Blaupunkt TravelPilot EX-V User Manual [nl]

Navigatie
TravelPilot EX-V
Gebruiksaanwijzing en inbouwhandleiding
www.blaupunkt.com
Overzicht
2
Handafstandsbediening RC 09H
12
11
13
10
14
2675 8431
Overzicht
Monitor
1 Display voor de weergave van de symbool- en de kaartweergave
2 Infraroodontvanger voor handafstandsbediening RC 09H
3 Tuimeltoets +/- links voor het instellen van de helderheid
4 SRC-toets
Wisselen van videobron (navigatie / externe video-ingang op de computer)
5 Blauwe toets voor het in- en uitschakelen van de monitor
6 MODE-toets
Wijziging van het 16:9-beeldformaat (full / normal / cinema)
7 Tuimeltoets +/- rechts voor het instellen van het contrast
8 Helderheidssensor
Handafstandsbediening RC 09H
!
9
-toets, opent het menu van de dy­namische routegeleiding en de handmatige filemijdfunctie.
:
-toets, correctietoets voor het wis­sen van letters bij het invoeren; te­rugspringen naar het vorige menu.
;
-toetsen, kiezen van menuopties en letters
OK
<
-toets, voor het kiezen van menu­opties
= Zijtoets voor het inschakelen van de
toetsenbordverlichting
>
-toets, herhaalt de laatste gespro­ken mededeling van de navigatie en roept het infomenu op. In lijsten wor­den vermeldingen die met … zijn ge­kenmerkt, volledig weergegeven.
Pluspunt: met de als optie verkrijg­bare handafstandsbediening RC 09 kan de TravelPilot EX-V op dezelfde manier comfortabel vanaf het stuur worden bediend.
3
Aanwijzingen voor de veiligheid
De TravelPilot is ontworpen voor gebruik in personenauto’s.
Speciale informatie, zoals hoogtebeperkingen of maximale wiel- of asdruk die nodig zijn voor de routegeleiding van vrachtwagens en autobussen, is niet opgenomen op de dvd.
Bediening tijdens de rit
Wanneer u geen acht slaat op het verkeer, kunt u ernstige ongelukken veroorzaken.
Om afleiding door de TravelPilot te voorkomen, dient u de volgende punten in het oog te houden:
Maak u voor het begin van de rit vertrouwd met de TravelPilot en de bediening ervan.
Stop op een geschikte plaats wanneer u de TravelPilot opnieuw wilt programmeren.
Bedien de TravelPilot tijdens de rit alleen wanneer de verkeerssituatie dit toelaat.
Voer alleen een reisdoel in wanneer de auto stilstaat.
Laserproduct
4
De interne dvd-speler is een laserproduct van klasse 2 met een zichtbare/onzichtbare laserstraal, die een voor mensen gevaarlijke straling kan veroorzaken. De dvd-speler mag alleen volgens de gegeven instructies worden bediend. Open nooit de behuizing en probeer niet zelf reparaties uit te voeren. Laat het onderhoud uitvoeren door geschoold perso­neel.
Inhoudsopgave
Overzicht .............................................. 2
Aanwijzingen voor de veiligheid........ 4
Inleiding ............................................... 6
Algemeen ............................................. 7
Over deze handleiding .......................... 7
Accessoires (niet meegeleverd) ............ 7
Principe van de navigatie ...................... 8
Inschakelen ........................................... 8
Beknopte handleiding....................... 10
Betekenis van de symbolen
in de menu’s ........................................ 10
Markeren van menuopties................... 10
Kiezen van menuopties ....................... 10
Menu’s verlaten ................................... 10
Direct reisdoelen invoeren in enkele
stappen ............................................... 11
Actueel reisdoel met naam opslaan
voor de routegeleiding......................... 15
Voorbeeld voor routegeleiding met
kaartweergave..................................... 15
Reisdoel invoeren ............................. 19
Reisdoel invoeren wanneer het adres
bekend is ............................................. 20
Bijzondere reisdoelen (parkeer­terreinen, tankstations, enz.) kiezen ... 23
Reisdoel invoeren met coördinaten .... 26
Reisdoel invoeren via de kaart-
weergave............................................. 27
Reisdoel uit geheugen ........................ 30
Routegeleiding .................................. 31
Routegeleiding starten ........................ 31
Afgebroken routegeleiding opnieuw
starten ................................................. 31
Volume van de gesproken
mededelingen instellen ....................... 32
Reisdoel- en route-informatie
opvragen ............................................. 32
Routegeleiding met optische
rijadviezen ........................................... 34
Routegeleiding met kaartweergave .... 35
Soort kaartweergave kiezen................ 36
File-omleiding instellen........................ 41
Dynamische routegeleiding met
TMC .................................................... 44
TMC in-/uitschakelen .......................... 45
TMC-zender kiezen met de TMC-
Tunerbox D-Namic .............................. 45
TMC-zender kiezen met de autoradio . 46 Route tijdens de routegeleiding
berekenen met TMC ........................... 47
Verkeersberichten weergeven ............ 47
Routeopties kiezen ........................... 49
Routeopties voor de routegeleiding
wijzigen ............................................... 49
Routeopties wijzigen tijdens de
routegeleiding...................................... 50
Instellingen bewaren ........................... 50
Reisdoelgeheugen ............................ 51
Reisdoel opslaan................................. 52
Reisdoelen wissen uit het reisdoel-
geheugen ............................................ 54
Reisdoelgeheugen opnieuw sorteren . 55
Trajectgeheugen................................ 56
Reisdoel voor traject invoeren............. 56
Traject sorteren ................................... 58
Reisdoel voor traject wissen ............... 58
Traject geheel wissen ......................... 59
Routegeleiding naar een reisdoel
in een traject starten ............................ 59
Overige functies ................................ 60
Kaartweergave zonder routegeleiding .
