Blaupunkt TRAVELPILOT EXACT User Manual [nl]

Navigatie Radio CD
Gebruiksaanwijzing en inbouwhandleiding
Een optimale plaatsing van de GPS­antenne is voorwaarde voor nauwkeurige routegeleiding zonder tachosignaal.
Houd i.h.b. rekening met de inbouwinstructie van punt 3.2 op pagina 97 en de inbouwtest op pagina 90.
www.blaupunkt.com
Overzicht over het apparaat
2
2
1
4
3
5 6 7 8 9
1213141516
11
10
1 NAV-toets
Kort indrukken: activeert de navigatie en de vier geheu­genniveaus. Ingedrukt houden: oproepen van het keuzemenu voor de filefunctie en routeopties.
2 Volumeregelaar 3 In- en uitschakelen van het apparaat en geluidsonderdruk-
king (mute).
4 FM•AM-toets
Kort indrukken: activeert de radioweergave en selecteren van de golfgebieden FM, MW en LW. Ingedrukt houden: starten van de Travelstore-functie.
5 CD•C-toets
Activeert de weergave van cd-, mp3- resp. cd-wisselaar.
6 Display
-toets
7
Radio/cd: zoekdoorloop neerwaarts / vorige titel. Navigatie: ingevoerd teken wissen.
-toets
8
Radio/cd: zoekdoorloop opwaarts / volgende titel. Navigatie: springen in de keuzelijst.
-toets, voor het openen van het afneembare en opklap-
9
bare bedieningspaneel en het verwijderen van de cd.
: Menuknop
Kiezen van menu’s en tekens Radio: handmatig afstemmen op zenders
; OK-toets
Kort indrukken: bevestigen van menuopties Ingedrukt houden: starten van de scanfunctie Radio: menu voor het kiezen van het golfgebied oproepen Cd-wisselaar: cd-keuzemenu oproepen
-toets
<
Routegeleiding actief Kort indrukken: de actuele positie wordt weergegeven en het laatste gesproken rijadvies wordt herhaald. Bij opnieuw kort indrukken wordt het actuele reisdoel weergegeven. Ingedrukt houden: oproepen van de routelijst Routegeleiding niet actief Kort indrukken: de actuele positie wordt weergegeven. Vermeldingen in lijsten worden volledig weergegeven.
= ESC-toets
Verlaten van menu’s. Wissen van tekens bij het invoeren van reisdoelen. Afbreken van de routegeleiding.
> Toetsenblok 1 - 6
Voorkeuzetoetsen en reisdoelgeheugen van de navigatie Toets 2 MIX: willekeurige weergave bij cd-weergave Toets 5 RPT: herhalen van titels bij cd-weergave
? MENU-toets
Kort indrukken: oproepen van het instelmenu Ingedrukt houden: oproepen van het installatiemenu
@ TRAF-toets
Kort indrukken: in- en uitschakelen van de stand-bystand voor verkeersinformatie Ingedrukt houden: TMC-berichten bekijken
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
3
INLEIDING NAVIGATIE
Geachte klant,
Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw TravelPilot E. U kunt erop vertrouwen dat u met deze aankoop de juiste keuze hebt gemaakt.
De TravelPilot E is een radionavigatiesys­teem ter grootte van een gewone autora­dio, maar heeft veel meer te bieden!
Bijvoorbeeld de corridor- en omgevings­functie, waarmee het mogelijk wordt om tij­dens de navigatie een audio-cd te beluis­teren.
De TravelPilot E is een betrouwbare, een­voudig te bedienen loods in het verkeer, die u exact door het verkeer naar uw bestem­ming leidt.
Deze gebruiksaanwijzing geleidt u stap voor stap door de functies van de TravelPilot E en beantwoordt de meest gestelde vragen. Meer informatie over het gebruik van deze gebruiksaanwijzing vindt u in het gedeelte "Wenken bij deze handleiding".
Indien u nog vragen of opmerkingen hebt over de TravelPilot E, kunt u altijd onze hotline bellen of contact opnemen met uw dealer. De telefoonnummers van de inter­nationale hotline vindt u aan het einde van deze handleiding.
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Garantie
Voor onze producten die binnen de Euro­pese Unie gekocht zijn, bieden wij een fa­brieksgarantie. Voor buiten de Europese Unie gekochte apparaten gelden steeds de door de verantwoordelijke vestiging in het desbetreffende land uitgegeven garantie­bepalingen. U kunt de garantiebepalingen oproepen op www.blaupunkt.de of direct opvragen bij:
Opmerking over aansprakelijkheid
Ondanks continue technische ontwikkeling kan het navigatieapparaat door ondeskun­dige bediening, wijzigingen van de ver­keersregels, werk in uitvoering, hoge ver­keersbelasting, fouten of ontbrekende in­formatie op de navigatie-gegevensdrager of algemene computer- of positiebepalings­fouten incidenteel een onjuiste of niet-opti­male routegeleiding berekenen. Blaupunkt
aanvaardt geen aansprakelijkheid en biedt Blaupunkt GmbH Hotline
geen vergoeding voor hieruit ontstane scha-
de of andere nadelen. Robert-Bosch-Str. 200
D-31139 Hildesheim
4
Beknopte handleiding voor de navigatie
N1 NAVi
LAATSTE 1O
DOEL INV.
T
MC
Druk eenmaal op de NAV-toets 1 om van- uit de audiobronnen radio of cd-wisselaar (optie) naar het navigatie-hoofdmenu te gaan.
Kies met de menuknop : de menuoptie DOEL INVoeren en druk op de OK-toets ; om een nieuw reisdoel in te voeren.
Eerst wordt u gevraagd het land van be­stemming te kiezen. Bevestig uw keuze door op de OK-toets ; te drukken.
Bevestig nu de gemarkeerde menuoptie STAD door op de OK-toets ; te drukken.
Kies met de menuknop : de eerste let­ters of het eerste cijfer van de postcode van de gewenste plaats op de tekstinvoerregel. Druk op de OK-toets ; om de letters of cijfers over te nemen.
NAV
S=AD
BERLIN [D]
T
MC
EG ,C
Kies met de menuknop : het volgende teken. Om het invoeren te vergemakkelij­ken worden hiervoor alleen de tekens aan­geboden die op grond van de tot dan toe ingevoerde letters nog mogelijk zijn (intelli­gente invoerregel).
