My Colors (p. 52)
Lichtmee tmethod e (p. 45)
Compressie
Aantal beelden
Opnamepixels (pp . 26, 39)
(Rood)* Camera beweegt (p. 14)
* Wordt weergegeven wannee r u de
sluiterknop half indrukt. Tijdens het
flitsen worden de op timale instellingen
voor de ISO-waarde, sluitersnelheid en
het diafragma geconfigureerd, waardoor
de afspeelgegevens kunnen verschillen
van de weergegeven informatie.
Spotmetingkader (p. 46)
AF Frame (p. 40)
Macro (Verkorte
handleiding p. 15)
(···)* ISO waarde
(p. 54)
Batterij bijna leeg (p. 96)
handleiding p. 14)
(p. 32, Verkorte handleiding p. 16)
zRec Films opneme n (p. 36)
(p. 45)
belichting (film) (p. 38)
Sluitertijd* (p. 109)
Diafragmawaarde
Flitser (Verkorte
Transport mode
Beeldomkeren (p. 55)
Maak folder (p. 56)
AF lock (p. 43)
AE lock (p. 44)
Flitsbelichtingsvergrendeling
• Foto’s: mogelijke opnamen
• Films: resterende
tijd/verstreken tijd
Schuifbalk voor
*
*
Flitser
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
13
Als het oranje lampje knippert en het pictogram 'Camera
beweegt' () wordt weergegeven, is er te weinig licht en
wordt een trage sluitersnelheid geselecteerd. Maak opnamen
met de volgende methoden.
- Verhoog de ISO-waarde (p. 54).
- Selecteer een andere instelling dan (Flitser uit)
(Verkorte handleiding p. 14).
- Bevestig de camera op een statief of een ander apparaat.
Weergave-informatie (Weergavemodus)
Standaard
Geluid in WAVE-indeling (p. 69)
Mapnummer-Bestandsnummer
Datum/tijd van opname
Status beveiliging (p. 71)
Compressie (foto's) (p. 27)
Totaal aantal beelden
Nummer van
weergegeven beeld
Opnamepixels (foto's) (p. 26)
Film (p. 63)
14
Gedetailleerd
Histogram (p. 16)
Opnamemodus
p. 11 – 13)
Opnamepixels/
Aantal beelden (films) (p. 39)
Sluitertijd (p. 109)
Diafragmawaarde
Belichtingscompensatie (p. 46)
(Verkorte handleiding
Lichtmeetmethode (p. 45)
ISO waarde (p. 54)
···
Flitser (Verkorte handleiding
p. 14)
Macro (Verkorte h andleiding
p. 15)
My Colors (p. 52)
Rode-Ogen Correctie (p. 66)
Wit Balans (p. 49)
Bestandsgrootte
Opnamepixels (foto ) (p. 26)
Filmlengte (films) (p. 39)
De volgende informatie kan ook worden weergegeven bij
sommige beelden.
Er is een geluidsbestand met een andere indeling dan WAVE
toegevoegd of de bestandsindeling wordt niet herkend.
JPEG-beeld dat niet voldoet aan de Design rule for Camera
File System-ontwerpstandaard (p. 110)
RAW-beeld
Niet-herkend geg evenstype
Informatie over beelden die zijn opgenomen met een andere
camera worden mogelijk niet juist weergegeven.
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
15
Histogramfunctie
Het histogram is een graf iek waarmee u de helderheid van het
beeld kunt controleren. Hoe groter de neiging naar links in de
grafiek, des te donkerder is het beeld. Hoe groter de neiging
naar rechts, des te helderder is het beeld.
Als het beeld te donker is, wijzigt u de belichtingscompensatie
in een positieve waarde. Als het beeld te helder is, wijzigt u de
belichtingscompensatie in een negatieve waarde (p. 46).
Voorbeeldhistogramme n
Uitgebalanceerd beeldDonker beeldHelder beeld
De zoeker gebruiken
U kunt tijdens het maken van opnamen energie besparen door
het LCD-scherm uit te schakelen (p. 12) en de zoeker (Verkorte handleiding p. 2) te gebruiken.
Het midden van het beeld
Zoeke r
16
Energiebesparing
De camera is uitgerust met een energiebesparingsfunctie. De camera
wordt uitgeschakeld in de volgende gevallen. Als u de camera wilt
inschakelen, drukt u op de ON/OFF-knop.
OpnamemodusOngeveer drie minuten nadat er voor het laatst
Weergavemodus
Aangesloten
op een printer
* De tijdsduur kan worden g ewijzigd.
z
De energiebesparingsfunctie wordt niet ingeschakeld tijdens
een diapresentatie (Automatisch afspelen) of wanneer de
camera is aangesloten op een computer.
z De instellingen van de energiebesparingsfunctie kunnen
worden gewijzigd (p. 23).
een camerafunctie is gebruikt, wordt de camera
uitgeschakeld. Eén minuut* nadat er voor het
laatst een camerafunctie is gebruikt, wordt
het LCD-scherm automatisch uitgeschakeld,
zelfs als [Automatisch Uit] is ingesteld op [Uit].