Boordcomputer oproepen ................... 60
Systeeminstellingen ......................... 62
Audio/video-instellingen uitvoeren ...... 62
Basisinstellingen uitvoeren.................. 65
Overige instellingen uitvoeren ............. 68
Instellingen ter kalibrering uitvoeren ... 73 Opnieuw opstarten van de software
van het apparaat ................................. 74
Appendix ............................................ 75
Navigatie-dvd-rom verwisselen ........... 75
Te gebruiken navigatie-dvd-roms ........ 75
Aanwijzingen voor het onderhoud
van dvd-roms ...................................... 75
Wide screen-monitorinstellingen .... 77
Betekenis van de symbolen op
de kaart .............................................. 79
Glossarium ........................................ 81
Index ................................................... 82
Inbouwhandleiding ........................... 84
60
5
Inleiding
Geachte klant,
Gefeliciteerd met de aankoop van uw TravelPilot EX-V. U kunt erop vertrouwen dat u met de aankoop van de TravelPilot EX-V de juiste keus gemaakt hebt.
De TravelPilot EX-V is een betrouwbare, eenvoudig te bedienen gids in het verkeer, die u nauwkeurig door het verkeer naar uw bestemming geleidt.
Deze handleiding voert u stap voor stap door de functies van de TravelPilot EX-V en beantwoordt de meest gestelde vragen. Meer informatie over de omgang met deze gebruiksaanwijzing vindt u in het gedeelte "Over deze handleiding".
Wanneer u nog vragen of opmerkingen heeft over de TravelPilot EX-V, kunt u altijd bellen met onze telefoonhotline of contact opnemen met uw Blaupunkt-handelaar. U vindt de telefoonnummers van de internationale telefoonhotline op de laatste pagina van deze handleiding.
Voor onze producten die binnen de EU zijn aangeschaft, bieden wij een fabrieksga­rantie. U kunt de garantievoorwaarden oproepen onder www.blaupunkt.de of direct bij:
Blaupunkt GmbH Hotline Robert-Bosch-Str. 200 D-31139 Hildesheim
Opmerking m.b.t. aansprakelijkheid
Ondanks constante technische ontwikkeling kan het navigatieapparaat vanwege on­deskundige bediening, wijzigingen in de verkeersregels, werkzaamheden, sterke ver­keersbelasting, vergissingen of onjuiste informatie op de navigatiegegevensdrager of vanwege algemene reken- en plaatsbepalingsfouten in bepaalde gevallen een on­juiste of niet-geoptimaliseerde routegeleiding geven. Blaupunkt aanvaardt geen aan­sprakelijkheid en geeft geen vergoeding voor hieruit ontstane schade of andere nade­len.
6
Algemeen
Over deze handleiding
Deze handleiding moet u vertrouwd maken met de bediening en de functies van uw TravelPilot EX-V en een veilige en succesvolle bediening mogelijk maken. Lees deze handleiding voordat u de TravelPilot EX-V voor het eerst gebruikt aandachtig door en bewaar hem zorgvuldig in de auto.
Om informatie snel te kunnen opzoeken worden in deze handleiding de volgende symbolen gebruikt op afzonderlijke stappen aan te duiden:
1. Markeert bedieningsstappen die u dient uit te voeren om het doel van een
handeling te bereiken.
Hiermee zijn de reacties van het apparaat gekenmerkt die na een handeling
optreden.
Pluspunt: hier krijgt u aanwijzingen en tips voor de omgang met de Travel­Pilot EX-V.
Let op: Wanneer u hebt gekozen voor de uitvoering met tv-monitor wide vision, is voor de monitor een aparte gebruiksaanwijzing meegeleverd.
Accessoires (niet meegeleverd)
Infrarood-stuurwielafstandsbediening RC 09
Met de infrarood-stuurwielafstandsbediening RC 09 kunt u de TravelPilot EX-V com­fortabel vanaf het stuurwiel bedienen.
TMC-Tunerbox D-Namic
Om dynamische navigatie mogelijk te maken (automatisch omzeilen van files) moet de TravelPilot EX-V worden verbonden met een TMC-bron (Traffic Message Chan­nel). Hiervoor is de als accessoire verkrijgbare "TMC-Tunerbox D-Namic" voor de ontvangst van TMC-gegevens beschikbaar.
Infrarood-stuurwielafstandsbediening RC 09
7
Algemeen
Bovendien hebt u de mogelijkheid om de TMC-gegevens te ontvangen via een Blau­punkt-autoradio. Welke Blaupunkt-autoradio’s in staat zijn om TMC-gegevens te ont­vangen en door te geven aan de TravelPilot EX-V kunt u navragen bij uw Blaupunkt­vakhandel of via de Blaupunkt-hotline. Het nummer van de Hotline vindt u op de laat­ste pagina van deze handleiding.
Principe van de navigatie
De actuele positie van de auto wordt door uw TravelPilot EX-V bepaald d.m.v. het door satellieten ondersteunde positioneringssysteem GPS. GPS betekent Global Po­sitioning System en maakt het mogelijk om wereldwijd veilig de positie te bepalen. Bovendien worden de bewegingen van de auto geregistreerd d.m.v. een "gyro" en het elektronische snelheidssignaal van de auto. Het navigatiesysteem van de TravelPilot EX-V vergelijkt de zo verkregen gegevens met het gedigitaliseerde gegevensmateri­aal op de navigatie-dvd-rom en berekent daaruit de routes voor de routegeleiding. Wanneer de TravelPilot EX-V is aangesloten op een TMC-bron ("TMC-Tunerbox D­Namic" of geschikte autoradio), wordt bij de berekening van de route rekening gehou­den met de actuele situatie van het verkeer. Nadere informatie bij TMC vindt u in het hoofdstuk "Dynamische routegeleiding met TMC".