Zodra de TravelPilot E een overeenkomst vindt met een op de cd opgeslagen plaats­naam, wordt de naam automatisch aange­vuld. De TravelPilot E vendien de laatste 20 steden van de navi­gatie op. Hierdoor kunt u vaak bezochte steden zeer snel terugvinden.
In de meeste gevallen zijn een paar letters al genoeg om de gewenste plaatsnaam in te voeren.
Wanneer de naam van de gewenste plaats op de tekstinvoerregel wordt weergegeven, houdt u de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt of drukt u op de
8.
NAV
slaat bo-
-toets
S=AD
BERLIN [D]
T
MC
De gekozen plaatsnaam wordt weergege-
ven in de lijst van plaatsen van bestemming.
Wanneer u een andere plaats uit de lijst
van plaatsen van bestemming wilt kiezen,
kunt u door de lijst scrollen door de menu-
knop : te draaien.
Druk wanneer de naam van de gewenste
plaats wordt weergegeven op de OK-toets
;.
Wanneer de gekozen plaatsnaam meer-
maals voorkomt, verschijnt en volgend
menu (regiobepaling) met de tekstinvoer-
regel. Voer meer letters in, zodat u de
plaatsnaam exact kunt bepalen. Wanneer
de gewenste plaats wordt weergegeven,
drukt u op de OK-toets ;.
Let op: U kunt tijdens het invoeren op
elk moment naar de keuzelijst gaan door
op de
-toets 8 te drukken.
NAV
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
5
INLEIDING NAVIGATIE
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
6
KEUZE
BIJZONDER CENTRUM
T
MC
STRAAT
Kies bij de volgende keuzemogelijkheid tus­sen STRAAT, CENTRUM en BIJZONDER reis- doel.
Starten kunnen alleen worden gekozen wanneer de gegevens op de gebruikte na­vigatie-cd beschikbaar zijn.
Wanneer u de STRAAT hebt gekozen, kunt u aansluitend nog kruispunten of huisnum­mers kiezen. Ga voor het invoeren van de naam te werk zoals beschreven bij STAD.
Kies CENTRUM wanneer u direct naar een stadscentrum geleid wilt worden.
Met BIJZONDER reisdoel kunt u zich direct naar reisdoelen zoals stations, snelwegop­en afritten of bezienswaardigheden laten leiden.
Wanneer het reisdoel geheel is ingevoerd, verschijnt DOEL WORDT GECONTRoleerd op het display. Daarna wordt het reisdoel op het display weergegeven.
NAV
FM1 NDR 2
B1, KAISER STRASSE
T
MC
Let op: U hebt nu de mogelijkheid om het reisdoel op te slaan met de toetsen 1 - 6 >. Voor het opslaan houdt u de desbetreffende toets langer dan twee seconden ingedrukt.
Activeer de routegeleiding door op de OK- toets ; te drukken.
Nadat de route berekend is, begint de rou­tegeleiding; bovendien wordt de corridor voor de route opgeslagen in het geheugen. De voortgang van het laden wordt aange­geven met het opvullen van de segmenten in het symbool voor de navigatie-cd. Wan­neer alle segmenten zijn opgevuld, kan de cd worden verwijderd.
In het middelste deel van het display wor­den de optische rijadviezen weergegeven.
Bij de weergave van aanwijzingen om af te slaan ziet u rechts naast de rijadviezen een aanduiding die symbolisch de afstand tot het eerstvolgende beslissingspunt (bv. een kruispunt) aangeeft. Bovendien wordt de naam van de straat weergegeven waarin u dient af te slaan.
NAV
FM1 NDR 2
19 16 26km
T
MC
B6, WESTSC HNELLWEG
Bij rechtuit rijden wordt onder de rijadvie-
zen de naam van de op dat moment ge-
volgde weg weergegeven. Rechtsboven
wordt de actuele afstand tot het reisdoel
aangegeven en linksboven de verwachte
aankomsttijd.
Boven de rijadviezen wordt de actuele au-
diobron op het display weergegeven. Bij
radioweergave is dit de aanduiding van
zendernamen resp. frequentie, bij weerga-
ve van cd-wisselaar de weergave van titel
en cd.
U kunt tijdens de routegeleiding de audio-
functies bedienen met de toetsen 1 - 6 >.
NAV
Aanwijzingen voor de veiligheid
De TravelPilot E is ontworpen voor het gebruik in personenauto’s.
Speciale informatie, zoals hoogtebeperkingen of maximaal toelaatbare wiel- en asdruk, die nodig is voor de routegelei­ding van vrachtwagens of bussen, is niet opgenomen op de navigatie-cd’s.
Cd plaatsen / verwijderen
Het plaatsen of verwijderen van een cd mag om veiligheidsredenen alleen gebeuren terwijl de auto stilstaat.
Open het bedieningspaneel alleen voor het plaatsen / verwijderen van een cd.
•Sluit het bedieningspaneel direct na het plaatsen / verwijderen van de cd om te zorgen dat het apparaat vóór het begin van de rit weer gereed is voor gebruik. Anders wordt het apparaat na dertig seconden uitgeschakeld.
Bediening tijdens de rit
Wanneer u niet let op het verkeer, kunt u ernstige ongelukken veroorzaken. Om afleiding door de TravelPilot E te voorkomen dient u de volgende punten in acht te nemen:
Maak u voor het begin van de rit vertrouwd met de TravelPilot E en de bediening ervan.
•Stop op een geschikte plaats wanneer u de TravelPilot E opnieuw wilt programmeren.
Bedien de TravelPilot E alleen tijdens de rit wanneer de verkeerssituatie dit toelaat.
Voer alleen reisdoelen in wanneer de auto stilstaat.