Druk op een andere knop dan de ON/OFF-knop of
wijzig de camerastand om het LCD-scherm we er
in te schakelen.
Ongeveer vijf minuten nadat er voor het laatst
een camerafunctie is gebruikt, wordt de camera
uitgeschakeld.
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
17
Menu's en instellingen
Menu’s worden gebruikt om de opname-, weergave- en
afdrukinstellingen alsook camera-instellingen zoals de
datum/tijd en de elektronische piep in te stellen.
z Menu FUNC.
z Menu Opname, Keuze, Print en Instellen
MenuFUNC.
Hiermee kunt u veel van de functies instellen die vaak worden
gebruikt bij het maken van opnamen.
ab
cd
• In dit voorbeeld wordt het menu FUNC. weergegeven in .
aStel het programmakeuzewiel in op de opnamemodus
die u wilt gebruiken.
bDruk op de knopFUNC./SET.
cGebruik de knop of om een menuoptie te selecteren.
• In bepaalde opnamemodi kunnen sommige opties niet worden
geselecteerd.
dGebruik de knop of om een optie voor de menuoptie
te selecteren.
• Voor sommige opties kunt u meer opties selecteren met
de knop MENU.
• Nadat u een optie hebt geselecteerd, kunt u op de ontspanknop
drukken om direct een opname te maken.
eDruk op de knop FUNC./SET.
18
e
De menu's Opname, Keuze, Print en
Instellen
Via deze menu's kunt u handige instellingen configureren voor het
maken, weergeven of afdrukken van opnamen.
Opname Menu
Menu Instellen
ae
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
U kunt met de
b
knoppen en
tussen de
menu's schakelen
als dit gedeelte
is geselecteerd.
• In dit voorbeeld wordt het menu Opname in de modus
weergegeven.
• In de weergavemodus worden de menu's Keuze, Print en Instellen
weergegeven.
a Druk op de knop MENU.
b Gebruik de knop of om tussen de menu's te schakelen.
• U kunt ook tussen de menu's schakelen met behulp van de
zoomknop.
c Gebruik de knop of om een menuoptie te selecteren.
• In bepaalde opnamemodi kunnen sommige opties niet worden
geselecteerd.
d Gebruik de knop of om een optie te selecteren.
• Menuopties die worden gevolgd door een weglatingsteken (...),
kunt u pas instellen nadat u op de knop
om het volgende menu weer te geven.
Druk nogmaals op de knop FUNC./SET om de instelling
te bevestigen.
e Druk op de knop MENU.
c
d
FUNC./SET
hebt gedrukt
19
Menuoverzicht
Zie Functies beschikbaar in elke opnamemodus (p. 122).
Menu FUNC.
De onderstaande pictogrammen zijn de standaardinstellingen.
MenuoptiePagina
Speciale opnamen
Filmmodusp. 36
Belichtingscompensatiep. 46
Lange sluitertijdp. 47
Wit Balansp. 49
My Colorsp. 52
Lichtmeetmethodep. 45
Compressie (foto)p. 26
Aantal beelden (film)p. 39
Opnamepixels (foto)p. 26
Opnamepixels (film)p. 39
Verkorte handleidingp. 12
Opname Menu ()
MenuoptieOpties
AiAFGezicht det.*/Aan/Uitp. 40
Digitale Zoom
(Foto)Standaard*/
Uit/1.5x/1.9x
(Films)Standaard*/Uit (alleen in de
standaardfilmmodus)
Slow syncAan/Uit*p. 31
Rode ogenAan*/Uitp. 30
20
*Standaardinstelling
Samenvatting/
Pagina
p. 28
MenuoptieOpties
Zelfontspanner10 sec.*/20 sec./[Custom]
[Custom]Vertraging: 0-10*, 15, 20,
AF-hulplicht
BekijkenUit/2*– 10/seconden/
Disp. Sjabloon
(Foto)Uit*/Rasterlijnen/Uitsnede/
(Films)Uit*/Rasterlijnen
Datum stempelUit*/Datum/Datum & Tijdp. 34
*1 Standaardinstelling is drie opnamen.
30 sec.