Inschakelen
Wanneer de TravelPilot EX-V op de juiste wijze is aangesloten op het contactslot en de continue pluspool, wordt deze automatisch tegelijk met de ontsteking van de auto geactiveerd.
8
Algemeen
5
Bedieningsintro
Bij het opstarten van het systeem verschijnt een bedieningsintro. Hier worden de func­ties van de afstandsbediening verklaard. Aansluitend kunt u kiezen of het bedieningsin­tro telkens moet worden weergegeven wanneer de TravelPilot EX-V wordt ingescha­keld.
Pluspunt: u kunt het bedieningsintro altijd activeren resp. deactiveren in het menu "Instelling". Lees hiervoor het hoofdstuk "Instellingen", "Bedienings­intro in- en uitschakelen".
Diefstalbeveiligingssysteem
Om ingebruikname van de TravelPilot EX-V na onderbreking van de accuspanning (bv. bij diefstal) te voorkomen hebt u de mogelijkheid om de codering van uw Travel­Pilot EX-V te activeren.
Wanneer de codering actief is, kan het apparaat na onderbreking van de accuspan­ning alleen in gebruik worden genomen door het invoeren van het codenummer. U vindt het codenummer in de apparaatpas van de TravelPilot EX-V. Bewaar de appa-
raatpas nooit in de auto!
Hoe u de codering activeert resp. deactiveert en hoe u gecodeerde apparaten inscha­kelt na onderbreking van de accuspanning, leest u in het hoofdstuk "Instellingen", "Veiligheidscode activeren/deactiveren".
Pluspunt: Het diefstalbeveiligingssysteem voorkomt elektronisch dat de TravelPilot EX-V na demontage door onbevoegden in gebruik wordt geno­men.
Uitschakelen van de monitor
Indien gewenst kunt u met de blauwe toets 5 op de monitor het display uitschakelen. Rijadviezen worden ook gegeven wanneer het display is uitgeschakeld. Door opnieuw op de blauwe toets 5 te drukken schakelt u het display weer in.
9
Beknopte handleiding
Betekenis van de symbolen in de menu’s
In verschillende menus worden handelingen geactiveerd resp. uitgevoerd door het kiezen en bevestigen van symbolen. De belangrijkste symbolen zijn hieronder afge­beeld en verklaard:
-symbool: starten van de routeberekening en de routegeleiding
-symbool: opslaan van adressen en instellingen
-symbool: wissen van adressen na het invoeren van reisdoelen / resetten van de boordcomputer
-symbool: oproepen van de lijstfunctie bij het invoeren van reisdoelen
-symbool: alle opties zijn geactiveerd
-symbool: alle opties zijn gedeactiveerd
Markeren van menuopties
Verschuif de keuzemarkering met de - en de -toetsen van de afstands­bediening.
Pluspunt: de bedieningsassistent (markering in de afbeelding) laat u met de gele markering zien welke richtingstoetsen van de afstandsbediening in het actuele menu te gebruiken zijn.
Kiezen van menuopties
Om gemarkeerde vermeldingen in menus te kunnen kiezen, drukt u op de OK-toets van de afstandsbediening.
10
Menu’s verlaten
Wanneer u een menu wilt verlaten, drukt u op de -toets van de afstandsbediening.
Beknopte handleiding
Om u snel vertrouwd te maken met de basisfuncties van de TravelPilot EX-V worden hieronder drie voorbeelden gegeven ter illustratie:
Direct invoeren van een stad als reisdoel met vermelding van straat en
dwarsstraat.
Invoeren van een naam voor het reisdoel en deze opslaan in het reisdoelge-
heugen.
Routegeleiding met kaart: wijzigen van de schaal van de kaart en de infor-
matie op de kaart.
Overige mogelijkheden voor het invoeren van het reisdoel zijn beschreven in het hoofdstuk "Reisdoel invoeren".
Direct reisdoelen invoeren in enkele stappen
Als voorbeeld wordt hier de handelwijze voor het invoeren van een reisdoel weerge­geven.
Land: Duitsland Stad: Berlijn Straat: Alexanderplatz Dwarsstraat: Alexanderstraße
Land:
1. Schakel het contact van de auto in.
Het hoofdmenu verschijnt.
OK
2. Kies in het hoofdmenu "Reisdoel". Druk op de
Het menu "Reisdoel" verschijnt.
De navigatie-dvd bevat de volledige weggegevens voor de landen die op de dvd zijn opgeslagen. Wanneer voor het eerst een reisdoel wordt ingevoerd, wordt u verzocht een land van bestemming te kiezen om de desbetreffende lijsten te laden. Normaal gesproken zal dit het land zijn waarin u zich bevindt.
-toets.
11
Beknopte handleiding
Let op Het gekozen land van bestemming blijft bewaard totdat u een nieuw land kiest.
3. Markeer de regel met het
De letterlijst voor het invoeren van de landnaam wordt weergegeven.
4. Markeer de letter "D" met de
In de lijst (onder het letterveld) wordt het eerste land dat begint met de letter "D", weergegeven.
5. Om naar de lijst van landen te gaan markeert u het
terveld en drukt u op de De lijst van landen wordt weergegeven.
Pluspunt: de landnamen worden weergegeven in de taal van het land met het nationaliteitskenmerk. Hierdoor vindt u bv. Finland zowel onder "FINLAND (FIN)" als onder "SUOMI (FIN)".