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
7
INLEIDING NAVIGATIE
Overzicht over het apparaat................. 2
Beknopte handleiding voor de
navigatie................................................. 5
Aanwijzingen voor de veiligheid.......... 7
Te g ebruiken navigatie-cd-rom’s ....... 10
Wenken voor het onderhoud van
cd-rom’s ................................................ 10
Wenken bij deze handleiding ............. 11
Afneembaar bedieningspaneel .......... 12
Diefstalbeveiliging ................................. 12
Verwijderen van het bedieningspaneel . 12
Bedieningspaneel aanbrengen ............. 13
In- en uitschakelen van het
apparaat ............................................... 14
In- en uitschakelen met het contactslot. 14
Functiemodus kiezen ............................ 15
Kiezen en bevestigen van menuopties . 15
Volume instellen .................................... 16
Geluidsonderdrukking (mute)................ 16
Automatisch doorschakelen van
telefoongesprekken............................... 17
Display ................................................. 18
Gecodeerd apparaat inschakelen na ontkoppeling van de accuspanning .. 19
Onjuist codenummer ingevoerd ............ 20
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Navigatie .............................................. 21
Principe van de werking van de
navigatie................................................ 21
Plaatsen van een navigatie-cd.............. 21
Downloaden van de navigatiesoftware . 22
Corridorfunctie....................................... 22
Omgevingsfunctie ................................. 22
Starten van de navigatie ....................... 23
Reisdoel invoeren ................................. 24
Reisdoelen invoeren met de tekst-
invoerregel ............................................ 25
Reisdoel invoeren - land ....................... 27
Reisdoel invoeren - stad ....................... 27
Reisdoel invoeren - bijzonder reisdoel
in de plaats van bestemming ................ 29
Reisdoel invoeren - straat, huisnummer
en kruispunt........................................... 30
Reisdoel invoeren - centrum ................. 32
Reisdoel invoeren - bijzondere
reisdoelen.............................................. 33
Reisdoel invoeren - laatste tien
reisdoelen.............................................. 36
Reisdoel invoeren - uit het reisdoel-
geheugen .............................................. 37
Reisdoelgeheugen ................................ 38
Routegeleiding ...................................... 40
Dynamische routegeleiding................... 43
Een file omzeilen terwijl de route-
geleiding actief is................................... 46
Routeopties vastleggen ........................ 47
Routelijst laten weergeven .................... 49
Verkeersinformatie tijdens de route-
geleiding................................................ 49
Radioweergave.................................... 50
RDS-comfortfuncties (AF, REG)............ 50
Radioweergave starten ......................... 52
Golfgebied / geheugenniveau kiezen.... 52
Zenders instellen................................... 53
Zenders programmeren ........................ 54
Geprogrammeerde zenders oproepen.. 54 Ontvangbare zenders kort weergeven
(SCAN).................................................. 55
Verkeersinformatie ................................ 55
Cd-weergave........................................ 57
Cd-weergave starten............................. 57
Titels kiezen .......................................... 59
Snelle zoekdoorloop ............................. 59
Willekeurige weergave (MIX) ................ 59
Alle titels van een cd kort weergeven
(SCAN).................................................. 60
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 60
Verkeersinformatie tijdens de
cd-weergave.......................................... 60
8
MP3-weergave
(alleen TravelPilot E
) ............ 61
Voorbereiding van de MP3-cd............... 61
MP3-weergave starten .......................... 63
Directory kiezen .................................... 63
Titels kiezen .......................................... 65
Snelle zoekdoorloop ............................. 66
Willekeurige weergave (MIX) ................ 66
Alle titels van een directory kort
weergeven (SCAN) ............................... 67
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 67
MP3-info kiezen .................................... 68
Weergave van cd-wisselaar................ 69
Weergave van cd-wisselaar starten ...... 69
Cd kiezen .............................................. 70
Titels kiezen .......................................... 71
Snelle zoekdoorloop ............................. 71
Willekeurige weergave (MIX) ................ 71
Alle titels van alle geplaatste cd’s kort
weergeven (SCAN) ............................... 72
Titels herhalen (REPEAT) ..................... 73
Verkeersinformatie tijdens de
cd-weergave.......................................... 73
Stuurwielafstandsbediening .............. 74
Audiobron kiezen .................................. 74
Volume instellen.................................... 74
Navigatie activeren................................ 74
Geluidsonderdrukking ........................... 75
Setup - Basisinstellingen ................... 76
Klank en klankverdeling instellen .......... 76
Equalizer ............................................... 77
Volume bij inschakelen, voor navigatie, verkeersinformatie en telefoon en
GALA instellen....................................... 80
Radiofuncties instellen .......................... 81
Displayhelderheid dag / nacht en
contrast instellen ................................... 83
Spraakopties instellen ........................... 84
Optimale Route instellen (alleen TravelPilot E
) ........................ 87
Klok instellen ......................................... 88
Codering van het apparaat ................... 89
Installatie.............................................. 90
Tachosignaal in- of uitschakelen (alleen TravelPilot E
en
) ............................................. 90
Inbouwtest............................................. 90
Automatisch kalibreren van het apparaat (alleen Travelpilot E
,
en Tacho EIN)....................... 92
Handmatig kalibreren van het apparaat (alleen Travelpilot E
,
en Tacho EIN)....................... 93
Glossarium .......................................... 94
Technische gegevens ......................... 95
Inbouwhandleiding ............................. 96
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
9
INLEIDING NAVIGATIE
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Te gebruiken navigatie-cd-rom’s
10
De TravelPilot E kan alleen worden gebruikt met navigatie-cd-rom’s met de op­druk "E 2005/2006 geen cd-rom in het apparaat geplaatst is, verschijnt een mededeling van die strekking op het display.
Let op: De TravelPilot E is niet geschikt voor het gebruik van zelfge­brande navigatie-cd-rom’s (cd-r, cd-rw). Wanneer u een zelfgebran­de cd-rom plaatst, wordt de tekst NAVIGATIE WORDT GEACTIVEERD continu weergegeven. Hieruit ontstaande beperkingen van de navi­gatieprestaties vallen niet onder de garantie.
>
". Wanneer de routegeleiding wordt opgeroepen terwijl er
Wenken voor het onderhoud van cd-rom’s
Indien een cd-rom vervuild is, mag u deze nooit met cirkelvormige bewegingen schoonmaken; wis de cd met een zachte, niet-pluizende doek van binnen naar buiten af. Voor extreme vervuilingen adviseren wij u de cd’s onder te dompelen in sop met gewoon afwasmiddel. Maak de cd echter ook hier niet in cirkelrich­ting schoon, maar reinig deze altijd van binnen naar buiten en laat hem dan drogen.