Beelden: 1 – 10*
Aan*/Uit–
Vastzetten
Beide
1
Samenvatting/
Verkorte
handleiding p. 16
Verkorte
handleiding p. 10
p. 35
Keuze Menu ()PrintMenu ()
MenuoptiePagina
Afspelenp. 70
Rode-Ogen Correctie
Geluids memop. 69
Beveiligp. 71
Roterenp. 65
Alles wissenp. 73
Volgordep. 79
p. 66
MenuoptiePagina
Print
Sel. beeld & aantal
Sel. alle beelden
Wis alle selecties
Print instellingen
Pagin a
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
p. 74
21
Instellen Menu ()
*Standaardinstelling
MenuoptieOptiesSamenvatting/Pagina
Mute
Volume
Opstart volumeHiermee stelt u het volume
Werk volume
Timer volumeHiermee stelt u het volume
SluitergeluidHiermee stelt u het volume
Afspeel vol.
*
Aan/Uit
Uit/ 1 / 2*/
3 / 4 / 5
Stel deze optie in op [Aan]
om alle camerageluiden,
behalve waarschuwingssignalen,
uit te schakelen (Verkorte handleiding p. 9).
Hiermee past u het volume
aan van het opstartgeluid,
het werkgeluid, het geluid
van de zelfontspanner, het
sluitergeluid en het ge luid bij
de weergave. U kunt het volume
niet aanpassen als [Mute] is
ingesteld op [Aan].
in van het opstartgeluid dat
u hoort wanneer u de camera
inschakelt.
Hiermee stelt u het
in van de pieptoon die u hoort
wanneer u een andere knop dan
de ontspanknop indrukt.
in van het geluid dat de
zelfontspanner maakt twee
seconden voordat de sluiter
wordt ontgrendeld.
in van het geluid dat te horen
is wanneer de sluiter wordt
ontgrende ld. Dit geluid is niet
te horen wanneer u een film
opneemt.
Hiermee stelt u het afspeelvolume
in van films en geluidsmemo's.
volume
22
MenuoptieOptiesSamenvatting/Pagina
Opstart schermAan*/Uit
Spaarstandp. 17
Automatisch Uit Aan*/UitHiermee geeft u op of de camera
Display uit10 sec./20 sec./
Datum/TijdVerkorte handleiding p. 8
FormatterenU kunt ook een low level
Bestandnr.Continu*/Auto reset p. 58
Maak folderp. 56
Maak nieuwe
folder
Maak autom.Uit*/Dagel ijks/
BeeldomkerenAan*/Uitp. 55
Lens intrekken1 minuut*/
TaalVerkorte handleiding p. 8
Video SysteemNTSC/ PALp. 73
30 sec./1 min.* /
2 min./3 min.
Selectievakje
ingeschakeld (Aan)/
Selectievakje niet
ingeschakeld (Uit)
Maandag-Zondag/
Maandelijk s
0 seconden
Hiermee stelt u in of het opstartscherm
al dan niet wordt weergegeven
wanneer u de camera inschakelt.
al dan niet automatisch moet
worden uitgeschakeld als deze
gedurende een bepaalde periode
niet is gebruikt.
Hier geeft u op na hoeveel tijd
het LCD-scherm moet worden
uitgeschakeld als de camera
niet wo rdt ge bruikt.
format instellen (p. 25).
Hiermee maakt u een map tijdens
de volgende opnamesessie.
U kunt ook een automatische
aanmaakdatum instellen.
Hiermee kunt u opgeven na hoeveel
tijd de lens moet worden ingetrokken
bij het overschakelen van de
opname- naa r de weergavemodu s.
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
23
MenuoptieOptiesSamenvatting/Pagina
Print methodeAuto*/Zie hieronder *1.
Reset alleZie hieronder.
*1 De verbindingsmethode met de printer kan worden gewijzigd. Hoewel u
deze instelling gewoonlijk niet hoeft te wijzigen, moet u selecteren
wanneer u een beeld zonder randen afdrukt in de modus (Breedbe eld)
op een breed papierformaat met de Canon Compact Photo Printer
SELPHY CP730/CP720/CP710/CP510. Deze instelling blijft in
het geheugen opgeslagen wanneer u de camera uitschakelt. Als u in een
ander beeldformaa t dan wilt afdrukken, moet u opnieuw de modus
[Auto] inschakelen (de verbindingsmethode kan echter niet worden
gewijzigd zolang u bent aangesloten op een printer).
Alle standaardwaarden herstellen
Menu (Instellen)[Reset alle].
1
Zie Menu's en instellingen (p. 19).
Selecteer [OK] en druk op .
2
z De standaardwaarden van instellingen kunnen niet worden
hersteld als de camera is aangesloten op een computer
of printer.
z De volgende opties kunnen niet worden hersteld:
- Opnamemodus
- De opties [Datum/Tijd], [Taal] en [Video Systeem] in het
menu [Instellen] (p. 23)
- Instellingen voor witbalans die zijn opgeslagen met de
functie voor aangepaste witbalans (p. 50).
24
Geheugenkaarten formatteren
U moet een nieuwe geheugenkaart of een geheugenkaart waarvan
u alle beelden en andere gegevens wilt wissen, altijd formatteren.