6. Markeer "DEUTSCHLAND (D)" in de lijst van landen. Druk op de
Het menu "Reisdoel" wordt opnieuw weergegeven.
Stad:
7. De keuzemarkering staat automatisch in het menu "Reisdoel" op het
-symbool (stad/postcode). Druk op de OK-toets.
De lijst met letters voor het invoeren van de plaatsnaam verschijnt.
8. Markeer de letter "B" met de
OK
ning. Druk op de
-toets. In de lijst (onder het veld met de letters) verschijnt de eerste plaatsnaam die begint met de letter "B".
Pluspunt: de laatste 20 ingevoerde steden worden automatisch opgeslagen. Hierdoor kunt u vaak gekozen steden snel terugvinden, omdat deze na het invoeren van de eerste letter volledig in het invoerveld worden weergegeven.
-symbool (land). Druk op de OK-toets.
-toetsen. Druk op de OK-toets.
-symbool in het let-
OK
-toets.
-toetsen van de afstandsbedie-
OK
12
-toets.
Beknopte handleiding
Let op: Door herhaald op de sen. Wanneer u de menu.
Pluspunt: telkens wanneer een volgende letter wordt ingevoerd, verandert automatisch de lijst met weergegeven plaatsnamen. Zo kunt u de gewenste plaats snel vinden.
9. Markeer achtereenvolgens de letters "E", "R", "L" en "I" en druk na elke letter
OK
op de
-toets.
In de lijst verschijnt "BERLIN".
Pluspunt: bij het invoeren worden letters die logischerwijs niet kunnen vol­gen op de ingevoerde tekens, grijs weergegeven en kunnen derhalve niet worden gekozen.
10. Om naar de lijst van plaatsnamen te gaan markeert u het
letterveld en drukt u op de De lijst van plaatsnamen wordt weergegeven.
Let op: Om de eerste plaatsnaam uit de weergegeven lijst te kiezen markeert u "OK" in het letterveld en drukt u op de lang ingedrukt.
11. Markeer "BERLIN" in de lijst met plaatsnamen. Druk op de
Aangezien "Berlin" tweemaal voorkomt als stad in Duitsland (hoofdstad van de Bondsrepubliek en stadsdeel van Segeberg), verschijnt een keuzemenu voor de exacte bepaling van de bestemming.
12. Markeer "BERLIN" in het keuzemenu. Druk op de
Het menu "Reisdoel" verschijnt opnieuw.
-toets te drukken kunt u ingevoerde letters wis-
-toets lang ingedrukt houdt, verlaat u het invoer-
-symbool in het
OK
-toets.
OK
-toets, of u houdt de OK-toets
OK
-toets.
OK
-toets.
13
Beknopte handleiding
Straat:
13. De keuzemarkering staat in het menu "Reisdoel" automatisch op het
-symbool (straat). Druk op de OK-toets. De lijst met letters voor het invoeren van de straatnaam verschijnt. Ga voor het invoeren van de straatnaam "Alexanderplatz" te werk zoals be­schreven onder "Stad".
Dwarsstraat:
14. De keuzemarkering staat automatisch op het
OK
Druk op de
-toets. De keuzelijst met de beschikbare dwarsstraten verschijnt. Kies "ALEXANDERSTRASSE". Druk op de Het menu "Reisdoel" verschijnt. Het
-symbool is gemarkeerd. U kunt nu de routegeleiding starten met de
OK
-toets.
Pluspunt: nadat het reisdoel compleet is ingevoerd en voordat u de routege­leiding start, hebt u de mogelijkheid om het reisdoel op te slaan in het reis­doelgeheugen.
-symbool (dwarsstraat).
OK
-toets.
14
Beknopte handleiding
Actueel reisdoel met naam opslaan voor de routegeleiding
1. Kies het -symbool. Druk op de OK-toets.
De lijst met letters voor het invoeren van de naam van een reisdoel wordt weergegeven.
2. Voer zoals u gewend bent een naam in voor het reisdoel, bv. "HOTEL".
OK
3. Markeer "OK" in het letterveld en druk op de
Het menu "Reisdoel opslaan" verschijnt.
4. Zet de naam van het reisdoel met de
in het reisdoelgeheugen. Druk op de
OK
Het hoofdmenu verschijnt.
Voorbeeld voor routegeleiding met kaartweergave
Nadat het reisdoel is ingevoerd, kunt u de routegeleiding starten.
1. Markeer het
Er verschijnt een menu met de gegevens van het actuele reisdoel. De gesproken mededeling "De route wordt berekend" is te horen. U kunt vanuit dit menu de routeopties wijzigen.
Pluspunt: de routeopties kunnen op elk moment tijdens de routegeleiding worden gewijzigd. Lees hiervoor het hoofdstuk "Routeopties kiezen", "Route­opties wijzigen tijdens de routegeleiding".
Routeopties wijzigen vóór de routegeleiding
De routegeleiding uit het voorbeeld moet plaatsvinden met de opties "Korte weg" en zonder "Autosnelweg".
2. Terwijl het menu met de gegevens van het reisdoel wordt weergegeven,
wordt de menuoptie "Wegenopties wijzigen" gemarkeerd weergegeven. Druk
OK
op de Het menu "Wegenopties wijzigen" verschijnt.
-symbool en druk op de OK-toets.
-toets.
-toets.
-toetsen pp de gewenste positie
-toets.
15
Beknopte handleiding
3. Verschuif de keuzemarkering naar de menuoptie "Korte weg" en druk op de
OK
-toets.
"Korte weg" is gekozen.