Verder adviseren wij u de cd zowel aan de onderkant als aan de bovenkant met zorg te behandelen, aangezien vanwege de opbouw van de cd de informatie­laag zich direct onder de druklaag (labelkant) bevindt.
Enkele opmerkingen over de leeskwaliteit:
Elke verontreiniging of beschadiging van een cd kan leiden tot problemen met het lezen. De ernst van de leesfout is afhankelijk van de vervuiling en de ernst van de mechanische beschadiging. Grove krassen veroorzaken "leesfouten" (datafouten), die de cd "verleiden" om te springen of te blijven hangen. Alle cd’s moeten met zorg worden behandeld en altijd in een beschermhoes worden op­geborgen.
Wenken bij deze handleiding
Deze gebruiksaanwijzing moet u vertrouwd maken met de bediening en de func­ties van uw TravelPilot E en ervoor zorgen dat u het apparaat veilig en met succes kunt bedienen. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u uw TravelPilot E voor het eerst in gebruik neemt en bewaar deze zorgvuldig, in de auto.
Let op: Zorg dat u de apparaatpas die bij deze gebruiksaanwijzing is bijgevoegd, niet in de auto bewaart.
Om het u mogelijk te maken om informatie snel te vinden, worden in deze ge­bruiksaanwijzing de volgende symbolen gebruikt om afzonderlijke bedienings­stappen aan te geven:
1 Markeert bedieningsstappen die u dient uit te voeren om het doel van een
handeling te bereiken.
De reactie van het apparaat die na een handeling moeten volgen, zijn hier-
mee aangeduid. Pluspunt: hier krijgt u aanwijzingen en tips voor de bediening van de Travel-
Pilot E.
Let op: De volgorde en beschikbaarheid van de menuopties is ge­deeltelijk afhankelijk van de geplaatste navigatie-cd-rom en kan daarom afwijken van de afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing.
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
11
INLEIDING NAVIGATIE
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Afneembaar bedieningspaneel
Diefstalbeveiliging
Het apparaat is ter bescherming tegen diefstal uitgerust met een afneembaar bedieningspaneel (flip-release-panel) en een viercijferige apparaatcode. Zon­der dit bedieningspaneel is het apparaat voor een dief waardeloos.
Beveilig het apparaat tegen diefstal en neem het bedieningspaneel telkens wan­neer u de auto verlaat, mee. Laat het bedieningspaneel niet achter in de auto ook niet op een verborgen plek.
Dankzij de constructie van het bedieningspaneel kan dit eenvoudig worden ver­wijderd en weer worden aangebracht.
Let op: Laat het bedieningspaneel niet vallen. Stel het bedienings­paneel niet bloot aan direct zonlicht of andere warmtebronnen. Be­waar het bedieningspaneel in het meegeleverde etui. Voorkom di­recte aanraking van de contacten van het bedieningspaneel met de huid. Reinig de contacten desgewenst met een in alcohol gedrenk­te, niet-pluizende doek.
Verwijderen van het bedieningspaneel
1 Druk op toets 9.
Het bedieningspaneel wordt naar voren toe geopend.
2 Haal het bedieningspaneel in een rechte lijn uit de houder.
Nadat het bedieningspaneel is losgemaakt van het apparaat schakelt het
apparaat zichzelf na dertig seconden uit. Alle actuele instellingen worden opgeslagen. Een geplaatste cd blijft in het apparaat.
Let op: De geplaatste cd wordt naar buiten geschoven, en wanneer deze niet wordt verwijderd automatisch weer naar binnen getrans­porteerd.
12
Bedieningspaneel aanbrengen
1 Schuif het bedieningspaneel in de houders van het apparaat. 2 Sluit het bedieningspaneel.
Let op: Duw voor het plaatsen van het bedieningspaneel niet op het display.
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
13
INLEIDING NAVIGATIE
3
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
In- en uitschakelen van het apparaat
1 Druk voor het inschakelen van uw TravelPilot E op toets 3.
Het apparaat geeft de laatst actieve audiobron weer met het volume waar-
mee het weer uitgeschakeld. U kunt het inschakelvolume beperken tot een maximale waarde.
Let op: Hoe u het inschakelvolume beperkt, leest u in het gedeelte "Volume bij inschakelen, voor navigatie, verkeersinformatie en te­lefoon en GALA instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellin­gen".
1 Om het apparaat uit te schakelen houdt u toets 3 langer dan twee secon-
den ingedrukt.
In- en uitschakelen met het contactslot
Wanneer de TravelPilot E correct met het contactslot van de auto is verbonden en niet met toets 3 is uitgeschakeld, wordt het met het contact in- en uitge­schakeld.
U kunt de TravelPilot E ook gebruiken wanneer het contact is uitgeschakeld. 1 Druk hiervoor op toets 3. Na afloop van één uur schakelt het apparaat zichzelf ter bescherming van de
autoaccu automatisch weer uit. U kunt dit zo vaak herhalen als u wenst. Door het contact te activeren heft u de tijdlimiet op.
Let op: Om te garanderen dat het apparaat foutloos functioneert, moet de TravelPilot E zoals in de inbouwhandleiding beschreven worden aangesloten op de continue pluspool en de plus via het con­tactslot. De stand-bytijd na het uitschakelen is ingesteld op 30 mi­nuten.
14
Functiemodus kiezen
Om de functiemodus navigatie te kiezen: 1 Druk op de NAV-toets 1. Het navigatie-hoofdmenu wordt weergegeven of, wanneer de routegeleiding
actief is, het masker van de routegeleiding. Om de functiemodus radio te kiezen: 1 Druk op de FM•AM-toets 4. Op de bovenste regel van het display wordt de actuele zendernaam resp. de
frequentie en het geheugenniveau weergegeven, met daaronder de bezet-
ting van de voorkeuzetoetsen. Om de functiemodus cd of cd-wisselaar te kiezen: 1 Druk op de CD•C-toets 5. Op de bovenste regel van het display wordt CD resp. CDC aangegeven.
Daaronder worden het nummer van de cd in de cd-wisselaar, de actuele titel
en de verstreken speeltijd weergegeven.