Bij het formatteren (initialiseren) van een geheugenkaart
worden alle gegevens op de kaart gewist, dus ook beveiligde
beelden en andere soorten bestanden.
Menu (Instellen) [Formatteren].
1
Zie Menu's en instellingen (p. 19).
Selecteer [OK] en druk op .
2
z Als u een low level format wilt
uitvoeren, gebruikt u de knop om
[Low Level Format] te selecteren en
de knop of om een vinkje toe
te voegen.
z
Als [Low Level Format] is geselecteerd,
kunt u stoppen met format teren door op de knop FUNC./SET te drukken. U kunt een kaart zonder problemen blijven
gebruiken als u het formatteren hebt afgebroken, maar de
gegevens zijn gewist.
Low Level Format
Wij raden u aan om [Low Level Format] te selecteren als
u denkt dat de opname-/leessnelheid van een geheugenkaart
is verlaagd. Het uitvoeren van een low level format kan op
sommige geheugenkaarten 2 tot 3 minuten duren.
Voordat u de camera gebruikt - Basishandelingen
25
Opnamen maken
Het aantal opnamepixels en de
compressie (foto's) wijzigen
Opnamemodus
Menu
1
FUNC.
*(Opn.Pixels).
Zie Menu's en instellingen (p. 18).
* Standaardinstelling.
z Gebruik de knop of om de
instellingen voor opnamepixels of
compressie te selecteren en druk
op de knop FUNC./SET.
Geschatte waarden voor opnamepixels
OpnamepixelsDoel*
3072 × 2304
Groot
Normaal 1
Normaal 2
Normaal 3
Klein
pixels
2592 × 1944
pixels
2048 × 1536
pixels
1600 × 1200
pixels
640 × 480
pixels
*
(Compressie)/
Afdrukken op on geveer A3-formaat
Hoog
(ongeveer 297 × 420 mm)
Afdrukken op o ngeveer A4-formaat
(ongeveer 210 × 297 mm)
Afdrukken op ongeveer Letterformaat (2 16 x 279 mm)
Afdrukken op o ngeveer A5-formaat
(ongeveer 149 × 210 mm)
Afdrukken op briefkaartformaat
(148 x 100 mm)
Afdrukken op L -formaat
(119 x 89 mm)
Afbeeldingen verzenden
als e-mailbijlagen of meer
opnamen maken
Laag
26
of
Briefkaart
Breedbeeld
* Papierformaten verschillen per land.
1600 × 1200
pixels
3072 × 1728
pixels
Afdrukken op briefkaarten (p. 33)
Afdrukken op breed formaat (beelden
worden vastgelegd met een hoogtebreedteverhouding van 16:9. Gebieden
die niet zijn vastgelegd, worden als zwarte
balken weergegeven op het LCD-scherm.)
Geschatte waarden voor compressieinstellingen
Compress ieDoel
Superfijn
FijnOpnamen van standaard kwaliteit
NormaalMeer opnamen maken
kwaliteit
Normaal
z Zie Grootte beeldgegevens (geschat)(p. 115).
z
Zie Geheugenkaarten en geschatte capaciteiten
(pp. 114, 115)
.
Opnamen van hoge kwaliteit maken
Hoge
maken
Opnamen maken
27
De digitale zoomfunctie gebruiken/
Digitale Tele-converter
Opnamemodus
* De digitale zoomfunctie kan alleen worden ingesteld in de modus .
De optie [Digitale Tele-converter] kan echter niet worden ingesteld.
U kunt de digitale zoomfunctie combineren met de optische
zoomfunctie bij het maken van opnamen.
De beschikbare opname-eigenschappen en de brandpuntsafstand
(overeenkomstig 35mm-filmbereik) luiden als volgt.
Selectie
Standaard35 – 560 mmAls u de digitale en optische
Uit35 – 140 mmHiermee kunt u opnamen maken
1.5x52,5 – 210 mm De digitale zoomfunctie wordt
1.9x66,5 – 266 mm
Brandpuntsaf
stand
Opname-eigenschappen
zoomfunctie combineert,
kunt u opnamen maken met een
maximale zoomfactor van 16x.
zonder de digitale zoomfunctie.
vastgezet op de geselecteerde
zoomfactor en de brandpuntsafstand
wordt verschoven naar de maximale
telelens. Zo wordt een snellere
sluitersnelheid mogelijk en is er
minder kans dat de camera beweegt
dan wanneer u een opname maakt
met dezelfde beeldhoek met
[Stan daard] of [Uit].
z De digitale zoomfunctie kan alleen worden gebruikt als het
LCD-scherm is ingeschakeld.
z De digitale zoomfunctie kan niet worden gebruikt in de
modus of (Briefkaart) of (Breedbeeld).
*
28
Loading...
+ 97 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.