4. Wanneer "Autosnelweg" geactiveerd is (v-tekentje in het hokje ervoor), ver-
schuift u de keuzemarkering naar "Autosnelweg" en drukt u op de "Autosnelweg" is gedeactiveerd. Het v-tekentje in het hokje voor "Autosnel­weg" verdwijnt.
5. Markeer het
-symbool en druk op de OK-toets. De gesproken mededeling "De route wordt berekend" is te horen. Nadat de route berekend is, begint de routegeleiding. De eerste gesproken mededeling van de routegeleiding is te horen. Hiervoor wordt de als laatste actieve weergave gebruikt (routegeleiding met symbolen of kaartweergave).
Overschakelen op de kaartweergave
6. Wanneer de als laatste actieve routegeleiding met symbolen werd weerge-
geven, schakelt u als volgt over op de kaartweergave: druk tijdens de route-
OK
geleiding op de
-toets.
Aan de linker onderrand verschijnt een uitvouwmenu.
OK
7. Kies "Kaart" en druk op de
-toets.
De kaartweergave verschijnt.
Pluspunt: met dit uitvouwmenu kunt u tijdens de routegeleiding gemakkelijk wisselen tussen de symbool- en de kaartweergave.
OK
-toets.
16
Beknopte handleiding
Schaal van de kaart wijzigen
Omdat het reisdoel op grote afstand van de eigen positie ligt, moet de schaal van de kaart worden gewijzigd. Zo hebt u een goed overzicht over de gehele route. Wanneer u zich in de omgeving van het reisdoel bevindt, kunt u de schaal van de kaart weer vergroten om gedetailleerde informatie over de omgeving van het reisdoel te verkrij­gen.
OK
-toets.
- toets.
-toets.
8. Druk tijdens de kaartweergave op de
Er wordt een venster geopend voor de instelling van de schaal van de kaart.
9. Kies met de
-toetsen de gewenste schaal. Druk op de OK-toets.
De kaart wordt weergegeven met de nieuwe schaal.
Informatie oproepen op de kaart
Wanneer u de omgeving van het reisdoel nadert, kunt u comfortabel extra informatie over bv. parkeergarages, openbare instellingen of werkplaatsen laten weergeven op de kaart.
Voor de routegeleiding uit het voorbeeld moeten parkeergarages/-terreinen en tank­stations op de kaart worden weergegeven.
10. Druk tijdens de routegeleiding op de
Aan de linker onderrand verschijnt een uitvouwmenu.
11. Kies "Instelling" en druk op de
OK
Het menu "Instelling" verschijnt.
12. Kies het
-symbool en druk op de OK-toets. Het keuzemenu "Info op kaart" verschijnt. Kies met de
-toets de menuoptie "Parkeerplaats" en druk op de OK-toets.
In het vakje links naast de menuoptie verschijnt een v-tekentje.
Pluspunt: dankzij het v-tekentje voor de menuoptie kunt u snel zien of een menuoptie geactiveerd is of niet.
17
Beknopte handleiding
13. Kies met de -toets de menuoptie "Tankstation" en druk op de OK-toets.
In het hokje links naast de menuoptie verschijnt een v-tekentje.
14. Kies de menuoptie "OK" aan de rechterzijde van het menu met de
OK
Druk op de
-toets.
De kaartweergave met de gekozen symbolen verschijnt.
Pluspunt: wanneer u alle informatie op de kaart wilt laten weergeven, mar­keert u het verwijderen het
OK
-toets.
de
-symbool, wanneer u alle informatie op de kaart wilt laten
-symbool aan de rechterkant van het menu en drukt u op
15. Wanneer het reisdoel bereikt wordt en de routegeleiding beëindigd is, blijft
de kaartweergave actief. Wanneer u een nieuw reisdoel wilt invoeren, drukt u op de
-toets.
Het hoofdmenu verschijnt.
Nadere informatie over de routegeleiding en een uitvoerige beschrijving van de soor­ten routegeleiding en weergave vindt u in het hoofdstuk "Routegeleiding".
-toets.
18
Reisdoel invoeren
Naast de vier symbolen op de bovenste regel in het menu "Reisdoel" hebt u de vol­gende mogelijkheden om een reisdoel in te voeren:
Met de enveloppe kunt u met kennis van het exacte adres reisdoelen direct invoeren via de menuopties "Land" - "Stad/postcode" - "Centrum" - "Straat" ­"Dwarsstraat" - "Huisnummer".
Met de benzinepomp/koffiekop kunt u bijzondere reisdoelen, zoals parkeer­terreinen, ziekenhuizen, tankstations, restaurants en andere openbare instel­lingen kiezen. Deze reisdoelen kunnen worden gekozen voor de omgeving van de actuele positie van uw auto, voor de omgeving van het laatste reis­doel van de navigatie of voor de omgeving van een willekeurige plaats. Daarnaast zijn alle op de navigatie-dvd opgeslagen bijzondere reisdoelen opgenomen in een alfabetisch gesorteerde lijst.
Met het coördinatennet kunt u uw reisdoel bepalen door coördinaten in te voeren.
Via de wereldbol kunt u een reisdoel direct vastleggen in de kaartweergave.
Bovendien hebt u de mogelijkheid een reeds opgeslagen reisdoel uit het reisdoelge­heugen op te roepen om het opnieuw in te voeren als reisdoel.
19
Reisdoel invoeren
Reisdoel invoeren wanneer het adres bekend is
1. Kies in het hoofdmenu de menuoptie "Reisdoel". Druk op de OK-toets.
Het menu "Reisdoel" verschijnt.
Pluspunt: telkens wanneer het menu "Reisdoel" wordt opgeroepen, wordt automatisch de enveloppe voor het direct invoeren van het reisdoel actief.