Kiezen en bevestigen van menuopties
De rechter-menuknop : met de OK-toets ; is de centrale bedieningseenheid van de TravelPilot E. Hiermee kunt u menuopties en tekens bij het invoeren kiezen, alsmede instellingen uitvoeren en bevestigen.
Menuopties en tekens kiezen: draai de menuknop : naar links of naar rechts.
Menuoptie en keuze bevestigen: druk op de OK-toets ;.
N1 NAVi
LAATSTE 1O
T
DOEL INV.
MC
FM1 NDR 2
NDR2 ffn
T
MC
NJOY Ante RAD2 JUMP
NAV
NAV
11
10
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
15
INLEIDING NAVIGATIE
Volume instellen
Om het systeemvolume te vergroten: 1 Draai de volumeregelaar 2 met de klok mee. Om het systeemvolume te verkleinen: 1 Draai de volumeregelaar 2 tegen de klok in. Tijdens het instellen wordt de ingestelde waarde weergegeven op de boven-
ste regel van het display.
Pluspunt: Tijdens een gesproken rijadvies van de navigatie kunt u het volu-
me van het rijadvies onafhankelijk van het basisvolume van de audiobron
wijzigen met de volumeregelaar 2. Het ingestelde volume wordt automa-
tisch opgeslagen.
Geluidsonderdrukking (mute)
U kunt het volume abrupt verkleinen. 1 Druk kort op toets 3. MUTE verschijnt op de bovenste regel van het display.
Pluspunt: De gesproken rijadviezen van de navigatie worden niet onderdrukt. Om de geluidsonderdrukking op te heffen:
1 Druk opnieuw op toets 3 of draai de volumeregelaar 2.
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
volume 20
NDR2 ffn
T
MC
NJOY Ante RAD2 JUMP
mU=E
NDR2 ffn
T
MC
NJOY Ante RAD2 JUMP
16
NAV
NAV
Automatisch doorschakelen van telefoongesprekken
Wanneer het apparaat op de juiste wijze met een autotelefoon is verbonden, wordt het telefoongesprek weergegeven via de luidsprekers van de TravelPilot E. Op het display verschijnt TELEFOON.
Het gesprek wordt ook doorgeschakeld wanneer de TravelPilot E uitgeschakeld is. De TravelPilot E wordt dan voor de duur van het telefoongesprek ingescha­keld.
U kunt het volume van het telefoongesprek instellen. 1 Draai de volumeregelaar 2 om het gewenste volume in te stellen.
Pluspunt: Tijdens het telefoongesprek kunt u het volume onafhankelijk van
het basisvolume van de audiobron wijzigen met de volumeregelaar 2.
Let op: Wanneer het volume tijdens een gesprek wordt gewijzigd,
blijft deze waarde geldig totdat het apparaat weer wordt uitgescha-
keld. Hierna wordt bij een nieuw gesprek het inschakelvolume inge-
steld.
=ELEFOON
T
MC
volume 8
TELEFOON
NAV
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
17
INLEIDING NAVIGATIE
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Display
Op het display van de TravelPilot E wordt alle informatie van de navigatie weer­gegeven, bv. optische rijadviezen, menu’s en lijsten, alsmede de audiobronnen radio, cd en cd-wisselaar (optie).
U kunt de helderheid en de afleesbaarheid van het display voor de zichthoek in uw auto optimaal instellen. Lees hiervoor het gedeelte "Displayhelderheid dag/ nacht en contrast instellen" in het hoofdstuk "Setup - Basisinstellingen".
Let op: Behandel het display voorzichtig. Contact met spitse voor-
werpen veroorzaakt krassen en beschadigt het afdekruitje. Reinig
dit alleen met een niet-pluizende doek en evt. met schoonmaakalco-
hol. Gebruik voor het schoonmaken geen oplosmiddelen zoals ter-
pentine of benzine, aangezien die het ruitje aantasten en beschadi-
gen.
18
Gecodeerd apparaat inschakelen na ontkoppeling van de accuspanning
Wanneer u een gecodeerd apparaat na ontkoppeling van de accuspanning, bv. na een reparatie van de auto inschakelt, wordt de code opgevraagd. U vindt het codenummer in de apparaatpas van het apparaat. Bewaar de apparaatpas niet in de auto!
Ga om het codenummer in te voeren als volgt te werk: 1 Druk voor het eerste cijfer van het codenummer zo vaak op toets 1 > dat
het eerste cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven. 2 Druk voor het tweede cijfer van het codenummer zo vaak op toets 2 > dat
het tweede cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven. 3 Druk voor het derde cijfer van het codenummer zo vaak op toets 3 > dat het
derde cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven. 4 Druk voor het vierde cijfer van het codenummer zo vaak op toets 4 > dat
het vierde cijfer van het codenummer op het display wordt weergegeven. Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven: 5 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt. Het apparaat wordt ingeschakeld.
Alternatief kunt u het codenummer ook met de menuknop : en de OK-toets ; invoeren.
1 Draai hiervoor de menuknop : tot het desbetreffende cijfer op het display
wordt weergegeven. 2 Druk op de OK-toets ; om de volgende positie van het codenummer te
markeren. 3 Herhaal de stappen 1 en 2 voor de overige cijfers van het codenummer.
CODE
O O O O
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
19
INLEIDING NAVIGATIE
Wanneer het codenummer volledig wordt weergegeven: 4 Houd de OK-toets ; langer dan twee seconden ingedrukt. Het apparaat wordt ingeschakeld.
RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Onjuist codenummer ingevoerd
Wanneer u per ongeluk een onjuist codenummer hebt ingevoerd en bevestigd, kunt u de code opnieuw invoeren. Om te voorkomen dat dieven het codenum­mer door uitproberen achterhalen, wordt het apparaat na de derde onjuiste po­ging een uur lang geblokkeerd.
Voor een hernieuwde poging moet het apparaat een uur lang, via het contact- slot, ingeschakeld blijven. Wanneer het apparaat binnen deze wachttijd van de spanning wordt afgesloten, wordt de wachttijd teruggezet op opnieuw een uur.
U kunt het opvragen van de code ook deactiveren. Lees hiervoor het gedeelte "Codering van het apparaat in- en uitschakelen" in het hoofdstuk "Setup - Basis­instellingen".