Het direct invoeren van een adres via stad, straat en dwarsstraat in een land van bestemming wordt als voorbeeld beschreven in de beknopte handleiding. Wanneer u de schrijfwijze van een stads- of straatnaam niet precies kent, kunt u de reisdoelin­voerfunctie met fouttolerantie activeren. Deze herkent schrijffouten en biedt gelijklui­dende namen aan. U kunt de stad ook direct invoeren met de postcode. Daarnaast kunt u als onderdeel van het adres een centrum of een huisnummer kiezen.
Reisdoelinvoerfunctie met fouttolerantie activeren
1. Wanneer u niet geheel zeker bent van de schrijfwijze van een stads- of
straatnaam, markeert u het
OK
-toets.
Let op De reisdoelinvoerfunctie met fouttolerantie kan alleen worden gebruikt wanneer de desbetreffende gegevens voor stads- en straatnaam zijn op­genomen op de navigatie-dvd. Zo niet, dan wordt het weergegeven en kan dit niet worden gemarkeerd.
2. Voer nu de stads- resp. straatnaam in zoals u deze kent.
3. Om naar de lijst met de namen te gaan die bij de door u ingevoerde letters
passen, markeert u het
OK
toets, of houdt u de
-toets lang ingedrukt.
De lijst wordt weergegeven.
4. Markeer de gewenste vermelding in de lijst en druk op de
-symbool in het letterveld en drukt u op de
-symbool grijs
-symbool in het letterveld en drukt u op de OK-
OK
-toets.
20
Reisdoel invoeren
De stad direct invoeren met de postcode
Het invoeren van de postcode heeft als voordeel dat bij het navolgende invoeren van de straatnaam alleen straten worden aangeboden die onder de gekozen postcode vallen. Voorwaarde hiervoor is dat de postcodes zijn opgeslagen op de navigatie-dvd.
Let op Een postcode die bij een postbus hoort, kan niet worden gebruikt voor het invoeren van reisdoelen.
1. Markeer in het menu "Reisdoel" de regel met het
OK
de) en druk op de
-toets.
2. Voer met de cijferlijst onder het letterveld de postcode in. Bevestig de eerste
vermelding in de lijst met het met het
-symbool.
3. Markeer de gewenste postcode. Druk op de
-symbool of roep de lijst van postcodes op
OK
Het menu "Reisdoel" wordt weergegeven.
Een centrum (stadsdeel) als reisdoel kiezen
Bij grote steden kunt u het centrum van een stadsdeel invoeren als reisdoel.
1. Om een centrum te kiezen als reisdoel voert u eerst een stad in.
Het menu "Reisdoel" verschijnt.
2. Markeer dan het
-symbool (centrum). Druk op de OK-toets. Vervolgens wordt de lijst van centra (bij maximaal twaalf vermeldingen) of de lijst van letters opgeroepen (bij meer dan twaalf vermeldingen).
3. Voer de naam van het gewenste centrum in in de lijst van letters of bevestig
een bestaande vermelding. Bevestig de eerste vermelding in de lijst met het
-symbool of roep aansluitend de lijst van centra op met het -symbool.
4. Markeer het gewenste centrum. Druk op de
OK
Het menu "Reisdoel" verschijnt. De keuzemarkering staat op het
OK
starten met de
-toets. Lees hiervoor het hoofdstuk "Routegeleiding".
-symbool. U kunt nu de routegeleiding
-symbool (stad/postco-
-toets.
-toets.
21
Reisdoel invoeren
Huisnummer invoeren
Het invoeren van het reisdoel kan worden uitgebreid met de vermelding van een huis­nummer. Voorwaarde hiervoor is dat de desbetreffende gegevens hiervoor zijn opge­slagen op de navigatie-dvd.
1. Voer eerst een plaats- en een straatnaam in.
2. Markeer het
De lijst met cijfers voor het invoeren van het huisnummer verschijnt.
3. Voer met de cijferlijst het huisnummer in. Bevestig het ingevoerde nummer
met het
Er zijn twee gevallen mogelijk:
Wanneer u een huisnummer hebt ingevoerd dat beschikbaar is op de na-
vigatie-dvd, wordt het menu "Reisdoel" met het ingevoerde huisnummer weergegeven.
Wanneer u een huisnummer hebt ingevoerd dat niet beschikbaar is op de
navigatie-dvd, wordt een lijst met de beschikbare huisnummers resp. huisnummergebieden weergegeven. Nadat u een vermelding hebt be­vestigd, wordt het menu "Reisdoel" met het gekozen huisnummergebied weergegeven.
In beide gevallen staat de keuzemarkering op het de routegeleiding starten met de "Routegeleiding".
-symbool (huisnummer). Druk op de OK-toets.
-symbool.
OK
-toets. Lees hiervoor het hoofdstuk
-symbool. U kunt nu
22
Reisdoel invoeren
Bijzondere reisdoelen (parkeerterreinen, tankstations, enz.) kiezen
Met het -symbool (benzinepomp/koffiekop) hebt u verschillende reisdoelen voor de routegeleiding tot uw beschikking. U kunt deze reisdoelen kiezen in relatie tot de positie van uw auto op dat moment ("Nabij locatie"), tot het laatste actieve reisdoel van de navigatie ("Omgeving reisdoel") of tot elke willekeurige plaats ("Omgeving adres"). De reisdoelen worden weergegeven op volgorde van afstand.
Daarnaast kunt u een reisdoel kiezen uit een alfabetisch gesorteerde lijst van alle op de navigatie-dvd opgeslagen bijzondere reisdoelen ("Alle bijzondere reisdoelen").
Pluspunt: zo kunt u bv. eenvoudig het eerstvolgende tankstation vinden.
Bijzonder reisdoel kiezen in de omgeving van een positie, reisdoel of wille­keurige plaats
De bijzondere reisdoelen zijn ingedeeld in verschillende categorieën en subcatego­rieën.
Categorieën Subcategorieën
Restaurants
Hotel/motel
Winkelen
Bank & zaken Post
Reizen Expositieterreinen, snelwegafrit, snelwegservice,
autoverhuur, station, luchthaven, veerhaven, bergpas, grensovergang, parkeren, toeristische info
Openbare instellingen Overheid, ambassade
Automobiel Autodealer, tankstation, rij-oefenterrein
Vrije tijd Pretpark, golfbaan, bioscoop, museum, sportcomplex,
theater, toeristische attractie, wijnkelder, dierentuin
Noodgevallen Politie, ziekenhuizen
23
Reisdoel invoeren
Let op Wanneer er voor bepaalde categorieën geen gegevens op de navigatie­dvd beschikbaar zijn, worden deze niet weergegeven.
1. Om een bijzonder reisdoel te kiezen kiest u in het menu "Reisdoel" het
-symbool. Druk op de OK-toets.
Het menu "Bijzondere doelen" wordt weergegeven.
2. Zet de keuzemarkering op het gewenste referentiepunt ("Nabij locatie", "Om-
geving reisdoel" of "Omgeving adres"). Druk op de
3. Wanneer u "Omgeving adres" hebt gekozen, moet eerst een plaats worden
gekozen waarop de reisdoelen betrekking hebben.
Pluspunt: de bepaling van het reisdoel verloopt hier zoals u gewend bent bij het direct invoeren van reisdoelen.
Wanneer de plaats bepaald is, wordt de lijst met de beschikbare categorieën bijzondere reisdoelen weergegeven.
OK
4. Kies de gewenste categorie. Druk op de
-toets. Afhankelijk van de gekozen categorie wordt de lijst met beschikbare subca­tegorieën of de lijst met beschikbare bijzondere reisdoelen weergegeven.
5. Kies evt. de gewenste subcategorie. Druk op de
schikbare bijzondere reisdoelen wordt weergegeven.
OK
6. Kies het gewenste reisdoel. Druk op de
-toets. De naam van het reisdoel verschijnt in een menu. De keuzemarkering staat op het
OK
starten met de
-toets. Lees hiervoor het hoofdstuk "Routegeleiding".
-symbool. U kunt nu de routegeleiding
OK
-toets.
OK
-toets. De lijst met be-
24
Reisdoel invoeren
Reisdoel kiezen uit de lijst van alle bijzondere reisdoelen
U dient de naam van het gewenste bijzondere reisdoel te kennen wanneer u een reisdoel wilt kiezen uit de lijst van alle bijzondere reisdoelen.
1. Kies eerst in het menu "Reisdoel" het land waarin het bijzondere reisdoel ligt
om de desbetreffende lijsten te laden.
2. Kies in het menu "Reisdoel" het
Het menu "Bijzondere doelen" wordt weergegeven.
3. Zet de keuzemarkering op de menuoptie "Alle bijzondere reisdoelen". Druk
OK
op de
-toets.
De letterlijst voor het invoeren van het reisdoel wordt weergegeven.
4. Voer de naam van het gewenste bijzondere reisdoel in.
Pluspunt: het reisdoel wordt hier bepaald zoals u gewend bent van het direct invoeren van reisdoelen.
Nadat u het bijzondere reisdoel hebt gekozen, wordt het adres van het reis­doel weergegeven in een menu.
De keuzemarkering staat op het
OK
starten met de
-toets. Lees hiervoor het hoofdstuk "Routegeleiding".
-symbool. Druk op de OK-toets.
-symbool. U kunt nu de routegeleiding
25
Reisdoel invoeren
Reisdoel invoeren met coördinaten
Via het -symbool (coördinatennet) hebt u de mogelijkheid om uw reisdoel te be­palen met coördinaten. Hiervoor moet u de coördinaten invoeren in de vorm van de lengte- en breedtegraad.
1. Kies het
Druk op de Het menu voor het invoeren van coördinaten wordt weergegeven.
U kunt nu onder "Positie reisdoel" de gewenste coördinaten invoeren. Onder "Actuele positie" wordt als extra uw huidige positie in coördinaten weergegeven, voor zover uw positie voldoende satellietontvangst toelaat.
2. Kies de menuoptie "Lengtegraad". Druk op de
Het invoerveld voor de graden is gemarkeerd.
3. Stel met de
-toets.
Het invoerveld voor de minuten is gemarkeerd.
4. Stel met de
-toets.
Het invoerveld voor de seconden is gemarkeerd.
5. Stel met de
OK
-toets. Het menu voor het invoeren van de coördinaten wordt opnieuw weergege­ven.
6. Stel nu op dezelfde wijze de coördinaten voor de breedtegraad in. Druk
daarna op de kunt nu de routegeleiding starten met de stuk "Routegeleiding".
Let op: Het wisselen tussen noord/zuid en oost/west bij het invoeren van de coör­dinaten gebeurt automatisch bij het invoeren van het aantal graden.
-symbool op de bovenste regel van het menu "Reisdoel".
OK
-toets.
OK
-toets.
-toetsen het aantal graden in. Druk daarna op de
-toetsen het aantal minuten in. Druk daarna op de
-toetsen het aantal seconden in. Druk daarna op de
OK
-toets. De keuzemarkering staat op het -symbool. U
OK
-toets. Lees hiervoor het hoofd-
26
Reisdoel invoeren
Reisdoel invoeren via de kaartweergave
Via het -symbool (wereldbol) kunt u een reisdoel voor de navigatie bepalen in de kaartweergave.