20
CODE
ONJUISTE
CODE
Navigatie
De navigatie van de TravelPilot E stelt u in staat om reisdoelen zonder tijdro­vende bestudering van kaarten snel en veilig te vinden. Wanneer de navigatie geactiveerd is, wordt u geleid door de gesproken rijadviezen. Punten waarop u bv. moet afslaan, worden tijdig aangekondigd. Bovendien kunt u op uw display optische rijadviezen, de actuele afstand tot het reisdoel en de verwachte aan­komsttijd bij het reisdoel aflezen.
De verkeersveiligheid gaat vóór alles. Houd er rekening mee dat de actuele verkeersleiding altijd voorrang heeft op de door de navi­gatie gegeven rijadviezen.
Principe van de werking van de navigatie
De actuele positie van de auto wordt bepaald met behulp van het elektronische tachosignaal, een gyroscoop (registreert veranderingen in de rijrichting van de auto) en een door GPS-satellieten (Global Positioning System) uitgezonden sig­naal. Het navigatiesysteem vergelijkt de gegevens met het gedigitaliseerde kaart­materiaal en berekent daaruit uw positie alsmede de routes voor de routegelei­ding.
Plaatsen van een navigatie-cd
1 Druk op de -toets 9 om het bedieningspaneel te openen.
Het bedieningspaneel wordt naar voren toe geopend en een eventueel ge-
plaatste cd wordt naar buiten geschoven.
2 Verwijder de evt. naar buiten geschoven cd en schuif de navigatie-cd met de
bedrukte kant naar boven gericht in de cd-opening van het apparaat, totdat u een weerstand voelt. Vanaf dit punt wordt de cd automatisch door het apparaat naar binnen getransporteerd.
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
21
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Let op: Wanneer de cd niet wordt verwijderd, wordt deze na ca. tien seconden automatisch weer naar binnen getransporteerd.
Downloaden van de navigatiesoftware
De navigatiesoftware wordt automatisch van de cd naar het geheugen gekopi­eerd en blijft daar totdat het apparaat van de bedrijfsspanning wordt afgesloten of zichzelf 72 uur nadat het voor het laatst is uitgeschakeld automatisch volledig uitschakelt (de spanning voor het geheugen van het apparaat wordt uitgescha­keld om de autoaccu te sparen). Het downloaden vindt ook plaats wanneer de navigatiesoftware in het apparaat niet overeenstemt met de software op de cd.
Let op: Het Laden van de software wordt op het display weergege­ven en mag niet worden onderbroken.
NAVI-SW
DOWNLOAD
T
MC
5O%
Corridorfunctie
De corridorfunctie dient om te navigeren zonder gegevensdrager. Nadat de rou­teberekening gestart is, worden de voor de routegeleiding benodigde gegevens naar het geheugen van de TravelPilot E gekopieerd. Na het kopiëren kunt u de navigatie-cd-rom uit de speler halen en een audio-cd plaatsen. Het kopiëren is voltooid wanneer alle segmenten in het symbool voor de navigatie-cd opgevuld zijn.
Omgevingsfunctie
De omgevingsfunctie maakt het mogelijk om binnen het opgeslagen gebied zon­der gegevensdrager reisdoelen in te voeren. Hiervoor worden onderdelen van de navigatiegegevens, afhankelijk van de positie van de auto, van de cd-rom naar de navigatie gekopieerd. De navigatie maakt dan voor het invoeren van reisdoelen gebruik van de gegevens in het geheugen. De omvang van de gege­vens in het geheugen hangt af van de actuele bedrijfssituatie.
22
NAV
Let op: Wanneer er na het laden van de corridor nog geheugenruim­te beschikbaar is, wordt deze gebruikt voor de omgevingsfunctie. Het laden van de gegevens wordt rechtsonder op het display weer­gegeven door het cd-symbool en vindt ook plaats wanneer er geen routegeleiding actief is.
Wanneer het apparaat nieuwe steden moet laden van de cd, wordt u in bepaal­de situaties verzocht de navigatie-cd te plaatsen. Mocht u terwijl de routegelei­ding actief is ondanks dit verzoek de navigatie-cd niet in de speler plaatsen, dan verschijnt op het display een windroossymbool.
Let op: Wanneer de routegeleiding in de opgeslagen corridor actief is en u een cd-rom plaatst met andere navigatiesoftware dan die het apparaat, wordt u gevraagd of deze software naar het apparaat moet worden gekopieerd. Wanneer de download wordt uitgevoerd, wordt de routegeleiding afgebroken. Wanneer u de software niet laat down­loaden, verschijnt na het verlaten van de corridor een windroos­symbool op het display.
Starten van de navigatie
1 Druk terwijl het apparaat is ingeschakeld op de NAV-toets 1.
Het navigatie-hoofdmenu wordt weergegeven. In het navigatie-hoofdmenu hebt u de volgende mogelijkheid om een reisdoel te
kiezen:
LAATSTE 10: oproepen van de laatste tien reisdoelen
DOEL INVoeren: invoeren van een reisdoel d.m.v. het adres
Bovendien beschikt de navigatie, net bij de radiofunctie, over verschillende ge­heugenniveaus (N1, N2, N3 en N4). Op elk van deze geheugenniveaus kunnen met de toetsen 1 - 6 > zes reisdoelen worden opgeslagen.
N1 NAVi
LAATSTE 1O
T
DOEL INV.
MC
NAV
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
23
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Om te wisselen tussen de geheugenniveaus van de navigatie: 1 Druk zo vaak op de NAV-toets 1 dat het gewenste niveau op de bovenste
regel van het display wordt weergegeven.
Om de routegeleiding van de navigatie te kunnen starten moet een TravelPilot E-navigatie-cd geplaatst zijn, of moeten de vereiste gegevens in het geheugen van het apparaat beschikbaar zijn en moet er een reisdoel zijn ingevoerd.
N2 NAVi
LAATSTE 1O
T
DOEL INV.
MC
Reisdoel invoeren
Het reisdoel kan worden ingevoerd vanuit het reisdoelgeheugen, door het in­voeren van een plaatsnaam resp. de postcode, een centrum, de straat of een kruispunt, of uit een reeks bijzondere reisdoelen (bv. snelwegop-/afrit, station, hotel, winkelcentrum, enz.). Bovendien kan het gewenste land worden geko­zen.
Nadat de navigatie met de NAV-toets 1 geactiveerd is, wordt het navigatie­hoofdmenu weergegeven.
Reisdoelen
Mogelijke reisdoelen zijn:
de laatste tien reisdoelen,
het centrum van een plaats of, bij grote steden, van een stadsdeel,
een straat,
een kruispunt van twee of meer straten,
een huisnummer of een huisnummerblok,
bijzondere reisdoelen zoals stations, luchthavens, tankstations en andere openbare instellingen,
reisdoelen uit het reisdoelgeheugen.
24
NAV
Reisdoelen invoeren met de tekstinvoerregel
De tekstinvoerregel dient voor het invoeren van bv. plaats- en straatnamen bij de navigatie. De tekstinvoerregel beschikt over een intelligente aanvulfunctie, d.w.z. er worden voor het invoeren alleen tekens aangeboden die logisch op de reeds ingevoerde kunnen volgen.
Voorbeeld: Wanneer u een straatnaam invoert en er in uw plaats van bestemming geen straatnaam is die met een A begint, wordt de A niet weergegeven. Net zo wordt bv. de C niet weergegeven wan­neer u als eerste letter een B hebt ingevoerd en er in de plaats van bestemming geen straten voorkomen met de lettercombinatie BC.
Zodra de tekens die u hebt ingevoerd, eenduidig kunnen worden geïnterpre­teerd, worden de ingevoerde gegevens automatisch aangevuld. Zo is het invoe­ren van enkele letters meestal genoeg om een plaats- en een straatnaam in te voeren.
Voorbeeld: Wanneer u in Duitsland YO invoert als eerste letters van een plaatsnaam, worden deze automatisch aangevuld met RCKGE- BIET, omdat er geen andere mogelijke aanvullingen voorkomen in het plaatsnamenregister van de cd voor Duitsland.
Tekens kiezen
Zodra de tekstinvoerregel wordt weergegeven, verschijnt het eerste mogelijke teken. Ga nu als volgt te werk:
1 Markeer het eerste teken.
Pluspunt: voor een betere weergave wordt het gemarkeerde teken invers en vergroot weergegeven.
2 Bevestig uw keuze door op de OK-toets ; te drukken. 3 Kies het volgende teken en bevestig dit weer door op de OK-toets ; te
drukken.
S=AD
Y ACH [D]
MC
T
A
S=AD
YORCKGEBIE
MC
T [D]
T
S=AD
BERL AGE [D
T
]
MC
E SA
NAV
NAV
NAV
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
25
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
Wanneer de ingevoerde tekens reeds een aanvulling mogelijk maken, wordt
de naam automatisch aangevuld.
4 Herhaal de stappen 1 - 3 totdat de gewenste naam op de tekstinvoerregel
wordt weergegeven.
5 Wanneer u de naam wilt overnemen, houdt u de OK-toets ; lang ingedrukt
of drukt u op de
De ingevoerde naam wordt weergegeven in de lijst van plaats- resp. straat-
namen (bij invoeren van een plaats- resp. straatnaam).
Ingevoerde tekens wissen
Om een per ongeluk onjuist ingevoerd teken te wissen: 1 Druk op de De invoermarkering wordt één plaats naar links verschoven. Automatische
aanvullingen van de naam worden gewist.
Let op: Door de kens. Door de ESC-toets = lang ingedrukt te houden gaat u naar het navigatie-hoofdmenu.
Bladeren in lijsten en vermeldingen overnemen
Omdat het aantal regels op het display beperkt is, zijn lijsten verdeeld over ver­schillende pagina’s. Lijsten zijn aan de rechterkant gekenmerkt met de pijlen
. Wanneer alleen pijl zichtbaar is, kunt u alleen omlaag bladeren; wan-
neer alleen pijl 1 Om door een lijst te bladeren draait u de menuknop : links- of rechtsom. De volgende resp. vorige vermelding in de lijst wordt weergegeven.
2 Om vermeldingen uit lijsten (bv. als reisdoel) over te nemen, drukt u op de
OK-toets ;.
-toets 8.
-toets 7 of de ESC-toets =.
-toets 7 lang ingedrukt te houden wist u alle te-
zichtbaar is, alleen omhoog.
S=AD
BERLIN [D]
MC
T
EG ,C
S=AD
BERLIN [D]
T
MC
S=AD
BERLIN [D]
T
MC
26
NAV
NAV
NAV
Reisdoel invoeren - land
Wanneer u voor het eerst een reisdoel invoert, wordt u gevraagd een land te kiezen. In het normale geval zal dit het land zijn waarin u zich bevindt.
1 Markeer en bevestig in het navigatie-hoofdmenu de menuoptie DOEL
INVoeren en vervolgens de menuoptie LAND.
De lijst voor het kiezen van het land verschijnt.
2 Draai de menuknop : totdat het gewenste land wordt weergegeven en
druk op de OK-toets ;.
Het menu voor het invoeren van reisdoelen verschijnt.
Let op: Het gekozen land van bestemming blijft opgeslagen in het geheugen totdat u een nieuw land kiest, er een nieuwe cd geplaatst wordt of wanneer de TravelPilot E zichzelf ca. 72 uur nadat deze voor het laatst is uitgeschakeld volledig uitschakelt.
Reisdoel invoeren - stad
Wanneer u een reisdoel in een plaats wilt opzoeken, moet u dit eerst bepalen. Dit gebeurt door het invoeren van de naam van de plaats of de postcode.
Pluspunt: het invoeren van de postcode biedt het voordeel dat de plaats van bestemming eenduidig bepaald wordt.
Let op: Een postcode die bij een postbusnummer hoort, kan niet worden gebruikt voor het invoeren van het reisdoel.
N1 NAVi
LAATSTE 1O
T
DOEL INV.
MC
LAND
DEUTSCHLAN
MC
D (D)
T
S=AD
1O11 5 BERL
T
IN [D]
MC
5 9
NAV
NAV
NAV
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
27
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
In sommige landen is een postcode in kleinere gemeenten onder bepaalde omstandigheden geldig voor verschillende plaatsen. U moet dan, nadat de post­code is ingevoerd, de desbetreffende plaats kiezen. Normaliter is het voldoende om de eerste letters van de gewenst plaats te kiezen. Deze wordt dan naast de postcode op het display weergegeven.