1. Kies het
op de Er verschijnt een op het noorden georiënteerde kaart. De omgeving van het als laatste ingevoerde reisdoel verschijnt. Wanneer er eerder geen reisdoel was ingevoerd, verschijnt de omgeving van de positie van de auto. Het dradenkruis dient om het reisdoel te bepalen.
2. Beweeg het dradenkruis met de
diening in de richting van het gewenste reisdoel. Het dradenkruis beweegt over het display. Wanneer het dradenkruis over de rand van de kaart wordt bewogen, ver­schijnt automatisch de volgende uitsnede van de kaart.
Pluspunt: afhankelijk van de schaal van de kaart verschijnt op de regel onder de kaart de naam van de straat of de stad waarover het dradenkruis wordt bewogen.
Schaal van de kaart wijzigen
Wanneer het reisdoel op grote afstand van uw positie ligt, kunt u de schaal van de kaart wijzigen. Zo kunt u het dradenkruis snel over grote afstanden verplaatsen.
1. Druk tijdens de kaartweergave op de
Er wordt een uitvouwmenu geopend.
2. Kies "Schaal". Druk op de
Er wordt een venster geopend voor de instelling van de schaal van de kaart.
3. Kies de gewenste schaal. Druk op de
De kaart wordt met de nieuwe schaal weergegeven.
-symbool op de bovenste regel van het menu "Reisdoel". Druk
OK
-toets.
-toetsen van de afstandsbe-
OK
-toets.
OK
-toets.
OK
-toets.
27
Reisdoel invoeren
Informatie oproepen op de kaart
U kunt extra informatie zoals parkeerterreinen en tankstations op de kaart laten weer­geven.
OK
1. Open het uitvouwmenu met de
2. Kies "Info op kaart". Druk op de
Er verschijnt een keuzemenu met de beschikbare informatie.
3. Markeer de informatie die op de kaart moet worden weergegeven. Druk tel-
OK
kens op de
-toets. De informatie die op de kaart moet worden weergegeven, moeten geken­merkt zijn met een v-tekentje.
Pluspunt: u kunt aan de rechterkant van het menu naar keuze alle Informatie tegelijk laten weergeven ( hiervoor het desbetreffende symbool.
4. Wanneer u alle voor de kaartweergave gewenste informatie hebt gekozen,
drukt u op de
-toets.
"OK" aan de rechterkant van het menu is gemarkeerd.
OK
5. Druk op de
-toets. De kaart wordt weergegeven met de gewenste informatie.
Routegeleiding starten
Wanneer u het reisdoel op de kaart hebt bepaald, kunt u de routegeleiding direct starten.
1. Open het uitvouwmenu met de
2. Kies "Start". Druk op de
OK
Er verschijnt een menu met de gegevens van het actuele reisdoel. De gesproken mededeling "De route wordt berekend" is te horen. Vanuit dit menu kunt u de routeopties wijzigen. Lees hiervoor de hoofdstukken "Routeopties kiezen" en "Routegeleiding".
-toets.
OK
-toets.
-symbool) resp. verbergen ( -symbool). Kies
OK
-toets.
-toets.
28
Reisdoel invoeren
Reisdoel op kaart opslaan vóór de routegeleiding
Wanneer u het reisdoel met het dradenkruis hebt gemarkeerd, kunt u het in het ge­heugen opslaan om het later opnieuw te gebruiken voor de routegeleiding.
OK
1. Open het uitvouwmenu met de
2. Kies "Bewaren". Druk op de
De lijst met letters voor het invoeren van de naam van het reisdoel ver­schijnt.
3. Voer een naam in voor het reisdoel en verlaat de letterlijst door de
langer dan twee seconden ingedrukt te houden of door "OK" in het letterveld te kiezen en te bevestigen. Het menu "Reisdoel opslaan" wordt weergegeven.
4. Beweeg de korte naam met de
het reisdoelgeheugen. Druk op de Het hoofdmenu verschijnt.
-toets.
OK
-toets.
-toetsen naar de gewenste positie in
OK
-toets.
OK
-toets
29
Reisdoel invoeren
Reisdoel uit geheugen
In het reisdoelgeheugen kunnen vaak gebruikte reisdoelen worden opgeslagen, van een korte naam worden voorzien en worden opgeroepen voor de routegeleiding.
Pluspunt: de laatste tien reisdoelen worden door de TravelPilot EX-V auto­matisch opgeslagen.
Reisdoel kiezen uit het geheugen
Uitgangspunt: u bevindt zich in het hoofdmenu. Wanneer u zich niet in het hoofdmenu bevindt, komt u via de
1. Kies in het hoofdmenu "Reisdoelgeheugen". Druk op de
Het menu "Reisdoelgeheugen" verschijnt. De symbolen op de bovenste symboolbalk betekenen:
Geheugen van de laatste tien reisdoelen
Reisdoelgeheugen gerangschikt volgens eigen voorkeur
Reisdoelgeheugen alfabetisch gerangschikt
Reisdoelgeheugen bewerken (reisdoelen wissen, opslaan en sorte­ren)
2. Kies het symbool van het gewenste reisdoelgeheugen. Druk op de
De beschikbare reisdoelen verschijnen.
3. Kies het gewenste reisdoel. Druk op de
Er verschijnt een menu met de gegevens van het actuele reisdoel. De gesproken mededeling "De route wordt berekend" is te horen. Vanuit dit menu kunt u de routeopties wijzigen. Lees hiervoor de hoofdstukken "Routeopties kiezen" en "Routegeleiding".
-toets terug in het hoofdmenu.
OK
-toets.
OK
-toets.
OK
-toets.
30
Loading...
+ 70 hidden pages