Let op: Het invoeren van reisdoelen d.m.v. de postcode is alleen mogelijk wanneer de desbetreffende gegevens op de navigatie-cd zijn opgenomen.
1 Markeer en bevestig in het navigatie-hoofdmenu de menuoptie DOEL
INVoeren en vervolgens de menuoptie STAD.
De tekstinvoerregel voor het invoeren van de plaatsnaam wordt opgeroepen
en de laatst ingevoerde plaatsnaam wordt weergegeven. Pluspunt: u krijgt automatisch de laatst ingevoerde plaatsnaam als reisdoel
aangeboden; deze kunt u dan kiezen door de OK-toets ; lang ingedrukt te houden of door op de worden de laatste 20 steden opgeslagen. Wanneer u als eerste letters de beginletters van een van de laatste 20 steden invoert, wordt de desbetref­fende stad op het display weergegeven. Wanneer er geen overeenkomstige stad beschikbaar is, wordt de eerste passende vermelding uit de stedenlijst weergegeven.
2 Voer de plaatsnaam in met de tekstinvoerregel (lees hiervoor ook het ge-
deelte "Reisdoel invoeren met de tekstinvoerregel").
3 Ga naar de lijst. De naam wordt weergegeven in de plaatsnamenlijst. 4 Kies de gewenste plaats en druk op de OK-toets ; om de plaats als reis-
doel over te nemen.
De plaats wordt als reisdoel overgenomen.
-toets 8 te drukken. Bij de TravelPilot E
KEUZE
LAND. DOEL
T
STAD
MC
OMG. POS. OMG. DOEL
S=AD
BERLIN [D]
MC
T
EG ,C
S=AD
BERLIN [D]
T
MC
28
NAV
NAV
NAV
Let op: Mocht de gekozen plaats meermaals voorkomen, dan ver­schijnt een volgens menu (regiobepaling) met de tekstinvoerregel. Voer meer letters in, zodat u de plaatsnaam exact kunt bepalen. Ter oriëntatie worden de hemelsbrede afstand en de richting van het reisdoel weergegeven. Dit vervalt wanneer de plaats wordt gekozen d.m.v. het invoeren van de postcode.
Wanneer de stad is gekozen, wordt u verder geleid door de invoerfunctie voor het reisdoel. Kies hier tussen:
BIJZONDER: u kunt uit een lijst direct bijzondere reisdoelen in de gewenste plaats kiezen uit rubrieken zoals station, winkelcentrum, enz. Lees het ge­deelte "Reisdoel invoeren - bijzondere reisdoelen" voor meer invoermoge­lijkheden voor bijzondere reisdoelen.
STRAAT: invoeren van de straat van bestemming. Of een straat als reisdoel kan worden gekozen, is afhankelijk van de gegevens die op uw navigatie­cd-rom zijn opgeslagen.
CENTRUM: kiezen van het centrum van een plaats of stadsdeel als reisdoel.
Let op: Wanneer er voor bepaalde punten geen gegevens beschik­baar zijn, worden deze niet weergegeven.
Reisdoel invoeren - bijzonder reisdoel in de plaats van be-
REGIO
BERLIN
MC
T
S
KEUZE
BIJZONDER
T
CENTRUM
MC
STRAAT
stemming
U kunt in uw plaats van bestemming bv. restaurants, parkeerterreinen, hotels, enz. direct kiezen als bijzonder reisdoel. Voorwaarde hiervoor is dat u een plaats van bestemming hebt bepaald.
1 Markeer en bevestig de menuoptie BIJZONDER. Er wordt een lijst van rubrieken van bijzondere reisdoelen weergegeven. 2 Kies en bevestig de gewenste rubriek. De tekstinvoerregel voor het invoeren van het bijzondere reisdoel wordt op-
geroepen.
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
KEUZE
THEATER
T
WERKPLAATS
MC
WINKELCENT ZIEKENHUIS
NAV
NAV
NAV
29
INLEIDING NAVIGATIE RADIO CD / MP3 CD-WISSELAAR SETUP APPENDIX
3 Voer de naam van het bijzondere reisdoel in zoals u gewend bent van het
invoeren van reisdoelen.
4 Ga naar de lijst. De beschikbare bijzondere reisdoelen worden op alfabetische volgorde weer-
gegeven.
5 Markeer en bevestig het gewenste reisdoel. Wanneer u het gewenste reisdoel hebt gekozen en bevestigd, kunt u de route-
geleiding starten. Lees hiervoor het gedeelte "Routegeleiding".
KEUZE
BIJZONDER
T
CENTRUM
MC
STRAAT
S=RAA=
Reisdoel invoeren - straat, huisnummer en kruispunt
1 Markeer en bevestig de menuoptie STRAAT. 2 Voer de straatnaam in met de tekstinvoerregel (lees hiervoor ook het ge-
deelte "Reisdoel invoeren met de tekstinvoerregel").
3 Ga naar de lijst. De naam van de straat wordt weergegeven in de lijst met straatnamen.
Pluspunt: Om het zoeken te vergemakkelijken kan een lange straatnaam ook meermalen zijn opgeslagen, bv.: RAABE-WEG, WILHELM- en WIL­HELM-RAABE-WEG.
4 Markeer en bevestig de gewenste straatnaam.
Let op: Wanneer de straatnaam in de stad van bestemming meer­malen voorkomt, wordt een submenu voor het invoeren van de post­code resp. de naam van het stadsdeel opgeroepen om de straat exact te bepalen.
Nadat u de straat hebt gekozen, kunt u kiezen tussen de volgende opties:
HUISNUMMER: u kunt het ingevoerde reisdoel uitbreiden met een huisnum­mer of een huisnummerblok.
T
S=RAA=
T
KEUZE
T
UNTER DEN
BIRKEN
MC
E RB
UNTER DEN LINDEN
MC
HUISNUMMER
KRUISPUNT
MC
VERDER
30
NAV
NAV
NAV
NAV
Loading...
+ 74 hidden pages